Er was eens... Meeuwen-Gruitrode

Page 1

Er was eens...

MEEUWENGRUITRODE

Al drie generaties lang...

Bie Gra van Piere, bie Jan van Gra, bie Hanne van Jan van Gra... Kortom: bie Heynickx.

Al drie generaties zijn we er voor onze klanten met dagverse producten, lekkere wijnen, een gezellige babbel en zoveel meer.

Al drie generaties lang vertoeven wij op dezelfde plaats, hier in het mooie Miève, in de Dorpsstraat.

Doorheen de jaren is onze winkel mee geëvolueerd. Van oorspronkelijke huis aan huis belevering met paard en kar, naar buurtwinkel, naar volwaardige supermarkt.

Omdat mijn grootouders en mijn ouders de basis gelegd hebben van onze familiezaak, wil ik hen graag bedanken. Hun toewijding en harde werk hebben ervoor gezorgd dat ik onze winkel verder kan laten groeien.

Graag neem ik jullie, onze lieve klanten en inwoners, dan ook even mee terug in het verleden. Op een ludieke en speelse wijze mogen we (opnieuw) kennismaken met de pracht van onze vroegere gemeente, Meeuwen-Gruitrode. Bedankt aan de heemkundige kring De Reengenoten en Det Waas Roy voor hun input in dit mooie verhaal!

Laat dit uniek album herinneringen ophalen, verhalen van vroeger naar boven brengen en wie weet oude vriendschappen terug aanwakkeren.

Bedankt voor al drie generaties lang onze trouwe klant te zijn!

Veel lees-, kijk- en plakplezier!

Hanne Heynickx

Proxy Delhaize Meeuwen

3
Meeuwen

Heemkring De Reengenoten Meeuwen-Gruitrode

Heemkring De Reengenoten Meeuwen-Gruitrode is een niet-politieke en onbaatzuchtige erfgoedvereniging in Oudsbergen. Het bestuur kan al decennialang rekenen op de steun en de sympathie van honderden lezers van haar gewaardeerde tijdschrift “De Reengenoten”. En … dat mag ook wel eens gezegd worden: we zijn wanhopig op zoek naar geschikte, toegankelijke en beheerbare accommodatie als maandelijkse vergaderplaats en als bewaarplaats voor ons bedreigd archief.

De voor sommigen vreemd klinkende naam “De Reengenoten” is een vlag die de lading dekt. Ons werkterrein bestaat immers uit de naburige en aan elkaar grenzende (‘renende’) historische dorpen: Meeuwen, Wijshagen, Ellikom, Gruitrode en Neerglabbeek. Deze verbondenheid wordt gesymboliseerd in ons embleem van gegroepeerde en gestileerde grensstenen.

Het bestuur bestaat uit een tiental vrijwilligers en wordt geleid door een gemotiveerde en ambitieuze voorzitter die iedereen stimuleert die zich belangeloos voor de erfgoedwerking van onze vereniging wil inzetten. Die erfgoedwerking promoot zichzelf niet alleen in de veel geprezen publicatie van ons halfjaarlijks tijdschrift met geschied- en heemkundige informatie over Meeuwen-Gruitrode maar ook door het beheer van een eigen website en facebookpagina.

We willen op die manier graag het plaatselijke verleden van onze gemeente, het lokaal erfgoed, bewaren voor de volgende generaties. We willen jongeren warm maken voor het kapelletje op de hoek, de oude molen bij de beek en de monumenten in onze gemeente. Tegelijkertijd willen we de oudere mensen laten terugblikken op hoe het vroeger was en herinneringen ophalen.

Daarnaast zijn de Reengenoten ook gekend om hun sociale inzet waarvoor zij samenwerken met scholen (schoolkalender, dingske in’e dieske), andere verenigingen (St.-Antoniusviering, dialectavond) en gemeente (tentoonstelling W.O.I).

Het is onmogelijk hier meer dan 40 jaar werking van De Reengenoten samen te vatten. Velen herinneren zich nog de herdenking van de vliegtuigcrash op het Genits, de onthulling van diverse monumenten. Ook de recente publicatie van het uniek Groot Woordenboek van het dialect van Meeuwen verliep niet onopvallend.

Dat er qua onroerend erfgoed in Meeuwen-Gruitrode nog wel wat werk op de plank ligt, is een open deur instampen. De gemeente- en parochiearchieven van elke deelgemeente en de archieven van Hasselt, Luik en Maastricht wachten op geïnteresseerde en enthousiaste mensen om in de voetsporen te treden die erfgoedvereniging De Reengenoten binnen haar mogelijkheden ongetwijfeld heeft achtergelaten.

Voor dit fotoboek hebben ‘De Reengenoten’ en ‘Det waas Roy’ de handen in elkaar geslagen.

‘Det waas Roy’ is bekend om zijn twee uitgaven over de geschiedenis van Gruitrode. In 2016 verscheen een prachtig boek over de geschiedenis van dit typisch Kempische dorp. In 2021 breidden ze een vervolg met een monumentaal tweedelig werk over de hoeven en de huizen in ‘Roy’. Voor het afwerken van dit fotoboekje - dat beelden verzamelt over de vroegere deelgemeenten van Meeuwen-Gruitrodekonden beide verenigingen putten uit hun rijk gevulde archieven. Geniet ervan…

4

Met de voeten in het zand en in het water

De natuur in onze gemeente biedt buitengewone troeven op velerlei vlak. Je vindt er een grote variatie aan heide, vennen, diverse soorten bossen en uitgestrekte landduinen. De Oudsberg is de hoogste landduin van Limburg en steekt bijna 90 meter boven de zeespiegel uit. Dit gebied is een unieke natuurkern met een enorm potentieel. Vele zeldzame dier- en plantensoorten voelen zich hier thuis. Je kan er als wandelaar, fietser of ruiter genieten van de prachtige heidelandschappen. De duinengordel maakt bovendien deel uit van het unieke cultuurlandschap van de Hoge Kempen.

In het verlengde van deze duinengordel langs het militair domein liggen de Kolisbergen. Niet alleen uitgestrekte heide- en zandvlakten vind je hier, ook water is er in overvloed. De Abeek ontspringt er en wordt gevoed met regenwater dat zich verzamelt. Door middel van kleine sloten wordt het water samengebracht in de eigenlijke Abeek. In de kwelgebieden komt het oppervlaktewater van hoger gelegen delen naar boven.

De Abeekvallei, een natuurgebied van in totaal meer dan 180 ha, is een vrij drassig gebied met

bossen, elzenbroekbossen, moerassen en bloemrijke hooilanden. Heel wat bijzondere dieren en planten hebben er hun biotoop. De vele meanders in de kronkelende beekvallei zijn uitermate geschikt voor de beekprik, een palingachtig visje dat je voornamelijk in deze vallei kan terugvinden. Ook het kleine tere plantje goudveil met haar gele kleur, vind je in overvloed in de vele moerasbossen. Mensen hebben in de loop van de jaren gebruik gemaakt van de kracht van het water van de Abeek. Zo kom je meerdere watermolens op deze waterloop tegen wanneer je gaat wandelen over de vele wandelroutes die onze gemeente rijk is.

In het oosten van Meeuwen-Gruitrode ligt Solterheide. Dit gebied van ongeveer 835 ha behoort ook tot de Duinengordel en ligt op een hoogte tussen 60 en 75 meter. Het bestaat vooral uit naaldbos. Hier stromen de Itterbeek en de Baatsbeek. Zand- en grindwinning in de buurt van Solterheide vormden in het verleden een bedreiging voor dit mooie stukje natuur in Neerglabbeek, maar dankzij acties van het NAN (Natuurbehoud Actie Neerglabbeek) zijn de plannen voor verdere ontgrinding uiteindelijk opgeborgen.

5
De Oudsberg Gruitrode

In de Abeekvallei vlak bij de vroegere Slagmolen van Ellikom werd een houten plankenpad aangelegd om de wandelaars door het moerassig gebied te leiden.

De Baatsbeek ontspringt op het kerkplein in Neerglabbeek en mondt uit in de Itterbeek nabij Staaf’s café. Deze inlandse zomereik siert reeds meer dan 200 jaar het beekdal. Basisschool Spelenderwijs draagt hierover sinds 1997 het peterschap.

De blauwe steen is gelegen op het punt waar drie gemeentes elkaar raken: Wijshagen, Gruitrode en Opglabbeek. Deze arduinen steen gaf in het verleden ook de grens aan voor het delven van steenkool in de mijn van Zwartberg door Concession Liégoise.

Het Schaapsven ligt in Gruitrode nabij Ophovenderheide. Het dankt zijn naam aan een oud gebruik: men dreef er de schapen in alvorens ze te scheren. Daarna werd de wol er nogmaals in gewassen. De hoge zuurtegraad van het water vergemakkelijkte deze karwei.

3
4
2
1
6

Op deze vlonder kan je genieten van de natuur in en rond de Abeek. Het is één van de zuiverste beken van Vlaanderen! Door de gepaste beheerwerken van Natuurpunt Meeuwen-Gruitrode en Peer leven er 17 soorten vissen zoals de kop- en rietvoorn, beekprik, snoek en serpeling.

Dit stukje holle weg is een restant van de oude weg tussen het dorp Neerglabbeek en de Royermolen. Wanneer we op de Weg naar Opitter aan de afdaling beginnen, zien we links vlak naast de huidige weg het begin van deze holle weg.

Heerlijk fietsen in onze gemeente! In 1995 startte het fietsroutenetwerk met knooppunt 01 in Ellikom, nabij het kapelletje dat moeder Ceyssens in 1923 liet bouwen ter gelegenheid van de priesterwijding van haar zoon Albert.

“De heide bloeit”: verschillende verenigingen verwijzen naar de heide in hun naam of op hun verenigingsvlag. De uitgestrekte heide met hoge zandduinen en vennen vormt een groot natuurgebied op het militair NAVO-schietterrein.

6
8
5
7
7

De dorstigen laven

In het verleden wilden onze dorpsbewoners maar al te graag voldoen aan het tweede gebod van barmhartigheid. Bijna op elke hoek van de straat, en zeker rond de kerktoren, bevond zich een café waar men zijn al dan niet vermeende dorst kon lessen. Het was eveneens de plaats waar nieuwtjes en roddels werden doorverteld. Meerdere verenigingen hadden er hun vergaderlokaal, denken we maar aan de duivenbond, de voetbal, de wielerclub, enz. Als tijdverdrijf werd er gekaart, pietjesbak gespeeld en buiten lag er dikwijls een kegelbaan. Later kwam de biljart en de kickervoetbal erbij.

Meestal was het houden van een café een nevenactiviteit. Overdag baatte de huisvrouw een kruidenierswinkeltje uit en ´s avonds werd in een aanpalend lokaaltje bier geschonken. Ook de combinatie met een kapperszaak kwam geregeld voor.

Bij Café Molemans in de Dorpsstraat van Meeuwen combineerde men zelfs het café met een kruidenierswinkel en een kapperszaak. Het houden van een café was zelden een langdurige activiteit. Dikwijls begon men een café als er in het gezin enkele opgroeiende dochters waren om achter de toog te staan. De interesse van jonge kerels was dan verzekerd. Meestal sloot de zaak nadat de jongste dochter getrouwd was.

Het bier kwam meestal van een plaatselijke brouwer. Tot het einde van de negentiende eeuw had bijna ieder dorp enkele huisbrouwerijen. Voor Meeuwen was brouwerij Indekeu, gesticht in 1753 door Arnoldus Indekeu, de enige die tot 1914 in Meeuwen bier brouwde. Het is trouwens Jozef Indekeu die in Alken in 1928 de eerste pils in België op de markt bracht: de Cristal.

