Oudorp Door de jaren heen

Page 1

Ontdek alles wat je nog niet wist!

p or d Ou Door de jaren heen

Een uniek verzamelalbum


Beste Oudorpers, Met veel trots presenteren wij het ‘Historische verzamelalbum Oudorp’ voor alle Oudorpers en klanten van Albert Heijn Oudorp. De familie Van de Voort heeft veel betekend voor de ontwikkeling van het nieuwe winkelcentrum. Een mooi centrum met goede winkelformules die elkaar allemaal versterken. Het is mooi om te zien dat de meeste medewerkers ook uit Oudorp komen. Iedereen werkt onwijs hard en er is veel betrokkenheid bij onze klanten. Om deze reden hebben wij het initiatief genomen om, in samenwerking met het Regionaal Archief Alkmaar en de Stichting Historisch Oudorp, een historisch bewaaralbum samen te stellen over Oudorp, ons mooie dorp met een rijke historie. Bij €10,- aan boodschappen ontvangt u een set met vier historische plaatjes. Zo kunt u tijdens de actieperiode (september – oktober) plaatjes sparen om uw album Historisch Oudorp compleet te maken. Tegelijkertijd starten wij een ‘mokkenactie’: een serie van zes mooie koffiemokken met een herkenbaar beeld van Oudorp. Kosten vier euro per mok en voor de complete serie van zes mokken betaalt u € 20,-. Eén euro per mok komt ten goede aan de Stichting Historisch Oudorp. Ik wil de werkgroep nadrukkelijk bedanken voor hun werk: Joop Duinmeijer, Dick Veel en Martin van Hooff voor hun unieke prestatie om 31 onderwerpen te selecteren (met foto’s en teksten) en te bewerken. Alle hulde voor deze mannen met een voorliefde voor historisch Oudorp. Voorts wil ik de Tomorrow Marketing & Sales Services bedanken voor de vormgeving van dit album, John van den Oord voor de coördinatie van het proces, wethouder Christiaan Braak voor het schrijven van het voorwoord en voorts iedereen die een bijdrage heeft geleverd. Veel plezier met het sparen van de historische plaatjes en mokken van Oudorp! Namens Albert Heijn Oudorp, Robin de Goede, ondernemer.

2

Albert Heijn Oudorp


Beste spaarder, Oudorp, een prachtig dorp vol historie. Dat ziet en voelt u als u er doorheen wandelt of fietst en kunt u ook mooi zien in dit boek. Het maakt u extra bewust van onze prachtige omgeving en geschiedenis daarvan. Dit boek neemt u mee in alle kennis van de Stichting Historisch Oudorp. Het is leuk om wat meer te weten over uw eigen leefomgeving. Als we zien wat we in het verleden deden, snappen we beter waarom we nu doen, wat we doen. En natuurlijk zorgt het verleden voor het unieke karakter. In Oudorp zijn veel mooie historische plekken. Plekken die inspireren en ons laten zien hoe het er vroeger aan toe ging. Denk aan de molens en de historische boerderijen en het prachtige landschap. Maar niet de hele geschiedenis is zichtbaar in Oudorp. Een deel van de geschiedenis is vooral onder uw voeten. Tijdens archeologisch onderzoek zijn er sporen uit de Bronstijd gevonden. Dat betekent dat die sporen misschien wel 5000 jaar oud zijn! Oudorp was een belangrijke plaats voor de Hollandse Graven. Kasteel de Nieuwburg, kasteel de Middelburg en de Munnikenweg zijn mooie voorbeelden uit die tijd. Maar ook in 1573, tijdens de bezetting door Spanjaarden, heeft Oudorp een rol gespeeld. Dit boek opent als het ware onze ogen en leert ons naar Oudorp te kijken door een historische bril. Dat maakt het voor iedereen een mooi en leerzaam boek. Ook voor de jongeren onder ons. Ik wens u veel lees- en kijkplezier! Christian Braak Wethouder cultuur Gemeente Alkmaar

3


1

2

De metalen bankjes met tekst langs de Omringdijk. Ingekleurde kaart van S. Eikelenberg Vronergeest rond 1300.

3

Oudorp aan zee

Kaart van Antonis Metius 1624 met nog een onbedijkte Schermer en Heerhugowaard.

Je zou het niet zeggen, maar Oudorp heeft wel degelijk aan

later Sint Pancras en aan de zuidkant Aldenthorf of Oudthorp,

zee gelegen. Nou ja aan zee, maar het was wel zeker open

het latere Oudorp. In oude geschriften wordt vóór het jaar

water. Zoals bekend is Oudorp op een zandrug gebouwd, of

1000 Aldenthorf al genoemd. Oostelijk van Oudorp lagen de

noem het een duin of nol. Door de beweging van de zee en

meren Schermeer (Schermer), de Waert (Heerhugowaard), de

de stormen is de zeebodem aan land gespoeld. Zandduinen

Beemster en de Wormer. Al die meren stonden rechtstreeks

begonnen zich te ontwikkelen, zo ook aan de noordwestelijke

in verbinding met de Zuiderzee. Het water bij Oudorp had

kustlijn van ons land. In de loop van tientallen eeuwen

via de Zuiderzee te maken met wisselende waterstanden.

hebben zich langgerekte duinen ontwikkeld, waarop kleine

De Zuiderzee raakte, toen in 1932 het laatste gat van de

nederzettingen met bewoning ontstonden.

Afsluitdijk werd gedicht, de eb-en-vloed-situatie kwijt en werd het IJsselmeer.

Aan de rand van zo’n duin werd op de vochtige grond

4

landbouw en veeteelt bedreven waar vaak, door overstroming,

Net als in veel plaatsen in Noord-Holland beschermden de

een streep door de oogst gehaald kon worden. Zo ontstond op

bewoners hun have door dijken te bouwen tegen het wassende

de noordkant van de Vronergeest het dorp Vroonloo of Vrone,

water. Door de vele stormen werden de dijken stukgeslagen


4

Detail uit de kaart West-Friesland rond de 13e eeuw van W.J. Hofdijk (1865).

5

Grenspaal aan de West-Friese Omringdijk.

6

Kerk- of Kippenbrug over het kanaal Alkmaar Kolhorn.

7

Wegmarkering op de Frieseweg van de West-Friese Omringdijk.

en overstroomde het achterland. In de dertiende eeuw

Wuiver nog een overblijfsel uit die tijd, toen de vrouwen van

kwamen veel plaatsen in Noord-Holland overeen om de dijken

de vissers hun mannen uitwuifden. Op oude kaarten staat

op elkaar aan te sluiten en zo ontstond West-Friesland met

’t Wuiver steeds ingetekend. In 1633 werd de Waert (nu

zijn West-Friese Omringdijk waarvan Oudorp de zuidelijkste

Heerhugowaard) drooggemalen en in 1635 ook de Schermer.

plaats binnen de dijk is. Het grootste gedeelte van de West-

Dat was het moment dat Oudorp niet meer aan open water lag,

Friese Omringdijk is heden ten dage nog steeds intact. Op

maar wel rondom in het water. Vanaf de Ambachtsdijk kwam

verschillende plaatsen op het wegdek van de Frieseweg is een

er een smalle voetgangersbrug over de Schermerringvaart

ringvormige tekst aangebracht en zijn er langs de dijk metalen

naar de Schermerdijk. Via deze voetgangersbrug, de Kerk- of

banken met teksten geplaatst.

Kippenbrug geheten, konden kerkgangers uit de Schermer via ’t Wuiver de kerk van Oudorp bereiken.

Oudorp maakt deel uit van het Geestmerambacht. Daarom werd het oostelijke gedeelte van de Omringdijk bij Oudorp Ambachtsdijk genoemd. ’t Wuiver liep van het dorp in oostelijke richting naar de Ambachtsdijk. Mogelijk is de naam van ’t

5


r e ld o p e d in n te h rc u b n e r e st o lo K In de dertiende eeuw had Graaf Willem II het maar moeilijk om de West-Friezen eronder te krijgen. In de winter van 1256 deed hij met zijn leger weer een inval in WestFriesland. Dat was geen makkelijke opgaaf in de kou en bij het oversteken van het bevroren water zakte Willem met paard en al door het ijs. De West-Friezen vermoordden Willem, namen zijn lichaam mee en begroeven hem in Hoogwoud. Toen Willem’s zoon Floris V zijn vaders taken overnam, wilde hij zijn werk voortzetten en zijn vader wreken. Floris heeft in 1282 de West-Friezen verslagen en de overblijfselen van zijn vader gevonden. Hij bouwde rond die tijd twee dwangburchten bij de Vronergeest: de Nieuwburg en de Middelburg. Beide waren gelegen aan de Heerweg, die nu de Munnikenweg heet. Aan diezelfde weg heeft in de 15e eeuw, tussen de Nieuwburg en de Middelburg, ook nog een klooster gestaan. Het klooster van de Maagd Maria van de berg Karmel. De monniken noemden zich de Karmelieten. Ook wel ‘Onse Lieve Vrouwe broeders’ genoemd. Zij leefden van giften en donaties. Dat die dwangburchten er nu niet meer staan, hebben we mede te danken aan Grote Pier en zijn bende. Volgens de overlevering was hij een enorme Fries met een mansgroot zwaard, die met een bende gespuis de hele kust van Holland afstroopte. De burchten werden met de grond gelijk gemaakt en het klooster moest het na een overstroming ook ontgelden. De ruïnes zijn in de 16e eeuw steen voor steen afgebroken en die stenen werden weer gebruikt om de stadswallen van Alkmaar op te bouwen tegen het geweld van de Spanjaarden.

6

Vanaf die tijd bleef alles wat nog onder de grond lag onzichtbaar tot 1942, toen Renaud opgravingen verrichtte naar de Middelburg. Hij schetste de situatie en verzamelde de archeologische vondsten. Het geheel werd weer afgedekt met zand en dat ligt er nog steeds. In 1970 werd onderzoek gedaan door Cordfuncke naar de resten van de Nieuwburg. Na dat onderzoek is de fundering van dat kasteel zichtbaar gemaakt door op de contouren een wandelpad aan te leggen. Op oude luchtfoto’s waren deze plekken goed zichtbaar en kon men de lijnen van de burchten onderscheiden. In 2019 werd in opdracht van Erfgoed Alkmaar, door Nancy de Jong en Ferry van den Oever van het bedrijf Saricon, een geofysisch onderzoek gestart. Dat wil zeggen: een combinatie van geluidsmagnetisme- en radarmetingen, gekoppeld aan navigatie en computer. Een verrassende ontdekking werd gedaan: de Middelburg bleek veel groter dan aanvankelijk werd gedacht. De grootste ontdekking was een barbacane. Dat is een versterkte buitenpost in de vorm van een vestingtoren boven een poort, ter verdediging van de toegang tot het kasteel in de middeleeuwen. Die moest dus de veiligheid van de burcht garanderen. Zo’n barbacane was in Nederland nog nooit ontdekt of voorgekomen. Ook bleek er een plek te zijn waar een kapel moet hebben gestaan en een aanlegplaats voor schepen. Uit onderzoek in de archieven is gebleken dat de voorburcht nog groter moet zijn geweest. Volgens de boekhouding, die bewaard is gebleven, hebben we te maken met een enorme handelsvoorraad. Was die voorraad voor de soldaten? Nancy de Jong is er nog lang niet klaar mee!


8

Tekening van A. Rademaker. Kasteel Middelburg naar de toestand in 1475 met slotgracht en houten brug 1725.

9

Tekening van A. Rademaker. De Nieuwburg met slotgracht 1725.

10

Luchtfoto uit 1930 waarop de contouren van kasteel Middelburg te zien zijn.

11

Luchtfoto van de Halvemaansbrug en omgeving met de contouren van de Nieuwburg 1928.

12

Tekening A. Schoemaker van de Monnikenburg 1725.

13

Tekening A. Rademaker. RuĂŻne van slot Nieuwburg 1725.

14

Overzicht Middelburg na geofysisch onderzoek en vertaald door de computer.

15

Een grondradarbeeld van De Middelburg.

7


De Munnikenweg

8

Halverwege de 13de eeuw werd de Munnikenweg, in opdracht van Floris V, als dijk door de moerassige polder van Oudorp aangelegd om de strandwal van Oudorp (Vronergeest) te bereiken. Via deze dijk werden door Floris V en zijn troepen ‘de Westfriezen’ bestreden. Tevens bouwde hij rond 1280 nog twee dwangburchten, de Nieuwburg en de Middelburg langs deze dijk, waarvan de fundamenten nog steeds onder het maaiveld liggen. Een monnikenklooster gesticht door de Karmelieten, dat aan de zuidzijde van de Munnikenweg stond, is in de 16de eeuw geplunderd en met de grond gelijk gemaakt. Aan deze monniken heeft de weg zijn naam te danken. De stenen van de dwangburchten en het klooster zijn gebruikt om de stadswallen van de stad Alkmaar te versterken. Zo heeft deze weg een belangrijke historische, maar waarschijnlijk ook een archeologische waarde waar uiterst voorzichtig mee omgegaan moet worden. Wat zou er tijdens gevechten tussen de Westfriezen en Floris allemaal achter gebleven kunnen zijn?

strategisch oogpunt in de weg lagen, recht getrokken. Ook de Munnikenbrug die over de Veert lag, welke de Vronermeer en het Zwijnsmeer via de Burchtsloot van de Middelburg verbond, komt dan niet meer op plattegronden voor. In de vijftiger jaren van de vorige eeuw is aan de zuid-westzijde de sloot met bruggetjes naar de huizen verdwenen. En in de tachtiger jaren is de brug aan de oostzijde over de molentocht met zijn prachtige gietijzeren reling weggehaald.

Tussen 1870 en 1879 is de Munnikenweg geplaveid met de zogenaamde kinderhoofdjes en zijn ook de bochten die uit

fietsend Nederland verzot op is.

De Munnikenweg is de hoofdader tussen de boerderijen, de monumentale woningen en het kerkebos met Stroomerlaantje aan de oostzijde. De westzijde wordt geflankeerd door de molen ’t Roode Hert, de boerderij van de speeltuin OKB en de resten van de Atlantikwall. Daartussen bevinden zich de fundaties van de dwangburchten Nieuwburg en Middelburg en mogelijk van het Karmelietenklooster. En niet te vergeten de in Amsterdamse schoolstijl gebouwde lagere school uit 1939. Een ader te midden van een uniek natuurgebied, waar ook


16

Aan de Munnikenweg de in 1939 gebouwde Openbare lagere School De Zeswielen.

17

Langs de Zwijnsmeerpolder loopt de Munnikenweg met contouren van de Middelburg (1920).

18

Toen de oude brug nog over de Molentocht lag en je door de polder naar de stad keek (ca. 1970).

19

De oostkant van de weg met boerderij ‘De Fuik’ op de Herenweg (ca. 1920).

20

De westkant van de Munnikenweg omstreeks 1930.

21

26 maart 2019 werd na bijna 750 jaar de Munnikenweg verheven tot monument.

22

De wielerronde van Noord-Holland maakt al jaren gebruik van de Oudorpse kasseien.

23

Ook de zwanen maken gebruik van de Munnikenweg.

