Balen en Olmen door de jaren heen
De lokale geschiedenis blijft inspireren. Met trots presenteren wij dit mooie verzamelboek over ons dorp Balen en onze deelgemeente Olmen, waarin vele nooit eerder vertoonde afbeeldingen zijn terug te vinden die een historisch beeld geven van beide dorpen.
Als erfgoedambassadeurs zijn wij dan ook zeer enthousiast dat winkelketen Jumbo een unieke en toegankelijke mogelijkheid aanbiedt om de geschiedenis van ons dorp naar een breder publiek te brengen.
Onze dank gaat daarbij uit naar al de verantwoordelijken binnen de Jumbogroep en zeker ook naar de vele vrijwilligers van beide erfgoedverenigingen in onze gemeente die dit resultaat mogelijk hebben gemaakt.
Wij wensen u alvast veel spaar-, kijk- en leesplezier.
Gefeliciteerd! Je bent nu in het bezit van een heus collector’s item, namelijk het historisch verzamelalbum van gemeente Balen-Olmen. Heel trots zijn wij op dit fantastische album dat we in samenwerking met Erfgoed Balen en de Olmense Vereniging voor Heemkunde en Geschiedenis tot stand hebben gebracht. Een album met aandacht voor de historie van de gemeente Balen en deelgemeente Olmen.
Hoe zag mijn dorp er 100 jaar geleden uit? En de straat waar mijn ouders opgroeiden? Grote kans dat deze vragen beantwoord worden in dit historisch verzamelalbum. Aan u nu de uitdaging om dit schitterende album vol te sparen! Leuk voor nu en leuk voor later.
Maandag 5 september 2022 start de spaaractie bij Jumbo Balen en ontvangt u gedurende 8 weken (tot en met zondag 30 oktober 2022) bij iedere 10 euro aan boodschappen een setje historische stickers. Vergeet niet uw vrienden, familie en buurtgenoten in te schakelen om mee te helpen sparen. Des te eerder is uw verzamelalbum compleet.
Een groot woord van dank aan de enthousiaste erfgoedvrijwilligers van Balen voor hun inzet bij het tot stand komen van dit album. En voor u: veel spaar-, kijk- en leesplezier!
Met vriendelijke groet, Martijn en Jason Vis | Jumbo Balen
Colofon
Verzamelalbum historisch Balen en Olmen
Is een samenwerkingsproject van Jumbo Supermarkt Balen, Erfgoed Balen en de Olmense Vereniging voor Heemkunde en Geschiedenis.
Tekst en Foto’s:
Erfgoed Balen vzw
Esther Keunen, Kris De Wandeleer, Bram Dierckx en Richard Vermeulen
Olmense vereniging voor Heemkunde en Geschiedenis
François Jennen en Gilbert Claes
Uitgever:
Jumbo Supermarkt Balen
Concept en productie:
Tomorrow, Breda tomorrow-mss.nl
TomorrowPromoties
© Het copyright berust bij de auteurs.
Tenzij anders vermeld, zijn alle foto’s in deze uitgave afkomstig uit de beeldcollecties van Erfgoed Balen en de Olmense Vereniging voor Heemkunde en Geschiedenis. De samenstellers hebben er naar gestreefd de rechten met betrekking tot de illustraties volgens de wettelijke bepalingen te regelen. Persnonen die desondanks menen rechten te doen gelden, kunnen zich wenden tot de uitgever.
Balen, een prachtig dorp in de Kempen
De naam van het dorp werd voor de eerste maal vermeld in 1173 als Banele, wat de bestanddelen banne (rechtsgebied) en lo (bos) bevat.
Balen was een dorp in de Voogdij Mol, Balen en Dessel, dat oorspronkelijk bezit was van de abdij van Corbie en later een zelfstandige heerlijkheid werd. De families Van Bocholt, De Renesse van Furstenburg en De Mol waren belangrijke heersersgeslachten.
Het dorp ontleende welvaart aan het feit dat er een aantal belangrijke wegen samenkwamen, denken we hier maar aan de baan naar Gelderland en de route naar Germanië. Om die reden was Balen dan ook lange tijd, vanaf het einde van de
16de eeuw tot het midden van de 19de eeuw, een belangrijke douanegemeente.
Door al deze trafiek ontstonden er ook verschillende huisnijverheden in het dorp. Op het einde van de 19de eeuw en in het begin van de 20ste eeuw, deed de zwaardere industrie haar intrede, met name ‘Vieille-Montagne’ en de buskruitfabriek ‘La Forcite’ (later ‘Poudreries Réunies de Belgique’ ofwel PRB) vestigden zich op het grondgebied van de gemeente.
Vandaag is Balen, samen met deelgemeente Olmen, een mooie uitgestrekte landelijke gemeente met tal van toeristische troeven.
Het Centrum
De huidige dorpskern van Balen ontstond vanaf de 12de eeuw, toen meer en meer bewoners zich daar vestigden langs het knooppunt van de grote landbanen. De plek was immers zeer gunstig gelegen om handel te drijven.
Al vlug werd deze plaats ook de thuisbasis van de lokale geestelijke en wereldlijke macht en dat is vandaag de dag nog steeds zo. De meest opvallende gebouwen in het Centrum verwijzen er ook naar, zoals de Sint-Andreaskerk, de Pastorij, het oude en nieuwe Gemeentehuis.
De oudste, zichtbare sporen van bebouwing gaan terug tot de 15de eeuw, toen de Abdij van Averbode het dorp geestelijk regeerde. De kerk werd gebouwd tussen 1444 en 1526 en vormt nog steeds een centraal herkenningspunt binnen de gemeente. In de loop der tijden is het gebouw tot tweemaal toe verwoest
door brand, in 1578 en 1684, en telkens volledig heropgebouwd. In dat laatste rampjaar werd nagenoeg de hele dorpskern zwaar beschadigd. De aanvankelijk spitse toren van de kerk werd nadien ook nooit meer heropgebouwd en kreeg het huidige uitzicht.
