Vlaamse ScriptieKrant herfst 2019

Page 1

Benieuwd naar straffe eindwerken van Vlaamse studenten?

Sterke eindwerken van Vlaamse studenten in de kijker voor het grote publiek |

! N E E M M IJ M E E

JAARGANG 7 · herfst 2019

Scriptie vzw · Léopoldstraat 6 · 1000 Brussel · T 02 463 59 20 · info@scriptieprijs.be www.scriptieprijs.be · www.scriptiebank.be  scriptieprijs  scriptievzw

Veroordeeld tot de fiets JURISTE PLEIT VOOR RIJVERBOD ALS ALTERNATIEF VOOR GEVANGENISSTRAF

2

“MAMA, JIJ BLOGT ZONDER DAT HET MOCHT!” Kan sharenting door de beugel?

Na een diefstal verneemt de dader zijn straf: hij mag twee jaar niet meer met de wagen rijden. Ook al heeft het misdrijf duidelijk niets met verkeer te maken, volgens juriste Charlotte Persiau (UGent) moet dit scenario mogelijk worden: “Het rijverbod is een sterk alternatief voor de gevangenisstraf. Toch blijft men het wetsvoorstel weigeren.”

V

olgens de juriste is de vraag naar alternatieve straffen nochtans groot. “Vandaag wordt de gevangenisstraf meer en meer als een laatste redmiddel bekeken. Wanneer delinquenten een gevangenisstraf uitzitten, komen ze vaak in een sociaal, familiaal en professioneel isolement terecht. De kans op recidive is groot.”

5

DISSECTIEPRACTICUM IN VRAAG

Geneeskundestudenten zijn niet akkoord

Een rijverbod als hoofdstraf: in de meeste buurlanden is het wel al mogelijk.

“Volgens de tegenstanders van het rijverbod ontbreekt de link met het oorspronkelijke feit ”

In het verleden werden al verschillende wetsvoorstellen ingediend om het rijverbod in meer omstandigheden mogelijk te maken, om zo het aantal korte gevangenisstraffen te doen dalen. Persiau: “Tot drie keer toe is het wetsvoorstel afgewezen. Ik vind dat vreemd.”

“Vervangen we de gevangenisstraf door bijvoorbeeld een rijverbod, dan zal de veroordeelde de draad achteraf veel sneller weer kunnen oppikken.” Ook zijn er heel wat voordelen voor het gerecht: “Een rijverbod kan meteen uitgevoerd worden na de uitspraak en de werklast voor de gerechtelijke instanties is nagenoeg onbestaande. Aan de straf op zich zijn ook amper kosten verbonden.”

Autonome straf

7

WAT ALS IK MIJN KINDEREN NIET MEER HERKEN?

Nood aan betere communicatie over dementie

En toch. Heeft een misdrijf niets te maken met verkeer, dan kan de rechter vandaag geen rijverbod opleggen: de beschuldigde moet eerst een overtreding begaan op de wegverkeerswet. Bovendien is het rijverbod een bijkomende straf, die alleen naast een andere straf uitgesproken kan worden.

Andere alternatieve straffen zijn intussen wel al toegestaan als hoofdstraf. Zo kan de rechter je vandaag meteen onder elektronisch toezicht plaatsen, zonder je eerst te veroordelen tot een gevangenisstraf. “Ook de werkstraf en de voorwaardelijke straf zijn intussen autonome straffen. Dat is een goede evolutie, maar het volstaat niet.”

Ook het Nederlandse en het Franse rechtsstelsel voorzien in de mogelijkheid om een rijverbod op te leggen voor niet-verkeersgerelateerde overtredingen. Al is het in Nederland nog altijd vereist dat men het ‘feit heeft gepleegd met een motorrijtuig dat hij ten tijde van het feit bestuurde of deed besturen’.”

Mijn auto, mijn vrijheid

Volgens Charlotte Persiau mag je het rijverbod als straf niet onderschatten: “Dat het rijverbod een voordelige straf zou zijn voor de veroordeelde, is een misverstand. Mobiliteit is vandaag zo’n belangrijk aspect van het leven. Met een rijverbod raak je mensen echt.”

Ontbrekende link

Waarom ligt het rijverbod zo moeilijk? “Volgens de tegenstanders ontbreekt de link met het oorspronkelijke feit. Nochtans ontbreekt dit spiegelend karakter bij veel straffen: ook bij een gevangenisstraf of een enkelband is er geen verband met het gepleegde misdrijf.”

Meer weten? scriptiebank.be/rijverbod Promotor: prof. dr. Tom Vander Beken

In Duitsland is het wél mogelijk: “Daar kan het rijverbod worden opgelegd als hoofdstraf.

Neem deel aan de Vlaamse Scriptieprijs … en haal alles uit je thesis Win tot 2.500 euro

6

“OUDEREN ZIJN EEN DIVERSE GROEP”

Senioren willen een betere representatie in VRT-programma’s

Studeer je dit academiejaar af? Heb je net een sterke thesis afgewerkt? Laat het resultaat van dat harde werk niet in een stoffige kast wegkwijnen, maar treed ermee naar buiten! Wie weet haalt jouw werk de media? Voor masterproeven en professionele bachelorproeven uit alle richtingen. Deadline 6 oktober 2019.

9 Meer info op scriptieprijs.be Volg ons op:  scriptieprijs  @scriptievzw

scriptieprijs


DE VL A AMSE SCRIPTIEKRANT · Jaargang 7 · her fst 2019

2

O P VO E D I N G & O N D E R W I J S

“Mama jij blogt zonder dat het mocht!” KAN SHARENTING DOOR DE BEUGEL? Uw leven staat online. Tenminste, dat is wat vandaag het geval is bij de meeste kinderen. Ouders zijn vaak de schuldigen die in de plaats van hun kinderen beslissen hoe hun digitale identiteit er zal uitzien. Mag dat wel? Jurist Simon Verschaeve (UGent) onderzocht het in zijn masterproef.

