Historisch Delft

Page 1

Historisch

DELFT Verzamelalbum



Partners van dit project:

In 1246 kreeg Delft stadsrechten en sindsdien is er veel gebeurd in onze stad. Delft was in de zestiende eeuw één van de belangrijkste steden van de Republiek en tijdens de Tachtigjarige Oorlog vestigde prins Willem van Oranje zich in onze stad. De eeuw hierna werd een afdeling van de VOC en de WIC in Delft gevestigd.

Het aardewerk dat bekend werd als ‘Delfts blauw’ ging de hele wereld over. De economie verbeterde enorm waardoor ook de kunst en wetenschap tot bloei kwamen. Onder meer Johannes Vermeer, Anthoni van Leeuwenhoek en Hugo de Groot zijn in Delft geboren en getogen. Delft raakte vanaf de tweede helft van de zeventiende eeuw geleidelijk aan in verval. Het duurde bijna twee eeuwen, maar de industrie en wetenschap leefden weer op in Delft. In 1842 opende koning Willem II de voorloper van de TU Delft.

Meer dan genoeg reden dus om trots te zijn op de geschiedenis van onze stad. Daarom vonden wij van PLUS het hoog tijd om een verzamelalbum te ontwikkelen met historische plaatjes van Delft. We hopen dat u er net zo van geniet als wij!

De plaatjes zijn van zondag 5 april tot en met zaterdag 16 mei 2020 te sparen bij PLUS Bomenwijk, PLUS Martin Panis en PLUS Tanthof.

Hartelijke groet, Marcel Schungel, Martin Panis en Henk van der Ster

Bomenwijk Martin Panis Tanthof 3


Gezicht op Delft Delft is wereldberoemd dankzij Johannes Vermeer.

in de negentiende eeuw lagen er rondom Delft

Hij schilderde in 1660-1661 dit Gezicht op Delft,

vooral grazige weilanden, waar de boeren hun

de stad gezien vanaf de Hooikade aan de Zuidkolk.

vee hielden.

Je herkent Delft, maar er is ook veel veranderd. De Schiedamsepoort en Rotterdamsepoort bijvoorbeeld

In de twintigste eeuw veranderde het stadsbeeld

zijn allebei in de negentiende eeuw afgebroken.

drastisch. Nieuwe grote bedrijven vestigden zich aan de randen van de stad, zoals de

4

Kunstenaars na Vermeer kozen andere

Gist- en Spiritusfabriek, Calvé en de Lijm- en

herkenningspunten voor hun schilderijen. De Oude

Gelatinefabriek. De voorloper van de TU Delft,

Kerk natuurlijk, de ‘scheve Jan’, en de overal bovenuit

de Technische Hogeschool, trok jaar na jaar

torenende Nieuwe Kerk. Die kerken waren al van

meer jongemannen. Desondanks domineerde de

verre zichtbaar. Dat kon ook makkelijk, want er was

Nieuwe Kerk met zijn bijna 109 meter nog steeds

nauwelijks bebouwing buiten de binnenstad. Tot

de skyline.


1

Delft bezat maar liefst acht poorten die toegang boden tot de stad. Zeven gingen er in de negentiende eeuw tegen de vlakte. Alleen de Oostpoort bleef al die eeuwen fier overeind, hier afgebeeld door Isaac van Ketweg, ca. 1760.

2

In de negentiende eeuw leefden veel Delftenaren van het land rondom de stad. Zij hielden vee, verkochten zuivel en verbouwden groenten. Bartholomeus Johannes van Hove, ca. 1830.

3

Jan Heesterman schilderde omstreeks 1920-1930 dit boerderijtje langs de Schie, met in de verte overduidelijk de Oude en de Nieuwe Kerk van Delft.

5


4

Gezicht op Delft 5

De skyline van Delft bleef een dankbaar onderwerp voor kunstenaars. Terwijl overal rondom de binnenstad de heipalen in de grond gingen, maakte kunstenaar Han Krug in 1955 een kleurrijke aquarel van dit lieflijke landschap. Vanuit de lucht is de Nieuwe Kerk nog steeds imposant, maar de Markt is ook niet mis. Met liefst 120 bij 50 meter is het een van de grootste marktpleinen van Europa.

7

6

Voordat er aardgas uit Groningen kwam, had Delft een eigen gasfabriek. Waar nu het Zuidpoortgebied is, verrezen drie reusachtige opslagtanks voor het hier gefabriceerde gas. Op deze foto uit 1927 was de tweede gashouder net gereed. Een fotograaf met stalen zenuwen legde in 1952 dit adembenemende uitzicht vast. Hij had trouwens ook een goede conditie, want hij sjouwde zijn fototoestel 376 traptreden mee naar boven. 6


8

Veel meer woningen én een andere prominente kerk aan de horizon op deze foto uit de jaren ’60. Links prijkt de toren van de in 1924 gebouwde gereformeerde Westerkerk aan de Hugo de Grootstraat. In 1981 werd de kerk afgebroken.

9

Wie nu vanaf het zuiden naar Delft kijkt, ziet vooral de campus van de TU Delft. Vanaf het Elektrotechniekgebouw kijken we hier in 1969 op het gebouw van Technische Natuurkunde en de aula, ook wel ‘De Kikker’ genoemd.

10

De Delftse kunstenaar Dirk van Dien maakte in 2002 de linoleumsnede ‘Buiten de stad’ met – uiteraard – de Nieuwe Kerk en de Oude Kerk herkenbaar in beeld.

7


Groei van de stad Vanaf 15 april 1246 telde Delft werkelijk mee.

nodig om daarbuiten te gaan bouwen. Delft

Toen kregen de Delftenaren rechten waardoor

groeide uit tot een middelgrote industriestad met

hun nederzetting een echte stad werd. Delft werd

flinke arbeiderswijken zoals het Westerkwartier

een belangrijke marktplaats voor de boeren uit

en de Wippolder. De woningbouw kon de

de omgeving. De handel groeide en vooral de

bevolkingsgroei echter niet bijhouden.

bierbrouwers maakten in de vijftiende eeuw grote winsten. Delfts bier werd tot ver buiten de

Volksvijand nummer één, zo stond de woningnood

Nederlandse grenzen verkocht, net als het hier

na de Tweede Wereldoorlog bekend. Veel jonge

geproduceerde laken en later het Delfts blauwe

stellen moesten hun trouwplannen uitstellen of

aardewerk.

woonden eerst een paar jaar ‘in’ bij hun ouders. Vanaf de jaren ’60 maakte Delft een inhaalslag

Al die tijd paste Delft prima binnen de

met de bouw van de grote woonwijken Voorhof,

middeleeuwse stadswallen. Sterker nog, pas

Buitenhof en Tanthof.

aan het eind van de negentiende eeuw was het 8


11

12

Deze jongeman stierf in de tweede eeuw na Christus. Archeologen ontdekten zijn graf aan de Woudselaan in de Harnaschpolder. Daar bouwden boeren hun nederzettingen, ver voordat de stad Delft ontstond.

13

Het ziet er niet meer uit, maar toch is dit het belangrijkste en oudste document van Delft. Het is de oorkonde waarmee graaf Willem II van Holland in 1246 het stadsrecht aan de Delftenaren verleende.

Eeuwenlang bestuurden dezelfde rijke en machtige families de stad. Dat zie je goed aan het overzicht van stadsbestuurders van 1477 tot 1738, gemaakt door Willem van der Lely. Heel wat familiewapens komen meer dan ĂŠĂŠn keer voor.

14

De Koepoort aan het einde van de Vlamingstraat heette natuurlijk niet toevallig zo. Boeren gebruikten de poort voor hun vee dat ze van het land naar de stad brachten, voor de veemarkt of voor het slachthuis. Isaac van Haastert, 1770.