9


De Westfriese Omringdijk West-Friesland was in de 12e eeuw een iets boven zeeniveau

aan de waterzijde bestonden uit dikke ‘muren’ van geperst wier,

liggend gebied. Er woonde een krijgshaftig volk, dat vocht

ondersteund door elzenhout. Later gebruikte men daarvoor

tegen het omringende water en dat regelmatig Alkmaar en

krebbingen van houten steekpalen en kribstenen om de golven

Kennemerland binnenviel. Die invallen liepen bijna altijd

te breken. De paalworm maakte daar rond 1730 echter korte

via Oudorp. Andere begaanbare wegen naar het zuiden

metten mee. Na dit fiasco en de vier zware stormen tussen

waren er toen nog niet. Geen wonder dus dat Willem II

1717 en 1776 paste men vaker steen toe om de zeedijken te

en zijn zoon Floris V in Oudorp de kastelen Nieuwburg en

verzwaren. Een dure maar noodzakelijke oplossing.

Middelburg bouwden als dwangburchten tegen de WestFriese strooptochten. Pikant detail: Alkmaar behoorde tot het

Polders en de afsluitdijk

graafschap Holland en Oudorp maakte officieel deel uit van

Aan het eind van de 16e eeuw en vooral in de 17e eeuw,

West-Friesland.

legde men veel meren droog en werd buitendijks land ingepolderd. Door de dijken om de droogmakerijen werd

West-Friesland werd in het noorden en oosten begrensd door

de Omringdijk in veel gevallen de secundaire slaperdijk, die

de Zuiderzee. Wieringen was nog een vrij liggend eiland en

geen duur onderhoud meer vergde. Ook de Hondsbossche

plaatsen als Sint-Maarten, Kolhorn, Andijk en Medemblik waren

Zeewering droeg vanaf eind 18e eeuw veel bij aan de

dijkdorpen. Zuidelijk van West-Friesland lagen grote meren: de

veiligheid. De laatste oplossing was de inpoldering van de

Schermer, de Beemster en de Purmer. De West-Friezen werden

Wieringermeer (1930) en de aanleg van de Afsluitdijk in

dus al vroeg gedwongen langs de lange kustlijn werken uit te

1932. Na eeuwenlang strijden tegen het water veranderde de

voeren om het buitenwater te keren. Dat zij daaraan al heel

126 kilometer lange Omringdijk in een mooi landschappelijk

lang werkten bleek na hun definitieve onderwerping aan het

monument.

Graafschap Holland. Toen kon worden geconstateerd dat alle plaatselijke beschermingen samen een gesloten dijk vormden:

Alkmaar/Oudorp en de Omringdijk

de Omringdijk. ‘t Was een lappendeken van soorten en vormen

De Omringdijk loopt langs de grenzen van het toenmalige

dijken en dammen, maar de Omringdijk was een feit! Het

Alkmaar. Door de stedelijke ontwikkeling is de dijk niet meer

onderhoud van de dijk lag in die tijd bij de dorpen, koggen en

overal als zodanig te herkennen. De Kanaaldijk in Koedijk, de

bannen. Alleen bij heel zware overstromingen riep de graaf

Rekerdijk, de Frieseweg en de Randersdijk behoren tot de

de hulp in van de Kennemers. Hij realiseerde zich namelijk

Omringdijk, die verder gaat als Oudorperdijkje en doorloopt

goed dat de Omringdijk ook nodig was voor de beveiliging van

langs de Oude Schermerweg om ongeveer bij de Kraspolder

Holland.

uit te komen. De Astrastraat in Oudorp, die hoger ligt dan de omringende straten, symboliseert de dijk. Als gevolg

10

Nieuwe inzichten

van het kanalenplan dat in 1940 is uitgevoerd, werd de dijk

Wegens grote overstromingen en vanwege de bodemdaling

aangesloten op de Schermerdijk langs het kanaal Alkmaar-

die in de 15de eeuw inzette, waren steeds nieuwe technieken

Kolhorn om vervolgens oostwaarts te gaan onder de naam

nodig om de dijk te versterken. Er kwamen meer wierdijken, die

Huigendijk.


24

De Frieseweg als deel van de Omringdijk bij ‘t Roode Hert.

25

Links de Frieseweg nog herkenbaar als dijk bij de aansluiting met de Molenkade (1898, W. Hooijer).

26

Stolpboerderij aan de Rekerdijk (1978, J.Elsinga).

27

Kanaaldijk Koedijk richting Alkmaar (1925).

28

Opgraving Omringdijk bij de Kraspolder (1992).

29

Archeologisch onderzoek bij de doorsneden Omringdijk in de Kraspolder (1992).

30

De hoger gelegen Astrastraat als markering voor de Westfiese Omringdijk.

11


Oudorp bezet, Alkmaar belegerd Voorgeschiedenis In de 16e eeuw groeide in de Nederlanden de onvrede over het beleid van Philips II. Dat kwam tot uitbarsting in de Beeldenstorm van 1566. Als reactie stuurde Philips II de hertog van Alva naar het noorden. Het verzet in de Nederlanden werd geleid door de Prins van Oranje, die door de samenwerking met de watergeuzen successen behaalde. Waar zij de macht overnamen, werd het katholieke geloof verboden en het calvinisme ingevoerd. Don Frederik, Alva’s zoon, heroverde veel steden, waaronder Naarden en Haarlem. Elke overwinning eindigde met moordpartijen en plunderingen. Na Haarlem was Alkmaar aan de beurt. De bezetting van Oudorp Op 21 augustus 1573 omsingelden 6.000 Spanjaarden Alkmaar. Don Frederiks hoofdkwartier vestigden zij in Oudorp. Ook de kerk werd geconfisqueerd en deed, volgens de overlevering, dienst als paardenstal en/of magazijn. De Oudorpers zullen niet blij zijn geweest met deze bezetting. Het is echter niet bekend of zij er veel onder leden. Mogelijk was het dorp grotendeels door hen verlaten. Een schilderij van het beleg, gemaakt in 1600, toont een bijna idyllisch tafereel. We zien mooie tenten, soldaten die aan een goedgevulde tafel zitten, een varken dat wordt gevoerd, een koe die wordt gemolken en we zien geestelijken de kerk verlaten. Dagelijkse taferelen, maar te mooi om waar te zijn. Wat mogelijk wel meehielp om de verhoudingen niet te veel op de proef te stellen, was het feit dat de Oudorpers, net als de bezetters, katholieken waren.

12

De strijd Don Frederik deed slechts twee serieuze aanvallen op de stad. De eerste op 23 augustus. Vanuit Oudorp en andere legerkampen trokken de Spanjaarden langs de Munnikenweg en de Frieseweg naar de stadsmuren. Het werd een bloedige strijd, waarin de Spaanse aanvoerder Ignatio de Medinilla de dood vond. De aanval werd afgeslagen met behulp van de 800 watergeuzen in de stad. Op 18 september kwam de hevigste aanval. Onder zware beschietingen vochten de Alkmaarse verdedigers fel. Vrouwen herlaadden steeds de geweren en vanaf de muren werd van alles naar beneden gegooid: kokend water, teer, gesmolten lood, brandende takken, kogels, stenen, etc. Met stormbruggen wilden de Spanjaarden doorbraken forceren. Maar die waren te zwaar voor de zachte bodem en hadden geen nut. Uiteindelijk, na drie vergeefse aanvalsgolven, trokken de Spanjaarden zich terug. Het beleg eindigde toen gouverneur Diederik van Sonoy op 23 september de dijken liet doorsteken. Grote stukken land kwamen onder water te staan. Don Frederik gaf het op. Op 8 oktober waren alle Spanjaarden vertrokken.

Oudorp verwoest Het ontzet pakte voor Oudorp slecht uit. Om alle Spaanse sporen uit te wissen, verwoestten de geuzen het dorpje. Een ander motief kan zijn geweest dat de Oudorpers beschuldigd werden van ‘heulen met de vijand’. Het dorp is enkele jaren later herbouwd. De kerk werd pas tegen 1600 hersteld en is daarna gebruikt als Nederlands Hervormde kerk.


31

Soldaten, mooie tenten en een goedgevulde tafel.

32

Via de Munnikenweg en de Frieseweg werd de aanval ingezet op de Friese poort.

33

Ook via de galgendijk werd de aanval ingezet op de Roode toren.

34

De stormbrug om de stadsgracht over te steken, het zware geschut en wapengekletter. Stedelijk Museum Alkmaar.

35

36

De jaarlijkse herdenking van de victorie van Alkmaar op 8 oktober in het Victoriepark 1983. Het Victoriebeeld met de bijnaam Victorientje op de noordoostelijke oever van de stad.

37

Het was een enorm strijdtoneel. Links ligt Oudorp.

13


Over Ambachtsheren en Burgemeesters De Nederlandse adel was bijna uitsluitend ambtsadel; was men eenmaal tot Schout van een ambachtsheerlijkheid gekozen, dan ging deze titel automatisch over naar zijn nakomelingen. Later werden de ambachtsheerlijkheden bezit van de Staten, die ze ook weer te gelde konden maken. Zo gebeurde het omstreeks 1730 ook met de heerlijkheid Oudorp, die een bestuur had bestaande uit de Schout en vijf Schepenen. Toen de Schout van Oudorp en Oterleek, Klaas Nierop, overleed, werd de zoon van Klaas, Cornelis, Schout. Als eigenaren van de ambachtsheerlijkheid Oudorp worden genoemd: de Staten van Holland, de Regent Jacob Vertest in 1759, diens zoon Ewoud en diens weduwe Aafje Buys. Vervolgens werd Frans Jacob Schumacher heer van Oudorp in 1780. Zijn weduwe S.P. Schumacher-Creyghton werd na haar mans dood ambachtsvrouw. De Fransen gooiden tijdelijk roet in het eten van het bestuurlijke systeem. Maar in 1814 stelde mevrouw Schumacher Dirk Waiboer aan als Schout en secretaris en die bekleedde in 1817 ook de burgemeestersfunctie. De zoon

mevrouw de Carvalho-Heineken bereid gevonden de titel beschermvrouwe van onze Stichting te aanvaarden. Bij het 10-jarig bestaan werd mevrouw de Carvalho-Heineken door het bestuur ontvangen en mocht zij in Alkmaar de kaasbel luiden.

van mevrouw Schumacher werd ambachtsheer, maar dat heeft niet lang geduurd, want in 1838 trouwt de heer C. Heineken met mevr. A.G. Schumacher-Van der Paauw, weduwe van P.J. Schumacher. Hoewel de ambachtsheer zijn invloed op de bestuurlijke organisatie van Oudorp kwijtraakte, bleef de titel onaangeroerd. De heren Adrie Reus en Pieter van Wigcheren hebben met de uitgifte van het boekje ‘Oudorp zoals het was’, in 1973 Alfred Heineken als ambachtsheer een voorwoord laten schrijven. De Stichting Historisch Oudorp heeft in 2006

burgemeester van Heiloo en Egmond-Binnen. In oorlogstijd nam R. Schoenmaker de taken tot 1946 waar, waarna Oudorp weer een burgemeester kreeg. A.G. Bakker kwam in 1946 en hij werd in 1961 burgemeester van Egmond aan Zee en Egmond-Binnen. Burgemeester Koos Kok kwam in 1961 en vertrok in 1968 naar Edam. Tot de annexatie in 1972 door de gemeente Alkmaar werd het burgemeestersambt waargenomen, eerst door Jacob Buisman en tot 1972 door Steef Visser.

Van 1817 tot 1842 was Dirk Waiboer dus burgemeester en notaris van Oudorp. Hij werd in 1843 opgevolgd door D. Blom. Vervolgens bekleedde Cornelis Bak deze functies van 1852 tot 1859 en hij was tevens de eerste burger van Oterleek. De familie Bos is een bekende burgemeestersfamilie in Oudorp. Willem, burgervader van 1859-1893, was ook Statenlid van de provincie Noord-Holland en zijn zoon Gerrit zwaaide hier de scepter van 1893-1925. Daarnaast was hij ook Ridder in de orde van Oranje-Nassau, Dijkgraaf van het Geestmerambacht en hoofdingeland van ’t hoogheemraadschap, het Hondsbossche en duinen tot Petten. Een behoorlijke staat van dienst. Zijn zoon Willem nam Gerrits positie over in 1925 tot in de Tweede Wereldoorlog. Willems broer Gerrit was toen

38

Het originele houten wapen van Oudorp hing in de kamer van de gemeenteraad.

14


39

Ambachtsheer Alfred Heineken.

41

Burgemeester Willem Bos (1859-1893).

40

Ambachtsvrouw Charlene de Carvalho-Heineken beschermvrouwe van de Stichting Historisch Oudorp.

42

Burgemeester Gerrit Bos Wzn. (1893-1925).

44

Tijdens de annexatie van Oudorp bij Alkmaar ontvingen alle Oudorper ambtenaren een replica van het gemeentewapen.

Burgemeester Adriaan (A.G.) Bakker (1946-1961).

43

Burgemeester Willem Bos Gzn. (1925-1942).

45

Burgemeester Koos (J.H.) Kok. 1961-1968

15


46

Zoals de kerk er in 1725 uitzag.

47

Toen de toren nog fier overeind stond (1865).

De Witte kerk of De Terp

16

Op de hoger gelegen delen van de Vronergeest ontstaat meer

wordt beticht van onderdak verlenen aan de Spanjaarden met

dan duizend jaar geleden de bewoning met vermoedelijk

als gevolg dat het dorp inclusief kerk verandert in een ruĂŻne.

een spirituele plek of offerplaats op het hoogste gedeelte.

Na deze ramp duurt het tot 1599 voordat de resten van de

Zo rond het jaar 950 wordt er, op de plek waar nu De Terp

kerk in handen van de Gereformeerden komen en verrijst er

staat, een katholieke kerk gesticht, waarschijnlijk gewijd aan

in hetzelfde jaar alweer een nieuw godshuis. Van deze kerk is

Sint Laurentius. In een brief uit 1063, waarin de bisschop van

behalve de eiken kapconstructie niets meer over. In het midden

Utrecht een regeling treft met de abt van Echternach, wordt de

van de 19de eeuw wordt het kerkgebouw gerenoveerd. Op 5

Oudorpse kerk voor het eerst officieel vermeld. De regeling

mei 1858 vindt de eerste steenlegging plaats en op 7 januari

behelst dat de kerken, die uit het erfgoed van Willibrord aan

1859 wordt de nieuwe kerk in gebruik genomen. Maar in

het Luxemburgse thuisklooster van de abt van Echternach

1865 neemt de burgerlijke overheid het besluit om de toren te

geschonken waren, worden overgedragen aan de abdij van

slopen. Tijdens de sloop valt de toren in de kerk en neemt de

Egmond. Na het beleg van Alkmaar in 1573 wordt de kerk

hele westmuur mee. Het kerkbestuur geeft vervolgens opdracht

door de Spaanse troepen uitgewoond achtergelaten. Oudorp

de westmuur te herbouwen en een nieuwe kleinere houten


49

48

Het gerenoveerde Ypma Orgel.

De Terp in de sneeuw 2010.

50

Het oude uurwerk in de klokkentoren.

51

Het interieur.

52

toren te plaatsen. De aanbesteding van de restauratie vindt plaats in de herberg ‘De Vuik’ te Oudorp op 14 maart 1867. In de zeventiger jaren van de vorige eeuw wordt de houten opbouw van de toren geheel gerenoveerd. De Witte Kerk, zoals het gebouw altijd werd genoemd, wordt in 2002 van een andere naam voorzien en heet voortaan ‘De Terp’. 2016 is het jaar dat de haan op de toren vervaarlijke capriolen uithaalt. Dat wordt tevens het moment dat de toren weer een grondige opknapbeurt krijgt. Inmiddels is De Terp wegens een tekort aan gelovigen overgegaan naar de stichting BOEi. Een enthousiast team van vrijwilligers maakt de kerk met allerlei evenementen te gelde om het onderhoud te bekostigen.

De haan in verval.

17


53

54

De pastorie links van de St. Laurentiuskerk. De rooms-katholieke kerk St. Laurentius aan de Herenweg.

