Link 2017 05

Page 1

D E VE R B I N D I N G TU SS E N TEC H N O LO G I E, MAR KT E N M E N S

Magazine Magazine

november 2017 | nummer 5 | jaargang 19

RONDETAFEL LINK EN BOM OVER PRINTED ELECTRONICS: DOORBRAAK OP HANDEN ‘JA, PE GAAT VLIEGEN’ 91 BEDRIJVEN HALEN TWEEDE RONDE DISCA’17 VEEL HOGE RAPPORTCIJFERS, MAAR OOK FLINK WAT ONVOLDOENDES

THEMA STERK STAAN IN SNELLE MARKTEN: FLEXIBILISEREN ÉN INFORMEREN

ALEXANDER VAN DER LOF TKH GROUP

VERDUBBELT OMZET DOOR MARKTVRAAG STEEDS STAP VOOR TE ZIJN



Magazine

5/17

D E VE R B I N D I N G TU SS E N TEC H N O LO G I E, MAR KT E N M E N S

16

THEMA

32

24

STERK STAAN IN SNELLE MARKTEN: FLEXIBILISEREN ÉN INFORMEREN

DISCA’17: 91 BEDRIJVEN HALEN TWEEDE RONDE De time-to-market wordt almaar korter en de klant wispelturiger. Die gouden technologie van een half jaar geleden is al achterhaald. En de bestelling van twee weken geleden is vorige week weer gewijzigd. Wat kan een oem’er nog meer doen dan eindeloos flexibiliseren? Kan hij vraagveranderingen op de lange én de korte termijn beter voorspellen. Wil de klant – met zijn marktkennis – daarin een rol vervullen? En hoeveel soelaas bieden digitale forecastingstools?

VEEL HOGE RAPPORTCIJFERS, MAAR OOK FLINK WAT ONVOLDOENDES Ruim negentig bedrijven – uitbesteders en toeleveranciers – hebben de tweede ronde van de DISCA’17 gehaald. Er zijn heel veel hoge rapportcijfers uitgedeeld, maar ook een flink aantal onvoldoendes. De bedrijven met het beste rapport gaan door naar de finale. De uitslag volgt tijdens het DISCA-event op 23 november. Daaraan voorafgaand weer een spetterende talkshow onder leiding van Arjan van Weele en Maarten Steinbuch.

55

INNOVATIE RONDETAFEL LINK EN BOM OVER PRINTED ELECTRONICS: DOORBRAAK OP HANDEN

‘JA, PE GAAT VLIEGEN’ Het drukken van elektronica op flexibele ondergrond biedt nieuwe toepassingsmogelijkheden in bijvoorbeeld gezondheidszorg, lifestyle en logistiek – en daarbovenop nieuwe kansen voor machinebouwers. Een rondetafeldiscussie over Printed Electronics (PE) met onderzoekers, ontwerpers en ondernemers. Volgens hen zijn de voorwaarden vervuld voor een doorbraak, met een voortrekkersrol van Nederland.

VEILIGHEID

39

‘Jouw bedrijf lekt uit zeven bronnen’ Rondetafel: zonder 100% cybersecurity toch genoeg opties om beveiliging te verbeteren

84

‘Disaster Recovery biedt meer zekerheid dan eigen serverruimte’ Pulse stelt gerust over veiligheid cloud

OVER HIGHTECH STARTERS EN HUN INNOVATIES, FINANCIERINGSPROBLEMEN EN ANDERE UITDAGINGEN

‘Technologieleider’ TKH Group is voortdurend bezig haar portfolio van kerntechnologieën – vision & security, communicatie, connectivity en productiesystemen – te vernieuwen. Maar geld verdienen met technologische innovaties doet een onderneming alleen als die aansluiten bij de wens van de klant. Ceo Alexander van der Lof over hoe de veelzijdige solutions provider zijn best doet de marktvraag steeds een stap voor te zijn.

Met onder meer uitgebreid verslag van The Future of High Tech 2017 eind september op het High Tech Systems Park in Hengelo (Ov). Zo’n 300 mensen – van start-ups, scale-ups, grote(re) ondernemingen, kennisinstellingen en investeerders – kwamen af op het event, dat vooral ging over de vraag hoe je tussen alle ‘bullshit’ die disruptieve ‘golden nugget’ vindt.

PARTNERS

42

‘Verpakken wezenlijk onderdeel business’ Meilink helpt KROHNE Altometer time-to-market te verkorten

45

Een schip besturen op gevoel Bachmann brengt Delftse onderzoekers bijeen en wil ecosysteem uitbreiden

50

Grip op innovatie Samen de eiersorteersnelheid opvoeren

ZIE VERDER PAGINA 5

november 2017

3


Industrial Additive Manufacturing with TRUMPF TRUMPF is the only manufacturer to have all of the relevant laser technologies for industrial additive manufacturing with metals. Laser Metal Deposition and Laser Metal Fusion systems offer the performance, features and quality required in industrial applications. One source - one point of contact - countless solutions: This is additive manufacturing with TRUMPF. www.trumpf.com/s/3dprintingsystems


EN VERDER: 6 13

MARTIN

UIT DE MARKT COLUMN 1D-simulatie Machines sneller ontwikkelen en optimaliseren

37

BUSINESS DEVELOPMENT Semicon bereidt zich voor op ‘wederopstanding’ IoT blaast 200 mm nieuw leven in

46

KETENSAMENWERKING Van ‘ei-landenrijk’ naar open innovatieplatform? Dutch Future Egg polst de eierketen

53

STRATEGIE ‘Nou de rest van Europa nog’ Jonge oem’er Q-Fin wil snel groeien

68

PROCESINNOVATIE Vuurwerk in november B&R gaat Industrie 4.0 realiteit maken

70

PROCESINNOVATIE Astronomische databases opzetten of kleinschalig beginnen Bijeenkomst ICD en Link over big data

72

LAUNCHING CUSTOMER ISO, van last naar lust Snelle registratie onregelmatigheden

75

STRATEGIE Vanuit Twente de wereld in Demcon zet in op internationale expansie

76

HARD2SOFT Monitoring op een hoger niveau EDNL en Confed ontsluiten liftbesturing

79

PROCESVERBETERING Geknipt voor ietsje minder Rouweler eerste gebruiker Ridder iQ Slim

80

INDUSTRIËLE DIENSTVERLENING Veel meer dan een pot vet Totaalconcept smeertechnisch onderhoud

81

COLUMN ‘Ik leg nú de fabriek stil!’ Kloof tussen kantoor en werkvloer

82

PROCESVERBETERING Van leereffect tot bestaansrecht Balans K&H twee jaar smart industry

86

PROCESVERBETERING PDM fundament groei Dieseko zet eerste stap naar gestructureerd beheer van de productlifecycle

88

STRATEGIE Meer doen met minder Nieuwe koers Connect werpt vruchten af

91

INDUSTRIËLE DIENSTVERLENING ‘Niet-standaardschroef kan levertijd van maanden hebben’ De best passende verbinding als missie

92 93

UIT DE MARKT (vervolg)

103

‘POSTCODELOTERIJ-EFFECT’

COLUMN Business leads vinden in buitenland voor BV Nederland Win-win voor lokale én NL ondernemer AGENDA

COLOFON Magazine

COLOFON

Link Magazine is een managementblad over eigentijdse vormen van samenwerking tussen bedrijven onderling en tussen bedrijven, (semi-)overheid, universiteiten en hogescholen. Link Magazine verschijnt zesmaal per jaar.

JAARGANG 19, NUMMER 5, NOVEMBER 2017

UITGEVER H&J Uitgevers Mireille van Ginkel Bosscheweg 76 5151 BE Drunen (010) 451 55 10 06 51 78 41 97 www.linkmagazine.nl

Alexander van der Lof, ceo van het grote, beursgenoteerde TKH, vertrouwde mij toe dat zijn medewerkers ‘knettergek’ worden. Hij doelde op dezelfde gemoedstoestand als waarin industriële managers zoals Fried Cuijten tegenwoordig hun WhatsApp doornemen. Daarin belagen Chinezen en andere Aziaten hen met een aanhoudende stroom aan orderberichtjes, wijzigingen daarop en wijzigingen daar weer op. Want een appie is zo verstuurd, nietwaar? En de ontvanger lost het maar op. Dat weet de Aziatische klant als geen ander. Lees het themadeel. Relaties waarin de een afhankelijk is van de ander, en de een dus meer macht heeft dan de ander, zijn van alle tijden. De vriendin (Zus, 97!) van mijn vader had vroeger een reisbureau, in Rotterdam. Het was de tijd dat een vakantie pas na een bepaalde datum geboekt kon worden; niemand wist waarom, zo luidde nu eenmaal de oekaze van de machtige touroperator. Als de klanten bij Zus in de winkel hun vakantiewensen hadden doorgegeven, moesten die plek krijgen in de systemen van de grote touroperator in Amsterdam, en snel ook, want anders was elke reis naar de zon al vergeven. Dat was echter lastig, want die operator werd door alle reisbureaus tegelijk gebeld en was telefonisch volkomen onbereikbaar. Dus toog de man van Zus naar Amsterdam om tegenover de vestiging van de grootste touroperator bij een sigarenboer bij de telefoon te gaan zitten. Zus belde hem daar elk uur de ontvangen klantorders door. Met een lijst van boekingen ging hij vervolgens naar de overkant van de straat om ze daar bij zijn favoriete administratieve medewerkster bovenop de stapel te leggen. Maar als hij dan na een dag van veel wachten terug op de zaak kwam, lag er nog een bult werk waarmee ze tot twee uur ’s nachts zoet waren. Het woord ‘knettergek’ gebruikte de vriendin van mijn vader niet, maar dat werd ze er wel van. Kortom, andere tijden, geheel andere context, maar het resultaat is hetzelfde: mensen worden knettergek van de tijdsdruk die anderen hen – onnodig – opleggen. Macht die uitgeoefend wordt, niet omdat het zoveel nut heeft, maar vooral omdat het kan. Nu zat ik laatst twee middagen bij een discussie met partijen uit de ‘eierketen’. Dat is een keten waarin de macht bij de retail ligt, die deze macht gebruikt voor superlage prijzen, niet om te overleven. Om de verhoudingen toch enigszins in balans te krijgen, in casu marge te behalen, weten de legpluimveeboeren tot nog toe niet veel anders te verzinnen dan op te schalen naar legfabrieken met 150.000 kippen en meer. Om toch wat anders te verzinnen, zaten ze nu bijeen – met machinebouwers en foodinnovatoren – om af te tasten of ze bereid waren tot open innovatie. Tot het samenwerken aan het verhogen van de toegevoegde waarde van de boer, aan innovaties waarmee die boer in staat is niet alleen eieren te leveren, maar ook grondstoffen voor innovatieve foodproducten. Mijn persoonlijke indruk na zes uur debat: de retail hoeft zich geen zorgen te maken. Het ‘postcodeloterij-effect’ deed zich voor: liever de zekerheid van iedereen arm, dan het risico dat de buurman rijker – lees machtiger – wordt dan jij. Macht corrumpeert, maar onmacht ook. MARTIN VAN ZAALEN Hoofdredacteur Link Magazine

RAAD VAN ADVIES ing. P.A.M. van Abeelen (ISAH), J. Beernink MSc (Golden Egg Check), ing. D.M. van Beers (Festo BV), J.C.A. Buis MBA (RR Mechatronics), ing. B. Draaijer (V en M Regeltechniek), F.M. Eisma (Trumpf Nederland), J.A.L.M. van Erp MSc (Holland High Tech), ir. J.F.M.E. Geelen (Océ), ir. R. van Giessel (voormalig ceo Philips CFT), ing. A.L. Goudriaan MBA, ir. M.H. Hendrikse (NTS-Group, HTSM-boegbeeld), ing. J.B.P. Hol (Legrand Group), ir. T.J.J. van der Horst (TNO), prof. dr. ir. J.G.H. Joosten (Dutch Polymer Institute), ir. W. Jouwsma (Bronkhorst High-Tech), R.J.C.M. Kok (voormalig president OTB Group), ir. M.W.C.M. van den Oetelaar (Bosch Rexroth), dr. ir. M. Peters (president & ceo Moba Group), dr. ir. D.A. Schipper (Demcon), E. Severijn (Siemens PLM Software Benelux), J.A.J. Slobbe (ITM Group), H.G.H. Smid (Variass Group), ir. W.W.M. Smit MMC (DBSC Consulting), ing. N.J.F. van Soerland MBA (Philips Healthcare), ir. H.H. Tappel (Bronkhorst High-Tech), prof. dr. L.H.J. Verhoef (TU Eindhoven), W.B.M. van Wanrooij (IBN Productie), ir. S.J. Wittermans (ASML) HOOFDREDACTIE Martin A.M. van Zaalen EINDREDACTIE Pim Campman, Hans van Eerden redactie@linkmagazine.nl AAN DIT NUMMER WERKTEN MEE Jos Cortenraad, Yvette Entius, Fred Franssen, Thomas Luiten, Wilma Schreiber, Chiel Verhoeven COVERFOTO Arjan Reef

martin.vanzaalen@linkmagazine.nl @martin.vanzaalen #linkmagazine.nl

GRAFISCHE VORMGEVING Primo!Studio, Delft DRUK Veldhuis Media, Raalte ABONNEMENTEN u 66,60 per jaar ABONNEMENTENADMINISTRATIE EN OFFICEMANAGEMENT Mireille van Ginkel mireille.vanginkel@linkmagazine.nl (010) 451 55 10, 06 51 78 41 97 ADVERTENTIE-EXPLOITATIE John van Ginkel john.vanginkel@linkmagazine.nl (010) 451 55 10, 06 53 93 75 89 VOLGEND NUMMER Het eerstvolgende nummer van Link Magazine verschijnt 15 december 2017. Het thema van dit nummer is ‘Produceren én pionieren onder één dak’. ISSN 1568 - 1378 Niets uit Link Magazine mag worden overgenomen of gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever. Deze uitgave is met grote zorgvuldigheid samengesteld. Desondanks kan de uitgever geen aansprakelijkheid aanvaarden bij eventuele onjuistheden. Aan de inhoud van deze publicatie kunnen geen rechten worden ontleend.

november 2017

5


UIT DE MARKT WERKNEMERS BINDEN MET WONINGEN De industrie groeit, maar heeft moeite om voldoende hoogopgeleide jongeren, hbo-plussers, aan te trekken. Onder meer omdat het ontbreekt aan een eigentijds vestigingsen woonklimaat dat aansluit bij hun wensen. Nu is voor hen de stap naar aanschaf van een woning die bij hen past onevenredig groot, terwijl alternatieven als huren of bij de ouders blijven wonen geen soelaas bieden. Reden voor Carel van Sorgen, oprichter van het snelgroeiende 247TailorSteel in Varsseveld, om met een nieuw initiatief te komen, SCargo, dat aantrekkelijke huisvesting voor een jonge doelgroep ontwikkelt. De woningen moeten op industriële schaal kostenefficiënt worden gebouwd en een flexibele woonoplossing bieden. ‘We willen de ‘migratie’ van deze groep bevorderen, door te zorgen dat ze niet met een onverkoopbaar huis blijven zitten als ze voor een volgende carrièrestap weer zouden willen vertrekken uit de regio’, vertelt Constantijn Cox, business developer bij SCargo. Bedrijven zouden uiteraard in een

Expertise – Passion – Automation

dergelijk duurzaam woonklimaat kunnen investeren, waarbij ‘wonen’ als flexibel instrument wordt ingezet om hoogopgeleide jongeren aan zich te binden, bijvoorbeeld door de SCargo-woning bij wijze van secundaire arbeidsvoorSfeerbeeld van S-Cargo. waarde aan te bieden als leasewoning. ‘Bijkomend aspect is dat de werkgever de SCargo-residenties op de balans kan zetten en kan afschrijven.’ Naast bedrijven denkt Cox aan kennis- en zorginstellingen als mogelijke afnemers – en aan de senioren die kleiner willen wonen, dichter bij hun (klein)kinderen, in de SCargo-woning die kan worden voorzien van de modernste domo-

tica- en seniorenvoorzieningen. Het concept schurkt aan tegen de momenteel hippe ‘tiny houses’, zegt Cox, maar het wijkt wel af. ‘Ons huis is gezien een woonoppervlak van ruim 100 m2 zeker niet ‘tiny’ te noemen. We richten ons doelbewust op het hogere segment, waar naast duurzaamheid aspecten als design, luxe, gemak en comfort gewenst zijn.

De woning is all-electric, dus voorbereid op een gasloze toekomst, en voorzien van de modernste hightech.’ In Winterswijk staat al een modelwoning. ‘Bij een orderportefeuille van rond de 200 woningen gaan we echt van start. Dat verantwoordt namelijk de investering in een fabriek, gezien onze komaf bij voor-

Innovatie is nog maar het begin Innoveren betekent voor SMC aanpassen aan nieuwe ontwikkelingen. U vertrouwt op de kwaliteit van onze automatiseringssystemen. U wilt machines of productielijnen bouwen die energiezuinig zijn, een veilige werkomgeving bieden en ook minder CO2 uitstoot opleveren. Maar wat u nog meer bezighoudt, is hoe onze producten en technische kennis bijdragen aan uw voorsprong in de markt. Daarom voelen wij ons niet alleen verantwoordelijk voor innovatieve producten en oplossingen, waarvan wij er jaarlijks zo’n vijftig introduceren. Wij begrijpen vooral uw uitdagingen om het nog beter te doen. Dus helpt SMC u om de beste in uw markt te worden. www.smcpneumatics.nl

6

november 2017


MARC HENDRIKSE NIEUW BOEGBEELD TOPSECTOR HTSM keur in de Achterhoek. Er zal een grote productiehal nodig zijn, want we willen 8.000 woningen per jaar gaan produceren. Met de industrie en enkele Achterhoekse gemeenten bekijken we of we daar een SCargowijk met vijftig woningen kunnen realiseren.’ Elders in Nederland speelt dezelfde problematiek, dus ook daar spreken de initiatiefnemers gemeenten aan, voor de inrichting van ‘SCargo Dropzones’, waar SCargoeigenaren in de toekomst altijd met hun (verhuisbare) woning terecht kunnen. ‘Maar eerst willen we met de industrie kijken of het hun aanstaat. Een uitdaging ligt er vooral bij overheden. Het ‘oude’ wonen met zijn vaste patronen en inflexibiliteit is stilaan aan vervanging toe. Wij bieden overheden een flexibele oplossing voor een duurzame grondpolitiek, waarmee ze groei én krimp kunnen opvangen. Dat vereist wel aanpassing van wet- en regelgeving: onder het kopje ‘tijdelijk’ moet het mogelijk worden om flexibel wonen in de markt te zetten.’ constantijn.cox@s-cargoo.com

NTS-ceo Marc Hendrikse is Amandus Lundqvist opgevolgd als ‘boegbeeld’ van de topsector High Tech Systemen & Materialen (HTSM). Dat gebeurde op het Holland High Tech Roadmap-event 2017, medio september in Den Bosch, waar Lundqvist door demissionair EZminister Henk Kamp een koninklijk lintje kreeg omgehangen. Hendrikse komt als nieuw boegbeeld beslagen ten ijs. Hij vertegenwoordigt de topsector HTSM reeds in het Forum Smart Industry, sparringpartner van het kabinet en de stuurgroep Smart Industry onder voorzitterschap van Ineke Dezentjé Hamming van FME. Als belangrijkste resultaat van de afgelopen zes jaar ziet hij de mate waarin bedrijven, overheden en kennisinstellingen in de ‘triple helix’ elkaar hebben gevonden en samenwerken. Met als concrete resultaten meer private onderzoeksgelden, meer ondernemerschap in de kennisinstellingen en de oprichting van tal van centres of excellence en centra voor innovatief vakmanschap binnen het

Van links naar rechts Ineke Dezentjé Hamming, Marc Hendrikse, Amandus Lundqvist en Henk Kamp. Foto: Com-magz

beroepsonderwijs. Hendrikse wil die samenwerking borgen. Voorts wil hij zich ervoor hard maken dat de sleuteltechnologieën niet ‘vergeten worden’. ‘Den Haag mag niet slechts oog hebben voor maatschappelijke uitdagingen als voedsel, schoon water en mobiliteit, maar moet ook ruimte geven aan de ontwikkeling van enabling technologieën als robotica, nanotechnologie en fotonica. Daar wil ik mij bij het

nieuwe kabinet hard voor maken en natuurlijk zorgen dat daarvoor overheidsgelden beschikbaar komen.’ Overigens betwist hij dat het grote aantal fieldlabs dat inmiddels is ontstaan – als uitwerking van Smart Industry, een van de HTSM-roadmaps – leidt tot te veel versnippering en te weinig focus. ‘Dat moet je niet van bovenaf willen managen. Ze ontstaan vanuit de praktijk en dan verdienen ze onze ondersteuning.’

november 2017

7


UIT DE MARKT REMMENDE TREINEN, OPLADENDE BUSSEN Arjan Heinen pioniert al sinds de jaren tachtig met elektrische aandrijving. Zo richtte hij e-Traction op, dat een elektrische wielnaafmotor, TheWheel, voor bussen ontwikkelde. ‘Ik heb vaak voor de troepen uitgelopen en dingen voor eigen rekening en risico ontwikkeld. In 2004 bouwden we als eerste bedrijf ter wereld een Li-ion-batterij in een bus en in 2008 hadden we elektrische bussen in Apeldoorn en Zweden rijden. Bijna kwamen we tot een afspraak met VDL om het wiel onder hun bestaande bussen te monteren. Wij zagen de wielen als een middel om elektrische bussen in de stad te krijgen, maar onze financiers wilden dat we bleven focussen op de wielen.’ Uiteindelijk verkochten zij e-Traction en is het Apeldoornse bedrijf nu in Chinese handen. Heinen zat niet stil en ontwikkelde een nieuw concept. In 2015 verkreeg hij patent op een systeem voor het opslaan van remenergie van treinen om elektrische stadsbussen op te laten rijden. Onder de naam Hedge-

hog Applications werkt Heinen het concept uit, maar hij pakt het nu wel anders aan. ‘Ik wacht tot het idee begint in te dalen en de markt er rijp voor is, voordat ik er zelf in ga investeren. Door nuttig gebruik te maken van die remenergie, kun je de dieselbussen de stad uit krijgen.’ Interessant voor gemeenten, regio’s en provin- Artist impression van Arjan Heinen’s concept voor het opslaan van remenergie van treinen in het ‘Energy House’ (blauw, op de achtergrond) om elektrische stadsbussen op te laten rijden. Illustratie: Hedgehog Applications cies – als concessieverleners voor het busvervoer –, verwachtte Heinen. (maar ook taxi’s) snel moeten opgeïnteresseerd. Het zou mij niets Zeker toen eind vorig jaar het Hedladen na hun rondje door de stad. verbazen als de provincie in 2020 gehog Systeem onderdeel werd van Er zit wel enig schot in de zaak: ‘We gewoon weer een nieuwe concessie een Green Deal: de City Deal die zijn nu bezig met een subsidie uit de verleent voor dieselbussen. Zolang EZ-minister Henk Kamp samen met er in de voorwaarden geen ‘zero regeling Demonstratie Energiegemeentes, provincie Gelderland en Innovatie (van de Topsector Energie, emission in de stad’ staat, gebeurt er Hedgehog B.V. ondertekende. ‘Met verstrekt door RVO.nl, red.) en we niets. Men heeft het wel over schone die City Deal kwam ons project voeren risico-assessments uit met diesels, maar dat klopt gewoon niet.’ ‘Remmende treinen en elektrisch Alle technologie voor het Hedgehog- diverse spoorpartijen, waaronder stadsvervoer’ weer een stapje dichProRail.’ systeem is commercieel beschikbaar. terbij, maar Gelderland raakte niet www.hedgehogapplications.nl Zoals de superchargers die bussen

17 . H05

KPppelFn Fn kPFlen POEer BMMF PNTUBOEJHIFEFn. 7PPS MandCPVXmachineT Fn UPFCFIPSFO.

FlFnskPppFlJng BoWex-ELASTIC®

FlFnskPppFlJng BoWex® FLE-PA

KlauXkPppFlJng ROTEX®

$ombi-KPFler MMC

ktr.com OM

8

november 2017


PRODUCTPARTNERS ELVI: NIEUWE GENERATIE LAADSTATIONS EVBox, leverancier van laadoplossingen en diensten voor elektrische voertuigen, startte onlangs de verkoop van Elvi, het eerste laadstation van een nieuwe generatie. Dit consumentenproduct laadt alle elektrische auto’s op die de komende tien jaar op de markt komen – thuis, eenvoudig en snel. Innovatief is het modulaire ontwerp. ‘Het laadstation kent drie losse componenten: muuraansluiting, laadstation en laadkabel. De muuraansluiting wordt van tevoren geïnstalleerd, de gebruiker kiest een geschikte kabel en klikt daarna eenvoudig zelf het laadstation erop vast’, verklaart Wijnand Diemer van EVBox. Voor het ontwerp deed EVBox een beroep op VanBerlo. Diemer: ‘We hebben hun gevraagd een helder ‘designDNA’ voor EVBox te ontwikkelen op basis van bestaande elementen, zoals de bekende led-ring die laat zien of het laadstation laadt, beschikbaar is of storing heeft. De belangrijkste eis was een zo compact

mogelijk modulair design met een verwisselbare vaste laadkabel. Daarmee is het vermogen van Elvi eenvoudig aan te passen aan de laadbehoefte van de auto en de huisaansluiting.’ In een brand identityworkshop gingen VanBerlo en EVBox aan de slag. ‘Het eerste product in een serie ga je niet in het wilde weg ontwerpen. Eerst moet helder zijn waar het merk EVBox voor staat. Die gewenste uitstraling hebben we vertaald in een designDNA, dat als leidraad diende bij de beoordeling van het conceptontwerp’, vertelt Eric Biermann van VanBerlo. ‘EVBox heeft vertrouwen en geduld gehad en ons de tijd gegeven. Mede hierdoor is het ontwerp van prototype tot eindproduct overeind gebleven.’ De beslissing van EVBox om de aansturingselektronica te integreren in één printplaat zorgde voor gejuich bij VanBerlo. ‘Een integrale aanpak leidt altijd tot een beter product. Bovendien is het laadstation nu

sneller te assembleren,’ aldus Biermann. VanBerlo ontwikkelde tevens een concept voor de custom stekkerverbinding voor de kabelaansluiting, dat Foto: Tycho Merijn door een leverancier van EVBox werd afgemaakt. ‘Dankzij die innovatie kan een gebruiker zelf de kabel vervangen, daar is geen monteur meer voor nodig.’ Naast de subtielere led-ring springt de detaillering van de zijkanten met smart-gridpatroon en facetrand in het oog. Biermann: ‘Het is een supermooi product met een automotive uitstraling dat in de

thuissituatie past.’ Ook Diemer is tevreden: ‘VanBerlo heeft geïnvesteerd in kennisopbouw. Vergeleken met wat er nu op de markt is, onderscheidt Elvi zich als onderdeel van een nieuwe generatie laadstations die aansluit bij de toekomst van elektrisch rijden.’ www.ev-box.nl www.vanberlo.nl

PEOPLE

with drive Since 1947 our strong capacity for innovation has depended on people. For it is the needs of our customers and the ideas of our employees that drive us forward – and they are also setting Industrie 4.0 in motion.

november 2017

9


Visit us!

More drive. ACOPOS P3. www.br-automation.com/ACOPOSP3

More speed

More intelligence

More precision

More power


UIT DE MARKT MAXON MOTOR STROOMLIJNT YOUNG ENGINEERS PROGRAM maxon motor, ontwikkelaar en producent van aandrijfcomponenten en -systemen, staat altijd open voor de jeugd. Start-ups kloppen aan voor levering van componenten en advies tegen een gunstige prijs. Evenals studententeams die deelnemen aan de uitdijende reeks van competities, challenges, enzovoort. Bij Steven van Roon, business developer bij maxon motor benelux in Enschede, komen tientallen aanvragen per jaar binnen. ‘Het gaat van zonneauto’s tot chirurgische robots.’ Onlangs heeft maxon hiervoor het Young Engineers Program opgezet. ‘De insteek is nu gestroomlijnder en wereldwijd uniform, met een formulier dat die start-ups en studententeams online kunnen invullen, om iedereen volgens ‘gelijke monniken, gelijke kappen’ te behandelen. Natuurlijk doet maxon dit om zichzelf te promoten, aldus Van Roon. ‘Studenten die we helpen, werken later bij potentiële klanten. Wij helpen ook start-ups met onze ervaring en technologie, en we kunnen ondersteunen bij engineering. Maar anderzijds willen we

den, vooraf niets met techniek hadden en avers waren van vieze handen, maar wel vol aan de bak zijn gegaan en in Rotterdam en Londen hebben deelgenomen. Nu vinden ze het supercool dat ze dit hebben bereikt.’ www.maxonmotor.nl

AWARDS Maxon motor stroomlijnt de ondersteuning van studententeams en start-ups. Foto: maxon

inspiratie opdoen door te leren van de nieuwe manieren van denken en innoveren die zij inbrengen. Wij willen het onbekende opzoeken: nieuwe ideeën die tegen alles ingaan, houden ons scherp.’ Voor de Benelux voegt Van Roon er wel een personal touch aan toe. ‘Alleen dat formulier invullen is wat anoniem. Wij zitten overal dichtbij en hebben veel persoonlijk contact, dus ik zeg tegen geïnteresseerden:

‘Doe je aanvraag bij mij, dan zorg ik dat die in het systeem komt en jullie onderdeel van de online maxon community worden.’’ Ook de jongere jeugd vergeet maxon niet. Het meest trots is Van Roon misschien wel op de middelbare scholieren die hij heeft weten te enthousiasmeren voor deelname aan de Shell Eco Marathon voor energiezuinige voertuigen. ‘Jongens en meisjes van vijftien, zestien en docenten die nog nul idee had-

Paul Braakhuis is bij zijn aftreden

als voorzitter van Metaalunie district Oost benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau én erelid van Koninklijke Metaalunie. Lassche & Keizer is winnaar van

de Business Software Award 2017, een initiatief van Mikrocentrum. Prodrive Technologies heeft in

september de ASML Supplier Collaboration Award ontvangen.

november 2017

11



COLUMN CHIEL VERHOEVEN 1D-SIMULATIE: HET ANTWOORD OP COMPLEXER, STRENGER, STERKER EN HOGER Chiel Verhoeven - Business developer Simulations & Test Solutions, Siemens PLM Software aarom duurt het zo lang voordat ook de machinebouwers de vruchten plukken van de 1D-simulatietechniek? Systeemsimulatie maakt het mogelijk dat in een vroeg stadium al kan worden onderzocht wat de beste systeemconfiguratie is en met welke componenten (en parameters van deze componenten) het systeem kan voldoen aan de gestelde eisen. Sneller in het proces beter inzicht krijgen in de prestaties is broodnodig in een tijd waarin machines complexer worden, de eisen van eindgebruikers hoger, de regels strenger en de concurrentie sterker.

W

Simulatie is heel goed mogelijk juist omdat er tegenwoordig veel meer software in een machine zit. Maar dan moeten machinebouwers hun oude vertrouwde manier van engineeren wel loslaten. Nog steeds wordt vaak eerst de mechanica gemaakt, waarbij wordt vastgelegd hoe de machine en onderdelen eruit komen te zien. Dan worden allerlei actuatoren (hydraulisch, elektrisch en pneumatisch) in de machine gezet om in beweging te kunnen komen. Pas als laatste wordt de besturing (zoals plc-code) geschreven die zorgt dat alles op de juiste manier beweegt. Beter is met het belangrijkste onderdeel van de machine – de software dus – te starten. En dat zet de weg open naar systeemsimulatie of 1D-simulatie: een manier van simuleren waarmee je alle systemen uitsluitend op basis van parameters (één dimensie) doorrekent, zonder dat er geometrie of een 3D-model aan te pas komt. Dat betekent dat je al vroeg in de ontwikkelingsfase kunt modelleren en onderzoeken of

alle onderdelen binnen het systeem juist op elkaar aansluiten en goed met elkaar integreren. Hierdoor krijg je al snel zicht of bepaalde prestaties zoals energieverbruik, snelheid en nauwkeurigheid binnen de gestelde eisen vallen. Engineers kunnen in het begin van de ontwikkelfase het volledige systeem al ontwikkelen. De afzonderlijke domeinen worden op hetzelfde niveau, parallel aan elkaar ontwikkeld: als één domein in de conceptfase zit, geldt dat ook voor de andere domeinen. Zo kunnen engineers stap-voor-stap modelleren en steeds meer details toevoegen. Het is dus niet nodig om meteen de hele machine te ontwikkelen, maar engineers hebben wel snel een beeld of het concept/systeem de eisen gaat halen en wat het risico is. De ontwikkeling loopt daardoor ook sneller, want er zijn minder stappen terug in het ontwikkelproces nodig om ‘fouten’ te herstellen; deze heeft de engineer immers al vooraf ontdekt en opgelost. Zo wordt de machine niet alleen sneller ontwikkeld, maar ook geoptimaliseerd qua energieverbruik en productiviteit. De aerospace en automotive lopen voorop in simulatie en system engineering. Andere sectoren zijn terughoudender, terwijl de uitdagingen er niet veel anders zijn. Juist omdat machines en de markt steeds complexer worden, is het voor iedere innovatieve machinebouwer verstandig om deze simulatiemethode te implementeren: wie wil er nu niet investeren om machines sneller, beter en goedkoper te ontwikkelen?

www.plm.automation.siemens.com

OPMAAT VOOR FLEXIBELE PRODUCTIE Als opmaat voor het Smart Industry fieldlab Flexible Manufacturing heeft TNO samen met hightech suppliers twee projecten uitgevoerd rond operatorsupportsystemen. Die zijn een cruciale enabler van de veilige, soepele (intuïtieve) mensrobotsamenwerking in de ‘fabrieken van de toekomst’, waar een grote variatie aan complexe producten (kleine batches), hoogkwalitatief en foutloos geproduceerd/ geassembleerd kan worden – met vergelijkbare snelheid en kosten als bij massafabricage. Het eerste project – met Bronkhorst High-Tech, Omron en TE Connectivity – draaide om een demonstrator voor ondersteuning van de operator bij assemblagetaken door middel van lichtprojectie. Een pick-tobeamer licht het juiste onderdelenbakje aan en projecteert de bijbehorende montage-instructie op het product of werkblad. De operator ziet dus snel welk onderdeel uit welk

bakje waar en hoe gemonteerd moet worden. Op een verkeerd onderdeel pakken volgt direct feedback. Navigatie door de instructies gaat (semi)automatisch en intuïtief. En drukken op virtuele, op het werkblad geprojecteerde, knoppen bevestigt kritische handelingen. Koppelen aan externe systemen, zoals (3D)vision, is eenvoudig en productiedata (montagetijden en kwaliteitsdata) worden weggeschreven in een database voor aanvullende analyses. De demonstrator werd door 35 operators van de drie bedrijven een week lang beproefd. Gu van Rhijn, vanuit TNO projectleider van het fieldlab: ‘Om te kunnen vergelijken met de gangbare instructiewijze (digitaal, op beeldschermen, red.) en om de operators vertrouwd te maken met de nieuwe manier van werken, lieten we een hun bekend voorbeeldproduct assembleren.’ De resultaten zijn ‘veelbelovend’: 57 procent reductie van de totale

cyclustijd en ruim zeventig procent van de paktijd, nul fouten bij het pakken en plaatsen van de componenten (bij de bestaande methode respectievelijk 8.000 en 80.000 ppm) en een 25 procent lagere ervaren werkbelasting. Ging het hier om kennisontwikkeling, in het tweede project stond kennisoverdracht centraal. Daar namen, naast TNO, aan deel Blok System Supply, Confed Systems, KMWE, Variass en Vekon. Samen ontwikkelden zij geprojecteerde werkinstructies voor assemblage en die werden door zowel ervaren als onervaren medewerkers geëvalueerd. De opgedane ervaringen werden eind september gedeeld met geïnteresseerde bedrijven. ‘De belangstelling was zo groot dat er 2 november bij TNO in Eindhoven een tweede bijeenkomst plaatsvindt en op 23 november een derde bij Variass in Drachten.’ Naast het toepassen krijgt ook het genereren van

de werkinstructies veel aandacht. ‘Je wilt natuurlijk niet dat dat heel veel extra werk en tijd kost. Daarom hebben we al stappen gezet om dat modulair op te bouwen.’ De projectresultaten worden benut in het fieldlab Flexible Manufacturing, waarvan John Blankendaal, directeur van Brainport Industries, de overall trekker is. Van Rhijn: ‘De volgende ontwikkelstap is dat we het operatorsupportsysteem combineren met een robot/cobot op een assemblagewerkplek.’ Dat wordt opgezet en getest met zowel eindgebruikers (Bronkhors High-Tech, KMWE, Neways, Omron), als leveranciers (waaronder Smart Robotics, Bosch Rexroth, Total Productivity, ICT) en kennisinstellingen (TNO, Fontys). Het fieldlab komt in het Atrium van de in aanbouw zijnde Brainport Industries Campus bij Eindhoven. www.brainportindustries.com www.tno.nl

november 2017

13


Uw sector is ons vertrekpunt.

Als ondernemer wilt u graag een bank die aandacht heeft voor uw sector. Onze sectorspecialisten denken graag met u mee. Zij zijn op de hoogte van de actuele ontwikkelingen binnen de industrie. En weten wat nu nodig is om uw plannen op korte en lange termijn te realiseren. Voor meer informatie: abnamro.nl/industrie


UIT DE MARKT CYBERBEVEILIGING VAN PLC LEVERT GELD OP Berichten over preventieve maatregelen tegen grootschalige cyberaanvallen gaan vooral over het gedrag van de hedendaagse it-consument. Over maatregelen aan de bron, dus bij de makers van software, hoor je minder. Terwijl je met een afdoende beveiliging van de programmacode tevens je intellectueel eigendom beter te gelde kunt maken. ‘Industriele besturingssystemen zijn tegenwoordig hoofdzakelijk gebaseerd op standaardhardware, zoals industriële pc’s onder standaard-operatingsoftware’, zegt Marcel Hartgerink, directeur Wibu-Systems Benelux. ‘Ook in run-time omgevingen wordt vaak een gedeelde standaard toegepast, bijvoorbeeld Codesys. Microbesturingsmechanismen tref je overal aan in elektriciteitscentrales, op schepen, in fabrieken en op het spoor. Nog geen tien jaar geleden hadden de meeste plc’s bedrijfseigen hardware en software, compleet afgesloten van de buitenwereld. Functioneerde een module niet meer, dan stuurde de leverancier een servicemonteur om die te repareren of ’m simpelweg te

vervangen. Uit kostenoverweging zijn controllers steeds vaker aangesloten op het internet, zodat ze online zijn te monitoren en eventueel te reactiveren. Servicemonteurs hebben een veel groter bereik bij het afhandelen van storingen. Gelijktijdig stellen we met die ‘genetwerkte’ controllers vitale productiesystemen bloot aan de bedreigingen in cyberspace.’ Wibu-Systems startte 25 jaar geleden met het beveiligen en licentiëren van software voor onder meer ingebouwde digitale systemen. Hun ervaring in het afschermen van embedded software zetten ze onder meer in voor plc-fabrikant Rockwell Automation en chipproducent Infineon. Die leveren met hun softwareontwikkelomgeving het CodeMeterbeveiligingssysteem van Wibu mee. Daardoor worden toegangscodes niet langer onversleuteld opgeslagen in een lokale controller, maar komen ze terecht in een via encryptie beveiligde container. Die kan bestaan uit een hardwaresleutel voor een pc of laptop (CmDongle) of een softwaresleutel in de vorm van een bestand

met een softwarelicentie (CmActLicense). Via de CodeMeter Source Protection Provider applicatie laat zich eenvoudig een centrale administratie voor de toegangscodes inrichten. Van daaruit krijgen alleen geautoriseerde personen versleutelde codes uitgereikt die toegang geven tot de broncode van een plc of microcontroller. De code moet matchen met de vingerafdruk van de computer waarop de software draait.

Daardoor weet de leverancier van industriële systemen zich ook verzekerd van inkomsten voor zijn software. ‘Alleen degene die licentierechten betaalt, kan de software activeren. Onder meer Thales, ABB, VMI, Plaxis, LVD en Agfa Gevaert beveiligen op die manier met succes hun intellectual property.’ www.wibu.com

MARKTTRENDS BIJ HONDERDJARIG PARKER Eind september vierde Parker Hannifin Benelux zijn eeuwfeest met klanten en medewerkers op locatie Hendrik-Ido-Ambacht. Tijdens de Centennial liet Parker een volledig overzicht zien van het productenprogramma (hydrauliek, elektromechanica, pneumatiek, instrumentatie, filtratie, afdichtingen, slangen, koppelingen en leidingwerk). Specifieke aandacht was er voor nieuwe

producten. Daarnaast lag de focus op een aantal markttrends en hoe Parker daarin acteert: internet of things (over de ‘Voice of the Machine’ van Parker); elektrificatie van hydrauliek & hybride toepassingen; automatiseringsontwikkelingen in de semicon-industrie; en single-use systemen, de trend in de farmaceutische industrie. www.parker.nl

De bes te chef-k beste chef-kok ok sstaat taat nooit all een in de k euken alleen keuken Complexe en ystemen e n mechanische mechanische C omplexe ((opto)mechatronische opto)mechatronische ssystemen

Zo kunnen op hun kernprocessen én een kortere Zo k unnen zzijij ffocussen ocussen o ph un k ernprocessen é n iin ne en k ortere

modules ontwikkelen, maken, als assembleren en testen testen iiss a ls m odules o ntwikkelen, m aken, assembleren

doorlooptijd machines kosten. Onze doorlooptijd ma chines leveren, leveren, ttegen egen llagere agere k osten. O nze

koken een Alles draait draait niet niet alleen alleen om om k oken iin ne en ssterrenrestaurant. terrenrestaurant. Alles

receptuur flexibel en het blijft op receptuur iiss fl exibel e n ambitieus, ambitieus, h et rresultaat esultaat b lijft o p

ook om om precisie precisie en en wendbaarheid. wendbaarheid. ttiming iming en en dosering, dosering, maar maar ook

smaak, gehele Ons professionals gaatt smaak, de ge hele llife-cycle. ife-cycle. O ns tteam eam vvan an p rofessionals gaa

NTS als geen ander. We e hebben hebben veel veel kennis kennis en en knowknowNTS weet weet dat dat a ls g een a nder. W

voor opdrachtgevers kunnen accelevoor topkwaliteit. topkwaliteit. Zodat Zodat onze onze o pdrachtgevers k unnen a ccele-

how opgebouwd en modules modules voor voor de de handling, handling, h ow o pgebouwd vvan an systemen systemen en

reren hun business. Gaat ook reren in in h un b usiness. G aat u o ok vvoor oor vverfijnde er fijnde rresultaten esultaten

transfer kennis en transfer en en positionering positionering in in machines. machines. Onze Onze k ennis e n compecompe-

met NTS? Wijij n nemen graag een kijkje uw keuken. m et N TS? W emen g raag e en k ijkje iin nu wk euken.

passen we diverse iverse disciplines disciplines wereldwijd wereldwijd toe toe op op ttenties enties p assen w e vvanuit anuit d de unieke producten d e u nieke p roducten vvan an onze onze opdrachtgevers: opdrachtgevers: hightech hightech

www.nts-group.nl www.nts-group.nl

machinebouwers ma chinebouwers ((OEM’s). OEM’s).

Accelerating Accelerating your your business business

november 2017

15


MARKTINFORMATIE GAAT IN KETEN NOG ALTIJD MOEIZAAM STROOMOPWAARTS

‘LOOPT HET BIJ JULLIE NOG STEEDS CONFORM PLANNING?’

THEMA STERK STAAN IN SNELLE MARKTEN: FLEXIBILISEREN ÉN INFORMEREN Veel oem’ers hebben de eigen organisatie en hun keten goed voor elkaar: in goede samenwerking met hun suppliers slagen ze erin hun product in hoog tempo te ontwikkelen, te produceren en bij de klant af te leveren. Maar de time-to-market wordt almaar korter en de klant wispelturiger. Wat een half jaar geleden nog

Machinebouwers hebben de meeste problemen met kortetermijn-vraagveranderingen.

een gouden technologie leek, is nu achter-

De oorzaken daarvan zijn zo veelvormig dat ze ook met geavanceerde forecastings-

haald. En de bestelling van twee weken gele-

systemen niet (goed) zijn te voorspellen. De standaardreflex is de eigen organisatie en

den is vorige week weer gewijzigd; alleen de

de eigen keten zo agile mogelijk in te richten. Maar zoiets als het houden van tussen-

afleverdatum is dezelfde gebleven. Wat kan een oem’er nog meer doen dan steeds grotere

voorraden is niet gratis. Dé oplossing is dat uitbesteders hun leveranciers informeren

risico’s nemen met zijn innovatie-investeringen

over de ontwikkelingen op de lange(re) termijn, zodat de keten zich beter kan prepareren

voor de lange termijn. Wat kan hij nog meer

op de korte. Dat inzicht is veelal voorhanden, het delen ervan is echter nog altijd verre

doen dan eindeloos flexibiliseren om de kortetermijn-vraagveranderingen op te vangen? Kan

van vanzelfsprekend.

hij vraagveranderingen op de lange én de korte termijn beter voorspellen. De rol van de klant –

DOOR MARTIN VAN ZAALEN

it voorjaar hield forecast-specialist EyeOn een sessie met zestien grote machine- en modulebouwers – waaronder ASML en Lely. Het ging erover hoe zij omgaan met last-minute-wijzigingen – eerder of juist later uitleveren, meer of juist minder – van hun klanten, de eindgebruikers van hun apparaten. Die vraag kwam op tafel omdat de deelnemers aangaven juist met de wijzigingen op de korte termijn het minst gemakkelijk te dealen. ‘Het verwerven van een betrouwbaar beeld van de veranderingen op de lange termijn, de trends, bleek veel minder een issue’, aldus Emile van Geel, senior consultant van EyeOn.

D

55 PROCENT EXTERN Tijdens de sessie bleek dat die kortetermijn-veranderingen in de vraag lang niet allemaal afkomstig zijn van de eindklant. Voor 45 procent hebben ze interne oorzaken, liggen ze dus in de eigen organisatie van de machinebouwer of diens toeleverketen. De 55 procent van externe oorzaken is zeer divers: van ziekenhuizen die de verbouwing nog niet gereed hebben zodat er nog geen ruimte is voor die mri-scanner, tot vertraging of juist versnelling in de uitontwikkeling van het product dat van die productiemachine moet rollen. Als iets eerder en/of meer moet worden geleverd, zullen de machinebouwer en diens keten moeten versnellen, met alle consequenties van dien. En kunnen problemen ontstaan met de beschikbaarheid van materialen, kunnen toeleveranciers geen tijd hebben, moeten er meer planningsuren worden gemaakt en kan soms zelfs de levering aan andere klanten vertragen. Als er later en/of min-

16

november 2017

der geleverd moet worden, kan dat evengoed grote gevolgen hebben, aldus Van Geel. ‘Een machinebouwer wordt veelal betaald bij oplevering of ingebruikname. Als dat later en minder wordt, blijft die betaling langer uit terwijl er wel een voorraad aangehouden moet worden van modules en onderdelen waarvoor leveranciers inmiddels betaald zijn of op korte termijn worden.’

VOORAL KETENOPWAARTS In reactie op de vraag hoe machinebouwers omgaan met kortetermijn-veranderingen heeft de sessie best practices opgeleverd. Vrijwel allemaal over hoe de eigen organisatie of toeleverketen er flexibel mee kan omgaan, niet over het beter voorzien van die veranderingen. Voor slechts twee best practices wordt niet ketenopwaarts gekeken, maar -afwaarts, richting de klant. De eerste is: ‘Het verbeteren van de interne samenwerking, tussen sales en operations.’ ‘Het komt nogal eens voor dat salesmensen, omdat die het dichtst bij de klant zitten, allang weet hebben van mogelijke veranderingen, maar die pas bij operations over de schutting gooien als ze helemaal definitief zijn. Door eerder over die verwachtingen te communiceren, kunnen zij de operationsmensen daar gemakkelijker en beter op laten anticiperen’, licht Van Geel toe. De tweede is het consequent bijhouden en analyseren van alle veranderingen in bestelde aantallen en configuraties. Analyse van deze data kan inzicht bieden in het gedrag van de klant in de toekomst. Breed verbreid is deze praktijk niet: áls er al data worden verzameld, worden die vaak niet geanalyseerd. ‘Het is simpelweg vaak te complex’, luidt de conclusie uit de sessie. Dat machinebouwers vooral geïnteresseerd zijn

met diens kennis van de markt – daarin lijkt cruciaal, maar wil hij die vervullen? En hoeveel soelaas bieden digitale forecastingstools?

• Kortetermijn-veranderingen in de vraag zijn lang niet allemaal afkomstig van de eindklant. • Juist die kortetermijn-veranderingen zorgen voor hoofdbrekens. • ‘Een bepaald niveau van onzekerheid moet je accepteren. Dat is nu eenmaal ondernemen.’ • Signalen uit de markt zijn met demand planning te vertalen naar acties voor elke partij in de keten.

in de last-minute-wijzigingen en vooral bezig zijn de eigen organisatie en toeleverketen daar zo flexibel mogelijk op te laten reageren, vindt Van Geel goed voorstelbaar. ‘We zien dat in de hightech equipment supply chain de langetermijnforecast – één tot anderhalf jaar – behoorlijk goed is. Dit inzicht wordt gebruikt om capaciteitsbeslissingen en contracten voor long-lead time-materialen af te sluiten. Voor die forecast wordt ook market intelligence gebruikt, om goed te begrijpen wat klanten nodig hebben. De korte termijn voorzien is echter een heel ander verhaal. De oplossingen daarvoor zitten in betere ketensamenwerking, het elkaar sneller informeren en


Illustratie: Josje van Koppen

planningsbeslissingen beter op elkaar afstemmen.’

MARKTVERSCHILLEN Cees Sluys, head of global sourcing & supply chain bij de Materials & Structural Analysis Division van Thermo Fischer Scientific (voorheen FEI) schetst een overeenkomstig beeld: juist de kortetermijn-veranderingen zorgen voor hoofdbrekens. De markt van de ontwikkelaar en bouwer van elektronenmicroscopen bestaat uit twee, sterk verschillende segmenten: science en semicon, vertelt Sluys. ‘Het proces van verkopen aan wetenschappelijke instellingen neemt al gauw één tot wel vier jaar in beslag. In de semicon is dat veelal niet meer dan een half jaar en in tijden van snelle ramp-up hooguit een paar maanden. ‘Zeker als wij een nieuwe technologie op de markt hebben gebracht, willen alle grote partijen, als Intel, TSMC en Samsung, die zo snel mogelijk in huis hebben. Het salesproces is dan heel kort en de orderdoorlooptijd mag soms niet meer dan twee maanden zijn.’ In ‘science’ gaat het er doorgaans minder dynamisch aan toe: ‘Voor de high-end microscopen met veel klantspecifieke features kan de doorlooptijd een half jaar tot een jaar zijn, voor de mid-range gaat het om drie tot zes maanden. Maar in dit segment wordt in ruim een kwart van de orders na het bestellen nog veel gewijzigd. In de semicon gaat het veel meer om standaardconfiguraties.’ Uitstel komt in beide segmenten ook voor.