Maar wat is nu toegestaan op sociale media? Het uitgangspunt voor de doorsnee ouder is dat delen met een onbegrensd publiek niet mag. Delen op sociale media kan alleen met een zelfgeselecteerde groep van familieleden, vrienden en kennissen die de ouder persoonlijk kent. Delen op een openbaar profiel is dus niet toegestaan.

“M

ama, we hebben het er al over gehad. Je post geen foto’s van mij zonder mijn toestemming.” Met deze woorden reageerde de veertienjarige Apple Martin op een Instagram-post van haar moeder, actrice Gwyneth Paltrow. Eerder dit jaar werd de moeder achter het populaire YouTube-kanaal Fantastic Adventures opgepakt nadat bleek dat ze haar kinderen fysiek en mentaal misbruikte wanneer ze niet goed genoeg presteerden in haar video’s. In eigen land hebben ook heel wat (bekende) mama’s en papa’s een blog of een vlog. Er staan bovendien talloze kinderfoto’s op sociale media. Wanneer ouders op regelmatige basis verhalen, nieuws, afbeeldingen, video’s en andere informatie delen over hun kinderen, noemen we dit tegenwoordig ‘sharenting’, een samentrekking van sharing en parenting. In het ‘Apestaartjaren’-onderzoek geeft de meerderheid van de Vlaamse jongeren aan dat hun ouders op sociale media actief zijn. Meer dan de helft van die ouders deelt er informatie over hun kinderen, vaak zonder hun toestemming. Eén op de vijf jongeren wiens ouders aan sharenting doen, blijkt daar problemen mee te hebben.

Storm in een glas water?

Vele ouders delen dus online informatie over hun kroost. Toch is dit niet zonder risico’s. Zo bestaat een reëel gevaar op digital kidnapping. De informatie die ouders delen kan later gebruikt worden voor frauduleuze

In de meeste gevallen is het vanaf 12 à 14 jaar aan de kinderen om zelf te beslissen. Hun eventuele veto moet dan gerespecteerd worden.

Bijzondere situaties

Wanneer ouders veel delen op social media, is het moeilijk voor de kinderen om een eigen identiteit te ontwikkelen.

leningen, kredietkaarttransacties en oplichting bij online shopping. Sharenting zal volgens de internationale bank Barclays tegen 2030 de oorzaak zijn van twee derde van alle identiteitsfraudes die jonge mensen treffen. Daarnaast stellen zich problemen voor de fysieke veiligheid van een kind. Vele ‘onschuldige’ kinderfoto’s gepost door ouders vinden hun weg naar websites voor pedofielen. Een foto geeft heel wat informatie prijs, zoals locatie. Kwaadwilligen gebruiken deze informatie om kinderen onder een valse identiteit te contacteren, met de bedoeling hen te misbruiken (‘grooming’). Ook heeft de online tattoo ook een grote invloed op de sociale relaties. Aangezien informatie online vaak gedateerd, inaccuraat en irrelevant

Luisterboeken laten van zich horen Wie een taal leert, doet dat vooral door ze te horen, te lezen en te spreken. Toch maakt het dagelijkse drukke leven van volwassenen het niet eenvoudig om zich voldoende bloot te stellen aan een nieuwe taal. Audioboeken helpen studenten om alle aspecten van een taal onder de knie te krijgen.

S

ara Van Keer (Odisee) schreef haar bachelorproef over de kracht van luisterboeken in het taalonderwijs en peilde daarbij naar de reacties van de studenten. “Eerder onderzoek wees al uit dat audioboeken een belangrijke rol spelen bij het verbeteren van de luistervaardigheid van een student. Ook de woordenschat en de spreekvaardigheid varen er wel bij. Deze positieve invloed is niet verwonderlijk: dankzij de professionele vertellers maken de studenten kennis met een correcte uitspraak, ritme en intonatie van een taal.” “Verhalen vormen een brug tussen de student en de doeltaal. Als de cursisten ondervinden dat audioboeken een meerwaarde zijn voor hun leerproces, zullen ze er in de toekomst sneller naar grijpen.”

Houvast

Voor haar bachelorproef Secundair Onderwijs liet ze een groep met elf cursisten Engels uit het volwassenenonderwijs voor het eerst kennismaken met Engelse audioboeken. “Bij de start bleek dat maar weinig

studenten positief stonden tegenover luisterverhalen als leermiddel. Zo antwoordden de meesten aanvankelijk negatief op de mogelijkheid om ze te gebruiken als leermiddel voor de Engelse taal.” Sara liet de studenten luisteren naar audioboeken in een vereenvoudigde taal, die verrijkt werden met achtergrondgeluiden. Die geluiden boden de cursisten een houvast: “Het verhaal volgen is vaak al een hele uitdaging, de achtergrondgeluiden voegen een extra element toe om de luisteraar aan het verhaal te binden. En het werkte, zelfs de cursisten die anders nooit boeken lazen waren er enthousiast over. Sommigen hadden het gevoel dat ze in een film beland waren.” Na het project werd er opnieuw gepeild naar de mening van de elf studenten: hun negatieve beeld bleek volledig bijgesteld. Sara ijvert er dan ook voor om luisterboeken hun welverdiende plaats te geven in het (volwassenen)onderwijs.

is, leidt het gebruik ervan tot een scheefgetrokken en verkeerd beeld van iemands identiteit. Dat kan dan weer problemen veroorzaken bij de toelating tot buitenlandse universiteiten, sollicitaties of wanneer je een verzekering aanvraagt. Het wordt bovendien moeilijker om later een eigen identiteit te ontwikkelen, die afwijkt van de keuzes die ouders vroeger gemaakt hebben.

