Link 2016 02

Page 1

Magazine

D E VE R B I N D I N G TU SS E N TEC H N O LO G I E, MAR KT E N M E N S

Magazine

april 2016 | nummer 2 | jaargang 18

INDUSTRIEDEBAT: IS DE MAAKINDUSTRIE KLAAR VOOR SMART INDUSTRY? DOE-HET-ZELF ICT’ERS TEGEN WIL EN DANK NEDAP OP ZOEK NAAR NIEUWE PRODUCTIEPARTNERS EIGEN PRODUCTEN, GEEN EIGEN PRODUCTIE

THEMA COMPLEXITEIT MANAGEN

MICHIEL PETERS MOBA

STROOMLIJNT ORGANISATIE EN PROCESSEN EN OPENT DE DEUREN


U wilt kortere doorlooptijden? U streeft continu naar kwaliteitsverbetering? Wij scheppen de mogelijkheden hiervoor. WE ARE THE ENGINEERS OF PRODUCTIVITY. Festo neemt in Scharnhausen een hoog geautomatiseerde en gerobotiseerde fabriek in gebruik. Deze gaat een pioniersrol vervullen in de Smart Industry revolutie. Alle voorwaarden zijn geschapen om aan de eisen van onze klanten te kunnen voldoen, nu en in de toekomst. Cruciale processen zijn vanuit verspreid liggende fabrieken samengebracht. Daarbij zit nu FestoÂ’s kern-productietechnologie bij elkaar in ĂŠĂŠn fabriek. De metaalbewerking tot elektronicaproductie en alle logistieke processen zijn verregaand geautomatiseerd. Het uitgangspunt is de doorlooptijden te verkorten en daarbij de kwaliteit te verhogen. Dit betekent voor u een belangrijke bijdrage aan het verkorten van Ăşw doorlooptijd en verhogen van Ăşw kwaliteitsverbeteringen. Smart Industry pur sang!

Sustainable innovation

Scharnhausen TechnologyM Plant

Hallum Hallum

T 0518 43 11 41 Festo BV i 015 2518759 www.festo.nl


Magazine

2/16

D E VE R B I N D I N G TU SS E N TEC H N O LO G I E, MAR KT E N M E N S

THEMA

18

Industriële maakbedrijven hebben te dealen met een almaar toenemende complexiteit door groei van de onderneming en wildgroei aan producten, services en businessmodellen. Klanten verlangen een personalized aanbod, nieuwe technologieën dienen zich aan, verkorten van de timeto-market is noodzaak – en de supply chain speelt daarin een steeds grotere rol. Hoe focus je niet alleen op de klant, maar zorg je tegelijk voor een effectieve en efficiënte organisatie?

COMPLEXITEIT MANAGEN Moba groeit, al jaren achtereen. Van 50 miljoen euro omzet in 2005 naar 150 miljoen vorig jaar. ‘Dwars door de crisis heen’, zegt ceo Michiel Peters, die in 2014 Vanderlande verliet en in Barneveld het roer overnam. Om die groei bij te benen, heeft Moba onder zijn leiding veel tijd en energie gestoken in het efficiënter en effectiever maken van de processen en de organisatie. Van sales via klantorderengineering en productie naar onderhoud en service.

32

28

PROCESVERBETERING INDUSTRIEDEBAT: IS DE MAAKINDUSTRIE KLAAR VOOR SMART INDUSTRY?

DOE-HET-ZELF ICT’ERS TEGEN WIL EN DANK Over papierloze productiebesturing en universele dataprotocollen gaat het Industriedebat half maart tijdens de ESEF/TechniShow. Papierloos schiet al aardig op, universeel is nog een utopie. Dus slaan toeleveranciers aan het ‘doe-het-zelven’ met de ict. De ceo van de toekomst is een ict’er, klinkt het in Utrecht, maar in het hier en nu vervult de Nederlandse toeleverancier die rol toch vooral tegen wil en dank.

37 STRATEGIE NEDAP OP ZOEK NAAR NIEUWE PRODUCTIEPARTNERS OVER HIGHTECH STARTERS EN HUN INNOVATIES, FINANCIERINGSPROBLEMEN EN ANDERE UITDAGINGEN

EIGEN PRODUCTEN, GEEN EIGEN PRODUCTIE Vijf jaar geleden maakte Nedap de omslag van ‘klassieke’ toelevering naar eigen producten – met succes. Eigen productie bleek echter niet houdbaar. Daarom wil Nedap nu in zee gaan met een aantal productiepartners die passen bij het bedrijf. Algemeen directeur Ruben Wegman: ‘In principe is die uitbesteding de verantwoordelijkheid van de afzonderlijke marktgroepen, maar een centraal sourcingteam moet zorgen dat iedereen van elkaar leert en niet opnieuw het wiel uitvindt.’

PROCESVERBETERING

34

45 62 INNOVATIE

46

Naar de holy grail van medical imaging Wetenschappers, medici en oem’ers werken samen aan ‘precision medicine’

Smart industry vergt bovenal volledige openheid Europese industrie erkent nut, maar investeert (nog) niet Betere besturing, beter bokbier EKB automatiseert met Rockwell Automation brouwproces Stadskasteel Oudaen Het beest getemd ConTeyor implementeert met hulp cards PLM Solutions drie nieuwe pakketten

ZIE VERDER PAGINA 5

april 2016

3


TRUMPF Nederland wil iedereen bedanken voor de geweldige belangstelling op de TechniShow 2016. Wij kijken terug op een zeer geslaagde beurs.

TRUMPF Nederland B.V. John Maynard Keynesstraat 301 7559 SV Hengelo Nederland 0031 88 4002400

www.nl.trumpf.com

TRUMPF Nederland bedankt de firma Revicon uit Woerden voor het gebruik van de TruLaser 3030 fiber(l49) 4kw en Blokland Metaalbewerking uit Hardinxveld-Giessendam voor het gebruik van de TruBend 7036. Deze machines worden binnenkort met zorg bij u geĂŻnstalleerd.


EN VERDER: 6 9

50

MARTIN

UIT DE MARKT COLUMN Laat driehoek eindgebruikermachinebouwer-leverancier floreren Gezamenlijk de verwachtingen van de klant overtreffen DE ESTAFETTE ‘Ellenlange ‘lost order’ analyses zijn niet interessant’ Phenom-World wil omzet microscopen komende vijf jaar verdubbelen

52

INDUSTRIEBELEID ‘De Industrie 4.0 bestaat niet’ Aswerd Gresel over Schaeffler en smart industry

54

MARKETING Fabrikant neemt de regierol over Internet dwingt groothandels en installateurs tot herbezinning op toegevoegde waarde

56

VEILIGHEID Een aanvaller heeft maar één ingang nodig Fox-IT verhoogt beveiliging van klanten door preventie, detectie, respons en intell

57

BRAINPORT INDUSTRIES Next step in waardecreatie Productization: geen sinecure, maar er is veel bij te winnen

58

MENS EN ORGANISATIE ‘Eén op de zeven is als stagiair begonnen’ Ict-studenten werken volop mee aan opmars Matas richting Industrie 4.0

60

STRATEGIE ‘In control blijven om te blijven groeien’ 3D-printerbouwer Ultimaker verovert wereld met gedurfd businessmodel

64 65

KORT

75

AGENDA

COLUMN Zelfsturend ERP op de Tesla-manier De mogelijkheden zijn dankzij de cloud eindeloos

MAZZELTJE

Uit onderzoek van de Universiteit van Amsterdam blijkt dat het Eindhovense ecosysteem te goed is. In de consumentenwereld komt dat ook veel voor. Natuurlijk, privé heb ik nog nooit iets gekocht wat ‘te goed’ was. Of het moet wat elektronica zijn zoals een beeldbuistv en een mobieltje-met-knopjes die iets te lang wachtten met stukgaan en mij zo een schuldgevoel bezorgden bij het aanschaffen van hun sterk verbeterde opvolgers. Maar het barst op de markt van te goede auto’s, huizen, enzovoort. In de industrie noemen ze dit soort van producten en diensten ook wel ‘overgekwalificeerd’. Maar steeds is het niets anders dan een metafoor voor ‘te duur’. Die duiding schuilt achter vrijwel elke ‘te-kwalificatie’. Het themadeel van deze Link Magazine gaat over het managen van complexiteit. Organisaties zijn, door alle businesmodellen, producten, technologieën en overgenomen bedrijven die in de loop der tijd aan de onderneming zijn toegevoegd, te complex geworden. En dus te duur. Een bedrijf als Moba, waarover de coverstory gaat, is een goed voorbeeld van een bedrijf dat te goed is geworden en daardoor te snel groeide om al het werk te kunnen bijbenen. Dat zorgde voor te veel stress en te lange levertijden en dat kost dus te veel geld. Overigens, om de kosten te drukken, produceert Moba heel veel zelf, want dat is goedkoper. Terwijl een andere oem’er die in deze uitgave aan bod komt, Nedap, juist bijna niets zelf maakt, want dat is te duur. Maar dat terzijde. Wat een vertaling we er ook aan geven, we vinden iets al heel gauw te duur. De vraag is nu: hoe komt dat? Waardoor vinden we dat er een onbalans is tussen enerzijds de geboden toegevoegde waarde en anderzijds de koopkracht die het geld vertegenwoordigt dat we ervoor zouden moeten betalen? Wekelijks ga ik twee keer naar het fitnesscenter. De tv’s in de cardioruimte staan altijd op Discovery Channel, dat mij steevast confronteert met een handelaar in boedels uit faillissementen. Als hij wil kopen, vindt hij de prijs altijd te hoog en dingt flink af en blijft ook mopperen over het bedrag dat hij uiteindelijk betaalt. Om de waar – soms al een paar tellen later – in de verkoop te doen voor het dubbele, wat klaarblijkelijk ineens niet meer te duur is. Te duur is dus sterk afhankelijk van het perspectief en van de emotie die daarmee gepaard gaat. Nu proberen ze daar iets op te vinden in het ‘te goede’ Eindhoven, onder het label oem-whitebox (zie de special bij deze uitgave). Een oem-whitebox is een toeleverancier die nooit te duur is. Met zo’n supplier ga je als uitbesteder een puur rationele relatie aan, gebaseerd op volledige openheid over de kostprijsopbouw, van de engineeringsuren besteed aan de systeemarchitectuur tot en met de grondstofprijs van het rvs verwerkt in het plaatmateriaal. Met als eindresultaat dat beide partijen voor honderd procent zeker weten dat van ‘te duur’ geen sprake is, maar dat de te betalen prijs, in alle objectiviteit, de enig juiste is. Een mazzeltje zit er dus niet meer in.

MARTIN VAN ZAALEN Hoofdredacteur Link Magazine

COLOFON Magazine

COLOFON

Link Magazine is een managementblad over eigentijdse vormen van samenwerking tussen bedrijven onderling en tussen bedrijven, (semi-)overheid, universiteiten en hogescholen. Link Magazine verschijnt zesmaal per jaar.

JAARGANG 18, NUMMER 2, APRIL 2016 UITGEVER H&J Uitgevers Mireille van Ginkel Postbus 101, 2900 AC Capelle a/d IJssel (010) 451 55 10 06 51 78 41 97 (010) 451 53 80 (fax) www.linkmagazine.nl

RAAD VAN ADVIES J. Beernink MSc (Golden Egg Check), ing. D.M. van Beers (Festo BV), ing. B. Draaijer (V en M Regeltechniek), F.M. Eisma (Trumpf Nederland), J.A.L.M. van Erp MSc (Holland High Tech), ir. J.F.M.E. Geelen (Océ), ir. R. van Giessel (voormalig ceo Philips CFT), ing. A.L. Goudriaan MBA (Bosal), ing. J.B.P. Hol (Legrand Group), ir. T.J.J. van der Horst (TNO), prof. dr. ir. J.G.H. Joosten (Dutch Polymer Institute), ir. W. Jouwsma (Bronkhorst High-Tech), R.J.C.M. Kok (voormalig president OTB Group), ir. M.W.C.M. van den Oetelaar (Bosch Rexroth), dr. ir. M. Peters (president & ceo Moba Group), dr.ir. D.A. Schipper (Demcon), E. Severijn (Siemens PLM Software Benelux), H.G.H. Smid (Variass Group), ir. W.W.M. Smit MMC (DBSC Consulting), ing. N.J.F. van Soerland MBA (Philips Healthcare), ir. H.H. Tappel (Frencken Europe), prof. dr. L.H.J. Verhoef (TU Eindhoven), W.B.M. van Wanrooij (IBN Productie), ir. S.J. Wittermans (ASML) HOOFDREDACTIE Martin A.M. van Zaalen EINDREDACTIE Pim Campman, Hans van Eerden, redactie@linkmagazine.nl AAN DIT NUMMER WERKTEN MEE Jos Cortenraad, Lucy Holl, Paul Mencke, Ed Nijssen, Kamal Rifai, Wilma Schreiber, Bart Tuijnman COVERFOTO Danny de Jong GRAFISCHE VORMGEVING Primo!Studio, Delft DRUK Ten Brink Offset, Meppel

martin.vanzaalen@linkmagazine.nl @martin.vanzaalen #linkmagazine.nl

ABONNEMENTEN u 63,50 per jaar ABONNEMENTENADMINISTRATIE EN OFFICEMANAGEMENT Mireille van Ginkel mireille.vanginkel@linkmagazine.nl (010) 451 55 10, 06 51 78 41 97 (010) 451 53 80 (fax) ADVERTENTIE-EXPLOITATIE John van Ginkel john.vanginkel@linkmagazine.nl (010) 451 55 10, 06 53 93 75 89 VOLGEND NUMMER Het eerstvolgende nummer van Het eerstvolgende nummer van Link Magazine verschijnt 17 juni 2016. Het thema van dit nummer is ‘Global material innovations’. ISSN 1568 - 1378 Niets uit Link Magazine mag worden overgenomen of gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever. Deze uitgave is met grote zorgvuldigheid samengesteld. Desondanks kan de uitgever geen aansprakelijkheid aanvaarden bij eventuele onjuistheden. Aan de inhoud van deze publicatie kunnen geen rechten worden ontleend.

april 2016

5


UIT DE MARKT DE WOW-FACTOR VAN INDUSTRIE 4.0? Peter van den Eijnden loopt al 35 jaar mee in de elektronica-industrie. Hij snapt dus waar Industrie 4.0 en smart industry vandaan komen, maar mist toch een ‘wow-factor’. Van den Eijnden is directeur van JTAG Technologies (zestig medewerkers, hoofdkantoor in Eindhoven), dat software en hardware voor het testen van elektronica ontwikkelt en wereldwijd levert. In die hoedanigheid heeft ook hij te maken met machines die niet vanzelf met elkaar kunnen ‘praten’. ‘Dat is een kwestie van standaardiseren, afspraken maken over interfaces en protocollen. Maar als klanten hen daartoe niet dwingen, hebben leveranciers van machines er in het algemeen geen belang bij om die goed met elkaar te laten communiceren. Vroeger had je in de elektronica hoogvolumeproductie, waarbij alle machines in de fabriek helemaal op dat ene product waren afgestemd. Nu gaat een bredere mix van producten over ĂŠĂŠn lijn en zijn de machines niet meer zo specifiek op

elkaar afgestemd. Wanneer je sterke individualisering van producten, maatwerk, wenst met tegelijkertijd de productievoordelen van massafabricage, flexibele massaproductie, dan is dat dus wel nodig.’ Natuurlijk is het goed als door standaardisatie die communicatie als vanzelf gaat verlopen, maar is die hype daar nu echt voor nodig, vraagt Van den Eijnden zich af. ‘Automatiseren is prettig, maar wat is het echte doel van Industrie 4.0? Is dat economisch, prima, maar ik geloof niet dat het goedkoper gaat worden. Willen we productie hier in het westen behouden, terwijl we al een tekort aan technisch geschoolde mensen hebben?’ Bovendien, als de hele wereld op z’n eigen manier met Industrie 4.0 aan de slag gaat, helpt ons dat hier in het westen niet voor onze concurrentiepositie. Op zoek naar de uitdaging, een wow-factor zoals 3D-printen die nu kan oproepen, gaat Van den Eijnden te rade bij de jeugd. ‘Volgens mij is de echte trend onder jongeren dat

we met z’n allen een beetje zuinig moeten omgaan met onze planeet. Als dat het ‘hogere’ doel van Industrie 4.0 zou zijn, prachtig, maar ik heb niet het gevoel dat het dat is.’ Ondanks de communicatieproblemen zijn Ă­n de fabrieken de processen redelijk onder controle. Voor Van den Eijnden Peter van den Eijnden, directeur van JTAG Technologies: ligt de uitdaging meer in de ‘Automatiseren is prettig, maar wat is het echte doel van Industrie 4.0?’ Foto: JTAG logistiek voor aanvoer van materiaal en afvoer van producten. ‘Die processen kun je milieu- smart industry moet dat prima te regelen zijn, wil Van den Eijnden technisch nog beter inrichten. Neem maar zeggen. Zoals je dankzij als eenvoudig voorbeeld de modules 3D-printen niet meer het product die we bij JTAG ontwikkelen. Die maar alleen de productie-informatie kunnen we zelf in een systeem de wereld over stuurt, naar een inbouwen, een grote, zware doos die lokale printer. we met het vliegtuig shippen naar ‘Wat is nou het echte doel van onze klanten wereldwijd, maar hoe Industrie 4.0? Is dat die individualisinefficiĂŤnt is dat. Of we versturen tische/economische fabriek, maatalleen die kleine module, model werk met de lage kosten van massacreditcard, en geven informatie waarmee men die (zelf) lokaal in een productie. Of is het iets anders, zoals decentrale productie?’ systeem kan inbouwen.’ Met alle www.jtag.com intelligentie van Industrie 4.0 en

CREATING MACHINES TOGETHER

MTA is een innovatieve, flexibele en hightech System Integrator gespecialiseerd in het ontwikkelen en bouwen van complete mechatronische machines en systemen. Onze afdeling New Business onderscheid zich als ontwikkelpartner op het gebied van mechatronica, kennis van nieuwe productietechnieken en kennis op het gebied van dunne films en substraten. Onze afdeling Regular Business onderscheid zich als realisatiepartner in het produceren, assembleren en functioneel testen van machines en systemen binnen een optimale organisatie van kwaliteit, flexibiliteit, innovatiekracht en kostenbeheersing.

Waterbeemd 8 Ĺ” Industrieterrein 8949 Ĺ” 5705 DN Helmond Ĺ” U +31 (0)492 47 49 92 Ĺ” G +31 (0)492 47 45 10 Ĺ” JOGP!N U B OM Ĺ” www.m-t-a.nl

6

april 2016


OVERKWALIFICATIE TECHNOLOGIEËN NIET GOED VOOR ECOSYSTEEM In het kader van haar masterthesis Bedrijfskunde (Universiteit van Amsterdam) heeft Danielle Brons onderzocht welke de succes- en faalfactoren zijn van (hightech) innovatie-ecosystemen; haar focus lag op bedrijven in de Brainport-regio. Begrip daarvan draagt bij aan het inzicht dat – in de toekomst, maar ook nu al – ecosystemen in plaats van individuele bedrijven met elkaar concurreren. Want alleen zo is aan onder meer de toenemende volatiliteit het hoofd te bieden, aldus Brons. ‘Elke individuele partner zal ervoor moeten zorgen dat het volledige ecosysteem sterk blijft. En flexibel, wat van elk individueel bedrijf een goed aanpassingsvermogen vergt.’ Als faalfactoren noemt zij onder meer ‘overkwalificatie van technologieën’. Daardoor zijn die technologieën slechts voor een beperkt aantal toepassingen bruikbaar. ‘Dat je als bedrijf kunt voldoen aan de hoge eisen van oem’ers als ASML, kan andere klanten aantrekken. Maar

naarmate de complexiteit toeneemt, kunnen die technologieën voor derden overgekwalificeerd raken. Voordat je afspraken maakt en investeringen doet, moet je – samen met de partner – duidelijke langetermijnkeuzes maken.’ Tegelijk kan dit leiden tot te veel bureaucratie tussen uitbesteder en klant. ‘Het goed definiëren en ontwikkelen van businessprocessen kan ook zorgen voor erg trage besluitvorming, waardoor kansen worden gemist.’ Een derde faalfactor is het ‘moeizame verloop van de uitbestedingsprocessen’. ‘Vooral mechatronica-toeleveranciers, die zaken op de rand van het maakbare ontwikkelen, constateren dat de oem’ers moeite hebben met loslaten. Daarnaast wordt efficiënt samenwerken belemmerd doordat de oem’ers continu de verantwoordelijkheid verleggen.’ Als succesfactoren noemt Brons onder meer de aanwezigheid van ‘connectoren’ binnen het ecosysteem, die de samenwerking en allianties

tussen bedrijven kunnen bespoedigen. En als de samenwerking eenmaal loopt, is het openhouden van de communicatielijnen en het op elkaar afstemmen van de processen van groot belang. ‘Daarbij helpt het om toch openheid van zaken te

geven, ook al voelt dat onwennig.’ Voor het onderzoek hield Brons 25 diepte-interviews met mensen die in Brainport sleutelfuncties vervullen binnen oem’ers, overheden, toeleveranciers en onderzoeks- en kennisinstellingen. daniellebrons.com

NIEUW AGRIFOODTECH EVENEMENT Technische innovatie verandert in steeds hoger tempo de wijze waarop voedsel waarde kan genereren voor menselijke en dierlijke gezondheid, de organisatie van voedselproductie en hoe voedsel zijn weg vindt naar consumptie. Nieuwe businessmodellen dienen zich aan. De sector wil meer waarde bieden aan consument en maatschappij – in termen van kwaliteit en beleving, gezondheid en duurzaamheid, groei en voedselzekerheid. Uiteraard gaat het ook om meer waarde voor de bedrijven, denk aan onderscheidend vermogen en

uiteindelijk omzet en winst. Momenteel bedraagt de markt voor agrifood-technologie ongeveer 17 miljard euro, maar deze heeft de potentie om te verdubbelen. Kansen te over dus voor de sector, maar hoe die te grijpen? Deze vraag staat centraal op het nieuwe AgriFoodTech evenement, dat Mikrocentrum als onafhankelijke kennis- en netwerkorganisatie voor de industrie organiseert. De première is op 14 en 15 december 2016 in Den Bosch. www.agrifoodtech.nl

Ridder iQ Projectmanagement; Projectmanagement; een must bij lange en complexe trajecten! Grafisch overzicht van alle lopende projecten, leverdatum projecten, orders orders en activiteiten met leverdatum Milestones-, budget- en materiaalbewaking Compleet geïntegreerd geïntegreerd met de productieproductie- en serviceplanning Drag and drop drop afdeling- en medewerkersplanning Work Work Breakdown Breakdown Structure Structure (WBS) incl. budgettering en Het maken van (tussentijdse) projectcalculaties projectcalculaties

Ridder Data Systems Lorentzstraat Harderwijk 0031 (0) 341 - 41 29 84 Lorentzstraat raat 36-38 3846 AX Harderwijk

www.ridderr.nl/project www.ridder.nl/project

april 2016

7


UIT DE MARKT PROBLEMEN OVERWONNEN, EERSTE MULTITOOLTRAC UITGELEVERD Met enige vertraging wordt deze maand de eerste MultiToolTrac, een multifunctionele hybride-aangedreven landbouwmachine, afgeleverd in Ens. Daar, in de Noordoostpolder, gaan twee biologische akkerbouwers de tractor samen gebruiken. Net na de zomer draagt Multi Tool Trac BV, een joint venture van Machinefabriek Boessenkool uit Almelo (de bouwer) en Van Ham Organisatie & Advies uit Wageningen, het tweede exemplaar over aan een Zeeuwse akkerbouwer. Vertaalt de belangstelling (ook uit het buitenland) zich in concrete orders, dan start Multi Tool Trac met een serie van tien voertuigen. ‘De eerste echte gebruikerservaringen in de onbereden-beddenteelt zullen daar zwaar voor wegen’, weet directeur Eelco Osse van Boessenkool. De totale Europese markt voor dit type duurzame tractor schat hij op 2.000 stuks per jaar. Dat de trekker later op de markt is gekomen, hangt samen met het afhaken van de toeleverancier van de cruciale powertrain, bestaande uit elektromotoren, besturingssoftware

en accusysteem. ‘Gelukkig werd de partij die de software levert overgenomen door Eekels TBI; die heeft nu ook de productie van de powertrain op zich genomen.’ Natuurlijk ging de ontwikkeling van de MultiToolTrac ook niet vanzelf, aldus Osse: ‘De aansturing van het accusysteem was de grootste uitdaging.’ De aandrijving bestaat uit elektromotoren die gevoed worden door de accu, die zijn stroom krijgt van een dieselmotor aangedreven generator. De accu krijgt ook elektriciteit van de wielen bij remmen (of uit het elektriciteitsnet waarop de boerderij is aangesloten, dan wel uit hernieuwbare bronnen). ‘Het terugwinnen van remenergie bleek lastig als er tegelijk ook stroom naar de accu gaat vanuit de generator. Maar we hebben ook dit probleem opgelost’, aldus een verheugde Osse. Voor de ontwikkeling deed Boessenkool met succes een beroep op EFRO-gelden. Voor de eerste productiefase die nu aanbreekt, loopt een aanvraag in Brussel voor subsidie vanuit Horizon 2020, maar Osse

Ontdek of uw organisatie klaar is voor het Internet of Things!

Doe de IoT Readiness Scan en ontvang uw persoonlijk IoT Readiness rapport.

www.metatronics.nl/iot-readiness-scan Metatronics, Torenallee 42-54, 5617 BD Eindhoven Tel 040-7870910, www.metatronics.nl

8

april 2016

Foto: Multi Tool Trac

acht de toekenningskans klein. ‘Ik heb daar met EZ-minister Henk Kamp persoonlijk over kunnen spreken. ‘Nederland kan in deze fase niets betekenen, want dat zou ‘staatssteun’ zijn’, gaf hij aan. Waarom VDL Nedcar voor de (weder)opbouw van zijn fabriek dan wel subsidie heeft ontvangen, is mij niet duidelijk. Blijkbaar maakt het verschil of je bijdraagt aan behoud van werkgelegenheid of aan het creëren ervan.’

De eerste series worden in de machinefabriek in Almelo geproduceerd, maar neemt de vraag toe dan komt er een eigen tractorfabriek. ‘In Nederland, al is Duitsland ook nog altijd een optie’, aldus Osse, die eerder in Link Magazine meldde de subsidie- en leenfaciliteiten in Duitsland aantrekkelijker te vinden dan in ons land. www.multitooltrac.com


COLUMN BART TUIJNMAN LAAT DRIEHOEK EINDGEBRUIKER-MACHINEBOUWER-LEVERANCIER FLOREREN Bart Tuijnman - Directeur SMC Pneumatics

K

rijgt de eindgebruiker van een machine waar voor zijn geld? Veel eindgebruikers denken van wel en veel machinebouwers ook. De output is okay. Maar gaat het alleen daarom?

Een machine of productielijn wordt vaak aangeschaft op basis van de aankoopprijs en de gevraagde productiehandelingen (capital expenditure, capex-traject). Er is meestal te weinig aandacht voor de kosten die tijdens de totale gebruiksduur ontstaan (operational expenditure, opex-periode). Deze kosten kunnen oplopen tot een verhouding van 1:4 (capex vs. opex). Het is daarom de vraag of de eindgebruiker op de hoogte is van andere voor hem minstens zo relevante aspecten. Denk aan mogelijkheden om energie te besparen. Dat kan betekenen dat de eindgebruiker liever een machine met 4 bar werkdruk heeft dan bijvoorbeeld 6 bar. Denk ook aan machineveiligheid, duurzaamheid (het verminderen van CO2uitstoot) en aan onderdelen die waarschuwen voor mogelijke storingen. Kortom, heeft de eindgebruiker wel voldoende zicht op het mogelijke én optimale eindresultaat en staat de machinebouwer hem hierin voldoende bij? Maar ook andersom. Ik zie nog regelmatig dat eindgebruikers wel energy saving audits organiseren, maar niet aan hun machinebouwer vragen om de hiervoor noodzakelijke producten te installeren. Het wringt dus, want we willen dat de

klant de beste kwaliteit krijgt voor zijn investering. Toegegeven, de machinebouwer is niet alwetend, net zo min als de eindgebruiker of de leverancier. Maar in de magische driehoek van eindgebruiker, machinebouwer en leverancier lijkt het mij wel verstandig om de juiste keuzes te maken op basis van ieders expertise in het proces. Wat we vaak zien is dat de eindgebruiker vooral op het merk let, uit gewoonte. De functionaliteit laat hij graag over aan zijn machinebouwer. Die moet zorgen dat de machine zestig doosjes per minuut verwerkt en dat vijf jaar lang volhoudt... Ja, zult u zeggen, de leverancier is erop uit zijn producten te verkopen. Is die wel objectief in dit proces? Iedere betrokkene heeft zijn eigen redenen en belangen bij productkeuzes. Waar ik voor zou willen pleiten, is dat de ‘driehoek’ floreert. Ter meerdere eer en glorie van de klant, de consument, het milieu en machine-operators. Het gaat er uiteindelijk om dat we gezamenlijk de verwachtingen van de klant overtreffen. Een mondige klant die zegt: om redenen van veiligheid wil ik oplossing X, om redenen van voorspellend onderhoud wil ik product Y en – natuurlijk ook – om redenen van prestaties kies ik voor component Z. Daarom, vraag het de eindgebruiker. Zo kan de machinebouwer zich onderscheiden in de markt en de band met zijn klanten sterker maken. www.smcpneumatics.nl

NEDERLANDSE INNOVATIES, INDUSTRIËLEN EN POLITICI IN HANNOVER Behalve de Amerikaanse en Duitse politiek, met Barack Obama en Angela Merkel, zal ook de Nederlandse prominent vertegenwoordigd zijn op de Hannover Messe, van 25 tot en met 29 april. Premier annex EU-voorzitter Mark Rutte en EZ-minister Henk Kamp wonen de opening zondagavond 24 april en de Wissenstag de dag erna bij. Die maandag staat een internationaal congres met de nodige Nederlandse inbreng op het programma. Onder andere van Henk Ovink, special envoy International Water Affairs van Nederland en lid van de Hurricane Sandy Rebuilding Task Force van het US Department of Housing and Urban Development. De taskforce speelde een leidende rol in het verbeteren van de Amerikaanse waterhuishouding. Watertechnologie, waarmee Nederland zich wereldwijd onderscheidt, is een van de

thema’s van dat congres. Andere topics waarover onze bedrijven en kennisinstellingen presentaties verzorgen, zijn ruimtevaarttechnologie en het toepassen van big data in en voor de smart industry (in Duitsland Industrie 4.0), die op de Hannover Messe dit keer met ‘Integrated Industry’ wordt geduid. Verder geeft een gezelschap van zo’n dertig ceo’s van grote partijen als Fokker, IHC, Thales en TNO acte de présence. De Wissenstag in Hal 3 is ook het platform voor de lancering van de STEM-coalitie, een Europese alliantie van onderwijsinstellingen op het gebied van science, technology, engineering & mathematics, naar voorbeeld van de Amerikaanse STEM Education Coalition. Mogelijk is hier onderwijsminister Jet Bussemaker bij aanwezig. Een bijzondere innovatie is een voertuig dat duurzaam en emissievrij

mierenzuur als brandstof gebruikt. Een studententeam (FAST) van de TU Eindhoven dingt daarmee mee naar de Hermes-award. Deze belangrijke industriële prijs reikt de Deutsche Messe in Hannover uit om een nieuw technologisch innovatief product te onderscheiden. Behalve met inzendingen, politici en ceo’s zal industrieel Nederland vertegenwoordigd zijn door zo’n 200 industriële bedrijven, aldus Victor Koppelaar van Hannover Consultancy, de Nederlandse vertegenwoordiging van de Deutsche Messe. Een groot aantal met een eigen stand en daarnaast zijn er collectieve stands, van onder meer de brancheorganisaties Nevat, Mikrocentrum, Metaalunie en Brainport Industries. Het Dutch Industrial Supply Pavillion in Hal 4 is een van de grootste landenstands: op 800 vierkante meter tonen system suppliers, tweedelijns-

toeleveranciers en start-ups hun competenties als innovatieve ontwikkelingspartner. Tientallen Nederlandse technologische starters zullen zich presenteren op het Start-ups & Innovatieplein in Hal 4, met hun disruptive technologie, in de hoop in contact te komen met financiers, klanten of leveranciers. Dit plein is een initiatief van Holland Innovative. Maar niet alleen exposanten, ook veel bezoekers komen uit ons land. Na Duits en Chinees zal Nederlands eind april de derde nationaliteit zijn op de beursvloer. www.hannovermesse.com www.hannoverconsultancy.nl www.teamfast.nl www.dutchindustrialsupply.nl www.hightechxl-plaza.nl www.holland-innovative.nl

april 2016

9


More drive. ACOPOS P3. www.br-automation.com/ACOPOSP3

More speed

More intelligence

More precision

More power


UIT DE MARKT FIELDLAB THE GARDEN EXPERIMENTEERT MET ‘EXTENTED PLM’ Begin april is het fieldlab The Garden officieel van start gegaan. Daarin werken zeventien bedrijven en onderzoeksinstellingen samen aan innovaties die de (cyber)security van de smart industry verhogen. Onderdeel is het project Extended PLM (E-PLM), waarin wordt geëxperimenteerd met het integraal beheer van de complete lifecycle van pro-

ducten en projecten binnen een ecosysteem, over de bedrijfsgrenzen heen via het internet. Dat vertelt Evelien Bras, manager business innovation van Thales, de penvoerder van het fieldlab. Doel van dat project is te komen tot één systeemarchitectuur, zodat de uitwisseling van data en documenten (van tekeningen en technische specificaties tot inkoop-

