Tulpia nr. 17, April 2010

Page 1

nu tijdelijk voor

€ 2,95

Twee werelden één blad www.tulpia.nl / Jrg 5 Nr 17 / apr mei 2010 / € 2,95

FADİME ÖRGÜ OP DE BRES VOOR NIEUWE GENERATIES

reportage ONTDEK istanbul IN TACHTIG UUR

FUNDA ARAR ZANGERES OP ZOEK NAAR EEUWIGE ROEM

Het nieuwe reizen Inspirerend Turkije

met columns van jean tillie, BÉLA VAK, lily sprangers en verder: tulpia actueel, kijk op zaken, blik op Brussel, TULPIA FOCUS, reizen en forum


Gratis vakantiepakket t.w.v. € 130,bij iedere cursus en opleiding! Ga voor het NTI • Voordelig lesgeld

• Digitale examens

• Flexibel studeren

• Het mooiste welkomstcadeau

• Groot en breed aanbod

• Digitale leeromgeving

• Ruim 65 jaar ervaring

• Subsidiemogelijkheden

• Professioneel

• EVC-mogelijkheden

lesmateriaal

• Studeren op kosten van

• Erkende diploma’s

• Ruim 70.000 studenten

• Studeren op kosten van

• Modern

je werkgever

+

de belastingdienst

• Persoonlijke mentor

• Als beste beoordeeld

• Iedere dag starten

een prachtige koffer van

• Goede examenvoorbereiding

*

Kies uit ruim 400 cursussen en opleidingen UNIVERSITY • Master of Business Administration (MBA) • MBA Primer HBO-OPLEIDINGEN “DE HBO-OPLEIDINGEN VAN HET NTI KOMEN GOED UIT DE BUS” ** • HBO Toegepaste Psychologie • HBO Rechten • HBO Leraar Basisonderwijs (PABO) • HBO Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH) • HBO Cultureel Maatschappelijke Vorming (CMV) • HBO SPD Bedrijfsadministratie • HBO Personeelsmanagement • HBO Bedrijfseconomie (BE) • HBO Small Business en Retailmanagement • HBO Bedrijfskundige Informatica (BI) • HBO Commerciële Economie (CE) • HBO Management, Economie en Recht (MER) • HBO Communicatie • HBO Internationale Bedrijfskunde • HBO Hogere Europese Beroepen Opleiding (HEBO)/European Studies • HBO Vakopleiding Bedrijfsadministratie en Accountancy MBO-OPLEIDINGEN • MBO Beveiliger • MBO Particulier Beveiliger NIEUW! • MBO SPW-3 • MBO Pedagogisch Werker 3: Kinderopvang NIEUW! • MBO SPW-4 • MBO Medewerker Maatschappelijke Zorg NIEUW! • MBO Onderwijsassistent • MBO Doktersassistent NIEUW! • MBO Arbeidsmarkt gekwalificeerd Assistent (AKA) NIEUW!

Je kunt eer! altijd m

243_Amsterdam 105x210 mm EN.indd 1

3/10/10 1:56:47 PM

• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •

MBO Apothekersassistent MBO Administratief Medewerker NIEUW! MBO Bedrijfsadministratief Medewerker MBO Commercieel Administratief Medewerker MBO Commercieel Medewerker Binnendienst MBO Boekhoudkundig Medewerker MBO Commercieel Medewerker Marketing & Communicatie MBO Directiesecretaresse/ Managementassistent MBO Secretaresse MBO Juridisch Secretaresse MBO Medisch Secretaresse MBO Secretarieel Medewerker MBO Sociaal Cultureel Werker MBO Sociaal Dienstverlener MBO Sociaal Juridisch Medewerker MBO Schoonheidsspecialist MBO Helpende Welzijn MBO Verzorgende MBO Zorghulp NIEUW! MBO Helpende Zorg en Welzijn MBO Verpleegkunde MBO Toerisme Vakopleiding Pedicure Vakopleiding Schoonheidsspecialist

• • • • • • • • • • •

BEROEPSOPLEIDINGEN Nagelstyling Visagie en Haarstyling met Tom Sebastian Modestyling met Tom Sebastian NIEUW! Manicure NIEUW! Binnenhuisarchitectuur Interieurstyling Basistheorie Taxateur o.z. (voorheen Makelaardij O.G.) • Ondernemer MKB • Sociale Hygiëne • Vakbekwaamheid Cafébedrijf • Stresscounselling • Schoolcounselling • Bedrijfscounselling • Relatiecounselling • Basisopleiding Dierenartsassistent • Dieren EHBO • Doorstroomopleiding Dierenartsassistent • Nemas® Basiskennis Management (NBM) • Nemas® Middle Management (NMM) • Mode-adviseur • Criminologie • Buitengewoon Opsporingsambtenaar (BOA) • Event Security Officer • • • • • • •

• • • • • • • • • • • • • • • • • • •

Basis medische vakken Medische terminologie Sportmassage Drogist en Zelfzorg Verkoop in de drogisterij Assistent Drogist Toeristisch Medewerker Binnenland (TMB) Desktop Publisher (DTP) Journalistiek schrijven Zakelijk schrijven Zakelijke communicatie (Duits/Engels/ Frans) NIMA Communicatie-A NIMA Marketing Oriëntatie NIMA Marketing-A NIMA Marketing-B Wft Hypothecair Krediet Wft Basisdeskundigheid Wft Levensverzekeringen Wft Schadeverzekeringen Wft Beleggen Erkend Hypotheekadviseur Logistiek medewerker Logistiek teamleider CCV Vakbekwaamheid goederenvervoer CCV Chauffeursdiploma Taxi Basisopleiding Aerobic Docent NIEUW! Basisopleiding Fitness Docent NIEUW! AALO Aerobic Docent NIEUW! AALO Fitness Docent NIEUW! Webshop starten NIEUW!

ADMINISTRATIE • Basiskennis Boekhouden (BKB) • Basiskennis Calculatie (BKC) • Financial Assistant • Praktijkdiploma Boekhouden (PDB) Financial and Cost Accounting • Blind typen voor volwassenen • Blind typen voor kinderen • Basiskennis Loonadministratie (BKL) • Praktijkdiploma Loonadministratie (PDL) • Medewerker Personeelzaken (MPZ) • Boekhouden op de pc • Schriftelijke Communicatie Nederlands (SCN) • Houder administratiekantoor • Juridisch Medewerker Bedrijfsrecht (JMB) • Moderne Bedrijfsadministratie (MBA) • Medewerker Loonadministratie • Bestuurlijke Informatievoorziening (BIV) TAALCURSUSSEN • Spaans (beginners/gevorderden) • Engels (beginners/gevorderden)

• • • • • • • • • • •

Duits (beginners/gevorderden) Frans (beginners/gevorderden) Russisch (beginners/gevorderden) Nederlands foutloos schrijven en spreken Nederlands als tweede taal (NT2) Nederlands voor buitenlanders Italiaans • Indonesisch Papiamento • Turks Zweeds • Arabisch Nieuwgrieks • Portugees Marokkaans

INFORMATICA / PC • Webpage designer • Europees Computer Rijbewijs (ECDL 4.0.1) • Windows XP/Vista • Microsoft Excel • Microsoft Access • Microsoft Office • Microsoft Outlook • Microsoft Powerpoint • Microsoft Word • MCSA NIEUW! • MCSE NIEUW! • MCTS NIEUW! • MCDST NIEUW! • Dreamweaver NIEUW! • Fireworks NIEUW! • Javascript NIEUW! • AutoCAD 2010 NIEUW! • CompTIA A+ NIEUW! • CompTIA Network+ NIEUW! HOBBY EN VRIJE TIJD • Praktische psychologie • Kinderpsychologie • Sportpsychologie • Parapsychologie • Massage • Filosofie • Korte verhalen en romans schrijven • Kinderboeken schrijven

• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •

*Bekijk de actievoorwaarden op www.nti.nl

Zelf sieraden maken Afslanken Cultuurgeschiedenis Schoonheidsverzorging Cartoon- en striptekenen Detective Yoga Organisatiepsychologie NIEUW! Cultuurpsychologie NIEUW! Digitale fotografie Fotografie Gezonde voeding Haarverzorging Het verzorgen van uw huisdier Het verzorgen van uw paard Persoonlijke groei Tekenen Tekenen & schilderen Aquarelleren Schilderen met olieverf en acryl Tuinarchitectuur met Rob Verlinden Astrologie Podcasting Praktische electronica Wijzer met geld NIEUW! Weddingplanner NIEUW!

SPECIAAL VOOR 50+’ERS • Windows Vista voor 50+ • Internet en e-mail voor 50+ • Windows XP voor 50+ • Een leven lang vitaal voor 50+ • Digitale fotobewerking voor 50+ SPOEDCURSUSSEN • Windows Vista NIEUW! • Windows XP NIEUW! • Microsoft Office NIEUW! • Zakelijke communicatie Engels NIEUW!

ANTWOORDCOUPON 

Ik heb interesse in de volgende opleiding(en) en ontvang hierover graag een studiegids:

..............................................................................................................................................................................

Ik wil snel starten met de opleiding:

..............................................................................................................................................................................

Bel mij voor meer informatie over de opleiding(en):

.............................................................................................................................................................................. Dhr. / Mevr.: ................................................................................................................... Voorletter(s): ................

**Onafhankelijke bron: Keuzegids Hoger Onderwijs 2010.

Straat: ..................................................................................................................................Nummer: ................ Postcode: ............................Plaats: ......................................................................................................................

Inschrijven: www.nti.nl of bel 071 - 561 00 77

Telefoon: ............................................E-mail: ...................................................................................................... Stuur deze bon in een open envelop, zonder postzegel, vandaag nog naar: NTI, Antwoordnummer 10500, 2300 VL Leiden

TU013


FOCUS

Colofon

Nieuwe lente, nieuw geluid

16 Hemelhoge ambities

Na de lange winter die we nu eindelijk definitief achter ons hebben, klinken de beginwoorden van Herman Gorters beroemde gedicht ‘Mei’ ons als muziek in de oren. We maken ons op voor een warmer seizoen. We zullen het hoofd moeten bieden aan de economische crisis, maar we zijn vol goede moed en optimistisch gestemd. Dat komt duidelijk tot uitdrukking in deze nieuwe editie van Tulpia. Zo denken we bijvoorbeeld dat 2010 een heel goed jaar wordt voor het toerisme naar Turkije. Om daar alvast een voorschot op te nemen, besteden we ruim aandacht aan de alternatieve toeristische mogelijkheden in het land. We voeren u uiteraard eerst mee naar Istanbul. In deze stad is niet alleen veel unieks te zien, maar beginnen ook veel tochten naar andere delen van het veelzijdige, altijd afwisselende en verrassende Turkije. Ook introduceren we twee nieuwe rubrieken. In ‘Gedenkwaardig’ staan we stil bij jaarlijks terugkerende bijzondere momenten of gebeurtenissen. ‘Dichter bij Tulpia’ wil een podium bieden aan opkomend literair talent. Dichters of schrijvers die korte verhalen schrijven, kunnen hun werk insturen naar de redactie. Wellicht is dit voor velen een buitenkans om hun beste literaire creaties aan een breder en geïnteresseerd publiek te presenteren. We beginnen deze rubriek met een aantal bijzondere gedichten van de nogal onbekende, maar niet onbeminde Ferman Aras.

18 “Ik stem echt niet op een Turk” 19 Reine verzorging met Sahfee Halal Care Istanbul voor beginners / p. 38

the sky is the limit bij turkish airlines / p. 16

20 Vergrendelde liefde in Delfshaven 22 “De weg banen voor toekomstige generaties”

BLIK OP BRUSSEL 24 Turkije waar ga je heen? 25 Cyprus en het Turkse EU-lidmaatschap 26 Het Europese kabinet

Alternatief toerisme in opkomst / p. 41

een beetje verliefd in delfshaven / p. 20

KIJK OP ZAKEN 30 “Alles wordt vloeibaar onder druk,

behalve in Turkije” 32 Turkije: kansen en bedreigingen 34 Ruimte bieden aan verschillen

De reis naar Klein-Azië / p. 37 Turkije wordt in West-Europa altijd gezien als een exotische reisbestemming. De Oriënt-Express, de luxetrein tussen Parijs en Istanbul van de Compagnie Internationale des Wagon-Lits, bracht het land vanaf 1883 in beeld bij een breder publiek. Vandaag de dag is Turkije een van de populairste Europese bestemmingen als het gaat om strandvakanties. Het land heeft echter ook op andere gebieden heel veel te bieden. Om u een idee te geven: bezoek de plaats waar de apostel Paulus heeft rond­ gelopen, leg uw kleren af in het eerste naturistenhotel van het land of ga fietsen op de hoogvlakte van Anatolië. De keus is aan u!

REIZEN 50 In de voetsporen van Süleyman de prachtlievende 56 Leven op schoot bij Moeder Natuur istanbul modern: bijzonder Trefpunt / p. 43

culturele obstakels in het zakendoen overwinnen / p. 30

columns 21 Jean Tillie: onzekerheid (deel 1) 28 Béla Vak: Turkije: kasplantje of asperge? 35 Lily Sprangers: verdiep je in de culturele

diversiteit

Naturisme staat los van seks / p. 46

kansrijke sectoren in de handel met turkije / p. 32

11 Helden achter straten 12 Tulpia Forum 64 Servicepagina

43 Istanbul Modern

48 Trek in de mediterrane zon 4 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

06 Fotopia 10 Gedenkwaardig

41 De missie van Ahmet Temurci

46 ‘Naturisme is een levensfilosofie’

diversen 08 Dichter bij Tulpia

38 Istanbul voor beginners

44 Baden in het verleden

61 Wandelen met Kyra

trek in de mediterrane zon / p. 48

rize, de hoofdstad van de turkse thee / p. 56

Tuncay Çinibulak, MA Hoofdredacteur

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 5

TWEE WERELDEN ééN BLAD

TULPIA JRG 5 / NR 17 / APR MEI 2010  WWW.TULPIA.NL Postbus 56822, 1040 AV Amsterdam Tel: +31 (0)20-337 64 90 / 222 19 82 Hoofdredactie Tuncay Çinibulak Redactie Suna Floret, Erhan Gürer, Frans Jeursen, Sonja Havermans, Kyra Kuitert, Maaike Lange Eindredactie John de Graaff  Correspondenten Boris Peters (Brussel), Marc Guillet (Istanbul)  Grafisch ontwerp Ingrid Scheinhardt Vertegenwoordiging in Turkije Yusuf Deniz Çinibulak (Istanbul) Uitgever Sakine Güzeldere / Uitgeverij Tulpia Media.  Coverfoto Turks Ministerie van Cultuur en Toerisme  © Tulpia 2010 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt via internet, door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever of auteursrechthebbende.

de beleveniswerelden van Turken en Nederlanders. Tulpia is kort na de moord op Theo Van Gogh opgericht door Tuncay Çinibulak met het doel de communicatie tussen autochtonen en allochtonen te bevorderen.

Mission statement Tulpia is een tweemaandelijks tijdschrift met artikelen over actuele thema’s m.b.t. Nederland en Turkije en over zakendoen, cultuur en toerisme. Het blad probeert een brug te slaan tussen

Tulpia actueel 14 Op zoek naar eeuwige roem

TULPIA INHOUD

IN DEZE EDITIE


fotopia

Lente in de bollenstreek

6 Tulpia / jaargang 05 / nr 17


DICHTERBIJTULPIA door FERMAN ARAS

Het gedicht is de kortste weg van hart tot hart. De versvorm bestond al voordat de mensheid grote beschavingen wist op te bouwen. In gedichten kun je de basis van een cultuur terugvinden, zoals in de psalmen en in de Griekse heldendichten Ilias en Odyssee. Tulpia start deze nieuwe rubriek om via het hart te communiceren. In de eerste aflevering komt dichter Ferman Aras (39) aan het woord. Gedichten van hem verschenen al in verscheidene bladen. Aras staat op het punt zijn gedichten en korte verhalen te bundelen. Tulpia plaatst ook een aantal van zijn debuut­ gedichten. Laat ook úw dichtader rijkelijk vloeien en stuur eigen werk of dat van uw favorieten naar ons toe: redactie@tulpia.nl

mei

Frida

bastaard

nader tot mij

in de bergen zijn bloemen van

een kreupele hinde

een oude man in Azerbeidzjan

nader mij, schone vrouw en

verlangen reeds ontloken, in mijn

sprong

bewaart zielen in potjes

wees niet bang, want

rozentuin heerst de hunkering

op de 17-septemberstraat

‘t werd dag en de reikhalzende

in de rode bus

’s nachts opent hij de poort

dichter bij de Godheid

bloemen kleurden rood:

zette de tram

voor ongeboren kinderen

ver, verder van de godsdienst

eén blozend tapijt

onbevangen

in de zomer staan gelovigen

zijn glazen tanden

vogeljongen wiekten weg

en dat was goed, zei de heer en de een blijft staan voor Alexander

liet liefde neerdalen en

Dzjengis Khan en Attilla de Hun

was ook niet bang

van hun nest. Een druppel

een gouden schot in de roos

het sneeuwde

water werd meer

de schutter springt een gat in de lucht

op 13 juli

troebele rivieren transparant

en de roos klapt stilletjes dood

klopte ik aan

de ander ruikt aan de pot van

de deur

Iwan de Verschrikkelijke

ging niet opzij

Stalin en Hitler

schone schijn

op het balkon

vlak voor de sluiting

wat is mooier?

hing

schiet een jongen het museum binnen

uw glimmende

robijnrode wijnen wrang doodsbang ben ik niet voor het slaan ikzelf

nader tot mij

maar toen jouw hart zwak sloeg sloeg dat van mij op hol

een ondergaande zon nog immer wacht

met plezier kraak ik harde noten

aan een slap koord

op jouw klop

toen de rust dan zich meester maakte

jouw groene japon

raakt de pot van Shakespeare,

de deur!

verliet het orkest het gebouw

te huiveren

Mevlana Rumi, Dante en Tagore aan

(Aandenken aan Frida Kahlo)

vermoeid ligt hij nu onder een boom

de bruid

oud-kind

een gevluchte dag

een trotse vader neemt de baby

uit het noorden

van de moeder en gaat op reis

scheurde de nacht open

brengt het in de tuin van eden

toen ik mijn gezicht tot

naar het hotel der slapelozen

ge godheid gewend had

naar het museum van god

hoorde ik:

met een ijzige glimlach begroette hij de vrouw die in mijn armen lag

schoonheid of het stille verdriet op dit gezicht?

en vraagt aan de wind opus dei

die lentebloesem ademt, of hij weet aan welke pot hij geroken heeft?

uw stem in de moskee nu het oude kind

mijn heer Jezus Christus

vermoeid de avond tegemoet gaat legt hij het in de armen van zijn moeder

ik legde mij op de schoot van Moeder Natuur

die het wurgt en

en hoorde u weer

haar zwarte adem op hem laat neerdalen

u gaf een vioolconcertje samen met uw collega-profeten

het ex-kind verwordt tot vruchtbare grond

Mozart, Bach, Albinoni, Kruidvat.

de aartsvader plant zijn zaad stort tranen sust de oermoeder in slaap en wacht op de komst van de lente

8 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 9


Dag van Europa

Moederdag

(15 april 1489 - 9 april 1588)

(9 mei 1985)

(10 mei 2010)

Zonder gevoel voor het volk Een van de grootste architecten aller tijden en zeker de beroemdste Ottomaanse architect. Koca Mimar Sinan was afkomstig uit een Grieks en christelijk gezin uit Kayseri, Anatolië. In die dagen was het gebruikelijk kinderen uit pas veroverde gebieden naar de paleisschool in Istanbul over te brengen. Daar kreeg de jongeman vanaf 1512 zijn opleiding tot ingenieur en architect en nam hij de islamitische naam Sinan aan. Als genieofficier bouwde hij bruggen en fortificaties, maar in 1538 werd hij benoemd tot hof­ architect. Nu kon de uitzonderlijk begaafde Sinan, inmiddels 49 jaar oud, zijn vleugels uitslaan en zijn enorme talent ontplooien. Vijftig jaar lang schiep hij – geïnspireerd door de Hagia Sophia – de prachtigste moskeeën, met schijnbaar gewichtloze koepels en in licht badende interieurs; wondermooie scholen; badhuizen; ziekenhuizen; paleizen; bruggen, karavanserais; mausoleums en universiteitsgebouwen. Zijn invloed en ideeën zijn vandaag de dag nog overal terug te vinden, onder meer in de Mevlana-moskee in Rotterdam.

10 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

Grote Nederlanders hebben hun naam gegeven aan straten, bruggen, pleinen en parken. Maar weten we eigenlijk wie ze waren? In deze rubriek wekt Tulpia hen opnieuw tot leven. Deze keer: staatsman Johan de Witt (1625-1672).

Deze dag – ook wel Europadag geheten – wordt in de EU-landen gevierd op 9 mei. Op die datum in 1950 werd de pers door minister Robert Schuman om 18 uur op het Franse ministerie van Buitenlandse Zaken in Parijs bijeengeroepen voor een ‘mededeling van het hoogste belang’. Het betrof het voorstel om een supranationale autoriteit in te stellen die voortaan de productie van kolen en staal zou reguleren. Doel was de mogelijkheid tot oorlogvoeren te controleren en in te perken. Met dit plan werden de fundamenten gelegd voor de eerste concrete Europese federatie. We beseffen pas hoe bijzonder het was dat Frankrijk, Duitsland en Engeland tot dit soort afspraken konden komen, als je bedenkt dat de Tweede Wereldoorlog pas vijf jaar was afgelopen en er nog diepe haat- en wraakgevoelens en vooroordelen leefden. Vanwege het unieke van de verklaring van Schuman en wat daar allemaal uit volgde, werd tijdens de top van regeringsleiders in Milaan in 1985 besloten 9 mei tot Dag van Europa uit te roepen.

Veel culturen, waaronder de oude Griekse, kennen een dag die speciaal is gewijd aan de verering van het moederschap. De link met het christendom was in het westen bijvoorbeeld altijd sterk; neem de verering van Maria als moeder Gods. Sinds 1644 bestond er echter in GrootBrittannië een Moederdag zonder kerkelijke achtergrond. In de Verenigde Staten begon Anna Jarvis (1864-1948) Moederdag te promoten als dag waarop ze speciaal in het zonnetje zou moeten worden gezet door vader en de kinderen. Jarvis’ idee sloeg aan en in 1914 bepaalde president Woodrow Wilson dat elke tweede zondag in mei voortaan Mothers’ Day zou zijn en een nationale feestdag. Wij vieren Moederdag op hetzelfde moment. De vorm die wij er in Nederland aan geven, is eveneens afkomstig uit de VS. Onze traditie rond Moederdag zelf stamt uit 1925. Op dit gebied gingen de Belgen ons overigens voor. Geheel onafhankelijk van het Amerikaanse voorbeeld kregen de zuiderburen al in 1913 een dergelijke dag. Frans van Kuyk, schepen (wethouder) van Antwerpen, combineerde Moederdag met de feestdag van Maria op 15 augustus, om de ‘waardigheid van de familie’ te benadrukken. Vandaag de dag vieren ook de Belgen Moederdag op de tweede zondag in mei.

