Vlam 2

Page 1

VLAM

driemaandelijks magazine van Jong Groen ERKENNING P702077 | V.U. Lies Corneillie, Sergeant De Bruynestraat 78-82, 1070 Brussel

E D I T I E O K T/ N O V/ D E C 2014

Wouter Van Besien: DOSSIER

Zin en waanzin van reclame

“Bondgenoten zoeken en samen dingen realiseren, de kern van politiek.”

Lena uit Oekraïne: “Ik ben blij om te zien hoe solidair de Oekraïeners zijn.”

PB- PP B- 00000 BELGIE(N) - BELGIQUE


GROENLAND

brief van de week

“WIJ GAAN TOCH OOK NIET NAAR HÚN LAND?” “Beste, Ik ben een bezorgde burger. Een wakkere burger, bovendien. Wat ik zie en weet, deel ik graag met de lezers van dit blad voor jonge mensen. Er is veel onrecht in de wereld, veel onrechtvaardigheid zelfs. Ook geweld, vieze ziektes en terroristische aanvallen teisteren de wereld. Dat weten we intussen allemaal. De media slaan ons er dood mee, alle dagen. Op zich dus niets nieuws. Soms wordt er trouwens ook wel overdreven: blijkbaar zijn er op meer dan een halfjaar nog altijd maar zo’n 3.500 mensen gestorven aan ebola. Op een continent van meer dan een miljard inwoners! Ik neem aan dat er in Afrika nog altijd meer mensen sterven aan buikgriep of zelfs auto-ongevallen dan aan die zogenaamde epidemie. Maar terug naar mijn ongerustheid, waarom ik u schrijf. Want wat blijkt nu? De kans bestaat dat al deze lelijke zaken ook ONS LAND kunnen bereiken! Ik las in de krant dat terroristische aanslagen heel waarschijnlijk zijn in Antwerpen en Brussel. Zeker nu we zelf mee gaan vechten in Irak en Pakistan ofzo. De ministers zeggen wel dat het zo’n vaart niet zal lopen, maar dat doen ze ook alleen maar om geen paniek te zaaien. WIJ WETEN WEL BETER! Ze zouden iedereen die nu naar die landen gaat meteen hun paspoort moeten afnemen. Dat ze hun bommen ergens anders laten ontploffen. Wij gaan toch ook niet naar hun landen om mensen te vermoorden? En daar houdt het niet op. Want behalve al die gevaarlijke Syrië-strijders vormt ook EBOLA een gevaar voor onze volksgezondheid. Dat is wat anders dan onnozeliteiten als het invriezen van eierstokken – dokters zouden zich beter bezighouden met het buitenhouden van die ebola-gekte. Het kan toch niet dat in een geciviliseerd land als Vlaanderen zo’n primitieve ziekte voet aan wal zet. Dat is een KAAKSLAG voor onze kinderen. Mijn oproep, dus, aan alle vrienden politici en wetenschappers: zorg er alstublieft voor dat al die ellende, gore ziektes, agressieve zotten en fundamentalisten buiten onze landsgrenzen blijven. Ze moeten hun problemen niet exporteren! Ik zeg het maar: als iedereen voor eigen deur keert, blijft de hele wereld proper. Waakzame groet, (naam en adres bekend bij de redactie)”

2


EDITO

INHOUD

O N Z E E E R S T E K E E R ...

p4

DOSSIER I I’m lovin’ it, zin en waanzin van reclame

Jullie hoorden het misschien al op de verkiezingsavond, of lazen het op de sociale media, maar we stellen ons ook hier graag aan je voor: wij zijn Céline en Eline, de nieuwe voorzitter en ondervoorzitter van Jong Groen. En daar zijn we fier op! Het zijn overweldigende dagen met veel leuke ‘eerste keers’ en spannende nieuwe uitdagingen, maar we amuseren ons te pletter.

p7

IN DE KIJKER Nieuwe bestuur van Jong Groen en zijn plannen

p8

GE VAT Robuust, zero waste shop

Het nieuwe bestuur nam alvast een vliegende start en na het bestuursweekend bruisen we van frisse ideeën en plannen voor het komende werkjaar. Een greep uit het aanbod: dit jaar verdiepen we ons in, maar verzetten we ons bovenal tegen TTIP, het vrijhandelsakkoord tussen de EU en de VS en het kindje van gewezen eurocommissaris Karel De Gucht. We onderzoeken de rol van media in onze hedendaagse samenleving en we organiseren een congres rond armoede en sociale ongelijkheid. Uiteraard blijven we ook strijden voor een ambitieus klimaatbeleid en voor een omschakeling naar duurzame energiebronnen. Met een doordachter energiebeleid hadden de voorbije regeringen de afgelopen jaren black-outs kunnen en moeten voorkomen.

p 10

F R A P P A N T Ecologisch op kot

p 11

IN BEELD Startdag

p 12

INTERVIEW Wouter Van Besien en Céline Van Den Abeele

p 16

DOSSIER II Economische sancties, werken die wel?

p 18

C U L T U U R Fotografie in de vuurlinie?

p 19

AFDELING IN DE KIJKER Jong Groen Gent

p 20

JONG Getuigenis van een jonge Oekraïense

Een nieuw jaar, een nieuw bestuur. En in dit geval ook een nieuw voorzittersduo.

Naast deze brede waaier aan activiteiten kunnen jullie natuurlijk ook op ons rekenen om zich op een rustiger moment in te lezen in diverse onderwerpen. In deze Vlam bieden we opnieuw diepgravende analyses, over de zin of onzin van economische sancties en over de rol van reclame in onze hedendaagse samenleving, geven we enkele interessante tips voor een ecologisch leven, bieden we jullie nog een streepje cultuur en uiteraard stellen we ook onszelf, het nieuwe bestuur van Jong Groen, graag aan jullie voor. Het mag duidelijk zijn: het nieuwe bestuur heeft er keiveel goesting in. Samen zullen we er dit jaar als Jong Groen staan en van ons laten horen. Een ‘eerste keer’ was het ook voor veel nieuwe gezichten tijdens de startdag van 27 september. Het was bemoedigend te zien hoeveel jongeren hun neus aan het politieke raam steken. Bovendien kunnen ze rekenen op een hechte groep ervaren Jong Groeners, die ook present tekenden voor de start van het nieuwe jaar. Jongeren zijn de toekomst, maar we staan er vandaag. Dat was niet het minst te merken op de startdag. En dat zal weldra iedereen – ook de traditionele beleidsmakers in hun grijze maatpakken – geweten hebben! Céline en Eline, voorzit ter en ondervoorzit ter

3

Op de startdag ten veel nieuwe gezich en veel boeiende gesprekken.


DOSSIER I

I’M LOVIN’ IT Zin en waanzin van reclame

Reclameboodschappen zijn overal: in kranten, op TV, het internet, in winkels, cafés, op de festivalweide en zelfs op de openbare weg. Commerciële reclame is deel gaan uitmaken van de alledaagse realiteit. We stellen er ons geen vragen meer bij. Maar waar dient die reclame nu voor? Wie plaatst die berichten op mijn computerscherm? En welke invloed hebben ze, op mezelf en de samenleving?

Reclame bestaat al lang. De oude Egyptenaren plakten reeds commerciële posters tegen de muur. Je vindt het ook in alle vormen en maten: van een kleurrijk naambord tegen de winkelgevel tot een videoboodschap op sociale media. Maar vandaag bepaalt de moderne massareclame het commerciële landschap. Het beïnvloedt onze economie en onze samenleving. Het is deze vorm van reclame die een ecologische maatschappij onmogelijk maakt. 4


DOSSIER I

HET NUT VAN RECLAME De oorspronkelijke economische rol van reclame is zeer simpel. Volgens Van Dale is reclame “de openbare aanprijzing ter bevordering van de afzet van goederen en diensten.” Als je bijvoorbeeld een fietsenwinkel opent, dan zorg je ervoor dat mensen weten dat je fietsen verkoopt. Je start je zaak best in een drukke winkelstraat, in een gebouw met een groot uitstalraam en een opzichtig bord met de titel “Fietsenwinkel”. In de week voor de opening plaats je ook in alle lokale kranten en weekblaadjes een advertentie over je nieuwe winkel. Maar er is meer, jij hebt natuurlijk de beste fietsenwinkel! Er zijn al veel vergelijkbare zaken in België, maar jij verkoopt duidelijk betere fietsen en je biedt betere diensten tegen onklopbare prijzen. Vervolgens maak je dat bekend aan zoveel mogelijk buurtbewoners. Reclame informeert de consument dus niet alleen over welke producten en diensten er te vinden zijn. Het stelt de consument ook in staat te vergelijken tussen prijzen en kwaliteit.