MACHINEVEILIGHEID MET PILZ’ SAFETYEYE NIET MEER TE MANIPULEREN Struyk Verwo Infra in Vlaardingen produceert betonstraatstenen en grote betonnen vloerplaten. Grotendeels een automatisch proces, met in de afwerkfase nog handmatige handelingen. Na uitharding van de gefabriceerde vloerplaten verwijderen medewerkers handmatig de ‘bramen’ en brengen zo nodig een coating aan op de hoekranden. Tot slot worden maximaal drie platen op elkaar gestapeld, waarbij de tussenliggende stenen handmatig worden geplaatst. Om deze potentieel gevaarlijke omgeving veiliger te maken, werden al verschillende voorzieningen getroffen. Zo werd de productielijn uitgebreid met een geautomatiseerd systeem dat de platen uit het magazijn neemt en naar nabewerking brengt, waar tevens lichtschermen werden aangebracht. Hoofd technische dienst Peter Zijlmans: ‘Hiermee is de veiligheid een stuk verbeterd. Maar omdat na de nabewerking deze zone handmatig

vrijgegeven moet worden, is het theoretisch mogelijk dat zich nog mensen in het gevarengebied bevinden en kunnen er toch nog ongelukken gebeuren.’ Zijlmans riep – op basis van goede ervaringen – de hulp in van Pilz, expert in industriële automatiseringsoplossingen met als kerncompetentie veiligheid. Mede vanwege de sterke voorkeur voor een 3Druimtebewaking die flexibel is af te stemmen op de specifieke situatie, niet te manipuleren is en altijd veilig, kwam men uit op het camerasysteem SafetyEYE. Dat bewaakt in drie dimensies de gevaarlijke zones, die met de SafetyEYE-configurator nauwkeurig zijn te definiëren. Bij inbedrijfstelling maakt het systeem eenmalig een beeld van de situatie zoals deze moet zijn: met machines maar zonder mensen. Vervolgens worden alle beelden die de camera’s ➤ LEES VERDER OP PAGINA 16

orders) niet gehinderd wordt doordat communicatietechnologieën niet op elkaar aangesloten zijn. En ook zal gewerkt worden aan het opstellen van één wijze van informatiedeling, volgens één protocol en één terminologie. Ten slotte moet er duidelijkheid komen over de governance en het besluitvormingsproces: wie waarvoor het best gekwalificeerd is en dus verantwoordelijk wordt. ‘Daartoe zullen we binnen het project met reële casussen gaan experimenteren’, aldus Bras. ‘Denk aan een situatie waarin een toeleverancier de opdracht krijgt een product of proces te re-engineeren – die hij vervolgens, gebruikmakend van PLMsoftware en het internet, in nauwe samenwerking met de andere deelnemers gaat uitvoeren. Zo kunnen we in een afgezonderde omgeving, zonder impact op de bedrijfsprocessen van de deelnemers, niet alleen komen tot een adequate uitwisseling van E-PLM-data, maar ook al werkende weg het onderlinge vertrouwen versterken.’ Essentieel daarvoor

is dat die uitwisseling veilig gebeurd. Daartoe worden in een tweede project, Secure Data Sharing Innovation (SDSI), encryptietools ontwikkeld die dat E-PLM-dataverkeer moeten beveiligen. In het project E-PLM participeren onder meer Thales, Norma, Viro en VMI. In SDSI nemen deel onder meer de Universiteit Twente, Coblue, NDIX en Figo. The Garden is een van de tien landelijke fieldlabs die een substantiële bijdrage moeten leveren aan de toekomst van de Nederlandse maakindustrie, mede mogelijk gemaakt door het EFRO-programma Oost (provincies Overijssel en Gelderland). Het fieldlab wordt gevestigd op het High Tech Systems Park Twente in Hengelo (Ov). Op dit voormalige Thales-terrein zijn, naast Thales, ook bedrijven als Segula, Parthian Technologies en Coblue gevestigd. Daar komen PM Surface en HP Valves bij. Voor de laatste is inmiddels nieuwbouw gestart. www.smartindustry.nl

DENKEN. 14:41

The Multi-Specialist mechanical MRO partner

Supplier

Solution partner

Jointly we add value

Consultant

Business Partner

biesheuveltechniek.nl april 2016

11



UIT DE MARKT KRUISBESTUIVING MET ROBOTS, DRONES, INVESTEERDERS EN MEER Voor het derde jaar op rij combineert Mikrocentrum, op 1 en 2 juni in Koningshof te Veldhoven, de evenementen Vision, Robotics & Mechatronics en Photonics Event. Bij de inmiddels vijftiende editie van Vision, Robotics & Mechatronics draait het om innovaties en oplossingen op het gebied van visionsystemen, robotica, motion control, sensoren en machineautomatisering. Vrijwel alle gerenommeerde roboticaleveranciers zijn vertegenwoordigd op dit dedicated event en dit jaar hebben zich weer enkele nieuwe namen gemeld. Ze geven bezoekers een compleet overzicht van het zich snel ontwikkelende vakgebied. De tiende editie van het Photonics Event staat in het teken van innovatieve industriële en nietindustriële lichttoepassingen. Denk aan het gebruik van lasers, leds en chips in smartphones, computers, telecommunicatie, machinebesturingen, sensoren, fabricagemiddelen, enzovoort. Beide events combineren een expositie met een conferentie, georganiseerd door respectievelijk roboticaplatform RoboNed en fotonicaportal PhotonicsNL. De twee events combineren inhoudelijk goed met elkaar en zijn complementair aan elkaar in de industriële waardeketen, zo bleek bij de voorgaande twee edities, en de kruisverbanden worden alleen maar sterker. Fotonica levert immers de sensoren, camera’s, lasers, enzovoort, voor de vision- en andere

sensorsystemen waarmee robots en andere mechatronische systemen steeds meer worden uitgerust. Nagenoeg alle bezoekers doen beide events aan. Vorig jaar waren er ruim 1.600 unieke bezoekers op de twee beursdagen. Naast kennisoverdracht zet Mikrocentrum sterk in op beleving. Zo tonen de exposanten hun nieuwste innovaties op het gebied van industriële robotica en vision en zijn er diverse demo’s. Een voorbeeld is de collaboratieve robot, die naast mensen kan werken, zonder de noodzaak van hekwerken. Het Photonics Event toont fotonica als een stuk gereedschap dat in allerlei vakgebieden toepassing kan krijgen. Zo brengen lichtpulsen in een glasvezelkabel het internet de huiskamer in (fiberto-the-home), maar kunnen ze ook worden gebruikt voor precisiemetingen van druk of temperatuur (sensing). Een highlight qua beleving gaat de drone area bieden op de tweede beursdag. Drones, ‘vliegende robots’, zijn een perfect voorbeeld van de integratie van mechatronica, vision en fotonica. Mikrocentrum verwacht er nieuwe bezoekers mee te trekken, want drones kennen uiteenlopende toepassingen, van gebouwinspectie tot precisielandbouw. Van geheel ander kaliber is het European Photonics Venture Forum, dat zichzelf komt voorstellen op het Photonics Event. De komst van dit forum is mede te dan-

KUNNEN.

Impressie van Vision, Robotics & Mechatronics 2015. Foto: Jan Pasman/Mikrocentrum

ken aan het vorig jaar opgerichte Photon Delta, platform voor het complete fotonica-ecosysteem dat zich in (Zuid-)Nederland heeft ontwikkeld. Op het forum kunnen

start-ups en gevestigde bedrijven hun fotonica-initiatieven pitchen voor investeerders. www.vision-robotics.nl www.photonics-event.nl

Maak een sprong in het diepe… Samen met ons!

www.wjadvocaten.nl

anders | durven | denken

april 2016

13


VOORUIT KUNNEN DOOR FINANCIERINGSVORMEN TE KOPPELEN Een nieuwe kijk op financieren. Bedrijven willen weer groeien maar het vinden van voldoende krediet is lastig. Daarom financieren wij bijvoorbeeld een nieuw wagenpark door een garantie te koppelen aan een groeien innovatielening. Of een productiehal door krediet en lease te combineren. Zo koppelen we verschillende financieringsvormen om u te helpen uw groei te realiseren. Neem contact op met uw relatiemanager of ga naar abnamro.nl/financieren voor een nieuwe kijk op financieren.


UIT DE MARKT TOON JANSSEN KEERT TERUG MET MICROLASERBEWERKINGEN Met zijn bedrijf CMF Janssen in het Limburgse Heijen was Toon Janssen een grote speler in de Nederlandse plaatwerkindustrie. Tot de crisis in 2009 hard toesloeg. Vervolgens opereerde hij enkele jaren als bedrijfsadviseur voor diezelfde industrie, maar het bloed kroop waar het niet gaan kon. Janssen deed marktonderzoek en zag mogelijkheden voor vernieuwing op het gebied van microlaserbewerkingen. Dat resulteerde in de start van Laser Technology Janssen (LTJ). Dit voorjaar betrekt LTJ in de regio Nijmegen een bedrijfspand en inmiddels zijn de eerste opdrachten binnen. Bij LTJ draait het om het microlasersnijden en -lassen en precisiezetten van delen in 2D, 2,5D en 3D. ‘2,5D staat voor buisjes en kokertjes voor onder meer medische toepassingen, zoals stents’, legt Janssen

uit. ‘En 3D gaat om dubbelgekromde oppervlakken, die bijvoorbeeld eerst worden geperst of gezet en die wij vervolgens kunnen snijden of lassen. Je hebt in Nederland drie of vier bedrijven die samen tachtig procent van de markt voor het microlaserbewerken in handen hebben; we spreken dan over een laserspot kleiner dan 50 micron. Maar zij snijden alleen en zetten nooit.’ Janssen richt zijn bedrijf in naar de geest van smart industry. ‘Het was mij altijd een doorn in het oog hoeveel manuren er in werkvoorbereiding gingen zitten voordat er maar een gaatje was geboord. En dan die eeuwige vraag: wie gaat dat betalen? Dat hebben wij nu geautomatiseerd.’ Softwarepartners hebben LTJ geholpen bij het opzetten van een online portal. Op de ESEF half maart lan-

TOP VERSPANENDE INDUSTRIE GROEIT DRIE KEER SNELLER De top van de verspanende bedrijven in Nederland groeit sinds 2013 drie keer zo snel als de totale markt. De gemiddelde groei van deze koplopers bedraagt 16,4 procent per jaar. Dat blijkt uit de eerste Benchmark Verspanen, die half maart op de ESEF werd gepresenteerd aan Fried Kaanen, voorzitter van Koninklijke Metaalunie. De redactie van vakblad Made-in-Europe had daarvoor samen met Metaalunie en ESEF/Jaarbeurs eind vorig jaar een onderzoek uitgezet onder verspa➤ LEES VERDER OP PAGINA 16

Foto: LTJ

ceerde Janssen de portal, waar klanten zelf hun bestellingen kunnen plaatsen, om te beginnen voor microlasersnijden. De start-up telt nu vier medewerkers, onder wie Janssen en zijn echtgenote. ‘Onze keukentafel is nu de directietafel.’ Toon Janssen ziet kansen in uiteenlopende markten, zoals medisch, luchtvaart, ruimtevaart, semicon,

optica en elektronica, onder meer voor een specialisme in superlegeringen zoals hastelloy en inconel. ‘Daar zijn nog maar weinig bedrijven mee actief. Snijden gaat nog wel, maar voor het vormen van die materialen is extra kennis nodig. Die hebben wij in het verleden al opgedaan.’ www.lasertechnologyjanssen.nl

Benchmark V erspanen er 2016 2016 Verspanen

Toppers T oppers gr groeien oeien 300% sneller dan het gemid gemiddelde delde eldee

DOEN. 14:43

De tijd dat innovatie vooral binnen de muren van het bedrijf plaatsvond is voorbij. Veel innovaties zijn het product van samenwerking tussen meerdere partijen. Samenwerken klinkt echter makkelijker dan het is. Vaak gaat het mis, bijvoorbeeld omdat een helder businessmodel ontbreekt waar álle partijen van SURÀWHUHQ 2I RPGDW SDUWLMHQ KHW QLHW HHQV ZRUGHQ RYHU GH XLW GH samenwerking voortkomende intellectuele eigendomsrechten. Het loont daarom om in een vroegtijdig stadium een jurist te betrekken bij de opzet van strategische samenwerking. Iemand PHW HHQ VFKHUS RRJ YRRU GH EDODQV WXVVHQ KRRIG]DNHQ HQ details. Benieuwd wat The Law Factor voor u kan betekenen?

Kijk op www.thelawIDFWRU QO YRRU PHHU LQIRUPDWLH

april 2016

15


UIT DE MARKT

➤ VERVOLG VAN PAGINA 15

nende bedrijven. Uit de benchmark blijkt onder meer dat de top consequent meer investeert in nieuwe machines en technologie dan de rest van de markt. De snelstgroeiende bedrijven blijken ook meer spindeluren te maken: 58,4 uren in de week (per machine), tegen 44,2 gemiddeld in de sector. Op jaarbasis halen de toppers dus ruim 680 uren meer productiviteit uit elke machine. Een punt waarop de koplopers niet beter scoren dan gemiddeld is scholing. Een derde van alle ondervraagde bedrijven besteedt minder dan acht uur aan scholing en opleiding per jaar per medewerker. Eveneens een derde zit op 8-16 uur en een zesde op 16-24 uur. Slechts vijftien procent steekt meer dan 24 uur

16

april 2016

➤ VERVOLG VAN PAGINA 11

per medewerker in opleiding. Ruim één op de vijf deelnemers aan de benchmark denkt dat 3D-metaalprinten het frezen en draaien geleidelijk gaat vervangen. Twee op de drie ondernemers verwachten dat het een aanvullende technologie blijft. Van deze groep ziet dertig procent wel additive manufacturing een standaardbewerkingstechnologie voor de sector worden. De toppers zijn overigens iets minder optimistisch over 3D-metaalprinten dan de sector als geheel. Fried Kaanen zag in de uitkomsten aanleiding om de sector op te roepen meer aandacht te schenken aan strategievorming en scholing. www.metaalunie.nl

hierna maken, en waarmee een 3Dbeeld wordt samengesteld, vergeleken met dit referentiebeeld. Detecteert de camera mensen in de gevaarlijke zone, dan blokkeert het systeem – middels de redundant uitgevoerde veiligheidsbesturing – vrijgave. Meestal is geen ander veiligheidssysteem meer nodig. Hekwerken, lichtschermen, veiligheidsschakelaars, enzovoort, kunnen worden verwijderd en zijn dus ook niet meer te manipuleren. Verder biedt het systeem een grote mate van bedieningsvrijheid en is de veiligheidszone aan elke gewenste situatie aan te passen. Zijlmans: ‘De medewerkers zijn er goed over te spreken. Voor mij is vooral belangrijk dat ik

weet dat onze mensen altijd veilig kunnen werken. Dit systeem voorkomt niet dat de aandacht af en toe verslapt, maar wel de gevolgen daarvan.’ Volgens Arno Meijer, expert machineveiligheid bij Pilz, biedt SafetyEYE meer mogelijkheden. ‘Ontwikkelingen in software en besturingstechniek gaan de snelheid en rekencapaciteit verder verhogen. Daarmee kun je het systeem op een robotarm plaatsen om de omgeving/mensen vanuit dit bewegende punt te beveiligen.’ www.pilz.nl www.struykverwoinfra.nl


ABI. INNOVATIE IN UITVOERING. De kracht van het idee blijkt uit de realisatie. Als specialist op het gebied van aandrijvingen, motion control en robotics weten we waar we het over hebben. Of het nu om standaard oplossingen of specialistisch maatwerk gaat: alles begint met DENKEN. In een zo vroeg mogelijk stadium. Wat is de werkelijke vraag? Welke oplossing sluit hier perfect op aan? En dat dan tot in de puntjes uitvoeren. Dat is wat we het best KUNNEN, als familiebedrijf met bijna 100 jaar ervaring. De dienstverlening van ABI gaat van advisering tot realisatie. Inclusief naadloos aansluitende begeleiding en professionele trainingen. En altijd vanuit bevlogen vakmanschap. Dat is waar we het voor DOEN.

AANDRIJVINGEN - MOTION CONTROL - ROBOTICS

www.abi.nl


INZICHT EN VISIE IS DE CRUX, MAAR DAAR ONTBREEKT HET VAAK NOG AAN

COMPLEXITEIT NIET GOED MANAGEN KOST GELD – EN KLANTEN

THEMA COMPLEXITEIT MANAGEN Voor succes op het globale speelveld hebben industriële maakbedrijven te dealen met een aldoor toenemende complexiteit. Groei – autonoom en door overnames/fusies – en wildgroei aan producten en services én businessmodellen vergroten de complexiteit. Klanten verlangen personalized producten en services.

Hoe stellen we paal en perk aan onnodige complexiteit? Bij veel bedrijven komt die vraag

Nieuwe – disruptieve en digitale – technologieen dienen zich in sneltreinvaart aan en moeten

regelmatig langs. Maar 93 procent van de industriële maakbedrijven in ons land heeft

een plek in de producten en de processen

nog niet echt een idee van de impact van complexiteit op hun financiële resultaten, stelt

krijgen. Het verkorten van de time-to-market

PA Consulting Group.

van innovaties is een noodzaak – en de supply chain speelt daarin een steeds grotere rol. Het klantorderontkoppelpunt dreigt daardoor

DOOR PIM CAMPMAN

‘C

omplexiteit is niet per definitie iets wat je als organisatie moet zien te vermijden’, stelt Hans Houmes, manufacturing sector lead van de Nederlandse tak van PA Consulting Group. ‘Net zoals er goede en slechte cholesterol bestaat, heb je goede en slechte complexiteit. Bij goed kun je denken aan een differentiërend aanbod in de markt – iets waarin je beter bent dan anderen en je de klant kunt ontzorgen. Negatief wordt het op het moment dat het onbedoelde complexiteit is. Die zit vaak verborgen in je organisatie of processen – en wordt dus niet gemanaged. Bijvoorbeeld als je heel erg op de toer zit van de klant altijd maar ter wille zijn en over het hoofd ziet dat je eigen bedrijfsproces daarmee aan diggelen gaat. Wij noemen dat wel ‘klantgezwicht’ in plaats van klantgericht.’

WILDGROEI Houmes haalt een fabrikant van bakkerijgrondstoffen aan. ‘Die wilde per se aan elke specifieke klantwens voldoen. Waardoor hij op een gegeven moment met zoveel recepturen van doen had, dat hij niet meer de apparatuur had om die allemaal te maken. Voor kosher producten, bijvoorbeeld, moest hij steeds weer een complete productielijn grondig schoonmaken. Met die instelling wordt het vroeg of laat vaak gewoon te complex.’ Vorig jaar zomer bracht PA het rapport ‘Simply Better?’ uit, een kwalitatieve marktverkenning die (de oorzaken van en remedies voor) toenemende complexiteit in de Nederlandse maakindustrie blootlegde. Een van de conclusies: zestig procent van de bedrijven beschouwt sales en marketing als de grootste veroorzakers van complexiteit. ‘Die disciplines willen de klant maximaal ter wille zijn, echt iets moois aanbieden. En engineering, als volgende stap, vindt het ook leuk om steeds weer nieuwe en de best mogelijke oplossingen te bedenken. Maar vervolgens zit productie wel met het probleem om al die klantspecifieke producten te maken. Hoe doe je dat efficiënt en in de snelheid die tegenwoordig is vereist?’

18

april 2016

Die vrijheid-blijheid leidt ook elders dan in productie gauw tot inefficiënties, vertelt de PAconsultant. ‘Vaak zie je, zeker bij bedrijven die engineering-to-order werken, dat besluiten over het toepassen van onderdelen voor iedere order steeds opnieuw worden genomen. Een standaardcatalogus ontbreekt, of is beperkt, waardoor steeds weer andere materialen en componenten worden uitgezocht. Die je moet inkopen, op voorraad leggen, een artikelnummer geven en in het IT-systeem invoeren. Dat zie je als je in een warehouse een simpele analyse doet van bijvoorbeeld de omloopsnelheden. Zijn die voor veel stock laag, dan is dat vaak een symptoom waaraan je ziet: ‘hé, wacht; hier zit aan de voorkant (bij sales en engineering, red.) iets niet goed’. Dat is een van de dingen die je absoluut onder controle moet houden, anders krijg je wildgroei.’ Configure-to-order kan dat voorkomen, zegt Houmes. Waarin Patrick Geerts, algemeen directeur van de Helmondse hightech system supplier MTA, hem bijvalt: ‘Het smeermiddel cto stelt ons in staat om aan de voorkant customized systemen aan onze klanten (machinebouwers/oem’ers, red.) te verkopen, terwijl we het aan de achterkant zo geregeld hebben dat we de voordelen van seriematig produceren en een korte leadtime behouden.’ Zo houdt MTA verstoringen in de processen binnen de perken en voorkomt het dat kosten en doorlooptijden torenhoog oplopen.

IN CONTROL ZIJN ‘Als je ontdekt dat het allemaal te complex is – of beter: dreigt te worden –, dan is het verstandig om keuzes te maken, je prioriteiten te verleggen’, aldus Hans Houmes. Waarbij de grootte van het bedrijf niet uitmaakt: kleinere bedrijven worstelen doorgaans meer met complexiteit dan grotere, komt uit de PA-studie. Enkele voorbeelden: offshore- en baggergigant Royal IHC startte in 2013 het ‘One IHC’-programma. Doel: de zowat 35 businessunits, door de jaren heen vooral door overnames verzameld, op één lijn brengen – qua werkwijze (lean), functies/verantwoordelijkheden (dubbelingen schrappen), it (één ERP- en PLM-

steeds verder stroomopwaarts in de productieketen terecht te komen. Hoe krijg je niet alleen de focus op de klant, maar zorg je tegelijk voor een effectieve en efficiënte organisatie?

• ‘Net zoals er goede en slechte cholesterol bestaat, heb je goede en slechte complexiteit.’ • Heb je complexiteit ‘in de tang’, dan is daar veel mee te winnen – en omgekeerd. • Met focus op operationele excellentie het best toegerust om complexiteit te herkennen en verminderen.

systeem) en dergelijke. ‘Maximaal in control zijn, dat eisen klanten van ons’, vertelde cfo Dave Van der Heyde destijds in dit magazine. Een keiharde noodzaak om in uiterst competitieve markten kwalitatief voorop te lopen en nog wat geld te verdienen. ‘In 2018 hebben we onze doelstellingen bereikt’, zegt een woordvoerder. Het Finse Wärtsilä, marktleider in aandrijfsystemen voor de maritieme en energiesector (met een grote vestiging in Drunen), begon in 2014 zijn wereldwijde ‘One Company’-programma uit te rollen – om kosten te besparen én de complexiteit te tackelen. Dat die er gaandeweg is ingeslopen, is met dik tweehonderd locaties in bijna zeventig landen, meer dan 18.000 medewerkers en vijf miljard omzet alleszins verklaarbaar. Qua opruimen van slechte complexiteit scoort Wärtsilä goed, blijkt uit de marktverkenning van PA.

STERKE FOCUS Eén recept voor het tackelen van ongewenste complexiteit is er niet. Neem Philips, dat die thematiek op verschillende manier aanvliegt. Ener-


zijds werd het aantal divisies van ooit een tiental gaandeweg afgebouwd tot nu nog twee – en straks, als de sector verlichting is verkocht of naar de beurs gebracht, tot alleen nog Healthcare. Wat anderzijds kansen biedt op een beduidend sterkere focus op verbreding en verdieping in die markt. Dat zie je al gebeuren: Philips, voorheen toch vooral ontwikkelaar en bouwer van grote diagnostische beeldvormende systemen, richt zich meer en meer op het hele zorgspectrum: van preventie, via diagnostiek en behandeling tot en met (na)zorg, ook voor het door de vergrijzing sterk groeiende aantal chronisch zieken. Niet terugdeinzend om ‘nieuwe’ complexiteit binnen te halen; Philips steekt veel effort in big data analytics. Niet alleen om het functioneren van de apparaten in ziekenhuizen (op afstand) te volgen en eventuele problemen vroegtijdig te pareren, maar ook om ziektebeelden in een pril stadium te herkennen. Waarmee ze allengs meer in de rol komen van adviseur (service provider) van hun klanten. Een nieuw businessmodel, en niet het enige: Philips sluit – net als overigens concurrent Siemens – met meer en meer ziekenhuizen langjarige contracten af, van tien, soms vijftien jaar. Waarin het belooft de medische systemen up-to-date te houden, zelfs als dat inhoudt dat apparaten van concurrenten moeten worden aangeschaft. En door de overname van het Californische Volcano, ontwikkelaar en leverancier van slimme katheters, verdient Philips nu ook geld per cardiologische procedure – ‘pay per use’ als nieuw businessmiddel.

ERP ALS HULPMIDDEL Als leverancier van bevestigingsmaterialen en gereedschappen (circa 70.000 artikelnummers) heeft ook Jeveka in Almere te dealen met complexiteit. Het ERP-systeem speelt daar een belangrijke rol in, zegt directeur Stephanie Velt-

Illustratie: Josje van Koppen

kamp. ‘Daar draait alles op, van inkoop via voorraadhouding tot en met verkoop/klantcontacten; dat maakt alle informatie goed toegankelijk en inzichtelijk. Dat doen we al heel lang; van ons IBM-based ERP-systeem werd de eerste versie in 1980 geïnstalleerd en het is sindsdien regelmatig geüpdatet en geüpgraded. Wekelijks zijn twee mensen in de weer om aanpassingen en optimalisaties te doen.’ De voorraadhouding (first in, first out; backorders, et cetera) wordt dagelijks up-todate gehouden. ‘Daardoor is het te managen; zou je dat minder vaak doen dan loop je een keer vast.’ Veltkamp benadrukt overigens het belang van productkennis bij de medewerkers. ‘Je kan alles proberen te vangen in een ERP-systeem, maar wij zien het toch vooral als een uitgebreid hulp- en stuurmiddel dat de beoordeling door onze medewerkers zoveel mogelijk moet ondersteunen.’

VISIE EN CONTROLE Om maar te zeggen: heb je complexiteit ‘in de tang’, dan is daar veel mee te winnen. Heb je dat niet, maar is die complexiteit er wel, dan heb je veel te verliezen – veel geld en uiteindelijk ook klanten. ‘Complexiteit alleen te lijf gaan door afsplitsen en verder blijven doen wat je doet; dat gaat ’m niet worden. Je moet het doen, omdat je een heel andere positie in de markt wilt innemen’, zegt Hans Houmes. Welke? ‘Dat kan van alles zijn. Waar het om gaat, is visie/richting en controle.’ Anders dan Philips kiest Bosch voor een gediversifieerde opzet, in heel veel sectoren. De Duitse gigant dekt in z’n eentje een groot deel van de supply chain af: als componentenleverancier (onder meer sensoren), als first tier supplier (van modules) en als oem’er van eindproducten, onder het eigen Bosch-merk en – onder meer voor huishoudelijke apparaten – ook dat van

april 2016

19


THEMA COMPLEXITEIT MANAGEN Siemens. Waarbij Bosch in zijn nieuwe r&d-centrum in de buurt van Stuttgart wel heel vernieuwende methodes hanteert om kruisbestuiving tussen zijn sectoren tandjes hoger te schakelen en creativiteitsmorende bureaucratie uit te bannen. Zo staat het researchers vrij tien procent van hun werktijd te besteden aan het uitwerken van eigen ideeën, zelfs van een eigen bedrijf. Vanuit de visie dat dit uiteindelijk ook Bosch verder helpt. Complex, maar doordacht – dus goed te managen.

BLOEMETJES LATEN BLOEIEN Complexiteit kan niet op afdelingsniveau worden weggepoetst: roei het op de ene afdeling uit en de andere wordt opgezadeld met extra complexiteit. Kiezen tussen operational excellence, customer intimacy en product leadership is ook geen optie meer, wijst de PA-survey uit. Hans Houmes: ‘In het klassieke competitieprofiel excelleer je in één van de drie, maar dat groeit naar elkaar toe; vandaag moet je in alle drie goed zijn. Verder zien we dat bedrijven met van oudsher de focus op operationele excellentie het best zijn toegerust om complexiteit te herkennen en verminderen. Naar hun processen kijken en die lean maken, op zoek gaan naar waar de waste zit, kortom steeds weer slagen maken om te optimaliseren; dat zit in hun managementstijl. De kunst is nu die stijl te combineren met customer intimacy en product leadership. Door bijvoorbeeld ook af en toe ruimte

te bieden om, zo gezegd, de bloemetjes te laten bloeien. Stuur je uitsluitend op kosten dan is het, gezien hoe snel de markt en de technologie verandert, maar zeer de vraag of je over vijf of tien jaar nog bestaat. Het gaat erom dat je je flexibel en agile aanpast aan veranderende marktomstandigheden. ’

IT IN DE LEAD It kan helpen die complexiteit te reduceren, al gebeurt soms ook het tegenovergestelde. Uit het PA-onderzoek blijkt dat slechts twintig procent van de maakbedrijven in ons land een strategie hanteert waarin business en it de complexiteit gezamenlijk te lijf te gaan. Hans Houmes: ‘Veel bedrijven voeren ERP-systemen in om processen te standaardiseren en data te integreren. Met it in de lead; dat wordt er ook van verwacht. Maar dat is niet op alle plekken nodig. Want zo kan het gebeuren dat je complexiteit introduceert op plekken waar je dat juist liever niet zou hebben. Standaardiseer je it in processen waar je er alleen maar last van hebt, dan is dat contraproductief en gaan mensen zich toch anders gedragen. Dat leidt alleen maar tot een hoop kosten, ergernis en disengagement; daar schiet je niks mee op.’ Toch, voortschrijdende technologie, automatisering en software gaan ervoor zorgen dat de groeiende complexiteit in de greep gehouden kan worden. En, een onmiskenbare trend: fysieke produc-

ten gaan, mede als gevolg van het opkomende circulaire gedachtegoed, stilaan plaats maken voor services. Zoals Philips’ lichtdivisie claimt vandaag niet louter lampen, maar vooral licht te verkopen. En dat ook moet, want ledlampen gaan twintig keer langer mee dan gloeilampen. Dan helpt het als je klanten, zoals steden, kunt aanbieden dat jij ervoor zorgt dat de straatlantaarns het niet alleen altijd doen, maar ook de veiligheid verhogen en dat de kostenefficiëntie toeneemt. Nieuwe en complexe businessmodellen die, mits goed aangevlogen, geld in het laatje brengen.

POWER BY THE HOUR ‘Servitization is een van dé grote trends in de komende jaren’, claimt Hans Houmes. ‘Dankzij steeds slimmere sensoren, Internet of Things en big data analytics gaan we enorme stappen zien in fenomenen als machine-to-machine communicatie, het op afstand monitoren van processen en, nog een stap verder, het voorspellen van fouten die eraan zitten te komen om ze te kunnen voorkomen (predictive maintenance, red.). Dan gaan nieuwe businessmodellen ontstaan; blijft bijvoorbeeld de machine eigendom van de producent en rekent de gebruiker af op basis van het gebruik. Rolls-Royce doet dat al jaren met zijn concept ‘Power by the hour’. In het verleden was een servicegerichte organisatie duur, om de simpele reden dat er veel mensen bij kwamen kijken.