Vandaag de dag is het Centrum vrij uitgestrekt en omvat het onder andere enkele belangrijke straten zoals de Markt, de Kerkstraat, ‘het Zand’, de Vaartstraat, de Steegstraat en ‘t Steeg, de omgeving van het Station en het Gasthuis, de Reit, Holven en Hoolst, …. Van oudsher, en nog steeds, vormt het Centrum de bakermat van verscheidene Balense verenigingen zoals de gilden, toneelverenigingen, muziekmaatschappijen en talrijke sport- en cultuurverenigingen.
Scheps
Schepsmolen, ook wel ‘Het Zwaddergat’ genoemd, omstreeks 1900. In 1905 werd de molen afgebroken.
Het gehucht Scheps is de bakermat van Balen. De eerste nederzetting aldaar, volgens de geschiedschrijving een zogenaamd Laathof, was gelegen in het vruchtbare stroomgebied van de Nete.
Het domein werd bestuurd door een leenheer en bestond uit een riante villa, die door onze dorpsgenoten het ‘Kasteel van Scheps’ werd genoemd. Daarnaast was er een kapel (kerk) en watermolen gelegen. Een legende vertelt immers dat op het domein de Balense Heilige Odrada geboren zou zijn. Zij wordt daar reeds vele eeuwen vereerd en kreeg later dan ook een eigen kapel in de omgeving van het toenmalige ‘Laathof van Scheps’. Deze kapel herinnert nog steeds aan haar aanwezigheid te Scheps.
Later werd Scheps – ook ver buiten Balen – bekend voor zijn kampeer-en bivakterrein (met speeltuin), met name ‘’t Scheps Kasteeltje’.
Schoor en Ongelberg
Schoor is een oude nederzetting, gegroeid uit een groep Kempense boerderijen. Die gebouwen waren allemaal gelegen rondom een driehoekig plein. Vermoedelijk maakte het gehucht in vroegere tijden, samen met Scheps en Ongelberg, deel uit van eenzelfde bestuurlijke eenheid. Schoor was eveneens belangrijk als grensgehucht aan het vroegere Prinsdom Luik. Door de ligging vonden er te Schoor gedurende enkele eeuwen veelvuldig ‘tolheffingen’ ofwel douanecontroles plaats.
Centraal in het gehucht staat de Sint-Thomas van Kantelbergkapel, een 17de-eeuwse kapel waarvan de geschiedenis teruggaat tot de 15de eeuw.
In Schoor-dorp bevindt zich ook het Pannenhuis. Het gebouw deed dienst als Laatbank (Schepenbank) van Scheps, die in 1267 door de Abdij van Munsterbilzen werd overgedragen aan de Abdij van Averbode. Vanaf 1402 werd de rechtspraak onderhorig aan de schepenbank van de Voogdij Mol-Balen-Dessel. Het gebouw had ook nog andere functies, met name brouwerij (Paenhuys) en boerderij. Vermoedelijk werd het in hout en leem uitgevoerde bouwwerk in 1680 vervangen door een gebouw waarbij het vakwerk werd opgevuld met baksten in symmetrische figuren.
Schoorheide
Schoorheide is een Balens gehucht ten zuidoosten van Balen-Centrum, net voorbij het gehucht Schoor. Tijdens de middeleeuwen maakte de zogenaamde Schoorse-Heyde deel uit van de gemeenschappelijke heide tussen Balen, Lommel, Hechtel-Eksel, Beverlo, Oostham en Olmen.
Een groot deel van deze heide werd in de tweede helft van de 19de eeuw aangekocht door de toenmalige minister van Financiën Jules Malou, vandaar de benaming ‘Domein Malou’. Later werd het domein door de erfgenamen van Malou verkocht aan de verzekeringsmaatschappij ‘Antverpia’. Na diverse pogingen om er industriële activiteiten te ontwikkelen werd het volledige domein van 320ha uiteindelijk omgevormd tot een modellandbouwgebied. Tal van nieuwe boerderijen, samen met de ombouw van drie bestaande gebouwen, maakten van ‘de Malou’ een mooi landbouwproject.
Eind jaren 1930 werd een kapel (kerk) gebouwd, maar ook een klein bedevaartsoord met grot en staties en enkele jaren later een school met bijhorend klooster. De school sloot begin jaren 1990, deed nog jaren dienst als kamphuis voor de jeugd en staat er vandaag vervallen bij. De kerk is ondertussen verdwenen en op haar plaats staat een ultramodern Fitnesscentrum.
Schoorheide – Malou kende sinds de 2de helft van de 20ste eeuw een grote expansie met tal van woonwijken langsheen de Steenweg op Leopoldsburg.
Hulsen
Hulsen is een oude nederzetting. Het gehucht dat eeuwenlang wereldlijk onder Balen hoorde, maar geestelijk onder Meerhout, werd reeds vermeld in documenten uit 1289. Rond 1543 werd op de plaats van de huidige kerk een kapel opgericht, gewijd aan Onze-Lieve-Vrouw. Als patroonheilige werd echter gekozen voor Sint-Hubertus. Begin 19de eeuw werd de kapel een parochiekerk. De huidige kerk dateert van 1898-1899 en is van de hand van architect Pieter Jozef Taeymans. De pastorij werd al in 1876 gebouwd.
De oude gemeenteschool, oorspronkelijk uit 1862, werd in 1897 vervangen door twee nieuwe klaslokalen en een schoolhuis. Het schoolhuis werd in 1919 omgevormd tot klooster en op 29 september van datzelfde jaar werd er een zusterschool geopend.
