Vlaamse ScriptieKrant lente 2020

Page 1

Benieuwd naar straffe eindwerken van Vlaamse studenten? MI J NEEM MEE!

… donder op.

Sterke eindwerken van Vlaamse studenten in de kijker voor het grote publiek |

JAARGANG 8 · N° 1 · LENTE 2020

(G.Brussel Annemans) Scriptie vzw · Léopoldstraat 6 · 1000 · t 02 463 59 20 · info@scriptieprijs.be www.scriptieprijs.be · www.scriptiebank.be  scriptieprijs  scriptievzw scriptieprijs

… fatela finita.

Tolk: … houd ermee op. (afzwakking)

BELEDIGEND TAALGEBRUIK IN POLITIEKE TOESPRAKEN: DE CREATIEVE OPLOSSINGEN VAN DE TOLKEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT

Bende hypocrieten! … het nieuweImbecielen koppeltje ! Merkel en Macron … Lafaards! Tolk:

3

VERLEGEN IN DE KLAS

(G. Annemans)

… fatela finita.

… donder …op.l’ineffabile (G. Annemans) signor Juncker… … de oh zo geweldige heer Juncker …

Tolk: … houd ermee op. (afzwakking)

4

DE RIOOLRADIATOR SLAAT AAN

… Merkel, Macron… (weglating)

Tolk:

… de heer Juncker… (weglating)

(M. Borghezio) Van scheldwoorden, ironische opmerkingen, minachtende bijnamen tot zelfs dreigementen: sommige Europarlementsleden schuwen de beledigingen niet. Geertrui Goiris (KU Leuven) onderzocht in haar masterproef of de aanwezige tolken deze onbeleefde uitingen correct vertalen. “Een incorrecte of weggelaten vertaling kan de machtsrelaties tussen de (G. Annemans) parlementsleden beïnvloeden.”

Tolk:

… Merkel, Macron… (weglating)

… het nieuwe koppeltje Merkel en Macron …

… donder op.

V 5

DE FYSICA VAN ARM EN RIJK

olgens hun deontologie moeten tolken alles zo letterlijk mogelijk vertalen. Met dat in gedachten, maakte master in het tolken Geertrui Goiris een gedetailleerde analyse van ruim 107 beledigingen, uitgesproken door twee Italiaans- en twee Nederlandstalige Europarlementariërs. In dit onderzoek toonde ze aan dat de tolken iets meer dan de helft van alle onderzochte beledigingen correct vertaalden.

Europarlementsleden nemen niet zomaar beledigingen in de mond, ze doen dit steeds met een specifiek doel

6

IS JE HOBBY SLECHT VOOR JE MENTALE GEZONDHEID?

“In meer dan een vierde van de gevallen koos de tolk er echter voor om het ongepast taalgebruik af te zwakken en dus een minder beledigende versie te creëren. Nog opvallender is dat in ruim één op de vijf gevallen de tolk in kwestie de belediging volledig wegliet. Je kan dus gerust zeggen dat de tolken van het Europees Parlement geregeld hun beroepsregels uit het oog verliezen wanneer ze geconfronteerd worden met ongepast taalgebruik.”

(G. Annemans)

… fatela finita.

Tolk: … houd ermee op. (afzwakking) Gezicht redden

… l’ineffabile signor Juncker…

Waarom besluiten de tolken om beleDeze tussenkomst van de tolk, waarbij hij digingen vaak af te zwakken of zelfs weg te de oorspronkelijke boodschap verdraait of laten? Geertrui Goiris: “Een eerste verklaring weglaat, is niet zonder gevolgen, stelt Goiris: kan zijn dat de tolken afstand willen nemen “De Europarlementsleden nemen niet zovan de oorspronkelijke tekst omdat de spremaar beledigingen in de mond, ze doen dit … de oh zo geweldige steeds met een specifiek doel. Zo willen ze ker ongepast taalgebruik hanteert. Je zou dus Tolk: (weglating) … Tolk: kunnen stellen dat de tolk zijn heer eigenJuncker gezicht hun politieke tegenstanders uitdagen of hun (weglating) (M. Borghezio) probeert te redden door het discours van de eigen macht nog verder benadrukken. Met spreker te matigen.” andere woorden: de machtsrelatie tussen de Europarlementariërs kan worden beïnvloed door een niet-letterlijke vertaling van de tolk. Met mijn studie wil ik beroepstolken bewustmaken van dit effect.”

… de heer Juncker… … Merkel, Macron…

… het nieuwe koppeltje Merkel en Macron …

In ruim één op de vijf gevallen liet de tolk in kwestie de belediging volledig weg

“Een andere mogelijke reden is dat de tolken van het Europees Parlement willen bijdragen aan de institutionele context. Het kan dus zijn dat de tolk besluit tussen te komen wanneer deze formele context in gevaar dreigt te komen.”

(G. Annemans)

Promotor: prof. dr. Giovanni Bevilacqua Meer weten? www.scriptiebank.be/beledigingentolken

… l’ineffabile signor Juncker… … de oh zo geweldige


DE VL A AMSE SCRIPTIEKRANT · Jaargang 8 · n° 1 · LENTE 2020

2

ONDERWIJS MAKKELIJK LEZEN OP MAAT VAN JONGEREN DANKZIJ LITERATUURHANDBOEK

Anderstalige leerlingen lezen niet graag. Onzin! Gemotiveerd wandelden we door de deuren van de Gentse bibliotheek De Krook. Ons doel was om leerlingen die het Nederlands niet onder de knie hebben aan te zetten om te lezen. We hadden juist twee uur lang een OKAN-klas vol anderstalige leerlingen geobserveerd. Hier gingen onze ogen open over hoe gemotiveerd en intelligent deze leerlingen waren. We vroegen aan een vriendelijke bibliothecaris waar we boeken konden vinden voor deze doelgroep: laagtaalvaardige jongeren. Hij verwees ons naar het makkelijk-lezen-plein. Het makkelijk-lezen-plein, het klonk als een mythisch paradijs voor laagtaalvaardige leerlingen die boeken wilden lezen. We konden onze ogen niet geloven toen dit vier boekenrekken bleken te zijn waartussen het krioelde van de jonge kinderen in een geel fluohesje. Samen met hun juf of meester kwamen ze hier boekjes kiezen met onderwerpen als robots, spoken en prinsessen.

A

an het woord zijn Thibaut Duthois, Nikolaas Mergan en Robbe Pessemier (Arteveldehogeschool), drie bachelors secundair onderwijs. Samen met verschillende professionele auteurs, waaronder Herman Brusselmans en Fikry El Azzouzi, ontwikkelden ze ‘Overhaald’, een literatuurhandboek op maat van laagtaalvaardige jongeren.

De PISA-resultaten bevestigen het: Vlaanderen bengelt helemaal onderaan als het gaat om leesplezier. De leesvaardigheid van onze jongeren gaat achteruit en anderstalige leerlingen zijn daar het grootste slachtoffer van.

Met de hulp van enkele leerkrachten testten ze het handboek uit. Ze vroegen aan laagtaalvaardige leerlingen of ze de teksten graag lazen en of ze nog verder wilden lezen. Op beide vragen antwoordden de leerlingen volmondig ‘ja’. De leerlingen waren overhaald, en kort daarop overhaalden Thibaut, Nikolaas en Robbe ook een uitgeverij om hun handboek op de markt te brengen. “Volgend jaar zou het resultaat er moeten zijn.”