Johan de Witt

Twintig jaar lang was hij de ongekroonde koning van het 17de-eeuwse Nederland. Zijn functie heette in die dagen raadspensionaris van Holland en Johan de Witt, die afkomstig was uit een oud regentengeslacht, voelde zich in die hoge positie als een vis in het water. Zijn benoeming was het gevolg van overeenstemming tussen een aantal belangrijke steden, zoals Dordrecht en Amsterdam, waarvan één der burgemeesters een aan­ getrouwde neef was. Dat klinkt ons vreemd in de oren, maar destijds waren de Nederlanden een raar samenraapsel van steden en gewesten zonder veel vaste overkoepelende wetten en regels. Een politicus die goed wist te laveren tussen belangen en standpunten kon hier de zaken naar zijn hand zetten, en dat deed De Witt op virtuoze wijze. Johan was een uiterst bekwaam en begaafd mens. Hij blonk niet alleen uit in staatsmanschap, maar hij was ook een briljant rechtsgeleerde alsmede wis- en natuurkundige. Zijn economische beleid en zijn politiek brachten na lange jaren de welvaart terug in de Nederlanden. Hij ordende de staatsfinanciën en creëerde een sterke vloot. De Witt streefde er naar de grote staten rondom het kleine Holland onderling verdeeld te houden, maar af en toe moest er toch oorlog worden gevoerd. De sterke vloot bracht in de Tweede Engelse Oorlog van 1665 de overwinning. Goed gedaan dus. Toen zag het er plotseling minder gunstig uit. De Witt joeg Frankrijk tegen zich in het harnas, dat direct met de Engelsen ging samen­zweren. De beide landen, hongerig naar macht en gebiedsuitbreiding, waren van plan de Nederlanden onderling te verdelen. Een en ander liep uit op het ‘rampjaar’ 1672. Nederland raakte in oorlog met Engeland, Frankrijk, Munster en Keulen. De regenten waren redeloos, het volk was radeloos en het land reddeloos, zo zei men in die da-

gen. De kerken zaten overvol en tal van rijke kooplieden namen de benen naar Zeeland, naar Hamburg en zelfs naar Denemarken. Twee zaken werden Johan de Witt op dat kritieke moment in 1672 fataal. Van koningen moest hij eigenlijk niets hebben, zeker niet van het stadhoudersgeslacht van Oranje, en op het volk was Johan ook al niet dol. Daarmee hebben we zijn belangrijkste mis­ rekening te pakken. Het volk hield van de Oranjes, Johan haatte het volk en het volk haatte hem. In 1672 zagen zijn vijanden eindelijk hun kans schoon. Zijn broer Cornelis de Witt werd van verraad beschuldigd en Johan trok zich terug als politiek leider. Zijn tegenstander Willem III van Oranje werd dadelijk benoemd tot legeraanvoerder! Toen hij zijn broer in de gevangenis bezocht, liep Johan in de val. Beiden werden ‘spontaan’ door het volk naar buiten gesleept en op gruwelijke wijze vermoord. De lichamen werden uit elkaar gescheurd en gesneden en zelfs ten dele opgegeten. Spontaan? Vergeet het maar, het was een zorgvuldig geplande moordaanslag door Oranje-aanhangers met enthousiaste medewerking van Willem III van Oranje-Nassau zelf. Die beloonde de laffe moordenaars later rijkelijk. Zo eindigde het leven van een groot staatsman en een bekwaam bestuurder roemloos, omdat hij het emotionele verbond tussen het volk en ‘Oranje’ had onderschat. Hij blijft echter altijd een voorbeeld van een nuchter en zeer bekwaam bestuurder en een vurig beschermer en verdediger van ons land.

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 11

HELDENACHTERSTRATEN

Mimar Sinan

door frans jeursen

GEDENKWAARDIG door REDACTIE TULPIA

Verjaardagen, huwelijksjubilea, geboorte en overlijden van een familielid gedenken wij in de privésfeer. Er zijn natuurlijk meer gedenkdagen waar burgers van een land, continent en zelfs van de wereld stil bij staan of horen te staan. Zulke momenten gaan vaak aan ons voorbij, verblind als we zijn door de waan van de dag. Het zijn juist deze gedenkwaardige dagen die mensen met elkaar verbinden. In deze nieuwe rubriek staat Tulpia stil bij deze bijzondere dagen.


12 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

foto: Haber

TULPIAFORUM

LEIDERSCHAP OF NIET? Turken wekken de indruk een erg georganiseerde, homogene groep te vormen. In feite zijn ze sterk versplinterd en verzuild, waardoor zij ondanks hun grote aantal weinig invloed hebben op de politieke besluitvorming. Van de 357 Turkse kandidaten bij de jongste gemeenteraadsverkiezingen zijn er weliswaar 156 verkozen, maar de vraag is hoeveel van hen een functie als wethouder of burgemeester gaan bekleden. Turken blijken ook dit keer geen leiderschap te hebben getoond. In tegenstelling tot Marokkanen waren er bijvoorbeeld geen Turkse lijsttrekkers; zitten er relatief weinig Turken in landelijke en lokale besturen van politieke partijen en zijn er nauwelijks Turkse fractie­ voorzitters, stadsdeelvoorzitters of wethouders. Zo is er in Amsterdam slechts één wethouders­ kandidaat van Turkse komaf. De stad heeft echter wel twee Marokkaanse stadsdeelvoorzitters en drie Marokkaanse kandidaat-wethouders. Rotter­ dam heeft een burgemeester en een lijsttrekker van Marokkaanse origine. Gevreesd wordt dat Turken niet het heft in eigen handen willen of durven nemen en niet van plan zijn te integreren en een volwaardig lid van de Nederlandse samenleving te zijn. Wordt het niet tijd dat de Nederlandse Turken eindelijk een besluit nemen: leiderschap tonen en integreren óf achter de toonbank blijven en anderen over hen laten beslissen?

Nafize Şener

Erdinç Saçan

Zeren Aslan

Canan Çalışkan

Uğur Pekdemir

Hülya Çiğdem

ondernemer

voorzitter De Nieuwe Generatie

antropoloog

schrijver

voorzitter TANNET

schrijver

‘Zaak van ons allemaal’

Appels en peren

Onderzoek, geen speculaties

Hebben Turken meer vertrouwen? Nieuwe politieke cultuur

Kijk naar kwaliteiten

Je kunt ook integreren achter de toonbank. Er zijn genoeg Nederlanders die daar ook zitten. Het is niet zo dat je alleen kunt integreren in de politiek, daarbuiten kan het ook. We moeten gezamenlijk doen waar we goed in zijn, zonder opgehitst te worden door opvattingen van anderen. Het gaat namelijk niet alleen om het erkennen van culturele diversiteit als iemand bijvoorbeeld wethouder is; het gaat ook om de vraag: hoe kan ieder individu, ongeacht zijn of haar culturele en/of etnische afkomst, zich verenigd voelen met ieder ander individu binnen een multiculturele samen­leving als Nederland? Ongeacht wat hij/zij doet. Mijn algemene indruk is dat de Nederlandse Turken juist wel het heft in handen menen te hebben en onafhankelijkheid tonen. Turken zijn survivors, doorzetters en creatief. Als Nederland zich meer zou binden aan deze ondernemers (en vice versa), dan zou dat een impuls voor de economie betekenen. Marokkanen worden vaker negatief belicht. Er is dus meer noodzaak om hier tegenop te treden, logisch dus dat er meer mensen een politieke lijst trekken, iets voorzitten of wethouder worden. Het is geen zaak van de Marokkanen, het is een zaak van ons allemaal. Vandaag zijn zij het, morgen is het een andere groep. We moeten hier samen op letten en eenieder aanspreken op eigen verantwoordelijkheid. Kijk naar de positieve dingen, focus op een duurzame samenleving.

Een vergelijking tussen Nederlanders van Turkse en van Marokkaanse afkomst is in mijn ogen hetzelfde als een vergelijking tussen appels en peren. De twee landen liggen in verschillende werelddelen, hebben een andere geschiedenis en ook culturele verschillen. Turken zijn succes­vol in branches waar Marokkanen dat niet zijn en Marokkanen zijn succesvol in branches waar Turken ondervertegenwoordigd zijn. Als we kijken naar de Turkse gemeenschap in Nederland dan ben ik persoonlijk optimistisch ingesteld. Het kan altijd beter, maar dat is met alles zo. Stichting De Nieuwe Generatie brengt binnenkort een boek uit. Het ligt nu bij de designer. In het boek zijn 47 succesvolle Nederlanders van Turks afkomst geïnterviewd. Ze zijn succesvol in hun beroep/ branche. Het aantal van 47 kon gemakkelijk worden verhoogd naar 100, maar helaas was er te weinig tijd en budget om dat te bewerk­stelligen. Hopelijk de volgende keer met een nieuw project. ‘Succes is altijd afhankelijk van een nauwkeurige voor­ bereiding en zonder die voorbereiding is falen een feit’, zei Confucius al.

Een antropologische visie mag niet ontbreken als we handelingen van mensen koppelen aan hun culturele identiteit. De eerste reactie die deze stelling oproept, is het essentialistisch cultuurbegrip. Dat kunnen we het beste omschrijven als het idee dat menselijk handelen wordt gestuurd door cultuur. Dergelijk inzicht is volgens mij allesbehalve juist. Individuen zijn continu de dupe van dit beeld. Cultuur is niet iets dat vaststaat. Er bestaat geen afgebakende, homogene gemeenschap ‘Turken’ of ‘Marokkanen’. Hoeveel ‘Turken’ blijken Koerden te zijn, hoeveel ‘Marokkanen’ Berbers? Uiteraard zijn mensen niet geheel ‘vrij’, maar mensen zijn ook niet helemaal cultuurgebonden. Samen­ levingen die in paniek verkeren, begrijpen veel zaken van andere culturen niet en verklaren die zaken vanuit de interpretatie van cultuur, aldus antropoloog Gerd Baumann. Een vergelijking tussen Marokkaanse en Turkse politici kan dus naar mijn mening ook niet zomaar worden gemaakt. Stellen dat Turken een homogene en georganiseerde gemeenschap vormen en dan op basis van een indicator als politieke betrokkenheid vaststellen dat Turken niet van plan zijn om te integreren, is onjuist. En signaleren dat Marokkaanse politici zich tijdens de afgelopen verkiezingen duidelijk actief hebben opgesteld, zegt ook weinig over de integratie van Marokkanen en de Marokkaanse gemeenschap.

Het klopt dat we, wanneer we ons verdiepen in de hedendaagse Nederlandse politiek, een sterkere vertegenwoordiging van de Marokkaans/Nederlandse bevolking terugzien dan van de Turkse. Maar of de oorzaak ligt in onwelwillendheid tot integreren of angst om het heft in eigen handen te nemen, durf ik ook weer niet te zeggen. Je kunt het ook omdraaien. Misschien zijn de Turken juist zo goed geïntegreerd dat ze niet per se hechten aan een vertegenwoordiger met dezelfde achtergrond? Misschien worden veel van hun wensen en gedachten vertegenwoordigd door zittende Nederlandse politici en voelen ze er weinig voor om zich apart kandidaat te stellen, puur om een specifieke doelgroep te dienen. Zou het kunnen zijn dat Turken meer gelaten zijn over de Nederlandse politiek, omdat ze meer dan bijvoorbeeld Marokkanen vertrouwen hebben in die politiek en het land waarin ze wonen?

Wat een onzin dat Turken geen leiderschap zouden hebben getoond bij de afgelopen gemeenteraads­ verkiezingen, omdat er geen lijsttrekkers van Turkse komaf waren. De stelling gaat ervan uit dat Turken in lokale en landelijke besturen worden gekozen om de Turken te vertegenwoordigen. Ik laat mijn keuze niet afhangen van de afkomst van een kandidaat, maar kijk naar de kwaliteiten. Dat iemand meerdere culturen in zich verenigt is mooi meegenomen, maar het zou triest zijn als de kandidaat alleen om die reden wordt gekozen. Kan mij het schelen hoeveel wethouders of burgemeesters van Marokkaanse afkomst er zijn. Als die garant zouden staan voor de integratie van een hele bevolkingsgroep, hadden we nu geen problemen met de Marokkaanse jongens. Bovendien zitten bestuurders op die posities niet voor Marokkanen of andere allochtonen, maar voor het hele dorp of de stad. En als het goed is krijgt niemand een voorkeursbehandeling omdat hij toevallig het herkomstland deelt met degene die aan de macht is. Om volwaardig deel te nemen aan de samenleving, hoef ik niet per se politiek te bedrijven noch te wachten totdat er een Turkse burgemeester komt. Als er een beleid wordt gevoerd waarmee ik het niet eens ben, wat maakt het dan uit of het door een Nederlander of door een Turk wordt bedacht?

De stelling gaat te veel uit van etnische vergelijkingen tussen Turken en Marokkanen. De nieuwe Nederlanders zijn geen homogene groep, dat geldt ook binnen diverse etnische groepen. We zien een grote deelname, die anders zou zijn vertaald tot één partij voor bijvoorbeeld Marokkanen, Turken of Nieuwe Nederlanders. Homo­geni­ teit is, zoals met alle andere delen van de bevolkingsgroepen, ook bij hen niet het geval. Gelukkig vinden we veel Nieuwe Nederlanders terug in de gevestigde partijen. Samen met de autochtone partijleden kunnen zij werken aan een nieuwe politieke cultuur. Het is heel erg mooi te zien dat steeds meer Nieuwe Nederlanders betrokkenheid tonen, en gezamenlijk verantwoordelijkheid nemen voor het bouwen aan de toekomst. Hierbij is deelname aan politiek en bestuur de hoogste vorm van inter-creatie. En dat zouden we moeten willen zien. In de Nederlandse politiek bespeuren we al meer en meer potentie aan inter-creatie. Sinds de invoering van het kiesrecht voor inwoners met een niet-Nederlandse nationaliteit in 1986 is het aandeel van Nieuwe Nederlanders, onder wie de Turkse Nederlanders, in politiek en bestuur verder toegenomen.

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 13


TULPIA ACTUEEL door TUNCAY ÇINIBULAK EN MARC GUILLET   fotografie PUSULAMIZ

Op zoek naar eeuwige roem

De immens populaire Turkse zangeres Funda Arar staat te trappelen om haar fans in Nederland weer te ontmoeten. Tulpia sprak uitvoerig met haar, onder meer over de toekomst. “Met mijn nieuwe album wil ik mijn innerlijke wereld met mijn fans delen.”

M

et een zonnige glimlach treedt Funda Arar (33) de kamer binnen. “Oh, u brengt de geur van tulpen uit Amsterdam?” zegt de zangeres, terwijl ze gaat zitten. “Ik hou van Holland. Mijn eerste concert in Rotterdam was vorig jaar februari een doorslaand succes. Ik zong samen met een swingende zaal. Ik hoop dat straks weer mee te maken.” De Stichting Mystiek heeft kans gezien om haar opnieuw naar Nederland te halen. Op 1 mei wil ze De Doelen nog eens laten swingen met haar hits Arap Saçı, Camdan Kalp, Benim için Üzülme en Haberin Var mı. Arar komt graag naar Nederland, want ze vindt dit vlakke land een van de mooiste van Europa. “Vooral Amsterdam en Rotterdam zijn heel bijzonder. Ik ben naar Artis geweest, heb met mensen op straat gesproken. Nederlanders zijn heel relaxte mensen. Geweldig dat iedereen graag de fiets pakt! Ik heb me laten vertellen dat zelfs sommige ministers op de fiets naar het parlement gaan. Dat is in Ankara of Istanbul ondenkbaar.” Dan maakt ze de stap naar muziek. De zangeres blijkt een kritische geest te bezitten. “Vroeger stond alles in dienst van de muziek. Tegenwoordig zie je dat artiesten veel meer 14 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

met de show bezig zijn en relatief minder energie en moeite in hun muziek steken. Als je een ritmebox hebt, dan ben je al heel ver, denken ze. Men wil zo snel mogelijk zoveel mogelijk geld verdienen, maar zo werkt het niet. Muziek is net een maaltijd. Je moet alles met zorg en met veel geduld en inzet bereiden”, stelt ze. En dan loopt het volgens haar ook nogal eens verkeerd met zaken als copyright en de bescherming van intellectuele rechten. “Het is een heel moeilijke markt, vooral door het downloaden via internet en het uitbrengen van illegale albums. In 2007 werden er in totaal nog 17 miljoen albums verkocht; in 2008 nog maar 8 miljoen. Wat een gruwelijke rea­ liteit: 8 miljoen, in een heel jaar! Nog niet zo heel lang geleden werden van één succesvol album al vaak 3 miljoen exemplaren verkocht.” Funda Arar werd in 2000 bekend door haar single Kaldırımlar, naar een oud gedicht van Necip Fazıl Kısakürek. Met de Turkse zanger Kıraç bracht ze in 2001 het album Sevgiliye uit. Haar populariteit groeide gestaag en na haar derde en vierde solo­a lbum koos Hürriyet, een van de grootste dagbladen van Turkije, haar in 2006 tot de beste vrou-

‘Ik maak muziek met een lange houdbaarheid’ welijke artiest van het jaar. Het wekelijkse tv-muziekprogramma Gölgeler, waarin ze met Kıraç de presentatie deed, bezorgde haar een sterrenstatus. Het is dan ook niet gek dat haar in 2008 verschenen soloalbum Rüya eveneens een groot succes werd. Arar zingt vandaag de dag covers van bekende Anatolische popsongs uit de jaren zeventig, traditionele folkmuziek en arabeske levensliederen in een modern jasje. Zo brengt ze het arabeske Ben de Özledim van Ferdi Tayfur in rockstijl. Naast zingen heeft ze de afgelopen jaren ook het schrijven van songteksten verder ontwikkeld. De mezzosopraan noemt de liedjes die ze schrijft, produceert en zingt ‘meer klassiek dan echt pop’. “Ik denk dat mijn albums en songs een langere levensduur hebben. Mijn eerste album Sevgilerde uit 2000 wordt nog steeds verkocht. Dat betekent dat ik muziek maak met een lange

houdbaarheid. Ik breng geen simpele en gemakkelijk te consumeren albums uit. Dat is het verschil met anderen.” In Europa wordt haar muziek ingedeeld in de categorie wereldmuziek. “Natuurlijk krijgen mijn songs dat stempel, omdat mijn muziek een specifieke Turkse achtergrond heeft. Aan de andere kant werken we met instrumenten die overal in de wereld worden gebruikt. We doen niets dat totaal anders of bizar is. Maar de manier waarop ik zing, verschilt wat betreft intonatie natuurlijk wel veel van wat in de westerse popmuziek gangbaar is.” Wat heeft ze momenteel op stapel staan? “Ik wil een album maken met louter zelf­ geschreven songs, onder meer met een jazz sound, maar wel met behoud van onze eigen folkloristische elementen. Zo wil ik elementen van de traditionele türkü-muziek gebruiken. Dat album wordt een afspiegeling van mijn emotionele wereld. Mensen vinden dat ik een gesloten karakter heb. Ik ben inderdaad niet iemand die zich gemakkelijk bloot geeft. Met dat nieuwe album wil ik mijn inner­lijke wereld met mijn fans delen.” Na deze cd wil Arar ook een symfonisch album opnemen in het buitenland. “De Berliner Philharmoniker zorgt voor de muziek en ik zing. Er zijn nog zoveel dingen die ik wil proberen als mijn leven lang genoeg duurt. Roem, geld en populariteit komen wel als je maar hard genoeg werkt. Als je eeuwige roem wilt, zoals ik, dien je werk te maken dat tijdloos is. Misschien is dat mijn grote ego, maar zo ben ik nou eenmaal. Ik wil werken aan het maken van universele muziek en die vervlechten met culturele elementen uit mijn eigen land. Dat voel ik als mijn verantwoordelijkheid.” Bestaat er naast de muziek nog een andere passie? “Eten!” zegt ze met stemverheffing en een harde lach. “Als ik geen zangeres zou zijn, was ik het liefst kok geworden. Het is een heerlijke therapie voor mij. Ik voel me fantastisch als ik aan het koken en proeven ben en wanneer ik gasten mijn desserts kan voorzetten. Verder hou ik van films, lezen en reizen.” En dan komen we weer op Nederland. “Het liefst loop ik daar tussen de tulpen en ruik ik eraan.” Funda Arar Concert

Funda Arar treedt 1 mei op in De Doelen in Rotterdam. Het concert is een initiatief van de Stichting Mystiek (www.stichtingmystiek.nl) Tulpia / jaargang 05 / nr 17 15


TULPIA ACTUEEL door ERHAN GÜRER  fotografie TUNCAY ÇINIBULAK

Hemelhoge ambities Metin Gözüaçık is sinds kort directeur Nederland van Turkish Airlines. Een man die zijn doelen niet onder stoelen of banken steekt. “Bij het honderdjarig bestaan van de Turkse republiek zijn we een van de grootste luchtvaartmaatschappijen van de wereld.” in ons boekje’. Bij ons mag je bijvoorbeeld 30 kilo bagage meenemen, maar als een vlucht van een andere maatschappij is geannuleerd en een reiziger mocht daar 40 kilo meenemen, dan doen wij daar niet moeilijk over. Als iemand vijf uur vertraging heeft, krijgt hij standaard 400 euro vergoed en in de meeste gevallen ook nog een overnachting.”

Metin Gözüaçık

Wat is uw eerste indruk van Nederland? “Een heel goed georganiseerd land met een uitstekende infrastructuur. Vooral de dienstensector is erg ontwikkeld.”

Ook minpunten ontdekt? “Zeker, gebrek aan service, klantvriendelijkheid en flexibiliteit. Het is voorgekomen dat klanten met speciale wensen nergens anders terecht konden en pas bij Turkish Airlines goed werden geholpen. ‘Wij vinden altijd een oplossing voor een probleem, al staat dat niet 16 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

Metin Gözüaçık (1963) kent de luchtvaartbranche als zijn broekzak. Hij werkt inmiddels 25 jaar voor Turkish Airlines, waarvan twintig jaar in Libië, Tunesië en Algerije. Sinds september 2009 geeft hij leiding aan een team van 24 mensen in het kantoor op Schiphol. Gözüaçık is getrouwd en heeft een zoon van 16 jaar, die in Ankara op school zit. Dat is ook de reden dat zijn vrouw nog niet naar Amstelveen is gekomen, waar haar man is neergestreken. “Turkish Airlines onderscheidt zich niet alleen van andere maatschappijen door klantvriendelijkheid”, vervolgt Gözüaçık, “maar wordt ook een steeds belangrijkere vervoerder van passagiers op doorreis. Zo moeten we bijvoorbeeld de opening van de nieuwe bestemming Toronto zien. Passagiers naar Bombay, Delhi, Dubai en Meshed kiezen nu Turkish Airlines in plaats van een andere maatschappij, vanwege de centrale ligging

Een modern toestel van Turkish Airlines

‘Wij vinden altijd een oplossing voor een probleem’ van Turkije, de kosten en de service. Het aantal bestemmingen is de laatste jaren enorm toegenomen; momenteel zijn er 37 binnenlandse en 120 buitenlandse. Turkish Airlines was de enige luchtvaartmaatschappij die in het crisisjaar 2009 een toename in het aantal passagiers heeft laten zien: 11 procent meer dan in 2008.”

Hoe past Nederland in dat economische plaatje? “Nederland is een interessante markt voor ons. In 2009 heeft Turkish Airlines meer dan 300.000 passagiers vervoerd van en naar Turkije. Dan rekenen we Sun Express nog niet mee, dat voor 50 procent van ons is. In het hoogseizoen zijn er in totaal 70 vluchten per week op Turkije (samen met KLM, Transavia en andere luchtvaartmaatschappijen). Wij proberen onder meer ons marktaandeel te vergroten door vanuit ons kantoor uitgebreidere promotie­activiteiten te ontplooien. Wij hebben grote reclameborden neergezet op Schiphol en langs de snelwegen in

Nederland. Ook adverteren we in Turkse kranten en tijdschriften en sponsoren we culturele evenementen door gratis vlieg­ tickets beschikbaar te stellen aan artiesten.”

Wat zijn de plannen en ambities? “De vloot van 136 vliegtuigen wordt in 2011 uitgebreid naar 200. In 2023, bij het honderd­jarig bestaan van de Turkse republiek, wil Turkish Airlines met 350 vliegtuigen en nog meer bestemmingen een van de grootste luchtvaartmaatschappij van de wereld zijn.”

Heeft het imago van de maatschappij een deuk opgelopen door de vliegtuigcrash van februari 2009 bij Schiphol? “Er is een zeker prestigeverlies geweest, maar dat is niet van invloed geweest op het aantal passagiers en de winstcijfers. Onlangs zijn we wel een internationale promotiecampagne gestart. We zijn nu officieel sponsor van de voetbalclubs Barcelona en Manchester United. Dat laat goed zien waar Turkish Airlines vandaag de dag staat.” Tulpia / jaargang 05 / nr 17 17


Het is weer achter de rug. We hebben gestemd voor de gemeenteraad.

