Vissers Vissen Veilig - Veiligheidsinstructiekaarten Algemeen

Page 1

KAARTNUMMER A1

Wat moet ik zeker weten? De basisregels.

datum 23-03-2020

De belangrijkste basisregels die je leven kunnen redden op zee:  Goed weten waar alle reddingsmiddelen zich bevinden aan boord van het vaartuig waarmee je vaart.  Altijd goed en aandachtig de instructiekaarten lezen in het boek “Vissers Vissen Veilig”.  Je eigen reddingsmiddelen aan boord goed onderhouden.  Je reddingsmiddelen dragen waar nodig: nooit twijfelen.  Je persoonlijke beschermingsmiddelen dragen waar nodig.  Goede uitkijk houden.  Goede communicatie is noodzakelijk op het dek.  Je laten informeren om goed te weten wat te doen bij het vastslaan van de visboelen.  Geen drugs en alcohol aan boord.  Neem nooit onnodige risico’s: weet wat je doet.  Wees vrienden voor elkaar gedurende de zeereis, help elkaar waar nodig.  Vermijd geweld en pesterijen op het werk. Personen die zich gepest voelen kunnen hiervoor terecht bij de vertrouwenspersoon & sociaal consulent van Previs. We verwijzen hiervoor naar de veiligheidsinstructiekaart A 99b.  Wees altijd op elkaar ingespeeld bij gevaarlijke situaties.

DRAAG ALTIJD HEEL GOED ZORG VOOR JE PERSOONLIJKE REDDINGSMIDDELEN. ZE REDDEN TENSLOTTE JE LEVEN.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

1/71


KAARTNUMMER A 1a

Reglementering veilig werken aan boord. Rollen en verantwoordelijkheden binnen de visserij.

datum 20-03-2020

Reder, schipper én ieder bemanningslid zijn allen verantwoordelijk voor de veiligheid aan boord:  De reder dient ervoor te zorgen dat het schip zeewaardig en degelijk uitgerust is. Hij moet veilige werkmethodes voorzien.  De schipper is er verantwoordelijk voor dat het goed zeemanschap wordt toegepast en dat er op een correcte en veilige manier gewerkt wordt aan boord van zijn schip. Het is de verantwoordelijkheid van de schipper om erop toe te zien dat de bemanning de persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) daadwerkelijk gebruikt, en niet alleen bij slecht weer.

 Elk bemanningslid is er verantwoordelijk voor dat hij op een veilige manier werkt door de persoonlijke beschermmiddelen die voor hem voorzien zijn daadwerkelijk te gebruiken.

Het gebruik van veiligheids- en beschermende uitrusting kan niet altijd een arbeidsongeval voorkomen, maar vermindert meestal de ernst van dit ongeval!

Veiligheidshelm

Gehoorbescherm ing

Reddingsvest met MOB

Veiligheidsbril

Veiligheidshandschoe nen Veiligheidsschoenen of –laarzen

Veiligheidsharna s

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

2/71


KAARTNUMMER A 1b

Contactpersonen van de preventiediensten

datum 22-03-2020

Personen die zich gepest voelen op het werk kunnen hiervoor terecht bij de vertrouwenspersoon & sociaal consulent van Previs. De klachten worden confidentieel behandeld.

NAAM

CONTACT

FUNCTIE

M. +32 477 68 25 00 Dhr. Louwagie Luk

Luk.Louwagie@zeevissersfonds.be Het zeevissersfonds – PREVIS,

Vertrouwenspersoon & Sociaal Consulent Previs

Vijverstraat 47 bus 3, B - 8400 OOSTENDE Voor andere zaken en problemen die betrekking hebben op het welzijn op het werk kan contact opgenomen worden met onderstaande personen en instanties.

NAAM

CONTACT

FUNCTIE

M. +32 477 68 25 00 Dhr. Louwagie Luk

Luk.Louwagie@zeevissersfonds.be Het zeevissersfonds – PREVIS,

Preventie-adviseur Previs

Vijverstraat 47 bus 3, B - 8400 OOSTENDE T. +32 50 47 47 47 Ing. Muylle Bart

risicobeheersing@liantis.be

Preventie-adviseur

Liantis, externe dienst voor preventie en

risicobeheersing

bescherming op werk, Dirk Martensstraat 26 1 B-8200 BRUGGE T. +32 50 47 47 47 Dr. Dezwaef Karoline

risicobeheersing@liantis.be

Preventie-adviseur

Liantis, externe dienst voor preventie en

arbeidsarts

bescherming op werk, Dirk Martensstraat 26 1 B-8200 BRUGGE Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

3/71


T. +32 50 47 47 47 Mevr. Van Severen Astrid

risicobeheersing@liantis.be

Preventie-adviseur

Liantis, externe dienst voor preventie en

ergonomie

bescherming op werk, Dirk Martensstraat 26 1 B-8200 BRUGGE T. +32 50 47 47 35

Team Psychosociaal Welzijn

T. +32 78 150 200 (Crisis-lijn)

Preventie-adviseur

psy@Liantis.be

psychosociale aspecten

Liantis, externe dienst voor preventie en bescherming op werk, Dirk Martensstraat 26 1, B-8200 BRUGGE

ir. Bolle Pieter

T. +32 2 233 42 40 tww.west-vlaanderen@werk.belgie.be

Directiehoofd

Toezicht op het Welzijn op het Werk - Directie West-Vlaanderen, Dhr. Catryssse Johan

FAC Kamgebouw Koning Albert I laan 1-5 bus 5, B-8200 BRUGGE

Zelfmoordlijn

Bel 1813 https://www.zelfmoord1813.be

Teleonthaal

Bel 106 https://www.tele-onthaal.be

Sociaal inspecteur

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

4/71


KAARTNUMMER

Stress aan boord.

A2

datum 23-03-2020

Het uitoefenen van de visserij is vandaag de dag moeilijk door een complexe en strenge regelgeving. Een bijkomend gevolg zijn de vele controles aan boord door de bevoegde instanties op zee en aan wal. De veelvuldig uitgevoerde controles betreffen: de maten van de viskuil, de hoeveelheid en de soorten vis (apart gesorteerd) in het visruim, het afmeten van de vis (minimum maten), het nazien van het EU-logboek (hierin moet de totale vangst ieder 24u correct ingevuld worden), …. Deze controles nemen veel tijd in beslag. Bovendien is er altijd kans dat een overtreding wordt vastgesteld. Indien de controles bij nacht gebeuren, komt men soms onaangekondigd aan boord. Het is uiteraard ook zeer pijnlijk voor de visser wanneer de vis, die als te veel gevangen aanzien wordt (m.a.w. de quota’s zijn opgevist), terug overboord gegooid dient te worden. Niet te vergeten dat de meeste van deze teruggegooide vis reeds dood is en dus dient als voer voor de meeuwen. DENK AAN JE VEILIGHEID:  Wordt de stress te groot, grijp dan zeker NOOIT naar een jointje, alcohol, of andere drugs.  Overtuig dat je steeds met goede bedoelingen de visserij bedrijft.  Wees voortdurend op de hoogte van de wetgeving en pas deze wetten nauwgezet toe.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

5/71


KAARTNUMMER A3

Het belang van de basisopleiding veiligheid (cf. STCW 95).

datum 22-03-2020

De basisopleiding veiligheid, cf. STCW 95, is de minimumopleiding die elke zeeman, waar ook ter wereld, moet hebben gevolgd alvorens hij mag varen op een commercieel vaartuig. De Belgische overheid heeft deze opleiding nu ook verplicht gemaakt voor de Belgische visserij. Het belang van deze opleiding kan niet genoeg benadrukt worden. Tijdens de vijfdaagse opleiding worden bepaalde zaken na de theorie in de praktijk ingeoefend. De opleiding A-VI/1 bevat vier modules: 1. 2. 3. 4.

Kennis van persoonlijke overlevingstechnieken Kennis van brandpreventie en -bestrijding Kennis van E.H.B.O. Kennis van persoonlijke veiligheid, samenwerken in nood en gebruik reddingsvlot

Naast deze opleiding eist de Belgische overheid ook nog de volgende opleidingen: voorkoming van vervuiling op zee voorkomen van arbeidsongevallen aan boord DENK AAN JE VEILIGHEID: ďƒź Het volgen van een basisopleiding veiligheid, cf. STCW-95, kan later aan boord jouw leven en dat van anderen redden.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

6/71


KAARTNUMMER

Veilig VAN en AAN boord stappen.

A4

datum 22-03-2020

Het van en aan boord stappen is één van de belangrijkste oorzaken van arbeidsongevallen in de visserij. Bij het aan boord stappen (vaak SPRINGEN) is de zijde van het schip soms glad. Als je dan van de zijde op dek springt, beland je vaak tussen de kettingmatten, korren en andere materialen die daar liggen. Dit is een onveilige situatie! Hierbij kan je je voet omslaan of enkel breken. In een haven met verval, klauteren de vissers soms in het steennet of langs de borgen omhoog of omlaag om van of aan boord te geraken. Ook als het schip afdrijft durven de vissers al eens een sprong wagen. Dit is niet veilig! ‘s Nachts, en zeker in een toestand van onvolledige concentratie, is het risico groot om bij een verkeerde sprong tussen wal en schip te vallen, met gevaar voor verdrinking. Gebruik daarom ALTIJD de gangway of een ladder/trap om veilig aan en van boord te stappen! Het is de verantwoordelijkheid van de schipper dat het vaartuig zo aangemeerd ligt dat er op een veilige manier aan en van boord kan gestapt worden. Zorg ervoor dat het schip niet van de ladder kan afdrijven.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Bekijk welke plaats het meest geschikt is om aan/van boord te gaan i.f.v. ligplaats, getij,… en richt deze plaats veilig in: o Reddingsboei/reddingsmiddelen binnen handbereik o Proper dek zonder hinder van losliggende zaken om struikelen te voorkomen o Geen kabels/kettingen die de toegang moeilijker maken o Minimale afstand tussen wal en schip op deze plaats  Kom ‘s nachts, indien mogelijk, niet alleen aan boord.  Beperk het alcoholgebruik aan de wal, zodat je veilig terug aan boord geraakt.  Als je niet zeker bent, waag dan zeker geen sprong aan boord.  Pas ook op bij het aan of van boord stappen voor gladheid op de zijde (reling).  Ken het nummer in geval van nood (brandweer/ambulance/politie).  Hou op regelmatige basis oefeningen man-over-boord en bespreek de werkwijze met elkaar.  De gangway dient altijd aan boord te zijn!  Bij vragen over een geschikte gangway voor uw schip of een alternatieve oplossing, kan u altijd contact opnemen met Previs. Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

7/71


Traptreden geplaatst binnen boord.