“Dat is jammer, want wij hebben ondervonden dat deze leerlingen gemotiveerd zijn en graag lezen. Maar lezen in het Nederlands vinden ze vaak te moeilijk of niet interessant. Daarom zochten we naar een manier om hen toch in contact te brengen met Nederlandstalige literatuur.” Toen ze niet meteen leuke boeken en verhalen vonden op het niveau van de jongeren, viel Illustratie uit het literatuurhandboek ‘Overhaald’ hun oorspronkelijke plan om workdoor Louise Muizenstaart shops en literatuuravonden te organiseren al snel in het water. Op dat moment zagen ze maar één oplossing: zelf een boek Gent gingen de samenwerking aan. Ook verontwikkelen. “Dit was makkelijker gezegd dan schillende professionele auteurs, waaronder gedaan. We kenden geen auteurs, geen drukHerman Brusselmans en Fikry El Azzouzi, kers, geen illustratoren en ga zo maar door. waren enthousiast. Samen werkten ze aan Gelukkig kregen we veel steun van organisaeenvoudige, interessante teksten op maat ties die onze passie deelden.” van de doelgroep. “Na maanden werk kwaOnder meer Wablieft, het kunstencentrum men we tot een literatuurhandboek dat we Vooruit, en OKAN- en bso-school VISO ‘Overhaald’ doopten.”

Thibaut Duthois, Nikolaas Mergan en Robbe Pessemier wonnen met hun bachelorproef de Klasseprijs 2019 ter waarde van 1.000 euro. De Klasseprijs is een deelprijs van de Vlaamse Scriptieprijs en bekroont sterke onderwijsgerelateerde scripties. Meer info: scriptieprijs.be/klasseprijs Promotor: mevr. An Van Uytvanck Meer weten? www.scriptiebank.be/overhaald

Literatuur met een accent Van Kader Abdolah, Lulu Wang tot Fikry El Azzouzi: Nederlandstalige auteurs met een migratie-achtergrond vinden vandaag vlot de weg naar onze boekenkasten. Geïnspireerd door deze literatuur, ontwikkelden Machteld Poriau, Lisa Depraetere en Sarah De Witte (Arteveldehogeschool) een lessenpakket met zes aantrekkelijke magazines.

B

achelors in het secundair onderwijs Machteld Poriau, Lisa Depraetere en Sarah De Witte onderzochten hoe Nederlandstalige migrantenliteratuur vandaag aan bod komt in de lessen Nederlands van de tweede graad aso. “Het aanbod bleek schaars tot afwezig. Toch toonden leerkrachten in stedelijke én plattelandsscholen interesse om aan de slag te gaan met deze literatuur. Maar de afwezigheid van lesmateriaal bleek een belangrijke barrière.”

Magazines

Machteld, Lisa en Sarah gingen daarom op zoek naar verschillende sterke fragmenten uit de migrantenliteratuur, die ze uittestten tijdens voorleesmomenten. De leerlingen konden aangeven of ze deze fragmenten interessant vonden of niet. Aan de hand van de feedback ontwikkelden ze hun lessenpakket NEMI, wat staat voor Nederlandstalige migrantenliteratuur. Het werd een kant-en-klaar pakket met zes hoofdthema’s, gaande van immigratie en integratie, vooroordelen en stereotypen tot poëzie. Per thema ontwikkelden ze een aantrekkelijk magazine. Leerkrachten selecteren zelf welke modules ze geven, afhankelijk van de specifieke klascontext, en via QR-codes kunnen de leerlingen meer te weten komen over de auteurs.

Zwarte Pietendebat

In één van de magazines gaan ze dieper in op racisme en xenofobie. Via literaire fragmenten en verschillende videogetuigenissen, onderzoeken de leerlingen wat volgens hen wel en wat niet racistisch is. Toen ze deze lessen uittestten in de klas, merkten de drie studentes dat hun aanpak werkte. Lisa Depraetere: “De leerlingen lazen een fragment uit Astrid Roemers Nergens ergens over het Zwarte Pietendebat. De diverse klassamenstelling zorgde voor een interessant klasgesprek achteraf: elke leerling gaf zijn eigen mening, maar iedereen had respect voor elkaar.”

Nederlandstalige migrantenliteratuur komt vandaag amper aan bod in de lessen Nederlands Opvallend was dat de methode ook werkte in een plattelandsschool, waar de klas niét divers was: “Hoewel de reacties in de stedelijke school iets meer uitgesproken waren, slaagden ook deze leerlingen erin hun mening te staven. Ze verplaatsten zich moeiteloos in het leven van de personages.” “De leerkrachten genoten ervan hun leerlingen in gesprek te zien gaan over dergelijke maatschappelijke onderwerpen. Ook de reacties van de leerlingen waren hartverwarmend. Ze gingen enthousiast aan de slag en begrepen het opzet van de modules moeiteloos.” In het pakket wilden de drie volop inzetten op interculturaliteit: samenleven met én leren

van andere culturen. “In een schoolcontext kun je vandaag niet meer om het thema heen. Met dit lesmateriaal hopen we de leerkrachten niet alleen te informeren, maar vooral te sensibiliseren.” En dat werkt, want het resultaat werd enthousiast onthaald. Niet alleen wonnen ze vorig jaar de Bachelorprijs, ze werden gecontacteerd door een uitgeverij met wie ze momenteel samenwerken. “Mijn groepsgenoten en ik krijgen de kans om medeauteurs te worden van de nieuwe methode voor de tweede graad Nederlands. Ook heeft deze uitgeverij interesse om het materiaal uit onze bachelorproef te integreren in de methodes voor de tweede en derde graad.” “Wanneer zowel leerkrachten en leerlingen als een uitgeverij je overladen met complimenten tijdens de uitwerking en presentatie

van het lessenpakket, dan geeft dat echt een deugddoende boost.”

Machteld Poriau, Lisa Depraetere en Sarah De Witte wonnen met hun bachelorproef de Bachelorprijs 2019 ter waarde van 1.500 euro. De Bachelorprijs is een deelprijs de Vlaamse Scriptieprijs en bekroont sterke professionele bachelorproeven. Meer info: scriptieprijs.be/bachelorprijs Promotor: mevr. Fientje Van der Spiegel Meer weten? www.scriptiebank.be/nemi


DE VL A AMSE SCRIPTIEKRANT · Jaargang 8 · n° 1 · LENTE 2020

3

ONDERWIJS

Mama zegt dat ik ziek ben

Verlegen in de klas In haar driejarige opleiding tot leerkracht lager onderwijs kwam ‘verlegenheid’ niet één keer aan bod. Uit eigen ervaring wist ze nochtans dat je daar niet zomaar overheen groeit, zoals velen denken. Emma De Ras (Odisee) ging zelf aan de slag en ontwikkelde ‘Dapper’: een schildpad die bang is om te praten in de klas, maar helemaal zichzelf kan zijn als hij thuis is.

2

september, de start van het nieuwe schooljaar. Een angstige kleuter verstopt zich achter mama’s groene rok. Bang om naar de nieuwe klas te gaan. Enkele meters verder staat een tienjarige jongen gespannen naast zijn vader. Hoewel zijn vrienden blij zijn om de nieuwe meester te ontmoeten, is het voor Bart helemaal anders. Bart heeft selectief mutisme, een extreme angst om te spreken.

Foto Boris Ryaposov

“Altijd is moeder bij me, ik word er soms gek van. Ik moet steeds vaker zeggen dat ik buikpijn heb. Het lijkt wel of ze opgelucht is zodra ik het gezegd heb. Toch doe ik het maar, want dan is mijn moeder ook wat liever voor mij. Soms voel ik me schuldig omdat ik er niet zeker van ben of ik echt een ziekte heb.”

B

ovenstaand fragment komt uit ‘Jij bent een verschrikkelijk kind’ van Nina Blom, een autobiografische roman over Münchhausen by Proxy, een ernstige vorm van kindermishandeling. Bachelor in de pediatrie Annelies Wendrickx (Thomas More) schreef er haar bachelorproef over. “De dader is meestal de biologische moeder. Ze verzint allerlei symptomen waaraan het kind zou lijden en soms gaat ze ook effectief over tot fysieke mishandeling. Dat allemaal met maar één doel: artsen en verpleegkundigen om de tuin te leiden zodat ze het slachtoffer behandelen of onderzoeken.” Van de tienduizend meldingen van kindermishandeling in België uit 2017, was er bij amper veertig gevallen een vermoeden van Münchhausen by Proxy. Een zeer zeldzame aandoening… of toch niet?