De ramadan van 2004 is het keerpunt

Op de verkiezingsborden die zowel langs dorpsweggetjes als snelwegen

gebleken. Pascalle Driouech zoekt in die

te vinden waren, was geen plaatsje onbenut. Leuzen als leefbaarheid,

periode moeizaam naar cosmetica, waarin

veiligheid en duurzaamheid werden ons van alle kanten opgedrongen.

geen alcohol is verwerkt. ‘Zou het niet

D

at is heel erg logisch. Weinig stemgedrag heeft meer invloed op onze directe omgeving dan de keuze voor het eigen gemeentebestuur. Er is echter iets vreemds aan de hand met deze verkiezingen. De opkomst bij gemeente­ raadsverkiezingen is traditioneel laag. De raadsverkiezing van 2010 vormt hierop geen uitzondering. De landelijke opkomst was slechts 56 procent. Voor bijna de helft van de mensen blijkt de plaatselijke politiek niet van genoeg belang om de moeite te doen één vakje rood in te kleuren. Voor Nederlanders met een Turkse of Marokkaanse achtergrond geldt dit nog in grotere mate. Amsterdamse cijfers laten zien dat 46 procent van de Turken naar het stembureau is geweest. Marokkanen lijken nog minder op te hebben met de lokale politiek. Van hen ging slechts 39 procent stemmen. ‘Boze’ stemmen die deze lage opkomstpercentages verklaren door de overwegend islamitische, lees ondemocratische, achtergrond van Turken en Marokkanen lijken de plank mis te slaan. Surinamers en Antillianen vormen de hekkensluiters onder de ‘allochtonen’ met een opkomstpercentage van slechts 29 procent. In sommige opzichten waren de verkiezingen van maart 2010 anders dan anders. Ten eerste was er de recente val van het kabinet. De kiezers kregen de unieke kans om de verantwoordelijke partijen (CDA en PvdA) direct af te straffen dan wel te belonen. Deze kans werd benut. De kiezer waardeerde de standvastigheid van het PvdA inzake de terug­trekking uit Uruzgan hoger dan de druk 18 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

van de NAVO, waar het CDA zich eventueel door wilde laten (ver)leiden. Dit betekende een revival van het PvdA en een pijnlijk verlies voor het CDA. Het tweede nieuwtje was de mogelijkheid om openlijk te kiezen tegen alles wat te maken heeft met islam en moslims. Niet alle gemeenten kenden dit ‘geluk’. De verwachtingen waren, naar later bleek terecht, hoog gespannen. Geert Wilders werd overal waar hij meedeed de ongekroonde anti-hoofddoekjesprins. De polarisatie moslim/niet-moslim werd een feit. De derde noviteit van deze verkiezingen was de deelname van drie moslim­partijen. Ondanks bijna een miljoen moslims in Neder­ land en ondanks alle inspanningen heeft niet één van deze partijen de kies­drempel gehaald. Waar stemmen Turken en Marokkanen dan wel op? Traditiegetrouw kan de PvdA op stemmen van veel van huis uit Turkse en Marokkaanse kiezers rekenen. Ook dit jaar was dit het geval. Wel is er een verschuiving aan de gang. Vergeleken met de vorige raads­ verkiezingen heeft de PvdA vooral bij de Turkse kiezers last gehad van concurrentie. Waar vorige keer nog 87 procent van de Turkse stemmen naar de PvdA ging, was dit nu nog 59. GroenLinks, D66 en in mindere mate SP profiteren van deze verschuiving. Wat echter opvalt, is de sterke voorkeur van Turken en Marokkanen om te stemmen op iemand van de eigen etnische afkomst. Ondanks kleine aantallen allochtone kandidaten op verkiesbare plaatsen zijn er via voorkeurstemmen toch relatief veel van

hen in de gemeenteraden gekomen. Voorbeelden zijn Marcouch en Adroun, beiden in Amsterdam (bron: IMES Institute for Migration & Ethnic Studies, Universiteit van Amsterdam). Moslim­partijen lijken hiervan de dupe. Gelovige Turken stemmen liever op een Turkse kandidaat van een seculiere partij dan op een Marokkaanse kandidaat van een moslimpartij. Al met al zijn er een paar conclusies te trekken. De ‘allochtone’ stemmer is – nog – moeilijker dan de gemiddelde Nederlander te motiveren om te gaan stemmen. Een andere conclusie is dat de opkomende polarisatie moslim/niet-moslim niet wordt gevolgd door de ‘allochtone’ kiezer. De vanzelfsprekendheid voor de keuze van de PvdA bij ‘allochtonen’ lijkt te zijn verbroken, maar deze stemmen komen niet terecht bij moslimpartijen maar bij een gevestigde partij. Tot slot wil ik één puntje erg graag maken, gewoon ter overweging. Hoewel ‘allochtone’ kiezers met hun kiesgedrag de polarisatie moslim/niet-moslim niet bemoedigen, nemen velen van hen het begrip ‘volksvertegenwoordiging’ naar mijn smaak wel erg letterlijk.

Margreet van Schie, MA werkt aan de Universiteit van Leiden. Haar specialisme: ‘Vergelijkende Godsdienstwetenschap Christendom/Islam en Wijsgerige ethiek’. Ze is spreker bij bedrijven, (zorg) instellingen en scholen onder de titel Islam op de werkvloer.

makkelijk zijn om een productlijn te hebben die per definitie puur en rein is?’

Pascalle en Abdellatif Driouech, de grondleggers van Sahfee Halal

M

et haar Marokkaanse echtgenoot Abdellatif gaat de Amsterdamse aan het werk en een kleine zes jaar later is er: Sahfee Halal Care. Hun assortiment is weliswaar nog klein, maar al wel landelijk te koop via de drogisterijketens Kruidvat en Etos, plus enkele C1000’s en een Super de Boer in Rotterdam. “Momenteel bieden we zes producten aan. Shampoo en douchegel voor dames en heren, plus een shampoo en een conditioner voor bedekt haar. Inderdaad, voor dames met een hoofddoek. Vooral die laatste serie loopt goed, evenals de andere damesproducten. Alleen de shampoo voor heren blijft nog wat achter.” De prijzen zijn vergelijkbaar met producten als van Andrélon, ook al worden er soms dure ingrediënten gebruikt. “Wij willen Sahfee – dat puur, rein betekent in het Arabisch – voor iedereen bereikbaar maken, dus verkopen we niet te duur.” De shampoos, douchegels en conditioner worden door een Nederlands bedrijf gemaakt. Dat gebeurt dan op speciale dagen, zodat de productieruimte eveneens halal kan zijn. Pascalle en Abdellatif vinden het een principezaak om op een dergelijk zuivere manier te opereren. “Je leest wel eens ‘100 %

halal’. Dat vinden wij gek. Bestaat er dan ook ‘99% halal?’ Neen, natuurlijk niet.” Juist daarom zijn ze ook zo blij dat hun cosmeticalijn officieel is goedgekeurd door de Halal Quality Control (HQC). “Dat is heel bijzonder,” weet Pascalle. Recentelijk is er nog een onderscheiding bijgekomen: op alle flesjes prijkt nu het Vegan-logo, een garantie voor veganisten dat er geen dierlijke stoffen in de producten zitten. Al deze positieve prikkels laten het echtpaar Driouech natuurlijk niet onberoerd. “Momenteel zijn we vooral bezig met het vergroten van de afzet in Nederland, maar we hebben al plannen om ook in het buitenland actief te worden, zoals in Frankrijk, Singapore en Dubai. En verder willen we als eersten komen met een halal-babylijn.” Met cosmetica is weer een nieuw product toegevoegd aan de halallijn in Nederland. Vlees is hiervan waarschijnlijk de bekendste, met Mekkafood in Venlo als belangrijke exponent. Minder bekend is de halalhypotheek, een idee dat in ons land nog niet echt van de grond is gekomen. In een dergelijke hypotheek heeft de voor moslims verboden rente plaatsgemaakt voor een winstopslag. De Belastingdienst wil dat bedrag echter

‘We willen snel met een halal-babylijn komen’ niet aanmerken als aftrekbare hypotheekrente voor de inkomstenbelasting, waarmee de aantrekkelijkheid van de hypotheek voor de islamitische huiseigenaren wegvalt. Dat standpunt was vooral een tegenvaller voor Bilaa-Riba Islamic Finance, naar eigen zeggen de eerste financiële instelling in Nederland die volledig werkte volgens de regels van de islamitische wet (shariah).

Producten van Sahfee Halal Care

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 19

TULPIA ACTUEEL

Reine verzorging met Sahfee Halal Care

door John de Graaff  fotografie tulpia media team

TULPIA ACTUEEL door MARGREET VAN SCHIE

“Ik stem echt niet op een Turk!”


‘Een heel grote stoel van knalrood metaal, in de vorm van een hart’ The Lock of love

Vergrendelde liefde in Delfshaven Op Valentijnsdag 2010 gebeurde er iets opmerkelijks in Delfshaven. Neen, er werden in de Rotterdamse deelgemeente geen ambtelijke formulieren uitgereikt, beschikkingen gepubliceerd of buitengewone heffingen opgelegd. Door toedoen van het bestuur stond de deelgemeente deze keer in het teken van liefde en gelukzaligheid.

O

p zaterdag 13 februari stelden wethouder Dominic Schrijer (PvdA) en voorzitter Carlos Goncalves van de deelgemeente een grote sculptuur getiteld The Lock of Love ‘in gebruik’. Niet zomaar een abstracte metaalklomp 20 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

waar de goedwillende burger zijn schouders bij ophaalt, maar iets waar elke Delfshavenaar echt iets aan heeft en mee doen kan. Althans, als hij of zij handelt in de geest van Valentijnsdag, en wie wil dat niet? Het gaat om een heel grote stoel in de

land de eerste plek met zo’n object, maar riep de deelgemeente ook iets in het leven dat de burgers en inwoners nader tot elkaar brengt en hun onderlinge band verstevigt. The Lock of Love kan uitgroeien tot een ontmoetingsplaats, maar is al een landmark om je te kunnen oriënteren in de buurt. Een dag na de opening, op zondag 14 februari, werd er bij het beeld muziek gespeeld en droegen mensen er gedichten voor; de sfeer was geweldig. Rond zes uur ’s avonds werden duizend ballonnen met lichtjes opgelaten, een sprookjesachtige aanblik. Delfshaven heeft op deze manier niet alleen de inwoners een nieuwe ontmoetingsplek gegeven en ze dichter bij elkaar gebracht, maar ook deze bijzondere sculptuur heel goed ingewijd.

‘The Lock of Love kan uitgroeien tot een ontmoetingsplaats’

V

oor Marianne Timmer moest het nog één keer gebeuren. De drievoudig Olympisch kampioene op de 500 en 1000 meter wilde op de winterspelen van Vancouver nog één keer schitteren en dan afscheid nemen van de schaatssport. De voorbereidingen liepen voorspoedig. Timmer werkte gestaag naar de topvorm die nodig is om Olympisch goud te behalen. Toen werd het vrijdag 13 november 2009. Tijdens de wereldbekerwedstrijden 500 meter in Heerenveen sleept de Chinese Jing Yu Timmer mee in haar val. De Nederlandse wordt per brancard naar het ziekenhuis vervoerd. Onderzoek leert dat er sprake is van verscheidene breuken in haar hielbeen. Deelname aan de Olympische Spelen is uiterst onzeker. Haar herstel verloopt echter onverwacht goed. Zo goed dat ze 22 en 25 januari 2010 meedoet aan het tweede Olympische kwalificatietoernooi. Maar Timmer blijkt kansloos. Op de 500 meter wordt ze geklopt door de veertien jaar jongere Thijsje Oenema, op de 1000 meter is Ireen Wüst sneller. Timmer laat in NRC-Handelsblad van 25 januari optekenen: “De voorstelling van hoe het dit seizoen zou moeten zijn is finaal doorbroken.” Op 29 april 2009 is mijn zoon op een verlate skivakantie in Frankrijk. Bij de laatste afdaling van die dag verliest hij de controle over zijn snowboard. Op een gegeven moment wordt hij met 70 km/uur gelanceerd. Hij valt en staat weer op. Langzaam gaat hij naar beneden, om met een drankje bij te komen van de schrik. De volgende dag voelt hij pijn in zijn nek. Hij gaat naar de medische post bij de piste, waar men hem opdraagt onmiddellijk te gaan liggen. Zijn nek is gebroken en die wordt met een plastic kraag gefixeerd. Hij ligt een week in een ziekenhuis in Grenoble waar een titanium plaatje wordt gemonteerd. De kans dat iemand zo’n ongeluk overleeft, wordt geschat op twee procent. Dan een citaat van de website www.beroerte.info (bezocht op 21 januari 2010): ‘Als de bloedvoorziening naar de hersenen plotseling onderbroken wordt, spreekt men van een beroerte. Er kan sprake zijn van een hersenbloeding, van een herseninfarct en van een TIA of tijdelijke/voorbijgaande beroerte. In Neder­land krijgen ongeveer 30.000 mensen per jaar een beroerte en hier leven rond 120.000 mensen met de gevolgen van een beroerte. Veel voorkomende lichamelijke gevolgen zijn: spraakstoornissen, wartaal uitslaan, taal moeilijker spreken én begrijpen, verlammingsverschijnselen, verstoorde waarneming, concentratieproblemen, vergeetachtigheid, vertraging van het denkproces, stoornissen in gedrag, emoties en/of denken’. Mijn tante heeft na een beroerte ruim twee jaar in een verpleegtehuis gelegen. Daar had ze niet op gerekend. Mijn vader heeft haar geregeld bezocht en werd steeds weer geconfronteerd met haar machteloze woede. Ze wilde praten, maar kon het niet. Ze wilde bewegen, maar kon het niet. Veel dingen, meestal de belangrijke dingen, die ons in ons leven overkomen zijn onbeheersbaar. Een uitzondering is wellicht zelfmoord. Het vinden van een nieuwe baan, het ontmoeten van je grote liefde, het karakter van de buurt waar je woont, of je al dan niet gezond bent: het wordt meestal door toeval bepaald. Waarschijnlijk dat nu de eerste lezers denken: ho, ho, of je al dan niet gezond bent, heb je voor een groot deel in eigen hand. Niet roken, niet drinken en veel bewegen verlagen de kans op ziekte en onaangename kwalen. Dat heeft wetenschappelijk onderzoek immers aangetoond. Misschien, is mijn antwoord dan, maar of je volledig gezond zal blijven heb je niet in de hand, hoe gezond je ook leeft. We kunnen moeilijk aanvaarden dat fundamentele onzekerheid bestaat. We zullen het meestal eens zijn met de stelling dat het leven onzeker is, maar we durven er niet de consequenties uit te trekken. Dit leidt tot latent, maar ook manifest radicalisme en extremisme. Hoe precies, daar zal ik de volgende keer over schrijven.

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 21

TULPIACOLUMN

ONZEKERHEID (DEEL 1)

Jean Tillie / Bijzonder hoogleraar verbonden aan de Universiteit van Amsterdam

door FRANS JEURSEN  fotografie Deelgemeente delfshaven

TULPIA ACTUEEL

vorm van een hart (Love), ontworpen door het kunstenaarscollectief BLISS (gelukzaligheid). Iedereen kan overal aan en op de stoel hangslotjes vastmaken met zijn of haar eigen naam plus die van een beminde, om vervolgens de sleutel voor eeuwig weg te werpen. Zo ‘bevestig’ je immers in dubbele zin je liefde. Eigenlijk gaat het om de moderne variant van het kerven van een hart met een pijl en twee namen in een boom, zodat je later vertederd terug kunt kijken naar het ‘begin’. Rotterdam kreeg hiermee hartverwarmende romantiek met een exotisch tintje, want het idee komt oorspronkelijk uit China. Aan de basis van het geheel lag een burgerinitiatief van Renata Rakolcai, de Hongaarse ‘weddingplanner uit Delfshaven’. Zij en veel andere burgers van Delfshaven wilden een bedevaartsoord voor de liefde in de deelgemeente zelf. Die wens werd van harte ondersteund door het bestuur. Hiermee werd Delfshaven niet alleen in Neder-


TULPIA ACTUEEL door ERHAN GÜRER  fotografie Eray ergeÇ

“De weg banen voor toekomstige generaties” De levensloop van Fadime Örgü (41) kenmerkt zich door gedrevenheid en initiatief. Ze zette een meidengroep op poten met als motto ‘een slimme meid is op haar toekomst voorbereid’, startte de eerste internationale jongerenorganisatie Cemyc in Europa en was het eerste VVD-kamerlid van Turkse origine. En nu is ze de eerste commissaris van een woningbouwcorporatie met een Turkse achtergrond. Een vraaggesprek. Je bent sinds kort commissaris bij woningbouwcorporatie Rochdale in Amsterdam. Waarom? “Ik ben sinds mijn 15de actief in allerlei organisaties. Zaken als meidenemancipatie en jongeren betrekken bij de politiek trokken me als tiener erg aan. Van het één kwam het ander. Dit is een logisch vervolg. Na zoveel jaren bestuurlijke ervaring zijn onderwerpen als wonen, onderwijs en gezondheid mij erg aan gaan spreken. Een goede woning, goed onderwijs en een goede gezondheid zijn voor mij de belangrijkste voorwaarden voor een gelukkig individu.”

Rochdale was recentelijk toch langdurig in het nieuws door fraude in de top? “Dat klopt. Naar aanleiding daarvan is de oude bestuursvoorzitter geschorst. Rochdale heeft aangifte tegen hem gedaan wegens zelfverrijking. Ook is er aangifte gedaan van mogelijk fraude bij vastgoedtransacties. Het hele bedrijf is onder de loep genomen. Een jaar lang is er sprake geweest van een interim bestuur en extern toezicht. Nu is er een compleet nieuw team van commissarissen benoemd. Wij staan voor de uitdaging om van Rochdale een gezond bedrijf te maken.”

Wat houdt uw functie in? “Een commissaris zit aan de top van een bedrijf of onderneming. Zijn of haar voornaamste taak is toezicht houden. Leden van 22 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

de raad van commissarissen hebben hun eigen achtergrond, kennis en ervaring, maar ze moeten wel gezamenlijk tot een beslissing komen. Als commissaris moet je kritisch blijven en de vinger op de zere plek durven leggen. Je moet tijdig aansturen. Je moet de sector voortdurend analyseren en kritische vragen blijven stellen. Daarnaast hebben we natuurlijk een sociale missie en je moet ervoor zorgen dat je die vasthoudt.”

Wat is er in de eerste maanden gedaan? “De afgelopen maanden heb ik me vooral bezig gehouden met het aanstellen van nieuwe bestuurders bij Rochdale: een intensieve en uitdagende taak. Als ik dan zo’n kans krijg, dan zorg ik ervoor dat we een vrouw kunnen benoemen. Dat is ook gebeurd. We hebben genoeg topvrouwen en die wil ik dus terugzien in de organisatie. De komende tijd wil ik ook samen met onze huurders werken aan een betere afspiegeling van verschillende culturen in de bewonersraad. Dat is voor mij een uitdaging.”

Wat is er eigenlijk zo leuk aan vergaderen? “In mijn vorige functie deed ik dat ook veel. De Tweede Kamer is wat dat betreft een grote vergaderfabriek. Ik hou ervan om te analyseren, ervaringen uit te wisselen, vragen te stellen en dan besluiten te nemen. Dat geeft mij een kick. Als commissaris woon ik bijvoorbeeld vergaderingen bij van de bewo-

nersraad. Zo hou ik de vinger aan de pols en heb ik de thema’s altijd op mijn netvlies. Ik praat ook met andere mensen, zowel binnen als buiten de woningcorporatie, en volg alle ontwikkelingen op mijn gebieden. Ik stel veel vragen om te horen hoe alles verloopt. Dat ik een bijdrage en sturing kan geven aan belangrijke ontwikkelingen in onze samenleving geeft mij voldoening.”

Waarom bij Rochdale? “Het is de belangrijkste woningbouwcorporatie in Nederland, die nu als voorbeeldcorporatie wordt bekeken. We hebben moeilijke tijden gehad. Komende jaren wil ik er een bijdrage aan leveren om van Rochdale een echt merk te maken. Met ruim 40.000 woningen zijn wij één van de grootste corporaties. Het belangrijkste vind ik ons uitgangspunt: namelijk dat iedereen, ook mensen aan de onderkant van de samenleving, recht heeft op een goede en betaalbare woning.”

Hoe word ik commissaris? “Je moet allereerst bestuurlijke ervaring hebben. Daarnaast moet je expertise hebben in een van de velden die belangrijk zijn voor de raad van commissarissen: financieel, juridisch of politiek. Vooral ervaring telt en daarom is de gemiddelde leeftijd van een commissaris – en hij is meestal een man – 60 jaar. Ik ben bijvoorbeeld de enige vrouwelijke commissaris bij Rochdale.”

Moet je een goed netwerk hebben voor deze functie? “Een netwerk is altijd belangrijk, maar is niet doorslaggevend. De raad van commissarissen is nog steeds een old boys network. Wat diversiteit betreft, kan het veel beter. Maar het is een kwestie van tijd. Allochtonen van de tweede generatie passeren nu pas de 40 en de mensen met de meeste ervaring zullen deze functies in de toekomst vervullen.”

Heeft u nog tijd voor andere zaken, zoals hobby’s? “Ik zwem twee tot drie keer per week. Bewegen en gezond eten zijn altijd belangrijk voor me geweest. Vroeger fietste ik veel, wel 35 kilo­ meter per dag. Daarnaast ben ik bestuurslid van de Koninklijke Nederlandse Zwembond (KNZB). Ik ben verantwoordelijk voor medische zaken, netwerkanalyse, promotie en het project Swim2gether; een vierjarig project onder verantwoordelijkheid van het ministerie van VWS, gericht op meedoen van allochtone jeugd. We hebben al ongeveer duizend nieuwe allochtone kinderen lid gemaakt.”

Heeft u als KNZB-bestuurder Nederland vertegenwoordigd bij het EK korte baan in Istanbul? “Ja, het was hartstikke leuk om juist daar Nederland te vertegenwoordigen. Ik heb nog een leuke anekdote. Bij de opening sprak ik met Turkse politici die ik nog kende uit mijn

Fadime Örgü

‘Als ik dan zo’n kans krijg, dan zorg ik ervoor dat we een vrouw kunnen benoemen’ politieke carrière en een van de bestuurs­ leden van de Turkse zwembond stapte op mij af en zei: ‘Fadime Hanım, ik hoorde dat u ook in het bestuur zit, maar ik zit er zelf ook in en ik heb u nog nooit gezien’. ‘Ik heb u ook nog nooit gezien’, reageerde ik. ‘Maar ik zit dan ook niet in de Turkse zwembond, maar de Nederlandse’. Sinds mijn bezoek aan Turkije onderzoeken we al wel op welke terreinen we kunnen samen­werken.”

Liggen daar ook uw ambities? “Ik wil besturen. Daarnaast wil ik altijd de weg banen voor de komende generaties. Laten zien dat ook Nederlanders van allochtone afkomst volwaardig mee kunnen doen aan de Nederlandse samenleving. Wij blijven hier! Ik zou het fantastisch vinden als we over 10, 15 jaar een Fatma of Mustafa hebben die Neder­ land zou kunnen vertegenwoordigen bij inter­nationale zwemwedstrijden.”