Vandaag is er enkel nog de gemeenteschool, de huidige schoolgebouwen dateren van 1989 (lagere school) en 1992 (kleuterschool).
Tot slot: In Hulsen vond op 22 november 1798 een veldslag plaats in het kader van de Boerenkrijg. Hierbij werden volgens sommige bronnen zo’n 150 boerenjongens ofwel ‘Brigands’ gedood. Een herinneringssteen achter de kerk verwijst nog steeds naar dit gebeuren.
Rosselaar
Het kerkdorp Rosselaar is als landbouwnederzetting ontstaan in de Middeleeuwen en kreeg in 1663 een eigen kapel. Op de Ferrariskaart uit de jaren 1770 is de plaats weergegeven als het gehucht Rosselaer met zijn Sint-Luciakapel.
Het ‘oudste huis uit Balen’ stond vroeger in de Rosselaarstraat. De ‘Hoeve Peeters’ was een typsch Kempisch woonstalhuis en dateerde uit 1666. Oorspronkelijk was de hoeve opgetrokken in leem- en vakwerkbouw en in de loop der jaren werd het gebouw versteend en herhaaldelijk aangepast. Door een storm in december 1999 werd het dak zwaar beschadigd en raakte het bouwwerk in verval. Vandaag de dag is het gebouw verdwenen uit het straatbeeld.
In 1949 werd te Rosselaar een kapelanie opgericht, gewijd aan Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand. De eeuwenoude Sint-Lucia kapel was echter te klein geworden voor het groeiende gehucht en in 1953 werd een nieuwe kerk ingewijd. Het gebouw werd in 1964 officieel parochiekerk en eveneens afgesplitst van de Sint-Andriesparochie van Balen.
Aan de rand van het gehucht Rosselaar ligt trouwens nog een religieus gebouw, de Evangelische kerk Balen (PNIEL).
Rijbergdijk, Berkenbossen en Wezelse Statie
Rijsbergdijk is een kleine leefgemeenschap, maar daarom niet minder interessant. Het gehucht beschikt immers over een eigen ‘nieuwe’ basisschool. Het plaatselijke kerkgebouw werd echter al geruime tijd geleden gesloten en doet nu, binnen het scholencomplex, dienst als sport- en speelzaal.
Verder vinden we hier nog het belangrijke kruispunt ‘de Vierhoek’, waar de baan van Balen-Centrum naar Postel en de weg van Wezel naar Mol-Gompel elkaar kruisen. Op deze plaats stond vroeger café ‘Congo’ en werd (wordt) jaarlijks de gelijknamige kermis gevierd.
‘De Wezelse Statie’ en de Berkenbossen liggen ook nog binnen de Balense gemeentegrenzen, al zijn er hier en daar grillige grenskronkels. De woonwijken zijn allemaal gelegen in een mooie groene omgeving. De industriezone ‘Berkenbossen’ herbergt op Balens grondgebied enkel KMO’s.
Gerheide
De stenen kapel van Gerheide, toegewijd aan Sint-Jan de Doper.
Gerheide staat als kerkdorp al eeuwen op de kaart en heeft historisch gezien steeds een waardevolle plaats ingenomen. De kapel van ‘Sint-Jan de Doper’, daterend uit de 17de eeuw, en ook een vroegere hoeve van de abdij van Averbode zijn daar het bewijs van.
Aanvankelijk stond in Gerheide een houten ‘heiligenhuisje’, dat rond 1650 werd vervangen door een stenen kapel. De kapel werd door de inwoners gebouwd om bevrijd te worden van de veepest en werd toegewezen aan Sint-Jan de Doper. Gerheide is een levendige gemeenschap met een bloeiend verenigingsleven, een plaatselijke basisschool en vooral veel jonge gezinnen.
Wat zeker ook opvalt in dit mooie gehucht is de grote watertoren, een bouwwerk dat uitkijkt over het ganse dorp.
De moderne kerk van Gerheide, naar ontwerp van P. Neefs, werd ingewijd in 1973. Het gebouw werd intussen ontwijd en is onlangs omgevormd tot appartementen.
Wezel
Wezel, zowel op Balens als op Mols grondgebied, is dankzij de industrialisatie op het einde van de 19de eeuw en het begin van de 20ste eeuw uitgegroeid tot de huidige twee-gemeentenparochie.
Veel van de fabrieken zijn vandaag reeds verdwenen. De nonferro zinkfabriek is er nog steeds, al noemt ze al lang niet meer ‘Vieille-Montagne’. Het huidige Nyrstar heeft de economische en ecologische crisis voorlopig overleeft en is vandaag binnen de gemeente Balen nog steeds één van de grootste werkgevers. De fabriekswijken van weleer zijn nu opgepoetst en er zijn heel wat nieuwe woonwijken ontstaan. Het stratenpatroon van destijds is nog steeds goed te herkennen. Het ziekenhuis, de scholen en zelfs de vroegere fabriekswinkel en bakkerij zijn vandaag echter verdwenen.
De grens met de gemeente Mol loopt op sommige plaatsen kriskras door het gehucht waardoor het soms moeilijk is om echt te weten of je op Balens of Mols grondgebied bent. Eén ding is zeker: de kerk en de pastorij staan op Mols grondgebied… maar ook Balen betaalt mee voor het onderhoud.
Olmen Centrum
Olmen ontstond aan de rand van de Noord-Limburgse grote heide. Enkele beekjes stroomden van de heuvelrug van de heide in de richting van Olmen. In de middeleeuwen bouwden de bewoners hun boerderijen halfhoog tussen de beken en het hogere centrum van Olmen en niet meer op de hogere plaatsen. De weg die de boerderijen verbond liep als een krans rond Olmen. Het werd een kransakkerdorp. Hier en daar verdichtten de afzonderlijke boerderijen zich tot gehuchten.