PROCESSEN Sluys’ divisie heeft diverse processen om al die kortetermijn-wijzigingen en configuratiewensen

tijdens de productie op te vangen. Er wordt gewerkt met zogeheten basissystemen, bestaande uit een aantal standaardmodules, conform het Production Plan. Gedurende de doorlooptijd wordt het systeem klantspecifiek gemaakt. Maar inzicht in de ontwikkelingen op lange(re) termijn is ook van groot belang om die last-minute-veranderingen te kunnen opvangen. In het Sales & Operational Plan wordt aan de hand van alle orders plus een inschatting van de bewegingen in de markt – op basis van market intelligence en interviews met klanten – anderhalf tot twee jaar van tevoren de op- of afbouw van capaciteits- en inkoopforecast vastgelegd. ‘Daarnaast hebben we nog een plan dat, per systeemfamilie, drie jaar vooruitkijkt. Daarvoor kijken we naar de technologische en marktontwikkelingen en maken zo een inschatting – een kwestie van gezond verstand – van wat we maximaal aan capaciteit nodig hebben, waar de knelpunten liggen en hoe die op te lossen.’ Zijn divisie is voorts bezig de capaciteitsefficiency en -flexibiliteit te verbeteren door verdergaande modularisatie en uitbesteding op hoger moduleniveau. ‘We zijn bezig met het consolideren van onze supply base, zodat wij ons volledig kunnen richten op een beperkt aantal toeleveranciers voor onze belangrijke en kritische modules.’

DE MACHINEGEBRUIKER Een klant van de bouwers van productiemachines en -apparaten is Neways Electronics International. ‘Snel reageren op uw behoeftes en het moeiteloos aanpassen van productie- en testfaciliteiten is een vereiste voor uiteindelijk succes’, aldus de website van de Eindhovense onderneming, die

productievestigingen heeft in Nederland, Duitsland, Oost-Europa en China. Neways investeert jaarlijks voor tientallen miljoenen euro’s in vierkante meters en equipment. Zo’n zestig procent daarvan betreft vervangingsinvesteringen. De rest zijn specifieke investeringen, voor een specifieke klant. Juist daar ligt de strategische focus van zijn onderneming, maakt ceo Huub van der Vrande duidelijk. ‘De karakteristieken van dit bedrijf zijn niet voor niets: customer intimacy, technology partner en operational excellence. Dáármee willen we voor de lange termijn strategische relaties aangaan met onze klanten.’ Voor zulke klanten worden vaak specifieke investeringen in productiemachines gedaan op een moment dat er nog geen keiharde orders liggen.

GEVÓEL VAN ZEKERHEID Maar dat betekent niet, aldus Van der Vrande, dat er dan geen zekerheden zijn. ‘Tussen het eerste contact van mijzelf of een van onze business developers met – idealiter – de ceo van de potentiële klant en de eerste order kan gemakkelijk twee jaar zitten. In die periode wordt er met regelmaat overlegd. Bijvoorbeeld over de vraag of wij, met ons aanbod van productiefaciliteiten in West-Europa, waarmee we tegen Oost-Europese condities kunnen werken, iets in huis hebben dat de klant wil. Over de vraag of we dat werk met een bepaald niveau van reinheid en nauwkeurigheid kunnen verrichten en daarvoor de benodigde investeringen zouden willen doen. En of die klant dan bereid is een langetermijnrelatie met ons aan te gaan. Tegelijk praten ik of mijn business developers met andere potentiële klanten in andere markten. Dan kan blijken dat bepaalde

november 2017

17


THEMA STERK STAAN IN SNELLE MARKTEN: FLEXIBILISEREN ÉN INFORMEREN lijk het met een huwelijk. Ik was onlangs veertig jaar getrouwd, maar dat ik en mijn vrouw zo lang samen zouden zijn, daarover hadden we – toen we een half jaar verkering hadden – ook alleen maar een gevóel van zekerheid. En vergeet niet, ook je klant moet het daarmee doen. Immers, wij geven aan dat we die series met die bepaalde kwaliteit voor hem kunnen maken, maar ook hij heeft daarover dan geen honderd procent zekerheid.’ Die voortdurende interactie mondt uiteindelijk uit in het tekenen van levercontracten en een datum: de start of production (SOP). ‘Nadat we, samen met de machinebouwer, diverse ontwikkel- en prototyperingsfases hebben doorlopen en zeker weten dat we de technologie beschikbaar hebben om die productie te kunnen uitvoeren, spreken wij met onze klant af per wanneer we hem gaan leveren. Die datum halen we altijd! Want geeft onze machinebouwer aan dat niet te kunnen halen, dan gaan we óf naar een ander, óf we spreken een andere SOP af.’

TE VROEG: WACC-KOSTEN

Neways-ceo Huub van de Vrande: ‘Geeft onze machinebouwer aan dat niet te kunnen halen, dan gaan we óf naar een ander, óf we spreken een andere ‘start of production’ af.’ Foto: Christiaan Krop

investeringen voor de ene klant gecombineerd kunnen worden met die voor anderen klanten en markten.’ Zo werkt Neways met de klant toe naar het moment dat er een intentieverklaring wordt ondertekend. ‘En vervolgens naar het moment dat je voldoende gevoel van zekerheid hebt om die klantspecifieke investeringen daadwerkelijk te gaan doen. Een gevóel van zekerheid, ja. Je bent dan voor, laat ik zeggen, 85 procent zeker. Verge-

‘Dat we te vroeg zijn, komt echter wel regelmatig voor. Dan blijkt de ontwikkeling van het product dat over onze lijnen zou moeten gaan vertraging te hebben opgelopen, of de klant van de klant nog niet zover te zijn. In onze contracten nemen we altijd een clausule op voor het door de klant vergoeden van de wacc, de weighted average cost of capital. Die wacc-kosten zijn hier zo’n twaalf procent van de klantspecifieke investeringen – dan heb je het dus over miljoenen per jaar – en zijn natuurlijk pure waste. We doen er dus alles aan die te voorkomen of zo laag mogelijk te houden. Door te zorgen dat we ook andere klanten voor die specifieke investering hebben. Maar belangrijker is na het afspreken van de SOP met de klant zeer regelmatig contact te houden: ‘Loopt het bij jullie nog steeds conform planning?’ Zo niet, dan kan ik mijn machinebouwer

LANGETERMIJN-ONTWIKKELINGSPROBLEMATIEK Thermo Fischer Scientific vermarkt ‘mature’, geaccepteerde technologie. Heel anders is de situatie voor Jaap Beijersbergen van Levitech, een kleine fabrikant van productiemachines voor solar en semicon. Hij heeft ‘niet zozeer een kortetermijn-logistiekprobleem als wel een langetermijn-ontwikkelingsprobleem’. Het volgens planning – niet te vroeg en niet te laat – afleveren van de order lukt steevast. Maar de innovatieve depositietechnologie in Levitech’s machine voor zonnecelproductie – de Levitrack – geaccepteerd krijgen door de markt, heeft al gauw twee jaar meer gekost dan hij verwachtte. ‘Na de marktintroductie was de machine nog niet voldoende betrouwbaar. Duurtesten bleken moeilijk uitvoerbaar omdat er in de beginfase nog zoveel verandert aan een machine.’ Ook de kracht van de concurrentie telt mee. De markt van machines voor het aanbrengen van een aluminiumoxidelaag is voor tachtig procent in handen van het Zwitserse Meyer Burger. ‘Zij hebben

18

november 2017

een duurder proces dat minder efficiënte zonnecellen oplevert, maar wel betrouwbaarder en bekender is. Wij en andere leveranciers van de ‘atomic layer deposition’technologie moeten het vooralsnog met de resterende twintig procent van de markt doen. Maar ik zie wel dat onze technologie langzaamaan meer en meer wordt geaccepteerd, met name voor de hoge-efficiency-cellen’, blikt hij optimistisch vooruit. Om te zorgen dat zijn Levitrack state-of-the-art blijft, doet Beijersbergen aan zowel market pull als technology push: ‘Wij volgen nauwgezet wat grote klanten als Hanwha, Trina, JA Solar en Sharp doen. Wij praten met hun r&d-mensen, nemen gezamenlijk deel aan seminars en conferenties om bepaalde innovaties met hen af te stemmen. Tegelijk draaien wij mee in technologie-ontwikkelprogramma’s van onder meer ECN.’ www.levitech.nl

nog bellen met de vraag: ‘Zitten die onderdelen al op de boot? Nee, wacht dan nog even.’’ Die twaalf procent wacc-kosten zijn relatief hoog, weet Van der Vrande. ‘Bij andere grote technologieondernemingen is dat acht, negen procent. Maar dat heeft alles te maken met onze strategische focus op een positie hoger in de waardeketen van innovatieve klanten die in hun markt in de kopgroep zitten. Die strategie zorgt voor groei van omzet en winst, maar vraagt ook een hogere risicobereidheid.’ Wellicht dat moderne digitale plannings- en forecastingstools nog een klein verschil kunnen maken, maar veel lager verwacht hij dat percentage niet te krijgen. ‘Een bepaald niveau van onzekerheid moet je accepteren. Dat is nu eenmaal ondernemen.’

RAMP-UP VOORSPELLEN Quintiq, onderdeel van Dassault Systèmes, is leverancier van dergelijke demand-planning-systemen. Daarmee is het mogelijk ‘vraagsignalen’ uit de markt te vertalen naar het plannen van de ontwikkel-, productie- en inkoopactiviteiten, legt consultant manufacturing Gijs Hofman uit. ‘Als er signalen zijn dat Apple met een nieuwe smartphone op de markt komt, kan met ons systeem die informatie worden vertaald naar acties voor elke partij in de keten. De bedrijven die de smartphones assembleren kunnen bijvoorbeeld bepalen of het haalbaar is het transport naar de markt per schip uit te voeren of dat het per vliegtuig moet. Bouwers van de assemblagemachines kunnen met die marktinformatie de eigen keten zo tijdig mogelijk informeren.’ De tools van Quintiq beschikken over lerend vermogen, waardoor ze actuele ontwikkelingen en trends uit het verleden kunnen vertalen naar voorspellingen. ‘Apple moet al gauw een half jaar van tevoren zijn eerstelijnstoeleveranciers informeren’, aldus Quintiq-ceo Rob van Egmond. ‘Die informatieverstrekking kan zorgen voor een plotse stijging van de beurskoers van Apple. Als dat zich in het verleden een aantal malen heeft voorgedaan, combineren onze oplossingen dat signaal met andere signalen uit de markt. Zo kunnen ze een ramp-up van de vraag voorspellen en die voor de gebruiker vertalen naar wat dat voor de eigen organisatie en keten zal betekenen.’ Vervolgens is het zaak dat die forecast bij de machinebouwer terechtkomt. ‘Vaak werkt die voor meerdere klanten in dezelfde markt. Als zij allemaal een vergelijkbare voorspelling afgeven, kan de machinebouwer daaruit een goede forecast voor de eigen organisatie en keten opbouwen.’

ALLEEN KETENOPWAARTS Ter voorkoming van inefficiënties in de keten is het dus van groot belang dat klanten hun marktkennis zo vroeg mogelijk delen met hun toeleveranciers. Daar heeft de hele keten belang bij, aldus Hofman en Van Egmond. ‘Het is veelal ook de enige optie, want klanten mogen niet verwachten dat hun leveranciers planningsinformatie vroegtijdig delen. Dat planningsinformatie ketenneerwaarts wordt gedeeld, zie je eigenlijk alleen maar als ketenpartners onderdeel uit-


FLEXIBILITEIT UIT DE KETEN Voor de flexibiliteit die machinebouwers nodig hebben om hun klant te bedienen met goed getimede uitleveringen, leunen ze vaak stevig op hun toeleveranciers. Een leverancier van klanten in de ‘snelle’ semicon- en elektronicamarkten is Cortexon. Deze supplier van klantspecifieke elektronicabehuizingen hanteert verschillende soorten afspraken met machinebouwers. Die moeten voor flexibiliteit zorgen, schetst businessunitmanager Marcel van de Sande, terwijl de risico’s voor Cortexon gering zijn. Een klant als ASML werkt met een ‘rolling forecast’: elke week stuurt dit bedrijf een ‘startplan’, dat vermeldt hoeveel systemen het komend jaar denkt te bouwen en in hoeverre dat afwijkt van een week eerder. ‘Wij vertalen die forecast naar wat wij voor dat aantal systemen moeten doen en zorgen dat we heel snel kunnen uitleveren als er daadwerkelijk wordt besteld.’ Met andere machinebouwers wordt gewerkt op basis van

‘continu commitment’. ‘Met hen hebben wij de afspraak dat wij voor hun productlijnen op jaarbasis een bepaald aantal artikelen maken. Dit zijn per definitie long-lead items. Die kunnen een doorlooptijd van vijftien weken hebben, maar door deze afspraak kunnen wij het eindproduct binnen een week na binnenkomst van de order uitleveren. Op grond van de daadwerkelijk bestelde producten en de marktontwikkelingen die de klant ziet, stellen we eens per jaar of half jaar samen het commitment bij. Nee, wij kijken zelf niet naar de markt van onze klant. De ontwikkelingen daar terugvertalen naar orders voor Cortexon, is voor ons te complex.’ Een derde type afspraak – ‘op order’ – levert de klant weinig flexibiliteit op. Pas wanneer de order binnenkomt, gaat Cortexon aan de slag. www.cortexon.com

ontwikkeling van een nieuwe machine. Ook de gebruiker heeft daar alle belang bij. Die openheid zie je echter nog altijd maar zelden.’

NIET TE VOORZIEN Voor vraagveranderingen op de echt korte termijn – orders die plots gewijzigd worden in machines met extra of minder functies, of meer of minder stuks – heeft Quintiq geen Om inefficiënties in de keten te voorkomen, is het van groot belang dat klanten hun marktkennis zo vroeg directe oplossing mogelijk delen met hun toeleveranciers, aldus Quintiq-ceo Rob van Egmond. Foto: Com-magz in portfolio. Ceo Rob van Egmond: ‘Hoewel je veranderende signalen op korte termaken van hetzelfde concern en er geen wegloopmijn kunt vangen met demand sensing, zijn er risico is. Ook in goed geïntegreerde ketens als de altijd veranderingen die niet te voorspellen zijn. aerospace moet een Airbus niet verwachten dat Dat bijvoorbeeld plots een vervoerder failliet gaat een motorenleverancier leverproblemen in een en containers met producten op de kade blijven vroeg stadium gaat melden. Om te voorkomen staan waardoor het even geen zin heeft te blijven dat er op enig moment vertraging ontstaat, heeft produceren, dat is ook met geavanceerde machine Airbus er daarom alle belang bij zijn kennis van learning niet te voorzien. Zo’n situatie los je de vraagontwikkelingen op de eigen markt in een alleen op door de eigen organisatie en keten zo zo vroeg mogelijk stadium te delen met zijn agile mogelijk in te richten.’ ketenpartners.’ Om dezelfde reden kunnen machinegebruikers er veel belang bij hebben informatie over de werking en de bezettingsgraad van hun machines online beschikbaar te stellen aan hun machinebouwer, aldus Van Egmond. ‘Behalve voor remote maintenance kan die informatie ook gebruikt www.eyeon.nl worden voor het voorspellen van de vraag naar www.neways.nl nieuwe machines, met bepaalde functionaliteiten. www.thermofisher.com Die de machinebouwer kan meenemen in de www.quintiq.nl

DE MEEST EFFICIËNTE OPLOSSING VOOR ELKE TOEPASSING Met hoogwaardige sensoren, identificatiesystemen, netwerkoplossingen en onze grote vakkennis, verbeteren wij uw concurrentiepositie.

www.balluff.nl


THEMA STERK STAAN IN SNELLE MARKTEN: FLEXIBILISEREN ÉN INFORMEREN

‘TECHNOLOGIELEIDER’ TKH VERDUBBELT OMZET DOOR MARKTVRAAG STEEDS EEN STAP VOOR TE ZIJN

VEEL LEZEN, VEEL CONTACTEN EN EEN BEETJE MAZZEL TKH Group is voortdurend bezig haar portfolio van kerntechnologieën – vision & security, communicatie, connectivity en productiesystemen – te vernieuwen. Zo ontwikkelt het technologieconcern elke vijf jaar een compleet nieuw productportfolio. Maar geld verdienen met technologische innovaties doet een onderneming alleen als die aansluiten bij de wens van de klant. Ceo Alexander van der Lof over hoe de veelzijdige solutions provider zijn best doet de marktvraag steeds een stap voor te zijn.

DOOR MARTIN VAN ZAALEN

A

lweer tien jaar geleden had hij voor het laatst een interview met Link Magazine. Maar zo op het oog is Alexander van der Lof niet veel veranderd. Net zomin als zijn werklocatie, het hoofdkantoor van het TKHconcern in Haaksbergen. TKH echter is sinds die laatste visite verdubbeld in omvang; de omzet van het mondiaal opererende, beursgenoteerde bedrijf, met vestigingen in 24 landen, steeg van 654 miljoen euro (2006) naar 1.340 miljoen (2016). Een belangrijke factor daarin is de strategische keuze te veranderen van een ‘technologievolgend’ in een ‘technologieleidend’ bedrijf, wat gepaard ging met een forse stijging van de investeringen in r&d (van 1,2 procent van de omzet in 2007 naar bijna 4 procent nu) en diverse overnames. Met als resultaat dus die omzetstijging én een verhoging van de ‘toegevoegde waarde’ van de groep van 37 naar 47 procent van de omzet.

VROEGTIJDIG INSPELEN Cruciaal voor het succes van die strategie is het vermogen vroegtijdig in te spelen op trends. Veel

van de persoonlijke dagelijkse inspanningen van de ceo zijn daarop gericht. ‘Want wij mogen als technologiebedrijf per se niet achter de feiten aanlopen. Een kwestie van heel veel vakliteratuur lezen. Maar ook veel persoonlijke contacten met klanten, over waar zij mee bezig zijn, over onze concurrenten waar zij ook zaken mee doen en welke posities die aan het innemen zijn.’ Ook de ‘verantwoordelijken’ voor TKH’s zeven ‘verticale groeimarkten’, plus de managers van de werkmaatschappijen, oriënteren zich voortdurend op trends. Om op enig moment bijeen te komen en de knoop door te hakken over een investering. Op jaarbasis gaat het tegenwoordig om een totaalbedrag van 60 à 80 miljoen euro, dat verdeeld wordt over pakweg vijftig r&d-projecten. Ook kan dan besloten worden tot een overname. Vaak van een mature onderneming, zodat die innovatiestap sneller gezet kan worden.

VOORSORTEREN OP DIGITALISERING Deze gestructureerde wijze van anticiperen leidde ertoe dat TKH reeds in 2006 de keuze maakte voor machine vision-technologie, daarmee voorsorterend op de digitaliseringstrend in de industrie die pakweg vijf jaar later pas duidelijk

GEEN OOST-NEDERLANDSE TECHNOLOGIEKAMPIOEN

• Cruciaal is het vermogen vroegtijdig in te spelen op trends. • Reeds in 2006 ging TKH voorsorteren op de digitaliseringstrend in de industrie. • ‘We moeten voortdurend ingericht zijn op het kunnen voorzien in de piekvraag, en dat leidt tot inefficiënties.’

zichtbaar werd. Belangrijk in dat kader waren de overnames van de Duitse visiontechnologiebedrijven NET en – in 2012, voor 160 miljoen euro – Augusta. ‘Een bandenproductiemachine van onze werkmaatschappij VMI bevat tegenwoordig 36 camerasystemen. Die maken het niet alleen mogelijk vrijwel onbemand (hands and eyes off) te produceren, maar ook – minstens zo belangrijk – dat heel gecontroleerd en gedocumenteerd te doen. Die camerasystemen, met zeer hoge resolutie bij 2.000 beeldjes per seconde, maken het mogelijk exact aan te tonen of bij de productie van een band daadwerkelijk aan alle specificaties is voldaan. Vanwege de enorme claimbedragen die met name in de VS geëist worden, is de automotive-keten er alles aan gelegen bij een klapband te kunnen aantonen alles volgens specificaties te hebben geproduceerd.’ Diezelfde visiontechnologie is nu ook een succes in de productie van smartphones en andere consumentenelektronica. Of – om maar eens een uitgesproken niche te noemen – in robots die in knooppunten van glasvezelnetwerken ‘handmatig’ de stekkertjes (patches) insteken of uittrekken om klanten aan- of af te sluiten. ‘Bij wet mag dat niet softwarematig. Nee, ik weet niet waarom, maar het levert wel business op’, aldus Van der Lof met een grijns.

(BLIJ) VERRAST Eind september werd bekend dat de TKH Group haar aandelen in Nedap van de hand doet. Het belang van vijf procent wordt overgenomen door investeringsmaatschappij Teslin, die daarmee een tiende van het Groenlose bedrijf in bezit krijgt. TKH houdt er eenmalig 5,8 miljoen euro aan over. Met de aankoop van de aandelen in 2010 sorteerde de technologiegroep uit Haaksbergen voor op een fusie. Het management van Nedap had daar echter geen trek in, bang dat het binnen het veel grotere TKH zou ondersneeuwen. Alexander van der Lof wilde ‘door met elkaar te fuseren een Oost-Neder-

20

november 2017

landse technologiekampioen creëren en een versnelling in onze technologische ontwikkeling organiseren’. ‘Nedap heeft steeds aangegeven voor haarzelf een zelfstandige koers als de beste strategie te zien. Na 2010 heeft TKH haar technologiepositie fors versterkt en heeft verdere focus bij TKH op haar kerntechnologieën ertoe geleid dat een samengaan minder voor de hand ligt. Verder respecteert TKH de keus van Nedap voor een zelfstandige koers.’ www.nedap.com

Over glasvezelkabel en trends gesproken, daarin werd Van der Lof c.s. de afgelopen jaren toch (blij) verrast. ‘In onze eerste analyses leek de draadloze 5G-technologie zo snel te zijn dat het veel kabelverbindingen overbodig zou maken en dus een bedreiging voor ons glasvezelprogramma zou zijn. Vervolgens werd duidelijk uit gesprekken met telecomoperators, toeleveranciers, smartphonefabrikanten, et cetera, dat 5G een zeer fijnmazig netwerk van antennes vergt die onderling alleen met glasvezel voldoende snel met elkaar verbonden kunnen worden. Voor ons


resulterend in een groei van onze glasvezelsystemen van 25 procent in het eerste zes maanden na marktintroductie’, aldus Van der Lof, die voorziet dat TKH daarmee de komende drie tot vijf jaar, als 5G wordt uitgerold, een stevige cashcow in huis heeft. Verrassend waren ook de ontwikkelingen op een andere ‘verticale groeiCruciaal voor de strategie van ‘technologieleiderschap’ is het vermogen vroegtijdig in te spelen op trends. Veel van de persoonlijke inspanningen van ceo Alexander van der Lof zijn daarop gericht. ‘Want wij mogen per se niet achter de feiten aanlopen.’ Foto: Arjan Reef markt’, marine & offshore. Om die markt te systemen voor de Europese markt teruggehaald ‘Voor de productie van de nieuwe generatie voorzien van kabels voor het transport van enernaar Europa. Voor toelevering van elektronica en smartphones van Apple en Samsung’, illustreert gie én data naar offshore olie- en gasplatforms, modules voor de bandenproductiemachines van Van der Lof, ‘hebben wij aan de systeemintegrastak TKH dertig miljoen euro in een nieuwe VMI hebben we recent een grote – greenfield – toren onze nieuwste visionsystemen geleverd. De kabelfabriek, op een eind vorig jaar heropende vestiging neergezet in Polen. Om redenen van vraag ernaar steeg in één jaar met veertig procent, locatie in Lochem. Tot de investeringen vanuit maatschappelijk verantwoord ondernemen terwijl daarvoor geen enkele indicatie uit die de olie & gas in korte tijd volledig opdroogden. (reductie van energieverbruik en CO2-emissie, markt was gekomen. Niemand weet iets, want de ‘Gelukkig hadden we dat toch in een vroeg stadioem’er houdt zijn nieuwe modellen zo lang um voorzien. Nu worden er in de fabriek min of red.), maar toch met name om de doorlooptijd te mogelijk strikt geheim, bang om de concurrent meer dezelfde kabels gefabriceerd, voor het verkunnen verkorten.’ Waarmee het gesprek op een wijzer te maken.’ Dat TKH toch in die vraagstijbinden van offshore windmolens. Ze zijn alleen ontwikkeling is gekomen waarvan mensen in de ging kon voorzien, heeft weer alles te maken met langer.’ En dus kwam het mooi uit dat TKH een industrie ‘knettergek’ worden. ‘Soms is de daaddie brede oriëntatie van het TKH-management behoorlijk deel van die dertig miljoen had gestowerkelijk gevraagde hoeveelheid in een maand op de omgeving. ‘Wij praten niet alleen met de machinebouwers en systeemintegratoren, maar ook met een Samsung en een Apple. Die vertellen ons natuurlijk niet waar ze mee bezig zijn, maar wij kunnen hun wel uitleggen waartoe onze inspectiesystemen in staat zijn, zodat de oem’er ze gaat voorschrijven aan zijn toeleveranciers. Als vervolgens de vraag van de systeemintegratoren op gang komt, krijg je een goed beeld welke producten precies in de pijplijn zitten. Het enige dat je niet weet, is het volume. De oem’er doet immers zaken met honderden machinebouwers. ken in het, samen met het Twentse Tumakon, drie keer hoger dan de forecast. ‘Nee’ verkopen Dus ontkomen ook wij niet aan het speculatief ontwikkelen van een geavanceerd wikkelsysteem. kan niet. Dus moeten we weer meer voorraden op voorraad nemen van bepaalde componenten Daarmee kunnen kabels tot 25 kilometer lengte aanhouden, terwijl juist door de technologische en aan de hectiek als alles op het allerlaatste (en een gewicht van zo’n 1.500 ton) netjes op de ontwikkelingen die steeds sneller incourant vloer van een speciaal schip worden gelegd. moment moet gebeuren om de productiekunnen worden. Of we moeten plots opschalen, capaciteit op te bouwen.’ lastig bij de huidige krappe arbeidsmarkt. We moeten in feite voortdurend ingericht zijn op het ‘Verstrengeld’ raken met de markt is voor een ‘KNETTERGEK’ kunnen voorzien in de piekvraag, en dat leidt tot ‘technologieleider’ als TKH strategisch, tactisch Zo slaagt TKH er dus in, soms met een beetje inefficiënties.’ en operationeel cruciaal, aldus Alexander mazzel, veelal tijdig op technologie- en marktvan der Lof. trends in te spelen. Alsook op de aanhoudende trend van voortdurende doorlooptijdverkorting, BREDE ORIËNTATIE die ook van TKH een steeds verdergaande flexibiZich hiertegen wapenen kan TKH, net als voor de lisering vraagt. ‘In dat kader hebben we de protechnologietrends geldt, alleen door heel goed ductie van halffabrikaten voor onze glasvezelvoeling te houden met de klant en diens markt. www.tkhgroup.com

‘Samsung en Apple vertellen niet waar ze mee bezig zijn, maar wij leggen hun wel uit wat onze inspectiesystemen kunnen’

november 2017

21



THEMA STERK STAAN IN SNELLE MARKTEN: FLEXIBILISEREN ÉN INFORMEREN

NORDSON DIMA BEANTWOORDT MEER LAST-MINUTE WIJZIGINGEN MET MEER FLEXIBILITEIT

ALTIJD NETJES BLIJVEN ‘Ons devies: de klant is koning. Ook heel lastige klanten bedienen we netjes. We proberen zo goed mogelijk te voorzien in hun behoefte’, duidt general manager Fried Cuijten van Nordson Dima, dat ‘hot bar’-systemen levert die met soldeertin of speciale lijm elektronicacomponenten verbinden. Vooral voor snelle markten: automotive, telecom, consumentenelektronica en lighting. ‘Time-to-market bepaalt het succes tegenwoordig.’ DOOR MARTIN VAN ZAALEN

ZOVEEL MOGELIJK GESTANDAARDISEERD

K

Het omgekeerde gebeurt ook regelmatig: orders worden te elfder ure uitgebreid, terwijl de leverdatum ongewijzigd moet blijven. ‘Daarom bouwen we onze machine zoveel Fried Cuijten voor de nieuwe C-Quence productlijn van Nordson Dima. Foto: Nordson Dima mogelijk uit standaardcomponenten en -modules op. Samen met toeleveranciers als verschepen betalen. Met erboven vaak een aanWeiss (zie kader, red.) zorg ik dat we die altijd betaling van twintig tot veertig procent, plus bij voor zeven tot acht machines op voorraad heblanglopende projecten een termijn bij de start ben, zodat we alleen nog hoeven assembleren en van de assemblage.’ de software inregelen en testen. Uitgezonderd de producthouder; die is altijd klantspecifiek, want MEER LAST-MINUTE afgestemd op de kenmerken van het product dat Fried Cuijten ziet verschillende oorzaken voor over de machine gaat lopen. De engineering en het toenemende aantal last-minute wijzingen: ‘In productie van de houders gaan we onderbrengen Europa verloopt de communicatie vaak nog facebij een leverancier in Azië. Gezien de lagere prijs, to-face. Met Azië gaat het steeds meer alleen nog maar toch vooral om de communicatie met klanover het internet, via email, conference calls of ten daar te vergemakkelijken.’ Nordson Dima WhatsApp of andere apps die in Azië populair hoopt binnenkort met de productie te starten. zijn. Een bron van misverstanden en wijzigingen. Daarnaast worden vanwege die tijdsdruk de lijn waarvan onze machine deel gaat uitmaken én het UITSTEL NIET IN REKENING product dat ermee geproduceerd gaat worden Indachtig het klant-is-koning-devies hebben lastminute wijzigingen of uitstel doorgaans geen parallel ontwikkeld. Dat speelt overigens meer bij financiële consequenties voor de klant. ‘De extra Europese klanten die veelal volautomatische, volkosten voor communicatie, engineering en het ledig geïntegreerde lijnen bestellen. Wijzigingen aanhouden van voorraad brengen wij over het in het product vergen dan vaak veel aanpassingen algemeen niet in rekening. Als onderdeel van een in de software van de lijn. We gaan daar flexibel concern met een stevig eigen vermogen (Nordmee om, maar gemaakte substantiële kosten son, sinds 2014, red.) kunnen we ons dat ook moeten, afhankelijk van wat er contractueel over beter veroorloven. Alleen als het uitdraait op is vastgelegd, worden betaald. Maar het beste is afstel, wil ik de gemaakte kosten vergoed hebben, natuurlijk wijzigingen in een later stadium te zeker als er al klantspecifiek werk is verricht. voorkomen door zo goed mogelijk naar de klant Maar is het een key account of gaat de klant erg te luisteren.’ moeilijk doen, dan verhalen we niet.’ Key accounts hebben ook een streepje voor bij het Fried Cuijten is een van de gasten van de bepalen van de betalingstermijn. ‘Met grote klanDISCA-talkshow op 23 november; zie elders in ten als Philips, Siemens en Continental hebben deze uitgave. we kortingen en betalingscondities in wereldwijd geldende contracten geregeld. Voor veel Aziatische klanten geldt: orders tot 50.000 euro bij het www.nordsondima.com

lanten in Azië leggen die tijdsdruk heel anders op dan Europese, vertelt Cuijten. ‘In Europa communiceer je in het Engels en maak je bepaalde gestandaardiseerde afspraken. Aziatische klanten beheersen het Engels vaak minder, houden zich niet aan die standaarden en zijn tevens veeleisender wat betreft levertijden.’ Daarbij verloopt het doorvoeren van technologische wijzigingen in Europa meer gedisciplineerd, geüniformeerd, is zijn ervaring. ‘Aziaten doorgronden onze technologie vaak niet goed, snappen niet goed wat wel en niet kan.’ Hij illustreert: ‘Ik kom net uit een conference call met een Aziatische klant, die we over drie weken een complete, volautomatische machine zouden leveren. De manager met wie we die afspraak zwart-op-wit maakten, is echter teruggefloten; zijn baas vindt het te duur. Ze willen nu alleen de basismachine; de bijbehorende modules als de automatisering, draaitafel en producthouder denken ze in eigen land wel te kunnen sourcen.’ Wat Cuijten betwijfelt, maar hij ziet geen andere optie dan de orderwijziging te accepteren.

WEISS ALS ‘VERLENGSTUK’ Een partner van Nordson Dima in het verkorten van de doorlooptijd is Weiss. Dat levert de draaitafels en XYZ-systemen, incluis vision- en pick & place-apparatuur. ‘Bij de start van een project’, schetst Fried Cuijten, ‘praten we alles grondig door, zodat zij precies op de hoogte zijn van de planning en de gevraagde nauwkeurigheid. Met die informatie maken zij dan hun software klantspecifiek. Zodat bijvoorbeeld hun visionsysteem voor het positioneren of controleren helemaal is ingeregeld op het product van onze klant. Gedurende het gehele project is Weiss in feite een verlengstuk van onze eigen organisatie.’ www.weiss.nl

november 2017

23


91 BEDRIJVEN HALEN TWEEDE RONDE DISCA’17

VEEL HOGE RAPPORTCIJFERS, MAAR OOK FLINK WAT ONVOLDOENDES Ruim negentig bedrijven – uitbesteders en toeleveranciers – hebben de tweede ronde van de Dutch Industrial Suppliers & Customer Awards 2017 (DISCA’17) gehaald. Inmiddels hebben de nominerende toeleveranciers of klanten hen de maat genomen. Er zijn heel veel hoge rapportcijfers uitgedeeld, maar ook een flink aantal onvoldoendes. De bedrijven met het beste rapport gaan door naar de finale. De uitslag volgt tijdens het DISCA-event op 23 november. Daaraan voorafgaand weer een spetterende talkshow onder leiding van Arjan van Weele en Maarten Steinbuch. DOOR MARTIN VAN ZAALEN

WEDEROM IN DE RACE n de eerste ronde van de DISCA’17 zijn in totaal 260 toeleveranciers genomineerd, in twee categorieën: 119 voor de Best Knowledge Supplier Award en 141 voor de Best Logistics Supplier Award. Daaronder negentien bedrijven die in beide categorieën genomineerd werden. Daarnaast werden dit jaar in totaal 243 klanten voor de Best Customer Award genomineerd.

I

24

november 2017

Van deze meer dan vijfhonderd genomineerde ondernemingen zijn alle bedrijven die door twee of meer uitbesteders dan wel toeleveranciers zijn genomineerd, doorgegaan naar de tweede ronde. Dat is het geval voor 20 ondernemingen in de categorie best knowledge supplier, 25 best logistics supplier-bedrijven en maar liefst 46 best customers. Daaronder twee van de winnaars van vorig

jaar. IHI Hauzer Techno Coating ligt wederom op koers voor de Best Customer Award. Meilink Industriële Verpakkingen is ook weer kanshebber, opmerkelijk genoeg echter niet op de Best Logistics Supplier Award, maar op de Best Knowledge Supplier Award. Het toont aan dat Meilink’s ambities vaste voet aan de grond krijgen: ‘Waar wij bij klanten op een hoog abstractieniveau in een vroegtijdig stadium mogen meekijken bij engineering, kunnen wij substantiële besparingen realiseren’, vertelde algemeen directeur Peter Rikken daarover eerder dit jaar in Link. ‘Elke klant is anders, maar overal kunnen wij doorlooptijden verkorten en verspillingen uit processen halen als het om verpakken in brede zin gaat.’

DE MAAT GENOMEN In die tweede ronde wordt de genomineerden de maat genomen. Voor elke DISCA-categorie is een apart instrument ontwikkeld (door Link Magazine in samenwerking met Berenschot, DBSC Consulting en Brainport Industries). Met het


Dutch Industrial Suppliers and Customer Awards 2017

klant te hebben en in hoeverre ze daarin zichzelf waar mogelijk verbeterd hebben. En met het best-customer-instrument waarderen toeleveranciers hun klanten op zaken als ‘behandelt ons als gelijkwaardig’, ‘deelt opbrengsten en risico’s op eerlijke wijze met ons’ en ‘geeft ons de ruimte ons specialisme toe te passen’. Een analyse van de scores in de tweede ronde leert dat er gemiddeld behoorlijk hoge rapportcijfers worden gegeven, cijfers waarmee een doorsneeleerling op school dolblij zou zijn. Waarbij aangetekend dat het hier steeds voorkeursleveranciers en -klanten betreft. Het ligt voor de hand dat de gemiddelde ketenpartner (veel) lager wordt gewaardeerd.

RUIMTE VOOR VERBETERING Locatie van het DISCA-event, net als vorig jaar, is Boerderij Mereveld in Utrecht. Foto: Sam Rentmeester

best-knowledge-instrument waarderen klanten hun kennistoeleveranciers, die met eigen r&d (incluis engineering) in Nederland uitblinken in het toevoegen van waarde aan het eindproduct van de klant. Ze worden beoordeeld op onder meer de kwaliteit van hun product- en productietechnologie, de mate waarin ze die technologieën

verder hebben verbeterd en hoe proactief ze daarin acteerden. Met het best-logistics-instrument leggen klanten hun logistieke leveranciers langs de meetlat. Die worden beoordeeld op de mate waarin ze er (proactief) in slagen de gevraagde component op tijd, in de juiste hoeveelheid, van de juiste kwaliteit en tegen de on target prijs bij de

In de categorie best logistics supplier wordt het best gescoord op ‘het leveren van de juiste hoeveelheid’, met een rapportcijfer van gemiddeld 8,9. De laagste scores vallen voor ‘doorlooptijd’, maar zitten daar toch niet ver onder: gemiddeld 8,6. Het gemiddelde voor de scores op alle vier aspecten komt uit op 8,7. Al deze cijfers staan voor een verbetering van de prestaties op de gemeten aspecten ten opzichte van vorig jaar van tussen de tien en vijftien procent. Voor pro-

FOLLOW OUR LEAD. Als system supplier en EMS specialist ontwikkelt, industrialiseert en produceert Variass elektronische en mechatronische hightech oplossingen voor haar klanten. Variass draagt bij aan producten die er in onze wereld écht toe doen. Voor de markt van morgen, op het gebied van Defensie & Security, Medisch en Industrie. +31 (0) 598 61 94 75 | contact@variass.nl | www.variass.nl

november 2017

25


INTERNATIONALE TOPONDERNEMERS OVER ‘PRODUCEREN ÉN PIONIEREN’ Vier industriële topondernemers zullen voor een interview op het scherp van de snede aanschuiven tijdens de talkshow van DISCA’17. Onder hen Rudie Campagne, de Nederlandse president van het Italiaanse topfietsbandenmerk Vittoria, en Hans Streng, directeur van Luxexcel, dat zich ontwikkeld heeft van lenzenproducent naar machinebouwer. Voorts worden geïnterviewd Fried Cuijten, general manager van Nordson Dima, dat ‘hot bar’systemen levert aan onder meer de semicon (zie elders in deze Eric Bongers is een van de gasten in de talkshow van DISCA’17. Foto: Bart van Overbeeke uitgave) en Eric Bongers, ceo van Cerebel Group en partner bij Bongers & Arts. De interviews worden – wederom – van) de huidige succesvolle business. Een grote uitdaafgenomen door de altijd assertieve, scherp doorging voor ondernemers, alleen al omdat voor exploratie vragende talkshowhosts Arjan van Weele (NEVIheel andere mensen nodig zijn dan voor exploitatie. hoogleraar aan de TU Eindhoven) en zijn collega Aansluitend de uitreiking van de awards voor best knowMaarten Steinbuch (hoogleraar in onder meer robotica ledge supplier, best logistics supplier en best customer. en automotive, ook aan de TU/e). Link Magazine organiseert het evenement in samenGespreksthema is ‘Produceren én pionieren onder één werking met ING en Isah, op donderdag 23 november dak’. Meer dan ooit is van levensbelang voor een onder- 2017 vanaf 15.00 uur in Boerderij Mereveld te Utrecht. neming nieuwe markten en toepassingen te verkennen en innovaties tijdig in de markt te zetten. Maar dat mag www.linkmagazine.nl (informatie) geen moment ten koste gaan van (het optimaliseren disca@linkmagazine.nl (inschrijving)

Proud to be nominated

activiteit op alle vier aspecten wordt gemiddeld 8,2 gescoord, wat staat voor ‘proactief ’, niets minder maar ook niets meer. Relatief het laagst is de score op proactief handelen om de doorlooptijd verder te verbeteren: gemiddeld 8,0 en het hoogst wat dat betreft op ‘de juiste hoeveelheid’, namelijk 8,3. In de categorie best knowledge supplier wordt met een gemiddeld cijfer van 9,1 het best gescoord op ‘leverbetrouwbaarheid’, wat inhoudt dat de prestaties op dit punt het afgelopen jaar met bijna vijftien procent zijn verbeterd. Het minst – 7,3 – was de score op ‘materiaaltechnologie’, wat betekent dat op ‘hoofdfuncties’ verbeteringen zijn doorgevoerd, maar er geen nieuwe zijn ontwikkeld. De scores voor proactiviteit laten een wat andere verdeling zien: overall wordt er een 8,4 voor gegeven. Het hoogst wordt gescoord – 8,7 – voor het proactief verbeteren van zowel de ‘producttechnologie’ als de ‘leverbetrouwbaarheid’. Het laagst voor het proactief verbeteren van de ‘materiaaltechnologie’: 7,6. Al zijn er dus nuanceverschillen zichtbaar, al deze cijfers staan voor ‘proactief ’, niet voor de hoogste kwalificatie ‘zeer proactief ’. Er is dus ruimte voor verbetering.

NIET DELEN De scores in de categorie best customer zijn afkomstig van uiteenlopende typen leveranciers, van suppliers die alleen standaardartikelen leveren tot partijen die voor de klant ontwikkelen en klantspecifiek produceren. Tussen de scores door

Festo BV 015 2518890 www.festo.nl

26

november 2017


de diverse typen leveranciers zitten geen significante verschillen. Uit de scores kan worden geconcludeerd dat het beeld ten opzichte van voorgaande jaren niet veel veranderd is. Nog steeds ontvangen uitbesteders het laagste rapportcijfer – gemiddeld een 6,1! – voor de criteria ‘deelt opbrengsten en risico’s op eerlijke wijze met ons’, ‘geeft ons de mogelijkheid samen opge-

het ontwerpen en construeren van reuzenraden, als de New York Wheel en de Ain Dubai Wheel (210 meter hoog). Hij had voor de proactiviteit van logistics suppliers die hij heeft genomineerd en gescoord de nodige tienen over. ‘Dat zijn leveranciers die goed meedenken en meezoeken naar de juiste oplossing. Daarvoor gaan ze niet zitten wachten tot jij met je vraag komt, maar zijn ze je

Dutch Industrial Suppliers and Customer Awards 2017

timent. Welke wij voor welke toepassing nodig hebben, luistert heel nauw. Dat bedrijf heeft de specialisten in huis die ons steeds de juiste adviseren. Daar is heel veel kennis van zaken voor nodig.’

BENCHMARKEN

‘De DISCA is een uitstekende manier om de kwaliteit van de Nederlandse industrie zichtbaar te maken’

bouwde ip voor andere klant te hergebruiken’ en ‘betrekt ons tijdig bij de ontwikkeling’. Desalniettemin worden de relaties met de toeleveranciers wel zeer serieus genomen. Immers, de hoogste scores zijn voor ‘ziet ons als een strategische toeleverancier waarmee een langdurige samenwerking is aangegaan’ en ‘betaalt altijd op tijd het afgesproken bedrag’, respectievelijk 8,5 en 8,6.

‘PROACTIVITEIT HEEL BELANGRIJK’ Jacco Bokkens is electrical & controls expert van Starneth, een ingenieursbureau gespecialiseerd in

voor. Heel belangrijk voor het succes van de megaprojecten waar wij aan werken.’ Op het punt ‘doorlooptijd’ geeft hij de ene toeleverancier een wat lager cijfer – 8 – dan de andere. ‘De ene levert vrijwel altijd reeds de volgende dag aan; de ander kan er wel eens twee weken voor nodig hebben. Vandaar’, verklaart hij het verschil. Daarnaast heeft Bokkens nog een leverancier van standaardelektronicacomponenten genomineerd in de categorie best knowledge supplier: ‘Nee, dat is geen vergissing. Die distributeur heeft bijvoorbeeld wel 300 bliksembeveiligingen in zijn assor-

Miel Ramselaar, director supply chain & operations van Kulicke & Soffa, heeft in de categorie best knowledge een toeleverancier een relatief lage score gegeven voor ‘doorlooptijd’. ‘Een 7, ja. Maar dat betrof een ontwikkelproject. Daarvan hebben ze de target niet helemaal gehaald, vandaar dat cijfer. Maar, deze toeleverancier kennende: had ik een serie losse onderdelen besteld, dan waren die zeker op tijd geweest’, zo is zijn overtuiging. Een ander bedrijf in de logistics-categorie heeft hij hoge cijfers gegeven voor ‘juiste hoeveelheid’, ‘leverbetrouwbaarheid’ en ‘doorlooptijd’, maar een betrekkelijk lage voor ‘kostprijs’. ‘Ik moest van hen een groot aantal freesdelen heel snel hebben. Die hebben ze netjes op tijd geleverd, vandaar die 9. Maar later ben ik toch even gaan benchmarken en toen bleek het elders goedkoper te kunnen. Daarom een 7 voor de prijs.’ LEES VERDER OP PAGINA 28

On time On budget To specification In co-creation From start to finish

Make complex easy

O ur c u s t o m e r s a n d b u s in e s s p a r t n e r s c h o o s e t o d o b u s in e s s w i t h u s , b e c a u s e w e e n a b l e t h e m t o f o c u s o n t h e ir c o r e a c t i v i t i e s , w hil e w e h e l p t h e m d e ve l o p a n d o p t i m iz e t h e ir m a n u f a c t u r i n g p r o c e s s e s a n d p r o d u c t s . M a s é vo n G r o u p

www www.masevongroup.com .masevongroup.com

lives high te chnology and qualit y. Ever y day.

november 2017

27


fed voor het criterium ‘behandelt ons als strategisch’. ‘De klant geeft aan over sterke partners te willen beschikken en geeft duidelijk aan wat hij samen met ons wil bereiken’, licht Da Graca deze score toe.

BEGELEIDEND COMMENTAAR Met hun scores sturen bedrijven dikwijls begeleidend commentaar mee. Een enkeling meldt een partij niet te hebben John Blankendaal van Brainport Industries (links) en Henk Volberda (Erasmus Universiteit Rotterdam) zijn de juryvoorzitters. Foto's: Sam Rentmeester, Jan van der Ploeg genomineerd ‘omdat die al eerder gewonnen heeft’, wat natuurlijk absoluut geen eerder aan te schuiven’, legt accountmanager VERVOLG VAN PAGINA 27 argument is! Sommige uitbesteders lijken zich te Allan da Graca de gang van zaken uit. Voor het verontschuldigen omdat ze toeleveranciers een delen van risico en opbrengsten geeft Confed EEN 2 EN EEN 8 keertje niet nomineren. ‘Ik schuif alleen die zelfs slechts een 1. ‘Wij worden wel gevraagd om De cijfers die Confed geeft aan zijn ‘best custobedrijven naar voren waarmee ik het afgelopen openboek-calculaties te verstrekken. Echter, de mers’ lopen sterk uiteen. Zo wordt er een 2 gegejaar zaken heb gedaan. Dat maakt het nomineren klant deelt zijn calculaties voor het eindproduct ven voor ‘betrekt ons tijdig bij de ontwikkeling’. wel wat afhankelijk van het toeval. Bedrijven die niet met ons. Het samen met de klant komen tot ‘Wij maken voor onze klant op build-to-printeerder goed werk leverden maar die ik het afgekostenreducties vraagt ook het delen van inzicht basis cable harnesses. De klant van de klant is lopen jaar niet heb ingehuurd, vallen nu buiten in marges.’ Juist een hoog cijfer, een 8, geeft Coneigenaar van het ontwerp. Dat maakt het lastig

! m a a n e g n aa itsme is sinds het begin van dit jaar de nieuwe naam voor ES Elektro en Hoogland-Mennens, vertrouwde namen voor industrieel advies en distributie. Elektrotechnische en mechanische oplossingen lopen steeds meer in elkaar over of worden geïntegreerd, niet alleen op het gebied van techniek, maar ook in de logistiek. Vandaar onze naam itsme: Industrial Technology and Supply for Mechanical and Electrical. Bij ons is het geheel meer dan de som der delen. Daarom stellen we ons graag opnieuw aan u voor onder het motto: itsme aangenaam! itsme, aangenaam voorradig Industrial Supply for Mechanical and Electrical betekent natuurlijk dat we u één order, één levering en één factuur bieden voor elektrotechnische en mechanische componenten en systemen. Maar we bieden meer. We sluiten uw behoefte aan op onze logistieke competentie: Connected Business. Dat doen we met een scala aan mogelijkheden die we toespitsen op uw situatie, gebaseerd op uitgebreide management rapportages. Wij sourcen producten en begeleiden uw onderhoud en projecten met onze logistiek. We kunnen compleet leveren, op vaste afleverdagen en hebben een 24-uurs dienst. Onze lean-specialisten realiseren efficiënte pull-processen voor u, ondersteund door slimme Vendor Managed Inventory systemen en handige kitting. Zo zorgen we voor lagere kosten en hogere opbrengsten, specifiek voor uw proces. Sluit u zich ook aan? itsme | Making You Succeed! Nederland België Duitsland Roemenië Spanje

28

november 2017

itsme Breemes Schultz+Erbse ES Elektro Romania Elektres

www.nl.itsme.eu www.breemes.be www.schultzerbse.de www.eselektro.com www.elektres.es

www.nl.itsme.eu


de boot’, aldus een operationsmanager. Bezwaard hoeft hij zich echter niet te voelen, daar de betreffende toeleveranciers dit keer de handen vrij hebben gehad zich voor andere klanten te onderscheiden, zodat die hen konden nomineren. En met regelmaat wordt waardering uitgesproken voor het initiatief van de DISCA: ‘Een uitstekende manier om de kwaliteit van de Nederlandse industrie zichtbaar te maken.’

HET VERVOLG

discussie worden van een jury. De drie jury’s bestaan uit de bedrijven die de finalisten hebben genomineerd. De twee suppliers-jury’s staan onder leiding van Henk Volberda, hoogleraar strategisch management in Rotterdam, de customer-jury heeft als voorzitter John Blankendaal, directeur Brainport Industries. Deze jury’s bepalen de top-twee. De aanwezigen bij de prijsuitreiking op 23 november in Boerderij Mereveld te Utrecht beslissen ter plaatse, met hun smartphone, over de winnaar en de runner-up.

Dutch Industrial Suppliers and Customer Awards 2017

Bijwonen van de DISCA-talkshow en -prijsuitreiking? Aanmelden kan tot 14 november. disca@linkmagazine.nl www.linkmagazine.nl

De per categorie vijf bestscorende genomineerden gaan naar de finale, waar ze onderwerp van

WINNAARS, RUNNERS-UP EN FINALISTEN 2002-2016 De DISCA-awards hebben in de loop der jaren verschillende definities en namen gehad, veranderingen die werden doorgevoerd naar aanleiding van feedback uit het veld, met de inzet om de verschillende categorieën zo herkenbaar mogelijk te maken voor nominerende managers. Hieronder de lijst van alle winnaars en finalisten/runners-up van de vijftien edities en de categorie waarin zij wonnen of de finale behaalden. Zie de tabel voor verklaring van de afkortingen.