Ladder geplaatst binnen boord. Voorbeelden van gangways en trappen

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

8/71


Previs benadrukt het belang van het gebruik van de gangway. Het is een veilige manier om aan en van boord te gaan en voorkomt arbeidsongevallen!

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

9/71


KAARTNUMMER A5

Begeleiding van de scheepjongen(s).

datum 24-03-2020

Wanneer een scheepsjongen aan boord aangemonsterd wordt, is het onze taak om op een verantwoorde manier voor zijn opleiding en begeleiding te zorgen. Wijs hem op de vele gevaren en op de noodzaak om veilig te werken en gebruik te maken van de persoonlijke beschermingsmiddelen. Laat hem de veiligheidskaarten en het veiligheidsplan aandachtig lezen. Bij zijn taken aan boord staat hij altijd onder begeleiding van een bemanningslid. Ook als de scheepsjongen zeeziek is, moet hij zijn taken aan boord uitvoeren, hoewel hij zich ellendig voelt. In dat geval moet op dek nog meer aandacht aan hem besteed worden en mogen we hem zeker niet uit het oog verliezen. Vergeet ook niet dat vele zaken die voor de visser automatismen zijn geworden, voor de scheepsjongen nog ongekend zijn en nog moeten worden aangeleerd. GEEF HEN EEN AANGENAME EN VOLWAARDIGE OPLEIDING ZODAT ZE VAN HET VISSERSLEVEN HOUDEN EN IN DE SECTOR BLIJVEN. MAAK HET DEZE NIEUWELINGEN AANGENAAM, ZE ZIJN DE TOEKOMST VOOR DE SECTOR. Om als scheepsjongen te kunnen meevaren is minimaal de Basic Safety training STCW A-VI/1 vereist.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  zorg ervoor dat de scheepsjongen altijd zijn veiligheidshelm, opblaasbare reddingsvest, en andere persoonlijke beschermingsmiddelen draagt als hij op het dek komt.  laat de scheepsjongen bij slecht weer nooit alleen op het dek komen en laat hem nooit alleen achter op het dek.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

10/71


KAARTNUMMER

Orde en netheid aan boord.

A6

datum 22-04-2010

Het is aangenamer om het verblijf aan boord door te brengen op een schip dat altijd netjes is. Men werkt in de voedingssector: daarom zijn hygiëne, orde en netheid belangrijk om besmetting, ziektes en arbeidsongevallen te voorkomen. Ook de persoonlijke hygiëne is van groot belang. Met de aard van het werk dat aan boord gedaan wordt, is dagelijks douchen geen overbodige luxe. Draag zorg voor jezelf, en zo ook voor anderen. Respecteer de regel van “Social distancing” indien nodig. Wees net en rein, dan zal je de vriend van de schipper zijn.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Steeds grondig de handen wassen voor het koken.  Na het eten steeds de tafel reinigen en de vaat doen. Laat ze niet staan, want ze kunnen gemakkelijk op de grond vallen bij een slingerend schip.  Ledig regelmatig de vuilbak, in kleinere ruimtes kan dit zeer onaangenaam ruiken.  Na het douchen: de douche en de wasbak reinigen, denk ook aan je collega’s.  Reinig regelmatig voedselkasten, frigo’s en diepvries; ook de rubber afdichtingen.  Hou de leefplaatsen aan boord netjes.  Ververs elke dag je kleding, en het beddengoed na iedere zeereis.  Op het einde van elke zeereis moet het ganse schip zowel van buiten als van binnen gereinigd worden.  Pas op voor de zeepproducten, zij kunnen gladheid veroorzaken.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

11/71


KAARTNUMMER

Koken aan boord.

datum

A7

22-04-2020

Daar een schip altijd in beweging is, kan koken aan boord soms heel gevaarlijk zijn. Iedereen die het fornuis gebruikt moet steeds aandachtig en voorzichtig zijn. Gebruik nooit de friteuse bij slecht weer: de olie kan bij het slingeren overlopen en brand veroorzaken.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Potten en pannen op het fornuis altijd zeevast zetten (met de stormlatten).  Bij slecht weer: potten en pannen slechts voor de helft vullen zodat ze niet kunnen overlopen bij hevige, onverwachtse slingeringen van het vaartuig.  Als je potten of pannen van het fornuis neemt, zet ze altijd op natte doeken neer.  Pas ook op met alle hete vloeistoffen.  Zorg dat de waterkoker altijd zeevast opgesteld is.  Ook op de tafel in het kombuis, alles zeevast zetten. Oppassen met messen.  Vul de friteuse nooit hoger dan aangegeven (met “MAX”), en doe dit voor de afvaart, dus nooit op zee.  Een friteuse in brand: Bij een elektrische friteuse: eerst de elektriciteit afleggen. Bij een gewone pot: eerst het vuur onder de pot uit doen. Daarna: blusdeken, vochtige doek of dweil erover schuiven en een tijdje afgedekt houden.  Als de scheepsjongen eten wil bereiden op het fornuis, hou dan goed in de gaten of hij dit ook veilig aanpakt. Help waar nodig. Ook bij een kop koffie, slechts een halve tas vullen.

De potten staan zeevast op het fornuis.

De potten en pannen zijn naast het fornuis op een natte doek geplaatst.

Opstelling van de branddeken in het kombuis.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

12/71


KAARTNUMMER

Het uitglijden

A8

datum 24-04-2020

Op zee is een vaartuig altijd in beweging, zowel bij mooi weer (deining) als bij stormweer (hevige slingeringen). Onder die omstandigheden moet de visser zijn werkzaamheden uitvoeren. Het is niet gemakkelijk om zich te verplaatsen op een slingerend vaartuig. Een vaartuig maakt zes van elkaar onafhankelijke bewegingen, namelijk drie rotatiebewegingen (slingeren, stampen en gieren) en drie translatiebewegingen (schrikken, verzetten en dompen). Het zich verplaatsen is daardoor moeilijk controleerbaar, waardoor je gemakkelijk je evenwicht verliest. Bovendien is het houten werkdek bijna altijd nat en glad. Wanneer het dek standvastig nat is, ontstaat er ook algenvorming. Ook de ingewanden van de vis, die bij het strippen (gutten) op dek terecht komen, kunnen het risico voor vallen en uitglijden in grote mate vermeerderen.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Draag altijd je veiligheidslaarzen voor een betere grip op het dek.  De veiligheidshelm beschermt je hoofd bij het vallen.  Het dek meermaals per jaar schilderen met antislipverf of verf gemengd met zand of glaskorrels.  Voorzie voldoende grijppunten op het schip, dat kan het risico op vallen sterk verminderen.  Na ieder zeereis het werkdek reinigen d.m.v. hoge druk methode.  Na iedere sleep het dek proper houden met de deck wash.

Glad dek door zeewater en visingewanden.

Glad dek door zeewater en grondvuil.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

13/71


KAARTNUMMER

PBM: Veiligheidshelm.

A9

datum 26-04-2020

NOOIT ZONDER HELM OP DEK! DENK AAN JE VEILIGHEID:  Draag steeds de helm bij alle werkzaamheden: op dek, in de machinekamer en in het visruim. Ook op de kade bij werkzaamheden.  De helm moet gedragen worden bij het werken aan de visboelen, het inhalen van de netten (vistaliehaak), het in de kuil kruipen, het lossen van de vis, … .  Ga steeds van onder een gevaar weg, ga naar een veiliger plaats op dek, of onder de “kappe”, ... .

Gecko veiligheidshelm

Helmdracht toegepast

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

14/71


KAARTNUMMER

Luid en duidelijk communiceren.

A 10

datum 17-04-2020

Aan boord van een schip is er altijd lawaai dat veroorzaakt wordt door een draaiende hoofdmotor en hulpmotor(-en). Tijdens het inhalen en vieren van de netten komt daar nog het lawaai van de winch (lier) bij. Ook het verwerken van de vis brengt extra geluidsoverlast mee. Met deze geluiden leert men leven. Dit lawaai is niet alleen hinderlijk, maar kan leiden tot gevaarlijke situaties. Het lawaai kan de communicatie tijdens de werkzaamheden zodanig verstoren, dat instructies verkeerd begrepen worden. Daarom is het aan te raden om luid en duidelijk te communiceren: Langdurige blootstelling aan lawaaihinder veroorzaakt ook gehoorverlies!

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Aan boord altijd luid spreken tegen elkaar; soms is het nodig om te roepen.  Ook de schipper moet luid roepen om zich verstaanbaar te maken: bijvoorbeeld door het raam in de brug of door middel van portofoons of intercom.  Bij het bedienen van de lier (winch) MOET er bovendien een goed zichtbaar contact zijn tussen bediener en de aangever.  Je kan ook communiceren door gebruik van handtekens (signaalgever). Goede communicatie kan van levensbelang zijn.

Lawaai afkomstig van de lierwerking.

Lawaai afkomstig van de hoofdmotor.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

15/71


KAARTNUMMER

Aan- en afmeren.

datum

A 11

30-04-2020

Het aan- en afmeren is voor de vissers een routineklus, maar is toch niet zonder risico’s. Je moet je realiseren dat er grote krachten ontstaan op de trossen als de schipper de schroef inschakelt om het schip van of tegen de kade te manoeuvreren. Er staat steeds een bemanningslid op de bak (“kappe”) om de voorspring te bedienen, of op het achterschip, om de achterspring te bedienen. Als er teveel krachten op een tros komen, kan het gemakkelijk gebeuren dat de tros doorviert. Dit mag je niet proberen te verhinderen door een aantal slagen bij te nemen. Dat is een zeer gevaarlijke toestand met risico op breken van de tros. Wacht tot de schipper de schroef heeft uitgeschakeld. Bij het aan- en afmeren moet de schipper altijd rekening houden met de heersende wind en stroming. Bij sterke stroming en/of zware wind kan de schipper meer motorkracht nodig hebben. Veel schepen beschikken reeds over boegschroeven waardoor het veel simpeler wordt om het schip van of naar de kade te manoeuvreren. Denk eraan, hoe meer vaart in het schip, hoe minder efficiënt de boegschroef is.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Draag altijd je werkvest, de veiligheidshelm, -handschoenen en -laarzen bij het af- en aanmeren.  Bij het winden of vieren van een tros (spring), sta je best zo ver mogelijk naar achter, uit de breekbaan van de trossen (zeer gevaarlijk bij doorbreken van de tros).  Sta op het dek of op de bak nooit met een voet in een bocht van de meertros.

Voorbeeld van stevige voortros met beschermd oog.