In maar liefst 6 tot 9% van de gediagnosticeerde gevallen van Münchhausen by Proxy overlijdt het kind

Volgens Annelies Wendrickx zijn deze cijfers waarschijnlijk een ruime onderschatting van het werkelijke aantal gevallen. “Artsen hebben een zeer groot vertrouwen in de oprechtheid van een moeder als het over haar kind gaat. Ze nemen het bij hun diagnose vaak niet in overweging dat er sprake is van mishandeling.”

met blijvende letsels of langdurige handicaps. Ook de andere kinderen in het gezin vertonen vaak medische symptomen met een verdachte oorsprong.”

De moeders tonen zich vaak zeer bezorgd en proberen op allerlei manieren een band op te bouwen met het medische personeel Het syndroom is helaas moeilijk op te sporen. Toch zijn er een aantal kenmerken die kunnen opvallen: “Zo reageren daders vaak enthousiast op drastische medische interventies, maar reageren ze amper opgelucht bij negatieve resultaten. De moeders tonen zich vaak zeer bezorgd en proberen op allerlei manieren een band op te bouwen met het medische personeel.”

Alarmsignalen

Annelies Wendrickx ontwikkelde voor haar bachelorproef een screeningsinstrument voor artsen en verpleegkundigen, een vragenlijst waarbij ze hun eigen vermoeden kunnen toetsen aan deze alarmsignalen. “Zo’n screeningsinstrument kan het bewustzijn bij het medisch personeel verhogen. En dat is belangrijk, want zo beperken we de mogelijke langetermijneffecten van mishandeling. Hoe vroeger we erbij zijn, hoe beter.” Maar zelfs als er een vermoeden is, blijft het een grote uitdaging om de mishandeling te bewijzen. “In 54% stopt het misbruik niet bij een ziekenhuisopname. Daarom moet je dader en slachtoffer al volledig van elkaar afzonderen, om na te gaan of de symptomen al dan niet afnemen. In uitzonderlijke gevallen wordt de interactie tussen de vermoedelijke dader en slachtoffer stiekem gefilmd in het ziekenhuis, maar dat is een controversiële maatregel.”

Verstikken

Toch kunnen de gevolgen ernstig zijn. Meestal begint het bij verzinnen van allerlei symptomen, zoals stuipen, of voegt men bijvoorbeeld bloed toe aan de luier. Sommige daders evolueren naar het effectief vergiftigen en verstikken van het kind. “In maar liefst 6 tot 9% van de gediagnosticeerde gevallen overlijdt het kind en ongeveer hetzelfde percentage krijgt te maken

Promotor: mevr. Lieve Heyns Meer weten? www.scriptiebank.be/ munchhausenbyproxy

Volgens de Vereniging Selectief Mutisme Vzw zou er in elke Vlaamse school gemiddeld één leerling zitten die aan selectief mutisme lijdt. Toch is er veel onwetendheid, en helaas ook ongeloof wat verlegenheid betreft. ‘Een stil kind ziet men vaak als een braaf kind, niet als een kind met een probleem.’ Tijdens mijn opleiding viel het op hoe weinig aandacht er besteed wordt aan kinderen die niet durven spreken. Toen ik op zolder mijn heen-en-weerschriftje van de derde kleuterklas terugvond, kwam ik een dialoog tussen de juf en mijn moeder tegen. “Emma zegt niet veel in de klas” stond er, waarop mijn moeder antwoordde: “Ze groeit er wel overheen”.

Emma De Ras

met één ouder. We trokken vijf dagen naar het Luikse Anthisnes waar de kinderen voor het eerst de kans kregen om lotgenoten te ontmoeten. De kinderen vonden inspiratie in de schildpad en lotgenoot Dapper, die ze vanaf dat moment Dappertje noemden. Dapper werd de mascotte van het kamp en we zagen de kinderen openbloeien. Dat gaf mij hoop. Er is verbetering mogelijk, maar we moeten er op tijd bij zijn. Er bestaat geen kant-en-klare aanpak om verlegenheid ‘op te lossen’. De oorzaak van de spreekangst is bij ieder kind verschillend. Toch wil ik verlegen kinderen de hulp bieden die ik nooit gekregen heb.

DAPPER IN DE KLAS

We zijn ondertussen vijftien jaar verder en ik moet toegeven, kinderen groeien niet over hun verlegenheid heen. Dat weet ik uit eigen ervaring. Leerkracht worden was voor mij een manier om te bewijzen dat ik wel durfde te spreken. Ik ging de strijd aan met mezelf, in de hoop dat er iets zou veranderen. ‘Waarom praat hij niet gewoon, zo moeilijk is dat toch niet?’ Spreekangst is een soort slechte gewoonte die het verlegen kind niet kan loslaten. Het is meer dan onzeker of beschaamd zijn. De angst om te spreken is zo groot dat dit invloed heeft op het functioneren van het kind. Het voelt alsof er een brok in zijn keel zit, waardoor het kind letterlijk geen woord uitgesproken krijgt. Dwingen om te spreken kan het tegenovergestelde effect hebben. De angst neemt toe, waardoor het nog meer zal dichtklappen. ‘Het is een soort faalangst, maar dan om te spreken.’ Tijdens mijn onderzoek ging ik op zoek naar ervaringen van kinderen, tieners, ouders en hulpverleners die met extreme verlegenheid te maken kregen. Diezelfde avond kreeg ik meteen tientallen ingevulde vragenlijsten binnen. Kinderen met spreekangst zijn bang om aangekeken te worden en om in het middelpunt van de belangstelling te staan. In een thuissituatie voelen de meeste kinderen zich veilig, daarom helpt het hen vaak als een ouder of vertrouwenspersoon aanwezig is.

Dapper is een superheld!

Deze zomer ging ik mee als ervaringsdeskundige op het allereerste zomerkamp voor kinderen en jongeren met selectief mutisme in België. Twaalf deelnemers tussen acht en negentien jaar gingen mee, elk

Praatangst leren begrijpen en herkennen zijn twee belangrijke stappen om op de juiste manier met verlegenheid om te gaan in de klas, aldus Emma De Ras. Ze ontwikkelde voor haar bachelorproef lesmateriaal gebaseerd op de schildpad ‘Dapper’, een fictieve lotgenoot die verlegen kinderen motiveert om ook een superheld te worden. “Het resultaat is een koffer met allerlei materialen, een kinderboek met bijhorend doeboek en een bundel voor leerkrachten met de passende titel: Eerste hulp bij verlegenheid in de klas. Praatkaartjes met kant-en-klare zinnetjes, een help-blokje waarmee een kind om hulp kan vragen zonder zijn vinger op te steken: het zijn eenvoudige tools om verlegenheid samen aan te pakken, elk op zijn niveau.”

Promotor: mevr. Elfi Van Keymeulen Meer weten? www.scriptiebank.be/dapper


DE VL A AMSE SCRIPTIEKRANT · Jaargang 8 · n° 1 · LENTE 2020

4

TECHNOLOGIE EN WETENSCHAP WARMTE RECUPEREN UIT JE EIGEN AFVALWATER

De rioolradiator slaat aan

Stralingsdosis be Ingenieur nucleaire technologie Nick Staut (UHasselt / KU Leuven) berekende de stralingsdosis van patiënten tijdens een chirurgische ingreep, onder meer met behulp van camera’s uit de gamingwereld.