15

Bij werkzaamheden aan de Spoorzone kwam een deel van de Schoolpoort tevoorschijn. Het was een kleine poort die toegang bood tot de Schoolstraat, maar er stond wel een toren bovenop van liefst acht meter doorsnee. 9


10


Groei van de stad

17

16

In de Eliza Dorusstraat in het Westerkwartier sliepen aan het begin van de twintigste eeuw gerust acht kinderen op zolder, de jongens aan de ene en de meisjes aan de andere kant.

Links en rechts van de Mekelweg groeide na de Tweede Wereldoorlog bijna een nieuwe stad: de TU-wijk, in 1971 met nog opvallend weinig auto’s op straat.

18

19

Delft bouwde in de jaren ’60 in een razend tempo. Wethouder P. Kamps sloeg regelmatig eerste palen in de grond. In 1968 deed hij dat voor 78 eengezinswoningen in Buitenhof. Een nieuwtje in 1958: speciaal voor studenten gebouwde woningen. De vier flats aan de Oudraadtweg boden ruimte aan 284 studenten.

11


Kinderjaren Kinderen hebben altijd gespeeld, vroeger en nu.

De Delftse Vakantieschool werd in 1948 opgericht

Er is wel een groot verschil in de hoeveelheid vrije

voor kinderen die niet met hun ouders op vakantie

tijd die daarvoor beschikbaar was. Kinderarbeid

konden, in die tijd nog het merendeel van de

was tot ongeveer 1900 heel gewoon. Veel jongeren

schooljeugd. Er waren drie verschillende groepen:

werkten mee in de fabriek, op het land of in het

een openbare, een katholieke en een protestantse. In

huishouden. Ook na die tijd waren er nog genoeg

enigszins gewijzigde vorm bestaat de Vakantieschool

jongens en meisjes die een baantje hadden om het

nog steeds.

gezinsinkomen mee aan te vullen. Ook echt Delfts was de Volkszangdag waarbij

12

In de twintigste eeuw kregen kinderen meer vrije

kinderen van alle Delftse basisscholen als een enorm

tijd. Ze hoefden minder vaak te werken en vanaf de

koor op de Markt samen kwamen om te zingen.

jaren ’60 hoefden ze ook niet meer op zaterdag naar

Dirigent Ben Bak, en later Pierre van Hauwe, zorgden

school. Om die tijd op te vullen, kwamen er steeds

ervoor dat liedjes als ‘Merck toch hoe sterck’ en ‘Hoog

meer activiteiten speciaal voor de jeugd.

op de gele wagen’ loepzuiver over het plein schalden.


20

21

Meisjes van het Delftse Weeshuis poseerden omstreeks 1880 in hun keurige uniform voor de camera. Op tafel stond de handnaaimachine, een hulpmiddel bij het naai- en verstelwerk dat de meisjes voor het Weeshuis deden.

23

Bij kolven sla je met een kolfstok een bal tegen een paal om punten te verdienen. Deze zeventiende-eeuwse kinderkolfstok komt uit Delftse bodem en is dus van een Delftse koter geweest. De stok hoort recht te zijn, maar door uitdroging is ’ie kromgetrokken.

22

Aan de eerste Delftse Vakantieschool in 1948 deden 3000 kinderen mee. Twee weken lang gingen zij dagelijks naar de Hertenkamp, één week zaten ze in de duinen bij Scheveningen.

24

Hendrik de Jong had het rond 1910 helemaal gemaakt. Hij werkte als bediende bij de Technische Hogeschool en kon van zijn loon dit uiterst moderne en hippe vervoermiddel kopen: een fiets!

Gekleed te water voor diploma B in het onverwarmde buitenzwembad Aan ’t Verlaat, 1953. Het in 1928 geopende zwembad had gescheiden bassins: één voor jongens, één voor meisjes. 13


25

Kinderjaren

26

Met zulk weer had je geen speeltuin of clubhuis nodig. Sneeuwpret in het Agnetapark, 1955.

27

Niet iedereen speelde altijd buiten. Technisch geĂŻnteresseerde jongeren konden in 1962 hun hart ophalen bij een tentoonstelling van de Elektrotechnische Vereniging.

14

In naoorlogse nieuwbouwwijken mocht een speeltuin niet ontbreken. Deze nieuwe klimtoren verrees in 1960 op het terrein tussen de Van Adrichemstraat en de Vosmaerstraat.

28

29

Bij Luilak maak je op de zaterdag voor Pinksteren zoveel mogelijk lawaai. Om het kwajongensfeest in goede banen te leiden, werden er optochten georganiseerd, zoals hier in 1967 op de Van Foreestweg.

Midden op straat rolschaatsen was in 1977 in de Camerlingstraat zo te zien nog geen enkel probleem. De paar auto’s die hier reden, zag je al van ver aankomen.


In de schoolbanken Al in de Middeleeuwen waren er scholen in

de Mulo, de MMS en de HBS. Wie daarna

Delft. Deze waren alleen niet voor alle kinderen

wilde doorleren, kon in Delft ook nog naar de

toegankelijk. Het was lange tijd een luxe om les te

Technische Hogeschool, nu de TU Delft.

kunnen krijgen. Pas sinds de Leerplichtwet uit 1901 gaan alle kinderen van 6 tot 12 jaar dagelijks naar

De TU Delft heeft een lange geschiedenis. Een

school om te leren lezen, schrijven en rekenen.

handjevol rijke jongeheren kreeg vanaf 1842 les bij de Koninklijke Akademie in een chic gebouw aan

Protestanten, katholieken en openbaren richtten

de Oude Delft. Deze elitaire opleiding veranderde

elk hun eigen scholen op. Kleuters kregen vanaf

geleidelijk aan in de populaire Technische

de jaren ’50 speciaal kleuteronderwijs en tieners

Hogeschool, tot 1953 de enige ingenieursopleiding

konden op diverse middelbare scholen terecht,

van het land.

zoals de Ambachtsschool, de Huishoudschool,

15


In de schoolbanken

30

Waarom heet de Schoolstraat zo? Dat komt door de Latijnse School, die hier vanaf de veertiende eeuw zat. Het was een opleiding voor welgestelde jongens. Lang niet iedereen ging naar school en zeker niet iedereen kreeg les in het Latijn.

32

Gymnastiekles in de gloednieuwe gymzaal van Gemeenteschool 1A aan de Oranjestraat, 1901. De school werd later de Van Everdingenschool, die in 1981 werd afgebroken.

16

31

Jonge kinderen van arbeiders bij de Gist- en Spiritusfabriek konden vanaf 1885 voor 10 cent per week terecht in bewaarschool ‘De Hoop der Toekomst’ in De Tent in het Agnetapark.

33

Leden van het Delftsch Studenten Corps in sociëteit Phoenix aan de Phoenixstraat, ca. 1910. Bij de haard staat de zogenoemde corpsbediende, die de jongeheren van hun natje en droogje voorzag.


Wist je dat... Tot in de jaren ’50 alle Nederlandse ingenieurs uit Delft kwamen?

34

Studenten van de TH zaten lang niet altijd in de schoolbanken. Hier kregen ze les bij de faculteit Werktuig- en Scheepsbouwkunde aan de Nieuwelaan, ca. 1935.

36

In Huishoudschool Rust Roest aan de Zocherweg in het Agnetapark werden meisjes klaargestoomd voor het beroep van huisvrouw. In 1947 hielden ze een openbare les strijken.

35

‘Melk is goed voor elk’, ‘Melk moet’ en de ‘Melk-brigade’ maakten in de jaren ’50 reclame voor schoolmelk. Op Openbare School nummer 7 aan de Voldersgracht, later de Jan Vermeerschool, dronken de kinderen in 1947 keurig hun flesje leeg.

