Waar ligt Basel?

Page 1

Waar ligt Bazel? Door Saad IBRAHIM, financieel wiskundige, werkzaam als consultant bij Cap Gemini op gebied van Economic Capital implementaties bij banken en André KOCH, directeur Stachanov, een bedrijf dat financiële simulatiemodellen bouwt en gastdocent Risk Management & Entrepreneurship aan de universiteit Nyenrode. André Koch zal ook het onderdeel Statistiek voor zijn rekening nemen in de VVCM-cursussen. In het kielzog van de nieuwe Bazel-akkoorden voltrekt zich een grote verandering in de wijze waarop banken tegen risico aankijken. Dit heeft ook zijn effect op de praktijk van de kredietverlening aan het MKB. Daarmee is het van belang dat ook het financieel management van kleinere bedrijven een goed begrip heeft van de essentie van deze Bazel-verdragen. In een reeks van een viertal artikelen zullen wij een beperkt aantal kernbegrippen van dit Bazel-akkoord uitleggen en kort ingaan op de belang voor het MKB. Achtereenvolgens komen in deze serie aan de orde: Het BazelII verdrag, Economisch Kapitaal, RAROC en tenslotte de portefeuillebenadering van risico en met name het kredietrisico. Maar laten we beginnen met kort stil te staan bij het nieuwe Bazel-verdrag. Waar gaat om? Banken spelen een belangrijke rol in de economie. Banken pompen het geld rond tussen personen en bedrijven die een overschot aan financiële middelen hebben aan de ene kant en personen en bedrijven die geld nodig hebben om bijvoorbeeld huizen te kopen of nieuwe machines te kopen aan de andere kant. Een bank is als het ware het hart van het economisch systeem. Deze functie is zo belangrijk dat banken door de overheid onderworpen zijn aan allerlei regels en voorschriften die er op gericht zijn het voortbestaan van de banken te garanderen. Het zou immers een ramp zijn voor de economie en het consumentenvertrouwen als een bank failliet gaat of niet meer liquide is. De lange rijen van spaarders die eind 2007 hun tegoeden bij de in moeilijkheden geraakt Britse bank Northern Rock probeerden op te halen zijn maar een voorproefje van de chaos die kan ontstaan als een bank onderuit gaat. De handel en wandel van banken staat daarom onder toezicht van de overheid die dit doorgaans laat uitvoeren daar de Centrale Bank. In ons land is dit De Nederlandsche Bank (DNB). Om te voorkomen dat ieder land zijn eigen regels maakt en ook om te garanderen dat banken in verschillende landen op gelijke voet met elkaar kunnen concurreren werken de Centrale Banken van de 55 belangrijkste economieën samen in een organisatie die Bank for International Settlements (BIS) heet. De afspraken over het toezicht op de banken worden opgesteld door een speciaal comité (Basel Committee on Banking Supervision oftewel BCBS) dat bestaat uit de rijke industrielanden waar ook Nederland bij hoort. De BIS heeft haar hoofdkwartier in de Zwitserse stad Bazel en vandaar dat de afspraken die daar worden gemaakt ook wel de Bazel-akkoorden worden genoemd. De Europese Unie (EU) neemt de Bazelakkoorden over en schrijft via officiële richtlijnen voor dat de lidstaten deze verdragen volgen. De eerste afspraken over regelgeving ten aanzien van de banken, ook wel Bazel I genoemd, werden reeds in 1988 ingevoerd. Hoewel dit verdrag een goede stap was in de richting van internationale samenwerking op het gebied van supervisie over