KLANTSPECIFIEKE KL ANT SPECI FI E KE ELEKTRONICABEHUIZINGEN E LE E K TR ON IC AB E H U IZI NGE N From the first drawing…

Elektronicabehuizingen

zijn

onderworpen

aan

strenge eisen ten aanzien van design, functionaliteit, koeling en EMC-bescherming. Cortexon ontwikkelt en produceert, op basis van een schat aan kennis en ervaring, de beste oplossing affg gestemd op de behoeffte te van de klant. Of het nu gaat om een compleet nieuw ontwerp of om een redesign van een bestaand ysteem s .

Naast

het

ontwikkelen

en

produceren

van

innovatieve, klantspecifieke elektronica-behuizingen

… until the final implementation!

biedt Cortexon als toegevoegde waarde: Assemblage van elektronica-componenten Testen vvolgens klantspecificatie Levering volgens sur ‘ face cleanliness grade 4’ Supply chain chain manag man ement Supply Lif fecy ecycle-beheer van ingebouwde electronica

w www.cortexon.com ww.cortexon.com

20

april 2016

A

M I N K E L S CO M PA N Y


Maar naarmate it en digitale technologie de taken overnemen die voorheen door mensen werden verricht, kun je de kosten veel beter in de hand houden. Daarin zie je enorme ontwikkelingen.’ Die het niet per definitie minder complex maken, maar met een goede visie en strategie wel goed te managen zijn.

www.paconsulting.com www.m-t-a.nl www.philips.com www.royalihc.com www.wartsila.com www.jeveka.com

PROCESS MINING: TOOL OM IN CONTROL TE ZIJN EN TE GROEIEN Organisaties hanteren verschillende methoden om ‘in control’ te zijn. ‘Process mining’ is een nieuwe, nog relatief onbekende. Spin-off van de TU Eindhoven (TU/e) Fluxicon legt zich daarop toe. Met hun oplossingen kunnen organisaties, op basis van de event logs die al in hun itsysteem zitten, automatisch intuïtieve procesdiagrammen creëren. Een ‘röntgenbeeld van je proces’, dat je in staat stelt om je kwaliteit te verbeteren, kosten te reduceren en in control te zijn. Wil van der Aalst, TU/e-hoogleraar informatiesystemen en wetenschappelijk directeur van het Data Science Center Eindhoven (DSC/e), is de uitvinder van process mining. ‘Data science is het vak van de toekomst, want organisaties die het niet lukt om (big) data op een slimme manier te gebruiken, overleven niet’, lezen we op zijn website. Gevraagd om een toelichting, zegt hij: ‘De klassieke insteek bij data science is te kijken naar de analyse van data, TU/e-hoogleraar Wil van der Aalst: ‘Data science is het vak van de toekomst, want organisaties die het niet lukt om (big) data op een slimme manier te gebruiken, overleven niet.’ zonder oog voor de processen Foto: TU/e waarin die data een rol spelen. Vijftien jaar geleden ben ik begonnen die proceskant bij analyses te betrekken. De ProM-software is al meer dan 130.000 keer geBij deze process mining praat je over een heel arsenaal download, wordt op grote schaal over de hele wereld aan technieken om data van events – ontstaan door gebruikt. Tegelijkertijd zijn er allerlei commerciële partijhandelingen van machines, maar ook mensen – om te en die het gebruik laagdrempeliger maken. Zoals zetten in modellen, zodanig dat je zaken kunt voorspelCelonis Process Mining in München, in 2011 opgericht len, begrijpt waarom dingen stuk gaan, ziet waar straks door enkele studenten aldaar. Die hadden mijn artikelen knelpunten gaan ontstaan, enzovoort. Die events laden gelezen en zijn op basis daarvan begonnen. Vandaag is we uit systemen: de database van een ziekenhuis, de dat het snelst groeiende it-bedrijf in Duitsland (volgens logs in een bagageafhandelingssysteem van VanderlanDeloitte, red.)’, weet Van der Aalst. ‘We staan pas aan de en noem maar op.’ het begin van iets wat nog moet gaan groeien en bloeiMet ‘we’ duidt Van der Aalst op de 35 medewerkers die en. De markt is potentieel enorm. Laat ik het zo zeggen: in zijn TU/e-leerstoel aan process mining werken. En op in de universitaire wereld heb ik nooit eerder een onderFluxicon, opgericht door oud-studenten van hem, ‘een werp gezien dat in zo korte tijd zoveel directe impact op van de ten minste vijftien bedrijven die daar vandaag, de praktijk heeft gekregen. Dingen die we nu bedenken, zeg maar, van leven.’ De tool Disco van Fluxicon maakt zitten over twee jaar in commerciële tools; de lijnen zijn het mogelijk snel complexe processen te doorgronden. heel kort. Dat is heel bijzonder.’ Een andere oud-student heeft een process mining tool wwwis.win.tue.nl/~wvdaalst voor de softwaredivisie van Lexmark gebouwd. ‘Zelf www.fluxicon.com bouwen we aan onze eigen open source tool ProM.

Sensors. Systems. Network technology. www.ballufff.nl


THEMA COMPLEXITEIT MANAGEN

HIGHTECH MARKTLEIDER MOBA STROOMLIJNT ORGANISATIE EN PROCESSEN EN OPENT DE DEUREN

EEN RECORDOMZET, ZONDER STRESS Moba groeit, al jaren achtereen. Van 50 miljoen euro omzet in 2005 naar 150 miljoen vorig jaar. ‘Dwars door de crisis heen’, zegt ceo Michiel Peters, die in 2014 Vanderlande verliet en in Barneveld het roer overnam. Om die groei bij te benen, heeft Moba onder zijn leiding veel tijd en energie gestoken in het efficiënter en effectiever maken van de processen en de organisatie. Van sales via klantorderengineering en productie naar

• Brug slaan tussen afdelingsculturen was essentieel. • Lean-traject drong verspilling van tijd, middelen en mensen terug. • Configure-to-order wordt ook beoogd voor software.

onderhoud en service.

DOOR MARTIN VAN ZAALEN

H

et bijna zeventig jaar oude Moba heeft een aandeel van zeventig procent in de wereldmarkt van eiersorteermachines (controle op onder meer breuk, kleur en gewicht). Met tevens een sterke positie in apparatuur om eieren te verpakken en verwerken. Over 2015 heeft het bedrijf een recordomzet in de boeken kunnen zetten, maar zonder de stress waarvan in eerdere jaren nogal eens sprake was. Dat heeft alles te maken met de vereenvoudiging en stroomlijning van de organisatie en processen.

GLADDER Om alles ‘gladder te laten verlopen’ zijn allereerst de schotten tussen de diverse afdelingen weggehaald, vertelt Michiel Peters. ‘En we hebben verkoop versterkt met salesengineers. Langs die weg hebben we bij engineering het inzicht vergroot in de technische consequenties die het aanbieden van een bepaalde configuratie heeft. Zo voorkomen we onnodige complexiteit in een zo vroeg mogelijk stadium en verkopen we geen machines

die we eigenlijk liever niet verkopen. Essentieel was het bij elkaar brengen van de verschillende afdelingsculturen.’ Die brug tussen culturen wordt ook geslagen in het managementteam. ‘Met de leiding van alle afdelingen bespreken we de meest complexe projecten, zodat we de goede keuzes maken en iedereen toegewijd is om volgens plan op te leveren.’ Daarnaast heeft de communicatie tussen de diverse afdelingen veel baat gehad bij het leantraject waarmee een start is gemaakt. De afgelopen anderhalf jaar is gewerkt aan ruim vijftien kleinschalige verbeteracties, binnen en tussen afdelingen. Doordat de informatie-output van bijvoorbeeld verkoop binnendienst naar engineering veel meer gestandaardiseerd is, ontbreekt er geen informatie meer en is alles in dezelfde terminologie gesteld. En elke dag krijgt in een stand-up-meeting iedereen van verkoop, engineering en productie een update van nieuwe aanvragen en orders. Peters: ‘Zo komen we dagelijks tot één actuele masterplanning voor engineering, inkoop, fabriek en installatie. Afdelingen verrassen elkaar niet meer, op ieder moment is er totale

helderheid. Een grote stap die veel onderling begrip en teamwork oplevert.’

WACHTSTAND Die toegenomen transparantie, waarbij informatie en mensen van de verschillende afdelingen samen komen, heeft er tevens voor gezorgd dat medewerkers meer dan voorheen bijdragen en meer plezier hebben in hun werk. Medewerkers die soms al jaren ‘in de wachtstand’ stonden, worden geïnspireerd door alle nieuwe mogelijkheden die op hen afkomen. ‘Zeker de oudere werknemers. Iemand die hier veertig jaar in dienst is, zei laatst: ‘Nu het echt leuk wordt, zit ik tegen mijn pensioen aan’.’ Het lean-traject heeft de nodige verspilling van tijd, middelen en mensen teruggedrongen. Dat is onder meer zichtbaar in de orderflow. ‘Voorheen ging een order van sales direct naar productie. Dat kon ook, omdat er nog niet veel klantspecifieke engineering nodig was. Maar in de loop der jaren werd engineering steeds belangrijker, met als gevolg dat orders van sales naar productie gingen en vervolgens nog eens heen en weer naar

OPEN COMMUNICATIE B&R is al lang een toeleverancier van Moba. In zijn casepacker-verpakkingsmachines past Moba sinds tien jaar plc’s en power panels van B&R toe. En de applicatiesoftware voor de Contiflow, de koppeling tussen sorteermachine en verpakkingsstations, is samen met B&R ontwikkeld. ‘Door de openheid van ons systeem is de visualiseringsapplicatiesoftware die Moba zelf ontwikkelt eenvoudig te implementeren op elke volgende generatie’, verklaart B&R-directeur Piet Tak. Circa tweeënhalf jaar geleden ging de Barneveldse machinebouwer op zoek naar een technologiepartner bij wie de oem’er alle toekomstige ontwikkelingen op besturings- en aandrijfgebied kon onderbrengen. Onder meer de mogelijkheden van B&R werden onder de loep genomen. Tak: ‘In november 2013 werden we uitgeno-

22

april 2016

digd om meer in detail naar een nieuw machineconcept te kijken. Moba zocht daarvoor een industrieel netwerk – bussysteem – dat binnen gedefinieerde, korte tijden grote hoeveelheden digitale uitgangs- en track & trace-informatie naar andere intelligente stations kan communiceren. In plaats van eigen, dedicated hardware- en softwareoplossingen wilde Moba meer off-the-shelf-componenten (lees: state-of-the-art producten die op de markt beschikbaar zijn, red.). Begin 2014 begon Moba met het uitgebreid testen van openPOWERLINK, een protocol dat zijn Linux-besturingssysteem verbindt met de besturingssystemen van B&R. Uiteindelijk bleek dat de meest geschikte oplossing.’ Moba werkte het besturingsconcept verder uit, om het daarna samen met B&R uit te diepen en in te vullen ‘met

een complete B&R-oplossing’. ‘Gaandeweg bleek dat B&R-producten op meer delen van het Moba-portfolio kunnen worden ingezet dan aanvankelijk gedacht. Zo werd de conventionele oplossing voor machineveiligheid vervangen door openSAFETY’, vertelt Piet Tak. Moba-ceo Michiel Peters: ‘In dit proces bewees B&R niet alleen fabrikant van een complete range industriële automatiseringsproducten voor hoogwaardige machinebouw te zijn, maar ook een uitstekende partner in complexe automatiseringstrajecten. B&R ondersteunt daarmee onze ambitie.’

www.br-automation.com


De communicatie tussen de diverse afdelingen heeft veel baat gehad bij het lean-traject waarmee een start is gemaakt, aldus ceo Michiel Peters: ‘Afdelingen verrassen elkaar niet meer, op ieder moment is er totale helderheid.’ Foto: Danny de Jong

engineering. Nu gaat elke order waar klantspecifiek werk in zit, steevast van sales naar engineering en pas daarna naar productie.’

MODULARISEREN Dat toenemende belang van engineering komt ook tot uiting in de keuze om de configure-toorder werkwijze verder te perfectioneren. ‘De Omnia (Moba’s paradepaardje, dat tot 255.000 eieren per uur kan controleren en sorteren, red.) kunnen we nu dankzij een goede modulariteit binnen zes tot acht weken na orderinname opleveren. Een goede uitgangspositie. Maar voor de

tend met lopende projecten, bepaalde modules gaan definiëren en ontwikkelen.’ Deze configure-to-order werkwijze wordt ook beoogd voor software. Michiel Peters: ‘We willen de robotbesturing gebruikersvriendelijker en meer modulair opzetten, en dat onze toeleveranciers hier stappen in zetten. Hierover zijn we in gesprek met bijvoorbeeld B&R, onze huisleverancier van besturingshardware, en Yaskawa, dat de robotarmen voor onze verpakkingsmachines levert. Onze software-engineers zijn nu nog te veel tijd kwijt aan technische detailprogrammering.’

‘Zo verkopen we geen machines die we eigenlijk liever niet verkopen’

gieterij, met mallen uit onze matrijzenmakerij. Dan is het een enorm voordeel – in termen van kwaliteit, doorlooptijd en kosten – als je die capaciteit en de productiekennis zelf in huis hebt. De bezettingsgraad is overal hoog; de productiecapaciteit wordt voortdurend volledig benut. Maar natuurlijk besteden we ook uit. Standaard subassemblies laten we maken door een flexibele productieschil van sociale werkplaatsen in deze regio. En randapparatuur, zoals labelprinters en wasmachines, kopen we in. Verder zoeken we de samenwerking met derden voor het benutten van big data. Onze installed base ‘ziet’ één miljard eieren per dag. Nu al genereren we heel veel data over elk afzonderlijk ei: of er een breuk in zit, hoe lang en diep die is en waar die zit, et cetera. Maar we kunnen er bijvoorbeeld ook conclusies uit trekken over de gezondheid van de kippen, en daarmee de pluimveehouder van advies dienen. Big data bevat veel potentiële klantwaarde. ’

ZICHTBAARDER logistieke apparatuur erachter – zoals conveyors, casepackers, dozenafvoer en palletisering – werkten we nog engineer-to-order. Dat resulteerde in een constante, grote werkdruk op onze engineers, een lange levertijd en problemen in productie en installatie. Door te modulariseren hebben we het aantal engineeringsuren voor deze oplossingen met vijftig tot tachtig procent kunnen terugbrengen. Mooi is dat het initiatief daartoe van de werkvloer kwam, van twee groepsleiders. Die hebben zich extern goed georiënteerd op de technische mogelijkheden en zijn vervolgens, meelif-

VEEL ZELF Voor de logistieke oplossingen opereert Moba als systeemintegrator, met een belangrijke rol voor toeleveranciers. Die grote(re) rol is geen voorbode van meer en/of op een hoger niveau uitbesteden voor de sorteermachines. ‘Onze usp’s zitten in de sorteertechnologie, waarvoor onze kennis van rvs, kunststof en detectietechnologie essentieel is, de volledige systeemintegratie van de machines en ons wereldwijde servicenetwerk. We doen veel rvs-plaat- en -buiswerk zelf en produceren onze kunststofonderdelen in eigen spuit-

Moba is onderweg de organisatie te stroomlijnen, zijn processen efficiënter en effectiever te maken en te innoveren – om te kunnen blijven groeien. Peters: ‘Daar zijn ook mensen voor nodig, vooral software-engineers. Dit bedrijf is nogal bescheiden en gesloten, maar dat helpt ons niet op de arbeidsmarkt. Degenen die ons kennen, weten dat we een prima werkgever zijn. Maar onze bekendheid op de Nederlandse arbeidsmarkt is nog niet zo groot. Daarom gaan we onze zichtbaarheid als hightech wereldmarktleider vergroten.’ www.moba.net

april 2016

23


THEMA COMPLEXITEIT MANAGEN

SNELGROEIEND AME WIL DE COMPLETE ENGINEERING

BEHEERSING IN DE GENEN Het gezegde ‘Een goed begin is het halve werk ‘gaat ook op voor het Eindhovense AME (Applied Micro Electronics). De ontwikkelaar en producent van elektronische modulen en producten groeit al sinds de start in 1996 met gemiddeld twintig procent per jaar. AME kan dat volhouden doordat het goed de toenemende organisatorische complexiteit kan managen die met groei nu eenmaal gepaard gaat. Een beheerkwaliteit, aldus directeur en oprichter Marc van Sloun, die in de diepste roots zit. DOOR MARTIN VAN ZAALEN

‘W

ij zijn vanuit kennis- en productontwikkeling begonnen en hebben daar direct produceren aan toegevoegd. Juist voor productie moet je complexiteit kunnen organiseren, om alle proces- en logistieke stromen goed in te richten.’ Waarmee Marcel van Sloun niet zegt dat de organisatorische beheersing primair uitgaat van de operationele afdeling. De voedingsbodem ervoor wordt immers gelegd bij ontwikkeling, binnen AME de afdeling RD&D (Research, Design en Development). ‘Als je een product ontwikkelt, moet je onder meer direct een keuze maken voor goed verkrijgbare en liefst ook herbruikbare grondstoffen en componenten. Om later niet voor logistieke problemen te komen staan. Ook ‘De kwaliteit borgen, daar gaat het om. Dus testen we het product, tijdens de ontwikkeling én de productie, en ook de productieprocessen die daarvoor nodig zijn, dan al moet je zorgen voor een inclusief de testen zelf’, aldus Marc van Sloun, directeur en oprichter van AME. Foto: Com-magz goede reproduceerbaarheid. Een product maken dat aan de specificaties van de klant voldoet, is niet volmogelijk uitval is. Juist door onze ervaring met in, om de kwaliteit optimaal te kunnen beheersen doende; je moet tegelijk een proces ontwikkelen het opzetten, inrichten en uitvoeren van procesen die complexiteit zo goed mogelijk te managen.’ waarmee dat product duizenden keren op exact sen weten we exact hoe een product goed gedezelfde wijze te reproduceren is. Dusdanig dat automatiseerd geproduceerd kan worden.’ DOSSIERVORMING er een kwalitatief goed product ontstaat tegen In het beheersen van de toenemende organisatoCruciaal in de beheersing van het hele ontwikkelcondities die concurrerend zijn op de wereldrische complexiteit speelt de industrialisatie van en productieproces is de complete, altijd actuele markt.’ een product ook een belangrijke rol. RD&D dossiervorming in PLM. ‘Onze logistieke procesbereidt dat voor. ‘Voordat je gaat produceren, sen zijn volledig geautomatiseerd. Supply chain moeten alle sourcing- en eigen productieprocesmanagement kan zich concentreren op de strateIN EIGEN HUIS sen voor elkaar zijn.’ Die set van activiteiten is bij gische afspraken in plaats van op incidenten. Wij Voeling houden met de eindmarkt is niet een priAME geen statisch geheel. De productievloer zijn via EDI online verbonden met al onze levemaire taak van AME, aldus Van Sloun. ‘Dat is de staat vol met volledig geautomatiseerde, hoogranciers. Als een component binnen een bepaalde competentie van onze eindklant. Maar, gedreven waardige processen (voor elektronicaproductie, tijd obsoleet wordt, zit die informatie in het om kwaliteit te leveren, zien wij het wel als onze lijmen, spuitgieten, frezen, ultrasoonlassen) die PLM-systeem en wordt het in geen enkel nieuw taak de kosten van een product zo laag mogelijk voorheen bij leveranciers plaatsvonden. ‘Alle actiengineering- of productieproces meer opgenote houden. Door processen zo robuust en eenviteiten die kwaliteitsbepalend zijn sourcen we nu men. Zit zo’n component al in een bestaand voudig mogelijk te ontwerpen, zodat er zomin

24

april 2016


NIJSSEN PLUK DE DAG, TIK EEN EITJE ieuwe bezems vegen schoon. Na zijn overstap van Vanderlande naar Moba rationaliseert Michiel Peters snel de zaken bij de wereldmarktleider in eiersorteermachines. Duidelijk is dat de machinebouwer ondanks zijn ijzersterke markt- en technologiepositie qua ontwikkeling van de eigen organisatie achterbleef. Subculturen, weinig standaardisatie en gebrek aan een meedenkende salesorganisatie zijn duidelijke symptomen. Ook de moeite die het bedrijf had om personeel aan te trekken, spreekt boekdelen. Het bevestigt een sterk inwaartse oriëntatie en focus op techniek en niet per se op klantwaarde. Peters zag deze tekenen en begon te vernieuwen. Hij doorbrak de hokjescultuur door standaardisatie en gemeenschappelijke planning op basis van informatie in te voeren en snel een ‘upgrade’ van de salesafdeling te doen. Door salesengineers aan te stellen, bracht hij meer technische kennis in de frontlinie en het vermogen slimme klantoplossingen te configureren binnen het modulaire aanbod. In feite verbeterde hij de marktgerichtheid van de organisatie en de modulaire designcapaciteit van sales.

N Ed Nijssen is hoogleraar technologiemarketing aan de Technische Universiteit Eindhoven. Vanuit zijn expertise op het gebied van marketing en productontwikkeling beschouwt hij met een kritische blik telkens een artikel in Link Magazine.

Marktoriëntatie is de lifeline van iedere organisatie. Door de versterking van de salesfunctie begrijpt Moba nu beter wat klanten werkelijk waarderen én nodig hebben. Door interne deling van deze marktinformatie ontstaat een gemeenschappelijke kennis, terwijl de discussie tussen afdelingen begrip kweekt en gecoördineerde actie mogelijk maakt. Het opent de weg naar optimalisatie van waarde voor de klant, maar geeft ook nieuwe inspiratie voor medewerkers. Hoge marktoriëntatie jaagt het innovatievermogen van de organisatie aan en zorgt voor een aantrekkelijkere werkomgeving en werkgever.

productdossier, dan zal het gehele verwerkingsproces simpelweg blokkeren. Dit hele proces staat of valt wel met een even goede dossiervorming in de toeleverketen. Als een leverancier niet tijdig meldt dat hij een component uit productie gaat nemen, dan kunnen wij geen zaken doen. Daarom zijn we sommige processen gaan inbesteden’, aldus Van Sloun.

CONTROLE Vanuit de markt komt steeds meer vraag naar complete, ingewikkelde oplossingen die het integreren van steeds meer technologieën vergen en organisatorische complexiteit met zich meebrengen. AME beantwoordt die vraag graag. ‘Uiteindelijk is alles hier erop gericht iets te produceren dat een succes wordt op de markt. Ontstaan er kwalitatieve problemen waar wij part noch deel aan hebben, maar die er wel voor zorgen dat een product geen succes wordt, dan is het hier ook geen feest. Daarom willen we steeds meer controle over de complete productengineering. Ooit is dit bedrijf gestart vanuit de elektronica, vandaag de dag doen wij ook de (embedded) software, mechatronische hardware en behuizing. Kortom, de complete mechatronische module.’ Daartoe houdt AME voor allerlei processen (zoals de integratie van allerlei Internet of Things-sensoren) eigen technology roadmaps bij om, op basis van de daarin besloten state-of-the-art kennis, die technologieën zo goed mogelijk voor te bereiden op toekomstige vraag.

Het tweede dat opvalt in Peters’ verhaal, zijn de veranderingen in het modulair werken. Vaak gedreven vanuit de wens kennis te hergebruiken en kosten te besparen, is modulariteit ook de weg naar extra variatie voor klanten. Hier loert echter het monster van ongebreidelde groei van modules en productcatalogus. Door sturing op een beperkt aantal configuraties voor klantsegmenten kan de kwaliteit omhoog en kunnen de kosten omlaag – zonder veel aan klanttevredenheid in te leveren. Configuraties helpen klanten sneller te beslissen en bieden extra kwaliteit. Wel is het belangrijk dat de klant alle aandacht krijgt en gelooft in ‘zijn specifieke oplossing’. Het vraagt dat de verkopers met modulariteit bekend zijn en effectief de samen afgesproken configuraties kunnen aanbieden. Het voorkomt een ongebreidelde groei aan opties, serviceproblemen en incourante voorraden. De grens van het bedrijf en productie schuift via de nieuwe technische sales richting de klant: het nieuwe ontkoppelpunt. Tot slot, de rijkheid aan binnenkomende data over de gezondheid en kwaliteit van de eieren. Het biedt allerlei nieuwe inzichten en een basis voor advies naar klanten. Het leidt tot servitization en mogelijk tot nieuwe businessopties en -modellen. Door de aansluiting van gegevens uit back- en front-office biedt ‘big data’ nieuwe opportuniteiten. Ook hier is een sterke, technische sales een belangrijke asset. Misschien wel het ei van Columbus dat modulariteit haar werkelijke marktstrategische waarde geeft.

e.j.nijssen@tue.nl

Om te borgen dat de ontwikkel- en de productieorganisatie het juiste gedaan hebben, zijn op verschillende plaatsen in het voortbrengingstraject testmomenten ingebouwd. ‘De kwaliteit borgen, daar gaat het om. Dus testen we natuurlijk het product, tijdens de ontwikkeling én de productie, en ook de productieprocessen die daarvoor nodig zijn, inclusief de testen zelf. Wij maken hier bijvoorbeeld een traplift. Als je wilt uitsluiten dat een voet klem kan komen te zitten, kun je een afschermende kap aanbrengen. Maar je kunt ook een sensor inbouwen die de traplift stilzet. In alle fasen van het ontwikkel- en productieproces testen wij of die sensor en de componenten waaruit die is opgebouwd honderd procent zeker goed werken. Als er ergens een fout ontstaat, komen we er in het vroegst mogelijke stadium achter.’

INTERNATIONALISERING AME heeft 199 mensen op de loonlijst staan, van wie meer dan de helft werkt in de product- en procesontwikkeling. AME heeft twee vestigingen, vlakbij elkaar in Eindhoven. Nu is het nog een puur Nederlands bedrijf met een Europese markt. Maar niet lang meer. Marc van Sloun: ‘Onze processen zijn vrijwel volledig geautomatiseerd, dus zijn wij niet gericht op lagelonenlanden. Maar omdat we met onze productie daar willen zitten waar onze markt is, is internationalisering de volgende stap. Binnen vijf jaar willen we in Boston zitten.’ Net als hier zal AME zich daar richten op het groeiende gat tussen de chipfabrikanten en de elektronica-oem’ers die op een steeds hoger functieniveau specificeren.

BINDEN EN BOEIEN De snelle groei van AME veroorzaakt dus een organisatorische ‘uitdaging’, maar lost die ook (deels) op. ‘Als je succes kunt laten zien – zoals onze prachtige technologieën en groeicijfers, de FD Gazellen Award en de finaleplaats in de DISCA-award contest van Link Magazine vorig jaar – is het veel gemakkelijker om je mensen te behouden en nieuwe aan te trekken’, aldus Marc van Sloun, die intensieve contacten onderhoudt met vooral de technische universiteiten en hogescholen. ‘Tachtig, negentig procent van de nieuwe mensen komt direct daar vandaan – van elektrotechniek, wiskunde, bedrijfskunde en werktuig-

www.ame.nu

bouwkunde – om ze zelf verder op te leiden. Voor onze naamsbekendheid is het een voordeel dat we daar zeer actief zijn. We zijn betrokken bij promotieonderzoek, geven regelmatig lezingen, zetten ons in voor projecten als Nuna (zonneauto van de TU Delft, red.) en de motor STORM (TU Eindhoven, red.). Door ons al vanaf het eerste studiejaar te laten zien, hebben we het aantrekken van nieuw talent goed geborgd. Een voorwaarde voor blijvende groei.’

april 2016

25


THEMA COMPLEXITEIT MANAGEN

HUGO BOTTER (PLM XPERT): ‘DATABEHEER NOG ZWAAR ONDERSCHAT’

DE RUGGENGRAAT VOOR LIFECYCLEMANAGEMENT In de maakindustrie wordt de belofte van PLM – het integraal beheer van de complete lifecycle van producten en projecten – als instrument voor het hanteren van toenemende (organisatorische) complexiteit maar al te vaak niet ingelost. Dan draaien er nog steeds verschillende systemen voor bijvoorbeeld het beheer van de productdata en van de documenten voor productieplanning. Of de PLM-oplossing is zo complex dat het een ‘feestje van engineering’ blijft. Hugo Botter, directeur van PLM Xpert, signaleert nog een wildwest aan databeheer. ‘Van PLM is pas echt sprake als het afdelingsoverstijgend werkt en ook ‘eenvoudige’ gebruikers binnen inkoop, projecten en sales kan faciliteren.’

DOOR HANS VAN EERDEN

S

pecialist in datamanagement PLM Xpert in Bergambacht is sinds 1997 competence center voor PRO.FILE. Deze oplossing van het Duitse PROCAD voor het beheer van project-, product- en engineeringdata in complexe omgevingen heeft de focus op – ook grotere – mkb-bedrijven en is inmiddels marktleider in dit segment. Klanten zijn onder meer Frames, VMI Holland, Bredenoord, IAI, Palfinger Marine, Mokveld Valves, Vekoma en Doesburg Components.

EILANDOPLOSSINGEN Hightech bedrijven kennen met gemak 150 typen documenten, van tekeningen en technische specificaties tot certificaten en e-mails. Die hebben allemaal een bepaalde relatie met een product of project, én met elkaar, en kun je dus beter niet in aparte Windows-mappen of los van elkaar op verschillende locaties bewaren. Al die documenten moeten in één heldere structuur worden ondergebracht, voor alle ‘gebruikers’ inzichtelijk en (geautoriseerd) toegankelijk. Dat lijkt vanzelfsprekend, maar Hugo Botter van PLM Xpert ziet het in de praktijk nog wel eens anders. ‘Bij een bedrijf kwamen we 42 verschillende databronnen tegen. Vaak gebruikt men nog eilandoplossingen, losse applicaties die niet werken vanuit een en dezelfde data backbone. Ook grotere bedrijven kennen vaak nog een wildwest aan databeheer.’ Met alle gevolgen van dien, zoals tijdverspilling (bestanden zoeken die niet op een logische plaats zijn opgeslagen), fouten (verkeerde versie gebruiken), enzovoort. Een technisch documentbeheer-

26

april 2016

Alle documenten met hun (onderlinge) relaties in één heldere structuur. Illustratie: PLM Xpert

systeem, PROCAD noemt het DMSTEC, in een datamanagementoplossing als PRO.FILE moet de juiste structuur bieden.

rooms waarin ketenpartners samen aan dezelfde data kunnen werken. Desgewenst verzorgt PLM Xpert deze PROOM-oplossing als een clouddienst.

LIJM Botter bepleit een integrale aanpak die productdatamanagement (PDM) combineert met documentmanagement (DMSTEC) en de data moeiteloos beschikbaar maakt voor bijvoorbeeld productiebesturing (ERP) en relatiebeheer (CRM). ‘Bedrijven kunnen veel voordeel behalen met alle data- en documentstromen onder één beheer.’ Dat ze het nog niet voor elkaar hebben, kan komen doordat ze het te licht opvatten en alles met Windows-mappen en deeloplossingen proberen te regelen. Anderzijds ziet Botter soms juist overkill, met een (te) zwaar PLM-pakket dat in de praktijk alleen techneuten kunnen hanteren en dus ‘het feestje van engineering’ blijft. ‘Je kunt alleen echt van PLM spreken als het integraal, afdelingsoverstijgend wordt ingezet en ook gebruikers van andere afdelingen kan faciliteren. Want ook zij moeten werken met de juiste informatie uit die ‘single source of truth’. PLM moet de lijm tussen alle bedrijfsprocessen zijn en ze laten aansluiten op die ene data backbone.’ Dit geldt natuurlijk ook voor de supply chain. ‘Als een oem’er een productieorder uitstuurt naar een system supplier, moet hij vanuit PLM de specificaties en productiedocumenten kunnen meesturen zonder additionele handelingen. Nu zijn nog steeds mensen de hele dag data aan het bijeenschrapen en publiceren. Daar is een enorme besparing mogelijk.’ Bij die externe data-uitwisseling met de supply chain moet het niet uitmaken welke tools iedereen gebruikt. PROCAD biedt daarvoor een oplossing, meldt Botter, met project

KENNIS BORGEN Juist vanwege het afdelingsoverstijgende karakter moet de directie de trekker zijn bij PLM-implementatie in een organisatie, stelt Hugo Botter. ‘Helaas geeft die vaak nog te weinig prioriteit aan het beheren en beheersen van de complexiteit in data- en documentstromen. Want daarmee kunnen ze niet alleen de efficiency, doorlooptijd en kwaliteit van hun producten en processen verbeteren, maar ook het kennisbeheer beter organiseren. Als een medewerker het bedrijf verlaat, kan er zomaar een gap in de kennis komen. Nu zijn de medewerkers vaak nog wandelende PLM’ers.’ Het is van groot bedrijfsbelang hun kennis in een PLM-systeem te borgen, wil hij maar zeggen. Ook bescherming van het intellectueel eigendom is daarmee beter te regelen. ‘Het belang van autorisatie voor de toegang tot kritische data wordt vaak zwaar onderschat. Dan kan iedereen bij alle documenten in die Windows-mappen. De autorisatie goed regelen kan bijvoorbeeld voorkomen dat jouw r&d-data in verkeerde handen vallen.’ Botter ziet wel een kentering. ‘Steeds vaker schuiven directieleden en mt-leden van andere afdelingen aan bij besprekingen in verbetertrajecten op dit thema. Sterker nog, men vraagt niet meer om ‘een PLM-systeem’, maar om een oplossing voor problemen met datamanagement en documentbeheer.’ www.procad.de www.plmxpert.nl


CreĂŤren en innoveren, wij zitten er midden in

Kubus 155 - 3364 DG - SLIEDRECHT - 0184-420555 info.nl@emersonindustrial.com - www www.emersonindustrial.com .emersonindustrial.com


PROCESVERBETERING

INDUSTRIEDEBAT: IS DE MAAKINDUSTRIE KLAAR VOOR SMART INDUSTRY?