8
Café coiffeur Molemans

Op donderdag 16 oktober 1946 overleed in café

Lichtenberg in Gruitrode herbergierster Christina Stienaers (Stien van‘e Leegteberg) aan een hartaanval bij de overval gepleegd door Pier Cardinaels (Pier Lip) en kompaan Dries Vandeninden. Momenteel wordt er een fitnesscentrum uitgebaat.

In dorpscafé Royerplein kon je een pint drinken voordat je in de aanpalende kamer je haar liet knippen door kapper Louis Evens.

In Neerglabbeek, waar nu het restaurant ‘De Heylige’ ligt, bevond zich vroeger café Venus, in de volksmond ‘Den Duum’ genoemd, naar uitbater Leo Doumen.

11
12
10
9
Café Royal van Ward Bollen lag in het centrum van Ellikom. Naast de herberg lag ook een kegelbaan waar regelmatig werd gekegeld. Tijdens de jaarlijkse kermis stond hier een spiegeltent.
9

Café Soetebeek in Wijshagen, zeg maar Bie Til, werd gedurende meer dan 40 jaar uitgebaat door Mathilde Essers en haar zoon. Einde juli 2004 werd hier het laatste pintje getapt.

In het centrum van Wijshagen baatte de familie Bongaerts tot 1966 café De Ruujen Hèèrd uit. De naam werd ontleend aan de rode tegelvloer.

Lies en Mia Houben op de bank voor café Rust op het Hensem. Moeder Anna Houben-Janssen baatte gedurende 30 jaar de afspanning uit tot ongeveer 1980.

Gedurende 32 jaar tapten Jef Verdonck en vrouw Lieske een lekkere Cristal in café ‘In de vereniging’, beter bekend als ‘Bie Pros’. De grootouders van Jef baatten deze café al uit vanaf 1900.

14
13
16
15
10

Waar men gaat langs Vlaamse wegen …

… komt met een kapelletje tegen. Is ze niet toegewijd aan de heilige Maria, dan wordt er toch een of andere heilige uit de kerkelijke kalender aanroepen. Vooral vanaf het midden van de negentiende tot het midden van de twintigste eeuw – het hoogtij van het ‘Rijke Roomse Leven’ – werden heel wat kruisen en kapellen opgericht. Het kon gaan om een niskapel die aan een boom werd opgehangen of in de muur van een woning werd gebouwd, maar ook om grotere kapellen waarin de gelovigen op een stoel konden neerknielen.

Meestal werd een kapel opgericht met een reden, bijvoorbeeld als dank voor de genezing van een gezinslid, om het inlossen van een belofte, zoals een behouden terugkeer van een zoon uit de oorlog, of als blijvende herinnering aan onder andere een priesterwijding. De eigenaars of de buurtbewoners waren fier op hun goed onderhouden kapel en versierden ze graag ter gelegenheid van een passerende processie met bloemen.

In onze moderne jachtige samenleving moeten veel kapellen plaats maken voor wegen of nieuwbouw. Zo moest het O.L.V.-kapelletje op de hoek van de

Waterstraat en Klein Gestel in Meeuwen recent plaats maken voor een privé-parking. Ook de snel verminderde belangstelling in het kerkelijk geloof was oorzaak van verwaarlozing en vandalisme.

Gelukkig zijn er nog mensen of verenigingen die aandacht hebben voor dit cultureel erfgoed en deze monumenten van vroomheid restaureren en verder onderhouden, zoals het ‘Kruis aan de Zavel’ dat in 2014 door de buurtbewoners terug op zijn plaats werd gezet.

Door zijn grootte neemt de Sint-Willibrorduskapel in het gehucht Muisven te Gruitrode een aparte plaats in. Volgens de overlevering werd ze gebouwd door de Heilige Willibrordus. Hij zou zelfs uitgerust hebben op de grote steen die in de muur van de kapel is ingemetseld. Deze Ierse missionaris kwam in de 7de eeuw naar het vasteland om de bevolking te kerstenen. Recent onderzoek heeft echter uitgewezen dat het eerste Romaanse kerkje gebouwd is in de 13de eeuw. Op 8 september 2019 werd de gerestaureerde kapel terug ingewijd.

11
Sint-Willibrorduskapel – Muisvenstraat Gruitrode

De kapel van de Drie Gezusters te Meeuwen, in de volksmond de Kiëkapel genoemd, werd in 1879 gebouwd als dank voor de genezing van de langdurig zieke burgemeester Petrus Joannes Indekeu.

In 1905 liet Théodore Masy de mausoleumkapel bouwen op zijn landgoed Eikenberg als particuliere begraafplaats voor hem en zijn familie en getrouwen.

Catharina Bonhomme-Paredis

bouwde de Bonhommekapel op de Neyen (parochie Wijshagen) ter ere van O.-L.-Vrouw Hulp der Christenen nadat haar twee zonen behouden waren teruggekeerd uit de Eerste Wereldoorlog.

De kapel van O.-L.-Vrouw van Lourdes in de Verbindingsstraat te Neerglabbeek werd ingewijd in 1883 en behoorde bij de boerderij ‘Klaesen’. In 2002 werd de kapel vakkundig gerestaureerd.

20
18
17
19
12

Deze kapel aan de Weg naar Ellikom werd in de jaren dertig gebouwd door Jaak Vliegen als dank voor het feit dat zijn gezin niets overkomen was tijdens de donkere dagen van de Eerste Wereldoorlog.

In 1891 liet een weldoener, nadat hij er verdwaald was, langs de Geuzenbaan in Gruitrode een kapel bouwen ter ere van Onze-Lieve-Vrouw van Rust. In 1979 werd de vervallen kapel heropgebouwd en merkelijk vergroot.

De kapel van O.-L.-Vrouw van Lourdes (Klaozekapelke) is gelegen aan de Heyweg in Neerglabbeek. Ze werd gebouwd in 1930 en is in 2012 gerestaureerd.

22
24
Op het Genits te Meeuwen werd reeds in 1550 een kapel gebouwd ter ere van Sint-Antonius die onder andere aanroepen werd bij ziekten van varkens en pluimvee.
21
23
13

Meeuwen

Mewa (1146), Meuwen (1712), Mewen (1777), Meuwen (1849), Meeuwen. Oppervlakte: 1434 ha, 5462 inwoners in 2007.

Deze Kempische gemeente ontstond als een rivierdalneerzetting op de oostelijke valleiwand van de Abeek. De beemden, hooiland en weideland werden later akker, bouwland of bleven natte gronden aan de beek.

Er werd Neolitisch materiaal gevonden en een aantal voorromeinse begraafplaatsen. Onder meer aan de Luythegge werd een ringwalheuvel opgegraven met gespreide palenkrans en de Gielisheide verbergt een graf uit de bronstijd.

De Sint-Martinuskerk, meermaals vergroot in oppervlakte en hoogte, werd voor het eerst vermeld in 1367 en behoorde toe aan de Antonieten van Maastricht.

In de late Middeleeuwen had in Meeuwen op de Donderslagheide een strijd plaats van de Lotharische troepen met de plaatselijke lieden, veelal leden der schutterijen. Dit treffen op 6 december 1648 werd later de Rampsalighe Sint-Niklaesdag genoemd. Elk jaar wordt op die dag deze historische gebeurtenis herdacht aan het monument aan de Genitsstraat.

De jaarlijkse kermis begin oktober trekt een massa volk uit de ganse provincie naar Meeuwen. Dinsdagnamiddag is het de beurt aan de mindervaliden om kermis te vieren. Heikies en veel bier (Cristal) zijn onontbeerlijke ingrediënten van deze Meeuwer hoogdag.

De gemeente Meeuwen fusioneerde in 1970 met Wijshagen en Ellikom, in 1977 met Gruitrode en Neerglabbeek en in januari 2019 met Opglabbeek tot de huidige gemeente Oudsbergen.

14
Kerk Meeuwen

Er verandert veel in het straatbeeld van het centrum van Meeuwen: huizen moeten wijken voor nieuwbouw. Grootse plannen voor herinrichting van de Dorpsstraat wachten op uitvoering. De omleidingsweg houdt het zware verkeer van de N76 uit het centrum van Meeuwen.

Het oude schoolhuis werd in 1867 gebouwd naar ontwerp van de befaamde architect Herman Jaminé. In 2011 werd dit prachtige dorpszicht gesloopt om plaats te maken voor de nieuwe buitenschoolse kinderopvang.

Nadat kapelaan Housen de parochie Meeuwen verliet, werden vanaf 1991 de OCMW-diensten in de kapelanij gehuisvest. In 2013 werd het gebouw afgebroken om plaats te maken voor een parking.

De Kilbershoeve was een typische Kempische langgevelhoeve, gelegen aan de huidige Broekkantstraat. Ze werd afgebroken en in 1959 heropgericht in het Openluchtmuseum van Bokrijk.

26
27
28
25
15

In 1959 kwam door de aanleg van de nieuwe weg van Meeuwen naar Genk (N76) veel verkeer door het centrum van Meeuwen. Smalle wegen en bomen moesten plaatsmaken voor een dubbele brede baan. Twist bij het gemeentebestuur over het rooien van oude lindebomen op het dorpsplein werd beslecht door nachtelijke acties: de bomen werden afgezaagd en er was geen weg meer terug.

De plaatselijke muziekvereniging ‘De Heibloem’ musiceerde op de kiosk. De gebouwen van brouwerij Indekeu gaven het dorpsplein een pittoresk uitzicht. De waterpomp, centraal op de foto, voorzag mens en dier van zuiver water.

Aan het kruispunt te Meeuwen stond Frituur Simons. Eerst kon je er enkel afhalen, later waren er in de wagen 6 tafeltjes voorzien, zodat je ter plaatse kon genieten van je frietje. Frituur Simons verhuisde later naar de Weg naar Helchteren.

De watertoren aan de Hensemstraat werd gebouwd in 1970. De bolvormige toren is 50 meter hoog, telt 212 treden en kan 1 miljoen liter drinkwater bevatten.

30
29
32
31
16

Op 29 april 1929 verhuisden de Zusters Kindsheid

Jesu van het oude klooster in de Beemdstraat naar het nieuwe klooster aan de huidige Kloosterstraat.

De Lourdesgrot werd in 1941 tegen het oude schoolhuis gebouwd als dank voor de behouden terugkeer van vijf schoolmeesters. Ook dit bouwwerk moest in 2011 plaats maken voor de nieuwe buitenschoolse kinderopvang.

Het gemeentehuis werd niet alleen gebruikt voor administratie maar had ook een grote feestzaal met tribune voor toneelspel. Door uitbreidingen met onder meer een bibliotheek en door een toename van het aantal personeelsleden, werd het gebouw aangepast aan de moderne noden.

Het parochieheem werd aanvankelijk in hout opgetrokken door VZW Jeugdraad Meeuwen. De parochie zorgde voor de uitbating. Rond 1970 bouwde de gemeente aangepaste lokalen. ’t Heem werd de nieuwe naam. Het beheer ligt in handen van AGB (Autonoom Gemeentebedrijf).