55

De kerk met rechts de pastorie achter de oude beuk.

De Sint Laurentiuskerk De rooms-katholieke kerk, zelf een monument, wordt omringd door twaalf andere monumenten. Samen vormen ze een prachtig samenhangend complex. Naast de kerk betreft het de pastorie, de pastorietuin, de begraafplaats, de muur langs de begraafplaats, het priestergraf en drie familiegraven op de begraafplaats, het lindenlaantje (Stroomerlaantje) lopend van de Munnikenweg naar de kerk, de twee toegangshekken en een bosschage, genaamd het Kerkenbos. Cultuurhistorisch gezien is dit hele complex van monumenten een gaaf bewaard gebleven geheel uit de tweede helft van de 19e eeuw. De kerk is een mooi voorbeeld van neogotische kerkarchitectuur uit die tijd. En stedenbouwkundig is het ook van belang vanwege de prominente ligging in de dorpskern van Oudorp.

18

De kerk is gebouwd door de Alkmaarse timmerman/ aannemer B. Brinkman uit Alkmaar, naar een ontwerp van de Rotterdamse architect J.E. Margry. De eerste steen werd gelegd op 3 juli 1897 en de inwijding vond plaats in september 1880 door bisschop Petrus Matthias Snickers, de bisschop van Haarlem. Deze nieuwe kerk verving de uit 1736/1737 daterende schuilkerk, die achter in de huidige pastorietuin stond. Opvallende elementen in het interieur zijn de kruisweg van beschilderde zinken platen, de prachtig gesneden eikenhouten wandbetimmering rond de biechtstoelen en de doopvont van zwart marmer met een half bolvormig koperen deksel.


56

Het Stroomerlaantje met links de oude muur en de linden.

58

De geheel gerestaureerde pastorietuin-poort.

57

Het priestergraf met de andere grafmonumenten op het kerkhof van 1862.

59

Het fraai gerestaureerde hek met de muur en daarachter het priestergraf en drie monumentale graven.

19


Erfenis van de WOII

20

De Atlantikwall die langs de kust van het noorden van Noorwegen tot aan de grens met Spanje liep, had een paar extra linies landinwaarts. De Duitsers vonden het een geruststellend idee om bij een eventuele landing van de geallieerden op een extra verdedigingslinie te kunnen terugvallen. Er werd een linie dwars door het grondgebied van Oudorp gerealiseerd: aan de westkant het Ooievaarsnest dat toen nog bij de gemeente Oudorp hoorde, aan de oostkant lag Oudorp zelf. De linie bestond uit een tankversperring, mitrailleursnesten en enkele bunkers. De linie liep van de Rekerdijk tot aan het Noord-Hollands Kanaal. Op de Rekerdijk en de Frieseweg bevonden zich o.a. wegversperringen van beton en prikkeldraad, antitankgrachten, mitrailleursnesten en een munitieopslag. Langs de Molenkade stonden een licht luchtdoelgeschut en een munitiebunker. Aan de Munnikenweg bevonden zich, naast de tankversperring met zogenaamde ‘drakentanden’ en mitrailleursnesten, een woonschuilplaats, een privaatgebouw en twee munitieopslagplaatsen. Bij het

het kanaal Alkmaar-Kolhorn naar beide zijden overzien en controleren. De huisvesting van de Duitsers bevond zich in de machinekamer, in de pijlers van de brug.

‘Rooie Dorp’, onder aan het Oudorperdijkje, stonden een drietal kleine bunkers met materiaal en munitie om bij calamiteiten de Nieuwe Schermerweg af te sluiten. Op het terrein van scheepswerf Nicolaas Witsen aan de Schermerweg stonden, op een zeer strategisch punt, een communicatiebunker, een gemetselde woonschuilplaats en een munitieopslagplaats. De communicatiebunker kon door het open terrein de manschappen in de Schermer en de Beemster, maar ook de soldaten in de bunkers die aan de linie Rekerdijk- NoordHollands Kanaal stonden, van informatie voorzien en daarmee ondersteunen. Het brugwachtershuisje van de Kraspolderbrug fungeerde als uitkijkpost en kon de communicatiebunker gewapende bescherming bieden. De zwaarbewapende Duitse soldaten in het brugwachtershuisje konden daarnaast

de loodzware duiker naast de mesthoop gedumpt. Na de bevrijding kreeg ‘de bom’ een permanente plaats in de voortuin. Na de oorlog heeft diezelfde ‘bom’ als relikwie in diverse optochten van de bevrijdingsfeesten meegereden.

Aan de Westerweg (N245) in de Schermer stond in de voortuin van de boerderij van de familie Dekker een ‘Oropesa Float’. Dat is een drijver en deze drijvers werden aan stalen netten neergelaten die onder het wateroppervlak voor de mijnenvegers werden gehangen om drijvende zeemijnen te vegen. Deze drijver is midden in de oorlog op een nacht door een Engels vrachtvliegtuig waarschijnlijk als ballast uit het vliegtuig geworpen. In de vroege ochtend werd de drijver enkele tientallen meters achter de boerderij in het weiland gevonden. Er werd in eerste instantie door vader Dekker gedacht aan een blindganger (een bom). Voorzichtigheid geboden, je weet maar nooit. Er werd eerbiedig afstand gehouden. Het verlossende woord kwam van een kennis die vóór de oorlog de zeeën had bevaren. Opgelucht werd

Het is 75 jaar geleden dat op de plek van het monument, bij de spoorwegovergang de Nollen-St. Pancras, op de avond van 15 april 1945, twintig onschuldige jongemannen die zich met hun idealisme hebben ingezet voor onze vrijheid, als represaille door de Duitsers zijn gefusilleerd. Het minste wat wij kunnen doen is hun nagedachtenis eren.


60

61

De tankversperring aan de zuidkant van de Munnikenweg is links duidelijk te zien (ca. 1975).

Restant van munitiebunker in een voortuin aan de Molenkade.

62

63

Bij de uitgegraven tankversperring aan de Munnikenweg werd een informatiebord geplaatst.

De bunker op het terrein van Nicolaas Witsen werd in de 70er jaren intensief door de jeugd gebruikt.

64

65

Het brugwachtershuisje van de Kraspolderbrug fungeerde als uitkijkpost.

De Oropesa Float die als Bom en brandstoftank werd gezien.

66

Het herdenkingsmonument voor de oorlogsslachtoffers bij de spoorwegovergang. 21


67

68

De monumentale boerderij aan de Munnikenweg 8, de Eendracht Maakt Macht.

Stellingmolen ‘t Roode Hert aan de Frieseweg.

69

De prachtige molenlijn uit 1630 aan de Hoornsevaart in de winter.

Monumenten in de wijk In de wijk Oudorp zijn, naast de R.K. Sint-Laurentiuskerk met

Het cluster rondom de weide aan de Kerklaan.

bijbehorende monumentale elementen, meerdere clusters van

Het Witte Kerkje op de terp, het voormalige Raadhuis

gebouwen die óf monument zijn, óf door Erfgoed Alkmaar zijn

en de Wijkplaats, met daartegenover de vroegere

bestempeld als beeldbepalend of karakteristiek.

burgemeesterswoning, het huis Herenweg 2 en de boerderij aan de Westerstraat met het pand erachter zijn hier de in het

Het cluster aan het begin van de Munnikenweg

oog springende gebouwen. Dichtbij, in het begin van de straten

Dé aandachtstrekker hier is de boerderij Eendracht Maakt

daar omheen, de Kerklaan, de Herenweg en de Westerstraat,

Macht. Een rijksmonument. Deze boerderij is in de jaren zestig,

staan ook veel karakteristieke woningen. Wat het geheel weer

begin zeventig in verval geraakt. De familie Tamis kocht het

tot een fraaie eenheid maakt, is de weide met schapen en

pand in 1973 en heeft de hoeve prachtig hersteld. Tegenover

lammeren, die het verbindend element vormt.

deze boerderij staat een viertal beeldbepalende woningen, met daarnaast de boerderij van Wit. Wat aan de dorpse

De molenlijn Hoornsevaart en Frieseweg

sfeer bijdraagt zijn natuurlijk de majestueuze bomen en de

De molenlijn begint bij korenmolen ’t Roode Hert aan de

eeuwenoude Munnikenweg zelf, die in 2019 tot monument is

Frieseweg en loopt door langs de Hoornsevaart, waar vier

verklaard. Alles bij elkaar een prachtig ensemble.

fraaie strijkmolens staan die achtereenvolgens de letters B, C, D en E als namen dragen. Molen A is in 1940 ontmanteld en

22


70

Kerklaan 17, karakteristieke kosterswoning in nagenoeg authentieke staat.

71

Herenweg 1, begin jaren ‘50 gebouwd voor burgemeester Bakker.

72

Vier bijzondere woningen aan de Munnikenweg.

73

De Schermerpoort met de oude tolwoning.

afgevoerd naar het Openluchtmuseum in Arnhem. Door een

Interessante straten

bombardement zijn daar de resten verloren gegaan. Aan de

Er zijn meerdere wijken van ons dorp met naar verhouding

oostkant van Oudorp, aan het kanaal Alkmaar-Kolhorn, staat de

veel karakteristieke of beeldbepalende panden, met hier en

Ambachtsmolen. Vroeger stonden daar vier molens. Drie ervan

daar nog een monumentaal gebouw. Dan denken we aan

zijn als gevolg van de kanalisatie in 1939/1940 gesloopt. Al

het westelijk deel van de Munnikenweg, de Frieseweg, de

deze molens maken Oudorp uniek!

Herenweg en de Westerstraat, de Eilandswal, de Boezemsingel, de oude Schermerweg en de Omval.

Cluster Heiligland Het Heiligland is een straat op het Schermereiland, met maar liefst drie rijksmonumenten: de huisnummers 7, 9 en 19, één gemeentelijk monument (het poortwachtershuis bij de Schermerpoort) en vijftien karakteristieke panden. Werkelijk een parel in die buurt. Vroeger was Het Heiligland de hoofdweg vanuit het oosten naar de stad, reden waarom er tot 1958 een vlotbrugverbinding was met het Luttik Oudorp.

23


Het Oudorper landpad Omdat Oudorp, als kleine boerengemeenschap, voor veel zaken was aangewezen op Alkmaar, was het hebben van een vlotte verbinding tussen dorp en stad natuurlijk een logische zaak. De Munnikenweg was uitermate geschikt om met brede vervoersmiddelen naar Alkmaar te komen, maar er was ook een landpad aan de zuidkant van Oudorp dat begon tegenover de boerderij op Westerstraat 2 en in een bijna rechte lijn naar het Oudorperdijkje voerde. Dit landpaadje van slechts ca. 70 cm breed zou qua ouderdom heel goed zou kunnen wedijveren met de veel bekendere Munnikenweg en is op eeuwenoude landkaarten reeds te vinden. Bij eerdere opgravingen ter plekke van het pad zijn resten van aardewerk uit het jaar 1000 gevonden en misschien is het pad dus nog wel een stukje ouder dan de Munnikenweg.

Via het paadje liep men door de groene weilanden en over een zestal slootjes naar het Oudorperdijkje en eindigde daar waar dit dijkje een bocht heeft, ongeveer ter hoogte van de plek waar heden de Rijnstraat uitkomt op de Nieuwe Schermerweg.

Op kaarten van het beleg van Alkmaar (1573) is te zien dat er al gebruik van het pad werd gemaakt. Eeuwenlang was het een goede verbinding en liepen de Oudorpers via dit pad naar Alkmaar. Op het Oudorperdijkje aangekomen kon men รณf de oude Friese Poort รณf door de Schermerpoort de stad in.

In 1940 werd het landpad grof doorsneden door de aanleg van de Nieuwe Schermerweg en verloor haar functie, omdat er nu een veel betere verbinding met Alkmaar was. Het pad werd niet meer onderhouden en de stenen verdwenen of raakten door gras overgroeid en verder werden de bruggetjes steeds minder betrouwbaar. Alleen bij de avontuurlijke wandelaars van Oudorp bleef het pad nog vrij lang in trek, totdat diverse bruggetjes sneuvelden. In 1967 verdween het pad officieel tijdens de voorbereiding van het bouwrijp maken van de Oudorperpolder.

Toen rond 1820 het Noordhollandsch Kanaal dwars door de stad werd gegraven kwam er een vlotbrug van het Schermereiland naar het Luttik (klein) Oudorp en kwam men zo in Alkmaar, dat was de kortste weg.

24

Het pad telde een zestal smalle vlakke bruggetjes en in het midden van elk bruggetje was een soort schuine plaat bevestigd waar de wandelaar omheen kon, maar het vee niet. Deze staande constructies werden in de Oudorpse volksmond possies genoemd. Je kon vanaf het pad prachtig genieten van de weidsheid van de weilanden van de Oudorperpolder, zowel in de zomer met het vee in de weilanden als in de winter met de vele schaatsers op de sloten.


74

Het landpad gezien vanuit het westen richting Westerstraat.

75

Het verbrede eerste bruggetje vanaf Oudorp met de heer en mevrouw Smidts.

76

77

Restanten van de brughoofden vlak voor de sloop in de jaren ’70.

Het eerste bruggetje met “possie”.

78

Het begin van het landpad bij de Westerstraat met Dominee P. Groot Jzn

80

Alkmaar met rechts het Oudorper landpad, Ooievaarsnest en bebouwing Schermereiland (ca. 1920).

79

Het laatste bruggetje voor het Oudorperdijkje.

81

Een oud bruggetje met de nieuwbouw op de achtergrond. 25


Over het RAADHUIS Oudorp was eeuwenlang een zelfstandig dorp, waar in 1635 een ‘regthuys’ werd gebouwd voor het bestuur. In de gevel aan de Kerkelaan verwijst de gevelsteen met Vrouwe Justitia nog naar de rechtspraak. In 1863 kwam er een gemeentelijk raadhuis voor in de plaats. Het huidige raadhuis van Oudorp dateert bouwkundig van 1863. De school die tot die tijd op de hoek van de Herenweg en de Kerklaan stond, werd in dat jaar afgebroken. Ervoor in de plaats kwam een multifunctioneel gebouw, bestaande uit een onderwijzerswoning, een school en een raadszaal. De eerste steen werd gelegd op 2 juli 1863 en het gebouw werd opgeleverd op 1 december van dat jaar. Dat was 17 dagen te laat, wat de aannemer 170 gulden boete kostte.

In 2000 kon reclamebureau Teule & Rooker zich vestigen op deze locatie. Het pand, inmiddels beschermd door Monumentenzorg, is van binnen grondig verbouwd. De begane grond werd één grote ruimte die door een fraaie wenteltrap met de bovenetage, inmiddels ook een werkruimte, werd verbonden. Tegenwoordig is de naam RAADHUIS creative agency, een succesvol communicatiebureau, dat bestaat uit een groep enthousiaste creatieven, ontwerpers, strategen en developers.

In 1928 werd het gebouw verbouwd tot ‘echt’ raadhuis en dat werd voor 4000 gulden uitgevoerd door een aannemer uit de gemeenteraad. Het plan van de bekende Alkmaarse

Drie roosjes In het glas-in-loodraam bij de voordeur van RAADHUIS vind je het blazoen van Oudorp: de drie roosjes. Elk roosje staat

architect P.N. Leguit – waarin het raadhuis onder meer van een klokkentorentje was voorzien – haalde het niet. Het werd te duur bevonden. Nog enkele jaren later werd er een nieuwe entree en een raadszaal aangebouwd in dezelfde stijl als het oude deel en in de jaren ’30 is de onderwijzerswoning bij het raadhuis ingelijfd.

voor de oorspronkelijke gemeenten Oudorp, Koedijk en Sint Pancras. Dit blazoen is op 15 juli 1818 door de Hoge Raad van Adel bevestigd.