2016

2012

BKA • Winnaar: Trios • Overige finalisten: Timmerije (runner-up), AAE, KMWE, Eriks BLA • Winnaar: Meilink • Overige finalisten: Vedos (runner-up), Munsters Metaal Helmond, IFM Electronic, MCB BCA • Winnaar: IHI Hauzer • Overige finalisten: Additive Industries (runner-up), Nedap, Repak, Bronkhorst High-Tech

BKA • Winnaar: VDL ETG (BKA) BLA • Winnaar: Labo (BLA) AA • Winnaar: Prodrive Overige finalisten: MTA, Cortexon, Festo, Farnell, Fabory, Jeveka, Staalmarkt 2011 BKA • Winnaar: Prodrive BLA • Winnaar: SMC BCA • Winnaar: WP Haton Overige finalisten: Festo, VDL ETG, KMWE, VHE, Biesheuvel, EBV, Elcee, Kusters & Bosch

Jac van Sprang, de toenmalige managing director van de Frencken Group, mocht begin 2002 de allereerste Best Industrial Supplier Award van Link Magazine in ontvangst nemen. Foto: Maarten Hartman

2015 BKA • Winnaar: DEMCON • Overige finalisten: AME (runner-up), Trios, tbp, B&R BLA • Winnaar: Mevo • Overige finalisten: EBV (runner-up), Nossin, MCB, LM Systems BCA • Winnaar: Additive Industries • Overige finalisten: Dorel (runner-up), Eaton, Niverplast, Heineken

2014 BKA • Winnaar: Prodrive • Overige finalisten: Timmerije, Van Berlo, Cortexon, VDL ETG BLA • Winnaar: BUS’ Handelmij • Overige finalisten: EBV, NTS Finish, Jeveka, SMC BCA • Winnaar: ASML 2013 BKA • Winnaar: Sioux Embedded Systems • Overige finalisten: NTS Systems Development, Prodrive, Tumakon, VDL ETG BLA • Winnaar: EBV • Overige finalisten: Festo, itsme ES Elektro, Jeveka, KMWE, Kusters & Bosch BCA • Winnaar: VMI

2010 BPA • Winnaar: KVE Fiberworx BCSA • Winnaar: Masévon AA • Winnaar: Frencken Europe Overige finalisten: MTA, Ehrbecker Schiefelbusch, EBV, SMC, SEW, Tecnovia, Festo 2009 BPA • Winnaar: De Koningh BCSA • Winnaar: Nossin AA • Winnaar: Festo Overige finalisten: Rockwell, NTS Mechatronics, Technolution, Rols, Eriks, Mevo, Fabory 2008 BSA • Winnaar: Cortexon BVA • Winnaar: Vector AA • Winnaar: Festo Overige finalisten: Nossin, Melamo, Van den Berg Kunststoffen, Vedos, Avnet Silica en Time, EBV, Texim 2007 BSA • Winnaar: CCM BVA • Winnaar: Ehrbecker Schiefelbusch AA • Winnaar: Variass Overige finalisten: Vedos, VDL IM, GTA, EBV, Texim, Avnet Silica, Schaeffler

VERKLARING AFKORTINGEN DISCA-AWARDS 2002-2016 BKA - Best Knowledge Award BLA - Best Logistics Award BCA - Best Customer Award AA - Achievement Award BPA - Best Product Supplier Award BCSA - Best Cost Supplier Award

BSA - Best System, Process & Parts Supplier Award BVA - Best Value Added Reseller Award B1A - Best First Tier Supplier Award B2A - Best Second Tier Supplier Award BISA - Best Industrial Supplier Award

2006 B1A • Winnaar: Kasteel B2A • Winnaar: Festo AA • Winnaar: NTS-Group Overige finalisten: Contour, Frencken, Van der Meerakker, Connect Systems, Tyco AMP, Van den Berg Kunststoffen, Vedos

2004 B1A • Winnaar: Nijdra B2A • Winnaar: EBV AA • Winnaar: Frencken Overige finalisten: Nebato, Pemstar, Technolution, Brinks Metaalbewerking, Eurodis Texim, Ecomal

2005 B1A • Winnaar: Norma B2A • Winnaar: Schaeffler AA • Winnaar: Frencken Overige finalisten: AAE, Nijdra, Prodrive, Vacutech, Connect Systems, EBV, Farnell, Variass

2003 B1A • Winnaar: Sioux Technische Software B2A • Winnaar: Reurings Precisie Plaatwerk Overige finalisten: KMWE, Refitech, Stork IM, Chess ET, Variass, Albema-Robema, Halin, Jonkman Coating, Witec 2002 BISA • Winnaar: Frencken

november 2017

29


foto:TU-Delft/Bart van Overbeeke

Any challenge, any time.

Weerbericht in Australië: drie keer duurzaam zonnig! Duurzaam werken zit in ons DNA

Tteam Delft

Team Twente

Als Meilink iets doet, dan doen we het goed. Dus sponsor sponsoren en we niet één off twéé, maar alle dríe de Nederlandse Solar Teams o Teams die in oktober meestrijden in de W World orld Solar Challenge in Australië. Deze tweejaarlijkse wedstrijd voor auto auto’s ’s die rijden op zonne-ener zonne-energie, gie, voer voertt de technische studententeams van T Twente, wente, Delf Delftt én Eindhoven dwar dwarss or ‘‘down down under ’’.. En Meilink sponsort door sponsor t hen met hoogwaar hoogwaardige dige

Team Eindhoven transportverpakkingen transpor tverpakkingen die hun kwetsbar kwetsbare e zonneauto zonneauto’s ’s schadevrij van hier naar Australië brengen, brengen, en terug. Dus Meilink’s Meilink’s gedr gedroomde oomde weerbericht in Australië? Drie keer duurzaam duur zaam zonnig!

kijk op meilink.eu


Dutch Industrial Suppliers and Customer Awards 2017

DUTCH INDUSTRIAL SUPPLIERS & CUSTOMER AWARDS 2017, RONDE 2 BEST KNOWLEDGE SUPPLIER

• AAE • Demcon • Festo • Frencken Europe • Hemabo • KMWE • Masévon Technology • Mecal • Meilink Industriële Verpakkingen • MTA • Phoenix Contact • Prodrive Technologies • RB Safety Solutions • Rittal • Siemens Nederland • Sioux • STT Products • VDL ETG • VDL GL Precision • VHE Industrial Automation

BEST LOGISTICS SUPPLIER

Helmond Enschede Delft Eindhoven Hengelo (Ov) Eindhoven Hardenberg Enschede Borculo Helmond Zevenaar Son Barneveld Zevenaar Den Haag Eindhoven Tolbert Eindhoven Eindhoven Eindhoven

BEST CUSTOMER

BEST KNOWLEDGE SUPPLIERS

BEST LOGISTICS SUPPLIERS

• Arrow CE International • B&R Industriële Automatisering • Biesheuvel Groep • EBV Elektronik • Eriks • Fabory Nederland • Farnell Netherlands • Festo • itsme ES Elektro • Jeveka • Lasaulec • LM Systems • MCB Nederland • Metaalketen Hengelo • Munsters Metaal Helmond • NTS-Group • RS Components • Siemens Nederland • SMC Pneumatics • Solar Nederland • Technische Unie • TTI Inc. Benelux • Van Egmond Groep • Vedos Verspanende Techniek • Würth Elektronik

• AAE • AME • ASML • Aweta • AWL • Bronkhorst High-Tech • Dorel Juvenile Group Europe • Fokker Aerostructures • Frencken Europe • Fuji Seal Europe • Heineken Nederland • Heliox • Holmatro • IHI Hauzer Techno Coating • IMS • INNO Metaal & Assembly • Inventum • KMWE • Krohne Altometer • Kulicke & Soffa (Assembléon) • Lely Industries • Marel Stork Poultry Processing • Meyn Food Processing Technology • Moba • MTA • Nedap • Neways Electronics International • Niverplast • NTS-Group • Océ-Technologies • ORGA • PANalytical • Priva • Raith • Sanovo Technology Netherlands • tbp electronics • Tempress Systems • Terberg Group • Thales Nederland • Thermo Fisher Scientific • Vanderlande • VDL ETG • Vencomatic Group • VMI Holland • Voortman Steel Machinery • Zehnder Groep Nederland

Houten Breda Son Maarssenbroek Alkmaar Tilburg Utrecht Delft Raamsdonksveer Almere Heerenveen Veenendaal Valkenswaard Hengelo (Ov) Helmond Eindhoven Haarlem Den Haag Amsterdam Alkmaar Amstelveen Eindhoven Doetinchem Venlo Den Bosch

Helmond Eindhoven Veldhoven Nootdorp Harderwijk Ruurlo Helmond Papendrecht Eindhoven Deurne Amsterdam Best Raamsdonksveer Venlo Almelo Eindhoven Houten Eindhoven Dordrecht Eindhoven Maassluis Boxmeer Oostzaan Barneveld Helmond Groenlo Son Rijssen Eindhoven Venlo Schiedam Almelo De Lier Best Aalten Dirksland Vaassen IJsselstein Hengelo (Ov) Eindhoven Veghel Eindhoven Eersel Epe Rijssen Zwolle

De winnaars, runners-up, overige finalisten en juryvoorzitters van 2016. Foto: Sam Rentmeester

november 2017

31


INNOVATIE

RONDETAFEL LINK EN BOM OVER PRINTED ELECTRONICS: DOORBRAAK OP HANDEN

‘JA, PE GAAT VLIEGEN’ Het drukken van elektronica op flexibele ondergrond biedt nieuwe toepassingsmogelijkheden in bijvoorbeeld gezondheidszorg, lifestyle en logistiek – en daarbovenop nieuwe kansen voor machinebouwers. Over Printed Electronics (PE) organiseerden Link Magazine en de Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM) in Drunen een rondetafeldiscussie met onderzoekers, ontwerpers en ondernemers. Volgens hen zijn de voorwaarden vervuld voor een doorbraak, met een voortrekkersrol van Nederland.

• ‘Nu zijn er unieke applicaties die alleen met PE mogelijk zijn; dat geeft vertrouwen.’ • ‘Voor bijna ieder idee is een markt te vinden.’ • ‘Veel ontwerpers zijn nog niet bekend met wat er technisch allemaal kan.’ • ‘Dat grote bedrijven inkten zijn gaan produceren, biedt zekerheid.’

door middel van nanotechnologie, magnifieke nieuwe (inkt)materialen ontwikkeld. Het heeft ook lang geduurd voor men betrouwbare equipment kon maken. Printers moesten worden aangepast en de hele value chain moest er klaar voor zijn. In de valley of death heeft men de eerste nicheproducten ontwikkeld met hoge marges. Nu zijn er unieke applicaties die alleen met PE mogelijk zijn en dat geeft vertrouwen.’ Aan tafel in Drunen onderzoekers, ontwerpers, ondernemers en ontwikkelaars. Foto’s: Bart van Overbeeke

DOOR HANS VAN EERDEN

E

rik Teunissen, senior managing consultant van Berenschot, zit de rondetafel voor. Hij heeft ervaring met ecosystemen bouwen rond opkomende technologieën, zoals

fotonica. ‘Wordt het wat met PE?’, wil hij weten. Ton van Mol, managing director van Holst Centre, verklaart de lange aanloop uit de materiaalontwikkeling. ‘De materialen moeten klaar zijn voor het printen. Onderschat de ontwikkelkosten daarvan niet. Met bloed, zweet en tranen zijn er,

ECOSYSTEEM VOOR PRINTED ELECTRONICS BOUWEN Elektronica drukken op een flexibele ondergrond draagt grote beloften in zich. De dunne, buigbare uitvoering van printed electronics (PE) biedt veel vormvrijheid tegen lage kosten, wat zorgt voor nieuwe toepassingsmogelijkheden, variërend van gezondheidszorg (pleistersensoren) en lifestyle (personal electronics) tot retail en logistiek (rfid-tags). In Zuid-Nederland is het Holst Centre, het gezamenlijke onderzoekscentrum van TNO en het Belgische Imec, daarin een leidende speler. Daaromheen moet een ecosysteem ontstaan met ontwikkelaars, producenten en toepassers van PE. Dat beoogt het project Printed Electronics in het Europese programma OPZuid. ‘Het is zaak de technologische

32

november 2017

voorsprong te benutten om nieuwe ideeën en producten naar de markt te brengen en Zuid-Nederland te positioneren als dominante regio in deze nieuwe industrie’, aldus de initiatiefnemers. Namens de BOM coördineert Peter Visser, programmamanager High Tech, het project: ‘Belangrijke doelen zijn kennis van Holst naar het mkb te brengen, de ontwikkeling te versnellen en partijen elkaar makkelijk te laten vinden.’ De PE-keten werkt samen met overheden aan demonstratieprojecten en een ‘fieldlab-infrastructuur met openinnovatiekarakter’. www.hybridprintedelectronics.com

HINKSTAPSPRONG Een belangrijke succesfactor is dat groten als DuPont, Henkel en Agfa zich op de ontwikkeling van inkten voor PE hebben gestort, zegt Hans van de Mortel. ‘Zij snappen dat er toekomst in zit en steken er miljoenen in.’ Bij Philips CFT werkte de eigenaar van Metafas in Asten al aan wearable electronics, nu legt hij zich toe op ontwikkeling en productie van front- en bedieningspanelen en PE; producten zijn onder meer membraanschakelaars, touchscreens en intelligente verpakkingen (smart blisters) voor medicijnen. Hij beschrijft de marktontwikkeling voor PE als een hinkstapsprong. ‘De hink begint bij een Holst, dat 1-5 stuks van een nieuw product maakt; de volgende stap, voor 10-10.000 stuks, kan bij ons zijn en dan de sprong naar Azië, waar ze miljoenen stuks tegen een laag bedrag kunnen maken.’ Van de Mortel is blij met de samenwerking binnen Nederland. ‘Onlangs nog kwam een Duitse potentiële klant via Holst bij ons terecht. We hebben mooie projecten gedaan voor Holst en een ontwerpbureau als VanBerlo. Kleine bedrijven komen al bij ons met opdrachten voor PE en hybride elektronica. Ja, PE gaat ‘vliegen’, vanwege de flexibiliteit en vormvrijheid van producten.’


Wordt het wat met PE’, wil Erik Teunissen (Berenschot) weten. Rechts Coen Claassen (VanBerlo).

AUTOMOTIVE, MEDISCH, IOT Coen Claassen, senior designer bij VanBerlo in Eindhoven, vult aan dat steeds meer producten niet in isolatie zijn te zien. ‘Ze zijn deel van een groter systeem, steeds vaker verbonden met de cloud en zo van intelligentie voorzien. Deze digitale transformatie is zichtbaar in alle sectoren. Op de CES (consumentenelektronicabeurs in Las Vegas, red.) heb ik een aantal PE-innovaties gezien. Niet alle producten lossen wereldproblemen op, maar ik zag dat voor bijna ieder idee een markt te vinden is. Helaas hebben wij nog weinig

‘Het zou mooi zijn als een ASML ermee aan de slag gaat’

projecten waarin we PE toepassen. De verpakkingsindustrie bijvoorbeeld doet er nog weinig mee. Bij actieve elektronica is het probleem dat er een spanningsbron mee moet in het product. Dat kan bijvoorbeeld wel in de automotive, volgens Van Mol een van de drivers achter PE. ‘Die sector wil af van al die verschrikkelijke pcb’s (de harde, onbuigzame en volumineuze printkaarten, red.) en de kilometers draad om alles te verbinden. Men wil alle elektronica integreren in het plastic van bijvoorbeeld een dashboard vanwege design en gewichtsbesparing.’ Een andere driver is de medische markt, waar PE wordt toegepast in monitoringproducten; PEproducten zijn licht en kunnen zich in hun vorm aan het menselijk lichaam aanpassen. ‘De medische wereld is conservatief ’, weet Van de Mortel, ‘maar bijvoorbeeld het Máxima Medisch Centrum laat mensen bijscholen zodat zij de toepassingen van en met PE begrijpen. Een mooi product is de Bambi-belt (een jasje met PE-

Mol. ‘Vijf jaar geleden had je niet kunnen verzinelektroden ter vervanging nen dat die communiceert met een slimme inlegvan de elektroden die op het zool (zie kader over start-up ATO-gear, red.).’ tere huidje van een te vroeg geboren baby worden geplakt, red.).’ Van Mol PE-PRINTERS BOUWEN noemt het internet of things Minstens zo interessant in Brainport is het per(IoT) als derde drijvende spectief voor de PE-printerbouw. De Eindhovenkracht. Bij wijze van sprese vestiging van het Zwitserse Meyer Burger, ken kunnen PE-stickers met voortgekomen uit OTB (in 2010 overgenomen IoT-sensor ‘overal’ worden door Roth & Rau) is actief in de bouw van proopgeplakt. ‘Voor ons is het ductiemachines voor zonnecellen en industriële één grote speeltuin. PE is inkjetprinters. Die laatste worden nu onder de een platform voor het mulnaam PiXDRO in de markt gezet; de ontwikketilaags printen van elektroling startte een kleine tien jaar geleden. Joost nica op folie, dat in iedere markt aan andere eisen kan voldoen voor andere LEES VERDER OP PAGINA 35 toepassingen.’ In de gaming bijvoorbeeld, vult Peter Visser van de BOM aan, met allerlei in PE uitgevoerde sensoren die gevoelig zijn voor beweging, versnelling, druk, enzovoort. De mogelijkheden zijn eindeloos, maar veel ontwerpers zijn nog niet bekend met wat er technisch allemaal kan, weet Visser. ‘Marina Toeters (zie kader, red.) kent de mogelijkheden voor textiel. We hebben meer van dat soort mensen nodig.’ De smartphone is nog maar Hans van de Mortel (Metafas): ‘Ja, PE gaat ‘vliegen’, vanwege de flexibiliteit en vormvrijheid van producten.’ tien jaar oud, reageert Van

MOGELIJKHEDEN MET MODE Tech fashion designer Marina Toeters onderzoekt de mogelijkheden van PE of led voor toepassingen in mode; denk ook aan het verwerken van verwarmings- en verlichtingsdraden in textiel. Met haar onderneming by-wire.net adviseert ze bedrijven als Philips Research, European Space Agency en Van Puijenbroek Textiel over productontwikkeling. Ook geeft ze les aan hogescholen en maakt ze aan de TU Eindhoven innovatieve ontwerpen. ‘Waarom verandert in de wereld eigenlijk alles behalve kleding’, vroeg Toeters zich af. ‘Tegelijkertijd is de mode supervluchtig. Als ik zie hoe lang mensen in de techniek soms bezig zijn met een ontwikkeling, dat inspireert mij.’ De catwalk interesseert haar niet; ze mikt op alledaagse kleding waarin wearable technology is verwerkt. Sensoren/actuatoren die een trilsignaal kunnen afgeven, feedbacksystemen die de drager van de kleding terugkoppeling geven over stemming of houding. ‘Sensoren die afhankelijk van de gemeten alertheid een zachte massage of juist een activering geven.’ Toeters zou het toejuichen als er in de regio een ‘flex factory’ voor PE-producten komt. Ze maakt de vergelijking met 3D-printen. Door de opkomst van goedkope printers nam de techniek bij consumenten een vlucht en ontstond er een doe-hetzelf-cultuur. ‘Kan dat bij PE ook gebeuren?’ www.by-wire.net

Lichtgevend ontwerp van Marina Toeters met leds die verbonden zijn met de ‘smart fabric interconnect technology’ van Imec en Holst Centre. Foto: Verse Beeldwaren

november 2017

33


MAAK PRODUCTIE EN PLANNING

FUTURE-PROOF (ERP) Software

Cloudoplossingen

Branchekennis

Innovatieve ICT oplossingen op basis van Microsoft Dynamics AX:

HOOFDKANTOOR

KANTOOR DEVENTER

CONTACTGEGEVENS

Noorderpoort 21

Zutphenseweg 29 d3

+31 (0)88 - 424 28 28

5916 PJ Venlo

7418 AH Deventer

info@pulse.nl

www.pulse.nl


VERVOLG VAN PAGINA 33

Valeton, productmanager PiXDRO: ‘We verkochten eerst r&d-machines, nu zijn we begonnen met high-volume productiemachines. De eerste productielijnen voor het printen van zilverinkt zijn naar een Europese klant gegaan. Het gros van onze klanten zit in Europa en de VS, maar we verschepen ook machines naar China.’ Het printen van zilverinkten luistert nauw. De inkt moet goed te printen zijn en snel drogen. De printkoppen mogen geen druppel missen, anders gaat de geleidende werking van het geprinte spoor verloren. ‘Een DuPont en ook Agfa zagen PE lange tijd niet zitten. Een kip-en-ei-situatie: klanten kijken naar ons voor het hele printproces, terwijl wij alleen de tool leveren. Dat die grote bedrijven inkten zijn gaan produceren, biedt zekerheid. Het garandeert onze klanten dat ze volgend jaar nog dezelfde kwaliteit inkt krijgen.’ Niet dat het nu makkelijk is, benadrukt Valeton. ‘Investeerders willen weten wanneer ze gaan terugverdienen, maar dat hebben wij ze nooit kunnen vertellen. Daardoor

blijft PE voor hen vaag.’ Ook zitten bedrijven intern niet altijd op één lijn. ‘Ik heb meegemaakt dat de r&d-man wel wilde investeren in een printer, maar dat de productieman de risico’s te hoog vond en bang was dat hij zijn productietargets met die nieuwe technologie niet zou halen.’

NACHTMERRIESCENARIO

Wanneer komt dan de echte doorbraak, vraagt een ongeduldige Teunissen. De voorwaarden zijn aanwezig, Joost Valeton (PiXDRO): ‘Investeerders willen weten wanneer ze gaan terugverdienen, luidt de consensus aan tafel. maar dat hebben wij ze nooit kunnen vertellen.’ Links Andrew Statham (ATO-gear). Met het OPZuid-project (zie kader) is een infraver moet er wel achter zitten, zegt Van Mol. structuur gecreëerd en TNO/Holst kunnen het ‘China heeft 100 miljard dollar gestoken in solarmkb over de drempel trekken, zowel technolotechnologie, maar zoiets wil Europa niet. In PE gisch als financieel. Met sterktes in onderzoek, heeft China ook al een miljard geïnvesteerd, machinebouw, applicatieObama in de VS op de valreep nog 180 miljoen.’ ontwikkeling en design Voor Erik Teunissen is het een nachtmerrieheeft Nederland een comscenario dat PE naar China zou gaan, zoals de pleet ecosysteem in huis, solar (‘met drie kwart Nederlandse ECN-technomet een van de grotere prologie’). Van Mol ziet dat nog niet gebeuren. ‘Verductiebedrijven (Metafas) schil is dat solar een monotechnologie is, terwijl van Europa. India komt PE een platform is voor uiteenlopende applicashoppen in ons land, weet ties. Op medisch gebied bijvoorbeeld lopen Peter Visser, en Rusland Europa en VS nog wel even voor. De regio hier koopt hier ook al machines. moet wel haar krachten bundelen.’ Succesvolle Van de Mortel: ‘De partners applicaties, dat heeft Nederland nodig, zegt zijn er, laten projecten in Teunissen tot besluit. OPZuid zien. Het zou mooi zijn als een ASML ermee aan de slag gaat. Elders www.berenschot.nl steekt de overheid veel geld www.bom.nl in nieuwe technologie, hier www.holstcentre.com is de cd er gekomen omdat www.metafas.nl Philips een grote zak met www.pixdro.com Ton van Mol (Holst Centre): ‘De regio hier moet wel haar krachten bundelen.’ geld had.’ Die business driwww.vanberlo.nl Rechts Peter Visser (BOM).

INNOVATIE IN INLEGZOOL Andrew Statham studeerde natuurkunde in Engeland, promoveerde er in de biomechanica en ging in 2008 bij TNO aan personal electronics werken. In 2015 was hij medeoprichter van ATO-gear, dat draagbare elektronica voor sport, fitness en gezondheid ontwikkelt. Lancering van het eerste product is aanstaande: Arion, dat hardlopers laat zien hoe zij lopen en hoe zij kunnen verbeteren en blessures voorkomen. Een inlegzool gekoppeld aan een bluetooth-pod voor communicatie met een smartphone-app die de analyses maakt. Met acht PEsensoren die de interactie (druk) tussen voet en schoenzool meten. ‘Een robuuste, zweetbestendige, dunne en flexibele inlegzool met sensoren, vandaar de keuze voor PE. Dun om het natuurlijke gedrag van renner of patiënt – want bijvoorbeeld ook in revalidatie toepasbaar – niet te beïnvloeden. Wij bedienen eerst de niche van high-end running, omdat in die markt geld wordt uitgegeven, tot wel 500 euro, voor elektronica en gadgets zoals een smartwatch. We hebben ook al

markten als fietsen en skiën in het vizier.’ Productie vindt vooralsnog in Europa plaats. Voor kennis zit ATO-gear goed in Nederland, maar het financieringsklimaat is hier slecht, weet Statham. ‘Daar zijn we achttien maanden mee bezig geweest. We hebben medewerkers en partners aandelen gegeven om ze niet in cash te hoeven betalen, en aan crowdfunding gedaan. Inmiddels hebben we financiering gekregen via de BOM, dat ook buitenlandse investeerders heeft aangedragen. Nog achttien maanden en we hebben een positieve cashflow. Want we willen snel opschalen en dan geven we

Foto: ATO-gear

gedurende langere tijd geld vooral uit.’ Bij hardwareontwikkeling loopt het geld hard de deur uit... www.ato-gear.com

november 2017

35


MATLAB SPEAKS

MACHINE LEARNING With MATLAB you can use clustering, regression, classification, and deep learning to build predictive models and put them into production.

@2016 The MathWorks, Inc

mathworks.nl/machinelearning


BUSINESS DEVELOPMENT

INTERNET OF THINGS BLAAST 200 MM-TECHNOLOGIE NIEUW LEVEN IN

SEMICON BEREIDT ZICH VOOR OP ‘WEDEROPSTANDING’ Om het snelgroeiende internet of things (IoT) van chips te voorzien, wordt er momenteel in met name China veel capaciteit bijgebouwd. Omdat die chips relatief eenvoudig zijn, kan volstaan worden met de oudere productietechnologie. Die gaat de komende jaren nieuw gebouwd worden of bestaande machines ondergaan een upgrade. DOOR MARTIN VAN ZAALEN

aap Beijersbergen van Levitech, fabrikant van machines voor de solar en semicon, constateert dat er op dit moment alleen al in China ‘twaalf tot zestien’ productieplants voor wafers met een diameter van 200 millimeter in aanbouw zijn. Met die opschaling spelen bedrijven als SMIC, achter de vodden gezeten door de Chinese overheid, in op de snel stijgende vraag naar goedkopere chips. Veroorzaakt door de uitbouw van het internet of things: allerhande apparaten, van lampen tot koffiezetters, krijgen een chip om ze aan dat IoT te hangen. Daarnaast zorgt ook de automobielindustrie ervoor – door auto’s met steeds meer ic’s aan boord op de markt te brengen – dat de vraag naar relatief eenvoudige chips ras lijkt te gaan stijgen.

J

‘INTERESSANT GENOEG’ Daarvoor worden geen dure, met 300 mmtechnologie ingerichte high-end fabrieken opgebouwd, maar plants die vol gezet worden met nieuwe of geüpgrade oude 200 millimeter machines. ‘Het gaat hier’, weet Beijersbergen, ‘niet om heel grote plants. Denk aan 20.000 tot 40.000 wafer-starts per maand, veel minder dan in de fabrieken van Samsung of Intel, waar het niveau al gauw op 100.000 stuks per uur ligt. Maar evengoed interessant genoeg.’ Of zijn onderneming een paar graantjes van die 200 mm-markt kan meepikken, is nog even afwachten. ‘De laatste jaren hebben wij weinig gedaan in de Chinese semiconmarkt, dus wij moeten opnieuw op zoek naar een goede en betrouwbare agent. Ik ben dit voorjaar bijna elke maand in China geweest voor gesprekken met potentiële agenten en klanten, om te laten zien wat wij in huis hebben. Het staat dus hoog op mijn prioriteitenlijst.’ Een leverancier van ASML meldt dat hij recent in Veldhoven op bezoek is geweest om over de 200 mm-plannen van de chipproductiemachinebouwer te praten. Het gaat om het opnieuw in

Op dit

productie nemen van oude wafersteppers of om het upgraden – refurbishen – van bestaande 200 mm-machines. ‘Wij zouden daarvoor dan een nieuwe variant moeten leveren van het onderdeel dat we eerder geleverd hebben.’ Opvallend vindt de leverancier wel dat hij voor dat werk voor de verandering eens niet met een ‘uitdagende planning’ is geconfronteerd. ‘ASML verwacht met de serieproductie te starten in de eerste helft van 2019. Er zit werk voor 200 millimeter aan te komen, maar niet morgen al.’

MEE OP DE GOLF Sander Hofman, woordvoerder van ASML, bevestigt dat de chipproductiemachinefabrikant voor de komende jaren een wederopstanding ziet van zijn oudere machinemodellen. De PAS 5500, die midden jaren negentig op de markt gebracht werd, en de TWINSCAN XT, rond 2000 geintroduceerd, zijn typisch machines die worden gebruikt om eenvoudige chips te maken. Door de geleidelijke kostprijsverlaging – in het tempo van de wet van Moore – zijn chips inmiddels zo goedkoop dat het rendabel is ze in van alles op te nemen. Verwachtingen van experts als Cisco, IDC en Gartner lopen nogal uiteen, maar allemaal rekenen ze erop dat in 2020 tientallen miljarden apparaten aangesloten zijn op het IoT. ‘Voor die toepassing kan worden volstaan met de eenvoudigere chips die heel goed en veel goedkoper gemaakt kunnen worden met onze oudere generaties productiemachines. Die machines zijn we

moment zijn alleen al in China ‘twaalf tot zestien’ productieplants voor wafers met een diameter van 200 millimeter in aanbouw. Foto: Paul Lagro

al die jaren gewoon blijven produceren, verkopen en upgraden. Ze staan met name in chipfabrieken waar chips op 200 mm-wafers worden geproduceerd. We zien daar de productiecapaciteit de komende jaren toenemen, zowel door de bouw van nieuwe fabrieken als de optimalisatie van oudere fabrieken. Met nieuwe machines of upgrades van oudere machines kunnen onze klanten dus in dezelfde tijd meer chips produceren. Zo kunnen ze mee op de golf van het internet of things’, aldus Hofman. Inmiddels is ASML bezig zijn supply chain voor te bereiden op de extra uitbesteding die de IoT-trend met zich mee kan brengen.

EUV De IoT-trend heeft overigens ook impact op de nieuwere chipmachines van ASML – de Twinscan NXT en NXE, met respectievelijk immersie- en euv-technologie aan boord. ‘Want al die chips in auto’s, koelkasten en stofzuigers genereren data die ergens in de cloud moeten worden opgeslagen en verwerkt. Daarvoor zijn de meest geavanceerde logische en geheugenchips nodig, die met onze nieuwste technologie geproduceerd worden.’

www.levitech.nl www.asml.com

november 2017

37


ADVERTO RIAL

INSPIREREND ENGINIA EVENT 2017 PRESENTEERT VISIE EN PRAKTIJK

VAN 3D ENGINEERING NAAR DIGITALE PRODUCTIE Smart Industry waarom, wat en hoe? Daar draaide het om tijdens het Enginia Event 2017. Onder het motto ‘Van 3D engineering naar digitale productie’ toonden klanten en partners van Enginia hun invulling van het begrip Smart Industry/Industrie 4.0. Daarbij kwamen zowel visie (waarom) als praktijk (wat en hoe) aan bod. Enginia zelf, bij monde van directeur Paul Hörchner, keek alvast vooruit naar Industrie 5.0, dat nog een stap verder gaat in disruptieve innovatie. et succesvolle event (bezoekerswaardering 8,5) op 14 september in het sfeervolle Kasteel de Schaffelaar te Barneveld was georganiseerd door Enginia, leverancier van 3D CAD, CAM, CAE en PDM software en engineering- en detacheringdiensten. Speciale gast was FME-voorzitter Ineke Dezentjé HammingBluemink. Als boegbeeld van de Nederlandse Smart Industry agenda onderstreepte zij het maatschappelijk belang van de industrie; die hielp Nederland de crisis door en kan helpen de sociale zekerheid overeind te houden: ‘Niemand aan de kant.’ Voorwaarde is dat mensen zich laten omscholen richting de techniek, ‘smart working skills’ ontwikkelen en een levenlang blijven leren.

H

enterprise’. Die draait op data uit informatiesystemen en de fysieke wereld (via het Inter- De industrie is van groot maatschappelijk belang, betoogde net of Things). Smart Industry-boegbeeld en FME-voorzitter Ineke Dezentjé Hamming-Bluemink. In de cloud worden deze data verzameld en bewerkt; daarvoor heeft Siemens Mindsphere geïntroduceerd. Op dit platform kan ieder bedrijf zijn eigen digitale applicaties inrichten.

INDUSTRIE 5.0 Aansluitend gaf Enginia-directeur Paul Hörchner zijn visie op Industrie 5.0, de volgende stap in disruptieve innovatie van de industrie. Het ontwerpproces wordt nog veel intelligenter en gaat 4D-ontwerpen genereren, machines krijgen continu updates en besturingen worden intent-based: ‘Een auto bijvoorbeeld ziet of de bestuurder in ‘race mood’ of in een ‘mellow’ stemming instapt en past daar de acceleratie en vering op aan.’

DIGITALISERING Ralf Stetter, van Siemens-partner A+B Solutions, demonstreerde hoe digitalisering de data laat stromen in de ‘gouden driehoek’ van product (PLM), proces (MES) en business (ERP). Alleen al de kosten die bedrijven nu nog kwijt zijn aan het zoeken van de juiste informatie, rechtvaardigen investeringen in automatisering en digitalisering, aldus Stetter. ‘Bedrijven hebben daar slechts een beperkt budget voor, terwijl ze wel miljoenen uitgeven voor nieuwe machines.’

‘SINGLE SOURCE OF TRUTH’ De eerste stap richting Industrie 4.0 en uiteindelijk 5.0 moeten bedrijven nu zetten, aldus Hörchner: het databeheer op orde brengen en zorgen voor een digitale ‘single source of truth’. Dat betekent: niet meer met papier werken, alles vastleggen in een goed gestructureerde database, en informatie vrijelijk laten stromen door databases te koppelen. ‘Geen administratie maar innovatie’, vatte Hörchner samen. Die transitie zal niet eenvoudig zijn, zei hij in navolging van Ineke Dezentjé Hamming: ‘Mensen moeten leren leren. Twintigers denken alles zelf te weten, veertigplussers willen niet meer veranderen.’

DATA Veranderen is echter onvermijdelijk, bleek uit de presentatie van Leo van der Ven van Siemens PLM Software: de digitalisering van de industrie beïnvloedt de hele waardeketen, van ideevorming en ontwerp tot productie en service. Voor alle schakels heeft Siemens hardware- en software-oplossingen: bouwstenen voor de ‘digital

Enginia-directeur Paul Hörchner gaf zijn visie op Industrie 5.0.

DRAAGVLAK De oplossingen zijn er dus, maar hoe te beginnen? Daar gaf Rob Eijkens van Dieseko een nuchter antwoord op. Zijn praktijkverhaal was een van de hoogtepunten in Barneveld. Dieseko Group, fabrikant van trilblokken en hydraulische funderingssystemen, besloot vorig jaar om PDM in te voeren met hulp van softwarepartner Enginia. Eijkens begon met het creëren van draagvlak door interviews te houden met zijn engineers. ‘Voor 20% gaat het over de technische oplossing, voor 80% draait het om de mensen meekrijgen.’

HOGERE RETURN ON INVESTMENT Dieseko koos voor Teamcenter van Siemens, de Rapid Start-uitvoering. ‘De processen voor het vrijgeven van componenten en samenstellingen zijn in Rapid Start echt heel eenvoudig. Het moet niet complex worden, want dan gaat niemand het meer gebruiken.’ Onlangs ging het systeem live. De terugverdientijd is berekend op één tot anderhalf jaar. Tot vreugde van Paul Hörchner: ‘De return on investment is een stuk hoger dan vaak wordt aangenomen. Je vraagt je af waarom niet alle bedrijven in de maakindustrie PDM invoeren.’ Dat inzicht was alvast een mooie opbrengst van het succesvolle Enginia Event 2017.

Enginia West

Enginia Oost

software@enginia.nl

Hofweg 19

David Ricardostraat 1

www.enginia.nl

2631 XD Nootdorp

7559 SH Hengelo

015 380 75 00

0541 76 84 20


VEILIGHEID

RONDETAFEL: ZONDER 100% CYBERSECURITY TOCH GENOEG OPTIES OM BEVEILIGING TE VERBETEREN

‘JOUW BEDRIJF LEKT UIT ZEVEN BRONNEN’ Van zes van de zeven ondernemers, begin september aan tafel in Drunen, had Fox-IT passwords en andere confidentiële informatie gevonden – binnen slechts vijf minuten. Terwijl veel van hen al met cyberinbraken te maken hebben gehad en maatregelen hebben genomen. Gedreven door de digitalisering wordt er steeds meer aan het internet gehangen. De medewerker blijkt nog steeds de zwakste schakel. Maar gelukkig is de hacker lui: beveilig jezelf beter dan je buur of concurrent doet en de doorsnee hacker gaat een deur verder.

• ‘Wij gaan er vanuit dat het elk moment weer kan gebeuren.’ • De eigen medewerkers zijn zwakste schakel in gegevensbeveiliging. • ‘Als je van één persoon twee paswoorden hebt, zie je vaak al een patroon.’ • Hackers zijn lui en gaan op de slechtst beveiligde bedrijven af.

DOOR MARTIN VAN ZAALEN

ben gekregen, voedt hun twijfel. De één is getroffen door een virus, een paar andere door ransomware – die laatste hebben moeten betalen of konden dat net voorkomen. ‘A sitting duck’, omschrijft eentje zijn gemoedstoestand: ‘Wij gaan ervanuit dat het elk moment weer kan gebeuren.’ Wat niet betekent dat de zeven tafelgenoten maar passief afwachten. Om de kwaliteit van hun beveiliging in kaart te brengen, hebben meerdere inmiddels cybersecuritybedrijven als PwC, Deloitte en Fox-IT over de vloer gehad. Alle inventarisaties maakten duidelijk dat de zwakste schakel de eigen medewerkers zijn. Zo liet een van de tafelgenoten aan zijn medewerkers een fake mail sturen waarin ‘het pensioenfonds’ vroeg om gevoelige gegevens als salarisniveau en persoonlijk DigiD; een derde verstrekte braaf alle informatie. Een ander vertelt hoe 86 medewerkers met klem gewaarschuwd waren voor een phishing-mailtje van ‘KPN’. Wat het gewenste effect leek te sorteren, tot de 87e medewerker een paar dagen later terugkwam van zakenreis... Elders liet een loyale, hardwerkende medewerker onder hoge tijdsdruk een ‘poort op een server’ een nachtje openstaan.

E

r zijn twee soorten bedrijven: die gehackt zijn en die nog niet weten dat ze gehackt zijn’. Een favoriete uitspraak van Marcel van Oirschot, commercieel directeur van cybersecuritybedrijf Fox-IT. Hoewel vrijwel elke onderneming door hackers getroffen wordt – wat, zo blijkt tijdens het gesprek, vooral alerter maakt – zijn hackvoorvallen geen onderwerp waar ondernemers publiekelijk over willen praten. Daarom is afgesproken citaten in dit verhaal anoniem weer te geven. Zeven industriële ondernemers togen naar het Brabantse Drunen om van Van Oirschot te horen hoe kwetsbaar hun onderneming is voor cybercriminaliteit. Bedrijfseconomisch gezien allemaal ‘stevige’ innovatieve bedrijven, met in de (tientallen) miljoenen euro’s omzet en een gevarieerde, internationale klantenkring. Die allemaal hardware (productiemachines) en software (ERP, PLM, CAD) aan het internet hebben hangen. En sommige zijn digitaal verbonden met klanten om op afstand hun machines te monitoren of hun software te updaten.

ZWAKSTE SCHAKEL EXTRA MAATREGELEN

Vol vertrouwen over de kwaliteit van hun afscherming zijn de ondernemers niet. Dat de meesten al één of meerdere cyberaanvallen te verduren heb-

Illustraties: Josje van Koppen

‘DAAR ZAL FOX-IT WEL ACHTER ZITTEN’ Een van de aanwezige ondernemers hield de boot af toen hij enige tijd terug een aanbod van Fox-IT kreeg. ‘Laten we over een halfjaar weer eens contact hebben’, zei hij. Twee maanden later hing hij alweer aan de lijn – na een cyberinbraak. ‘Daar zal Fox-IT wel achter hebben gezeten’, grapt een ondernemer aan de tafel in Drunen. Toch... onder die geestigheid zit een serieuze boodschap, weet Marcel van Oirschot van Fox-IT. Niet voor

niets draagt zijn bedrijf bij aan een onderzoek naar de oprichting van een brancheorganisatie voor cybersecuritybedrijven en de mogelijkheden van een heus keurmerk. ‘Nu kan iedereen die dat wil zo’n bedrijf oprichten. Er is een instantie nodig die controleert of wij de juiste analyses maken en de beste maatregelen adviseren.’ www.fox-it.com

De gevolgen van die menselijke fouten bleken bij alle aanwezigen tot nog toe overkomelijk. Een partij moest constateren dat cybergijzelnemers ook alle back-ups versleuteld hadden en moest 15.000 euro aan bitcoins overmaken. Anderen lagen hooguit één of enkele uren stil, omdat de back-ups onaangetast waren en het een kwestie van terugzetten was. Het resultaat was wel steeds dat er extra beveiligingsmaatregelen werden genomen. Verouderde software is vervangen door Microsoft Office 365 en staat nu in de cloud. En alle data worden alleen nog gedeeld via intranetplatform Sharepoint, ook van Microsoft. Ook wordt het personeel er nu met klem op gewezen waar mogelijk gebruik te maken van de encryptietechnologie die in veel apps – als WhatsApp –

november 2017

39


bedrijven switchen naar het op zich veiligere besturingssysteem Citrix. ‘Omdat hackers er minder bekend mee zijn dan met Windows. Maar met Windows is het wel een stuk prettiger werken. Daarbij komt dat Microsoft er alles aan gelegen is zijn software goed te beveiligen. Want doen ze dat niet, dan zijn ze weg.’

SLECHTS VIJF MINUTEN

is ingebouwd. Bij een ander geldt tegenwoordig het ‘vier-ogenprincipe’ bij in- en uitloggen. Twee hebben netwerkmonitoring van Fox-IT aangeschaft, een service die alle externe dataverkeer 24/7 monitort en waarschuwt, desnoods per telefoon, als zich ongewone situaties voordoen. ‘Als bijvoorbeeld in het weekend grote hoeveelheden data worden verstuurd. Zie je ons nummer in je scherm, dan weet je dat het geen leuk gesprek wordt’, formuleert Marcel van Oirschot van Fox-IT met understatement.

BALANS Bij alle maatregelen die bedrijven treffen, geldt dat gebruiksgemak en vergroting van de veiligheid in balans moeten zijn. Is een veilige applicatie om bestanden te versturen te complex, dan zijn medewerkers geneigd bestanden op een usbstick mee naar huis te nemen. Dan kan het misgaan, zelfs bij organisaties die gewend zijn op het hoogste veiligheidsniveau te werken, verhaalt Van Oirschot. Hackers maken gebruik van de vrij verkrijgbare search engine Shodan, waarmee alle met een default-password beveiligde apparatuur in de omgeving is te traceren. Zoals de privé-NAS (Networked Attached Storage) waarop die Europol-medewerker zwaar geclassificeerde dossiers bewaarde. ‘De inhoud was op slag waardeloos.’ Of

Menige onderneming heeft ook de passwordprotocollen aangescherpt. ‘Onze medewerkers moeten voor het inloggen in het bedrijfssysteem elke drie maanden een nieuw paswoord aanmaken dat niet lijkt op het vorige’, aldus een van de ondernemers. ‘Of we checken of dat ook echt gebeurt? Nee, dat niet’, bekent hij desgevraagd. Door dit type, zo op het oog kleine, onzuiverheden in de cyberbeveiliging vond Fox-IT van zes van de zeven ondernemers aan de ronde tafel paswoorden en andere confidentiële informatie. Op zich brengt dat in Drunen geen schok teweeg; daarop waren ze mentaal voorbereid. Fox-IT is immers een gerenommeerd, groot beveiligingsbedrijf, dat grote organisaties – incluis de Nederlandse overheid met al haar staatsgeheimen – tot zijn klantenkring mag rekenen. De ethische hackers op de loonlijst van Fox-IT duiden het beveiligingsniveau van bijvoorbeeld pensioenfondsen door dagenlang onopgemerkt in hun virtuele dealingrooms rond te neuzen. Verrassend is dat Fox-IT daarvoor per bedrijf aan tafel slechts vijf minuten heeft uitgetrokken. ‘Jouw bedrijf lekt uit zeven bronnen’, meldt Van Oirschot een aanwezige. ‘Uit LinkedIn, Adobe, Zoost, Badoo, Dropbox..... We hebben 29 user-

WIE BESCHERMT BEDRIJVEN? Bedrijven hebben tot 25 mei 2018 de tijd om hun bedrijfsvoering in overeenstemming te brengen met de General Data Protection Regulation (GDPR) van de EU. Aan verwerkers van persoonsgegevens die deze beschermingsregels overtreden, kunnen strenge sancties worden opgelegd. Boetes van de nationale toezichthouder aan verwerkingsverantwoordelijken kunnen oplopen tot twintig miljoen euro. Bedrijven moeten zelf een overzicht bijhouden van al hun verwerkingen van persoonsgegevens. De EU maakt zich dus sterk voor bescherming van personen, maar wat doet ze voor bedrijven? De federale overheid van de VS investeert negentien miljard dollar in haar Cybersecurity National

40

november 2017

Action Plan, met bescherming van bedrijven als een van de expliciete doelen. De Europese Commissie investeert daar – samen met het bedrijfsleven – tot 2020 slechts 1,8 miljard euro in. Overigens verschilt de Europese benadering niet alleen qua geld. ‘Anders dan de VS kiest Europa ervoor om, afgezien van de GDPR, bedrijven geen dwingende maatregelen op te leggen in relatie tot cybercriminaliteit. De VS zijn hier dwingender in, zeker voor wat betreft de vitale infrastructuur. Anderzijds, afdwingen betekent ook dat je wel moet kunnen controleren…’, becommentarieert Marcel van Oirschot. www.eugdpr.org

names en passwords achterhaald; vijftien passwords konden we gewoon lezen.’ Hij licht toe: ‘Op het darkweb worden databases met bijvoorbeeld LinkedIn-usernames en passwords verkocht. Nu is toegang tot een LinkedIn-account niet zo interessant. Maar als je van één persoon twee paswoorden hebt, zie je vaak al een patroon en kun je vrij gemakkelijk al z’n paswoorden achterhalen. Er zijn zoekprogramma’s die alle meest waarschijnlijke opties razendsnel langsgaan.’ Dat gebeurt ‘achter’ de counter die de valide inlogger maximaal drie kansen geeft het juiste passwoord in te toetsen. ‘Daarom’, raadt hij aan, ‘is het belangrijk een lang paswoord te gebruiken met naast letters ook cijfers en andere special characters. Een leesbaar paswoord, een naam of woord dat gewoon in een woordenboek is te vinden, geeft weinig bescherming.’

REALITEITSZIN Na elke korte, mondelinge toelichting op weer een bevinding overhandigt Van Oirschot de

betreffende ondernemer een envelop met een document met gevonden detailinformatie. Voor slechts één directeur heeft hij er geen, tot diens zichtbaar genoegen. Zijn bedrijf heeft de nodige maatregelen genomen, maar een messcherpe verklaring voor hun lekdichtheid komt niet op tafel. ‘Wij zijn een kennisbedrijf en investeren miljoenen in de opbouw van ip. Daarom hebben alle researchrapporten een plek op een apart deel van de server, waartoe slechts drie mensen toegang hebben. Nee, wij zijn nooit gehackt. Althans, niet dat ik weet’, zegt deze ondernemer met realiteitszin. Directe aanleiding voor het afschermen van de ip op een aparte server was de aanstelling van verschillende Chinese onderzoeksmedewerkers. Een plausibele motivatie, vindt Van Oirschot. ‘Wees


voorzichtig met en in China. Fox-IT-medewerkers die daarnaartoe gaan, mogen alleen een speciale reis-laptop meenemen. Alleen daarmee mogen ze inloggen op de wifi van het hotel. Want die hotelwifi wordt misschien wel door de Chinese overheid gecontroleerd. Bij terugkomst wordt de laptop direct schoongespoeld en nooit aan ons netwerk gehangen.’ Ook Rusland, India – met z’n vele slimme softwaremensen – en evengoed de VS en het Verenigd Koninkrijk vragen om omzichtig cybersecuritygedrag.

TEGENAANVAL Hackers doen wat ze doen om het ‘geld’. Sommige, zoals ransomware-verspreiders, zijn er direct op uit, andere – concurrenten, overheden – gaat het om het bemachtigen van kennis. ‘Word je getroffen door een e-mailbombardement, dan is dat vervelend omdat je even niet kunt mailen. Overkomt je dat vlak voor de inschrijfdeadline van een tender, dan is dat heel vervelend en kan het goed zijn dat daar een concurrent achter zit’, verklaart de Fox-IT-man. De aanwezigen bedienen zich niet van dergelijke middelen, maar sommigen hebben wel degelijk voor de ‘tegenaanval’ gekozen. ‘Wij willen ook qua beveiliging beter zijn dan onze concurrenten en het gemiddelde bedrijf. Want hackers zijn lui, gaan op de slechtstbeveiligde bedrijven af.’ Ook business intelligence (BI) wordt wel ingezet: ‘Via een rapport van een stagiair dat gewoon op de site van zijn school stond, heeft onze BI-afdeling heel interessante

informatie over de plannen van een concurrent achterhaald’, aldus een van de tafelgenoten.

GEVOLG DIGITALISERING Tot slot gaat de blik nog even vooruit naar de voortschrijdende digitalisering in de connected industrie. Daarin zijn machines en ketenpartners via internet met elkaar verbonden, worden van complete producten en productieprocessen digital twins gemaakt waarmee alles digitaal is te simuleren en documenteren, en is de flexibiliteit zo groot dat customized producten tegen seriestuksprijs gemaakt kunnen worden. Digitalisering maakt dienstgerichte businessmodellen mogelijk, zoals het online monitoren en onderhouden van machines en equipment die ‘as-a-service’ bij de klant staan opgesteld. Maar: ‘Industrie 4.0 vergroot zeker de kwetsbaarheid van bedrijven. Bij het digitaliseren

van je activiteiten is het belangrijk je hiervan bewust te zijn en de juiste maatregelen te treffen’, aldus Marcel van Oirschot. Aan de rondetafel namen deel Paul van Abeelen (Isah), Pim Kat (Technobis), Kees Liet (Trioliet), Marcel van Oirschot (Fox-IT), Frank Scherphof (Voortman Steel Machinery), Wim Simons (Timmerije), Henk-Jan Snellink (WP Haton) en Martijn Twilhaar (Almi).

D Developing eveloping and manufac manufacturing turing ttomorrow’s omorrow’s pr products. oducts.

P Power ower Conversion Conversion | Internet Internet of TThings hings | Sensing Sensing

w www.ame.nu ww.ame.nu

november 2017

41


PARTNERS

MEILINK HELPT KROHNE ALTOMETER TIME-TO-MARKET TE VERKORTEN

‘VERPAKKEN WEZENLIJK ONDERDEEL BUSINESS’ KROHNE Altometer produceert in Dordrecht jaarlijks ruim 60.000 flowmeters. Variërend in diameter van 2,5 millimeter tot wel drie meter. Vooral de grotere exemplaren vergen een speciale verpakking voordat ze naar bijvoorbeeld Azië of Amerika worden verscheept. Een kolfje naar de hand van verpakkingsspecialist Meilink.