Ons dorp hoorde toen bij het hertogdom Brabant. De hertogen gaven Olmen aan plaatselijke adellijke heren waarvan Nicolaes van Olmen de oudst gekende is. Zo werd Olmen een heerlijkheid. Enkele eigendommen van de heer, zoals de grote hoeve en de molen van Straal, werden verpacht. Het dagelijkse bestuur van de heerlijkheid lieten ze over aan hun vertrouwelingen uit de plaatselijke bevolking. Er was een laatbank, een schepenbank en een leenbank.
Het dorp werd bestuurd door een drossaard, een secretaris, een vorster en door 7 schepenen die allemaal benoemd werden door de heer. De invloed van de adellijke heren verminderde geleidelijk. In de late 18de eeuw en vooral na de Franse bestuursperiode namen de ‘gegoeden’ en de burgerij het bestuur over.
Het bestuur zegelde met een afbeelding van Willibrordus. Die afbeelding werd in de Belgische periode het wapenschild van Olmen. Willibrordus prijkte op de Olmense stempels en op latere relatiegeschenken.
In een herberg aan de Markt vergaderden de schepenen in een schepenkamer. Meestal was de gemeentesecretaris ook de herbergier. De laatste schepenkamer stond op de plaats waar nu de parochiezaal is. Het gebouw werd afgebroken zodat de nieuwbouw in 1957 kon openen.
In de kerktoren uit het einde van de 16de eeuw bewaarden de schepenen de belangrijke zaken van de gemeente in een ingebouwde kast met 3 sloten: geld en oorkonden. Het bestuur zorgde ook voor een uurwerk dat met ééne wijzer de dagindeling voldoende kon aangeven. De klokken kondigden belangrijke bijeenkomsten aan en verwittigden de mensen bij brand.
De school stond dicht bij de toren. De gemeente zorgde al van vóór 1600 voor een lokaal waar de kinderen de lessen konden volgen. Het schoolgebouw werd druk gebruikt voor alle mogelijke publieke diensten: school, gevangenis, lijkschouwingen, botermijn, archiefdepot, gemeentehuis en vergaderzaal. De materiële toestand van het gebouw werd zo slecht dat men sprak over de ‘oude schop’ in plaats van over de ‘oude school’.
Op de foto met kerktoren en school zijn ook nog net ‘De Pistolen’ zichtbaar. Dat waren kleine huurhuisjes die door Jonker Gaethoffs, in 1861, aan het Olmense armenbestuur werden geschonken. De ‘Pistolen’ konden onmiddellijk als starterswoningen verhuurd worden door het armenbestuur. Ook zijn andere goederen schonk Gaethoffs aan het armenbestuur of aan de kerkfabriek. Zij werden nuttig gebruikt voor o.a. een nieuwe school (1865), een nieuw kerkhof (1953), een verkaveling in de Veldstraat (1958) en een deel van de verkaveling Kruisblokken (1973).
In 1865 kreeg Olmen een nieuwe school. Er kwamen afzonderlijke lokalen voor jongens en voor meisjes. Voor de meesters en juffrouwen werd een schoolmeestershuis gebouwd. Toen tijdens de schoolstrijd de gemeenteschool tegenspraak kreeg vanuit de katholieke zijde, kreeg de gemeentelijke meisjesschool minder leerlingen. Gaandeweg groeide er een compromis tussen de twee scholen. De zusters gaven verder les aan de kleuters en de meisjes, de gemeenteschool bood onderdak aan de jongens. Het huis van de schoolmeesteres werd het gemeentehuis van Olmen. Het schoolgebouw domineert nu nog steeds het straatbeeld van de Schoolstraat, maar het gebouw is nu omgevormd tot appartementswoning.
In dezelfde straat staat ook het gebouw van de Zusters van Vorselaar. De grond voor de school en het eerste gebouw werden geschonken door Pastoor P.J. Schooffs. Na de bouw werd alles overgedragen aan de orde van de Zusters van Vorselaar. De eerste zusters namen in 1884 hun intrek in de school. De school verzorgde verder het onderwijs voor de meisjes. Vanaf 1899 richtte men ook een huishoudschool in.
Olmen Bezienswaardigheden
Tot 1953 werden overledenen begraven rond de kerk, in het centrum van het dorp. In 1953 kwam er verandering in deze (onhygiënische) oude gewoonte. Er kwam een nieuwe begraafplaats aan de Kruisblokken.
De kerk, die een belangrijke rol speelde in de geschiedenis, liet verscheidene historische sporen na. Tot 1288 benoemde de heer de pastoor. In 1288 schonk Nicolaes van Olmen het recht om in Olmen een pastoor te benoemen aan de abdij van Floreffe. Die abdij had toen in Postel een gebedshuis, de voorloper van de latere abdij. Van toen af tot aan de Franse Revolutie zorgden de paters van Postel voor een pastoor in Olmen. Volgens de legende werd de eerste kerk van Olmen gebouwd op de plaats waar nu de Boskapel staat en werd ze gesticht door Sint-Willibrordus. Zij werd toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw. De kerkwijding werd gevierd op het feest van O.-L.-V.-Geboorte in september. Dat is nog altijd de dag van Olmen-kermis. Hier ontstond er een bloeiende bedevaart ter ere van O.-L.-Vrouw en later ook ter ere van St.-Willibrordus. In 1841 werd de oude kerk afgebroken. Met de stenen van de afbraak bouwde men de Boskapel en de Haveskapel.
Vrijwel zeker werd er in de middeleeuwen een kerk gebouwd ter ere van O.-L.-Vrouw op de plaats waar nu de St.-Willibrorduskerk van Olmen staat. In de 15de eeuw werd nog een nieuwe kerk gebouwd. De toren van de huidige kerk en gedeelten van het koor zijn restanten van die kerk. De nieuwe kerk werd toen toegewijd aan de heilige Willibrordus. In die periode was er een bloeiende verering van de H. Willibrordus rond deze kerk.