Welke richting gaat Turkije op? Sommige analisten spreken van een toenemende focus op het Oosten. Gülnur Aybet, docent Internationale Betrekkingen op de universiteit van Kent, ziet hoe Turkije haar best doet zoveel mogelijk ‘vrienden’ in de regio te hebben. Gülnur Aybet bij haar lezing in Felix Meritis

G

uus Hiddink is de nieuwe bondscoach van Turkije. Zijn missie is glashelder: Turkije wil modern voetbal gaan spelen en het Europees Kampioenschap 2016 binnenslepen. De Turkse bond is bereid hiervoor diep in de buidel te tasten. Is dit ook de weg die Turkije zal inslaan als het gaat om haar buitenlands beleid? De focus gericht op moderniteit en het Westen? Volgens Gülnur Aybet, docent Inter­ nationale Betrekkingen op de universiteit van Kent, is die vraag niet zo eenvoudig te beantwoorden. Binnen- en buitenlandse belangen zijn nogal eens met elkaar in conflict. “Turkije is een ingewikkeld land,” constateert Aybet tijdens een drukbezochte lezing in Felix Meritis in Amsterdam. Ze is overgevlogen uit Groot-Brittannië op uitnodiging van het Turkije Instituut, Felix Meritis en Tulpia. Haar lezing maakt deel uit van de serie ’n Goede Buur waarin het Turkije Instituut Ankara’s nieuwe beleid in de regio vanuit verschillende perspectieven probeert te analyseren. Turkije’s betrekkingen met Cyprus, de Kaukasus en het Midden-Oosten komen aan bod, en wat deze betrekkingen zoal betekenen voor de toekomst van Turkije. Aybet mag gerust een specialist worden

24 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

genoemd. Ze publiceert met grote regelmaat over Turkije’s beleid en over de transatlan­ tische betrekkingen. Om het huidige beleid in het juiste perspectief te zien, is het volgens haar nodig om Turkije’s relatie met het westen op te delen in vier belangrijke tijdvakken. (1) De Koude Oorlog zorgde voor nauwe betrekkingen met Washington op basis van de gemeenschappelijke dreiging van de SovjetUnie. (2) Na de Koude Oorlog, in de jaren negentig, werd het geostrategische belang van Turkije verschoven naar de nabijheid van het Midden-Oosten, de Kaukasus en de Balkan. Het onderbrengen van een belangrijke NAVO-vliegbasis in de buurt van Syrië en Irak voor de Amerikaanse activiteiten in de regio; de status van Turkije als seculiere democratie en de positieve betrekkingen met Israël maakten Ankara een cruciale bondgenoot voor Washington. Vanaf de tweede helft van 2003 (3) heeft de Turkse regering veel wetten aangenomen die leidden tot verdere hervormingen. Een voorbeeld is de Wet op de buitenlandse investeringen, die het investeringsklimaat voor buitenlanders sterk verbeterde, maar de regering Bush blijft Turkije toch vooral vanuit strategisch oogpunt beschouwen als een ‘fijne partner’. Het is in

deze periode, zegt Aybet, dat Turkije de inhoudelijke aansluiting bij de NAVO misloopt. Turkije zet zich op allerlei fronten in voor de regio, doet mee aan de vredesmissies in de Balkan, maar wordt nooit een serieuze gesprekspartner. Onder Obama (4) verandert de sfeer. Meer en meer wordt Turkije gezien als een onafhankelijke partner in de regio. Turkije is het enige land (met een moslimmeerderheid) dat goede relaties heeft met zowel de westerse wereld als de landen in het Midden-Oosten. De Verenigde Staten zijn weliswaar niet blij met de toenadering tussen Tayyip Erdogan en Mahmoud Ahmadinejad van buurland Iran, maar maken er geen halszaak van. Als moslim­land (98% van de bevolking is moslim) is Turkije belangrijk als partner in het Midden-Oosten, onder meer door de 1700 troepen in Afghanistan. Onder leiding van minister Ahmet Davutoğlu van Buitenlandse Zaken heeft Turkije het buitenlands beleid in de regio onlangs geher­ formuleerd. Zijn focus is ‘strategische diepte’: een proactief beleid en goede betrekkingen met de buurlanden. Aybet: “Dit buitenlands beleid zit vol tegenstellingen. Welke positie moet Turkije innemen in het conflict tussen

‘Het zal Turkije nooit lukken om alle buurlanden tevreden te stemmen’ bische wereld wordt Turkije al wel gezien als de nieuwe ‘ark’, zo heeft Aybet gelezen in een Arabische krant. Egypte en Saoedi-Arabië worden dan uitgesloten. Anderzijds speelt voortdurend het wel/niet lidmaatschap van de EU een rol. Turkije heeft sinds 1963 een ‘associatieverdrag’ met de Europese Unie en zijn voorloper, de Europese Gemeenschap, maar een volwaardig EU-lidmaatschap kan nog jaren op zich laten wachten. “De kritiek van het Westen betreft vooral de opkomst van een sterk nationalistische stroming in Turkije. Dit stemt tot meer zorgen dan de islamisering van Turkije. Het heeft meer impact op het buitenlands beleid dan Turkije zich misschien tot dan toe realiseert.” Gülnur Aybet ‘NATO in Search of a Vision’ Georgetown University Press 2010

De toekomst van Cyprus is nauw verbonden met een eventueel Turks lidmaatschap van de Europese Unie. Alleen als er een oplossing komt voor de kwestie Cyprus lijkt een Turks lidmaatschap mogelijk. Sinds kort wordt er weer intensief onderhandeld tussen Grieks- en Turks-Cyprus.

D

e kwestie Cyprus hangt al jaren als een donkere wolk over de onderhandelingen van Turkije met de EU over toetreding. Turkije moet zo snel mogelijk Cypriotische boten en vliegtuigen toelaten tot haar havens en luchthavens en het Turkse leger terugtrekken van het Turkse deel van het eiland, zo vindt een groot gedeelte van het Europees Parlement. Egemen Bagış, de Turkse minister van Staat die de onderhandelingen met de EU leidt, zei begin februari in Londen: ‘toetreding tot de Europese Unie is een belangrijk proces, maar niet zo belangrijk dat Cyprus ervoor zal worden opgeofferd’. Ondertussen wordt er gewoon onderhandeld over een oplossing voor het sinds 1974 opgedeelde eiland. Het Turkse leger bezette toen het noordelijke deel ervan. Volgens Turkije gebeurde dit omdat Griekse kolonels pogingen ondernamen om het hele eiland Grieks te maken. Turks-Cyprus wordt alleen door Turkije erkend. De republiek Cyprus, die het zuidelijke deel van het eiland beslaat, is echter sinds 2004 lid van de EU. Volgens de Turks-

Cypriotische leider Mehmet Ali Talat zijn de onderhandelingen de laatste tijd behoorlijk goed vooruitgegaan. Vooral door ‘geïntensiveerde gesprekken’, die hij begin van dit jaar had met de Grieks-Cypriotische president Dimitris Christofias. Talat zei dit in februari in Brussel op een bijeenkomst van het European Policy Center. Volgens hem dateert de laatste grote kans op een oplossing alweer uit 2004. In dat jaar werd een referendum gehouden over het zogenoemde Annan Plan, genoemd naar de toenmalige secretaris-generaal van de Verenigde Naties. Volgens het plan zou een nieuwe staat Cyprus worden gecreëerd, die het hele eiland moest beslaan met uitzondering van de Britse legerbases. Die staat zou bestaan uit een confederatie van twee deelstaten: een Grieks-Cypriotische en een Turks-Cypriotische. De federale regering waarin deze twee deelstaten samen komen, zou zeer beperkte bevoegdheden krijgen. De Turks-Cyprioten omarmden het plan, maar de Grieks-Cyprioten stemden in groten getale tegen, waardoor het werd verworpen. Tulpia / jaargang 05 / nr 17 25

blik op brussel

Cyprus en het Turkse EUlidmaatschap

door onze correspondent in Brussel  BORIS PETERS

blik op brussel door MAAIKE LANGE  fotografie turkije instituut  De rubriek ‘Blik op Brussel’ is mede mogelijk gemaakt door een subsidie van het Europafonds.

Turkije, waar ga je heen?

Rusland en Tsjetsjenië? Vanuit hun identiteitspolitiek in de regio zouden ze naar de kant van Tsjetsjenië moeten kijken, maar hun banden met Rusland kunnen ze niet op het spel zetten vanwege de afhankelijkheid van olie.” Volgens Aybet spelen drie ‘sferen’ een rol in het huidige buitenlands beleid. Allereerst de betrekkingen met het Westen, de transatlantische relatie. Ten tweede de identiteitspolitiek. Hoe zet het land zichzelf neer in de regio. Wat voor buur wil het zijn? En als laatste het energiebeleid. Turkije is een olieproducent, maar het niveau van de productie is onvoldoende voor het land zelf. Turkije is afhankelijk van de olie uit Rusland. Daar komt de grootste hoeveelheid olie vandaan. Ook Lily Sprangers, directeur van het Turkije Insti­tuut in Den Haag, denkt overigens dat deze drie punten allesbepalend zijn. Met deze punten werpt Aybet een nieuw licht op de Turkse betrekkingen. Turkije grenst aan acht landen: Bulgarije in het noordwesten, Griekenland in het westen, Georgië in het noordoosten, Armenië, Azerbeidzjan en Iran in het oosten, Irak en Syrië in het zuidoosten. “Hoe Turkije zich ook wendt of keert, het zal nooit lukken om al haar buren tevreden te stellen.” In de Ara-


blik op brussel door frans jeursen  fotografie europese commissie

Tussen 2004 en 2008 werd er niet onderhandeld. In deze situatie kwam verandering door het aantreden van de Grieks-Cypriotische leider Dimitris Christofias. Momenteel wordt er gepraat, aangemoedigd door de VN, over de vorming van een federale regering op basis van politieke gelijkheid van twee staten die elk ook zelfstandig bevoegdheden moeten krijgen. Hoever die bevoegdheden moeten gaan, is onderwerp van onderhandeling. Er wordt onder meer gesproken over het delen van de macht, bestuur, de relatie met de EU, de economie, veiligheidsgaranties en bezit. In januari bezocht secretaris-generaal Ban Ki-Moon van de Verenigde Naties Cyprus om beide partijen aan te moedigen door te gaan met de besprekingen. Hij constateerde daarbij dat er op basis van gelijkheid werd onderhandeld. De Turks-Cypriotische leider Talat maakte daar in Brussel een kanttekening bij. Volgens hem is er geen sprake van gelijkheid omdat Grieks-Cyprus is erkend door de VN en de EU, terwijl Turks-Cyprus niet erkend is en daardoor geïsoleerd is van de rest van de wereld. Talat zei verder dat de EU, die officieel geen rol speelt in de onderhandelingen, de Grieks-Cyprioten zou kunnen vragen om een meer flexibele opstelling en Noord-Cypriotische producten zou kunnen toelaten tot de EU om zo de isolatie van Noord-Cyprus op te heffen. Vanwege de presidentsverkiezingen in Turks-Cyprus, op 18 april, werden de onderhandelingen drie weken voorafgaand aan die stemming stilgelegd. In de verkiezingen nam Mehmet Ali Talat het op tegen de rechtse politicus Derviş Eroğlu van de nationale eenheidspartij UBP. Op voorhand werden al zorgen geuit. “Indien Talat wint, zal er continuïteit zijn. Als Eroğlu de winnaar is, weten we niet hoe hij zich zal opstellen inzake de onderhandelingen tussen Turks- en Grieks-Cyprioten,” zei Alexander Downer, speciaal gezant van de Verenigde Naties voor Cyprus. Diplomaten en ook bronnen binnen de VN gaven echter voor de verkiezingen al aan bezorgd te zijn dat bij winst voor Eroğlu de onderhandelingen wel eens in een impasse kunnen raken. In uitspraken voor de verkiezingen heeft Eroğlu aangegeven dat hij bij winst de onderhandelingen voort zal zetten. “De dag dat ik ben gekozen, zal ik Christo­fias ontmoeten en zullen de onderhandelingen voortgaan,” aldus Eroğlu in de Cyprus Mail. Duidelijk is wel dat hij een hardere koers voorstaat dan Talat en meer politieke autonomie wil voor Turks-Cyprus. 26 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

Het Europese kabinet De Europese Commissie is een bonte verzameling van 27 machtige Eurocommissarissen. Volgens velen ligt bij hen de ware macht binnen Europa. Een schets van een bijzondere autoriteit. Eurocommissarissen tijdens een zitting

I

n Brussel staat het ronduit gigan­ tische Berlaymontgebouw, het hoofdkwartier van de Europese Commissie. Dit machtigste bestuursorgaan van de Europese Unie is te vergelijken met het Nederlandse kabinet, maar dan op Europees niveau. Hier zetelen de 27 Eurocommissarissen, onder wie voorheen Nederlanders als Hans van den Broek, Frans Andriessen, Henk Vredeling, Frits Bolkestein, Pierre Lardinois, Maan Sassen en niet te vergeten de befaamde Sicco Mansholt. De toorts wordt momenteel verder gedragen door Neelie Kroes, als Euro­ commissaris belast met de portefeuille Digitale Agenda. Wat doet de Europese Commissie eigenlijk? In Artikel 211 van het verdrag van Rome uit 1958 lezen we haar voornaamste bevoegdheden. De commissie formuleert wetsvoorstellen op EU-beleidsterreinen zoals landbouw, milieu, industrie, justitie en binnenlandse zaken die dan door het Europarlement moeten worden geloodst. Ook controleert de commissie of lidstaten zich houden aan de Europese wetgeving vooral op het gebied van de concurrentie op de interne markt. Ze beoordeelt bijvoorbeeld of fusies en bedrijfsovernames

niet tot een monopoliepositie leiden. Als Europees Commissaris voor Mededinging (tot december 2009) heeft Neelie Kroes bijvoorbeeld over­treders geregeld hard aangepakt. Verder bewaakt de commissie onder meer de milieuregels en de veiligheid van ons voedsel, vertegenwoordigt ze de EU bij het sluiten van handelsverdragen en bepaalt ze het budget van de EU door de begroting op te stellen. Ten slotte coör­ dineert ze programma’s op het gebied van ontwikkelings- en humanitaire hulp. De commissie heeft dus behoorlijk veel macht. Hoe is ze daar aan gekomen? Ze begon in 1952 onder de titel ‘Hoge Autoriteit’ als het bovennationale uitvoerende orgaan van de EGKS (Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal), destijds onder voorzitterschap van de Fransman Jean Monnet. Vanaf 1958 ontstonden naast de EGKS de EEG (Europese Economische Gemeenschap) en Euratom (het instituut voor atoomenergie), elk met hun eigen commissie. In 1967 werden die drie een eenheid. Gelijk toonde de EEG-commissie – waaronder de drie werden verenigd en die zou uitgroeien tot dé Europese Commissie – haar daadkracht. Voorzitter Walter Hallstein (1958-1967)

maakte een begin met de consolidatie van de Europese wetgeving, wat de commissie status en prestige gaf. Zijn opvolger Jean Rey (19671970) voltooide de Europese Douane Unie. Tegenwoordig treedt de commissie op als een soort kabinet binnen de verschillende vormen die de Europese samenwerking in Europa heeft gekregen. Op de weg naar die positie dook als vanzelf de vraag op hoe ver haar macht zou moeten reiken. Al heel vroeg begon in dit verband het touwtrekken met Frankrijk; vooral met de vaak obstinate Franse president Charles de Gaulle, die de Raad van Europa meer zeggenschap wilde geven en de ‘Hoge Autoriteit’ veel minder. Door de meningsverschillen tussen de Fransen en de rest van de lidstaten kwam het in 1965 tot de beruchte politiek van de ‘lege stoel’. De Fransen boycotten maandenlang uit boosheid elke ministersconferentie van de EEG. Pas de zeer nadelige economische gevolgen van deze houding voor de Franse economie leidden na liefst zeven maanden tot een uiterst ongemakkelijk compromis. Het pad van de commissie ging niet over rozen, maar niemand wilde van opgeven weten. Onder de Europese Commissies geleid door Malfatti en Mansholt breidde de EU zich in 1973 uit naar het noorden met

Denemarken, Groot-Brittannië en Ierland; onder president Gaston Thorn in 1986 naar het zuiden met Spanje en Portugal. Na een heel goede start zakte het elan binnen de commissie wat af. Toen groeiden haar macht en status tamelijk onverwacht naar een hoogtepunt onder voorzitter Jacques Delors. De relatief onbekende exminister van Financiën van Frankrijk wist de commissie én het Europese gedachtegoed tussen 1985 en 1995 nieuw leven in te blazen en ‘Europa’ weer richting en energie te geven. Ook spoorde hij de Europeanen aan voorbij het puur economische te kijken naar Europese eenheid, op politiek vlak. Dat laatste sloot verrassend goed aan bij het principe waar de commissie op was gestoeld: ‘de enige instelling die Europees moet denken’. De leden waren gehouden onafhankelijk te opereren en niet te werken onder het mandaat van de regeringen die hen voordroegen. Dat was nu juist het contrast tussen enerzijds de Europese Commissie en de Raad van Europa, waarin regeringen zijn vertegenwoordigd, en het Europarlement, dat door de burgers van de EU wordt gekozen. Delors en zijn team werden wel de ‘vaders van de euro’ genoemd. Na dit hoogtepunt in collectief Europees denken volgde echter

‘Vooral onder Jacques Delors kreeg ‘Europa’ weer richting en energie’

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 27


‘Europees hoofdkwartier met 27 waakhonden’ Een belangrijk keerpunt in het bepalen van de (machts)positie van de commissie werd gevormd door het Verdrag van Lissabon uit 2007, geratificeerd in 2009. De echte uitvoerende macht had tot dusver berust bij de Raad van Europa, die aan de commissie bepaalde bevoegdheden kon delegeren. Voortaan zou de commissie echter ‘regeren’ op basis van de inhoud van de verdragen en niet langer meer aan de leiband van de raad hoeven te lopen. Niet dat de commissie hierdoor een echt ‘Europees kabinet’ werd, het buiten­landbeleid is nog altijd in handen van de Raad van Europa. Toch is de zelfstandigheid van de commissie toegenomen en heeft ze de ‘ware’ macht binnen de EU. De Belgische ex-premier Guy Verhofstadt was zo onder de indruk van het gewicht en de betekenis van de Europese Commissie dat hij voorstelde om de naam ervan te wijzigen in ‘Europese regering’. Hij vond de titel ‘commissie’ voor dit machtige orgaan ronduit belachelijk.

TULPIACOLUMN BÉLA VAK / politicoloog

prompt een absoluut dieptepunt. De commissie onder voorzitterschap van Jacques Santer moet in 1999 in haar geheel aftreden. De Neder­lander Paul van Buitenen, die de handel en wandel van de commissie nauwlettend had onderzocht, had ontdekt dat Eurocommissaris Edith Cresson – nota bene oud-premier van Frankrijk – zich schuldig maakte aan corrupte vriendjespolitiek. Het nieuws sloeg in als een bom; het schandaal en het prestige­ verlies voor de Europese Commissie en de hele EU-organisatie waren enorm. Santer werd opgevolgd door de gematigd linkse Romano Prodi, zowaar een Italiaanse politicus van onbesproken gedrag. Hij leidde de Europese Commissie zodanig dat hij weldra door de pers werd gezien als een soort ‘premier’ van Europa. De Verdragen van Amsterdam (1997) en Nice (2001) versterkten bovendien de positie van de commissie en hadden tot gevolg dat de president ervan meer te zeggen kreeg over wie daar zitting in zou nemen.

TURKIJE: KASPLANTJE OF ASPERGE?

T

elkens nieuwe groepen hoge Turkse militairen werden in februari gearresteerd op verdenking van het beramen van een coup. De militaire staatsgreep stond gepland voor 2002/2003. Er ontstond wel enige twijfel over de ernst en geloofwaardigheid ervan, aangezien de betrokkenen in hechtenis werden genomen voor iets wat ze zeven jaar geleden van plan waren. Maar ja, Turkije heeft een geschiedenis van militaire coups en bij één gelegenheid werd zelfs de premier opgehangen. Wellicht kun je niet voorzichtig genoeg zijn. Nu hadden velen in West-Europa altijd de indruk dat het Turkse leger bij uitstek de hoeder van de democratie was. Het had toch altijd het principe van de seculiere staat hoog in het vaandel en zou dat principe verdedigen tegen de ‘verborgen agenda’ van premier Erdoğan om Turkije in een streng islamitische staat te veranderen. De ingrepen van de laatste tijd, zo meenden enkelen, zouden wel eens een politieke streek kunnen zijn van de zittende regering. Opvallend is immers dat bij de laatste ‘verijdelde’ couppogingen in Turkije niemand door de rechter werd veroordeeld. Zo bleef het beeld bestaan van een sluw en onreglementair uitschakelen van politieke tegenstanders. Wat is er nu aan de hand, en vindt er achter de schermen wellicht een steekspel plaats waarvan wij de inhoud niet kennen? Dat de democratie kan worden bedreigd door het leger weten wij maar al te goed uit ons eigen recente verleden. Na de Eerste Wereldoorlog moest de Duitse keizer naar Nederland vluchten. Het was de tijd van de beruchte ‘dolkstoot­ legende’; de generaals hadden best de oorlog kunnen winnen als ze door de politiek niet in de rug waren gestoken. De slogan van die dagen was: ‘De keizer ging, de generaals bleven’. Hoe dan ook: een staatsbestel waarin het leger naast het parlement een politieke hoofdrol speelt, wordt door veel West-Europeanen beschouwd als verouderd en behorend bij een vroegere fase in de wereldgeschiedenis. In die zin vinden velen toetreding van Turkije tot de EU prematuur. Laat de Turken eerst maar eens over de drempel stappen van de moderne tijd. Maar ja, ook aan ander naties, sommige al lang en breed lid van de EU, kleeft wel een vlekje. Landen als Roemenië en Bulgarije zijn ook geen schoolvoorbeelden van echte democratieën; Griekenland bleek een regelrechte bedrieger van de EU. Zo langzamerhand vraag je je af waarin het huidige Turkije zich onderscheidt van die ‘stoute’ EU-leden. Toegegeven, Turkije voldoet nog niet aan de Kopenhagen-criteria voor toetreding, maar de kernvraag is of we Turkije willen beschouwen als kasplantje of als asperge. Door Turkije toe te laten, zouden de democratische ontwikkelingen wel eens een heuse boost kunnen krijgen; zoals bij een plantje dat achter glas en onder beschermde omstandigheden sneller tot volle wasdom komt. Zien we Turkije als een asperge, dan ligt de zaak anders. Tijdens de kweek komt een moment waarop de asperge uit de grond wordt gehaald, bekeken en vervolgens ondersteboven wordt teruggeplaatst in het donker om verder te rijpen. Die situatie zou corresponderen met het aan zijn lot overlaten van Turkije en het buiten de EU houden, totdat het land op eigen houtje klaar is voor de toetreding. Ons lijkt de eerste politiek te verkiezen boven de tweede. Gezien het feit dat Europa zelf niet zo’n brandschoon verleden heeft zou het van (Europese) beschaving getuigen landen die het smalle pad van de democratie beklimmen een welgemeende helpende hand toe te steken.

Expertise en betrouwbaarheid zijn onze instrumenten

ADA accountancy biedt u als ondernemer verschillende diensten aan voor een zeer lage prijs en verzorgt daarbij uw gehele administratie voor een all-intarief. De diensten die ADA accountancy haar cliënt biedt zijn:

Bijhouden van de financiële administratie (sorteren en coderen van boekstukken, inboeken in boekhoudsysteem, controles, crediteuren, etc.); Exploitatie-overzicht (omzet-, kosten- en winstoverzicht); Opstellen van de jaarrekening; Debiteurenbeheer; Verzorgen aangifte omzet- en loonbelasting;

Ada Accountancy T.T. Melissaweg 38 - 40 1033 SR Amsterdam Telefoon: 020-694 6600 Fax: 020-694 1800

Begeleiding van startende ondernemers Verzorgen van uw salarisadministratie; Verzorgen van uw belastingaangifte; Snelle en effectieve uitvoering van notariële zaken; B.V.'s oprichten Eenmanszaken omzetten naar B.V. Taxeren/waarde bepalen van bedrijven; Lid maken van brancheorganisaties zoals ABU, NBBU, SVU en VRO

Vestiging in Arnhem Broekstraat 32 6828 PZ Arnhem Telefoon: 026-3895377 Fax: 026-4437152

www.ada-accountancy.nl info@ada-accountancy.nl 28 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

Organogram Bestuur Feiten en cijfers. Jaarverslag Transparantieverslag

Vestiging in Den Haag Hoefkade 875 2525 HC Den Haag Telefoon: 070-4274357 Fax: 070-3638097


KIJK OP ZAKEN door onze correspondent in ISTANBUL MARC GUILLET  fotografie Slawomira Kozieniec

“Alles wordt vloeibaar onder druk, behalve in Turkije” Culturele verschillen zijn het belangrijkste struikelblok voor zakendoen met Turkije, zo blijkt uit twee recente onderzoeken. “Een Turkse Meltem Üçer

zakenpartner kritiseren waar anderen bij zijn, is zeker not done.”