Ab Kornegoor van Meilink (links) en Remco Hamerpagt (midden) en Ad Gelderblom van KROHNE Altometer: ‘Gaandeweg kregen we behoefte aan een meer professionele partij die voor ons de verpakkingen kon ontwerpen en leveren.’ Foto: Sam Rentmeester

DOOR JOS CORTENRAAD

emco Hamerpagt had het gevaarte graag laten zien: een flowmeter voor een waterzuiveringsproject in het Midden-Oosten. ‘Drie meter in doorsnee. Daar kun je gemakkelijk met een vrachtwagen doorheen rijden’, zegt de groepsleider verzenden bij KROHNE Altometer, ‘Hij is al onderweg naar de klant, dus helaas geen show. Dit soort meters produceren we natuurlijk niet elke dag, maar als we zo’n project hebben dan betrekken we de specialisten van Meilink erbij. Dit zijn uiterst kostbare apparaten, die dus perfect verpakt moeten worden. Beschermd tegen vocht, bestand tegen trillingen en schokken. De mensen van Meilink hebben een

R 42

november 2017

speciale kist ontworpen en getimmerd die aan al onze specificaties voldoet. Die meter is veilig.’

ton die naar de andere kant van de wereld moet. De verpakker met een geschiedenis van meer dan 140 jaar is de laatste jaren uitgegroeid tot marktleider in industriële verpakkingen. Na verschillende overnames van onder meer het verpakkingsbedrijf van Philips in 1990 en met een meerderheidsbelang in designer IPS in Eindhoven telt het in 1874 als houtzagerij begonnen Meilink nu zes vestigingen met 350 medewerkers. Op de referentielijst prijken grote klanten als ASML, Fokker en Siemens. En bijzondere eenmalige projecten zoals het verpakken en vervoeren van de zonneauto van Solar Team Twente naar Australië, een mammoetskelet naar Duitsland en vliegtuigstaarten van privéjets in verdubbelde containers. ‘Voor KROHNE hebben we onlangs een kist ontworpen en gebouwd met ingebouwde speciale dempers om vibraties uit te sluiten’, zegt Ab Kornegoor, managing director. ‘Sommige apparaten kunnen niet eens tegen het optrekken en remmen van de vrachtwagen waarin ze vervoerd worden. In overleg met de mensen van KROHNE bedenken we dan een oplossing.’ Nog een mooi voorbeeld: een uitschuifbare pallet. Ook een opdracht van KROHNE en bedoeld om uitstekende delen van flowmeters op de productievloer te beschermen tegen al te enthousiaste heftruckchauffeurs. ‘Dat is eveneens een van onze specialiteiten. Behalve verpakkingen maken we tools voor intern transport. Juist in de maakindustrie moeten de geproduceerde machines naar de expeditie worden verplaatst en daar ingepakt voor transport.’

WEZENLIJK Ad Gelderblom, productmanager bij KROHNE Altometer, knikt. ‘Verpakkingen worden wel eens als sluitpost gezien. Ook wij letten uiteraard op de kosten, echter het zou dom zijn om het risico te lopen dat de meter door een ondeugdelijke verpakking beschadigd zou raken. Slecht voor de klant, slecht voor ons. En duur. Verpakken is een wezenlijk onderdeel van onze business. We ontwerpen, produceren, verpakken en transporteren. Dat wil de klant en zo doen wij het.’ Bij Meilink schrikken ze niet van uitdagingen, ook niet van een flowmeter van een kleine vijf

PROFESSIONEEL De relatie tussen KROHNE Altometer en Meilink dateert van net voor de millenniumwisseling. Tot die tijd verpakte het bedrijf zijn producten zelf. Voor de wat grotere meters werd een timmerbedrijf ingeschakeld. ‘Altometer is een authentiek familiebedrijf, in 1962 overgenomen door het Duitse KROHNE, ook een familiebedrijf ’, schetst Ad Gelderblom kort de geschiedenis van de onderneming. ‘In 1985 zijn we verhuisd van Sliedrecht naar Dordrecht, hier aan de Merwede. Een ideale uitvalsbasis richting havens en het


Europese achterland. Hier kregen we de kans om verder uit te groeien. Behalve meters voor de baggerindustrie, van oudsher onze specialiteit, zijn we ook voor andere industrieën elektromagnetische en ultrasone meters gaan maken. We werken nu voor zo’n tien verschillende industrieen wereldwijd. Olie en gas, voeding, water, farmacie en papier, om de grootste te noemen. Gaandeweg kregen we behoefte aan een meer professionele partij die voor ons de verpakkingen kon ontwerpen en leveren.’

SNELLE LEVERING KROHNE Altometer is een snelgroeiende onderneming met nu 450 medewerkers. In Dordrecht worden jaarlijks zo’n 60.000 meters geproduceerd en geijkt. Om de doorstroom van water te meten, het chocolagehalte in chocomel, de werkzame stof in een medicijn of de samenstelling van een olie & gasmengsel. Zo produceert het bedrijf een multiphase flowmeter die direct bepaalt of een aangeboorde oliebron de moeite waard is om te exploiteren. De klanten zijn verspreid over dik zestig landen wereldwijd. ‘Dat is een van de voor-

We ontwikkelen zelf de apps en de bijbehorende software. We zien wel dat time-to-market steeds belangrijker wordt. Klanten willen snelle levering. Daarbij hoort weer een keten van toegewijde toeleveranciers, waarvan Meilink er zeker één is.’

INFORMATIE DELEN Ab Kornegoor hoort dat graag. KROHNE Altometer is een top-tien-klant. Maar wel veeleisend. ‘Dat klopt. We zitten wel op één lijn. Zo onderzoeken we de mogelijkheden om sneller informatie te delen via onze ERP-systemen. Krijgt

KETEN De grotere apparaten worden meestal in hout verpakt. ‘We hebben met Meilink strakke afspraken gemaakt. Ze leveren de verpakkingen pas aan op de dag dat wij ze nodig hebben. We willen hier geen voorraden.’ Geen probleem voor Meilink, dat afgelopen jaar niet voor niets tot de best logistics supplier van Nederland werd uitgeroepen (zie ook het verhaal over de DISCA’17 in deze uitgave). ‘Onze productieafdeling is zo ingericht dat we binnen een halve dag een verpakking produceren en uitleveren’, vertelt Ab Kornegoor. ‘Uiteraard hebben we het dan over standaardverpakkingen. Speciale projecten vergen meer voorbereiding. Op basis van specificaties en in nauw overleg met de klant maken we eerst een ontwerp. Na de productie gaan we óf naar het bedrijf om het object zelf in te pakken óf we halen het object op, pakken het in en zetten het op transport. We bestrijken de hele keten.’

‘Krijgt KROHNE een order en wij zien direct de specs, dan kunnen onze ontwerpers meteen aan de slag’

delen van werken onder de paraplu van zo’n grote onderneming’, zegt Ad Gelderblom. ‘Er is financiële armslag en een internationaal netwerk. Elektronica betrekken we van ons moederbedrijf in Duisburg. We krijgen alle ruimte om te ontwikkelen en te innoveren. Op onze afdeling R&D werken 75 mensen. Dat zegt genoeg. En dat is nodig ook. De industrie vraagt voortdurend om meer verfijnde en geavanceerde meetapparatuur.

Simcenter: Predictive engineering analytics for the new era of smart innovation. Getting a dream rolling has never been more challenging. Simcenter software can help. With its unique combination of multi-disciplinary simulation, advanced testing and data analytics, Simcenter lets you predict performance better and deliver innovation faster.

KROHNE een order en wij zien direct de specs, dan kunnen onze ontwerpers meteen aan de slag. Uiteindelijk besparen we dan kosten en winnen we tijd.’

www.nl.krohne.com www.meilink.eu

Today’s dreams need tomorrow’s engineering.

siemens.com/plm/simcenter

november 2017

43


„Sofon is echt een uniek stukje software voor mij.“

Guy Mutsaerts van Goudsmit

Guy Mutsaerts van Goudsmit over Sofon offertesoftware: „DE OFFERTES IN SOFON ZIJN ERG

We hebben nu geen prijslijsten meer, maar je

ZORG VOOR EEN GOEDE KAPSTOK

OVERZICHTELIJK“

moet wel snel kunnen schakelen natuurlijk,

„We maken nu zelf een koppeling tussen

“We waren bij Goudsmit op zoek naar

anders is het lastig om Sales aan te sturen.

Sofon en ons ERP pakket, we exporteren XML

software om offertes mee te maken,

Dat is wel de bottle neck, alhoewel dat niet

en pikken dat weer op in ISAH. Hiermee

ik ben toen gaan Googlen en ik werd

aan Sofon ligt.

willen we een koppeling maken tussen het

getriggerd door de zinsnede ‚de foutloze

offertetraject en de orderhandling. Een hele

offerte‘ bij een artikel van Sofon. Ik ben

„De ondersteuning is goed?„

klus. In ERP zit het artikelarchief met prijzen

vervolgens naar een bijeenkomst van ze

Voor ondersteuning werk ik met de Helpdesk

en nacalculaties, essentiële info voor het

geweest met mijn directeur en ik waren het

en die is goed. Voor de rest heb ik niet veel

maken van offertes. Dit moeten we dus

meteen eens: dit is wat we zochten.“ Guy

nodig, behalve de jaarlijkse Klantendag. Die

eigenlijk in Sofon hebben.“

Mutsaerts is magneetexpert en commercieel

bezoeken we trouw, vinden we ook leuk.“

verantwoordelijke bij magneetproducent

„Ik werk al lang met Sofon, het contact is er

Goudsmit Magnetic Systems. Hij is goed te

„Ik merk wel dat ik zelf vaker met de

ook al lang. Ik heb ook al een paar lezingen

spreken over de sales automation van Sofon:

gebruikers moet spreken over het gebruik.

gegeven over onze ervaringen met het traject

„We gebruiken van Sofon zowel de Proposal

Want als je weinig met Sofon werkt, vergeet je

van de implementatie.

Organiser als de Sales Organiser. Deze

veel. Je moet collega‘s regelmatig bijscholen

combinatie zien we als een groot voordeel,

merk ik, ze halen er niet altijd even veel uit. Je

Wat belangrijk is bij Sofon, is dat je in het

daar we slechte ervaringen hebben met het

moet dat vaak doen, of erbij gaan staan als ze

begin de standaarden goed definieert. Als je

koppelen van software. Sofon hebben we

ermee bezig zijn.“ En gebruik je het zelf ook?

dat goed voor elkaar hebt, klopt de kapstok.

aangeschaft vanwege het ‚guided selling‘, het

„Ik beheers het pakket zelf best goed, zowel

Een model bouw je op vanuit je standaard,

CRM namen we erbij. En het werkt goed.“

het Sales pakket als het Proposal pakket. Als

maar wat is die standaard? Als je dat weet

je in het model zit word je gestuurd, het is

bouw je daarop verder. Maar ik kan niet

EEN OVERZICHTELIJKE VORM VAN

allemaal vrij overzichtelijk. De filters werken

vergelijken met andere systemen.

OFFERTESOFTWARE

goed, ook de export van data werkt goed. Het

„Sofon biedt veel mogelijkheden, maar het is

opzetten van een mailing is niet altijd even

Sofon is echt een uniek stukje software voor

wel taai om het hele proces te stroomlijnen.

logisch.“

mij.“

www.sofon.com


PARTNERS

BACHMANN BRENGT DELFTSE ONDERZOEKERS BIJEEN EN WIL ECOSYSTEEM UITBREIDEN

EEN SCHIP BESTUREN OP GEVOEL Haptische feedback, terugkoppeling door middel van ‘gevoel’ via bijvoorbeeld een joystick, kan in de scheepvaart helpen bij het uitvoeren van lastige taken. Denk aan een schip veilig afmeren of met hoge snelheid ‘comfortabel’ varen over hoge golven. Automatiseringsleverancier Bachmann legde er in Delft de kiem voor, door maritieme werktuigkundigen in contact te brengen met hun haptische collega’s. Eerste demo’s roepen bij bedrijven veel enthousiasme op. Nu moet er een joint industry project komen. Wie weet op weg naar onbemande schepen. de TU Delft een contact in de 3mE-sectie Ship Design, Production and Operation. Daar was Arthur Vrijdag, specialist in integratie van scheepswerktuigkunde, hydromechanica en regeltechniek en eerder werkzaam bij de Koninklijke Marine (als stuurman), Rolls-Royce Naval Marine en Damen Shipyards, twee jaar De demo-opstelling met onderzoeker Frank Hoeckx in het Delft Haptics Lab. Op de voorgrond de twee haptische controllers, met ‘Bachmann inside’. Op het grote scherm kan de ‘stuurman’ het resultaat van zijn geleden aan acties zien. Foto: TU Delft boord gekomen als universitair docent. Het lijnDOOR HANS VAN EERDEN tje binnen de faculteit was snel gelegd, vertelt Joeri ten Napel, key-accountmanager maritiem bij Bachmann. ‘Voor ons is het interessant als ls de stuurman zijn schip met te grote haptiek ook in de maritieme wereld toegepast snelheid richting de kade wil afmeren, zou gaat worden; onze controllers ondersteunen de hij in de besturing een signaal (zoals benodigde technologie en zorgen ervoor dat alle tegendruk of trillingen) moeten voelen, systemen aan boord met elkaar geïntegreerd zodat hij weet dat hij vaart moet minderen. Derkunnen worden. En het is leuk om verbindingen gelijke haptic feedback is in de automotive (bijte leggen, een ecosysteem te creëren waarmee wij voorbeeld via het gaspedaal) en de luchtvaart al bestaande relaties kunnen helpen en waar we gebruikelijk, maar in de scheepvaart nog onbenieuwe relaties kunnen inpassen.’ kend. Het Delft Haptics Lab onder leiding van David Abbink doet binnen de TU-faculteit 3mE (mechanical, maritime & materials engineering) JOINT INDUSTRY PROJECT onderzoek naar haptische toepassingen. Vaak ‘Toen ik samen met de mannen van Bachmann werken die met een joystick voor de besturing, bij het Haptics Lab van David Abbink binnenliep gekoppeld aan controllers afkomstig van met en al die opstellingen voor haptische feedback name Bachmann electronic. Deze Oostenrijkse zag, ging bij mij meteen een lampje branden’, verleverancier van automatiserings- en bestutelt Arthur Vrijdag. ‘Waarom gebeurt dit nog niet ringstechnologie bestrijkt vanaf 2006 ook de offvoor schepen?’ Dus gingen Abbink en Vrijdag shore- en maritieme markt. De vanuit ons land kijken hoe ze dit idee verder konden brengen. ‘We geleide businessunit Bachmann Maritime had op zijn laagdrempelig begonnen met een project

A

waarvoor we geld uit het Cohesiefonds van de eigen faculteit hebben gekregen om voor een jaar één persoon te kunnen aanstellen.’ Dat werd de kersverse ingenieur Frank Hoeckx. Hij bouwde een opstelling waarvoor de Rotterdamse firma VSTEP software voor een scheepssimulator beschikbaar stelde en Bachmann de controllers die de haptic joysticks koppelen aan de bediening van de scheepssimulator. Vrijdag: ‘De interfaces tussen de verschillende componenten hebben we zelf geprogrammeerd, met hulp van beide bedrijven.’ Het resultaat was een demo voor een aantal basisprincipes van haptic feedback in de scheepsvaart. ‘Iedereen die we de demo lieten zien, was meteen enthousiast. Het is nog niet zover dat we de spullen kunnen oppakken en aan boord van een schip plaatsen. Daarvoor moeten we eerst specifieke toepassingen ontwikkelen, zoals ondersteunen van afmeren, precies navigeren of het vermijden van een aanvaring. We willen die echter niet zelf kiezen, maar ons mede laten leiden door de specifieke behoeftes van bedrijven. We zoeken daarom partners voor een joint industry project en mikken op leveranciers van brug- en bedieningspanelen/-systemen, onderzoeksinstituten, scheepsbouwers en reders.’

AUTONOME SCHEPEN Waarom die bedrijven zouden moeten aanhaken? ‘Ook op schepen moeten minder mensen steeds meer taken tegelijk sneller en efficiënter uitvoeren’, verklaart Vrijdag. ‘Ze lopen tegen de grenzen aan van hoeveel informatie, hoeveel alarmen ze nog kunnen opnemen. Het kan helpen als ze die informatie door intuïtieve force feedback krijgen teruggekoppeld. Er is een trend naar autonome schepen met weinig of zelfs geen bemanning. Als bediening op afstand nodig is, moet de operator extra ‘immersie’ (en dus meer informatie over en gevoel voor de toestand van het schip, red.) krijgen; dat kan met haptic feedback.’ Die toepassing ligt nog achter de einder, eerst maar eens partners en financiering vinden, zegt Vrijdag. ‘Wij mikken op een project voor minimaal vier jaar, waarin een promovendus kan onderzoeken of haptic feedback zinvol is voor de maritieme wereld en zo ja, in welke vorm. Dat moet van simulatie naar varend prototype gaan.’ Bachmann blijft betrokken, meldt Joeri ten Napel tot slot. ‘We geven advies, leveren spullen en leggen waar mogelijk linkjes met bedrijven die interessante cases hebben. Dat is de toegevoegde waarde van het ecosysteem dat wij willen bouwen.’

www.bachmann.info www.3me.tudelft.nl/mtt www.delfthapticslab.nl

november 2017

45


KETENSAMENWERKING

DUTCH FUTURE EGG-CONSORTIUM POLST DE EIERKETEN

VAN ‘EI-LANDENRIJK’ NAAR OPEN INNOVATIEPLATFORM? Zou een open innovatieplatform de eiersector in ons land kunnen helpen te komen tot nieuwe businessmodellen, technologieën, diensten en/of product-marktcombinaties? Een verslag van twee geanimeerde ketenbijeenkomsten.

William Smit (DBSC Consulting) leidt de discussie over samenwerking in de Nederlandse eiersector. Foto’s: Kees Beekmans

DOOR MARTIN VAN ZAALEN

I

s de eiersector in Nederland gebaat bij een open innovatieplatform dat moet helpen te komen tot nieuwe businessmodellen, tot nieuwe technologieën of nieuwe diensten? Zou zo’n horizontaal platform, waarin de hele

DEELNEMERS Aan de twee meetings namen deel Herman Timmerman (Herman Timmerman Service, pluimveespecialist), Alex Janssen (Blij met een Ei), Léon Jansen (pluimveehouder), Dennis Tros (legspecialist), Daniëlle van Gestel (P2), Eric Hubers (Hubers), Roy Tomesen (pluimveehouder), Petro Boon (Van Beek Group), Albert Hoekerswever (5D Connections), Andreas Oerlemans (P2), Anne van Lith (Zonnefarm ei), Evelien de Olde (WUR), Hans Bijleveld (Reed Business), Hugo Bens (Vakgroep Pluimveehouderij LTO/NOP), Imke de Boer (WUR), Jarrin Snetselaar (legpluimveehouder), Tom Schotman (Agrio), Dick van de Ven (Vencomatic Group), Ed Hendriks (Omnivoor), Inka Wijnands (Vencomatic Group), Noud Janssen (Noah), Yuri Piepers (TU/e) en William Smit (DBSC).

46

november 2017

keten is vertegenwoordigd, eraan kunnen bijdragen dat er sneller nieuwe product-marktcombinaties ontstaan? Met die vragen start moderator William Smit van DBSC Consulting de discussie van de twee groepen die zich in juni en oktober hebben verzameld op de Venco Campus van de Vencomatic Group in Eersel. Twee groepen bestaande uit legpluimveeboeren, maar ook een eierhandelsbedrijf, een broederij, een voerbedrijf en kennisinstellingen. De bijeenkomsten zijn geïnitieerd door eierverwerkingsautomatiseerder Vencomatic Group, tevens initiatiefnemer van het Dutch Future Eggconsortium, ruim anderhalf jaar geleden opgericht. Een innovatieplatform met naast Vencomatic nog zeven partners: de kennisinstellingen HAS Hogeschool en TU Eindhoven, organisatieadviesbureau Noah, ontwikkelaar en producent van voedselproducten Kokreateur, foodmarketingbedrijf Product Experience, Omnivoor Keteninnovatie en ict-bedrijf Dataleaf. Deze samenwerking beoogt versterking van het innovatiesysteem binnen de sector. Daarom ontvangt Dutch Future Egg (DFE) aanvullende financiering van Europa (EFRO), rijk en de provincie Noord-Brabant (innovatieprogramma OPZuid, beheerd door Stimulus), voor een periode van drie jaar.

MEER TOEGEVOEGDE WAARDE De missie van het Dutch Future Egg-consortium is de unieke meerwaarde van het ei – dat boordevol vitaminen en mineralen zit – optimaal te benutten. Dit door de samenwerking in de eierketen te verbeteren, om zo te komen tot ‘een betere verdeling van de marges’ en een beter toekomstperspectief voor de pluimveehouder. Aldus verwoordt Ed Hendriks van Omnivoor het namens het consortium. De projecten van het consortium hebben dan ook als expliciet doel de toegevoegde waarde van de pluimveehouderij te verhogen. Zo is er op een boerderij een prototype van een eiverpakker geïnstalleerd die eieren in verschillende typen verpakkingen kan zetten, afhankelijk van de specifieke ei-eigenschappen. Ook wordt er gesleuteld aan een eenvoudige eibreek- en scheidingsmachine om de primaire grondstoffen op de boerderij te kunnen produceren. ‘Daarmee kan de boer zelf bijvoorbeeld het eiwit uit het ei halen dat als grondstof voor een sportdrank kan dienen’, wijst Hendriks op de eerste resultaten van een onderzoek, geleid door de HAS. In dat verband wordt ook gewerkt aan kant-en-klare vleesvervangende eiproducten. ‘Zo komen we tot de door de sector zo gewenste product- en prijsdifferentiatie en margeverhoging.’ Juist die insteek, gecombineerd met grootschalige productie van eenvormige producten, heeft de toekomst. Gezien de resultaten, behaald in samenwerking, wil het consortium voorkomen dat het ontstane samenwerkingsverband over anderhalf jaar, bij gebrek aan financiering, weer stilletjes verdwijnt. Het is dan ook de opzet van de twee meetings de aanwezigen bovenal de ruimte te geven te vertellen wat Dutch Future Egg voor hen zou kunnen betekenen.

‘EI-LANDENRIJK’ Dus is de centrale vraag: is een permanent open innovatieplatform een gremium waar de eiersector wat aan zou hebben? In de reacties klinkt de nodige twijfel door: ‘Hoe voorkom je dat de ene deelnemer vooral komt halen, ten koste van zijn ‘brengende’ concurrent?’ ‘Want’, stelt pluimveehouder Roy Tomesen, op basis van platformervaringen elders, ‘zodra het aan een tafel met


die openheid niet inhoudt dat je alles met iedereen binnen het platform zou moeten delen. ‘Zo’n platform zou toch vooral een plek moeten zijn om elkaar op ideeën te brengen die dan vervolgens door twee of meer partijen verder worden uitgewerkt. En het laatste deel van het traject, de commerciële uitontwikkeling, doet elke partij voor zich.’

BREED, MAAR NIET TE BREED De vraag die zich vervolgens aandient, is waar de grenzen van dat horizontale platform moeten liggen. Petro Boon, directeur inkoop van handelsbedrijf Gebr. Van Beek, gespecialiseerd in eieren en eiproducten, ziet graag een zo breed mogelijk constellatie, waarin ook bedrijven uit de food, de farmacie en de verpakkingsindustrie vertegenwoordigd zijn. Juist zo, sluit Eric Hubers aan, kom je in contact met de wereld, met ideeën die je nog niet kende maar ook voor jou relevant kunnen zijn.’ Tegelijk moet zo’n platform ook weer niet zo breed worden dat een overheidsgefinancierde kennisinstelling zomaar kan aansluiten, meent Roy Tomesen. Want hij vreest dat wetenschappelijke concepten die niet aansluiten bij de legpluimveepraktijk, maar wel de politiek aanspreken, vervolgens worden overgenomen en opgelegd door de overheid. Een uitspraak die de voorzitter van Agrivaknet (vereniging van agrarische specialisten), pluimveehouder en consortiumpartner Noud Janssen noopt tot enige relativering: ‘Ook kennisinstellingen moeten tegenwoordig hun geld verdienen door opdrachten voor het bedrijfsleven uit te voeren. Een horizontaal, open innovatieplatform kan er juist voor zorgen dat de nu zo gesegmenteerde innovatie-inzet meer gebundeld wordt en meer gaat renderen.’

Ed Hendriks (Omnivoor Keteninnovatie): ‘De sector moet komen tot product- en prijsdifferentiatie en margeverhoging.’

meerdere concurrenten commercieel interessant wordt, trekt iedereen zijn eigen plan en slaat alles dood.’ Eric Hubers, collega-boer en voorzitter van brancheorganisatie Vakgroep Pluimveehouderij LTO/NOP, in aanvulling: ‘Ik wil graag in zo’n platform meedenken, maar ik wil niet dat een ander met mijn ideeën aan de haal gaat.’ ‘Dutch Future Egg heeft alleen een toekomst als het partijen aan zich weet te binden die er zelf direct belang bij hebben en als die partijen bereid zijn hun ideeën te delen. Maar juist daar zit een flinke barrière’, analyseert Noud Janssen van Noah, verwijzend naar goede ideeën uit het verleden die de markt niet haalden door naijver in de keten. ‘Mensen willen primair zelf beter worden van hun ideeën en vooral niet dat een ander ermee vandoor gaat. Er heerst veel wantrouwen.’ De eierketen is eerder een ‘ei-landenrijk’, zo wordt woordspeels geconcludeerd. ‘Daarom moet het consortium vooral een veilige omgeving bieden. Ontwikkelgroepjes van niet meer dan drie, complementaire partijen waarmee je echt een klik mee hebt. Die klik kun je niet organiseren, maar je kunt die wel faciliteren door partijen bijeen te brengen’, geeft Albert Hoekerswever van 5D Connections (platform voor strategische ketensamenwerking in agrifood) een voorwaarde waaraan ‘DFE2.0’ moet voldoen.

ANDERE KETENPARTIJEN NODIG Hoe dan ook, is de consensus, binnen zo’n platform moet de ip (intellectueel eigendom) goed worden beschermd. Voorkomen moet worden dat een pluimveehouder een idee inbrengt bij een technologisch bedrijf dat er vervolgens mee aan de haal gaat. ‘Waarna je er nooit meer iets van hoort’, spreekt Anne van Lith van Zonnefarm ei uit eigen ervaring. Tegelijk moet die ip-borging de wisselwerking tussen de verschillende ketenpartijen niet hinderen. Die moet goed geregeld zijn, je hebt de keten immers nodig: andere disciplines zijn nodig om een product uit te ontwikkelen, produceerbaar te maken, te verpakken en te vermarkten. William Smit bepleit daarom een horizontaal ingericht platform waarop ketenpartijen elkaar treffen. Yuri Piepers van TU Eindhoven vult aan, verwijzend naar de manier waarop de hightech met open innoveren omgaat, dat

OPEN INNOVATIEPLATFORM Het fenomeen ‘open innovatie’ vindt zijn oorsprong in de omgeving van Philips, waar het besef ontstond dat product- en productietechnologieën zo complex waren geworden dat – om het geheel te doorgronden – gespecialiseerde bedrijven moesten gaan samenwerken. En alleen in een dergelijke samenwerking was het mogelijk om snel tot innovaties en nieuwe businessmodellen te komen. Sindsdien zijn tal van besloten samenwerkingsverbanden ontstaan waarbinnen bedrijven, grote en kleine, op basis van afspraken maar tegelijk met zo min mogelijk bureaucratie, in alle openheid met elkaar samenwerken. Cruciaal is dat deelnemers LEES VERDER OPde PAGINA 37 open staan voor de inbreng van anderen en behalve kennis halen ook zelf kennis inbrengen.

cateraars, restaurants en zorginstellingen, in plaats van met de ‘duurzame inkopers’ van de retail-bedrijven die hun eisen veelal baseren op ‘een wetenschappelijk volstrekt ongefundeerde opvatting over dierenwelzijn’. Andreas Oerlemans van P2 denkt dat de pluimveehouder ermee gediend is als het DFE-consortium nog een stapje verder ketenafwaarts gaat en de eindconsument erbij betrekt. ‘Ideeën die binnen DFE worden ontwikkeld, moeten wel getoetst worden aan de behoefte van de consument.’ ‘Gezondheid’, benadrukt Hugo Bens van de Vakgroep Pluimveehouderij LTO/NOP, ‘is een unique selling point van het ei dat nog lang niet genoeg wordt uitgedragen naar de Nederlandse consument, die circa 180 eieren per jaar consumeert. In landen als Japan, Italië en Canada worden veel meer eieren gegeten, omdat daar het ei veel meer wordt gezien als een gezond product.’

KLEINE KERNGROEPJES Hoe dan ook, dat het platform een brede invulling moet krijgen, inclusief consumentenclubs als de Slowfood-beweging en Wakker Dier, daarover LEES VERDER OP PAGINA 49

CONSUMENT BETREKKEN Verbetering van het boerenwelzijn is hard nodig, stelt Hoekerswever. ‘De maatschappelijke discussie over duurzame pluimveehouderij wordt heel eendimensionaal gevoerd: het gaat alleen maar over dierenwelzijn. Terwijl het ook over het welbevinden van de boer zou moeten gaan. Immers, ecologische duurzaamheid kan alleen ontstaan als er ook sprake is van economische duurzaamheid. Je kunt nu eenmaal niet groen worden als je rood staat.’ Daarom bepleit hij vooral intensivering van de samenwerking met afnemers als

Voorkomen moet worden dat binnen het platform een pluimveehouder een idee inbrengt bij een technologisch bedrijf dat er vervolgens mee aan de haal gaat. ‘Waarna je er nooit meer iets van hoort’, spreekt Anne van Lith van Zonnefarm ei uit eigen ervaring.

november 2017

47



VERVOLG VAN PAGINA 47

zijn alle genodigden aan tafel het wel eens. Evenwel, legt Smit een vinger op een gevoelige plek, zal het met een grote groep lastiger worden tot concrete ideeën en oplossingen te komen. ‘Ligt een oplossing dan niet in het formeren van kleine kerngroepjes?’ Waarmee de discussie zich concentreert op de vorm en financiering van de voortzetting van het DFE-consortium. Smit houdt daartoe twee opties voor. De ene is een vorm waarin rond bepaalde concrete ideeën evenzovele kleine kerngroepjes worden geformeerd die ermee aan de slag gaan. De investering van alle stakeholders in DFE wordt dan alleen ‘in natura’ – in tijd – gedaan. De andere is een meer geformaliseerde opzet, met per kerngroepje een projectmanager betaald uit een budget van pakweg 75.000 euro dat die stakeholders bijeen brengen. Daarbovenop zou dat platform dan een faciliterende rol kunnen hebben, oppert Oerlemans. Als de kerngroepjes voor hun ontwikkelwerk bijvoorbeeld een smaaktest willen uitvoeren of bepaald laboratoriumwerk nodig hebben, zou die service door DFE en de acht partners kunnen worden geleverd. ‘Een shopmodel, compleet met menukaart met de keuzemogelijkheden.’

TEMPO EN PASSIE De reacties zijn gevarieerd. ‘Maak het niet te formeel, laat het afhankelijk zijn van de ideeën die de ondernemers inbrengen.’ ‘Informeel, maar je moet wel regelmatig bijeenkomen.’ ‘Het consortium kan helpen de brug te slaan naar onderzoekers van de universiteit met wie je als pluimveehouder zelf niet zo gauw in contact komt.’ ‘Er is wel tempo nodig. Veel ideeën stranden omdat er geen vaart kan worden gemaakt. Neem het duurzame Rondeel-ei-concept. Fantastisch natuurlijk, maar het heeft wel heel lang geduurd voordat dat een succes was. Niet iedereen zal dat uithoudingsvermogen hebben, terwijl het wel zaak is dat je zoveel mogelijk partijen aan boord houdt.’ Pluimveehouder Tomesen: ‘Zorg dat die kerngroepjes zich toeleggen op bepaalde thema’s – de promotie van het ei, of bepaalde productinnovaties – om bij de uitwerking de juiste mensen van

buitenaf te betrekken.’ Waarop belangenbehartiger Hubers met enkele concrete voorbeelden komt: ‘Ik heb laatst een groot event helpen organiseren en dan zie je dat de gevulde eieren veel aftrek vinden. Toch kom je ze op verjaardagen niet tegen, omdat ze maken veel tijd vergt en mensen niet meer bereid zijn uren in de keuken te staan. Er is behoefte aan keukenapparaten waarmee de hobbel om eieren te gebruiken kan worden wegPluimveehouder Jarrin Snetselaar: ‘Ik heb vooral passie nodig, bij mezelf en de mensen genomen. Daar zou de hele keten baat bij hebben. Verge- met wie ik samenwerk.’ lijk het met ijs maken: tien jaar geleden deed niemand dat thuis, maar nu er redenen van duurzaamheid, in Nederland niet de een handzame machine voor is gebeurt dat wel.’ grote omvang zal hebben die deze nu heeft. ‘Dat En dat betekent dat er partijen als keukenapparawij nu twee derde van onze eieren exporteren en tuurfabrikant Princess bij het platform betrokken daarvoor tachtig procent van het voer importezouden kunnen worden. ‘Of ’, oppert Hubers, ‘een ren, is op de lange termijn niet meer uit te legpartij als Unilever met een merk als Knorr. Want gen.’ Eric Hubers is het daar volledig mee oneens: mensen kopen wel een netjes verpakte omelet als ‘Als dat waar zou zijn, dan hoeven we hier ook daar een bekend merk op staat en het altijd met niet te discussiëren. Ondanks problemen als exact dezelfde kwaliteit wordt geleverd.’ mest, dierenwelzijn en fijnstof is het aantal kipAls pluimveehouder Jarrin Snetselaar, die zich tot pen in Nederland alleen maar gegroeid, omdat

‘Je kunt niet groen worden als je rood staat’

dan toe niet in de discussie heeft gemengd, wordt gevraagd wat hij wil van het DFE-platform, is zijn antwoord nuchter: ‘Wij zijn bezig met een idee – ik kan daar nu nog niets over kwijt – waarvoor ik zelf de mensen met de juiste expertise bij elkaar zoek. Mensen die complementair zijn maar ook fris van geest, niet te veel vastgeroest in hun vak. Ik waak ervoor dat de groep te groot wordt en bind geen partijen aan me die de capaciteit hebben om te snel te gaan, waardoor ik het overzicht en de controle kwijt kan raken. Heb ik een samenwerkingsverband nodig om van ons idee een succes te maken? Ik heb vooral passie nodig, bij mezelf en de mensen met wie ik samenwerk.’

OVER 20 JAAR?

Noud Janssen (Noah): ‘Juist bij de bereidheid ideeën te delen zit een flinke barrière.’

William Smit sluit af met de vraag waar de aanwezigen over twintig jaar denken te staan. Het ontlokt Roy Thomsen een nogal pessimistische visie op een sector die op de lange termijn, om

we er oplossingen voor hebben gevonden.’ Petro Boon ziet dat als een belangrijk thema van het innovatieplatform Dutch Future Egg: het ontwikkelen van oplossingen voor de problemen die de maatschappij met de pluimveehouderij heeft. ‘Er is de afgelopen jaren al heel veel veranderd en verbeterd. Maar wil je overleven in dit land, dan zal je als sector moeten blijven innoveren om maatschappelijk draagvlak te creëren.’ Dan heb je, met andere woorden, een pluimveesector nodig die niet alleen focust op verdere schaalvergroting, een grotere omzet met een flinterdunne marge, maar ook op productdifferentiatie, meer toegevoegde waarde en een hogere marge.

SUCCESVERHALEN Om het DFE-platform structureel van de grond te krijgen heb je succesverhalen nodig, dan ontstaat het geloof in de zin van de samenwerking, meent Noud Janssen: ‘Juist daarvoor is het DFEconsortium opgericht, om door de projecten die we uitvoeren die succesverhalen te kunnen bieden.’ Om zo de organische groei van het platform op gang te brengen en daarmee het innovatievermogen van de pluimveesector te versterken. www.d-f-e.nl www.stimulus.nl/opzuid/projecten

november 2017

49


PARTNERS

TRIOS HELPT SANOVO BIJ OPVOEREN VAN EIERSORTEERSNELHEID

GRIP OP INNOVATIE Schaalvergroting staat ook voor machinebouwers in de eierbranche op het menu. Hun klanten, eierboeren en -verwerkers, vragen om een hogere capaciteit van sorteermachine inclusief verpakkingslijn. Bottleneck bij Sanovo Technology Netherlands was de aanvoer van eierdozen waarin de gesorteerde eieren worden verpakt. Door slijtage greep de ‘verpakkingsontnester’ te vaak mis. Trios Precision Engineering maakte een nieuw, slijtvast ontwerp. ‘Zij kenmerken zich door een fundamentele kijk op de mechanica.’

De fipronil-crisis deert Sanovo niet. ‘Nederland is voor ons een kleine markt, verzadigd qua automatisering. Het zwaartepunt lag de afgelopen jaren in Amerika, maar daar is nu weinig geld voor investeren vanwege lage eierprijzen en de overgang van kooi- naar vrije-uitloophuisvesting voor kippen. In de rest van de wereld doen we het heel goed, al hebben we aan de onderkant van de markt in landen als Turkije wel last van copycats.’ Veel succes had Sanovo (120 medewerkers) met een grote sorteermachine die als ‘werkpaard’ voor de Amerikaanse markt was ontworpen. Daarop voortbouwend startte Sanovo de ontwikkeling van de GraderPro, een nieuwe generatie modulair opgebouwde sorteermachines die ook de veeleisende Europese klanten bedient. ‘Vanwege de vraag naar traceability hebben wij het concept van individual egg handling in die machine opgenomen, waardoor elk ei tot aan de verpakking wordt gevolgd. We zijn nu aan het uitontwikkelen en finetunen.’

FUNDAMENTELE KIJK

Erik van Gaasbeek van Trios (links) en Jan Willem Pennings (Sanovo) bij de nieuwe denester voor de Grader Pro sorteermachine van Sanovo: ‘Samen zijn we teruggegaan naar de basis: wat moet dat ding nu echt doen en welke concepten kunnen we daarvoor bedenken?’ Foto’s: Jan van den Brink

DOOR HANS VAN EERDEN

anovo Technology Netherlands in Aalten bouwt eiersorteermachines voor de wereldmarkt. Waarbij ‘sorteren’ verwijst naar het brede begrip ‘grading’: naast sorteren op grootte ook controle op schaalbreuk, vuil/bloed en ‘lekkage’ (vanwege ontbrekende schaal), met directe afvoer van afgekeurde eieren. In 2005 werd het vroegere Staalkat onderdeel van de Deense Sanovo Group. De Nederlandse machinebouwer kreeg daardoor meer slagkracht in productontwikkeling en internationale verkoop en kon uitgroeien tot het Sanovo competence centre grading & packing. Dankzij kennisuitwisseling met de Denen, die zich toeleggen op egg processing (breken, pasteuriseren, enzovoort), kon ‘Aalten’ een stap zetten op hygiëne-gebied, vertelt r&d-manager Jan Willem Pennings. ‘Zij hadden al veel ervaring met het ei als food-

S

50

november 2017

product, onze sorteermachine gold vroeger als een agrarisch werktuig; hygiëne was toen nog geen thema. Nu hebben wij een CIP-systeem (Cleaning in Place, red.) ontwikkeld en is het reinigen in de machine geïntegreerd. Welke chemicaliën je daarvoor moet gebruiken, welke kunststoffen je kunt toepassen voor de delen die in contact komen met het ei, dat hebben wij geleerd van onze Deense collega’s. Klanten kunnen nu bij ons inloggen en voor elk artikel in hun machine een certificaat ophalen om aan te tonen dat alleen food-approved materialen zijn toegepast (en dus ‘bewijzen’ dat hun machine food-approved is, red.).’ Ook over de gesorteerde eieren en de productiviteit van hun machine krijgen klanten steeds meer informatie; big data is bij Sanovo in opkomst.

INDIVIDUEEL EI Het gaat goed in de eierbusiness, meldt Pennings.

Een van de verbeterslagen betrof de aanvoer van de eierdozen voor het verpakken van de gesorteerde eieren. Die dozen worden op een grote stapel aangeleverd en de ‘verpakkingsontnester’ (denester) moet er daarvan telkens één afpakken en klaarzetten. Het oude grijpmechaniek vertoonde echter veel slijtage, waardoor de denester te vaak misgreep of de doos kapotscheurde. Voor een oplossing deed Pennings een beroep op Trios Precision Engineering uit Neede. ‘In de nieuwe machine moesten wij dat denesten goed voor elkaar krijgen en we hebben Trios gevraagd mee te denken. Samen zijn we teruggegaan naar de basis: wat moet dat ding nu echt doen en welke concepten kunnen we daarvoor bedenken? Dat heeft geresulteerd in een denester die totaal anders werkt maar wel past op de oude machines.’ Erik van Gaasbeek, de evenknie van Pennings bij Trios, verbaasde zich vooral over de gigantische snelheid waarmee eieren over de sorteerlijn gaan. ‘De denester moet daarom ontzettend snel doosjes aanbieden aan het systeem. Daar komen grote krachten bij vrij. Als je dat in goede banen wilt leiden, moet je eerst aan het ontwerp rekenen.’ Trios kenmerkt zich door een fundamentele kijk op de mechanica, aldus Pennings. ‘Ze zitten niet meteen achter het CADsysteem, maar kijken eerst welke principes ze


moeten gebruiken voor de oplossing. Hun frisse blik van buiten werkt goed. We werken nu aan een nieuw project, waar ik nog niet veel over kan zeggen, waarbij zij ook weer fundamenteel een lastig probleem benaderen.’

het voorstadium al bekijken of we problemen verwachten waarvoor we Trios beter direct kunnen inschakelen, zodat ze vanaf de specificatie meewerken.’

ANDERE AFSLAG ‘Bij het eerste project ging het deels om reengineering’, vertelt Van Gaasbeek. ‘Er was een bestaand systeem, dus de ruimte waarbinnen wij de oplossing moesten vinden was bekend. We kregen wel de vrijheid om bepaalde keuzes ter discussie te stellen. Het lastige van re-engineering is dat het ongeveer voor hetzelfde geld moet, omdat de kostprijs al eerder is gecalculeerd. Ik zeg wel eens: je moet iets maken dat werkt voor dezelfde kosten als van iets dat niet werkt. Dat is vaak moeilijk. Dan zijn er in een ontwerptraject afslagen genomen die je niet meer kunt teruglopen, terwijl je liever een andere afslag had genomen. Daarom worden wij liefst in het beginstadium betrokken en gaan wij met het strategische ontwerp aan de slag, niet met een redesign. Dan kunnen wij het verschil maken, door te zoeken naar de juiste eenvoud in een oplossing en te kijken naar de natuurkundige regels waaraan die moet voldoen. De basisregels van de mechanica zitten ons in het bloed.’ Pennings gaat hierin mee. ‘We werken met meerdere externe partijen voor ondersteuning van onze 25 engineers; Trios benaderen we voor de wat complexere vraagstukken. In het vervolg willen we bij sommige projecten in

UITLEVEN Maar ook in re-engineering, zoals voor de denester, kunnen de Triosingenieurs zich uitleven. De meeste hoofdbrekens gaf het grippermechanisme, verklaart Erik van Gaasbeek. Het oude mechaniek telde te veel bewegende delen die allemaal speling vertoonden Erik van Gaasbeek over het nieuwe grippermechanisme: ‘De basisregels van de mechanica zitten ons in het bloed.’ en daardoor snel sleten. Trios ontwierp een ingedeze ontwikkeling, heeft het nieuwe ontwerp nieus stangenmechaniek met pneumatische gripinmiddels glansrijk doorstaan. Pennings: ‘Die pertjes dat slijtvast is en tevens lichtgewicht. Want klant werkt er nu naar volle tevredenheid mee. vanwege de hoge doorvoersnelheid van de sorWe kunnen de nieuwe denester als retrofit bij teerlijn moet de denester in de beweging die hij bestaande machines plaatsen, maar het belangmet de eierdozen uitvoert een maximale versnelrijkste is dat we op tijd zijn voor de nieuwe ling halen, dus een minimale massatraagheid sorteermachine.’ hebben. ‘We hebben een model gemaakt om dat zo goed mogelijk voor elkaar te krijgen.’ Duurtesten – cruciaal in geval van slijtageproblemen – bij Trios, Sanovo en een Franse klant die met zijn www.sanovogroup.com onvrede over de oude denester de aanstoot gaf tot www.trios.nl

CORTEXON-KABINET VORMT ‘HERSENEN’ MRI-SCANNER PHILIPS Healthcare is tegenwoordig het speerpunt van Philips – en dan wel ‘healthcare’ in de breedste zin van het woord. Mark van Helvoort en Martin Everaert (Senior Mechanical Design Engineer) van Philips gaan nader in op de ontwikkelingen in de gezondheidszorg en de safety-eisen die zij stellen aan hun toeleveranciers, waaronder Marcel van de Sande (Business Unit Manager) van Cortexon.

‘HERSENEN’ MRI-SCANNER Alle metingen tijdens een Philips MRI-scan worden verwerkt in een kabinet van Cortexon – leverancier van klantspecifieke elektronicabehuizingen. “Om die reden noemen we dit kabinet ook wel ‘de hersenen’ van de MRI-scanner. Niet alleen de verwerking van de beelden vindt plaats in het kabinet, maar ook de aansturing van de scanner. In het kabinet zit dus veel belangrijke apparatuur die goed beschermd moet worden – ook om risico’s voor de patiënt uit te sluiten”, aldus Van Helvoort. “Maar dat is aan Philips wel toevertrouwd”, vult Everaert aan. “Safety staat zeer hoog op onze prioriteitenlijst. De behuizing van Cortexon is dan ook grondig doorgemeten. Van valtesten – waarbij het kabinet vanaf een meter hoogte valt – tot aan testen in een klimaatkamer. Healthcare is nu eenmaal een sector met enorm veel regels. Daar weet niet elke leverancier raad mee, maar Cortexon wel.”

NAUWE SAMENWERKING Cortexon is werkzaam voor diverse bedrijven in de high-tech industrie: van ASML tot NXP. “Deze dynamische sector maakt dat wij nooit stil mogen zitten. En dat doen we dan ook niet”, aldus Van de Sande. “Door continu met Philips mee te denken – tot aan de pallet aan toe – en snel te schakelen, kunnen we het verschil maken. Maar die snelheid verliezen we deels wel weer. Philips moet elk product en elke wijziging – bijvoorbeeld het boren van een gat – grondig testen en aantonen dat het kabinet nog aan alle eisen voldoet. Ook wijzelf zijn uitvoerig geaudit. Voor die testen hebben we vooral veel begrip. Een vrij ‘gewoon’ kabinet is in een healthcare-omgeving nu

eenmaal niet gewoon meer.” Van Helvoort vult aan: “Dat gaat zo ver dat er in een ziekenhuis even zorgvuldig met het kabinet wordt omgesprongen als met de MRI-scanner zelf. De behuizing wordt echt als een onderdeel van de MRI-scanner beschouwd.”

Meer weten: www.cortexon.com

november 2017

51


ADVERTORIAL

BOZ GROUP INVESTEERT IN MENSEN EN MACHINES

SMART FACTORY DRAAIT OP GEMOTIVEERDE EN GOED OPGELEIDE MEDEWERKERS In Bergen op Zoom bouwt de BOZ Group, tier-1 toeleverancier van plaatwerk, aan de fabriek van de toekomst. Voor deze smart factory zijn goed opgeleide en gemotiveerde medewerkers net zo belangrijk als geavanceerde technologie en moderne productiemethodes. Directeur Corné van Opdorp investeert daarom zowel in moderne machines en slimme werkwijzes als in training en werkplezier van medewerkers. De BOZ Group is, met meer dan 100 medewerkers, gespecialiseerd in ontwikkeling & engineering, plaatbewerking, poedercoaten en assemblage, inclusief laserlassen. Het bedrijf levert plaatdelen, lichte constructies, modules en compleet geassembleerde machines en apparaten aan onder meer de voedingsmiddelen-, agro-, elektrotechnische, medische en farmaceutische industrie en de machine- en apparatenbouw. De BOZ Group bouwt gestaag aan haar ‘smart factory’, door te investeren in digitalisering, nieuwe machines, slimmere processen en goed opgeleide medewerkers.

INVESTERINGEN Dit jaar belopen de investeringen in BOZ’s fabriek van de toekomst zo’n 1,9 miljoen euro, meldt Van Opdorp. Zo zorgt de vervanging van één kantbank door twee moderne machines voor een flinke upgrading en uitbreiding van de kantcapaciteit. De vervanging van een lasrobot heeft hetzelfde effect, aldus de directeur. ‘Het is alsof je overstapt van een Volkswagen naar een Porsche. Niet alleen is de output groter, ook kunnen we richting klanten de continuïteit van ons werk aan lassamenstellingen beter garanderen.’ In de plaats van een Trumatic 6000 pons-lasermachine komt nu de 7000-versie. Die heeft als een van de extra features een actieve ondermatrijs, die kan wegzakken waardoor bij het verplaatsen van een plaat geen krassen ontstaan.

PRODUCTIVITEIT ÉN PLEZIER Intussen heeft de BOZ Group ook al veel geïnvesteerd in een ander aspect van de smart factory, namelijk het papierloos werken, op kantoor en op de werkvloer. Tevens gaat de BOZ Group de traceability verbeteren met behulp van RFID (radio-frequency identification); producten voorzien van een RFID-chip zijn dan eenvoudig te vinden. Dit om de productiviteit te verhogen en veel loop- en zoekwerk te elimineren. Gevolg daarvan is wel dat medewerkers in hun werk minder afwisseling en onderlinge interactie ervaren. Toen Van Opdorp dit effect onderkende richting zijn medewerkers, konden zij dat waarderen. Een van de verbeterpunten om het werkplezier te vergroten is het vernieuwen van de toilet- en kleedruimtes.

CYBERSECUITY

systeem er dan uit ligt en je de informatie nog op papier hebt, kunnen de machines doordraaien.’ (Cyber)veiligheid is een van de onderwerpen waar- Corné van Opdorp, directeur van de BOZ Group: voor de awareness bij de ‘Wij focussen op het verbeteren van processen en het medewerkers door middel optimaliseren van onze dienstverlening richting oem’ers.’ van trainingen wordt ver- Foto: Jeroen Bouman hoogd. Dit ook met het oog op het streven verantwoordelijkheden lager in de organisatie te leggen.

TALENTEN Zo steekt de BOZ Group veel energie in training van de huidige medewerkers, intern en door machineleveranciers. Broodnodig, signaleert Van Opdorp, want ook op de werkvloer zijn steeds meer hoogopgeleide medewerkers nodig en de werving van nieuwe talenten is in de huidige arbeidsmarkt lastig. Wel heeft de BOZ Group met succes een nieuwe doelgroep aangeboord, die van de statushouders, asielzoekers met een verblijfsvergunning. Uit een groep van dertig Syriërs werden drie kandidaten met ervaring in metaalbewerking geselecteerd. De eerste heeft inmiddels een vaste aanstelling gekregen. ‘Het is mooi om te zien met hoeveel plezier en trots hij hier werkt. Hij heeft zijn droom verwezenlijkt, zeker nu zijn vrouw en kind zijn overgekomen.’

ALLE PROCESSEN BEHEERSEN Herkomst is niet belangrijk, het gaat de BOZ Group erom gemotiveerde medewerkers te hebben, verklaart Corné van Opdorp. Want het is zijn ambitie om de Europese top-tien positie te handhaven die zijn bedrijf bekleedt volgens (inter)nationaal opererende klanten. ‘Wij focussen op het verbeteren van processen en het optimaliseren van onze dienstverlening richting oem’ers. Voor hen dient de prijs concurrerend te zijn, maar kwaliteit, leverperformance en andere kpi’s zijn belangrijker. Het gaat erom dat je alle processen beheerst en kunt borgen.’

Een andere factor die het ideaal van 100% papierloos werken enigszins relativeert, is cybersecurity. De BOZ Group heeft nog geen incidenten gehad maar ziet wel regelmatig hackpogingen, vertelt Van Opdorp. ‘We zijn realistisch en weten dat de garantie op een ‘waterdicht’ netwerk er niet is; je kunt vandaag of morgen nog worden gehackt. Als het computer-

De nieuwe Trumatic 7000 pons-lasermachine bij BOZ Group heeft als een van de kwaliteitsbevorderende features een actieve ondermatrijs.