Goed en fout afgemeerd.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

16/71


KAARTNUMMER A 12

Zich stabiel opstellen op dek en aandacht waar je de handen plaatst.

datum 28-04-2020

Vissers moeten zich voortdurend verplaatsen op een bewegend schip. Daarbij dien je je meestal met een hand vast te houden op plaatsen waar er gevaar schuilt. Ook worden bij gebruik van de winch, de kettingen, de kabels en de touwen manuele handelingen uitgevoerd. Telkens is er bij deze interventies een risico op handkwetsuren.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Gebruik steeds de veiligheidshandschoenen waar er gevaar is voor handkwetsuren.  Kijk goed uit aan boord waar je de handen legt of plaatst bij het uitvoeren van werkzaamheden.  Bij het zich vasthouden in geval van noodzaak: kijk uit voor het gevaar van klemming van de handen.  Bij het uitvoeren van handelingen waarbij een tweede persoon betrokken is : steeds een duidelijke en goed hoorbare communicatie gebruiken (cf. schipper die vanaf de brug niet steeds de werkzaamheden kan zien).

Klemmingsgevaar tussen schakels en sluitingen.

De kettinghaak die een gevaar vormt bij op spanning komen.

Het gebruik van de verhaalkop.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

17/71


KAARTNUMMER

Beter beschermen van de voeten.

A 13

datum 28-04-2020

Voeten moeten altijd beschermd worden tijdens werkzaamheden aan boord, zowel op zee of aan wal. Veiligheidsschoenen of -laarzen zijn zeker aangewezen bij het werk dat de vissers verrichten. Ook in de machinekamer is het belangrijk om degelijk schoeisel te dragen. Er worden daar allerhande materialen gebruikt bij werkzaamheden aan de motoren die vettig zijn en zo makkelijk uit de handen kunnen glijden. Deze kunnen ook op de voeten terechtkomen.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  De risico’s om tijdens het werk iets op de voeten te krijgen is in de visserij zeer hoog. Het is dan ook uiterst belangrijk dat vissers veiligheidsschoenen of veiligheidslaarzen van zeer goede kwaliteit dragen.  Niet alleen wanneer je iets op de voeten krijgt, maar ook bij het vallen aan boord is beschermend schoeisel heel belangrijk. Zo kan je het breken, verstuiken of verzwikken van de voeten in sterke mate verminderen.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

18/71


KAARTNUMMER A 14

Positioneringssysteem voor het klimmen in de mast.

datum 26-04-2020

Het beklimmen van masten op zee gebeurt zeer regelmatig. Je moet ofwel de rollen een smeerbeurt geven, een navigatielampje vervangen, een jumperhaak (vistaliehaak) terug door de jumperblok (diaboloblok) scheren, een blok vernieuwen, enz. … Het zijn allemaal zeer normale taken die op hoogte worden uitgevoerd. Het is niet vanzelfsprekend wanneer deze werken op zee dienen te gebeuren, want op zee is een vaartuig altijd in beweging (slingeren). Ook is de mast meestal nat door het zeewater en ontstaat daardoor gladheid. Bij het beklimmen van de mast moet je je beveiligen tegen uitglijden of vallen. GEBRUIK STEEDS EEN VEILIGHEIDSHARNAS. Het gebruik ervan brengt echter het risico op schijnveiligheid met zich mee. Het stilhangen in een veiligheidsharnas, na een val, kan levensbedreigend zijn: je moet zo vlug mogelijk uit de hangpositie worden geholpen (dit noemt het “Harness Suspension Trauma” - HST).

Previs adviseert daarom het volgende: Wanneer je in de mast klautert en er werkzaamheden uitvoert, gebruik dan een positioneringsgordel met korte verbindingsriem en twee Musketon-haken (zie de afbeeldingen op volgende blz.). Bij het naar boven klauteren kan je om beurt de haken verplaatsen en zo veilig naar boven klimmen. Wanneer je dan boven de juiste positie hebt ingenomen, moet je je vasthaken. Het werk kan nu in alle veiligheid worden uitgevoerd. Indien je dan toch valt of uitglijdt, kan je direct zelf of met hulp van derden de juiste positie terug innemen.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Draag, bij werken in de mast, steeds een veiligheidsharnas, er zijn overal mogelijkheden voorzien waar je deze kan inhaken.  Gebruik een schouderzak om materiaal naar boven mee te nemen; dan heb je beide handen vrij om de ladder te klimmen.  Pas de instructies van het valharnas nauwgezet toe in de praktijk.  Laat de drager van een valharnas nooit alleen. Bij een val moet deze persoon namelijk zo snel mogelijk uit zijn benarde positie worden bevrijd.  Voer werken in de hoogte zo veel mogelijk uit wanneer het vaartuig aan de kade ligt, zo moeten deze werken niet op zee gebeuren.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

19/71


Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

20/71


KAARTNUMMER A 15

Waar en wanneer moet ik mijn persoonlijke beschermingsmiddelen dragen?

datum 19-03-2020

Bij het niet dragen van gepaste veiligheidskledij tijdens werkzaamheden kunnen verwondingen bij arbeidsongevallen veel erger zijn. Wij blijven iedereen dan ook aanmoedigen om bij de vele werkzaamheden aan boord de gepaste veiligheidskledij te dragen. Het is als visser heel belangrijk om te weten waar en wanneer je je persoonlijke beschermingsmiddelen moet dragen.

De VEILIGHEIDSHELM: a) Altijd bij werken op dek, in de machinekamer, het visruim en bij werken op de kade.

Het AUTOMATISCH OPBLAASBAAR REDDINGSVESTJE MET MOB-ZENDERTJE: a) Het reddingsvestje moet altijd gedragen worden bij werkzaamheden op het dek.

VEILIGHEIDSBRIL: a) Als je met een haakse slijpmachine werkt. b) Bij het doorbranden van kettingen of sluitingen. c)

Als je met een klopmachine werkt om sluitingen aan te zetten.

d) Als je de vis stript (gut), dan kan er gemakkelijk iets in het oog geraken (cf. vocht van de galblaas van een vis in het oog kan heel pijnlijk zijn). e) Bij het werken in de machinekamer met detergenten. f)

Bij het afwassen van de buitenkant van het vaartuig met roestwater op het einde van de reis.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

21/71


VEILIGHEIDSHANDSCHOENEN: a) Voor bescherming van de handen. b) Bij het bedienen van de verhaalkop. c) Bij alle werkzaamheden op dek. d) Bij het gutten (strippen) van de vis. e) Bij het verwerken van de vis. f) Bij werkzaamheden in het visruim. g) Bij het lossen van de vis. h) Bij het splitsen van kabels en touwwerk. i) Tijdens het afwassen waarbij er gebruik wordt gemaakt van detergenten.

VEILIGHEIDSLAARZEN OF SCHOENEN: a) Bij alle werkzaamheden op zee aan dek. b) Bij alle werkzaamheden in het visruim. c) Bij werkzaamheden aan de visboelen aan de kade. d) Bij werkzaamheden op de kade, zoals bij het vernieuwen van de vislijnen,‌ e) Bij het lossen van de vis. f) Bij het verwerken van de vis op zee.

GEHOORBESCHERMING: a) Bij het betreden van de machinekamer is het steeds aan te raden om gehoorbescherming te dragen, dit gedurende de tijd dat je in de machinekamer vertoeft. b) Ook bij het gebruik van luidruchtige machines, zoals de haakse slijpmachine, enz. kan je beter gehoorbescherming dragen.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

22/71


IMMERSION SUIT: a) Deze pakken worden aangetrokken wanneer er aan boord een “Schip verlaten”-bevel is gegeven in een noodsituatie. Deze pakken houden de drenkelingen warm en voorkomen onderkoeling. Het is aangewezen dat de procedure om snel en correct de pakken aan te trekken regelmatig wordt overlopen tijdens reddingsoefeningen aan boord.

VEILIGHEIDSHARNAS: a) Eén of meerdere veiligheidsharnassen moeten steeds aan boord zijn. b) Het gebeurt vaak dat er in de mast werk opgeknapt moet worden, zoals het herstellen van een vastgelopen geleiderol, het smeren of het vervangen van navigatielampjes,…. Het is daarom altijd veilig dat je je op een bewegend schip overal kan vasthaken in de mast. c) Om in de giek te kruipen kan je door een touw aan je veiligheidsharnas vast te maken veilig geleid worden vanop het dek van het schip.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Zorg er steeds voor dat je persoonlijke beschermingsmiddelen en reddingsmiddelen in orde zijn, ze redden tenslotte je leven.  Leer alle beschikbare reddingsmiddelen aan boord kennen en weet waar ze zich bevinden. Als je er nog moet achter zoeken als je ze nodig hebt, kan het te laat zijn.  Weet van alle bescherm- en reddingsmiddelen waarvoor ze dienen.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

23/71


KAARTNUMMER

Medische verzorging aan boord.

A 16

datum 30-04-2020

Aan boord is er een medicijnkist met daarin een aangepast assortiment aan medicijnen, verbanden, pleisters en injecties. De medicijnkist bevat een lijst van de medicijnen waarin staat waarvoor ze kunnen gebruikt worden. De medicijnkist moet minimaal jaarlijks gekeurd worden door een hiervoor door de scheepvaartcontrole erkende apotheker. De schipper houdt toezicht over de medicijnkist op zee en indien nodig behandelt hij een zieke persoon aan boord met medicijnen. Uiteraard moeten de tijdens de reis gebruikte medicijnen vóór elke zeereis aangevuld worden. De schipper houdt het EHBO-register bij! Bij ernstige ziekte of ongeval kan de schipper contact opnemen via Oostenderadio om een dokter te raadplegen. Hierbij moeten de waargenomen symptomen van de zieke of bijzonderheden over de gekwetste doorgegeven worden. Evacuatie met een helikopter kan ook via de Kustwacht aangevraagd worden. In de basis veiligheidsopleiding zit een uitgebreide EHBO-cursus.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Hou de medicijnkist altijd gesloten. Het kan gebeuren, dat zonder vragen, medicijnen uit de kist gebruikt worden voor andere doeleinden.  Lees altijd goed de bijsluiter als je medicijnen toedient.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

24/71


KAARTNUMMER A 17

De ogen beschermen en behandelen.

datum 12-05-2020

Het gebeurt regelmatig aan boord van een vissersvaartuig dat een bemanningslid een vreemd voorwerp in een oog krijgt. Dit kan veroorzaakt worden door vele factoren, zoals:  Roeststukjes, o.a. bij werken aan de kettingmatten (roestige kettingen).  Galvocht, bij het gutten van de vis (zie A 122)  Slijm en grondvuil door het spartelen van de vis.  Vuil zeewater uit de “kluts” (grondvuil en vis) die in de visbakken ligt.  Detergent tijdens het kuisen van het schip, de dekken en de motorkamer.  Rondvliegend vuil tijdens het gebruik van de luchtdrukmachine om sluitingen (“sikkels”) aan te zetten.  Vuil en stof bij het doorbranden of doorslijpen van kettingen en weiers (kabels).  Meekijken zonder lasbril bij laswerken. Gevolg: lasogen, wat zeer pijnlijk is.  Door spatten van dodemansvuisten, kwallen,…  …