Er zijn nochtans gevallen waarin de rechten en belangen van ouders zo zwaar doorwegen dat die van hun kinderen ervoor moeten wijken. Als ouders met hun bijdrage het maatschappelijk debat voeden, kunnen ze zich beroepen op hun vrijheid van meningsuiting om alsnog met een onbeperkt publiek te delen. Toch is dit geen vrijgeleide: de identiteit, foto’s en video’s van een kind zullen ook hier zelden mogen worden onthuld.

ikbeslis.be

Bij sharenting komt dus heel wat meer kijken dan het posten van een knap gemonteerd filmpje of een aanstekelijke foto. Vele blogs, vlogs en socialemediaprofielen van ouders respecteren de geldende regels niet. Op ‘ikbeslis.be’ vind je meer informatie hierover.

Sharenting-paradox

Sharenting leidt tot zeer paradoxale situaties op juridisch vlak. Zo is er voor het delen van foto’s en video’s waarop kinderen herkenbaar afgebeeld staan, toelating nodig van de afgebeelde persoon. Maar aangezien kinderen nog niet altijd juridisch bekwaam zijn, kunnen ouders aan zichzelf toelating geven om de afbeelding van een kind online te verspreiden.

Meer weten? scriptiebank.be/sharenting Promotor: prof. dr. Eva Lievens

Zijn studenten klaar voor de docent van morgen? Studenten verkiezen een leidende docent. Dat concludeert Linde Domus (UAntwerpen) in haar masterscriptie naar docentgedrag in het hoger onderwijs. Maar is dit ook de docent die ons hoger onderwijs van vandaag nodig heeft?

L

inde Domus, studente in de Opleidingsen Onderwijswetenschappen, vroeg aan 136 eerstejaars bachelorstudenten Toegepaste Economische Wetenschappen aan de Universiteit Antwerpen welk docentgedrag zij als positief ervaren. Hierbij gaven de studenten de voorkeur aan een leidende docent. Dit wil zeggen dat ze de docent graag in een dominante, invloedrijke rol zien waardoor zijzelf een meer passieve, afhankelijke rol kunnen aannemen.

Linde Domus: “Dit is in tegenstrijd met wat de Vlaamse Onderwijsraad al in 2011 adviseerde. Zij stellen dat de student juist méér autonomie, verantwoordelijkheid en engagement moet opnemen in het leerproces.”

Coach

Linde begrijpt dat dit geen eenvoudige opdracht is voor het onderwijs: “Studentgecentreerd leren vraagt een aanpassing van zowel de student als de docent: de student moet een actievere rol opnemen en de docent zal eerder een coachende functie dragen.” “Toch moeten we kritisch durven zijn: slaagt het hoger onderwijs er vandaag in om studenten voor te bereiden op de jobs van de toekomst? Door studenten nu de controle in handen te geven over hun leerproces, zullen ze doorheen hun loopbaan hun competenties blijven ontwikkelen en bijleren. En dat is nodig, want de maatschappij verandert razendsnel.”

Meer weten? scriptiebank.be/luisterboeken

Meer weten? scriptiebank.be/docentgedrag

Promotor: mevr. Ada Peters

Promotor: prof. dr. Ellen Vandervieren


DE VL A AMSE SCRIPTIEKRANT · Jaargang 7 · her fst 2019

3

O P VO E D I N G WAAROM WE NEERKIJKEN OP GENDERNEUTRAAL OPVOEDEN

‘We horen vaak dat we van onze zonen homo’s maken’ In tijden van #Metoo en #Timesup is genderneutraal opvoeden erg populair. Maar ouders die gendergelijkheid nastreven, krijgen regelmatig de wind van voren. ‘Als onze zonen geen homo’s worden, dan gaan ze zeker gepest worden op school.’

L

oes* mag zich moeder noemen van de drie jongens die vrolijk rondlopen in haar huis. Terwijl de oudste van acht meteen naar LEGO in Star Wars-thema grijpt, stellen de jongsten van zes en drie zich tevreden met een in de kamer rondslingerende pop. Het is een samenstelling van twee speelgoedwerelden waar de 32-jarige Loes uit Gent bewust voor kiest, maar die heel wat kritiek oplevert. ‘Wij krijgen vaak te horen dat onze manier van opvoeden negatieve gevolgen heeft voor onze zonen en dat we homo’s van hen zullen maken’, vertelt ze. ‘Een belachelijke opmerking, want homoseksualiteit heeft simpelweg met verliefdheid te maken.’ Zoals steeds meer moeders behoort Loes tot de groep van ouders die genderneutraal opvoeden. Zij proberen om de stereotiepe beelden van vrouwen en mannen in de samenleving uit de weg te gaan via een bewuste omgang met onder andere speelgoed, kamerdecoratie, kinderkleding, leesboeken en taalgebruik. Op die manier willen ze aan hun kinderen meegeven dat zij zich niet verplicht hoeven te voelen om genderconform door het leven te gaan.

“Volledig genderneutraal opvoeden is onmogelijk: er zijn nu eenmaal vooroordelen in ons hoofd die we nooit volledig kunnen uitschakelen” ELS CONSUEGRA, GENDEREXPERT VUB

Loes is één van de velen die gendergelijkheid na de #Metoo-problematiek op de agenda zet. Wat begon als een beweging tegen seksueel overschrijdend gedrag in het najaar van 2017, resulteerde al snel in de oprichting van #Timesup. Deze organisatie bouwt nu verder op #Metoo en pleit voor gendergelijkheid als oplossing. ‘Als we seksuele intimidatie willen bestrijden, dan moeten we eerst de ongelijke machtsverhoudingen tussen vrouwen en mannen oplossen’, zegt #Timesupinitiatiefnemer Christy Haubegger in het Amerikaanse magazine Time.