BOZ Group

T +31 (0)164 24 09 10

Bongaertsweg 8

F +31 (0)164 25 29 65

4612 PL Bergen op Zoom

E boz@bozgroup.eu I www.bozgroup.eu


STRATEGIE

JONGE OEM’ER Q-FIN HEEFT ALLES IN PLACE OM SNEL TE GROEIEN

‘NOU DE REST VAN EUROPA NOG’ Nu doorpakken om op te schalen en de groei te versnellen. Machinebouwer Q-Fin Quality Finishing in Bergeijk zet er alle kaarten op. De gloednieuwe montagehal met showroom/demoruimte, negen stateof-the-art productlijnen en versterking van marketing & sales, montage en engineering moeten daarbij helpen. DOOR PIM CAMPMAN

orig jaar sprak directeur Anton Bax de ambitie uit om binnen zes jaar op te rukken tot de Europese top-drie in machinaal ontbramen, slijpen en afronden van metaaldelen. Nu zegt hij, met een kwinkslag: ‘Ik denk dat we zo ver zijn, alleen... nog bijna niemand weet dat. In Nederland beginnen we redelijk naamsbekendheid te krijgen, nou de rest van Europa nog.’ Het voorbije jaar schaakte de machinebouwer op veel borden tegelijk. In no time werd een nieuw, ruim en markant bedrijfspand uit de grond gestampt. ‘Dat gaf rust: meteen na de zomervakantie konden we ons volledig richten op het bouwen van onze ‘new design’ machines.’ Een fraaie showroom/demoruimte met erachter een ruime en lichte werkplaats inclusief twee ‘lean’ materialenmagazijnen. ‘Gaan we echt heel hard, dan kunnen we hiernaast uitbreiden.’

V

NEGEN MACHINELIJNEN Fundament onder de groei zijn Q-Fin’s negen machinelijnen: vier volautomaten, drie halfautomaten en twee natfilter-afzuiginstallaties – drie meer dan een jaar geleden. Een tiende machine met een nieuw ontbraamprocédé (R2+) zit in de finale testfase. ‘Die doet het goed, is heel agressief op de afronding (voor radius van twee millimeter en meer, vandaar de naam, red.). Alleen moeten we nog de borstel vinden die dat aankan zonder te hard te slijten.’ Het huidige productportfolio dekt het hele bereik van 10 tot 1.200 millimeter breed en oneindige lengte af. Met, zo wijst vergelijkend onderzoek uit, usp’s die concurrenten aftroeven qua snelheid, bedieningsgemak en slijpresultaat – zonder hoger prijskaartje. Dit mede dankzij in-house innovaties als borstelhoogte-volgsysteem en krachtige vacuüm- en magneetondersteuning in de transportband.

VEEL PROBLEMATIEKEN Maar toch, potentiële klanten ervan overtuigen dat die usp’s hen voordeel opleveren, is lastig in de wat conservatieve metaalsector. Bax: ‘Welke machine is de beste? Ben je niet bekend met auto-

Joost Kouwenbergh (links) en Anton Bax in de showroom van Q-Fin: ‘Ons streven is ieder halfjaar een nieuwe machine te presenteren.’ Foto: Kees Beekmans

matisch ontbramen, dan is dat moeilijk te doorgronden. Wie het eenmaal heeft aangedurfd met ons in zee te gaan, ziet dat wel.’ Hij noemt metaalbedrijf Jacfriesland in Drachten, een klant van het eerste uur. ‘Daar op bezoek prees directeur Renze de Graaf Q-Fin bij een relatie de hemel in. Ik hoefde zelf niks over onze machines te vertellen, prachtig.’ Bij Jacfriesland, plaatsnijder gespecialiseerd in rvs, nikkellegeringen en titanium, draaien vier Q-Fin ontbraammachines en een afzuig-unit. Waaronder de grootste volautomaat, de F1200. De Graaf: ‘Alvorens die te kopen hebben we drie merken vergeleken en eerlijk is eerlijk: er zat géén slechte machine bij. Maar in onze ogen kwam de Q-Fin als beste uit de bus: de kracht die de borstels op het werkstuk overbrengen geeft de beste afronding.’ Zulke ‘ambassadeurs’ zijn goud waard, maar bij snel groeien komt meer kijken. De Bax Holding omvat toeleveranciers Bax Metaal, Laserparts en RVS Finish én oem’er Q-Fin. Anton Bax: ‘Dat kunstje van iets tekenen, bouwen en snel leveren snappen we wel; dat kunnen we best goed. Maar als oem’er moet je dealen met veel meer problematieken. Wat je maakt, moet je ook kunnen vermarkten, inclusief dealermeetings, training/ scholing, buitenlandse prospects een of twee dagen hosten. Daarvoor hebben we vooral ook in marketing & sales moeten investeren.’

STERK IN INNOVATIE Dit voorjaar werd daarvoor Joost Kouwenbergh aangetrokken. Met zijn achtergrond in metaal-

ondernemerschap is hij geknipt voor de branding van Q-Fin in binnen- en buitenland. ‘Dit najaar presenteren we op beurzen onder de noemer ‘New Design 2018’ onze nieuwe machines. Kenmerkend is een schil (beplating die van binnenuit wordt aangelicht, red.) van semi-transparant acrylaat, dat de kleur aanneemt van de actuele status: groen is in bedrijf, rood storing en wit service.’ Q-Fin zet stevig in op innovatie. ‘Ons streven is ieder halfjaar een nieuwe machine te presenteren.’ ‘Ik schat dat we tien tot vijftien procent van onze tijd en capaciteit in ontwikkeling steken’, vult Bax aan. De beursdeelnames moeten nu leads opleveren. ‘Onze Australische dealer bestelde onlangs zijn zesde machine en een grote Duitse oem’er, wereldmarktleider in plaatbewerkingsmachines, blijkt ons al twee jaar te volgen en wil nu met ons samenwerken om klanten een totaalpakket te kunnen aanbieden.’ Q-Fin zelf heeft een dikkere vinger in verkoop dan in de beginperiode. ‘Als fabrikant, als merk, moet je zelf in de markt aanwezig zijn. Klantencontact is essentieel. Alleen dan krijg je de feedback die jou verder helpt met de machineontwikkeling. Om onze klanten nog beter van dienst te kunnen zijn, gaan we in Nederland de verkoop en service van de grotere machines weer zelf doen.’ Kouwenbergh: ‘Wij krijgen de leads van onze dealer en gaan zelf de machines plaatsen en de service doen. Dat gaat ons helpen om door te pakken en te blijven groeien.’ www.q-fin.nl

november 2017

53


MTA is dĂŠ hightech system supplier, gespecialiseerd in het ontwikkelen en bouwen van mechatronische systemen. Met ons team van experts zijn we in staat een totaaloplossing te bieden die u compleet ontzorgt.


FLINK bericht over de wereld van starters en hun innovaties, financieringsproblemen en andere uitdagingen. De naam, FLINK, haakt natuurlijk aan bij die van dit magazine, maar duidt bovenal op een wezenlijke karaktereigenschap van elke startende hightech ondernemer waar de interesse van (formal) investors naar uitgaat – meer nog dan naar de innovatie in kwestie: heeft de starter doorzettingsvermogen, weet hij mensen voor zich te winnen met zijn overtuigingskracht, durft hij beslissingen te nemen?

Carolien Nijhuis, managing director Internet of Things bij KPN, hier tijdens haar keynote op The Future of High Tech, wil bruggen slaan naar start-ups en scale-ups.

IN FLINK:

Foto’s: Eric Brinkhorst

65 Anoxia bereikt de markt met oplossing voor ‘diervriendelijk’ euthanaseren 66 KORT: - LT Technology wil groeien in waar het goed in is - The Hague Tech knoopt banden aan met San Francisco - Bijna 250 miljoen euro extra financiering voor scale-ups en start-ups

THE FUTURE OF HIGH TECH 2017: ZOEKEN NAAR DIE ‘GOLDEN NUGGET’

BULLSHIT OF DISRUPTIE? Vertrouwen als basis om elkaar beter te maken. En ook: hoe vind je tussen alle ‘bullshit’ die disruptieve ‘golden nugget’? Vooral daarover ging het event ‘The Future of High Tech 2017’, eind september op het High Tech Systems Park in Hengelo (Ov). Zo’n 300 mensen – van start-ups, scale-ups, grote(re) ondernemingen, kennisinstellingen en investeerders – kwamen erop af. Een impressie. DOOR MARTIN VAN ZAALEN EN HANS VAN EERDEN

STARTUPFEST EUROPE EN THE FUTURE OF HIGH TECH StartupFest Europe 2017 (25-28 september) omvatte een main event (CapitalFest, georganiseerd samen met Amsterdam Capital Week) en thematische evenementen verspreid over het land: Digital Health & MedTech, Blockchain Summit, FinTech Vortex, Energy Fest, New materials for the circular economy, Impact Startup Fest en The Future of High Tech. StartupFest Europe was een initiatief van onder meer StartupDelta, Deloitte, Amazon Web Services, AkzoNobel, Rabobank, ING, Startup Amsterdam en de ministeries van EZ en OCW. Novel-T

Zo’n 300 mensen kwamen op The Future of High Tech af.

organiseerde samen met partners The Future of High Tech: naast de plenaire sessie een matchmaking tussen start-ups, corporates en

investeerders, een hackathon en drie Pitch & Match-sessies rond challenges.

O

nder de vlag van ‘StartUpFest Europe’ vonden eind september, verspreid over Nederland, tal van events plaats. Het doel: start-ups en scale-ups in contact brengen met corporates en investeerders. Met ‘The Future of High Tech 2017’ – thema ‘Towards a smarter industry’ – had Twente een goede inbreng. ‘Wij hebben een specialist voor elk specialisme’, aldus Job van Harmelen, hoofd communicatie van Thales in de serie korte interviews waarmee het event onder leiding van Novel-T-directeur Jaap Beernink opent. ‘Maar jij, disruptieve start-up of scale-up, hebben we nodig om al die kennis en ervaring om te zetten in die golden nugget waar we naar op zoek zijn.’ Dezelfde drive heeft Carolien Nijhuis van KPN: zij wil bruggen slaan naar start-ups en scale-ups.

www.startupfesteurope.com

LEES VERDER OP PAGINA 56

november 2017

55


VERVOLG VAN PAGINA 55

THE FUTURE OF HIGH TECH 2017: TOWARDS A SMARTER INDUSTRY

BULLSHIT OF DISRUPTIE? Victor van der Chijs, rector magnificus van de Universiteit Twente, wijst erop dat alleen de brug slaan tussen starters en grote bedrijven niet volstaat. Zijn advies: betrek tevens het middenbedrijf – om ook dat de groeispurt te geven die disruptie mogelijk maakt. Met een belangrijke rol, benadrukt hij, voor Novel-T, het samenwerkingsverband voorheen bekend als Kennispark Twente – en organisator van het event – dat als doel heeft het Twentse ecosysteem van innovatie en ondernemerschap te versterken. StartupDelta-ambassadeur Constantijn van Oranje komt als laatste aan bod. Hij zoomt in op een nog onbelicht werkterrein: het buitenland, met name België en Duitsland. Blij is hij dan ook met keynote spreker Alexander von Frankenberg, managing director van het Duitse High-Tech Gründerfonds – niet de enige deelnemer van over de grens. Niet voor niets is Engels de voertaal op het podium en in de meeste netwerkonderonsjes.

BRUG SLAAN De eerste The Future of High Tech in 2016, vertelt Beernink, ‘was bedoeld om start-ups en scaleups te inspireren om te gaan ondernemen met de wereld als markt. Overigens zonder de realiteit uit het oog te verliezen. Een Nederlandse start-up mag al blij zijn met twee miljoen euro financie-

HACKATHON: GOEDE OPLOSSINGEN Novel-T organiseert regelmatig Creathons, waarbij deelnemers oplossingen voor ‘global’ uitdagingen uitwerken. The Future of High Tech heeft een hackathon, georganiseerd door Novel-T samen met Amazon Web Services (AWS). ‘Het verschil met een Creathon is dat tijdens een hackathon software development leading is’, vertelt Rogier Ikink namens Novel-T. Een kleine dertig start-up-ondernemers en studenten, van wie drie kwart internationaal, gaan in zeven teams de uitdaging aan. Acht uur krijgen ze om een werkende applicatie voor gezichtsherkenning te ontwerpen, gebruikmakend van de software van AWS. Jose Manuel Rodriguez, head of Startup Business Development Benelux bij AWS, is onder de indruk van de energie en de ernst waarmee de teams werken. ‘Ze hebben ideeën met groot potentieel ontwikkeld.’ Het winnende team Facematch gebruikt in zijn app onder meer LinkedIn-profielen om herkende personen met aanvullende informatie te presenteren. Ze winnen 1.000 euro en tickets voor het CapitalFest. Rodriguez van AWS kent spontaan een tweede prijs, 500 euro, toe aan een trio UT-studenten. Zij zetten gezichtsherkenning in voor het tijdrovende registreren van deel-

56

november 2017

ring.’ In de 2017-editie draait het vooral om een brug slaan tussen jonge ondernemers en anderzijds corporates en financiers, aldus Beernink. Het belang van samenwerking met grote ondernemingen en met hun netwerken in massamarkten heeft hij persoonlijk ondervonden – als cofounder van Golden Egg Check, dat onder meer een e-learning-applicatie voor ondernemerschapsonderwijs heeft ontwikJaap Beernink van organisator Novel-T (links) in gesprek met UT-rector Victor van der Chijs keld. ‘Wij hebben (midden) en StartupDelta-ambassadeur Constantijn van Oranje, die verheugd is over de buitengemerkt dat je als klein landse inbreng. Foto’s: Eric Brinkhorst bedrijf die early adopters nog wel kunt bereiken, de klanten die snel geboeid zijn door radicale innoSAMEN INNOVATIEF vaties en de bijbehorende ‘onzekerheid’ voor lief Bruggen slaan wil ook Carolien Nijhuis, mananemen. Maar voor de massamarkt bereiken, kan ging director Internet of Things bij KPN, die een meer nodig zijn dan dat je als starter zelf (op keynote verzorgt in het plenaire programma. korte termijn) voor elkaar krijgt. In ons geval zijn Haar businessunit, KPN New Business, staat min we daarom een strategische samenwerking aanof meer los van de corporate organisatie. Zodat gegaan met Noordhoff Uitgevers.’ start-ups en scale-ups waarmee ze samenwerkt de ruimte krijgen waarin ze gedijen. Met een eigen budget focust KPN New Business op bedrijven die technologie in huis hebben voor het internet HERKENNEN of things (IoT) of security service – en die passen in het incubatorteam van KPN, om samen technologieën uit te werken zoals ook de blockchain. Een scale-up in hun portfolio, Sensara Smart Monitoring Solutions, heeft intelligente technologie ontwikkeld die ouderen thuis kan monitoren en waarschuwt als ‘afwijkende activiteiten’ worden waargenomen. ‘Sensara brengt de sensortechnologie en disruptieve, zelflerende algoritmes in; wij het telecomnetwerk en de markt. Bij elkaar opgeteld een innovatief product waarvan is aangetoond dat het werkt en dat schaalbaar is’, duidt Nijhuis in hoofdlijnen waar zij op let bij het Impressie van de hackathon. beoordelen van jonge ondernemingen die in haar vizier komen. nemers bij events: bij binnenkomst wordt een deelnemer herkend en meteen wordt de betreffende naambatch aangemaakt. AWS wilde vooral laten zien dat met hun software snel goede oplossingen zijn te bouwen, maar praktische toepassingen liggen dus al in het verschiet. Rogier Ikink: ‘Met deze oplossingen en de nieuwe connecties die we hebben gelegd, is deze hackathon een groot succes.’ aws.amazon.com

IOT-AS-A-SERVICE Vooral start-ups en scale-ups die invulling kunnen geven aan KPN’s businessmodel ‘IoT-as-aservice’, hebben Nijhuis’ interesse. ‘Neem Viloc, een tool tracking company in ons portfolio, met assetmanagementtechnologie voor de bouw. Samen met onze startklare en schaalbare IoToplossing ‘KPN Things’ (onlangs gelanceerd, red.) kunnen we een service aanbieden waarmee bouwbedrijven al hun gereedschappen, generato-


ren, verdeelkasten, et cetera kunnen monitoren. Om te checken of onderhoud nodig is, om diefstal tegen te gaan en ook om bij te houden wat welke klant hoe lang gebruikt, zodat je de kosten gemakkelijk aan de juiste klant in rekening kunt brengen. Typisch de samenwerking die wij zoeken: een jonge partner brengt de sensoren in voor generieke of specifieke toepassingen, wij verlenen de klant met relevante en betrouwbare data de service om zijn processen te optimaliseren, de klantervaring te verbeteren en zelfs nieuwe businessmodellen te ontwikkelen.’

VERTROUWEN Die samenwerking moet gestoeld zijn op wederzijds vertrouwen, besluit Nijhuis, refererend aan de keynote van de voormalige NASA-astronaut Dan Barry. Vandaag is hij dga van Denbar Robotics, dat kunstmatige-intelligentietechnologie (AI) toepast. Zonder de mens helemaal uit de loop te halen – wat hij illustreert met een dramatische animatie van de noodlanding die een US Airways-vlucht in 2009 maakte in de Hudsonrivier, tegen de autopilot in, die wilde terugvliegen. ‘De piloot vond dat te onzeker, wist dat dan bij de geringste tegenslag iedereen zou omkomen – en koos voor de rivier. Typisch een situatie waarin de beslissing beter aan de mens dan aan de machine kan worden overgelaten.’ Toch, AI zou een uitkomst zijn bij het doorgronden (big data analyse) van het eet- en beweeg-

gedrag van diabetespatiënten. ‘Een arts kan daar niets mee, maar met AI kan een computer uitstekend een gepersonaliseerd advies geven over insulinegebruik. Maar in andere situaties’, aldus Barry, ‘is het beter op mensen te vertrouwen. Voor een lancering was ik niet bang – niet omdat ik die Shuttle vertrouwde, maar omdat ik persoonlijk kennis had gemaakt met alle mensen die ’m ontwikkeld en gebouwd hadden en hén vertrouwde.’

BULLSHIT Spreker Alexander von Frankenberg van het Gründerfonds begint met een verzoek: verplaats de ring om je vinger naar een vinger aan de andere hand. ‘Bijna iedereen doet die ring binnen een etmaal – onbewust – terug aan de oorspronkelijke hand’, voorspelt hij. Om te illustreren dat mensen zich – onbewust – tegen veranderingen, tegen disruptie, verzetten. Ook hijzelf, biecht hij op, al is het herkennen van disruptieve innovaties zijn dagelijks werk. Niet eenvoudig, zo illustreert hij door de corporate strateeg van Nokia aan te halen; die zag in 2009, drie jaar na lancering, geen markt voor de smartphone van Apple. Maar goed, Von Frankenberg’s eigen fonds, dat een half miljoen euro stak in een Uber-achtige dienst om pakketpost te versturen en onderweg te volgen, had ook een zeperd. ‘Hooguit honderd pakketjes zijn verstuurd.’ Diverse andere, wel zeer succesvolle, investeringen compenseren dat ruim-

Wereldwijd marktleider

schoots. Zijn geheim? Doe een disruptief idee niet direct af als ‘bullshit’. ‘Zet eerst even een stap terug, om het bredere perspectief te zien. Geef niet te snel een oordeel dat strookt met dat van veel anderen. Verzamel eerst de feiten en baseer daarop je eigen mening.’ Die principes worden later die middag in praktijk gebracht tijdens de drie Pitch & Match-sessies met elk een eigen thema – Artificial Intelligence, Production Technology en Unmanned Systems – waarvoor bedrijven challenges hebben geformuleerd. Start-ups en scale-ups krijgen elk drie minuten om hun oplossing te presenteren. Jasper Wognum van Braincreators wint zijn sessie en krijgt tijdens de plenaire afsluiting uiteindelijk de meeste stemmen van de mensen in de zaal. Die dat tot uitdrukking brengen door elk een biljet van 5 euro – beschikbaar gesteld door Novel-T – in de glazen koker voor Braincreators te deponeren. Bij wijze van investering.

DE GRENS OVER Intussen is het netwerken in volle gang. Ook pitchers die niet raak schoten, weten zich verzekerd van geanimeerde aandacht. ‘Dat vind ik het sterke van dit event en het gehele StartupFest’, aldus Friedrich Ostermann van Konzeptwerk, die uit Keulen is overgekomen: ‘Het verbindt mensen, doordat het niet alleen hier in Hengelo plaatsLEES VERDER OP PAGINA 59

op het gebied van aandrijving, besturing en procesbeheersing

Op 13 maart 1917 startte Arthur L. Parker, een 33-jarige engineer, de Parker Appliance Company. Vanuit zijn loft in Cleveland, Ohio ontwikkelde hij een uniek pneumatisch remsysteem voor bussen en trucks. Het begin was zwaar, maar Arthur Parker en zijn familie bleven geloven in hun droom. Met ambitie, hard werken en ‘engineering spirit’ werd een bedrijf opgebouwd dat in 2017 100 jaar bestaat en wereldwijd marktleider is in aandrijvings -en besturingstechniek. En net als in het prille begin staat de klant nog altijd centraal. Samen zorgen we voor een hogere productiviteit en winstgevendheid voor onze klanten. Engineering your succes! parker.nl

november 2017

57


MRO Supplies Multi-Specialist European Leader

Investing Industrial Supplier

Toonaangevend MRO supplier ĂŠn volwaardig technisch expert Biesheuvel Techniek is in 70 jaar uitgegroeid van technische groothandel tot Multi-Specialist. Wij zijn toonaangevend als industriĂŤel distributeur en een volwaardige business partner voor onderhoud en maakindustrie. Daarom zijn wij een logische partner voor Brainport Industries Campus.

www.biesheuveltechniek.nl


THE FUTURE OF HIGH TECH – ARTIFICIAL INTELLIGENCE CHALLENGE

VAN INFORMATIE NAAR KENNIS EN BEGRIP Op het thema ‘artificial intelligence’ komt KPN met de uitdaging: ‘Hoe kunnen we nieuwe businessmodellen creëren gebaseerd op ‘IoT-as-a-service’ en welke rol kan kunstmatige intelligentie daarin spelen? En welke rol zou jouw bedrijf daarin kunnen spelen?’ De diverse pitchers hebben de uitdaging breed geïnterpreteerd en komen niet allemaal met pasklare oplossingen. anfred van der Voort van ICR3ATE pitcht de DupliOT, een technologie waarmee het mogelijk wordt sensoren en andere devices in een low-power wide-area network te voorzien van softwareupdates. Want juist dat is in plattelandsgebieden met povere internetverbindingen nu niet mogelijk, zo geeft hij aan. ‘Wij bieden de gedistribueerde infrastructuur’, aldus Van der Voort. ‘Partijen als DHL en Amazon zorgen met hun drones en ballonnen voor de data-update. Wij denken dat we met deze technologie het gebruik van gedistribueerde sensornetwerken kunnen versnellen’, zo licht hij toe op vraag van Carolien Nijhuis van KPN naar het businessmodel van DupliOT.

M

GEZICHTSHERKENNING Tauseef Ali van 20Face pitcht innovatieve facerecognition-software en -systemen die heel snel én heel accuraat mensen weten te identificeren. ‘Ook bij weinig licht, als maar een klein deel van het gezicht zichtbaar is, als de afstand tot de camera groot is en de resolutie gering of als mensen rare gezichtsuitdrukkingen hebben, komt onze oplossing steeds tot een juiste identificatie’, zo claimt Ali. Wat Samir Ahmad van KPN Ventures de opmerking ontlokt dat hij wel graag een proof of concept zou willen zien, om zeker te krijgen dat het systeem van 20Face daadwerkelijk beter is dan dat van de concurrentie. ‘Onderscheidend is vooral de snelheid, waardoor ook voorthollende mensen goed geïdentificeerd kunnen worden’,

VERVOLG VAN PAGINA 57

vindt, maar ook in Amsterdam en veel andere steden. Disruptie vraagt dat je samenwerking zoekt, ook buiten de grenzen van je gemeente en land.’ Zo kun je van elkaar leren en elkaar versterken. Daarvoor is Levin Trautwein van start-up AER in feite ook vanuit Enschede naar Hengelo getogen. ‘Vandaag leer ik vooral hoe lastig pitchen is, om in drie minuten de kern van de toegevoeg-

aldus Tauseef Ali in aanvulling.

SMART BUILDING Bart Lelij van SWYCS lanceert zijn smart buildingtechnologie. ‘De komende jaren ver- Jasper Wognum pitcht de machine learning-dienstverlening van Braincreators tijdens de afsluitende plenaire sessie: ‘Binnen vijf jaar moet elk bedrijf over die expertise beschikken. Ons expertteam helpt andert het onroede klant die transformatie te maken.’ rend goed snel; het moet energieneutraal worden, installaties moeten op afstand duidelijk dat zijn Amsterdamse team elk bedrijf, onderhouden kunnen worden en op een of het nu een softwareonderneming is of een betrouwbare manier aangesloten worden op het bedrijf dat huizen of machines bouwt, vertrouwd smart grid. Via onze gateway kunnen domoticakan maken met machine learning. ‘Binnen vijf oplossingen en cv-ketels worden ontsloten, de jaar moet elk bedrijf over die expertise beschikprestaties van zonnepaneleninstallaties worden ken. Ons expertteam helpt de klant die transgemonitord en energieprestaties worden ingezien formatie te maken’, aldus Wognum. ‘Afhankelijk of ingeregeld. Onze gateway slaat de brug tussen van het kennisniveau van de klant steken wij in.’ de service providers in de cloud en de IoT-devices ‘Maar hoe borgt de klant dan die AI-kennis’, wil in de smart homes.’ Samir Ahmad weten. Wognum: ‘Wij bouwen zelf Als KPN met SWYCS in zee zou gaan, zou deze geen platform, wij zorgen dat medewerkers van technologie binnen zes maanden volledig geïntede klant dat zelf kunnen.’ greerd kunnen zijn in de Experia Box van het concern, zo verzekert hij desgevraagd aan MEDIACONSUMPTIE-ALGORITME Nijhuis. Peter Hoekstra van Grasp, ten slotte, presenteert een algoritme dat content aanpast aan de stijl en het niveau van complexiteit van de mediaconsuMACHINE LEARNING ment. Speciale software zorgt dat die manual, Een expliciete serviceleverancier blijkt Braincreators. Zonder de ruggensteun van slides maakt dat lesboek of dat showbuzz-artikel, qua stijl en Jasper Wognum in de beschikbare drie minuten kennisniveau exact past bij de lezer, luisteraar of kijker. Met de service van Grasp zou een corporate als KPN zijn persoonlijke communicatie met de klant kunnen optimaliseren, geeft hij mee als de waarde van je bedrijf over het voetlicht te mogelijk businessmodel. Om zo van informatie brengen. Maar de sessies hier inspireren me wel óver, naar kennis en begrip ván te komen. het zelf meer te gaan doen.’

www.thefutureofhightech.com www.novelt.com www.kpn.com www.denbarrobotics.com www.high-tech-gruenderfonds.de

www.icr3ate.nl www.20face.com www.swycs.com www.braincreators.com www.grasp-content.com

LEES VERDER OP PAGINA 61

november 2017

59


KRACHTIGE KRACHTIGE B BEWEGING EWEGING Transmissions, hydraulics & winches

Dana Brevini Dana Brevini brengt brengt u vverder erder Als ttotaalleverancier Als otaalleverancier van van cu custom-made stom-made transmissiesystemen, transmissiesystemen, ontwerpt ont werpt en en pproduceert ro du c e er t Dana Brevini Dana Brevini BBenelux enelux eeen en ccompleet ompleet aassortiment ssor timent van van zo zowel we l m mechanische echanische transmissies transmissies als hhydraulische als Door ydraulische eenn eelektronische lek tronische ccomponenten. omponenten. D oor de de integratie integratie vvan an de de diverse diverse technologieĂŤn, technologieĂŤn, zorgen zorgen wij wij vvoor oor de de krachtige krachtige beweging beweging die die u ve verder rder brengt. b re n g t . Dana Dana Brevini Brevini BBenelux enelux | + +31 31 172 172 4422 8800 8800 | bbenelux@dana.com enelux@dana.com | www.brevini.nl w w w.brevini.nl


VERVOLG VAN PAGINA 59

THE FUTURE OF HIGH TECH – PRODUCTION TECHNOLOGY CHALLENGE

‘VERFRISSENDE BENADERINGEN’ Hoe kun je de grote datastromen in onze smart industry goed verwerken, met hulp van gebruikersvriendelijke hmi’s (human-machine interfaces), en hoe valt er nieuwe business uit te halen? Denk aan machinebouwers die data uit hun machine naar de gebruiker kunnen laten streamen. Daarover gaat het in de Production Technology challenge, gemodereerd door Novel-T-projectmanager Marike Boertien. Uit de pitches komen geen rechttoerechtaan oplossingen, ze werpen wel nieuw licht op het probleem en bieden ‘verfrissende benaderingen’, zoals Geschäftsführer Bastian Deck van Axoom Solutions het omschrijft.

data verbeteren. Hij is nog maar net begonnen en de technologie moet nog uitontwikkeld worden. Maar duidelijk moge zijn dat energie-efficiency in datacommunicatie belangrijk is en nog meer wordt; denk aan het gigantische energieverbruik van datacentra en de opkomende blockchaintechnologie.

VIRTUAL REALITY Terugkomend op de vraag van Axoom: virtual reality (VR) zou uitkomst kunnen brengen bij de ontwikkeling van de hmi’s voor dataverwerking. Dat blijkt uit de pitch van Marjo Nieuwenhuijse van het Enschedese Serious VR, dat klant- en machinespecifieke VR-software ontwikkelt voor training in industriële omgevingen. Ook het omgaan met die hmi’s zou onderdeel van zo’n training voor operators kunnen zijn. Überhaupt is dat een van de uitdagingen van de moderne industrie, aldus Nieuwenhuijse: ‘De mens niet vergeten. VR brengt de mens weer in de digitale fabriek, doordat hij z’n interactie met systemen kan trainen.’

IGOR

Marjo Nieuwenhuijse pitcht Serious VR’s klant- en machinespecifieke VR-software voor training in industriële omgevingen: ‘VR brengt de mens weer in de digitale fabriek, doordat hij z’n interactie met systemen kan trainen.’

n de smart industry (de Duitsers spreken van Industrie 4.0) draait het om digitalisering, internet, big data en nieuwe, slimme producten. Uiteenlopende productie- en informatiesystemen moeten met elkaar kunnen ‘praten’ om het complete proces efficiënt aan te sturen. De data uit allerlei machines moeten real time worden verwerkt, zodat waar nodig direct kan worden ingegrepen. Axoom, onderdeel van de grote Duitse machinebouwer Trumpf, heeft er een oplossing voor, met zijn data-integratieplatform waarop al die verschillende systemen kunnen worden aangesloten. Maar ook Axoom worstelt nog met de verwerking van die grote datastromen, vandaar deze challenge.

I

KANTINE-APP Jake Manning van de anderhalf jaar oude startup Mahlzeit uit Essen (D) introduceert zijn app voor ‘crowd flow technology’ toegepast in de

bedrijfskantine. De gebruiker weet op welk tijdstip hij het beste kan gaan lunchen zonder lang in de rij te hoeven staan, de kantinebeheerder weet wanneer de meeste mensen komen lunchen. Ook het dagelijkse menu raadplegen en lunchafspraken maken is mogelijk op de app. Nog geen hightech productiedata, maar de gebruikersvriendelijke presentatie, met personalized informatie, en interactie (Idiotensicher, aldus Manning) maken de achterliggende technologie ook interessant voor industriële toepassing.

EFFICIËNTE DATACOMMUNICATIE Erik Heilmann, co-founder van deeptune technologies, recent opgericht in Leipzig (D), gooit zelf alvast Alexander von Frankenberg’s ‘Disruption or bullshit’ vraag in de ring. Hij heeft het over een ‘coherentie-technologie’ die de energieflow in netwerken optimaliseert en daardoor het energieverbruik kan terugdringen en de kwaliteit van

Vincent Franken van het Amsterdamse Findest had zijn pitch kunnen houden bij de Artificial Intelligence (AI) challenge, maar bij Production Technology is hij ook op z’n plek. Hij wil een brug slaan tussen wetenschap en business met technology scouting en voegt daarmee als het ware een r&d-link toe aan het platform van Axoom. Findest ontwikkelt een AI-systeem, Igor genaamd, dat op basis van natuurlijke taal oplossingen voor technische problemen zoekt in de mondiale wetenschappelijke ‘database’. Dat gebeurt razendsnel, Franken schetst visioenen van 10.000 innovaties in tien jaar. De klant kan daarbij vooraf het gewenste technology readiness level specificeren: wil hij alleen kant-en-klare technieken of is hij bereid een gevonden concept zelf uit te ontwikkelen? Findest zet nu nog een combinatie van menselijke en kunstmatige intelligentie (Igor) in, maar dat zal geleidelijk richting Igor verschuiven. De directe vraag van Axoom is ook hiermee niet beantwoord, maar het lonkende perspectief maakt dat Findest tot winnaar van deze challenge wordt uitgeroepen. www.axoom.com www.mahlzeit.co www.findest.eu www.serious-vr.com

LEES VERDER OP PAGINA 63

november 2017

61


VDL ETG HEEFT O.A. VACATURES VOOR: SYSTEM ARCHITECT PROJECT MANAGER MECHANICAL ENGINEER

Houd jij van technische uitdagingen? Ontwikkelen en produceren op het randje van het maakbare? Dan past VDL ETG perfect bij jou. Met zo’n 2.000 collega’s werken we wereldwijd aan complexe en innovatieve mechatronische systemen voor hightech productieapparatuur voor de verdere ontwikkeling van computerchips, het bestrijden van ziekten, het onderzoeken van het heelal en het begrijpen van details in cellen en moleculen.

SOFTWARE ENGINEER MANUFACTURING ENGINEER PROGRAM MANAGER QUALITY ENGINEER

www.werkenbijvdl.nl recruitment@vdletg.com

Werken bij VDL ETG betekent veel vrijheid en diversiteit. Diversiteit in projecten en klanten, vrijheid door de grote mate van verantwoordelijkheid die je krijgt binnen je functie. Je werkt met de nieuwste technieken binnen je vakgebied om producten en productieprocessen continue te verbeteren. De combinatie van engineering en hightech productiefaciliteiten onder één dak maakt VDL ETG een unieke werkgever met veel doorgroeimogelijkheden in binnen- en buitenland.

VDL Enabling Technologies Group bv De Schakel 22 • 5651 GH Eindhoven T +31 (0)40 263 86 66 • info@vdletg.com • www.vdletg.com


VERVOLG VAN PAGINA 61

THE FUTURE OF HIGH TECH – UNMANNED SYSTEMS CHALLENGE

LASTIGE VRAGEN, VERRASSENDE ANTWOORDEN Onbemande en autonome voertuigen (auto’s, robots, drones, enzovoort) komen eraan. Sensoren, actuatoren en kunstmatige intelligentie voor de besturing van deze systemen worden steeds geavanceerder en dat biedt startups kansen voor ‘onbemande’ innovatie. Haal de mens uit (de omgeving van) deze systemen en ze worden sneller, flexibeler, krachtiger en/of veiliger. Dat spreekt een organisatie als Defensie aan. e challenge is dan ook afkomstig van het ministerie van Defensie en Thales Nederland, ontwikkelaar en fabrikant van hightech elektronica voor defensie & veiligheid. Beide partijen zijn in beeld voor Space53, het innovatiecluster voor onbemande systemen dat op de voormalige vliegbasis Twenthe een proeftuin met veel veilige vliegruimte en test- en simulatiefaciliteiten heeft voor onder meer drones. Marc Sandelowsky, programmamanager bij Space53, fungeert als moderator van deze challenge. Er zijn al professionele dronebedrijven actief. Een van de deelnemers aan de challenge is Aerial Pro uit Zwijndrecht, in 2015 opgericht door een Nederlands team van experts uit de commerciële drone- en luchtvaartsector. Zij helpen klanten bij het opzetten van een veilige en professionele vliegoperatie met drones. Tegelijk hebben drones nog een hoog ‘toys for boys’gehalte, logisch dus dat de challenge een zeer geanimeerde sessie oplevert.

D

DRONEWERENDE CONSTRUCTIES De twee vragen die Defensie en Thales voorleggen zijn pittig. De eerste gaat over bescherming tegen een drone-aanval, bijvoorbeeld op een militair konvooi. Early warning voor die als horzels opererende drones is lastig, waardoor de reactietijd heel kort is. Geavanceerde anti-dronesystemen zijn al wel bekend maar er komt geen pitch voor een haalbare oplossing. Wel zorgt Phillip Jorgensen van Tetrapolitics voor een andere invalshoek op de vraag: als je een aanval niet kunt voorkomen, kun je dan wel de gevolgen ervan minimaliseren? Daarmee legt hij de vinger op een zere plek: een jeep bijvoorbeeld is niet ontworpen op bescherming tegen dergelijke bedreigingen van bovenaf. Zijn er geen dronewerende constructies met speciale eisen aan de toegepaste materialen te bedenken? Huiswerk voor Defensie.

À LA STAR WARS Van hetzelfde laken een pak bij de tweede vraag: hoe kan ik snel met behulp van een De winnende pitch komt van Phillip Jorgensen van Tetrapolitics. Hij wil met een onbemand systeem het riool rond een ruimte ingaan om die vervolgens via echolocatie in kaart te brengen. drone een ruimte goed in kaart brengen ter ondersteuning van een militaire schien ook wel bewatering en bemesting). Dat missie? Voor Defensie ligt hier de nadruk op scheelt menskracht, maar is ook veiliger en daar‘snel’: als men op het punt staat een ruimte om interessant voor een ander innovatie-initiatief binnen te vallen, wil men daar in één minuut van Defensie, Smart Base. Dat is een Smart mensen en obstakels herkennen. Sandelowsky: Industry Fieldlab waarin Defensie samen met ‘Liefst wil Defensie door de brievenbus naar bedrijven innovaties wil ontwikkelen voor de binnen gluren, een ‘pingpongballetje’ vol sensomobiele basis die tijdens missies wordt gebruikt. ren, à la Star Wars, naar binnen gooien dat de Doel is de veiligheid te vergroten en de footprint ruimte snel verkent. De pitches gaan juist over het (water- en energieverbruik, logistiek) te vernauwkeurig in kaart brengen van een ruimte en kleinen. Direct bij de basis onbemand gewassen daar uitgebreid de tijd voor nemen. Een voortelen kan daar zeker bij helpen. Reden voor beeld is het plaatsen van een drietal Bluetoothenthousiasme bij de mensen van Defensie. zenders om het betreffende gebouw, zodat een drone in de ruimte door lokale driehoeksmeting DOORDENKEN nauwkeurig zijn positie kan bepalen; gps werkt Al met al een geslaagde sessie, aldus Marc Sandebinnen immers niet.’ lowsky. ‘Meerdere keren werd er direct ‘bullshit’ Het winnende idee komt van Phillip Jorgensen geroepen, omdat een pitch totaal niet op de van Tetrapolitics. Hij wil met een onbemand vraagstelling aansloot. Echter, bij enig doordensysteem het riool rond de ruimte ingaan om die ken werden de mensen van Defensie enthousiast vervolgens via echolocatie in kaart te brengen. en zagen ze oplossingen waar ze verder mee konDat sluit goed aan op de pitch van Iddo Bante den. De pitches waar ik op voorhand het minst namens UT-spin-off Sherpa, die een flexibele van verwachtte, kregen de meeste respons.’ Missie robot voor de inspectie van gasleidingen heeft geslaagd. ontwikkeld.

SMART BASE Een andere pitch gaat over een heel andere dronetoepassing, die niks met de vragen van doen heeft. Dat betreft een drone voor de onbemande teelt van gewassen (voor monitoring, maar mis-

www.space53.eu www.defensie.nl www.thalesgroup.com www.aerialpro.nl www.tetrapolitics.com

november 2017

63


MENSEN ZIJN DE MOTOR ACHTER TECHNOLOGY TMC is een uniek gezelschap van technische professionals die ondernemingsgezind, vakbekwaam en bijna zelfstandig te werk gaan. Ons model voor Employeneurship is ongeëvenaard en biedt deskundigen met allerlei achtergronden zowel de voordelen van een vast dienstverband als de mogelijkheden van het ondernemerschap. Dit zorgt voor een uitdagende, stimulerende omgeving. We zijn een internationale organisatie met vestigingen in Nederland, België, Frankrijk, Spanje, Italië en Dubai. Van de mijnen in Madagaskar tot hightechfabrikanten in China; onze Employeneurs voelen zich overal thuis. De langlopende en sterke relaties met onze klanten beginnen aLLV XP_ OP a]LLR ZX NL[LNT_PT_% PPY ʮ PcTMPWP Z[WZ^^TYR aZZ] PPY dringend probleem. En natuurlijk bieden we dat. Maar liever staan we je terzijde met onze kennis, ons rijke netwerk en onverdeelde aandacht. Zo wordt een urgente vraag het begin van een dialoog ZaP] SP_ MPWLYR aLY ʮ PcTMTWT_PT_ TY UP WLYRP_P]XTUY^_]L_PRTP

tmc-employeneurship.com


ANOXIA BEREIKT DE MARKT MET OPLOSSING VOOR ‘DIERVRIENDELIJK’ EUTHANASEREN

‘BESTE IDEE IN VARKENSLAND’ De uitontwikkeling van Anoxia’s methode voor het euthanaseren van productiedieren kende technische, financiële én ethische aspecten. ‘We zijn met alle belanghebbenden gaan praten. Het kost tijd om alle neuzen dezelfde kant op te krijgen, maar als dat lukt werpt het wel zijn vruchten af.’ Nu is het apparaat klaar voor de markt. DOOR HANS VAN EERDEN

r zijn in de veehouderij uiteenlopende redenen, economisch en/of medisch van aard, voor het euthanaseren van dieren. Denk aan ziekte, ouderdom of ruiming bij een epidemie. De toenemende aandacht voor dierenwelzijn – bij het grote publiek en in de sector zelf – maakt het tot een lastig onderwerp dat tegelijkertijd kansen biedt voor innovatie. In 2015 beschreef Link Magazine de relatief diervriendelijke methode van Anoxia voor het euthanaseren van dieren met behulp van stikstofschuim. Samen met Parker Hannifin, specialist in aandrijftechniek en tevens producent van stikstofgeneratoren, had het daarvoor een apparaat ontwikkeld. Nu staat het bedrijf uit Putten (met zes medewerkers en een lab in Barneveld) aan de vooravond van marktintroductie. De eerste apparaten worden geplaatst bij veehouders in Gelderland, Noord-Brabant en Overijssel, en dit najaar start de verkoop. Het buitenland, van Australië tot Zweden, toont veel belangstelling.

E

UITONTWIKKELING Voor het zover was, moest de start-up de afgelopen twee jaar nog grote stappen zetten. ‘We hebben veel onderzoek gedaan’, vertelt directeur R&D Michiel van Mil. ‘Daaruit is gebleken dat de methode inderdaad effectief en humaan is, doordat dieren binnen twintig seconden verdoofd raken. Onze methode is robuust en betrouwbaar, veroorzaakt geen onnodige stress en steekt daarmee heel gunstig af tegen andere methoden, zoals verdoving met koolzuurgas.’ Technisch had Anoxia samen met partners nog het een en ander aan z’n apparaat uit te ontwikkelen. Zo wisten de engineers het vangen van de stikstof in schuimbelletjes te verbeteren, zodat het maken van het schuim minder water vergt en dat is beter voor het dier. Tevens werd de omvang

Wethouder Gerard van den Hengel van Barneveld (links) en algemeen directeur Hanno Kiezebrink van Anoxia bemonsteren het stikstofschuim dat het systeem van Anoxia produceert. Foto: Frank Keyner

van het apparaat met de helft verminderd, ging de kostprijs nog omlaag en zakte het geluidsniveau van tachtig naar zestig decibel – weer een stressfactor minder voor levende dieren. Voor de stikstofgenerator, het pakkie-an van Parker, kwam er een verbetering van de warmtewisseling voor een hogere energie-efficiency, en van de filterinstallatie, die geschikt moet zijn voor het klimaat in stallen. Het apparaat is ontworpen voor ‘plug & play’ installatie door de veehouder zelf. Anoxia traint nu dierenartsen die de gebruikers instructie moeten gaan geven. Nieuwste opgave is het apparaat ‘smart’ te maken. Daarvoor start in Overijssel een project samen met leveranciers van sensoren en managementinformatiesystemen voor de veehouderij. Financiering was in de vroege ontwikkelfase gekomen van ontwikkelingsmaatschappij Oost NV (inmiddels Oost NL); voor de uitontwikkeling richting marktintroductie wist Anoxia in 2016 en 2017 risicokapitaal bij Nederlandse investeerders los te weken.

ETHISCHE ASPECTEN Vanaf het begin betrok Anoxia zorgvuldig ethische aspecten bij de ontwikkeling. ‘We houden rekening met wat het publiek denkt en wat de boeren vinden. Met alle belanghebbenden zijn we gaan praten. Niet alleen de directe gebruikers, maar daaromheen ook toeleveranciers, dieren-

artsen, handhavers, enzovoort. Het kost tijd om alle neuzen dezelfde kant op te krijgen, maar als dat lukt werpt het wel zijn vruchten af ’, heeft Van Mil geleerd. Hij ging niet rechtstreeks met het publiek in gesprek. ‘Dat zou bij de sector de indruk wekken dat wij het via de band spelen. Met onze methode geven wij veehouders en artsen een hulpmiddel in handen om dat gesprek zelf aan te gaan.’ Het begint met de beslissing om dieren wel of niet dood te maken. Reden voor Anoxia een beslishulp voor euthanasie van niet-levensvatbare dieren te maken, in samenwerking met de Universiteit Utrecht en de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde. ‘Dan gaat het bijvoorbeeld om de vraag of een ziek dier nog overlevingskansen heeft.’ De beslishulp leverde het Puttense bedrijf begin dit jaar de prijs op voor het ‘Beste idee in varkensland’, een initiatief van Varkensartsen Twente/Salland en VKON (Veterinair Kenniscentrum Oost Nederland) met ondersteuning van de provincie Overijssel. ‘Varkenshouders gaven aan dat zij blij zijn dat euthanaseren van biggen bespreekbaar wordt gemaakt, en dat zij worstelen met het feit dat er geen goede methode is’, aldus de jury. ‘Ik denk dat er een heel grote vraag is naar de oplossing van Anoxia’, zo viel bij een deelnemer te beluisteren. www.anoxia.eu

november 2017

65


KORT

LT TECHNOLOGY WIL GROEIEN IN WAAR HET GOED IN IS ‘Werk op tijd klaar krijgen is momenteel een grotere zorg dan werk binnenhalen’, zegt Bert Lenderink, een van de oprichters van LT Technology in Coevorden. Dat bedrijf, voorjaar 2014 opgericht, legt zich toe op speciaalmachinebouw. Begonnen in een schuur bij een woonhuis, verhuisde het zomer 2016 naar een bedrijfspand op een industrieterrein. ‘De gesprekken om dat te kopen zijn in een vergevorderd stadium. Is dat rond, dan gaan we mensen aannemen en het machinepark uitbreiden’, vertelt Lenderink. Net als zijn kompaan, Wim Terpstra, is hij al zowat vijftien jaar werkzaam in de machinebouwsector – Terpstra aan de software/elektrokant, hij als werktuigbouwkundige. Maar projecten aannemen buiten de kernactiviteit, vooral om de ieder jaar hogere omzettarget te halen; dat begon hen tegen te staan. Dus waagden ze het erop voor zichzelf te beginnen. ‘Wat je doet, moet je goed doen, zeggen wij. Past deze opdracht bij ons? Hebben we het vaker gedaan? Willen we dat? Pas als het antwoord op die vragen ‘ja’ is, doen we het – en gaan we er vol voor.’

LT Technology heeft in de dik drie jaar van bestaan een grote variëteit aan machines ontwikkeld en gebouwd. En ook value engineering (het reviseren en verbeteren/versnellen van bestaande machines) behoort tot de expertises. Lenderink: ‘Langzaam maar zeker zijn we ons meer gaan toeleggen op specifieke klussen en markten. Want dan kun je expertise en componenten waar je veel kennis van hebt, hergebruiken en kunnen we concurrerender offreren.’ Zo kwamen lektest- en flowmeetsystemen (voor het doseren van vloeistoffen en het meten van de interne weerstand van halffabrikaten) als specialismen bovendrijven. ‘In de basis eendere machines, maar desgewenst voorzien van specifieke functies.’ Daarbij heeft het Drentse bedrijf te dealen met meestal superkorte levertijden. ‘Vrijdags voor de zomerstop kregen we een aanvraag voor drie testsystemen. Of we die medio september konden leveren. Componenten inkopen, 3D-tekening en offerte maken, bouwen en testen – dat alles moest in heel korte tijd. Dat is ons gelukt, vooral omdat die opdracht aansloot op waar we goed

in zijn: flowmeten en elektra.’ Bert Lenderink ziet kansen om te groeien. ‘Er is volop werk en we hebben de kennis in huis om klanten toegevoegde waarde te bieden. Om die kansen nog beter te benutten, moeten we als bedrijf wel groter worden, zodat we alle disciplines afdekken. Dus in eigen huis meer

engineering, fabricage van componenten, sales & marketing – noem het maar. En meer merkbekendheid creëren, dat is ook een issue. Nu gaat dat nog veelal via-via.’ Met wel al diverse buitenlandse klanten tot gevolg. www.lttechnology.nl

BIJNA 250 MILJOEN EURO EXTRA VOOR SCALE-UPS EN START-UPS Het ministerie van Economische Zaken en het Europees Investeringsfonds (EIF) trekken samen 100 miljoen euro uit voor extra financiering van scale-ups. Nog eens 100 miljoen moet komen van marktpartijen. Daarnaast komt er via de SEED Capital-regeling 49,5 miljoen beschikbaar voor start-upfinanciering. Het fonds van EZ en EIF moet veelbelovende, snelgroeiende bedrijven helpen om voldoende financiering uit de markt te halen. Nu zijn start-ups en scale-ups veelal afhankelijk van risicokapitaal van externe investeerders. Binnen het nieuwe

fonds voor scale-ups is de helft (50 miljoen) afkomstig uit de begroting van EZ. De andere 50 miljoen zijn middelen uit het Europese Fonds voor Strategische Investeringen (EFSI). Deze extra financiering voor scale-ups is een van de eerste die met deze Europese middelen in ons land wordt opgestart. Het Nederlands Investerings Agentschap (NIA), de voorloper van de Nederlandse investeringsinstelling Invest-NL, heeft het nieuwe fonds opgezet en is betrokken bij de uitvoering. www.nederlandsinvesteringsagentschap.nl

THE HAGUE TECH KNOOPT BANDEN AAN MET SAN FRANCISCO De Haagse tech-community The Hague Tech heeft een samenwerkingsovereenkomst getekend met The Vault, een tech-community in San Francisco. Beider doelstelling is om in 2018 drie veelbelovende startups met internationale ambities uit te wisselen. ‘Met deze samenwerking willen we de netwerken tussen beide steden verbinden’, aldus Brian Gharibaan, medeoprichter van The Hague Tech. ‘Leden van onze communities kunnen gebruikmaken van de coworking- en evenementruimtes in beide steden. Daarnaast gaan we gezamenlijk opleidingsprogramma’s aanbieden voor investeerders, corporate teams, overheden en start-ups. En we willen onze Nederlandse leden toegang bieden tot investeerdersnetwerken in Silicon Valley.’ Kevin Smith, oprichter van The Vault: ‘Met zijn hoge levensstandaard en betaal-

66

november 2017

The Vault in San Francisco. Foto: The Vault

bare huisvesting is Den Haag de perfecte uitvalsbasis voor onze bedrijven die Europese ambities hebben. Daarbij sluiten de werkruimten, locatie en het netwerk van The Hague Tech perfect aan bij ons ecosysteem. Ons doel is om bestaande kennis en middelen in Den Haag aan te vullen met onze programma’s, ons netwerk aan de West Coast en de unieke Silicon

Valley-cultuur.’ De Haagse wethouder Saskia Bruines (kenniseconomie, internationaal, jeugd en onderwijs), bij de ondertekening aanwezig, juicht het uitwisselingsprogramma toe: ‘Als internationale stad van vrede en recht heeft Den Haag baat bij internationale samenwerkingsverbanden die kunnen bijdragen aan kansrijke proposities op het gebied van vrede

en technologie. Veelbelovende startups en scale-ups kunnen hierbij een belangrijke rol spelen. Dit past in de ontwikkeling dat onze stad steeds meer een vestigingsplaats wordt voor jonge, innovatieve technologiebedrijven.’ The Hague Tech telt momenteel 55 leden. www.thehaguetech.nl


FAULHABER Aandrijfsystemen

Het DNA van de volgende generatie toepassingen

Visie kent geen grenzen Wij zijn de uitvinders van één van de kern technologiën voor het bouwen van efficiënte miniatuur elektromotoren. Deze zijn nu zelfs zo klein dat ze via een bloedvat het hart kunnen bereiken om daar een leven te redden. Of ze zijn zo robuust dat ze na een reis van 6,5 miljard kilometer door het heelal hun werk probleemloos kunnen uitvoeren op een komeet. Het zijn de bouwstenen waarmee mensen hun meest ambitieuze visies kunnen waarmaken. WE CREATE MOTION

Meer informatie vindt U op www.faulhaber.com FAULHABER Benelux B.V. · info@faulhaber.nl

PRECISIEBEURS 2017 Veldhoven, 15. – 16.11.2017 Kraam 90


PROCESINNOVATIE

B&R LANCEERT VOLOP INNOVATIES DIE INDUSTRIE 4.0 REALITEIT GAAN MAKEN

VUURWERK IN NOVEMBER De fabriek die ‘net zo makkelijk’ customized producten (seriegrootte één) uitspuwt als eendere producten (massaproductie) – zonder in te leveren op snelheid, kwaliteit en kostprijs. B&R, specialist in machine- en fabrieksautomatisering, claimt eind november een gepatenteerde fabricageflow-methodiek te lanceren die dat mogelijk gaat maken. Begin oktober werd, op een persconferentie in Linz, Oostenrijk, alvast een tip van de sluier gelicht. DOOR PIM CAMPMAN

U

iteraard werd ook stilgestaan bij de overname, afgelopen zomer, van familiebedrijf B&R door het beursgenoteerde ABB. Verderop meer daarover. In Linz tipte de Oostenrijkse onderneming diverse nieuwe producten en oplossingen aan. Zonder het achterste van haar tong te laten zien, want de marktintroductie zal plaatsvinden op 28-30 november, tijdens de beurs SPS IPC Drives in het Duitse Neurenberg. B&R wil daar, zei Geschäftsführer Hans Wimmer, ‘vuurwerk’ laten zien – en dat zou glans verliezen én minder kijkers trekken als het die 5e oktober, met alleen de pers als toeschouwer, al zou worden afgestoken.