DOE-HET-ZELF ICT’ERS TEGEN WIL EN DANK Blijkbaar is smart industry nog geen evidentie. Want voor het Industriedebat half maart tijdens de ESEF/TechniShow is het volle bak in Theater 2 in Jaarbeurs Utrecht. Over papierloze productiebesturing en universele dataprotocollen gaat het debat dat Link Magazine samen met ESEF en FDP (Federatie Metaalplaat) organiseert. Papierloos schiet al aardig op, universeel is nog een utopie. Dus slaan toeleveranciers aan het ‘doe-het-zelven’ met de ict. De ceo van de toekomst is een ict’er, klinkt het in Utrecht, maar in het hier en nu vervult de Nederlandse toeleverancier die rol toch vooral tegen wil en dank.

• ‘Het remt ons dat machines nog niet goed met elkaar kunnen communiceren.’ • ‘De voor de communicatie vereiste standaardisatie gaat nog veel te langzaam.’ • ‘Vakmanschap volstaat niet meer, operators hebben ook soft skills nodig.’ • ‘Het duurt een generatie voor iedereen digitaal denkt, maar het gaat gebeuren.’

DOOR HANS VAN EERDEN

T Gespreksleider William Smit (DBSC Consulting): ‘Bedrijven zijn niet tevreden over hun machineleveranciers.’

oeleveranciers zitten in een smart industry-sandwich tussen twee typen oem’ers. Dat is bij de aftrap voor het Industriedebat de boodschap van dagvoorzitter William Smit van DBSC Consulting. In sneltreinvaart loopt hij langs de hoofdlijnen van zijn onderzoek in opdracht van ABN AMRO naar de effecten van smart industry op de processen bij oem’ers. ‘Industrial Internet of Things – Noodzaak voor industrie, kans voor IT-sector’ heet het rapport. Dat Industrial Internet of Things dekt grofweg dezelfde lading als Industrie 4.0 en smart industry: het verbinden van industriële apparaten en systemen om hen onderling informatie te laten delen en hiervoor nieuwe toepassingen ontwikkelen, gericht op het beter laten functioneren van de maakindustrie.

SANDWICH

HIGHTECH PANEL Het panel voor het Industriedebat is bemand door hightech toeleveranciers, merendeels dga’s (directeur-grootaandeelhouders), aangevuld met directeur Wim Simons van kunststofspuitgieter Timmerije uit Neede en salesdirecteur Erik Spikmans van metaalgroothandel MCB uit Valkenswaard. De dga’s in het panel zijn Sytse Oreel van Oreel uit Hallum, leverancier van metaalcomponenten en -samenstellingen, Ton Plooy van tbp uit Dirksland, specialist in electronic manufacturing services, Frans Verhaegh van fijnmechanisch bedrijf MEVO Precision Technology uit Ruurlo, en Hans Willemsen van WILA uit Lochem, leverancier van kantpersgereedschappen. www.mcb.nl www.mevo.nl www.oreel.nl www.tbp.nl www.timmerije.nl www.wila.nl

28

april 2016

In onze maakindustrie hebben toeleveranciers veel klanten onder (Nederlandse) speciaalmachinebouwers. Ons land kent 150 tot 200 van deze oem’ers, zo heeft Smit geïnventariseerd, en ze zijn in hun niche vaak een marktleider; denk aan Moba (eiersorteermachines), Lely (melkrobots) of AWL (geautomatiseerde lasstraten). Zij leveren hun vaak modulair opgebouwde en innovatieve machines aan grote, veeleisende eindgebruikers. Om deze oem’ers te ondersteunen in hun globale concurrentiestrijd, moeten toeleveranciers hen voorzien van componenten en modules in enkelstuks of kleine series met extreem korte levertijden en uiteraard in hoge kwaliteit en tegen lage kosten. Dus moeten die suppliers hun productie efficiënt inrichten, met korte omsteltijden en nul voorraad, maar tegelijk ook ruimte voor variatie. Dat vraagt om een slimme besturing van complete productielijnen en gestroomlijnde communicatie tussen alle machines onderling en met bovenliggende besturingslagen, zoals MES en ERP (zie ook de illustratie). Daarvoor zijn de toeleveranciers in hoge mate afhankelijk van het tweede type oem’er, equipment manufacturers,

de (vaak Duitse) fabrikanten van bewerkingsmachines. Die oem’ers stellen dat hun machines klaar zijn voor Industrie 4.0. Maar klopt dat wel? Zijn er al universele dataprotocollen om de equipment van verschillende leveranciers met elkaar te laten communiceren?

SLIMMER SAMENWERKEN Kortom, hoe klem zitten de toeleveranciers in die smart industry-sandwich tussen de twee typen oem’ers? Het is de hamvraag van het Industriedebat. William Smit: ‘Kunnen toeleveranciers in de smart industry hun eigen toekomst wel vormgeven?’ Ton Plooy van tbp vindt dat oem-klanten nog te veel in hun comfortzone blijven zitten. ‘Er zijn dertig miljoen verschillende elektronische componenten en de ontwerpers van onze klanten maken daar vrijelijk gebruik van, zonder naar maakbaarheid of leverbaarheid te kijken. Zij moeten ons juist laten meedenken over hoe hun ontwerpen zijn te produceren. De laagste prijs is al bereikt, de inkoper van de klant heeft z’n werk gedaan, nu moeten we goed gaan samenwerken om de total cost of ownership omlaag te brengen. Maar dat betekent dat hij vroegtijdig moet kiezen met wie hij productie gaat doen, terwijl hij het liefst aan het eind van de ontwerpfase een tender doet voor de productie.’ Hans Willemsen van WILA ondersteunt Plooy’s pleidooi. ‘We moeten de capaciteiten van Nederlandse toeleveranciers kunnen aansluiten op de behoeften van oem’ers wereldwijd, op een creatieve manier, zonder schroom en met inlevingsvermogen.’ Die samenwerking gaat steeds verder, aldus Wim Simons van Timmerije. ‘Als een klant een nieuw product ontwerpt, neemt hij daar bijvoorbeeld ook meteen de logistiek in mee. Hij moet diep de supply chain in kijken en er ook milieuaspecten bij betrekken. Kunststofproducten moet je tegenwoordig anders gaan ontwikkelen, al was het maar vanwege de plastic soep-problematiek. Dat kan een bedrijf niet meer in z’n eentje.’ Sytse Oreel stelt dat relaties het succesvolst zijn als


oem’ers zich openstellen voor de verbetermogelijkheden die toeleveranciers hun aanreiken. ‘Sinds een aantal jaren hebben we ook Duitse klanten; hoe verder die van de grens zitten hoe formeler de relaties zijn; dat maakt het wel een factor tien complexer dan in eigen land.’ Nederlanders zijn beter in samenwerken, ziet Erik Spikmans van MCB in zijn Brainport-omgeving. De metaalgroothandel maakt daar zelf een volgende stap in door zich om te turnen van een productgerichte naar een servicegerichte organisatie. ‘Wij gaan nu bijvoorbeeld in gesprek met ERPleveranciers om ervoor te Het panel, met van links naar rechts Hans Willemsen (WILA), Wim Simons (Timmerije), Ton Plooy (tbp), Frans Verhaegh (MEVO), zorgen dat ons ERP-systeem beter kan communi- Erik Spikmans (MCB) en Sytse Oreel (Oreel). Foto’s: Maarten Hartman ceren met dat van onze klanten. In Nederland zijn we daar al verder in voudig zijn te koppelen. ‘Dan hebben we het niet we verder geweest. We hebben daarom nu onze dan in België of Duitsland.’ Een speciale eigenalleen over de verticale communicatie van de eigen it-afdeling uitgebreid. Vroeger was het crischap van Nederlanders is namelijk dat ze lui equipment met het MES, maar ook over de horiterium bij aanschaf: wat is de beste machine? Nu zijn, verklaart Frans Verhaegh van MEVO. ‘Dus zontale verbindingen tussen de verschillende is dat: welke heeft de beste connectivity?’ In de zoeken ze altijd oplossingen om niet alleen maar machines in een lijn. Als bijvoorbeeld een inspecverspaningswereld van hetzelfde laken een pak, hard te hoeven werken. In onze fabriek in Slowatiemachine constateert dat op bepaalde punten meldt Frans Verhaegh. ’25 jaar geleden was die kije zijn de mensen blij om gewoon een dag hard van een print onvoldoende pasta is aangebracht, communicatie een probleem en dat is het nu nog. te werken en dan weer naar huis te mogen. Maar dan moet ie dat meteen aan de pastaprinter kunJe schrikt ervan hoe weinig de fabrikanten eraan ik zeg altijd: liever slimmer dan harder werken.’ nen terugmelden. De standaardisatie die voor de hebben gedaan. Wij moeten daar zelf onze communicatie is vereist gaat nog veel te langmachines voor ombouwen.’ Timmerije bouwt zo zaam. Dat is een programma van vier, vijf jaar, nodig zelf controllers op de machines om de CONNECTIVITY zeggen equipmentleveranciers. Wat ons betreft communicatie te vergemakkelijken, onderschrijft Slim samenwerken is dus de Nederlandse invulmoet het in vier, vijf maanden geregeld zijn. We Wim Simons. WILA-chef Hans Willemsen ling van Industrie 4.0. Maar hoe zit het met de moeten nu vaart maken.’ begrijpt wel dat leveranciers liefst een ‘black box’ (data)communicatie die dat vergt, wil William verkopen, maar hij bepleit openheid en desnoods Smit weten. Zijn er bijvoorbeeld al universele gaat hij er zelf in investeren. ‘De ict is voor ons protocollen? Ton Plooy komt ze nog niet tegen. FACTOR MENS van wezenlijk belang. Als we machines niet kun‘Wij hebben productielijnen opgebouwd met Voor William Smit was het tijdens zijn onderzoek nen koppelen, dan moeten we daar zelf voor zormachines van diverse leveranciers en we zijn een belangrijk thema in de gesprekken met gen.’ Ook Ton Plooy signaleert dat leveranciers afgeremd doordat die machines nog niet goed bedrijven. ‘Ze zijn niet tevreden over hun niet willen ‘blootleggen’ hoe hun machines eenmet elkaar kunnen communiceren. Anders waren machineleveranciers. Als het moet slopen ze de bestaande besturingssoftware uit de machines en stoppen hun eigen software erin om de communicatie maar mogelijk te maken.’ Zo moeten maakbedrijven zich bezighouden met de ict voor de besturing van hun productieprocessen. Misschien wel tegen wil en dank, maar het kan sowieso niet zonder hun kennis. ‘Als je wilt automatiseren, moet je de kennisregels voor de maakprocessen op tafel hebben’, zegt Hans Willemsen. ‘Daar begint het mee en dat maakt de factor mens belangrijk.’ De mens is inderdaad een belangrijke schakel in de smart industry, stelt Gu van Rhijn, senior projectmanager sustainable productivity & employability bij TNO, tijdens een intermezzo in het debat. TNO doet samen met FDP onderzoek naar de skills die de medewerkers moeten hebben in de fabrieken van de toekomst. ‘Wat is de impact van smart industry op bijvoorbeeld engineering en werkvoorbereiding? Als je gaat automatiseren heb je daar juist De verschillende besturingslagen in de slimme fabriek, van fysieke sensoren en actuatoren in de machine tot ERP- en PLM-software op kantoor. Bron: ABN AMRO, ‘Industrial Internet of Things – Noodzaak voor industrie, kans voor IT-sector’

LEES VERDER OP PAGINA 31

april 2016

29


ADVERTORIAL Als een onderneming in het MKB van de maakindustrie software wil invoeren, bijvoorbeeld software voor Product Data Management (PDM) of Product Lifecycle Management (PLM), dan moet deze software matchen met de behoefte en manier van werken die past bij het MKB.

DE TIJD IS AANGEBROKEN DAT HET MKB KIEST VOOR PLM. Er is een oplossing die aansluit bij het midden en klein bedrijf. Hugo Botter, directeur PLM Xpert

Maak anno 2015 de juiste overweging!

STAP VOOR STAP TE WERK GAAN Moderne software werkt volgens het principe ‘Configuratie in plaats van customizing’. Daardoor heeft de ICTafdeling minder extra werk en kan de software iteratief worden ingevoerd. PRO.FILE wordt ingevoerd door middel van een speciaal ontwikkelde methode (EASY.CON). Het systeem is configureerbaar, d.w.z. wat tijdens het project wordt besproken, kan meteen in het systeem worden doorgevoerd. Als een bepaalde stap met succes is verwezenlijkt, dan volgt de volgende stap en zo verder.

DE PDM/PLM MARKT

SCHAALBAAR

Op het eerste gezicht lijkt er in de markt van PDM/PLM aanbieders sprake van een eclatante leemte tussen de add-on PDM systemen van de CAD-aanbieders en de omvangrijke PLM suites van multinationals. Voor het klassieke midden- en kleinbedrijf met 30 tot 500 medewerkers zijn beide systemen niet echt geschikt. Daarom gebruiken de meeste bedrijven respectievelijk een systeem dat ofwel te weinig functionele diepgang heeft of een systeem dat voor het gebruiksdoel volledig overbeladen en dus ook te duur is. Maar dat is niet het enige. De grote PLM suites gaan bijna altijd gepaard met omvangrijke implementatieprojecten en uitgebreide software aanpassingen. De risico’s op een uit de hand lopend project liggen op de loer en niet zelden gaat ook bij een groot bedrijf de stekker om deze reden uit het project.

Op die manier kan het systeem iteratief worden uitgebreid – van een scope beperkt tot CAD beheer tot aan een krachtige en functionele suite waarmee uiterst complexe PLM processen kunnen worden afgewerkt. De organisatie Enterprise Portal bepaalt zelf het tempo.

DE DUITSE PLM MARKT Wanneer we naar onze oosterburen kijken, dan denk je aan grote multinationals. Toch is ook in Duitsland het MKB in de maakindustrie toonaangevend en zijn zij veelal de ‘hidden champions’. De behoefte van het MKB heeft geleid tot de ontwikkeling van productieve PDM/PLM software die qua oplossing en ondersteuning precies zijn afgestemd op deze organisaties. Goed nieuws: er is een PDM/PLM oplossing met een 100% MKB match Met deze wetenschap loont het de moeite om de Duitse aanbieder PROCAD eens nauwkeuriger te bekijken. Zij werken volgens het motto ‘MKB voor MKB’ en spreken dezelfde taal qua software en dienstverlening. PROCAD (hoofdvestiging in Karlsruhe, opgericht in 1985, 120 medewerkers). Met de software PRO.FILE biedt PROCAD een PDM/PLM- en DMS oplossing aan die bij de maakindustrie in het MKB al sinds vele jaren met succes wordt ingezet en intussen marktleider is in dit segment. Het bijzondere van deze oplossing is de implementatie: zij werkt volgens een aanpak waarbij de software uitvoerig geconfigureerd kan worden en geen tijdrovende programmering hoeft te ondergaan.

CAD/CAE

ERP/SCM

CRM/…

Conclusie: Niet ieder PDM of PLM Don‘t just send it – … PLM processes … proom it. systeem is geschikt voor het MKB Product Data Backbone In plaats van te kiezen voor een te kleine of te grote oplossing - zoals tot nu toe veelal het geval was - zouden MKB bedrijven in Nederland zich ook eens moeten laten overtuigen van de voordelen van een systeem van en voor het MKB, zodat ze op gelijk niveau werken met programmatuur en een aanpak die bij hun organisatie past. Inmiddels is een sterk groeiende groep Nederlandse MKB’ers zoals DeMaco, VMI group, IAI industrial systems, Bredenoord, Mokveld Valves, Exerion, Frames, Palfinger Ned-deck, Orlaco en CSI industries, u al voorgegaan. Geinteresseerd? Check onze PLM ToGo bedrijfsbezoeken en neem een kijkje in de ‘PLM keuken’ bij onze klanten. U bent van harte uitgenodigd.

www.plmxpert.nl www.procad.de


VERVOLG VAN PAGINA 29

meer mensen nodig en die moeten nieuwe skills hebben. En operators kunnen niet meer met vakmanschap volstaan, maar hebben ook soft skills nodig.’ Die omschakeling is echter niet eenvoudig, zeker niet voor de 40-plussers, zegt Ton Plooy. ‘Het duurt een generatie voor iedereen digitaal denkt, maar het gaat gebeuren. De ceo van de toekomst is een ict’er.’ En de medewerker van de toekomst is flexibel inzetbaar. Bij Oreel is dat het belangrijkste selectiecriterium, vertelt Sytse Oreel. ‘Wij zoeken mensen, van de Friese dorpjes bij ons in de buurt tot aan Polen, die verschillende functies willen vervullen en daarvoor de benodigde skills hebben.’ Motivatie gevraagd dus. WILA zet daarom in op zingeving. Willemsen: ‘Alles wat wij doen is erop gericht de klant te helpen met kantpersproductiviteit. De best practices daarvoor leggen wij vast en laten we door onze mensen telkens verder verbeteren.’ Timmerije investeert ook in betrokkenheid van de medewerkers, zoals bij de invoering van een nieuw MES. ‘Wij praten daar veel over met onze mensen. Welke schermen ze te zien willen krijgen, hoe we tablets gaan gebruiken, waar de printers moeten komen te staan in het proces. Daar trekken wij veel tijd voor uit.’

PRINTERS? ‘Printers’, klinkt het verontrust vanuit de zaal, ‘blijft Timmerije nog met papier werken in de

B Benieuwd enieuwd hoe hoe c cool ool o onze nze

productie?’ Die zijn voor de labels die op de dozen met producten worden geplakt en richting klant gaan, verduidelijkt Simons. ‘Wij gaan tablets gebruiken en iedere machine krijgt een touchscreen. Ons doel is binnen drie jaar papierloos te werken.’ Alle panelleden bewegen zich in die richting. De een is het al voor 99 procent, een ander is er ‘mentaal klaar voor’. Maar de Het was volle bak bij het Industriedebat half maart tijdens de ESEF/TechniShow in Jaarbeurs Utrecht. afnemers zijn dat nog waregestuurde, digitaal communicerende niet altijd, zoals die van MEVO. Frans Verhaegh: industrie en investeren erin. Zo nodig ten koste ‘De klant wordt zenuwachtig als hij in onze van de winstgevendheid op korte termijn, zegt fabriek bij zijn producten geen papier met daarop Hans Willemsen van WILA tot slot. ‘Wij stellen het chargenummer ziet.’ De staalhandel is ook de werkgelegenheid op lange termijn voorop.’ zo’n traditionele business, meldt Erik Spikmans van MCB. ‘Met onze klanten werken we nog niet helemaal papierloos, hier is echter wel een trendbreuk zichtbaar. De communicatie met onze www.dbsc.nl toeleveranciers en klanten doen we al steeds meer www.tno.nl/arbeid met EDI (electronic data interchange, red.).’ www.fdp.nl Klaar voor smart industry? Bedrijven zijn in ieder insights.abnamro.nl/2016/02/industrial-internetgeval volop bezig met de transitie naar een softof-things

6RPPLJH NODQWHQ ODWHQ Zğ 6RPPLJH NODQWHQ ODWHQ Zğ graag graag in in de de k kou ou staan... staan...

Thermo T hermo Ch Chiller iller vvoor oor u uw w RUJDQLVDWLH NDQ ]ġQ" RUJDQLVDWLH ND DQ ]ġQ" Neem Neem d dan a n meteen m ete e n c contact ontact op met op m et p product roduct manager manager Kees Ke es vvan an Kampen Kampen en ra ag en vvraag naar demonstratie: na ar een e en demonstratie: (020)) 531 531 8 88 8 88 88

SMC is topleverancier aan de high-tech

d u s d e h o o g s te R O I . E e n r o b u u s t p r o d u c t

industrie. Kwetsbare systemen die een

dat 24/ 7 inzetbaar is.

uiter st stabiele koeling nodig hebben om optimaal te presteren, kunnen ver trouwen

Onderhoud vindt plaats in SMC-vestigingen,

op de SMC Thermo Chiller. Of het nu gaat

en sinds kor t ook in ons Te Technology Center

om hoogwaardige elek tronenmicroscopen,

in Eindhoven. Techniek en logistiek gaan bij

d r u k m a c h i n e s o f l a s e r te c h n o l o g i e – o n z e

SMC hand in hand.

w w w.s m c p n e u m a t i c s.n l

‘chiller’ zorgt voor een stabiele temperatuur. Voor onze high-tech klanten vormt de De HRS en HRSH Thermo Chillerr series

T h e r m o C h ill e r m e t h u n p r o d u c t é é n g e h e e l,

leveren een koelvermogen van 1.000 tot

inclusief onze wereldwijde ser vice en

28.000 wat t, met een nauwkeurigheid van

garantie.

± 0,1° C. Intensieve testen leidden tot het beste resultaat, de langste levensduur en

Cool!

april 2010

31


STRATEGIE

CENTRAAL SOURCINGTEAM ONDERSTEUNT MARKTGROEPEN NEDAP BIJ UITBESTEDING

EIGEN PRODUCTEN, GEEN EIGEN PRODUCTIE Vijf jaar geleden maakte Nedap in Groenlo de omslag van ‘klassieke’ toelevering naar eigen producten – met succes. Eigen productie bleek echter niet houdbaar. Daarom wil Nedap nu in zee gaan met een aantal productiepartners die passen bij het bedrijf. ‘In principe is die uitbesteding de verantwoordelijkheid van de afzonderlijke marktgroepen, maar een centraal sourcingteam moet zorgen dat iedereen van elkaar leert en niet opnieuw het wiel uitvindt.’ DOOR HANS VAN EERDEN

O

nder impuls van de crisis in 2009 zette Nedap een nieuwe strategie in waarin de markt centraal kwam te staan. Het Groenlose bedrijf kende al veel langer een organisatiestructuur met relatief autonome marktgroepen, maar die legden zich vooral toe op het oplossen van klantproblemen. Algemeen directeur Ruben Wegman: ‘Wij wilden ons niet meer laten leiden door de vragen van individuele klan-

ten maar zelf de markt in beweging brengen met technologie die ertoe doet. We wilden impact hebben door de juiste markten en juiste klanten te bedienen met de juiste producten en juiste activiteiten.’ Dus besloot Nedap vijf jaar geleden alleen nog maar eigen producten te gaan ontwikkelen en vermarkten en de ‘klassieke’ toelevering af te bouwen. ‘Dus niet meer op klantspecificatie werken, maar door goed te luisteren zelf de marktspecificatie vaststellen.’

LICHTMANAGEMENT

Nedap introduceerde vorige maand een nieuwe generatie lichtmanagement op Light + Building in Frankfurt (D), geschikt voor elk merk en elk type armatuur. De software, Nedap Luxon, kan energieverspilling voorkomen door de gebruiker lichtregelingsstrategieën,

32

april 2016

zoals tijdschema’s, daglichtbenutting en aanwezigheidsdetectie, te laten combineren. Er zijn aanvullende modules voor proactief onderhoud en energiebesparingsinitiatieven.

• ‘Onze toegevoegde waarde zit steeds meer in (embedded) software.’ • ‘De directie moet de omstandigheden creëren waarin marktgroepen automatisch van elkaar leren.’ • ‘We kunnen beter mét de grote elektronicaproducenten werken dan tegen hen.’ • ‘We schuiven op richting het binnenhalen van externe kennis.’

MARKTSPREIDING Die stap is inmiddels succesvol gebleken, want Nedap is gestaag blijven groeien, naar nu 750 medewerkers en 180 miljoen euro omzet. Wegman: ‘Het is ons redelijk goed gelukt om nieuwe producten te vinden waarmee we de toekomst in kunnen.’ Daarbij kan het bedrijf dankzij de brede marktspreiding tegen een stootje. Tot de negen marktgroepen behoren onder meer Livestock Management (monitoring van koeien en varkens), Security Management (toegangscontrole en inbraakdetectie), Retail (artikelbeveiliging en voorraadbeheer) en Light Controls (elektrische voedingen en lichtmanagement). Hun oplossingen draaien op kerntechnologieën als elektronica, (embedded) software, rfid (radio-frequency identification) en andere sensoren. Op de Nederlandse markt, goed voor dertig procent van de totale omzet, scoort met name de marktgroep Healthcare met haar registratiesoftware die zorgprofessionals helpt om hun tijd efficiënt te besteden. Het politieke debat over kostenbeheersing in de zorg heeft Nedap een zetje gegeven. Andere markten kennen minder gunstige omstandigheden. Zo besloot Energy Systems te stoppen met haar paradepaardje de PowerRouter, de ‘intelligente omvormer’ waarmee een gebruiker bijvoorbeeld de door zijn zonnepanelen opgewekte energie zelf kan gebruiken of aan het net kan terugleveren. ‘Die heeft minder goed gelopen dan verwacht. We zagen gedecentraliseerde opwekking booming worden, maar de markt is nog altijd minder groot dan verwacht en nog te afhankelijk van subsidies en regelgeving. Wij konden die markt niet in beweging brengen.’ De retail is evenmin een gemakkelijke markt, maar hier kiest Nedap de aanval door de strijd aan te gaan met de Amerikaanse concurrent Checkpoint Systems en te mikken op het topsegment. Grote namen als H&M, Carrefour en het Amerikaanse Target zijn al binnengehaald.


KRUISBESTUIVING Ook een dynamische markt is die voor verlichting. Grote spelers, als Philips, willen er vanaf en iedereen werpt zich op led, waardoor Nedap zich met zijn voedingen voor hid-verlichting (high intensity discharge) niet meer kan onderscheiden. De toegevoegde waarde van het bedrijf zit ’m nu vooral in de software voor het beheer van verlichtingssystemen van uiteenlopende leveranciers. Wegman: ‘Het gave van Nedap is dat we verschillende marktgroepen met verschillende ervaring hebben. De stap van voedingen aanbieden naar general lighting software hebben we in twee jaar voor elkaar gekregen. De marktgroep heeft daarvoor afgekeken bij Healthcare en geleerd van Livestock Management en Security Management hoe je producten aan het internet koppelt. Marktgroepen leren van elkaar, wij als directie moeten de omstandigheden creëren waarin dat automatisch gebeurt. Dat doen we vooral door mensen niet te vertellen wat ze moeten doen, maar hen aan te sturen met de waarom-vraag. Dan gaat een ontwikkelaar niet meteen zelf aan de slag, maar kijkt eerst om zich heen of iemand het al heeft gedaan. Die kruisbestuiving heeft bij ons een enorme vlucht genomen.’

PRODUCTIE TOCH UITBESTEDEN Duidelijk is dat Nedap – in lijn met trends rond Internet of Things, big data, security, enzovoort – opschuift richting software en dat weerspiegelt zich in Wegman’s visie op productie. ‘Bij Healthcare verkopen we nog wel een apparaatje, maar 98 procent van de revenuen komt uit softwarediensten. En ook bij andere marktgroepen zit de toegevoegde waarde steeds meer in (embedded) software en niet in de complexiteit van de productie. Natuurlijk zijn er uitzonderingen, zoals de hoogwaardige voedingen. Maar in 2009 zagen we al dat onze marktgroepen zich niet zouden onderscheiden met productie, dus hebben we die ondergebracht in een zelfstandig dochterbedrijf, Inventi. Maar we merkten al snel dat we daar onvoldoende schaalgrootte voor hadden. Het gaat bij ons vooral om redelijk standaardelektronicaproductie. Wij kopen bijvoorbeeld elke vier tot vijf jaar een nieuwe SMD-straat (voor het bestücken van printplaten, red.), terwijl de grote elektronicaproducenten elk half jaar de nieuwste versie hebben. We kunnen beter mét hen werken, dan tegen hen. Voorheen zaten we bij een contract manufacturer die uiteindelijk veel te groot voor ons bleek te zijn. Dat hadden we te licht opgevat; we hadden mensen uit onze marktgroepen gevraagd om de productie uit te besteden, maar daarvoor hadden zij toch andere kwaliteiten en

ervaring nodig. De marktgroepen zijn aan de voorkant bezig met het vertalen van ideeën naar producten en die te verkopen; daar maken ze het verschil mee. Die moeten niet aan de achterkant druk zijn met het inrichten van de productie. We hebben daarom de directie versterkt met financieel directeur Erik Urff en externe expertise binnengehaald voor een sourcingteam op centraal niveau.’ Algemeen directeur Ruben Wegman van Nedap: ‘Onze marktgroepen zijn aan de voorkant bezig

SOURCINGTEAM

met het vertalen van ideeën naar producten en die te verkopen; daar maken ze het verschil mee.

Die moeten niet aan de achterkant druk zijn met het inrichten van de productie.’ Foto’s: Nedap Wegman duidt op onder andere manahen in een heel vroeg stadium naar de productging director sourcing Mark van Zutphen ontwerpen te laten kijken.’ (afkomstig van VDL ETG) en strategic buyer Voor producttechnologie hanteert Nedap evenRobert Slamp (van PANalytical). ‘Gecombineerd eens een pragmatische aanpak. ‘Ook daar schuimet de kennis en ervaring binnen het bedrijf zorven we op richting het binnenhalen van externe gen zij ervoor dat we nu op een andere manier kennis. Onze ontwikkelaars blijven uiteraard op uitbesteden dan in het verleden. Onze kracht is de hoogte van nieuwe technologie. We zijn echter de flexibiliteit, het onderling overleggen en snel geen ontwikkelaars van fundamentele technoloregelen van dingen. Maar voor goed uitbesteden gie, maar toepassers. Voor r&d hebben we geen moet je zaken juist gestructureerd vastleggen. In centrale club, want voordat je het weet zit die heel principe blijft het de verantwoordelijkheid van de gedreven allerlei dingen te bedenken los van de marktgroepen, maar het sourcingteam moet zortucht van de markt. Dat hadden we vroeger, maar gen dat iedereen van elkaar leert en niet opnieuw het rendement daarvan was te laag. Ja, we hebben het wiel uitvindt.’ Op dit moment is Nedap nog wel een roadmap, maar die is met potlood in onderhandeling met de beoogde nieuwe geschreven. Die gaat vooral over de logica van productiepartners. ‘Het gaat om vijf partijen, met wat we eerst aan nieuwe technologie moeten elk een eigen karakter dat past bij Nedap. Bij de oppikken, want we kunnen niet alles tegelijk keuze laten we ons leiden door technologie, comdoen, en zorgen dat we niet bepaalde keuzes uitplexiteit van het werk en soms ook locatie. Voor sluiten. Maar we gaan ons bijvoorbeeld niet vastelk product willen we bij meerdere partners gaan leggen op een rf-technologie voor de toekomst. aanvragen, om te zorgen dat we de beste prijs We hadden laatst een discussie met productontkrijgen.’ wikkelaars over hoe ons technologieportfolio te managen: centraal, met meer capaciteit? Nee, was PRAGMATISCH EN ORGANISCH de conclusie, ons model is niet vanuit de directie Wegman maakt zich geen zorgen over het wegallerlei technologische vergezichten te schetsen en lekken van de kennis van nieuwe productiezware beslissingen te nemen. We zorgen dat technologieën en maakbaarheid. ‘Onze mensen iedereen zich voedt met nieuwe ontwikkelingen volgen de ontwikkelingen en we hebben bijen afwegingen en laten dan de marktgroepen zelf voorbeeld 3D-printers in huis. Maar het is de beslissingen nemen. Dat is een veel organiniet handig om een eigen 3D-printstraat voor scher manier van ontwikkelen.’ productie in te richten, want daarvoor is onze schaalgrootte onvoldoende. Bovendien gaan we nadrukkelijker dan voorheen expliciet onze productiepartners betrekken bij het designproces om www.nedap.com

april 2016

33


PROCESVERBETERING

EUROPESE INDUSTRIE ERKENT NUT, MAAR INVESTEERT (NOG) NIET

SMART INDUSTRY VERGT BOVENAL VOLLEDIGE OPENHEID Siemens presenteert eind april op de Hannover Messe zijn productportfolio dat de ‘digital enterprise’ mogelijk maakt. Belangstelling voor deze smart industry-technologie is er in ruime mate, maar die vertaalt zich vaak nog niet naar investeringen. Een reden kan zijn dat het hele bedrijf van nut en noodzaak overtuigd moet raken. En dat vergt een open relatie tussen implementatiepartner en klant. ‘Implementatie slaagt echt niet binnen een traditionele inkoop-verkooprelatie.’ DOOR MARTIN VAN ZAALEN

iemens deelt zijn portfolio voor het gemak op in vier categorieën: geïntegreerde software-tools en -systemen, industrycapable communication, beveiligingsoplossingen en databased services. Hard- en software die ervoor moeten zorgen dat productieprocessen meer waarde toevoegen door een grotere flexibiliteit, waardoor sneller en adequater is in te spelen op nieuwe vragen uit de markt. En waarmee het ook gemakkelijker wordt compleet nieuwe businessmodellen te ontwikkelen. Aldus Anton Huber, ceo van de Digital Factory Division van Siemens, tijdens een persmeeting in aanloop

S

naar de Hannover Messe. Hij memoreerde dat Siemens al vijftien jaar bouwt aan de ‘Digital Enterprise Software Suite’. Einddoel is een naadloze integratie van de IT (Information Technology) en OT (Operational Technology), van PLM (Product Lifecycle Management), MEM/MOM (Manufacturing Execution Management/Manufacturing Operations Management) en TIA (Totally Integrated Automation), met Teamcenter als backbone. Om zo die digitale onderneming realiteit te maken.