37

Open dag op de Ambachtsschool aan de Madelaan in 1964. Sindsdien is er veel veranderd. De Ambachtsschool werd scholengemeenschap Van der Made, het gebouw ging in 1982 tegen de vlakte en de naam van de laan veranderde in de Ada van Hollandstraat.

17


Wonen in wijken

18

Na de Tweede Wereldoorlog was het broodnodig om

Ten westen van Delft werd in de jaren ’50 gebouwd

nieuwe woonwijken te bouwen. De Delftse industrie

aan onder meer de Kuyperwijk. Ook hier was

groeide, mensen wilden ruimer wonen en veel huizen

het zaak om zo snel mogelijk zoveel mogelijk

in smalle straatjes in de binnenstad voldeden niet

eengezinswoningen te bouwen om de woningnood

meer aan de norm. De Delftse PLUS-supermarkten

tegen te gaan. Aan de Sasboutstraat vond een primeur

staan alle drie in zo’n naoorlogse nieuwbouwwijk die

plaats toen daar in 1957 de eerste flat van Delft werd

om verschillende redenen uniek is.

geopend.

Een van de eerste naoorlogse projecten was de

Er kwamen nog heel veel meer flats, vooral in de

Bomenwijk in de Bieslandse Bovenpolder, ten

nieuwbouwwijken Voorhof en Buitenhof. Tanthof

oosten van de stad. Om snel en goedkoop te kunnen

was eind jaren ’70 voorlopig de laatste grote

bouwen, maakten de aannemers gebruik van een

uitbreidingswijk. Na al die hoogbouw verlangde de

nieuwe werkwijze: ‘betonbouw’. Vooraf gefabriceerde

woningmarkt iets anders. Geen hoge flats aan rechte

betonnen platen werden op een stalen raamwerk

straten, maar laagbouw tussen groen aan kronkelende

bevestigd, zodat er niet gemetseld hoefde te worden.

woonerven, de zogenaamde ‘bloemkoolwijk’.


38

In 1951 zorgde ‘betonbouw’ ervoor dat de portiekwoningen van de Bomenwijk razendsnel gebouwd konden worden.

39

Ten oosten van de stad volgden de bouwprojecten elkaar op. In 1954 werd de laatste hand gelegd aan de bestrating bij de nieuwe huizen aan de Bieslandsekade.

40

Een nieuwbouwwijk was pas echt compleet als een nieuw buurthuis in gebruik was genomen, zoals hier het wijkcentrum aan de Lindelaan, ca. 1960.

19


Wonen in wijken

41

Omstreeks 1960 was de bouw van de Kuyperwijk in volle gang. De bouwvakker die het beton moest nathouden, had nog vrij uitzicht over de landerijen.

42

De Kuyperwijk was in 1963 vrijwel gereed met eengezinswoningen, portiekflats en hoogbouw. Ook verderop in Delft waren nu meer flats aan de horizon verschenen.

43

Wist je dat... De Delftse PLUS-supermarkten alle drie in een unieke naoorlogse woonwijk staan?

20

Delft en Rijswijk groeiden in 1972 al steeds meer naar elkaar toe. Via de Prinses Beatrixlaan zat je zo in de Rijswijkse bebouwde kom.


44

In Tanthof-Oost gingen omstreeks 1980 de heipalen de grond in voor de Valkenlaan ter hoogte van de Eksterstraat.

45

Vrijwel ieder huizenblok in Tanthof kreeg een andere uitstraling. In 1990 was de Omanstraat gereed en waren de huizen aan de Medinastraat en de Emiratenstraat in aanbouw.

46

Vanaf 1994 kon iedereen met tramlijn 1 van Scheveningen in één keer door naar Tanthof. In 1993 werden hiertoe tramrails aan de Israëllaan aangelegd. 21


Delftse Nijverheid De in Delft afgestudeerde Jacques van Marken had

De Lijm- en Gelatinefabriek aan de Rotterdamseweg

grote invloed op de bedrijvigheid in de stad. In 1869

dreigde failliet te gaan… inderdaad, Van Marken nam

richtte hij een klein biotechbedrijf op: de Gist- en

ook dit bedrijf erbij. Hij noemde zijn bedrijven samen

Spiritusfabriek. Zijn onderneming groeide al snel uit

de ‘Delftse Nijverheid’.

tot een wereldbedrijf dat gist en spiritus tot ver buiten Nederland exporteerde.

Delft veranderde in een bruisende industriestad. Duizenden Delftenaren vonden werk in de fabrieken,

Van Marken had de smaak te pakken en vroeg aan

van sjouwersknechten tot hoogopgeleide laboranten.

zijn studiegenoot Jan Rudolph Tutein Nolthenius

Andere sectoren profiteerden hier ook weer van. Al

of hij wilde onderzoeken of hij olie uit pinda’s kon

die arbeiders moesten tenslotte ergens wonen, ze

bereiden. Toen dat lukte, richtte Van Marken in 1884

hadden eten nodig en wilden ook weleens ontspannen

een tweede fabriek op: de Nederlandsche Oliefabriek,

na werktijd.

later beter bekend als Calvé. Het was nog niet genoeg.

22


47

Jacques van Marken en zijn echtgenote Agneta van Marken-Matthes, ca. 1890. Hij was de directeur, zij was de ‘fabrieksmoeder’ die het sociale beleid regelde.

48

Naast de fabrieken opende Van Marken in 1892 het Agnetapark, een ruim opgezet arbeidersdorp waar zijn werknemers in keurige en gezonde huizen konden wonen – een bijzonderheid in die tijd.

49

Leon Senf tekende in 1924 de Calvéfabriek, met links de lostoren en rechts de kenmerkende silo die in 1995 werd afgebroken.

23


Delftse Nijverheid 50

51

In het hoofdgebouw van de Delftse Nijverheid aan de Wateringseweg werkten in 1929 tientallen kantoorbedienden om de administratie van de verschillende bedrijven weg te werken – nog zonder computers.

52

Delft groeide aan het eind van de negentiende eeuw, dus er was volop werk voorhanden. Uit Zwitserland kwamen schoorsteenvegers naar de stad, zoals Domenico Ceschi en zijn zoon.

Vrouwen werkten ook in de negentiende eeuw: als lerares, in de winkel of in het huishouden. Veel burgergezinnen hadden een dienstmeisje. Op deze foto van de Jacob Gerritstraat omstreeks 1890 liep er net eentje voorbij.

24

Wist je dat... De sociaal bewogen Jacques van Marken de Delftse industrie op de kaart zette?


53

Koninklijke Fabriek F.W. Braat was specialist in stalen raamkozijnen en zinken ornamenten. Begin jaren ’30 werd trots het complete wagenpark uitgestald voor de fabriek aan de Engelsestraat.

54

Veel Delftenaren werkten bij Machinefabriek Reineveld aan de Haagweg waar ze machines voor stoomwasserijen en fabriekspompen maakten. In 1954 bezochten Europese directeuren van wasserijbedrijven de fabriekshal.

55

Begin jaren ’60 was er veel meer werk dan er arbeiders waren. Op het Centraal Station van Rotterdam werden de eerste vijf Spaanse gastarbeiders van harte welkom geheten; zij gingen bij Reineveld aan de slag.

25


Made in Delft

56

57

De oudste telescoop van Nederland, misschien wel van de wereld. Dit zeventiende-eeuwse instrument kwam bij een opgraving uit de oude stadsgracht tevoorschijn. Het was een knappe kop die hem maakte, maar een minder slimme tijdgenoot die ’m in de gracht liet vallen‌ 26

58

In de zeventiende eeuw was Delft the place to be voor kunstschilders. Onder andere Johannes Vermeer en Jan Steen liepen hier rond. De laatste maakte in 1655 dit portret van vader en dochter Croeser, beter bekend als de burgemeester van Delft en zijn dochter.