34
36
35 33
17

Graven naar het verleden

In 1984 werd op De Rieten te Wijshagen een Keltische begraafplaats van +/- 450 jaar voor Christus ontdekt. Onder leiding van archeoloog Luc Van Impe en Guido Creemers legde een team van opgravers de resten bloot van 3 elitegraven en twee eenvoudige graven. Een ‘cista’ en 2 ‘situlae’ waren de opmerkelijke stukken van de opgravingen. Ze bevinden zich nu in het Gallo-Romeins museum van Tongeren. Op de Rieten werden verder nog een Romeins heiligdom en een jonger grafveld met 44 graven teruggevonden. Door middel van luchtfotografie ontdekte men ongeveer 1 km zuidwaarts in de akkerlanden ‘Celtic Fields’. Over een oppervlakte van ongeveer 500 ha lagen minstens 2000 akkers van ca. 40 meter x 40 meter. Ze ontstonden vanaf 1000 v. Chr. toen de bevolking toenam en de grond onder elkaar verdeeld moest worden. Ze stonden onder toezicht van de elite die begraven werd op De Rieten.

Naast deze uitzonderlijke vondsten zijn er nog talrijke voorwerpen opgegraven, die aangeven dat onze gemeente al veel eerder bewoond was. We denken

dan bijvoorbeeld aan een vuistbijl uit de tijd van de Neanderthalers (tussen 100.000 en 50.000 jaar geleden), gevonden door Reengenoot Quiri Schrooten, of aan voorwerpen achtergelaten door jagersverzamelaars uit de Midden-Steentijd (tussen 8.000 en 4.000 jaar geleden) die kampeerden bij de vennen. Verder werd er op de Donderslagheide een nederzetting van rond 4.300-3.100 voor Christus ontdekt, wat wijst op aanwezigheid van de eerste landbouwers.

Ook uit latere periodes, zoals de Romeinse Tijd en de Middeleeuwen zijn interessante archeologische vondsten aan de oppervlakte gekomen. Uit dit alles kunnen we veel leren over de gebruiken en de levenswijze van onze voorouders. En wie weet welke geheimen onze ondergrond nog gaat prijsgeven…

18
Opgravingen op De Rieten

37

Deze situla werd gevonden in één van de grafheuvels op de Rieten. De bronzen emmer bevatte crematieresten van een overledene. Naast de situla bevonden zich resten van een paardentuig. Dit alles wijst erop dat hier een man uit de elite begraven werd.

Dit aardewerk werd gevonden aan de Donderslagbeek te Plockroy. Hier, in Den Damp, lag in de ijzertijd een jachtkamp, waar jagers-verzamelaars tijdelijk vertoefden.

Deze middeleeuwse waterput werd opgegraven op het Gestel te Meeuwen. Hij werd vervaardigd door het uithollen van een grote eiken boomstam.

Dit fragment van een gearmorieerde steen met het wapenschild (3 meeuwen) van de familie van Mewen werd gevonden bij de pastorie van Wijshagen.

38
40 39
19

Melsensviering

Om nooit te vergeten

De geschiedenis van Meeuwen-Gruitrode wordt niet vermeld in de dikke boeken over de grote oorlogen. Het waren meestal de gevolgen van de strijd die op elders gelegen slagvelden een winnaar zocht, die de levensomstandigheden van de bevolking hebben beïnvloed.

Het boerenleven in de Middeleeuwen ging zijn gangetje totdat de georganiseerde burgerwacht en de schutterijen de eigendommen van de landbouwers gingen beschermen tegen plunderaars en dieven.

In de zestiende en zeventiende eeuw kregen onze streken erg te lijden van geregelde en ongeregelde troepen die elkaar bevochten tijdens de talrijke oorlogen. Nagenoeg elk dorp had te maken met brandstichting, brandschatting, plundering, verminking, verkrachting en moord door de rondtrekkende legers. Het zou vele dorpen financieel ruïneren.

Hoe het er in onze streken aan toe ging tijdens woelige jaren van bezetting door de Franse revolutionairen is onder andere te lezen in de unieke kroniek van

Meeuwenaar Jan Reyners (1772 – 1839). Als geen ander wist hij vast te leggen hoe het leven van de gewone man en vrouw helemaal overhoop werd gehaald in de tijdspanne van 1789 tot 1802. Het zou nooit meer hetzelfde worden.

Het strijdgewoel van de Eerste Wereldoorlog trok snel voorbij in ons dorp maar wel werd menig jonge boerenzoon opgeroepen om mee te vechten in de strijd tegen het Duitse leger. Tientallen jonge inwoners van Meeuwen-Gruitrode lieten het leven in de gevechten van Luik tot de Westhoek.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd er meer gevochten in de dorpen rond Meeuwen-Gruitrode: in Hechtel, Rotem, Laak… vielen er veel dodelijke slachtoffers.

Heemkring De Reengenoten herdenkt samen met het gemeentebestuur ieder jaar de gesneuvelden aan de monumenten bij de Anjerstraat, de Genitsstraat en het Jean Melsensplein.

20

Het monument van de Rampsalige Sint-Niklaesdag te Meeuwen herdenkt de veldslag van 6 december

1648 toen de huurlingen van Karel van Lotharingen meer dan 300 ‘huyslieden’ afslachtten op de Donderslagse heide.

In de kerkhofmuur van Wijshagen bevindt zich een gedenksteen voor Mathieu Verheyen. Tijdens de razzia van 13 augustus 1944 werd Mathieu aangehouden door de Duitse Wehrmacht en hier gefusilleerd.

Dit gedenkteken – door pastoor Vranken ooit smalend ‘De Kemel’ genoemd – herdenkt de oorlogsslachtoffers van Meeuwen uit de beide wereldoorlogen. Oorspronkelijk stond het voor de kerk, later aan de Hoogstraat en momenteel centraal op het Melsensplein.

Inhuldiging van het gedenkteken van Willem Vrolijks van Ellikom. Willem sneuvelde tijdens de begindagen van WO I te Ougrée. Pas in 1919 werden zijn stoffelijke resten gevonden.

41
42
43
44
I 21
WO

Dit gedenkteken herdenkt de zeven gesneuvelde bemanningsleden van de Lancaster die crashte in de nacht van 21 op 22 juni 1944 nabij de huidige Anjerstraat in Meeuwen. Ze keerden terug van een raid op Duitsland.

Herdenking

Melsenviering

In 1953 liet het gemeentebestuur van Gruitrode vlak aan het kerkhof in de Muisvenstraat deze mooie herdenkingskapel bouwen voor de slachtoffers van de beide wereldoorlogen. Vooral de laatste wereldbrand eiste verschillende burgerslachtoffers in en uit Gruitrode en Gruitrode-Solt.

Monument op Meeuweneinde ter herdenking van sergeant Jean Melsens die hier sneuvelde op 10 september 1944. Hij voerde – tijdens de operatie Caliban –spionageopdrachten uit achter de terugtrekkende Duitse linies.

Tijdens WO II werden twee Neerglabbekenaren weggevoerd, nl. Jan Fiten en zijn zoon Louis. Jan stierf in het Duits concentratiekamp van Berga an der Elster. Louis keerde ziek terug. Dat leidde tot zijn overlijden in 1950. Zij worden herdacht door een gedenkplaat aan de kerkhofmuur te Neerglabbeek.

45
46
48
47
Interview
22
Martin Loos

Ellikom

Elleken (1314), Elicum (1712), Ellicom (1841), Ellecom (1849), Ellikom. Oppervlakte 573 ha, 1120 inwoners in 2007.

Ellikom is een van de oudste woonkernen in de Limburgse Kempen en werd in 1314 voor de eerste keer in een geschreven bron vermeld als “Elleken”. Deze naam werd afgeleid van het Germaanse “Aljinga Haim” of “woning van de lieden van Alja”. Dit wijst erop dat Ellikom al door de Franken werd bewoond.De eerste schriftelijke gegevens over Ellikom zijn verbonden aan de patronessen van de parochie, Sint-Harlindis en Relindis. Zij waren de eerste abdissen van het Klooster van Aldeneik dat rond 750 werd gesticht door de Frankische edelman Adalhard en zijn vrouw Grinuara. In de buurt van de Heikantstraat werden overblijfselen gevonden uit het Midden-paleoliticum (ouder dan 10.500 jaar v. Chr.), wat vrij uniek is voor Limburg. In het westen en het zuiden van de gemeente werden prehistorische en voorromeinse voorwerpen gevonden.

Ellikom bleef lange tijd een kleine landbouwgemeenschap. In 1646 telde het dorpje slechts 16 huizen. Vanaf 1891 werkten heel wat arbeiders in het arsenicumfabriek van Reppel of nog later, na 1901, als mijnwerkers in de mijnen in de buurt van Genk en Luik. Pas in de loop van de 20ste eeuw nam de bevolking toe. Er kwamen heel wat mensen van buiten de gemeente in Ellikom wonen, mede omdat er een bedrijventerrein werd aangelegd. Van 1888 tot 1948 was er een tramhalte voor de tram van Leopoldsburg-Bree langs de Grote Baan.

In 1970 kwam Ellikom met Wijshagen bij Meeuwen en in 1977 fusioneerden zij met Gruitrode en Neerglabbeek tot Meeuwen-Gruitrode. Sinds 1 januari 2019 vormen zij samen met Opglabbeek de gemeente Oudsbergen.

23
Kerk Ellikom

Dit was het eerste kerkje van Ellikom vlakbij het ‘patronessenputteke’. Het kerkje was eigendom van het kapittel van Aldeneyk.

Aan de Hellestraat in Ellikom lag de boerderij van de familie Haex-Smeets: ‘De Camps’. Moeder Haex onderhield de wegkapel. Rond 1980 werd de boerderij afgebroken om plaats te maken voor een nieuwe woning. Ook het kapelletje werd in dezelfde steen als de woning gerestaureerd.

Rond 1939 was de vroegere Dorpsstraat in Ellikom nog een kasseiweg. Je ziet ook de oude kerk op de achtergrond. Vooraan op de foto staan Jullienne Ceyssens, Mariette Essers, Roger Essers en Yvonne Essers. In de wei bij de perenboom naast het vroegere huis van Nes Vandyck (Nes Smièd) loopt een geit.

Het oude melkerijtje van Ellikom lag op de plaats waar nu het buurthuis staat. Het was eigendom van de familie Gielen-Gielen. Zij verkochten het goed aan Jef Jonckers-Dreezen die er een winkel met gas, ketels en zinken huisraad uitbaatte.

50
52
49
51
24

Over de Grote Baan was vroeger ook een tramspoor aangelegd. In 1888 werd de tramlijn LeopoldsburgMaaseik geopend, met een halte aan café De Tramhalt in Ellikom. De lijn werd opgeheven in 1948.

Deze luchtfoto toont de weg vanuit het centrum van Ellikom, richting Meeuwen. Je ziet de huidige kerk, ingehuldigd in 1960. Een aantal gebouwen zijn ondertussen helaas verdwenen.

Boerderij Hanzen staat in 1662 vermeld als ‘Thijs Hansen Goet’. Deze hoeve was eerst langgerekt (1771-1777), daarna tweeledig (1845) en is nu gesloten van vorm. Ze is opgenomen op de lijst van bouwkundig erfgoed.

Ter gelegenheid van de gouden bruiloft van het echtpaar Geerkens-Claes vormden de buren een stoet met paard en kar. Men schetste grote gebeurtenissen uit het leven van de jubilarissen. De familie Geerkens kwam van de boerderij De Donderslag. De foto werd genomen voor hun woning ‘Het Smeets’ rond 1940.

54
56
55
53
25

Ik heb mijn wagen volgeladen

Het verplaatsen van personen en goederen kende in de loop der tijden een enorme evolutie. Tot ver in de 19de eeuw gebeurde veel te voet of met paard en kar.