T

ijdens bepaalde minimaal invasieve ingrepen, ook wel bekend als sleutelgatoperaties, gebruikt de chirurg röntgenstraling om beter te zien wat hij doet. Vaak gaat het over levensreddende ingrepen, bijvoorbeeld bij ernstige hartproblemen of beroertes. Omdat deze operaties zo complex zijn, is het mogelijk dat de stralingsdosis van de patiënt de maximaal aanbevolen dosis overschrijdt. En dat kan leiden tot brandwonden. Nick Staut: “De stralingsdosis kan je vandaag al op twee manieren bepalen. Ofwel meet je de straling via sensoren op de huid, maar dat is duur en soms zelfs hinderlijk tijdens de operatie. Ofwel bepaal je de stralingsdosis via berekeningen. Maar met de huidige methodes zijn de resultaten vaak grove benaderingen op basis van informatie uit het toestel.”

Waarschuwing

Foto Richard Revel

Je huis verwarmen met afvalwater, voor de meeste mensen is het geen aantrekkelijke gedachte. Maar ingenieurs Stefaan Jacobs en Timon Vankeirsbilck (KU Leuven) geloven er wél in. Zij onderzochten het potentieel van riothermie, een methode om rioolwater als warmtebron te gebruiken: “We betalen voor ons warm water, het is dus een logische stap om hier maximaal gebruik van te maken.”

A

ls je een bad laat leeglopen of de aardappelen afgiet, verdwijnt het nog warme water door de leidingen richting de waterzuiveringsinstallatie. Dit zorgt ervoor dat de temperatuur in het rioleringsnetwerk gemiddeld 17°C bedraagt. En dat is een ideale temperatuur waarmee je via een warmtepomp een gebouw voldoende kan verwarmen. De technologie om dit toe te passen bestaat al, en heet riothermie. Meer en meer mensen zijn overtuigd dat dit één van de mogelijke alternatieven is voor klassieke, vervuilende verwarming.

Cafeïne

Timon Vankeirsbilck en Stefaan Jacobs onderzochten de impact van riothermie op de uitstoot op Campus Arenberg van de KU Leuven. Ook berekenden ze de financiële haalbaarheid van deze nieuwe techniek.

Door warmte te recycleren uit het rioleringsnetwerk

Om de haalbaarheid te berekenen, ontwikkelden ze een algoritme. En dat proces ging naar eigen zeggen gepaard met veel bloed, zweet en cafeïne: “Het ogenblik waarop we bruikbare resultaten konden genereren was dan ook een mooi moment. De uitkomst was positief: het is financieel haalbaar om een deel van de warmtevraag van de campus te voorzien via riothermie. Hierdoor zal de uitstoot dalen tot meer dan 30 % – en dat is ruim boven de doelstellingen van het energiebeleid.”

Door warmte te recycleren uit het rioleringsnetwerk

kunnen we op een creatieve manier in de warmtevraag van de campus voorzien

KU Leuven houdt voorlopig de boot af. Maar klimaatopwarming, broeikasgassen en energietransities zijn vandaag niet weg te slaan uit de actualiteit en de twee zien nog heel wat potentieel voor hun onderzoek. “Er ligt vandaag een sterke focus op technologische oplossingen die ons moeten toelaten om aan de huidige energievraag te voorzien, zonder de behoeften van toekomstige generaties in het gedrang te brengen.” Riothermie en andere creatieve warmtevoorzieningen zullen op termijn misschien nog veel meer harten verwarmen.

kunnen we op een creatieve van de campus voorzien

Stefaan Jacobs en Timon Vankeirsbilck wonnen met hun masterproef de Eosprijs 2019 ter waarde van 1.000 euro. De Eosprijs is een deelprijs van de Vlaamse Scriptieprijs en bekroont sterke scripties. Meer info: scriptieprijs.be/eosprijs Promotor: dhr. Stijn De Jonge Meer weten? www.scriptiebank.be/riothermie

Door deze Kinect-camera’s op te stellen in de operatiezaal, slaagde Staut erin om de positie van de patiënt ten opzichte van de röntgenbuis exact te bepalen. Deze informatie combineerde hij met de gegevens uit het toestel zelf, om zo de stralingsdosis veel exacter te bepalen. “Bij een te hoge dosis krijgt de arts dan automatisch een waarschuwing, waarop hij of zij de positie van de röntgenbuis aanpast. Door telkens een ander deel van de huid te bestralen, daalt de kans op brandwonden.” Maar niet alleen de buitenkant van de patiënt is van belang. “Via berekeningen kunnen we ook een

O o k t n d “ h li H t k d

“ D v

Synthetische baar helpt chirurg Spina bifida, ook wel gekend als open rug, is een ernstige aangeboren afwijking. Chirurgen kunnen hiervoor tijdens de zwangerschap al opereren, maar zo’n ingreep is complex. Ingenieurs Olivier Schottey en Lara Piers (KU Leuven) ontwikkelden daarom een synthetische baarmoeder waarop de chirurgen kunnen oefenen, om zo de verschillende stappen van de operatie onder de knie te krijgen.

E

lk jaar wordt er in Europa 1 kind op 2000 geboren met spina bifida. Deze aangeboren aandoening aan het centraal zenuwstelsel kan leiden tot ernstige, levenslange gevolgen. Wereldwijd is deze diagnose voor bijna 30% van de getroffen boorlingen een doodsvonnis. Om deze gevolgen te vermijden worden moeder en kind al na twintig weken zwangerschap geopereerd. Vandaag gebeurt dit nog via een openbuikoperatie bij de moeder, maar de kans is helaas reëel dat de foetus hierdoor wordt afgestoten. Bovendien volgt er voor deze moeders vaak een lang herstelproces en permanente schade aan buik- en baarmoederwand.

Dure training

manier in de warmtevraag

Ze vonden hun inspiratie in het energiebeleid van de KU Leuven: “Daarin stond dat ze in de komende tien jaar hun uitstoot met 20% willen doen dalen. We gingen op zoek naar manieren waarop dit mogelijk is. De helft van de uitstoot van de KU Leuven is het gevolg van verwarming. Hiervoor gebruikt de universiteit momenteel stookolie en aardgas. Door warmte te recycleren uit het rioleringsnetwerk konden we op een creatieve manier in de warmtevraag van de campus voorzien.”

Kinect-gamingcamera’s worden vandaag vooral gebruikt bij een Xbox-spelconsole: via een infraroodcamera registreren deze camera’s al je bewegingen. Ze zijn vooral populair in combinatie met dans- en sportgames.

Door Kinect-gamingcamera’s op te stellen in de operatiezaal, slaagde Staut erin om de positie van de patiënt exact te bepalen

r m s o d v jo I b t li d p m

Gelukkig is er beterschap op komst: “De medische wereld werkt al enkele jaren aan een minimaal invasieve operatie om spina bifida te behandelen. Het is een innovatieve ingreep, waarbij via één of meerdere kleine openingen in het lichaam een camera en instrumenten ingebracht worden. De operatie zal zo een stuk veiliger worden voor moeder en kind.” Maar deze nog steeds evoluerende en complexe werkwijze vergt enorm veel training. Het kost naar schatting meer dan 200.000 euro om een opgeleid chirurg bij te scholen tot een minimaal invasieve chirurg met de nodige competenties voor deze ingreep. Deze kostprijs wordt vele malen vermenigvuldigd, aangezien een volledig opgeleid team nodig is om dergelijke ingreep tot een goed einde te brengen.

Proefdieren

Een groot deel van deze kosten gaan naar proefdieren die gebruikt worden tijdens de training. Daarom ontwikkelden biomedisch ingenieurs Olivier Schottey en Lara Piers een synthetisch model van de baarmoederwand en foetus, opgebouwd uit verschillende laagjes polymeren. Oefenen op een synthetisch model is niet alleen goed voor de dieren, ook voor de chirurgen zelf heeft het voordelen: “In het model hebben we een aantal sensoren verwerkt, waarmee we meten of de chirurg de delicate zones van de foetus niet beschadigt. Ook krijgt men feedback over de krachten die men uitoefent op de delicate vruchtzak - belangrijk om een afstoting van de vrucht te vermijden. En dat is natuurlijk zeer interessant. Toch zullen proefdieren nog altijd nodig zijn voor de finale voorbereiding op menselijke operaties.”