SOFTWARE ONDERSCHEIDEND Niettemin, inkijkjes in de innovaties waar B&R mee gaat komen, waren er volop. Dat het bedrijf fors inzet op Industrie 4.0 is niet verrassend. Begrippen die vaak genoemd werden: integratie (binnen een machine, tussen machines/fabricageprocessen en machines/robots, met de cloud) en – in het verlengde daarvan – flexibiliteit, IoT (internet of things), cloud-oplossingen (‘digital twin’). Waarbij ook B&R steeds meer effort steekt in softwareontwikkeling. Wimmer: ‘Zeer veel technologie komt binnen over de software. Dat is dé manier om je te onderscheiden.’ In het geval van B&R zijn dat oplossingen die gebaseerd zijn

ÉÉN NIEUWE KLANT PER DAG B&R is een grote leverancier van product- en softwaregebaseerde, open-architectuur oplossingen voor machine- en fabrieksautomatisering. Belangrijke productgroepen zijn onder meer besturingssystemen (plc’s), industriële pc’s (ipc’s) en servo-aandrijvingen (motion control). Met Automation Studio (engineeringtool), APROL APC (advanced process control), diverse mapp-oplossingen (die gebruikers in staat stellen ontwikkelprocessen te verbeteren en versnellen) en edgeapparaten (om machinedata naar de cloud te brengen) heeft B&R ook op het almaar in belang toenemende softwaregebied sterke troeven in handen. Dat betaalt

68

november 2017

op open standaarden, zoals het communicatieprotocol OPC-UA (Unified Architecture), al dan niet aangevuld met de noviteit TimeSensitive Networking (TSN) voor real-time datatransmissie over ethernet. Industrie 4.0 is alleen te realiseren als modules en machines van verschillende merken zonder ‘gedoe’ te koppelen zijn, is B&R’s filosofie. De nieuwe producten voor ‘edge’computing zijn een voorbeeld. Die harmoniseren de industriële communicatie van sensor tot cloud – onvertraagd, dus real time, zo werd in Linz uitgelegd. En dankzij slimme, voorgeprogrammeerde bouwstenen hoeven machinebouwers hun automatiseringssoftware alleen nog maar te parametriseren. B&R-Geschäftsführer Hans Wimmer: ‘Zeer veel technologie komt binnen over de software. Dat is dé manier om je te onderscheiden.’ Foto’s: B&R ‘Dat bespaart veel tijd in engineering’, verklaarde een B&R-specialist. Voorts komt het bedrijf met een intelligent ware die de beelden direct analyseert – zorgen dat camerasysteem dat in fabricageprocessen de het bovenliggende systeem (Powerlink) real time werelden van machinebesturing en vision inteadequate actie kan ondernemen. ‘Wij geven de greert. ‘Twee gescheiden werelden, die wij bij machine en de fabricagelijn ogen.’ elkaar brengen’, zegt Andreas Waldl, productmanager integrated machine vision. Dat gebeurt GROOTSTE INNOVATIE OOIT met intelligente camera’s die – voorzien van B&R heeft dit najaar nog veel meer innovaties in smart lighting (altijd scherpe beelden) en softpetto. Klapstuk is, zo werd het op de persmeeting in Linz althans gebracht, de oplossing die het mogelijk gaat maken om massaproductie kostenefficiënt te individualiseren. Uitkomst van het grootste r&d-project dat B&R ooit heeft uitgevoerd, werd gezegd. Robert Kickinger, manager mechatronic technologies, lichtte die oplossing zich uit. Hans Wimmer: ‘We groeien ‘rasant’ (rap, red.) toe – door af te vinken waaraan die moet met al onze producten, in alle markten en regio’s. Het voldoen. Flexibiliteit is nummer één: de hele afgelopen jaar nam ons medewerkersbestand toe met productielijn moet voortdurend en snel kunnen bijna tien procent, onze omzet met dubbele cijfers die omschakelen van het ene product op het andere – hoger liggen. En tot nu toe dit jaar hebben we 250 zonder omsteltijden (lees stilstand) en in te levenieuwe klanten gewonnen. Over heel 2017 zullen dat er ren op kwaliteit en kosten (vergeleken met mas320-340 zijn: bijna één nieuwe klant per kalenderdag.’ saproductie). Daarvoor moeten in de fabricage Alle klanten, zegt hij, kunnen ook in de nieuwe constelmechanismes ingebouwd worden die foute prolatie van B&R op aan. ‘Alle structuren blijven zoals ze ducten meteen detecteren en uit de lijn halen – waren.’ en zorgen dat de flow een bewerkingsstap omzeilt die niet (perfect) functioneert. Waarbij simulatiewww.br-automation.com technieken voorafgaan aan de feitelijke fabricage;


247TAILORSTEEL.COM 24 uur per dag en 7 dagen per week online tailor-made producten direct te bestellen Al vanaf één stuk maar ook seriematig. De vlakbedlasers, kantbanken en profiellasers staan voor u klaar.

Discover Sophia Your personal online assistant. Smart. Simple. Sophisticated. www.247TailorSteel.com

gaat het virtueel gesmeerd, dan sluit je ook in de echte wereld problemen uit, vat Kickinger samen.

B&R VULT GAT BIJ ABB Dan de overname door ABB, die op 6 juli werd beklonken. ‘We zijn vastbesloten onder het dak van ABB een nieuw hoofdstuk aan het B&R-succesverhaal toe te voegen’, aldus topman Hans Wimmer, de eerste spreker tijdens de persconferentie. B&R (Bernecker + Rainer IndustrieElektronik) is nu een businessunit binnen de ABB-divisie Industrial Automation – met B&R’s hoofdvestiging in Eggelsberg, ten noorden van Salzburg, in de rol van wereldwijd competence centre voor machine- en fabrieksautomatisering. Uiteraard wordt er naar synergieën en kostenbesparingen gespeurd; dat proces is momenteel gaande. Volgens Wimmer zal dat voor B&R goed uitpakken. ‘De overlap in beider productportfolio’s is zeer beperkt. ABB heeft een ‘historic gap’ in machine- en fabrieksautomatisering, en die vullen wij op.’ Het aankoopbedrag is niet bekendgemaakt; in de wandelgangen zoemt een bedrag rond van 1,8 miljard euro. B&R werd in 1979 opgericht door Erwin Bernecker en Josef Rainer. Zij legden het fundament voor een gestaag groeiende onderneming: de afgelopen twee decennia steeg de omzet jaarlijks gemiddeld met elf procent, tot circa 600 miljoen euro in boekjaar 2015-2016; het aantal medewerkers ligt nu op ruim 3.000, van wie er 1.000 in r&d werken.

INVESTEREN IN GROEI Dat B&R ondanks die ‘rasante’ groei (zie kader) toch is verkocht, is een opvolgingskwestie. De beide oprichters hebben alleen kinderen die niet in de onderneming actief zijn. Als adviseurs in de integratiefase maakten Bernecker en Rainer zich vooral sterk voor behoud en, liever nog, versterking van de activiteiten in Oostenrijk. Dat gaat dat ook gebeuren, meldt Wimmer. ‘Natuurlijk zijn en gaan we nog op zoek naar synergieën om kosten te besparen. Maar ABB gaat fors in B&R investeren. Zo wordt onze fabriek in Gilgenberg (vlakbij Eggelsberg, red.) uitgebreid met een logistiek centrum en kantoren, en start in het eerste kwartaal van 2018 in Eggelsberg de Gaat het virtueel – in simulaties – gesmeerd, dan sluit je ook in de echte wereld problemen bouw van een klantencenuit, aldus Robert Kickinger, manager mechatronic technologies bij B&R. trum en een ontwikkelcampus.’ ABB heeft zich gecomties worden toegepast. En ABB is in ruim honmitteerd aan de groei van B&R – met als stip op derd landen actief, wij in 25 – ook dat zal onze de horizon een omzet van één miljard dollar. groei verder aanjagen. En daar maken we ons Realistisch, aldus Hans Wimmer. ‘Onze producklaar voor.’ ten en oplossingen zullen in meer ABB-proposi-

november 2017

69


PROCESINNOVATIE

BIJEENKOMST INNOVATIECLUSTER DRACHTEN EN LINK MAGAZINE OVER BIG DATA

ASTRONOMISCHE DATABASES OPZETTEN OF KLEINSCHALIG BEGINNEN LOFAR, de radiotelescoop met thuisbasis in Drenthe en stations van Ierland tot Polen, is een belangrijk exportproduct van Noord-Nederland en het wellicht grootste big data-project van Nederland. Assen was dan ook een passende locatie voor de bijeenkomst die het Innovatiecluster Drachten (ICD) en Berenschot eind september bij ICD-lid Resato organiseerden in samenwerking met Link Magazine en Siemens PLM Software. ‘Zonder domeinkennis zijn data scientists waardeloos.’

halen, opslaan, interpreteren en handelen. Als mogelijke toepassingen noemt ze track & trace, predictive maintenance en datagedreven faalanalyse en optimalisatie. ‘Maak gebruik van specialisten, data science is een vak’, geeft Mulder de aanwezigen mee. ‘Blijf niet doorgaan met oude databasetechnieken, ga ruwe data opslaan en begin niet te groot.’ De breedte van het toepassingspalet illustreren vervolgens de presentaties van Lifelines (grootschalig bevolkingsonderzoek), ASTRON, Siemens en IJssel (beiden over predictive maintenance), Altheris (nu onderdeel van Althen Sensors & Controls, over maatwerksensoroplossingen voor het internet of things) en E11EVEN (cybersecurity). Hieronder enkele krenten uit de big data-pap.

BIG SCIENCE

Dagvoorzitter in Assen is Joost Krebbekx, de senior managing consultant van Berenschot die fungeert als programmamanager van ICD. Foto’s: Antoinette Borchert

DOOR HANS VAN EERDEN

W

ilma Mulder, directeur KxA Data Solutions, introduceert het begrip ‘big data’: datasets die zo groot of zo complex zijn dat traditionele verwerking

niet meer adequaat is. Dat wil zeggen: de dataprocessingsoftware kan het niet aan, de conventionele databases zijn te traag en kunnen streaming data niet meer verwerken, of de combinatie van data uit verschillende bronnen is te lastig. Voor big data onderscheidt ze vijf fasen: meten, op-

INNOVATIECLUSTER DRACHTEN Hoofdorganisator van de bijeenkomst is het Innovatiecluster Drachten. ICD presenteert zich als een internationaal werkend ecosysteem van samenwerkende hightech bedrijven en kennisinstellingen in NoordNederland. ICD-bedrijven werken samen aan oplossingen voor de grote uitdagingen van de toekomst, aangeduid als de ‘Big 5’: 3D metal printing; remote sensoring en big data; robotics; visual intelligence; all-electric propulsion. Het thema ‘remote sensoring en big data’ bestrijkt het op afstand verbinden van apparaten, instrumenten en machines, het verzamelen, overbrengen, opslaan en analyseren van data en het handelen op basis daarvan. Zo heeft het project ‘Smart

70

november 2017

Machines’ tot doel via remote sensoring & big data de stap te zetten naar predictive maintenance. Het cluster telt nu zeventien leden, bedrijven uit Drachten en inmiddels ook overig Noord-Nederland. Onder hen BD, Neopost Technologies, Norma, Philips Drachten, Resato en Variass. Jongste aanwinst is ASTRON. ICD-voorzitter Kor Visscher (Philips) is er blij mee: ‘We kunnen veel leren van onze nieuwe wetenschappelijke partner, en dan heb ik het niet alleen over sterren en planeten.’

www.icdrachten.nl

Albert-Jan Boonstra, programmamanager technical research bij kersvers ICD-lid ASTRON, spreekt over de telescopen van het Nederlandse instituut voor radioastronomie, en de gigantische hoeveelheden data die deze verzamelen. De trend is richting grotere telescopen, omdat die gedetailleerdere opnamen van astronomische verschijnselen kunnen maken en dus meer inzicht verschaffen in bijvoorbeeld het ontstaan van ons heelal. Zo krijgen de bekende radiotelescopen van Westerbork een update waardoor ze een veertig keer zo groot deel van de sterrenhemel tegelijk kunnen observeren, met een navenant grotere datastroom tot gevolg, naar verwachting 20 petabyte (20 miljoen gigabyte) in vijf jaar. En LOFAR, de gedistribueerde radiotelescoop met stations over heel Noord-Europa, levert per dag 650.000 gigabyte aan ruwe data, waarvan na eerste bewerking 2,5 gigabyte per seconde overblijft. Het resultaat: een gigantisch archief, waaruit meer dan honderd onderzoekers naar believen gegevens kunnen plukken voor hun specifieke vragen. Inrichting en beheer van dat archief vormen een uitdaging op zich. ASTRON wil daarvoor het wiel niet alleen uitvinden. Sinds 2015 werkt het in een Europees project samen met andere onderzoeksconsortia in big science, meldt Boonstra.

KINDERSCHOENEN Na dit astronomische verhaal zet Martin Blenkers, manager predictive maintenance van IJssel, het gehoor weer met beide benen op de grond. Hij vertelt hoe de technisch dienstverlener big data in het onderhoud van industriële processen van klanten wil toepassen, waardoor de focus kan verschuiven van regelmatig acteren (bijvoorbeeld periodiek componenten vervangen) naar regel-


matig meten (en componenten pas vervangen als de analyse op aanstaand falen wijst). De uitdagingen bij bedrijven zijn vaak nog heel basic. Zo is de onderhoudsdataverzameling veelal niet gedigitaliseerd. Veel onderhoudsprocessen, zoals inspecties, maar ook werkbonnen en terugkoppelingen van uitgevoerde werkzaamheden, moeten nog worden gedigitaliseerd. Vervolgens gebeurt analyse van de conditiemetingen nog vaak door personen, bijvoorbeeld operators of technici. Hun kennis moet in systemen worden gestopt, zodat analyse altijd en overal kan plaatsvinden onafhankelijk van de toevallige beschikbaarheid van een expert. De inzet van kunstmatige intelligentie (machine learning) staat echter nog in de kinderschoenen bij IJssel, meldt Blenkers. ‘Een probleem daarbij is dat we nog geen historie van falen hebben opgebouwd, er zijn nog te weinig data van faalmodellen beschikbaar om de analyse op te baseren.’ Een belangrijke driver achter big data voor voorspelbaar onderhoud is dat sensoren steeds goedkoper worden en tegenwoordig met standaardprotocol aan het internet kunnen worden gehangen. IJssel heeft er het softwareplatform Uptime Works voor ontwikkeld. Een project begint altijd met een analyse van de situatie bij de klant om de juiste sensoren te kunnen plaatsen. Blenkers pleit ervoor om dergelijke projecten kleinschalig te beginnen. Wel moet alle benodigde expertise worden ingeschakeld, tekent hij aan. ‘Zonder domeinkennis zijn data scientists waardeloos. Alleen door hen goed met domeinexperts te laten samenwerken, kom je tot goede algoritmes voor data-analyse.’ Bijkomend probleem: als data zoals druk, temperatuur, enzovoort naar buiten gaan, kom je dicht bij het recept van het betreffende proces. Beveiliging van de data is dus geboden.

BIG RISK Dat is koren op de molen van Kevin Morssink, die na alle inspirerende verhalen tot slot een ‘bommetje komt droppen’, zoals hij het omschrijft: ‘big data, big risk’. Morssink is ethical hacker bij E11EVEN, gevestigd in het vernieuwde Thialf-stadion in Heerenveen. In 2011 startte

Martin Blenkers, manager predictive maintenance van IJssel: ‘Alleen door domeinexperts en data scientists goed te laten samenwerken, kom je tot goede algoritmes voor data-analyse.’

LINK CAFÉ: BIG DATA IS ZINLOOS ZONDER HANDELEN?!

De stelling ‘Big data is zinloos zonder handelen’ levert in het Link Café geanimeerde discussie op.

Onderdeel van de bijeenkomst is een Link Café powered by Siemens Industry Software. In groepjes discussiëren de deelnemers over de stelling: ‘Big data is zinloos zonder handelen.’ Achterliggende gedachte is dat het verzamelen van big data geen doel op zich is, maar – om zinvol te kunnen zijn – moet leiden tot handelen. Hoewel de stelling een open deur lijkt, komt het tot geanimeerde discussies waarin de voors en tegens elkaar aardig in balans houden.

Tegen: • langdurig data alleen maar opslaan is niet per se heel duur; • het zorgt in ieder geval voor historieopbouw; • de gevonden correlaties kunnen onvoorziene mogelijkheden voor handelen bieden; • soms komt het handelen pas later, bijvoorbeeld als er dan problemen zijn, of als de benodigde handeling nog moet worden ‘uitgevonden’.

Voor: • maak geen kosten voor niks; • gebruik niet de big data-technologie alleen omwille van de technologie; • als het écht nooit tot handelen komt, is het inderdaad zinloos (zonde van het geld); • het verzamelen van persoonsdata zonder duidelijk doel (en toestemming) is niet toegestaan.

Aan het eind staat nog een tweede stelling geagendeerd: ‘Ik heb die machine geleverd, die data is van mij.’ Een prikkelende stelling, maar vanwege de ‘data-overload’ (zeven presentaties!) bij de deelnemers besluit de organisatie om meteen tot de afsluitende borrel over te gaan. Die discussie komt ongetwijfeld terug.

E11EVEN met forensisch financieel en digitaal onderzoek. Ook bij forensisch onderzoek is het belangrijk de data goed te beveiligen. Met een eigen dataplatform is E11EVEN steeds vaker clienten gaan helpen bij ict-beveiliging. Hij vertelt hoe big data de ict-beveiliging kan faciliteren bij het opsporen van kwetsbaarheden – hacking on demand – met behulp van penetratietesten en geautomatiseerde scans; hij toont verontrustende statistieken. Bij de analyse van de resultaten die deze ‘vangnetten’ opleveren, is het de kunst een balans te vinden tussen vals positief en vals negatief (niet te veel gevaren onterecht benoemen, maar ook niet te veel reële gevaren missen). Zelflerende analysesystemen moeten uitkomst brengen. Vervolgens schetst Morssink de andere kant van de medaille: hoe zit het met de ict-beveiliging van big data-oplossingen? Dat is waar hij zijn bommetje loslaat. Bedrijven gaan enthousiast aan de slag en koppelen allerlei ict-systemen en databases aan elkaar, maar besteden vaak te weinig aandacht aan de beveiliging. ‘Ze hebben moeite om de balans te vinden.’ Hij verwijst naar het concept van ‘layered security’: Een hek om een datacentrum volstaat niet, ook de toegang tot de systemen in dat centrum moet goed geregeld zijn, het netwerk moet goed beveiligd zijn tegen inbraken, enzovoort. ‘Ze vertrouwen te vaak op één beveiligingslaag.’ Ook heeft men onvoldoende inzicht in de gevaren omdat de monitoring veelal

www.icdrachten.nl

Kevin Morssink, ethical hacker bij E11EVEN, toont verontrustende ‘big data, big risk’-statistieken.

ontoereikend is. Kortom, big data blijft nog wel even een explosief onderwerp. www.altheris.nl www.astron.nl www.berenschot.com www.e11even.nl www.kxa.nl www.lifelines.nl www.plm.automation.siemens.com www.ijssel.com

november 2017

71


LAUNCHING CUSTOMER

SNELLE, PLAATS- EN TIJDSONAFHANKELIJKE REGISTRATIE ONREGELMATIGHEDEN

ISO-NORMEN, VAN LAST NAAR LUST Per 1 juni lanceerde ACTNOVUM de nieuwe app ISO2ACT, een cloudapplicatie die

frustratie en kosten vermijden’, aldus bedrijfsleider Hans van Hunnik. ‘Meldingen moeten bedrijven in staat stelt makkelijker en effectiever hun registraties en documentatie echter wel snel te doen zijn, het personeel in de rond ISO-normen te verwerken. Fluortubing, fabrikant van kunststofslangen in Utrecht, fabriek is niet ingehuurd als typiste.’ Eenduidigheid was een andere voorwaarde. ‘Je fungeerde als pilotbedrijf. ‘Niemand heeft nog een goede reden om een melding wilt dat iedereen in dezelfde terminologie een achterwege te laten.’ melding aanmaakt in het systeem. Het sjabloon dwingt medewerkers na te denken over het probleem en dit gestructureerd af te handelen. Defecten staan beschreven en medewerkers moeten een keuze maken uit de door ons bepaalde opties. ‘De slang is niet goed’ staat daar niet bij. We mopperen wel eens over al die verplichte velden, maar zo krijg je afwijkingen goed in beeld en kun je niets vergeten’, vertelt Van Hunnik. ‘Voorheen gebeurde het melden via mails aan meerdere personen, waardoor niet duidelijk was wie verantwoordelijk was voor de opvolging. Nu wordt de melding gelijk toegewezen aan een verantwoordelijke.’ Oberink bevestigt dit. ‘De afdeling heeft grip op acties en het management krijgt zicht op eventuele Hans van Hunnik (links) van Fluortubing en Henny Oberink van Actnovum: ‘De afdeling heeft grip op acties en het management krijgt zicht op eventuele knelpunten.’ Foto: Maarten Hartman knelpunten.’ DOOR WILMA SCHREIBER

eel bedrijven worstelen met het registreren en melden van onregelmatigheden in hun workflow in het kader van ISO 9001 (kwaliteitsmanagement), ISO 14001 (milieumanagement), ISO 27001 (informatiebeveiliging) plus de nieuwe norm voor arbozaken, ISO 45001. ‘Te denken valt aan afwijkingen, incidenten, ongevallen, verbetervoorstellen, klachten van klanten, klanttevredenheidsmetingen, leveranciersbeoordelingen en interne en externe audits’, zegt Henny Oberink, die vanuit Actnovum de cloudapplicatie ISO2ACT ontwikkelde. ‘Met deze tool komen we tegemoet aan de vraag uit de markt naar een goed functionerend managementsysteem. ISO2ACT koppelt signaleren, melden en documenteren automatisch aan informeren, acteren, evalueren en leren.’ De

V

72

november 2017

applicatie is met name ontwikkeld voor het mkb, voor een snelle, plaats- en tijdsonafhankelijke registratie via laptop, tablet of smartphone.

FRUSTRATIE VERMIJDEN Fluortubing levert met circa veertig medewerkers dunwandige ptfe-(teflon)buizen in bulk aan toeleveranciers van de chemische en farmaceutische industrie, warmtewisselaar- en generatorenbouw, vliegtuigindustrie en automotive. Naast het hoofdkantoor in Utrecht heeft het bedrijf kantoren en fabrieken in de VS en China. Fluortubing dacht mee over de vormgeving van ISO2ACT en fungeerde zes maanden als een van de pilotbedrijven. ‘Registreren is leuk, maar je moet wel iets met ISO doen en je organisatie verbeteren. ISO2ACT helpt ons daarbij. Als bepaalde meldingen veel voorkomen, kun je die analyseren en iets bedenken om herhaling te voorkomen. En zo

IN ÉÉN OOGOPSLAG Ook is een invulscherm beschikbaar voor het melden van incidenten, zoals ongevallen en gevaarlijke situaties. Van Hunnik: ‘Medewerkers kunnen aangeven wie erbij was, op welke locatie het incident plaatsvond en wat de precieze toedracht was. Hrm pakt vervolgens als verantwoordelijke de melding op, die blijft openstaan tot deze via de workflow is afgehandeld.’ Vanwege de hoge temperaturen waaronder bewerkingen plaatsvinden, heeft Fluortubing verder regelmatig te maken met brand. ‘Dat komt een keer of tien per jaar voor. Vroeger moest ik dan achteraf in mijn mailbox de meldingen opzoeken, nu komen de incidentmeldingen vanzelf naar voren in de managementinformatie die de applicatie genereert. Ik zie waar de brand heeft plaatsgevonden, of het wellicht bij eenzelfde materiaal of persoon is gebeurd en of er een logica achter zit qua


product of periode van het jaar. Alles in één oogopslag.’

GERICHTE OPLOSSINGEN Voor leveranciersafwijkingen heeft ISO2ACT inmiddels bij Fluortubing eveneens zijn waarde bewezen. ‘Wij produceren een zeer brede range aan slangen, waarbij we in de verwerking vaak buiten de bandbreedte van het materiaal terechtkomen. De vraag is dan: is het materiaal van een bepaalde leverancier te gebruiken voor een specifiek product’, verklaart Van Hunnik. ‘Nu meldingen in het systeem zitten, komen trends sneller aan het licht en kunnen we eerder stoppen met de productie als een grondstof niet voldoet.’ Hij gebruikt de managementinformatie ook voor de eindejaarsgesprekken met leveranciers. ‘Twee maten flenzen op één pallet ondanks ons verzoek om die te splitsen, kapotgereden pallets, incomplete leveringen, afwijkingen ten opzichte van de pakbon. Het staat allemaal ordelijk in het systeem.’ Doordat de meldingen per dag zijn terug te kijken, behoren discussies tot het verleden. ‘Je kunt eenvoudiger terugzien waar het is misgegaan en ook de overdracht tussen ploegen verloopt gestructureerder.’ Richting de eigen klanten zet Fluortubing de cloudapplicatie in voor diverse doeleinden. ‘Neem retouren. Die bleven voorheen in de fabriek staan, nu worden die gemeld. Op basis daarvan kunnen we bij de klant bijvoorbeeld de reden van afkeur van producten proberen te

achterhalen. Of aan magazijnmedewerkers laten weten wat ze met retouren moeten doen’, aldus Van Hunnik. ‘Soms was een probleem wel bekend, maar kwamen meldingen op verschillende manieren binnen. Dankzij de app ontdekten

systeem gebracht heeft wat ze ervan verwachtten. Alle informatie over facetten die ertoe doen bij een goede bedrijfsvoering, is direct beschikbaar.’ Al met al concludeert Hans van Hunnik van Fluortubing dat de ISO2ACT-app zeer zeker

‘Niemand heeft nog een goede reden om een melding achterwege te laten’

we bijvoorbeeld dat bij één bepaalde klant steeds dezelfde klacht voorkwam. Je kunt een probleem gerichter onderzoeken – en er een oplossing voor vinden.’

GENERIEKE APPLICATIE ISO2ACT is een generieke applicatie, geschikt voor bedrijven van klein tot groot uit allerlei branches, van schoonmaak tot hightech industrie. ‘Branchespecifieke modules zijn naar wens toe te voegen. Tevens is de applicatie deels zelf in te delen qua hoofdcategorieën, onderverdelingen en optielijsten’, meldt Henny Oberink van Actnovum. ‘Het management beschikt steeds over de actuele stand van zaken en de jaarlijkse managementreview laat zien of het kwaliteits-

voldoet. ‘Het mooie van een cloudapplicatie is bovendien dat updates van de applicatie en de ISO-normen er automatisch in verwerkt worden. Daar hoef je niet meer zelf achteraan, je loopt altijd in de pas’, zegt hij. ‘Het is nu zaak de aandacht vast te houden en niet achter de feiten aan te lopen. ISO2ACT maakt het verzamelen van gegevens makkelijker en de informatie toegankelijker. Dat verlaagt onze administratieve last. Niemand heeft nog een goede reden om een melding achterwege te laten.’

www.actnovum.nl www.iso2act.nl www.fluortubing.com

no time to waste electronics manufacturing services • tbp.nl Vlakbodem 10 • 3247 CP Dirksland the Netherlands

t +31 187 602 744 f +31 187 603 497

i www.tbp.nl e info@tbp.nl

november 2017

73



STRATEGIE

STERK GROEIEND DEMCON ZET IN OP INTERNATIONALE EXPANSIE

VANUIT TWENTE DE WERELD IN Internationale expansie staat hoog op de agenda van technologiebedrijf Demcon. ‘Nu al behalen we bijna de helft van onze omzet in het buitenland’, vertelt directeur/ oprichter Dennis Schipper. ‘Om te blijven groeien is het cruciaal dat we daar nog schepjes bovenop doen.’ Met Kennispark Twente, waarop Demcon zijn eigen campus ontwikkelt, als uitvalsbasis. DOOR PIM CAMPMAN

D

e Twentse high-end technologieleverancier van producten en systemen maakt dit jaar een heuse groeispurt door. ‘We stevenen af op veertig procent omzetstijging en honderd nieuwe medewerkers’, vertelt Dennis Schipper. Daarmee komt de totale Demconpopulatie uit op ‘ver boven vierhonderd’: ruim driehonderd in Enschede, negentig in Eindhoven en in de nieuwe vestigingen in Groningen en Delft elk ongeveer tien. Daarnaast heeft Demcon een vestiging in Münster, Duitsland.

TROEVEN RICHTING BUITENLAND Volgens de Demcon-topman heeft zijn bedrijf sterke troeven in handen om buiten Nederland meer klanten te winnen. ‘Ik ben net terug van een week in Japan. De derde economie van de wereld, daar gebeuren fantastische dingen. En toch zie je dat ze moeite hebben met innoveren. Dat hangt samen met hun cultuur, met wie ze zijn en hoe ze doen – en de hiërarchie is daar heel sterk, wat je ook in Duitsland nog steeds wel ziet. Wij in Nederland hebben eigenlijk helemaal niks met hiërarchie. We zijn losser in de omgang, denken niet in hokjes en zijn heel oplossingsgericht; we willen de dingen die we doen, echt snappen – en doen we dat eenmaal, dan bedenken we gericht op de bal een oplossing. Dat, in combinatie met die ‘Nederlandse school’ van sterk vakmanschap op het gebied van hightech systemen – of beter: system engineering, mechatronica en precisiemechanica –, maakt ons tot een interessante partner voor buitenlandse partijen’, aldus Schipper. Of die ‘vrije’ Nederlandse werknemers lastiger te managen zijn? ‘Ik ervaar dat niet zo. Ze nemen hun verantwoordelijkheid, zijn professionals en kunnen omgaan met de ruimte die ze krijgen. En als iemand dat niet aankan, ja dan moet je ingrijpen. Maar over het algemeen krijg je voor de vrijheid en het vertrouwen dat je geeft mooie dingen terug.’

Dennis Schipper: ‘Kennispark Twente zal hightech in deze regio extra boost geven.’ Foto: Demcon

INVESTEREN IN OPLEIDINGEN Dat er in Nederland een tekort is aan technische toppers, erkent hij. ‘Als aantrekkelijke werkgever die leuke dingen doet, lukt het ons nog steeds om goede mensen te vinden. Maar ik ken bedrijven, minder bekend als Demcon en wat verder weg van de universiteit, die daar wel flink last van hebben. Ik denk dat wij, als bedrijven, er nog meer energie in moeten steken om de jeugd uit te leggen hoe leuk het werk in de hightech is. Maar daarnaast is de opleidingscapaciteit op universiteiten en hogescholen volgens mij te beperkt. Ondanks alle opportunities die we vandaag hebben, mis ik bereidheid om de portemonnee te trekken om de jeugd voor ons vak te enthousiasmeren en vervolgens op te leiden. Ik denk dus dat bedrijven meer in opleidingen zouden moeten investeren. Wij, als Demcon, gaan volgende stappen zetten in het financieren van universitaire docenten – en ook kennisinstellingen helpen we bij opleidingen. Die verantwoordelijkheid moeten we nemen. En daar krijg je ook iets voor terug: je bent zichtbaar op die instituten, waardoor afstudeerders makkelijker naar je toe komen. En ja, daarnaast kan de overheid natuurlijk meer in onderwijs en onderzoek investeren. Het nieuwe regeerakkoord stemt mij tot tevredenheid.’

ongeveer 100 miljoen euro heringericht. Schipper heeft zich daar lang sterk voor gemaakt. ‘We hebben de regionale overheid geïnteresseerd gekregen om tot een forse gebiedsontwikkeling te komen.’ Met state-of-the-art gebouwen, voorzieningen in een attractieve setting. ‘Binnen Kennispark Twente ga ik mijn eigen Demcon Campus ontwikkelen. Begin Q3 volgend jaar is ons eerste nieuwe gebouw, een productielocatie, klaar.’ Wat Kennispark voor het innovatievermogen van Twente gaat betekenen? ‘Voor Demcon dat er een paar honderd extra medewerkers bijkomen. En voor de hele campus zouden het best eens tweeof drieduizend extra medewerkers kunnen zijn. Want hier willen straks sterke bedrijven zitten, omdat ze elkaar makkelijk kunnen vinden en ook dingen met elkaar kunnen doen. Dat zal de hightech in Twente een extra boost geven, denk ik.’ Hoe Demcon er over drie jaar uit zal zien? ‘Groei is een doelstelling, zeker. Ik denk dat we verder zullen groeien, al zal het niet in het tempo van dit jaar zijn. En verder denk ik dat we dan een volwaardige vestiging in het buitenland zullen hebben – in Münster en misschien ook wel dieper Duitsland in. We zullen’, besluit Dennis Schipper, ‘meer en meer projecten internationaal gaan doen.’

BOOST VOOR TWENTE Om talenten te boeien en binden, wordt Kennispark Twente in Enschede de komende jaren voor

www.demcon.nl

november 2017

75


EDNL EN CONFED ONTSLUITEN DE LIFTBESTURING NAAR DE BUITENWERELD

HARD2SOFT

Niet langer draait het om het verkopen van een machine of

apparaat; in het toekomstige businessmodel

MONITORING OP EEN HOGER NIVEAU

staat dienstverlening centraal. Voor het realiseren van deze servitizationstrategie is software onmisbaar. In alle fasen van de waardetoevoeging, van de initiële productontwikkeling tot en met de seriebouw.

Liften ‘praten’ met de buitenwereld via de intercom. EDNL levert daarvoor al jaren liftspreekluistersystemen. Communicatie van technische data, over de status en het gebruik van de lift, vindt echter nog maar mondjesmaat plaats. EDNL zet nu een stap omhoog met het liftmonitoringsysteem Sense. Elektronicaleverancier Confed lift mee en doet naast productie nu ook hardware-engineering en embedded-softwareontwikkeling. DOOR HANS VAN EERDEN

INTERNET OF THINGS

et begon twintig jaar geleden met intercomsystemen voor slagbomen en hekken die op afstand kunnen worden geopend. Daarmee trok EDNL de aandacht van de liftwereld, die een onafhankelijke leverancier zocht. Tot dan waren liftkooien veelal uitgerust met een intercom van de betreffende liftfabrikant; installateurs en gebouweigenaren (corporaties, vastgoedbeheerders) wilden van die vendor lock-in af. EDNL ontwikkelde z’n communicatiesysteem door naar de lifttoepassing en maakte er zijn core business van.

‘Een jaar of vijf geleden zagen we het internet of things aankomen’, verklaart De Bree. ‘We zijn een product gaan ontwikkelen dat de liftbesturing ontsluit naar de buitenwereld, voor registratie Niels de Bree van EDNL (links) en Marcel Lentfert van Confed tonen respectievelijk het nieuwe liftspreekvan het luistersysteem en een 3D-geprinte proto van de behuizing voor Sense liftmonitoring. Foto: Maarten Hartman gebruik en weergave van de status. Daarmee kunnen we alle delen van de niet open voor derden, meldt De Bree. ‘Daarom markt bedienen.’ Het levert de eigenaar informaproberen we nu zelf de markt los te schudden. Nu tie over de kpi’s, zoals de beschikbaarheid van de ons communicatiesysteem in 25 procent van de lift. En de installateur krijgt informatie over de Nederlandse liften zit, wordt toch met argusogen status van het systeem en kan daarop proactief naar ons gekeken.’ Lentfert: ‘Je begint als luis in handelen. Denk aan het aantal liftbewegingen of de pels van de fabrikanten en als je groeit wordt het aantal keren open- en dichtgaan van de het op een gegeven moment voor hen juist een deuren, die tachtig procent van de storingen verpre als ze kunnen interfacen met jouw product.’ oorzaken. Vooralsnog levert het systeem alleen Zover is het nog niet, dus moest EDNL met feitelijke informatie uit de liftbesturing, waarin reverse engineering zelf uitzoeken hoe informatie zogeheten fictieve sensoren zijn gedefinieerd. uit de verschillende besturingen te halen. LentKoppeling met externe, fysieke sensoren zou fert: ‘In het veld kwam EDNL situaties tegen meer informatie opleveren maar compliceert de waarvoor de technische specificatie toch niet installatie. Interpretatie van de data, bijvoorbeeld helemaal dekkend bleek. Dan moesten we twee in termen van bezoekersstromen, is een logische weken voor de productiestart nog wijzigingen vervolgstap, aldus De Bree. doorvoeren. Om de time-to-market te halen, waren we al gestart met inkoop en werkvoorbereiding terwijl EDNL nog met een verlengde LUIS IN DE PELS veldtest bezig was. De essentie van onze samenEDNL is de enige onafhankelijke aanbieder van werking is dat we dergelijke issues kunnen deze liftmonitoring. Liftfabrikanten monitoren deels wel hun eigen installaties, maar stellen zich aanpakken en zorgen dat de juiste versie wordt

H

OPEN CALCULATIE Toen productie van de elektronica in het (Verre) Oosten spaak liep op kwaliteit en levertijd, klopte EDNL-directeur Niels de Bree tien jaar geleden aan bij bijna-buurman Confed in Nijkerk – inmiddels is Confed naar Amersfoort verhuisd. Met een printje, stuklijst en kostprijsdoelstelling, herinnert Marcel Lentfert, manager innovation & technology bij Confed, zich. ‘‘Kan dit bij jullie voor deze prijs’, vroeg Niels. Ik heb een open kostprijscalculatie gemaakt en hem de uitdagingen voorgelegd die ik nog zag in hun ontwerp. Samen hebben we gekeken naar de componenten die de kostprijs bepaalden en mogelijkheden om die scherper in te kopen. Zo hebben we jaren samengewerkt voor puur de productie. Best uitdagend, met een opstartend product waarvoor EDNL geen voorraad kon voorfinancieren, maar in goede verstandhouding zijn we er altijd uitgekomen.’ Een nieuw productje bracht een volgende puzzel. ‘Dat verdiende nauwelijks de benaming print. We konden daar eigenlijk geen ontwerpgeld aan toewijzen, maar hebben Niels toch geholpen. Daaruit vloeiden weer discussies voort over hun volgende product. Dat was het begin van de verdieping van onze samenwerking.’

76

november 2017


gemaakt. Gecontroleerd, anders weet achteraf niemand meer wat er in het veld staat.’

SWEET SPOT Het nieuwe liftmonitoringproduct Sense staat nu voor de marktintroductie. Het markeert EDNL’s evolutie van hardwareleverancier naar ict-dienstverlener, zegt De Bree. Met dertien medewerkers richt het groeiende bedrijf zich in de Nederlandse (en Belgische) markt op projectmatige systeemintegratie. Voor ontwikkeling en productie werkt het nauw samen met partners: diverse specialisten voor applicatiesoftware, Confed voor elektronica en inmiddels ook embedded software. ‘EDNL is een interessante klant omdat ze ons in de sweet spot hebben getroffen’, verklaart Lentfert. ‘Wij mogen vanaf het begin meekijken en maken in de specificatiefase concrete afspraken over de kosten en planning van het ontwerptraject. Daar halen we een langdurige productiestroom uit, met inmiddels duizendtallen producten. De technische opgave zit ’m vaak in functionaliteit versus kosten; we passen zoveel mogelijk standaardonderdelen in. Doet zich een onverwachte ontwikkeling voor, dan duurt het nooit langer dan een half uur om tot consensus te komen. Blijkt bijvoorbeeld onze eerste kostenschatting niet meer reëel, dan kunnen wij dat aankaarten. Over en weer is daarvoor vertrouwen en commitment.’ De Bree: ‘Wat wij vragen is best wel op de rand, maar in de praktijk komen we er altijd goed uit.’

‘STEEN IN DE VIJVER’ Een jaar geleden sprak Confed-directeur Arjan Reedijk in Link Magazine de ambitie uit om samen met andere ondernemingen die open zijn over hun kostprijsopbouw, kwaliteit en capaciteit een cluster te vormen dat klanten beter kan bedienen. Reedijk verwees naar VDL. ‘Niet dat ik Confed daarmee wil vergelijken, maar veel bedrijven in die groep zijn in delen overgenomen nadat er eerst langere tijd mee is samengewerkt.’ Marcel

In die almaar intensiever wordende samenwerking hebben de Confed-engineers al heel wat liften met EDNL-systeem erin gezien en voorkomende issues opgelost. Lentfert: ‘We hebben zelfs een tournee langs allerlei liften gedaan. In het product zit namelijk een accelerometer die elektronisch versnelling meet om te bepalen of een lift gaat bewegen, en welke kant op. Elke lift versnelt echter weer anders, maar je wilt niet telkens een andere softwareconfiguratie.’ De Bree: ‘We moesten de software dus zo ‘breed’ inrichten dat alle meetresultaten goed worden geïnterpreteerd en we in het veld die software standaard kunnen implementeren. Met drie, vier installaties per dag hebben onze monteurs geen tijd om dingen uit te zoeken.’

KOPLOPER De introductie van Sense heeft EDNL koploper

Lentfert: ‘Dat interview werd een steen in de vijver. Het heeft deuren geopend bij bedrijven om te praten over clustervorming en diepgaande onderzoekjes te doen. Om het commitment te formaliseren kijken we naar aandelenruil en andere vormen om bedrijven aan elkaar te verbinden. Anders blijven we hangen in vrijblijvendheid die de gewenste transparantie in de weg staat. Nee, namen kan ik nog niet noemen.’

in de liftwereld gemaakt, stelt Niels de Bree. ‘Wij onderscheiden ons nu met die communicatie op dataniveau, mede dankzij Confed.’ Geen reden om op de lauweren te rusten. ‘Ons recent vernieuwde communicatieproduct, waarvoor Confed de value engineering deed, moeten we nu helemaal stabiel maken. Daarnaast gaan we meer informatie uit de liftbesturingen halen en ook toepassingen buiten de liftwereld zoeken.’ Confed’s Marcel Lentfert ziet eveneens nieuwe kansen. ‘Als de installed base van EDNL groeit, kunnen we ook repair & overhaul gaan doen voor klachten en defecten uit het veld. We gaan per slot naar een circulaire economie.’ What goes up must come down.

www.ednl.nl www.confed.eu

Oplossingen in metaal. Van ontwerp tot eindproduct. Galgenberg 7 | 5571 SP Bergeijk | T +31 (0)497 55 53 93 | info@baxmetaal.nl | www.baxmetaal.nl

november 2017

77



PROCESVERBETERING

ROUWELER LAS- EN MACHINETECHNIEK EERSTE GEBRUIKER VAN NIEUWE ERP-PAKKET RIDDER IQ SLIM

GEKNIPT VOOR ALS HET IETSJE MINDER MAG Een minder omvangrijk ERP-pakket, dat past bij een wat kleiner maakbedrijf – of bij een bedrijf dat snel en simpel wil automatiseren. Op 1 september 2017 lanceerde Ridder Data Systems het kleine zusje van zijn ERP-pakket Ridder iQ: Ridder iQ Slim. Als deelnemer van de pilotgroep ging Rouweler Las- en Machinetechniek er al in juli mee aan de gang. ‘Het zorgt voor overzicht binnen het hele bedrijf, zowel op kantoor als op de werkvloer’, zegt eigenaar Ronnie Rouweler. ‘In één oogopslag kan iedereen zien wat er gaande is.’ DOOR PIM CAMPMAN

e ERP-oplossingen van Ridder vinden al meer dan 35 jaar hun weg naar maakbedrijven. Instekend op de technologische ontwikkelingen en veranderende processen ontwikkelt het Harderwijker bedrijf regelmatig nieuwe, weer betere en slimmere versies. Ridder iQ Slim is alweer de vijfde generatie en afgeleid van hun grote ERP-pakket Ridder iQ. ‘Hiermee spelen we in op de vraag van vooral de wat kleinere maakbedrijven naar een minder uitgebreide en omvangrijke oplossing’, vertelt Rik Vrijhof, specialist Ridder iQ Slim.

D

PEULENSCHIL Hoewel een afgeslankte versie, is Ridder iQ Slim toch erg compleet, claimt hij. ‘Alle informatie met betrekking tot CRM- en verkoopadministratie, voorraad- en inkoopadministratie, werkvoorbereiding, documentbeheer en aanverwante processen is binnen het systeem te vinden. En ook vooren nacalculaties per project, order of deelorder zijn er makkelijk in uit te voeren. Voorts is er een integratie met CAD-software te maken: stuklijsten kunnen met één druk op de knop vanuit de CAD-software worden geïmporteerd. Waarbij alle informatie die getoond wordt, is afgestemd op de gebruiker; die ziet altijd die informatie die nodig is om zijn of haar rol goed en vlot uit te voeren. Omdat het pakket naar wens is in te vullen, is Ridder iQ Slim overzichtelijk en gebruiksvriendelijk. Ermee leren werken is een peulenschil.’ Naast standaardmodules en de CAD-importer is het pakket aan te vullen met onder meer shopfloor control, barcode-uren-

Ronnie Rouweler van Rouweler Las- en Machinetechniek (links) bekijkt met Rik Vrijdag (Ridder) de mogelijkheden van Ridder iQ Slim: ‘De jongens op de werkvloer weten altijd in één oogopslag waar ze aan toe zijn.’ Foto: Arjan Reef

verantwoording, financiële integratie en analytics (dashboard-ontwerper).

IN VIER DAGEN LIVE Daarbij, vervolgt Vrijhof, is het een toekomstbestendige oplossing. ‘Is het bedrijf gegroeid of is het bedrijfsproces zodanig veranderd dat een uitgebreider ERP-pakket in beeld komt, dan is Ridder iQ Slim zonder conversie of uitgebreid implementatietraject naar Ridder IQ om te zetten.’ Snelle en soepele implementatie is ook een usp van de afgeslankte oplossing an sich, beklemtoont hij. ‘Het bevat een ‘fixed’ implementatiemethodiek: omdat we een vast template voor de maakindustrie hebben ontworpen, is Ridder iQ Slim snel op ieder bedrijf specifiek in te richten.’ Ronnie Rouweler, de dga van Rouweler Las- en Machinetechniek in Hengevelde, bevestigt dat: ‘Binnen vier dagen waren we live en konden we het pakket gebruiken.’ Het Twentse bedrijf legt zich toe op metaalbewerking (lassen, plaatbewerking) en machinebouw en ondersteunt klanten desgewenst ook met een stuk engineering.

EERSTE GEBRUIKER Ridder iQ Slim is niet het eerste ERP-pakket waar Rouweler Las- en Machinetechniek mee werkt. ‘Voordat we het in gebruik namen, hadden we een ander pakket. Omdat dat niet goed bij ons bedrijfsproces bleek te passen, hebben we dat

slechts ongeveer twee jaar gebruikt. Want in plaats van makkelijker werd het werk er juist veel moeilijker van.’ Vandaar dat Ronnie Rouweler c.s. op zoek ging naar een gebruiksvriendelijker pakket dat wel bij hun bedrijfsproces past. ‘Voor mij is het vooral belangrijk dat we er snel en simpel werkbonnen in kunnen maken en daarna het productieproces met één druk op de knop kunnen sturen.’ Op die zoektocht kwam hij bij Ridder Data Systems in Harderwijk terecht en werd hij deelnemer van de pilotgroep die bij de uitontwikkeling van Ridder iQ Slim werd betrokken. Afgelopen zomer, in juli, werd Rouweler Las- en Machinetechniek de eerste gebruiker van het pakket. Vanaf dag één is deze gebruiker enthousiast over het pakket. ‘De gebruiksvriendelijkheid en de snelheid spraken ons meteen aan. Verder vonden mijn mensen van de administratie de integratie met het online boekhoudpakket dat wij hebben, Twinfield, belangrijk. De jongens op de werkvloer kunnen op de werkbonnen zien wat er al gedaan is en wat nog moet gebeuren. Omdat ook de tekeningen voor elk project beschikbaar zijn, weten ze altijd in één oogopslag waar ze aan toe zijn.’

www.ridder.nl www.rouweler.eu

november 2017

79


INDUSTRIËLE DIENSTVERLENING

TOTAALCONCEPT SMEERTECHNISCH ONDERHOUD BORGT BETROUWBAARHEID INSTALLATIES

VEEL MEER DAN EEN POT VET Sinds twee jaar heeft Engie het smeertechnisch onderhoud van installaties in de kolencentrale op de Rotterdamse Maasvlakte, een van de nieuwste in Nederland, uitbesteed aan Van Meeuwen Industries in Weesp. Inmiddels is een constructief partnerschap ontstaan. Doelstelling: langere levensduur van installaties en deze zonder ongeplande stops laten draaien.

centrale. Ze weten welke installaties er staan, welke onderdelen onderhoud behoeven en hoe ze die het beste kunnen vertroetelen. De frequentie, gebruikte producten en controlemomenten vinken ze digitaal af met S-MAXX, het digitale smeerschema, op hun iPad’, vertelt Kees Oskam, servicemanager bij Van Meeuwen. ‘Ook komen ze met verbetervoorstellen, bijvoorbeeld advies over het meest geschikte smeermiddel voor een installatie. Betrouwbaarheid is voor Engie essentieel, een centrale kan zich niet permitteren een uur stil te staan.’ Om die spontane verbetervoorstellen is het Engie te doen, aldus Van der Voorde. ‘Daar halen wij de winst uit. We testen de voorstellen en als de resultaten positief zijn, rollen we het breder uit. Inmiddels hebben we diverse smeermiddelen vervangen, een investering die de betrouwbaarheid en levensduur van installaties verhoogt.’ Willem Hoffer, hoofd mechanisch onderhoud bij Engie, wijst op een ander aspect van de advisering. ‘Van Meeuwen kwam met het idee om een aantal smeerpunten te verleggen, om zo de bereikbaarheid van machines te verbeteren. Ook stelden ze voor vetspuiten en smeernippels zo uniform mogelijk te houden. Als er dan eentje kapot gaat, heb je die altijd op voorraad. Details, maar het zorgt voor veel gemak.’