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Bij risico op oogkwetsuren: draag steeds de veiligheidsbril.  Zeker niet in het oog wrijven.  Bij oogongevallen kunnen enkele seconden beslissend zijn om volledig of gedeeltelijk het zicht te verliezen. Daarom is een snelle toegankelijkheid tot een oogspoeling noodzakelijk. Het is ten zeerste aanbevolen dat ieder schip enkele oogspoelflessen voorziet, zodat na een ongeval deze ogenblikkelijk gebruikt kunnen worden.  Zich onmiddellijk naar de kombuis begeven en het oog overvloedig spoelen met de oogspoeling.  Indien er blijvende klachten zijn in verband met het oogkwetsuur, dan niet twijfelen en met het vaartuig binnenlopen en een oogarts raadplegen.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

25/71


KAARTNUMMER A 18

Galvocht in de ogen tijdens het strippen van de vis.

datum 12-05-2020

Gutten (strippen) van de vis is één van de voornaamste taken aan boord van vissersvaartuigen. Er gaat veel vis door de handen van de vissers en het strippen ervan is daarbij een automatisme geworden. Het gebeurt dat de visser in de galblaas van de vis snijdt, waardoor het galvocht in de ogen kan belanden. Galvocht in de ogen is bijzonder pijnlijk. Gedurende een korte tijd kan je zelfs even niet meer zien. Dit fenomeen gaat meestal geleidelijk over, waarna de visser zijn werkzaamheden kan hervatten.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Zeker nooit in de ogen wrijven: omdat het galvocht zeer pijnlijk en irriterend werkt, is dit een bijna automatische reactie. Dit kan echter de kwetsuur verergeren. Vergeet namelijk niet dat je handen tijdens het gutten zeer vuil kunnen zijn.  Wanneer het oog geïrriteerd blijft, is het aan te raden zich te behelpen met een oogbad of spoeling (Zie VIK A17).

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

26/71


KAARTNUMMER

Hypothermie of onderkoeling.

A 19

datum 12-05-2020

Er sterven meer drenkelingen door onderkoeling dan door verdrinking!

Overlevingstechnieken worden aangeleerd tijdens de basisopleiding veiligheid. Schema van geschatte OVERLEVINGSTIJDEN WATER-TEMPERATUUR o° c 5° c 1o° c 15° c 20° c 25° c

GESCHATTE OVERLEVINGSTIJD IN HET WATER ongeveer 9 minuten ongeveer 1 uur ongeveer 1 uur en 45 minuten ongeveer 6 uur en 30 minuten ongeveer 30 uur ongeveer 4 dagen of langer

Men spreekt van onderkoeling of hypothermie als de kerntemperatuur van het lichaam gezakt is beneden de 35° Celsius. Schema: verband LICHAAMSTEMPERATUUR / VERSCHIJNSELEN LICHAAMS-TEMPERATUUR 36° c 35° c 33° c 31° c 29° c 27° c

VERSCHIJNSEL BIJ ONDERKOELING toename van de stofwisseling - rillen desoriëntatie, verlaagde hartslag en verwardheid spierstijfheid, grote pupillen en krampen slachtoffer geraakt bewusteloos bewusteloos, hartstilstand, grens tussen leven en dood de dood kan intreden, geen reanimatie meer mogelijk

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Draag steeds een werkvest (opblaasbare reddingsvest) en/of uw drijvend pak.  In het water: niet zwemmen (enkel korte afstanden); neem de HELP-houding aan. Hierdoor wordt je overlevingstijd in het water verlengd met 90%.  Eens aan boord hou je de drenkeling in een horizontale positie.  Liefst lauwe gesuikerde dranken toedienen, geen alcoholhoudende dranken.  Geen natte kledij verwijderen: het slachtoffer in een isolatiedeken wikkelen.  Het slachtoffer niet laten bewegen, dit kan een plotse hartstilstand veroorzaken.  Controleer de ademhaling en de hartfunctie. Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be © 27/71


Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

28/71


KAARTNUMMER

Middelengebruik.

A 20

datum 12-05-2020

Alcohol- en druggebruik zijn een hedendaags maatschappelijk probleem, waaraan ook de visserij niet ontsnapt. Mede door het bemanningstekort is het zeker niet eenvoudig om aan preventie en hulpverlening te doen. Zware arbeid onder soms moeilijke omstandigheden, met daarbij een tekort aan slaap zijn eigen aan de visserij. Drank of drugs worden soms als middelen beschouwd om hieraan te ontsnappen, maar richten altijd veel schade aan.

Het is noodzakelijk dat de aanpak tegen middelengebruik door alle betrokkenen aan boord gedragen wordt. De doelstelling in deze globale aanpak is niet om deze personen te straffen, maar wel om ze te helpen van hun verslaving af te geraken zodat ze hun beroep verder in alle veiligheid kunnen uitoefenen.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Bij het lopen van de wacht, denk aan jouw verantwoordelijkheid op de brug: er kunnen heel gevaarlijke situaties ontstaan.  Ook aan dek: je brengt niet alleen jezelf in gevaar, maar ook je werkmakkers.  Laat je helpen.  Neem bij problemen contact op met een vertrouwenspersoon (zie VIK 99B)  De druglijn voor alle vragen over drank, drugs, pillen, gamen en gokken: +32 78 15 10 20  Anonieme Alcoholisten (AA): +32 3 239 14 15 Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

29/71


 Tele-onthaal: 106

STAPPENPLAN ACUUUT MISBRUIK:

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

30/71


KAARTNUMMER A 21

Gemoedstoestand van vissers na een slecht nieuwsmelding van het thuisfront, pesten of geweld aan boord van een vissersvaartuig tijdens een zeereis.

datum 13-05-2020

In de hedendaagse visserij is moderne communicatie heel belangrijk geworden en niet meer weg te denken. Een vissersvaartuig kan eender waar het zich bevindt op zee gemakkelijk communiceren met het thuisfront. Ook de bemanning beschikt over eigen privé-communicatiemiddelen waardoor ze bijna dagelijks met het thuisfront in contact staan, zolang ze bereik hebben. Voor een visser die voor vele dagen (soms weken) van huis weg is, is het een aangename afwisseling om eens met vrouw, kinderen, vrienden, ouders of liefje te kunnen praten. Hoe welkom en goed deze communicatiemiddelen ook zijn, het vernemen van minder goed nieuws (een overlijden, een drama thuis, relatieproblemen,…) behoort daar ook bij. Als er minder goed nieuws op je afkomt, moet je dat kunnen verwerken en plaatsen. Je bent op zee en je kan op dat ogenblik niet meer doen dan gewoon afwachten tot je met het schip ergens binnenvaart voor je naar huis kan. Het werk gaat verder en je moet je daarop kunnen concentreren zodat er geen arbeidsongevallen gebeuren door jouw toedoen. Het is heel belangrijk dat de schipper en de overige bemanningsleden de persoon in kwestie heel hard steunen. Een goed gesprek kan vaak heel opbeurend zijn voor deze persoon. Dit geldt ook voor pesten en geweld aan boord. De schipper moet als hoogste in rang proberen om dit te voorkomen of op te lossen, zodat de veiligheid van het schip en de bemanning niet in gedrang komt.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Vermijd pesterijen aan boord over het slechte nieuws dat de persoon ontvangen heeft. Veel mensen kunnen dit niet verwerken.  Hou de persoon die het slechte nieuws ontvangen heeft tijdens de werkzaamheden op dek goed in de gaten (hij is er hoogstwaarschijnlijk niet met zijn gedachten bij, wat arbeidsongevallen kan veroorzaken).  Probeer de persoon in kwestie op te beuren met positieve gesprekken; probeer zijn gedachten op iets anders te zetten.  Voor het thuisfront: Probeer uw partner of familielid niet te veel te belasten met ‘slecht nieuws-meldingen’. Deze mensen zitten op zee en kunnen toch niets wezenlijk verrichten. Wacht daarmee tot ze thuis zijn.  Voor de schipper: Bespreek de plannen over de terugreis met de persoon in kwestie. Dit kan helpen, zodat de betrokkene enige houvast heeft. Laat de persoon beschikken over alle communicatiemiddelen die aan boord zijn om met zijn familie te praten. Dit kan helpen als zijn eigen communicatiemiddelen niet bruikbaar zijn. Bij geweld en pesterijen op zee moet de schipper tussenkomen. Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

31/71


ďƒź Het slachtoffer kan zich na de zeereis altijd melden bij de volgende instanties: 1) De vertrouwenspersoon van Previs: Luk Louwagie op het nr. +32 477/68 25 00 2) Het Team Psychosociaal Welzijn van Liantis op het nr. +32 50/47 47 35 3) Via de Crisistelefoon op het nummer +32 78/15 02 00 of via mail: crisislijn@liantis.be 4) FOD WASO Toezicht van het Welzijn op het Werk op het nr. +32 50/44 20 20 5) De zelfmoordlijn: Bel 1813 https://www.zelfmoord1813.be 6) Teleonthaal: Bel 106 https://www.tele-onthaal.be

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

32/71


KAARTNUMMER A 22

Ziek worden aan boord. Symptomen herkennen.

datum 13-05-2020

Het is zeker geen pretje als iemand gedurende de zeereis ziek wordt. Op een vissersvaartuig gaan de werkzaamheden altijd door, dag en nacht. Iedere persoon is hier belangrijk en nodig op het dek. Indien de zieke het zwaar heeft tijdens de werkzaamheden op dek, kan de schipper het bemanningslid naar de brug verwijzen en zelf helpen op dek. Dat gebeurt regelmatig. Ook vraagt de schipper aan de patiënt naar de symptomen en bezorgt hem de nodige medicijnen uit de medicijnkist die hem kunnen helpen. Verergert de toestand van het bemanningslid, dan neemt de schipper contact op met een dokter aan de wal. De schipper moet zorgvuldig alle symptomen doorgeven aan de dokter en het advies van de dokter goed opvolgen. Eventueel wordt het bemanningslid enkele dagen doorverwezen naar zijn slaaphut om te herstellen. Het werk op dek moet dan met een man minder gebeuren. Is het bemanningslid echter zwaar ziek, dan zal de dokter adviseren om de dichtstbijzijnde haven binnen te lopen om hem te laten opnemen. Voor het binnenlopen moeten de havenautoriteiten op de hoogte gesteld worden. Het bemanningslid wordt naar de spoed overgebracht. De schipper neemt zijn verantwoordelijkheid en gaat mee met het bemanningslid om eventueel met de spoedartsen te spreken (andere taal) en om duidelijkheid te scheppen over zijn toestand. Als het bemanningslid niet meer mee kan met het schip op aanraden van de behandelende arts, zal de schipper zijn reder verwittigen die dan op zijn beurt zal zorgen voor repatriëring. DENK AAN JE VEILIGHEID:     

Geef, na advies van de dokter, het zieke bemanningslid de gepaste medicijnen. Hou hem goed in de gaten en maak de symptomen over aan de dokter. Meet de koorts. Lees goed de bijsluiters van de medicijnen. Na afloop van de zeereis stel je de reder op de hoogte van de gebruikte medicijnen zodat hij de medicijnkast kan aanvullen.