banken, schoot het akkoord op een aantal fronten tekort. Het verdrag was niet fijnmazig genoeg en moedigde door een one-size-fits-all-benadering banken aan vooral te kiezen voor risicovolle leningen met hoog rendement. Dit paste vanzelfsprekend niet in het streven naar een stabiele bancaire sector. Al snel werd duidelijk dat de richtlijnen herzien en verder uitgewerkt dienden te worden om banken vooral meer risicobewust te maken. De nieuwe en uitgebreidere afspraken werden gedurende jarenlange sessies uitgewerkt in het nieuwe Bazel-II akkoord dat momenteel door de banken wordt of is geïmplementeerd. Men kan de essentie van Bazel II kort samenvatten met het motto: streven naar een verantwoord risicomanagement. Het Bazel II-akkoord richt zich op drie belangrijke risicoterreinen: 1) Operationeel risico 2) Marktrisico 3) Kredietrisico. Banken lopen veel meer risico’s dan deze drie gebieden, denk maar eens het maken van verkeerde strategische keuzes in de vorm van mislukte overnames. Echter, BazelII beperkt zich tot de genoemde drie gebieden. Laten we deze risicogebieden nader bekijken. Operationeel risico heeft betrekking op het functioneren van de bank. Het gaat hier om mensen, processen en systemen. Ronden de computersystemen de bedragen correct af? Zijn de procedures voor het verwerken van contant geld waterdicht? Is er voldoende controle op de medewerkers om fraude te voorkomen? Is het personeel kundig en adequaat opgeleid? Marktrisico betreft het gevaar dat de bank geld verliest doordat financiële activa in waarde verminderen door bewegingen op de financiële markten. Een renteverandering heeft uiteraard veel gevolgen voor de productportefeuille van een bank. Een koerswijziging van de Dollar ten opzichte van de Euro kan leiden tot verliezen van in Dollars genoteerde producten. Kredietrisico, tenslotte, betreft de kans dat kredietnemers niet aan hun verplichtingen voldoen en verstek laten gaan bij rentebetalingen of aflossingen. Van deze drie risico gebieden is het kredietrisico voor banken doorgaans het belangrijkste. Het Bazel-akkoord schrijft drie clusters van maatregelen voor om grip te krijgen op deze risicogebieden. De drie clusters van acties worden ook wel de “drie pilaren” van het verdrag genoemd. Het gaat hier om: 1) Kapitaaleisen 2) Verbeterd toezicht 3) Betere markwerking. Banken mogen niet alle geld dat ze van spaarders ontvangen weer uitlenen aan kredietnemers. Er is een verplichting om een buffer aan geld achter te houden die de bank moet indekken tegen toekomstige risico’s. Hierbij gaat om te voorziene risico’s maar ook, tot op zekere hoogte, om onvoorziene risico’s. Hoe groot deze buffer moet zijn is een essentieel onderdeel van het nieuwe Bazel-verdrag. De achtergronden en consequenties voor het financieel management van een bank van het aanhouden van een dergelijke buffer komen in de vervolgartikelen uitgebreid aan de orde.


Het verbeterd toezicht betreft de supervisie van de Centrale Bank op de processen en vooral de interne risicobeoordelingen van de banken. Met dit verbeterd toezicht wil men een minimum kwaliteitniveau en consistentie tussen de banken onderling garanderen. De verbeterde marktwerking legt de banken dwingend op meer inzicht te geven in de verslaglegging omtrent de risico’s die de bank loopt en op welke wijze de bank hiermee omgaat. De gedachte is dat deze transparantie investeerders, beleggers en cliënten in staat stelt te kiezen voor de bank die het meest professionele risicomanagement voort. De marktdiscipline dwingt prudent risicomanagement af. Bazel II heeft verdergaande consequenties voor de wijze waarop banken werken, hun producten prijzen, hun financieel management voeren, enzovoorts, maar vooral heeft Bazel II geleid tot een meer bewust omgaan met bancaire risico’s. Banken stellen zich in hun handelen niet alleen maar de vraag hoeveel marge men kan maken, maar ook hoeveel risico men moet nemen om dit resultaat te verwekelijken. De hamvraag is hierbij of het te behalen rendement opweegt tegen de te nemen risico’s. De riskreturn-trade-off, de balans tussen risico en rendement, staat nu centraal in het financieel management van banken. Dit is niet alleen een kwestie van mentaliteitverandering, maar vooral van het invoeren van een cijfermatige, kwantitatieve benadering van het bankiervak. In de volgende artikelen zullen we uitgebreid aandacht besteden aan de wijze waarop banken risico’s inschatten en beheren.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.