DIGITAL TWIN Nu al kunnen productiebedrijven met het Siemens-portfolio hun processen stapsgewijs future-

• De digitale fabriek komt eraan. • ‘Als alles maar in een en dezelfde databasestructuur zit.’ • ‘In Europa gaat het beduidend trager dan in China.’ • ‘Je moet van hoog abstractieniveau kunnen afdalen naar de werkvloer.’

proof inrichten. Om een ‘digital twin’ te creëren van de processen in een productieplant en de producten die er gemaakt worden, zo duiden Bas Kuper, directeur Benelux van Siemens Industry Software, en Freek Marks, hoofd van de Digital Factory Division van Siemens Nederland. Het is volgens hen niet strikt noodzakelijk in een bepaalde volgorde toe te werken naar deze volledige digitalisering, mits Teamcenter – als ‘ruggengraat’ van het Siemens collaboration-platform – maar aanwezig is. ‘Het maakt dan niet uit of je begint met de digitalisering van de ideation (de productontwikkeling, red.), de realisation (het

KEPSER INVESTEERT IN SMART INDUSTRY Medio maart, op de TechniShow, tekende Kepser Pro-Metaal een contract met het Belgische LVD voor de levering van drie kantbanken. Uiteindelijk gaf smart industry, de digitale organisatie van het werk om de machines, voor directeur Chris Kepser de doorslag bij de leveranciersselectie. Kepser Pro-Metaal (zeventig medewerkers) levert al bijna zestig jaar plaat- en constructiewerk in prototypes, enkelstuks en kleine series. De allround toeleverancier kan engineering, plaatwerk, profielwerk, verspaning, laswerk en assemblage verzorgen. Efficiënt geproduceerd, volgens de filosofie van smart industry/Industrie 4.0. ‘Wij investeren continu in onze engineerings-, productie- en logistieke processen. Daardoor zijn we concurrerend op prijs’, verklaart directeur Chris Kepser. Het heeft alles te maken met de verregaande automatisering van het werk, niet alleen aan de machines, maar ook op het bedrijfsbureau. ‘Binnen afzienbare tijd kunnen wij bijvoorbeeld automatisch 3Dtekeningen, zogeheten STEP-files, inlezen en daarvoor bewerkingsprogramma’s genereren. Daardoor kunnen we met hetzelfde aantal mensen meer doen in de werkvoorbereiding en maken we minder fouten, zodat we sneller kunnen reageren op klantorders en een kortere

34

april 2016

doorlooptijd realiseren. Bewerkingstijden worden automatisch geregistreerd en teruggevoerd naar het ERP-pakket.’ Mathijs Wijn, district sales manager van LVD BeNeLux, beleefde met Kepser een primeur in zijn twaalf jaar bij LVD. ‘Dit is de eerste keer dat ik echt een contract op de beurs onderteken. LVD was er al vroeg bij met open communiceren, op basis van XML (een opmaaktaal voor het weergeven van gestructureerde gegevens in de vorm van platte tekst, red.). Daarmee zijn eenvoudig koppelingen te leggen, zodat onze software kan communiceren met bijvoorbeeld CAD-, CAM- of ERP-software van andere leveranciers.’ www.kepser.nl www.lvdgroup.com

Chris Kepser (links) en Mathijs Wijn van LVD BeNeLux ondertekenen het contract. Foto: Maarten Hartman


product maken) of de utilisation (het in gebruik nemen ervan). Mits die onderlaag er is, kan begonnen worden met PLM, maar evengoed met de werkvloerautomatisering. Want in feite zit alles dan in een en dezelfde databasestructuur’, aldus Kuper.

ZELFLEREND Het beoogde eindresultaat is een zelflerend systeem, legt Marks uit. ‘Een fabriek die zelfsturend is en in theorie zonder enig menselijk ingrijpen, zonder extra kosten en foutloos de switch kan maken van product A naar product B. In de praktijk zal de mens, zo is de verwachting, altijd de planner, supervisor en decision maker blijven. Waar een enkelstuks product hetzelfde kost als een product uit een serie van duizend, doordat van elke component of module en van elke productiestap een digitale, vooraf gesimuleerde en geteste versie is gemaakt.’ Een fabriek is dan in feite niet veel anders dan een grote printer, illustreert Kuper: ‘Welke tekst je er ook naartoe stuurt, die wordt netjes geprint, in één keer goed, telkens tegen dezelfde prijs per vel.’ En waar ook compleet nieuwe businessmodellen kunnen ontstaan. ‘Want alle proces- en marktinformatie en creativiteit wordt in een digitaal 3D-model van een product opgeslagen. Datzelfde model kan later, in de gebruiksfase, weer benut worden. Zoals bij die auto die zichzelf meldt voor een beurt, waarna de software wordt uitgelezen om problemen te achterhalen en vervolgens stap voor stap wordt aangegeven wat er moet gebeuren om die op te lossen; zonder dat nog hooggekwalificeerde monteurs nodig zijn. Of zoals van die slimme coffeepad met een barcode die alle digitale informatie bevat die het koffiezetapparaat nodig heeft voor de optimale instellingen voor het lekkerste kopje espresso.’

De overgang naar Industrie 4.0 vergt bovenal de bereidheid volledig open te zijn naar een implementatiepartner als Siemens, stellen Freek Marks (links) en Bas Kuper. Foto: Bart van Overbeeke

punten te onderschrijven: negentig procent denkt zijn concurrentievermogen daardoor te vergroten. Echter, eenzelfde percentage van de industriële ondernemers bij de oosterburen heeft – zeggen ze zelf – het afgelopen jaar onvoldoende in die technologie geïnvesteerd. Bas Kuper en Freek Marks zien deze tweeslachtigheid niet alleen in Duitsland. ‘In Europa gaat het beduidend trager dan in China’, duidt Kuper. ‘Oorzaak kan liggen in het feit dat er daar minder bestaande automatisering is, minder legacy, en dat de overheid daar heel veel geld in stimulering van TWEESLACHTIG digitalisering steekt. Maar het is ook een cultureel De voordelen van de stap naar Industrie 4.0 gegeven: als de board daar beslist een digitalilijken evident. Uit een recente rondvraag van seringsproject te starten dan gebeurt dat ook, McKinsey onder 300 beslissers binnen de Duitse terwijl in Nederland dan vooral een discussie industrie blijkt een grote meerderheid die plusstart over de vraag of dat nu wel zo verstandig is.’ Maar dat commitment van de hoogste laag van een bedrijf is wel nodig, omdat het niet gaat om de aanschaf van een product. ‘Het vergt een holistische visie op de complete voortbrenging, van eerste idee tot de utilisatie in de markt’, aldus Kuper. ‘Zelfs een cio blijkt niet altijd dat overzicht te hebben en te zeer gericht te zijn op het interne it-proces, terwijl het werkelijk smart maken van een fabriek veel meer Siemens bouwt al vijftien jaar aan de Digital Enterprise Software Suite. dan dat vergt’, bepleit

Marks de aanstelling van een speciale chief digitization officer. Commitment van de board is echter niet voldoende. De overgang naar Industrie 4.0 vereist bovenal de bereidheid volledig open te zijn naar de implementatiepartner. ‘Naar een partij als Siemens, die alle software en hardware in zijn portfolio heeft om die complete digital factory te realiseren. Het doorlopen van dat implementatietraject lukt echt niet binnen een traditionele inkoop-verkooprelatie. Het vergt een hele open samenwerking, zoals wij met Airborne (zie Link Magazine, december 2015, red.) zijn aangegaan en waarmee we een digital factory voor composietvliegtuigonderdelen aan het opzetten zijn.’

MEE NAAR KLANTEN Die openheid is nodig om dat complete voortbrengingsproces en de (toekomstige) productie-, product- en markteisen die daaraan gesteld worden nauwkeurig in kaart te kunnen brengen. ‘In het geval van Airborne gaan wij ook mee naar klanten en potentiële klanten, om direct uit hun mond te horen welke vragen er leven. En we hebben niet alleen contact met de directie, maar ook toegang tot alle onderdelen en lagen van het bedrijf. Je moet voorkomen dat het na een goed gesprek met de board blijft bij goede voornemens die de werkvloer vervolgens niet halen. Je moet zorgen dat je van dat hoge abstractieniveau kunt afdalen naar de werkvloer, om ook daar de problemen en vragen te vernemen. Om ook daar duidelijk te maken wat het creëren van een ‘digital twin’ van de realiteit inhoudt en wat de voordelen daarvan zijn’, aldus Freek Marks.

www.siemens.nl

april 2016

35


worstelen... Stop met worstelen... bedrijven hebben moeite om ETO bedrijven kennis effectief te borgen kennis borgen en beheren hun design kkennis ennis binnen de traditionele instr instrumenten umenten zoals spreadsheets (vverk erkoop) configuraspreadsheets,, (verkoop) configuraeigen toren, en eig en ontwikkelde ontwikkelde softwareprogramma's. Pogingen softw areprogramma's. P ogingen tot de bouw vvan an eigen eigen systemen hebben ggefaald efaald omdat ze technisch technisch beperkt beperkt waren, w aren, de ggewenste ewenste gebruikers gebr uikers niet in staat zijn om de computercodes te ontwikkelen, ontwikk elen, en niet eenvoudig eenvoudig te integ integreren reren zijn met noodzakelijk noodzakelijk CAD, D,, design hulpmiddelen zoals CAD CAE en PLM-systemen. Het vastleggen over complexe complexe vastleg gen van van kennis kennis over ETO producten vvereist ereist het vvermoer mogen gen om technische technische berekeningen berekeningen en methoden te definiëren, en op basis van van die kkennis ennis de ggeneratie eneratie van van klant specifiek specifiekee content direct onder te brengen technische breng en in tec hnische auteursgereedauteursgereedschappen sc happen (CAD, (CAD D,, CAE, CAE CAM). Tevens T evens is de traceerbaarheid van van deze product content en bijbehorende processen even even kritisch kritisch als de content, wat wat de noodzaak tot integratie integratie met aanwezige aanwezige PLM platformen platfor men benadr benadrukt. ukt. Rulestream R ulestream stelt bedrijv bedrijven bedrijvven en in staat om hun business- en tec hnische kennis kennis te technische borg en, te beheren en deze infor maborgen, informatie naar ‘het moment vvan an verkoop’ verkoop’ te brengen. Eenmaal geborgd, geborgd, kunnen brengen. kennis sales- en order engineers deze kennis gebr uiken om geautomatiseerd geautomatiseerd gebruiken voorstellen, offertes, offertes, resultaten, zoals voorstellen, technische documentatie, documentatie, technische tekeningen en E/ME/M3D-modellen, tekeningen genereren. BOMs te genereren. waarde creatie aan Deze ultieme waarde beide zijden vvan an de organisatie organisatie is zic htbaar in optimaal reactiev er mozichtbaar reactievermoggen, en, verbeterde verbeterde marges, marges, verkorte verkorte doorlooptijden en reductie vvan an fouten. Als bouwstenen binnen een Smar thema’s Smartt Industrie visie visie,, dienen thema’s als de definitie vvan an product architecarchitectuur inrichting van van tuur,, modularisatie en inrichting org anisatie o verkoepelde ‘to-Order’ organisatie overkoepelde processen op de strategisc he agenda agenda strategische te staan.

‘Massa Massa maattw werk’: de evolutie van Engineer-to-Order. ‘maatwerk’ systemen, systemen, afgestemd afgestemd op gedetailleerde gedetailleerde Produceert u complexe ‘maatwerk’ klant? t? specificaties van uw klan

ENGINEER-TO-ORDER (ETO) Fabrikanten F abrikanten leveren leveren meestal complexe complexe worden producten die nauw moeten w orden afgestemd afg estemd op ggedetailleerde edetailleerde specificaties tegelijkertijd vvan an de klant en teg elijkertijd rekening rekening technische dienen te houden met tec hnische logistiekee mogelijkheden, standaarden, logistiek mogelijkheden, productieprocessen. en productie processen.

er vaart de drijvende drijvende druk huidigee maakindustrie ervaart dr uk tot het leveren levveren eren van van meer "maatwerk" "maatwerk" De huidig at een massiev vee omslag zien in de manier waarop waarop we massieve we producten. Het laatste decennium laat open en ervaren er varen evenals evenals de snel toegenomen toegenomen product- en proces complexiteit. producten kkopen aarin klant specifieke specifieke oplossingen oplossingen worden worden geleverd, geleverd, zoals complexe waarin complexe Met name in de B2B w vloed de groeiende groeiende vraag naar meer maatwerk maatwerk veelal beïnvloed veelal de functionele industriële systemen, beïn enmerken, inrichting inrichting van van productieprocessen productieprocessen en tevens mogelijkheden, tevens after-sales after-sales mog elijkheden, operationele kkenmerken, vice modellen. Een bijk service bijkomende omende trend is dat producten in rap tempo slimmer worden, worden, en ser versies elkaar steeds sneller opvolgen opvolgen en software software & elektronica een groter nieuwee versies groter deel van van onze nieuw producten uitmaakt. De impact is hier mee uitdagender uitdagender dan ooit. hiermee oorr, hoe zou zou u een nog nog niet vvolledig olledig ontwikk keld eld el complex pr oduct met ontwikkeld product Stel u zich eens vvoor, succes vverkopen? erkopen? Hoe zou zou u effectief efffectief fec reageren reageren op een aanvraag aan nvraa vraag als er niet voldoende voldoende oor het ontw ontwerp er p van van de oplossing oplossing,, w waardoor aardoor er on onvoldoende nvvoldoende mate vvan an detail is om tijd is vvoor nauwkeurig eurig k kosten, osten, planning en risico’ risico’ss te bepalen? Samengevat, Samengevat, ETO projecten hebben nauwk giswerk van een gebrek gebrek aan tijd en andere middelen gedurende gedurende het offerteproces. offerteproces. gisw erk als gevolg gevolg van opgericht ericht in 1999. Met twee twee kantoren (hoofdkantoor in Best en vestiging vestiging cards PLM Solutions is opg levver ert, installeert emotiveerde medewerkers, medewerkers, levert, installeert en ondersteunt cards PLM in Genk, België) en 40 ggemotiveerde an PLM oplossingen. oplossingen. De organisatie organisatie levert levvver ert tevens tevvens ens project Solutions de implementatie vvan management ement en consultancy diensten op het ggebied ebied van van CAD/CAM/CAE, M/CAE, CTO/ETO, CTO/ETO O,, Tech Tech manag Pub,, Sim Simulatie ulatie en PLM oplossingen oplossingen in 21 landen en bij meer dan 400 klanten. Pub onderscheidt heidt zich zich in de markt door flexibel flexibel en met m een hoge hoge kenniswaarde kenniswaarde cards PLM Solutions ondersc belangrijke rijke trends in de maakindustrie middels haar producten, oplossingen oplossingen en in te zetten op 4 belang sterkee toename van diensten. Deze 4 trends zijn: een sterk van de complexiteit van van producten, de an de het zaken zaken doen, toename op het gebied gebied van van internationale internationale wetwettoenemende globalisatie vvan regelgeving elgeving en het immer verder verder reduceren van van de time-to-market. time-to-market. en reg From rom ggood ood to ggreat, reat, from ggreat reat to Best! F

car ds PLM SSolutions cards olutions B BV V|D Dee M Maas aas 22a | 5684 PL B Best est | T T.. +31-(0)499-371990 +31| F. F. +31-(0)499-372690 olutions bbvba vba | H orizonlaan 36 | B-3600 G enk | T + 968 06 58 car ds PLM SSolutions cards Horizonlaan Genk T.. +32-(0)8 info@car dsplmsolutions.com |www.cardsplmsolutions.com |www w.cardsplmsolutions.com info@cardsplmsolutions.com


Link Magazine besteedt van nature veel aandacht aan innovatieve starters en de initiatieven om hun een versnelling te geven. Nu geconcentreerd in het katern FLINK. Een naam die natuurlijk aanhaakt bij die van dit magazine, maar bovenal duidt op een wezenlijke karaktereigenschap van elke startende hightech ondernemer waar de interesse van (formal) investors naar uitgaat – meer nog dan naar de innovatie in kwestie: heeft de starter doorzettingsvermogen, weet hij mensen voor zich te winnen met zijn overtuigingskracht, durft hij beslissingen te nemen? FLINK bericht over de wereld van starters en hun innovaties, financieringsproblemen en andere uitdagingen.

De lichtgewicht RH3 Swift, een van de drones waarmee Delft Dynamics de groeimarkt op wil.

IN FLINK:

Foto: Delft Dynamics

41 SeeCubic ziet de werkondernemers van TMC graag komen 43 COLUMN Koudverwateringsvrees 43 KORT • Medeye van Mint Solutions breekt door • Primeur: stekkerloze S-Bike • Robotarm voor Duchenne-patiënten stap dichterbij • Kapitaal voor zorg- en beveiligingsrobots RRC • Acceleratorprogramma’s in Eindhoven uit elkaar • Forse injectie voor topsportinnovaties

TWEE SCALE-UPS MAKEN ZICH KLAAR VOOR DE SPRINT

‘IN DRIE, VIER JAAR 400 TOT 500 PROCENT GROEI’ Mobiliteit en duurzaamheid. Op deze grote maatschappelijke thema’s acteren respectievelijk Delft Dynamics, met drones, en Duratherm, met een verbeterde ‘bodemwisselaar’. Beide ondernemingen gaan er dan ook vanuit de komende jaren fors te zullen groeien. Een portret van twee scale-ups onder de hoede van ras-ondernemer Bert Draaijer. DOOR MARTIN VAN ZAALEN

VEEL PRECIEZER MICROSURE-ROBOT DEBAT:OPEREREN ‘SLIMME MET ORGANISATIE

VERBINDT MENS, MACHINE, METHODE EN MARKT’ 1 STUKS, 0 WASTE, 100% MENS

Een operatierobot waarmee chirurgen extreem secuur kunnen opereren. Om die uit te ontwikkelen, hebben het Maastricht UMC+ en de TU Eindhoven het bedrijf MicroSure opgericht. Bij precisieoperaties zijn trillende mensenhanden uit den boze – lang niet elke chirurg is daarvoor nog geschikt. De robot brengt uitkomst. De chirurg bestuurt via joysticks de twee robotarmen, die de bewegingen verkleind uitvoeren en zonder trillingen, want die worden weggefilterd. Dat maakt tot vijf keer zo nauwkeurig werken mogelijk. Chirurgen die het prototype uitprobeerden zijn enthousiast. Het systeem wordt nu in het Maastricht UMC+ getest en verder verbeterd. Over circa twee jaar moet het op de markt komen. Technologiestichting STW en Bright Move, het investeringsvehikel van de TU/e, verschaften MicroSure een lening.

Raimondo Cau (links) promoveerde aan de TU/e op de MicroSure-robot en is nu cto van de gelijknamige spin-off. Foto: Bart van Overbeeke

elft Dynamics heeft het ontwikkelwerk aan klantspecifieke ‘onbemande vliegende systemen’ – drones – tot nog toe met een man of vijf gedaan. Engineers die vermarkting en administratie erbij deden. Maar drones vormen een groeimarkt en directeur Arnout de Jong verwacht dat die toenemende vraag naar nieuwe systemen, in series (veel) groter dan het huidige maximum van tien stuks, ervoor zal zorgen dat zijn onderneming de komende drie, vier jaar met 400 tot 500 procent zal groeien. ‘Wij zijn tot nog toe een sterk technisch georiënteerd bedrijf geweest, gefocust op het ontwikkelen van klantspecifieke systemen. Maar de markt biedt ruimte voor veel meer projecten, in veel grotere series.’

D

www.microsure.nl

LEES VERDER OP PAGINA 39

april 2016

37


bauma, bauma, mĹą mĹąnchen nchen 11-17 11-17 april april 2 2016 016 stand stand a a4.249 4.249

onderhoudskosten verlagen v e en stilstand beperken planetaire- en conventionele aandrijving, hydrauliek e en lieren

Investeer aandrijving Investeer direct direct in in de de jjuiste u i s te a a n d r ij v i n g Wanneer Brevini koopt, Wanneer u een e en B revini aandrijfsysteem aandrijfsys teem k oopt, dan dan krijgt k r ij g t u ook en ook technische technische support su p p o r t e n jjarenlange arenlange kennis kennis op op het het gebied g eb ie d van engineering aangeboden. zorgen voor een van e ngin e er ing a angeboden. Wij W ij zo rg e n v o or e en volledige vo l l e d i g e oplossing op maat. het nu gaat om planetaire, o p l os sing o pm aat. Of Of h et n ug a at o mp lanetaire, conventioco nv e n t i o nele, aandrijfsystemen off lilieren. nele, hydraulische hydraulische a andrijfsys temen o eren.

B Brevini rev i n i B Benelux enelux / benelux@brevini.com benelux@brevini.com / +31 +31 1 172 7 2 47 47 64 6 4 64 64 / w www.brevini.nl w w.brevini.nl


VERVOLG VAN PAGINA 37

TWEE SCALE-UPS MAKEN ZICH KLAAR VOOR DE SPRINT

‘IN DRIE, VIER JAAR 400 TOT 500 PROCENT GROEI’ Om de voorziene groei te kunnen realiseren, overweegt drone-ontwikkelaar Delft Dynamics het inhuren van extra ontwikkelaars en mensen met verstand van business development, sales en het runnen van grootschaliger productieprocessen. ‘Een andere optie is de focus op r&d te houden en het hele scale-up-proces onder te brengen in joint ventures waaruit je licentie-inkomsten haalt.’, aldus De Jong. Hierover overlegt hij onder meer met zijn toeleveranciers.

TOELEVERING Delft Dynamics ontwikkelt zelf de besturingssoftware inclusief de interfaces naar de gebruiker, zodat die de drone gemakkelijk zelf kan bedienen en goed zicht heeft op zaken als vliegplek, brandstofverbruik, camerabeelden en sensorinformatie. Voorts doet de onderneming de integratie en het testwerk. Veel hardware echter wordt toegeleverd. Zo levert Vacutech frees- en draaidelen, zorgt RPP voor het plaatwerk en komen de pcb’s van Eurocircuits. ‘Wij ontwikkelen alles tot op detailniveau, maar hebben gelukkig wel leveranciers die goed meedenken, om het beter en goedkoper produceerbaar te maken. En met sommigen van hen praten we ook over het opschalingsproces en hun rol daarin.’ Belangrijk is dat Delft Dynamics meteen heeft gezorgd voor een modulaire opbouw, met zoveel mogelijk standaardcomponenten. ‘Onze eerste drone leverden we aan het KLPD (Korps Landelijke Politiediensten, red.), voor onder meer observatie bij criminaliteitsbestrijding. Maar we ontwikkelen en maken nu ook drones voor defensie, brandweer en petrochemie. Als je een schoorsteen met ons systeem kan checken op scheurtjes of loszittende delen, kan dat tonnen of zelfs miljoenen aan downtime schelen en de opbouw van een steiger.’ Aan die groei moeten ook compleet nieuwe producten gaan bijdragen, zoals de onlangs gelanceerde DroneCatcher en de lichtgewicht RH3 Swift, met extra lange vliegduur.

ZAKELIJK INSTINCT Op zijn groeipad benut Delft Dynamics de zakelijke instincten en contacten van Bert Draaijer. Hij is oud-directeur van onder meer KLS Netherlands, dat volautomatische systemen voor medicijndistributie vermarkt, en directeur van V en M Regeltechniek. De Jong: ’Ik denk dat hij kan zorgen voor een stuk financiering en contacten met mensen die verstand hebben van de markt en opschaling.’ Mogelijkheden genoeg. ‘Vooral voor de nichemarkten defensie en politie’, aldus Draaijer, die – niet toevallig – ook vice-voorzitter is van het Landelijk Defensie Platform voor VNO-NCW.

Van een andere scale-up waar Draaijer nauw bij betrokken raakte, is hij inmiddels eigenaar. Hij wil met Duratherm uit Elburg snel doorgroeien van de huidige vijftien mensen naar vijftig à zestig en een omzet van zo’n vijftien miljoen euro. En daarvoor staan alle lichten wat hem betreft op groen; de bouwcrisis is voorbij en Duratherm heeft een nieuwe, veelbelovende technologie in handen ‘waar de markt nu echt rijp voor is’. Dat is het verwarmen en koelen van huizen en utiliteitsbouw met een combinatie van warmte-koudeopslag (wko) en geothermie. Gebouwen worden in de zomer gekoeld en in de winter verwarmd, gebruikmakend van de constante tien graden Celsius van de bodem op geringe diepte en de aardwarmte (geothermie) van diepere lagen.

ALLES IN HUIS Deze ‘verticale bodemwisselaar’ heeft Duratherm nu verbeterd. Duratherm-directeur Beerd Volkers: ‘Ik verwacht dat ons land, met zijn zeer geschikte Directeur Beerd Volkers: ‘Ons bodem, snel een inhaalslag zal plegen.’ Foto: Com-magz nieuwe systeem kent twee lussen waar water doorheen wordt gepompt. Eén loopt naar een diepte van tachtig al jaren van slangen met afstandsindicatie, zodat meter. Via een warmtewisselaar wordt in de wij bij het inbrengen precies kunnen zien hoeveel zomer de warmte van het huis meegegeven aan meter is ingebracht.’ het water dat naar beneden wordt gepompt, daar gekoeld en weer omhoog gepompt om de woning INHAALSLAG te koelen. De tweede lus gaat veel dieper, naar Dat de vraag snel zal groeien, daarover is Bert bijna 500 meter, waar het zo’n 25 graden is. Die Draaijer stellig. ‘Ons systeem biedt een veel aardwarmte wordt gebruikt om het gebouw in de stabieler en dus comfortabeler binnenklimaat, winter te verwarmen. Voordeel van ons systeem is terwijl dit aardwarmte-concept in combinatie dat beide lussen gesloten zijn. Bij een gewone met thermische zonnepanelen bij nieuwbouw wko wordt water de grond in gepompt naar een niet duurder is dan een conventionele hr-ketel, zandlaag en weer omhoog gehaald; daarvan zijn driedubbelglas en warmteterugwinningsde onderhoudskosten hoger en je moet – met het systemen. oog op de grondwaterkwaliteit – aan veel meer Bij bestaande bouw heb je het in acht tot tien jaar regels voldoen. Daarom gaan wij ook niet dieper terugverdiend, met alle milieuvoordelen van dan 499 meter, want daaronder geldt de dien. Want waarom zou je gas van elders halen, Mijnbouwwet.’ als de warmte al onder je huis aanwezig is?’ VolDuratherm zoekt, ondersteund door het expertikers: ‘Voor nieuwbouw is geothermie in Zwitsersecentrum SEECE (van de Hogeschool Arnhem land al verplicht en Denemarken is ermee bezig. Nijmegen), naar het optimum voor doorstroomNederland loopt met drie à vier procent van de snelheid, diameter en materiaal van die tweede, woningen nog ver achter, maar ik verwacht dat diepgaande lus. Zodra het juiste polymeer gevonons land, met zijn zeer geschikte bodem, snel den is, kan Duratherm met deze innovatie de een inhaalslag zal plegen.’ markt op, want de onderneming heeft verder alles in huis, zoals kennis en ervaring met het boorwww.venm.nl werk en een goede supply chain. ‘Een betrouwwww.duratherm.nl bare leverancier, Dyka uit Steenwijk, voorziet ons www.delftdynamics.nl

april 2016

39


*/5&3/&50 ' 5)*/(4

'BCSJFLTUSBBU C &. 5JMCVSH 5IF /FUIFSMBOET ] 5FM ] XXX NFSJOPTFSWJDFT DPN


SEECUBIC ZIET DE WERKONDERNEMERS VAN TMC GRAAG KOMEN

BETERE PRESTATIE, HOGERE BELONING

Het begrip ‘werkondernemer’ is niet nieuw, maar raakt nu pas ingeburgerd. De werknemer bepaalt zelf hoe hij zich ontwikkelt, welke ambities hij najaagt en welke faciliteiten hij verwacht van de ‘baas’. Andersom mag die hogere eisen stellen en meer op basis van prestatie belonen. In de detacheringswereld heeft de werkondernemer goede papieren,

SeeCubic heeft een veelbelovende, revolutionaire kijktechniek in handen: ‘Televisie kijken in 3D zonder brilletje.’ Foto: SeeCubic

weten ze bij TMC allang. DOOR JOS CORTENRAAD

S

oftwaredesigner Vincent Berendhuysen is zo’n werkondernemer. Voor TMC in Eindhoven was hij de afgelopen vijftien jaar gedetacheerd bij diverse technologiebedrijven. ‘Philips, Océ en ASML, om er enkele te noemen. Telkens een nieuwe uitdaging, dat is het mooie van detachering. Bedrijven huren je specifieke kennis in en verwachten tegelijk dat je meedenkt en zelf oplossingen aandraagt. Niks automatische piloot, altijd boeiende klussen.’ Continu scholen en leren is voor specialisten als Berendhuysen zoiets als een tweede natuur. ‘Dat wordt nu als kenmerk van werkondernemerschap gezien, maar voor ons is dat niet nieuw. Op softwaregebied zijn er elke dag ontwikkelingen. Je moet bijblijven, alles volgen en veel workshops en cursussen doen. Anders raak je in no time achterop en ben je niet meer de ideale kandidaat voor uitdagende, nieuwe opdrachten.’

IETS EXTRA’S BRENGEN Berendhuysen zag TMC uitgroeien van een kleine detacheerder voor de hightech tot een onderneming met 900 mensen op de loonlijst. Met opdrachtgevers in de hightech, chemie, engineering, automotive en energie. De komende jaren wil TMC uitgroeien naar een wereldwijd opererende onderneming met 3.000-5.000 werknemers, kondigde topman Thijs Manders vorige zomer aan. Een belangrijke pijler onder de groeiplannen: werkondernemerschap. ‘Voor TMC niet nieuw’, zegt senior accountmanager Frank Fleuren. ‘Ontwikkeling en coaching van hard en soft

skills is in de bedrijfscultuur ingebakken. Ondernemend opleiden is sinds de oprichting gewoon. Onze mensen moeten iets extra’s brengen. Zich opstellen als ondernemer en zich betrokken voelen bij de opdrachtgever. Volgens ons de enige manier om op de lange termijn succesvol te zijn in detachering. Met uurtje-factuurtje kom je er niet.’ Klinkt mooi, maar hoe leer je zo’n attitude aan? ‘Allereerst: elkaar vertrouwen geven. We gaan een langdurig commitment met elkaar aan. Een vast contract met heel veel faciliteiten voor scholing en ontwikkeling. Daarnaast stimuleren we ondernemerschap. In ons entrepreneurial lab kan men eigen ideeën ontwikkelen en een eigen bedrijf opstarten. Zo ontstaan interne netwerkjes met veel kennis en ervaring. De klant profiteert. Verder kent TMC een serieuze winstdelingsregeling, die kan oplopen tot vijftig procent van de zelf gegenereerde inkomsten – gebaseerd op de resultaten van TMC en de opdrachtgever. Dus hoe beter de output, hoe hoger de beloning.’ Werknemers een eigen bedrijf laten starten en daarmee je concurrenten in het zadel helpen? Fleuren: ‘Juist niet. De nieuwe bedrijfjes uit eigen kraamkamer worden klanten of op zijn minst waardevolle relaties. Wat overheerst is kennisontwikkeling waardoor TMC sterker wordt. Voor onze consultants opent het wegen naar interessante opdrachtgevers of dat eigen bedrijf.’