De paters van Postel bouwden een pastorij en omwalden die met een ‘vest’. In 1910 werden de buitenmuren vervangen. Het indrukwekkende poortgebouw is uit het begin van de 18de eeuw.
De markt van Olmen ontwikkelde zich naast de hoeve die de heren in het centrum van Olmen verhuurden. Het was een plaats waar de boerenbevolking beroep kon doen op de nodige ambachtslui: smeden, rademakers, boterhandelaars. Ook Olmense notabelen vestigden er zich.
Jonker Gaethoffs was één van die notabelen. Hij was gemeentesecretaris en later burgemeester van het dorp .Hij bewoonde een huis aan de zuidkant van de Markt. Het was een huis waar Karel van Loreynen ooit overnachtte; de prins was op weg naar Brussel en werd er Landvoogd van de Nederlanden.
In 1852 woonde jonker Gaethoffs in het huis. Hij liet het gebouw in 1861 aan de kerkfabriek. Het werd tot in 1963 de Olmense onderpastorij.
In de meeste Olmense wijken was landbouw de hoofdbezigheid. Maar ook voor zijn molens was Olmen bekend. De watermolen van Straal wordt al in de oudste registers van het hertogdom Brabant vermeld. Het is zeer opmerkelijk dat deze molen nog steeds uitgebaat wordt. Het was een banmolen, dat wil zeggen dat alle boeren daar verplicht hun graan moesten laten malen. Op de molen installeerden de heren, de eigenaars, een officiële weegschaal. Dat werd de maatstaf voor alle gewichten in Olmen.
De vroegere windmolen van Heivoort werd gebouwd toen tijdens de Franse Tijd de plicht om zijn graan op de molen van Straal te laten malen verviel. Eerst de familie Schooffs en later de familie Sels hielden de molen draaiend.
Omdat de kerk van Olmen veel te ver aan één kant van het dorp stond, ijverde men gedurende eeuwen voor een kerk die voor iedereen gemakkelijk te bereiken was, ook voor Stotert en Hamse Hoeven. Een oplossing kwam er pas na de Tweede Wereldoorlog. Er ontstond een beweging om van Stotert een afzonderlijke parochie te maken. Dat was vooral het werk van onderpastoor Eduard Robeyns. Hij zag voor zich Stotert al uitgroeien tot een groot mijnwerkersdorp door de nieuwe steenkoolmijn die men plande. Ook burgemeester Oeyen, die zelf op Stotert woonde, was het plan genegen. Er werd een kapel en pastorij gebouwd. Net zoals in Olmen zelf kwamen er op Stotert aparte scholen van de gemeente en van de kloosterorde van Vorselaar. Beide instanties bouwden een school, een meisjes- en kleuterschool door de zusters van Vorselaar en een jongensschool door de gemeente. Ruim 50 jaar was Stotert een eigen parochie. De oprichting gebeurde in 1945.
Niet alleen gebouwen zijn belangrijk voor Olmen. Het sociale leven leeft er intens. Hoogtepunt is het traditionele vastenavond. Na de rondgang op vastenavondmaandag kiest men een koning door middel van een hanenkap. Daarbij worden traditionele liederen gezongen. Andere ontmoetingsplaatsen zijn tot ver buiten de gemeentegrenzen bekend. We denken dan vooral aan de dierentuin. Een andere uitstraling heeft het Honda Park met zijn vele motorcrosswedstrijden. Op gebied van jeugdrecreatie heeft Olmen 3 vakantieparken: Oosterborg, ’t Vergult Cruys en Spreedonken.
Brouwers
Zoals elders in ons land zal ook wel in Balen sinds mensenheugenis bier gebrouwen zijn. Met de abdijen van Averbode en Postel en steden als Diest en Leuven in onze omgeving moet het gerstenat hier in onze streek ook bekend geweest zijn. En is het vroegere ‘Paenhuys’ geen gebouw waar destijds bier gebrouwen werd en waar biercijns werd geïnd? Allemaal aanwijzingen dat er reeds eeuwen terug bier gebrouwen werd in ons dorp. De bewijzen hiervoor vinden we terug in tal van archieven.
Balen telde zeker 4 brouwerijen tussen de 16de en de 20ste eeuw. ‘Den Engel’, ‘De Kroon’, ‘Brouwerij te Schoor’ en ‘Brouwerij Van Dingenen’. In het begin van de 20ste eeuw staken ‘De bierstekers’ de kop op. Zij bottelden bieren van elders en verkochten ze zo.
Vandaag wordt in onze regio nog weinig bier of frisdrank aan huis besteld. Men kan nu met de eigen wagen terecht in ‘bierbazaars’, ‘biershops, ‘bierhallen’, warenhuizen en… online bestellen kan ook al een tijdje. Paard en kar, de vriendelijke babbel met de voerman, samen een pintje drinken bij de kar… dat zijn intussen lang vervlogen tijden...
Links achteraan op deze foto staan de gebouwen van de vroegere brouwerij te Schoor. Vandaag zijn deze nog steeds zichtbaar.
Brouwerij ‘De Kroon’ op de Markt te Balen werd gebouwd in 1835 door de familie Swinnen. Ook de laatste eigenaar, Mr. Kengen, was verwant met die familie.
Het begin van de brouwerij Van Dingenen. August Van Dingenen, ook wel eens de ‘bierpater’ genoemd, installeerde zijn brouwerij op de zogenaamde ‘Driehoek van Muun’.
Molens
Balen en Olmen kenden in het verre verleden al 3 watermolens: Schepsmolen, Hoolstmolen en Straalmolen. De bouw van deze molens gaat terug tot de 14de eeuw en mogelijk zelfs vroeger. Tijdens de 19de eeuw kwam daar nog eentje bij, de Topmolen.