MEER KOPEN, MEER BETALEN Tot zover het nut van reclame. Maar is deze informerende rol de enige reden waarom bedrijven zoveel geld pompen in publiciteit? De aard van de reclamespotjes op TV doet vermoeden van niet. Iedereen weet bijvoorbeeld dat Dash witter wast dan wit, daar hoeven ze ons niet elke dag opnieuw aan te herinneren. De informatieve boodschap die frisdrankbedrijven ons proberen bij te brengen, is ook niet helemaal duidelijk. Als je Coca Cola Zero drinkt, komt er heus geen knappe vrouw met een helikopter aangevlogen in een waas

van explosies. Jammer. Bedrijven moeten winst maken, hoe meer hoe beter. Ze willen dus zo veel mogelijk producten verkopen tegen een zo hoog mogelijke prijs. Door enkel de ratio van mensen aan te spreken, lukt dat maar ten dele, dus spelen ze hoofdzakelijk in op onze psyche. Met reclame zetten producenten ons aan om meer te consumeren en om veel geld neer te tellen voor hun producten, meer dan de eigenlijke materiële waarde. Hier slagen ze in door hun producten een symbolische, sociale of erotische meerwaarde te geven. Red Bull is een schoolvoorbeeld. Het kost helemaal niet veel geld om dat drankje te maken en te verdelen. Toch betalen we er stukken van mensen voor. Het beproefde recept van Red Bull: laat sporthelden je drankje promoten en laat bevallige jongedames je blikjes uitdelen op drukke plaatsen. De erotische waarde van cafeïne stijgt meteen met factor tien. Bingo! De kunst is ook om ons zo veel mogelijk producten te doen kopen. Bedrijven zijn erin geslaagd om een cultuur van consumptie te creëren. Zo leren reclamebeelden ons dat gelukkige gezinnen steeds twee auto’s hebben, een groot huis, een rijkelijk gevulde koelkast, een hele hoop elektrische huishoudtoestellen… Maar er bestaan andere trucjes. Iedereen weet bijvoorbeeld dat ouders van hun kinderen houden. Bestook die kinderen dus met beelden van speelgoed in alle kleuren en maten. Zeurende peuters doen de rest. Zij zijn de voornaamste bondgenoten van vele bedrijven.

DE MENS IN DIENST VAN DE ECONOMIE Is dat problematisch? Ja. Reclame leidt tot overconsumptie en verstoort

5

de marktwerking door de creatie van monopolies. Niet elk bedrijf heeft immers evenveel toegang tot reclamekanalen. Reclame kost geld. De grote merken kunnen de grote massa vaker bereiken dan jonge, kleine producenten. Ook al maak je betere en goedkopere producten, als je geen smak geld aan publiciteit kan uitgeven, zal je nooit evenveel verkopen als je grote concurrenten. Nog erger is dat reclame een ongebreidelde consumptie cultiveert. Dat was een reactie van de bedrijven die in de jaren 50 van de vorige eeuw geconfronteerd werden met de verzadiging van de interne markt. De welvaart was zo fel gestegen dat elk westers gezin in zijn basisbehoeftes kon voorzien. De economie was sterk genoeg om iedereen een welvarend leven te bezorgen. Maar bedrijven moeten winst maken en groeien. Hun oplossing was zeer simpel: nieuwe behoeftes creëren. Met reclameboodschappen zetten ze ons aan om producten en diensten te consumeren die we voordien niet nodig hadden. De mens is zo een speelbal van de economie geworden. Producenten zorgen er via reclame voor dat wij, consumenten, evenveel consumeren dan zij kunnen produceren. Voormalig reclamegigant Stanley Resor ziet reclame als ‘een educatieve en activerende kracht die zorgt voor de nodige verandering van de economische vraag.’ Maar stond de economie niet ten dienste van de mens en de maatschappij? En niet andersom? Hebben we op een bepaald moment al niet voldoende in ons bezit? Mogen wij zelf niet bepalen welke producten en diensten wij nodig hebben? In een rustige omgeving, zonder om de oren geslagen te worden met beelden van knappe vrouwen, blitse auto’s, sportieve mannen en ideale gezinnetjes?


DOSSIER I

RECLAME EN D E M O C R AT I E Het is dus niet enkel het misleidende aspect van sommige reclameboodschappen dat verkeerd is. Moderne massareclame is fundamenteel problematisch. Het draagt sterk bij aan het ondemocratische karakter van onze economie. De gangbare mythe stelt dat de consument bepaalt welke producten er op de markt zijn. Als iedereen begaan is met de sociale rechten van de arbeider, zal er enkel ethische kledij in de rekken liggen. En als iedereen duurzaamheid belangrijk vindt, zorgen we er zelf voor dat we minder consumeren. Maar zo loopt het niet. Bedrijven spenderen jaarlijks miljarden aan reclame (zie kader). Met hun boodschappen bereiken ze dagelijks de grote massa. Burgergroeperingen en ngo’s strijden met ongelijke

middelen. Tientallen verenigingen zetten zich bijvoorbeeld dagelijks in om de voordelen van de fiets en het openbaar vervoer duidelijk te maken. Een zeer moeilijke opgave als tegelijkertijd de autobouwers de volledige bevolking dagelijks bestoken met foto’s, video’s en geluidsboodschappen van hun prachtige vierwielers. Een gezond maatschappelijk debat over de aard van onze consumptie is zo niet mogelijk.

AFSCHAFFEN! Eén ding is duidelijk. De moderne massareclame heeft nog maar een beperkte informatieve functie. Dat is nochtans zijn enige nut. Bovendien informeren bedrijven ons vaak niet correct of onvolledig. De consument kan dus beter zichzelf informeren. Dat kan via onafhankelijke consumentenbladen of door gebruikersbeoordelingen op het net. Alternatieven voor reclame bestaan

dus al. Massareclame is overbodig. Daarenboven heeft reclame veel negatieve effecten op onze economie en onze samenleving. Zeker als we streven naar een ecologische samenleving. Vandaag creëren winstgedreven bedrijven aan de hand van reclame extra behoeftes om de alsmaar stijgende productie op te vangen. Die logica moeten we omdraaien. De economie moet onze huidige behoeftes bevredigen met zo weinig mogelijk werk, kapitaal en grondstoffen. Duurzaamheid is niet gebaat bij almaar toenemende consumptie. Massareclame afschaffen is al een stap in de goede richting.

Auteur: Jan Keustermans

Is het daar waar ons reclamegeld naartoe gaat? Jaarlijks stroomt wereldwijd een gigantische hoeveelheid geld naar reclame. In 2014 zullen we de kaap van €450 miljard ronden. Dat is meer dan het bruto binnenlands product van België! In ons land waren de reclame-investeringen in 2010 goed voor €3,5 miljard. Ter vergelijking: in datzelfde jaar gaf België €2,3 miljard uit aan ontwikkelingssamenwerking. Maar dat is geen weggesmeten geld. Het zorgt mede voor de financiering van televisie- en radiostations, kranten, tijdschriften en websites. Dankzij reclame zijn Google en Facebook gratis, is je krant de helft goedkoper en kan je avond na avond van VTM-programma’s genieten. Het probleem ook hier weer is het ondemocratische karakter van de toewijzing van het reclamegeld.

6

Bedrijven bepalen zelf via welke media ze hun reclameboodschap verspreiden. Dat gebeurt op basis van voorspelde opbrengst. Media met een groot, koopgraag publiek worden zo bevoordeeld. Een kwaliteitskrant met een beperkt lezerspubliek of een ecologisch magazine met bewuste consumenten zullen dus moeite hebben om fondsen te vinden. Bovendien hebben behoudsgezinde media – die al bewezen hebben een groot publiek aan te spreken – veel meer kans op hoge reclame-inkomsten dan hun progressieve soortgenoten. In die logica zullen media proberen om een zo groot mogelijk publiek aan te trekken. Met als resultaat dat er meer gelet wordt op de kijkers- en lezersaantallen dan op de kwaliteit en de informatieve waarde van het programma of het artikel.