59

In de Constructiewerkplaatsen aan de Van Leeuwenhoeksingel, vóór het oude station, liet defensie militair materieel maken. Vanaf de jaren ’50 werden de werkplaatsen geleidelijk aan afgebroken.

61

60

Delftse pottenbakkers ontdekten in de zeventiende eeuw hoe zij het populaire Chinese porselein goedkoop konden namaken. Ze glazuurden het wit en beschilderden het met blauwe motieven. Voilà, een wereldmerk was geboren!

62

Jan Toorop ontwierp voor de Oliefabriek in 1894 dit affiche voor slaolie. Het was zo vernieuwend dat de kunststijl waarin hij het uitvoerde voortaan de ‘Delftse slaoliestijl’ werd genoemd.

Wie is er niet groot mee geworden? Anneloes Groot maakte deze aquarel in 2005 toen de potten pindakaas van Calvé nog in Delft van de band rolden. Drie jaar later sloot de fabriek en verhuisde de lopende band naar Rotterdam. 27


Winkelen Aan de deur wordt niet gekocht! Dat was honderd

De aanleg van de spoorlijn in 1847 zorgde eerst voor

jaar geleden wel anders. Toen kwamen allerlei

een flinke groei van Delft als handelsplaats. Tuinders

middenstanders met hun waar langs de deur. De

en zuivelhandelaren konden hun producten nu ook

groenteboer, de melkboer, de bakker – allemaal

overladen op treinwagons. Rond 1900 keerde dat

brachten zij hun spullen bij de mensen thuis. Dat was

succes zich tegen Delft. De stad was te klein en te vol

service van de zaak.

om als overslagstation voor de vele tuinders te dienen, zij weken uit naar Den Hoorn.

Delft was eeuwenlang de belangrijkste marktplaats

28

in de regio. Al in het stadsrecht uit 1246 stond de

Na de Tweede Wereldoorlog raakte Delft ook

weekmarkt vermeld. In de loop der eeuwen kwamen

de beestenmarkt en de kaasmarkt kwijt. Boeren

daar speciale markten bij, zoals de paardenmarkt,

hoefden voor hun inkopen ook niet meer per se naar

de beestenmarkt, de turfmarkt en in juni de grote

Delft. Met de auto konden ze net zo makkelijk naar

jaarmarkt. Boeren uit de wijde omgeving kwamen

Rotterdam of Den Haag. De Delftse middenstanders

naar Delft om hun spullen te verkopen. Omgekeerd

richtten zich weer voornamelijk op hun eigen

deden zij in de stad hun inkopen en daar profiteerden

klandizie, waar ze de spullen desnoods aan de deur

Delftse winkeliers weer van.

wilden komen langsbrengen!


63

Abraham Rademaker tekende omstreeks 1730 het stadhuis met de Markt, vanzelfsprekend vol met mensen die allerhande koopwaar aanboden.

64

In de negentiende eeuw kon je al goed winkelen in Delft. De fruit- en viswinkel van Dirk Schaap aan de Oude Langendijk had niet alleen zalm, oesters en kreeften in de aanbieding, maar ook verschillende soorten Engelse bieren.

65

Tuinders uit het Westland richtten in 1901 de Delftse Groenteveiling op. Aan de Westvest bouwden zij een tribune waar kopers konden zitten terwijl de tuinders met hun tomaten, sla en komkommers in platte schuiten voorbijvoeren.

29


Winkelen

66

67

Je kunt nu een haring kopen bij de visbanken, maar dat kon honderd jaar geleden dus ook al. Twee visvrouwen stalden hun waar omstreeks 1920 uit op de Warmoesbrug aan de Hippolytusbuurt.

68

Vroom & Dreesmann vestigde zich in 1904 aan de Hippolytusbuurt op de hoek van de Nieuwstraat. De winkel heette toen nog ‘De Zon’ en hield zich aan strikte regels. Wie niet katholiek was, kon er bijvoorbeeld niet komen werken.

Delft had in de jaren ’20 een van de grootste veemarkten van het land, waar jaarlijks meer dan 100.000 dieren werden verhandeld. Na de Tweede Wereldoorlog nam de aanloop af en in 1972 sloot de veemarkt definitief. In april 1947 sjokten deze koeien nog gedwee mee naar de Paasveetentoonstelling op de Beestenmarkt.

30

Wist je dat... Delft van alle markten thuis was? Van botertot beestenmarkt!


69

Zuivelfabrieken maakten na de Eerste Wereldoorlog de populaire Delftse boter- en kaasmarkt overbodig. Om het niet helemaal af te leren, werd omstreeks 1960 nog wel af en toe kaas gewogen in de stadswaag op de Markt.

70

Wie heeft niet verlekkerd voor de etalage van speelgoedwinkel Van der Arend aan de Binnenwatersloot gestaan?

71

De vorming van het moderne winkelcentrum In de Veste had nogal wat voeten in de aarde. Het uitroepen van de Jacob Gerritstraat tot voetgangersgebied in 1968 bleek een stap in de goede richting. 31


Naar de kerk De middeleeuwse Delftenaren waren een vroom

bleven wel ondergronds hun geloof belijden, maar

volkje. In de twaalfde eeuw al stichtten zij een kerk,

konden dat in de negentiende eeuw pas weer in volle

de voorloper van de Oude Kerk. De toren zoals we

glorie doen. Ze bouwden toen twee grote kerken aan

die nu kennen, werd in de veertiende eeuw gebouwd.

de Brabantse Turfmarkt en aan de Voorstraat.

Dat verliep niet vlekkeloos, want meteen toen zakte hij al scheef. De toren staat nog altijd twee meter uit

In de hervormde kerk was er inmiddels van

het lood. Dat weerhield de Delftenaren er niet van om

alles gaande, daar waren verschillende groepen

nรณg een kerk te stichten met een flinke toren: in 1381

afgescheidenen die hun eigen kerkgenootschappen

legden ze de eerste steen voor de Nieuwe Kerk.

begonnen. Dat leidde tot nog meer kerken in de stad, zeker toen na de Tweede Wereldoorlog het aantal

Naast twee enorme kerken verrezen er ook

inwoners groeide. In veel nieuwbouwwijken verrezen

verschillende kloosters in en rondom de stad. Het

nieuwe godshuizen. Dat de ontkerkelijking snel en

bekendste is het Sint-Agathaklooster, nu Museum

hard zou toeslaan, leek toen nog onmogelijk. Toch

Prinsenhof. Na de Reformatie (1572) werden al die

gingen binnen enkele jaren de eerste kerken tegen de

kloosters opgedoekt. De tot dan toe katholieke kerken

vlakte.

werden verplicht hervormd. Katholieke Delftenaren 32


72

Kloosterorden verzorgden vaak handgeschreven religieuze boeken. Dit fragment komt uit een boek dat de Delftse zuster Margaretha in 1459 afrondde. Zij woonde in het Sint-Agnesklooster, op de hoek van de Gasthuislaan en het Oosteinde.

73

Nog zo’n voorbeeld van een kunstig gemaakt religieus handschrift uit Delft. Deze miniatuur is van de hand van de zogenoemde ‘Meester van de Delftse Halffiguren’, uit ongeveer 1480.

74

Let goed op de torenspits van de Nieuwe Kerk, want zo zie je hem tegenwoordig niet meer. Op deze foto uit ongeveer 1865 was de toren in restauratie, maar in 1872 werd het bovenste deel door brand verwoest. In 1875 kreeg de kerk een nieuwe spits, de spits die er nu ook nog op zit.