82

Een prachtig plaatje van rond 1638 van het kerkje en het ’regthuys’ met schooltje.

26

Na de tumultueuze samenvoeging van Oudorp met Alkmaar in 1972 is het raadhuis nog een aantal jaren hulpsecretarie geweest. Van 1980 tot 1987 is het gebruikt door de Volksmuziekschool en daarna werd het bibliotheek.


84 83

Het in 1863 gebouwde raadhuis rond 1900 met links het woonhuis van de onderwijzer.

Dat er recht werd gesproken bewijst deze gevelsteen van Vrouwe Justitia.

86 85

Een blauwdruktekening zoals architect P.N. Leguit de verbouwing in 1928 had bedacht.

87

Van binnen een kantoor met een prachtige wenteltrap.

Er zijn ontzettend veel huwelijken gesloten in het Oudorper raadhuis.

88

Het monument anno nu in volle glorie met de mooie ronde topgevel ramen.

27


89

90

De Eendracht maakt macht aan de Munnikenweg liet de familie Stroomer in 1880 bouwen op de rand van de Oudorper zandrug. Piet en Corrie Tamis met zus Anna kochten de bouwval in 1973.

De familie Stroomer liet deze mooie boerderij aan de Munnikenweg vóór 1880 bouwen. Jan Wit was bij hen in dienst en nam in 1949 de boerenplaats over. Een dochter en zoon met hun familie delen nu de stolp.

91

Boerderij ‘De Vuyk’ van Bertus Vethaak. De stolp was ooit eigendom van de familie Heineken en stond aan de Herenweg recht tegenover de Munnikenweg.

Boerderijen

28

Oudorp telde in vroeger jaren heel veel boerenbedrijven. Niet

In de jaren vóór en tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn heel

al die bedrijven waren gevestigd in een stolpboerderij. Toen

veel boerderijen verbrand. Vooral de rieten kap was natuurlijk

Joop Duinmeijer in 2015 er in de wijkplaats een fotolezing

een punt van zorg. Als er na een brand weer een nieuwe

over gaf, telde hij binnen de grenzen van Oudorp zevenenvijftig

boerderij gebouwd werd, was dat meestal in de vorm van

boerenbedrijven. Er stonden achtendertig stolpen, waarvan

een gewoon woonhuis met een grote stal erachter en alles

twaalf in het deel van de Schermerpolder dat bij Oudorp

werd met pannen gedekt. Een stolp gaf onderdak aan de

hoorde. Eén melkfabriek en één kaasmakerij was het dorp rijk.

koeien, het boerengezin, de knecht, het hooi en de benodigde

De overigen kan men beschouwen als langhuis-boerderij of

gereedschappen en materialen, dus alles onder één dak.

woonhuis en een paar boerenbedrijven bevonden zich net over

Veel inwoners waren afhankelijk van de boeren, maar ook de

de grens met Sint Pancras.

landbouw had een belangrijke functie. Veel mensen werkten


92

‘De Elisabeth-hoeve’ aan de Westerstraat, gebouwd in 1862, gesloopt en opnieuw gebouwd in 1989, verbrand in 2018 en opnieuw opgebouwd in 2019.

93

De ‘Emerantiahoeve’ van Smit aan de stille zijde van de Noordervaart. Bewoond door de derde generatie Smit. Op de foto van 2014 was juist de vierde generatie en stamhouder geboren.

94

Ora et Labora van P. Blom. Deze klokgevelboerderij stond op de hoek van de Herenweg en de Hoornseweg. Verbrand in 1933.

95

De prachtige stolp van de familie Buren aan de Westerstraat. De laatste boerenfamilie was Langedijk die hierop boerde. De Nijs kocht de stolp en nu woont hier de familie Tan.

voor zichzelf en hadden, om een beetje rond te kunnen komen,

zodat de boeren de koeien in het land konden melken. Nu

twee of soms wel drie banen. Naast bijvoorbeeld molenaar

wordt er meestal met melkrobots gewerkt. Als de koeien

zijn, werd ook op het land gewerkt en ’s winters werd er riet

gemolken moeten worden, wordt de robot aangezet en via

gesneden voor de rieten daken. Daarnaast hield men vaak een

elektronische herkenning weet de robot precies welke koe

paar koeien of kippen, niet alleen voor eigen gebruik, maar

hij melkt. De boer heeft daarbij een controlerende rol en de

ook voor de verkoop van de melk en de eieren. Deze werden

computer doet de rest. Zelfs de mest wordt automatisch van

meestal langs de deuren uitgevent.

de vloer geveegd. Binnen de grenzen van Oudorp is er in 2020 nog één stolp als boerenbedrijf in werking. Veel van die

Op de boerenbedrijven werd tot ongeveer 1950 nog met de

prachtige stolpen zijn verbrand, gesloopt voor de N242 of

hand gemolken. Toen kwamen er voor de grotere boeren, met

hebben alleen een woonfunctie gekregen.

zo’n 20 koeien, mobiele melkmachines met een benzinemotor,

29


Molens in en rond Oudorp Doordat de Waard in 1633 werd drooggemalen werd er voor de afvoer van al dat water een vaart (Hoornsevaart) gegraven door Oudorp. Daar kwamen zes strijkmolens te staan die het water vanuit de Raaksmaatboezem, dat is de ringvaart om Heerhugowaard, naar het open water in Alkmaar af moesten voeren. Toen de Schermer in 1635 werd drooggemalen, werd het open water de Schermerboezem genoemd. De Schermerboezem lag 40 cm hoger dan de Raaksmaatboezem. Als door het afvoeren van water het peil in de Raaksmaatboezem te hoog werd, streken als het ware de molens aan de Hoornsevaart het water af de Schermerboezem in. Later zijn aan de oostzijde van Oudorp nog vier extra molens gekomen, omdat het Geestmerambacht weer op de Raaksmaatboezem loosde. Door het doorsnijden van de polder door de Hoornsevaart kon de Oudorperpolder het water niet meer kwijt en werd er nog een molen vlakbij de Halvemaansbrug geplaatst: De Oudorper molen. Naast de Oudorper molen en de alom bekende Molenkade met zijn vier strijkmolens, welke langs de Hoornsevaart loopt, hebben er dus nog twee molens gestaan. Een daarvan is rond 1680 verbrand en molen A die bij de Zeswielen stond, is in 1941 ontmanteld en naar het openluchtmuseum in Arnhem gebracht. Daar is hij helaas in de Tweede Wereldoorlog door een bom getroffen. De resten ervan zijn volgens de overlevering in de kachel beland. Door de kanalisatie werden de molens aan de oostzijde van het dorp langs de Schermerboezem ook overbodig en zijn er in 1941 drie ontmanteld. Eén daarvan is er blijven staan vanwege het woningtekort in die tijd en staat er nu dus nog: De Ambachtsmolen. Zo genoemd, omdat hij eigendom van het Geestmerambacht was. Alle molens ten behoeve van de waterafvoer van Heerhugowaard werden door de polder Heerhugowaard onderhouden. Ten behoeve daarvan had men een houtzaagmolen geplaatst aan het begin van de Hoornsevaart bij de Huigendijk. Een kleine molen op een grote schuur waar je alleen met een boot kon komen.

30

In de polder aan de oostzijde van het dorp stonden ook een paar molens. Een kleine wipmolen in de hoek waar nu ongeveer de Jasmijnlaan is, is in 1920 verplaatst naar een stuk land achter De Terp, het oude kerkje, en is in 1930 weer gesloopt. Ook een klein weidemolentje op het land van Morsch, waar nu ongeveer de Saturnusstraat loopt, ter hoogte van de Ambachtsmolen, is door de bouw van de nieuwe woningen in de zeventiger jaren van de vorige eeuw weggehaald. De Oudorperpolder heeft tot in de jaren tachtig ook een weidemolentje gehad op een hoge stalen constructie, maar ook dit historisch gevaarte is ontmanteld, omdat er gebouwd moest worden. In de Kraspolder heeft tot 1938 een molen gestaan, die zijn laatste jaren door een petroleummotor werd aangedreven en waarmee ’s winters een stuk land onder water werd gezet voor ijsbaan ‘De Quint’. ’t Roode Hert is de enige echt nog draaiende molen in Oudorp. Dat is de molen aan de Frieseweg, waarin al 400 jaar wordt gemalen. Deze molen heette ooit De Witte Klok en werd in 1924 door de familie Berkhout in Zaandam aangekocht, omdat zijn voorganger door een vuurpijl is afgebrand. Een tweede korenmolen stond op het Schermereiland; tegenwoordig hoort dat bij Groot Alkmaar onder de wijk Oudorp. Deze stellingmolen was genaamd De Wachter en het huidige wijkcentrum is naar deze molen vernoemd. Daar waar het wijkje De Friese Poort is (dat nu ook onder de wijk Oudorp valt) stond in vroeger jaren houtzaagmolen De Simson. De firma Eecen was hiervan geruime tijd de eigenaar, totdat de houthandel van Bierdrager de hele zaak had overgenomen. Bij de bouw van de Friese Poort en het bedrijf van Middelbeek zijn alle opstallen van Bierdrager gesloopt.


96

De Ambachtsmolen langs het Kanaal Alkmaar-Kolhorn.

97

De Hoornsevaart in volle glorie met de molens A t/m E en de Oudorper molen (ca. 1930).

99 98

Hoornsevaart met vier molens (2019). Molen A aan de Hoornsevaart met daarachter cafĂŠ De Zeswielen (ca. 1930).

100

102 101

De molens oostelijk van Oudorp. De Oudorper molen bij de Halvemaansbrug, gesloopt in 1930.

Korenmolen ’t Roode Hert aan de Frieseweg.

31


De Hoornsevaart De vaart die rond 1628 werd gegraven voor de afvoer van water uit de Waarderpolder werd, nadat bij de kruising aan de Huygendijk de overhaal van Jan Boyes geplaatst was, Hoornsevaart genoemd. Een overhaal is een windas om schuiten over de dijk naar een ander water te verplaatsen. Eerder lag de overhaal meer richting Oterleek. Maar toen hij verplaatst was naar Oudorp, konden de schippers rechtstreeks naar Alkmaar varen. Niet alleen de Munnikenweg en de Breelaan waren in die tijd de hoofdverbinding van Alkmaar naar Hoorn, maar ook over het water ging dat toen uitstekend, vooral voor de toevoer van producten naar de markt van Alkmaar, maar later ook voor de ‘kerkschuit’, die voer tussen Oudorp en Oterleek. Het graven van de Hoornsevaart had zogezegd nogal wat voeten in de aarde. De vaart sneed niet alleen dwars door de Oudorperpolder, maar sneed daardoor ook de Veert uit Langedijk de pas af, tot groot ongenoegen van de boeren en tuinders die niet meer varend in Alkmaar konden komen. Dus togen ze op een nacht naar de vaart en staken de dijken door, wat hen uiteraard niet in dank werd afgenomen. Het compromis was het ombuigen van de Veert langs de Hoornsevaart, om bij de Zeswielen door middel van drie overhalen in hoger gelegen water te kunnen komen. Bij de Zeswielen kwam tevens een sluis, waardoor schepen uit de Raakmaatsboezem via de Nieuwe Vaart Alkmaar konden bereiken. De Nieuwe Vaart heet inmiddels ook Hoornsevaart en komt langs de Kwakelkade in het Noordhollandsch Kanaal uit. Vanuit De Waard richting Alkmaar voer men onder de brug van de Huygendijk door langs de Breelaan, richting de Halvemaansbrug die in het verlengde van de Herenweg ligt. Ongeveer een kilometer verder lag de sluis die de

32

cruciale verbinding was met de 40 cm hoger gelegen Schermerboezem. Het was daar vooral op marktdagen een drukte van belang, want er kon maar één grote boot in de sluis of twee kleine bootjes. Dus wachtte men vaak in de boerderij van de sluiswachter, welke later tot café werd omgetoverd, onder het genot van een ouwe klare. Nu is het met een binnenboord- of buitenboordmotor een fluitje van een cent om die paar kilometer te overbruggen. Maar toen huurde men een jaagpaard, vaak met een jongen voor de verzorging van het paard, die door middel van een touw het schip voort trok. Dan moest ook bij elke brug het paard worden losgekoppeld van de boot en soms moest hij naar de andere kant van het water, zoals bij de Halvemaansbrug. Daar liep hij eerst aan de zuidkant op de Breelaan, daarna moest hij naar de noordkant over de Hoornseweg. De Molenkade was toen nog maar een wandelpaadje. De sluiswachter van de Zeswielen had tevens een jaagpaardenverhuur. In 1941 werden de waterstanden van de Raaksmaatboezem en de Schermerboezem op dezelfde hoogte gebracht, zodat de overhaal en de sluis niet meer nodig waren. Tevens werd de Hoornsevaart verbreed en moesten er daardoor verschillende huizen verdwijnen. Ook de brug bij de Huygendijk verdween en de Halvemaansbrug werd verhoogd en van beton gemaakt. Toen is ook de Zeswielenbrug gebouwd en de boerderij met het café verdween. Het nieuwe fietspad langs de Hoornsevaart heeft in 2015 alle nog bestaande kenmerken van de oude Zeswielen uitgewist. In de zeventiger jaren werd er aan de Breelaan een nieuw gemaal gebouwd om de Oudorperpolder van water te ontlasten. In de tachtiger jaren werd de Arie Berkhoutbrug gebouwd om vanuit de Oudorperhout naar station-noord te kunnen fietsen.


103

De Hoornsevaart richting Heerhugowaard met de brug van de Huygendijk naar de Breelaan ca. 1930.

104

Ontwerp tekening van de Hoornsevaart met rechts de sluis en de drie overhalen met nog maar twee molens (1629).

105

De Hoornsevaart ten oosten van de Herenweg met zicht op de Halvemaansbrug (ca. 1970).

106

De Halvemaansbrug over de Hoornsevaart anno 2020, verhoogd en opgeleverd in 1941.

107

De laatste beroepsmolenaar Arie Berkhout, kreeg in 1983 zijn eigen brug over de Hoornsevaart.

108

De Hoornsevaart in westelijke richting nog zonder het omstreden fietspad (2014).

109

De Zeswielenbrug anno 2020 gebouwd in 1941.

33


110

111

De Kievitstraat rond 1930.

De melkzaak van de familie Bode, later kruidenier Obdam.

112

De Ooievaarstraat (ca. 1933).

Het Ooievaarsnest Het Ooievaarsnest is vernoemd naar de ooievaarspaal die

Zelfs de krant twijfelde aan het Oudorpse karakter van de

aan het begin van de 20ste eeuw ruwweg ter hoogte van de

buurt en adresseerde voetbalvereniging De Randers als een

huidige Dr. Scheijlaan stond. Dit wijkje (wijk E) had binnen de

Alkmaarse voetbalclub. Overigens voelden de leden dat zelf

gemeente Oudorp een bijzondere ligging, want, ofschoon het

ook zo, omdat ze totaal geen ondersteuning kregen vanuit

volledig op Oudorps grondgebied lag, waren de bewoners

de Oudorpse gemeenteraad bij hun veldproblemen. In 1945

toch vooral aangewezen op Alkmaar en de meesten kwamen

werd besloten dat de naam vv Oudorp werd veranderd in De

zelden in het eigenlijke dorp. Middenstand was er voldoende

Randers, een naam die nog voortleeft in de Randersdijk die

rond de Frieseweg en in het Ooievaarsnest zelf, o.a. twee

eerder, tot 1972, Kanaaldijk heette.

kruidenierszaken, twee schoenmakers, twee bakkers en een groentehandelaar.