IN DE KIJKER

NIEUWE BESTUURSPLOEG EN ZIJN PLANNEN

Begin september verkozen de leden van Jong Groen een nieuw bestuur. De nieuwe ploeg aarzelde niet om het beleid van Bourgeois I op de korrel te nemen. “De nieuwe Vlaamse regering heeft een slechte start genomen nu alle besparingen kinderen en jongeren bijzonder hard treffen,” aldus Céline Van Den Abeele, de nieuwe voorzitter van Jong Groen. “Duurdere kinderopvang, minder subsidies voor het verenigingsleven, hoger inschrijvingsgeld voor de universiteiten. Politici verwijzen naar ‘de jeugd als onze toekomst’, maar zetten alles in de steigers om die toekomst te hypothekeren.” Dat ziet er met de nieuwe federale regering Michel I niet rooskleuriger uit.

Céline vormt samen met Eline het nieuwe voorzittersduo. Ze volgen Bram en Wanda op en waren vorig jaar actief als bestuurslid, net als Jan en Gert-Jan, allebei herverkozen als internationaal secretaris en afdelingsverantwoordelijke. Nieuw in het bestuur zijn Brendan, Dries, Ikrame, Mattijs en Sielke. Daarnaast vaardigt Jong Groen Veva en Thomas af als vertegenwoordigers in de Politieke Raad van Groen. Het komende werkjaar wil Jong Groen jongeren uit alle windstreken en met diverse achtergronden warm maken voor het groene gedachtegoed. We zullen op verschillende manieren onze stem laten horen en tegengas bieden aan het rechtse beleid dat momenteel in België en in Vlaanderen geïnstalleerd wordt. Tegelijkertijd zullen we ook constructief blijven ijveren voor een progressievere ecologische en sociaal-economische agenda. Want de stem van jongeren is te belangrijk om genegeerd te worden.

7

Dit jaar gaan we dieper in op een brede waaier aan thema’s, waaronder armoede en sociale ongelijkheid, media en ethiek, een nieuwe wereldorde en het gevangeniswezen. Daaraan gekoppeld organiseren we een heleboel activiteiten. Daarnaast zijn er doorlopende werkgroepen rond internationale thema’s en onze internationale werking in het algemeen, de redactie van dit blad, actief pluralisme en de politieke raad van Groen. Voor ieder wat wils. Natuurlijk kan je ook eerst komen luisteren en van een activiteit proeven. www.jonggroen.be/jaarplan


GEVAT

ROBUUST

© Tine De Wilde

Eerste verpakkingsvrije winkel in België

8


GEVAT

Eind augustus opende Robuust, de eerste verpakkings-vrije winkel in ons land in Antwerpen. Wil je winkelen in de zogeheten ‘Zero Waste Shop’, dan breng je best lege potjes, linnen zakjes of glazen bokalen mee om je (biologisch) fruit, groenten, fruitsappen, melk, kruiden, zeep en allerlei herbruikbare producten in op te bergen. De opening was een succes, de eerste reacties van klanten lovend.

CONCEPT “Aanleiding voor de unieke winkel was de grote hoeveelheid afval die iedereen verzamelt”, verklaart de vijfentwintigjarige Savina Istas. De gemiddelde Vlaming produceert jaarlijks 513 kilogram afval. Onder invloed van haar studie duurzaamheidswetenschappen en de tips van een New Yorkse blogster besefte de Antwerpse dat het ook anders kan. Zo kwam ze uit op het idee voor een winkel waaruit alle plastic verpakkingen worden gebannen, en die alleen met glazen bokalen en linnen zakken werkt. Samen met haar vriend Thijs bouwde Savina de voormalige sapjesbar op de hoek van de Reyndersstraat en de Hoogstraat om tot een ecologisch verantwoorde winkel. De financiering kwam er door middel van crowdfunding. Robuust mikt naar eigen zeggen op een zo breed mogelijk publiek. “Een hype zijn we al – onze Facebookpagina telt al meer dan 7.000 likes en op de opening was het hier een drukte van jewelste – nu moeten we nog bewijzen dat het écht werkt om te winkelen in bulk.”

DUURZA AMHEID Wat we nodig hebben is niets minder dan een duurzaamheidsrevolutie. Grote producenten beseffen dat en gaan tegenwoordig vanuit het oogpunt van ‘corporate social responsability‘ inzetten op reductie van afval. Savina: “Het klopt zeker dat andere merken initiatief nemen om hun verpakking minder vervuilend te maken, maar wij laten het helemaal weg. In plaats van dan een nood te creëren aan recyclage gaan wij voor het idee van precycleren, wat betekent dat je helemaal niet meer moet recycleren.” Is de winkel echt voor de volle honderd procent duurzaam? Savina: “Nee, er is geen gouden oplossing en wij pretenderen ook echt niet om dé oplossing gevonden te hebben. Wij zeggen ook dat het een afvalvrije winkel is voor de klanten, wat enkel betekent dat de mensen niet met een berg afval komen te zitten. Het klopt dat je om de producten bij ons in de winkel te krijgen gewoon vast verbonden bent aan transport, camions die het komen leveren op een palet dat ingepakt is om het breken van stukken te voorkomen. Wij hebben een duurzaam concept, dat niet honderd procent duurzaam is, want op dit moment is er niets dat honderd procent duurzaam is. Wij proberen te herkennen waar de niet-duurzame processen zijn en we proberen daar zo veel mogelijk van af te stappen.”

I N T E R N AT I O N A A L Er bestaan al vier andere verpakkingsvrije winkels. In.gredients in Texas, Granel in Spanje, Effecorta in Italië en sinds kort ook Original Unverpackt in Berlijn en la Recharge in Bordeaux. Ook in Nederland is er interesse voor het concept. De organisatie Zero

Waste Europe houdt zich bezig met het reduceren van afval op internationaal niveau en steunt initiatieven die hiermee te maken hebben. Langs de kant van de consument heeft de Amerikaanse Bea Johnson een ‘Zero Waste lifestyle’ voor haar gezin uitgedokterd. Haar systeem draait rond 5R’en: “Refuse what you do not need, Reduce what you do need, Reuse what you consume, Recycle what you cannot Refuse, Reduce or Reuse, and Rot (Compost) the rest.”

PREC YCL AGE Hoe werkt ‘the Zero Waste Shop’? Je neemt zelf doosjes, linnen zakjes, bokalen of andere recipiënten van bij je thuis mee naar de winkel. De potten worden eerst leeg gewogen en aan de onderkant gelabeld met een etiketje. Droge voedingswaren, zoals rijst, koffie, bonen, noten, pasta, chocolade, koekjes en granen worden aangeboden in grote plastieken trechters. Je kan vervolgens zelf je verpakkingen vullen. Op het einde wordt alles gevuld gewogen. Ben je eigen doosjes of zakjes vergeten? Dan kan je er ook in de winkel lenen. Alle producten in het gamma zijn biologisch en komen in de mate van het mogelijke uit de buurt. Dat heeft uiteraard gevolgen voor de prijs, die wat hoger zal liggen dan in de gewone supermarkt. Je kan prijzen vergelijken met die van een gewone biowinkel. Savina hoopt die prijzen in de toekomst nog te kunnen drukken. Op dit ogenblik is het aanbod van biologische bulkproducten nog beperkt. Ze hoopt dat de leveranciers in de toekomst hun aanbod nog zullen uitbreiden. www.berobuust.com

auteur: Steven Leysen

9


FRAPPANT

ECHTE ECOLOGISTEN LATEN DE AFWAS STAAN BEPERK DE RUIMTE

KIES VOOR K WALITEIT

✔✔ Geef de voorkeur aan een kot dat dicht bij een trein-, tram-, of busstation ligt. Zo vermijd je dat je na een nachtje stappen verleid wordt om de taxi naar huis te nemen. Zorg ook voor een goed functionerende fiets, die verhoogt je bewegingsvrijheid maximaal.

✔✔ Let erop dat de kamer die je kiest goed geïsoleerd is. Koten op de bovenste verdieping – onder het dak – zijn vaak net iets goedkoper, maar dat bekoop je dan weer met een hogere elektriciteits- of gasfactuur. Als je de blauwe lucht achter de dakpannen ziet piepen, is dat geen goed teken! Daarnaast zijn vensters met dubbele beglazing echt geen overbodige luxe. Er moet minder gestookt worden om de ruimte te verwarmen en de warmte blijft langer hangen. Toch zet je best af en toe – bij voorkeur ’s ochtends vroeg – de vensters wagenwijd open. Frisse lucht is gezond!