Enkel Schepsmolen overleefde de tand des tijds niet en werd in 1905 afgebroken. De andere watermolens zijn er nog steeds aanwezig, wat een unicum is. Straalmolen, op de grens tussen Olmen en Hulsen, is zelfs één van de laatste beroepsmatig werkende watermolens van het land.
Naast watermolens, waren er vroeger ook enkele windmolens op het grondgebied aanwezig. Vandaag de dag zijn deze helaas volledig uit het straatbeeld verdwenen.
De eerste windmolen kwam er in het midden van de 15de eeuw nabij het huidige ‘Molenbosje’ te Scheps. De molen werd op het einde van de 18de eeuw al afgebroken. Ook in de deelgemeente Olmen kwam omstreeks 1735 een windmolen met bijnaam ‘Heimolen’.
Omstreeks 1800 kwam er een nieuwe, tweede, windmolen nabij het centrum van Balen en nog een derde rond 1820. Omwille van het type en hun vorm, kregen deze windmolens de bijnamen ‘De Theepot’ en ‘De Koffiepot’. De Molenstraat dankt nog steeds haar naam aan deze windmolens.
Windmolens waren in de eerste helft van de 19de eeuw een echte hype. Zo verschenen er in Balen nog drie exemplaren in het straatbeeld. Boonsmolen, ook wel ‘Statiemolen’ genoemd, werd gebouwd in 1842, Schoormolen in 1851 en uiteindelijk Steegmolen (Molen van Neels) in 1859.
Hoolstmolen is een watermolen van het onderslagtype gelegen op de Grote Nete, nabij de grens met Olmen.
Markante figuren
In de loop van de geschiedenis – en nog steeds – kenden Balen en Olmen heel wat bekende, beruchte én opvallende figuren. Een oplijsting maken van al die personen is haast onbegonnen werk.
Eén ding is zeker. Heel het dorp kende hen en er circuleerde vaak de wildste verhalen over hun daden onder de plaatselijke bevolking, al dan niet aangedikt bij het doorvertellen. Meestal waren deze markante figuren ook minder bekend onder hun officiële namen, maar deed hun alleszeggende bijnaam steeds de ronde. Bij het horen van die bijnamen zullen ongetwijfeld vele verhalen weer tot leven komen...
Herdenkingsmonumenten
Jaarlijks worden zowel de militaire als burgerlijke oorlogsslachtoffers uit de twee wereldoorlogen herdacht bij de verschillende Balense en Olmense herdenkingsmonumenten.
Het monument voor de Balense gesneuvelden werd op 29 augustus 1920 ingehuldigd op de Markt in Balen en was aanvankelijk een monument voor de omgekomen soldaten uit de Eerste Wereldoorlog. Door de heraanleg van de Markt in 1955 werd het monument verhuisd naar de huidige plaats aan de A. Dierckxstraat. Aan de gedenksteen werden toen eveneens de namen van de slachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog toegevoegd.
In de nabijheid van de plaats waar het Malou-drama zich afspeelde in september 1944, werd een herdenkingskruis opgericht ter nagedachtenis van de slachtoffers. Het monument is ook bekend als de ‘Calvarieberg’. Onder een groot Christusbeeld werden de namen aangebracht van de tien slachtoffers die op 11 september 1944 ter plaatse werden neergeschoten.
De acht dodelijke slachtoffers van 11 september werden begraven op het kerkhof van Schoorheide. Na de oprichting van een groot monument aan de achterzijde van de begraafplaats, werden de slachtoffers op 15 april 1945 herbegraven aan de gedenksteen.
De plechtige inhuldiging van het monument gebeurde op 11 september 1949 onder massale belangstelling van de Balense bevolking. De belangrijkste spreker tijdens die plechtigheid was Victor Gypen, één van de twee overlevenden van het drama.
Op het nieuwe gedeelte van de begraafplaats in Wezel werd op 21 juli 1947 een monumentaal kruis ingehuldigd. Het monument werd geplaatst ter nagedachtenis van negen personen uit Wezel die het leven lieten tijdens de Tweede Wereldoorlog. Op het oude gedeelte van het kerkhof staat ook een grafsteen voor de slachtoffers die vielen bij de ontploffing van de P.R.B. op 3 december 1942.
Na de Tweede Wereldoorlog werd ook op het kerkhof van de deelgemeente Olmen een gedenksteen onthuld voor de Olmense oorlogsslachtoffers uit de periode 1940-1945. In 2009 werd er aan het bestaande monument een gedenkplaat toegevoegd voor de slachtoffers uit de Eerste Wereldoorlog. Ook de gedenkplaat voor enkele gevallen vliegeniers uit de Tweede Wereldoorlog werd toen vernieuwd.
Een volledige lijst van oorlogsslachtoffers uit Balen en Olmen is terug te vinden op de website van Werkgroep Balen Bevrijd.
Kerken
Balen en Olmen hebben, zoals alle dorpen in de regio, een aantal rooms-katholieke kerken op hun grondgebied. Voor Balen is de centrumkerk, toegewijd aan Sint-Andries, de oudste (1444). De centrumkerk van Olmen is toegewijd aan Sint-Willibrordus. Over de exacte datering bestaat discussie, maar het is zeker dat elementen van de toren teruggaan tot in de middeleeuwen.
De gehuchten kregen ook hun kerken: Hulsen (1898-1901), Rosselaar (1953), Schoorheide (1939), Gerheide (1972-1973), Rijsbergdijk (1969-1970) en Olmen-Stotert (1944).
Balen heeft vandaag ook nog steeds een Evangelische (Protestanse) kerk te Rosselaar (1949).