Video

Olivier Schottey en Lara Piers werkten een jaar aan hun masterproef. Dat ze hierbij van start tot eind een concreet product mochten uitwerkten was voor allebei een grote motivatie. Een thesis schrijven die achteraf ongelezen in de kast belandt, sprak hen niet aan. “Onze thesis was een werk van lange adem, maar dat werd beloond op het moment dat een chirurg in de operatiekamer ons model effectief uittestte. Het goede verloop van de operatie en zijn complimenten achteraf waren voor ons een beloning voor een jaar lang bloed, zweet en tranen.”

D z k

Z n I d s k


DE VL A AMSE SCRIPTIEKRANT · Jaargang 8 · n° 1 · LENTE 2020

5

TECHNOLOGIE EN WETENSCHAP INNOVATIE VOORKOMT BRANDWONDEN TIJDENS OPERATIES

erekenen met behulp van spelcamera’s uit op een fantoom, een patiënt uit plastic dat equivalent is aan menselijk weefsel.

redelijk nauwkeurige schatting maken van de hoeveelheid straling die de nabijgelegen organen ontvangen. En dat is een belangrijke verbetering voor de ongere patiënten. In tegenstelling tot brandwonden, vertonen de schadeijke effecten op de organen zich pas op lange termijn.”

“Tijdens een operatie heb je niet zoveel tijd. Daarom schrapte ik alle overbodige interacties van de deeltjes en negeerde ik deeltjes vanaf ze te

diep onder de huid getransporteerd werden. Zo kon ik de rekentijd inkorten tot enkele seconden zonder in te boeten aan nauwkeurigheid.”

Fantoom

Om zijn aangepaste methode te testen, bouwde Nick Staut een prototype met camera’s, software en kleine computertjes. Hij kalibreerde de gamingcamera’s en testte zijn prototype

Zowel Olivier Schottey als Lara Piers begonnen dit jaar aan een tweede masteropleiding. Intussen is er al concrete interesse in het model dat ze uitwerkten. “Hopelijk vormt dit een bescheiden stap richting een wereld waar we geen kinderen en moeders meer moeten verliezen.”

Olivier Schottey en Lara Piers wonnen met hun masterproef de Agoria Publieksprijs 2019 ter waarde van 250 euro. De Agoriaprijs is een deelprijs van de Vlaamse Scriptieprijs en bekroont sterke technologische scripties. Meer info: scriptieprijs.be/agoriaprijs Promotor: prof. dr. ir. Emmanuel Vander Poorten Meer weten? www.scriptiebank.be/spinabifida

Meer weten? www.scriptiebank.be/nickstaut

DE FYSICA VAN ARM EN RIJK

Wat heeft fysica met economie te maken? Weinig, zou je denken. Toch bestaat er een wetenschappelijke stroming die economie probeert te verklaren aan de hand van modellen uit de fysica, de econofysica. Voor zijn masterproef ontwikkelde fysicus Lennart Fernandes (UAntwerpen) zelf een aantal van die modellen.

De operatie werd gefilmd en staat op video. Dat ze die soms herbekijken, geven ze graag toe: “Zo kunnen we het moment herbeleven.”

Promotoren: prof. dr. Frank Verhaegen en prof. dr. Brigitte Reniers

Geld is een gas

rmoeder

gen

Een stap naar achter

Vandaag is Staut aan de slag bij SmART Scientific Solutions, het bedrijf dat hem ook begeleidde bij zijn masterproef. Dat studenten meteen samenwerken met bedrijven, vindt hij een grote meerwaarde. “Uiteraard hoop ik dat dit systeem ooit effectief gebruikt wordt in de praktijk. Door zo’n samenwerking is die stap toch net iets kleiner.” Opvallend was ook dat de dokters enthousiast

Nick Staut won met zijn masterproef de Agoriaprijs 2019 ter waarde van 1.500 euro. De Agoriaprijs is een deelprijs van de Vlaamse Scriptieprijs en bekroont sterke technologische scripties. Meer info: scriptieprijs.be/agoriaprijs

Ongelijkheid, armoede, integratie, … Het zijn complexe problemen waarvoor niemand een eenvoudige oplossing heeft. In mijn thesis deed ik wat een fysicus in zo’n geval doet: veel details onder de mat vegen en de essentie zo eenvoudig mogelijk benaderen. Met technieken uit de statistische fysica onderzocht ik hoe ongelijkheid tot stand komt, en wat we als maatschappij kunnen doen om ze te verhelpen.”

“Money, it’s a gas…”

“De mannen van Pink Floyd bedoelden wellicht iets anders, maar deze zin vormt wel de insteek van mijn werk. De verdeling van rijkdom in een land is het gevolg van duizenden losse transacties. Je ontvangt loon of zakgeld, gaat naar de winkel, betaalt een bioscoopticket, enzovoort.” “In de statistische fysica beschouwen we net zulke situaties, waarin het samenspel van vele microscopische deeltjes leidt tot een macroscopisch resultaat. Het beste voorbeeld hiervan is inderdaad een gas: miljoenen atomen bewegen willekeurig door elkaar en wisselen energie uit in botsingen. Vervang in de wiskunde nu atomen door mensen en energie door geld, en je hebt een simpel model voor de samenleving. Economen mogen de zaal verlaten.” “De realiteit is uiteraard niet zo simpel, aangezien de meeste mensen hun geld niet uitgeven aan willekeurige voorbijgangers. Wat maakt deze aanpak dan toch waardevol? Door rationeel menselijk gedrag te vervangen door een kansverdeling, kunnen we algemene resultaten

vinden die onafhankelijk zijn van details. The proof of the pudding is in the eating, en verrassend genoeg blijkt deze abstracte aanpak erg krachtig om realistische verdelingen van inkomen en kapitaal vrijwel exact te voorspellen.”

Soort zoekt soort

“Een doorsnee mens heeft slechts een klein aantal economische interactiepartners, en kiest deze niet willekeurig. Rijke personen komen gemiddeld meer in aanraking met andere rijken, arme personen met andere armen. Daarom onderzocht ik wat er verandert wanneer alle personen in het model op een schaakbord worden geplaatst, zodat ze enkel geld kunnen uitwisselen met hun acht buren. Bovendien bewegen ze over het speelveld in een zoektocht naar buren wiens rijkdom zo dicht mogelijk bij die van zichzelf ligt – net als magneten eigenlijk.” “Gooi duizend magneten bij elkaar en ze bewegen door elkaar om hun noordpolen gelijk te richten – dit doen de atomen binnenin een stuk ijzer om er een magneet van te maken. Met hetzelfde wiskundige model laten we mensen met elk een kapitaal over ons economisch speelveld bewegen naar de meest gelijkmatige verdeling van rijkdom.” “Het resultaat is dat een gemengde samenleving verandert in een samenleving met een grootschalige scheiding tussen de arme meerderheid en een rijke elite, die bijna alle rijkdom bezit. Conclusie: als we niet ingrijpen in dit speelveld, worden rijken in sneltempo rijker en de armen worden armer.”

Naar een warmere samenleving?

“Gelukkig kùnnen we ingrijpen in de werking van microscopische magneten, door de temperatuur te veranderen. Hoe warmer de magneet, hoe harder alles binnenin trilt en rammelt. De atomen slagen er dan niet meer

in zich parallel te richten – en de magneet verliest haar magnetische eigenschappen. Sociale temperatuur zou je kunnen bekijken als storingen in het individuele gedrag. Deze schommelingen kunnen het gevolg zijn van toevalligheden, maar ook van economisch beleid. Zo kan een overheid de interactie tussen verschillende klassen bevorderen door woonsubsidies, kansentarieven of het promoten van een sociale mix in het onderwijs.”

Ongelijkheid

Omdat de arts bijna meteen over de resultaten moet kunnen beschikken, sleutelde Nick Staut voor zijn nieuwe methode ook aan de berekening zelf. “Berekeningen simuleren het transport van de straingsdeeltjes in de patiënt. Het nadeel is dat je een grote hoeveelheid deeltjes moet simuleren. Voor complexe problemen kan de rekentijd oplopen tot enkele uren of zelfs dagen.”