✔✔ Idealiter kies je een kleine kamer met een niet al te hoog plafond én veel lichtinval (zuidelijk georiënteerd). Je moet minder vaak kunstlicht gebruiken en je moet een kleinere oppervlakte verwarmen. ✔✔ Koelkasten zijn enorm energieverslindend. Om te voorkomen dat de halflege kotfrigo te hard moet draaien, kun je op de vrije schappen lege kartonnen dozen zetten. Op die manier maak je het volume van de te koelen lucht kleiner. Hetzelfde geldt voor de diepvriezer. ✔✔ Toiletten verslinden dan weer liters water. Heeft je kottoilet geen spaarknop? Zet dan drie halve literflesjes water in de spoelbak. Zo verlaag je het watervolume dat wordt opgetrokken om te spoelen. Als je dan echt eens veel water nodig hebt, haal je de drie flesjes er simpelweg weer uit.

✔✔ Probeer ook zelf voor wat extra isolatie te zorgen. Een tapijt op de vloer kan daarbij zeker helpen. Bij een tegelvloer is dit bovendien essentieel, want je wilt toch ook niet opstaan ’s morgens en je voeten op een ijskoude vloer zetten… ✔✔ Er bestaat tegenwoordig een breed gamma aan lichtjes die zichzelf opladen met zonlicht en ’s nachts een warme gloed verspreiden. Uiterst gezellig en toch iets veiliger dan kaarsen branden.

10

DOE DINGEN SAMEN ✔✔ Ga zo vaak mogelijk studeren in groep. Dat kan in een gemeenschappelijke ruimte in je studentenhuis of in een studieruimte of bibliotheek van je hogeschool of universiteit. Er is over het algemeen meer lichtinval (wat goed is voor de concentratie) en slechts één ruimte die moet verlicht en verwarmd worden in plaats van alle afzonderlijke kamers. Veel mensen vinden het bovendien leuker om in groep te studeren. Je zou er ook minder snel afgeleid worden door je elektronische sociale netwerken. ✔✔ Niets is zo fijn als een gemeenschappelijke keuken! Kook zoveel mogelijk samen met je kotgenoten. Dat versterkt de banden en verlaagt het gas- en/of elektriciteitsverbruik. Laat daarenboven de afwas altijd zo lang mogelijk staan. Eén keer een grote afwas doen is natuurvriendelijker dan verschillende kleintjes. Een ecologisch afwasmiddel is vaak iéts duurder dan de budgetvarianten, maar is vriendelijker voor het milieu én voor ons lichaam.

Auteur: Soetkin Hoessen


IN BEELD

STARTDAG IN BEELD Op 27 september trapten we ons nieuwe werkjaar op gang in het Antwerpse EcoHuis. Een prachtige setting voor een eerste kennismaking met niet minder dan vijftig aanwezige nieuwe leden en een blij weerzien met de talrijke anciens.

1. Kristof legde ons uit wat ecologisme precies inhoudt. We voelden ons op slag wat minder groen achter de oren.

Na een welkomstspeech van onze nieuwbakken ondervoorzitster Eline, was het tijd om de handen uit de mouwen te steken. Er was keuze uit een brede waaier aan infosessies en workshops. Een greep uit het aanbod:

2. Dalila van Karuur kwam ons vertellen hoe je inspraak kunt verwerven in je gemeente. Razend interessant. We kunnen niet wachten om haar adviezen in de praktijk om te zetten! Meer op karuur.be. 3. Touria van D’Broej legde ons uit hoe we een breder jong publiek kunnen betrekken bij onze werking. Een aantal opdrachten verder werd duidelijk dat dit niet zo vanzelfsprekend is, maar wij zijn er alvast klaar voor! Meer op dbroej.be.

2

4. ’s Middags genoten we na een lekker vegetarisch broodje van de zon op het terras van het EcoHuis.

3

5. Parlementsleden Kristof, Imade en Evita begeleidden de workshops ‘Debattraining met jonge parlementairen’. We weten nu alvast hoe we onze politieke tegenstanders het vuur aan de schenen moeten leggen.

5

6. De workshop van Wien van Mooss zette ons aan om ‘out-of-the-box’ te denken bij het opzetten van politieke acties. We pakten de schaar op en veranderden met onze knipsels de omgeving. Met een reeks kleine ingrepen behaalden we zo een maximaal resultaat. Stof voor heel wat toekomstige acties! Meer op mooss.org.

1

4

6

11


INTERVIEW

Dubbelinterview Wouter Van Besien en Céline Van Den Abeele

BLOEMEN EN PRALINES Na vijf jaar voorzitterschap geeft Wouter Van Besien op 15 november de fakkel door aan Meyrem Almaci of Elke Van den Brandt. Ook bij Jong Groen zijn de vrouwen het komende jaar aan de macht. Céline Van Den Abeele – in voorzittersduo met Eline Deblaere – werd half september verkozen om de politieke jongerenorganisatie te leiden. Wij blikken samen met Wouter en Céline vooruit op het politieke jaar. Wouter, veel collega’s politici loofden je kwaliteiten als voorzitter. Als kritiek hoorden we vooral dat je te snel stopt. Terecht? Wouter: “Helemaal niet, het is een goed moment om te stoppen. We hebben nog nooit zoveel leden gehad, we staan lokaal sterk en we hebben nog nooit in zoveel meerderheden gezeten. De fundamenten zijn stevig, daar hebben we met velen voor gezorgd. Het heeft nooit om mij gedraaid en daar ben ik blij om. Dit

is een goede context om de fakkel door te geven. Er zijn bovendien geen verkiezingen tot 2018, wanneer het lokale verkiezingen zijn. In 2019 zijn er dan nationale verkiezingen. Er is dus tijd en ruimte voor de voorzitter om de partij verder uit te bouwen en te versterken.”

AU SÉRIEUX Céline, wat waren volgens jou de sterke punten van het voorzitterschap van Wouter? Céline: “De verbreding van de partij en dat we meer gerespecteerd en au sérieux genomen worden. We zijn van ons geitenwollensokken-imago af en zijn geen one issue-partij meer. Daardoor hebben meer mensen interesse gekregen in Groen. We zijn nog steeds de milieupartij, maar we zijn inmiddels zoveel meer, mede dankzij Wouter.”

Vanwaar de switch naar het Vlaams Parlement? Wouter: “Ik was graag voorzitter, maar het is op sommige momenten heel strategisch. Het gaat er vaak om hoe we

12

onszelf in de markt kunnen zetten, hoe we kiezers kunnen verleiden. Dat is een wezenlijk onderdeel van de politiek en ik ben daar niet vies van, maar zelf zou ik nu liever echt met dossiers bezig zijn.”

Céline, de federale en Vlaamse regeringen zijn gevormd, de regeerakkoorden onderhandeld. Noch op ecologische vlak, noch op vlak van jeugdbeleid ziet het er erg rooskleurig uit. Hoe gaan wij als jongerenpartij oppositie voeren? Céline: “De kerntaak van Jong Groen moet zijn om de politiek bij zoveel mogelijk jongeren te brengen, en dat moet enigszins losstaan van de waan van de dag. Uiteraard zijn we jongeren met een grote politieke interesse en volgen we met argusogen wat er gebeurt in de politiek, in de parlementen en in de regeringen. We reageren wanneer nodig: via sociale media, actiemomenten en opiniestukken. We zullen daarmee van leer trekken en dat zal de komende vijf jaar ook nodig zijn.”


INTERVIEW

FELLE S T R IJD Wouter, welke thema’s wil je als Vlaams Parlementslid op de agenda zetten? Wouter: “Ik ga me voornamelijk bezighouden met economie. Dat is dé sleutel voor een beleid dat zowel sociaal als ecologisch is. De economie moet anders dan nu. De Vlaamse regering heeft daarvoor verschillende instrumenten in handen: investeringen voor bedrijven, subsidiereglementen, regelgeving. Daar wil ik het debat over aangaan. Daarnaast wordt België in de Europese vergadering vertegenwoordigd door de gewesten. Voor thema’s als landbouw, natuur en milieu zetelt Vlaanderen dus in die Europese vergadering. Dat lijkt vaak aan het debat hier te ontglippen. Ik wil de ministers bij de les houden en debatteren over ons standpunt daarover, want op Europees niveau worden belangrijke beslissingen genomen die veel impact hebben.

Céline: “We hebben meer nodig dan een groen sausje over ons bestaand economisch model.” Ten derde blijf ik strijden tegen de Oosterweelverbinding zoals ze nu voorzien is. We moeten die nieuwe autostrade tegenhouden. In plaats van de stad te verminken moeten we de ring overkappen en zo op een positieve manier een stuk stad bij winnen. Het wordt een felle strijd, want de meerderheid is vastberaden.”