Kapellen
Kapellen hebben in de loop der tijd steeds een belangrijke plaats ingenomen in de Balense en Olmense gemeenschap. Dit kan je zien aan de processies die, onder grote volkstoeloop, langs verschillende kapellen door het dorp trokken.
Balen telt drie grotere kapellen en ongeveer 120 kleinere bedehuisjes. Al deze bedeplaatsen zijn waardevol vanuit verschillende perspectieven: historisch (oprichtingsdatum, architectuur, situering), volks-cultureel (gebruik voor erediensten, aanbidding specifieke heilige) en kunsthistorisch (kunstschatten).
Onder de grotere kapellen vallen die van Schoor, Gerheide en Rosselaar. Zij zijn allemaal ongeveer in dezelfde periode in gebruik genomen: Schoor in 1618, Rosselaar in 1663 en Gerheide in 1694.
De kapellen hebben steeds een bidplaats of kerk gevormd voor de bewoners van een bepaalde wijk. Zij werden ook vaak aangeduid met de naam van het gehucht waarin ze gelegen waren.
Het onderhoud gebeurde aan de hand van inkomsten uit intresten en renten van uitgeleende geldsommen, schenkingen en offergaven in geld en natura en de verkoop van producten afkomstig van het kapeldomein. De uitgaven omvatten de kosten van de eredienst. Dit wil zeggen het loon van de koster en de aankoop van wijn, kaarsen, ampullen, wijwaterkwast, kelk en misgewaden. Dit werd vroeger beheerd door de ‘kapelmeester’ en bijgehouden in de zogenaamde ‘kapelboeken’.
Kapelletjes
De kleinere paal-, boom-, nis- en staakkapelletjes in onze gemeente zijn monumentjes, vaak vergroeid met het landschap. Bijna 60% van deze kleine kapelletjes werd opgericht als gevolg van een gelofte bij ziekte, oorlogsomstandigheden, gedachtenis aan een persoon of een grote devotie tot een heilige. De ware reden en motivering voor het bouwen van deze kapelletjes valt, voor een groot aantal, vandaag de dag nog zeer moeilijk te achterhalen. Tot op de dag van vandaag vormen ze stille en versteende getuigen van het lokale leven en de volkscultuur.
Het ‘Kapelleke van Dadizele’, gebouwd ter herinnering aan de West-Vlaamse vluchtelingen die in Balen een onderkomen vonden tijdens de Eerste Wereldoorlog.Opmerkelijke gebouwen
Onze samenleving evolueert razendsnel en sinds de Tweede Wereldoorlog is die evolutie nog amper te volgen. Ook vandaag is dat niet anders.
Die constante vernieuwingen zijn ook merkbaar in het Balense en Olmense straatbeeld. Ons dorp is steeds in beweging en in de loop der jaren ingrijpend veranderd van uitzicht. Ook onze lokale architectuur en infrastructuur wordt doorlopend gemoderniseerd. Sommige bouwkundige sporen uit het verleden zijn mooi bewaard gebleven of authentiek gerestaureerd, andere zijn dan weer verdwenen of vervangen.
Zowel in het Centrum, de Balense gehuchten als de deelgemeente Olmen staan nog steeds enkele pareltjes van gebouwen uit de tijd van toen. Het onroerend erfgoed van ons dorp werd in dit boek reeds veelvuldig in de kijker gezet, telkens met de juiste context erbij. Omdat we er niet genoeg van krijgen, volgen hierna nog enkele uitzonderlijke en opmerkelijke bouwwerken uit het verleden en heden...
De ‘nieuwe’ pastorie in Balen-Centrum. Het gebouw werd in 1905 opgetrokken en was één van de meest opvallende gebouwen van het dorp.Ons lokaal erfgoed is van onschatbare waarde!
Als lokale Erfgoedvereniging koestert Erfgoed Balen vzw sinds jaar en dag (°1977) een brede waaier van sporen uit het verleden en streven we naar een beheersbaar behoud van het Balense erfgoed – in de brede zin van het woord. Die missie is even veelzijdig als het lokale erfgoedlandschap zelf, maar kan toch onder enkele basisfuncties worden teruggebracht. Erfgoed Balen heeft namelijk een belangrijke verzamelfunctie; een functie van behoud en beheer; een onderzoeks- en eveneens een publieksgerichte functie.
Erfgoed Balen is een vereniging die wordt gekleurd door een bloeiende vrijwilligerswerking met talrijke actieve werkgroepen, steunende leden en erfgoedsympathisanten. De kracht van onze vrijwilligers gaat schuil in de diversiteit van afkomst, achtergrond en, niet onbelangrijk, leeftijd. De combinatie van jeugdig enthousiasme en jarenlange ervaring en kennis leidden in Balen alvast tot een unieke synergie, die haar vruchten afwerpt in talrijke projecten. Ben jij ook benieuwd naar onze werking en erfgoedproducten, zoals leuke publicaties, het jaarboek, filmpjes en podcasts, …? Ga dan zeker eens kijken op de website van Erfgoed Balen!
In de loop der jaren bouwde onze vereniging een aanzienlijke erfgoedcollectie uit die bovendien ter beschikking staat van het grote publiek. De collectie heeft een uniek karakter en bevat onder andere de volgende componenten:
• Private archieven van verenigingen, personen en families, bedrijven, ... die het verleden van de Gemeente Balen illustreren.
• Schaduwarchieven van belangrijke instanties die op het Balense grondgebied actief zijn of waren (o.a. Kerkarchieven, Archieven van openbare besturen, …) en officiële bronnenmaterialen.
• Lokale kranten, thematische mappen en krantenknipsels.
• Uitgebreide collectie bidprentjes en overlijdensberichten die doorzoekbaar zijn in een genealogische databank.
• Verscheidene iconografische materialen zoals foto’s, prentkaarten, kaarten en affiches. Een groot deel van deze beeldcollectie kan u bekijken via het Kempense Erfgoedportaal: www.KempensErfgoed.be.