3D ZONDER BRILLETJE Vincent Berendhuysen beaamt: ‘We stippelen onze eigen carrière uit. Daardoor ben ik nu geland bij SeeCubic. Een geweldig mooi bedrijf

met ruimte om te pionieren.’ SeeCubic heeft een veelbelovende, revolutionaire kijktechniek in handen. ‘Televisie kijken in 3D zonder brilletje’, vat general manager en cto Hans Zuidema samen. ‘We werken er sinds 2009 zelfstandig aan. In Azië worden nu de eerste 65-inch displays geproduceerd en verkocht. Nog voor de zomer volgt de VS, daarna Europa. Noem het gerust een nieuwe manier van kijken. De kijkdiepte is instelbaar zonder hulpmiddelen. Levensecht. Broadcasters en videobedrijven zijn razend enthousiast. Een 3D-videowall is echt een belevenis. En natuurlijk zien ook de ontwikkelaars van games volop mogelijkheden in de extra dimensie die 3D toevoegt.’ SeeCubic is onderdeel van het Amerikaanse Stream TV Networks en telt ruim 100 medewerkers in onder meer Los Angeles, Philadelphia, Londen, Eindhoven, Beijing en Taipei. ‘We groeien hard’, zegt Hans Zuidema. ‘Daarom maken we, mede gezien de krapte op de arbeidsmarkt voor softwareontwikkelaars, graag gebruik van TMC. Hun mensen brengen iets extra’s, zijn betrokken en ondernemend alsof het hun eigen bedrijf is en vullen onze teams aan met specifieke kennis en skills. En ze zijn te vertrouwen; daar hechten we veel waarde aan om onze technologie en patenten te beschermen. Niets mag naar onze concurrenten.’ Vincent Berendhuysen ontwikkelt er software. ‘Ook al ben je gedetacheerd, je bent meteen onderdeel van de club, medeverantwoordelijk voor het succes. Dat voelt echt als ondernemen.’ www.tmc.nl www.seecubic.com

april 2016

41


1 BESTE ORGANISATIEADVIESBUREAU 2015 Volgens de MT100

Surft u mee op de golven van de digitalisering? Als ondernemer ondernemer zie ziett u de kansen van de nieuw nieuwee digitale digitale werkelijkheid: werkelijkheid: alles kan en gaat online. Uw organisatie aanpassen nieuwee aanpassen aan deze nieuw spelregels spelregels is dé ggrote rote uitdaging van CEO’ CEO’ss in 2016 2016 blijkt blijkt uit he hett jaarlijkse jaarlijkse SStrategy trategy T Trends rends onderzoek Berenschot. staat aat onderzoek van Berenscho t. Tegelijkertijd Tegelijkertijd st uw omgeving omgeving ook nie niett stil. Uw klanten, uw concurrenten concurrenten en uw par partner-partijen tner-partijen zijn zijn volop volop in beweging. beweging.

Berenscho Berenschott heef heeftt een beproefde aan aanpak pak om u te ondersteunen bi bijj uw k koersbepaling oersbepaling en transformatie. transf sfformatie.

W Welke elke k koers oers kiest u om staande staande te bli blijven? jven? En om (weer) (weer) de regie te kr krijgen? ijgen? En hoe vertaalt vertaalt u deze koers koers naar een concreet concreet actieplan? Dat ook gaat werken? werken?

U kunt kunt meer informatie inffor ormatie vinden op www.berenschot.nl/digitalisering www.berenschot.nl/digitalisering of vr vrijblijvend ijblijvend contact contact opnemen met met Simone Heemskerk Heemskerk via 06 15014728 15014728 of s.heemskerk@berenschot.nl. s.heemskerk@berenschot.nl.

Hierin Hierin zijn zijn alle relevante relevante aspecten van future check, strategy design, nieuwe nieuwe business modellen to tott en me mett implementatie implementatie opgenomen, opgenomen, zodat u met met uw MT de koers koers naar 2020 kunt kunt uitzetten uitzetten én uitvoeren. uitv oeren.

Wij Wi ij blijven bliijv jven tot het het werkt! werkt!


COLUMN PAUL MENCKE KOUDVERWATERINGSVREES Paul Mencke - Partner Govers Accountants/Adviseurs aar Piketty de strijd aanbindt met de uitwassen van het kapitalisme, nemen de consultants van McKinsey het in een recent artikel juist op voor de positieve kanten van de vrije markt. Volgens McKinsey ligt de grote kracht van de vrije markteconomie in haar creatief vermogen om problemen op te lossen en in haar effectiviteit. Waarbij ze aantekenen dat het dezelfde effectieve creativiteit is die leidt tot enorme inefficiency en, zoals bij alle evolutionaire processen, veel verspilling kent. Deze bijzondere bundeling van effectieve creativiteit en verspilling is haast nergens zo zichtbaar als in de wereld van start-ups. De statistieken over mislukkingen onder start-ups variëren tussen de 75 en 90 procent, terwijl de echt succesvolle start-ups zo zeldzaam zijn dat ze unicorns worden genoemd.

W

De lage succesratio van start-ups leidt tot behoedzaamheid bij de investeerders die in een vroege fase venture capital of private equity verschaffen. Enerzijds willen zij heel graag betrokken zijn bij die schaarse, succesvolle start-ups, anderzijds willen ze niet te veel verliezen op het veelvoud aan participaties in bedrijven die het niet redden. Daarom stellen ze voorwaarden aan hun financiering die enerzijds ‘het opwaarts potentieel moeten versterken’ en anderzijds ‘het neerwaarts risico moeten verminderen’. Tegelijkertijd moeten ze wel een aantrekkelijk voorstel presenteren, om te voorkomen dat de starter voor een andere investeerder kiest.

Een beproefde methode is om de oprichter een participatievoorstel te doen met een relatief hoge (pre-money) waardering van de startup, als positief signaal aan de oprichter dat hij of zij al iets heel waardevols heeft gecreëerd. Dat voorstel gaat echter wel vergezeld van anti-verwateringsclausules en liquidatiepreferentie voor als de toekomst van de onderneming minder gunstig is dan gehoopt. Een als ‘full ratchet’ beschreven anti-verwateringsclausule zorgt ervoor dat bij een vervolgfinanciering onder minder gunstige omstandigheden de verwatering helemaal wordt afgewenteld op de oprichter, zodat het relatieve aandelenbelang van de investeerder in tact blijft. Een alternatief, zoals de ‘weighted-average’ clausule, pakt juist veel gunstiger uit voor de oprichter. In zijn boek ‘The Founder’s Dilemmas: Anticipating and Avoiding the Pitfalls That Can Sink a Startup’ beschrijft Noam Wasserman dat de oprichter van de start-up voor zichzelf een principiële keus moet maken tussen rijkdom en macht: rich or king? Omdat het maar heel weinig oprichters lukt om zowel rijkdom als macht te realiseren, is het goed om de persoonlijke voorkeur te bepalen. Dat helpt de oprichter bij het beoordelen van voorstellen van potentiële investeerders. Wetende dat zij wel degelijk last hebben van koudverwateringsvrees.

www.paulmencke.nl

KORT PRIMEUR: STEKKERLOZE S-BIKE De Eindhovense start-up Solar Application Lab (SAL) heeft samen met onder meer de TU Eindhoven, Segula en Ebike Nederland de SolarBike in prototype gepresenteerd. Opladen is passé: er wordt gebruik gemaakt van efficiënte zonnecellen bevestigd aan het voorwiel van een elektrische fiets. SAL claimt dat zijn

technologie zoveel energie opwekt dat toepassingen op kleine oppervlaktes – zoals fietsen – in beeld komen. Voorts doet SAL onderzoek naar het terugwinnen van remenergie en het draadloos delen van energie met andere fietsen. www.solarapplab.com

ROBOTARM VOOR DUCHENNE-PATIËNTEN STAP DICHTERBIJ Het A-Gear consortium heeft een prototype robotarm voor Duchennepatiënten ontwikkeld. Het erfelijke Duchenne (spierdystrofie) verzwakt bij mannen gaandeweg de spierfunctie. De robotarm van Mira (Universiteit Twente), TU Delft, Radboudumc en VUMC kan onder de kleding worden gedragen en geeft – beter dan bestaande oplossingen – precies

die armondersteuning die patiënten in staat stelt om dagelijkse dingen te doen. Een flinke portie doorontwikkeling is nodig alvorens de robotarm in de markt kan worden gezet. Het A Gear-project werd in 2012 opgezet door Stichting Flextension. www.flextension.nl/projecten/ a-gear-project

MEDEYE VAN MINT SOLUTIONS BREEKT DOOR De Amsterdamse start-up Mint Solutions gaat zijn Medeye medicijnscanner leveren aan het Deventer Ziekenhuis, de eerste grote order voor het IJslands-Nederlandse bedrijf. Medeye is een vision-apparaatje waarin een arts of verpleegkundige de voorgeschreven medicijnen stopt en dat aan de hand van afmeting, vorm en kleur de medicijnen herkent en checkt of die overeenkomen met wat is voorgeschreven. Een proef in het Deventer Ziekenhuis heeft aangetoond dat de Medeye per dag drie, vier medicatie-

fouten voorkomt. Mint Solutions haalde als deelnemer aan Startupbootcamp HighTechXL (2013 in Eindhoven) een miljoeneninvestering binnen. www.mintsolutions.eu

april 2016

43


KORT ACCELERATORPROGRAMMA’S IN EINDHOVEN UIT ELKAAR

De Haagse Robot Robots Company (RRC) heeft voor ruim vijf miljoen aan investeringen opgehaald bij InnovationQuarter (ontwikkelingsmaatschappij Zuid-Holland), Rabobank Regio Den Haag en een consortium van partners. Daarmee kan RRC zorgrobot LEA en beveiligingsrobots SAM Van links naar rechts Edwin Lustig (Robot Security Systems), en SAM XL op de Pieter Jonker (RRC), Ingrid van Engelshoven (wethouder Den Haag) Europese markt en Martin Roos (RRC). Foto: InnovationQuarter brengen en doorontwikkelen. In tems (idem SAM/SAM XL) en Robot deze robots past RRC zoveel mogeEngineered Systems. Daar werken lijk identieke bouwblokken toe. RRC bij elkaar veertig ontwikkelaars. omvat Robot Care Systems (verwww.innovationquarter.nl markten LEA), Robots Security Sys-

Het Eindhovense HighTechXL en de internationale organisatie Startupbootcamp gaan uit elkaar. De driejarige samenwerkingsovereenkomst loopt af en wordt niet verlengd. De acceleratorprogramma’s voor de hightech gaan nu los van elkaar door, meldde het Eindhovens Dag-

© 2015 Siemens Product Lifecycle Management Software Inc. Siemens and the Siemens logo are registered trademarks of Siemens AG. All other trademarks, registered trademarks or service marks belong to their respective holders.

KAPITAAL VOOR ZORG- EN BEVEILIGINGSROBOTS RRC

blad. Het gezamenlijke programma werd in drie achtereenvolgende jaren gedraaid op de High Tech Campus in Eindhoven. www.startupbootcamp.org www.hightechxl.com

FORSE INJECTIE VOOR TOPSPORTINNOVATIES Sportinnovatie in Nederland naar een hoger niveau tillen, voor meer medailles en – vooral – meer mensen in beweging. Daartoe heeft het ministerie van VWS onlangs de Sportinnovator Award toegekend aan twaalf centra, vijf projecten en tien ontwikkelaars van innovatieve ideeën. Het ZonMw-programma Sportinnovator cofinanciert die met in 1,3 miljoen euro. Daar bovenop

dragen bedrijven, kennisinstellingen, overheden en sportorganisaties 6,4 miljoen bij. Dat geld gaat onder meer naar een nanopil voor temperatuurmeting bij hardlopers, een innovatieve roeiboot en een interactieve wandelstok voor ouderen. www.sportinnovator.nl www.kcsport.nl www.zonmw.nl

Realize brilliance. Siemens PLM Software: Industry solutions for smart innovation.

In a world of smart products, where markets vanish in a single innovation, how do you compete? Forward-thinking companies are “digitalizing” their entire innovation process, from development through production to utilization.

Our Smart Innovation Portfolio helps optimize your digital enterprise so you’re equipped to initiate and respond to disruptive innovation. And you can realize what matters most in your industry. siemens.com/plm/vision

Realize innovation. 44

april 2016


PROCESVERBETERING

EKB AUTOMATISEERT MET ROCKWELL AUTOMATION BROUWPROCES STADSKASTEEL OUDAEN

BETERE BESTURING, BETER BOKBIER Het Utrechtse café Stadskasteel Oudaen brouwt al ruim 25 jaar zijn eigen bieren – professioneel maar met een beperkt budget. Dus werden studenten elektrotechniek van de Hogeschool Utrecht, altijd in voor een biertje, uitgenodigd voor een update van de besturing van het brouwproces. System integrator EKB realiseerde hun ontwerp op basis van de Rockwell Automation PlantPAx procesbesturing. Met als resultaat consistente bierkwaliteit, een eerste prijs tijdens het 35e PINT Bokbierfestival en een tevreden lokale belastinginspecteur. DOOR HANS VAN EERDEN

De automatiseringsgraad van de brouwerij van Stadskasteel Oudaen is sterk verhoogd, waardoor

ierbrouwen is niet voorbehouden aan de grote jongens. Hobbyisten en kleine ondernemers hebben inmiddels in groten getale het ambacht ontdekt. Zoals Stadskasteel Oudaen, een café in het centrum van Utrecht, dat al in 1990 de brouwtraditie weer oppakte en nu jaarlijks zo’n 75.000 liter aan verschillende bieren voor z’n eigen tap brouwt. Dat brouwproces luistert nauw wat betreft dosering, temperatuur, tijd, enzovoort. De besturing moet dus voldoende mogelijkheden bieden om het ambachtelijke Fingerspitzengefühl te vertalen naar een semi-industrieel proces.

B

RECEPTUREN Toen bij Oudaen een modernisering van de besturing aan de orde was, had eigenaar Peter Elzendoorn de nodige wensen voor de procestechnische functionaliteit. Tegelijk moest de besturing eenvoudig in gebruik zijn, een goede administratie bijhouden en te realiseren zijn binnen een beperkt budget. Reden om eerst maar eens de opleiding Elektrotechniek van de Hogeschool Utrecht in te schakelen. Studenten lieten zich een bezoek aan de brouwerij niet ontzeggen en op basis van een uitgebreide briefing ter plekke maakten ze een ontwerp. EKB, Recognised System Integrator van Rockwell Automation, bouwde aan de hand daarvan een besturingskast en implementeerde de besturing op basis van Rockwell Automation PlantPAx. Deze moderne besturingsoplossing is ingericht op snelle implementatie en biedt alle functionaliteit die een bierbrouwer nodig heeft. Denk aan verwerking van uiteenlopende recepturen, programmering van

de bierrecepten nu volautomatisch kunnen worden gebrouwen. Foto’s: Handmade fotografie, Yvonne van der Bijl

verschillende brouwsequenties en integratie van apparaten met motorbesturing, zoals pompen en mixers.

alleen vereist voor voorraadbeheer en inkoop maar ook voor de boekhouding en belastingopgave. De kneep zat ’m erin dat het bier niet wordt gebotteld maar meteen naar de tap gaat. Geen kwestie dus van flessen tellen, maar van nauwkeurig meten en registreren van de liters.

INZICHTELIJK ‘Oudaen wilde een oplossing met off-the-shelfcomponenten om het systeem zo eenvoudig en toekomstbestendig mogelijk te maken. Dankzij een open architectuur zijn toekomstige upgrades en aanvullende apparatuur eenvoudig te integreren’, vertelt EKB-directeur Michiel de Lange. ‘De besturing is gebaseerd op continuous function chart programmering; die maakt de operationele aspecten van het brouwproces inzichtelijk en eenvoudig te besturen. Voorheen moest de operator het systeem van binnen en buiten kennen, nu kunnen zelfs de studenten die achter de bar werken het bedienen. De gebruikers kunnen processen handmatig starten en stoppen, maar het verloop wordt volledig automatisch bestuurd en de brouwrecepten worden vertaald naar de procesparameters. Voorheen moest de operator ‘de wekker zetten’ wanneer hij bepaalde processen moest controleren of activeren. Dat gaat nu allemaal automatisch.’ De besturing houdt verder een complete administratie bij van alle ingaande grondstoffen en de output aan bier. Dit was niet

PRIJS Het resultaat is een ambachtelijk/industrieel proces dat een consistente kwaliteit bier levert. Tijdens het 35e PINT Bokbierfestival werd de Herfstbock van Stadskasteel Oudaen als beste verkozen. Brouwer Maurice Arrindell: ‘Deze eerste prijs was mede te danken aan de nieuwe besturing van onze brouwerij. Doordat we het brouwproces beter onder controle hebben, zijn we tot dit soort successen in staat.’ Naast de innemers waren ook de inners – van belasting – tevreden, meldt Oudaen-eigenaar Peter Elzendoorn tot slot. ‘Een lokale belastinginspecteur schreef dat hij erg onder de indruk was van de inzichtelijke automatiseringsoplossing. Die gaf hem het gevoel dat wij alles onder controle hebben.’ www.oudaen.nl www.hu.nl www.ekb.nl www.rockwellautomation.nl www.emea.rockwellautomation.com/process/nl

april 2016

45


INNOVATIE

WETENSCHAPPERS, MEDICI EN OEM’ERS WERKEN SAMEN AAN ‘PRECISION MEDICINE’

NAAR DE HOLY GRAIL VAN MEDICAL IMAGING Al tientallen jaren maken ziekenhuizen allerhande scans. Tot nog toe beoordeelde de specialist die op het oog, maar tegenwoordig kunnen ook computers ze interpreteren en de arts een diagnoseadvies geven. Een stap verder is die computers, met slimme algoritmen aan boord, los te laten op big databases van medical images van tienduizenden patiënten gemaakt over langere tijd. Dan kunnen ze ook voorspellen en behandeladviezen geven. Daaraan werken wetenschappers, medici en medische-technologiebedrijven samen, zoals in het Medical Delta Imaging Institute (MDII).

‘In de scandata zijn de eigenschappen van de patiënt nog te zeer verweven met de technologische

gaan ze na of deze technologieën bijdragen aan de volksgezondheid en, zo ja, hoe die daarvoor toepasbaar kunnen worden gemaakt. Daartoe werken industriële partners (als Philips Healthcare, GE HealthCare en analysesoftwareontwikkelaar Medis) samen met de universiteiten, c.q. hun medische centra, van Leiden, Delft en Rotterdam. Erik van Oorschot, business director van MDII: ‘In Rotterdam, binnen de onderzoeksgroep van Wiro Niessen, is de focus vooral op de analysesoftware, in Delft concentreert men zich op de beeldvormende apparatuur, terwijl in Leiden het accent ligt op het goed toepasbaar maken van die hard- en software voor de arts.’

eigenschappen van de scanner’, constateert Lucas van Vliet, hoofd van de afdeling Imaging Physics van de TU Delft. Foto: TU Delft

DOOR MARTIN VAN ZAALEN

et MDII is een samenwerkingsverband van ‘internationaal leidende’ wetenschappers, medici en medische-technologiebedrijven. Zij ontwikkelen innovatieve imaging-based technologieën voor het diagnosticeren, voorspellen en behandelen van hart- en vaatziekten en neurologische aandoeningen. Ook

H 46

april 2016

ALGORITMEN MDII-onderzoeker Lucas van Vliet, hoofd van de afdeling Imaging Physics van de TU Delft, stelt dat met apparatuur als mri-scanners en octsystemen (optische coherentietomografie) nog veel meer informatie dan nu gebeurt kan worden vergaard. Hij onderzoekt algoritmen waarmee een computer digitale plaatjes van de hersenen kan omzetten in getallen die iets zeggen over de kwaliteit daarvan. ‘Door onze hersenen lopen bijvoorbeeld ‘wittestof-banen’. Het aantal banen en

• Vertaling van analyse van scans naar normmodellen leidt tot meer diagnostische en voorspellende waarde. • ‘In belang van de volksgezondheid dat scannerleveranciers meer gaan samenwerken.’ • ‘Medische beelden hadden vroeger veel lagere resolutie dan nu – ze zijn niet zomaar te vergelijken.’

de kwaliteit ervan neemt af naarmate we ouder worden. Door de hersenen te scannen van grote groepen mensen over een langere periode, in het kader van bevolkingsonderzoek, kan het gemiddelde, normale verouderingsproces van die banen worden uitgedrukt in kwantitatieve informatie – biomarkers – en een model. Vervolgens kun je die norm vergelijken met de analyse van data uit scans bij een individu. De medicus kan dan vaststellen of de hersenen van die persoon in een normaal tempo verouderen of dat er sprake zou kunnen zijn van de eerste tekenen van dementie. Is dat laatste het geval, dan kan – indien nodig – de behandeling in een vroegtijdig stadium starten.’

KWANTIFICEREN AFWIJKING Kijkt Van Vliet vooral met een wetenschappelijke blik naar big data uit imaging voor diagnose en prognose van ziektebeelden, Mark van Buchem heeft, als hoofd van de afdeling Radiologie van het Leids Universitair Medisch Centrum, vooral oog voor de toepassing ervan in zijn klinische praktijk. De radiologie gebruikt al tientallen jaren beeldvormende apparatuur voor het stellen van diagnoses én het behandelen van patiënten, bijvoorbeeld met dotteren. Tot nog toe deed de radioloog het diagnostische werk ‘op het blote oog’, maar inmiddels kunnen ook computers scans interpreteren. ‘De radioloog combineert kennis van beeldvormende technologie en ziektes. Met die expertise vertaalt hij wat hij op het beeld ziet naar een diagnose. En hij kan – heel snel – een patroon herkennen in de combinatie van verschillende afwijkingen. Minder sterk daarentegen is de radioloog in het kwantificeren van wat hij ziet, het in exacte maten en getallen uitdrukken van de afwijking. Juist daarin kan de computer hem ondersteunen, bijvoorbeeld door exact te meten hoeveel kubieke centimeter littekenweefsel in de hersenen aanwezig is, of te berekenen hoeveel volume de hersenen hebben verloren sinds de laatste scan.’


OBSTAKELS Door de scans met computers en slimme algoritmen te analyseren en zo te komen tot normmodellen, krijgen ze een veel grotere diagnostische en voorspellende waarde. Voor het opbouwen van die modellen moeten de benodigde grote aantallen scans gemaakt kunnen worden met apparatuur van verschillende fabrikanten, aldus Van Vliet. ‘Nu zijn in de scandata de eigenschappen van de hersenen van de patiënt nog te zeer verweven met de technologische eigenschappen van de scanner. Daardoor kun je die kwantitatieve informatie niet in één database stoppen, zijn de data uit scans van verschillende fabrikanten niet geschikt om één normmodel mee op te bouwen.’ Hij heeft hen daarop al aangesproken, maar nog geen goed antwoord gekregen. ‘Ik begrijp wel dat het onderling goed vergelijkbaar maken van scans niet eenvoudig is. Het zal betekenen dat fabrikanten naar elkaar open moeten zijn over de eigen technologie. Dat degene met een technologische voorsprong dat niet graag doet, snap ik. Echter, de plaatjes van de drie grootste scannerleveranciers zijn van dezelfde hoge kwaliteit. Het zou in het belang van de volksgezondheid zijn als ze meer gaan samenwerken.’ Ook Mark van Buchem, die als clinical leader binnen het MDII samenwerkt met wetenschappers als Lucas van Vliet, wil graag die normmodellen ontwikkeld zien. Hij ervaart echter obstakels. ‘Stel dat ik bij een vrouwelijke patiënt van 72 jaar met suikerziekte en hoge bloeddruk een afnemend hersenvolume constateer. In grote datasets kan ik dan zoeken naar vergelijkbare gevallen om snel te achterhalen of die afwijking binnen de normen valt, óf dat er wellicht sprake is van bijvoorbeeld Alzheimer.’ Hij hoopt dan ook dat de fabrikanten van zijn scanners hem snel toegang zullen verschaffen tot die big data. ‘Maar ik realiseer me dat dat niet eenvoudig is. Ten eerste zijn zij huiverig voor de gevolgen van verkeerde diagnoses op basis van hun producten. Ten tweede krijgen zij niet eenvoudig de beschikking over grote datasets van patiënten omdat die privacygevoelige informatie kunnen bevatten.’

DEEP EN WIDE DATA Twee van de grootste scannerfabrikanten zijn Siemens Healthcare en Philips Healthcare Systems. Philips, verklaart Mark van Meggelen, senior director healthcare informatics, werkt met twee soorten big data. Deep data, uit momentopnames van patiënten, en wide data, gezondheidsinformatie over langere periodes uit devices als stappentellers en ‘slimme pleisters’. ‘De eerste soort omvat data uit drie bronnen: scans uit onze ct-, mri- en andersoortige beeldvormende apparatuur; informatie uit de pathologiescanners en andere laboratoriumapparatuur voor analyse van bloed en weefsel; en tot slot de informatie uit dna-sequenties. Alles bijeen terabytes per patiënt. We ontwikkelen algoritmen om daar zinnige informatie over diagnoses en behandeling uit te kunnen halen. En om de uitkomsten snel inzichtelijk te maken, willen we die goed visualiseren met grafieken en diagrammen.’ De stap daarna is die deep data van grote aantallen patiënten geanonimiseerd in de cloud op te slaan, om zo de

arts inzicht te kunnen geven welke behandeling in welke gevallen het meeste succes heeft opgeleverd. ‘Dan zullen onze analyses ook een voorspellende waarde hebben.’ De wide data van bijvoorbeeld wearables leveren realtime informatie op over zaken als bloeddruk en hartritme van de gebruiker. ‘Een voorbeeld is de slimme pleister die wij recent op de markt hebben gebracht, die met sensoren vitale waarden zoals zuurstofgehalte in het bloed van de patiënt monitort en de gegevens draadloos doorstuurt naar de arts. Zo kun je over de tijd heen relevante patiëntinformatie verzamelen. Daarmee kun je de gebruiker natuurlijk leefstijladviezen verstrekken. Maar straks komen de werelden van deep en wide data bij elkaar. Dan kun je het ontstaan van bepaalde ziektes nog veel beter voor‘Minder sterk is de radioloog in het kwantificeren van wat hij ziet, het in exacte maten en getallen uitdrukken van de afwijking. Juist daarin kan de computer hem ondersteunen’, weet spellen en veel eerder dan radioloog Mark van Buchem. Foto: LUMC nu op exact de beste wijze medisch ingrijpen.’ Maar voor het zover is, erkent Van Meggelen, moet het format van de data wel Syngo.teamplay-platform. Dat biedt volgens leveranciersonafhankelijk worden. Smaling een antwoord op de vraag naar één big database: ‘Met data niet alleen van onze apparatuur, maar die van alle fabrikanten.’ NIET MET HAGEL Ook Siemens Healthcare levert zowel ct-, mri-, echografie- en röntgensystemen als apparatuur NIET VERGELIJKBAAR voor medische laboratoria. Daarmee kan een Erik van Oorschot van MDII constateert dat die diagnosticerende arts diverse datastromen over ene database nog geen realiteit is, maar om een een individuele patiënt verkrijgen: beelden van de andere reden dan fabrikantafhankelijkheid. ‘Door diverse scanners, informatie als de bloedgasde toenemende snelheid en opslagcapaciteit van waarden en – aanvullend – de genomics-inforic’s is de foto die je nu met je mobieltje maakt matie uit dna, zo schetst Kees Smaling, directeur van een veel hogere kwaliteit dan die van tien jaar Siemens Healthcare Nederland. ‘Deze drie geleden. Die ontwikkeling zie je terug in de datastromen presenteren we nu al aan de arts. beeldvormende medische technologie. Medische Volgende stap – we zijn bezig die te zetten – is die beelden van vroeger hebben een veel lagere resote combineren, resulterend in één diagnoselutie dan die van nu. Ze zijn met computeradvies.’ Een diagnose die vervolgens vergeleken modellen niet zomaar onderling te vergelijken. kan worden met de big data van duizenden Maar dat is nu net wel de holy grail van medical geanonimiseerde patiënten in een ‘biobank’, om imaging: dat je over een lange periode big data zo de arts inzicht te geven in wat – bij bepaalde, verzamelt, omdat je daarmee kunt zien of het specifieke ziektekenmerken – de allerbeste behanhersenvolume van die 45-jarige zich normaal deling is gebleken. ‘Zodat er niet langer met hagel ontwikkelt, óf dat er misschien sprake is van geschoten hoeft te worden, maar precision medivroege dementie.’ cine mogelijk is. Momenteel ontwikkelen we, samen met partijen als Microsoft, Google en In september organiseren Link Magazine en MDII IBM, machine learning tools. Die kunnen de een rondetafel over medical imaging waarbij ‘diagnose-arts’ de decision support bieden op basis ondernemers, medici en wetenschappers zullen waarvan hij diagnoses kan stellen en behandeaanschuiven. lingen kan geven.’ Aan het vullen van die biobank draagt Siemens www.medicaldelta.nl fors bij; over de hele wereld worden 200.000 www.tudelft.nl opnames per uur gemaakt met apparatuur van www.lumc.nl deze fabrikant. Data die inmiddels ook, geanoniwww.philips.nl/healthcare miseerd, in de cloud staan, toegankelijk via het www.healthcare.siemens.com

april 2016

47


ADVERTORIAL

MACHINEVEILIGHEID NIET MEER TE MANIPULEREN

SAFETYEYE VAN PILZ VERHOOGT VEILIGHEID BIJ STRUYK VERWO Binnen de vestiging van Struyk Verwo Infra in Vlaardingen worden betonstraatstenen en grote betonnen vloerplaten geproduceerd. De vloerplaten bewegen zich automatisch door het proces, maar in de afwerkfase worden ook diverse handelingen handmatig verricht. Om de medewerkers in deze fase optimaal te beschermen is onlangs het veilige camerasysteem SafetyEYE van Pilz in gebruik genomen. Een 3D ruimtebewaking die flexibel is af te stemmen op de specifieke situatie en feitelijk niet te manipuleren is.

S

truyk Verwo Infra is in Nederland marktleider in de productie en levering van betonnen materialen voor de publieke bestrating. In verschillende vestigingen worden bijvoorbeeld trottoirbanden, tegels, stenen, verkeerselementen en straatmeubilair gemaakt. De vestiging in Vlaardingen beschikt over een productielijn voor vloerplaten met diverse afmetingen. Deze zwaar belastbare platen vinden hun toepassing in onder meer haven-, logistiekeen industriële gebieden met veel vrachtbewegingen, heftrucks en opslag van zware materialen.

GEAUTOMATISEERDE PRODUCTIE De productie van deze vloerplaten vindt praktisch geheel automatisch plaats. Beton Veilige camerasysteem SafetyEYE voor 3-D ruimtebewaking wordt van bovenaf in een mal gestort, waarna de verdichting van het beton plaats vindt. Vervolgens moeten de platen 24 uur uitharden in een speciale altijd de kans dat een plaat valt en mensen gewond raken. Om die ruimte. Na deze tijdspanne worden ze uit de hardingsruimte gehaald reden hebben we de lijn kort geleden uitgebreid met een geautomatiwaarna medewerkers handmatig de ‘bramen’ verwijderen en in somseerd systeem dat de platen uit het magazijn neemt en ze naar de mige gevallen een coating aanbrengen op de hoekranden. Tot slot locatie voor nabewerking brengt. Hiermee is de veiligheid al een worden maximaal drie platen op elkaar gestapeld waarbij de tussenstuk verbeterd. Het gebied voor nabewerken is beveiligd met lichtliggende stenen eveneens handmatig worden geplaatst. schermen, maar na de nabewerking moet deze zone handmatig In deze laatste fase van het proces had Struyk Verwo te maken met een worden vrijgegeven. Hierbij is het theoretisch mogelijk dat zich toch potentieel gevaarlijke omgeving. Peter Zijlmans, hoofd Technische nog mensen in het gevarengebied bevinden en niet worden opgeDienst: “Voorheen werden de uitgeharde platen met een handmatig merkt waardoor uiteindelijk toch ongelukken kunnen gebeuren.” bediende kraan naar de juiste plaats getransporteerd. Hierbij heb je


INSCHAKELEN VAN EXPERT Om de veiligheid te maximaliseren, schakelde Zijlmans – op basis van goede ervaringen uit het verleden – de hulp in van Pilz; expert op het gebied van industriële automatiseringsoplossingen met als kerncompetentie veiligheid. Gezamenlijk zijn diverse oplossingen bekeken waaronder scanners die de vloer aftasten, liggende lichtschermen en drukmatten. Geen van deze bestaande maatregelen bleken afdoende. Zo breken er bij het nabewerken bijvoorbeeld regelmatig schilfers van de betonplaten, die sommige oplossingen frustreren. Bovendien was er de sterke wens om te kiezen voor een systeem dat niet te manipuleren is en altijd veilig. Oók wanneer de operator er wellicht even met zijn gedachten niet bij is.