Omdat het wiel belangrijk was voor het transport, had elk dorp wel één of meerdere wagenmakerijen. Radmakers (of wagenmakers) kon je vergelijken met de garagisten van vandaag. Radmakers, in tegenstelling tot schrijnwerkers, bezaten de kennis en de kunde om houten wielen te construeren. Zij maakten en herstelden houten wagens, karren en onderdelen zoals wielen en asblokken. Stedelijke wagenmakers vervaardigden diverse handels- en dienstvoertuigen zoals hondenkarren, steekkarren en havenwagens. Wagenmakers op het platteland waren eerder gespecialiseerd in boerenkarren en -wagens. Vanuit onze gemeente reed men met paard en kar naar de kade van het kanaal te Bree om er voedingsmiddelen, meststoffen en andere goederen af te halen ter bevoorrading van onze inwoners. Zo’n kar kon ongeveer twee ton goederen laden.

Wat het openbaar vervoer betreft, had Ellikom een halte op de tramlijn Leopoldsburg-Maaseik. Dit gaf de mogelijkheid aan inwoners uit onze streek om te gaan studeren en te handelen in de dorpen en de steden in de omgeving. Via de tram gaven inwoners ook pakjes mee tot Hechtel, Leopoldsburg of Maaseik, waar ze dan aan de juiste persoon bezorgd werden. Verder reizen naar bijvoorbeeld Antwerpen of Brussel werd eveneens mogelijk.

Later brachten auto, bus en vrachtwagen de goederen en personen tot in de kleinste dorpen. Aanvankelijk was het wegennet hiervoor nog minder geschikt. Investeringen vanuit de overheid zorgden op korte termijn voor een aanpassing en uitbreiding van het wegennet. De voltooiing van de autosnelweg Brussel-kust (1956) en de aanleg van de Koning Boudewijnsnelweg (1958-1964) zorgden ervoor dat mensen zich massaal gingen verplaatsen over de steeds drukker wordende wegen.

26
Tramspoor Ellikom

Jef Jonkers, alias Jef Stein kocht eind jaren ’40 van vorige eeuw deze DKW-stationcar met tweetaktmotor tweedehands van een vroegere bakker. Het was de eerste auto in Ellikom. Met zijn auto hielp hij nu en dan mensen van Ellikom verder.

De familie Geerkens richtte in 1964 de firma Ellimetal op voor de productie van silo’s voor veevoeder. Tegenwoordig bouwen zij complexe silo’s met soms reuze afmetingen, die met een bijzonder transport per laaglader naar de haven van Genk getransporteerd worden.

Met zijn lichte vrachtwagen, ‘Rik’ genaamd, deed Guillaume Molemans vervoer van dieren, personen en materiaal. Er zijn vele verhalen over Guillaume’s levenswijze, ondernemerschap en lichamelijke kwaaltjes. Hij woonde pal tegenover de kerk van Meeuwen. (Foto najaar 1944).

Met de hondenkar werd voornamelijk de melk naar de plaatselijke melkerij gebracht. Daarnaast werden er ook andere kleine zaken mee vervoerd. Uiteraard werd de hond ook al eens door de kinderen ingespannen om al spelend een toertje te maken.

58
60
59
57
27

Jacobus Houben (Zjaak Jallemis) heeft zijn paard ingespannen om te beginnen aan zijn dagelijkse melkronde doorheen Meeuwen.

Brigadier-boswachter Martinus

Vliegen (Teng Bienis) snorde vanaf 1924 als eerste met zijn FN-moto door Meeuwen. De moto werd aangedreven rechtstreeks op de cardanas. Hij kostte indertijd 600 BF.

Gerard Jansen (Graa van Janske) staat klaar met een lading pèthuit om ze naar de mijn van Zwartberg te brengen. Zijn ‘depot’ was gelegen aan de huidige Wilgenstraat te Meeuwen.

De doodskist van Jozef Gielissen (Kebiets) wordt met paard en kar vervoerd van de ouderlijke woning naar de kerk van Meeuwen. Hij verongelukte op 11 oktober 1954 met zijn moto in Leopoldsburg. Hij was amper 18 jaar oud.

62
61
64
63
28

Phil Bosmans

In 1922 wordt in het pachtersgezin BosmansMandervelt in een hoeve in de Verlorenstraat in Gruitrode een jongen geboren. Het zal de beroemdste Royenaar worden.

Phil Bosmans verhuist als jongeling naar Genk, maar ongetwijfeld heeft hij in Gruitrode een vruchtbare basis gekregen om zijn latere levenswerk te vervullen. Hij werd bekend met zijn Bond Zonder Naam. In nagenoeg elk huis in Vlaanderen waren ze fan van

deze fantastische man. Zijn spreuken kenden succes over de gehele wereld. “Menslief, ik hou van jou” en “Verbeter de wereld, begin met jezelf” zijn slechts twee van de talloze inspirerende spreuken die mensen ontroerden en aanspraken. En dat doen ze nog steeds. Kwetsbaarheid, eenvoud, spiritualiteit, engagement, empathie, verbondenheid, waarachtigheid, barmhartigheid, … het zijn eigenschappen die Montfortaan Phil Bosmans (1922-2012) maakten tot een prachtige, unieke en sociaal geëngageerde man.

29

In 2012, naar aanleiding van zijn overlijden, werd het Royerplein omgedoopt tot het Phil Bosmansplein. Met dit monument wil men in Oudsbergen de beroemde Royenaar op eenvoudige en waardige wijze hulde brengen.

In deze onlangs verdwenen hoeve ‘De Grute Strièp’ in de Verlorenstraat (nu: Verlorenstraat 19) werd op 1 juli 1922 Phil Bosmans geboren. Zijn leven verliep niet altijd even rooskleurig. Maar die moeilijke omstandigheden en zijn markante persoonlijkheid gaven precies de aanzet tot zijn unieke levenswerk.

Phil Bosmans staat hier als jonge Montfortaan tussen zijn broers, zus en ouders. Zij vormden een warm, gelukkig gezin…

Elke maand kon men rekenen op een spreuk van de Bond zonder Naam. Het was elke keer weer een schot in de roos.

66
68
67
65
30

Waar is dat feestje?

Door het in ere houden van tradities was er amusement en plezier het hele jaar rond. Families en buurten feesten bij eremissen, gouden bruiloften, ter gelegenheid van het behalen van sportieve uitslagen; kortom, er was al vlug een reden gevonden om te vieren.

De kermis brengt families samen. Vroeger was er in elke deelgemeente minstens één kermis. De familie van de man kwam ’s zondags op bezoek, de familie van de vrouw kwam ‘s donderdag op de kermiskost. Heikies moest er altijd op tafel komen. Personen met een beperking uit de ganse provincie komen op dinsdagnamiddag naar Meeuwen om kermis te vieren. Meeuwenaren nemen een weekje vrij en er wordt in de plaatselijke cafés een stevige pint gedronken. Voor vele kermissen waren zaal De Medua

en de vele cafés dé plaats bij uitstek om met een orkest te dansen en feest te vieren. De jeugd kwam samen in de Mans.

De KSA van Gruitrode organiseerde van 1972 tot 1989 de Wittefeesten. Zo herinneren wij ons ook de Oogstfeesten in Meeuwen, de Royse feesten in Gruitrode, de Beach Party en de Kasteelfeesten in Gruitrode, de St. Hubertusfeesten in Neerglabbeek, enz.

Jaarlijks wordt een Prins Carnaval gekozen en in het voorjaar trekt de stoet met versierde wagens door de straten van Meeuwen. Ook in de scholen worden er activiteiten rond carnaval georganiseerd en in de bejaardenhuizen wordt er een Prins en Prinses gekozen.

31
Carnavalstoet De Heikiesèters

Van 1972 tot 1989 werd in Gruitrode tijdens de Wittefeesten een plaatselijke ‘Witte’ verkozen.

Begin oktober verandert het kerkplein in een reusachtige kermis met meer dan vijftig attracties. De plaatselijke cafés huren orkesten in voor het vermaak van jong en oud. Talloze inwoners van Meeuwen nemen een week verlof om ten volle te genieten van dit familiefeest.

Hausluipe: wie van de jonge huwbare dames het eerst na een ren door het dorp de handschoen (haus) van de bruid kon nemen kreeg een bijzondere prijs. De laatste kreeg een mislukt gebakken taart, de kròm vlaai. Dit gebruik ter gelegenheid van een huwelijk verdween in de jaren veertig.

Ter ere van Sint-Martinus, de patroonheilige van de parochie, worden elk jaar op 10 november in Meeuwen de Sint-Maartensvuren aangestoken. Zodra de Melia is gevallen, beginnen de bezoekers mekaars aangezicht zwart te maken.

70
72
71
69
32

Gedurende het pinksterweekend van 1981 vond in Wijshagen de eerste editie plaats van Frühshoppen. Gelegenheidsorkest was het groepje ‘Pas de cinq’.

De carnavalsvereniging houdt elk jaar een verkiezing van prins-carnaval en een stoet. De schoolkinderen van de Bullenschool verkleden zich en met een masker op hun hoofd trekken ze langs de straten.

Bij cafés en aan grote boerderijen lag dikwijls een kegelbaan. Met twee ballen de negen kegels omverwerpen gaf eeuwige roem en een geldprijs. Het kegelen had zijn eigen woordenschat: bijzetten, kleine pot, de zot enz. Als de inhoud van de speelpot opliep, was er soms veel geld mee gemoeid.

Zaal Medua was het ontmoetingscentrum voor toneel, film, dansen, fietsen op rollen enz. Jef Schepers (Zjef van’e ruuje Fòns) baatte deze zaal uit vanaf het midden van vorige eeuw. Later gebruikten verschillende winkeliers deze ruimte aan de Peerderbaan tot het gebouw in 2022 werd afgebroken om plaats te maken voor appartementen.

76
74
73
75
33
Carnaval Meeuwen

De Mans (genoemd naar de roepnaam van de familie Luyten, Mans) was de ontmoetingsplaats voor de plaatselijke jeugd. Het gebouw is gelegen aan de Liersstraat en de VZW werd gesticht in 1975. Tot op heden worden er regelmatig festivals, optredens en ontmoetingsavonden georganiseerd.

Ook in de school staat de boog niet altijd gespannen. Op een mooie zomerdag trekt de meester met de jongens van de lagere school te Meeuwen naar de nabijgelegen Abeek. Visjes vangen en een dam opbouwen waren geliefde activiteiten.

Jeugd Ontspanning Meeuwen. De kapelaan organiseerde elke maand een ontspanningsavond in het Parochieheem. Steevast was er een laatste slow (trage dans) op het sluitingsuur om 11u30. Menig koppeltje is er door deze jeugdvereniging gevormd.

Op 7 Juli 1979 trok, ter gelegenheid van ‘900 jaar Gruitrode’, een historische stoet door de straten van Gruitrode. Aanleiding hiertoe was de oudste vermelding waarin Gruitrode genoemd wordt: in een document, opgemaakt op 5 februari 1079, schonk gravin Ermengardis de goederen, welke zij bezat te ‘Bride’ (Bree) en ‘Rode’ (Gruitrode), aan het kapittel van Sint-Lambertus te Luik.

80
77
79
78
34

Neerglabbeek

(Capella alias ecclesia de) Nederghelabbeke (1395), Ned(er) gelabbeeck (1450), Ned(er)gelabeec (1511), Neerglabbeeck (1712), Neerglabeek (1841), Neerglabbeek. Oppervlakte 295 ha, 864 inwoners in 2007.

Het straatdorp Neerglabbeek ontwikkelde zich aan de Baatsbeek, een zijbeek van de Itterbeek. We vinden een eerste vermelding in 1219 als deelgemeente van Opglabbeek. Wel had Neerglabbeek een eigen burgemeester. Op kerkelijk vlak deed de pastoor van Opglabbeek de dienst in Neerglabbeek. Later kregen ze een eigen pastoor.