Repatriëring:

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

33/71


Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

34/71


KAARTNUMMER

Stapelen bovendeks van kettingen, netten, enz.

A 23

datum 22-04-2020

Het bovendeks stapelen van materiaal (opperlast) doet het zwaartepunt van een schip stijgen, waardoor de stabiliteit afneemt!

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Alle onnodige materialen moeten steeds van de bovendekken worden verwijderd en zoveel mogelijk onderdeks worden gestoken, daar zijn passende ruimtes voorzien. Dit geldt eveneens voor de vismaterialen en viskisten.  Leg geen materialen voor de loospoorten, zodat die altijd behoorlijk kunnen blijven functioneren (water op het dek dat niet weg kan, maakt het schip nog meer onstabiel).  Je moet je steeds bewust zijn van vrije vloeistoffen op het dek.  Opletten voor gewicht op hoogte (bollen, enz.).

Geen overbodig materiaal op dek stockeren.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

35/71


KAARTNUMMER

Loospoorten altijd vrij houden.

A 24

datum 19-08-2020

Een loospoort is een soort kantelpoort die het water (buiswater, golven …) dat op het dek komt onmiddellijk terug buitenboord afvoert. Als één of meerdere loospoorten niet goed werken, dan blijft het water op het dek staan en kan het schip daardoor onstabiel worden. Dit komt door het extra gewicht van het water op dek en het vrij vloeistof effect. Vissers durven nog al eens materialen vastmaken voor een loospoort, wat dan de goede werking ervan verhindert . Als er tijdens het varen een massa zeewater aan boord komt, dan kan het wel eens gebeuren dat de loospoorten het water niet snel genoeg kunnen afvoeren waardoor er een onstabiel schip ontstaat. In dit geval onmiddellijk de motor verminderen tot stop, en het schip met zijn steven op de wind leggen zodat al het water kan afvloeien.

DENK AAN JE VEILIGHEID: Voor de veiligheid altijd de loospoorten vrij houden en de goede werking ervan regelmatig controleren.  De loospoorten regelmatig smeren.  Als er iets tussen de as zit, dat onmiddellijk verwijderen.  Zorg ervoor dat NOOIT materialen voor de loospoorten zijn geplaatst, want deze kunnen de goede werking ervan belemmeren.

Hier is de loospoort voldoende vrij.

De werking van de loospoort wordt belemmerd door de korrestok.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

36/71


KAARTNUMMER A 25

Het aan en van boord brengen van vismaterialen.

datum 23-04-2020

Voor de afvaart van het schip moeten materialen, zoals kettingen, proviand, garen, stukken netten, enz. aan boord gebracht worden. Eén of twee van de bemanningsleden staan dan op de kade om het materiaal aan boord te laten zakken of te gooien. Hiervoor staan ze zo dicht mogelijk tegen de kadeboord om te zorgen dat ze een goede kijk hebben op het gebeuren en er niets in het water valt. De materialen worden steeds enkele meters gezakt of gegooid naar het dek van het schip. In een getijhaven kan deze hoogte oplopen tussen de 3 en de 7 meter. Een groot stuk ketting of zware materialen (zoals visblokken) worden soms gezakt met de vorkheftruck of aan boord gewonden met de vistalie (lenter - jomper). De vissers die tijdens het aan boord gooien zo dicht mogelijk tegen de kadeboord gepositioneerd staan, vergeten soms hoe gevaarlijk dat kan zijn: één kleine misstap kan ernstige gevolgen hebben.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Voordat je de materialen aan boord gooit, moet je je ervan vergewissen dat niemand in de weg staat, dus vooraf waarschuwen!  Wanneer je zware materialen met de lier of de heftruck van of aan boord brengt, dan mag de bemanning nooit onder de last staan. Het is altijd mogelijk dat er een strop of haak breekt.  Heb steeds aandacht voor de plaats waar je staat. Kijk of er geen olie of vet aanwezig is.  Maak steeds gebruik van de veiligheidshandschoenen en de helm.  Als het schip wat verder van de kade afgaat, wacht dan met gooien tot het schip terug goed ligt, vermijd ongevallen.  Er is een verbod voor personen onder invloed om dergelijk werk uit te voeren, ze brengen zichzelf en de bemanning in gevaar.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

37/71


Heb steeds voldoende aandacht voor het hoogteverschil tussen de kade en het dek van het schip

Heb aandacht voor de mogelijke gevaren die een val kunnen veroorzaken.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

38/71


KAARTNUMMER A 25a

Zware materialen aangeven vanop de kade aan iemand die aan boord staat.

datum 13-05-2020

Iedere reis worden materialen aangegeven vanop de kade aan iemand die aan boord staat, zoals bv. brood, drank, privé-spullen van de bemanning in draagtassen, enz. Ook soms zwaardere stukken, zoals onderdelen van de motoren, sluitingen, vismaterialen en kettingen. Dit moet altijd snel gebeuren, maar gaat niet altijd even gemakkelijk omdat het hoogteverschil tussen schip en kade vaak te groot is. De persoon op de kade moet dan soms doorzakken op zijn knieën om tot bij de persoon aan boord te geraken zonder eigenlijk goed te zien wat hij doet. Aan boord moet de persoon zijn armen volop uitstrekken om de zware materialen te kunnen aannemen. Door deze positie aan te nemen gebeuren regelmatig ongevallen door onderschatting van het gewicht van de aangegeven materialen, soms met ernstige kwetsuren tot gevolg.

Bij het van en aan boord doen van materialen moet je altijd attent zijn. Gebruik de juiste procedure, hou het veilig.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Neem nooit zware materialen aan boven je hoofd met gestrekte armen.  Gebruik voor het aangeven van zware materialen een scheepsmand. De materialen worden hierin neergelegd en langs de kade gezakt met een touw. De persoon aan boord moet slechts de mand geleiden tot hij op het dek staat. Draag wel je veiligheidshelm. Dit is een heel veilige procedure.  Om hele zware materialen te zakken, kan gebruik gemaakt worden van de lier of heftruck. Wel moet iedereen aan dek zich buiten de gevarenzone begeven tijdens deze manoeuvres.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

39/71


KAARTNUMMER

Wachtlopen / Goed zeemanschap.

A 26

datum 11-05-2020

Als je wacht loopt, hou dan steeds een goede uitkijk. Dit met alle mogelijke middelen! Uitkijken en luisteren, maar ook alle navigatie-instrumenten aandachtig in het oog houden. Ecdis, radar, dieptemeter zijn hele belangrijke zaken die continu gemonitord moeten worden. Ook de Marelec geeft tijdens het vissen belangrijke informatie. Houd steeds luisterwacht op de VHF op kanaal 16 en op de aangewezen kanalen! Laat je niet afleiden door je smartphone en kijk zeker geen TV in de brug. Je hebt al je aandacht en concentratie nodig. Zorg ervoor dat je altijd alert bent wanneer je wacht loopt. Roep steeds de schipper in geval van twijfel. Wanneer er met piloot gevaren wordt, mag je zeker niet afgeleid worden door andere zaken. Gebruik steeds de BNWAS (Bridge Navigational Watch Alarm System). Dit is een systeem vergelijkbaar met een dodemansknop. Laat de brug nooit ONBEMAND!!!!!, dit is niet alleen totaal onverantwoord, maar ook levensgevaarlijk! Speciale aandacht is zeker vereist bij het vissen in een verkeersscheidingsstelsel. Het vissen is er wel niet verboden, maar ook daar gelden de aanvaringsregels. De verkeersscheidingsstelsels zijn speciaal opgesteld om een veilige doorvaart van de scheepvaart te garanderen. Een vissersschip mag dus de veilige doorvaart niet belemmeren. In dit verband werden door de autoriteiten reeds boetes opgelegd. We verwijzen hier expliciet naar de betreffende artikels (o.a. art 9 & 10) opgenomen in het aanvaringsreglement.

DENK AAN JE VEILIGHEID: Hou altijd een goede uitkijk. Volg altijd op de radar de nabije schepen en ga na of die geen aanvaringskoers sturen. Doe je koersverandering ruim en op tijd. Hou ook de andere instrumenten in de gaten: kompas, ecdis, dieptemeter, AIS-ontvanger, Marelec, …  Controleer ‘s nachts op het paneel of alle navigatielampen wel branden.  Geef bij beperkt zicht de nodige mistseinen.    

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

40/71


IEDERE WACHTSMAN MOET (pas op: niet-limitatieve opsomming):            

        

Als hoofd van de wacht over de nodige getuigschriften beschikken. Over goed zeemanschap beschikken. Kennis hebben van de navigatiemiddelen. De automatische stuurinrichting kunnen bedienen. Tijdens het vissen, kunnen werken met de vislieren. Indien nodig koersveranderingen kunnen uitvoeren, en dit snel en efficiënt. Kennis hebben van het zendmateriaal en gesprekken kunnen voeren. De manoeuvreereigenschappen van het eigen vaartuig kennen. Volledige kennis hebben van het aanvaringsreglement en de navigatielichten. De passende interventies kunnen uitvoeren. De brug mag NOOIT onbemand zijn. Nooit de brug verlaten zonder behoorlijk te zijn afgelost: alle nodige instructies overmaken. Je blijft de verantwoordelijkheid dragen tot de volgende wachtsman op de hoogte is van de situatie. Indien er twijfel is over de bekwaamheid van de aflossende wachtloper, dan wordt de wacht niet overgedragen en wordt de schipper verwittigd. Wees voldoende fit bij het wachtlopen. De doelmatigheid van de wacht mag niet in het gedrang komen door vermoeidheid, ziekte, drugs en alcohol of verdovende middelen. Bij opkomende storm, slechte zichtbaarheid, nabijheid van gevaren (erg druk verkeer), nabijheid van het verkeersscheidingsstelsel,… de schipper verwittigen. Weten wat te doen bij het vastkomen van de visboel. Weerberichten en barometer regelmatig controleren. Opletten wanneer er veel water aan boord komt (bij storm) voor stabiliteitsveranderingen van het schip. Voldoende afstand houden van boortorens en windmolens. …

Gevolgen van slecht zeemanschap.