DRIEDIMENSIONAAL CAMERASYSTEEM SAFETYEYE Een systeem dat alles in zich heeft om te voldoen aan de eisen en wensen van Struyk Verwo, is het camerasysteem SafetyEYE. Dit systeem bewaakt gevaarlijke zones in drie dimensies en is niet te manipuleren. De werking is eenvoudig: drie camera’s hangen aan het plafond – idealiter zo’n 7 m boven de vloer – en scannen daar voortdurend de omgeving in drie dimensies. Hierbij wordt alleen gekeken naar de ‘gevaarlijke zone’ die middels een geavanceerd stukje software, de SafetyEYE configurator, nauwkeurig is te definiëren. Hiertoe beschikt de programmeur over verschillende 3D elementen zoals kubussen, balken, cilinders en dergelijke waarmee deze ruimte eenvoudig softwarematig is samen te stellen. Hij is dus niet ‘verplicht’ om een kubus of kegelvorm te gebruiken maar kan de gevaarlijke zone nauwkeurig afstemmen op de betreffende situatie. Via een aantal referentiemarkers op de grond herkent het camerasysteem steeds welke positie hij inneemt. Bij de inbedrijfstelling van het systeem wordt éénmalig een beeld gemaakt van de situatie zoals deze moet zijn: met machines maar zonder mensen. Vervolgens worden alle beelden die de camera’s hierna maken, en waarmee een 3D beeld wordt samengesteld, vergeleken met dit referentiebeeld. Hierdoor herkent de camera van bovenaf of zich mensen in de gevaarlijke zone bevinden. Wanneer dit het geval is zal hij – middels de redundant uitgevoerde veiligheidsbesturing – het productiesysteem – machine of robot niet vrij geven om verder te gaan.

VOORDELEN Het toepassen van dit camerasysteem van Pilz biedt legio voordelen. Ten eerste is er in de meeste gevallen geen ander veiligheidssysteem meer nodig om een bepaalde zone te beveiligen tegen insluitgevaar. Hekwerken, lichtschermen, veiligheidsschakelaars en alle andere oplossingen kunnen worden verwijderd en dus ook niet meer worden gemanipuleerd. Het camerasysteem zelf is ook niet te manipuleren.

Wanneer de camera’s de markers niet kunnen vinden of op een andere manier niet volledig de ruimte kunnen scannen, zal geen vrijgave van de productiemachine of –installatie plaatsvinden. Dit betekent tevens dat het systeem een grote mate van bedieningsvrijheid biedt én dat de gebruiker flexibel kan omgaan met de vorm van de gevaarlijke ruimte. In een kubusvormige ruimte zijn bijvoorbeeld plekken te definiëren waar mensen wel mogen komen. Transportbanden zijn te voorzien van een tunnelvormige schil waardoor mensen gewoon in de buurt kunnen komen, maar tóch geen gevaar lopen tussen de bewegende delen beklemd te raken. Bovendien is de veiligheidszone aan elke gewenste situatie aan te passen. Het verplaatsen, verwijderen of toevoegen van een machine is eenvoudig te ondervangen door de gevaarlijke zone aan te passen. Er is geen nieuw systeem nodig en de wijzigingen hoeven uitsluitend softwarematig te worden doorgevoerd. Tot slot is het systeem eenvoudig in een bestaand veiligheidssysteem te integreren.

IN DE PRAKTIJK Op het moment van schrijven functioneert SafetyEYE een aantal weken en naar volle tevredenheid. Engineers van Pilz hebben het systeem geconfigureerd, geïnstalleerd en inbedrijf gesteld. Bovendien heeft Struyk Verwo een 24/7 servicecontract afgesloten waarmee de kans op stilstand als gevolg van het veiligheidssysteem geminimaliseerd is. Zijlmans: “De medewerkers zijn goed te spreken over het SafetyEYE en voor mij is het vooral belangrijk dat ik weet dat onze mensen altijd veilig kunnen werken. Wanneer je 8 tot 10 uur per dag in een productieruimte staat met de hele dag geluiden, trillingen en bewegende machines, dan voorkom je gewoon niet dat de aandacht af en toe verslapt. Dit systeem voorkomt dat ook niet, maar wel de gevolgen ervan.”

MOGELIJKHEDEN Arno Meijer, gecertificeerd machineveiligheids-expert bij Pilz (CMSE®) sluit af: “De toepassing van SafetyEYE bij Struyk Verwo is een uitstekend voorbeeld van de mogelijkheden die deze veiligheidscamera biedt. Maar er zijn meer perspectieven, nu en in de toekomst. Zo zullen ontwikkelingen op gebied van onder meer software en besturingstechniek de snelheid van het systeem verder verhogen evenals de rekencapaciteit vergroten. Dit biedt in de toekomst mogelijkheden om het systeem bijvoorbeeld op een robotarm te plaatsen en de omgeving, of eigenlijk de mensen, vanuit dit bewegende punt te beveiligen. Ook zien we mogelijkheden in het bewaken van gebouwen en nog veel meer.”

Pilz Nederland Industriële Automatisering Havenweg 22 4131 NM Vianen T

+31 347 320477

F

+31 347 320485

E info@pilz.nl W www.pilz.nl


DE ESTAFETTE PHENOM-WORLD WIL OMZET MICROSCOPEN KOMENDE VIJF JAAR VERDUBBELEN

‘ELLENLANGE ‘LOST ORDER’ ANALYSES ZIJN NIET INTERESSANT’ Zet twee directeuren bij elkaar en ze beginnen meteen over hun bedrijven. In De Estafette

De twee heren zitten nog niet aan tafel of een luide toeter klinkt door het pand van

bevraagt de ene ondernemer de andere over

Phenom-World op het Eindhovense industrieterrein De Hurk. ‘Ha, weer een order binnen.

strategie, leiderschap en wat verder ter tafel

Die toeter gaat tegenwoordig heel vaak’, zegt Emile Asselbergs tegen zijn gast en inter-

komt. Met dit maal Henk Smid, eigenaar/ceo

viewer Henk Smid. De Phenom-tafelmicroscopen zijn wereldwijd in trek. En opvallend:

van system supplier Variass in Veendam, die Emile Asselbergs, directeur van Phenom-World

van de ruim driehonderd apparaten die Phenom-World dit jaar denkt te verkopen, gaan

in Eindhoven, interviewt. Volgende keer is

er honderd naar China. ‘Dat is bijzonder, toch.’

Asselbergs de interviewer.

DOOR LUCY HOLL

‘E

lke keer als er een vliegtuig vanaf Eindhoven Airport overvliegt, zit er een product van jullie in’, grapt Henk Smid. Hoe lang gaat zo’n microscoop eigenlijk mee, wil hij weten. ‘Heel lang’, zegt Emile Asselbergs. ‘Twintig jaar is geen uitzondering. We willen klanten een apparaat leveren dat het altijd doet. Uitpakken, op tafel zetten, stekker erin en klaar. Als de klant ons belt, is het omdat hij er nog één wil kopen, niet omdat de Phenom kapot is. Zo ver zijn we natuurlijk nog niet helemaal. We trainen distributeurs om te kunnen servicen en gaan heel af en toe zelf op reis bij een wat lastiger probleem.’ Henk Smid: ‘Dus een groot serviceapparaat heb je niet?’ Emile Asselbergs: ‘Nee, en dat is best een radicale keuze: omzet uit service is voorspelbaar en winstgevend. We willen niet dat mensen hun microscoop elke keer moeten laten servicen. We willen liever elke keer met iets nieuws komen en omzetgroei halen uit innovatie. Van de omzet (in 2015 bijna twintig miljoen euro, red.) gaat een kwart naar ontwikkeling. We willen onze klanten ook laten zien dat ze bijna nooit een microscoop nodig hebben die een hele kamer in beslag neemt, met een enorm energieverbruik, een dik servicecontract en veel training. Een tafelmodel voldoet vaak.’ ‘Dat is een heel andere markt dan die van FEI?’ ‘FEI staat met zijn miljard omzet aan de top van de markt, wij zitten aan de basis. FEI heeft overigens 19 procent van onze aandelen. Onze grootste aandeelhouders zijn de eigenaren van NTSGroup en Sioux. We hebben een stevige traditie in Eindhoven met microscopen, net als in Japan. Philips en de TU Delft begonnen na de oorlog microscopen in serie te bouwen. In de jaren negentig fuseerde Philips Electron Optics met FEI Company. Het was een verstandshuwelijk, maar die combinatie van Eindhovense ingenieurs en Amerikaanse marketeers pakte heel goed uit.

50

april 2016

Henk Smid (Variass): ‘Je pikt signalen uit de markt op en springt er meteen op in. Als relatief kleine speler kun je snel reageren, toch?’

Ze beseften op een dag dat ze steeds meer in het high-end segment aan het werken waren en ontwikkelden de Phenom. Maar als FEI één Titan van een paar miljoen verkoopt, is dat van een andere orde dan wanneer je je de benen onder het lijf uit moet rennen voor de verkoop van tientallen Phenoms.’ ‘Ze wilden ervan af?’ ‘Het gaf te veel ruis. Destijds ging het ook nog maar om zeventig Phenoms per jaar. En wij dan, zeiden toeleveranciers Sioux en NTS. Ze geloofden in het product, hadden er veel engineering in zitten en de Phenom zorgde voor een aardige omzet qua toelevering. Ze namen Phenom-World over. Vergelijk het met een coöperatie: de eigenaren willen het product melk leveren, wij leveren vervolgens kaas aan zoveel mogelijk klanten. Het eerste jaar werd de groei gefinancierd door de rekeningen van Sioux en NTS heel laat te betalen. Zo kwamen we door de ‘valley of death’.’

‘Was jij er toen al bij?’ ‘Nog net niet. Ik werkte na mijn studie Fijnmechanica in Delft vanaf 1984 eerst bij Philips Electron Optics in de ontwikkeling van high-end transmissiemicroscopen, dat is moeilijk spul. En later in de sales in Groot-Brittannië. Vervolgens werd ik engineeringmanager en hoofd ontwikkeling bij FEI. Op een gegeven moment was ik klaar met de Amerikaanse manier van zakendoen. Ik belde John Berghmans van NTS of hij iets voor me had en begon als directeur bij NTS-Optel in Nijmegen. Dat was erg leerzaam: de toeleveringsindustrie is pragmatisch en efficiënt. NTS kocht toen Phenom-World en Marc Hendrikse – die John intussen was opgevolgd – vroeg me mee te kijken. Er kwam een strategisch plan met een ‘big hairy audacious goal’: tienvoudige groei. Dat geeft nog eens richting. Ik werd directeur. Elektronenoptiek is mijn ding. En ik wil graag werken bij een niet-beursgenoteerd bedrijf. Als de eigenaren meekijken is dat prima, maar ik pas ervoor om continu tijd te steken in cijfers presenteren. Als ik ergens mee zit, doe ik een rondje aandeelhouders en klaar. Ik ben allergisch voor overhead.’ ‘Hoe kreeg je die verkoop van de Phenom omhoog?’ ‘We hebben na de overname afscheid genomen van alle FEI-agenten en zelf distributeurs gezocht. Onze salesdirecteur had een goede strategie. ‘We kijken op relevante vakbeurzen wie ‘analytische dozen’ verkoopt in de prijsklasse van een BMW, dat zijn ondernemende mensen. Die kunnen ook onze Phenom gaan aanbieden’, zei hij. Het werkte. We hebben wereldwijd nu vijftig distributeurs. We begonnen op relatie en goodwill. Nu zijn we succesvol, dus nu willen we dat ze blij zijn dat ze met ons mogen werken. We vragen keihard om rolling forecasts. We gaan van een batch- naar een flowproductie. Als die flow loopt, moeten de Phenoms ook de deur uit. Dat zet de boel onder druk. Maar het doet de kostprijs dalen, de klanten betalen minder en onze marge blijft hetzelfde.’


Henk Smid (links) en Emile Asselbergs in gesprek over tafelmicroscopen en preparaathouders, r&d en service, klanten en medewerkers. Foto’s: Bart van Overbeeke

‘Jullie zijn echt een kop-staartbedrijf.’ ‘Ja, we hebben slimme jongens in huis die van elektronenmicroscopen houden. Zij doen het elektron-optisch ontwerp, het hart van het apparaat. Zo’n beetje alle engineering zit bij Sioux en NTS, die hebben ook veel meer kennis van de supply chain. Zij weten hoe je de kosten omlaag kunt krijgen. Zij hebben ons opgevoed als het gaat om het meest efficiënte productieproces in de keten.’ ‘Ieder focust op waar hij goed in is. Er zijn gedeelde belangen, ieder kan zijn marge maken.’ ‘Precies, Sioux en NTS weten dat we 25 procent van de omzet in nieuwe ontwikkeling steken, waarbij we hun ingenieurs ook weer betrekken. Zij gunnen ons onze marge. Als zij snel en lean produceren, kunnen wij meer wegzetten in de markt.’

zit onze meerwaarde? Onze ambitie is fors: we willen van een kleine twintig miljoen euro omzet vorig jaar naar veertig miljoen in 2020. We kunnen alleen maar naar beste weten handelen. Wellicht is een concurrent op dit moment met precies dezelfde dingen bezig als wij.’ ‘Welke rol speelt de nieuwe Phenom XL?’ ‘Die heeft een veel grotere preparaathouder, want daar verloren we wel eens een order op. We positioneren ’m als een mapping-apparaat. Je kunt met een microscoop plaatjes maken, maar je kunt ook uitzoeken van welk materiaal iets is. Zit ik in een mijn met goud of met pyriet in handen? Zit hier olie of moet ik elders gaan boren? Mijnbouwers in Australië zijn dolenthousiast. Eerst wisten we het niet zo met die Phenom XL. We zagen het als ons eerste analytische apparaat voor bijvoor-

‘Maar hoe goed kun je vooruitkijken?’ ‘De elektronenoptiek is niet zo’n snelle markt als bijvoorbeeld de semiconmarkt. We proberen natuurlijk onze markt uit te breiden, we vertellen ons verhaal naar beste weten, we praten met opiniemakers en distributeurs, we kopen marktrapporten. Maar de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat je nooit weet wat er gaat gebeuren. In de hele pijplijn klopt het redelijk: we gaan dit jaar echt wel weer 300 Phenoms verkopen. We hebben gebudgetteerd op 320 en hopen op 360.’ ‘Hoe zie je die technologische ontwikkeling voor je, met 25 procent r&d-budget zijn er nog grote stappen te zetten?’ ‘Dat percentage is veel, het daalt uiteindelijk wel naar een procent of twaalf doordat de omzet blijft groeien. We hebben een duidelijk strategisch plan: we zweren bij betaalbaar, betrouwbaar en een apparaat-op-tafel. Bij Philips dacht ik: ‘Als we de aller-, allerbeste mechanica eenmaal hebben, winnen we.’ Nee, ontdekte ik in de sales, het gaat ook om andere dingen. Wat wil de klant, waarin

beeld de semiconmarkt. Dat lukt, maar we zien nu al succes in die mapping. Dus doen we dat eerst, noem het wat opportunistisch.’ ‘Ik noem het ‘daar ondernemen waar je kansen ziet’. Je pikt signalen uit de markt op en springt er meteen op in. Als relatief kleine speler kun je snel reageren, toch?’ ‘Een multinational schrijft een rapport. Dat kost een paar ton. Wij bouwen iets, dat kost ook een paar ton. Als het niets wordt, zijn we het geld kwijt. Als het wel wat wordt, hebben wij al hardware. We zijn veel meer bezig met nieuwe mogelijkheden dan bijvoorbeeld met ellenlange ‘lost order’ analyses.’ ‘Je begon je loopbaan als ontwerper, werd salesman en bent nu ondernemer. Hoe is dat?’ ‘Ik vond het leuk om diep in de techniek te duiken en te ontwikkelen, maar ik ben geen heel creatieve ontwerper. Nu vind ik een deal goed afsluiten prachtig. En ik vind het ook leuk om mensen te leren inschatten en begrijpen. Ik kijk naar talenten bij mijn medewerkers. Ik wil hier goede mensen en ook niet te veel. We zijn met 35 nu. Ik ben niet zo van de starre functiebeschrijvingen: als iemand iets echt niet wil of kan, dan doet hij het toch niet of niet goed.’ ‘Maar je kunt mensen ook niet altijd volledig vrij laten. Het is een combinatie van vrijheid geven en waar nodig een streep trekken.’ ‘Sommigen hebben veel leiding nodig. Die krijgen ze. Anderen kunnen meer vrijheid aan. Ik ben voor situationeel leiderschap. Benader mensen op maat. Van de leden van het managementteam verwacht ik veel. Bij ons teamoverleg gaat de deur dicht en hebben we stevige discussies. Ik wil dat iedereen hier werkt alsof het zijn eigen bedrijf is.’

Emile Asselbergs (Phenom-World): ‘Als ik ergens mee zit, doe ik een rondje aandeelhouders en klaar.’

www.phenom-world.com www.variass.nl

april 2016

51


INDUSTRIEBELEID

ASWERD GRESEL OVER SCHAEFFLER EN SMART INDUSTRY

‘DE INDUSTRIE 4.0 BESTAAT NIET’ ‘Industrie 4.0 vind ik eigenlijk een heel verkeerde term. Het suggereert dat de industrie van gisteren 3.0 was en die van morgen 5.0 zal zijn. Maar dat bestaat niet. Dat is voor elk bedrijf anders, afhankelijk van factoren als de sector waar het deel van uitmaakt en de schaal die het heeft. Het deel van de Nederlandse maakindustrie dat duidelijk op weg is naar wat met Industrie 4.0 geduid wordt, is hooguit twintig procent.’ Aswerd Gresel, directeur van Schaeffler Nederland en vice president sales industrial Western Europe bij Schaeffler, stelt het omdat hij dagelijks merkt dat de status bij elke klant anders is.

mogelijk maakt, hangt ook sterk samen met het feit dat Schaeffler over veel productiefaciliteiten beschikt. ‘Negentig procent van onze producten maken we zelf. Want je kunt nu eenmaal niet iets goed ontwikkelen als je het niet zelf produceert. Je moet bijvoorbeeld weten welke productietechnologie of combinaties ervan het beste kunnen worden toepast om een nieuw type lager tegen een marktconforme prijs te kunnen maken. Ons technisch-creatief vermogen is onze belangrijkste usp.’

STANDAARD ZETTEN

Juist in de industriële markt is het breed geaccepteerd krijgen van een technologische innovatie verre van eenvoudig, weet Aswerd Gresel, managing director van Schaeffler Nederland. Foto: Schaeffler

DOOR MARTIN VAN ZAALEN

agerfabrikant Schaeffler, onderkent Gresel, is een sterk technisch georiënteerd bedrijf. Een groot deel van de wereldwijde omzet van ruim twaalf miljard euro (2014) wordt geïnvesteerd in r&d. In 2014 werden daarmee 2518 patenten gegenereerd. ‘Die hebben onder meer betrekking op allerlei kleine details die de

L 52

april 2016

duurzaamheid betreffen of de mate waarin lagers tegen grote krachten bestand zijn. Naar de markt toe duiden we die onder de naam X-Life. Maar Schaeffler heeft ook patent op een geheel nieuw lagertype, het kogelrollager, en op de smeermiddelen die we verkopen onder de merknaam Arcanol, waarvan de samenstelling zo is dat die de wrijving minimaliseren.’ De kwaliteit van de r&d die zoveel patenten

Dat betekent niet dat die technologische innovaties zichzelf verkopen. ‘Wij zijn een technology pushbedrijf, maar houden natuurlijk wel de omgeving waarin een dergelijke innovatie terechtkomt goed in de gaten. Neem lagers voor bruggen- en staalbouw. Schaeffler Nederland is wereldwijd hét kenniscentrum op dat gebied. Onze huidige kwaliteit lagers maakt het mogelijk ze veel kleiner te maken dan voorheen. Maar dan heb je natuurlijk ook te maken met wetgeving, gebaseerd op veiligheidsvoorschriften, waardoor constructies toch groter moeten worden. Anderzijds komt het voor dat de innovaties van Schaeffler dusdanig zijn dat ze de opmaat vormen naar een nieuwe algemeen geaccepteerde standaard. Zoals het ‘naaldlager’, een lager met naaldvormige rollen dat tegenwoordig in meer dan 15.000 uitvoeringen op de markt wordt gebracht.’ Een nieuwe agrotechnische standaard wordt de active control module, verwacht Gresel: ‘Die meet in bijvoorbeeld een balenpers continu de kracht. Bij toenemende druk op de opraapsystemen zorgt deze controlemodule ervoor dat de trekker langzamer gaat draaien, zodat er minder hooi


tegelijk wordt binnengehaald. Dat leidt weer tot minder belasting van de mechanica en minder energieverbruik en zorgt voor balen die allemaal dezelfde hoeveelheid hooi of stro bevatten. Inmiddels hebben we daarvoor partnerships met de landbouwmechanisatiebedrijven John Deere, Rauch en Fliegl.’

ACCEPTATIE Evenwel, juist in de industriële markt is het breed geaccepteerd krijgen van een technologische innovatie verre van eenvoudig. En dan hebben we het tegenwoordig al gauw over innovaties die die industrie slim kunnen maken, zoals in de Industrie 4.0. De industrie waarin alles met alles verbonden is, zodat – met de data die op die manier worden gegenereerd – het complete productiesysteem uiterst flexibel en volautomatisch kan inspelen op de actuele vraag. Gresel heeft het dan over innovaties van Schaeffler als de SmartCheck en de slimme lagers met geïntegreerde sensoren. ‘De SmartCheck is een apparaat’, legt hij uit, ‘dat eenvoudigweg in de buurt van een lager gemonteerd kan worden en zo voorgeprogrammeerd is dat het precies de trillingsfrequenties eruit kan pikken die veroorzaakt worden door bepaalde lagers. Bepaalde veranderingen in de frequenties wijzen op beginnende schade. De gebruiker kan dan het lager vervangen tijdens een geplande stop. Door zijn eenvoudige implementatie en lage kostprijs is dit product een succes. Maar dat geldt nog niet voor bijvoorbeeld het ‘zelfdenkende lager’.’

WAARDETOEVOEGING? Gresel licht toe: ‘Al die systemen die een productieproces slim kunnen maken, produceren een enorme hoeveelheid data. Data die allemaal bewaard moeten worden en dat kost allemaal veel geld zonder dat duidelijk is wat dat nu precies aan waarde toevoegt. Dus zijn veel ondernemers afhoudend en geneigd een probleem pas te gaan oplossen als het zich voordoet en niet op voorhand al te gaan investeren in het voorkomen

geweest en een Industrie 5.0 ons morgen wacht. Maar welk niveau connectivity een bedrijf nodig heeft, is helemaal afhankelijk van de precieze markt waarin het zich bevindt.’ Een grote stap in slim maken van de industrie zou kunnen uitgaan van het oplossen van een groot probleem: het ontbreken van één communicatiestandaard. ‘Daardoor is het nu niet mogelijk onze slimme lagers zonder meer een plek te geven in een complete installatie, maar moeten wij eerst met de

‘Zolang er geen standaardtaal is, zal het slim maken van de industrie in kleine stapjes gaan’

ervan. Een ondernemer die een machine bouwt waarin lagers al een relatief groot deel van de kostprijs uitmaken en waarbij de kosten van ongeplande stilstand niet zo groot zijn, zal niet geneigd zijn te investeren in systemen die ongeplande lageruitval voorkomen. Maar zijn collega die veel duurdere machines bouwt, waarvan stilstand direct veel geld kost, is wel bereid extra te betalen voor ‘slimme lagers’.’

VERKEERDE TERM Daarom vindt Gresel Industrie 4.0 een verkeerde term. ‘Die suggereert dat er een Industrie 3.0 is

klant afspraken maken zodat ons lager met zijn besturing kan praten. Achter de enorme diversiteit aan talen zitten grote commerciële en politieke belangen die op wereldniveau moeten worden opgelost en dat is dus verre van eenvoudig. Maar zolang die standaardtaal er niet is, zal het slim maken van de industrie in kleine stapjes gaan’, aldus Aswerd Gresel, die aangeeft dat Schaeffler in invloedrijke Duitse platforms als de VDMA (Verband Deutscher Maschinen- und Anlagenbau) zijn rol speelt. www.schaeffler.nl

Bosch – Connected Solutions

www.bosch.nl

april 2016

53


MARKETING

INTERNET DWINGT GROOTHANDELS EN INSTALLATEURS TOT HERBEZINNING OP TOEGEVOEGDE WAARDE

FABRIKANT NEEMT DE REGIEROL OVER Tot voor kort waren groothandels en installateurs voor veel fabrikanten dé schakel naar de eindklant. Maar door het internet en alle apps is het voor partijen als Bosch Thermotechniek steeds gemakkelijker over producten rechtstreeks met die consument te communiceren. In die dialoog wordt steeds vaker de koopbeslissing genomen. Hoogste tijd voor de intermediairs goed na te denken waar ze voor hun klant – steeds vaker is dat dus de fabrikant – echt van toegevoegde waarde kunnen zijn. Fabrikanten communiceren tegenwoordig via apps met de consument. Foto: Berenschot

DOOR MARTIN VAN ZAALEN

e producent, de machinebouwer, kan weer in de lead komen bij de consument of de zakelijke eindgebruiker’, stellen Hubert Sturm, senior managing consultant van adviesbureau Berenschot, en zijn collega

‘D

Simone Heemkerk, expert online businessmodellen. In hun werk voor klanten in diverse sectoren in de maakindustrie is hen duidelijk geworden dat fabrikanten net zo dicht bij klanten kunnen komen als ze zelf willen. Hiervoor hebben ze geen tussenschakels meer nodig. Door de voortschrijdende digitalisering en de opkomst van online applicaties kunnen fabrikanten op afstand klant-

profielen in beeld brengen, klantbehoeften inventariseren en via online order tools zelf hun producten en diensten, zoals dakpannen, zonnepanelen of cv-ketels en het onderhoud hierop, verkopen. Dit betekent dat een aantal functies van de groothandel en installateurs kan worden overgenomen door de fabrikant, aldus Sturm en Heemkerk.

FOCUS VERLEGD VAN INSTALLATEUR NAAR EINDKLANT Eigenlijk is er niet zo heel veel nieuws onder de zon. Maar tegelijk ook weer wel, vertelt Jan Rijnen, commercieel directeur van Bosch Thermotechniek, fabrikant van onder meer de Nefit cv-ketels. ‘Wij doen al heel lang aan pull marketing. Daarbij communiceren we met de installateur – informeren hem, geven hem trainingen – om hem te bewegen onze ketels aan te bevelen bij zijn klanten, de eindgebruikers. Ketels die hij dan vervolgens via de groothandel bestelt. Maar, door de komst van het internet oriënteert die eindklant, voorafgaand of nadat hij een offerte heeft aangevraagd bij de installateur, zich steeds meer en uitvoeriger online, op prijs en kwaliteit. Wij spelen daar nu op in met een nieuwe vorm van pull marketing, rechtstreeks gericht op de eindconsument, om die aan ons te binden.’ In die nieuwe aanpak kan de klant zijn cv-ketel rechtstreeks bij Nefit/Bosch bestellen, waarop die er een gekwalificeerde installateur bij levert. ‘Wij verkopen onze ketels niet los, want een ketel moet minstens vijftien jaar betrouwbaar werken en dan is een deskundige

54

april 2016

installatie van groot belang. Dus bouwen wij nu aan een pool van premium partners die van ons de opdracht krijgen aangereikt en daarvoor dus niet langer zelf op pad hoeven en offertes moeten uitbrengen. Terwijl zij min of meer hetzelfde in rekening kunnen brengen als voordien.’ Rijnen erkent wel dat de invloed op de koopbeslissing daardoor is verschoven van de installateur naar de eindconsument en Nefit/Bosch: ‘Maar daarvoor nemen we hem dus wel verkoopwerk uit handen’, aldus Rijnen, die aangeeft dat een installateur de kwalificatie ‘premium’ kan krijgen door aan bepaalde kwaliteitseisen te voldoen en een zekere mate van loyaliteit te betrachten. www.nefit.nl www.bosch.com

De klant kan zijn cv-ketel rechtstreeks bij Nefit/Bosch bestellen, waarop die er een gekwalificeerde installateur bij levert. Foto: Bosch


APPS EN BIG DATA Sturm legt uit: ‘Voor het inmeten hoeft tegenwoordig geen installateur meer langs te komen. Er zijn al smartphone-apps op de markt waarmee je als consument of eindgebruiker bijvoorbeeld de maatvoering van een raamkozijn of een binnenruimte kunt doorgeven aan de fabrikant, simpelweg door er een foto van te maken. Ook kan de consument voorbeelden van raamdecoratie op die app visualiseren en kiezen wat hij mooi vindt.’ Daar kunnen big data aan worden toegevoegd, bijvoorbeeld informatie uit semi-openbare bronnen als Google Maps of het kadaster, vult Heemskerk aan. ‘Dan kan de fabrikant ook al inzicht krijgen in belangrijke kenmerken van het huis, zoals ouderdom, oppervlakte, ligging en kwaliteit van daken en ramen en dergelijke. Deze factoren, die een belangrijke rol spelen bij het opstellen van offertes, kunnen fabrikanten op afstand inventariseren. Waar nodig ondersteund door partijen die goed zijn in het verwerken van deze big data.’

IN DE LEAD ‘Zelfs het installeren van dat dakraam hoeft de fabrikant niet meer aan de installateur over te laten: met een goede online video kan de handige consument dat desgewenst ook zelf ’, aldus Sturm. Natuurlijk is niet alles digitaal op te lossen: het installeren van een cv-ketel bijvoorbeeld is en blijft iets dat een erkende installateur zal moeten doen. ‘Maar waar de fabrikant zich eerst in een

afhankelijkheidssituatie wist, omdat hij zelf geen rechtstreeks contact had met de eindklant, heeft hij dat nu wel en is hij in de lead. Met een online order tool kan hij zelf klantorders en alle benodigde informatie vergaren en daarmee vervolgens die installateur inhuren waar hij goede ervaringen mee heeft. Die preferred installateur levert dus een deel van zijn regie in. Daar staat tegen-

gepleegd hebben om de groothandels en de installateurs het brood uit de mond te stoten. ‘Voor een tussenhandel die geen of te weinig toegevoegde waarde levert naar producent en eindklant, is in de toekomst geen plaats meer’, verklaart Heemskerk. ‘Dat geldt natuurlijk niet’, vult Sturm aan, ‘voor partijen die zich al jaren onderscheiden met onder meer deskundig advies en

‘Met een online order tool kan de fabrikant zelf klantorders en alle benodigde informatie vergaren’

over dat de fabrikant uit zo’n online order tool heel veel informatie kan vergaren over welke consument zich waarop nog meer aan het oriënteren is en die informatie kan hij gebruiken om zijn goedpresterende installateurs met goede leads te belonen.’ Hubert Sturm en Simone Heemskerk hebben deze inzichten neergelegd in een artikel en in een voordracht, ‘De keten op zijn kop’, die ze op 20 april zullen houden ten overstaan van leden van de NCD (Nederlandse vereniging van Commissarissen en Directeuren). Een inzet die ze niet

het leveren van zorgvuldig samengestelde, complete kits. Maar al die partijen zullen zich wel goed moeten herbezinnen op hun rol, die steeds vaker ondergeschikt zal zijn aan die van de fabrikant, die de complete oplossing biedt en vermarkt naar de eindklant. Zij zullen loyaal moeten zijn naar de fabrikant en moeten gaan voor partnerships met echte toegevoegde waarde.’

www.berenschot.nl ncd.nl/event

NOG M NOG MEER EER MOGELIJKHEDEN MOG ELIJKHED DEN Meer keuzes. Meer combinaties. Meer uitvoeringen. ies uw Kies u op maat gemaakte configuratie configuratie..