Wat zijn je ambities als voorzitter, Céline? Céline: “Toen ik zelf lid werd, had ik

meteen het gevoel dat ik in een heel warme groep mensen terecht kwam waar iedereen zijn ding kan doen. Ik wil dat de nieuwe leden hetzelfde gevoel krijgen. En ik wil onze beweging verbreden en verjongen. Die verjonging gaan we stapsgewijs doen. We zetten nu volop in op de studentenafdelingen. Daarna gaan we over naar de scholieren, zodat er geen te grote leeftijdskloof is. Wat de verbreding betreft: vorig jaar zijn we al begonnen met ons project rond actief pluralisme. Dit jaar gaan we minder praten en meer doen. We gaan meer naar buiten treden, met andere organisaties samenwerken en zo jongeren bereiken die we nu nog niet bereiken. Onze werking wordt meer toegankelijk voor meer jongeren met diverse achtergronden.”

Tijdens de bestuursverkiezing kwam je naar voor als voorzittersduo samen met Eline Deblaere. Hoe verloopt dat praktisch? Céline: “Ik ben het voorzittersgezicht voor de buitenwereld, Eline zal zich toeleggen op de interne communicatie. Bovenal kunnen wij echter goed samenwerken. Wij zitten

13

even lang bij Jong Groen en zijn even oud. We overleggen veel en hakken samen knopen door. Het is een heel intens contact, wij bellen vaak en we verdelen de taken. Ik heb een groot vertrouwen in onze samenwerking.”

GEND ERGELIJK HEID Wouter, in de nieuwe federale regering is er een onevenwicht tussen mannen en vrouwen, in het nadeel van de vrouwen. Bij Groen word je sowieso opgevolgd door een vrouw. Ook het nieuwe voorzittersduo van Jong Groen bestaat uit twee vrouwen. Toeval? Wouter: “Neen, dat is geen toeval, maar het blijft een aandachtspunt, ook bij ons. Twee jaar geleden hebben we in de partij ook een genderscan gedaan, en dan zie je dat er zelfs bij Groen beduidend meer mannen dan vrouwen gemeenteraadslid zijn. Vrouwen stoppen er blijkbaar makkelijker mee. Nu krijgen we opnieuw een vrouwelijke voorzitter. Ook in de statutenwijzigingen die eraan komen gaan we gendergelijkheid nog meer verankeren. Het blijft dus een belangrijke focus.”


INTERVIEW

Céline, door de quota i.v.m. gendergelijkheid zagen een aantal sterke mannelijke kandidaten een plaats in het bestuur van Jong Groen aan hun neus voorbij gaan, terwijl er te weinig vrouwelijke kandidaten waren. Sta je daar achter? Céline: “Ik vind het erg jammer voor de capabele mannen die het net niet gehaald hebben, maar ik sta er wel voor 100 % achter. De nieuwe regering is het beste bewijs dat wanneer je het allemaal maar zijn gang laat gaan en denkt dat het wel vanzelf in orde komt, het gewoonweg niet gebeurt. Discriminatie bestaat nog steeds, hoe onbewust ook. Er waren veel mannelijke kandidaten die het heel erg goed gedaan hadden, maar anderzijds was het ook gewoon jammer dat er dit jaar weinig vrouwelijke kandidaten waren. We hebben nu een aantal sterke vrouwen in het bestuur gekregen, die er niet in zaten als we enkel de mannelijke kandidaten geselecteerd hadden. Het blijft een aandachtspunt en als er quota voor nodig zijn, dan moet dat maar zo. Het is te belangrijk om te laten varen.”

EEN ‘NIEUW E GROENE’ Wouter, Jo Libeer van VOKA noemde jou een ‘nieuwe groene’, iemand die ecologie verzoent met economie. Ga je akkoord? Wouter: “Ik ben altijd gefascineerd geweest door economie en ik geloof dat ecologie en economie echt niet tegengesteld zijn aan elkaar. Ook meer en meer economen zien in dat de toekomst van de economie net de ecologie is. Bedrijven die technieken uitvinden om CO2-neutraal te produceren en die producten ontwikkelen die na gebruik opnieuw volledig als grondstof kunnen dienen … Dàt zijn de bedrijven met toekomst waar binnenkort de hele wereld naar op zoek zal gaan. Die gaan de jobs creëren, niet oude sectoren als kernenergie.”

Gaat u soms niet te veel op zoek naar de consensus? Dat was ook de kritiek van milieuorganisaties als Greenpeace. Wouter: “Je kan de wereld niet alleen veranderen. Onze overtuiging

is radicaal en duidelijk: ieder mens is evenveel waard, en we moeten de aarde beschermen. Die uitgangspunten moeten we koesteren. Maar alleen kan je weinig bereiken. Dus moet je op zoek gaan naar bondgenoten en samen dingen realiseren. Dat is de kern van politiek.”

Wouter: “Deze regering laat uitschijnen dat er geen alternatief is voor de geplande besparingen, maar dat is er wel.” Céline: “Als jongerenpartij zijn we wat radicaler. Ik ben het ermee eens dat er een economie moet zijn en dat bedrijven winst moeten maken en dat op een zo ecologisch mogelijke manier moeten doen. Maar ik vind dat dat absoluut moet gepaard gaan met een mentaliteitswijziging: hoe kunnen we minder produceren en minder consumeren? Bedrijven die winst moeten maken, zoeken al te vaak naar manieren om steeds meer te verkopen. Ingebouwde veroudering is daar een voorbeeld van. Daar moeten we tegenin gaan. We moeten ons echt de vraag gaan stellen ‘wat hebben we nodig?’. We kunnen zoveel ecologische auto’s maken als we willen, maar we moeten vooral minder met de auto rijden. Andere partijen gebruiken te makkelijk het vergroenen van de economie als wondermiddel waarmee alles zou zijn opgelost. We hebben meer nodig dan een groen sausje over ons bestaand economisch model.”

MEER DAN ECOLOGIE ALLEEN Céline, vind jij dat Jong Groen genoeg werkt rond thema’s als

14


INTERVIEW

klimaat, natuurbehoud, ecologie? In de jaarplanning zag ik hier weinig over naar voor komen. Céline: “Ik hoor de kritiek soms dat het onze core business is en dat we er niet genoeg aandacht aan besteden. Ik denk dat dat meer een gevoel is dan de feitelijke waarheid: vorig jaar ging de Zomerweek er bijvoorbeeld over, het was ook een van onze vijf speerpunten tijdens de verkiezingen … We gaan dit jaar zeker actie voeren rond kernenergie, tegen de achtergrond van de eventuele black-outs. Ecologie blijft een van onze belangrijkste thema’s, maar het is niet het enige waar we voor staan. Daarom plannen we een congres over armoede en sociale ongelijkheid. Groen en Jong Groen zijn dé partijen die ecologie koppelen aan sociale rechtvaardigheid, want die twee kan je niet los van elkaar zien.”

Céline: “We kunnen zoveel ecologische auto’s maken als we willen, maar we moeten vooral minder met de auto rijden.” Wouter, wordt oppositie voeren niet al te gemakkelijk met zulk een rechtse regeringen en beleid? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat we niet steeds op dezelfde nagel blijven kloppen en de mensen ons beu geraken? Wouter: “Spijtig genoeg is het inderdaad heel makkelijk om kritiek te spuien op de plannen van de nieuwe regeringen. Het is dan ook ronduit beschamend wat ze aan het doen zijn, zowel op vlak van milieu als op sociaal vlak. We mogen niet heel de

tijd zeuren, maar we moeten zeggen waar het op staat. Deze regering laat uitschijnen dat er geen alternatief is voor de geplande besparingen, maar dat alternatief is er wel. Zowel op Vlaams als op federaal niveau zullen we een tegenbegroting indienen. Dat maakt ons voor een stuk kwetsbaar, maar tegelijk ook sterker en geloofwaardiger.”