LUISTEREN

‘Van Meeuwen is de specialist, wij vertrouwen bijna blind op hen. Sinds zij de uitvoering van het smeertechnisch onderhoud hebben opgepakt, is er nog geen storing geweest’, zegt Roeland Van der Voorde van Engie (links) over het geoliede partnerschap met Kees Oskam (Van Meeuwen Industries). Foto’s: Sam Rentmeester

DOOR WILMA SCHREIBER

ngie, onder meer producent van energie, koos voor z’n energiecentrale op de Maasvlakte voor Van Meeuwen op basis van goede referenties van onder meer de Maxima-centrale in Lelystad. De eerste opdracht was alle smeerpunten opnieuw in kaart brengen. ‘Het smeerconcept van Van Meeuwen was nieuw voor ons en verder wilden we elke twijfel over de juistheid van het installatieoverzicht wegnemen. Vandaar deze investering’, verklaart Roeland Van der Voorde, hoofd mechanisch onderhoud bij Engie. ‘Smering is een van de belangrijkste, zo niet de belangrijkste factor van preventief onderhoud. Het opwaarderen ervan was dan ook een van onze targets.’ Van Meeuwen, opgericht in 1934, is specialist op het gebied van smeermiddelen en actief in onder meer de levensmiddelenindustrie, rail, zware industrie en offshore. Altijd op zoek naar nieuwe

E

80

november 2017

markten zet het bedrijf nu bijvoorbeeld stappen in de chemie. ‘We investeren in kennis en huren externe experts in om processen en installaties beter te leren kennen. Ik ben ervan overtuigd dat we ook in die markt het verschil kunnen maken’, aldus Rogier van Meeuwen, directeur services & sales en derde generatie in het familiebedrijf. Het onderscheidende aan Van Meeuwen is het werken vanuit één totaalconcept. ‘Onze concurrenten zetten in op dienstverlening, producten, systemen, software of opleiding. Wij combineren de diverse aspecten en zetten in op een zo goed mogelijke balans tussen onderhoud en betrouwbaarheid. De wens van de klant is daarbij leading.’

SPONTANE VERBETERVOORSTELLEN Bij Engie zijn fulltime twee service-engineers van Van Meeuwen gestationeerd, die nauw samenwerken met de afdeling techniek van Engie. ‘Inmiddels kennen zij alle hoeken en gaten van de

Binnen technische opleidingen krijgt het smeren van installaties doorgaans weinig aandacht. ‘Daarom leiden wij onze medewerkers zelf op en ik maak bedrijven graag deelgenoot van onze kennis’, zegt Oskam. ‘De hele industrie heeft het over preventief onderhoud. Nou, schoonhouden en smeren is daar het fundament van.’ Die vakkennis blijkt ook bij het monitoren van installaties. ‘Medewerkers van Van Meeuwen zijn opgeleid in ultrasoon smeren. Ze luisteren via een koptelefoon naar de geluiden in installaties en vertalen dat naar smeerbehoefte en eventueel een diagnose. Dan moet je die geluiden wel weten te interpreteren’, verklaart Hoffer. Ook bij Engie was smeren lang een onderschoven kindje. ‘Toen Kees onze medewerkers meer vertelde over het smeertechnisch onderhoud, viel na tien minuten ieders mond open. Er komt veel meer bij kijken dan een pot vet. Dat beeld is bij iedereen inmiddels wel geland.’

DUIZENDEN EURO’S Bedrijven weten vaak niet dat het veel beter kan. Oskam: ‘Ze gebruiken een standaardproduct en accepteren dat bijvoorbeeld kettingen of lagers elke twee jaar kapot gaan. Dat staat gewoon gebudgetteerd. Met alleen een productwijziging kunnen wij de levensduur van die ketting misschien wel vervijfvoudigen. Of een energiebespa-


LUITEN

Thomas Luiten, directeur QRM Management Center, publiceert in Link Magazine of op de website een serie columns over de kloof die er in veel bedrijven gaapt tussen de business (kantoor) en de werkvloer, en de gevolgen die dat heeft voor doorlooptijd en flexibiliteit. Hij zal dat steeds vanuit een andere invalshoek doen. www.qrm-managementcenter.nl

‘IK LEG NÚ DE FABRIEK STIL!’ Deze kreet galmde onlangs in de fabriek. Een oprechte kreet, vol zorg, van de servicemanager. Volgens de man ging er iets vreselijk verkeerd in de orderafhandeling op de werkvloer. ‘Ze doen altijd maar wat! De tekeningen worden niet gevolgd door productie. De leiding heeft het niet in de grip!’ Om toch tot de kern van zijn probleem te komen, formeerden we een klein groepje bestaande uit een engineer, de productieman en de servicemanager. Al snel bleek dat productie, vlak voor de start van het project, had aangegeven dat de uitwerking onmogelijk was. En het was toch doorgegaan. Verkoop had akkoord gegeven, engineering was aan de slag gegaan, planning is planning, inkoop had zijn werk gedaan, en het resultaat was een onwerkbare ordermap. Dit gebeurde echter wel vaker, dus moest productie wel afwijken van tekening; er was nooit gehoor. De servicemanager bleef tijdens de bijeenkomst woest, totdat de engineer nog eens goed keek en doodleuk opmerkte dat er een versiefout in de ordermap zat. Het resultaat daarvan was verbluffend; de energie zakte weg met een zucht: ‘O, was dat de oorzaak’. De sfeer klaarde op.... Ach ja, een fout kan altijd gemaakt worden.

richt zich erop om met effectieve teams, met zo min mogelijk overdrachten, zo slim mogelijk af te stemmen. Het gevolg is dan te meten in de doorlooptijd en overhead: deze nemen drastisch af. Systemen krijgen meestal de schuld, maar meestal doen verstoringen zich voor tussen mensen, tussen afdelingen en tussen lagen mensen. Het lijkt vaak dat kantoorafdelingen op een troon zitten. Vaak worden onmogelijke projecten of planningen het bedrijf ingeschoten, op basis van aannames. En dat terwijl vaak de kennis aanwezig is op de werkvloer. Als gevolg van de afstand gecreëerd door macht, overdrachten tussen kantoorafdelingen, en daardoor verlies van informatie en tijd, is het resultaat vaak dramatisch. Zo ook in dit voorbeeld. Om het nog helemaal erg te maken, eiste de servicemanager een extra controleur. Nog meer afstand, nog meer afschuiven van verantwoordelijkheid. En daar komt ook bovendrijven dat dit een probleem is dat diepgeworteld in veel bedrijven zit. Er is een kloof ontstaan tussen marktvraag en realisatie van de vraag, veroorzaakt door gecentraliseerd denken in het bedrijf, in de kantoren.

Dit is een aardige illustratie van de problematiek die ik vaak bij bedrijven ben tegengekomen bij de start van QRM-projecten. QRM (Quick Response Manufacturing)

ring van zes procent realiseren. Dan heb je het toch over duizenden euro’s op jaarbasis.’ De adviezen van Van Meeuwen leiden tot optimalisatie en een langere levensduur van installaties, beaamt Van der Voorde. ‘Als je aan de hand van een olieanalyse kunt vaststellen dat je de olie in plaats van elk jaar ook om de twee jaar kunt vervangen, bespaar je veel geld. En het gaat hier niet om één machine, maar om een hele centrale vol’, zegt hij. ‘Voorheen voerden we die olieanalyse intern uit, maar uitbesteding aan Van Meeuwen via het programma ePrevent leverde een kostenbesparing van zestig procent op.’

NAAR ONLINE MONITORING Dat de industrie over steeds meer data beschikt, speelt Van Meeuwen in de kaart. ‘Voorheen was lastig te achterhalen hoe vaak een tandwielkast werd gereviseerd of hoeveel energie een installatie afneemt. Dat wordt meer en meer real time inzichtelijk’, zegt Rogier van Meeuwen. ‘Waar bedrijven eerst bijvoorbeeld om de drie jaar een compressor van zes ton vervingen, kunnen ze nu het effect meten van een high-performance smeermiddel en die levensduur verlengen.’ Engie wil op termijn ook de omslag maken naar online monitoring. ‘Op dit moment is het werken met sensoren voor grotere installaties van toepassing, maar voor kleinere installaties is het kostentechnisch niet haalbaar’, zegt Hoffer. Van der Voorde sluit zich hierbij aan: ‘Als we de stap zetten, moeten we er meteen echte voordelen uit kunnen halen. Dat kan alleen met een goed werkend soft-

Van links rechts Rogier van Meeuwen, Roeland Van der Voorde, Kees Oskam en Willem Hoffer in het smeerhok van Engie, waar de dagvoorraad aan smeermiddelen en materialen ligt opgeslagen.

wareplatform en integratie van diverse databases, zoals het smeerschema. En zover zijn we nog niet.’

BIJNA BLIND VERTROUWEN Na twee jaar is sprake van een geolied partnerschap, waarin beide partijen het beste in elkaar naar boven proberen te halen. Dit met als doelstelling installaties zonder ongeplande stops te laten draaien. ‘Van Meeuwen ontzorgt ons en samen optimaliseren we het smeerconcept steeds

verder. Je moet vertrouwen hebben in de kennis van je leverancier en zijn feedback oppakken, anders is het weggegooid geld’, zo besluit Van der Voorde. ‘Van Meeuwen is de specialist, wij vertrouwen bijna blind op hen. Sinds zij de uitvoering van het smeertechnisch onderhoud hebben opgepakt, is er nog geen storing geweest.’

www.vanmeeuwen.com www.engie.nl

november 2017

81


PROCESVERBETERING

KONING & HARTMAN MAAKT BALANS OP VAN TWEE JAAR SMART INDUSTRY

VAN LEEREFFECT TOT BESTAANSRECHT In vervolg op de veertien Smart Industry Round Tables van de afgelopen twee jaar organiseerde Koning & Hartman eind september het Smart Industry BBQ event voor een breed scala aan klanten en partners. Locatie was het HighTechCentreDelft en de centrale vraag: wat heeft smart industry opgeleverd tijdens de eerste concrete projecten en hoever staan we inmiddels op de ‘maturity curve’? Fokker en Essity, respectievelijk aan het begin van en al wat verder gevorderd op die curve, presenteerden concrete cases. En er waren demonstraties door Koning & Hartman en het HighTechCentre Delft, met drones, robots, een waterstofauto en de Microsoft Hololens.

Impressies van het Smart Industry BBQ event van Koning & Hartman, eind september in het HighTechCentreDelft. Foto’s: Marjolein Droog

DOOR HANS VAN EERDEN

oning & Hartman ontwikkelt oplossingen voor smart industry en internet of things (IoT). Zoals de KH Information Server (KHIS), de ‘wereldstekker’ die systemen voor bedrijfs- en productiebesturing met elkaar kan laten praten. Twee jaar geleden startte het technologiebedrijf zijn ‘reis’ met smart industry, vertelt algemeen directeur Oswald Coene in Delft. ‘We zijn zo concreet mogelijk begonnen door bij bestaande klanten met smart industry aan de slag te gaan. Dat zijn inmiddels meer dan twintig projecten. Om onszelf en de deelnemers te helpen een visie op smart industry te vormen, zijn we kennissessies, de ‘Round Tables’, gaan organiseren. Wat in ieder geval een juiste visie is gebleken, is het besluit om onze

K

82

november 2017

twee poten, telecom/ict en industrie, niet op te splitsen. Misschien lijkt het alsof die weinig raakvlakken hebben, maar we zien juist heel veel kruisbestuiving tussen die twee: mede dankzij die combinatie van specialismes zijn we nu een van de weinige partijen in de Benelux die al concrete smart industry- en IoT-oplossingen leveren.’

DATA-INTEGRATIE Koning & Hartman organiseerde de Round Tables samen met ORTEC, specialist in big data

• ‘Eigenaarschap bij de medewerkers organiseren; verandermanagement is key.’ • ‘Ook als Industrie 4.0 geen hype was geworden, hadden wij dit allemaal gedaan.’ • ‘Bestaansrecht voor smart industry hangt af van mensen in de organisatie.’ • Continu meten aan processen kan helpen om productieverlies tegen te gaan.

verwerking. Elke rondetafel kende ’n eigen invalshoek, afhankelijk van de inbreng van de deelnemers: maak- en procesbedrijven, systeemintegratoren, industriële dienstverleners, ingenieursbureaus, consultants, waterschappen en kennisinstellingen. In Delft vertellen twee deelnemers over hun vorderingen met smart industry en in de sandwich daartussen zit ICONICS, een Amerikaanse ontwikkelaar van software voor industriële automatisering. Europees verkoopdirecteur Bram Burggraaff presenteert projecten uitgevoerd bij uiteenlopende opdrachtgevers, waar bijvoorbeeld het data-integratieplatform van ICONICS helpt om data uit zeer diverse bronnen te combineren voor monitoring van de efficiency van processen, de kwaliteit van producten of het verbruik van energie. Hij laat zien hoe continu meten aan processen kan helpen om productieverlies tegen te gaan, doordat op tijd kan worden ingegrepen bij aanstaand falen van onderdelen. Indrukwekkend is de video met een demonstratie van een smart hmi (humanmobile interface) voor bijvoorbeeld het bewaken van productieprocessen op een simpele tablet. Die hmi brengt alle data van het complete proces tot op zeer gedetailleerd niveau binnen handbereik van de operator.

MATURITY CURVE Binnen het brede kader van smart industry (slimme producten, slimme processen en slimme businessmodellen) richt Koning & Hartman zich vooral op het slimmer en efficiënter produceren en biedt het klanten oplossingen voor het verkrij-


gen, verwerken, visualiseren en/of analyseren van hun data. Een centraal begrip rond big data is de ‘maturity curve’, die aangeeft dat hoe meer intelligentie bedrijven in de analyse van hun data stoppen, hoe meer competitief voordeel ze ermee kunnen behalen. Zijn ze alleen nog maar bezig met terugkijken in hun rapportages, kunnen ze al ingrijpen op basis van het inzicht dat de analyse hun verschaft, of kunnen ze zelfs vooruitkijken en voorspellen (predictive analytics) om zo tot optimalisatie van hun processen te komen? Vanuit die vragen neemt Koning & Hartman bedrijven bij de hand om de mogelijkheden van smart industry inzichtelijk te maken. Een bedrijf dat nog aan het begin van de maturity curve staat is Fokker Aerostructures, dat sinds 2015 onder het Britse GKN Aerospace valt. In Hoogeveen maakt Fokker onder meer vliegtuigdelen van hoogwaardige composietmaterialen. Een stuk verder gevorderd op de curve is de vestiging Hoogezand van de Zweedse multinational SCA (sinds 15 juni van dit jaar Essity geheten), waar onder meer producten voor persoonlijke hygiëne worden gemaakt. Onderstaand hun verhalen.

Steven Hengeveld, projectleider Fokker 4.0: ‘Ik ben ooit begonnen als stuurman op de grote vaart en de vaardigheden die ik daar heb opgedaan, komen hier van pas: uitstappen is geen optie, iedereen werkt mee.’

FOKKER 4.0 aantonen dat je compliant bent is een belangrijk onderdeel van het voortbrengingsproces. Om dat efficiënter te kunnen doen, moeten we de certificering digitaal organiseren. En dan niet met pdf ’s, want dat is gewoon ‘paper on glass’.’ Digitaliseren van de productieorganisatie houdt meer in dan het introduceren van een ict-systeem, zegt Hengeveld. ‘Voor de hele werkvloer geldt: papier eraf, schermen erop. Nu nog wordt de informatie uit de ERP- en PDM-systemen bij ons door mensen verwerkt en vertaald naar de aansturing van de werkvloer. Daar missen we een leereffect, want de beslissingen van die mensen worden slechts beperkt vastgelegd. Dus gaan we tooling invoegen om ook dat te digitaliseren, zodat we uiteindelijk meer kunnen leren. We hebben intussen een succesvolle proof-ofBert Oosting, programmamanager Industry 4.0 bij Essity in Hoogezand: ‘Onze prioriteit is kwaliteit verhogen en ongeplande stops verminderen.’ concept afgeleverd en gaan 2018 Q1 een pilot beginnen.’ Wat Hengeveld nu al heeft geleerd: ‘Vasthouden aan liefst zes maanden uit voor het ontwikkelen van de visie, mensen bij de les houden maar nieuwe een visie en het ‘meenemen’ van de medewerkers. dingen niet uitsluiten, eigenaarschap bij de medeTwintig procent van het budget voor Fokker 4.0 werkers organiseren. En verandermanagement is gaat op aan verandermanagement en communikey.’ catie. ‘Ik ben ooit begonnen als stuurman op de grote vaart en de vaardigheden die ik daar heb opgedaan, komen hier van pas: uitstappen is geen DIGITALISERINGSREIS optie, iedereen werkt mee.’ Bij Essity was de aanleiding om te beginnen met In de luchtvaartindustrie is falen geen optie; alle smart industry/Industrie 4.0 – nog voordat het zo producten moeten aan de hoogste eisen voldoen. heette – zeker zo fundamenteel: de vraag naar het Overheidsinstanties en klanten bewaken dat, wat bestaansrecht van een Nederlandse fabriek die betekent dat de sector vanwege de vereiste certifiverwikkeld is in interne en externe competitie ceringen nog veel papierwerk kent. ‘De voortgang met fabrieken in lagelonenlanden. Dat vertelt in productie houden we nu nog met pen en Bert Oosting, programmamanager Industry 4.0 papier en stempels bij. Dat maakt de traceability in Hoogezand, en hij schetst de lange historie van die klanten vereisen tot een drama. Het kunnen organisatieverandering gericht op efficiënter en Steven Hengeveld is projectleider van Fokker 4.0, dat mikt op het digitaliseren van de werkvloer. De focus ligt op kwaliteit, kosten en predictive maintenance, en het traject, dat in 2015 is gestart, kenmerkt zich – inherent aan het aerospacebedrijf – door zorgvuldigheid. Zo trok Hengeveld

effectiever werken: in de jaren negentig teamgebaseerde werkmethoden (verantwoordelijkheden laag in organisatie), vanaf 2005 lean/six sigma en in 2011 de start van de ‘digitaliseringsreis’. Het begon met digitalisering van de kwaliteitsbewaking en daarop volgde de procesbewaking. Vorig jaar is Essity concernbreed een digitale strategie gaan ontwikkelen en Hoogezand loopt daarin nadrukkelijk voorop. ‘Ook als Industrie 4.0 geen hype was geworden, hadden wij dit allemaal gedaan. We zijn er vroeg mee begonnen en zijn dus al redelijk gevorderd op de maturity curve. Dit jaar zijn we een pilot gestart waarin we het complete product meenemen in de monitoring tijdens productie en daarbij zoveel mogelijk parameters verzamelen, onder meer met behulp van vision en ook uit de omgeving van het proces, denk aan temperatuur en luchtvochtigheid. Dat alles helpt ons bijvoorbeeld om op de productielijn verstoringen te zien aankomen en dus tijdig te kunnen ingrijpen. Onze prioriteit is kwaliteit verhogen en ongeplande stops verminderen. Volgend jaar gaan we met nog geavanceerdere analyses aan de slag.’ Tot slot wijst ook Oosting op de menselijke kant van Industrie 4.0: ‘Dit is een traject dat je samen met alle betrokkenen doorloopt. Wat dit gaat betekenen voor zaken als werkinhoud en organisatievorm is op dit moment moeilijk te voorspellen. Daarom moeten we zorgen voor goed verandermanagement en letten we goed op de impact die het heeft op operators en management, op engineers en ondersteunend personeel. Uiteindelijk hangt het bestaansrecht voor smart industry af van de mensen in de organisatie.’ www.essity.com www.gkn.com/aerospace www.iconics.com www.koningenhartman.nl

Oswald Coene, algemeen directeur Koning & Hartman: ‘We zijn zo concreet mogelijk begonnen door bij bestaande klanten met smart industry aan de slag te gaan.’

november 2017

83


VEILIGHEID

AUTOMATISEERDER PULSE STELT GERUST OVER VEILIGHEID CLOUD

‘DISASTER RECOVERY BIEDT MEER ZEKERHEID DAN EIGEN SERVERRUIMTE’ Cybercrime kost alleen al het Nederlandse bedrijfsleven zo’n tien miljard euro per jaar, volgens een recente, nog voorzichtige schatting van Deloitte. Wereldwijd richten hackers voor een veelvoud van dat bedrag aan schade aan. Vooral daarom zijn veel ondernemingen nog altijd huiverig om in de ‘cloud’ te gaan werken. Niet nodig, concludeert automatiseerder Pulse na een Jumpstart Sessie Privacy & Security samen met partner Microsoft.

Voornamelijk ict-managers van Pulse-relaties waren afgekomen op de Jumpstart Sessie Privacy & Security in Venlo. Foto’s: Vincent Knoops

als er een vliegtuig neer zou storten op een datacenter of er vindt een overstroming plaats, dan nog hoeven er geen data verloren te gaan. In Europa bijvoorbeeld kunnen ondernemers tegen een geringe meerprijs al hun data dubbel op aparte locaties laten opslaan, bijvoorbeeld in Amsterdam en Dublin. Gaat er onverhoopt iets fout, dan zijn niet alleen alle gegevens safe, ook draaien de systemen van de klanten binnen enkele minuten gewoon weer door. Ik denk dat Disaster Recovery, zoals deze dienst heet, meer zekerheid biedt dan zelf een serverruimte inrichten of alles back-uppen op harde schijven. Ook voor kleinere ondernemingen.’ De boodschap aan de voornamelijk ict-managers van de aanwezige Pulserelaties is duidelijk: in de ‘cloud’ werken is in principe veilig, althans fysiek. Maar Mark Veurink begrijpt ook de huiver. ‘Kijk’, zegt hij bij een plaatje van de oudste bank van Italië in Siena, ‘ergens in de vijftiende eeuw kwam iemand op het idee om het geld van de handelslieden te beheren. Dacht je dat iedereen daar meteen in mee ging? Nu is het niet anders. Microsoft zegt: geef mij uw data maar, ik zal er wel op passen. Dat doe je alleen als je het systeem vertrouwt.’

AUTHENTICATIE DOOR JOS CORTENRAAD

artin Vliem is national security officer bij Microsoft Nederland. Hij begint z’n presentatie deze vroege septemberochtend bij Pulse in Venlo met een filmpje over een van de ruim honderd datacenters van Microsoft, ergens in de VS. Twee minu-

M

PULSE Pulse is een automatiseerder met vestigingen in Venlo en Deventer, 180 medewerkers en ruim 200 klanten wereldwijd. Pulse implementeert en onderhoudt softwaresystemen en is gespecialiseerd in Dynamics (ERP) van Microsoft. Specialisten van Pulse ontwikkelen ook zelf software.

ten later stellen de deelnemers aan de Jumpstart Sessie vast dat het met de fysieke beveiliging van de datacenters wel goed zit. De omheinde gebouwen worden zwaar bewaakt, onder meer door tientallen camera’s. Bezoekers komen alleen binnen met een speciaal pasje en via biometrische scans. Aanvoer van elektriciteit is verzekerd via verschillende bronnen, net zoals de talloze data via verschillende kabels van en naar de servers stromen. Er is een back-up met generatoren, ook voor de noodzakelijke koeling. Een speciaal gassysteem verstikt in seconden een eventuele brand. ‘Microsoft investeert miljarden in veilige datacenters’, vertelt Vliem. ‘Dat is een van de redenen waarom zoveel bedrijven kiezen voor cloud-oplossingen als Dynamics en Office 365. Ze weten dat alle data in de datacenters veilig zijn.’

DISASTER RECOVERY Even later doet Mark Veurink, consultant bij Pulse, er nog een positief schepje bovenop. ‘Zelfs

www.pulse.nl

84

november 2017

En dat is bepaald niet het geval, want de fysieke veiligheid is niets waard als data gehackt worden. ‘En dat is aan de orde van de dag’, erkent ook Vliem. ‘Daarom investeert Microsoft ook in de niet-fysieke beveiliging. Erg belangrijk is de authenticatie met veilige en niet te kraken gebruikersnamen en wachtwoorden. Een bedrijf bepaalt zelf welke rechten de medewerkers krijgen, tot welke data ze toegang hebben en wat ze ermee mogen. Dynamics en Office zijn daar volledig op ingericht.’ Opslag van data in de cloud is veilig, zegt Vliem, mits de regels gevolgd worden. Klikken op verdachte links of het laten slingeren van wachtwoorden op geeltjes is in dat verband niet handig. Maar hoe zit het dan met de privacy als bijvoorbeeld de overheid inzage eist in het kader van een gerechtelijk onderzoek? Of het vermoeden van criminele activiteiten? ‘In de VS is na 9/11 de Patriot Act van kracht; een wet die de overheid veel meer ruimte geeft om gegevens op te eisen. In Europa zijn de regels strenger. Daar-


omgaan met data van werknemers AANVINKEN en relaties. Best ingewikkeld, want De cloudsystemen van Microsoft zijn voorbereid van wie zijn data eigenlijk? Je kunt op verwerking van persoonsgegevens, geeft Marze volgens de Nederlandse wet niet tin Vliem aan. ‘Je kunt allerlei opties aanvinken. stelen, omdat het geen stoffelijk iets Onder meer wie wat mag zien. Overigens raden is. Wel zegt de wet dat data niet wij onze klanten aan om nog een extra beveilidoor onbevoegden ingezien mogen ging in te bouwen bij het inloggen op een worden. Het is aan de werkgevers systeem. Dat kan met een sms via de smartphone om een beleid op te stellen en vast of een beveiligingsapp. Vergelijk het met internette leggen hoe met persoonsbankieren waarbij ook telkens een code wordt gegevens wordt omgegaan. Daarbij gegenereerd. Hiermee maak je het hackers extra moeten ze rekening houden met moeilijk. Cybersecurity is toch ook een kwestie privacy. Als een werknemer niet wil van zelf goed opletten.’ dat zijn geloofsovertuiging wordt Martin Vliem (Microsoft): ‘Cybersecurity is toch ook een kwestie van zelf goed vastgelegd, dan mag opletten.’ dat dus niet.’ Het bedrijf is ook verantwoordelijk voor het bewaom kan het een goede keuze zijn om data in ken van de persoonsgegevens. ‘Als Europese datacenters op te slaan. Overigens valt na een hack of bij een controle het wel mee met de meekijkende overheid. Vorig blijkt dat de systemen niet op orde jaar waren er ruim 35.000 verzoeken aan burgers zijn, dan is er wel een probleem’, en bedrijven. Welgeteld elf bedrijven hebben vervolgt Van den Oetelaar. ‘En gegevens afgestaan. Het is echt niet zo dat data zeker als er geen uitgewerkt plan makkelijk gedeeld worden. Integendeel.’ ligt. Er kunnen boetes uitgedeeld worden van tien procent van de GDPR jaaromzet. Het bedrijf heeft de In de cloud werken of niet, volgend jaar mei zorgplicht en moet een en ander moeten bedrijven zich houden aan de General vastleggen in een verwerkingsoverData Protection Regulation, GDPR. ‘Een ondereenkomst. Ik weet dat heel veel deel van Europese wetgeving die de privacy van René van den Oetelaar (Pulse): Ik weet dat heel veel bedrijven nog niet bezig zijn bedrijven nog niet bezig zijn met burgers regelt’, legt René van den Oetelaar uit, met GDPR (de Europese General Data Protection Regulation, red.). Dat kan ze lelijk GDPR. Dat kan ze lelijk opbreken.’ opbreken.’ jurist bij Pulse. ‘Daarbij hoort ook het zorgvuldig

november 2017

85


PROCESVERBETERING

DIESEKO ZET EERSTE STAP NAAR GESTRUCTUREERD BEHEER VAN DE PRODUCTLIFECYCLE

PDM FUNDAMENT ONDER GROEI Machine- en apparatenbouwers leveren van oudsher veel maatwerk. Naarmate ze doorgroeien, krijgen ze meer moeite om hun interne processen onder controle te houden. Ze zien het gat tussen sales en engineering groeien en verliezen overzicht doordat het ontbreekt aan een gestructureerd beheer van alle data. Dieseko Group besloot vorig jaar om PDM, productdatamanagement, in te voeren met hulp van softwarepartner Enginia. Onlangs ging dat live.

werking met Dieseko beslaat al acht jaar, vertelt Wout Meijer, salesmanager software bij Enginia. ‘Hun engineering doet veel aan productontwikkeling, innovatie wordt er vanuit het management gesteund. Ze hebben, zoals zoveel bedrijven in de maakindustrie, een aantal kennisdragers. Die hebben heel veel kennis in hun hoofd, maar gaan een keer weg. Daarom leggen we nu samen de kennis voor een groot deel in systemen vast. Het bedrijf wordt daar beter van en er komt meer ruimte voor innovatie.’

EENVOUDIG VRIJGEVEN

Wout Meijer van Enginia (links) in gesprek met Rob Eijkens van Dieseko: ‘Zonder PDM geen PLM; eerst moet je de basis op orde hebben, voordat je kunt doorgroeien.’ Foto: Enginia

DOOR HANS VAN EERDEN

ieseko Group in Sliedrecht, fabrikant van trilblokken en hydraulische funderingssystemen, is met 200 medewerkers en 85 miljoen euro omzet een van de grotere wereldspelers in zijn markt. Het portfolio omvat vijftien productfamilies, van powerpacks tot heihamers. Dieseko werkt nog grotendeels engineerto-order en levert klanten fundatieoplossingen op maat. Om te kunnen doorgroeien moest het zijn engineering en productmanagement verder professionaliseren en beter structureren. Met die opdracht trad Rob Eijkens vorig jaar in dienst als manager innovation & product development. ‘De klantbeleving was goed maar de interne faalkosten konden omlaag. We moesten eenduidigheid creëren en zorgen dat alle actuele informatie beschikbaar is, zodat mensen niet meer hoeven te zoeken. En het gat tussen sales en engineering dichten: van engineer-to-order naar configure-to-

D

86

november 2017

order.’ Kortom, Dieseko wilde complete en efficient samengestelde stuklijsten kunnen genereren en daaraan ten grondslag ligt een betrouwbare database. Invoering van productdatamanagement (PDM) moet daarvoor zorgen.

PARTNERS Eijkens begon met draagvlak creëren door de vijftien engineers op zijn afdeling te interviewen, om hen te informeren en hun verwachtingen te noteren. ‘Voor twintig procent draait het om de technische oplossing, voor tachtig procent om de mensen meekrijgen.’ Ook sprak hij met inkoop, productie en sales over de informatie die in een PDM-systeem beschikbaar moet zijn. De logische implementatiepartner was Enginia, dat vanuit Hengelo (Ov) en Nootdorp 3D-CAD-, CAM-, CAE- en PDM-software, engineering- en detacheringsdiensten levert en European Top Partner is van Siemens PLM Software. Dieseko werkt met Solid Edge (3D CAD) van Siemens. De samen-

De business case voor invoering van PDM was snel gemaakt, met een terugverdientijd van één tot anderhalf jaar. Besparingen liggen vooral bij inkoop, meldt Eijkens, omdat het artikelbestand wordt opgeschoond: artikelen worden vaker hergebruikt in nieuwe ontwerpen en de variatie wordt minder, waardoor de voorraden omlaag kunnen en grotere batches tegen gunstiger prijzen worden ingekocht. Aan de inkomstenkant werd extra sales geprognosticeerd, als gevolg van het sneller en efficiënter kunnen offreren. De keuze viel op Teamcenter, de PLM-oplossing van Siemens, de Rapid Start-uitvoering. Meijer: ‘Relatief eenvoudig te implementeren omdat het bijvoorbeeld uitgaat van standaard workflows. De klant hoeft niet zelf complexe workflows te definiëren.’ Eijkens wilde het ontwikkelproces zo eenvoudig mogelijk houden. ‘Teamcenter kan heel veel, maar wij willen het bij de basics houden en geen log apparaat worden dat alleen al dagen nodig heeft voor een vrijgave. De processen van Rapid Start voor het vrijgeven van componenten en samenstellingen zijn echt heel eenvoudig. Het moet niet complex worden, want dan gaat niemand het meer gebruiken. Terwijl het wel helpt dat je met die workflows het ontwikkelproces gaat formaliseren. Daardoor kan een engineer niet meer even een tekening wijzigen zonder die als een revisie te noteren. Het zorgt ervoor dat iedereen alleen nog werkt met released data.’

HISTORIE MEENEMEN Onlangs ging Teamcenter met succes live. De implementatie duurde acht maanden, langer dan


RAPID START IN SMART INDUSTRY Eijkens vooraf had ingeschat. ‘We hebben ons wat verkeken op de datapreparatie. Ook een twintig jaar oud trilblok moeten we nog kunnen servicen, en sales moet alles kunnen zien wat er ooit is verkocht. We wilden vanaf dag één alleen nog vanuit Teamcenter werken.’ Dieseko’s legacy omvatte liefst 850.000 items. Nadat alle dubbele en achterhaalde informatie eruit was gehaald, resteerden 350.000 items. Meijer maakt het ook anders mee. ‘Sommige klanten beginnen gewoon met een lege database, of nemen alleen de laatste paar projecten mee. Dan kun je inderdaad sneller live gaan.’ De keuze om alle historie direct mee te nemen, maakt dat Dieseko klaar is voor PLM, productlifecyclemanagement. Eijkens: ‘We zijn een vrij conservatief bedrijf en doen dit in stapjes. We beperken ons nu tot PDM, maar een volgende stap is PLM, bijvoorbeeld ook de service meenemen door de ‘as maintained’-status in het systeem vast te leggen. Verder hebben we nu nog geen digitale connectie naar de werkplaats gelegd en de supply chain nog niet betrokken bij de PDM-implementatie. Wel hebben we in PDM nu beter zicht op wat onze dure componenten zijn en in welke range wij die aanbieden; met de toeleveranciers daarvan gaan wij praten of het niet goedkoper kan. En op termijn kan het zo maar zijn dat grote suppliers rechtstreeks in PDM kunnen kijken.’ Wout Meijer vindt de stapsgewijze aanpak verstandig: ‘Zonder PDM geen PLM; eerst moet je de basis op orde hebben, voordat je

Wout Meijer van Enginia ziet de Nederlandse maakindustrie de komende jaren een transformatie maken richting de zogeheten digital factory. ‘Wij dragen daaraan bij door met behulp van de ‘digital twin’ de digitale met de fysieke wereld te verbinden. Alles staat of valt met het beheer van ontwerpdata, bijbehorende documentatie, stuklijsten en bedrijfsprocessen. Hiervoor zetten wij Teamcenter in als backbone. Met Rapid Start heb je deze basis razendsnel geïmplementeerd, voorgeconfigureerd op grond van best practices in het mkb. Alle bekende CAD-oplossingen zijn te koppelen met deze database. Samen met alle documenten, stuklijsten en bedrijfsprocessen vormt dit de basis voor smart industry. Vanuit Teamcenter Rapid Start kun je een-

verder kunt digitaliseren en automatiseren, doorgroeien naar een digital factory.’

MEER SAMENWERKEN De eerste stap, PDM invoeren, is gezet. Nu kan Dieseko de productfamilies verder structureren en vastleggen in PDM, zodat het meer configureto-order kan gaan werken. De tijd die het daarmee vrijspeelt in engineering, kan het besteden aan ‘echte’ innovatie. Eijkens: ‘Voor de engineers verschuift het accent: van elke keer een project vanaf scratch opbouwen naar nieuwe dingen voor het portfolio uitvinden. Zeker interessant, want het bestrijkt een range van projecten en heeft

voudig doorgroeien naar productlifecyclemanagement. Denk aan koppelingen met ERP, Requirements Management, Service of Software Lifecycle Management, het integreren van Manufacturing of juist het betrekken van suppliers.’ De case van Dieseko is een goed voorbeeld, volgens Meijer. ‘We hebben met hen ook gesproken over het gehele proces, van engineer- naar configure-to-order. Dit is enkel te realiseren als de basis op orde is, vandaar Teamcenter Rapid Start. Van hieruit kan Dieseko verder. Dat zien we bij veel klanten. Denk aan een koppeling met ERP en toevoeging van technische documentatie en een productconfigurator.’

daardoor meer effect. Engineers moeten daarvoor wel meer samenwerken.’ De samenwerking met Enginia is Rob Eijkens alvast goed bevallen. ‘Belangrijk daarin is dat je elkaar de waarheid kunt zeggen, dan kun je van elkaar leren. Zij hebben ons bekend gemaakt met de PDM-software en doordrongen van het belang van het hele ‘datagebeuren’. Maar we hebben ook van hen geleerd dat wij het uiteindelijk zelf moeten doen.’

www.diesekogroup.com www.enginia.nl

november 2017

87


STRATEGIE

NIEUWE KOERS CONNECT GROUP WERPT VRUCHTEN AF

MEER DOEN MET MINDER ‘Doen waar we goed in zijn’ en ‘méér doen met minder’; daarop legt Connect Group sinds anderhalf jaar de focus. Met succes, want ondanks het verlies van grote klant ASML verbeterde in 2016 de omzet, werd er weer winst gemaakt en pluste het orderboek van 89 miljoen naar dik 110 miljoen euro. ‘Vergeleken met drie jaar geleden proef je een totaal nieuwe dynamiek en zie je onze skills naar een hoger niveau gaan.’ Mede dankzij het economische hoogtij en grootaandeelhouder Huub Baren, die samen met de nieuwe ceo

GEEN KWAAD WOORD

Jeroen Tuik de nieuwe koers bepaalt.

De pcb-divisie van Connect Group in Oradea, Roemenië. Foto’s: Connect

DOOR PIM CAMPMAN

ier jaar geleden zette Connect Group in op ‘Technology is a Service’ (TiaS®). Het devies: klanten maximaal ondersteunen om de beste producten te ontwikkelen en te maken – kwalitatief (de beste componenten), ontwerptechnisch (beste maak-/testbaarheid), logistiek (snel leveren) en dat voor een concurrerende prijs. ‘In ons enthousiasme zijn we daarin doorgeschoten, noem het zelfoverschatting’, legt chief commercial officer Herman Struiwigh uit. ‘Onze engineering is erop gericht onze fabrieken aan het werk te houden. Maar klantspecifieke producten ontwikkelen is een ander verhaal; daarin bleken we een maatje te klein. Niet dat we

V 88

november 2017

ners als Inspiro en PBF, die gespecialiseerd zijn in productontwikkeling. Daarmee hebben we een, zeg maar, driehoeksverhouding gecreëerd. Daarin zijn zij ontwikkelpartner en wij productiepartner. Dat werkt goed: weet je die ketensamenwerking van specialisten goed te managen, dan is het resultaat voor de klant beter dan als één leverancier alles zelf doet.’

dat niet goed voor mekaar kregen, maar je wilt niet weten hoeveel tijd en geld dat gekost heeft.’

Die nieuwe insteek voorkomt, aldus businessmanager Netherlands Niels van Zon, dat Connect Group ‘onevenredig veel energie stopt in wat niet haar core is’. ‘Het geeft ons de kans om te focusseren op industrialisatie, productie en logistiek.’ Of alle klanten meegaan in die driehoeksverhouding? ‘Er zijn oem’ers die per se willen samenwerken met één first tier supplier bij wie ze de verantwoordelijkheid voor een product of module kunnen neerleggen. Maar veel anderen vinden het ideaal om in zee te gaan met een specialist in ontwikkeling en eentje in productie/industrialisatie, uiteraard mits die geïntegreerd acteren. Die optie bieden wij.’ Dat brengt het gesprek op ASML, dat Connect vorig jaar gedag zegde als first tier supplier. Struiwigh is daar open over: ‘Wij voldeden niet aan hun strategische criteria. ASML wil partijen die echt zelf kunnen ontwikkelen, die all over the world present zijn en een zodanig volume hebben dat ze de risico’s van met hen in zee gaan kunnen dragen. Dat konden of wilden we niet, waarna we op een nette, professionele manier de samenwerking hebben beëindigd. Geen kwaad woord daarover, al was de consequentie wel dat we in Veldhoven met 38 mensen ingekrompen zijn.’

DRIEHOEKSVERHOUDING Op die weg doorgaan was geen optie, mede omdat die aanpak niet strookte met het dna. ‘Wij zijn een productiebedrijf. Mensen aansturen en opleiden die vooral in creatief hoogwaardige processen bezig zijn, is niet onze tak van sport. Vergelijk het met voetbal: menige trainer die er heel goed in is een groep jongelingen beter te maken, bakt er niks van als hij voor vedettes staat.’ Kort en goed: Connect stopte met het zelf ontwikkelen van producten op klantspecificatie. Zonder TiaS® los te laten, beklemtoont Struiwigh: ‘Dat hebben we zelfs uitgebreid, door samenwerking met part-

NUL IMPACT ASML Frappant: het kwijtraken van klant ASML, goed voor twaalf procent van de omzet, heeft niet tot omzetverlies geleid. Integendeel, Connect plust sindsdien op alle fronten. Struiwigh signaleert dat er energie (‘krachten’) vrijkwam die nu voor andere klanten wordt aangewend. ‘ASML had in onze Veldhovense vestiging in feite een productiepoot. Dat die wegviel, was daar een flinke klap. Maar qua omzet en order-intake heeft dat nul impact gehad. Wel qua positionering: net als onze andere landgeoriënteerde businessunits doen we


vanuit Veldhoven nu vooral klantondersteuning – als front sale office, customer support centre. Met voor een grote diversiteit aan klanten alleen nog productie waar het label ‘speciaal’ aan hangt: specialties, prototypes, kleine series, producten die de klant heel dichtbij gemaakt en snel geleverd wil hebben. Klantondersteuning in de breedste vorm van het woord. Straight lean & mean productie doen we in onze vestigingen in RoemeniĂŤ en TsjechiĂŤ.’

EVENWICHTIGER KLANTENBESTAND Tweede focuspunt is mĂŠĂŠr doen met minder – minder klanten. Struiwigh: ‘De enorme diversiteit in ons klantenportfolio was een handicap. Heel grote klanten met grote opdrachten voor geavanceerde producten versus ‘Jan om de hoek’, die tien kabeltjes nodig heeft; wij deden het allemaal. Maar die enorme gap tussen de toplaag en onderste laag is niet te managen. Kortom, we moeten toe naar een evenwichtiger klantenbestand van hoger niveau.’ Connect stapte af op z’n top-dertig klanten met de vraag: ‘Dit doen we voor jou; kunnen we nog mĂŠĂŠr voor je betekenen – en kunnen/willen we dat?’ ‘Die exercitie heeft onze ogen behoorlijk geopend; veel meer dan wat we deden, bleek mogelijk – en daar is behoefte aan. Dat heeft ertoe geleid dat we nu in een groeiscenario zitten van plus twintig procent. En dat zie ik voorlopig niet ophouden.’ Klanten die niet in dat profiel passen, worden niet pardoes afgevoerd, meldt Van Zon. ‘We laten

ze, zeg maar, zelf ontdekken dat ze beter af zijn met een lokale subcontractor. We horen terug dat we dat netjes regelen.’ In de werving van nieuwe klanten is Connect Group selectief, zegt Struiwigh. ‘We bekijken een prospect vanuit allerlei invalshoeken. Blijkt daaruit dat die bij ons past, dan stappen we erop af.’ Wordt dat een klant, dan wordt die gekoppeld aan een program manager. Diens taak: zekerstellen dat de wederzijdse afspraken worden nagekomen. De focus op grotere klanten vergt een hoger kennisniveau van de Connectpopulatie. Struiwigh: ‘Je zit met parDe fabriek van Connect Group in Kladno, TsjechiĂŤ. tijen aan tafel die van wanten weten. Dat betekent dat upgrading van onze organisatie directeur van Connect Group, en eigenaar van een must is. Medewerkers kansen bieden om IPTE Factory Automation, bouwde hij de afdoor te groeien, mensen aannemen met de vergelopen tijd zijn belang in het beursgenoteerde eiste skills; het gebeurt allemaal.’ Van Zon: ‘Je Connect Group uit tot 81 procent – met een hebt altijd mensen die zeggen: ‘Laat mij maar kapitaalinjectie van zowat vijf miljoen euro. doen wat ik al lang doe’. Maar mensen die de kans Baren ziet brood in de onderneming, mits die de grijpen om een andere rol te vervullen, zijn er bakens verzet, aldus Herman Struiwigh en Niels ook. En van hen hoor ik dat hun nieuwe job veel van Zon. ’Dat ĂŠn de aanstelling van Jeroen Tuik leuker en uitdagender is; niet meer alleen iets in als nieuwe ceo, de wijziging op managementelkaar zetten, maar toegevoegde waarde bieden niveau en de aansturing naar de rest van de aan klanten.’ organisatie hebben voor een nieuw elan gezorgd, waar de totale onderneming sterk van profiteert.’ BAKENS VERZET Die medewerkers geloven in de groeipotentie – en dat geldt ook voor Huub Baren. Als oudwww.connectgroup.com

maritime.automation

RELIABLE – ALWAYS AND EVERYWHERE MAXIMUM AVAILABILITY. Stable mechanical design and highly UREXVW ɋ VHULHV WHVWV RYHU ɋKUV EXPERTISE. Hot standby redundancy Virtual HIL for tests & simulation TRANSPARENCY. Flexible automation with open software & hardware www.bachmann.info

Nov 7 – 10, 2017 Rotterdam, Netherlands BOOTH: 1.512

november 2017

89


<ĂŶƐĞŶ ďĞŶƵƩĞŶ ŝƐ ŶŝĞƚ ǀĂŶnjĞůĨƐƉƌĞŬĞŶĚ /W> ĚǀŝĞƐ ďǀ ,ŝŐŚ dĞĐŚ ĂŵƉƵƐ ϵ ϱϲϱϲ ŝŶĚŚŽǀĞŶ

<ĂŶƐĞŶ ŬƵŶŶĞŶ ďĞŶƵƩĞŶ ǀƌĂĂŐƚ ŽŶĚĞƌŶĞŵĞƌƐĐŚĂƉ ĞŶ ĞĞŶ ŽƌŐĂŶŝƐĂƟĞ ĚŝĞ ƐŶĞů ŬĂŶ ƌĞĂŐĞƌĞŶ ĚŽŽƌ ŇĞdžŝďĞůĞ͕ ůĞĂŶ ƉƌŽĐĞƐƐĞŶ ĞŶ ƐůŝŵŵĞ ĂƵƚŽŵĂƟƐĞƌŝŶŐ͘

DŽĞƚ Ƶ ŬĂŶƐĞŶ ǀŽŽƌďŝũ ůĂƚĞŶ ŐĂĂŶ͍ EĞĞŵ ĚĂŶ ĞĞŶƐ ĐŽŶƚĂĐƚ ŽƉ ŵĞƚ IPL͘ IPL ƌĞĂůŝƐĞĞƌƚ ǀĞƌďĞƚĞƌŝŶŐĞŶ ĚŝĞ ŽƉ ŬŽƌƚĞ ƚĞƌŵŝũŶ ƌĞƐƵůƚĂƚĞŶ ŽƉůĞǀĞƌĞŶ͘ ŽĚĂƚ Ƶ ŐĞĞŶ ŬĂŶƐ ŚŽĞŌ ƚĞ ŵŝƐƐĞŶ͙​͙ IPL ŚĞůƉƚ Ƶ ĚĞ ũƵŝƐƚĞ ŬĞƵnjĞƐ ƚĞ ŵĂŬĞŶ͘ tĞ ŝĚĞŶƟĮĐĞƌĞŶ ŵŽŐĞůŝũŬŚĞĚĞŶ ĞŶ ǀŽĞƌĞŶ ǀĞƌďĞƚĞƌŝŶŐĞŶ ŝŶ ǁĞƌŬƉƌŽĐĞƐƐĞŶ ĚŽŽƌ͘ KŽŬ ŚĞůƉĞŶ ǁĞ ďŝũ ĚĞ ƐĞůĞĐƟĞ͕ ŝŵƉůĞŵĞŶƚĂƟĞ ĞŶ ŽƉƟŵĂůŝƐĂƟĞ ǀĂŶ ďĞĚƌŝũĨƐƐŽŌǁĂƌĞ͘

IPL ŝƐ ŽŶĂĬĂŶŬĞůŝũŬ͘ hǁ ďĞůĂŶŐ ƐƚĂĂƚ ĚƵƐ ĂůƟũĚ ǀŽŽƌŽƉ͘

lt u a a h r e Wanne ialist bij? spec n e e r e

WŽƐƚďƵƐ ϳϳϱ ϱϲϬϬ d ŝŶĚŚŽǀĞŶ d нϯϭ ;ϬͿϰϬ ϳϱϬ ϱϱ ϵϬ ŽĸĐĞΛŝƉů͘Ŷů ǁǁǁ͘ŝƉů͘Ŷů


INDUSTRIËLE DIENSTVERLENING

KLANTENDAG JEVEKA: DE BEST PASSENDE VERBINDING ALS MISSIE

‘NIET-STANDAARDSCHROEF KAN LEVERTIJD VAN MAANDEN HEBBEN’ De productiewijze van schroeven heeft grote impact op de toepassing van het bevestigingsmateriaal en is bepalend voor levertijd en productiekosten. Deze en andere wetenswaardigheden deelde Jeveka met klanten in een aantal workshops tijdens een klantendag eind september in Almere. DOOR WILMA SCHREIBER

‘A

ls je schroef en toepassing niet op elkaar afstemt, kan een schroef losgaan of falen door vermoeidheidsbreuken. Het gaat er dus niet alleen om de juiste schroef te kiezen, maar je moet deze ook op de juiste manier gebruiken’, stelt directeur-eigenaar Adriaan Veltkamp, die samen met zijn zus Stephanie het bedrijf leidt. Ter illustratie vertelt hij dat elke schroef zijn eigen aanhaalmoment kent, dat bepaalt hoe strak een schroef zit. ‘Als een schroef goed gesmeerd is, heeft hij een lager aanhaalmoment nodig om dezelfde trekkracht te bewerkstelligen. Als bij een klant schroeven steeds breken, kan dat dat komen doordat hij WD-40 (smeermiddel, red.) erop spuit en vervolgens de schroef stukdraait. Of de gekozen schroef is niet sterk genoeg’, aldus Veltkamp. ‘Je kunt wel een ingewikkelde machine met allerlei componenten bedenken, maar het is minstens zo belangrijk om rekening te houden met deze aspecten van bevestigingsmaterialen.’

MASSAPRODUCTIE Een van de vijf workshops tijdens de klantendag gaat dan ook in op de verschillende productiewijzen en daarmee samenhangende eigenschappen van schroeven. Koudpersen, de belangrijkste productiemethode, is geschikt voor zeer grote aantallen en kent een lange omsteltijd, lage productiekosten en een hoge sterkte van het product. Warmpersen is voor grote aantallen de beste optie in geval van moeilijkere materialen en gecompliceerde vormen. De omsteltijden zijn korter, wel komt er relatief veel handwerk aan te pas. Verspanen, ten slotte, wordt ingezet bij het draaien van kleinere series complexe producten. De productiekosten zijn dan ook relatief hoog, de sterkte is lager. ‘De belangrijkste vraag vooraf is dan ook: hoe complex wil je produceren, hoeveel en hoe snel’, aldus Veltkamp.