O

nderzoekers van ING vroegen zo’n 220 ondernemers naar de marktkansen en de knelpunten die zij ervaren bij het zakendoen met Turkije. “De zakelijke markt in Turkije verwestert weliswaar snel, maar de manier van werken en de sociale waarden en normen zijn er duidelijk anders,” luidde een van de conclusies van het rapport Kansrijk Turkije. “Zo blijkt het opbouwen van een zakelijk netwerk lastig doordat formele netwerken nauwelijks bestaan. Ook andere knelpunten waar ondernemers tegenaan lopen, lijken beïnvloed door sociale en culturele aspecten.” De resultaten van de opiniepeiling werden begin 2009 gepubliceerd. Alle aanleiding voor een vervolg­onder­ zoek naar vermeende en reële culturele verschillen in zakendoen in Nederland en Turkije. Meltem Üçer van de Universiteit Twente legde in samenwerking met professor A. Kadir Varoğlu van de Başkent Universi­teit in Ankara een vragenlijst voor aan 133 Neder­ landse, Turks/Nederlandse en Turkse ondernemers in Istanbul en Ankara. Bovendien werden met diverse hoog­geplaatste onder­ handelaars diepte-interviews gehouden. “De nationale geschiedenis en de cul30 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

tuur van een land zijn van grote invloed op de waarden en normen die typerend zijn voor een land,” concludeert Meltem Üçer. “In Turkije is sprake van een strakke, gecentraliseerde machtsstructuur. Die kwam al tot uiting in symbolen als de sultan, en in de moderne tijd in de republikeinse bureaucratie die in Ankara zit. In Nederland is er vanouds sprake van weinig hiërarchie en van veel lokale autonomie. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de waterschappen die de polders beschermen met het lokale onderhoud van de dijken.” Er is evenwel sprake van verschuivingen in de cultuur van het zakendoen. Als opkomende markt neemt Turkije bijvoorbeeld deel aan het proces van globalisering en verder is het land hard bezig om de wet- en regel­geving aan te passen aan die van de Europese Unie. “Turkse bedrijven werken steeds vaker samen met buitenlandse partners,” zegt Üçer. “Hierdoor komen de mensen steeds vaker in aanraking met buitenlandse collega’s. Daarnaast hebben in de particuliere sector de meesten in het middenkader een hoge opleiding, steeds vaker ook in het buitenland, gekoppeld aan een westerse levensstijl en denkwijze.” De manier van zakendoen is aan het

veranderen, en die begint in de grotere bedrijven in de westelijke steden van Turkije steeds meer te lijken op die in Europa en de Verenigde Staten, maar de Turkse normen en waarden blijven duidelijk anders dan Nederlandse ondernemers zijn gewend. “Een succesvolle ondernemer in Turkije is als een kameleon,” constateerde een ondernemer in het onderzoek van ING.

‘Een succesvolle ondernemer in Turkije is als een kameleon’ De studie van Üçer bevestigt dat beeld. “Al moet je als ondernemer niet klakkeloos alles overnemen wat in de Turkse cultuur gebruikelijk is,” zegt directeur Lily Sprangers van het Turkije Instituut, die nauw was betrokken bij het onderzoek van Üçer. “Pas je aan voor zover je je daarbij niet ongemakkelijk voelt. Blijf jezelf en ga bijvoorbeeld niet zakenpartners op de wangen zoenen bij een begroeting zoals Turken gewend zijn te doen.” Met Ücer

geeft Sprangers overigens workshops over de cultuur van het zakendoen in Turkije (www. turkije-instituut.nl). De belangstelling van Nederlandse onder­ nemers voor het zakendoen met Turkije is de afgelopen jaren explosief gestegen. Er zijn inmiddels 1750 Nederlandse bedrijven actief in het land. Nederland staat wat betreft de directe buitenlandse investeringen steevast in de top drie. Het handelsvolume is gegroeid van 2,9 miljard euro in 2000 tot 5,5 miljard euro in 2008. Minister Zafer Calayan (Buitenlandse Handel) zei in december 2009, tijdens zijn bezoek aan Rotterdam, dat hij het handelsvolume de komende drie jaar wil opkrikken tot 15 miljard euro. Turkije wordt door steeds meer Nederlandse ondernemers gezien als een veel­ belovende opkomende markt. “Een aantrekkelijke en snel groeiende afzetmarkt en een goedkoper, kwalitatief goed productieland,” zeggen ondernemers die ik in Turkije tegenkom. Voor ondernemers die ook de stap naar Turkije willen wagen, heeft Meltem Üçer nog wel een paar tips. “In de Turkse zakencultuur speelt formaliteit een grotere rol dan

in de Nederlandse. Kleed je daarom formeel. Gebruik academische of andere titels op je visitekaartjes. Wees niet te bescheiden over je status of behaalde resultaten. Valse bescheidenheid werkt niet in Turkije.” Wat ook averechts werkt tijdens onderhandelingen in Turkije is het stellen van ultimatums of deadlines. “Uit ervaring blijkt dat de stelregel dat alles vloeibaar wordt onder druk in Turkije niet opgaat,” zegt Lily Sprangers. “Investeren in persoonlijke relaties met je zakenpartner is heel belangrijk in Turkije,” benadrukt Üçer. “En respect en status hangen niet zozeer af van kennis en ervaring als van leeftijd en positie in de hiërarchie.” Een typisch Nederlandse karaktertrek waar Nederlanders over het algemeen trots op zijn (‘wij zijn eerlijk en rechtdoorzee’) werkt in Turkije absoluut contraproductief. Net als trouwens in de rest van de wereld. “Dat ‘eerlijk en oprecht’ wordt in Turkije meestal gezien als ongemanierd en onbeschaafd,” zegt Üçer. “De meeste Turken zijn veel gevoeliger voor kritiek dan Nederlanders.” Kritiek moet volgens Sprangers altijd worden verpakt als een constructieve suggestie. “En een Turkse zakenpartner kritiseren waar anderen bij zijn is zeker not done.”

‘Ga zakenpartners niet op de wangen zoenen bij een begroeting’

Het Nederlandse Consulaat Generaal maakt ondernemers wegwijs in Turkije via

www.nttd.com.tr Tulpia / jaargang 05 / nr 17 31


KIJK OP ZAKEN door ERHAN GÜRER  fotografie tulpia archief

Turkije: kansen en bedreigingen Nu het stof van de wereldwijde economische crisis enigszins is neergedaald, kan de heroriëntatie op de economie beginnen. Traditionele, vervuilende industrieën als automobielbranche en energie worden gesaneerd, evenals de uit de hand gelopen financiële sector. Bedrijven ontwikkelen nieuwe strategieën: innovatie, energieefficiency en duurzaamheid zijn de nieuwe begrippen. De vraag blijft echter: welke landen en sectoren hebben de toekomst? Een moderne containerhaven

H

eeft Turkije die toekomst? Wat zijn de voorwaarden voor een sterke economie en een aantrekkelijk investeringsklimaat? Hoe kan de buitenlandse handel blijven groeien en welke (infra)structurele investeringen moet Turkije doen om een leidend land in de regio te worden? Wat zijn de kansrijke sectoren en waar liggen kansen voor Nederlandse ondernemers, maar ook: welke bedreigingen zijn er? De macro-economische gegevens en het vertrouwen van de internationale financiële instellingen in Turkije zijn in elk geval positief. Het gezaghebbende ratingbureau Fitch heeft in december 2009 de rating van Turkije met twee punten verhoogd, van BB- naar BB+. Een maand later heeft Moody’s hetzelfde gedaan en de rating verhoogd van Ba3 naar Ba2. Nog niet voldoende om een ‘investeringsland’ te mogen heten, maar Turkije zit er dicht tegen aan. De reden voor deze positieve waardering is de veerkracht en het herstelvermogen van het land in tijden van financiële en economische crisis. De inflatie is laag, de financiële huishouding is in orde en de politieke risico’s zijn relatief klein. Een sterke economie en het hebben van een

32 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

leidende rol in de regio is wel aan voorwaarden verbonden. Turkije moet de structurele hervormingen, die het heeft geïntroduceerd als gevolg van de politieke en economische criteria van de Europese Unie, doorzetten. Naast een nieuwe en democratische grondwet en publieke hervormingen moet er ook politieke stabiliteit zijn plus een liberale democratie. Dergelijke langetermijninvesteringen vragen om een mentaliteitsverandering en daar is de huidige regering al bewust mee bezig. De moedige democratische opening naar de Koerdische burgers is hier een goed voorbeeld van. Een tweede belangrijke voorwaarde is het toetredingsproces tot de EU. De 33 dossiers of hoofdstukken van de EU-wetgeving bieden een uitstekend raamwerk voor een goede infrastructuur in Turkije. Het proces naar het lidmaatschap maakt een gericht beleid van de Turkse regering en een op de toekomst gerichte blik mogelijk. Investeerders vinden stabiliteit belangrijk en willen weten waar een land heen gaat. Voor politieke en economische stabiliteit moet Turkije de EU dan ook als norm nemen. Ook de politieke stabiliteit – in combinatie met een liberale economie – is een

belangrijke voorwaarde voor een sterke economie in Turkije. Niet alleen binnenlandse stabiliteit, waarbij maximale democratie en vrijheid van meningsuiting voor iedereen in Turkije wordt gewaarborgd, is een belangrijk onderdeel, ook goede relaties met de buren zijn voor de buitenlandse handel belangrijk in een globale wereld. Buitenlandse handel is een belangrijke motor van de Turkse economie geworden en dus is het nodig om handelsbarrières weg te nemen met allerlei landen in de wereld. Over het algemeen ziet de regering het belang van bovengenoemde (infra)structurele voorwaarden. Niet alleen lopen er al ambitieuze infrastructurele projecten, ook nieuwe projecten staan op de rol. Te denken valt aan (spoor)wegen en olie- en gaspijpleidingen. In de afgelopen maanden zijn er tevens verscheidene handelsakkoorden getekend en is de visumplicht afgeschaft met Syrië, Irak, Jordanië, Libanon en Libië. De visumplicht voor Rusland vervalt zeer waarschijnlijk binnen zes maanden. Welke sectoren bieden toekomst en waarom? Water, energie, milieu en infrastructuur is het voor de hand liggende antwoord. Maar

ook mijnbouw, landbouw, ICT en gezondheidszorg bieden grote kansen. Nederlandse bedrijven zijn sterk in deze sectoren en die kennis en expertise kan Turkije goed gebruiken. Genoemde sectoren zijn bovendien interessant vanwege de omvangrijke investeringen die de Turkse overheid heeft gepland om te kunnen voldoen aan EU-normen en -regelgeving. In de landbouw investeert Nederland overigens al stevig, vooral in de glasen tuinbouw, maar ook in machines voor voedselverwerking. De nationale en internationale conjuncturen zijn evenzeer gunstig. De levenswijze en het uitgavenpatroon van de Turken verandert. De dynamiek van de EU-normen en het grote potentieel van de bevolking, gekoppeld aan natuurlijke rijkdommen – zoals klimaat en grondstoffen – zijn een gunstige voorwaarde voor investeringen. De infrastructuur is nu al redelijk, maar Turkije weet dat nieuwe investeringen in infrastructuur een voorwaarde zijn om alle ambities waar te maken. Niet alleen politiek, maar ook economisch. Naast kansen heeft Turkije nog iets aantrekkelijks. Dat is het land zelf en de woonkwaliteit. De mensen, het klimaat en de

‘Politieke stabiliteit is een belangrijke voorwaarde voor een sterke Turkse economie’ levens­kwaliteit zijn belangrijke factoren om in Turkije te investeren. De mentaliteit van hard werken en ongedwongen genieten van het leven zijn minstens zo belangrijk voor investeerders. Turkije is in veel opzichten een land van paradoxen. Bedrijven moeten hier rekening mee houden. Turkije heeft de toekomst, maar het is tegelijkertijd een moeilijk land om binnen te dringen. Niet alleen moeten Nederlandse bedrijven concurreren met andere investeerders, maar ze moeten ook barrières en cultuurverschillen (mentaliteit) overwinnen. Turkije kent een complexe wet- en regelgeving en de nodige bureaucratische hindernissen. Deze zijn te overwinnen, door de juiste informatiebronnen aan te boren en goede adviseurs te vinden. Tijd- en energierovende onderdelen als vergunningverlening en douanefaciliteiten zijn zaken voor professionele dienstverleners.

Nederland staat als investeerder sinds een aantal jaren in de top vijf, maar dat moet ons niet misleiden. De cijfers geven een vertekend beeld, aangezien enkele Nederlandse financiële instellingen dure aankopen hebben gedaan in Turkije. Maar Nederland kan veel meer in Turkije. De bedrijven moeten echter wel snel zijn en zich nu al oriënteren. Vooral de sectoren financiën, energie en automotive trekken veel buitenlandse investeerders. Andere bedrijven en landen treffen inmiddels hun voorbereidingen. De Nederlandse regering weet dit, want Turkije staat niet voor niets in de top vijf van landen waar de regering zich op focust. Maar uiteindelijk moeten de bedrijven het toch zelf doen.

Meer informatie op:

www.agentschapnl.nl/turkije Tulpia / jaargang 05 / nr 17 33


Şenay Kayaci is adviseur diversiteit bij het ministerie van Economische Zaken in Den Haag. Ze pleit voor een gemengde werkloer. “Een gemengde organisatie is creatiever en innovatiever.”

Şenay Kayaci

D

e mens is behoorlijk eenkennig. We voelen ons veel sneller op ons gemak bij iemand die op ons lijkt of eenzelfde culturele achtergrond heeft, dan bij iemand met een ander uiterlijk en andere achtergrond. Op de werkvloer kan dit grote gevolgen hebben. Als een sollicitatiecommissie zich niet bewust is van haar eigen referentiekader, werken binnen de kortste keren allemaal min of meer dezelfde types op een afdeling. Volgens Şenay Kayaci (39), adviseur diversiteit bij het ministerie van Economi34 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

sche Zaken, is het de hoogste tijd voor meer verschillen op de werkvloer. “Als managers zich bewust zijn van de manier waarop ze hun keuze maken voor nieuw personeel, zijn ze sneller bereid daar van af te stappen. Zo voorkom je dat iedereen op de werkvloer dezelfde optiek heeft, de bekende tunnelvisie. Een gemengde organisatie kan er direct profijt van hebben. Je krijgt een beter functionerende organisatie die beter aansluit bij de maatschappij.” Kayaci brengt hierover advies uit aan managers van het ministerie van Economische Zaken. ‘Diversiteit’ betekent in haar vak ‘ruimte bieden aan verschillen’. Doel is om meer vrouwen naar de top te krijgen, de instroom van allochtonen te vergroten en meer mensen uit verschillende leeftijdsgroepen op de werkvloer te hebben. Ze is nu drie jaar bezig en er zijn grote stappen voorwaarts gezet. De winst zit ’m volgens haar in een dynamischere afdeling waardoor innovatie en creativiteit als vanzelf toenemen. “Vooral als je bedenkt dat kwaliteit altijd voorop staat. Je probeert altijd de beste werknemers in huis te halen, en daarbij dus open te staan voor die mix. Economische Zaken wil op deze manier midden in de samenleving staan en aansluiting vinden bij de markt en het bedrijfsleven. Daar heb je verschillende invalshoeken, dus mensen met verschillende achtergronden voor nodig.” Haar baan gaat haar aan het hart. Zelfs als

tijdens een overleg maar vijf minuten is ingeruimd voor het thema diversiteit, weet zij het veel langer te rekken. Zo graag wil ze er over praten. En op een aanstekelijke manier, waardoor iedereen graag meedoet. Kayaci lachend: “Ik vind het inderdaad zo’n boeiend thema, het verveelt me nooit.” Van huis uit is ze organisatiepsychologe. Die achtergrond helpt haar bij het doorzien van de processen binnen een organisatie, want met een gemixte werkvloer ben je er nog niet. Uit onderzoek blijkt dat niet alleen de instroom, maar ook de uitstroom van ‘bi-

‘Het is zo’n boeiend thema. Het verveelt nooit’ culturelen’ bij de overheid doorgaans groot is. Ze verlaten veel sneller dan autochtonen weer de organisatie. Dit kan liggen aan de stijl van leidinggeven. Een gemengde werkvloer vraagt ook van een manager meer creativiteit en flexibiliteit. Andere redenen voor de relatief grote uitstroom van ‘biculturelen’ zijn de cultuur van de organisatie en het gebrek aan doorgroeimogelijkheden. “We zijn met een aantal departementen met coaching gestart om leidinggevenden en medewerkers meer handvatten te geven. Om ze te leren omgaan met de dingen waar ze in de praktijk mee te

maken krijgen. Ze leren bijvoorbeeld op een meer open en nieuwsgierige manier vragen te stellen en door te vragen wanneer nodig.” Andersom moeten ook ‘biculturelen’ worden aangestuurd. Het wel of niet slagen van een baan ligt nooit helemaal aan één partij. “Biculturelen moeten inzicht krijgen in hun eigen handelen. Van huis uit hebben ze vaak andere waarden en normen meegekregen: vriendelijk, afwachtend en autoriteitgevoelig. Ze moeten leren dat binnen een organisatie verschillende regels bestaan, formele regels, maar ook informele. Daar kun je gebruik van maken.” Het thema van diversiteit wordt door de overheid royaal omarmt. Aan een grote ‘diversiteitdag’ van Economische Zaken namen in februari meer dan tweehonderd mensen deel, onder wie minister Van der Hoeven. Thema van de dag: ‘Maak het verschil’. “Toen ik net begon als adviseur diversiteit werd de meeste tijd besteed aan ad hoc acties als het opzetten van trainingen en het analyseren van cijfers. Intussen komen steeds meer managers rechtstreeks naar mij toe voor advies. De mooie kanten van een gemengde werkvloer dringen tot veel afdelingshoofden door.” Nog even en Şenay Kayaci heeft haar eigen baan, waar ze zo dol op is, overbodig gemaakt. “Dat is het mooiste wat er kan gebeuren. Dat betekent dat we echt wat bereikt hebben. Dat zou een groot compliment zijn.”

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 35

TULPIACOLUMN

D

e benoeming van Guus Hiddink tot bondscoach van Turkije was groot nieuws in Turkije én in Nederland. Hiddink past in de groeiende stroom arbeidsmigranten die hun heil in Turkije zoeken. Daarbij domineren vanzelfsprekend de Nederlanders met Turkse wortels, die vaak de taal spreken en voor wie de culturele verschillen (ogenschijnlijk) geen handicap zijn. Anderen, onder wie eveneens de aanstaande bondscoach, doen er misschien goed aan zich te verdiepen in de culturele verschillen tussen beide landen. Elders in dit blad gaat correspondent Marc Guillet in op de culturele verschillen in het zakendoen. Daar deden we, als Turkije Instituut, namelijk zelf onderzoek naar. Uit vergelijkbare onder­zoeken blijkt dat wereldwijd de verschillen tussen nationale culturen altijd groter zijn dan de (verwachtbare) overeenkomsten tussen bepaalde beroepsgroepen. Zo zou je verwachten dat militairen in Turkije en in Nederland (allebei ten slotte NAVO-lidstaten) of voor mijn part militairen uit Duitsland en Nederland elkaar moeiteloos cultureel begrijpen. Niets is minder waar! De verschillen tussen die groepen zijn net zo groot en vrijwel exact hetzelfde al tussen studenten, journalisten of welke willekeurige beroepsgroep ook. Nationale verschillen overstijgen de overeenkomsten tussen beroepsgroepen. Wat dus geldt voor verschillen in de cultuur van het zakendoen, geldt dus ook voor studentenuitwisselingen en militaire oefeningen. Dat zegt overigens nog niets over de communicatie. Zo zullen journalisten uit Turkije en Nederland het mogelijk eerder inhoudelijk met elkaar eens zijn dan journalisten en militairen uit een van beide landen. Het probleem doet zich echter voor in de vorm die de communicatie aanneemt. Zo zijn Nederlanders ongekend direct, iets dat in veel andere culturen als ongemakkelijk wordt ervaren. De boodschap kan inhoudelijk dus goed aansluiten bij die van de andere cultuur, de manier waarop die wordt gebracht, kan tot verwarring en zelfs afkeer leiden. Zo is één van mijn favoriete anekdotes de verwarring die vaak ontstaat bij Nederlanders als die voortdurend Turkse mannen gearmd of hand in hand zien lopen of elkaar bij wijze van begroeting kussen! Gold er immers niet een taboe op homoseksualiteit in Turkije? En waarom zeggen Turken niet gewoon nee, maar doen ze net of het wel kan en hoor je vervolgens niets? En verplaats je eens in de Turkse werknemers van een multinational die compleet waren geschokt, toen ze een mailtje ontvingen van een van hun hooggeplaatste Nederlandse managers met het uitdrukkelijke verzoek om hem te laten weten of ze kritiek hadden op het functioneren van hun directe leidinggevende. En vervolgens de irritatie bij de Nederlandse manager toen hij geen enkele reactie kreeg! Wie dus samen wil werken met andere nationaliteiten doet er goed aan zich te verdiepen in de culturele verschillen tussen beide landen. Als reactie op een recente presentatie hierover in Istanbul stelde een Turkse vriendin van mij, eigenaresse van verscheidene exportondernemingen, dat als ze dit alle­maal had geweten, ze nooit aan zakendoen met Nederland was begonnen! Dat is natuurlijk helemaal niet de bedoeling. Het gaat erom dat je met de verworven kennis inzicht krijgt in niet alleen de drijfveren en het handelen van je buitenlandse zakenpartner, maar vooral in je eigen optreden in een multinationale context. Je laten weerhouden door (vermeende) culturele verschillen is doodzonde. Daarvoor is samenwerken met bijvoorbeeld Turkije nu eenmaal te leuk. Mocht u desondanks toch het gevoel hebben dat zakendoen in Turkije meer voorbereiding vergt dan met België of Duitsland, dan is onze workshop ‘Succes­ vol zakendoen in Turkije’op 13 april in Den Haag misschien iets voor u. Deze wordt gegeven door Meltem Üçer. Guus Hiddink hebben we de cursus uiteraard al aangeboden! (www.turkije-instituut.nl/Zakendoen%20in%20Turkije--459).

LILY SPRANGERS / directeur turkije instituut

KIJK OP ZAKEN door maaike lange  fotografie ez

Ruimte bieden aan verschillen

VERDIEP JE IN DE CULTURELE DIVERSITEIT


FOCUS Istanbul voor beginners / p. 38

made by: www.erhansogut.nl

Alternatief toerisme in opkomst / p. 41

FUNDAARAR ZATERDAG 1 MEI 2010

istanbul modern: bijzonder Trefpunt / p. 43

De reis naar Klein-Azië

FANS WILLEN HUN IDOOL TERUGZIEN.

Het eerste concert van de populaire Turkse zangeres Funda Arar in Nederland, dat plaatsvond in februari 2009, was een doorslaand succes. Haar show overtrof de stoutste verwachtingen van massaal toegestroomde fans, die in de grote zaal van De Doelen uit hun dak gingen. Talloze enthousiaste reacties na afloop deden Stichting Mystiek besluiten haar nogmaals uit te nodigen voor een optreden; Funda Arar staat op 1 mei 2010 voor de tweede keer op het podium van het concertgebouw De Doelen te Rotterdam.

entree

} } } 2de rang

1ste rang

VIP*

€29

€35

€79

*(toegang VIP-lounge, beste zitplaatsen, mediterraan buffet en drankjes)

locatie & voorverkoop:

www.stichtingmystiek.nl voor vragen bel 020 694 27 04 of mail naar info@stichtingmystiek.nl

36 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

www.nazar.nl

Turkije wordt in West-Europa altijd gezien als een exotische reisbestemming. De Oriënt-Express, de luxetrein tussen Parijs en Istanbul van de Compagnie Internationale des Wagon-Lits, bracht het land vanaf 1883 in beeld bij een breder publiek. Vandaag de dag is Turkije een van de populairste Europese bestemmingen als het gaat om strandvakanties. Het land heeft echter ook op andere gebieden heel veel te bieden. Om u een idee te geven: bezoek de plaats waar de apostel Paulus heeft rond­ gelopen, leg uw kleren af in het eerste naturistenhotel van het land of ga fietsen op de hoogvlakte van Anatolië. De keus is aan u!

Naturisme staat los van seks / p. 46

trek in de mediterrane zon / p. 48

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 37


tulpia focus tekst en beeld JOHN DE GRAAFF

linkerpagina De Aya Sophia. boven Blik op de Gouden Hoorn, met op de voorgrond het Topkapı-paleis. (foto: Turks Ministerie van Cultuur en Toerisme)

Istanbul...

voor beginners Turkije is niet alleen zon, zee, zomer. Wij maakten medio maart in een lang weekeinde kennis met Istanbul. Uit en thuis in tachtig uur.