De wijk kreeg vorm in 1923, toen de tijdelijke bouwvereniging Het Ooievaarsnest (dhr F. Ringers) het licht zag en de

34

CafĂŠ Noord-Holland bij de oude Friesebrug tegenover de

gemeente Alkmaar zich neerlegde bij het feit dat de nieuwbouw

Herenstraat was het punt waar je terecht kon voor een

niet, zoals eerder gewenst, op Alkmaars grondgebied zou

versnapering en voor feesten en, niet onbelangrijk, daar was

plaatsvinden. De gemeente Oudorp vond het prima, want meer

ook het busstation waarvandaan de bussen vertrokken naar

woningen betekenden meer inkomsten voor de gemeente

het noorden en oosten (Westfriesland) van onze provincie.

en een betere bezetting van de Oudorpse schoolklassen.


113

Het oude voetbalveld wordt bouwrijp gemaakt voor de bouw van de Roerdompstraat.

114

Burgemeester G. Bosstraat met rechts kruidenier De Koning (1978).

116

115

Jaarlijkse rommelmarkt in het Ooievaarsnest (2017).

IJsbaan Ooievaarsnest koek en zopie met de gebroeders Ackermann.

In de gemeente waar je woonde ging je ook naar school in

Reigerstraat, de Scholeksterstraat en de Dr. Scheijlaan

die dagen! Het leidde tevens tot het behoud van een tweede

aan de wijk toegevoegd en bestaande straten verlengd.

leerkracht op de openbare school in Oudorp.

Paardenhandelaar Ackermann liet ’s winters met vorst een stuk land onder water lopen, waar van heinde en ver publiek

In oktober 1924 werden de ophoging van het bouwterrein

op af kwam, om op de bevroren ijsbaan een paar toertjes te

(11.000 m3 zand) en de aanleg van 500 meter straatwerk

schaatsen. Zelfs ijsspeedway is op deze baan verreden en de

met riolering in hotel-cafĂŠ De Toelast openbaar aanbesteed

alom bekende bassist Willem Schoone heeft op deze baan

en aannemer Dienaar uit Den Helder was de gelukkige. De

menig kilometer gereden en in de verre omtrek eerste prijzen

gemeente Oudorp keurde de straatnamen Ooievaarstraat,

weggesleept bij het hardrijden.

Burgemeester G.W. Bosstraat, Roerdompstraat en Kievitstraat goed en de bouw kon in 1925 beginnen. In 1927 kwam de aap uit de mouw, toen bleek dat Alkmaar aan de provincie had gevraagd om het Ooievaarsnest te mogen annexeren. De reactie uit Oudorp laat zich raden en de stad moest bakzeil halen. Toen de voetbalvereniging in 1955 werd opgeheven kwam er ruimte voor verdere uitbouw en werden later de 35


Rekerbuurt/Frieseweg Voor de Rekerbuurt/Frieseweg moeten we aan de westkant van Oudorp zijn, want de oude dorpsgrens ligt op de Frieseweg. De huizen aan de oostkant van de Frieseweg stonden in de gemeente Oudorp en de huizen aan de westkant staan op oorspronkelijk Alkmaars grondgebied. De Frieseweg is een echt deel van de Westfriese Omringdijk. Je moet er wel wat moeite voor doen om je dat voor te stellen en dat komt doordat het stuk grond aan de Alkmaarse kant ooit is opgehoogd tot het niveau van de dijk en aan de Oudorpse kant is de sloot aan de voet van de dijk gedempt. Nu ligt daar de ventweg tussen de Friesebrug en de Munnikenweg. Ooit liep aan de westkant ook een sloot die de loop van het oude riviertje De Rekere volgde, maar ook dat is gedempt. Het enige punt waar je mooi kunt zien dat de Frieseweg eigenlijk een dijk is, is ter hoogte van speeltuin O.K.B. met de drie meter lager gelegen sloot ter plekke. De Rekerbuurt op zich wordt aan de ene kant begrensd door de Frieseweg en aan de andere kant door de Nieuwe Vaart, nu Hoornsevaart geheten, en is ook een gebied dat al op oude kaarten van 1570 voorkomt. Daar lagen de tuinen die eigendom waren van het Mannengasthuis, dat een ziekenhuis was achter het stadhuis van Alkmaar. Daar teelde men groenten voor de patiënten en er stonden ook melkkoeien in de wei.

36

De meeste huizen in de wijk zijn in de jaren ’40 en ’50 van de vorige eeuw neergezet en er wordt alleen gewoond zonder bedrijvigheid. Voor bedrijvigheid moest je aan de Frieseweg zijn. Daar zaten talloze bedrijven, zoals metaalwarenfabriek Hulskamp, later de Bouwvakker en weer later Praxis. Daar schuin tegenover zat Opel- en Chevrolet-garage Jac. Met. Weer even verder, bij de splitsing met de Munnikenweg, zat de Saab-garage Eduard de Vries. Garage Brea was op de hoek van de Ooievaarstraat gevestigd en helemaal naar het noorden was garagebedrijf de Zeswielen (tot op heden). Middelbeek autoverhuur ten slotte completeert het autobranche-gezelschap aan de Frieseweg. Jaap Berkhout exploiteerde er met zijn vrouw vele jaren lang zijn levensmiddelenwinkel. Ook twee houthandels vonden er hun onderkomen: de firma Conijn op het terrein waar nu de Overtoom is en aan het begin van de Frieseweg houthandel Bierdrager met zijn eigen balkenhaven. Diverse bakkers bakten daar hun brood, zoals bakker Schot en bakker Nauta. En op de hoek van de Ooievaarstraat was autospuiterij Dirkmaat gevestigd en recent verdween nog keukenzaak Oudejans Keukens. Maar de enige die er echt boven uitsteekt is stellingmolen ’t Roode Hert, die daarmee het monumentale gezicht is van de buurt.


117

De Frieseweg met links de Rekerbuurt naar het noorden.

118

119

Een van de bekendste punten van Oudorp: Splitsing Frieseweg-Munnikenweg (1975).

De situatie vóór de huizenbouw van de Rekerbuurt (ca. 1930).

120

Frieseweg naar noord met links de Rekerbuurt en de gebouwen van houthandel Conijn (1992).

122

De leegstaande opstallen van houthandel Bierdrager aan de zuidzijde van de Frieseweg (1983).

121

Oostzijde Frieseweg richting zuid (ca. 1930).

123

De Hoornsevaart met links houthandel Conijn en rechts Schoehuis op de plek van Eecen (1992).

37


De Omval We maken een uitstapje naar de oostgrens van Oudorp en daar vinden we de Omval. Het is een ietwat mysterieuze naam. Men heeft wel gegist naar de mogelijke betekenis ervan, maar tot op heden is de oorsprong van de naam nog nooit echt aangetoond.

In de winter was de vaart een prachtige ijsoppervlakte om daarover naar de dieper in de Schermer gelegen dorpen zoals Stompetoren en Schermerhorn te schaatsen. Later, eind 1930, kwam er de weg langs de Noordervaart naar Hoorn en kregen Alkmaar en West-Friesland een goede toegang tot elkaar.

De Omval is een buurtschap dat ligt in het westen van de Schermer, ten oosten van Alkmaar en aan de noordwestzijde ervan ligt de gemeente Oudorp. Het buurtschap is ontstaan vanaf de inpoldering in 1635. Op de druiplanden van de Schermeer stonden waarschijnlijk al vóór de inpoldering de eerste boerderijen van de Schermeer. De boeren van deze boerderijen maakten gebruik van de vaarroute over de Schermeer en het Zeglis om naar de markt in Alkmaar te komen om hun producten af te zetten.

Rond 1940 werd de Oostelijke Randweg aangelegd, waarbij het hechte buurtschapje in tweeën werd gesneden. Het is in de loop der tijden voor vele instanties een vergeten gebied geweest. Hierdoor heeft de Omval heel lang als gemeenschap zelf zijn zaken opgelost en had het zijn eigen voorzieningen als leefgemeenschap. Het was altijd een buurtschap met een eigen karakter. Hier en daar zijn nog woningen in hun oorspronkelijke vorm te vinden. Het ligt nu opgesloten tussen het Noordhollandsch Kanaal aan de ene kant en de Oostelijke Randweg (N242) aan de andere kant met de deels gedempte Noordervaart in het midden van de bewoning. Aan de oostkant van de Oostelijke Randweg is beter

De Noordervaart nam, na de drooglegging, die functie over en was niet voor niets in het verlengde van het Zeglis aangelegd. Voor alle aan- en afvoer was Alkmaar zo de meest logische eindbestemming en zo wilde het stadsbestuur de inrichting van de drooggelegde Schermer ook beslist hebben.

38

de oorspronkelijke combinatie van Noordervaart en bewoning erlangs nog te ervaren. In maart 2020 haalde de hele gemeenschap van de Omval opgelucht adem, toen eindelijk de beide Leeghwaterbruggen weer beschikbaar waren en het jarenlange fileleed achter de rug was.


124

Bewoners van de Omval poseren bij de erepoort, vanwege het 300-jarig bestaan van de Schermer, bij de oude brug over de ringvaart.

125

Bewoners bij het overhaal huisje. De overhaal trok met behulp van een lorrie de schuiten over de dijk.

126

De overhaal met lorrie en rechts de herberg, die later het Schermerwapen heette, op het noord-westen van de Omval.

127

De gedempte Omval, van het Zeglis gezien naar het noordoosten.

128

Het originele tankstation is gebouwd in beginjaren vijftig van de vorige eeuw. Het was ooit het drukste station van Nederland

129

Het vernieuwde tankstation met garage en chauffeurscafĂŠ.

130

De oudste boerderij van de Omval. Onderzoek heeft uitgewezen dat het mogelijk een vaarboerderij is geweest. 39


131

132

De vlotbrug tussen Eilandswal en Luttik Oudorp in 1940.

De Eilandswal in 1990.

133

De Waterschapstraat (ca. 1929).

Het Schermereiland Even een blik over de dorpsgrens van Oudorp en dan kijken

verbinding met de stad te houden werd vlak na de aanleg van

we naar het Schermereiland. Inderdaad, deze wijk is een

het kanaal een vlotbrug tussen de Eilandswal en het Luttik

soort eiland tussen het dorp Oudorp en het Luttik Oudorp in

Oudorp gebouwd. Deze is in 1958 weggehaald en vervangen

Alkmaar, maar wel een oud eiland. Het ligt ingeklemd tussen

door een veerpontje. Die veerverbinding bestaat tot plezier van

het Noordhollands Kanaal aan de ene kant en de Westfriese

de bewoners nog steeds en er wordt veelvuldig gebruik van

Omringdijk (het Oudorperdijkje en de oude Schermerweg) aan

gemaakt.

de andere kant. De geschiedenis van het Schermereiland gaat vrij ver terug. Op

40

Het was vroeger altijd een gewoon deel van Alkmaar, maar dat

een oude landkaart uit 1570 zijn al huizen te zien op het stukje

veranderde rond 1820 toen het Noordhollands Kanaal werd

grond tussen het Oudorperdijkje en ’t Zeglis. Die grond is later

gegraven. Alkmaar wilde het kanaal graag door de stad laten

vergroot door landaanwinning. Over de Westfriese Omringdijk

lopen en zodoende werd gebruik gemaakt van de bestaande

lopende kwam men door de Schermerpoort Alkmaar binnen.

stadsgracht door die te verbreden. Daardoor sneuvelden

Die poort heette zo, omdat de verbinding met de Omval via

prachtige huizen in Alkmaar-Oost en ook de majestueuze

een brug over het toenmalige smalle kanaal bij de Omval

Friese Poort aan de noordzijde van de stad. Om toch een

liep en zo polder de Schermer richting Alkmaar ontsloot.


134

De Schermerweg in 1905 met de Schermerpoort.

135

Station Tienenwal met tramrails en molen De Wachter in 1903.

137

136

De Schermerweg in 1978.

Zicht vanaf de Baileybrug over de Nieuwe Schermerweg naar het Oudorperdijkje.

Tussen de Schermerweg en ’t Zeglis liep vroeger nog een

De wijk kenmerkt zich door een hechte sociale samenhang

jaagpad waarop meestal een paard een schuit voorttrok tot

en er heerst een echt wijkgevoel, al is er na de realisatie van

aan Alkmaar aan toe, want het pad liep na het Schermereiland

de wijkvernieuwing door de woningstichting Willibrordus in

ook verder langs de Kanaaldijk (nu Randersdijk) tot voorbij de

samenwerking met het Bouwfonds meer openheid en diversiteit

Friesebrug.

in bewoners gekomen. Buurthuis De Wachter heeft een centrale functie en ook het eigen schooltje (de Poortwachter)

Toen het kanaal werd gegraven lag dit stukje Alkmaar er

droeg/draagt bij aan het wijkgevoel. En in de jaren ’30

verloren bij en bijna een eeuw lang stonden daar alleen

was er natuurlijk al voetbalvereniging MEVO waarin de

een paar huizen en waren er bedrijfsactiviteiten op de beide

voetballiefhebbers elkaar vonden. De naam van het buurthuis

scheepswerven ter plekke. Ooit stond aan de Tienenwal,

is overigens afkomstig van korenmolen de Wachter, die van

vlakbij de vlotbrug, van 1895 tot 1931 het beginstation van de

veraf het fiere herkenningspunt was van de wijk. Deze prachtige

tramverbinding tussen Alkmaar en Purmerend en dat had in die

stellingmolen stond vlakbij de Schermerpoort aan het eind van

tijd zeker belang, tot andere middelen van vervoer de overhand

de Tienenwal en is in 1918 afgebroken.

kregen.

41


De Nollen Het stuk Herenweg dat tussen de Halvemaansbrug en de spoorwegovergang bij Sint Pancras bovenop de langgerekte Vronergeest ligt, heette vroeger Nollen. In de volksmond werd dit gedeelte ‘De Nollen’ genoemd. De buurtschap dankt haar naam aan zandheuvels, ontstaan door opwaaiend duinzand, die daar ooit hebben gelegen. Nol is een ander woord voor duin. De Vronergeest is zo’n strandwal, waarop in het zuiden Oudorp en in het noorden Sint Pancras gesticht zijn. Het land dat aan beide zijden naast de Herenweg lag, werd bij veel woningen en boerderijen afgegraven en ook de zandwalletjes (klinnen), die de erfafscheidingen vormden, verdwenen veelal. De laatste klin ligt (nog steeds) aan de Achterweg naast het Herenwegpad en voor het huis van de familie Quant. De Nollen groeide uit tot buurtschap doordat er wat boerderijen op de zandrug kwamen. Pas in de jaren ‘30 van de vorige eeuw kwam er wat meer bebouwing en na de Tweede Wereldoorlog groeide de bevolking nog wat

42

meer. Rond die tijd kon je ook de zandafgravingen van soms wel 1,5 meter diepte goed waarnemen. De nering in De Nollen bestond hoofdzakelijk uit tuindersbedrijven en kippen- en veeboeren. Toch waren er ook twee bakkers, vier groenten handelaren, een kruidenier, een tuincentrum, een hotel-café-restaurant en een transportbedrijf met grond en waterwerken. Eind 20ste eeuw, na de doorkruising van de Nollenweg, begon de bebouwing pas goed op gang te komen. De wijken Nollen-West en Nollen-Oost werden binnen een aantal jaren opgebouwd. En de Achterweg, die eens zo’n idyllisch plekje was, is nu verheven tot de goudkust van Oudorp. Gelukkig is er nog een klein stukje park tegen de spoorlijn aangelegd om het geluid van de treinen voor de omwonenden wat dragelijk te maken. Wil je in De Nollen rust vinden, dan kan dat alleen nog langs het fietspad aan de Beverkoog.