Hij plaatste stralingsgevoelige films op de plastic pop en vergeleek die resultaten met de resultaten van zijn eigen berekeningen: hij kwam uit op een afwijking van maximaal vijf procent. En daarmee scoorde hij beter dan de huidige commerciële methodes. De hele opstelling met de camera’s kostte nochtans amper 2 à 3.000 euro.

reageerden op de nieuwe methode. Maar niet alleen omdat de patiënten hierdoor minder bestraald worden. “De artsen wilden ook weten of dit uitgebreid kon worden naar hun eigen stralingsdosis. Dit kan de artsen en verpleegkundigen helpen hun gedrag gericht aan te passen: een stap naar achter op het juiste moment kan immers al een groot verschil maken. Met de camera’s kunnen we inderdaad hun bewegingen in kaart brengen. Helaas zijn de berekeningen voor de artsen en verpleegkundigen veel complexer en vraagt dit meer onderzoek.”

Tc

Temperatuur

“Bij lage temperatuur treedt segregatie op tussen arm en rijk. Bij hoge temperatuur is de samenleving gemengd. En net zoals ijs plots kan overgaan in water, kan in de buurt van een kantelpunt een erg kleine maatschappelijke ‘temperatuurstijging’ volstaan om de ongelijkheid drastisch te verlagen.” “De ideale samenleving vereist dus misschien geen revolutie of grote veranderingen, maar juist een kleine aanpassing in bestaande maatregelen. Welke kantelpunten er nog schuilen in onze samenleving, dat laat ik over aan de fantasie van de lezer.”

Promotor: prof. dr. Jacques Tempere Meer weten? www.scriptiebank.be/fysica_economie


DE VL A AMSE SCRIPTIEKRANT · Jaargang 8 · n° 1 · LENTE 2020

6

ARBEID

Is je hobby

slecht voor je mentale gezondheid?

Hobby’s en vrijwilligerswerk helpen je om te ontspannen en tot rust te komen na een zware werkdag: dat is toch wat we allemaal geloven. Toch klopt dat niet altijd, aldus socioloog Karel Van Parys (VUB). Hij ontdekte dat je mentaal welzijn en slaapkwaliteit er zelfs onder kan lijden wanneer je de verkeerde hobby met de verkeerde job combineert.

verbeteren als je vrijwilligerswerk doet of een engagement opneemt. Omgekeerd, heb je een uitdagende job met véél autonomie en hoge taakeisen, dan is vrijwilligerswerk eerder slecht voor je mentale gezondheid. In tegenstelling tot wat je zou verwachten, plant een bankdirecteur zijn vrije tijd dus beter niet zomaar vol met allerlei politieke of sociale engagementen.

B

ij psychische en emotionele klachten denken we in de eerste plaats aan een hoge werkdruk of allerlei persoonlijke factoren. Maar ook je hobby’s kunnen bijdragen tot een verminderd mentaal welzijn en een slechtere slaap, zo blijkt uit de masterproef van socioloog Karel Van Parys. Voor zijn onderzoek baseerde hij zich op data van 17.000 Europese werknemers. Hij onderzocht en vergeleek hierbij verschillende soorten vrijetijdsactiviteiten. Zoals je zou verwachten, hebben ontspannende activiteiten zoals sport over het algemeen een positief effect op ons mentaal welzijn. Maar de andere resultaten waren ronduit verrassend: zo zou sociaal engagement net een negatief effect hebben op onze mentale gezondheid. Ook huishoudelijke taken zijn kop van jut: die zouden een negatieve invloed hebben op onze slaap.

Van Parys onderzocht het effect van vrijetijdsactiviteiten op verschillende soorten jobs. Foto David Bartus

Autonomie

Toch zijn er nuances. Niet alle vrijetijdsactiviteiten combineren even vlot met alle jobs. Komt een leerkracht of piloot na een stressvolle werkdag tot rust door vrijwilligerswerk of brengt dit net meer mentale onrust teweeg? Om dit te onderzoeken bekeek Van Parys het effect van vrijetijdsactiviteiten op verschillende soorten jobs. Heb je bijvoorbeeld een stressvolle job met weinig autonomie, zoals een zorgkundige in een rusthuis of arbeider aan de lopende band? Dan zal je slaapkwaliteit waarschijnlijk wél

Huishouden

Nog een opvallende uitzondering: mensen met een stressvolle job en weinig autonomie, zoals een software-ingenieur of een spoedarts, hebben net wel baat bij huishoudelijk werk en minder bij ontspannende activiteiten. “Een verklaring kan zijn dat zij vaak weinig controle hebben over hun eigen agenda. Ze moeten zich vaak flexibel opstellen en het inplannen van hobby’s kan dan net een extra stressfactor zijn. Of ze nu strijken, stofzuigen of dweilen: bij huishoudelijke taken kiezen ze zelf wat ze doen en wanneer ze het doen. En dat is vaak iets wat deze mensen missen op hun werk.”

Stoom aflaten

Van Parys benadrukt dat je ook heel wat kan leren van verschillende vrijetijdsactiviteiten. “Uiteraard ben je vrij om hobby’s te kiezen die jou voldoening schenken. Vrijwilligerswerk bijvoorbeeld, is vaak een verrijking en draagt bij tot een breder wereldbeeld.” Maar ben je specifiek op zoek naar een activiteit waarbij je stoom kan aflaten of tot rust komen? Dan denk je best twee keer na, aldus Van Parys. “Dit onderzoek kan psychische klachten doen dalen en de bijhorende economische kosten doen afnemen. Bepaalde hobby’s in combinatie met bepaalde beroepen leiden nu eenmaal tot een slechtere slaap of verminderd mentaal welzijn.” En uiteindelijk willen we allemaal maximaal van onze vrije tijd genieten… of niet soms?

Dit artikel verscheen eerder in Metro. Promotor: prof. dr. Christophe Vanroelen Meer weten? www.scriptiebank.be/werkvrijetijd

C U LT U U R

Metal bij de Maori Meng metal met Maori en je krijgt… recensenten die enthousiast hun exotenbonus uitdelen. Cultuurwetenschapper Didier Goossens (KU Leuven, Erasmus Universiteit Rotterdam) schreef zijn masterproef over een Nieuw-Zeelandse metalband en roept op om kritisch te zijn.

geschiedenis, en spreken vol lof over het potentieel van Alien Weaponry om een nieuwe generatie metalbands te leiden.”

Haka

“Maar als het om de inhoud ervan gaat, hebben de meeste Engelse, Nederlandse en Duitse recensies boter op het hoofd. Zo schrijft een Britse recensie over de ‘controversiële teksten’ van Alien Weaponry: pijnlijk, aangezien de Britten Nieuw-Zeeland hebben gekoloniseerd. Een Belgisch tijdschrift stelt dat het album zeker te smaken is als je de haka best cool vindt. En een Duitse recensent kent aan Alien Weaponry de twijfelachtige eer van de Exotenbonus toe – omdat ze hem introduceren tot metal uit een land waar hij dat niet onmiddellijk mee had geassocieerd.”

D

e Maori, de inheemse bevolking van Nieuw-Zeeland, lijken op het eerste zicht weinig gemeen te hebben met metalmuziek. Toch hebben ook zij liefhebbers van het ongoddelijke gitaargeweld. Zo bracht de trash metalband Alien Weaponry vorig jaar hun debuutalbum Tū uit. “Alien Weaponry wil het culturele erfgoed van de Maori bewaren door te zingen in hun landstaal, het Te Reo. Ze maakten indruk met hun breed uitgewerkte debuutplaat en kregen er lovende reacties voor – maar bij sommige recensenten bleek de nuance zoek.”