Tegengewicht

Ondanks de inspanningen voor gendergelijkheid die voor Loes al bij de opvoeding beginnen, incasseert ze nog vaak vervelende reacties. Die zijn te wijten aan het feit dat we genderneutraal regelmatig verwarren met geslachtsneutraal. ‘Maar wij willen gewoon vermijden dat we onze zonen in cultureel bepaalde genderhokjes duwen’, legt Loes uit. ‘We erkennen dat ze jongens zijn, maar van ons hoeven ze niet die typisch stoere jongens te worden.’ Ook Jolien sluit zich aan bij de groeiende groep ouders die genderneutraal opvoeden. Nog voor de geboorte van haar kinderen was de 32-jarige moeder uit Gent ervan overtuigd om haar dochter Hana (3) en zoontje Elí (6

Loes voedt haar drie zonen genderneutraal op: ‘Respect is de basis.’

maanden) genderneutraal groot te brengen. ‘Als ouders willen we tegengewicht bieden aan de genderstereotiepe elementen die de maatschappij hoe dan ook binnenbrengt in ons huis’, motiveert ze. Zo laat Jolien haar ouders toe om poppen aan Hana te geven, maar zal ze zelf altijd op zoek gaan naar de minder genderstereotiepe optie voor haar kinderen.

Positieve impact

Uit verschillende onderzoeken blijkt dat een genderneutrale opvoeding heel wat voordelen met zich meebrengt. Zo denken kinderen met een genderneutrale opvoeding minder stereotiep, hebben ze een mooier zelfbeeld, eerlijke carrièremogelijkheden en worden ze gezonder. Hoewel meer onderzoek naar genderneutraal opvoeden nodig is, beamen experts van eigen bodem de huidige ondervindingen. ‘Door een genderbewuste of genderneutrale opvoeding leren kinderen dat ze zichzelf mogen zijn en niet hoeven voldoen aan verwachtingen van buitenaf’, zegt Kaat Martine Verhaeghe, docente pedagogie aan de Erasmushogeschool in Brussel. ‘Dat is belangrijk als we willen voorkomen dat kinderen het idee krijgen dat ze niet normaal zijn.’ Dat gevoel om niet te kunnen voldoen aan de norm heeft negatieve gevolgen voor het kind. ‘Al van jongs af proberen kinderen elkaar in een bepaalde richting te duwen’, zegt Mieke Van Houtte, hoogleraar onderwijssociologie aan de UGent. ‘Wijken bepaalde kinderen af van die genderstereotiepe norm, dan zullen ze een bepaalde druk ervaren die een negatief effect kan hebben op hun welzijn. Een genderbewuste of genderneutrale opvoeding kan dan de oplossing zijn.’

Weerstand

Ouders die genderneutraal opvoeden, brengen pedagogische vooruitgang teweeg. Toch worden ze daar vaak niet voor beloond. ‘Worden mijn zonen geen homo’s, dan gaan ze

zeker gepest worden op school’, vertelt Loes. ‘Deze vervelende reacties probeerden we ons niet te veel aan te trekken, maar anderzijds wilden we iedereen ook de boodschap meegeven dat zulke reacties ons niet zullen demotiveren. We laten onze zonen zijn wie ze willen zijn.’

“Door een genderbewuste of genderneutrale opvoeding leren kinderen dat ze niet hoeven te voldoen aan verwachtingen van buitenaf” KAAT MARTINE VERHAEGHE, PEDAGOGIEDOCENTE EHB

Dat de genderneutrale opvoedingsmethode weerstand opwekt in de samenleving, is volgens Verhaeghe niet abnormaal. ‘Mensen spreken vaak over gender als een binair gegeven. Dat betekent dat iemand die geboren wordt als man of vrouw ook meteen verondersteld wordt een jongen of meisje te zijn. Toch moeten we kunnen zeggen dat er evenveel genderidentiteiten als mensen op de wereld zijn.’ Bovenop de verwarring tussen gender en geslacht vragen velen zich af of genderneutraal opvoeden mogelijk is. Volgens Els Consuegra, expert gender in het onderwijs aan de Vrije Universiteit Brussel, is het antwoord simpelweg neen. ‘Er zijn nu eenmaal vooroordelen in ons hoofd die wij nooit volledig kunnen uitschakelen’, zegt Consuegra. ‘Zo berispen we eerder het gedrag van een jongen dan van een meisje, omdat ons brein stout gedrag sneller associeert met jongens. Het is een nobel

©Marjon Besteman-Horn

streven om genderneutraal te zijn, maar de realisatie ervan is ontzettend moeilijk.’

Respect als basis

Hoewel de genderneutrale opvoedingsmethode niet altijd even sterk gewaardeerd wordt, is Britt overtuigd van haar opvoedingsmethode. ‘Ik ging vroeger in discussie met mensen die het niet altijd makkelijk hadden om genderneutraal opvoeden te accepteren’, vertelt ze. ‘Maar ik ben van mening dat je moet kunnen omgaan met hoe anderen in jouw omgeving zijn. Het mag geen probleem zijn als wij ons goed in ons vel voelen en daar niemand mee lastigvallen.’ Ook moeder Loes zou haar drie zonen niet meer anders opvoeden. ‘Door de genderneutrale methode leren we als maatschappij om personen te behandelen zoals wijzelf behandeld willen worden. Voor mij doet het er niet toe of het over gender, religie of eender welk thema gaat. Respect voor elkaar moet de basis zijn van onze opvoeding en die manier van grootbrengen hoeft niet te veranderen omdat je toevallig een jongen of een meisje bent.’ * Wegens privacyredenen is Loes een schuilnaam. De identiteit is bekend bij de studente.