33


75

Naar de kerk

76

De Sint-Jozefkerk aan de Burgwal puilde uit toen pastoor Van Kessel in 1912 zijn 25-jarige jubileum vierde.

Sinds 1862 had de Joodse gemeente in Delft een eigen onderkomen: de synagoge aan de Koornmarkt. Veel Delftse Joden werden in de Tweede Wereldoorlog vermoord, hun gebedshuis raakte in verval. In 2003 werd de synagoge heropend na restauratie.

77

Wist je dat... De Oude Kerk al eeuwenlang scheef staat, met recht een ‘scheve Jan’!

In 1966 opende de gereformeerde kerk Het Open Hof aan de Storklaan de deuren. Toen het aantal kerkgangers daalde, ging de gemeente in 1997 over naar de Sionskerk aan de Cort van der Lindenstraat, die werd omgedoopt in de Hofkerk. Twee jaar later werd Het Open Hof afgebroken.

34


78

Aan de Minervaweg werd in 1967 de rooms-katholieke Adelbertkerk geopend. De architect koos voor een modern ontwerp en hield de inrichting sober.

79

De hervormde Marcuskerk tussen de Roland Holstlaan en de Menno ter Braaklaan opende in 1968. Aan de ramen alleen al zie je dat hier voor een niet-traditioneel kerkgebouw werd gekozen.

80

81

Terwijl moderne kerken in de buitenwijken de deuren openden, moest de Sint-Hippolytuskerk aan de Voorstraat de deuren sluiten. Parochianen voerden vergeefs actie, de kerk werd in 1971 met de grond gelijkgemaakt.

Na de afbraak van verschillende kerken kreeg Delft er ook nieuwe gebedshuizen bij. In 2008 was de Al-Ansaar Moskee met het verenigingsgebouw van de Marokkaanse Sociale Culturele Vereniging aan de Vulcanusweg in aanbouw.

35


Beterschap! Delft stonk in de negentiende eeuw. Dat was niet

Wie ziek werd, kon in het Oude en Nieuwe Gasthuis

zo vreemd, want dat deden de meeste steden in die

terecht. Voor mensen die ziek in hun hoofd waren,

tijd. In smalle straatjes waar mensen dicht op elkaar

‘krankzinnigen’, was er het Sint-Jorisgasthuis.

woonden, was de hygiëne vaak ver te zoeken. Afval

Katholieken en protestanten richtten aan het eind

werd opgehaald en beerputten waren verplicht, maar

van de negentiende eeuw twee eigen ziekenhuizen

straatvuil belandde toch nog vaak in de gracht.

op: Hippolytus en Bethel. In zo’n ziekenhuis konden patiënten hun eigen geloof belijden, zoals deze

Door dat vuile water waren Delftenaren vatbaar voor

zieken die in 1930 een mis bijwoonden in de Sint-

ziektes als de cholera, die in de negentiende eeuw een

Hippolytuskerk.

paar keer toesloeg. Er kwamen nieuwe waterpompen en in 1870 kreeg ieder huishouden een ton om al het sanitaire afval in op te vangen, een ‘poepton’. De gemeente haalde de volle tonnen op. Pas in de twintigste eeuw werd heel Delft op de riolering aangesloten.

36


Wist je dat... 82

Het Delftse gasthuis het oudste nog bestaande ziekenhuis van Nederland is?

84

Links op deze prent uit 1863 staat het Oude en Nieuwe Gasthuis aan de Koornmarkt. Het torentje hoorde ook bij het complex, dat stond op het dak van de eigen Gasthuiskerk.

83

Voor het trappenhuis in het katholieke SintHippolytusziekenhuis aan de Phoenixstraat ontwierp kunstenaar Rijk van Lavieren in 1925 onder meer deze glas-in-loodpartij.

Het Sint-Jorisgasthuis was populair. Vanuit heel Nederland kwamen patiĂŤnten naar Delft, er verbleven vaak honderden mensen tegelijk aan de Annastraat. In 1894 werd hard gewerkt aan nieuwbouw van een buitengesticht aan de Sint Jorisweg.

37


85

Niks privékamers. In 1952 pasten er met gemak acht patiëntes op de vrouwenzaal van het Oude en Nieuwe Gasthuis aan de Koornmarkt.

86

Deze werknemer van de gemeentereiniging haalde in 1955 poeptonnen bij de mensen op om ze bij de Staal te legen en schoon te maken. Hij had nog wel even werk… De laatste poeptonnen verdwenen pas in 1974 uit Delft.

87

Tuberculose (tbc) was lange tijd een dodelijke ziekte, die met veel bedrust en frisse lucht in een sanatorium bestreden werd. In de jaren ’50 nam de medische kennis over tbc toe. Bij het Rode Kruis werden kinderen doorgelicht ter controle. 38


Beterschap! 88

Verplegend personeel woonde vaak in of vlakbij het ziekenhuis. Aan Oude Delft 209-213 zat het zusterhuis voor wie in het Bethelziekenhuis aan het Bagijnhof werkte. In 1962 zag dat er van binnen zo uit.

90

Het Oude en Nieuwe Gasthuis puilde uit zijn gebouwen in de binnenstad. Op 13 maart 1968 ging het hek definitief op slot.

89

Natuurlijk lag je liever niet in het ziekenhuis, maar als het Carnaval was werd er wel wat van gemaakt. Zeker op de kinderafdeling, zoals hier in de jaren ’60 in het Oude en Nieuwe Gasthuis.

91

Aan de Westlandseweg werd in 1967 gebouwd aan een nieuw complex voor het Oude en Nieuwe Gasthuis. Hippolytus en Bethel verruilden de binnenstad ook voor deze ruime plek. Vanaf 1992 gingen de drie ziekenhuizen verder samen als het Reinier de Graaf.

39


Van A naar B De A13 was in 1933 een van de eerste snelwegen in

bij. En wie een dagje naar Den Haag wilde, pakte de

Nederland, een dubbele rijbaan zonder tussenberm.

tram. Ook het goederenvervoer nam een grote vlucht.

Levensgevaarlijk toen het aantal auto’s toenam. Na

Fabrikanten uit Delft en boeren uit het Westland

weer een groot ongeval in 1958 kreeg de A13 twee

konden grote hoeveelheden producten nu snel en

rijbanen extra én een tussenberm. Deze foto laat zien

eenvoudig laten vervoeren.

dat dat nog niet genoeg was; in 1967 kreeg de A13 er aan beide kanten nog een baan bij.

Na de Tweede Wereldoorlog zag het vervoersnetwerk er weer heel anders uit. Bedrijven schaften

40

Lang voordat er auto’s reden, was Delft vooral via

vrachtwagens aan en steeds meer Delftenaren konden

het water goed bereikbaar. Je kon varen over de Vliet

een autootje kopen. Autowegen en parkeerplaatsen

en de Schie, of zelfs helemaal door naar de Maas bij

bepaalden hoe de stad eruit kwam te zien. Het spoor

Delfshaven: de ‘haven van Delft’. Paarden, karren

was nog steeds van belang, maar ging wel onder de

en koetsen zorgden voor het aanvullende vervoer. In

grond. Dan konden de auto’s bovengronds in ieder

de negentiende eeuw kwam daar de trein nog eens

geval doorrijden.


92

In 1825 kwam je zo in Delft aan: varend in een trekschuit, of met een kar of te paard over de weg. Links op de Zuidwal stond nog de Groenmolen aan de Kethelstraat, in het midden de Schiedamsepoort.

93

Vanaf 1885 was dit de moderne toegangspoort tot de stad. Delft liet een groot en rijkversierd station bouwen om het groeiende aantal reizigers op te kunnen vangen.