138

De Herenweg in ca. 1930 vanaf waar nu de Nollenweg is.

140

De Nollen in 1978 met glastuinbouw en zonder Nollenweg.

142

Het laatste houten huisje aan de Herenweg 182 hoek Achterweg van Jan Dekker.

144

Toen liepen de pony’s in de Nollen-west.

139

De noordzijde van de Herenweg hoorde vóór 1972 bij de gemeente Koedijk.

141

Doorkijk langs het huis dat Manus van Wonderen liet bouwen toen zijn boerderij in 1943 verbrand was (1975).

143

Links van dit boerderijtje Herenweg 181 loopt nu het Hertog Aalbrechtpad.

145

De Nollen richting Oudorp. Links was later transportbedrijf Schot gevestigd. 43


Vanuit de kerktoren Een haan kondigt het begin van een nieuwe dag aan en hij houdt zijn omgeving in de gaten. Oudorp heeft twee van zulke hanen. Eentje staat te glanzen op de Sint Laurentiuskerk en zijn collega staat op het witte kerkje van De Terp. Beiden kijken ze over heel Oudorp uit. In februari 1992 werd de toren van de Sint Laurentiuskerk voorzien van nieuwe leisteen en stond daarvoor geheel in de steigers. Bij Piet Vriend, werkzaam in het oude raadhuis, kwam tijdens zijn middagwandeling de vraag op wat zo’n haan allemaal kon zien en hij trok de stoute schoenen aan. Er werd toestemming gevraagd aan de opzichter om met een fototoestel de steigers te mogen beklimmen om van respectabele hoogte Oudorp vast te leggen.

44

Het resultaat was een flink aantal prachtige kleurenfoto’s die het verdienen om in dit album een plek te krijgen. Alle windstreken werden vastgelegd en zelfs over de dorpsgrenzen heen zijn nog veel details te zien. Ze laten het Oudorp en haar omgeving zien zoals alles er bijna dertig jaar geleden uitzag. De dorpsgenoten van toen zullen veel wegen en woningen herkennen. In 2015 was een bestuurslid van de Stichting Historisch Oudorp in de gelegenheid om vanuit het bakje van een hoogwerker van de brandweer het dorp op de gevoelige plaat vast te leggen.


146

Hoog boven het dorp reikt de toren van de Sint Laurentiuskerk in zomertijd.

148

Vanuit de toren van de Laurentiuskerk is de Herenweg goed te volgen.

150

Kasteellaan en Slotlaan met achterin de hoogbouw in de polder.

152

Populieren- en Wilgenlaan uit de hoogte vanaf het Nijenburgplein.

147

In wintertijd een beter zicht op de bebouwing langs de Herenweg.

149

De Molenwijk in de Oudorperpolder met de Munnikenweg op de achtergrond.

151

Herenweg richting oost en industrieterrein Beverkoog in het verschiet.

153

Toen het groene hart nog handbalveld was.

45


154

155

Eén van de laatste foto’s van de nog in gebruik zijnde brandweerkazerne. 14 september 2014 verdween de laatste brandweerman van de Herenweg.

Tijdens de overstroming in Zeeland (de stormramp in 1953) werd ook de pomp van de brandweer Oudorp ingezet.

156

Het brandweerkorps Oudorp

46

Op 18 juli 1961 was hooibroei de oorzaak van de fatale brand van boerderij De Vuyk van Bertus Vethaak. De stolp is nooit meer herbouwd. Nu is daar winkelstraat De Nijenburg.

Het brandweerkorps van Oudorp werd na de Tweede

Aan de noordkant van Herenweg 42 was die brandspuit

Wereldoorlog op 7 december 1945 officieel opgericht.

gestationeerd in het brandspuithuisje, waar tevens een ruimte

Tijdens de oprichtingsvergadering, onder voorzitterschap

was voor de gemeentelijke handkar van de straatmaker. Ook

van locoburgemeester Schoenmaker, werd ook de

de veldwachter had daar z’n ‘kantoor’, waar personen die

brandweervereniging een feit. Nu was het niet zo dat er vóór

te diep in het glaasje hadden gekeken, een nachtje konden

die tijd helemaal geen brandweer was. Integendeel, er was

bijkomen. Als de brandweer moest uitrukken kwam één van

wel degelijk een brandweerploeg in Oudorp aangesteld, die

de brandweermensen, die een auto had, naar het spuithuis,

hoofdzakelijk uit vrijwilligers met een eigen bedrijf tussen de 18

bond de spuit achter zijn auto en reed naar de brand. Zo rond

en 50 jaar bestond. Volgens het reglement van de brandweer

1950 werd er een Canadese leger-Chevrolet aangeschaft,

Oudorp van 1918 moest de brandspuit eenmaal per jaar

die door wagenmaker Jac. Met uit Alkmaar werd omgebouwd

beproefd worden en werden er enkele manschappen minstens

tot manschappenwagen. Deze nogal forse auto paste maar

drie dagen van te voren opgeroepen. Na de oprichtingsdatum

ternauwernood in het brandspuithuisje. De brandweerploeg

in 1945 kwam er meer structuur in het oefenen en werd één

groeide ook en werd in tweeën gedeeld, zodat er één keer in

keer in de maand de brandspuit beproefd.

de veertien dagen een oefening op het programma stond.


157

158

1981 De Magirus Deutz tankautospuit 745 en kraanwagen 774 met (niet op de foto) de blusboot763.

159

Een uitruk op het Alkmaarse water met de 763 tijdens de opening van het vaarseizoen in 1983. Een verdronken huiskat werd uit het water gehaald.

160

Na de brand van 8 maart 1999 brandde molen C op 25 december 2004 opnieuw tot de grond toe af.

Het korps Oudorp wilde nog een ludieke foto uit ons mooie dorp.

Toch werd pas in 1960 een start gemaakt met gesprekken,

De lezer heeft inmiddels begrepen dat dit gebouw in

onder leiding van burgemeester Bakker, over de bouw van

september 2013 vijftig jaar op die plek heeft gestaan.

een nieuwe brandweerkazerne. Achter de boerderij van

En met de gedachte dat al die vijftig jaren de vrijwillige

Groenland aan de Herenweg 28 bouwde aannemersbedrijf

brandweerlieden met ontzettend veel inzet hun vrije tijd hebben

van Kooten een hypermoderne kazerne met toiletvoorziening,

gegeven voor de gemeenschap van Oudorp en omgeving,

instructielokaal en slangentoren. De opening van de prachtige

kwam het moment dichterbij dat de kazerne per 15 augustus

kazerne werd in 1963 feestelijk gevierd en daarna is het

2014 door de regionalisering van de brandweer verlaten

spuithuisje ook gesloopt. De sloop van de boerderij werd door

zou moeten worden. De kazerne van brandweer Oudorp

de brandweerlieden in eigen hand gehouden. Door deze tot

werd overbodig. Het korps werd samengevoegd met nog

de grond toe af te breken werd een reisje naar Duitsland bij

twee korpsen uit Alkmaar en samen werden zij Ploeg 31. De

elkaar gespaard. In 1981 werd voor de uitbreiding van het

Oudorper brandweerlieden moesten vanaf die datum naar de

instructielokaal de slangentoren afgebroken. In 1999 werd

kazerne Alkmaar om uit te rukken voor een brand in Oudorp.

de hele kazerne gemoderniseerd en feestelijk heropend door burgemeester R. Bandell.

47


Nering in het dorp Zoals elke dorpsgemeenschap had ook Oudorp in het verleden zijn eigen middenstand van zaakjes die het vooral moesten hebben van de bewoners van het dorp of soms alleen van de bewoners van een wijk (zoals het Ooievaarsnest). Dat waren er eigenlijk best veel voor zo’n klein dorp en zeker omdat Oudorp ook nog eens heel dicht bij Alkmaar ligt, waar men ook prima kon winkelen. Allereerst had je natuurlijk de middenstanders die in de noodzakelijke levensbehoeften voorzagen. Dat waren bijvoorbeeld de melkventers Laus Reus, Willem Admiraal en Cor Oud die met hun bakfietsen losse melk verkochten. Daarnaast waren er in het tijdperk vóór de supermarkten natuurlijk de kruideniers. Zo hadden we Meijering in De Nollen, Jac Obdam en Sien de Koning in het Ooievaarsnest en Jaap Berkhout aan de Frieseweg. Jan Admiraal nam de zaak over van Jaap Smit, gevolgd door Wim Bruin die net als Gerrit Mul aan de Herenweg in het dorp zat. Wim Bruin was ook de eerste die een winkel in de Oudorperpolder opende. Bakkers waren er ook voldoende. In het dorp zelf voorzagen Van de Giesen, Meijering en Rijser de bevolking van het dagelijks brood en in De Nollen had je bakker Vis, terwijl het Ooievaarsnest en de Frieseweg/Rekerbuurt door de bakkers Appel, Nauta en Schot werden bediend. Van de slagers mag slager Duin niet onvermeld blijven; later op hetzelfde adres aan de Herenweg opgevolgd door Hans van Veen, Van Haaster en Hans Hahn. Nu is daar de vishandel van Peter Tuijp gevestigd. Voor groenten en fruit kon men terecht bij Zuurbier, Duinmeijer en Molenaar in de Nollen en Piet Rood in het dorp zelf, terwijl er ook uitgevent werd door Cees Schut en Jaap Bakker.

48

Voor de persoonlijke verzorging waren de kappers Jan Burger en zijn opvolger Louis Steverink in beeld en de kapsalon van Rein Jagtenberg bevindt zich nog steeds op de plek van zijn voorgangers. En raakte het schoeisel versleten door het vele boodschappen doen, dan had je schoenmaker Bos in de Nollen en later Martien Snoeren in de Westerstraat voor het herstel en Delfs in het Ooievaarsnest. Hersteld werd er ook door fietsenmaker Cor Jonker en zijn latere opvolger Gerard Floris aan de Herenweg. Een wel heel bijzonder zaakje was de manufacturenwinkel van Lien Tamis aan het begin van de Westerstraat, waar later Ben Mak zijn witgoeden elektriciteitszaak had en waar nog weer later bakker Beerse zijn brood verkocht. Voor de inwendige mens konden de dorpelingen terecht in snackbar ‘Leo’ van Van de Giesen en vervolgens Dekker en Lobo. En voor de dorstige kelen stonden de deuren van Het Wapen van Oudorp (Morsch, later Meereboer, bar Nico), ‘t Hengelaartje en café De Vriendschap wagenwijd open. Voor de bloemetjes kon je eerst terecht bij tuincentrum Ter Nollen en in de noodwinkel van Hans Tamis, later aan De Nyenburgh en opgevolgd door Hans Schouten en De Seizoenen. Tot besluit nog een willekeurig aantal zaken zonder volledig te zijn: de eerste Chinees (Po-On), de aannemers van Kooten, Buijs, Staa, de Nijs en Metselaar, Modezaak Ton Groot (nu Janszoon), Doe Het Zelfzaak De Timmerwinkel, schildersbedrijf Baltus, drogist Hardeveld, apotheek Oudorp en installateur COJACO.


161

Groentenboer Chris Duinmeijer met de Kettenwagen met kisten van de Alkmaarse export veiling ca. 1947. 163

Lien Tamis manufacturen aan de Westerstraat 59 werd later een elektrazaak en bakkerij (ca. 1965).

165

Op de Herenweg had Laus Reus met zijn melkzaak ruimte nodig.

162

Kapperszaak Jan Burger aan de Herenweg later Steverink en Jagtenberg (1962).

164

Herenweg 63 Slagerij Duin, nu Peter Tuyp’s vishandel (ca. 1960).

166

Rijwielhandel Gerard Floris, een begrip in Oudorp.

167 168

Cor Oud, de melkboer uit de Nollen, ventte met zijn bakfiets losse melk uit, ca. 1950 In CafĂŠ Meereboer aan de Herenweg werd menig biertje getapt 1965, nu bar Nico. 49


De veelzijdige Oudorperhout Veelzijdig Oudorperhout, voor iedereen. De Oudorperhout is een stadspark tussen de Hoornsevaart en de Munnikenweg. Hier is in ruim 700 jaar veel gebeurd. Wie nu door de Oudorperhout loopt, kan terug naar vele avonturen uit het verleden en nieuwe maken in het heden. Wat heeft de Oudorperhout o.a. gevormd? Wist je dat er in de Oudorperhout twee kastelen hebben gestaan? In 1287/1288 veroverde Floris V, West Friesland. Hij voerde een strijd tegen de West Friezen en hun boeren vrijheden. Alkmaar was hierbij de uitvalsbasis. Er werd een lage dijk aangelegd tussen Alkmaar en Oudorp, waar de Vroonergeest begint, om een betere verbinding naar West Friesland te hebben. Dit is later de Munnikenweg geworden. Ook bouwde hij twee kastelen met toegang vanaf de Munnikenweg: de Middelburg en de Nieuwburg. Wie nu in De Oudorperhout loopt kan de plekken van de kastelen nog herkennen en de plattegronden zien. In het gebied liggen ook nog eeuwenoude vaarten. Als je langs de Molenkade fietst, zie je vier molens (en ’t Roode Hert aan de Frieseweg). Dit waren er destijds, vanaf 1627, zes. Tegenwoordig draaien de molens nog wel maar malen ze niet meer. Wel zijn ze een prachtig onderdeel van de fraaie Oudorperhout. Tussen 1942 en 1945 wordt de Atlantikwall gebouwd door de bezetters. Dit is een verdedigingslinie van o.a. bunkers en tankversperringen. Deze laatsten, ook wel drakentanden genoemd, zijn nog in de Oudorperhout te zien. Wie bij het Zwijnsmeertje wandelt zal de drakentanden snel ontdekken.

50

Naast de skatebaan stond vroeger de boerderij van Admiraal. Deze is rond 1960 gesloopt maar kinderen en wandelaars kunnen wel door de hagen dolen die nu op de plek van fundaties van de stolp staan. In het midden van de jaren’70 is de gemeente Alkmaar begonnen met de herinrichting van de Oudorperpolder noord en dat is in fases de huidige Oudorperhout geworden. De Oudorperhout van nu In 2011 is Stichting Oudorperhout opgericht. Door trouwe donateurs werkt de stichting aan een plek voor iedereen. Er zijn mooie wandel- en hardlooproutes. Honden kunnen spelen op het hondenveld. Tuinders kunnen tuinieren bij de tuinvereniging en kinderen kunnen steppen en skaten op de skatebaan. Maar vooral ook wordt de natuur behouden, verrijkt en verzorgd. Er is plek voor weidevogels zoals Grutto, Kievit en Tureluur om te broeden en op en bij het water zien we soorten als Krakeend, Kluut, Slobeend, Fuut, Bergeend, Kuifeend, Blauwborst, Baardmannetje, IJsvogel, Aalscholver, Watersnip, Lepelaar en verschillende ganzensoorten. Planten zoals Kievitsbloem, Grote Ratelaar, Rietorchis, Brede Orchis en Wespenorchis, Wilde Bertram en Dotterbloemen hebben er alle ruimte om te groeien en maar liefst zeven soorten vleermuizen voelen zich er thuis. De stichting organiseert excursies om jong en oud te laten zien wat voor prachtigs er in de Oudorperhout te vinden is. Er is genoeg te beleven!


169

170

Drakentanden van de Atlantikwall. De verdedigingslinie van Hitler tegen de geallieerden. Oudorperhout van bovenaf. Langs de Molenkade met de vier molens.