Dit artikel werd geschreven door studente journalistiek Giulia Latinne (Hogeschool PXL) en werd gepubliceerd in Weekend Knack Meer weten? scriptiebank.be/ genderneutraalopvoeden Promotoren: Eric Pompen, Sue Somers


DE VL A AMSE SCRIPTIEKRANT · Jaargang 7 · her fst 2019

4

T ECH N O L O G I E

Het d

DE VANZELFSPREKENDE COMPUTERSTEM

Hoe Siri leert praten

Nu er meer en meer alternatieven zijn, ligt de menselijke dissectie tijdens de geneeskundeopleiding onder vuur. Jonathan Mertens en Alexander Meyvis (UAntwerpen) vroegen de mening van de studenten. “Hun standpunt was duidelijk: het dissectiepracticum is een onvervangbaar onderdeel van hun opleiding.”

J

Siri, de digitale assistent van Apple, kan praten. Toch is het voor haar niet zo eenvoudig om de juiste uitspraak van een woord te bepalen. © Piotr Swat

Bommelding, verspringen, gynaecologie, december… hoe spreek je dat uit? Als mensen hebben we nu en dan eens moeite met de uitspraak van woorden. Het lijkt dus bijna onmogelijk om dit aan een computer te leren.

T

och vinden we vandaag overal computergestuurde voorleessystemen terug. Denk maar aan de stem in de GPS, omroepsystemen in treinstations en de steeds populairder wordende digitale assistenten zoals de Google Assistent, Siri en Alexa. Informaticastudent Robrecht Meersman (UGent) ging in zijn masterproef op zoek naar de beste methode om de uitspraak van een woord te bepalen, met als einddoel: een stem ontwikkelen die onmogelijk te onderscheiden valt van de menselijke stem.

December

Maar hoe werkt dat nu, hoe weet Siri hoe ze een uitdagend woord als ‘december’ moet uitspreken? Er zitten drie letters E in het woord december en die worden elk op een verschillende manieren uitgesproken.

professionele taalkundigen ingegeven, een intensief en tijdrovend werk. Bovendien zou een taal geen taal zijn zonder de vele uitzonderingen op die regels.”

“Het einddoel? Een stem ontwikkelen die onmogelijk te onderscheiden valt van de menselijke stem”

Vijfhonderd jaar geleden gebruikte Vesalius lichamen van ter dood veroordeelde criminelen om te ontleden en te bestuderen.

Vandaag is het mogelijk om deze regels volledig te vervangen door machine learning, een vorm van artificiële intelligentie. Hierbij bepaalt de computer zelf hoe je een woord moet uitspreken, gebaseerd op een grote hoeveelheid voorbeelden. “Door telkens te vertellen waar het netwerk een fout maakte, zal het uiteindelijk zelfstandig leren hoe die taal werkt. Er komt dus geen enkele taalkundige regel meer aan te pas.”

e hebt ze waarschijnlijk al eens gezien in de wachtkamer van de huisarts: grote posters van het lichaam waarop elk spiertje afgebeeld staat of het kleinste onderdeel van een orgaan in het Latijn benoemd wordt. De arts kent dat allemaal op zijn duimpje: de anatomie van de mens. Maar hoe krijg je zovee kleine onderdelen geleerd? Hoe kan je dat allemaal onthouden? En hoe kan je ooit zo gedetailleerd bestuderen hoe de mens is opgebouwd?

‘Meer do

Klemtoon

“De klemtoon voorspellen blijkt voor een spraakcomputer nog altijd een stevige uitdaging”

Robrecht Meersman: “Om te weten hoe een woord wordt uitgesproken, zet de spraakcomputer de woorden eerst om naar hun fonetische representatie. Het populairste fonetisch alfabet IPA maakt gebruik van vreemde letters die elk een unieke klank voorstellen: december schrijf je bijvoorbeeld als desɛ mbər.” Meestal gebruikt de spraakcomputer hiervoor een woordenboek waarin de meest voorkomende woorden zijn opgenomen. Helaas is dit in de praktijk niet voldoende. “Er komen dagelijks nieuwe woorden bij, mensen gebruiken onbestaande woorden of lenen woorden uit een andere taal. Bovendien bestaan er woorden die meerdere mogelijke uitspraken hebben, afhankelijk van hun betekenis in de zin: denk maar aan vérspringen en verspríngen. Het is dus onmogelijk om alles in een woordenboek op te nemen. ”

Taalkundig

Wanneer een woord niet in het woordenboek voorkomt, zal de spraakcomputer zelf de uitspraak bepalen op basis van de traditionele regels van de taal. “Deze regels worden door

Deze zelflerende methode blijkt zeer goed te werken in vergelijking met het oude, regelgebaseerde alternatief. Robrecht Meersman: “In mijn masterproefonderzoek vergeleek ik de foutenmarge in twee talen: het Kroatisch en het Turks. Er bleek een groot verschil te bestaan tussen beide systemen: als we de regelgebaseerde systemen vergelijken met de zelflerende methode, dan daalde de foutenmarge bij het Kroatisch van 85% naar amper 29% en bij het Turks van 50% naar 15%. We boeken dus een grote winst wanneer we gebruikmaken van machine learning.” Alleen de klemtoon voorspellen bleek ook voor de computer een stevige uitdaging: “Een klemtoon bepalen verloopt zeer intuïtief.”