94

Personeel van de Hollandsche IJzeren Spoorwegmaatschappij poseerde omstreeks 1905 voor een van hun locomotieven op het spooremplacement ter hoogte van de Parallelweg/ Coenderstraat. Helemaal rechts stond de ‘witkiel’, de bagagesjouwer op het station.

41


Van A naar B

95

De koets verloor het van de trein en de auto, maar het was omstreeks 1900 natuurlijk nog wel heel chic om je zo te laten verplaatsen. Dit rijtuig was van stalhouderij H.M. de Wolf op de Phoenixstraat, koetsier F. Flippo zat op de bok.

97

De Haagse Tramweg Maatschappij (HTM) wilde in de jaren ’20 wel een nieuw tracÊ aanleggen langs de Westvest, maar dan moest Delft een hoge brug over het kanaal bouwen waar de trams ongehinderd konden doorrijden. En zo gebeurde het ook: de Reineveldbrug kwam in 1929 gereed.

42

96

Autoverkeer was er nog nauwelijks, maar de Oostsingel werd in 1927 verbreed en dan was het wel zo handig om meteen het wegdek te verbeteren.

98

Niet overal werden meteen vrachtwagens ingezet. Vuilnisman Leen van der Knaap haalde omstreeks 1950 nog met paard en wagen het huisvuil op aan de Koornmarkt.


99

Reikhalzend keken de genodigden uit naar de start van de bouw van het spoorwegviaduct in 1961. Het spoor dat hier nog op straathoogte langs molen De Roos liep, zou over een lengte van 1,2 kilometer de lucht in gaan. 101

100

In 1964 was het extra druk op de Maria Duystlaan door een wegomleiding via de Koepoortbrug. We kijken nu niet meer op van zo’n rijtje auto’s, maar toen haalde deze foto de krant.

Toen dit meisje in 1965 verkeersexamen deed, waren er nog nauwelijks verkeerslichten in de stad. Speciaal voor deze gelegenheid werd er eentje neergezet op de af te leggen route.

43


Sport en spel Studenten lui? De eerste sportclubs van Delft

schaatsten op de schaatsbaan bij de Rotterdamseweg

waren studentenverenigingen. Zij hadden in de

en ze voetbalden op iedere plek die er maar vrij was.

negentiende eeuw geld en tijd om zich met deze

Die laatste sport was verreweg het populairst, met

nieuwerwetse vrijetijdsbesteding bezig te houden.

Delfia Hollandia Combinatie (DHC) aan kop.

Scherm-, Gymnastiek- en Atletiekvereniging Odin was de oudste club van de stad, opgericht door het

Het duurde even voordat er ook meisjes en vrouwen

Delftsch Studenten Corps in 1848. Studenten lieten de

op het sportveld te vinden waren. Lange tijd was het

Delftenaren kennismaken met sporten die tot dan toe

ongepast als een vrouw met een bezweet hoofd in het

alleen nog maar in het buitenland beoefend werden,

openbaar verscheen of als ze met een flinke tackle

zoals voetbal, hockey en rugby.

een andere speelster omverkegelde. Inmiddels is het vanzelfsprekend dat sport voor iedereen een prima

Sporten werd populair. Er kwamen ook clubs voor

tijdverdrijf is, of het nu op het veld, langs de lijn of

burgers en arbeiders. Delftenaren roeiden op de Schie,

voor de televisie is.

ze zwommen in een van de buitenzwembaden, ze

44


102

Leden van studentensportclub Odin poseerden omstreeks 1900 voor de fotograaf met hun sportattributen, maar wel in driedelig pak.

103

Het lijkt één lange boot, maar dat is het niet. De Oude Acht en de Jonge Acht van studentenroeivereniging Laga lagen in 1911 achter elkaar in het water bij het botenhuis aan de Zuiderstraat.

104

Een eeuw geleden werd de Delftsche Korfbal Club (DKC) opgericht. In 1920 poseerde een van de eerste teams met jongens én meisjes. DKC is inmiddels opgegaan in Excelsior, ook een Delftse korfbalclub van precies honderd jaar oud.

45


Sport en spel 105

106

Gymnastiek werd in de twintigste eeuw een vast onderdeel van het lesprogramma op school. Ook de weeskinderen uit het Meisjeshuis deden in 1925 dapper mee.

Met een spectaculaire sprong kopte deze DHC-speler in 1948 de bal naar de keeper van de Haagse voetbalclub RAVA. Maar of hij scoorde‌ dat vermeldt de geschiedenis helaas niet.

107

Een winter van weleer: schaatsers op het ijs op de Buitenwatersloot ter hoogte van de kogelgieterij, ca. 1950.

46

108

Vanuit de helikopter kwam de bal waarmee in 1958 de openingswedstrijd op het gloednieuwe sportpark aan de Brasserskade in gebruik werd genomen. Het was de bloeiperiode van DHC, dat van 1955 tot 1968 met wisselend succes betaald voetbal speelde.


Wist je dat... Studenten de liefde voor sport naar Delft brachten?

110

109

Cor Sprenger, voorzitter van Concordia, reikte een beker uit aan de aanvoerder van de Carel Fabritiusschool tijdens het Concordiatoernooi voor schoolvoetbal in 1968. De grootste beker was zo te zien voor een andere school…

Het nieuwe openluchtzwembad Aan ’t Korft telde in 1963 liefst vier baden. Het leek nauwelijks genoeg voor de toegestroomde bezoekers. Nadat de Delftse Hout was aangelegd, nam de aanloop trouwens af. In 1989 werd Aan ’t Korft gesloten.

112

111

Van de jaren ’50 tot de jaren ’80 was een sportkeuring verplicht voor iedereen die bij een sportclub speelde. Twee jongens ondergingen deze keuring in 1968 in het wijkgebouw aan de Van Adrichemstraat.

De Sultan Ahmet Moskee koos tijdens de wereldkampioenschappen voetbal in 2006 partij voor Nederland; Turkije deed niet mee. Het hielp trouwens niet, Nederland strandde in de achtste finale.

47


Prinsenstad Delft wordt ook wel de Prinsenstad genoemd. Dat

Toen de jonge Wilhelmina in 1898 koningin werd, kon

geeft de stad een koninklijk aanzien, maar het heeft

de populariteit van de Oranjes niet meer stuk. Haar

een lugubere oorsprong. Delft heeft vooral een speciale

verjaardag op 31 augustus groeide uit tot een belangrijke

band met het vorstenhuis omdat voorvader Willem van

feestdag. Buurtbewoners versierden met elkaar de

Oranje hier in het Prinsenhof werd vermoord. Sinds zijn

straten en de Delftse vereniging Oranjedag zorgde

bijzetting in 1584 in de Nieuwe Kerk vinden bijna alle

voor een dag vol activiteiten. Van zanguitvoeringen en

Oranjevorsten hier hun laatste rustplaats.

muziekoptochten tot schietwedstrijden en de afsluitende gondelvaart over het Rijn-Schiekanaal.

Delft kreeg meer lijntjes met het koningshuis. Koning Willem II besloot in 1841 dat de nieuwe Koninklijke Akademie in Delft opgericht moest worden. Uit deze opleiding kwam de Technische Hogeschool tevoorschijn, later de TU Delft. Een belangrijke beslissing dus.

48


113

Wist je dat... De Nieuwe Kerk de laatste rustplaats voor bijna alle Oranjevorsten is?

Iedereen kent de kogelgaten in de muur bij de trap in het Prinsenhof. Dรกรกr werd Willem van Oranje belaagd door Balthasar Gerards, die een grote beloning van de Spaanse koning wilde opstrijken. Gerards werd echter gepakt en op gruwelijke wijze terechtgesteld.