172

171

Pak je verrekijker en tuur over het weidelandschap op zoek naar weidevogels.

Grutto, een veel voorkomende weidevogel in de Oudorperhout.

174

173

In de moestuinen kunnen mensen naar hartenlust tuinieren.

De rietorchis, een bedreigde plantensoort in de Oudorperhout.

175

Skatepark in de Oudorperhout. Stunten op steppen en trucs op je skeelers of skatebord. 51


177

176

Oudorp van boven 1943 met nog de onbebouwde Oudorperpolder.

Gezicht vanuit de polder op Alkmaar.

178

De Maas- en Waalstraat (1989).

De Oudorperpolder Groener dan de Oudorperpolder ooit was zullen weinig

Nieuwe Schermerweg het industrieterrein Oudorp gerealiseerd

gebiedjes rondom Alkmaar ooit geweest zijn. Eeuwenlang

en zo was Oudorp in ĂŠĂŠn klap 45 hectare grasland kwijt.

was dit een prachtig weidegebied dat bestond uit groene

Nog was de honger niet gestild: Alkmaar meldde zich bij

graslanden, doorsneden door sloten en vaarten, waarvan

de Oudorpse gemeenteraad en vroeg om huizen te mogen

meerdere op zeer oude landkaarten reeds voorkomen. De

bouwen in de Oudorperpolder. En zowaar kregen ze het

natuur tierde er welig en Cornelis Jetses zou er zomaar een

college van burgemeester en wethouders van Oudorp daarin

prachtige schoolplaat van hebben kunnen maken. Over wat

mee. Dachten die zo de dreigende annexatie te neutraliseren?

de Oudorpers koesterden, werd in Alkmaar wel heel anders gedacht.

In 1968 startte de bouw van de eerste woningen en Oudorp zou qua inwonertal exploderen. De eerste die dat in de gaten

52

De eerste aanval op het gebied vond plaats vlak voor het

had was VIVO-winkelier Wim Bruin, die op eigen kosten een

uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, toen dwars door

soort brug naar de Oudorperpolder aanlegde (aan het eind

de weilanden de Nieuwe Schermerweg werd aangelegd. En

van de toen nog doodlopende Marestraat), om de nieuwe

daar zou het niet bij blijven! In 1967 werd door de gemeente

bewoners de gelegenheid te geven in Oudorp te kunnen

Oudorp zelf in het gebied tussen de Schermerweg en de

winkelen. Hij vestigde ook snel een VIVO-noodwinkel aan de


179

Toen nog Super de Boer.

180

De Polderhof als winkelcentrum.

181

Van Polderhof tot puinhoop (2015).

182

Winkelcentrum Oudorp.

net gereed gekomen Rijnstraat en hij was daarmee de eerste

des tijds. De Vang kreeg een haveloze buitenkant en schades

ondernemer van de Oudorperpolder. Kort daarna kreeg hij

werden niet meer hersteld; kortom, verpaupering deed haar

gezelschap van een apotheek.

intrede, tot verdriet van ondernemer Wim van de Voort. Hij lanceerde dan ook plannen voor een complete facelift.

De ontwikkeling schreed voort en het Oudorperplein werd ingericht. De Vang was het buurthuis en de supermarkt van

Na vele afwijzingen volgde succes, toen hij, de gemeente en

Wim van de Voort, schoenmaker Horn, bakker Rood, een

de bewoners het eens konden worden. In 2016 begon de

snackbar, het gezondheidscentrum, de apotheek en de

sloop en een imposant winkelcentrum met bovenliggende

bibliotheek maakten dat we in Oudorp voor het eerst van een

woonruimtes werd gerealiseerd. Wethouder Konijn die de

winkelcentrum konden spreken.

opening verrichtte moest toegeven, dat het prachtig was geworden en wenste alle ondernemers en met name de

De huizenbouw ging gestaag door en de omzetten groeiden

opvolgers van Van de Voort in de Albert Heijn-supermarkt,

navenant. Er zat weer leven in de polder, al was het een ander

alle succes in het nieuwe winkelhart van Oudorp. Een nieuw

leven dan dat van de groene natuur van vroeger. Maar het

visitekaartje van Alkmaar met de nieuwe naam Winkelcentrum

winkelcentrum en het plein werden aangetast door de tand

Oudorp staat sindsdien op de kaart.

53


Oudorp in het groen Laten we wel wezen: zo groen als het vroeger was, zo zal het nooit meer worden. De tijd dat Oudorp een dorpje was dat geheel omringd werd door groene weilanden ligt ver achter ons, maar gelukkig leveren niet alleen weilanden groene natuur. De oprukkende huizenbouw ten oosten van Oudorp (de Bomen- en de Planetenwijk) en die ten westen van ons dorp in de Oudorperpolder slokten veel natuur op, maar niet alles ging verloren. Het gebied ten noorden van de Munnikenweg werd in de jaren tachtig heringericht en er verscheen een prachtig natuurgebiedje met wandel- en fietspaden: De Oudorperhout, waar de molens van de Molenkade de fraaie horizon vormen. Het hele jaar kun je er genieten van de vele vogels die zich daar op het water, in het riet en op de groene natte en droge gebieden ophouden. Ons dorp kent ook twee prachtige bomen die door de Bomenstichting als monumentaal zijn aangemerkt. Dat zijn de bruine beuk uit ca. 1860 in de pastorietuin en de Hollandse leilindes van ca. 1920 langs het Stroomerlaantje langs het kerkbosje. Voetbalvelden, is dat ook groen? Nou, qua kleur natuurlijk wel. Maar het gaat niet om de velden, maar om de boomsingels er omheen, waar in rustige uurtjes staartmezen, sijsjes, zwartkoppen, grote bonte spechten, een enkele groene specht en fazanten met jongen op kunnen duiken. Een gebiedje dat pas bestaat is het groene hart van Oudorp langs het Kolpingpad. Een rustig plekje met veel beplanting dat in de komende jaren in toenemende

54

mate insecten en vogels zal trekken. Dat gebeurt al in natuurgebiedje De Leedjes bij de Kippenbrug, waar een aantal jaren geleden de gestorte bagger op de grond van de oude druiplanden is weggegraven en waar twee, voor wandelaars toegankelijke meertjes, het Molenleedje en het Snippenleedje, inclusief paddenpoel met begroeiing voor in de plaats zijn gekomen. Het zijn twee prachtige gebiedjes waar het Noord-Hollands Landschap zich met veel plezier over heeft ontfermd. Wat verder langs het kanaal Omval-Kolhorn en net voorbij de Hoornsevaart vinden we het langgerekte rietland van het Rietbos, waar het bedrijventerrein Beverkoog zich tegenaan drukt. Het is nog steeds een prachtig rietmoeras waar veel vogels zich thuis voelen, maar helaas zijn er lang niet meer zoveel soorten als toen de Beverkoog nog weiland was. Vogels als de grote karekiet, waterral, watersnip, snor, baardmees, bosrietzanger en de roerdomp kon je er in de jaren ’60 nog gewoon aantreffen. Vanaf de Nollenbrug heb je een magnifiek uitzicht over al het rietland. Een ander gebied waar groen belangrijk is, is het weidegebied van de strandwal langs de Nieuwe Schermerweg. Het is een oud gebied waarin bodemvondsten zijn gedaan die uit de vroege middeleeuwen van duizend jaar geleden stammen. Met name aan de oostkant van de verlengde Westerstraat is nog duidelijk het reliÍf van het begin van de oude strandwal te zien. Laten we deze gebieden voor Oudorp altijd behouden. Ze zijn het zeker waard.


183

De weilanden ten oosten van Oudorp (ca. 1960).

185

184

De Oudorperpolder zoals we hem graag zien.

186

Het monumentale Stroomerlaantje met de Hollandse leilindes in de winter.

187

De Leedjes met de Kippenbrug en Ambachtsmolen (2004).

188

Het reliĂŤf van de strandwal is in het landschap duidelijk waarneembaar.

189

De pluktuin van Het Groene Hart in het centrum van Oudorp (2020).

Het Rietbos ten oosten van de Beverkoog gezien vanaf de Nollenbrug. 55


Dorps- en buurthuizen Het vertier in het dorp in vroeger jaren speelde zich hoofdzakelijk af tijdens een kermis in en om de cafés. Gelukkig had Oudorp in het begin van de twintigste eeuw genoeg cafés. Bij de Laurentiuskerk was café Meereboer, tot juli 1952 was dat Guurtje Morsch en nu is dat bar Nico. Bij de Halvemaansbrug was café De Vriendschap van Engel de Groot en aan het einde van de Breelaan, bij de brug naar Heerhugowaard, stond café De Hengelaar van Piet Leering. Vóór de Tweede Wereldoorlog werd de Halvemaansbrug verbreed en verhoogd en werd een deel van café De Vriendschap afgebroken. Het overgebleven deel werd omgebouwd tot woning. In dezelfde periode werden ook de huizen, de molens en café De Hengelaar achter Oudorp gesloopt. Bleef alleen ‘Het Wapen van Oudorp’ nog over. In het midden van de jaren zestig opende een groepje jongemannen in het patronaatsgebouw bij de Jozefschool ‘De Beatbunker’. Een jongeren-sociëteit waar diverse bands uit de omgeving zich samen met de jongeren konden uitleven. Niet lang daarna opende het dorpshuis aan de Meidoornlaan de deuren als wijkcentrum voor het oude dorp en de Bomenwijk. Helaas was

het bestaan van de Beatbunker geen lang leven gegund, het bestuur raakte in financiële problemen en moest de deuren sluiten. Een ander jongerencentrum was De Hooizolder, dat in 1978 opgezet werd in de langhuisboerderij net over de Halvemaansbrug. Nu zit daar een re-integratiebedrijf (Exodus) voor ex-gedetineerden. Begin jaren zeventig werd onder leiding van een buurtwerkgroep buurthuis ‘Het Zwijntje’ opgezet aan de Geulstraat in de Oudorperpolder, dit om de Rivierenwijk te voorzien van een ruimte om samen te komen. Het Zwijntje werd gesloopt, toen wijkcentrum ‘De Vang’ aan het Oudorperplein werd geopend. Inmiddels staat al jaren wijkcentrum ‘De Oever’ aan de Amstelstraat voor u klaar. Een wijkcentrum waar iedereen welkom is. Dat geldt overigens ook voor het wijkcentrum ‘De Wachter’ op het Schermereiland. Daar begonnen de activiteiten in 1972 in het oude Tolhuis bij de Schermerpoort. De Wachter dankt zijn naam aan de stellingmolen die ooit fier boven het ‘Rooie Dorp’ uitstak. Beide wijkcentra worden ondersteund door tal van vrijwilligers.

190

Buurthuis De Wachter geïntegreerd in het Schermerhuis (2020).

56


191

Het Dorpshuis aan de meidoornlaan in 2006.

192

Buurthuis Het Zwijntje op het plein voor de Geulstraat.

193

Wijkcentrum De Vang op het Oudorperplein (1980).

194

De boerderij van Blom bij de Halvemaansbrug werd jeugdhonk De Hooizolder (1975).

196

195

Wijkcentrum De Oever aan de Amstelstraat (2020).

De frisdrankbar, het belangrijkste meubel in het interieur van de Beatbunker.

57


197

198

Het Nijenburgplein staat bol van de activiteiten door de Oranje vereniging op Koninginnedag 2012.

Een Beatbunker ledenkaart (ca. 1968).

199

Al meer dan 50 jaar dameskoor Zanglust.

Het verenigingsleven Naast sporten in verenigingsverband wordt de levendigheid van een dorpsgemeenschap zoals de onze ook door andere activiteiten gekenmerkt. Zo bestond in Oudorp al sinds 1931 de Gezellenvereniging die de Oudorpse katholieke jongens ontspanning bood in hun vrije tijd. Dat gebeurde wekelijks in het verenigingsgebouw naast de St. Jozefschool tot de Duitse bezetter dat in 1940 verbood. Na de oorlog werd opvolger KAJ opgericht die het tot in het begin van de jaren ’70 uithield. Ook kende Oudorp in het verenigingsgebouw al sinds het midden van de jaren ’30 tot aan het eerste oorlogsjaar de toneelvereniging ‘Kolping’, onder leiding van regisseur en dorpsschilder Ab Tamis. Na de oorlog ontstond toneelvereniging TOP en toen die in de beginjaren ’50 ter ziele ging, werd in 1957 St. Laurentius (sinds 1970 het huidige TOP) met veel succes als haar opvolger opgericht met leden van haar voorgangers. 58

In 1966 werd door de Oudorpse jeugd de Beatbunker in het oude verenigingsgebouw ingericht en organiseerde de beatjeugd biljart- en kaartavonden en ook allerlei landelijk bekende bands traden daar op (o.a. Outsiders, Sandy Coast, Bintangs). Helaas was de energie na twee jaar al op, maar in de wijde omtrek was haar faam gevestigd. Zelfs was ons dorp in de jaren ’50 een heuse fanfare rijk, Wilhelmina genaamd, die bij allerlei gelegenheden, zoals jubilea en kampioenschappen, acte de présence gaf. En er was op muziekgebied meer te doen: het zangkoor Sursum Corda had veel leden, het Laurentiuskoor van Riet Tamis was landelijk bekend en het dameskoor Zanglust is na meer dan vijftig jaar nog steeds zeer zanglustig.


200

TOP tijdens de toneelvoorstelling Soep in 2007.

202

De Welpen poseren bij het elektrahuisje van de leerfabriek (1956).

201

Oudorper Vrouwen Gilde tijdens een modeshow (2017).

203

Het muziekkorps Wilhelmina met de Gidsen.

Een voor Oudorp zeer belangrijke vereniging werd op 24 september 1945 opgericht. Het betrof een initiatief van het ComitĂŠ Bevrijdingsfeesten dat besloot tot de oprichting van de Oranjevereniging Oudorp (nu de Oranjevrienden). Op Koninginnedag (nu Koningsdag) en met de Oudorpse kermis deden en doen de leden van deze vereniging de Oudorpse jeugd en de volwassenen bijzonder veel plezier met alles wat zij organiseerden en organiseren met heel lang voorman Jaap Bakker als hun onmiskenbare boegbeeld.

Ook de middenstand liet zich niet onbetuigd, want in 1938 werd al een lokale middenstandsvereniging opgericht en tot op heden weten de ondernemers elkaar in de Winkeliersvereniging Oudorp te vinden. Ook landelijke organisaties hadden in Oudorp hun eigen levendige afdelingen, zoals de padvinderij met haar welpen, kabouters, gidsen en verkenners die samenkwamen in de oude leerfabriek en de LTB Oudorp die de lokale tuinders, landbouwers en veehouders samenbracht.

Dan waren er nog de lokale kruisverenigingen Witte kruis, Witgele kruis en Groene kruis die zich, ieder vanuit een andere achtergrond, bezig hielden met gezinsverzorging en -hygiĂŤne. En ook was hier Herwonnen Levenskracht dat de Oudorpers bij ziekte en revalidatie ondersteunde. Qua saamhorigheid zat het wel goed in ons dorp en dat merkten ook telkens de collectanten voor goede doelen.

Verder was (en is!) hier een sterke en levendige vrouwenbond, tegenwoordig de Oudorper afdeling van het vrouwengilde, sinds 1951 bijzonder actief met allerlei activiteiten, voorstellingen en ondersteuning voor haar leden.