Jobs

Linguïsten hoeven zich voorlopen nog geen zorgen te maken, stelt Robrecht Meersman: “Hoewel de vertaling via machine learning kwalitatiever, eenvoudiger en goedkoper is, zullen de taalkundigen altijd wel een rol blijven spelen. Al zullen ze eerder woordenboeken samenstellen dan regels ingeven.”

Meer weten? scriptiebank.be/siri Promotor: prof. dr. Jan Cnops, mevr. Corinne Bos

Raven Onzea (Hogeschool PXL) bestudeerde voor zijn bachelorproef twee ontbindende reekadavers. Hij voert nu een opvallend pleidooi voor meer dode dieren in de natuur. “De impact van zo’n kadaver op zijn omgeving is verbazingwekkend, toch worden er nog altijd heel wat dode dieren weggehaald uit onze natuurgebieden.”

W

anneer een dier sterft in de natuur, profiteert het hele ecosysteem. Het kadaver vormt een uitgebreid buffet voor everzwijnen, vossen en buizerds, maar ook voor insecten en andere kleine dieren. Of zo zou het toch moeten zijn. Want in Vlaanderen worden runderen, paarden, reeën en everzwijnen in natuurgebieden nog altijd beschouwd als landbouwdieren, ook al verschilt hun leven en leefomgeving sterk van dat van echte landbouwdieren. Na overlijden worden ze meteen verwijderd en naar een destructiebedrijf gebracht. Volgens Raven Onzea is dit niet alleen een onnodige kost voor de overheid, het is vooral een verlies voor het ecosysteem. Tijdens zijn bachelorproef Groenmanagement zag hij met zijn eigen ogen hoe rijk het leven op een dood dier kan zijn. “Twee maanden lang bestudeerde ik twee reekadavers in natuurgebied Averbode Bos en Heide, beheerd door Natuurpunt vzw. Ik

vond verschillende ongewervelde dieren, zoals vliegen, kevers, spinnen, vlinders, hommels en maar liefst 610 aaskevers van negen verschillende soorten.”

“Haal je het dode dier weg, dan haal je ook alle stoffen weg die ze tijdens hun leven opgenomen hebben”

De resultaten van zijn onderzoek waren ook voor hem een verrassing: “Ik had nooit verwach dat een dood dier het ecosysteem op zovee vlakken stimuleert. De stoffen die vrijkomen bi afbraak van het kadaver, hebben een immense directe én indirecte invloed op planten, zoogdieren en insecten. Zo is het natrium belangrijk voor de voortplanting van vlinders. Haal je he dode dier weg, dan haal je ook alle stoffen weg die ze tijdens hun leven opgenomen hebben.”

Slachtafval

Volgens Raven kunnen we op verschillende manieren actie ondernemen: “De meest eenvoudige manier is om de grazers in natuurgebieden, zoals runderen en paarden, na hun dood ter plaatse te laten liggen. We kunnen ook slachtafval, aangereden wild en overschotten van geschoten wild op open plekken in de natuur leggen.”


DE VL A AMSE SCRIPTIEKRANT · Jaargang 7 · her fst 2019

5

WETENSCHAP

dissectiepracticum in vraag

e t e e n e n e el e ? s

HET LOT VAN DE MEEST MACABERE MODULE Vesalius achterna

Het antwoord moeten we zoeken in de zestiende eeuw bij Andries van Wesel, beter bekend als Andreas Vesalius. Hij was de eerste die een uitgebreide empirische beschrijving publiceerde van de anatomie van de mens. Hij gebruikte de lichamen van ter dood veroordeelde criminelen om te ontleden en te bestuderen.

“Opvallend was dat emoties zoals angst (37%) en walging (40%) minder voorkwamen dan we verwacht hadden”

Vijfhonderd jaar later worden stoffelijke overschotten nog steeds gebruikt om de menselijke anatomie te ontrafelen. Mensen kunnen ervoor kiezen hun lichaam na overlijden af te staan aan een universiteit, waardoor studenten geneeskunde de anatomie kunnen bestuderen en doorgronden tijdens verschillende dissectiepractica.

Internationale discussie

stresserend, het is duur en het is gebaseerd op donatie van lichamen, wat niet evident is. Momenteel is er een grote internationale discussie aan de gang over het lot van het dissectiepracticum. Tegenstanders geven aan dat moderne alternatieven, zoals computerprogramma’s met 3D-modellen van het menselijk lichaam, de dissectiepractica kunnen vervangen.

Terwijl experts van het voor- en tegenkamp ellenlange discussies voeren, wordt er één kamp vergeten: dat van de student. Daarom gingen Jonathan Mertens en Alexander Meyvis op pad en vroegen aan studenten geneeskunde van de Universiteit Antwerpen wat volgens hun de beste manier was om anatomie te studeren: het traditionele dissectiepracticum versus moderne computermodellen.

De cijfers

Voorstanders wijzen erop dat computerprogramma’s de ervaring van de dissectiepractica niet kunnen vervangen. Volgens hen brengt het dissectiepracticum de studenten zoveel meer bij dan enkel anatomie. Ze leren zelf te snijden in een lichaam, omgaan met hun emoties en met de dood, samen te werken en hun tijd efficiënt en grondig in te delen.

De resultaten van hun masterproefonderzoek spreken voor zich, aldus de twee onderzoekers: “127 studenten geneeskunde vulden onze vragenlijst in. Maar liefst 97% van de bevraagde studenten vindt het practicum nuttig in hun opleiding, ook al bestaan er alternatieven. De grote meerderheid geeft expliciet aan dat het een noodzakelijk onderdeel is van hun opleiding en vier op de vijf acht het practicum onvervangbaar.”