Kanopeddels

De wortels van metal liggen in het Verenigd Konin k rijk , A merika en de Scandinavische wereld. “Voor bands uit verder gelegen scenes is het daarom artistiek én commercieel interessant om daar door te breken. Maar dat is moeilijk, want de verwachtingen zijn tegenstrijdig. Enerzijds moeten ze klinken zoals Mayhem en Metallica , anderzijds moeten ze ook ‘lokaal’ genoeg zijn.” Dat proces, waarbij wereldwijd verspreide genres worden gekoppeld aan lokale contexten, heet glocalisering. Goossens pastte dat begrip toe op metal en onderzocht daarvoor de teksten en videoclips van Alien Weaponry.

Alien Waeponry maakte indruk met hun breed uitgewerkte debuutplaat

Zij zijn immers het perfecte voorbeeld van glocalisering. “Op hun promofoto’s zie je hen bijvoorbeeld met kanopeddels en een Maorivlag. En in hun videoclips verbeelden ze passages uit de Maorigeschiedenis, zoals een bijzonder bloederige passage die mee aan de basis lag van de Britse kolonisatie.”

Exotenbonus

Ook analyseerde Didier Goossens recensies van Tū uit onder meer België, NieuwZeeland, de VS, Duitsland en Australië. Daaruit blijkt dat recensenten uit klassieke metallanden het vaak moeilijk hebben om deze kruisbestuiving een plaats te geven.

Foto Jeff Doles

Door te zingen in hun landstaal, het Te Reo, wil Alien Weaponry het culturele erfgoed van de Maori bewaren “Voor wat het waard is: er is wel degelijk begrip voor de missie van Alien Weaponry om hun eigen taal en cultuur te bewaren en uit te dragen via metal. Dat is niet vanzelfsprekend in het vaak erg conservatieve genre. Sommige recensies schrijven ook over de koloniale

Volgens Goossens zijn er meer bands uit de kleinere metalscenes die hetzelfde lot moeten ondergaan. Daarom zet hij vandaag zijn onderzoek over glocalisering in populaire muziek voort. “Maar bewustzijn is de verantwoordelijkheid van onderzoekers, professionals en fans: die reikt verder dan bibliotheken en concertzalen. Daarom roep ik op om kritisch te zijn over bands, labels en recensenten die anderen afkeuren op wie ze zijn.”

Promotor: prof. dr. Anneleen Masschelein Meer weten? www.scriptiebank.be/metalbijmaori


DE VL A AMSE SCRIPTIEKRANT · Jaargang 8 · n° 1 · LENTE 2020

7

P S YC H O L O G I E VROUWEN MET KINDERWENS, MAAR ZONDER PARTNER, ZIJN PSYCHOLOGISCH GEZONDER

Dromen van een donorkind Alleenstaande vrouwen met een kinderwens vertonen gemiddeld minder psychologische problemen dan de doorsnee populatie, blijkt uit masterproefonderzoek van verpleegsters Helena Demey en Stephanie Dekempe (UGent). Nochtans heerst al jaren wereldwijd controverse rond de kwestie. Vrouwen zonder partner zouden psychologisch niet in staat zijn om hun kind de juiste opvoeding te geven. “Hoog tijd om komaf te maken met dat vooroordeel.”

“Ook het opleidingsniveau is van belang”, vult Dekempe aan. “Hoewel de opleiding van vrouwen geen rechtstreeks verband houdt met het advies dat ze krijgen, oefent het wel onrechtstreeks invloed uit. Vrouwen met een hoger opleidingsniveau beschikken doorgaans over een hoger zelfreflectief vermogen. Wellicht zijn ze hier tijdens hun opleiding beter op getraind. Uit eerdere studies blijkt ook dat een goede opleiding een beschermende factor is tegen angststoornissen. Dat maakt vrouwen met een lager opleidingsniveau dus vatbaarder.”

Z

ijn alleenstaande vrouwen in staat om op eigen houtje een kind te krijgen en op te voeden? Het vraagstuk zorgde de voorbije jaren voor nogal wat controverse. Nochtans is maar bitter weinig onderzoek gevoerd naar het profiel van vrouwen zonder partner, maar mét een kinderwens. De controverse is deels gebaseerd op oudere studies die een laag psychologisch welzijn aantonen bij alleenstaande moeders. “Vrouwen zonder partner zouden in sociale isolatie leven of zelfs persoonlijkheidskenmerken hebben die schadelijk zijn voor hun toekomstig kind”, zegt onderzoekster Helena Demey. “Maar in die studies wordt nooit een onderscheid gemaakt tussen enerzijds alleenstaande vrouwen die bewust kiezen voor een kind, en anderzijds gescheiden moeders. Problematisch, aangezien hun situatie totaal verschillend is.”

In België krijgen fertiliteitscentra zelf de vrijheid om alleenstaande vrouwen al dan niet te aanvaarden De ethische kwestie verdeelt de medische wereld, maar ook de politiek wereldwijd. In de meeste landen is het nog altijd niet mogelijk voor alleenstaanden om een ivf-behandeling te starten. Onderzoekster Stephanie Dekempe: “In België krijgen fertiliteitscentra zelf de vrijheid om hen al dan niet te aanvaarden.” “Bepaalde fertiliteitscentra leggen een verplichte psychologische screening op aan

Het is hoog tijd om ons te baseren op wetenschappelijke inzichten

alleenstaande vrouwen. Een standaardprocedure daarvoor ontbreekt, waardoor weinig geweten is over de opgelegde criteria”, klinkt het. “In België bepaalt elk fertiliteitscentrum dus gewoon zijn eigen regels. Bij koppels beperkt de screening zich doorgaans tot een gesprek met een psycholoog.”

Meesten krijgen positief advies

De onderzoeksters beschrijven in een nieuwe studie de psychologische kenmerken van alleenstaande vrouwen die een vruchtbaarheidsbehandeling met donorsperma ondergaan. “Die kenmerken werden beschreven aan de hand van drie psychologische vragenlijsten, onderdeel van de eerder vermelde screeningsprocedure”, zegt Demey. De deelnemers aan het onderzoek zijn alleenstaande vrouwen die zich hebben aangemeld in een Belgisch fertiliteitscentrum. Hun leeftijd varieert tussen 22 en 44 jaar en de meesten zijn hoogopgeleid. “Niet verrassend, aangezien lager opgeleide vrouwen zich minder snel aanmelden voor een vruchtbaarheidsbehandeling. Eerder onderzoek toonde immers aan dat zij gemiddeld minder op de hoogte zijn van de alternatieve mogelijkheden om een kind te krijgen.”

“Uit de cijfers blijkt dat liefst 78 procent van de alleenstaande vrouwen na de psychologische screening een positief advies krijgt voor een vruchtbaarheidsbehandeling”, zegt Dekempe. “De anderen krijgen een negatief advies, beslissen de behandeling niet te ondergaan of zien hun advies uitgesteld. Een multidisciplinair team, bestaande uit onder meer een psycholoog en fertiliteitsarts, velt het eindoordeel.”

Angststoornissen

Het onderzoek toont aan dat alleenstaande vrouwen in geen geval meer psychologische problemen vertonen dan gemiddeld. “Ze beschikken zelfs over een beter aanpassingsvermogen en kennen gemiddeld minder psychologische problemen dan de doorsnee bevolking”, stelt Demey. “Een opvallende conclusie, zeker gezien het heersende denkbeeld over alleenstaande vrouwen met een kinderwens.” Uit het onderzoek blijkt dat er twee doorslaggevende criteria zijn om al dan niet toegelaten te worden tot een vruchtbaarheidsbehandeling. Vrouwen met een hoger zelfreflectief vermogen maken dan weer meer kans op een positief advies. Wie gemiddeld hoger scoort op de categorie angststoornissen, heeft meer kans op een negatief advies.