114

115

Na zijn dood groeide Willem van Oranje uit tot de ultieme held van de Opstand tegen Spanje; Hendrik de Keyser ontwierp een grafmonument in de Nieuwe Kerk. In 1645 liet een familie zich door Dirck van Delen portretteren bij het praalgraf, een heel vroege selfie.

Bewoners van de Nieuwstraat haalden in 1898 alles uit de kast om van hun straat een prachtig eerbetoon te maken voor Wilhelmina die dat jaar als koningin werd ingehuldigd. 49


116

Op 31 augustus 1912 was dit bloemencorso een van de hoogtepunten van de Oranjedag. Hier passeerde de stoet de Westvest ter hoogte van de Binnenwatersloot.

117

De negentienjarige prinses Beatrix opende in 1957 het poliocentrum voor Delft en omstreken, dat was ondergebracht bij de Van der Woudenstichting aan de Paardenmarkt

118

Textielnijverheid vond in het oosten en zuiden van ons land plaats, onderzoek hiervoor werd in Delft gedaan. In 1958 bezochten koningin Juliana en prins Bernhard het vernieuwde Laboratorium voor Vezeltechniek.

50


119

De uitvaart van Wilhelmina in 1962 was de eerste grote liveuitzending op televisie. In het hele land zagen mensen de witte koets en de in het wit gestoken paarden die de oud-vorstin naar haar laatste rustplaats brachten: de Nieuwe Kerk in Delft.

120

Voor de meeste Delftse kinderen was dĂ­t het belangrijkste onderdeel van Koninginnedag: de draaimolen op de kermis!

121

De uitvaart van prins Claus maakte grote indruk in heel Nederland. Niet het minst omdat er sinds 1962 geen Koninklijke uitvaart meer had plaatsgevonden. 51


Rampspoed Het lijkt alsof de maker van deze plattegrond halverwege

Ook in het verleden werd geprobeerd dit soort onheil

gestopt is met tekenen. Was het maar waar. Hij schetste

te voorkomen. Schutters, weerbaarheidsverenigingen,

de situatie na de stadsbrand van 1536. Ongeveer twee

brandweerlieden en politieagenten hebben er altijd alles

derde van de stad was in rook opgegaan: de Oude Delft,

aan gedaan om de stad en zijn bewoners te beschermen.

de Voorstraat, de Koornmarkt, de Verwersdijk en alles

Vaak met een goede afloop, soms ging het alsnog mis.

wat daartussenin lag. De buitenmuren van de grote

Omdat je nu eenmaal niet alle ellende kunt voorkomen,

kerken en het stadhuis stonden er nog, maar de panden

of omdat je soms gewoonweg net wat geluk moet hebben.

zelf waren volledig uitgebrand.

Ruim honderd jaar later werd Delft weer opgeschrikt door een verwoestende brand. In 1654 ontplofte op de plek waar nu de Paardenmarkt ligt het kruithuis, een opslagplaats voor explosieven. Deze ‘Delftse donderslag’ vaagde weer een deel van de stad weg. 52


122

Wist je dat... Delft niet veel middeleeuwse huizen meer heeft? In 1536 brandde twee derde van de stad af !

In 1359 was Delft het brandpunt van de Hoekse en Kabeljauwse twisten. De stad werd zelfs anderhalve maand lang belegerd. Archeologen vonden bij de aanleg van de spoortunnel op de plek van een vroegere stadsgracht een ijzeren handschoen. Misschien van een ridder die bij dat beleg betrokken was.

123

124

Minstens 53 Delftenaren kwamen om bij de rampzalige ontploffing van het kruithuis in 1654. Egbert van der Poel maakte kort daarna dit schilderij.

Omstreeks 1880 hield de brandweer een oefening op de binnenplaats van de Polytechnische School aan de Oude Delft 95. Zo te zien sprong al ĂŠĂŠn dappere vrijwilliger naar beneden. 53


Rampspoed

125

Burgers organiseerden zich van oudsher in schutterijen en weerbaarheidsverenigingen om de stad te beschermen. In 1906 poseerden de tamboers van Weerbaarheidsvereniging schutterij Delft. Hun taak was toen al overgenomen door politie en brandweer.

127

Voorkomen is beter dan genezen. Toch zal lang niet iedereen Jan Morijn benijd hebben. Hij plaatste in 1959 een nieuwe bliksemafleider op de Nieuwe Kerk.

54

126

De Delftse postbode J. van Seventer werd in 1917 betrapt op het stelen van duizenden brieven. De politie deed onderzoek naar de zaak en poseerde met een deel van de gestolen waar.

128

Toen de kwaliteit van het drinkwater in 1963-1964 heel slecht was, sprong het Shell Laboratorium uit Rijswijk bij. Medewerkers deelden gratis schoon drinkwater uit. Bij de Lindelaan stonden Delftenaren met emmertjes in de rij.


129

Een auto langs de gracht parkeren is altijd lastig. Dat ondervond de bestuurder van deze auto in 1964 ook.

130

Na een explosie in het ontvettingsgebouw in 1971 bleef er niet veel meer over van de Lijm- en Gelatinefabriek aan de Rotterdamseweg.

131

In 2008 ontstond brand bij de faculteit Bouwkunde van de TU Delft aan de Berlageweg. Iedereen kon het pand veilig verlaten, maar het complex zelf redde het niet. Het gebouw werd afgebroken, waarna de faculteit naar de Julianalaan verhuisde. 55


75 jaar vrijheid In augustus 1939 viel niet meer te ontkennen dat

spel gezet. Er waren Delftenaren die de moed hadden om

Duitsland uit was op een oorlog. In Nederland werden

tegen de nieuwe machthebbers op te staan, met gevaar

alle dienstplichtige mannen gemobiliseerd. Prins

voor eigen leven.

Bernhard inspecteerde in januari 1940 een batterij luchtdoelartillerie aan de Rotterdamseweg.

Toen het zuiden van Nederland al bevrijd was, kreeg het westen van het land het nog eens extra zwaar te verduren.

De voorzorgsmaatregelen mochten niet baten. Na het

De hongerwinter van 1944-1945 vroeg het uiterste van de

bombardement op Rotterdam namen de Duitsers in mei

stadsbewoners. Er was een nijpend gebrek aan voedsel

1940 de macht over. Voor de meeste Delftenaren ging het

en aan brandstof. De ontlading was dan ook groot toen

leven daarna ‘gewoon’ door. Dat gold niet voor de kleine

in mei 1945 geallieerde militairen de stad binnenreden.

Joodse gemeenschap, die al meteen onderdrukt werd. Het

Delft was weer vrij!

Delftse gemeentebestuur werd na verloop van tijd buiten

56


132

133

Een Duits vliegtuig dropte op 10 mei 1940 zijn lading bommen boven de Wippolder. Drie mensen kwamen om het leven, dertig gezinnen raakten hun woning kwijt. Aan de achterzijde van de Koningin Emmalaan probeerden bewoners zo snel mogelijk de ravage op te ruimen.

In 1944 zag de gevel van het VVV-kantoor aan de Markt er zo uit: affiches en teksten die voorbijgangers ervan moesten overtuigen dat Duitsland op alle fronten won.

134

Een gewoon kiekje van het echtpaar Erszler in hun huis aan de Fransen van de Puttestraat in 1942? Niet als je bedenkt dat dit Joodse echtpaar tijdens de Tweede Wereldoorlog is weggevoerd en vermoord.

57


135

75 jaar vrijheid

Wist je dat... Delft tot 8 mei 1945 moest wachten op de intocht van geallieerde militairen? Hier werd reikhalzend naar uitgekeken: geallieerde vliegtuigen boven Delft in 1945. De bevrijding kwam dichterbij.