“Maar liefst 97% van de bevraagde studenten vindt het practicum nuttig in hun opleiding, ook al bestaan er alternatieven”

De studenten zijn van mening dat het dissectiepracticum een betere leermethode is dan boeken, 3D-modellen en op voorhand gedissecteerde structuren. Ze vinden het nuttig dat ze tijdens het practicum zelf moeten snijden en zoeken.

Toch worden deze dissectiepractica als leerinstrument in vraag gesteld. Er zijn wel wat nadelen aan verbonden. Het is emotioneel

Walging

Snijden in het lichaam van een overledene kan heel emotioneel belastend zijn. Voor de onderzoekers was het belangrijk om deze emotionele belasting in kaart te brengen.

“Opvallend was dat emoties zoals angst (37%) en walging (40%) minder voorkwamen dan we verwacht hadden. De meest voorkomende emoties waren enthousiasme (96%) en nieuwsgierigheid (99%). Verschillende studenten vermeldden wel geurhinder. Nog een opvallende conclusie: hoewel je kan verwachten dat vrouwen en mannen emoties anders ervaren, bleek er geen verschil te zijn tussen deze groepen.”

Broodnodig

Uit het onderzoek blijkt dat studenten geneeskunde aan de Universiteit Antwerpen het dissectiepracticum zien als een onvervangbaar basisonderdeel van hun medische opleiding. “Het gaat over meer dan alleen maar anatomie. Tijdens het practicum ontwikkelen studenten essentiële vaardigheden die ze de rest van hun medische carrière broodnodig zullen hebben.”

Meer weten? scriptiebank.be/dissectie Promotoren: prof. dr. Guy Hubens en dr. Luc van Nassauw

ode dieren in de natuur’ RAVEN ONZEA BESTUDEERDE TWEE ONTBINDENDE REEKADAVERS

s n -

Over ziektes hoeven we ons geen zorgen te maken, aldus Raven: “Het gezondheidsrisico voor de mens of de veestapel is verwaarloosbaar klein.”

“Ik had nooit verwacht dat een dood dier het ecosysteem op zoveel vlakken stimuleert”

k ht el ij e k t g ”

e n k n -

Sindsdien blijven de dieren na hun dood liggen en wordt de natuurlijke kringloop gesloten.” Raven is alvast overtuigd van de voordelen: “Meer aas in natuurgebieden trekt op termijn ook majestueuze aaseters aan zoals arenden, wouwen en gieren. Het zou fantastisch zijn om deze dieren bij ons terug te verwelkomen.”

Op de reekadavers vond Raven Onzea heel wat insecten: “Deze rimpelige aaskever kwam het vaakst voor” © Siga

Arenden

Raven Onzea liet twee overleden reeën ontbinden in de natuur.

©Bernard Stam

“Via nieuwe overeenkomsten met de bevoegde overheden, de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) en de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, kan de huidige aanpak verbeterd worden. In Nederland zorgde zo’n overeenkomst er bijvoorbeeld voor dat de runderen en paarden in de Oostvaardersplassen en de Veluwe erkend werden als wilde dieren.

Meer info? scriptiebank.be/reekadavers Promotoren: Jan Van Uytvanck, Sigi Berwaers Bachelorproef in samenwerking met het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO)


DE VL A AMSE SCRIPTIEKRANT ¡ Jaargang 7 ¡ her fst 2019

6

Stapels sollicitatiebrieven maar geen job?

Bij Psy-Go! vind je meteen steun, via telefoon of chat Solliciteren kan je zelfvertrouwen zwaar op

Meer info: www.lm.be > Voordelen en diensten > Psychologische begeleiding Nog geen lid van de Liberale Mutualiteit? Sluit vandaag nog aan.

de proef stellen. Wijs jezelf niet af, maar praat erover! Bel Psy-Go!, de gratis psychologische begeleiding op afstand, via 0800 32011. Chatten of videobellen kan via de iConnectYou-app.

Deze advertentie bevat enkel de voornaamste bepalingen over de dienst psychologische begeleiding. Bij twijfel of betwisting gelden steeds onze statuten.


DE VL A AMSE SCRIPTIEKRANT · Jaargang 7 · her fst 2019

7

GEZINSWETENSCHAPPEN

Wat als ik mijn kinderen niet meer herken? Gezinswetenschapster Lydia Heynen (Odisee) pleit voor een betere communicatie rond euthanasie bij dementie: “Te veel mensen blijven met vragen zitten na een diagnose.”

D

oor het verlies van cognitieve vermogens bij dementie neemt de wilsbekwaamheid af. Hierdoor mag de dokter in een gevorderd stadium van de ziekte geen euthanasie meer toedienen: “Wil men niet in het onvermijdelijke zorgtraject terechtkomen, dan moet men euthanasie in de beginfase laten uitvoeren. Met het risico dat er mooie maanden of jaren verloren gaan.” Om een juiste en geïnformeerde beslissing te nemen over het levenseinde, is een snelle en correcte diagnose van groot belang. Ook is het essentieel dat de patiënt voldoende inzicht heeft in het ziekteverloop. Maar beide verlopen in de praktijk soms moeizaam, zo merkt ze op in haar bachelorproef.

Ondraaglijk lijden

Zou ook euthanasie bij vergevorderde dementie in de toekomst mogelijk moeten zijn, zodat een ‘te vroege’ euthanasie uitgesloten wordt? Nu Heynen zich verdiept heeft in het onderwerp is haar antwoord eerder positief.

“Mensen met dementie willen naast de medische uitleg vooral horen hoe hun toekomst eruitziet, maar worden met lege handen naar huis gestuurd. De toekomst is onzeker en de meeste patiënten leven dag per dag. Voor de naasten, meestal de partner, wacht een zware taak als mantelzorger; zij lijden evenzeer onder de ziekte. Er is nood aan praktische en psychosociale ondersteuning, want er komt heel veel op hen af.”