Nagaan of schepen niet te dicht naderen.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

41/71


KAARTNUMMER A 27

Steeds attent blijven, ook bij nacht, op de brug en op het dek.

datum 11-05-2020

Vissers werken zolang de zeereis duurt dag en nacht, met soms korte tussenpozen waarin kan gerust worden. Als hoofd van de wacht is het tijdens de nachtelijke uurtjes vaak vechten tegen de vermoeidheid. De voortdurende bewegingen van het schip werken bovendien zware vermoeidheid in de hand, wat leidt tot concentratieverlies. Ook op dek is steeds alle aandacht vereist door de vele gevaren waaraan de vissers zijn blootgesteld. Vermoeidheid is door de IMO (International Maritime Organisation) als één van de hoofdoorzaken van scheepsincidenten wereldwijd erkend. In vergelijking met grote koopvaardijschepen, is de kans op oververmoeidheid in de visserij nog groter door het zwaardere werkritme en de hevige bewegingen van het schip.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Bij vermoeidheid op de brug: zet ramen en deuren open, loop wat rond, en/of was regelmatig je gelaat met koud water.  Het brugwachtalarmsysteem (BNWAS - Bridge Navigational Watch Alarm System) MOET steeds aanblijven. Hierdoor moet je om de paar minuten het alarm afduwen. Bij het niet afduwen gaat het alarm af over gans het schip.  Aan dek tijdens het bedienen van de lier en het verwerken van de vis, luid en duidelijk blijven praten met elkaar.  Gebruik zeker geen middelen om wakker te blijven.  Gebruik de vrije uren zoveel mogelijk om uit te rusten. Laat TV, films en computerspelletjes links liggen aan boord.

Pas op: niet in slaap vallen!

Attent zijn als je van wacht bent.

Indien je het moeilijk hebt, de vensters en deuren openen.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

42/71


KAARTNUMMER

Risico tot aanvaring.

A 28

datum 28-04-2020

Aanvaringen komen voor ten gevolge van heel wat mogelijke oorzaken. Die kunnen van technische aard zijn, zoals o.a. het uitvallen van de motor, het blokkeren van het roer,... . Ook menselijke fouten kunnen aan de basis liggen, zoals een inschattingsfout, een verkeerde beslissing, een onoplettendheid, oververmoeidheid (wachtloper die indommelt), … . Soms bevissen vissersvaartuigen allemaal dezelfde visgrond, en is extra aandacht vereist als vaartuigen kriskras door elkaar vissen. Mistig weer verhoogt het risico op aanvaren. Als er toch een aanvaring gebeurt, verwittig je eerst en vooral de kustwacht. Het is de schipper die direct zal nagaan of er geen lek is onder de waterlijn en of er risico bestaat tot zinken. Indien de beide vaartuigen in elkaar zijn vastgehaakt, moet eerst worden nagegaan of één van de vaartuigen niet zal zinken bij het loskomen. In functie van de eigen mogelijkheden, ben je altijd verplicht assistentie te verlenen aan het andere vaartuig. Als het schip water maakt, pomp je via de lensinrichting zoveel mogelijk water overboord en probeer je met de bemanning het gat zo goed mogelijk dicht te maken. Verminder eventuele slagzij door over te pompen of gewichten te verplaatsen. DENK AAN JE VEILIGHEID:  De wachtloper op de brug verlaat nooit zijn post en zeker niet in drukke vaarwateren.  De schipper moet op de brug aanwezig zijn in drukke vaarwateren, en bij mistig weer.  Als er na een aanvaring onmiddellijk gevaar is tot zinken, dan de bemanning laten bijeenkomen op de daartoe aangeduide verzamelplaats, om zo nodig het schip te verlaten (zie STCW-cursus). Denk erom: je eigen schip is altijd de beste reddingsboot.  Probeer het lek te dichten.  De lensinrichting moet steeds in goede werking zijn. Test of gebruik deze regelmatig (wat op vissersvaartuigen meestal ook gebeurt).  Een goede communicatie onderling, met kustwacht, port control en/of radarcentrales is noodzakelijk. Maak er altijd en tijdig gebruik van zonder te twijfelen. PROBEER ATIJD EEN AANVARING TE VOORKOMEN: vermijd zoveel mogelijk dichte situaties met andere schepen - GOEDE ZEEMANSCHAP IS VOORUIT DENKEN.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

43/71


Zware aanvaring stuurboord.

Zijdelingse aanvaring waarbij ook de giek geplooid werd.

Een verwrongen giek na aanvaring.

Aanvaring met zware inslag aan stuurboordzijde.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

44/71


KAARTNUMMER

Stranding: Vrijwillig of onvrijwillig.

A 29

datum 29-06-2020

Vastlopen met het schip op een zandbank of op het strand kan iedereen overkomen. Bij het uitvallen van de motor kan het vaartuig bij ongunstige wind en/of getij stranden. Je moet dit proberen te vermijden door ruimschoots van het strand of zandbanken te varen. Zodoende heb je bij motorpech of een obstructie in de schroef, nog de tijd om het anker te gebruiken. Als je bij mooi weer vastloopt, moet onmiddellijk gereageerd worden door de motor te minderen en direct de schroef uit te schakelen. Probeer dan vervolgens voorzichtig achteruit te slaan om te zien of het schip niet van de zandbank glijdt. Komt het vaartuig niet los, wacht dan best tot het volgende hoog water alvorens het opnieuw te proberen. Als het dan niet lukt, zal je de hulp moeten inroepen van een sleepboot. Je mag ook niet vergeten dat zelfs bij mooi weer, de branding op het strand of op een zandbank zeer gevaarlijk kan zijn. Ook kan het gebeuren dat we het schip vrijwillig laten stranden, dit om het zinkende vaartuig te redden. Dit kan voorvallen indien je niet snel genoeg het water uit het schip kan pompen. Bijvoorbeeld bij een lekkage veroorzaakt door aanvaring, of een afgebroken zeekraan of zeewaterleiding, enz.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Na het vastlopen van het schip, begeeft de bemanning zich onmiddellijk naar de brug of de afgesproken verzamelplaats.  Iedereen moet zijn reddingsvest aandoen.  De kustwacht altijd verwittigen bij het vastlopen en hen op de hoogte houden over de verdere evolutie.  Er moet steeds gecontroleerd worden op lekkages, zowel tijdens het vastzitten als na loskomen van het schip (schroefasdichting niet vergeten!).  Eventueel wordt het vlot in gereedheid gebracht.  Zorg dat de ankerwinch altijd vrij is en werkt.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

45/71


KAARTNUMMER A 30

Instructies bij veranderen van vaartuig.

datum 13-05-2020

Wanneer een visser van vaartuig verandert, moet met allerlei nieuwe factoren rekening gehouden worden. Ieder vissersvaartuig is anders gebouwd, zodat ook de manier van werken aan boord verschilt. Opdat de veiligheid niet in het gedrang zou komen, is het noodzakelijk en wettelijk verplicht dat reder en schipper het nieuwe bemanningslid grondig informeren en telkens nagaan of betrokkene dit begrepen heeft.  Het nieuwe bemanningslid krijgt grondige informatie over het veiligheidsplan.  Hij controleert of alle reddingsmiddelen en brandbestrijdingsmiddelen zich wel op de aangeduide plaatsen bevinden, zo niet maakt hij daar melding van.  Hij leest aandachtig alle veiligheidskaarten en vraagt uitleg indien nodig.  De schipper informeert betrokkene uitgebreid over de werking van de instrumenten, zoals automatische piloot, plotter, GPS, dieptemeter, VHF, radar, Marelec,… en waar zich de bediening van het algemeen alarm en de misthoorn bevindt.  De schipper legt ook de werking van de vislier uit, zoals de bediening van de vislijnen, bokkeweiers en lenters.  De beveiligingen op de gieken moeten grondig worden uitgelegd.  Een belangrijk punt bij de bediening van de lier is de bedieningsknop vrije val, waarover het bemanningslid uitgebreid geïnformeerd dient te worden.  Er moet grondig uitgelegd worden wat te doen als het vaartuig bij het wachtlopen vastslaat met de visboel (visboelen), bv. aan een wrak.  Hetzelfde geldt ook bij het vangen van zware grond, zoals sterren (rispen), slijk, drijfzand, klei,…  De schipper informeert het nieuwe bemanningslid dat hij hem onmiddellijk dient te waarschuwen bij twijfel.  Op het dek dienen de overige bemanningsleden het nieuwe bemanningslid in al zijn taken bij te staan. Er moet rekening mee gehouden worden dat dit alles nieuw is voor hem. Bij ieder schip is de manier van werken anders. Na enige tijd kan dan deze persoon zijn activiteiten zonder gevaar uitvoeren.  Betrokkene moet er rekening mee houden dat de bewegingen bij ieder schip anders kunnen zijn.  Ook wordt hij verwittigd dat aan boord geen middelen gebruikt worden die de veiligheid van schip en bemanning in gevaar kunnen brengen.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

46/71


DENK AAN JE VEILIGHEID: Ieder visser moet zich bewust zijn van “goede zeemanschap”, wat het best kan omschreven worden als volgt:     

Verantwoord gedrag op zee. Gebruik van gezond verstand. Ervaring en gevoel voor de heersende omstandigheden. Opleiding en veel oefenen. Snelle en goede beslissingen nemen op het juiste moment.

DENK EROM: DE BESTE OVERLEVINGSTECHNIEK AAN BOORD IS HET VOORKOMEN VAN ONGEVALLEN.

Een zicht op de videoplotter

Zicht op de brug

Bakboord kant vislier

De schipper bedient de lier op de brug

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

47/71


KAARTNUMMER

Het manueel behandelen van

datum

A 31

zware lasten.

28-04-2020

Aan boord van een vissersvaartuig wordt veel getild, getrokken en geduwd aan zware voorwerpen. Dit vindt altijd plaats op een bewegend werkdek. Trekken aan zware kettingen, opgeviste stenen overboord gooien, manden of kisten vis optillen of versleuren, zware netten vertrekken, enz. Al deze handelingen behoren tot de dagelijkse werkzaamheden van een visser. Het is dan ook niet verwonderlijk dat men in de visserij veel met rugklachten te maken heeft. Bij deze werkzaamheden gebeuren dan ook regelmatig incidenten of ongevallen.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Aangezien tillen toch niet te vermijden is, wees voorzichtig met lasten die zwaarder zijn dan 25 kg. Voer deze activiteit uit met twee personen.  Wees aandachtig als je een steen overboord gooit. Wanneer deze toch te groot is om te dragen door één persoon, rol de steen dan op een stukje net. Met meerdere personen kun je dan de steen overboord gooien.  Als het om een grote rotsblok of grote steen gaat, neem dan de lenter (jomper) rond de steen en wind deze op. Gebruik de passende slingering van het schip voor het overboord gooien. Oppassen: deze werkzaamheden gebeuren tijdens het slingeren van het schip, neem dus ruim afstand van de last. Het gevaar bestaat eveneens dat de steen uit zijn lus terug op het dek valt.  Help elkaar om kisten of mandjes te verplaatsen of aan kettingen te trekken.  Let steeds op een goede houding. Aangepaste veiligheidslaarzen kunnen bij het tillen veel helpen.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

48/71


Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

49/71


KAARTNUMMER

Ladders en trappen

datum

A 32

op- en afklimmen.