137

136

En toen was het feest! Canadese militairen werden door duizenden uitzinnige Delftenaren opgewacht. Op straat was het dringen, dus ook vanuit ramen en vanaf de daken werden de geallieerden toegejuicht. Toos Holterman, de assistente van fotograaf Peter Odijk, poseerde in mei 1945 dolblij met twee Canadese militairen op de hoek van de Koornmarkt en de Oude Langendijk.

58


139

138

Zichtbaar geëmotioneerd bekeek burgemeester Van Baren op 6 mei 1945 de juichende menigte op de Markt. Hij was in 1941 door de bezetter ontslagen en keerde nu weer terug als burgemeester van de stad.

140

Stichting 40-45 organiseerde omstreeks 1947 een uitgaansdag voor kinderen van vaders die in de Tweede Wereldoorlog gefusilleerd waren. De Delftse kinderen Corrie, Henk en Albert de Vries waren erbij.

In 1944 werd de Filmdienst van het district Delft van de Binnenlandse Strijdkrachten opgericht. Acht studenten maakten met vijf Leica’s in het laatste oorlogsjaar zo’n 2500 foto’s. Een huiveringwekkende selectie verscheen in Het Uur U.

141

Op het voetbalterrein van DHC werden eind jaren ’40 de voedseldroppings herdacht.

59


146

60

142

143

144

145

147

148


149

150

Groeten uit Delft! Aan het einde van de negentiende eeuw groeide het toerisme. De arbeidstijden namen af, dus wie werkte kreeg meer vrije tijd en er was meer geld te besteden. Delft stond hoog op het verlanglijstje van de toenmalige toerist. Je kon er naar het Prinsenhof om de gaten in de muur te bekijken, er waren twee middeleeuwse kerken om te bezoeken en je kon ook nog eens een écht Delfts blauw souvenir meenemen.

Delft haalde graag grote evenementen naar de stad, zoals de Taptoe die sinds 1954 op de Delftse markt plaatsvond. De stad profiteerde van de aanloop van toeristen, maar droeg er ook de lasten van. Het onderhoud van historische monumenten bijvoorbeeld bleek soms een prijzige aangelegenheid. En toen steeds meer toeristen met de auto of de touringcar kwamen, werd dat ook wel gemerkt langs de pittoreske smalle grachten. Dat neemt niet weg dat Delft de toeristen graag zag én ziet blijven komen, zelfs nu ze geen ansichtkaarten meer sturen en hun ‘hartelijke groeten’ via Instagram en Snapchat delen.

61


De meeste afbeeldingen in dit bijzondere stickerboek komen uit de collectie van Stadsarchief Delft, onderdeel van Erfgoed Delft. Het Stadsarchief bewaart het verleden van de stad en omgeving in allerlei vormen. Dat kunnen foto’s zijn, maar ook tekeningen, boeken en documenten. Als Stadsarchief werken we graag mee aan deze verzamelactie van de PLUS-supermarkten, omdat het materiaal dat wij bewaren pas nut heeft als het vandaag de dag ook gebruikt wordt. Een bewaard beeld of document wordt pas waardevol als het iets met je doet. Als je het verzameld hebt, als je het mooi of lelijk vindt, of als er je een aha-moment bij hebt. Erfgoed raakt mensen en verbindt het heden, verleden en de toekomst.

Delfia Batavorum is een actieve historische vereniging met hart voor Delft. We zijn trots op de stad en zijn rijke verleden. Met onze activiteiten koesteren we deze historie en houden we de geschiedenis van de stad levend. Want over Delft zijn prachtige verhalen te vertellen. En dat niet alleen: de schoonheid van de stad is uniek en daar moeten we zuinig op zijn.

Veel plezier met dit boek en voor het bezichtigen van meer materiaal bent u van harte welkom in de studiezaal of op de website van Stadsarchief Delft.

www.delfia-batavorum.nl

Voor 29 euro per jaar doet u met ons mee. Als lid krijgt u viermaal per jaar het fullcolour magazine Delf in de bus, ontvangt u het Historisch Jaarboek, neemt u gratis of met korting deel aan diverse activiteiten en blijft u via de Nieuwsbrief altijd goed op de hoogte.

www.stadsarchiefdelft.nl

Illustratieverantwoording Stadsarchief Delft Beeldbank: p. 3 (afbraak viaduct 2015, Anneloes Groot), p. 8 (Frederick de Wit, ca. 16981700), p. 10 (R.H.C. van Someren, 1898), p. 20 e.v. op de achtergrond (Kaart Figuratief, 1703), p. 32 (Piet Kramer, ca. 1920), p. 48 (Jan Heesterman, ca. 1920), p. 52; 1-4, 6, 10, 1214, 30, 31, 48-50, 60, 62-64, 72-74, 82, 84, 92, 94, 105, 139, 150 (Jan Heesterman, 1913) Charles Abraas: 32, 47, 116, 125 * F.C.F. Gräfe: 124 * Jan van der Heijden: 80 * Ton Kerklaan: 45, 46, 78 * Emma Kirchner: 21, 51 * Rien Koster: p. 62 (Stadsarchief) * H.J. Kouwenberg: 83, 146 * Henri de Louw: 93, 142 * Peter Odijk: p. 22 (ca. 1940-1945); 34, 53, 66, 135, 137 * W.F. van Oosten: p. 3 (Oostpoort); 7, 8, 61, 69, 107, 132, 134, 140, 147 * Openbare Werken: 16-18, 29, 39-41, 67, 86, 91, 96, 97, 99 * J.F.S.M. Otto: 115 * P.J. Pestman: 95 * A.J. Prins: 52, 65, 143 * Foto Van der Reijken: p. 3 (jeep), p. 12, p. 15 (Dirk Costerschool aan de Vondelstraat, 1966), p. 28 (ca. 1955), p. 40, p. 44, p. 49 (prins Bernhard bij Optische Industrie, 1964); 19, 23-28, 35-38, 42, 54, 55, 68, 70, 71, 77, 79, 85, 87-90, 98, 100, 101, 106, 108-111, 117, 118, 120, 127-129, 133, 136, 138, 141, 145, 148 * W. de Ruiter: 43, 130 * A.W. Segboer: 144, 149 * K. Spiero: 76, 81, 112, 121, 131 * Talens Foto: p. 53 * C.A. van Wees: p. 18; 44 * J.C.C. Witte: p. 36; 22, 33, 75, 102-104, 126

Archeologie & Monumenten Delft p. 26 (Marco Zwinkels); 11, 15, 20, 56-57 (Marco Zwinkels), 122 Mauritshuis, Den Haag Omslag en p. 4 (Johannes Vermeer, 1660-1661) Nederlands Instituut voor Militaire Historie p. 56 (Foto Van der Reijken); 5 (Fototechnische Dienst Luchtvaartafdeling), 59, 119 (Fotoafdrukken Koninklijke Marine) Rijksmuseum Amsterdam 58, 113 (Hendrik Albert van Trigt, ca. 1850-1899), 114 (Dirck van Delen, 1645), 123 (Egbert Lievensz van der Poel, ca. 1654-1660) Technische Universiteit Delft Library 9 De uitgever heeft ernaar gestreefd de rechten m.b.t. de illustraties volgens de wettelijke bepalingen te regelen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.

Colofon Tekst & Beeldredactie: Ingrid van der Vlis Uitgevers: PLUS Tanthof, PLUS Martin Panis en PLUS Bomenwijk 62

Concept en productie: Tomorrow, Rotterdam • www.tomorrow-mss.nl •

TomorrowPromoties



Bomenwijk

Tanthof

Martin Panis


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.