Oude vindplaatsen van scherven aan de grens met Gruitrode zijn uit de La Tène periode (450 v.Ch.)

Sint-Hubertus is de patroonheilige van de parochie. Zijn verering wordt nu nog steeds gevierd met een wijding van dieren en van het Sint-Hubertusbrood. Het mooie oude kerkje is bij deze viering de ontmoetingsplek.

Neerglabbeek heeft een eigen schooltje maar winkels zijn er anno 2022 niet meer te vinden. Vooral het wandelen en paardrijden maken van Neerglabbeek een toeristische trekpleister.

In 1970 fusioneerde Neerglabbeek met Gruitrode. Later kwam Neerglabbeek met Gruitrode bij de gemeente Meeuwen-Gruitrode en sinds 1 januari 2019 vormen ze samen met Opglabbeek de gemeente Oudsbergen.

35
Kerk Neerglabbeek

Zaal Elckerlyc werd gebouwd in 1963. Pastoor Erwin Daelemans was de stuwende kracht achter dit project. Hij wist vele parochianen te motiveren om in hun vrije tijd de bouw te realiseren. Door deze parochiezaal kende het verenigingsleven - vooral de toneelgroepeen grote bloei.

In 1929 lieten Christiaan en Elisabeth Vreys-Gabriëls deze gesloten hoeve met boerenburgerhuis bouwen. In de volksmond wordt de woning “Bie Tombal” genoemd, naar de vorige eigenaars Jean en Jeanne Tombal-Vanaken.

Gerard Nijsen liet in 1977 enkele weilanden nabij de Nieuwstraat omvormen tot een hippodroom. De Gonne-hippodroom werd enkele jaren later het Gonnecircuit.Paardenrennen maakten plaats voor autoraces, speedway en festivals.

Op initiatief van het parochieteam vindt sinds 1997 aan de kerk ter ere van Sint-Hubertus een jaarlijkse brood-, paarden- en hondenzegening plaats. In 2022 werd het Sint-Hubertusfeest voor de eerste maal omgevormd tot driedaagse Neerglabbeekse Feesten. Met groot succes! Organisatoren zijn De Landelijke Gilde, De Keistampers, Staaf’s Café en het parochieteam.

82
84
83
81
36

In 1889 werd de oude pastorij in de Verbindingsstraat verkocht en werd deze nieuwe pastorij tegenover de kerk gebouwd. Er hebben 8 pastoors verbleven. In 2011 kocht Frank Van Orshoven het gebouw en renoveerde het tot een B&B.

De fanfare Sint-Hubertus werd in 1910 opgericht door pastoor Henri Hamoir en enkele dorpelingen waaronder Andreas Paredis (Dreeske van’e Kamp) (zittend rechts vooraan) en Jan Fiten (midden vooraan met snor). Dirigent en fotograaf was meester Louis Max.

De Zusters van O.-L.-Vrouw van Zeven Weeën bouwden in 1940 dit klooster. In 1941 werd op de bovenverdieping de eerste kleuterklas van Neerglabbeek ingericht. Later verhuisden de kleuters naar de woonkamer. In de keuken werd kookles gegeven aan de meisjes van het 7de en 8ste leerjaar. De kapel rechts op de foto werd gebouwd in 1955.

Vanuit de lucht is duidelijk te zien dat Neerglabbeek een kleine landelijke gemeente is. Door de aanleg van dubbele vrijliggende fietspaden zijn de Amerikaanse eiken langs de Kasteelstraat (van linksonder naar boven) verdwenen. In de linkerbenedenhoek ligt café Den Duum (wit geschilderd) dat nu omgevormd is tot restaurant De Heyligen.

88
86
85
87
37

Daar bij die molen

Door middel van watermolens en windmolens heeft de mensheid waterkracht en windkracht kunnen benutten voor het opwekken van mechanische energie. Aangezien Meeuwen-Gruitrode in een waterrijk gebied ligt met als voornaamste beken de Abeek en de Itterbeek – ze ontspringen trouwens beide op ons grondgebied – werd er van oudsher gebruikt gemaakt van watermolens. De enige windmolen die in Meeuwen werd opgericht heeft amper 40 jaar gedraaid.

Naargelang de manier waarop het water het molenrad in beweging zet, onderscheidt men een onderslagmolen, een bovenslagmolen en een turbinemolen. Bij de onderslagmolen stroomt het water onder het molenrad door. Ze werd gebouwd op grotere beken met weinig verval, zoals de Abeek. Bij de bovenslagmolen, gebouwd op kleinere beken met een groot verval, stroomt het water over het molenrad. Bij de turbinemolen is er geen buitenrad, maar bevindt er zich onder water een horizontaal schoepenrad. Om te voorkomen dat er een tekort aan water was om het molenrad draaiende te houden, werd stroomopwaarts een aftakking gemaakt van de beek, en werd het water geleid naar de molenvijver die dienst deed als een soort stuwdam.

De meeste molens waren graanmolens, waarbij het graan fijn gemalen werd tot meel voor het bakken van

brood of ruw gemalen tot veevoer. Daarnaast waren er slagmolens die lijnzaad of koolzaad eerst pletten en er vervolgens de olie uit persten. Lijnzaadolie diende voor het bakken op het vuur, koolzaadolie diende voor de verlichting met olielampen. Daarnaast waren er nog molens voor andere bewerkingen: zaagmolens, papiermolens, volmolens en molens voor ijzerbewerking.

Door de snelle industrialisering zijn de molens in ongebruik geraakt en in vele gevallen ook vervallen. Gelukkig zijn het merendeel van de overgebleven molens als monument beschermd. Velen worden tegenwoordig uitgebaat als horecazaak.

Een grensgeval in de letterlijke betekenis van het woord is de Royermolen. Ze is de eerste watermolen gelegen op de Itterbeek. Eeuwenlang behoorde ze tot de gemeente Gruitrode, maar bij de gemeentefusie van 1977 werd ze bij Bree gevoegd. Ze werd het eerst vernoemd in 1267 als Duysselermolen. In 1416 kwam ze in het bezit van Iwan van Cortenbach, landcommandeur van de Duitse Ridderorde. Na de Franse Revolutie werd ze openbaar verkocht en kwamen er verschillende molenaars als pachter wonen. Zoals zovele molens raakte de molen in verval en in 1958 verhuisde het binnenwerk naar het Openluchtmuseum van Bokrijk.

38
Royermolen

De Geerkensmolen was een graanwindmolen, in 1897 opgericht op het gehucht Vliegeneinde in de huidige Beemdstraat te Meeuwen. Reeds in 1935 werd ze door Jan Geerkens, de laatste molenaar, afgebroken.

De Dorpermolen is de eerste molen gelegen op de Abeek. In 1976 stopte Martinus Bosmans (Teng van´e Miele) met het malen van graan. Momenteel wordt ze uitgebaat als gelijknamige brasserie.

De Berenheidermolen, ook genoemd de Achterste Molen, werd gebouwd vóór 1717 als olieslagmolen. De laatste molenaar, Pieter Antoon Vanhoof, legde de molen stil in 1967.

De Hoogmolen in Ellikom is de derde molen gelegen op de Abeek. Ze wordt voor het eerst vermeld in 1500. De gebouwen zijn grondig gerestaureerd en omgebouwd tot hotel en brasserie. Ook de molen zelf is weer klaar om te malen.

90
92
89
91
39

De Neermolen is waarschijnlijk de oudste watergraanmolen in Ellikom (1448), gelegen op de rechteroever van de Abeek. In 1927 werd hier ook een waterzaagmolen opgetrokken.

Deze verdwenen olieslagmolen uit 1702 lag op de Abeek in Ellikom. De laatste molenaar die woonde en werkte tot 1961 op de Slagmolen was Nicolaas Cillen (Nikkel zoals de mensen uit Ellikom hem noemden).

Binnenwerk Slagmolen

Schoolproject Olieslagmolen

Het binnenwerk van de Slagmolen van Ellikom werd in 1963 overgebracht naar het Openluchtmuseum van Bokrijk. In 2019 werkten de leerlingen van Basisschool Ellikom aan het project ‘Slagmolen’.

Project ‘De Olieslagmolen uit Ellikom – tussen mens, natuur en vakmanschap’. De leerlingen van het 5de leerjaar helpen bij het lemen van het molengebouw.

96
94
93
95
40

Wat heb je vandaag op school geleerd?

Vanaf 1920 gingen stilaan de meeste kinderen naar school tot veertien jaar. In elk dorp van onze gemeente was er een aparte jongens- en meisjesschool. In de meisjesscholen waren het vooral de zusters die onderwijs verschaften. Aanvankelijk bestond er ook een 7e en 8e jaar basisonderwijs. Dit was vooral een voorbereiding voor het dagdagelijkse leven, het leven op de boerderij. Begaafde studenten konden verder studeren in een college en gingen vaak op kostschool.

Later werd de leerplicht verhoogd tot 15, 16 en tenslotte tot 18 jaar. Rond 1977 werden de meeste basisscholen in Meeuwen-Gruitrode gemengd.

Vanaf 1981 vormden de 6 basisscholen uit de verschillende kerkdorpen één scholengemeenschap met 10 vestigingsplaatsen waaronder de schooltjes van Plockroy en de Berenheideschool. Uiteindelijk had het katholiek basisonderwijs Meeuwen-Gruitrode één gemeenschappelijk schoolbestuur.

In Meeuwen is er bovendien nog een GO-basisschool ‘De Daltonschool’ en De Amerikaanse school.

Een tijdlang konden ook leerlingen uit de eerste twee leerjaren van het middelbaar onderwijs terecht in de Middenschool van Meeuwen. In 2017, na 31 jaar middelbaar onderwijs sloot de Middenschool van Meeuwen de deuren.

41
Klaslokaal meester Selis

Vóór 1977 was er in Meeuwen-centrum een school voor jongens en een school voor meisjes. Later kwam er beroepsonderwijs voor meisjes. De jongens- en meisjesschool fusioneerden en het onderwijs werd gemengd. De Middenschool werd opgeheven in 2017.

In 1962 werd aan de Martinlaan te Wijshagen een nieuw gebouw in gebruik genomen als jongensschool. Later hebben er ook gemengde leerjaren gezeten, opgevolgd door de kleuterschool (foto 14/09/2006). In 2007 verhuisde de basisschool ‘Wonderwijs’ volledig naar de Kerkstraat en wordt het gebouw gebruikt door de plaatselijke jeugdverenigingen. 100

De leerkrachten van de school van Ellikom bij het begin van het schooljaar (rond 1955). Boven v.l.n.r.: meester Latinne, Zuster Valeriana, meester Henri Swennen. Onder v.l.n.r.: zuster Hugoline, Pastoor Nelis, zuster Mechtilde.

Gruitrode meisjesschool, gelegen aan de Breekiezel. De jongens- en meisjesschool lagen apart. Sinds 1990 voorziet de meisjesschool ruimte aan het 1ste, 2de, 3de en 4de studiejaar en aan de kleuters. Het 5de en 6de studiejaar krijgt les in de jongensschool.

98
99
97
42

Het eerste schooltje (’t Sjèèlke) in Neerglabbeek bevond zich naast de pastorie en tegenover de kerk op de huidige parking. De school, opgericht in 1910, telde een gang, een bergplaatsje en één klas. Daarin kregen liefst 46 meisje en jongens van 7 tot 14 jaar les van Louis Max.