BLOEMEN EN PRALINES Wouter, je hebt het steevast over ‘drie verkiezingsoverwinningen op rij’. Is er wel reden voor zoveel optimisme als we telkens slechts een paar procentpunten vooruit gaan en niet mee mogen regeren? Wouter: “Dat je niet in de regering zit, daar ben je niet alleen voor verantwoordelijk. Dat is een duidelijk keuze geweest van CD&V, die zich vastgehaakt heeft aan NV-A. Brussel is een ander verhaal. Daar begrijp ik de keuze niet van Open-VLD en SP.A om met CD&V in zee te gaan. We hadden een heel goede score in Brussel, we kwamen uit de vorige regering. Men had er volgens mij liever een zwakkere partner in plaats van Groen. Wat de uitslag betreft: we hebben vijf extra zetels binnengehaald. Behalve vlak na de dioxinecrisis in ‘99 is dit ons grootste succes ooit. Het aantal mensen dat ons overweegt neemt toe. Onze electorale groei is gestaag, maar wel duurzaam. Het aantal kiezers dat minstens een keer voor ons gestemd heeft bij de laatste verkiezingen, ligt op 16%. De kiezerstrouw neemt toe, er zijn meer jonge mensen die voor ons stemmen. Allemaal hoopgevende tekenen voor de toekomst.”

Waarin zit volgens jou het belang van een sterke jongerenwerking? Wouter: “Elke organisatie heeft zijn eigen gewoontes, waardoor het voor jonge mensen niet makkelijk is om daar meteen een plaats in te vinden. Daarom is het belangrijk dat er een plek is waar jongeren onmiddellijk de hoofdrol spelen. Jong Groen heeft een heel dynamische werking, met veel politieke inhoud en creativiteit. Gelukkig dat de nieuwe ideeën die jongeren met zich meebrengen op die manier ook onze partij bereiken. Ook wat betreft de cultureel-etnische diversiteit binnen onze partij, heeft Céline een aantal goede ideeën om die te versterken. Als je daarin slaagt, Céline, zal ik je bloemen en pralines bezorgen, of wat heb je graag?” Céline: “Bloemen en pralines!”

a u t e u r : I m k e Va n d e r l i n d e n

15


DOSSIER II

ECONOMISCHE SANCTIES: WERKEN DIE WEL? Toen afgelopen zomer op verschillende plekken ter wereld enkele conflicten escaleerden, waren economische sancties één van de meest prominente antwoorden op die uitbraken van geweld. Of het nu ging om gas, peren of Israëlische producten uit de bezette gebieden, telkens leken economische sancties de beste manier om regeringsleiders uit andere landen erop te wijzen dat ze het internationaal recht en de mensenrechten dienen te respecteren. Maar minstens even vaak als het begrip economische sancties in de mond genomen werd, werd het nut ervan betwijfeld. De vraag kan immers terecht gesteld worden of economische sancties wel zin hebben.

ECONOMISCHE SANCTIES ALS SUBSTITUUT VOOR OORLOG Laten we bij het begin beginnen: wat zijn economische sancties precies? Jurist Marc Bossuyt, die onderzoek deed naar de gevolgen van economische sancties voor de uitoefening van de mensenrechten, omschrijft economische sancties als maatregelen die de import uit of de uitvoer naar een geviseerde staat beperken. Deze maatregelen houden geen geweld in en vormen op die manier een substituut voor oorlog.

Doen economische sancties staatshoofden van geviseerde landen wel van koers veranderen? Het antwoord op die vraag is in veel gevallen: nee. Het is net in deze hoedanigheid, als substituut voor oorlog, dat sancties zinvol lijken. Via economische sancties kan namelijk een signaal worden gestuurd naar het geviseerde land,

16

zonder meteen in een gewelddadig conflict verwikkeld te raken. Wanneer de Europese Unie er bijvoorbeeld voor zou kiezen militair te gaan ingrijpen in Oekraïne, zou dat mogelijk tot een oorlog met Rusland kunnen leiden, wat de Europese leiders uiteraard liever vermijden. Via economische sancties kan men andere naties dus terechtwijzen, zonder daarbij terecht te komen in een spiraal van oorlog en geweld.

A U T O R I TA I R E S TAT E N Toch vallen er ook bij economische sancties wel wat kanttekeningen te plaatsen. Zo kunnen we de vraag stellen of economische sancties staatshoofden of regeringsleiders van geviseerde landen wel van koers doen veranderen. Het antwoord op die vraag is in veel gevallen: nee. Zo zijn er bijvoorbeeld al lange tijd economische sancties tegen het regime in Syrië van kracht, maar hebben die tot op de dag van vandaag nog niets opgeleverd. Wanneer een geviseerd land niet over echte democratische structuren, maar over een autoritair regime beschikt, blijken economische sancties, zo stellen deskundigen, zelden tot resultaten te leiden.


DOSSIER II

bijvoorbeeld een exportverbod in voor producten als nachtkijkers, helmen en kogelvrije vesten en een gedeeltelijk wapenembargo dat alleen geldt voor nieuwe contracten, zodat Frankrijk, ondanks de sancties, wel nog twee oorlogsschepen aan Rusland kan leveren, omdat deze al in 2011 besteld werden. Dergelijke uitzonderingen maken dan ook duidelijk dat economische sancties niet alleen de economie van het geviseerde land treffen, maar vaak net zozeer de eigen economie.

Soms zijn de gevolgen zelfs nefast en leidt de economische isolering van een land eerder tot een verkramping van het politieke regime. Zo evolueerde het Cubaanse regime net onder druk van de internationale sancties van Latijns-Amerikaans populisme tot marxistisch-leninisme. Bovendien hadden de sancties tot gevolg dat de bevolking zich in versterkte mate achter Fidel Castro schaarde, waardoor diens machtspositie net versterkt werd.

dan de regeringsleiders. Zeker wanneer het dictatoriale leiders betreft die zich weinig of niet om de bevolking bekommeren. Op dit vlak hebben veel economische sancties dus een pervers effect: terwijl ze bedoeld zijn om regeringsleiders ertoe aan te zetten het internationaal recht en de mensenrechten te respecteren, blijken de sancties zelf vaak tot schending van de mensenrechten te leiden. Het verbod onnodig leed te veroorzaken, de verplichting onderscheid te maken tussen civiele en militaire doeleinden en de bescherming van de burgerbevolking behoren tot de basisregels van het humanitair recht. Wanneer de burgerbevolking van een geviseerd land door economische sancties honger lijdt of op een andere manier zware schade ondervindt, kunnen we ons dus de vraag stellen in welke mate economische sancties wel zo humaan zijn.

H E T L O T VA N D E BURGERBEVOLKING

INCONSEQUENTE M A AT R E G E L E N

De vraag die dus de moeite van het stellen waard is, is wie er getroffen wordt door economische sancties. Vaak blijkt de burgerbevolking sterker getroffen te worden door sancties

Los van de hierboven beschreven problemen, blijken economische sancties bovendien soms niet geheel consequent. De sancties van de EU ten opzichte van Rusland houden

Vaak blijkt de burgerbevolking sterker getroffen te worden door sancties dan de regeringsleiders.

17

Economische sancties hebben vaak een pervers effect: terwijl ze bedoeld zijn om regeringsleiders ertoe aan te zetten het internationaal recht en de mensenrechten te respecteren, blijken de sancties zelf vaak tot schending van de mensenrechten te leiden. De idee dat economische sancties een effectief hulpmiddel zijn om de leiders van andere landen te dwingen bepaalde rechten of afspraken te respecteren, blijkt dus in ieder geval weinig steek te houden. Als de sancties al enig nut hebben, dan is dat voornamelijk symbolisch. Als we militair ingrijpen willen vermijden, lijkt de diplomatieke weg dan ook de enige hoop op echt succes.

Auteur: Leen Verheyen


CULT UUR

Fotografie in de vuurlinie? Nu de herdenking van de Groote Oorlog op volle toeren draait, zorgt het Antwerpse FoMu voor twee opmerkelijke tentoonstellingen. In Shooting Range. Fotografie in de vuurlinie krijgt de bezoeker een inkijk in de rol die de fotografie speelde in de Groote Oorlog. Op dezelfde verdieping confronteert de multimedia-installatie The Enclave van de Ierse fotograaf Richard Mosse de kijker met betoverend mooie beelden van de oorlogsgruwel van vandaag. An official photographer working for the Australian Imperial Force, Captain Herbert F Baldwin © Imperial War Museums

In de multimedia-installatie The Enclave van de Ierse fotograaf Richard Mosse krijgt de bezoeker een andere kijk op het in beeld brengen van een oorlog. Voor deze installatie trok Mosse verschillende keren naar Oost-Congo. Mosses filmde voor zijn installatie met een infraroodfilm wat vervreemdende beelden oplevert met een kleurenpalet in felroze en groenblauw. Hij pretendeert met andere woorden niet een objectief beeld te schetsen van het Oost-Congolese conflict, maar zijn beeldtaal is eerder een treffende metafoor voor de gespletenheid die de regio kenmerkt. Enerzijds is er de verpletterende schoonheid van het landschap, anderzijds is de streek doordrongen van het geweld.