08-05-2020

Ladders en trappen vind je overal op een schip. Voorbeelden hiervan: langs de mast, naar de ‘kappe’, naar het bootsdek, naar de brug, naar het benedendek, in het visruim, het nettenruim, de motorkamer en de logies. Een veel voorkomend ongeval is het verliezen van het evenwicht, staande op trap of ladder, door een plotse beweging van het schip. Het gebeurt ook vaak dat vissers een trap of ladder bestijgen met slechts één hand, omdat ze in de andere hand iets dragen dat ze nodig hebben om werkzaamheden uit te voeren. De trap of ladder kan ook glad zijn door detergenten, vetten, olie of ingewanden van vis die aan je schoeisel blijven kleven: hou daar rekening mee.

DENK AAN JE VEILIGHEID: bij gebruik ladders  Gebruik een schouder- of rugtas om materiaal naar boven mee te nemen; dan heb je beide handen vrij om op de ladder te klimmen.  Steeds de ladder stevig vasthouden aan de treden, met beide handen. Pas de driepuntenregel toe bij het beklimmen: twee handen en één voet of één hand en twee voeten.  Bij slingering eventjes wachten tot het schip stilligt voordat je verder klautert.  Beklimmen en afdalen van een ladder gebeurt steeds met het aangezicht naar de ladder en met minstens één hand vast aan de sport van de ladder.

Vaste ladders in mast met kraaiennest.

Vaste ladders om op de bak/kap te geraken.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

50/71


Trap naar brug

Trap naar machinekamer

DENK AAN JE VEILIGHEID: bij (steile) trappen  Bij slingering eventjes wachten voordat je verder klautert tot het schip stilligt.  Beklimmen en afdalen van een steile trap gebeurt steeds met het aangezicht naar de trap en met minstens één hand vast aan de leuning, ook al heb je de steun niet echt nodig.  Loop niet op de trap en sla geen treden over.  Draag degelijk schoeisel (geen schoenen met gladde zolen, maar veiligheidsschoenen).  Glijd niet langs leuningen of ga niet op de leuning zitten.  Draag geen te grote of zware lasten. Zorg ervoor dat je zichtbaarheid of je bewegingen niet gehinderd worden. Het is beter een aantal keren op en neer te lopen en je te laten helpen.  Respecteer en let op de signalisatie.

Let op ! Gevaarlijke trap ! Valgevaar !

ONDERHOUD:  Signaleer elk mankement: verlichting die niet werkt, een beschadigde trede, een wankele leuning,…  Reinig onmiddellijk besmeurde trappen (vocht, vet, zand,…).  Signaleer alle onderhouds- of herstellingswerken en verhinder de toegang tot plaatsen waar die werken plaatsvinden.  Waarschuw personen die tijdens de werken de trap gebruiken voor mogelijke gevaren.  Hou de noodtrappen vrij en netjes en gemakkelijk toegankelijk. Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

51/71


KAARTNUMMER

Roestige kabels.

datum

A 33

27-04-2020

Aan boord van een schip wordt alles steeds blootgesteld aan zeewater en zilte lucht waardoor snel roestvorming optreedt. Door roest verliezen kabels (“weiers”) aan kracht. Op roestige kabels vormen zich bovendien snel vleeshaken (“stekkers”), waaraan je je al snel kan verwonden. Zijn er veel vleeshaken, dan is de kabel aan vervanging toe. Wacht je te lang om de kabels te vervangen, dan kan dat op zee voor veel problemen zorgen. Het is veel gemakkelijker en veiliger om kabels te vervangen in de haven dan wanneer je op zee bent. Soms kan het gebeuren dat je de kabels in elkaar moet splitsen (= lange splits). Denk eraan dat de kabel hierdoor wel minder sterk wordt.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Kabels regelmatig nazien en tijdig vervangen.  Bij het splitsen: altijd veiligheidsbril opzetten en de passende veiligheidshandschoenen dragen (geen “gutters”).  Let steeds goed op bij het gebruik van een splitshoorn (marlspijker): dit is gevaarlijk werk.  Ook opletten bij het opendraaien van de kabel (om te splitsen). Het kan gebeuren dat deze door de druk terugschiet en dan kan je gekneld raken met de handen.  Bij het vervangen van een “weier” in de giek of in de mast, altijd gebruik maken van je opblaasbare reddingsvest, je helm en een veiligheidsharnas.

Roestige vislijn met slechts één klem.

Steeds drie klemmen gebruiken!

Verkeerd geplaatste klemmen.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

52/71


KAARTNUMMER A 34

Het smeren van de rollen en blokken op zee of aan de kade.

datum 29-06-2020

De rollen en blokken aan boord moeten regelmatig gesmeerd worden. Dit gebeurt reeds op veel schepen volledig automatisch. Toch doen de meeste vaartuigen dit nog door middel van een vetpomp die met de hand bediend wordt. Normaal gezien gebeurt het smeren altijd terwijl het schip afgemeerd ligt aan de kade. Dat is veel gemakkelijker voor de motorist omdat het schip dan niet slingert en je gemakkelijk de gieken op de kade kan laten rusten. Daar de rollen en blokken bijna standvastig draaiende zijn op zee, komt er natuurlijk veel slijtage op de assen, waardoor een rol of blok gemakkelijk vastloopt. Het is zeker geen pretje om op zee bij een slingerend schip een blok te vernieuwen als die in de mast hangt of in de giek. Daarom is het onderhoud zeer belangrijk. Het gebeurt dan ook vaak terwijl het vaartuig aan de kade ligt, vóór de start van iedere zeereis. Iedere visser weet dat een rol of blok het gemakkelijkste gesmeerd kan worden als het draaiende is. Daarom smeert de motorist het liefst de rollen als de schipper de visboelen of gieken viert of opwindt. Daar schuilt juist het gevaar. Als de rollen draaien en de motorist met zijn handen steun zoekt om zijn evenwicht te bewaren, is de kans groot dat hij geklemd geraakt als je even niet oplet. Dat gevaar kan vermeden worden als er gesmeerd wordt wanneer de rollen of blokken niet draaien. De rollen of blokken die gesmeerd moeten worden en als risicovol gekenmerkt kunnen worden, zijn:  Geleiderollen van alle kabels die van de lier lopen onder de brug.  Geleiderollen of klaprollen op de ‘stormkappe’.  Blokken, zowel aan SB als BB, aan de galgen.  Alle blokken of rollen in de top van de gieken.  Alle draaiende onderdelen op het dek aanwezig.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  In het belang van je veiligheid, rollen of blokken bij voorkeur smeren terwijl ze niet draaien.  Als ze toch gesmeerd worden terwijl ze draaien, let dan heel goed op waar je je handen plaatst als je steun zoekt. Plaats ze zeker nooit op de rol of aan de kabels.  Ook bij een plotse slingering van het vaartuig moet je goed kijken bij het vastgrijpen van een steunpunt. Veelal wordt gegrepen naar een kabel die door een blok of rol loopt. Als die kabel (weier) in beweging is, bestaat de kans dat je vingers of hand geklemd geraken in de rol of blok.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

53/71


 De schipper moet bij het vieren of opwinden van bepaalde kabels de handelingen van het bemanningslid die aan het smeren is in de gaten houden. Als de schipper door omstandigheden de werkzaamheden niet kan volgen op de kade, zorg dan voor een bijkomende persoon als signaalgever en zorg voor een goede communicatie. Bij enige onzekerheid = direct de noodstop induwen. Niet twijfelen, want veel tijd om in te grijpen is er niet.

Verschillende rollen op en voor de ‘stormkappe’ moeten gesmeerd worden (zie rode pijlen). Ook de rollen aan de galgen moeten regelmatig een smeerbeurt krijgen. (zie blauwe pijlen).

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

54/71


KAARTNUMMER A 35

Inkorten van de hanenpoten (spranken).

datum 09-05-2020

Aan de visboelen hangen spranken (hanenpoten) die bestaan uit twee (of meerdere) zware kettingen, die aan de schaatsen en aan het midden van de korrestok (pijp) zijn bevestigd. Aan de bovenkant zijn ze verbonden door een zware geteste sluiting aan de vislijn (korretouw). Soms worden de spranken ingekort om zo de visboelen hoog genoeg te kunnen winden om eraan te werken. Hier willen we duidelijk maken dat door het inkorten van de spranken, er enorme krachten bijkomen op de kabels, kettingen en sluitingen die hiervoor gebruikt worden.

DENK AAN JE VEILIGHEID:

Hiernaast zien we de sprank (hanenpoot) op volle lengte tijdens het vissen. We zien goed waar de sprank is bevestigd aan de schaatsen en de korrestok (pijp). Vanboven zien we de bevestiging aan de vislijn (korretouw).

Hiernaast zien we een ingekorte sprank (hanenpoot). Met het blote oog kan je zien hoeveel spanning dit teweeg brengt.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

55/71


Lengbelasting Lasten onder een hoek aanslaan Hoe groter de hoek is, hoe groter de trekbelasting op de aanpikpunten en de lasten zelf en hoe groter dus ook de kans op een breuk. De trekbelasting in de kabels vergroot wanneer de tophoek vergroot. Algemeen wordt aangeraden om nooit met tophoeken van meer dan 90° te werken, en liefst zelfs niet met tophoeken van meer dan 60°. Tophoeken vanaf 120° zijn binnen de industrie / bouw zelfs verboden.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

56/71


KAARTNUMMER A 36

Zware luiken en deuren openen & sluiten bij stormweer.

datum 13-05-2020

Tijdens het openen of sluiten van deuren en luiken, kan je vaak verrast worden door een plotse slingering van het schip waardoor je de greep op de deur of het luik kan verliezen. Hierdoor kan je met de handen, vingers of voet geklemd raken. Ernstige letsels kunnen worden opgelopen. De deuren en luiken zijn zeer zwaar en voorzien van verscheidene grendels, zodat alles waterdicht kan worden afgesloten. Op zee kunnen er bij zwaar weer grote krachten op de deuren optreden (slingering van het schip, zeewater,…). Bij dergelijk zwaar weer is het voor de bemanning dan ook telkens een grote inspanning om veilig binnen en buiten te geraken. Daarom kunnen deze activiteiten beter altijd worden uitgevoerd met meerdere bemanningsleden. Eén persoon neemt de deur vast, terwijl de andere persoon kan buitentreden om dan de deur over te nemen, of vast te klikken. Vervolgens kan dan de rest van de bemanning ook veilig naar buitenkomen.