Tot 2023 kunnen de kinderen van Plockroy nog school lopen in hun eigen gehucht. Omwille van het beperkt aantal leerlingen zitten zij samen in graadklassen. De school van Plockroy behoort samen met de twee scholen van Meeuwen-Centrum bij Klim-op Meeuwen.

Het schoolcomité van Meeuwen richtte een kleuterschool in om de verplaatsingen voor de kinderen van de Berenheide en Gielisheide (gehuchten van Meeuwen) te beperken. De kleinschaligheid en gezelligheid bekoren nog steeds vele ouders en hun kinderen.

Zuster Amanda (Zusters van O.-L.-Vrouw van Zeven Weeën) onderwees de meisjes van het 1ste, 2de, 3de en 4de leerjaar in haar klas in Neerglabbeek. Bij de ouderen is ze gekend door haar grote creativiteit in handvaardigheid en haar zangtalent.

102
104
103
101
43

Vrije tijd, MIJN tijd

Het verenigingsleven organiseert amusement voor jeugd en volwassenen. Velen worden lid van een vereniging en delen hun tijd op een leuke manier met de andere leden. Samen wandelen, spelen en ervaringen opdoen is zoveel fijner.

Met verenigingen worden oude tradities in stand gehouden. Jaarlijks terugkomende feesten bieden telkens weer ontmoetingen om naar uit te kijken.

Er zijn verenigingen voor sport en cultuur. De gemeente zorgt voor aangepaste terreinen, lokalen en uitgebreide logistieke steun. Sommige verenigingen zoals de schutterij (zie foto) zijn uit het verleden gegroeid als bescherming voor de bevolking, actiegroepen verenigen zich rond bijvoorbeeld natuurbehoud, jeugdverenigingen zorgen voor ontspanning van kinderen en vele verenigingen organiseren sport voor personen en met dieren.

44
Koninklijke Schutterij Sint Harlindis en Relindis Ellikom

Bèr en Bèr zijn lid van de Koninklijke Muziekvereniging De Heibloem Meeuwen die in 2010 een uitstap maakte naar Manerba del Garda in Italië. Gesticht in 1875 speelt deze muziekvereniging tegenwoordig met een jeugdorkest en een twirlinggroep in hun eigen lokaal aan de Kloosterstraat.

In 1981 werd te Gruitrode de Royer Reuzengilde opgericht. Zjang de Heimeier en Bet van in de Dyvelsrijth kregen in 2001 het gezelschap van reus Hendrik van Wassenaer.

Voetbalclub KSK Meeuwen gelegen aan de Gruitroderbaan, telt vele ploegen. De reserven van de eerste ploeg spelen al jaren in competitie als A- en B-reserven. In 2002 speelden de A-reserven kampioen in hun reeks.

In de jaren ‘70 stichtte Jeugdhuis De Mans een herenhandbalvereniging en in 1978 kwam er een dameshandbalvereniging bij. De dames speelden jarenlang op een hoog niveau: competitie in 1ste nationale, ze wonnen 3 maal de beker van België en mochten ook enkele Europese wedstrijden afwerken.

105
108
107
106
45

Onderwijzer Henri Swennen zong mee in het kleine kerkkoor van Ellikom. Later werd hij zelf organist bij het koor van Zuster Magda.

Ter gelegenheid van de kermis werden koersen georganiseerd door plaatselijke wielerclubs. Het café aan de aankomst en de middenstand zorgden voor de prijzen. In 1976 en 1982 kwam de Ronde van Limburg voor amateurs aan in de Hoogstraat te Meeuwen.

De Ardennen waren altijd al een favoriete bestemming voor jeugdverenigingen. De Chiro van Wijshagen was in 1980 op kamp te Martelange aan de oever van de Sûre op de grens met het Groothertogdom Luxemburg.

Met talenten van eigen bodem brengt Tejater De Kwibus elk jaar een toneelstuk in Cultuurpunt Gruitrode. Ook werken ze actief mee bij initiatieven zoals de Dialectavond aan de Dorpermolen.

112
110
109
111
46

Gruitrode

Roda (1078), Gruytroede (1200), Groot Rayd (1712), Grootroy (1777), Grootroij (1785), Gruytrode (1841), Gruidrode (1849), Gruitrode. Oppervlakte 4.094 ha, 3593 inwoners in 2007.

Het immense Gruitroder- of Roderbos, ruim vijfduizend hectare groot, was eeuwenlang een bron van kostbare grondstoffen (hout, strooisel, graasgebied voor schapen en runderen, …) maar ook van twisten met de omliggende dorpen. Bij de verdeling ervan, midden negentiende eeuw, kreeg Gruitrode uiteindelijk de helft van het gebied in bezit. Nagenoeg alle bossen anno 2022 zijn geplant op die voormalige heidegronden.

De Sint-Gertrudiskerk in het centrum is gebouwd begin vijftiende eeuw maar werd vermoedelijk eeuwen voorgegaan door de Sint-Willibrorduskapel in het gehucht Muisven. Bouwheren van de kerk waren de commandeurs van de Duitse Ridderorde die in 1416 het dorp Gruitrode en het bijhorende Gruitrode-Solt met al hun boerderijen en inwoners door aankoop in bezit kregen. Tot enkele jaren na de Franse revolutie van 1789 bepaalden de commandeurs, samen met de Luikse prins-bisschop, letterlijk en figuurlijk de wet in Gruitrode en Gruitrode-Solt.

Ruim honderd jaar na de ingrijpende veranderingen van de Franse Revolutie, zou de opkomst van de steenkoolmijnen het leven in de Kempen voorgoed veranderen. Aan het boerenleven dat eeuwenlang op dezelfde leest was geschoeid, zou stilaan een einde komen. Van de ongeveer zestig hoeven uit 1794 zijn er in Gruitrode anno 2022 nog slechts een handvol in bedrijf. Toerisme, industrie, handel en vrije beroepen hebben hun plaats ingenomen en grote welvaart gebracht in het arme Kempische dorp dat Gruitrode ooit was. ‘Roy’ veranderde onherkenbaar, slechts enkele oude hoeven overleefden de kaalslag van de moderne tijd.

Gruitrode fusioneerde in 1970 met buurgemeente Neerglabbeek, het gehucht Roes (eerder bij Bree) kwam erbij, Gruitrode-Solt werd afgestaan aan Bree. In 1977 kwam Meeuwen-Gruitrode tot stand en sinds 2019 horen de Royenaars onder Oudsbergen.

47
Kerkplein met kerk Gruitrode

Het parochiehuis (bouwjaar 1947) is enige jaren geleden afgebroken (Muisvenstraat nrs 22-26). Er werden talloze filmavonden, toneelopvoeringen, zangavonden, voordrachten, missietentoonstellingen en allerhande feesten gehouden.

Op de plaats van de oude school annex gemeentehuis annex onderwijzerswoning, daterend uit 1858, bouwde men in 1936 de nieuwe jongensschool met aanpalend het gemeentehuis (Oudsbergerweg 5).

Naar verluidt dook pastoor Pauly tijdens de Franse Revolutie onder in de eeuwenoude hoeve Oud of Eerste Koonen in Muisven. De oudste winning op deze plaats, Muisvenstraat nr 112, dateert zonder twijfel van vele honderden jaren geleden.

De toren van de laat-gotische Sint-Gertrudiskerk in Gruitrode brandde door blikseminslag af in 1909. Het kerkschip werd met een travee verlengd, waardoor ook de nieuwe toren enkele meters westelijker dan de oude kwam te staan.

116
115
114
113
48

Het centrum van Gruitrode omstreeks 1935 na de aanleg van de weg naar Neerglabbeek. We zien links de hoeve van onderwijzer Van Baelen-Derconingen, herberg Kortleven-Hendrikx en tenslotte de smederij Leenders-Hendrikx. De twee laatsten maakten ooit de aloude hoeve ‘Sussen’ uit.

In 1910 kwam dorpsfotograaf Jan Arnold Buntinx (1876-1941) op het schitterende idee om vanop de toren van de afgebrande Sint-Gertrudiskerk panoramische foto’s te maken. Hier zie je de oude melkerij in een bijna lege Muisvenstraat begin twintigste eeuw.

Het in 1932 gebouwde klooster (Breekiezel 25) werd gebouwd en bewoond door de Zusters Kindsheid Jesu die zich ontfermden over de kleuterklassen en het lager onderwijs in de ernaast gelegen meisjesschool. Anno 2022 is het gebouw in particuliere handen en zijn de eigenaars bezig aan een gedegen restauratie.

Huis Hoenderpark, Oudsbergerweg nr 98, is een eeuw oud. De bouwheer Maximiliaan Paredis-Truyen was mede door zijn functie als Boerenbondsecretaris één van de eersten die zich toelegden op hoenderkweek en legkippen

117
120
119
118
49

Deze prachtige foto van het begin van de Ophovenstraat dateert van in de jaren dertig. Vruchtbomen van boomgaarden en machtige oude eikenbomen sieren het centrum: een nostalgisch beeld uit een definitief vervlogen tijd. Links op de foto zien we de latere zagerij Stienaers, eerder huis Vandussen.

Een zicht vanop het kerktorenplatform op de verdwenen hoeve Langens en de oude school. Anno 2022 ligt hier het Phil Bosmansplein met Cultuurpunt en vele appartementen.

Het verdwenen Schaerhof was lang geleden een lemen hoeve. In 1739 versteende de toenmalige eigenaar, de commandeur van het kasteel, deze aloude winning die zonder twijfel één van de mooiste van het dorp werd.

Het Cultureel Centrum dateert uit de jaren zeventig maar zal eerlang plaats ruimen voor appartementen. Tegen die tijd zal het kasteel en omgeving omgetoverd worden tot een poort van het prachtige natuurgebied Hoge Kempen.

122
121
124
123
50

De commanderij

Gruitrode hoorde van oudsher bij het graafschap Loon. In 1416 werd het dorp en alles wat daarbij hoorde (hoeven, kasteel, bewoners, hoge en lage rechtspraak, .. ) voor 13.450 Rijnse gulden verkocht aan Ywan van Cortenbach, landcommandeur van Alden Biezen.

Het oorspronkelijke kasteel maakte midden 16de eeuw onder commandeur Jan van Reuschenberg plaats voor een indrukwekkende waterburcht met bijhorende hoeve in Maaslandse stijl. De pentekening van Romain De Hooghe uit 1700 maakt duidelijk dat de commanderij van Gruitrode in zijn glorietijd

een prachtig domein was dat kon wedijveren met de mooiste kastelen: een brede slotgracht omgaf een elegant lusthof en een indrukwekkende kasteelhoeve. Een monumentale toegangspoort sloot het geheel af. Het geheel is anno 1700 omgeven door vele dreven. Vermoedelijk maakte ook een prachtige tuin deel uit van het domein.

Helaas is van al die pracht slechts een beperkt deel bewaard gebleven. Hopelijk komt daarin binnen afzienbare tijd verandering.

51
Commanderij Gruitrode

Prachtige eiken- en kastanjebomen zoomden eeuwenlang de wegen van en naar het kasteel en de bijhorende indrukwekkende hoeve. Hier een zicht op de in de jaren negentig wegens windgevaar gekapte kastanjebomen.

Een mooi zicht op de binnenkoer van de kasteelhoeve, jaren dertig van vorige eeuw. Een immense schuur, een indrukwekkende koeienstal, een ruime paardenstal en tal van andere bergplaatsen maakten dat de kasteelhoeve van een merkelijk hogere categorie was dan een gewone pachtboerderij. De gewelfde toegangsboog op deze afbeelding stamt vermoedelijk uit de negentiende eeuw.