Het onderzoek van Demey en Dekempe maakt komaf met de heersende idee dat alleenstaande vrouwen met een kinderwens gemiddeld meer psychologische problemen hebben. “We stellen de verplichte extra screening voor die vrouwen zo in vraag”, zegt Demey nog. “Bovendien staat het ontbreken van algemene regels een eenduidig beleid omtrent vruchtbaarheidsbehandelingen in de weg.” “Een wettelijk kader waarin de screeningsprocedure voor alleenstaande vrouwen beschreven staat, zou de transparantie verhogen. Bovendien zouden zo in elk Belgisch vruchtbaarheidscentrum dezelfde regels gelden. De norm van een tweeoudergezin is duidelijk ingebed in onze maatschappij, waardoor vooroordelen over alleenstaand moederschap nooit veraf zijn. Hoog tijd om daar komaf mee te maken en ons te baseren op wetenschappelijke inzichten.”

Promotoren: prof. dr. Petra De Sutter, Isabelle Stuyver Meer weten? www.scriptiebank.be/kinderwens

W E T E N S C H A P I N Z A K F O R M A AT

Met experten zoals: Carl Devos, Angelique Van Ombergen, Karine Van Doorsselaer en Karel Van Acoleyen.

www.academiapress.be/vizier-wetenschap-in-zakformaat


DE VL A AMSE SCRIPTIEKRANT · Jaargang 8 · n° 1 · LENTE 2020

8

SPORT SLIM CAMERASYSTEEM CONTROLEERT TRIATLETEN OP DRAFTEN

Gedaan met zuigen aan het wiel van je voorganger! Wanneer je vlak achter iemand anders fietst, daalt de luchtweerstand en moet je minder inspanningen leveren om vooruit te komen. Dit effect heet draften. In het triatlon zijn er strikte regels over wanneer en hoe lang je mag draften – maar die regels zijn moeilijk te controleren. Ingenieur Simon Van den Bossche (UGent) ontwikkelde daarom een slim camerasysteem.

“Daarna bepalen we uit de grootte en positie van die fietser de afstand tussen de camera en de dichtste renner. Uitgebreide en herhaaldelijke testen tonen aan dat de draftcam tot op 0,47 meter nauwkeurig detecteert in een gesimuleerde wedstrijd. Veel accurater dus dan een gps-gebaseerd systeem.”

In het triatlon is er tot op vandaag geen uitgewerkt systeem op de markt dat drafting detecteert tijdens het fietsen

W

ielrenners, duatleten of triatleten proberen tijdens wedstrijden zo snel mogelijk de finish te bereiken. Ze trainen zo veel mogelijk, rusten voldoende en eten zo gezond mogelijk, maar er is meer. Deze renners kunnen beter en sneller fietsen als de luchtweerstand laag is. Daarom zullen ze ook minder energie verbruiken als ze tijdens een wedstrijd kort achter de voorligger fietsen. Zo vormt de fietser voor hen een soort windscherm. Deze techniek wordt drafting, slipstreaming of stayeren genoemd.

89 % van de triatleten vindt dat drafting strenger gecontroleerd moet worden Wielrenners maken handig gebruik van dit effect, maar triatlon en duatlon zijn individuele sporten. Zo is in peloton rijden niet toegestaan. De draftingregels zijn officieel vastgelegd: atleten mogen, in het geval van non-draftingwedstrijden, niet langer dan 20 seconden in de draftingzone achter een andere atleet blijven. En die zone meet volgens het reglement exact 10 meter op 3 meter.

Scheidsrechters op motors

Uit een enquête van Simon Van den Bossche blijkt dat 89 % van de triatleten vindt dat drafting strenger gecontroleerd moet worden. Van den Bossche: “Vandaag wordt de toegelaten afstand op triatlonwedstrijden gecontroleerd door scheidsrechters op motors. Maar er zijn te weinig scheidsrechters en bovendien zijn hun beslissingen subjectief, aangezien ze de afstanden tussen de atleten alleen ruwweg kunnen schatten. Daarnaast

De camera detecteert de dichtstbijzijnde fietser

leidt hun aanwezigheid mogelijks tot gevaarlijke situaties op het parcours.” “Door het lawaai van de motors waarop de scheidsrechters rijden, hoor je ze bovendien al van ver aankomen. Zo kunnen ze minder renners op heterdaad betrappen.” En uiteraard is het voor de atleten zelf niet altijd gemakkelijk om de afstand goed in te schatten: “45 % van de ondervraagde sporters vermoedde dat hij of zij wel eens onbewust gedraft heeft.”

Draftcam

In een vroeger onderzoek werd een draftingdetectiesysteem voorgesteld op basis van gps. Maar gps is slechts tot 5 meter nauwkeurig, wat niet voldoende is voor een professionele wedstrijd. Van den Bossche: “Om drafting gemakkelijker en nauwkeuriger op te sporen hebben we daarom de draftcam ontwikkeld. De draftcam werkt niet met gps maar analyseert camerabeelden: een camera gemonteerd onder het zadel van een atleet neemt videobeelden op.”

Foto Simon Van den Bossch

Door het lawaai van de motors hoor je scheidsrechters al van ver aankomen Om de afstand te kunnen meten, moet het systeem eerst de dichtstbijzijnde fietser herkennen. Niet eenvoudig: “Fietsers of medefietsers zijn vaak moeilijk te onderscheiden van de achtergrond of van toeschouwers. Soms beweegt de fiets veel of is het wegdek niet vlak genoeg, zodat er trillingen of schommelingen in het beeld optreden.”

Signaal

Renners mogen in het triatlon maar een beperkte tijd draften: in de ene situatie is 20 seconden toegestaan, in de andere 5 seconden. Daarom wordt ook de duur van het draften gecontroleerd. “Wanneer de sporter de aanvaardbare tijdsspanne overschrijdt, wordt een signaal zichtbaar. Er zal bijvoorbeeld een ledlamp knipperen of er wordt een foto van de overtreder genomen.” Vandaag wordt het systeem verder onderzocht en uitgewerkt. “De laatste jaren hebben verschillende sporten voordeel gehaald uit de introductie van slimme technologie, zoals de videoscheidsrechter of de Video Assisted Refere (VAR) bij het voetbal. In het triatlon is er tot op vandaag geen uitgewerkt systeem op de markt dat drafting detecteert tijdens het fietsen. Hopelijk zal dit systeem hier verandering in brengen.”

Promotoren: prof. dr. ir. Peter Veelaert, prof. dr. ir. Wilfried Philips, ing. Gianni Allebosch Meer weten? www.scriptiebank.be/drafting

COLOFON

Wist je dat de deelnemers aan de Vlaamse Scriptieprijs hun volledige thesis online beschikbaar stellen in de Vlaamse ScriptieBank? Momenteel bestaat deze databank uit nagenoeg 6.000 bacheloren masterproeven, telkens begeleid door een vlot leesbaar artikel. Dagelijks wordt deze ScriptieBank bezocht door honderden bezoekers op zoek naar informatie over de meest uiteenlopende onderwerpen. Ben je pas afgestudeerd en wil je dat jouw bachelor- of masterproef ook gevonden kan worden door journalisten, uitgevers en potentiële werkgevers? Of wil je gewoon jouw harde werk delen met het grote publiek? Neem deel aan de Vlaamse Scriptieprijs. Schrijf een kort, populariserend artikel over je eindwerk en stuur het in via scriptieprijs.be. Je maakt bovendien kans op prijzen tot 2.500 euro!

scriptiebank.be

De ScriptieKrant is een uitgave van Scriptie vzw. Scriptie heeft als missie wetenschap, techniek en innovatie dichter bij het grote publiek te brengen en het werk van jong onderzoekstalent meer bekendheid te geven. teksten:

Elke De Winter en studenten www.grase.be verantwoordelijke uitgever: Arnaud Zonderman · Leopoldstraat 6 · 1000 Brussel vormgeving:

De Vlaamse Scriptieprijs wordt ondersteund binnen het Actieplan Wetenschapsinformatie, een initiatief van de Vlaamse Overheid.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.