59


Sporten Als de vitaliteit van een gemeenschap zich laat meten aan de hand van beoefende sportactiviteiten, dan slaat Oudorp zeker geen slecht figuur en dan hoeven we ons echt niet te beperken tot de periode van groei die ons dorp sinds de jaren ’70 meemaakte. Zo bestond er van 1904 tot 1921 al de IJsclub Oudorp en was de voorzitter van het belangrijke rayon Alkmaar zelfs een Oudorper, de heer Lindeboom. Deze ijsclub had geen eigen baan, maar zij zorgde ervoor dat er geschaatst kon worden op van sneeuw ontdane vaarten en kanalen, vooral als deze onderdeel waren van een toer- of wedstrijdtocht. In de jaren ’30 lag wel de fameuze ijsbaan De Quint in de Kraspolder, waar heel Alkmaar op afkwam. Aan de hausse aan oprichtingen van voetbalclubs van na de Eerste Wereldoorlog ontkwam Oudorp ook niet en in 1921 werd SDW opgericht. Daarna volgden er meer: VVO in 1931, ASV (later MEVO) in 1933, Oudorp (later De Randers) ook in 1933 en ten slotte bleef Kolping Boys (1939) als enige over. Verder floreerde het zomeravondvoetbal vele jaren met teams van Kolping Boys, Schot Boys en later FC Nico. Na de Tweede Wereldoorlog begonnen vrouwen en meisjes ook meer te sporten en dat leidde tot de oprichting van handbalclub VBO in 1950 en vervolgens HV Kolping in 1963. Deze laatste vereniging kreeg later veel succes en speelde met het eerste herenteam zelfs mee in de landelijke eredivisie. Helaas zat het de vereniging niet mee en viel in 2007 zelfs het doek.

60

Het waterrijke Oudorp biedt ook onderdak aan de watersport. Sinds 1979 heeft roei- en zeilvereniging ARZV een prachtige accommodatie aan het kanaal bij de Beverdam en aan de andere kant van de Halvemaansbrug voelt drakenbootvereniging United Dragons zich bijzonder thuis. Als grote buitenvereniging mag natuurlijk ook de in 1972 opgerichte tennisclub TVO, waar doordeweeks (sinds 11 november 1975) ook gebridged wordt (TVO Bridge), niet in het rijtje van aansprekende sportclubs ontbreken. Dat bridgen wordt ook gedaan door bridgeclub Oudorp, maar dan in De Oever en De Wachter. In het laatste buurtcentrum speelt ook bridgeclub Slimslem. Ook andere binnensporten komen ruim aan bod in ons dorp. In 1967 zag tafeltennisvereniging Blitz het levenslicht, dat in 1979 alweer doofde en in 1973 werd volleybalclub VCO opgericht; deze club is inmiddels opgegaan in Alvoco. Daarnaast beschikken we over koersbalclub Blue Socks en de badmintonclubs Poona, Oudorp en Dabos. Voor de lichamelijke conditie is verder de Trimclub Oudorp nog actief. Sinds een aantal jaren heeft ons dorp zelfs een hardloopevenement dat jaarlijks honderden deelnemers trekt: het Rondje Oudorp. Zelfs de wielerronde van Oudorp is weer terug van weggeweest. En uitbreiding van sportbeoefening is nog steeds mogelijk. In het Ooievaarsnest, de Omval en bij Kolping Boys liggen nog jeu de boules-banen die beter bezet kunnen worden en een dartclub zou in ons dorp wellicht ook niet misstaan.


204

De Alkmaarse Roei- en Zeilvereniging op de Beverdam trainen in de Hoornsevaart.

205

Volleybalvereniging ALVOCO in actie.

206

207

De jeu de boules-baan in het Ooievaarsnest. Op de Beverdam zit voetbalvereniging Kolping Boys met meer dan duizend leden.

208

Het voetbalelftal van FC Bar Nico.

209

Jaarlijks rondje Oudorp 5 of 10 kilometer.

210

United Dragons in de Hoornsevaart.

61


Speeltuin Ons Kinder Belang Op 5 mei 1945 besluiten een paar mensen uit de Oudorper buurt ’t Ooievaarsnest om het afkondigen van de vrede niet ongemerkt voor de kinderen te laten voorbijgaan. Aldus wordt door de ter plekke gestichte Oranjecommissie op 6 mei een kinderfeest op touw gezet en ‘s avonds spelen de volwassenen een gekostumeerde voetbalwedstrijd. Door het succes van deze en latere evenementen besluit men tot de oprichting van een buurtvereniging. Op 4 juni 1945 wordt opgericht: ‘Buurtvereniging ’t Ooievaarsnest’. Voorzitter van deze vereniging wordt de heer S. Commandeur. Op 7 juni 1945 zijn er reeds 92 leden. Op 25 september 1945 treedt de heer S. Visser (raadslid van de gemeente Oudorp) toe als bestuurslid en hij wordt in maart 1946 benoemd tot vice-voorzitter en in april 1947 tot voorzitter. Na een paar jaar wordt tijdens de jaarvergadering op 9 februari 1951 in café Muizenvreugd besloten tot opheffing van Buurtvereniging ‘t Ooievaarsnest en tot oprichting van Speeltuinvereniging Ons Kinder Belang. De locatie is een gehuurd stuk terrein van voetbalvereniging Randers, daar waar nu de Roerdompstraat en de Scholeksterstraat zijn gesitueerd. Het Sinterklaasfeest voor de kinderen wordt gevierd in de ontspanningszaal van de N.V. Ringers. De vereniging staat ook open voor leden uit de Rekerbuurt en bij de gemeente Alkmaar wordt derhalve ook een subsidieaanvraag ingediend en later toegekend. Even later worden op het voormalige Randers-terrein huizen gebouwd en moet de speeltuin naar een andere locatie op zoek. In

211

De speeltuin “Ons Kinder Belang” van boven.

62

1959 eindigen voorlopig alle activiteiten van speeltuin OKB en worden de toestellen, voor zover niet gesloopt door de jeugd, gedemonteerd en tijdelijk opgeslagen dan wel uitgeleend. In 1966 weet voorzitter Visser, tevens wethouder van Oudorp, voor de vereniging beslag te leggen op de boerderij van de heer Reitsma aan de Munnikenweg nr. 88. Eigenaar van deze boerderij en het weiland ernaast is inmiddels de gemeente Oudorp, die, volgens het raadsverslag van 14 december 1967, besluit de boerderij met noodwoning en een gedeelte van het weiland te verhuren aan Speeltuinvereniging OKB voor f 600,00 per jaar, ingaande 1 januari 1968. Reeds in het najaar van 1966 vindt het clubwerk alweer plaats in de boerderij en oude toestellen worden weer geplaatst. Er worden toestellen gefabriceerd door vrijwilligers en nieuwe aangeschaft. Op 6 april 1968 wordt de speeltuin aan de Munnikenweg geopend door de oud-burgemeester van Oudorp, de heer Kok. Het maandelijks huis aan huis ophalen van oud papier is goed voor de financiën. Het gebouw wordt op 31 oktober 1997 overgedragen voor één gulden, inclusief ‘vergoeding voor nietuitgevoerde werkzaamheden’. De onderliggende grond van de boerderij wordt in erfpacht verkregen en de huurprijs voor de grond onder de speeltoestellen bedraagt f 1,00 per jaar. Na de grote renovatie van de speeltuin en de plaatsing van nieuwe toestellen in 1997 heeft men ook daarna niet stilgezeten. Want ook de afgelopen 23 jaar zijn alle vrijwilligers keihard bezig geweest om deze unieke speeltuin up to date en veilig te houden.


213 212

De opening van de speeltuin in het Ooievaarsnest.

Ook al stond het gras hoog, de kinderen genoten in hun speeltuin (ca. 1952).

215 214

De boerderij van Reitsma aan de Munnikenweg met links het zomerhuis.

De heer Visser links van burgemeester Bakker die de opening verricht (1957).

216

Wat een plaatje met ‘t Roode Hert op de achtergrond.

217

Vanaf ‘t Roode Hert.

63


218

De Sint-Jozefschool in 1969.

219

De Herenweg had nog geen trottoir (ca.1955).

220

Zicht naar wat nu industrieterrein Beverkoog is in de Nollen (1975).

Toen en nu

64

In meerdere hoofdstukken is duidelijk gemaakt dat ons dorp de afgelopen zestig jaar niet heeft stilgestaan en waarschijnlijk in die periode meer veranderingen heeft meegemaakt dan in de zes eeuwen ervoor. Niet elke verandering was even spectaculair, maar er zijn enkele veranderingen die in het oog springen en die het uiterlijk van het dorp ingrijpend hebben gewijzigd.

Een enorme verandering was de aanleg van de nieuwbouwwijken, de Bomenwijk, de Planetenwijk en de Rivierenwijk in de Oudorperpolder. Voorgoed had onze gemeente haar identiteit als rustig plattelandsdorp ingeleverd en explodeerde haar inwonertal, wat meteen een grote stimulans voor het verenigingsleven en de middenstand betekende.

Zo was er in de jaren ‘60 de sloop van het markante gebouw van de Sint-Jozef lagere school met aan de ene kant het verenigingsgebouw en aan de andere kant het Ursulinenklooster; deze werden vervangen door de weinig aansprekende behuizing van de Boshoekschool.

En het was niet alleen de woningbouw die grote invloed had. Ook de bedrijvigheid kende een enorme groei. Als eerste werd eind jaren ’60 het grasland tussen de Schermerweg en de Nieuwe Schermerweg opgeofferd; daar kwam het industrieterrein Oudorp. Vervolgens kwam eind jaren ‘70 aan de noordkant van het dorp de overtreffende trap ervan, het industrieterrein Beverkoog, waarvoor alle natuur van de rustige groene polder Westbeverkoog werd opgeofferd.


221

Het stratenplan voor de Bomenwijk is gegraven (ca. 1965).

222

Vanaf de Kippenbrug ligt het dorp nog ver over ‘t Wuiver (ca. 1960.

223

De oude Oldeburgh aan de Herenweg was al weer verouderd (2007).

Ook op sportief gebied was het niet stil: eind zeventiger jaren verschenen de voor dorpsbegrippen grote sportcomplexen De Nollen van Kolping Boys en de Hoornsevaart van FC Huiswaard op ons grondgebied. Tennis, een sport die het dorp in de jaren vijftig alleen maar uit de krant kende, kreeg met De Zes Wielen en TV Oudorp een plek met voor elke vereniging een eigen sportpark. Het straatbeeld veranderde eveneens. Rond 1960 kregen de Herenweg en de Westerstraat aan beide zijden een trottoir, waarvoor alle inwoners een aardig stuk van hun voortuintje moesten inleveren en een aantal oude woningen werd gesloopt, overigens niet eens zo heel veel. Een aantal andere oude straten veranderde nog ingrijpender. ‘t Wuiver is nog slechts in zijn oude vorm te herkennen vlak voor de Kippenbrug, de Breelaan is een met gras begroeide dijk

224

De Breelaan gezien vanaf de nieuwbouw (ca. 1968).

geworden en de Kerklaan werd van een doodlopend weggetje een verbrede weg met aansluiting op het oostelijk dorpsdeel. Ook de verzorgende sector eiste haar plek op en zo kreeg het dorp het bejaardenhuis De Oldeburgh en het regionale verpleeghuis Lauwershof. De bovenstaande greep uit alle veranderingen zal nog wel niet de laatste zijn, maar respect voor de juweeltjes, zoals de molens, de Munnikenweg en de Oudorperhout verdienen het om, wat dat betreft, uit de wind gehouden te worden.

65


Inhoudsopgave 1. Voorpagina

36. Rekerbuurt - Frieseweg

2. Voorwoord AH

38. De Omval

3. Voorwoord Wethouder

40. Het Schermereiland

4. Oudorp aan zee

42. De Nollen

6. Klooster en burchten in de polder

44. Vanuit de kerktoren

8. De Munnikenweg

46. Het brandweerkorps Oudorp

10. De Westfriese Omringdijk

48. Nering in het dorp

12. Oudorp bezet, Alkmaar belegerd

50. De veelzijdige Oudorperhout

14. Over Ambachtsheren en Burgemeesters

52. De Oudorperpolder

16. De Witte kerk of de Terp

54. Oudorp in het groen

18. De Sint Laurentiuskerk

56. Dorps- en buurthuizen

20. Erfenis van WOII

58. Het verenigingsleven

22. Monumenten in de wijk

60. Sporten

24. Het Oudorper landpad

62. Speeltuin Ons Kinder Belang

26. Over het RAADHUIS

64. Toen en nu

28. Boerderijen

66. Verantwoording en inhoudsopgave

30. Molens in en rond Oudorp

67. Nawoord SHO

32. De Hoornsevaart

68. Achterpagina

34. Het Ooievaarsnest

Verantwoording De inhoud van dit verzamelboek geeft een mooie beschrijving van hoe het dorp Oudorp er vroeger uitzag en wat we vandaag tegenkomen. Wij danken daarvoor dan ook de volgende personen en instanties van wie we de beelden hebben mogen gebruiken: Het Regionaal Archief Alkmaar, Erfgoed Alkmaar, Stichting Historisch Oudorp, Nationaal Instituut Militaire Historie, Stichting De Terp, Robin de Goede, Jan van Dalen, Cees Bijl, Dick Veel, Joop Duinmeijer, Martin van Hooff, Paul van Berkum, Ons Kinder Belang, Paula Duijneveld, Jan de Moel, Piet van Veen, Erfgoed Alkmaar, Stedelijk museum Alkmaar, Alkmaarse Roei en Zeil Vereniging, Alvoco, Kolping Boys, Ronald Gilles, United Dragons, Corrie Tamis, enkele beelden waarvan we de vervaardiger niet konden achterhalen, Willemijn Schmidt, Siem Bijpost, Ton Smit, Delamarre, Brandweer Oudorp, Maurice Amoreus, Emmy Reijngoud, Gerard Buisman, Westfries Genootschap, Piet Vriend, Piet Tamis, Raadhuis, Tom van Hemert, Leida vd Woude, Paula Duijneveld, Annelies Krieckaert, Anton Kieftenburg, Frank van Schaik, Jeboymavic, Heineken, M. Valkhof/P. Bitter, Jan Admiraal, Jaap Bakker, Katholieke Vrouwen Gilde, Zanglust, Nick Groesbeek, Erwin Stiemer, Jac. Obdam en Joeri Stoop. De samenstellers.

66


Na vijftien edities van de Kroniek van Oudorp, een wandelgids en het fotoboek ‘Veranderend Oudorp’, heeft de Stichting Historisch Oudorp nu een pittige bijdrage geleverd aan dit verzamelalbum over de historie van Oudorp. Door ondersteuning van Albert Heijn Oudorp en Tomorrow Marketing & Sales Services, met de correctie door IJsbrand Broers en de coördinatie van John van den Oord, konden we een prachtig verzamelalbum maken. We wensen dan ook alle klanten van Albert Heijn heel veel leesplezier en veel succes met het verzamelen van alle plaatjes, om zo een handig naslagwerk bij elkaar te sparen. De historie van Oudorp wordt onderzocht en opgetekend door de Stichting Historisch Oudorp. De stichting kunt u steunen door donateur te worden voor minimaal € 10,00 per jaar. U krijgt dan de Kroniek van Oudorp thuisgestuurd en u geniet van een fikse korting op lezingen en historische wandelingen. Ook kunt u altijd met vragen over het Oudorpse verleden bij ons terecht. Heeft u zelf verhalen of foto’s over oud-Oudorp? Deel ze met ons! Dick Veel, Martin van Hooff, Joop Duinmeijer.

www.historischoudorp.nl

67


Sparen doe je bij:

Albert Heijn Oudorp

kwalitaria Oudorp

Oudorp

Oudorp


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.