“Als samenleving moeten we het beeld van ontwaarding bij dementie bijstellen”

Toch blijft het ook voor haar een moeilijke kwestie. “In Nederland is het vandaag wel al mogelijk. Voor mij mag de wetgeving verruimd worden, maar dan net als in Nederland onder strikte voorwaarden: zo moeten de precieze omstandigheden heel duidelijk omschreven worden in de wilsbeschikking.” “Ook begrijp ik dat artsen daar weigeren om de euthanasie uit te voeren, als de patiënt er niet ongelukkig uitziet. Daarom moet er, bovenop de wilsbeschikking, ook duidelijk en ontegensprekelijk sprake zijn van ondraaglijk lijden. We merken dat mensen met dementie zich aanpassen aan de veranderende omstandigheden. Daar horen we rekening mee te houden.”

“Als samenleving moeten we het beeld van ontwaarding bij dementie bijstellen. Een mens is meer dan zijn ziekte. Ook als je dement bent, blijf je recht hebben op de beste zorg, rekening houdend met je wensen en noden.”

Om een juiste en geïnformeerde beslissing te nemen over het levenseinde, is een snelle en correcte diagnose van groot belang. © Siggy Nowak

Ondersteuning

Toch mag euthanasie niet de enige optie zijn, zegt ze. Als gezinswetenschapper pleit Lydia Heynen dan ook voor meer informatie en een betere begeleiding van de patiënten en hun gezin.

Meer weten? scriptiebank.be/dementie Promotor: dr. Adelheid Rigo

O P VO E D I N G

“Ook ouders met een verstandelijke beperking kunnen kinderen opvoeden” Ouders met een licht verstandelijke beperking botsen in het dagelijkse leven tegen heel wat obstakels aan. Met een interactieve online cursus wil orthopedagoge Daphne de Kam (UGent) tonen hoe je deze mensen herkent en benadert.

licht verstandelijke beperking kan herkennen. Voor veel hulpverleners is dit immers een grote uitdaging: “Vaak kan je hele gesprekken voeren met deze mensen, zonder dat je in de gaten hebt dat ze er niets van begrijpen.” Hoe kan je dat vermijden? “Door vragen te stellen en je boodschap op te splitsen in overzichtelijke stappen. En je hoeft je trouwens niet te beperken tot praten alleen: je kan ook iets voortonen of je boodschap visueel duidelijk maken met een video of een tekening. Maar waak er vooral over dat je mensen niet gaat overschatten.”

D

at mensen met een licht verstandelijke beperking ook kinderen krijgen, stuit bij sommige mensen op onbegrip. Kunnen ze dat wel aan? Toch is het IQ niet allesbepalend voor succesvol ouderschap, zo stelt Daphne de Kam in haar masterproef : “Uit wetenschappelijk onderzoek is al meermaals gebleken dat mensen met een licht verstandelijke beperking, met de juiste begeleiding, in staat zijn om een succesvolle opvoeding af te ronden. Armoede, sociale uitsluiting en een gebrek aan begeleiding zijn factoren die een veel grotere bedreiging vormen voor de opvoeding.” Toen ze aan haar masterproef begon, was Daphne al enkele jaren aan de slag als begeleider van gezinnen met een verstandelijke beperking. “Ouderavonden, doktersbezoeken, aanmelden voor de zwemles: het zijn soms moeilijke opgaven. Ik begeleid de ouders met alle aspecten van het leven waar ze moeite mee hebben, van problemen met de kinderen tot administratie.”

Kwetsbaar

Voor haar thesis ontwikkelde ze een uitgebreide online cursus, waarin ze toont hoe je ouders met een licht verstandelijke beperking kan herkennen, benaderen en op

Leraar tot wijkagent

Dat mensen met een licht verstandelijke beperking ook kinderen krijgen, stuit bij sommige mensen op onbegrip.

een toegankelijke wijze met hen kan communiceren. Toen ze begon, was het voor haar meteen duidelijk dat de ouders centraal moesten staan. Elf ouders met een licht verstandelijke beperking werkten uiteindelijk mee. Van bij het begin werden ze betrokken bij de inhoud en ook achteraf werd hun mening gevraagd. Doorheen de e-learning komen ze aan het woord in verschillende video’s. Dankzij deze getuigenissen valt op hoe divers deze groep is: zo lichten sommige ouders hun gesprekspartner meteen in over hun beperking, als de conversatie wat moeilijk verloopt. “Ik zeg dan

gewoon dat mijn hersenen niet zo goed werken en dat ik een verstandelijke beperking heb.” Anderen zijn terughoudender. Angst voor onbegrip en misbruik blijkt een grote drempel om open te zijn over hun beperking en helaas is dit vaak een terechte angst. “Eigenlijk zijn dit vooral heel kwetsbare ouders, die vaak veel bagage met zich meedragen,” zo vertelt gedragskundige Cokkie Nelen in één van de video’s. Juist omdat deze ouders er niet gemakkelijk voor uitkomen, besteedt Daphne in haar cursus aandacht aan hoe je iemand met een

De cursus van Daphne is gratis te volgen en bevat heel wat interactieve elementen en videogetuigenissen van ouders en professionals. Ze hoopt dat ze zoveel mogelijk mensen kan bereiken: “Van leraar, huisarts tot wijkagent: iedere professional komt wel eens in aanraking met ouders met een licht verstandelijke beperking. Of misschien heeft iemand een kennis of een familielid die zo’n beperking heeft. Het zou mooi zijn als ook deze ouders aansluiting vinden in onze maatschappij.”

Meer weten? scriptiebank.be/lvbouders Promotor: prof. dr. Geert Van Hove


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.