• Leuke geluids- en beeldfragmenten uit de tijd van toen, waarvan een deel raadpleegbaar is via www.ErfgoedBalen.be.
• Talrijke museale stukken uit de tijd van toen, waarvan een groot deel permanent wordt tentoongesteld in het Kruiermuseum.
Kom jij graag ter plaatse snuisteren in onze collectie of heb je specifieke vragen? Dan kan je steeds terecht in ons Archiefen Documentatiecentrum op de bovenste verdieping van het Oud Gemeentehuis te Balen. Onze openingsuren zijn dinsdag-, woensdag- en donderdagvoormiddag van 9.00u tot 12.00u. Of kom even langs na een afspraak.
Contactgegevens Erfgoed Balen
Oud Gemeentehuis en Kruiermuseum
Vaartstraat 29, Balen
E-mail: info@erfgoedbalen.be
Telefoon: 014 74 41 70
www.ErfgoedBalen.be
Bekijk hier de online beeldcollectie van Erfgoed Balen.
Het Kruiermuseum
Het Kruiermuseum werd in 1994 officieel geopend en maakt integraal deel uit van het Oud Gemeentehuis. In het museum krijg je een beeld van het dagelijks leven in een Kempens dorp, zoals Balen, tijdens het Interbellum.
De Eerste Wereldoorlog had in het dorp voor economische en maatschappelijke veranderingen gezorgd, doch het gewone dagelijkse dorpsleven was er niet ingrijpend door gewijzigd. Het Interbellum betekende voor de mensen een periode van relatieve stabiliteit, wat zeker niet kan gezegd worden van de jaren vlak voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog.
Het Kruiermuseum - en de bijhorende site van het Oud Gemeentehuis - vertelt visueel de levensloop van de Balenaar, als het ware ‘van in de wieg tot aan het graf’. De nadruk wordt gelegd op datgene wat belangrijk was in het dagelijkse leven van de gewone mensen. Een bezoek neemt je helemaal mee in de tijd van toen…
Het museum kan je steeds op afspraak bezoeken of tijdens opendeurdagen. Begeleiding van een groep door een gids is eveneens mogelijk, mits een seintje op voorhand aan Erfgoed Balen.
‘De Balense Kruier’ voor het Oud Gemeentehuis. Het beeld symboliseert de bijnaam van de Balenaren. Een blik in de woonkamer van weleer…Erfgoed in en om de Olmense Pastorij
Op 12 februari 1984 verschenen de statuten van de Olmense Vereniging voor Heemkunde en Geschiedenis in het Belgisch Staatsblad.
Als jonge heemkundige kring werkten we samen met de Molenvrienden. Met die vereniging mochten we in 1984 Koning Boudewijn ontvangen op Hoolstmolen op de grens tussen Olmen en Balen. Een bijzonder initiatief was ook de samenwerking tussen ‘de grensheemkringen’. Heemkundige kringen aan weerszijden van de grens Brabant en Loon werkten enkele jaren samen rond bepaalde thema’s zoals schansen, epidemieën, Franse bezetting en Boerenkrijg, plaatselijke godsdienstige belevingen. Nu nog is de samenwerking met veel van deze kringen bijzonder goed.
Een belangrijk werkpunt voor onze kring is de borging van documentatie over Olmen: familiearchieven, verenigingsarchieven en persoonlijke documenten. We beheren ook een grote digitale fototheek, een databank met digitale krantenartikels, een database met bidprentjes en rouwbrieven, een databank met publicaties over Olmen, een verzameling digitale smalfilms. Verder is er een databank met regesten van het volledige oude dorpsarchief van Olmen ter beschikking.
Ieder jaar wordt minstens één tentoonstelling ingericht. Dikwijls gebeurt dat in samenwerking met een jubilerende vereniging. Soms zijn het kleinere tentoonstellingen. Maar er waren ook enkele grotere initiatieven die een hele zaal vulden: Oud Olmen, 700 jaar Olmen, de Tweede Wereldoorlog, de jaren 1950 in Olmen, 300 jaar ‘De Zwaan’, het werk van koloniaal R. De Wolf in Kongo, de Eerste Wereldoorlog, Vastenavond en hanenkap, 100 jaar en 125 jaar schoolgeschiedenis, … Enkele keren per jaar zijn er ook lezingen van eigen mensen of van specialisten van buiten de vereniging, maar altijd met een link naar de geschiedenis van Olmen. De vereniging geeft in 2022 nu al zijn 39ste jaarboek uit. Het jaarboek heet ’t Schreneel, hetgeen verwijst naar de kleine vakjes in de boedelkisten waarin onze voorouders hun kostbaarheden bewaarden.
Voor zoveel als mogelijk werkt de vereniging ook mee met de initiatieven van overkoepelende instellingen: Open Monumentendag, Erfgoeddag, Heemkundedag, Erfgoedcel. Maar we bundelen onze initiatieven zoals het jaarboek, lezingen en tentoonstellingen liefst in de winterperiode. De andere helft van het jaar willen we vrij houden voor onderzoek, bezoeken aan archieven en aan de opbouw van onze collectie.
Onze documentatie wordt bewaard op de zolder van de oude Pastorij in Olmen. Iedere eerste zaterdag van de maand is de genealogische documentatie te raadplegen. Op afspraak of via e-mail is verdere documentatie te raadplegen of aan te vragen.
Contactgegevens Olmense Vereniging voor Heemkunde en Geschiedenis
Olmens Heemkundig Documentatiecentrum en Oude Pastorij Olmen
Pastorijstraat 1, Balen-Olmen
E-mail: erfgoedolmen@telenet.be
Telefoon: 014 30 38 32
Bekijk alle info over de Olmense Vereniging voor Heemkunde en Geschiedenis hier online.