MISVERSTAND Over het algemeen zijn schroeven een massaproduct, waarbij de machine er zo’n 100.000 in één

keer maakt; de omsteltijd is minimaal één dag. Een wijdverbreid misverstand onder klanten is dat voor schroeven geldt: vandaag besteld, morgen Van links naar rechts buigen Eric Bartelmans (Jeveka), Harry Smellink en Jan Dirk van Opijnen (beiden Masévon) zich over een van de tentoongestelde bevestigingsmaterialen. Foto: Jeveka klaar. ‘Als een schroef afwijkt van de standaard, dan kan de levertijd oplopen Opijnen en Harry Smellink. ‘Bevestigingsmateritot maanden of in sommige gevallen zelfs een aal is zo ontzettend belangrijk. Je kunt wel een jaar. Niemand zet voor 100 schroeven zo’n machine bouwen, maar dat laatste schroefje is machine aan.’ Nabewerking is een optie, maar bepalend. Anders kun je de machine niet testen werkt wel kostenverhogend. ‘We kunnen stanen kan hij niet weg.’ Net als bij andere grote daardschroeven inkorten tot de gewenste lengte, klanten heeft Masévon een vaste contactpersoon maar dan kost een schroef één euro in plaats van verkoop binnen Jeveka. ‘Dat werkt bijzonder tien cent. Toch is het vaak wel de moeite waard prettig, want dan weet je bij wie je terechtkunt. voor de klant, omdat hij niet kan wachten’, vertelt Bovendien kent Eric Bartelmans onze business en Veltkamp. ‘Als klanten ons vroeg in het traject heeft hij aan een half woord genoeg.’ betrekken, kan dat schelen in de kosten én de Voor specials komt Jeveka het liefst zo vroeg levertijd. Voor specifieke schroeven kunnen we mogelijk in het ontwerpproces aan tafel. ‘Onze dan parallel aan de ontwikkeling een productieengineers weten wat er te koop is en kunnen traject opstarten, want specials maken we zelf.’ meedenken over oplossingen of alternatieven aandragen. En als de tekening er al ligt, kijken we hoe een machine beter gefabriceerd of gemonHOGERE STERKTEKLASSEN teerd kan worden’, aldus Bartelmans. Verder Dit jaar viert Jeveka zijn tachtigjarig bestaan en investeert het bedrijf continu in it, processen, een van de succesfactoren, aldus Stephanie Veltkamp in haar welkomstwoord, is dat ‘wij altijd op techniek, opleidingen en artikelen met toekomst. zoek zijn naar de best passende verbinding. Wij ‘We hebben er bijvoorbeeld proactief voor gekohechten aan goede relaties, met klanten, leveranzen om per de deadline, 21 september 2017, van ciers en onze eigen mensen. Daarnaast is kwaliteit RoHS (EU-richtlijn voor gevaarlijke stoffen, red.) belangrijk, net als ‘afspraak is afspraak’.’ Precies de geen chroom 6-houdende producten meer te redenen waarom Masévon Technology uit Harvoeren in ons standaardprogramma en klanten denberg, systeemleverancier voor bedrijven in daar gelijkwaardige alternatieven voor te bieden’, onder meer hightech, semicon, food en autoaldus Stephanie Veltkamp. ‘Een ander voorbeeld motive, enkele jaren geleden voor Jeveka koos. is de aanschaf van een nieuwe trekbank, waarmee ‘Sommige klanten vragen om bouten in de hogewe zelf kunnen testen of producten aan de hoge re sterkteklassen, die goed functioneren en niet sterkteklassen voldoen. Want net als in de voorafbreken. Dan kun je maar bij een paar leverangaande tachtig jaar willen we onze klanten nu ciers terecht. Hetzelfde geldt voor de hogere kwaliteit garanderen.’ sterkteklassen in verzinkte uitvoeringen, tegen roest en esthetisch fraai. Kwaliteit is een must www.jeveka.com in de industrie’, aldus inkopers Jan Dirk van www.masevon.com

november 2017

91


UIT DE MARKT PDM PAREERT BRAINDRAIN BABYBOOMERS Softwarepakketten voor productlifecycle- en productdatamanagement (PLM en PDM) zijn in opmars, zien ze bij ISD Benelux in Den Bosch. Want borg je de kennis van de hele levenscyclus van je producten, dan vereenvoudigt dat repeterende ontwikkel- en maaktrajecten: de engineers kunnen de juiste data snel terugvinden. En, ook een groot voordeel: het pensioen van babyboomers gaat niet gepaard met een braindrain. Voorwaarden zijn wel dat PLM of PDM gebruiksgemak biedt en naadloos aansluit op de bestaande itomgeving, zoals ERP en CAD. ISD Software und Systeme, de moeder van ISD Benelux, claimt dit voor zijn PDM-oplossing HELiOS. Jeroen van Diesen en Joost Swarts maken dat hard: ‘HELiOS werkt op artikel/itembasis. Als je een artikel aanmaakt, creëer je zeg maar een kapstok, waaraan alle informatie wordt opgehangen: de metadata en alle documenten – een tekening, een pdf met beschrijving. Al die data worden

op één logische plaats in de PDMdatabase opgeslagen – nooit dubbel, makkelijk en snel terug te vinden – en zijn in meerdere projecten te hergebruiken.’ Daarin onderscheidt ISD zich volgens Van Diesen. ISD heeft een lange historie in het ontwikkelen van CAD- en PDMsoftware, nu respectievelijk HiCAD en HELiOS. Swarts: ‘We hebben dus zowel de CAD-software als de engine in eigen huis ontwikkeld. Dat zie je niet vaak; net als de automotive kent de engineeringsector veel merken en slechts een paar motoren. Hebben conculega’s wel een eigen PDM-systeem, dan kan dat doorgaans alleen aan hun eigen CAD-systeem worden gekoppeld. Terwijl je met onze HELiOS-oplossing vier verschillende CAD-systemen kunt beheren, ook de tekeningen helemaal op artikel/itemniveau. Dus niet alleen track & drop, een documentje dat ‘aan de kapstok hangt’ in de database slepen, maar tevens de inhoud meenemen en daar een revisie op maken. Dat

heeft geen enkele leverancier.’ Ook een pre: HELiOS is zo aan elke bestaande ERP-database te koppelen dat dubbeling in data wordt voorkomen. Van Diesen: ‘Naw- en projectgegevens, nummers van bestaande producten, enzovoort, worden met het ERP-systeem gekoppeld. Alles gaat automatisch van CAD via HELiOS naar ERP. Dankzij die koppeling

haal je al zomaar één fte uit je organisatie.’ ISD groeit gestaag in branches als machinebouw, olie & gas, bouw en procesengineering. En met HiCAD is ISD sterk in plaatwerk en staalbouw. Swarts: ‘Brancheoverkoepelend: een machinebouwer kan de functionaliteit voor beide gebruiken. In andere pakketten vind je dat niet terug.’ www.isdgroup.com/nl

AMBITIE PHIX: 1 MILJARD IN 2025 ‘We willen een packaging- en assemblage-technologie ontwikkelen geschikt voor alle materialen en alle combinaties daarvan, waarmee alle typen fotonische chips voor uiteenlopende toepassingen in hoge volumes verwerkt kunnen worden.’ Zo duiden commercieel directeur Arne Leinse en cto/co-founder René Heideman van LioniX International wat ze voorhebben met PhiX, dat zij dit voorjaar, samen met diverse publieke en private partijen, hebben opgericht. ‘Wij hebben veel ervaring met het ontwikkelen en produceren van fotonische chips, werkend met zichtbaar licht, gebaseerd op alle gangbare materialen of hybride vormen daarvan. Ook hebben we al tien jaar ervaring met het packagen en assembleren van pics (photonic integrated

circuits) voor life science- en metrologie-applicaties. Met dit nieuwe proces willen we ook pics voor de telecom verwerken.’ De ambitie is heel groot: ‘In 2025 moet PhiX een omzet groter dan één miljard euro hebben.’ Dat is volgens Leinse en Heideman reëel, omdat er wereldwijd nog geen algemeen geaccepteerde standaard is voor pics en juist die wil PhiX ontwikkelen. ‘Voor elektronische chips is die standaard er wel, waardoor de kosten voor het packagen en assembleren slechts tien procent van de productprijs uitmaken. Voor de fotonische chip is dat liefst negentig procent. Door daarvoor een betrouwbaar en efficiënt hoogvolumeproces te ontwikkelen, brengen wij die kosten ver omlaag.’ www.lionix-international.com

Electro-Watt Electronica Assemblage

92

november 2017


COLUMN YVETTE ENTIUS BUSINESS LEADS VINDEN IN HET BUITENLAND VOOR DE BV NEDERLAND Yvette Entius - Regional economic envoy, Nederlandse ambassades in Scandinavië en Baltische Staten

H

oe kunnen Nederlandse ondernemers profiteren van investeringen van 80 miljard euro in Zweden? Voor een ondernemer is het soms lastig om te weten waar dit soort kansen ligt in het buitenland. Een ambassade, waar ik werkzaam ben, zou hierbij goed kunnen helpen. Maar voor een ambassade is het niet eenvoudig om alle kansen die ze in haar land signaleert te matchen met Nederlandse bedrijven. Daarom zond het ministerie van buitenlandse zaken twee jaar geleden vijf regional business developers naar economisch interessante regio’s. Ze werken nu vanuit Lima, Abu Dhabi, Lagos, Singapore en Kopenhagen. Vanuit Kopenhagen ondersteun ik onze zeven ambassades in Scandinavië en de Baltische staten. Ons doel is om meer business te genereren voor Nederlandse bedrijven – door informatie te delen die niet via Google is te vinden door te spelen en een netwerk aan te reiken waar je zonder de overheid niet altijd binnenkomt. We zijn pas tevreden als bedrijven een deal sluiten. Recent nog hebben we een Nederlands consortium met plein06 en Witteveen+Bos geholpen bij het winnen van een brugontwerp in de haven van Tallinn. We hoorden van de plannen, bezochten de haven en merkten dat de Esten een technisch complex en mooi ontwerp wilden. Daarom hebben we direct ons netwerk van ingenieursbedrijven en architecten geïnformeerd en de bedrijven met elkaar in contact gebracht. Ze dienden een voorstel in en wonnen de tender.

CLUSTER BIPV MOET BOUWKOLOM MEEKRIJGEN In 2020 dient nieuwbouw energieneutraal te zijn. Reden om begin 2017 het cluster ‘Werkelijk bouwen aan BIPV’ op te richten. BIPV staat voor Building Integrated Photovoltaics, gebouwgeïntegreerde solartechnologie. ‘Alles wat je in de gebouwschil gebruikt aan bouwmaterialen, ga je voorzien van een energieopwekkende functie. Denk aan solarcellen, een filmfolie of een nanocoating op dakpannen, ramen, kozijnen, gevels en andere gebouwelementen. Met BIPV is zoveel elektriciteit op te wekken dat gebruikers volledig zelfvoorzienend zijn’, aldus Erik Teunissen, die vanuit Berenschot het cluster heeft geïnitieerd en nu ondersteunt. De basis werd gelegd in 2015 met de roadmap ‘Bouwen aan BIPV’, die Berenschot uitvoerde in opdracht van het Topconsortium voor Kennis en Innovatie (TKI) Solar Energy. ‘De grote uitdaging is om de bouwkolom mee te krijgen en de keten in te richten. We zullen allerlei standaardmodules moeten

ontwikkelen die moeiteloos als bouwelement te gebruiken zijn, zowel in de CAD-tools van de architect als bijvoorbeeld een adoptiecircuit voor transformatie van de diverse elektrische spanningen.’ Om de zonne-energie- en de bouwsector goed op elkaar af te stemmen, is het cluster gestart met vijf living labs, demoprojecten waarin allerlei BIPV-modules worden uitgetest. ‘We gaan de opbrengst over een aantal jaren meten en onderzoeken hoe gebruikers de toepassingen ervaren. Ook kunnen architecten, woningbouwcorporaties, aannemers en projectontwikkelaars hier kennismaken met de nieuwe producten.’ Geen overbodige luxe, gezien de misverstanden. ‘Mensen denken vaak dat een dak met geïntegreerde zonnecellen duurder is dan zonnepanelen. Maar hier krijg je het dak er nog bij.’ Voor een gouden BIPV-toekomst moet er technologisch nog veel worden ontwikkeld, waaronder opslagmogelijkheden voor de opgewekte

Het is belangrijk te weten wat Nederland kan én wat hier in de regio gebeurt. Daarom bezoek ik in Nederland veel bijeenkomsten en bedrijven, waardoor ik weet welke unieke kennis en technologie Nederlandse bedrijven internationaal op de markt kunnen brengen. Informatie die ik weer makkelijk kan doorspelen. In onze regio zoeken we naar business leads waar Nederland het verschil kan maken. Dat kunnen we omdat we er wonen en werken, en de markt, mensen en (ondernemers)cultuur kennen. Neem Kopenhagen: smart city met hoge ambities op veiligheid, verkeersdoorstroming en schone lucht. Op sommige punten al verder dan ons land. Zo fiets ik over innovatieve fietsbruggen en zet ik mijn fiets gratis en gemakkelijk in de trein. Maar ik ga wel jaren jaar terug in de tijd als ik vol in de remmen moet voor uitstappende buspassagiers op het fietspad, de straat voor de derde keer in een jaar openligt of ik naast zware diesels bij ieder stoplicht stilsta. Als Hollander denk ik dat dit anders kan. Maar ook de Denen vinden zichzelf de beste en dan komt het neer op tactisch opereren en de juiste match maken. Bijvoorbeeld door Nederlandse oplossingen te verkopen en Deense bedrijven in te huren voor de implementatie. Dan groeit een Nederlands bedrijf door export van kennis of technologie, Kopenhagen gebruikt die kennis, wordt nog meer smart city en wint aan lokale werkgelegenheid. Een winwinsituatie dus, voor de lokale én de Nederlandse ondernemer.

www.minbuza.nl www.nederlandwereldwijd.nl

VRAAG/AANBOD Scandinavië en de Baltische staten zoeken:

• Circulaire economie: Finse bedrijven (akoestische materialen, smart solar solutions, biobased) zijn geïnteresseerd in samenwerking met Nederlandse bedrijven voor ontwikkeling van nieuwe materialen en businessmodellen voor circulaire producten en processen. • Duurzaam bouwen: Framtiden, verantwoordelijk voor huurwoningbouw, probeert buitenlandse woningbouwers naar Zweden te krijgen, omdat de markt er oververhit is. Dat biedt kansen voor bouwers en installateurs uit Nederland.

elektriciteit. Daarnaast zijn er testen productiemachines nodig voor de nieuwe BIPV-systemen en is certificering aan de orde. Aan ambities

In Riga (Letland) moet ongeveer zes miljoen m2 in appartementen duurzaam worden gerenoveerd. Dat biedt kansen voor bedrijven in akoestiek, isolatie- en bouwmaterialen, en energiebesparing. Contact: Yvette Entius, 0045 33 70 72 09 (zie ook de column hierboven) Nikhef zoekt:

Het Nationaal instituut voor subatomaire fysica is voor CERN op zoek naar bedrijven die kennis en kunde hebben van imagingtechnologie. Contact: jan.visser@nikhef.nl

geen gebrek: ‘Over vier jaar moeten honderd bedrijven uit met name de bouwsector lid zijn van het cluster.’ www.berenschot.nl

november 2017

93



SMARTGELEVERD GEINVESTEERD

Link Magazine bericht over de levering van of de investering in smart technologie en de toegevoegde waarde daarvan voor de gebruiker. Voor meer informatie: www.linkmagazine.nl

SEMICON

INDUSTRIËLE AUTOMATISERING

Nearfield Instruments houdt Wet van Moore levend

ProduLAS levert VDL Konings complete robotlasstraat

TNO-spin-off Nearfield Instruments kan dankzij investeringen door Samsung Venture Investment en het Nederlandse Innovation Industries (samen tien miljoen euro) zijn eerste ultrasnelle highthroughput atomic force microscopysysteem (HT-AFM) voor metrologie van geavanceerde ic’s gaan ontwikkelen. Ic’s gaan naar afmetingen op atomaire schaal en worden in een volledige 3D-configuratie ontworpen. Doorbraken in metrologieprocessen en apparatuur voor

ic-ontwikkeling en -productie moeten deze trends mogelijk maken. Zo niet, dan heeft de Wet van Moore afgedaan. HT-AFM is zo’n doorbraak. AFM-systemen maken gebruik van een atoomscherpe tip om het oppervlak van het onderzochte monster contactloos te scannen. Voor industriële toepassingen is AFM echter te langzaam. HT-AFM niet: dat is in potentie duizend maal sneller. www.nearfieldinstruments.com www.tno.nl

MEDISCHE TECHNOLOGIE

Ontwikkelaar van MediMapp krijgt groeifinanciering Softwareontwikkelaar Soulve Innovations krijgt een investering vanuit het Topfonds Gelderland. Zijn MediMapp, een aan het elektronisch patiëntdossier gekoppelde applicatie, geeft patiënten eenvoudig, interactief en real time alle relevante informatie over hun behandelingen, afspraken en artsen. Daartoe detecteert MediMapp individuele zorg(paden) automatisch volgens een uniek algoritme. Radboudumc past MediMapp sinds 2014 met

succes toe en ook Bergman Clinics, Antoni van Leeuwenhoek, VieCuri, Spaarne Gasthuis, VSV Rondom en andere academische en topklinische ziekenhuizen zijn ermee bezig. Dankzij de investering – verstrekt door fondsmanager Oost NL, NextGen Ventures en Schot Invest – kan Soulve Innovations zijn team uitbreiden, een nieuw kantoor in gebruik nemen en doorgroeien. www.oostnl.nl www.soulve.nu

Machinefabriek VDL Konings in Swalmen heeft een complete robotlasstraat (twee simultaan lassende Yaskawa-robots met zes externe assen op een track van dertien meter) in gebruik genomen. Die wordt ingezet om hoogwaardige producten voor röntgen-/radiotherapieapparatuur te maken. ProduLAS Oosterhout leverde en

installeerde de installatie als turnkey project, inclusief de opleiding en begeleiding van de operators. Voor VDL Konings betekent dit een verdere uitbreiding in het robotlassen van hoogwaardige producten in kleine series, efficiënt dankzij offline programmeren met AlmaCam. www.produlas.nl www.vdlkonings.com

LIFE SCIENCES

Groeifinanciering helpt Inno4Life te groeien Groeifinanciering van de ontwikkelingsmaatschappij BOM, Holland Venture, TIIN Capital en het Zeeuws InvesteringsFonds gaat Inno4Life, machinebouwer in de life sciencessector, helpen om serialisatietoepassingen in verpakkingsmachines voor medicijnen te ontwikkelen en om sneller internationaal te groeien. Inno4Life’s machines en automati-

seringsoplossingen hebben onder meer betrekking op verpakkingsprocessen en tracking & tracing van geneesmiddelen. Inno4Life biedt ook bedrijven uit andere sectoren oplossingen als geautomatiseerde vul- en beladingssystemen met robot- en visiontechnologie. www.inno4life.com

Maak een sprong in het diepe…

METAALBEWERKING

Jarig Mevo investeert in onbemand werken Mevo Precision Technology in Ruurlo heeft onder het motto ‘Niet harder, maar slimmer werken’ een volautomatisch voorraadmagazijn en een vierde onbemande draaibank met robot aangeschaft. Het magazijn zorgt dat de gereedschappen – alleen voor de vier onbemande draaibanken al meer dan 600 verschillende – snel worden gevonden. Een toolmanagementsysteem vult de

Samen met ons!

voorraden automatisch aan voor sneller en nauwkeuriger werken. Proeffrezen behoort tot het verleden: direct na het inmeten van de gereedschappen kan het werk starten. Mevo, DISCA-winnaar in 2015, vierde begin oktober zijn veertigjarig bestaan. Het bedrijf telt 40 medewerkers in Ruurlo en 52 in de vestiging in Slowakije. www.mevo.nl

MACHINEBOUW

Nieuw r&d-centrum Rademaker geopend Rademaker, producent van industriele bakkerijmachines, heeft in Culemborg zijn nieuwe r&d-centrum in gebruik genomen. Alle bijna dertig ontwikkelaars worden daar gehuisvest. Naast de ontwikkeling van nieuwe machines en systemen is een deel van hen bezig met het bedenken en ontwikkelen van

langeretermijnoplossingen en -technologieën. Eveneens in Culemborg staat al langer Rademaker’s technologiecentrum, waar bestaande machinelijnen aan klanten worden gedemonstreerd en samen met klanten nieuwe concepten worden beproefd. www.rademaker.nl

www.wjadvocaten.nl

anders | durven | denken

november 2017

95


UIT DE MARKT d

TURCK HELPT NEDERLANDSE INDUSTRIE SLIMMER TE WORDEN Begin vorig jaar opende Turck, ambassadeur voor Smart Industry, een test-, demonstratie- en opleidingscentrum, het Turck Automation Solution Center (TASC). ‘Voor iedereen die geïnteresseerd is in Smart Industry: klanten, eigen medewerkers en studenten/stagiairs’, vertelt salesmanager Marcel Vennemann. Zo zocht een mondiale foodspeler een betrouwbare analyse van de productkwaliteit tijdens productie. ‘Hierbij worden op hoge snelheid veel data gegenereerd en wij hebben samen met de klant een systeem gebouwd dat de data modulair koppelt aan bovenliggende systemen. In het TASC kunnen we de praktijk goed simuleren om de haalbaarheid in te schatten.’ Turck profiteert ook zelf van het ambassadeurschap. ‘Goed naar klanten luisteren helpt ons onze eigen producten te ontwikkelen. Door

nieuwe technieken te delen, worden we dus allebei sterker. Dat is ook de enige manier voor de Nederlandse industrie om voorop te (blijven) lopen: kennis delen.’ De doelstelling van Smart Industry – de Nederlandse industrie versterken door maximaal gebruik te maken van de nieuwste ict – past precies in de visie van het Zwolse bedrijf. ‘Wij willen organisaties helpen om met slimme automatisering nieuwe uitdagingen aan te gaan en zo te komen tot innovatieve industriële oplossingen voor het bouwen en toepassen van machines. Zodat zij in staat zijn flexibel met de hoogst mogelijke capaciteit en beschikbaarheid tegen de laagst mogelijke kosten te produceren’, aldus Vennemann. www.turck.nl

SOFTWAREOPLOSSING BMO VERHOOGT OEE De afgelopen twee jaar werkte Frank Biemans van BMO Automation samen met compagnon en softwarespecialist Johan Damen binnen het nieuwe BMO Smart Solutions aan een laagdrempelige standaardsoftwareoplossing voor het monitoren van cnc-machines. BMO Precision Parts, dat Biemans startte tijdens zijn studie autotechniek, diende als proeftuin. Net als collega-verspaners had hij behoefte meer output uit machines te halen. In 2008 studeerde hij af op een robotcel voor het been ontladen van draai- en freesmachines. ‘Ik wilde een systeem voor een hoge mix van producten, met zoveel gebruiksvriendelijkheid dat de vakman zich kon richten op zijn vak en geen robotprogrammeur hoefde te worden. Daarvoor ontwikkelde ik een robotcel, aangestuurd door een Windows-based applicatie die binnen een minuut was in te stellen.’ Dat was de start van Biemans’ tweede bedrijf, BMO Automation, waar

hij de robotcellen continu doorontwikkelde, met hoge autonomie en gebruiksvriendelijkheid als leidraad. ‘Dat verandert het bedrijfsproces van de klant. Overdag is het veelal machines instellen, ’s nachts producten geautomatiseerd fabriceren. Toen bleek er meer inzicht nodig in het productieproces, om sneller te kunnen acteren op versnelling of vertraging.’ En dus ontwikkelde BMO Smart Solutions software die realtime inzicht biedt. ‘Dat heet wel MES (Manufacturing Execution System, red.), maar ik wilde ook kleinere bedrijven bedienen. Onze softwareoplossing kan daarom aan een ERP-systeem worden gekoppeld, maar ook stand-alone draaien.’ In de klantomgeving kunnen voor diverse rollen dashboards worden gecreëerd. Bijvoorbeeld eentje met kpi’s voor de productmanager, real-time inzicht in planning en status voor de planner, of een omgeving die kwaliteit en onderhoud

www.acalbf i.com/nl/IoT

Expert wireless and sensor solutions to meet your IoT design challenges Ë Technology expertise and integration Ë Product recommendations and technical support

INTERNET of

THINGS

Ë Custom designs and solutions Call us today to discuss your IoT requirements

Contact: Tel: +31 (0) 4 0250 7400 | Email: sales-nl@acalbfi.nl

96

november 2017

consult. design. integrate.


g

ABI INTRODUCEERT DUURZAME KEGELWIELKAST bewaakt. ‘Voor de operator is er een to-do list waarop hij kan zien of hij voor- of achterloopt met zijn werk.’ Biemans’ ervaring met procesautomatisering kwam goed van pas. ‘Machines van verschillende fabrikanten hebben weliswaar allemaal dezelfde besturing, maar data komen er anders uit. Bij het koppelen van machines zijn slimme algoritmes nodig om te kunnen vergelijken en machines zelflerend te maken. Bij de stand-alone-versie krijgt de klant een database in de cloud en kan hij binnen een kwartier aan de slag. Bij koppeling met het ERPsysteem duurt het iets langer, omdat dit een stukje maatwerk vereist. Met onze softwareoplossing kunnen klanten hun productie real time monitoren, sneller inspelen op vragen uit de markt en hun overall equipment effectiveness (oee) verhogen.’ www.bmoautomation.nl

ABI in Haarlem, specialist in aandrijftechniek, motion control en robotica, introduceerde onlangs een nieuwe kegelwielkast: een haakse vertragingskast met overbrengingsverhoudingen tussen de 7:1 en 320:1, met een nominaal uitgaand koppel tot 310 Nm. Hiermee speelt ABI in op de vraag naar duurzamere technieken. Het hogere rendement zorgt voor minder warmteontwikkeling en een langere levensduur. Het meest onderscheidende aspect is rvs. ‘Bij het ontwerp is zo veel mogelijk uitgegaan van de aseptische richtlijnen van de European Hygienic Engineering and Design Group (EHEDG) om te voldoen aan de hoogste eisen voor hygiëne. Dus heeft de kegelkast zo min mogelijk hoeken en gaten, om vuilophoping tegen te gaan’, verklaart salesmanager Martin Kruithof. Hiermee richt ABI zich met name op de voedselverwerkende industrie. ‘Denk aan slachterijen waar continu vleesproducten langskomen. Om bacteriën en schimmels zo veel mogelijk te voorkomen, worden aan-

Foto: ABI

drijvingen en bewerkingsmachines een paar keer per dag afgespoten met hogedruk, heet water en chemicaliën.’ De nieuwe kegelkast valt in de beschermingsklasse IP69k, zonder restricties, meldt Kuithof. ‘Er mag ook direct op draaiende delen worden gespoten. Dankzij het hogere rendement komt er minder warmte vrij. Dat verlaagt de kans op bacteriën en voorkomt aankoeken van

vuil.’ Andere beoogde toepassingen zijn offshore en scheepvaart, waar corrosiebestendigheid telt. ‘De kegelwielkast heeft een koppeling aan de primaire kant en een aparte aanbouwflens. ‘Hierdoor zijn ook motoren van andere merken op te bouwen. Verder hebben de kasten een levensduursmering en kunnen ze universeel (in elke montagepositie) worden toegepast.’ www.abi.nl

november 2017

97


SAMENONDERNEMEN Link Magazine signaleert fusies, allianties en overnames in de industrie. Voor meer informatie: www.linkmagazine.nl

1.800 klanten in 25 landen binnen Europa en Amerika.

OVERNAMES SOFTWARE

Overname TASS versterkt Siemens in autonoom rijden Siemens heeft TASS International overgenomen. Het Helmondse bedrijf, spin-off van TNO, ontwikkelt geavanceerde softwareproducten die nieuwe vormen van mobiliteit, als autonoom rijden en draadloze communicatie tussen auto’s en de omgeving, simuleren en testen. Door de overname versterkt Siemens zijn positie in de transitie die momenteel in de auto-

industrie gaande is. De softwaretools van TASS versnellen het testen, certificeren en op de markt brengen van geautomatiseerde en autonoom rijdende auto’s. TASS International (200 medewerkers, 27 miljoen euro jaaromzet) wordt onderdeel van Siemens PLM Software (20.000 medewerkers). www.plm.automation.siemens.com www.tassinternational.com

SOFTWARE

Bemet International in Trivest Software Group De Trivest Software Group heeft met de toetreding van Bemet International haar positie als internationale leverancier van ERP-software binnen de project- & klantordergestuurde industrie versterkt. Bemet biedt klanten in de metaal-, hout- en kunststofindustrie een integrale oplossing voor CAD/

CAM, ERP, kwaliteit en gereedschapsbeheer en vult daarmee de andere bedrijven in de groep, Proteus Systems Europe en Trimergo, goed aan. Bemet in Veenendaal (55 werknemers) bedient ruim 1.000 klanten in 22 landen. Trimergo en Proteus Systems Europe tellen 135 medewerkers en ondersteunen

www.bemet.nl www.trivestsoftwaregroup.nl

ALLIANTIES AGROFOOD

Komkommercluster verbindt telers en hightech Een grote groep komkommertelers in ons land slaat de handen ineen met kennispartners om hun processen en producten sneller en slimmer te innoveren. Het Komkommercluster valt onder de vlag van Innoveins, een ecosysteem dat innovaties voortbrengt in de agrofood door een verbinding met de hightech sector te maken. Innoveins omvat innovatieclusters, samenwerkingsverbanden van twee of

meer partijen gericht op samenwerking en co-creatie, voor de thema’s robotica, licht, teeltsystemen & gewasbescherming en waterzuivering. Het Komkommercluster gaat binnenkort de realisatiefase in. Innoveins’ beoogde locatie is een nieuw innovatie- en r&d-centrum op de Brightlands Campus Greenport Venlo. www.innoveins.com www.greenportvenlo.nl/campus

MARITIEME INDUSTRIE

VDL en AEC verminderen uitstoot van schepen VDL Groep gaat systemen leveren voor schepen die wat betreft uitstoot van schadelijke stoffen aan de nieuwste internationale eisen voldoen. Daartoe is een joint venture

aangegaan met AEC Maritime, de Eindhovense specialist in luchtreiniging die filtersystemen voor schepen ontwikkelt. Deze scrubbers, die VDL al een aantal jaren

Your Global Automation Partner

Industry 4.0 Automation Solutions

Hoe zorgt u voor een (verdere) voorsprong op uw concurrentie? Als ambassadeur van Smart Industry helpen wij de Nederlandse machinebouw met het toepassen van de nieuwste digitale technologieën. Door onze automatiseringsoplossingen kunt u sneller op de eisen van uw klanten inspelen en daarbij de kosten reduceren!

98

november 2017

www.turck.com/i40


bouwt, filteren zwavel-, roet-, as- en oliedeeltjes uit de uitlaatgassen van scheepsmotoren. Geplaatst in de schoorsteen van een schip nemen waterdruppels in de scrubber die deeltjes op, waarna dat vervuilde water in het systeem op het schip

wordt gereinigd. De rookgassen verlaten als schone, witte rook de schoorsteen. De joint venture VDL AEC Maritime is gevestigd in Eindhoven. www.vdlgroep.nl www.aecmaritime.com

VERLICHTING

Innolumis in zee met sw-bedrijf in Noord-Nederland Re-integratiebedrijf Synergon (sw, sociale werkvoorziening) in Winschoten gaat voor heel Nederland de assemblage verzorgen van het nieuwe Innolumis-armatuur Ariane. Innolumis ontwikkelt en produceert slimme, energiezuinige straatverlichting op basis van ledtechnologie. Eerder sloot dat bedrijf een soortgelijke overeenkomst met Metafor, een leer-werkbedrijf voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in Amersfoort. Een

jaar geleden haalde Innolumis de volledige productie terug uit China om die bij Metafors onder te brengen. Dat leverde orders op voor vernieuwing van de straatverlichting van gemeentes als Leusden en Woudenberg. Ook in NoordNederland is er inmiddels interesse om met het Amersfoortse bedrijf in zee te gaan. www.innolumis.com www.synergonsw.nl

R&D

Grote bedrijven innoveren meer samen met mkb Bijna de helft van alle r&d-uitgaven van grote bedrijven wordt gedaan in samenwerking met gespecialiseerde mkb-bedrijven, kleine star-

tende innovatieve bedrijven en/of kennisinstellingen, en dit belang van samenwerking blijft onverminderd groot. Er lijkt daarnaast min-

der sprake van verplaatsing van r&d naar opkomende markten. Dat en meer blijkt uit de nieuwste R&Dbarometer van VNO-NCW, een onderzoek onder de grootste r&dintensieve bedrijven van Nederland. De (vijftien) deelnemers aan het onderzoek besteden in totaal zo’n 3,2 miljard euro aan r&d in ons

land. Hiermee dekken ze 72 procent van de industriĂŤle r&d en ruim 42 procent van de totale bedrijfsr&d, waardoor de nieuwe barometer een representatief beeld biedt van de nieuwste trends onder de grote r&d-bedrijven. www.vno-ncw.nl

INDUSTRIĂ‹LE DIENSTVERLENING

MAG45 optimaliseert supply chain van FEI Een klantspecifieke supply chainoplossing van MAG45 helpt elektronenmicroscopenproducent FEI Company, in 2016 overgenomen door Thermo Fisher Scientific, aan een gestandaardiseerde, optimaal ingerichte toeleverketen en efficiĂŤnte productieprocessen. De invoering gaat gepaard met een fikse reductie van het aantal leveranciers, dus een minder gefragmenteerde supply chain. Dat verhoogt de productbeschikbaarheid, terwijl de logistieke aansturing constant geĂŤvalueerd en geoptimaliseerd wordt. De inkoop en inventarisatie

van producten en de materiaalverwerking – met behulp van kanbanvoorraadoplossingen – verlopen efficiÍnter en technici hoeven minder lang te wachten op onderdelen. Dankzij kits, met onder meer gereedschap, die MAG45 samenstelt, hoeven servicemonteurs niet meer te zoeken naar onderdelen voordat ze installaties en upgrades uitvoeren. Dit alles leidt tot een verhoging van de machine-inzetbaarheid, efficiÍnter verloop van productieprocessen en verlaging van FEI’s interne werkdruk. www.fei.com, www.mag45.com

3B EB O 8FC2VPU F F D PNNFS D F W PPS QM B B U XFS L .FU 3B EB O 8FC2VPU F L VOOFO VX L M B OU FO POM J OF PòFS U FT HFOFS FS FO FO CFT U FM M J OHFO QM B B U T FO W PPS QM B B U XFS L D PNQPOFOU FO %PPS FFOW PVEJ H % FO % $"% EB U B FO FFO T U VL M J K T U U F VQM PB EFO XPS EFO EF L PT U FO W PPS NB U FS J B B M FO CFXFS L J OHT U J K EFO W PPS T OJ K EFO FO L B OU FO OB VXL FVS J H CFS FL FOE #J OOFO FOL FM F NJ OVU FO POU W B OHU VX L M B OU FFO HFEFU B J M M FFS EF PòFS U F W J B EF F NB J M PG PQ IFU QPS U B B M XB B S OB EF CFT U FM M J OH NFU FFO HFQM B B U T U L B O XPS EFO "M M F $"% EB U B T U VL M J K T U FO S PVU J OH [ J K O EJ S FD U CFT D IJ L CB B S CJ OOFO VX & 31 FO $"% $". T Z T U FFN 1S PCFFS IFU [ FM G XXX S B EB O OM XFCRVPU F

$"% $". $POOFD U FE november 2017

99


UIT DE MARKT EPR INVESTEERT IN SMART FACTORY Geheel in stijl werd het nieuwe pand van EPR op de Novio Tech Campus in Nijmegen begin oktober officieel geopend door hightech robot Pepper. Ooit begonnen als elektrische werkplaats bij Philips, is EPR nu onderdeel van Chezz Partners. ‘We assembleren printplaten en modules, en integreren systemen. De laatste jaren hebben we ons ontwikkeld van enkel een productiebedrijf naar complete kennispartner’, aldus Joost van Lammeren, die samen met Patrick Kilkens EPR (55 medewerkers) leidt, dat zicht richt op complexe elektronicaproducten. Doel is klanten te helpen bij het productiegereed maken en het aanpassen van het design voor een beter product of snellere marktintroductie. ‘Onze toegevoegde waarde ligt echt in de ontwerpfase, daar kunnen we klanten concurrentievoordeel bieden door het ontwerp slim te optimaliseren voor de gehele levenscyclus.’ In de nieuwbouw werkt EPR met het eigen Infinity-concept. Dit platform draait op alle afdelingen en koppelt bij elke werkplek via schermen en

persoonlijke tablets real-time informatie over het productieproces terug aan de medewerker. ‘Zo ontstaat een smart factory, waar machines, materialen en informatie op elkaar zijn afgestemd voor een optimaal en concurrerend productieproces.’ Daarnaast schafte De nieuwe Vapour Phase oven, met op de achtergrond het uitgifteEPR een nieuw auto- punt van de shuttle-lift van het nieuwe magazijnsysteem. Foto: EPR matisch magazijnsysteem aan, ook gekoppeld aan het omdat we open en transparant naar informatiesysteem. ‘Daardoor konde markt willen zijn. Anderzijds den we maximaal de hoogte in, wat kunnen engineers en productiemeruimte scheelt. Ook is het heel makdewerkers elkaar goed zien en kan kelijk om materialen naar de vloer te waar nodig bijsturing plaatsvinden.’ krijgen.’ Drie nieuwe machines comDe totale investering beloopt ruim pleteren de inrichting, waaronder vier miljoen euro voor EPR, dat is een exclusieve Vapour Phase oven genomineerd voor best knowledge om elektronica in te solderen. Voor supplier in DISCA’17. ‘We kunnen nu directe koppeling van het vakmanmeer klanten bedienen en verder schap aan de kennisorganisatie zijn groeien. Daarvoor gaan we onze op elke verdieping zowel productiekennisorganisatie en het Infinitymedewerkers als engineers aanwezig. concept verder uitbouwen.’ ‘Het pand heeft veel glas, enerzijds www.eprpartner.com

CAPI EUROPE: NU 40/60 NL/CHINA, VOLGEND JAAR ANDERSOM Begin november verhuist Capi Europe, fabrikant van kunststofbloempotten, naar een nieuw pand in Tilburg. Een investering van twintig miljoen euro, waarmee het aantal vierkante meters meer dan verdubbelt. Zo telt het nieuwe magazijn 20.000 palletplaatsen en achttien laaddocks. De sterke groei van Capi Europe, dat in ruim zestig landen verkoopt, verklaart directeur-eigenaar Toine van de Ven met de opmerking dat alles klopt aan het product. ‘Lichtgewicht, natuurlijke uitstraling, concurrerende prijs en tien jaar garantie.’ Het productieproces is volledig geautomatiseerd; het aantal productierobots neemt toe van zes naar achttien. ‘Dankzij een zelfontwikkeld rotatiegietproces gebruiken we tachtig procent minder energie en zijn we sneller in de cyclus. Daarnaast zijn we in staat tweelaagspotten, met

Keeping you and your products ahead of the technology curve Today, technology evolves quickly, often out of sync with the planned lifecycle of a product or solution. Connect Group is an Electronic Manufacturing Services provider, serving companies in the professional industry. Through its innovative 'Technology is a Service' (TiaS®) program, Connect Group provides lifecycle management, solutions monitoring, reliability and logistics support. Entrusting the management of your product to Connect Group, will keep you and your product ahead of the technology curve.

www.connectgroup.com

CONNECT GROUP INTEGRATED SUBCONTRACTORS

100

november 2017


twee kleuren, in één cyclus te produceren; dat doet niemand ons na’, aldus Van de Ven. De nieuwbouw is nodig omdat Capi Europe zijn productie meer en meer terughaalt uit China. ‘Nu is de verhouding nog veertig procent in Nederland en zestig procent in China, volgend jaar moet dat omgekeerd zijn en in 2019 wil ik uitkomen op tachtig-twintig. Als je het technisch slim aanpakt, zijn er heel veel mogelijkheden om in Nederland te produceren.’ Wat dat ‘slim’ precies inhoudt, houdt hij liever voor zichzelf. Belangrijke reden voor de reshoring zijn de sterk stijgende loonkosten in China. ‘De fluctuerende kosten van transport vormen eveneens een kritische factor,

net als de grote bewegingen van de dollar. En verder heb je te maken met cultuurverschillen. Afspraak is bijvoorbeeld geen afspraak, daar zijn vele variaties op. Tot slot helpt produceren in eigen land om de kwaliteit het jaar rond strak te houden.’ Sinds februari draait Capi Europe 24/7 in vijf ploegen. Het aantal medewerkers gaat toenemen van zestig nu naar honderd eind 2019. ‘En als de markt in bijvoorbeeld China, Australië, VK of VS zo groot is dat daar produceren meer oplevert dan producten daarheen transporteren, dan pakken we de fabriek op en gaan we daarheen.’ www.capi-europe.com

NIEUWE CEO EN MARKTEN KTR Hans Hagedoorn, general manager KTR Benelux, is net terug van de jaarlijkse meeting met alle Europese KTR-managers, geleid door de nieuwe ceo Nicola Warning. Zij is afkomstig van Siemens, waar ze hoofd koppelingssystemen was, maar heeft ook een verleden bij KTR; zo’n tien jaar geleden werkte ze bij de aandrijfspecialist uit Rheine als sales director. Tijdens de meeting stond de strategie centraal. ‘Door de consolidaties in de wereld van de distributeurs komen de prijzen onder druk te staan. Ook zie je dat deze grote, Amazon-achtige partijen zich behalve op de vervangingsmarkt ook gaan richten op de oem-markt. Dat lijkt me vrij kansloos, omdat ze goed zijn in distribueren maar relatief weinig kennis hebben van onze producten. Desalniettemin is het wel zaak de banden met de grote producenten aan te halen’, schetst Hagendoorn. Daarbij wil KTR zich ook gaan richten op nieuwe markten als de foodmachinebouw. ‘Een branche met veel specifieke regels en restricties om de hygiëne te borgen. Wij denken graag

mee over hoe we daarvoor de beste oplossingen kunnen bieden.’ Maar bestaande markten als intern transport en maritiem blijven minstens zo belangrijk. Daarom staat KTR ook dit jaar weer op Europort, de beurs voor maritieme technologie, 7-10 november in Rotterdam Ahoy. ‘Die markt heeft de afgelopen jaren natuurlijk onder druk gestaan van de neergang van investeringen in de olie & gas. Er is lange tijd geput uit de equipmentbuffers, maar inmiddels lijken er weer grotere projecten te starten. Zoals de opbouw van een grote, nieuwe pijpenlegger voor Subsea 7. En dan zijn wij voor bijvoorbeeld de lieren- en kranenbouw, met ons complete assortiment luchtkoelers, remmen en koppelingen, een aantrekkelijke leverancier.’ Op de beurs presenteert KTR geen baanbrekende innovaties. ‘Wel is de zeewaterbestendigheid van onze koelers nu helemaal voor elkaar en presenteren we de nieuwe KTR thrusterbrake, bij uitstek geschikt voor kranen en lieren.’ www.ktr.com/nl, www.europort.nl

We are ready to create your future. Are you? Partner in catalyzing high-tech innovations

PERSONALIA

Hans Büthker (foto) wordt op 1

Na een 42-jarig dienstverband is Wim Maathuis begin oktober als lid van de

januari 2018 ceo van GKN Aerospace. Hij is nu ceo van GKN Aerospaceonderdeel Fokker en volgt Kevin Cummings op, die ceo wordt van moederbedrijf GKN.

Ramon Dooijewaard is per

Aswerd Gresel is benoemd tot vice

15 november directeur van branchevereniging FPT-VIMAG.

president Industrial Distribution bij Schaeffler Groep. Régis Walter is hem opgevolgd als vice president Industrial Western Europe en managing director Schaeffler Nederland. Met het aantreden van Christian de Greef als general manager bij Telerex, is Coen Waltman de eindverantwoor-

hoofddirectie van de VDL Groep met pensioen gegaan.

Harry Wolters is de nieuwe directeur

verkoop Europa bij DAF Trucks. Jos Habets, tot voor kort de cfo in de

raad van bestuur, is diens opvolger als directeur operations; Harald Seidel is de nieuwe cfo.

delijke geworden bij zusterbedrijf Eltrex Motion.

Brilliance in engineering

BKL is een kwalitatief hoogwaardige onderneming dat specialistische machines (o.a. hijs- en hefgereedschappen en testequipment) ontwikkelt voor gerenommeerde OEM-ers in diverse sectoren. Dankzij de combinatie van uitstekende productiefaciliteiten en de ervaring en creativiteit van vijftig professionals bouwen we deze specialistische machines zelf. Onze kennis excelleert in:

EXPERTS IN SAFETY

i Engineering

i Inspection

i Production

i Services

EXPERTS IN SAFETY BKL inspecteert en keurt “tooling’. Daarnaast ontwikkelt en levert het bedrijf uitgekiende hijs- en hefwerktuigen (IIA verklaring, CE) en assembleert deze op locatie in Nuenen.

Collse Heide 1 | 5674 VM Nuenen | The Netherlands T: +31 (0)40 2951444 | info@bkl.nl | www.bkl.nl eprpartner.com

Mechatronic and mechanical solutions Inspection maintenance and repair

+31(0)24 352 5666

Hoisting - & lifting tools, special machinery

november 2017

101


ADVERTORIAL

GOVERS ACCOUNTANTS/ADVISEURS PASSIE VOOR DE FINANCIËLE PERFORMANCE VAN BEDRIJVEN IN DE MAAKINDUSTRIE

DUURZAME CONCURRENTIEVOORDELEN

Als accountant willen we het verhaal achter de cijfers kennen. Weten waarom een onderneming het goed doet, of wat er moet gebeuren om te verbeteren. Duurzame concurrentievoordelen zijn daarbij bijzonder belangrijk. In het Engels wordt dit beeldend beschreven als de ‘moat’, ofwel de ‘slotgracht’ die een onderneming heeft om concurrenten op afstand te houden. De term moat werd geïntroduceerd door Warren Buffett in een inmiddels legendarisch artikel in zakenblad Fortune in 1999 : “The key to investing is not assessing how much an industry is going to affect society, or how much it will grow, but rather determining the competitive advantage of any given company and, above all, the durability of that advantage. The

products or services that have wide, sustainable moats around them are the ones that deliver rewards to investors.” De beoordeling van duurzame concurrentievoordelen is niet alleen interessant voor zuivere beleggers, maar ook voor ondernemers. Ondernemers zijn immers actieve beleggers, weliswaar met een portefeuille met relatief weinig diversificatie. Analisten van onderzoeksbureau Morningstar hebben de volgende vijf factoren geïdentificeerd die een onderneming een concurrentievoordeel kunnen geven: • immateriële activa (patenten, overheidslicenties, merknaam, knowhow) • overstapkosten (gemak waarmee een klant kan overstappen naar een concurrent) • netwerkeffect (groeiende binding van klanten) • kostenvoordeel (goedkoper produceren) • efficiënte schaal (schaalvoordelen binnen een sector) Het is onze ervaring dat deze vijf factoren ook in de supply chains van hightech, automotive en food het verschil kunnen maken. Benieuwd naar onze visie? Bel Paul Mencke om onze aanpak persoonlijk te ervaren.

Govers Accountants / Adviseurs Beemdstraat 25 5653 MA Eindhoven Postbus 657 5600 AR Eindhoven

T F E I

+31 40 2 504 504 +31 40 2 504 599 mencke@govers.nl www.govers.nl www.uhy.com


AGENDA 7-10 NOVEMBER 2017 EUROPORT 2017 (CONGRES + EXPO) ROTTERDAM Internationale maritieme vakbeurs met leiders uit de wereldwijde maritieme industrie, 1.100 exposanten uit 45 landen en veel congressen. Zie: www.europort.nl

15-16 NOVEMBER 2017

20 NOVEMBER 2017

12-13 DECEMBER 2017

PRECISIEBEURS (EXPOSITIE + CONGRES) VELDHOVEN Internationaal trefpunt voor precisietechnologie. Met woensdagmiddag 15 november debat over de toekomst van het hightech ecosysteem, georganiseerd door Mikrocentrum en Link Magazine. Zie: www.precisiebeurs.nl

LEAN MANAGEMENT: KUNST OF KUNDE? EINDHOVEN Sprekers die lean kennen vanuit de praktijk en de wetenschap; over de ondersteunende infrastructuur die nodig is om een lean-programma succesvol in te voeren in gezondheidszorg, productontwikkeling en supply chain. Organisatie door Holland Innovative, met steun van Nyenrode, Turner en TIAS. Zie: www.holland-innovative.nl

MICRONANOCONFERENCE 2017 AMSTERDAM Conferentie en workshops voor wetenschap en industrie met als belangrijkste thema’s microfluidics & analytical systems, fabricage en karakterisering op nanoschaal, en organ-on-a-chip. Gelijktijdig worden de workshop MicroNanoBioSystems en de sensorconferentie ‘The Sense of Contact’ gehouden. Zie: www.micronanoconference.org

28 NOVEMBER 2017

13-14 DECEMBER 2017

SOFTWARE ARCHITECT MEET-UP EINDHOVEN Event over de veranderde rol/plek van de software-architect in ontwikkelorganisaties. Ter afsluiting een mini-hackathon met een uitdaging vanuit ASML. Zie: www.mikrocentrum.nl

AGRIFOODTECH 2017 (BEURS + CONFERENTIE) - ’S-HERTOGENBOSCH Event brengt de topsectoren Agri & Food, Tuinbouw & Uitgangsmaterialen en High Tech Systemen & Materialen bij elkaar. Fabrikanten, toeleveranciers, ontwikkelaars, ontwerpers en gebruikers uit de hele voedselketen tonen de nieuwste innovaties. Zie: www.agrifoodtech.nl

9 NOVEMBER 2017 MASTER OF SAFETY (CONGRES) NIEUWEGEIN Event van Pilz Nederland over (machine)veiligheid en het bijbehorende organisatiegedrag, cybersecurity, CE en meer. Zie: www.masterofsafety.nl

9 NOVEMBER 2017 EXCEPTIONAL GROWTH IN INNOVATION (SEMINAR) - EINDHOVEN Lustrum-seminar van Alten met aansluitend networking-event. Zie: www.alten.nl

14 NOVEMBER 2017 NIDAYS BENELUX 2017 (EVENT) - EINDHOVEN Event van National Instruments (NI) in teken van softwaregedefinieerde systemen voor testen, meten en regelen. Zie: netherlands.ni.com/nidays

23 NOVEMBER 2017

7 DECEMBER 2017

DISCA’17 (EVENT) - UTRECHT Zestiende editie van Dutch Industrial Suppliers & Customer Awards, met talkshow en prijzen voor de best knowledge supplier, best logistics supplier en best customer. Meer hierover elders in deze Link. Zie: www.linkmagazine.nl

MACHINEBOUW-EVENT ’S-HERTOGENBOSCH Uitgebreid lezingenprogramma informeert bezoekers over thema’s als intelligente sensoren, datahandling, motion control, engineering, installatie-optimalisatie, voorspellend machineonderhoud en bekabeling. Zie: www.machinebouwevent.nl

23 JANUARI 2018 3D PRINTING ELECTRONICS CONFERENCE EINDHOVEN Vijfde editie over diverse aspecten van 3D-geprinte elektronica met internationale sprekers. Zie: www.3dprintingelectronicsconference.com

Precisiebeurs 2017 Hét trefpunt voor precisietechnologie

• Expositie van 300 specialistische bedrijven en kennisinstellingen • Inspirerend en onafhankelijk lezingenprogramma • Met internationaal Meet & Match event • Big Business met Big Science 17e editie Gratis Gratis toegang toegang

Vakbeurs & Congres Woensdag 15 en donderdag 16 november 2017 NH Conference Centre Koningshof Veldhoven

www.precisiebeurs.nl M Met et onderst ondersteuning euning vvan: an:

november 2017

103


isah.com

HOGERE LEVERBETROUWBAARHEID? JE MAAKT HET MET ISAH

Dankzij Isah Shop Floor Control realiseert u een hogere productiesnelheid, waardoor u een snellere levertijd kunt waarmaken. Via een touchscreen op de productievloer weten medewerkers exact welke werkzaamheden zij aan een order moeten uitvoeren. Orderspecificaties zijn actueel, registratie van uren en werkzaamheden gebeurt realtime en de foutkans is aanzienlijk lager. Zo neemt u een belangrijke voorsprong op de concurrentie. Maak het met Isah.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.