Een foto genomen vanuit het zuiden: kasteel en hoeve op een mooie lente- of zomerdag ergens in de jaren zestig. Midden in het plaatje, waar in 1960 een bescheiden kippenhok stond, bevond zich in 1700 het grote toegangsgebouw.

Onder commandeur Hendrik van Reuschenberg werd het waterkasteel in de 16de eeuw herbouwd tot een prachtig lusthof in Maaslandse renaissancestijl.

126
125
128
127
52

Het echtpaar Van Megchelen-Ter Horst schonk in 2012 voor een symbolisch bedrag het kasteelgebouw aan het gemeentebestuur van Meeuwen-Gruitrode. De overhandiging van de sleutel door mevrouw Cock Ter Horst was een plechtig en emotioneel moment.

Op deze prentkaart uit de jaren dertig is het kasteel in een wit jasje gestoken. De foto werd genomen vanuit het dorpscentrum.

Deze arduinen gevelsteen dateert uit 1568, het jaar waarin de werken aan het kasteelgebouw werden voltooid. Hij bevat de wapenschilden van Hendrik van Reuschenberg en Jan van Ghoir, landcommandeur van Alden Biezen waaronder Gruitrode hoorde.

Het kasteeldomein was ter verdediging omgeven door brede en diepe grachten. Het water kwam van de Itterbeek die ontsprong in de Ophovenstraat. Deze afbeelding van de oostkant van de kasteelhoeve dateert uit 1925.

132
129
130
131
53

Brood op de plank

Al eeuwenlang wordt er handelgedreven. Ambachtslieden produceerden goederen die te koop werden aangeboden. Ruilhandel bestond er voordat er munten in omloop waren. Voor etenswaren konden veel boerenfamilies zelf voorzien in hun behoeften. Divers klein gereedschap, bepaalde grondstoffen, vis en specerijen werden gekocht op markten of bij rondreizende leurders. Het aanbod van de eerste winkels was vrij beperkt: wat de boer niet kent, eet hij niet! De schrijnwerker, smid, klompenmaker, leerbewerker enz. hadden handenvol werk.

De opkomst van de kruidenierswinkels in MeeuwenGruitrode had tot gevolg dat veel bewoners geen moestuin meer nodig hadden. Tijd om in hun eigen onderhoud te voorzien was er niet meer wanneer beide echtgenoten gingen werken. De kleine kruidenierswinkel evolueerde naar een grootwarenhuis. Om echt te gaan shoppen, wordt er uitgeweken naar de grotere steden rondom Meeuwen-Gruitrode.

54
Smid Neerglabbeek

De smidse van Theodoor Leenders-Hendrikx lag in Gruitrode op de hoek van de weg Bree-As en de weg naar Neerglabbeek. Een smid was onmisbaar in een dorp. Hij besloeg paarden, maakte de ijzeren banden van de karwielen, scherpte de ploegschalmen, repareerde potten en pannen, maakte kachels, hakken, messen, bijlen en verkocht ook allerhande ijzerwaren.

Ambachten

In 1906 verleende de minister van nijverheid en arbeid het uitvindingsbrevet voor de stronkuitroeier Hercule aan vader en zoon Hubrechts, smeden in Gruitrode. Met de pùustentrèkker werden de stronken van afgezaagde bomen gerooid.

Elk dorp had zijn bakker, schrijnwerker, smid, klompenmaker, mandenvlechter, … Achter de Sint Gertrudiskerk, nu Muisvenstraat nr 12, poseren ergens in de jaren dertig van vorige eeuw de slagers Aendekerk voor dorpsfotograaf Buntinx.

Harie Bomans (Kennis) woonde in de Dorpsstraat te Meeuwen. Hij was mijnwerker, duivenmelker en als hobby hield hij bijen. Honing was een gegeerde zoetmaker.

133
136
134
135
55

In 1967 startte het echtpaar Leo Haex en Jeanne Vrijsen met een schoenwinkel in de Martinlaan te Wijshagen. En met succes! Hun klanten kwamen niet alleen uit eigen dorp, maar ook uit de verre omgeving. De winkel werd gesloten in 2002.

Jan De Backer was vroeger een echte dorpsfiguur in Ellikom. Iedereen kende zijn winkeltje. Je kon er bijna altijd terecht voor tabak, sigaretten en andere kleinigheden. Maar als ’s avonds de nieuwsuitzending op TV kwam, dan moest je blijven wachten in zijn winkel. Jan had ook géén kassa. Wat je moest betalen, rekende hij met krijt uit op zijn toonbank. 140

Handelszaken

Het huis van dorpsfotograaf, koster-organist, kapper, horlogemaker, weerkundige, tabakshandelaar en dirigent Jan Arnold Buntinx (Ophovenstraat nr 22) is al enige decennia weg. Het dateerde van 1906. Dankzij deze man hebben we prachtige beelden van Roy en zijn inwoners, daterend van de eerste helft van de twintigste eeuw.

De winkel van de familie Verdonck lag in de Dorpsstraat naast de pastorie van Meeuwen. Het aantal producten dat de winkel van weleer verkocht, was eerder beperkt. De rekening laten opschrijven en later betalen was in die tijd geen enkel probleem. Iedereen kende immers iedereen in het dorp.

138
137
139
56

Wijshagen

Wiscath (1157), Wishagen (1777), Wyshagen (1846), Wieshagen, Wijshagen. Oppervlakte 1434 ha, 1623 inwoners in 2007.

Wijshagen wordt voor het eerst vermeld in 1157 als Wiscath. Gelegen op het Kempisch plateau strekt deze gemeente zich uit in een smalle langgerekte vorm tussen Meeuwen en Gruitrode, waarbij ter hoogte van het kruispunt Rietenstraat - AkkerstraatMuisvenstraat -Genitsstraat haar breedte slechts 100 m bedraagt. Ze bestaat uit het Dorp, Soetebeek, de Rieten en Plockroy.

De abdij van Herkenrode bezat sinds 1209 de belangrijke hoeve Donderslag, met een domein van ca.100 ha. Ze werd in de Franse tijd in beslag genomen en kwam in 1797 in privébezit. In 1968 werd ze wegens bouwvalligheid afgebroken.

Vanaf 1920 groeide het aantal inwoners. Kinderen van landbouwers gingen werken in de industrie en de opkomende steenkoolmijnen. Later was er nog een opvallende invasie van inwoners uit het nabijgelegen Bree omwille van het aanbod van mooie, in het bos gelegen betaalbare bouwgronden.

Van de kerk, gebouwd in 1888, bestaat alleen nog de toren in neogotische stijl. Het huidige gedeelte werd gebouwd in 1967-1968. In de kerk zijn de Romaanse doopvont en de beelden uit de 16de eeuw zeker het vermelden waard. Verder bevindt zich in Wijshagen het archeologisch park De Rieten. Deze plek was een begraafplaats van de lokale Kelten en later een cultusplaats van de Romeinen. Je treft er heel wat informatie aan: de doorsnede van een grafheuvel, het binnenzicht ervan, de reconstructie van het oude landschap, foto’s van gerenommeerde vondsten, teksten en een tijdsband verwerkt in een wandelpad. Verscheidene vondsten zijn nu pronkstukken in het Gallo-Romeins museum te Tongeren.

In 1970 fusioneerde Wijshagen met Meeuwen en Ellikom, in 1977 met Gruitrode en Neerglabbeek tot de gemeente Meeuwen-Gruitrode. Met Opglabbeek vormen ze sinds 2019 de gemeente Oudsbergen.

Vroeger zei men over Wijshagen: ‘Wiesjage, gruut dèrp, ziève hùuzer en ein kèrk’ (Wijshagen groot dorp, zeven huizen en een kerk). Dit was werkelijk zo rond 1900.

57
Kerk Wijshagen

De kermis in Wijshagen was vroeger steeds op 15 augustus, Maria-Hemelvaart. Voormiddag was er dan een processie naar Soetebeek. Op 6 februari, feestdag van de H. Amandus, was er ook een kleinere kermis zonder foor. Nu vindt de kermis plaats op de derde zondag van september.

Vroeger vond je op elk kerkhof wel een dodenhuis terug. Dit werd gebruikt bij een verdacht overlijden of wanneer de overledene nog niet onmiddellijk kon geïdentificeerd worden.

De eerste zusters van O.-L.-Vrouw van zeven Weeën arriveerden in 1931. Dit eerste gebouw bestond slechts uit het klooster en links daarvan twee klassen en een gang. Later werden er in verschillende fasen links klassen bijgebouwd en in 1959 werd aan de rechterkant een kapel ingehuldigd. De laatste zusters verlieten het klooster in 2017.

Dit gebouw was vroeger de oude school met schoolhuis, waarvan een deel ook dienstdeed als gemeentehuis. Het werd in gebruik genomen rond 1870 en heeft deze functie gehad tot in 1962. Na een periode van leegstand werd het pand verkocht in 1987 en niet veel later prachtig gerestaureerd.

142
144
143
141
58

Naar aanleiding van de spectaculaire vondsten op de Rieten ontwikkelde de gemeente Meeuwen-Gruitrode samen met Regionaal Landschap Kempen en Maasland onder toezicht van het Provinciaal Gallo-Romeins museum het archeologisch park De Rieten. Het werd in 2010 geopend voor het grote publiek ter gelegenheid van Open Monumentendag.

In 1980 startte een wijkcomité onder leiding van Jos Lemmens met de uitgave van ‘de Eekhoorn, krant van Wijshagen’. Dit apolitieke, plaatselijke informatieblad verscheen enkele malen per jaar, 12 jaar lang. Het reilen en zeilen van de gemeente kwam hier uitvoerig aan bod. Het was ook een platform voor de plaatselijke verenigingen.

Martin Truyen (Teng Trieje), geboren op 27 januari 1894, oud-strijder WO 1 en gehuwd met Christina Paredis in 1923, was burgemeester van Wijshagen van 1933 tot 1959. Hij overleed op 31 oktober 1959 na een ongeval op het veld. Naar hem is de Martinlaan genoemd.

Recente luchtfoto van Wijshagen. Op de voorgrond zie je de Wijshagerkiezel, richting Muizendijk Bree. Links aan de buitenkant van de bocht ligt het Buurthuis en het Rode Kruis. Jaren geleden was dit gebied bijna allemaal bos, vandaar dat oudere mensen nog altijd ‘op de bos’ zeggen.

145
147 146
148
59

Oogst Donderslag

En de boer, hij ploegde voort

De voedselvoorzienigheid is altijd de grootste bekommernis geweest van de mens. Wie herinnert zich nog de prentkaart in ons oud geschiedenisboek met de bijhorende tekst “Onze voorouders leefden van de jacht en de visvangst”. Geleidelijk aan gingen onze verre voorouders zich op een vaste plaats vestigen en teelden ze voedingsgewassen op de gronden rond hun woonplaats. Vanaf toen kunnen we spreken van landbouw.

Oorspronkelijk diende de opbrengst enkel om in de eigen noden te voorzien. Naarmate de bevolking toenam en door de opkomst van de steden moest de boer ook voedsel gaan produceren voor mensen buiten zijn eigen gezin. Het paard diende als trekdier bij het ploegen, maaien, oogsten en andere zware werkzaamheden. De arme keuterboertjes, en zo waren er in onze zandige Kempen veel, konden zich echter geen paard veroorloven. In plaats daarvan moesten ze een os of zelfs hun mager koetje inspannen. Eeuwenlang heeft de boer – oorlogen en epidemieën trotserend – zijn land op die manier bewerkt.