A

ls er steden bestaan die nooit slapen, dan is Istanbul een stad met een slechte nachtrust. De stilte strijdt moedig, maar legt het ’s nachts geregeld af tegen de trams, die passeren met het lawaai van opstijgende vliegtuigen; tegen het vrachtverkeer, dat rammelend en grommend over de donkere klinkerstraten stuitert en tegen de scheepstoeters, die op de Bosporus worden ingeschakeld. En al

38 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

die geluiden komen omhoog naar de vierde verdieping van hotel Empire Palace, waar wij in kamer 403 gezond met het raam open slapen. Het is onze derde en laatste nacht in een stad, die ons prachtige herinneringen heeft gebracht. Na het ontbijtbuffet kunnen we nog even naar de pieren van Kadiköy en Üsküdar en de Galatabrug, langs Baklavaci Said voor een doosje zoetig lekkers om dan

met een shuttlebus naar Atatürk Airport te gaan voor onze terugvlucht met Turkish Airlines. Vier dagen geleden kenden we Istanbul uitsluitend van boeken, foto’s en films; nu hebben we ons eigen verhaal over de stad van de twee continenten. Zaterdagavond, direct nadat de taxichauffeur ons voor het hotel heeft afgezet en de bagage op de kamer is achtergelaten, zijn we op pad gegaan. We lopen aan de hand

van een gedetailleerde kaart, gratis gekregen van de receptionist van Empire Palace, over de Galatabrug; om de eerste indrukken van de stad op te snuiven. Aan de overkant, ter hoogte van de haven van Karaköy, eten we vis op een met plastic overtrokken terras van een restaurant, waar de meeste mannelijke bezoekers alleen maar kijken naar een rechtstreekse voetbalwedstrijd op tv. Wij hebben daar echter ook een serieus plan van aanpak gemaakt. Simpelweg, omdat we niet alle tijd van de wereld hebben en we toch zoveel mogelijk willen zien van deze voor ons nieuwe stad. En dan moet je plannen, zeker als je bedenkt dat een aantal bezienswaardigheden op zondag of maandag dicht is. We komen tot het volgende schema: zondag Aya Sophia en Istanbul Modern, want de voormalige moskee en het museum voor moderne kunst zijn beide op maandag gesloten. Maandag moeten we naar de Grand Bazaar, een van de grootste overdekte markten ter wereld, want die is weer ‘s zondags dicht. Het Topkapi-paleis blijkt geen problemen op te leveren. Het bekendste voorbeeld van een serail (oosters paleis) en de voor­ malige residentie van de Osmaanse sultan is op dinsdag gesloten, maar dan zijn we alweer

op de terugreis. De Blauwe Moskee, het beroemde badhuis Çemberlitaş Hamamı en de Galatatoren zijn alle dagen open, dat is lekker makkelijk. Dat geldt uiteraard ook voor de Galata­ brug, die we ’s avonds rond de klok van tienen voor de tweede keer oversteken. Heen zijn we bovenlangs gegaan; langs de eeuwige vissers, die met lange lijnen proberen om een maaltje vis uit de Bosporus te halen. Terug gaan we onderdoor, langs de restaurants. En dan moet je langs de vaak irritante proppers, die ons allemaal veel voordeel in het vooruitzicht stellen mochten we besluiten om in hun zaak te komen eten. Where are you from? Holland? Tot ziens! Alles goed? Doei. Een welgemeend stemadvies: ga op de brug vooral niet naar Fish Point Balik Noktasi, Yildizlar en Yaka Balik Restaurant, hier zijn de vleesgeworden uithangborden ofwel strontvervelend dan wel grof. Op onze eerste ochtend in Istanbul staan we na een korte wandeling direct oog in oog met een van de grootste bezienswaardig­ heden van de stad. De Aya Sophia – gebouwd als kathedraal, later in gebruik genomen als moskee en vandaag de dag museum – laat een verpletterende indruk achter, zowel buiten als

‘Op de Galatabrug moet je langs al die irritante proppers’ binnen. Zelden staat een bouwwerk zo terecht op de lijst van werelderfgoederen van Unesco. Helaas wordt het interieur her en der ontsierd door schuttingen en steigers, het gevolg van restauratiewerken in het kader van Istanbul 2010, culturele hoofdstad van Europa. Op het drukke plein Sultanahmet, op weg naar de Blauwe Moskee, geven we eerst nog een kort interview aan een vriendelijke studente Engels. De Turkse wil vooral weten wat we zo interessant vinden aan haar stad. We blijven steken bij algemeenheden, vers als we zijn in Istanbul. Met de kennis van nu zouden we betere antwoorden hebben kunnen geven. Bij de Blauwe Moskee steekt onze eerste toeristische onzekerheid de kop op. Mijn reisgenote heeft haar sjaal in de hotelkamer achtergelaten, en overal valt te lezen dat een vrouw in dit gebedshuis het hoofd moet Tulpia / jaargang 05 / nr 17 39


De bruinbakvakanties blijven bovengemeen belangrijk, maar als directeur van het Turks Verkeersbureau in Nederland wil Ahmet Temurci vooral het ‘andere Turkije’ onder de aandacht brengen. “Echt, er zijn veel meer vakantiemogelijkheden dan alleen het strand of de kust.” Straatverkoper in Istanbul. rechts Een veerboot op de Bosporus

‘Langs de Bosporus, daar willen we zijn’ bedekken. Of toch niet? Want we zien vrouwen blootshoofds het gebouw binnengaan. Na enig aandringen, biedt een narrige suppoost helderheid. We mogen gewoon doorlopen, mits we natuurlijk onze schoenen uitdoen en die in een plastic zakje meenemen. Waarom van het protocol met de hoofddoek is afgeweken, is ons nog altijd niet duidelijk. Binnen worden we overigens getroffen door een spel van kleuren: het licht valt de koepelvormige zaal binnen via prachtige glas-in-loodramen en weerkaatst vervolgens op een tapijt, waarin rood de voornaamste component is. Een hekwerk scheidt de gelovigen van toeristen en andere bezoekers. Wie is geïnteresseerd, kan in een kamertje in de hoek gratis informatie krijgen over de islam en de koran. Via het Hippodroom, het stadion uit de Romeinse tijd, en de kruidenbazaar buigen we af naar de Bosporus. Op het middag­ programma staan Istanbul Modern, het 40 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

museum voor moderne kunst, en de Galata­ toren, beide aan de andere kant van het water. In een tijdsbestek van nauwelijks vier uur overbruggen we vijftien eeuwen. Het museum, uitsluitend met werk van Turkse kunstenaars, dateert uit 2004; de toren werd in het jaar 528 gebouwd ten tijde van het Byzantijnse Rijk. De gebouwen hebben wel één ding gemeen: ze bieden elk op hun eigen manier een prachtig uitzicht op de Bosporus en de kostbaarheden van de oude stad. De tweede en laatste volle dag beginnen we bij het Topkapi-paleis, dat ons qua grootte gewoon naar de keel vliegt. Allemaal prachtige gebouwen, maar waar bevinden we ons in hemelsnaam? Pas als we dieper in het complex – compleet met harem – door­dringen, kunnen we iets met al die rijkdom aan architectuur, sieraden en gebruiksvoorwerpen. Gelukkig zijn we vroeg begonnen, want bij ons vertrek melden zich alweer de eerste groepen Japanners, van wie sommigen nog altijd mondkapjes menen te moeten dragen. De middag staat een beetje in het teken van kopen en kuren in en rond Çemberlitaş. We lunchen dit keer bij Makarna Sarayi, zeg maar de pasta shop. Heel betaalbaar en vooral erg lekker; en dat alles ook nog eens onder een

schilderij van Kemal Atatürk, de grondlegger van het moderne Turkije. In de Grand Bazaar – 54.000 vierkante meter overdekt winkel­ plezier – vinden we voor een schappelijke prijs toch die mooie bronzen derwisj, in de nabijgelegen Çemberlitaş Hamamı laten we ons heerlijk vertroetelen. Want er rest nog één avond en die willen we doorbrengen op de plek, die ons in de stad het meest heeft getroffen. Hoe indrukwekkend de historische gebouwen ook zijn, nergens is de stad mooier dan bij de Bosporus. De straatventers, de vissers op de Galatabrug, de veerboten, het verkeer langs de kaden; iedereen in Istanbul draagt zijn of haar steentje bij om deze metropool zo waanzinnig interessant te maken. “Het kunnen zien van de Bosporus, al is het maar in de verte, heeft een morele betekenis die ook de reden moet zijn dat het raam met uitzicht op de Bosporus in Istanbulse huizen de plaats heeft ingenomen van de gebedsnis in de moskee (het altaar in de kerk, de theba in de synagoge): fauteuils, banken, stoelen en eettafels worden steevast zo in de woonkamer neergezet dat ze uitkijken op het water”, schrijft Orhan Pamuk in Istanbul herinneringen en de stad. En wie zijn wij om de Nobelprijswinnaar tegen te spreken.

Ahmet Temurci

D

e kop is eraf voor Ahmet Temurci. De nieuwe directeur van het Turks Verkeersbureau is inmiddels een klein half jaar verantwoordelijk voor de Nederlandse markt en heeft in die hoedanigheid zijn eerste vakdagen en beurzen meegemaakt. En die bijeenkomsten

hebben hem tot tevredenheid gestemd. “Op de Vakantiebeurs in Utrecht, begin januari, zag je dat de mensen op zoek gaan naar het andere Turkije. Ze toonden bijvoorbeeld niet alleen interesse voor de zuidkust, maar ook voor de kust van de Zwarte Zee.” Dat het daar mooi is, weet Temurci als geen ander, want hij werd op 17 november 1974 in Rize geboren. Zijn gevoel van tevredenheid wordt nog eens gevoed door de jongste vooruitzichten. De zomerreserveringen laten een groei van 6,8 procent zien ten opzichte van het afgelopen jaar. Bovendien, en dat is wellicht nog belangrijker, zag Turkije in het moeilijke jaar 2009 het toerisme teruglopen met slechts 2 procent. “De klappen voor de concurrentie waren veel groter”, constateert hij nuchter in zijn kantoor in hartje Den Haag, dat uitzicht biedt op de gebouwen van het Nederlandse parlement. “Griekenland scoorde -16 procent, Spanje deed het nauwelijks beter met een daling van 14 procent.” Turkije doet het dus zo slecht nog niet, valt uit zijn woorden op te maken. Dat is natuurlijk geen reden om rustig achterover te leunen en af te wachten of de toerist dit jaar, volgend jaar of misschien het

‘Als de wereld een land was, dan zou Istanbul de hoofdstad moeten zijn‘

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 41

door JOHN DE GRAAFF  fotografie TULPIA MEDIA TEAM

gezichten van Turkije

tulpia focus

De verborgen...


Eigentijds...

Istanbul Modern, het museum voor hedendaagse kunst, bezoek je niet alleen voor de collectie. Het is ook een plek waar de modieuze stadsmensen elkaar zien. En gezien willen worden.

Het Paard van Troje bij Canakkale

jaar daarop Turkije met een bezoek wenst te vereren. Neen, want voortbordurend op het beleid van zijn voorganger Murat Karakuş gaat ook Ahmet Temurci (35) heel veel energie steken om juist het ‘andere Turkije’ voor het voetlicht te brengen. “Kijk, veel Nederlanders kiezen voor de klassieke strandvakantie en die blijven we natuurlijk ook aanbieden. Maar we gaan de komende tijd de andere mogelijkheden van Turkije meer en nadrukkelijker belichten.” Temurci kiest voor een aanpak met vijf speerpunten, die bij elkaar inderdaad ‘de rest van Turkije’ bestrijken. “Als we de zonvakanties even vergeten, zetten we in op stedentrips, wintersport, actieve vakanties, cultureel/religieuze reizen en gezondheidsreizen, waarbij je in dit geval moet denken aan wellness en spa’s.” Uiteraard komt hij direct met een aantal aansprekende voorbeelden. “Qua steden heeft Istanbul bijvoorbeeld alles wat je je op toeristisch gebied maar kunt wensen. De stad is altijd een bezoek waard, dat heb ik in een eerder interview al eens tegen u gezegd. Dit jaar kan echt een ontdekkingsreis worden gemaakt door het kleurrijke leven van de stad, nu Istanbul in 2010 Culturele Hoofdstad van Europa is. In die mening sta ik niet alleen”, stelt hij lachend, “want Napoleon heeft eens gezegd: Als de wereld een land was, dan zou Istanbul de hoofdstad moeten zijn.” Naast de citybreaks ziet de directeur ook vooral kansen op het gebied van cultuur en religie. “Het Paard van Troje. De tempel 42 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

I

n een stad waar menig bouwwerk de eeuwgrens al lang is gepasseerd, neemt Istanbul Modern een bijzondere plek in. Het museum voor moderne kunst is weliswaar ondergebracht in een bejaarde fabriekshal langs de Bosporus, maar heeft amper het eerste lustrum achter de rug. Pas sinds 11 december 2004 kan er in het stadsdeel Beyoğlu kennis worden gemaakt met wat Turkse kunstenaars precies verstaan onder hedendaagse kunst.

Het amphitheater van Side bij Antalya

van Artemis in Efeze, een van de zeven klassieke wereldwonderen, en zo kan ik nog wel even doorgaan. Turkije heeft op dit gebied ongemeen veel te bieden. Ga ernaar kijken, zou ik willen zeggen!” En ga dan direct even golfen, bijvoorbeeld in Belek; maak een fietstocht langs de zuidkust; stap op de ski’s in Erzurum of bezoek de wellnessruimte van een luxe hotel in Antalya: in Turkije kan het. “En dat is precies wat we willen promoten, wat we de mensen de komende jaren moeten gaan uitleggen. Echt, er zijn veel meer vakantie­ mogelijkheden dan alleen het strand of de kust.” Temurci heeft zich nog een ander doel gesteld in de drie jaar, die hij in Den Haag is gestationeerd. Hij wil de band tussen Nederland en Turkije versterken. “Neder­land is een van de mooiste landen om te leven, te wonen en te werken. De stad Den Haag is een mix van culturen. Over twee jaar, in 2012, vieren we dat beide landen 400 jaar diplomatieke relaties met elkaar onder­ houden, en wat is er dan mooier om die band nog sterker te maken.” Het jubileum wordt volgens hem groots gevierd met evenementen in Nederland en Turkije, onder meer met een botanische tentoonstelling. De directeur van het verkeersbureau zal er in elk geval klaar voor zijn, getuige het boekje Nederlands-Turks, Turks-Nederlands dat op de hoek van zijn bureau ligt.

En we treffen het, deze kille zondagmiddag in maart. Curator Levent Çalıkoğlu heeft juist de laatste hand gelegd aan New Works, New Horizons, de nieuwe permanente tentoonstelling die volgens hem een veelomvattende kijk biedt op de ontwikkeling van de eigentijdse kunst van Turkse makelij. Daarnaast lopen er tot medio mei nog eens de drie tijdelijke exposities From Traditional to Contemporary, Time Within Us en Return to Reason. De meeste namen van schilders, beeldhouwers,

fotografen en videokunstenaars zeggen ons niets, maar onze urenlange wandeling langs alle werken maakt één ding duidelijk. Alle artiesten verkeren ofwel met een zekere regelmaat in het buitenland of hebben altijd extra goed opgelet bij de lessen kunstgeschiedenis. Zonder het woord kopie in de mond te willen nemen; in veel schilderwerken aan de kraakheldere wanden vallen duidelijke sporen van de Franse en Spaanse meesters te ontdekken. Een tweede opvallend aspect van de exposities

Kroonprins Willem-Alexander en prinses Máxima in Istanbul Modern in februari 2007

Temurci wil de band tussen Nederland en Turkije versterken

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 43

door JOHN DE GRAAFF  fotografie TUNCAY ÇINIBULAK

tulpia focus

trefpunt


tulpia focus door JOHN DE GRAAFF  fotografie Turks Ministerie van Toerisme en Cultuur

vinden we, maar dat kan ook alles te maken hebben met een stevig westers vooroordeel, het behoorlijk aantal studies van naakten. Even los hiervan, we begrijpen heel goed waarom onder anderen de Turkse premier Recep Tayyip Erdoğan en de zakenman Bülent Eczacıbaşı zich zo hebben ingezet om İstanbul Modern Sanat Müzesi, zoals het museum in de eigen taal voluit heet, van de grond te tillen. Een dergelijke kunsttempel mag simpelweg niet ontbreken in een land, dat op de nominatie staat om toe te treden tot de Europese Unie. Natuurlijk, ook wij komen in de eerste plaats voor de collectie, maar Istanbul Modern heeft nog een heel andere aantrekkelijke kant: het café met terras. Het etablissement ligt niet alleen strak aan de drukbevaren Bosporus; de moderne eet- en drinkgelegenheid biedt bovenal een prachtig panorama op het ooste­lijk deel van de oude stad en haar schatten, zoals het Topkapı-paleis en de pieren van Kadiköy en Üsküdar. Ons geluk houdt deze zondag duidelijk niet op, want ondanks de drukte weet een van de vele obers een tafeltje voor twee te regelen bij het raam. Vanaf deze eerste rang aanschouwen we een klein uur welhaast ademloos het aanhoudende verkeer op het water, de majesteitelijke gebouwen aan de overkant, maar ook vooral de andere gasten. Istanbul laat zich hier van een heel andere kant zien: jonge modieuze stelletjes, die een latte of cappuccino komen drinken; gearriveerde zestigers die zich even tussen de jeugd willen bewegen en gezinnen met kinderen, die zo te zien iets belangrijks in de familiekring hebben te vieren. En dat alles op een eigentijdse wijze.

‘In veel werken zijn invloeden van Franse en Spaanse meesters terug te vinden’ Voldaan van zoveel indrukken besluiten we rond zessen bij halte Tophane niet de tram te nemen, maar via de Galatabrug (de brug van Geert Mak) terug te lopen naar de oude stad. Op die manier verloopt de overgang van modern naar historisch ten minste niet al te abrupt.

44 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

Baden...

in het verleden Istanbul heeft ze te kust en te keur: hamams. Een van de oudste is Çemberlitaş, een machtige herinnering aan de Ottomaanse architectuur van de 16de eeuw. Verslag van een hartverwarmende ervaring. Badritueel in een hamam

H

et is dat de 35 meter hoge Çemberlitaş Obelisk als een soort landmark voor de deur staat, anders zou je Çemberlitaş Hamamı straal voorbijlopen. De eenvoudige entree van het monument uit 1584, ontworpen door de beroemde Koca Mimar Sinan Ağa (14891588), valt bijna weg tussen alle kleurrijke eettentjes in deze drukke wijk van Istanbul. In de hal hangt links aan de muur een affiche met de mogelijkheden: van alleen relaxen in het badhuis tot een behandeling afgesloten met een oliemassage. Wij kiezen voor de tussenvorm met scrub en zeepmassage. Na 110 Turkse lira (ongeveer 53 euro) te hebben betaald, krijgen we ieder een scrubhandschoen en een zeepje. Dan dalen we een trap af, naar de aloude centrale hal. Die ligt al eeuwen op hetzelfde niveau, maar de omliggende straten zijn in de loop der tijd veelvuldig opgehoogd; vandaar het huidige hoogteverschil. Eenmaal beneden worden mannen en vrouwen gescheiden. Mijn vriendin mag rechtsaf, ik rechtdoor. Ik betreed een soort binnenplaats van drie verdiepingen met

balustraden, waar her en der doeken hangen te drogen. Op de eerste etage, in kamer 24, mag ik me uitkleden. Met om mijn middel alleen een roodwitte peştemal, die in stof en grootte het midden houdt tussen een theedoek en een klein tafellaken, stap ik de gang op. Mijn kleding en camera blijven in het kamertje achter, de sleutel gaat met een rubberen ring om mijn pols. Beneden wijst een begeleider, gestoken in een blauwwitte lendendoek, me de weg naar de badruimte. Binnen beslaat m’n bril zodanig, dat ik die maar op een veilig plekje leg en als een mol de rest van de tijd doorbreng. Ik zie weliswaar niet scherp, maar ik voel aan alles dat dit een machtige, mystieke omgeving is. Met nog een aantal mannen ben ik in een koepelvorming gebouw, met middenin een enorm rond marmeren platform. Daar mag ik van de medewerker op gaan liggen. Een siddering trekt door mijn lijf, moet het echt zo warm zijn? Maar wellicht heeft het te maken met onzekerheid, want het marmer voelt uiteindelijk gewoon heel

lekker aan. Ik heb net het aantal punten in het dak geteld, waardoor licht naar beneden valt (149), als iemand tegen mijn voeten tikt. Cesar, of iets in die richting, voorspelt me de beste massage van mijn leven te gaan geven, al kent hij me nauwelijks en weet hij bovendien niets over mijn gewoontes op dit terrein. Ik lig ruggelings en krijg eerst warm water over me heen gegoten. Dan begint hij stoer te kneden, mijn natte doek ligt losjes rond de edele delen. Daarna krijgt de achterkant eenzelfde behandeling. Dan volgt de scrub. Krachtig wrijft hij met de schurende handschoen over mijn lijf; op mijn armen liggen plots rolletjes, alsof ik me weken niet heb gewassen. Die zullen elders dan ook wel liggen! Tijd om lang na te denken is er niet, het protocol moet worden gevolgd. Bij de muur mag ik naast een waterbak gaan zitten, waarop Cesar emmertjes vol warm water over me heen gooit. Terug naar het platform, voor de zeepmassage. Handenvol sop brengt hij op mijn voorkant aan, om die heerlijk in te wrijven op mijn tintelende lichaam, wellicht

een effect van de scrub. Dan pakt hij mijn armen, slaat die kruiselings over mijn borst en drukt ze ineens naar beneden! Hoor ik gekraak? Herboren worden is leuk, maar het moet niet gekker worden. Als de rug en benen zijn gedaan, word ik bij de muur weer afgespoeld, maar nu worden ook m’n haren gewassen. Het is ook het moment voor Cesar om fluisterend om een fooi te vragen. Speels stel ik hem teleur door te zeggen dat mijn geld niet onder m’n doek verborgen zit, maar zijn beloning heeft hij bij vertrek alsnog ontvangen. Na de behandeling ga ik buiten de warmte van het badhuis douchen. Een andere man droogt me af en hij geeft me naast een droge lendendoek ook doeken voor mijn bovenlijf en mijn hoofd. Ik ga schalks nog even terug naar de warme ruimte, om afscheid te nemen van mijn marmeren vriend. En inderdaad, er zitten 149 lichtpunten in het dak: een ring van 23, vier van 24, eentje van twaalf en binnenin een cirkel met achttien. Waar je in Çemberlitaş Hamamı allemaal niet aan denkt.

Vrouwen Çemberlitaş Hamamı heeft afzonderlijke, maar identieke secties voor mannen en vrouwen. De vrouwen dragen geen badkleding, maar krijgen binnen een speciaal voor de sessie bedoeld broekje. Worden de massages bij de mannen door masseurs gegeven, aan de vrouwenkant zijn het uitsluitend masseuses. Het bijzondere badhuis is het hele jaar open, van ’s morgens 6 tot ’s nachts 12 uur.

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 45


door JOHN DE GRAAFF  fotografie Adaburnu Gölmar

tulpia focus

‘Naturisme is een...

de samenwerking met Natunion; een groep van zes internationale touroperators op het gebied van naturisme, waaronder het Nederlandse Internatuur”, aldus Koşar. En nu maar kijken hoe de gasten het naturisme in Turkije ervaren. Of ze het bijvoorbeeld een probleem gaan vinden dat textiel­loos recreëren op het terrein alleen is toegestaan tussen 8 en 20 uur, daarna moeten de kleren weer netjes aan. “Daarvoor is gekozen om het restaurant ’s avonds ook aan te kunnen bieden aan mensen van buiten het hotel. Zo nodig passen we dit in de loop van het seizoen aan, we werken praktijk­gericht. Wij willen leren van onze klanten.” Adaburnu Gölmar is vanaf eind april te bereiken via een rechtstreekse vlucht op Dalaman. Voor die tijd moet eerst een tussen­landing worden gemaakt in Istanbul. Vanuit Dalaman is het nog ongeveer 2,5

dat het om een levensfilosofie gaat”, stellen de initiatiefnemers.