Vergeet niet om de deuren telkens opnieuw veilig dicht te doen!

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Bij storm altijd de deuren afsluiten met alle grendels. Controleer daarbij of de deuren wel waterdicht zijn.  Deuren altijd afsluiten bij het binnenhalen van netten (vastliggen).  Om het veiliger te maken bij het op/van dek te komen, kan de schipper het schip telkens voor de wind leggen.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

57/71


Gesloten waterdichte deuren.

Een geopende zware deur.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

58/71


KAARTNUMMER

Laten opslepen.

A 37

datum 13-05-2020

Bij motorpech of obstructie in de schroef (door netten, kabels,…) kan een vissersvaartuig zich laten opslepen. Binnen de 60 zeemijl van de Belgische kust kan sleepboothulp aangevraagd worden bij “VLOOT” (Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust). Beide vaartuigen (gesleepte en sleper) moeten zich voorbereiden. Het opgesleepte vaartuig maakt met de vislijnen een hanenpoot op de voorsteven. De sleeptros wordt op die hanenpoot vastgemaakt. Indien een vissersvaartuig sleept, maakt ook deze een hanenpoot met de vislijnen, waarop de andere kant van de sleeptros wordt vastgemaakt. Pas op: een sleeptros is rekbaar en dus zeer gevaarlijk op het ogenblik dat ze breekt! Eens vastgemaakt, legt de sleper zich langzaam op koers. De sleeplijn wordt traag en ver uitgevierd zodat deze gedurende de ganse duur van de sleep slap ligt. Hierdoor zal de sleeplijn minder snel breken. Daarom ook wordt de snelheid geleidelijk opgevoerd en aangepast aan het weer en de sleep. Tegenaan de haven wordt de snelheid verminderd en de sleeplijn ingekort. Om de haven binnen te lopen, wordt de sleep meestal doorgegeven aan een sleepboot. Is er geen sleepboot beschikbaar, sleep naar binnen op dead slow met fel ingekorte sleeplijn. Aandacht: indien je achteruit moet slaan, kan het opgesleepte vaartuig tegen je botsen. Voor het aanmeren is het veel veiliger om het opgesleepte vaartuig langszijde vast te maken. Zorg dat de achtersteven ruim achter dat van het opgesleepte vaartuig ligt. Dit om toch beter te kunnen manoeuvreren.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Tijdens de voorbereiding van de sleep: attent blijven, veiligheidshelm en opblaasbare reddingsvest dragen.  Als de sleper dichtbij komt om de verbinding te maken, moet deze zeer voorzichtig manoeuvreren, zeker als er veel deining staat.  Vóór de sleper zijn schroef inschakelt, MOET iedereen de bak (‘kappe’) verlaten.  Als de sleper zijn schroef inschakelt, dan altijd eerst het roer midscheeps leggen en aandachtig zijn dat er niets in het schroef draait.  Na het slepen: de voorlopers van de vislijnen afkappen (zijn door de sleep lamgetrokken), want de visboelen worden daarmee opgewonden of gevierd en de bemanning moet daar onderstaan om werkzaamheden uit te voeren.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

59/71


Voorbeeld van hanenpoot en sleeptros. Sleeptros slap in het water.

Naderen haven, tros wordt ingekort (met tros rechtstreeks vastgemaakt op de bak).

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

60/71


KAARTNUMMER

Gebruik van ankers.

datum

A 38

13-05-2020

De meeste grotere vaartuigen beschikken over een ankerwinch. Deze inrichting maakt het gemakkelijker om voor anker te komen. Bij oudere vaartuigen en bij kleinere schepen moet je alles eerst in gereedheid brengen om voor anker te gaan. Het anker moet aan dek worden losgemaakt en de ankerketting eraan bevestigd worden. Vervolgens wordt het oog van het korretouw (vislijn) van de visboel losgemaakt en aan de ankerketting bevestigd. Anker en ankerketting worden daarna buiten boord gewonden. Het geheel is nu klaar om ten anker te gaan. Deze werkzaamheden zijn zwaar en risicovol. Er zijn veel verschillende redenen om voor anker te gaan, zoals onder de wal schuilen bij zware storm; om bij motorpech een stranding op een zandbank, strand of rotskust te vermijden; bij motorpech om buiten een verkeerscheidingsstelsel (cf. zeekaart) te blijven. In al deze gevallen zal dit meestal snel moeten gebeuren. Blijf aandachtig en werk veilig. Om een verloren visboel op te dreggen wordt een dreganker gebruikt. Hierbij wordt het korretouw aan de kant waar de visboel verloren werd door de giek op een ankerketting gestoken. Aan die ketting wordt dan het dreganker bevestigd. Ook deze werkzaamheden zijn gevaarlijk. Dit alles wordt dan naar de zeebodem gevierd met als doel de visboel op te dreggen. Wanneer de visboel opgedregd wordt, is het een uitzonderlijk werk om deze terug aan boord te nemen en vervolgens opnieuw visklaar te maken.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Bij het in gereedheid brengen van een boeg- of dreganker: altijd veiligheidshelm dragen, sta niet onder de lasten en gebruik veilige stroppen.  Het opwinden van anker en ankerketting, het overboord en terug aan boord zetten, vergen oplettendheid en goede communicatie.

Soorten ankers

Een boeganker

Dreganker waarmee visboel opgedregd werd

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

61/71


KAARTNUMMER A 39

Schip op slipway of in droogdok.

datum 29-06-2020

Jaarlijks moet een vissersvaartuig droog worden gezet voor onderhoud en onderwaterschouwing. Het kan ook gebeuren dat door andere omstandigheden (zoals bv. een tros in de schroef, enz.), een vaartuig droog gezet moet worden. Het vaartuig dat in het droogdok of op de slipway moet, manoeuvreert zich ertussen en wordt vastgezet op de blokken (in midden van droogdok). Vervolgens wordt het schip droog gezet zodat de werkzaamheden kunnen beginnen. In een droogdok is steeds een vaste trap geplaatst en een veilige gangway voorzien, zodat het veel gemakkelijker is om aan of van boord te geraken.

DENK AAN JE VEILIGHEID:  Draag altijd je veiligheidshelm, werkhandschoenen en veiligheidslaarzen als er werkzaamheden worden uitgevoerd in het droogdok of op de slipway.  Indien je met werkmateriaal omhoog of omlaag klautert, gebruik dan een rugzak of draagtas zodat je de beide handen kan gebruiken om op en af de ladder te klauteren.  Lees altijd de aangegeven instructies op het veiligheidsbord van de slipway. Persoonlijke beschermingsmiddelen, maak een analyse vooraf.

Handbescherming

Oog-bescherming

Hoofdbescherming

Voetbescherming

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

Valbeveiliging

62/71


KAARTNUMMER A 40

Coronavirus COVID-19

datum 12-05-2020

De symptomen van het Coronavirus Covid-19 variëren van milde tot ernstige luchtwegaandoeningen met koorts, hoesten, ademhalingsmoeilijkheden en vermoeidheid. Mensen die het Coronavirus bij zich dragen, kunnen besmettelijk zijn voordat symptomen als hoesten en koorts optreden. Veel van hen blijken al in een vroeger stadium verlies van reuk en smaak te ervaren. Sommige mensen kunnen besmet zijn met het Coronavirus zonder symptomen te vertonen en weten daarom niet dat ze het kunnen overdragen. Als je je ziek voelt, hoest, keelpijn, ademhalingsmoeilijkheden, reuk- en smaakstoornissen hebt, is het coronavirus één van de virussen die je mogelijk hebt opgelopen. Het coronavirus verspreidt zich van mens op mens via kleine druppeltjes die bij hoesten en niezen vrijkomen. Via die druppeltjes komt het virus terecht in de lucht, op voorwerpen en oppervlakken. Wie die druppeltjes inademt of via de handen in de mond, neus of ogen binnenkrijgt, kan besmet raken. Het risico op besmetting verkleint door meer dan een meter afstand te houden van zieke personen, het gezicht zo weinig mogelijk aan te raken en aandacht te hebben voor een goede handhygiëne. Iedereen kan bijdragen aan de strijd tegen het coronavirus!

DENK AAN JE VEILIGHEID Iedereen kan volgende hygiënemaatregelen toepassen:        

Blijf thuis als je ziek bent. Zeer belangrijk: was regelmatig je handen met water en zeep. Nies en hoest in een papieren zakdoekje. Gebruik elke keer een nieuw papieren zakdoekje en gooi het weg in een afsluitbare vuilnisbak. Geen zakdoekje? Hoest of nies in je elleboogholte. Het is veiliger om voldoende afstand te bewaren in je sociale interacties om de verspreiding van het virus te vertragen. Vermijd om handen te geven of te kussen als je iemand begroet. Wees aandachtig voor risicogroepen: personen ouder dan 65 jaar, diabetici, personen met hart-, long- of nieraandoeningen en personen met een verzwakt immuunsysteem. Kinderen worden niet ernstig ziek van het coronavirus, maar kunnen het wel makkelijk verspreiden. Contact tussen kinderen en ouderen is dus af te raden. Vermijd contact met mensen die zichtbaar ziek zijn of hou voldoende afstand.

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

63/71


CORONA AAN BOORD De bemanning van een vissersvaartuig wordt als een “contactbubbel” gezien. Ze werken, eten en slapen namelijk samen op een heel beperkte ruimte. Is er iemand van de bemanning besmet met het Coronavirus of vertoont hij verschijnselen ervan, neem dan contact op met een arts of met de radiogeneeskundige dienst en vraag om raad en advies. Verwittig ook het MRCC. Zij zullen je helpen en bijstaan met advies.

DENK AAN JE VEILIGHEID Pas de algemene hygiënemaatregelen toe. Probeer zoveel mogelijk de binnenruimtes te ventileren/verluchten. Zorg voor een schoonmaakprogramma voor de aanraakoppervlakten, o.a. reiniging na elke maaltijd.  Beperk de contacten bij het lossen van de vis en in buitenlandse havens: neem de nodige voorzorgen (afstand houden, mondmasker dragen).   

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be ©

64/71


Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

65/71


Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

66/71


Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

67/71


Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

68/71


KAARTNUMMER

Manueel hanteren van lasten

A 41

Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

datum 23-09-2020

69/71


Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

70/71


Voor meer informatie: Previs +32 59 50 95 55 previs@zeevissersfonds.be Š

71/71


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.