Hoewel de verschillen tussen beide tentoonstellingen zeer groot zijn, leggen ze de kijker eenzelfde interessante vraag voor: hoe kan oorlogsgruwel in beeld worden gebracht? Wat interessant is aan de beelden die te zien zijn in Shooting Range, is bijvoorbeeld dat de Groote Oorlog het eerste grote conflict is waarbij de fotografie als propaganda-instrument kon worden ingezet. In de Groote Oorlog bestond er dan ook een aanzienlijk verschil tussen de officiële propagandafoto’s en de foto’s die door de sensatiebladen werden gepubliceerd. De officiële foto’s tonen voornamelijk de heroïek van de oorlog en zetten de kracht en de moed van het eigen leger in de verf. Sensatiebladen gaven dan weer de voorkeur aan gruwelijke en choquerende beelden. Hoe choquerender die foto’s, hoe beter de bladen verkochten. Objectief waren de gefotografeerde beelden dus zeker niet.

Op die manier biedt de installatie van Mosse misschien zelfs een antwoord op de vragen die door Shooting Range worden opgeroepen. De oorlogsjournalistiek staat immers voor een probleem: is het wel mogelijk een oorlog objectief in beeld te brengen?

Een andere interessante vaststelling is dat oorlogsfotografen in ’14-‘18 met regelmaat beelden manipuleerden of in scène zetten. Veel oorlogsfotografen zaten er – ook in latere oorlogen – blijkbaar niet mee dat ze door ingrepen de werkelijkheid vervormden, maar streefden ernaar een indrukwekkend, dramatisch beeld van de oorlog weer te geven. Het idee dat fotografie een waarheidsgetrouw beeld geeft van de werkelijkheid is dan ook nooit vanzelfsprekend geweest. De vraag is waar objectieve berichtgeving eindigt en manipulatie begint.

Mosses installatie leidt in ieder geval tot de uitdagende gedachte dat een kunstwerk misschien wel beter in staat is de gruwel van een oorlog uit te drukken dan een zogenaamd objectief journalistiek beeld.

18

Auteur: Leen Verheyen


AFDELING IN DE KIJKER

JONG GROEN GENT Komt dat zien, komt dat zien! Jong Groen Gent is van gezicht veranderd. Enfin, van gezichten eigenlijk. Want de Gentse Jong Groenen gaven hun vertrouwen aan een volledig nieuwe ploeg met maar liefst vijf bestuursleden. Na een rustige zomer zijn Magali, Marjolein, Nastasia, Elisa en Joris klaar om zich voor 328% te smijten. En ze hebben er goesting in!

Wat staat er op het programma? M ag ali: “We willen eigenlijk een gezonde mix brengen van stevige inhoud en luchtige leute. Maar het belangrijkste daarbij is dat onze thema’s van onderuit komen. Wij willen weten wat er op het hart van onze leden ligt, zij zullen de agenda bepalen.” Elisa: “Team Jong Groen Gent wil een megafoon zijn voor de stem van de Gentse jongeren. Op de verkiezingsavond zelf hebben we meteen aan de leden gevraagd welke thema’s zij belangrijk vinden. Op basis daarvan gaan we nu met de nieuwe bestuursploeg een jaartraject uittekenen.” Joris: “Eén thema ligt al zeker vast. De nieuwe ploeg wil inzetten op meer diversiteit onder onze leden.

Ongeveer de helft van alle inwoners van Gent jonger dan 34 jaar heeft een andere herkomst. Op dit moment zien we dat nog niet weerspiegelen in onze ledenpool, en dat moet beter.” Na s ta sia: “Daarnaast kregen we suggesties over voedselverspilling, afvalbestrijding, de klimaattop in Parijs, ongekwalificeerde uitstroom in onderwijs, fietsveiligheid… Een hele boterham!”

Is er dan nog plaats voor spontane acties en actuele onderwerpen? M arjolein: “Ah ja, da’s evident. Hoe meer leven in de Groene brouwerij, hoe beter! Iedereen die goesting heeft om mee te doen is welkom. Kom gewoon eens langs op een activiteit of op een van de maandelijkse open vergaderingen en spreek een

19

bestuurslid aan. Wij helpen je dan om samen je idee uit te werken. We zijn zeer aaibaar en bijten zeker niet. Laat die input dus maar komen!”

Welke ambities koesteren jullie voor dit werkjaar? M ag ali: “Wij willen onze ledenploeg uitbreiden op alle vlakken. Hoe gekleurder ons Jong Groen team, hoe meer acties we kunnen voeren om Gent en de wereld groener te maken. Ik zeg altijd: “Niets wat wij niet aankunnen!” Na s ta sia: “Voor alle supporters van Gent: Like onze pagina voor eeuwig respect!”

Door #JongGroenGent


JONG

OORLOG IN JE MOEDERLAND

20


JONG

Op autovrije zondag word ik verwelkomd in een gezellig rijhuis in Anderlecht. De Oekraïens-Belgische Lena geeft me een rondleiding langs de zelfgekweekte groenten en fruit in haar stadstuintje en schotelt me als een perfecte gastvrouw thee en chocolade voor. We zakken wat dieper weg in de zetel.

“Ik woon al 14 jaar in België. Toen ik 15 was verhuisde ik met mijn moeder van Oekraïne naar Sint-Truiden. Ze had een Vlaming leren kennen, trouwde en ik ben met haar meegekomen naar Limburg. Het leven in Oekraïne was niet altijd gemakkelijk en hier liggen er toch wat meer kansen open op vlak van onderwijs en werk. Ik heb dus geen spijt van die beslissing.” “Ik woon nu in Brussel en hou enorm van deze stad. Ik leerde na mijn studies aan de KU Leuven mijn vriend kennen – een Brusselaar – en volgde hem hiernaartoe. Op dit moment werk ik als assistente in een advocatenkantoor. Mijn talenkennis komt daarbij goed van pas.”

Welke talen spreek je dan zoal? “Vloeiend? Een zestal: Nederlands, Frans, Engels, Duits, Russisch en Oekraïens. Russisch is mijn moedertaal. Ik kom uit Oekraïne, maar uit een Russischtalige familie. Oekraïens is mijn tweede moedertaal. Van kleins af aan ging ik ook naar een Oekraïense school.” “Mijn familie komt uit het westen van het land, uit de stad Ivano-Frankivsk, ver van alle militaire actie op dit moment. Mensen vragen me soms of mijn familie direct te lijden heeft onder het conflict. Ik zeg dan altijd: “Nee, niet rechtstreeks.” Maar op

21

het vlak van gemoed natuurlijk wel. Iedereen spreekt erover en iedereen is bezorgd.”

Ben je contact blijven houden met de mensen die je daar kende? “Jazeker. Mijn oma woont daar nog steeds. En mijn vrienden natuurlijk. Om de twee jaar ga ik naar Oekraïne terug. Ook komen af en toe vrienden ons hier bezoeken of komt mijn oma naar België. En we houden uiteraard contact via de sociale netwerken en via Skype.” “Wanneer we naar Oekraïne gaan, is dat meestal voor twee weken en dan blijven we toch vooral in de regio waar ik vandaan kom. De hoofdstad hebben mijn vriend en ik wel al verschillende keren bezocht, maar ik zou eigenlijk graag de rest van mijn land beter leren kennen eens de situatie verbeterd is. Als kind ging ik heel graag naar de Krim, een prachtige streek – dat zou ik nu niet doen.”

Lukt het om de situatie in Oekraïne op te volgen vanuit België? “Ik vind dat niet zo moeilijk. Ik volg vooral de westerse media en vaak reposten mijn vrienden Oekraïense artikels. Volgens mij zijn de mensen die daar wonen de beste bron van informatie: ik volg de Belgische media en pols daarna bij hen hoe zij de situatie inschatten.”