“En wat blijkt: er bestaat geen enkel wettelijk verbod als het om naturisme gaat. Bovendien hebben we iedereen die het maar wilde horen uitleg gegeven over de achtergronden van deze vorm van vakantie: dat hem om een levens­ filosofie gaat, en dat het niets met seks heeft te maken. Hoe dan ook, we hebben zonder problemen alle vergunningen gekregen.” Die weinige weerstand is volgens hem wellicht mede te danken aan de regio, waar hotel Adaburnu Gölmar ligt. Op het schiereiland, gelegen tussen Bodrum en Dalaman, leeft een Griekse bevolkingsgroep, die in de ogen van Koşar liberaler denkt dan elders in Turkije. “Daarnaast wil Datça, de bekendste plaats in het gebied, meer toeristen gaan trekken.” Dat lukt al aardig, want de eerste Neder­landers, Duitsers en Britten hebben zich al gemeld voor een kledingvrije vakantie in het zuidwesten van Turkije. “Maar we

De binnenplaats van Adaburnu Gölmar

Een van de accommodaties. rechts Het strand met palmen

levensfilosofie’ Met Adaburnu Gölmar krijgt Turkije een eerste hotel waar de gasten naakt mogen recreëren. “De vergunningen waren geen enkel probleem. We hebben iedereen uitgelegd

H

et lot speelt een belangrijke rol in het leven van Ahmet Koşar en Michael Karl Wolf. Eerst was daar de toevallige ontmoeting bij een lokale Turkse kapper, die aan het eind van de jaren tachtig leidde tot de oprichting van Performans Turizm. Twintig jaar later gaat deze specialist op het gebied van bijzonder toerisme pionieren met een naturistisch allinclusive hotel in het zuidwesten van Turkije. Waarom daar? Juist, omdat het lot het Turks/ Duitse duo daar heeft gebracht. “Twee jaar geleden kwamen we bij toeval de eigenaar van deze accommodatie tegen. Hij gaf te kennen iets anders met zijn nieuwe hotel te willen doen. Wij hebben hem ons

46 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

idee voorgelegd en van het een is het ander gekomen”, stelt Koşar (48). “Voor onze plannen ligt het hotel werkelijk ideaal”, vervolgt Wolf (45). “De plek is afgelegen, dicht bij een beschermd natuurgebied, waar we een eigen naaktstrand hebben. Het vervoer daarheen gebeurt met een gratis shuttlebus. Op het strand zorgen we ook kosteloos voor drankjes en kleine hapjes, anders zouden gasten omwille van het geld misschien kunnen besluiten om bij het hotel te blijven. Zie het maar als een extra service.” Naturisme en Turkije is nog altijd een ongebruikelijke combinatie. “Inderdaad, en daarom hebben we uitgebreid onderzoek gedaan, ook onder Turkse ministeries”, aldus Koşar.

willen meer bieden dan bloot alleen. Daarom hebben we in ons programma ook een excursie opgenomen. Waarom? Om Turkije te laten zien, om de gasten een zekere verdieping te bieden. Dat is allemaal ook goed voor de plaatselijke economie.” Koşar en Wolf hebben een pachtovereenkomst gesloten, die hen de mogelijkheid biedt van medio maart tot eind oktober gasten te ontvangen. De eigenaar van Adaburnu Gölmar blijft verantwoordelijk voor de exploitatie van de accommodatie. “Het hotel heeft 63 kamers, met in totaal 187 bedden. We hebben al 1622 overnachtingen vast­gelegd, in de maand september zitten we bijna vol. Dat heeft alles te maken met

‘Er bestaat geen enkel wettelijk verbod als het om naturisme gaat‘ uur naar het hotel. “Een betrekkelijk lange transfer”, geeft Koşar toe. “Daarom hebben we ook een tussenstop ingelast, zodat de gasten direct het vakantiegevoel krijgen. Wij van Performans Turizm willen gewoon weer eens iets anders aanbieden, iets bijzonders. Het is naturisme geworden, maar een streng islamitisch hotel had evenzeer gekund”, besluit Ahmet Koşar met een glimlach. Tulpia / jaargang 05 / nr 17 47


door frans jeursen  foto's ministerie van cultuur en toerisme

tulpia focus

Trek in de...

mediterrane zon Turkije staat stevig op de kaart als toeristische bestemming.

‘Lopen op de plek waar

Maar hoe is dat allemaal begonnen? Feiten over 60 jaar toerisme.

de apostel Paulus heeft

D

e ontwikkeling van het toerisme heeft in Turkije altijd nauw samengehangen met het regeringsbeleid. In de periode 1950-1960 voerde de overheid een politiek van protectionistisch liberalisme. Hotels als het Istanbul Hilton kwamen in beeld en de staat legde zich toe op het verbeteren van wegen, vooral langs de kusten van Anatolië. Verder werd de capaciteit van het transport over het water en door de lucht vergroot en kreeg het handhaven van geregeld busvervoer veel aandacht. Dit alles maakte de eerste vormen van zonnetoerisme mogelijk.

Een belangrijke impuls voor het toerisme was de introductie van een wet, die het buiten­landse investeerders voortaan mogelijk maakte in Turkije zaken te gaan doen, zonder de tot dan toe verplichte Turkse partner. Tussen 1950 en 1960 groeide het toerisme met 12 procent; het aantal bezoekers lag in 1961 op 129.000. Die gaven met elkaar ongeveer 7,5 miljoen dollar uit. Na het protectionistisch liberalisme volgde de tijd van de geplande economie (1961-1980). In 1965 werd het ministerie van Toerisme opgericht en mede door haar

rondgelopen’

linkerpagina Spacenter. boven Nemrudberg

inspanningen stegen de inkomsten in de toeristenbranche naar ruim 193 miljoen dollar in 1974. Voor het eerst bezochten ruim een miljoen toeristen het land. Na 1980 was er sprake van een ware doorbraak. De liberalisatie van de economie schiep nieuwe ruimte en mogelijkheden. Dankzij de Wet aansporing toerisme konden investeerders voortaan tot 60 procent krediet krijgen van de Turkse Toerisme Bank; kregen

‘Het land wordt jaarlijks door meer dan 31 miljoen buitenlanders bezocht’ ze vrij bouwland toegewezen met een contract voor 49 jaar; mochten ze casino’s bouwen en exploiteren; alcoholische dranken schenken en ook buitenlanders in dienst nemen in hun bedrijven. De investeerders stroomden al snel massaal toe en de kustgebieden kwamen razend­snel tot ontwikkeling. Het toerisme bloeide op in plaatsen als Bodrum en Kuşadası; voor de regio Antalya werd zelfs een speciaal plan ontwikkeld. In 1987 waren de inkomsten uit toeristische activiteiten gegroeid tot 3,3 biljoen dollar (3.300.000.000.000 dollar). De Golfoorlog van 1990-1991 zorgde voor een enorme terugloop van het toerisme. Het duurde naar schatting vier jaar voordat de branche deze 48 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

klap te boven was. Als gevolg van de Wet aansporing toerisme hadden de investeringen zich overigens vooral geconcentreerd in de kust­gebieden. Het herstel van de economie – en dus ook van de toerismebranche – kwam echter mede tot stand doordat belangrijke auto­fabrieken zich in Turkije hadden gevestigd én doordat de textielexport sterk toenam. Na de kustgebieden is het toerisme zich momenteel aan het verspreiden over andere delen van het land. Vandaag de dag ligt het aantal buitenlandse bezoekers boven de 31 miljoen per jaar. In die mensenstroom zijn duidelijke patronen en trends te bespeuren. Britse toeristen blijken vooral de badplaatsen aan de Egeïsche Zee te bezoeken, zoals Marmaris en Bodrum, terwijl Duitsers en Russen voornamelijk vakantie houden aan de Turkse zuidkust. De meeste Japanners en steeds meer Spanjaarden zie je in Istanbul en op culturele toplocaties als Efeze. Naast deze bekende vormen van toerisme ontwikkelen zich de laatste jaren ook nog andere. Neem de wellness-arrangementen: steeds vaker willen mensen zich in een exotische omgeving tegen relatief lage prijzen extra laten verwennen. In Turkije zijn de omstandig­heden hiervoor gunstig. Een mooi voorbeeld zijn de natuurlijke warme bronnen van Pamukkale in Cappadocië. Daarnaast willen toeristen graag gebruik maken van de goede medische voorzieningen van het land. Al langere tijd stelt de Turkse overheid hoge kwaliteitseisen aan ziekenhuizen, tand­technische klinieken, instituten voor

plastische (lees esthetische chirurgie) en wat dies meer zij. Ook met het oog op een mogelijke toetreding tot de Europese Unie staan controle en toezicht hoog in het vaandel; het niveau van de zorg mag immers niet onder het EU-niveau zakken. De meeste behande­ lingen die West-Europeanen maar ook Russen, Roemenen, Bulgaren en Kroaten in Turkije ondergaan, zijn bij gelijke kwaliteit zo’n 40 tot zelfs 75 procent goedkoper dan in eigen land. Dat geldt voor betrekkelijk kleine medische ingrepen als ooglidcorrectie en liposuctie, maar ook voor ernstiger en gecompliceerdere zaken als hartoperaties en het vervangen van een heup. De wereld wordt door het steeds snellere en betere vervoer almaar kleiner en de prijsverschillen verleiden menigeen om ‘even’ naar Turkije te vliegen voor een facelift of een paar nieuwe kronen. De omzetten in deze sectoren nemen jaarlijks met sprongen toe. Tot slot vestigen we nog de aandacht op wat we ‘alternatief toerisme’ zouden kunnen noemen. Een fietsvakantie op de hoogvlakte van Anatolië, een verblijf in een naturistenhotel of een religieus getinte reis, waarbij bijvoorbeeld de plaatsen worden aangedaan waar de apostel Paulus heeft rondgelopen. De omzet van deze ‘special interest vakanties’ steekt nog altijd schril af tegen die van het massatoerisme, maar de nieuwe sector is aan een gestage opmars bezig. Een prachtige bijkomstigheid is dat hiermee ook het mooie binnenland toeristisch wordt ontsloten.

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 49


tekst en fotografie HENK BOOM

tulpia reizen

Serie: in het voetspoor van de prachtlievende

Fantasie en realiteit in een verlaten harem In het zevende deel van zijn reis in het voetspoor van sultan Süleyman (1520-1566) neemt Henk Boom ons mee naar Istanbul. Nauwkeuriger gezegd: naar het haremgedeelte in het Topkapıpaleis. Het is de plek waar sultan Süleyman zijn latere echtgenote leerde kennen, de uit de Oekraïne afkomstige slavin Roxelana. 50 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

De muzikante. Schilderij van Francesco Ballesio (1860-1923).


boven Roxelana en de sultan. Schilderij van Anton Hickel (omstreeks 1780). Zekerheid is er niet maar men vermoedt dat het hier om een portret gaat van zangeres Aloysia Lange, een zuster van Constanze Weber die de rol van Konstanze in Mozart’s opera vertolkte. rechts Süleyman de prachtlievende, geschilderd door een volgeling van Titiaan.

D

olend door een labyrint van driehonderd vertrekken van het harem­ gedeelte in het Topkapı-paleis in Istanbul word ik overvallen door een beginnend gevoel van voyeurisme. Gluur ik onwillekeurig vanachter een museum­ gordijn naar het meest frivole deel van de Osmaanse geschiedenis? Verwacht ik elk moment een hamam binnen te komen met kirrende concubines, die snel een badhanddoek van de marmeren vloer grissen om hun naakte lichamen te kunnen bedekken? Heb ik de slaapkamer al gepasseerd waar zijn favoriete concubine en latere echtgenote Roxelana de deur opende voor Kanuni sultan Süleyman? Maar nee, ongewild ben ik het slachtoffer van de oriëntaalse fantasieën die in opera’s, boeken, films en tijdschrift­ artikelen over mij als lezer en toeschouwer zijn uitgestrooid met suggestieve, amper of niet op waarheid berustende interpretaties van het haremleven in het Constantinopel van eeuwen geleden. Ondanks al deze droombeelden biedt de geschiedenis van de harem een opmerkelijk 52 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

feit als het om het sultanaat van Süleyman de prachtlievende (1520-1566) gaat. In tegen­ stelling tot zijn voorgangers en opvolgers beperkte de ‘sultan van de liefde’, zoals hij zich zelf in één van zijn gedichten noemde, zich tot een schaars gebruik van de exclusief voor hem aangelegde vrouwenvertrekken. Zijn eerste harembezoeken hadden tot gevolg dat de concubine Mahidevran Khatun hem zijn zoon Mustafa baarde. Maar toen hij kort daarna het bed deelde met de uit de Oekraïne afkomstige slavin Roxelana brak hij met alle paleistradities. Niet alleen bleef de sultan trouw aan Roxelana, die hem vijf zonen en een dochter schonk, hij zou ook met haar in het huwelijk treden. Trouwen met een concubine? Dat was een absolute noviteit in de Osman-dynastie. Toen Süleyman in 1520 aan de macht kwam, bevond de harem zich nog in het oude paleis waar nu de universiteit van Istanbul is gevestigd. Een aantal jaren later werd het Topkapı-paleis uitgebreid en verhuisden de concubines naar de heuvel die uitzicht biedt op de Bosporus en de Gouden

Hoorn. Ooggetuigenverslagen over het wel en wee in de harem van de sultans zijn er weinig. Buitenlanders werden zelden toegelaten. Hun kronieken vertellen hooguit iets over de pracht en praal, maar weinig of niets over de daarachter liggende structuur en moraal. De meest geciteerde bron is die van de Venetiaanse ambassadeur Ottaviano Bon, die van 1604 tot 1607 in Constantinopel woonde. Hij gunde zich alle tijd om het leven in het Topkapi-paleis vast te leggen in zijn dagboek, hetgeen resulteerde in The Sultan’s Seraglio, een kroniek over het intieme leven in het Osmaanse hof. Geeft Bon veel details die aan zijn fantasie moeten worden toegeschreven, één concreet verslag dat een goede indruk geeft, is dat van Domenico Hierosolimitano, de arts van sultan Murat III. Na een bezoek aan het paleis in 1590 schreef hij over de harem: ‘Er zijn 44 appartementen met badkamers en fonteinen, de een nog mooier dan de ander. Elk appartement is dusdanig gescheiden van de rest dat je niet van het ene appartement naar het andere binnen kunt kijken. De sul-

boven The Imperial Hall. Het was de feestzaal van de harem die in de jaren 1583-1585 onder sultan Murat III werd aangelegd en die in 1755 geheel opnieuw werd gedecoreerd. Links, achter de ramen, bevond zich de slaapkamer van de sultan.

tan kan elk appartement betreden via een geheime gang zonder gezien te worden. De muren van de harem­suites zijn versierd met bloemmotieven. Afbeeldingen van mensen of dieren zijn er niet. De vloeren zijn bedekt met tapijten. De dochters van de sultan leven samen met hun moeders. De prinsen worden van hun moeders gescheiden als ze zes jaar zijn. Ze worden dan overgebracht naar andere vertrekken, samen met hun leraren en hun bediendes. De privévertrekken van de sultan grenzen aan die van zijn vrouwen. Elk appartement heeft meerdere kamers, hallen, prachtige baden, fonteinen, tuinen en een kamer voor de vogels. Ze zijn allemaal prachtig bekleed. De muren, divans en ramen zijn gemaakt van het duurste materiaal. Overal liggen geborduurde kussens. De ledi­ kanten zijn gemaakt van tropisch hout en zijn versierd met ivoor en grote koralen’. Eeuwen later ontstond er in de literatuur en schilderkunst langzaam maar zeker een vals beeld over de harem als verzamelpunt voor erotiek en slavinnen. Tentoonstellingen over het romanticisme en de Oriënt heb-

ben de obsessieve fantasieën over harem­ vrouwen, die als sluwe Mata Hari’s staatszaken konden beïnvloeden aan de rand van het Turkse bad of tussen de lakens van de sultan, eerder geprikkeld dan weerlegd. Ülkü Altındağ, die veertig jaar leiding gaf aan het Topkapı-archief, schudde haar hoofd toen we met een kopje Turkse koffie in de bibliotheekzaal van haar domein de lyrische romantiek over de harem aanroerden. “De harem heeft geleid tot de grootste fantasieën onder de oriëntalisten,” zegt ze mij met grote stelligheid. “De harem had in de jaren van Süleyman een andere functie binnen de organisatie van het paleis dan in de achttiende en negentiende eeuw werd gedacht. Niet alle vrouwen in de harem waren bedoeld als minnaressen voor de sultan. Dat beeld is ontstaan in de verbeelding van de Europeanen. De meeste vrouwen waren er om te werken. Het was bovendien niet zo’n besloten gemeenschap zoals nu vaak wordt gedacht.” Haremfantasieën horen dus thuis in de bibliotheek van Duizend-en-een-nacht. Ze zijn ontsproten aan het hedonisme van

‘Niet alle vrouwen in de harem waren minnaressen voor de sultan. Dat beeld is ontstaan in de verbeelding van de Europeanen’‘

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 53


boven De bewaker van de harem. Schilderij van Jean-Léon Gérôme (1824-1904). rechts De slavenmarkt. Schilderij van Jean-Léon Gérôme (1824-1904).

westerse reizigers en auteurs, opgeschreven in reisverslagen en kronieken en nadien, in de gloriejaren van het oriëntalisme, overgeschreven, aangedikt en op grond van gebrek aan echte informatie uitgebreid met zinnenprikkelende fictie. De publicaties gingen vaak vergezeld van prenten van musicerende, sensuele Turkse vrouwen, gezeten op lage banken met gedrapeerde kleden of in marmeren badkamers waar hun bevallige lichamen worden afgedroogd door zwarte eunuchen, waarmee het imago van het oriëntaalse harem nog eens werd versterkt. In de negentiende eeuw werd de harem in de schilderkunst een dankbaar onderwerp met talloze tot de verbeelding sprekende scènes. Daaronder moet zeker het oeuvre van Jean-Leon Gerôme (1824-1904) worden gerekend met intrigerende beelden uit zeeblauwe, oriëntaalse badkamers. Maar ook het tableau Le Bain Turc van Jean Auguste Dominique Ingres (1862), nu één van de topwerken van het Louvre, heeft veel bijgedragen aan het mystificeren van de harem. Tegelijkertijd werd het oriëntaalse ontvoeringmotief een populair gegeven in de wereld van de litera54 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

tuur en de opera, zoals in Die Entführung aus dem Serail van Mozart waarin de sultan zich presenteert als een verlichte pasja uit Duizend-en-een-nacht. Maar van al die zinnenprikkelende beelden uit de jaren van de romantiek is niets meer overgebleven. Ook niet van de harem zoals Süleyman die kende. Het grootste deel van de haremvertrekken werd in 1665 in de as gelegd door een uitslaande brand. Datgene wat nu is te zien, is, op een enkel vertrek na, de vrucht van de nieuwbouw die in 1668 werd beëindigd. Lonkende ogen en de bedwelmende geur van oriëntaalse parfums van de concubines hebben plaatsgemaakt voor de droge uitleg van de gidsen en het geklikklak van de camera’s van de toeristen die groepsgewijs door de haremvertrekken worden geloodst. Bij de toegangspoort, die vroeger werd bewaakt door de gevreesde zwarte eunuchen, doen onverschillig kijkende controleurs hun werk. De haremvertrekken zijn leeg en steriel maar getuigen nog steeds van een oog­ verblindende binnenhuisarchitectuur. Kamer na kamer, zaal na zaal, salon na salon,

Turkse vrouwen na een bezoek aan de haremvertrekken in het Topkapı-paleis.

‘Het is de fantasie over wat zich in de harem afspeelde die een toegevoegde waarde heeft’‘

gangen, toiletten, fonteinen, het is een door­ lopende confrontatie met hoogtepunten uit de Osmaanse bouwstijl. Blauwe tegels en rode tulpen­keramiek uit İznik, groene tegels uit Kütahya, keramiek uit Spanje, op Delfts porselein gebaseerde kleuren en motieven, marmer uit Egypte, decoratievarianten uit verschillende eeuwen variërend van Duitse en Oostenrijkse rococo tot Franse barok, imponerende kroonluchters, classicistische pilaren, fantasievolle fonteinen, sierlijke haardvuren en nissen, schitterende koepels en tapijten, met elegante Koranteksten gesierde tegeltableaus, karmijnrode wandvlakken met goudkleurige fantasiereliëfs, het duizelt mij, deze overdaad aan abstracte decoratiekunst. Geometrie is hier tot schone kunsten verheven. En nergens ook maar één portret of afbeelding zoals we dat gewend zijn in Europese paleizen en kastelen, uitgezonderd enkele landschappen in één van de zalen die onder invloed van het Franse roman­ticisme werden gedecoreerd. Het is de fantasie over wat zich daar afspeelde die een toegevoegde waarde heeft. Yahya Kemal Beyath (1884-1958), een alom

geprezen dichter, die van 1929 tot 1932 Turks ambassadeur was in Madrid en nadien werd uitgewezen uit zijn geboorteland toen Atatürk aan de macht was gekomen, verwoordde dat magistraal. In één van zijn kronieken benadrukte hij het vrouwelijke element van de harem: ‘Al bij het eerste bezoek voel je dat het Topkapı-paleis niet mannelijk maar vrouwelijk is. De honderden met elkaar verbonden salons en kamers vormen een hemel van lichamen en huid. Slavische meisjes met een figuur als een standbeeld, blond haar en blauwe ogen, Griekse meisjes met ogen zo zwart als steenkool, Latijnse meisjes met ogen als hazelnoten’. Lyrische woorden van een Turkse diplomaat die alleen maar wilde aangeven dat de harem de belichaming is van het gehele Topkapı-paleis.

Boek De kronieken zijn bewerkingen van passages uit het boek van journalist Henk Boom over het leven van sultan Süleyman dat uitgeverij Athenaeum dit najaar onder de titel De Grote Turk op de markt brengt.

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 55


tulpia reizen tekst en fotografie sabri varan  vertaling en bewerking tuncay Çinibulak

linkerpagina boven Theeplantages bij Rize. onder De verzamelde theeblaadjes gaan straks naar de fabriek. boven Het thee verzamelen is voorbij.

Leven op...

schoot bij Moeder Natuur Onze fotograaf Sabri Varan reisde 1800 kilometer langs de Zwarte Zee. Door ‘Turks Zwitserland’, al is dit deel toeristisch nog steeds een blinde vlek. Varan verbleef er dagenlang, sprak met de gastvrije bevolking en raakte verrukt door de schoonheid van de theeplantages. “Hier leidt de tijd haar eigen leven. Ik ontwaakte uit een droom.” 56 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 57


R

ize is een van de mooiste steden in het noorden van Turkije. De busreis vanuit Istanbul duurt ongeveer 22 uur. In die tijd leg ik zo’n 1800 kilometer af. Onder­weg zie ik groene gebergten en afgelegen dorpen en stadjes. Het klimaat is vrij vochtig, de ene bui volgt met de regelmaat van de klok op de andere. Rize ligt 75 kilometer ten oosten van Trabzon, tussen bergen en theeplantages. Trabzon zelf was in het verre verleden de hoofdstad van verscheidene rijken. De sporen van Romeinen, Byzantijnen, Pontiërs, Selçuken en Osmanen zijn nog duidelijk zichtbaar. Doordat er diverse etnische groepen hebben gewoond, heeft de bevolking een eigen cultuur ontwikkeld die sterk afwijkt van die in andere delen van Turkije. Als ik het gebied bij de Zwarte Zee, en dan vooral de regio die ik heb bezocht, bondig moet omschrijven, dan zou ik zeggen: dicht bebost, woeste en mistige gebergten, frisse en snelstromende beken, groene hoogvlaktes, prachtige theeplantages en kuuroorden. De kleuren en geuren van de bergen en bossen maken deze regio tot een echt wonder. In Rize leven de mensen in vrede met de natuur en daar zijn ze dus erg zuinig op. De bewoners van Rize en andere steden in de regio zeggen dat zij op de schoot bij Moeder Natuur le-

58 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

Vissers bereiden zich voor op het seizoen.

Traditionele vrouwen maken eten klaar. rechts De schattigste serveerster van Rize.

ven en dat zij elkaar daarom goed verzorgen. Ik heb de dorpen Azaklı Ahmet Hoca en Çaycılar, theeplantages en een theefabriek bezocht. Mij wordt verteld dat maar liefst vier keer per jaar theebladeren worden geoogst. De directeur van de fabriek ontvangt mij hartelijk, maar als ik mijn camera pak laat hij weten dat fotograferen verboden is. Hiervoor is toestemming van de overheid in Ankara nodig. Er is weinig bekend over het verleden van Rize. Wel is bekend dat bewoners al 2000 jaar voor Christus leefden van landbouw en veeteelt. De vroegste teksten over Rize stammen uit 700 jaar v. Chr. In die dagen werden reisverhalen van zeelui opgetekend en dan met name hun ervaringen met andere culturen. Het gebied werd in de loop der tijden geregeld onder de voet gelopen door vreemde volkeren als Kimmer, Meden en Perzen. Honderd jaar voor Christus kwam Rize in handen van de Parthen en tien jaar later werd het gebied ingelijfd bij het Romeinse rijk. Doordat er een belangrijke handelsroute naar Iran door de streek liep, waren oorlogen schering en inslag, onder anderen met de Byzantynen en Sassaniden. Na 1071 werd de regio veroverd door de Selçuk Turken, die de heerschappij weer

moesten afstaan aan de Byzantijnen. In de nasleep van de kruistochten kwam het hele gebied onder het Grieks/Pontische imperium van Trabzon. De verovering van Istanbul in 1453 maakte een einde aan alle machtswisselingen en sindsdien valt Rize onder Turkse heerschappij. Alhoewel, op 9 maart 1916 namen de Russen de stad in, maar die moesten hun nieuwe gebied twee jaar later alweer afstaan aan de Turken. Na de vrijheidsoorlog van Atatürk kreeg Rize de status van hoofdstad van een onafhankelijke provincie. De aanhoudende oorlogen en economische crises deden het gebied sterk verarmen, en veel inwoners trokken naar andere delen van Turkije. Om het tij te keren, besloot Atatürk in dit gebied thee­ plantages aan te leggen. Voordat in 1921 de republiek werd gesticht, dronk men in Turkije vooral koffie. Dat maakte het land afhankelijk van de invoer uit Arabische landen, lees Yemen. Atatürk wilde twee vliegen in één klap slaan; het gebied economisch gezond maken en de dure import van koffie uit Yemen een halt toeroepen. Het hele gebied van de Zwarte Zee kreeg een nieuwe bestemming: het verbouwen van thee. Sindsdien zijn hazel­noten en thee de voornaamste exportproducten van dit deel van Turkije.