De laatste honderd jaar is er in een steeds sneller tempo veel veranderd in de landbouw. De opkomende

industrie – voor onze streken waren dat in de eerste plaats de koolmijnen – kaapte steeds meer arbeidskrachten uit de landbouw weg. De boer was dus ook genoodzaakt om zich meer en meer te mechaniseren. Het eerste slachtoffer werd het paard: het arme dier werd figuurlijk van het land gestoten door de tractor. Er werden ook als maar grotere machines gebruikt om het land te bewerken. Dit heeft een grote verandering teweeggebracht in ons landschap. De kleine akkers werden samengevoegd tot grote percelen waarop eenzijdige teelten zoals maïs werden geteeld. Doordat de natte percelen door de grote machines niet meer bewerkt konden worden, bleven ze braak liggen en konden ze zich ontwikkelen tot de weelderige beekvalleien zoals we ze nu kennen.

Tegenwoordig staat de landbouw onder zware druk: waterwingebied, vogelrichtlijn, mestdecreet, stikstofuitstoot, dierenwelzijn, … Dit alles bepaalt de toekomst van de landbouw, maar ook de toekomst van onze voedselvoorziening.

Bij het bekijken van de foto’s kunnen we nu mijmeren over de ‘goede oude tijd’. En ondertussen, ge weet wel, de boer … hij ploegde voort.

60

Na het maaien werden een achttal korenschoven in hoopjes gestapeld om te drogen. Enkele dagen later werden ze opgeladen en in de schuur of in een mijt (de miet) getast.

Twee paarden trekken de zelfbinder. Hiermee werd het graan gemaaid en tevens in schoven gebonden. Het was weer een stap in de verdere mechanisatie. Nog later kon de maaidorser de oogst maaien en tegelijkertijd dorsen.

Na de oogst werd het land geploegd om een volgende teelt (meestal rapen) in te zaaien. Hier zien we drie voerlieden achter elkaar die met paard en staartploeg het land ondiep omploegen.

Christina

(Stien Bùutse) voedert een toom witte Leghorns. De verkoop van eieren was een niet te versmaden bijverdienste. Met de hulp van een rekenboekje (het eijerbeekske) werd de opbrengst berekend.

149
152
151
Bosmans
150
61

Het scherpen (haren) van de zeis door Willem Lipkens (Willem van´t Kestièl). Met de haarhamer en het nodige speeksel werd het zeisblad haarscherp gemaakt zodat het gras in gezwaden kon gemaaid worden. Zo, nu weten we ook waar de uitdrukking ‘haarscherp’ vandaan komt!

Antoon Gabriëls (Tùun Guuses) is bezig met het stapelen van hooi-oppers. Zo kon het hooi nog een tijdje nadrogen voordat het naar de hooizolder werd gebracht. Tùun was de laatste boer in Gruitrode die nog met een trekpaard werkte.

Antoon Soons (Tùun Kweine) heeft zijn paard van stal gehaald om in te spannen. Zijn blik toont vriendschap en vertrouwen.

Met de gaffel werd het hooi op de oogstkar (de hùugkar) geladen. Let op het ingewikkelde getuig waarmee het paard werd ingespannen. Het vliegennet op het hoofd beschermde het paard tegen vervelende vliegen en dazen (blindèze).

154
156
155
153
62

Met melkkruiken (teite) werd de melk naar de melkerij gevoerd. Hier op de Donderslaghoeve hangen de kruiken aan de putgalg (de zwik) om uit te lekken na het reinigen.

In deze verlaten stal staat het afgedankte getuig te roesten en te verolmen. Links zien we de trog met de voederrijf, vooraan het hooimachine met erachter de kipkar en rechts de bietensnijder (het kruutemesjien).

Op de Dorpermolen is het varken gekeeld en op de ladder gehangen. Gedurende de maand november (slachtmaand) had de slager zijn handen vol om overal het vetgemeste varken te slachten.

160

De helper heeft even zijn zitje op het maaimachine verlaten om te poseren met een opgebonden schoof.

159
158
157
63

161

Met de dorsmachine (dorskast) werd het graan in de winter gedorsen: aan de zijkant werd het graan opgezakt en aan de achterkant verliet het stro de machine. Loonwerkers trokken er de ganse winter mee rond van boerderij tot boerderij. Soms werd een dorsmachine samen aangekocht door een aantal boeren.

163

Het ganse gezin hielp mee bij de aardappeloogst. We zien de aardappelrooier, getrokken door drie paarden. Fier worden de geoogste aardappelen in de manden getoond en met de kipkar (de èèrdkar) werden de aardappelen naar huis gevoerd.

De boerin bracht op tijd en stond eten en drinken naar het veld want er mocht geen tijd verloren gaan door thuis gaan te eten. Toch werd er van de gelegenheid gebruik gemaakt om even op enkele schoven uit te rusten. Ook voor de paarden was deze rust welgekomen. 164

Met de wentelploeg (de melotploog) werd de grond diep geploegd. De ploegschaar kon op het einde van de voor omgekeerd worden zodat de boer heen en terug kon ploegen.

162
64

Tot voor enkele jaren telde de gemeente MeeuwenGruitrode vier uitgebreide verzamelingen van voorwerpen en gereedschappen uit ‘grootvaders tijd’. De eigenaars konden u van elk object gepassioneerd

vertellen wat de betekenis en werking ervan was. Het is te betreuren dat drie verzamelingen momenteel niet meer te bezichtigen zijn.

165

In zijn tabaksmuseum te Meeuwen stelde Jan Schouteden honderden unieke voorwerpen tentoon over de tabaksindustrie van vóór de Eerste Wereldoorlog.

Gedurende meer dan 30 jaar liet Christ Verheyen uit Meeuwen in zijn museum ´t Karrewiel het dorpsleven van 100 jaar geleden terug tot leven komen.

168

In 2009 opende motorliefhebber Jos Nuyts in Ellikom het museum ‘De Henckens’. Dit kleine museum herbergde 13 gebruiksklare oldtimer moto’s. Na het overlijden van Jos in 2020 werd dit museum helaas gesloten.

In de westertoren van de commanderij van Gruitrode wordt een selectie van archeologische vondsten tentoongesteld die gevonden werden tijdens de opgravingen in en rond het kasteel.

166
Musea 167
65

Er was eens…Meeuwen-Gruitrode

Is een uitgave van Heemkring de Reengenoten Meeuwen-Gruitrode VZW en Det waas Roy.

Website: www.dereengenoten.be

Teksten: Marc Lipkens, Johan Loenders, Jan Leyssen, Heidi Evens, Mathieu Geelen en Rik Hoogmartens.

Foto’s: Jaak Taens en Mathieu Geelen.

Fotoarchief van Det waas Roy en Heemkring de Reengenoten.

Opdrachtgever: Proxy Delhaize Meeuwen.

Lay-out en drukkerij: Local Loyalty Group.

Niets uit deze uitgave mag worden afgedrukt of overgenomen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Heemkring de Reengenoten vzw.

V.U.: Hanne Heynickx Proxy Delhaize Meeuwen.

O 1 O 2 O 3 O 4 O 5 O 6 O 7 O 8 O 9 O 10 O 11 O 12 O 13 O 14 O 15 O 16 O 17 O 18 O 163 O 164 O 165 O 166 O 167 O 168 O 19 O 20 O 21 O 22 O 23 O 24 O 25 O 26 O 27 O 28 O 29 O 30 O 31 O 32 O 33 O 34 O 35 O 36 O 37 O 38 O 39 O 40 O 41 O 42 O 43 O 44 O 45 O 46 O 47 O 48 O 49 O 50 O 51 O 52 O 53 O 54 O 55 O 56 O 57 O 58 O 59 O 60 O 61 O 62 O 63 O 64 O 65 O 66 O 67 O 68 O 69 O 70 O 71 O 72 O 73 O 74 O 75 O 76 O 77 O 78 O 79 O 80 O 81 O 82 O 83 O 84 O 85 O 86 O 87 O 88 O 89 O 90 O 91 O 92 O 93 O 94 O 95 O 96 O 97 O 98 O 99 O 100 O 101 O 102 O 103 O 104 O 105 O 106 O 107 O 108 O 109 O 110 O 111 O 112 O 113 O 114 O 115 O 116 O 117 O 118 O 119 O 120 O 121 O 122 O 123 O 124 O 125 O 126 O 127 O 128 O 129 O 130 O 131 O 132 O 133 O 134 O 135 O 136 O 137 O 138 O 139 O 140 O 141 O 142 O 143 O 144 O 145 O 146 O 147 O 148 O 149 O 150 O 151 O 152 O 153 O 154 O 155 O 156 O 157 O 158 O 159 O 160 O 161 O 162
Spaaroverzicht
Colofon
66

Moos te nùuw ins hiere …

Zèt dich nèèr biej ‘t brook en kiek nao de locht

Ich wil mèt dich wèd de, de bès zuu verkocht

De zòn pùutst her strèèl kes, det deit ze ge riè geld

Ter wiel det ze zich in ‘t wa tervlak sp egelt

De zw ane, de è ne ze sjri eve de zin ne

De wind en ‘t reet guun e leejd sje ver zin ne

Det weert aan ‘e sjuun heid van Miè ve ge wied

En wèè er nao lùus tert ge reekt et nuuts kwiet

Riej duur Mi ève- Raoj , gank nòg lever te voot

Stap aaf, blief ins stuun , kiek rònd , lùuster good

Dan zils te be sef fe dan zils te ver stuun

Det de ma ker van al les hiej ze bèst hèèt ge duun

En geis te uuts weg, zelfs hièl wied van hùus

Nao dit dèrp kims te trèig , want det blieft dienen thùus

Wat mier nao ‘t uu ste dao priekt ‘t kas tièl

Mèt gracht en en tuur es, e mach tig ge hiel

Kiek òn ner de port ge de rig en trùuw

Wicht sjild knaap mèt pèèrd en ‘n prach tige vruiw

De ridder sjrèèjt nader in zilver en wit

Ter wiel op z’n vùust e ne jacht valk zit

En ederein bòkt zich, is er klein of hièl rùuw

En ederein druimt , zuu waas et toon zuu is et nùuw

Ich staon plots te zwaèje nao ruiter en pèèrd

En wiej Willem zèèt et is’t kieke wèèrd

Want nùuw iève later in die wèlvende pracht

Hèèt minnige jièger ‘t wild nèèrge lagd

Hu ber tus bes jermt ‘t hiè le ge bie re

En daovër wilt men em jaor liks ver ie re

Dao steit in Nèèr glab bik gein ink el pa lies

Mer es ge ne ter vins te’r ‘n echt parë dies

E kròn kelend lint , vèèl green ròntë lòm ,

Leipt kab belend wiej er en in È le kòm

Ver tèl le de mièl es uis hièl auw ver ha le

Van mol lers die’t kuu re hiej mees te ma le

De wich ter ze van ge nòg altied de vès kes

En lo re nao’t vinks ke ver stopt in ‘e bès kes

De A bièk diej is in e strièk hiej ge buu re

En zal mèt ‘r sjuun heid uis blie ve be kuu re

Dao waas ins e volk hièl sterk en hièl strùus

Det zòcht en det vòn uuts hiej zienen thùus

Det buiwde, det lèèfde en sòms mees et vech te

Det lierde z’n wichter hin plichten en rech te

Hinne kièning dèè hèèt hiej z’n rèstplaats ge vòn ne

En blieft zuu mèt Wiesjage ièvig ver bòn ne

Uis dè rpe zeen bùu tege wuun intres sant

Zuu lek ker ge zel lig en sòms wat pi kant

Tekst en muziek van Odile Neyens.

en luister
Scan
Dorpsstraat 35 | 3670 Oudsbergen
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.