JONG

“Ik ben blij om te zien hoe solidair de Oekraïeners zijn met elkaar. Zo heb ik er een vriendin die zich als vrijwilliger inzet. Ze organiseerde al een kamp voor kinderen van slachtoffers tijdens de protesten op het Maidanplein in februari en diende zich zelfs aan om te helpen in een ziekenhuis in Kiev. Je moet je voorstellen … er worden jongens naar het front gestuurd zonder kogelvrije vesten, zonder essentiële middelen voor wondverzorging. Gelukkig zijn er ook mensen die zo veel mogelijk geld, kledij en medicijnen inzamelen via solidariteitsacties en bewustwordingscampagnes, ook hier in Brussel. Er zijn verschillende rekeningen waarop je geld kan storten voor militairen en families van slachtoffers. Ook Oekraïeners in het westen organiseren zich spontaan om te helpen. Zo kun je vanuit Brussel bijvoorbeeld Celox-producten bestellen (gebruikt door spoeddiensten en militairen om snel zware bloedingen te stoppen) die in Oekraïne heel moeilijk te verkrijgen zijn.”

Vind je dat de internationale gemeenschap voldoende doet in het conflict? “Ik vind dat er meer gedaan zou kunnen worden en dat vinden de meeste Oekraïeners ook. Ze voelen zich eigenlijk in de kou gelaten sinds februari, toen onder het bewind van de toenmalige president Janoekovitsj protesterende ongewapende burgers werden neergeschoten. Er was toen echt nood aan hulp en veel mensen waren ontgoocheld over de minimale westerse steun. De kiem van het conflict lag namelijk deels in de wens van het volk om de relatie tussen Oekraïne en de Europese Unie verder te ontwikkelen.”

“Families die deels in Rusland en deels in Oekraïne wonen, vallen uit elkaar omdat ze een totaal verschillende versie van de feiten te horen krijgen.” “Ik vond zelf ook dat het heel lang duurde voordat er bepaalde sancties kwamen. Later groeide het besef dat er een ernstige oorlog met Rusland aan de gang was en kwam men met een embargo. Dat kon Rusland natuurlijk niets schelen, dus het reageerde met sancties terug. (cynisch) Nu zitten wij zelf met de gebakken peren.” “Oekraïeners hoopten op logistieke steun van het Westen, maar dat is anderzijds misschien gevaarlijk, omdat Rusland dan agressiever zou kunnen worden en niemand wil uiteraard een derde wereldoorlog.”

Rusland maakt het tot een conflict tussen Rusland en Amerika? “De Russische propaganda is enorm. De meeste Russen geloven dat de nieuwe Oekraïense regering door Amerika omgekocht werd en dat Europa met de VS de revolutie georkestreerd hebben, terwijl die revolutie echt vanuit het Oekraïense volk kwam. Het waren gewone mensen zoals jij en ik; mijn vrienden stonden daar te protesteren!”

geïsoleerd omdat haar visie op het conflict volledig anders is dan die van haar Russische omgeving. Ze kan tegen niemand meer praten, van taxichauffeur tot collega op het werk. Het lijkt alsof iedereen er gebrainwasht is door de media en er geen enkele kritische persoon meer rondloopt. Toen ik met haar praatte, kon ik het bijna niet geloven.” “Families die deels in Rusland en deels in Oekraïne wonen, vallen uit elkaar omdat ze een totaal verschillende versie van de feiten te horen krijgen. Zo heeft mijn meter, die in Rusland woont, een pro-Russische visie op de feiten, terwijl haar familie in Oekraïne een totaal andere visie heeft. Ze kunnen bijgevolg niet met elkaar praten over het conflict zonder ruzie te maken, gezien dit onderwerp zeer gevoelig ligt. En dat is natuurlijk heel triest.” “Ondertussen gaat het leven van elke dag in Oekraïne gewoon door. Mensen zijn het zo beu om er elke dag mee bezig te zijn, ze willen nu even aan iets anders denken. Maar dat is bijna onmogelijk. Natuurlijk maakt iedereen zich zorgen omdat er nog altijd dagelijks gevechten zijn ondanks het aangekondigde staakt-het-vuren. Maar het Oekraïense volk zal er weer bovenop komen, daar ben ik zeker van. Oekraïeners zijn sterke mensen, die ondanks alle moeilijkheden de moed niet opgeven.”

“De propaganda die op de Russische TV en in de Russische media wordt gevoerd, is echt hallucinant. Een Oekraïense vriendin die al tien jaar in Sint-Petersburg woont, is er opeens

22

Auteur: Soetkin Hoessen


HERFSTWEEKEND DEMOCRATIE Kennismaking, vorming, ideologie en discussie

Standpunten, activiteiten en meer info over Jong Groen op www.jonggroen.be.

Herfstweekend

Z aterdag 20 december Themadag Media en ethiek

Z aterdag 31 januari Z aterdag 25 april Congres Armoede en sociale ongelijkheid

www.jonggroen.be/herfstweekend

Jong Groen wil zoveel mogelijk jongeren bij groene politiek betrekken. Dit doen we door een fris en gevarieerd activiteitenaanbod. We bouwen mee verder aan het groen-progressieve gedachtegoed en verspreiden het.

Vrijdag 28 tot zondag 30 november

Nieuwjaarsreceptie

Vrijdag 28 tot zondag 30 november Dommelhof - Neerpelt

Jong Groen is een politieke jongerenorganisatie die jongeren de kans geeft mee te bouwen aan een betere wereld. Een wereld met aandacht voor de problemen van alle mensen en het milieu.

AGENDA

DOE MEE

Werk ten mee a an dit nummer:

Je kan ook lid worden van Jong Groen. Zo ontvang je niet alleen gratis dit tijdschrift, maar blijf je via de ledennieuwsbrief ook op de hoogte van alle activiteiten. Lid worden van Jong Groen kost je helemaal niets en doe je heel eenvoudig op www.jonggroen.be/ikdoemee

Brendan De Baets, Eline Deblaere, Soetkin Hoessen, Simon Horsten, Jan Keustermans, Steven Leysen, Suzanne Van Brussel, CĂŠline Van Den Abeele, Imke Vanderlinden, Elisa Vanelderen, Leen Verheyen, Sien Verstraeten

Volg ons op twitter (@jonggroen) en facebook, of lees meer via #jonggroenleest

Eindredactie: Sien Verstraeten Fotoredactie: Sien Verstraeten Vormgeving: MadebyHanna.com Heb je interesse om de redactie te vervoegen? Mail dan vliegensvlug naar sien@jonggroen.be.

Gedrukt op 100% post-consumer recyclagepapier met vegetale inkten.


GROENE SMOEL

In de groene smoel tonen we telkens een ander gezicht van Jong Groen.

EVA In september 2013 verhuisde ik van Zutphen in Nederland naar Brussel, waar ik Politieke Wetenschappen aan de VUB ging studeren. Ik wist nog bijna niks over de Belgische politiek, maar kwam er al snel achter dat Groen het meeste leek op GroenLinks in Nederland, de partij die mij altijd het beste gelegen had. En ik ontdekte dat er ook Jong Groen was. Mijn eerste activiteit was een themadag over actief pluralisme. Ik ging ernaartoe zonder te weten wat ik kon verwachten, ook wel enigszins nerveus omdat ik nog niemand kende. Maar het viel heel goed mee, het was echt een boeiende dag en ik voelde me meteen thuis. Door de open sfeer was het heel gemakkelijk om mensen te leren kennen. Wat me ontzettend opviel was de oprechte interesse waarmee mensen luisterden naar de workshopgevers en de betrokkenheid, ik kreeg daar superveel energie van. Eigenlijk is het heel snel gegaan: vorig jaar nam ik aan een paar activiteiten deel en nu ben ik voorzitter van de Jong Groen StuBxl-afdeling. Als tegenhanger van alle ‘intellectuele’ bezigheden, heb ik vaak behoefte aan een plekje om mij even volledig te kunnen ontspannen, los te koppelen van de drukte, even flink in en uit te kunnen ademen. Hier in het Ter Kamerenbos lukt dat perfect. Het is maar vijf minuten met de fiets van mijn kot en het is een heel mooi park, met een groot meer en lanen die in de schemering iets dromerigs en bijna mystieks krijgen. De gezinnen met spelende kindjes geven het park een gezellige sfeer en als ik eens een flink stuk wil wandelen, kan ik zo doorlopen naar het Zoniënwoud. Eigenlijk wil ik moment per moment het leven zo volledig mogelijk aangaan en het avontuur opzoeken, dat was de voornaamste reden dat ik in Brussel ging studeren in plaats van in Nederland te blijven. En ik wil graag mijn steentje bijdragen in het streven naar een betere wereld, waarin mensen gelukkig en gelijkwaardig kunnen leven, zonder oorlogen, zonder alle schade die wij nu de planeet en elkaar aandoen en met een hoopvolle toekomst.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.