Toch bleef de economische bloei lang uit. Vanaf 1951 vergrootte men geleidelijk aan het areaal waarop thee werd aangeplant en bovendien kregen de boeren meer staatssteun. Vandaag de dag ligt 60 procent van alle Turkse theeplantages in de provincie Rize; bijna alles wat er groen is, is een theestruik. Kenmerkend voor dit gebied zijn verder de

‘Als het maar even kan, beginnen de mensen te dansen en te zingen’ groepsdansen (horon), de lokale viool (kemençe) en de swingende muziek. Waar ik ook kwam, hoorde ik die typische muziek uit het gebied van de Zwarte Zee. En als het maar even kon, begon men te dansen en te zingen, bijvoorbeeld tijdens de werkpauzes op de plantages. De mensen uit deze streek zijn erg solidair met elkaar en daardoor vaak behoorlijk conservatief. Zij willen er alles aan doen om hun cultuur te behouden Tulpia / jaargang 05 / nr 17 59


Hoewel Nederland een van de dichtstbevolkte landen ter wereld is, is de bevolking niet evenwichtig over het land verspreid: de meeste mensen wonen in de Randstad. Van hen woont verreweg het merendeel

Rize, gezien vanaf de heuvel

in Zuid-Holland: 3,5 miljoen. De provincie kent echter nog volop open en hun gebied niet nog een keer ten prooi te laten vallen aan andere mogendheden. Misshien is dat een reflex, aangeleerd in een geschiedenis van duizenden jaren. Men wil de baas blijven over de eigen thee en de eigen cultuur. Hoewel het toerisme nog op een laag pitje staat, is er voor bezoekers uit binnen- en buitenland veel te beleven. Er zijn volop recreatiemogelijkheden, onder meer in de Kaçkar, het op drie na hoogste gebergte van Turkije. Klimmers komen hier volop aan hun trekken, maar je kunt ook kiezen voor een jeepsafari of raften. Wie het rustiger aan wil doen, bezoekt een festival of concert. In de streek is het eten voortreffelijk. Alle groenten kun je zo uit de tuin plukken, maar ook vlees, melk en yoghurt worden lokaal geproduceerd. Verser kan het niet. Het is bijvoorbeeld heerlijk om de beroemde Anzerhoning met koude yoghurt te mengen en die vervolgens ergens in de schaduw op te gaan eten. De tijd staat hier stil; je zit hier inder­ daad op schoot bij Moeder Natuur. Je kunt hier zelfs een paar dagen van zelfgeplukte vruchten uit de natuur leven, zonder ook maar een dorp gezien te hebben. Rize is een droom waar ik helaas uiteindelijk toch weer uit ontwaken moet. 60 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

Ik eindig mijn reis met een gedicht:

Bir gün çay içmezsem tutar ısıtma Hem de bana dersin doktora gitme Takdirin bu diye iftira etme Derdime ara bir çare oğul

Als ik een dag geen thee drink, Maakt de pijn zich van mij meester En je zegt tegen mij: ga toch niet naar de dokter Zeg niet dat dit godsbesluit, mijn lot is Verlos mij van dit lijden, mijn allerliefste.

ruimte en groen, want in de ring van grote steden ligt het Groene Hart. In de derde aflevering van de serie ‘Wandelen met Kyra Kuitert’ trekken we langs weilanden, knotwilgen, molens en boerenhofsteden.

W

at valt er allemaal te ontdekken in het landschap van ZuidHolland? Uiteraard is er de kuststrook waar het aan het strand en in de duinen goed toeven is. In het voorjaar zijn er de kleurrijke bollenvelden, rondom het wereldberoemde bloembollenpark De Keukenhof bij Lisse. Als je hier in het voorjaar rondfietst, raak je bedwelmd door de bloemengeuren. In het noorden van het Groene Hart liggen de Hollandse Plassen, ontstaan door vervening en turfafgravingen. Hier wordt al sinds lange tijden volop watersport bedreven. Van een verstilde schoonheid zijn de oude polders van de Lopikerwaard, de Alblasserwaard en de Krimpenerwaard. Langs de rivieren vindt u vaak prachtige, traditionele boerderijen, veelal omringd door mooie tuinen en oude boomgaarden. In de

hele provincie ligt een goed onderhouden netwerk van fietspaden waarover u schitterende tochten kunt maken. Maar ook te voet en zelfs per kano is er veel te genieten. Dit keer nemen we u mee op onze wandeling dwars door het Groene Hart. We beginnen in het dorpje Maasland; met de auto nog geen twintig minuten rijden vanaf Rotterdam. Vanaf de afslag A20 nemen we de afslag Maasland en we parkeren de auto op de parkeerplaats bij de voormalige veiling. Daar recht tegenover, langs de doorgaande weg, staat een plattegrond van het dorp en de omgeving. We lopen langs het Trek­ kadepad de bewoonde wereld uit. Maar eerst passeren we nog een aantal fraai gelegen villa's. Dat is niet verrassend als je weet dat in Maasland verhoudingsgewijs het grootste aantal miljonairs van Nederland woont. Tulpia / jaargang 05 / nr 17 61

DOOR Kyra Kuitert  fotografie Carolien van den Handel

in het Groene Hart van Holland

tulpia reizen

A fwisseling troef...


Het pad wordt met pijlen aangegeven.

Het voetpad volgt de oever van de Noordvliet. Aan onze rechterhand zwemmen meerkoeten en daarachter wuift het riet. De rietvelden zijn beschermde natuurgebieden waar veel vogels broeden. Om ze goed te houden moet het riet met regelmaat worden gesneden. Het afgesneden riet wordt van oudsher gebruikt om daken van boerderijen mee te dekken. Deze daken zijn duur en een verzekering afsluiten voor zo’n brandbaar dak is zo goed als onbetaalbaar. Er zijn dan ook nog maar weinig rietdekkers over in Nederland. Links van ons ligt op een lager niveau het fietspad en daarachter eindeloze weilanden. Als er al een einde aan is, dan wordt die bepaald door de verre skyline van enerzijds Den Haag en Delft en anderzijds Rotterdam en Schiedam. Zolang je net doet of je die verre flats niet ziet, waan je je in een ruig niemandsland in plaats van in het hart van de Randstadmetropool. Een herfstwind steekt op en wij zetten er flink de pas in. Na circa 2,5 kilometer komen we bij een romantisch bruggetje waar in de zomermaanden een pontje vaart naar 62 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

Het karakteristieke landschap van het Groene Hart.

de tegenovergelegen jachthaven en cafeetje. Helaas vaart het pontje niet en moeten we lopend verder langs de oever van de Vliet. Aan het eind slaan we linksaf en volgen zo goed mogelijk het water langs de Duifpolder. We passeren een wild blaffende hond en twijfelen even of we hier goed gaan; het lijkt of het pad ophoudt op het erf van een boerderij. We lopen echter door en komen bij een hek, waar speciaal voor wandelaars een mooi overstapje is gemaakt. Autoweg en fietspad buigen af van het voetpad en nu hebben we het rijk voor ons alleen. We struinen langs graspollen en maken groepen eksters aan het schrikken die met veel gesnater vlak voor ons opvliegen. We passeren enkele klaphekken, een gemaal en een doe-het-zelfpontje (leuk voor kinderen!). Na enkele kilometers komt de oude spoorbrug van Schipluiden in zicht. Wie wil kan het talud van de brug op en linksaf het fietspad over dit voormalige spoortracé volgen tot in Maasland. Wij lopen echter de brug over, de trap aan de andere kant weer af en volgen het water tot in het romantische oude centrum van Schip­ luiden waar we ons in een van de twee cafés

‘We struinen langs graspollen en maken groepen eksters aan het schrikken‘

de warme chocolademelk goed laten smaken. Terug de spoorbrug over volgen we het rustige fietspad naar Maasland. Onderweg passeren we twee oude en fotogenieke molens. We blijven de hele tijd links van het water; in de dorpskern van Maasland zijn de roodwitte bordjes behulpzaam om de weg te vinden. Deze bordjes markeren overigens in heel Nederland de langeafstandswandelroutes. Door zo goed mogelijk het water te volgen (en ach, een beetje dwalen in dit prachtige dorp blijkt ook geen straf) komen we uiteindelijk weer terug bij het Trekkadepad. Daar aangekomen begrijpen we waar de naam Trekkade vandaan komt. Groente uit het Westland en vis uit de haven van Maassluis werden met boten naar het achterland vervoerd, waaronder ook naar de oude stad Delft. Dat ging vaak zeilend. Maar bij windstil weer of als de wind verkeerd stond, werden deze zwaarbeladen schuiten vanaf de kant getrokken. Meestal per paard, maar soms ook door mensen! Wij zijn na deze verrassende wandeltocht van circa 18 kilometer best een beetje moe, maar in dat perspectief gezien is het een zeer relaxte wandeling geweest…

Geschiedenis van het Groene Hart Het eerst vestigde de mens zich in het Groene Hart op de hoger gelegen oeverwallen van de vele rivieren. Vanaf de tiende of elfde eeuw begon men de zompige veengebieden eromheen te ontginnen. De ontginning vond meestal plaats volgens een strak schema met als ontginningsbasis de bestaande rivieren en stromen, van waaruit in lange smalle stroken werd verkaveld. Als je nu met de auto of de trein door Zuid-Holland rijdt herken je ongetwijfeld op veel plaatsen de lange smalle kavels met sloten ertussen voor de ontwatering. Vanaf de start van de ontginning moest de mens zichzelf en zijn landerijen verdedigen tegen het wassende water met kaden en dijken. Het water is ook nu nog een alomtegenwoordig element en molens herinneren ons aan de tijd dat grote delen van het gebied met behulp van windkracht van water moest worden vrijgehouden.

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 63


SERVICEPAGINA

De strijd van een Turkse autist

Het veer van Istanbul Per veerpont over de Bosporus – zo pendelden schrijfster Irene van der Linde en fotografe Nicole Segers tussen de beide oevers van Istanbul, gedurende een politiek turbulent jaar. Segers blikt vanaf de boot over het water, zet voet aan wal en onderzoekt de betekenis van de grens die twee werelddelen scheidt. Van der Linde volgt de levens van uiteenlopende stadsbewoners in een verwarrende realiteit. Net als de veerpont bevindt Turkije zich tussen twee continenten. Vaart het land richting Europa, of

Een vorstelijk voorland

Verlegenheid, verwendheid en de cultuur. Aan het gedrag van de jonge Birsen Başar werd pas heel laat het etiket autisme gehangen. De 24-jarige heeft haar ervaringen nu opgeschreven. Ze is van Turkse komaf, maar haar wieg stond vierentwintig jaar geleden in het hart van het oerNederlandse Breda. Haar jeugd was niet zonder problemen, maar wat wil je als je autistisch bent en niemand in je omgeving dat in de gaten heeft? Hoeveel hobbels en barrières vind je dan wel niet op je pad en wat moet je niet allemaal overwinnen? We moeten daarbij wel eerlijk zeggen dat autisme iets is dat onder Nederlandse allochtonen veel minder bekend is dan onder de autochtone bevolking. Mede om die reden hebben Birsen Başar en haar ouders en familieleden lang in het duister getast over wat er met dit meisje ‘aan de hand’ was. Er bestaan namelijk enorm veel misverstanden over autisme waarvan we er een paar noemen: autisten zijn heel erg in zichzelf gekeerd, hebben geen oog voor hun omgeving, kunnen niet met mensen omgaan,

64 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

zijn niet in staat om een opleiding te volgen of om te werken. Mis, mis, mis en nog eens mis. Aan de telefoon heb ik een uiterst kordate dame die goed van de tongriem gesneden blijkt en een hoge opleiding afgerond heeft: hbo management, economie en recht aan de Avans Hogeschool in Breda. Een doorbijter van het zuiverste water want ondanks alle moeilijkheden heeft ze haar hboopleiding afgemaakt. Sinds haar 15de blijkt Birsen al op zoek naar hulp, en de diagnose autisme werd heel laat gesteld. Voor die tijd werd haar ‘andere gedrag’ nu eens toegeschreven aan verlegenheid en dan weer aan verwendheid. Dat laatste vooral wanneer ze niet ‘gehoorzaamde’. De psychiater zocht de oorzaak aanvankelijk in de ‘cultuur’. Autisme brengt problemen met zich mee, dat valt moeilijk te ontkennen. Zo vindt Birsen het erg moeilijk om contact te maken met mensen en om deze contacten te onderhouden. Op school vond ze geen aansluiting bij Turkse groepjes en ze viel verder ook buiten de boot. Maar ze had veel baat bij therapie en trainingen,

vooral in assertiviteit. Ook nu nog leert ze steeds nieuwe sociale vaardigheden aan. Bij sollicitaties maakte ze er geen geheim van dat ze autistisch was. Dat kwam haar steevast te staan op een botte afwijzing. In augustus 2008 begon ze aan een re-integratietraject bij de gemeente Breda op het subsidiebureau. Hieruit rolde een betaalde baan die ze nog steeds heeft. Met lotgenoten, zoals jongvolwassenen met autisme en ouders met een kind met autisme uit Nederland en Turkije, onderhoudt ze contacten via het internet zoals via MSN en Facebook. Birsen heeft daarnaast haar ervaringen over autisme op schrift gesteld. Doel is om anderen in staat te stellen van binnenuit een beeld te krijgen van de belevingswereld en specifieke problemen van een autist. Daarnaast kan het boek volgens haar een belangrijke bijdrage leveren aan begrip voor autisten in eigen, dat wil zeggen ‘allochtone’, kring. Misschien zijn Turken en Marokkanen, die relatief minder bekend zijn met het verschijnsel autisme en daar vaak een verkeerd beeld van hebben,

eerder bereid naar het verhaal van een Turkse te luisteren. Om mensen met haar eigen achtergrond te bereiken, heeft ze haar boek in het Turks geschreven en pas daarna voor een Nederlandse versie gezorgd. De Turkse versie verschijnt in april 2010 in Turkije. Op 1 september volgt de Nederlandse versie in Nederland en België. Daarnaast geeft Birsen al langere tijd voorlichting over autisme. Zo hield ze 3 november 2009 een presentatie op de Avans Hogeschool, waar ze zelf tussen 2003 en 2007 op zat. De strijdbare Birsen Başar wil namelijk in geen geval nog langer onzichtbaar zijn in de Nederlandse samenleving. Birsen Başar had veel baat bij therapie en trainingen, vooral in assertiviteit Door Frans Jeursen Birsen Başar: Ik wil niet meer onzichtbaar zijn

Hij stamde uit een regentenfamilie uit het Noord-Hollandse Hoorn, maar in plaats van te kleven aan het regeringspluche monsterde Gerard Hinlopen in 1670 als luxepassagier aan op een groot oorlogsschip dat koers zette naar het Ottomaanse Rijk. Zijn verslag van deze tocht leest als een spannende avonturenroman. Reizen was in die tijd zonder meer een waagstuk. Piraten, een nacht in de gevangenis in Livorno, een bezoek aan Izmir en Istanbul en wat al niet meer. Hinlopen beschrijft zijn reis en lotgevallen met humor en zwier. Het beeld dat hij van het Ottomaanse Rijk schetst is echter

Bekentenissen De bestsellerschrijver JeanJacques Rousseau was in zijn tijd een publieke figuur, over wie veel praatjes de ronde deden. Zijn reactie op die praatjes was geniaal: in zijn Bekentenissen gooit hij zijn hele hebben en houden op straat, met een openhartigheid die daarvoor nooit vertoond was en ook nu nog verbazing wekt: hij gaat geen

zal het toch de andere kant op gaan? Steeds meer Europeanen vinden dat Turkije buiten de Europese Unie valt en zij beroepen zich daarbij op de Bosporus: daar ligt voor hen de grens, want daar begint Azië – en de islam. In Turkije zelf ligt dat anders. Daar zijn het juist conservatieve islamieten die toenadering zoeken tot het Europese continent, terwijl westers georiënteerde seculieren zich ervan afkeren: zij zien in Europa geen bondgenoot meer. Of zoals een neef van Melda het zegt: ‘Turkije is als een schip dat naar het westen vaart, terwijl de mensen op het schip naar het oosten lopen’.

Irene van der Linde & Nicole Segers: Het veer van Istanbul. Ontmoetingen langs de Bosporus Uitgeverij Lemniscaat Prijs: € 37,50 www.lemniscaat.nl

nauwelijks objectief te noemen. Hij had met het boek dan ook andere doelen. De Nederlander wilde het despotisch geregeerde rijk als afschrikwekkende voorbeeld stellen voor de Nederlandse republiek. De raadspensionaris Johan de Witt werd in 1672 vermoord en stadhouder Willem III van Oranje nam het roer over. Dat was niet goed voor de niet prins- maar staatsgezinde familie van Hinlopen. In zijn reisverslag geeft hij een beeld van waar het bewind van Oranje als snel toe zou kunnen leiden. Wie verre landen van nabij wil zien en beleven zal – ondanks de ‘gekleurdheid’ van dit reisverslag uit een andere tijd – genieten.

Een vorstelijk voorland Ondertitel: Gerard Hinlopen op reis naar Istanbul (1670-1671) Ingeleid en geannoteerd door Joris Oddens Gebonden, 272 pagina’s, € 29,95 Uitgeverij Walburg Pers ISBN: 9789057306020

enkel pijnlijk of intiem detail uit de weg, zijn boek is wel het tegendeel van een zelfverheerlijking. Jean Jacques (1712-1778) werd in Frankrijk componist en schrijver over muziek. Hij werd wereldberoemd met zijn liefdesroman Julie en zijn opvoedingsroman Émile ; zijn hoge status als denker berust vooral op zijn essays over het maatschappelijk verdrag en over de ongelijkheid tussen de mensen.

Jean-Jacques Rousseau: Bekentenissen Vertaling: Leo van Maris Uitgeverij Athenaeum – Polak & Van Gennep. Prijs: € 39,95 www.uitgeverijathenaeum.nl

Tulpia / jaargang 05 / nr 17 65


Zonneschijn Het is 2006 en in een kamer van een huis in Gorizia, provinciestad op het knooppunt van landsgrenzen, zit Haya Tedeschi te wachten. Ze wacht al zestig jaar. Op haar zoon, die als zuigeling tijdens de Tweede Wereldoorlog is verdwenen. Eind jaren negentig krijgt een Duitse fotograaf van zijn ouders te horen dat hij als kind geadopteerd is. Hij besluit daarop de identiteit van zijn biologische ouders te achterhalen. Het nazi-Lebensbornproject, de jodenvervolging, de vernietigingskampen, de handel en wandel van enkele SS’ers en de

Het Klokkengelijkzetinstituut ‘Waarom zou je schrijven als je niet alles ronduit wilt vertellen...?’ vraagt de hoofdpersoon van de klassiek geworden roman Het Klokkengelijkzetinstituut zich af. Dit ironische en bijtende relaas van een man die voor een immense (maar totaal overbodige) instelling werkt, wordt over het algemeen beschouwd als een van de belangrijkste Turkse romans uit de twintigste eeuw. Hayri Irdal is als kind al gefascineerd door klokken. Hij is geboren vlak voor de eeuwwisseling in Istanbul en leidt een onopvallend leven in een kleinburgerlijk milieu. Maar dan ontmoet hij Halit Ayarci,

geschiedenis van het stadje Gorizia op de grens van Italië en Joegoslavië – West- en Oost-Europa: al deze thema’s vervlechten zich in deze indrukwekkende documentaire roman, die de overtuigingskracht van historische documenten paart aan een geweldige, lyrische verbeeldingskracht.

Daša Drndić: Zonneschijn Vertaling: Guido Snel Uitgeverij De Geus Prijs: € 24,90 www.degeus.nl

Zodra u ze opzet, merkt u het verschil. BOSE audiohoofdtelefoons. ®

Daša Drndić (Zagreb, 1946) schreef romans, verhalenbundels en hoorspelen. Zonneschijn kreeg internationale erkenning en wordt in meerdere landen vertaald. Drndić doceert Engelse letterkunde aan de Universiteit van Rijeka in Kroatië.

een flamboyante man met een idee, en zijn leven raakt in een stroomversnelling. Halit nodigt hem uit te gaan werken voor het op te richten ‘klokkengelijkzetinstituut’, een prestigieuze onderneming die zich erop toelegt alle klokken in Istanbul gelijk te zetten. Het Klokkengelijkzetinstituut is een satire op het snelle proces van modernisering dat Turkije na de stichting van de republiek onderging. Het toont de botsing tussen de oude waarden van het Osmaanse rijk en die van het nieuwe Turkije, dat verwestersing nastreeft. Hoe belangrijk is ons verleden eigenlijk, hoe succesvol kan vernieuwing zijn?

Ahmet Hamdi Tanpınar: Het Klokkengelijkzetinstituut Vertaling: Hanneke van der Heijden Uitgeverij: Athenaeum-Polak & Van Gennep. Prijs: € 32,50 www.uitgeverijathenaeum.nl

BOSE on-ear hoofdtelefoon ®

BOSE around-ear hoofdtelefoon ®

Dromen over Sterrobijn en de Bohdiboom Maia’s droom neemt de lezer mee naar een ver land, zo’n land waar iedereen wel eens van droomt. De natuur is er prachtig, de dieren kunnen praten en er zijn grote kostbaarheden te vinden. Zo vindt Maia in haar droom Sterrobijn en de Bodhiboom en leert ze het verhaal achter deze schatten kennen.

Maia’s droom Illustraties: Feeroozeh Golmohammadi Tekst: Tatiana en Rafael Bellavita Uitgeverij De Vier Windstreken Prijs € 14,95 www.vierwindstreken.com

®

BOSE audio hoofdtelefoons kenmerken zich door uitmuntende prestaties, opmerkelijk bereik en lichtgewicht pasvorm. Kies een on-ear, around-ear of in-ear ontwerp en hoor het verschil dat de technologie van Bose maakt.

BOSE on-ear hoofdtelefoon biedt kwaliteitsgeluid in een comfor tabel, compact en lichtgewicht ontwerp. Een compacte hoofdtelefoon met weergaloze helderheid en een verbluffend bereik. De opvouwbare hoofdband zorgt voor subliem meeneemgemak.

BOSE in-ear hoofdtelefoon zorgt voor levensecht geluid dat rijk en realistisch klinkt. De drie formaten siliconen oordopjes zorgen ervoor dat uw hoofdtelefoon altijd perfect past.

Ook verkrijgbaar als BOSE Mobile on-ear hoofdtelefoon in combinatie met ontvangst van mobiele telefoongesprekken.

®

Maia’s Droom

BOSE in-ear hoofdtelefoon

®

®

®

BOSE around-ear hoofdtelefoon koppelt uitmuntende geluids-prestaties aan comfortabele pasvorm. De technologie van Bose zorgt voor levensecht geluid met bekroonde helderheid en bereik. ®

Ook verkrijgbaar als BOSE Mobile in-ear hoofdtelefoon in combinatie met ontvangst van mobiele telefoongesprekken. ®

Thuis. Op het werk. Onderweg. Maak kennis met Personal Audio van Bose. ®

Bel 0299 390290, bezoek www.sounddock.nl, of ga naar uw geautoriseerde BOSE Personal Audio-dealer. ®

66 Tulpia / jaargang 05 / nr 17

®


www.turkishairlines.com

www.goturkey.com Turks Nationaal Verkeersbureau Tel: (070) 346 99 98 Fax: (070) 364 44 68 info@welkominturkije.nl


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.