INDUSTRIAL ETHERNET Kabels voor alle standaard industrieel Ethernet ssy ystemen:

murrelektronik.nl

april 2016

55


VEILIGHEID

FOX-IT VERHOOGT BEVEILIGING VAN KLANTEN DOOR PREVENTIE, DETECTIE, RESPONS EN INTELL

EEN AANVALLER HEEFT MAAR ÉÉN INGANG NODIG

Bedrijven moeten anders gaan denken over de digitale beveiliging van hun gegevens en systemen, stelt Hendrik Schimmelpenninck van der Oye van Fox-IT. ‘Toegegeven, eentjes en nulletjes zijn weinig tastbaar, maar onachtzaamheid heeft grote consequenties. Dus waar je hekken en camera’s kunt neerzetten, moet je dat doen.’ DOOR WILMA SCHREIBER

aak ondernemen bedrijven pas actie als ze gehackt worden – te laat dus. ‘Als je je it-beveiliging goed op orde hebt, merk je er niet veel van en kun je nonchalant worden. Omgekeerd, als je net gehackt bent, wil je alles beveiligen. Wij helpen bedrijven de kwetsbaarheden in hun digitale infrastructuur te achterhalen en een balans te vinden tussen mitigatie en acceptatie’, zegt Hendrik Schimmelpenninck van der Oye. Fox-IT maakt dit inzichtelijk in rapportages waarmee management en beheerder verder kunnen. Uiteindelijk doel: verbeteren van de beveiliging en vergroten van de bewustwording binnen organisaties. Vaak wanen bedrijven zich ten onrechte veilig achter hun firewall. ‘E-mail komt daar wel doorheen, de organisatie in. Dan is phishing een veelgebruikte methode om medewerkers iets te laten doen wat ze niet moeten doen en zo gegevens of een ingang te verkrijgen. Bijvoorbeeld door hen te leiden naar een internetpagina die lijkt op de eigen intranetpagina.’ Dergelijke vormen van social engineering komen steeds meer voor. ‘Iemand doet zich voor als medewerker en vraagt de klantenservice of receptie om zijn wachtwoord omdat inloggen zogenaamd niet lukt. Als dan te behulpzaam wordt gereageerd, kan iemand zo het netwerk op. Digitale beveiliging betreft dan ook niet alleen technologie, maar ook mensen en procedures.’

V

PENETRATIETEST Fox-IT verhoogt de beveiliging van zijn klanten aan de hand van vier stappen: preventie, detectie, respons en intell, oftewel het verzamelen van gegevens over (externe) aanvallers en dreigingen. ‘Je probeert aanvallen natuurlijk zo veel mogelijk

56

april 2016

te voorkomen, maar als ze binnenkomen, is het zaak dat je het merkt en weet wanneer het gebeurd is. En dat je vervolgens nadenkt over hoe je op zo’n aanval reageert, welke acties je onderneemt. Tot slot is Hendrik Schimmelpenninck van der Oye: ‘Digitale beveiliging betreft niet alleen technologie, maar ook het van belang om mensen en procedures.’ Foto: Fox-IT als bedrijf te weten wat er speelt op internet, om in te kunnen schatten of je een gegevens? De verkeersstromen van de eigen orgapotentieel doelwit bent.’ nisatie lopen niet meer alleen intern en richting Een van de methoden die Fox-IT hanteert in de klanten of leveranciers, maar gaan over het interpreventiesfeer, is de penetratietest. ‘Als we erin net en daarmee langs alle tussenliggende provislagen binnen te komen, kunnen we zien welke ders. Als je kiest voor een cloudoplossing, moet je informatie of wachtwoorden te achterhalen zijn. ook je beveiliging daarop instellen.’ Overigens Dat kunnen we doen voor een systeem, maar ook noemt Hendrik Schimmelpenninck van der Oye organisatiebreed. Bij red teaming voeren we in de cloud een prima oplossing, mits bedrijven er opdracht van de klant een realistische hackaanval bewust en veilig mee omgaan. ‘Punt is dat menuit om te zien of we bijvoorbeeld bij een SCADAsen het gemak willen. Hoe ongebruiksvriendelijomgeving (voor procesbesturing, red.), financiële ker, hoe veiliger, maar dan ontstaan andere risiof managementdata kunnen komen of ons toeco’s doordat mensen bijvoorbeeld hun gang kunnen verschaffen tot bepaalde ruimten. wachtwoorden op een briefje schrijven en dit bij Dan halen we echt alle middelen uit de kast en hun computer bewaren. Als beveiliger is het zaak dat kan het blue team van de klant heel veel om mee te denken met de medewerkers en de inzicht geven. Bijvoorbeeld wat zij als verdedigers organisatie om oplossingen te kunnen aandragen wel en niet gemerkt hebben van de aanval.’ die aansluiten bij de manier van werken – ook wanneer er gebruik wordt gemaakt van een cloudoplossing. Uiteindelijk heeft een aanvaller WIE IS VERANTWOORDELIJK? maar één ingang nodig, terwijl je als beveiliger Opslaan in de cloud is hip, maar organisaties alles moet dichtzetten.’ beseffen vaak niet de risico’s. ‘Belangrijke vragen zijn: bij wie/waar staan de data, wie is verantwoordelijk voor het beheer, wie kunnen er bij de www.fox-it.com


PRODUCTIZATION: GEEN SINECURE, MAAR ER IS VEEL BIJ TE WINNEN

NEXT STEP IN WAARDECREATIE

-

-

-

- , ,

,

Het hightech ecosysteem in de Brainport-

X

regio heeft veel te winnen bij ‘producti-

89-54/4+#':-CP4D41$034,(-

@9-P4/)B,-CG,B),44#),B-

-

- -

I9-"#$($(20),B-CN,%&/(#)+1)*+()$,-

,

Alleen door intensief samenwerken kunnen Nederlandse hightechbedrijven voldoende concurrentievermogen genereren. , Brainport Industries, een netwerk van hightechtoeleveranciers, faciliteert die samenwerking. -In - deze rubriek-aandacht voor - de wijze waarop BI werkt aan de invulling van zijn hoofdthema’s. , ,

-

-

,

-

,

Q9-R$30$,4,(0#$%&'()$,-

S9-L2/(43),(4B#+()$,-

T9-L+14/-C-L4#D)'4-

zation’. Maar dan moeten uitbesteders/ oem’ers en toeleveranciers nog wel flinke

8UVW-

stappen zetten. Transparantie over de @WWW-

langetermijnroadmap (door oem’ers), lef om de investeringen daarop af te stem-

@W@W-

men (aan de supplierskant) en – bovenal – wederzijds vertrouwen zijn de crux.

8UVW-, @WWW-, L&7'$,(#+'(),B-3+,&.+'(&#),B-'+0+')(2, F&(/$&#'),B-$.-D+1&4-'#4+()$,-0+#(/, 90*..(&,$(.'"(<%'(#+,#-,"#03.X, J#03.,&;*+:3X,&;*(+,&#2/03Z('1,:"#A.?, EYF.,*"3,B3"'(&*001,(+'3:"*'3$?, EYF.,;*+$C#B3",(2/#"'*+',, .%//0(3".,/"#$%&3,&#2/#+3+'.=, /"#$%&'(#+,.'*:3.,'#,./3&(*0()3$,.%//0(3".=,

DOOR PIM CAMPMAN

orige maand presenteerden John Blankendaal en Paul Schuurmans (van consultancybureau Praetimus, gespecialiseerd in value engineering) de survey ‘Productization of supply companies’. Die is de uitkomst van een studie die Praetimus recent in de Brainportregio uitvoerde – met Brainport Industries (BI) en BOM (Brabantse Ontwikkelings Maatschappij) als partners. ‘Bewustzijn creëren over wat productization is en wat erbij komt kijken – en over de kansen die dat hightech maakbedrijven in deze regio biedt’, motiveert directeur John Blankendaal de betrokkenheid van BI.

V

OMHOOG IN DE KETEN Productization refereert aan een veranderingsproces bij suppliers, legt hij uit. ‘Daarbij gaan ze voor eigen rekening en risico, afgestemd op de innovatieroadmaps en requirements van oem’ers, modules of semi-producten ontwikkelen, fabriceren, leveren en onderhouden. Zij nemen dus de verantwoordelijkheid voor een stuk productontwikkeling en service van de oem’er over en schuiven op in de keten.’ De term productization is van recente datum, de basics werden echter al 15-20 jaar geleden geformuleerd. In die tijd gingen oem’ers de focus leggen op hun core: inno-

BRAINPORT INDUSTRIES In BI zijn negentig hightech-toeleveranciers (9.000 werknemers, twee miljard euro omzet) verenigd. De coöperatie adviseert en faciliteert de aangesloten bedrijven op drie thema’s: technologie & proces, markt & keten en mens & samenwerking. www.brainportindustries.com

Y-X+1&4-':+),H

, ,

,,

@W@W-, [&)1%-($-[&/),4//-/$&#'),B>;3,-%'%"3,;*.,<3:%+X,EYF.,:3',03*+?,, .%//0(3".,*"3,"3./#+.(<03,, -#",&#2/03Z,2#$%03.,*+$,/"#&3..3.=,

Y-F&(/$&#'4%,

,

,

,

,

Evolutie in waardecreatie: toenemende uitbesteding in de waardeketen. Illustratie: Praetimus

vatie/productontwikkeling, assemblage en het vermarkten van hun (eind)producten. De rest legden ze zoetjes aan neer in hun supply chains. Met als gevolg dat de suppliers die deze nieuwe rol aankonden, hun capabilities enorm uitbreidden en groeiden. Toen diende zich al aan dat wat nu productization heet de next step in waardecreatie zou worden. GEEN SINECURE ‘Toeleveranciers en uitbesteders moeten van klassiek uitbesteden naar ondernemend samenwerken’, vertelt Blankendaal, die er al in 2007 – hij werkte destijds bij de BOM – een boekje over schreef. Volgens Praetimus versnelt die outsourcing-trend in de Brainport-regio. Gedreven door de alsmaar hogere druk op oem’ers – en in hun kielzog de toeleverketen – om innovatie en productintroducties te versnellen (kortere lifecycles en time-to-market) en om kostencompetitief te blijven. Productization in de praktijk brengen is geen sinecure, niet voor oem’ers en niet voor suppliers. ‘Van de oem’er vergt het openheid, transparantie over zijn langetermijnroadmap en vertrouwen dat die grotere verantwoordelijkheid bij de supplier in goede handen is. En die toeleverancier moet fors investeren, in kennis en equipment, om het waar te kunnen maken – en wil dus tot op zekere hoogte zekerheid hebben over de bestendigheid van de relatie en de omzet en marges die het hem gaat opleveren. Er ontstaat dus een wederkerige afhankelijkheid, waarin vertrouwen heel belangrijk is. Veel bedrijven vinden dit eng en dat snap ik. Maar ik zeg dan wel: vertrouwen is handelen ondanks de angst.’

KLOOF IN VOLWASSENHEID Volgens Praetimus is productization dan ook vooralsnog verre van gemeengoed. Al zijn er wel best practices, zoals de geavanceerde module die ASML door VDL ETG laat ontwikkelen, bouwen en straks ook onderhouden. VDL ETG kan deze stap maken omdat het gaandeweg een stevige r&d-groep (40-50 man) opbouwde. Maar generiek legt de studie van Praetimus een kloof in volwassenheid bloot: oem’ers zitten in de semiproductizationfase en willen build-to-spec toegeleverd worden, terwijl suppliers nog in de ad hoc-fase zitten – met nog veelal een build-toprint-profiel van subassemblies en componenten leveren. En de oem’ers acteren strategisch, de suppliers nog vooral operationeel. Hoe dan ook, ‘het bevestigt dat de verhouding oem’er-supplier aan het veranderen is’, beklemtoont John Blankendaal. ‘Het belang van de supplier is niet meer af te meten aan de hoogte van zijn omzet. De beste supplier is bezig in de strategie van de oem’er; kwaliteit gaat boven kwantiteit – zeker in de Brainport-regio die haar sterkte ontleent aan high mix, low volume, high complexity. Een paradigma-shift in hoe de oem’er naar zijn suppliers kijkt. Dat tussen de oren krijgen van de inkopers, doe je niet op een achternamiddag.’ Zie ook het artikel in de special Zuid-Nederland bij deze april-uitgave van Link Magazine.

www.praetimus.nl

april 2016

57


MENS EN ORGANISATIE

ICT-STUDENTEN WERKEN VOLOP MEE AAN OPMARS MATAS RICHTING INDUSTRIE 4.0

‘ÉÉN OP DE ZEVEN IS ALS STAGIAIR BEGONNEN’ Hightech elektronicaproducent Matas automatiseert voortdurend verder. Medewerkers worden steeds meer operator. En alles wordt met alles gekoppeld. ‘We willen ultieme controle over de workflow.’ Voor het schrijven van de vele benodigde software zet Matas naast de eigen ict-medewerkers continu mbo- en hbo-stagiairs in. Dat kost tijd, maar levert genoeg op.

pelingen van alle mogelijke kanten; één grote spaghetti, alle software kende eigen log-ins. Dat moet één slim geheel worden.’ Matas is met softwareleveranciers en machinebouwers in gesprek over meer integratie, maar dat duurt lang. ‘Wat vandaag nodig is, hebben we binnenshuis ook in korte tijd gebouwd en ingevoerd.’ Matas werkt daarbij regelmatig samen met collega tbp electronics in Dirksland, die met vergelijkbare behoeften zit.

SERIEUZE SELECTIE

Van links naar rechts stagiair Robin van der Avoort, stagebegeleider Rob Gloudemans en ceo Guido Bergman van Matas: ‘Ons machinepark draait veel op zelf ontwikkelde software. We stoppen zoveel mogelijk intelligentie in het totale bedrijfsproces.’ Foto: Bart van Overbeeke

DOOR LUCY HOLL

atas in Best produceert hoogwaardige elektronische producten in alle afmetingen en samenstellingen, in kleine tot middelgrote series. Robin van der Avoort, vierdejaarsstudent software engineering aan hogeschool Fontys, loopt er stage. Hij werkt aan een grafische module die de productie van de smt-lijnen (voor surface-mount technology) qua machinebelading en bemensing optimaal inplant. ‘Hoezo is zo’n module niet op de markt, denk je dan’, zegt algemeen directeur Guido Bergman. ‘Maar wat wij precies willen, is er niet of nóg niet. Daarom doen we het zelf. Dat gaat sneller, is goedkoper en we hebben maatwerk.’

M 58

april 2016

Van de zestig medewerkers doen er zes continu ict-werkzaamheden. Matas heeft in de regel drie ict-stagiairs in huis. Het steeds verder automatiseren van de processen heeft topprioriteit. ‘We hebben de meest uiteenlopende software draaien: voor CAD, uren- en projectregistratie, een ERPpakket van ISAH, AccountView, noem maar op. Ons machinepark draait veel op zelf ontwikkelde software. We stoppen zoveel mogelijk intelligentie in het totale bedrijfsproces, we werken aan Industrie 4.0.’ Software-engineer Rob Gloudemans (als stagiair informatica vanuit de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen ooit gestart bij Matas) heeft een compleet nieuw framework voor slimme datakoppeling opgezet. ‘Dan heb je het over 150 kop-

Het levert één voortdurende stroom van werk op voor de eigen ict’ers en stagiairs. Die laatsten komen veelal van Fontys. En deden voorheen vaak ieder hun eigen opdrachtje. Nu zitten ze bij elkaar in één ruimte en kunnen elkaar ondersteunen. Ze draaien mee in een werkgroep met onder meer een systeembeheerder, engineer en iemand van logistiek. Het heldere framework geeft veel houvast: wat moet er nog ontwikkeld worden en hoe hangt het allemaal met elkaar samen? Een stagebemiddelingsbureau zoekt geschikte kandidaten, kent de wensen en eisen: stagiairs moeten kennis hebben van in ieder geval programmeertalen als SQL en PHP, en affiniteit met laravel of een ander framework. De maakindustrie moet hen aanspreken. Ze komen officieel op sollicitatiegesprek. Gloudemans: ‘Dan merk je meteen of het klikt. Robin bleek in z’n vrije tijd aan web development te doen. Zo iemand heeft meteen mijn interesse.’ Studenten krijgen een proefopdracht mee. Dat is geen toelatingstoets, maar het geeft bij de start van de stage meteen input voor overleg. Hoe heeft de nieuwe stagiair die eerste opdracht aangepakt?

OPBRENGST Natuurlijk is er een leercurve, benadrukt Bergman. ‘De eerste stagemaand van de zes moet een student wennen aan ons bedrijf en het werk; hij maakt kennis met onze databases, servers en terminologie. Dan komt er een plan van aanpak op tafel en kan hij een maand of twee, drie echt goed bezig zijn met programmeren. De vierdejaars doen ook nog een eigen onderzoek.’ Begeleiden is leuk, maar kost tijd. Soms krijgt een student een project net niet op tijd opgeleverd tijdens zijn


stage. ‘Als ik zelf mijn tijd in programmeren in plaats van al het begeleiden had gestoken, was ik wellicht klaar geweest. Maar zo moet je niet denken. Stagelopers leveren altijd wat op’, zegt Gloudemans. Matas ziet studenten opleiden ook als

interessant te zien wat ze hier maken en hoe zo’n industrieel bedrijf werkt.’ Bij de start van zijn stage kon Robin meteen al een zwaarder project aan. Rob Gloudemans begeleidt hem en met een stagebegeleider op school onderhoudt hij contact

‘We hebben het liefst hbo’ers die zijn doorgestroomd vanuit het mbo – met veel praktijkervaring’

zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid. Als een goede kweekvijver voor talent. Eén op de zeven medewerkers was ooit stagiair bij Matas. Bergman: ‘Dat geldt voor Rob, en ook voor mij. Ik vind het bovendien leuk eigen kennis en inzichten uit te dragen. En jongeren kunnen hun ideeën inbrengen. We hebben het liefst hbo’ers die zijn doorgestroomd vanuit het mbo. Die hebben veel praktijkervaring. Mensen die na de havo naar het hbo zijn gegaan, hebben soms nog geen werkvloer gezien.’ Stagiair Robin van der Avoort was al ingewerkt voordat zijn stage startte. ‘Ik heb gesolliciteerd naar een stageplek en ben vlak daarna eerst vakantiewerk bij Matas gaan doen. Zo leerde ik de mensen en de structuur van het bedrijf al wat kennen – en in de vakantie heb ik een aantal projecten afgemaakt van andere stagiairs. Ik vind het

via onder meer de mail. Om de zoveel tijd loopt hij met een stagiair overal doorheen. Voordat een nieuw stuk software live gaat, wordt het uit en te na getest. De foutkans is klein.

LASTIGE OVERSTAP Rob Gloudemans: ‘Sommige stagiairs werken uitstekend en denken volop mee. Een vorige stagiair is met advanced shipping notification bezig geweest: hadden onze magazijnmedewerkers eerst vijftien muisklikken nodig om een component op de goede plek te krijgen, nu volstaan twee simpele scanbewegingen. Bij andere stagiairs denk je: ‘Oké, leuk dat je er was, maar veel heeft het niet opgeleverd’.’ Werken in een bedrijf is toch anders dan studenten verwachten, aldus de Matas’ers. ‘Op school krijgen ze de perfecte voorbeelden en databases, maar de werkelijkheid is

Wereldwijd marktleider

nooit perfect. Die overstap is lastig.’ Bovendien ontbreekt vaak actuele kennis. ‘Lesprogramma’s veranderen niet continu; dat kan niet door de exameneisen. Wat een ict-student nu in het eerste jaar leert, is tegen de tijd van afstuderen helemaal verouderd. Sommige kennis ontbreekt: opleidingen moeten bijvoorbeeld meer doen aan versiebeheer binnen een project. Iedere keer geef ik een eigen workshopje aan stagiairs; documentenbeheer is echt wat anders dan een stel mapjes aanmaken.’ Opleidingen kunnen ook wel vaker voorbeelden uit de industrie aanhalen of iets over de workflow in een bedrijf vertellen. Dat soort opmerkingen spelen ze door naar de opleidingen. En vaste stagebegeleiders, nog iets waarvoor ze pleiten. Nu zien ze steeds weer andere docenten. ‘Dan kun je niet de relatie opbouwen zoals je wilt.’ Guido Bergman vindt het contact met school belangrijk. ‘Dat is nu twee keer per stage: de docent komt naar ons voor een kennismakingsbezoek. En we spreken de docent tijdens de eindpresentatie op school of hier in Best. Mocht de leerling niet voldoen, dan nemen we wel eerder contact op.’ Stagebegeleider Rob Gloudemans is zeker bereid gastcolleges in het beroepsonderwijs te geven, als de gelegenheid zich voordoet. ‘Uit mijn eigen studie herinner ik me de leraren vanuit het bedrijfsleven het beste, van hen heb ik veel geleerd. Ze staan met één been in de praktijk en één been in het onderwijs. Ideaal.’ www.matas.nl

op het gebied van aandrijving, besturing en procesbeheersing

Parker Hannifin is wereldwijd marktleider in de ontwikkeling, productie en verkoop van technologieën, systemen en componenten op het gebied van aandrijving, besturing en procesbeheersing. Parker levert producten in negen technologieën: hydrauliek, pneumatiek, slangen&koppelingen, afdichtingen, procesbeheersing, filtratie, klimaatbeheersing, electromechanica en luchtvaart. Naast producten levert Parker ook complete systemen, aggregaten en power-units. parker.nl

april 2016

59


STRATEGIE

3D-PRINTERBOUWER ULTIMAKER VEROVERT WERELD MET GEDURFD BUSINESSMODEL

‘IN CONTROL BLIJVEN OM TE BLIJVEN GROEIEN’ Ultimaker groeit als kool – en zet alles in om dat te blijven doen. Toch wist de scale-up de menskracht en tijd vrij te spelen om een solide ERP-backbone te implementeren. ‘Voor ons, als snelle groeier die zijn producten wereldwijd wegzet, is het zaak in control te blijven’, duidt cfo Eric Sas. ‘Dat zijn we nu, dankzij de inzet van onze mensen en die van Pulse Business Solutions. Hun ‘Sure Step Agile’-methode hielp om de klus in vier maanden te klaren.’

DOOR PIM CAMPMAN

U

ltimaker, de 3D-printerbouwer in Geldermalsen, is een parel in het Nederlandse start-up-landschap. Het bedrijf, in 2011 formeel gestart, telt vandaag 180 medewerkers, van wie circa vijftig in r&d. De steile groeicurve is gestoeld op het even eigenzinnige als bijzondere businessmodel: Ultimaker leverde initieel zijn ‘open source’ desktop-3D-printers niet kant-en-klaar, maar als bouwpakket. ‘Na de opstartfase zijn we kant-en-klare producten gaan verkopen, aan klanten in de hele wereld’, zegt Eric Sas.

BEWUSTE KEUZES Die bouwpakketten waren een bewuste keuze. ‘Daarmee trokken we de echte liefhebbers aan. Mensen die het leuk vonden om het apparaat in twee dagen in elkaar te zetten. En om eraan te sleutelen; we weten dat ’t vaak gebeurt – het is de open source-gedachte die diep in dit bedrijf zit. Met z’n allen weet je meer dan alleen. Dat betaalt zich uit: er is een grote en actieve community ontstaan van gebruikers die meedenken. Een recente verbetering aan de nozzle (printerkop, red.) is in feite door iemand uit de community bedacht. En veel resellers en onze assemblagepartner in de VS komen eruit voort.’ Die aanpak werkt, blijkt uit de substantiële groei – dankzij gezonde winstgevendheid de eerste jaren volledig op eigen kracht gerealiseerd. ‘Medio vorig jaar verstrekte de Rabobank een passend bancair krediet om verdere groei te faciliteren.’ Sas noemt geen omzet- of winstcijfers. Maar zegt wel: ‘Slechts een klein percentage van onze omzet komt uit Nederland. Het gros behalen we elders in Europa, met Duitsland, Frankrijk en Engeland als belangrijkste landen. NoordAmerika is goed voor ruim dertig procent; de bedoeling is daar te groeien tot meer dan veertig

60

april 2016

procent. Sinds kort hebben we zes eigen mensen in New York. Klanten komen vooral uit de maakindustrie (60-65 procent), van kleine productiebedrijven tot blue chip companies, en educatieve instellingen (25-30 procent), hogescholen en universiteiten voorop. Alle topinstituten maken gebruik van onze printers. In de consumentenmarkt is voor ons niet zoveel te halen: een 3Dprinter is geen plug & play en zal dat ook niet snel worden.’

Eric Sas, cfo van Ultimaker: ‘In plaats van minimaal zes tot negen maanden voor implementatie uit te trekken, kwamen we samen tot de conclusie dat het ook in drie maanden zou moeten kunnen.’ Foto: Maarten Hartman

STEEDS VOOROPLOPEN Het businessmodel is gewaagd; daarmee creëert Ultimaker immers zijn eigen concurrentie. Eric Sas illustreert: ‘Circa vijftig procent van de markt gebruikt onze aanstuursoftware. Waaronder grotere fabrikanten, best een vreemde situatie. En onze printers worden nagemaakt. Al anderhalf jaar geleden werden aan Russische scholen kopieen van onze Ultimakers verkocht. Doe je niks tegen, moet je ook niet willen. Procederen in een land dat je niet kent en in een omgeving die vijandig is, leidt tot niets. Wij focussen ons op posi-

tieve dingen: een paar stappen vooruit blijven in productontwikkeling en groei in Europa, NoordAmerika en straks zeker ook de Aziatische markt.’ Dus zet Ultimaker zwaar in op r&d. ‘Die is key, daar liggen onze echte assets.’ Waarmee Sas niet wil zeggen dat sales & marketing, service en productie (in Zaltbommel en Memphis, VS) onbelangrijk zijn. ‘We focussen op het ontwikkelen en bouwen van 3D-printers en die op een zorgvuldige manier op de markt zetten. Via een distributienetwerk van partners; van directe verkoop gaan we weg.’


SPRINTEN Alles en iedereen richt daarop alle aandacht en energie. En toch lukte het de menskracht en tijd vrij te spelen om een ERP-systeem te implementeren. ‘Als groeiend bedrijf loop je er vroeg of laat tegenaan: hoe behoud ik de controle over m’n goederenstromen? Dan red je het niet meer met Excel-bestandjes en kennis in de hoofden van mensen. Om in control te zijn, waren we toe aan een voor iedereen toegankelijke en inzichtelijke ERP-oplossing.’ Bij de selectie viel de keuze allereerst op Microsoft Dynamics AX en vervolgens op Pulse, als implementatiepartner. ‘Wat ons erg aansprak, was dat Pulse een aanpak voorstelde waarmee we relatief snel zouden kunnen imple-

ERP-systeem geregeld moet zijn, wat daar allemaal bij komt kijken en hoe dat dan in het vat te gieten. Heel intensief, maar met snel resultaat. De methodiek kenmerkt zich door een strakke en heldere stapsgewijze aanpak. ‘Aan het begin van elke dag intensief overleggen over wat je als team voor elkaar wilt krijgen, en gedurende de dag hard werken om die planning op het eind van de dag te halen’, schetst Herman Edelijn, als salesmanager voor Pulse betrokken bij het Ultimakerproject. Pulse positioneert Sure Step Agile als een nieuwe optie naast de gangbare ‘waterval’-methode, verklaart Hiljon te Boome, directeur operations bij Pulse. ‘Vooral voor start-ups, die – met jonge mensen die nog maar kort binnen zijn –

‘Dankzij de sprints hoef je je mensen maar relatief kort af te halen van de eigenlijke focus: groeien’

menteren.’ Eric Sas doelt op Sure Step Agile, een methodiek die Pulse in eigen huis heeft ontwikkeld en is geïnspireerd op de scrum-aanpak, bekend van softwareontwikkeling. Die werkt met ‘sprints’, periodes van twee tot vier weken waarin per afdeling een team dedicated en intensief aan de gang gaat om boven tafel te krijgen wat in het

alle focus op groeien leggen, kan deze optie aantrekkelijk zijn. Dankzij de sprints hoef je je mensen maar relatief kort van die focus af te halen.’ Eric Sas: ‘In plaats van er minimaal zes tot negen maanden voor uit te trekken (gebruikelijk voor zulke complexe implementaties, red.), kwamen we samen tot de conclusie dat het ook in drie

maanden zou moeten kunnen. Voorwaarde was wel dat we ons conformeerden aan standaardoplossingen, maar dat wilden we zelf ook. Wel liepen we er tegenaan dat je je brongegevens heel goed op orde moet hebben; dat hadden wij als jong bedrijf onvoldoende. Dat het toch in vier maanden voor elkaar is gekomen, met een goed resultaat – nu al realiseren we tijdsbesparingen –, is te danken aan keihard werken door alle betrokkenen.’

NOG MEER VERTROUWEN ‘Voor een grote groep mensen, voor de Ultimaker-organisatie überhaupt, is het een zware maar zeer bevredigende belasting geweest’, kijkt Eric Sas terug. ‘Er was een mooie dynamiek tussen de afdelingen, mensen trokken intensief met elkaar op, zodat er hechte teams zijn ontstaan. Er was weinig overtuigingskracht nodig om dit geaccepteerd te krijgen. Als jong bedrijf met jonge mensen zaten we niet vastgeroest in een vorig systeem. En iedereen ziet het ERP-systeem als een aanwinst waarmee we met nog meer vertrouwen de toekomst in kunnen.’ Die ziet er florissant uit. ‘We zijn ervan overtuigd dat we de komende drie, vier jaar de omzet met een factor vijf tot tien kunnen verhogen.’

www.ultimaker.com www.pulse.nl

E NGINE E RING YOUR FUTURE www.viro.nl

april 2016

61


PROCESVERBETERING

CONTEYOR IMPLEMENTEERT MET HULP CARDS PLM SOLUTIONS DRIE NIEUWE PAKKETTEN

HET BEEST GETEMD De herbruikbare, textiele verpakkingssystemen van conTeyor vinden hun weg naar zowat alle tier one suppliers in de Europese automotive-industrie. En ondertussen richt de Belgische nichespeler zich ook op assemblagebedrijven in andere sectoren. ‘In onze groeistrategie zijn het nieuwe CAD- en PLM-systeem én de productconfigurator de hoekstenen. Die implementeren was een krachttoer, ook voor partner cards PLM Solutions. Maar ik zou het zeker weer doen.’ DOOR PIM CAMPMAN

C

onTeyor (250 werknemers, 35 miljoen euro omzet, hoofdkantoor in Merelbeke (B)) is marktleider met zijn textielgebaseerde ‘logistieke dragers’. Een ‘conTeyor’ – niet toevallig schurkt de naam tegen conveyor, transportband, aan – is een slimme samenstelling van textiele compartimenten (cellen/ pockets) die in een transportcontainer worden gehangen, legt cto Bart Vermeulen uit. Zo wordt de ruimte in een handling unit optimaal benut en gaat er meer lading in een unit c.q. vrachtwagen. En omdat textiel enigermate flexibel is, vormen kleine productmodificaties geen probleem. Meer voordelen: het – deels gepatenteerde – systeem beperkt transportschade, is opvouwbaar (voor retourzending), gaat jaren mee en voorkomt waste van karton, foliechips en andere verpakkingsmaterialen. Kortom, minder kosten en milieu-impact. Met de kanttekening dat de te transporteren goederen niet loodzwaar mogen zijn. Vermeulen: ‘Interieurdelen voor de automobielindustrie zijn onze hoofdmarkt: deurpanelen, dashboards, bumpers, enzovoort. Of wasmachinedeuren. Wat lichtere onderdelen, geen zware motordelen.’

SNELHEID OMHOOG Alle conTeyor-systemen zijn tailormade. ‘Iedere klant heeft specifieke wensen en elke applicatie is weer anders. Bijvoorbeeld omdat afmetingen en gewicht van de spullen of de maatvoering van de handling-unit verschillen. Onze core is díe textielsoort te gebruiken die voor de specifieke applicatie het meest geschikt is. Die ontwikkelen we samen met onze textielleveranciers. De ont-

62

april 2016

Bart Vermeulen, cto van conTeyor: ‘Een prachtproduct alleen is niet meer genoeg. Je moet ook alert en adequaat kunnen reageren: quick response manufacturing. Met als vervolgstap – omdat wij klantspecifieke producten maken – quick response development.’ Foto: conTeyor

werpen maken we in eigen huis en in onze fabriek in Zuid-Polen worden de textielrollen cnc-gesneden en met speciale stiksels op maat gemaakt. De ophanging, bijvoorbeeld railsystemen, ontwerpen we ook zelf en laten we door anderen maken.’ ‘Textiel is’, zegt Bart Vermeulen, ‘een breed luik: geweven, non-woven of gebreid; van natuurlijke materialen of polyethyleen, polyester, enzovoort. Wij kunnen die voorzien van extra lagen, waaronder een protectie- en slijtvaste laag.’ Hoewel dat proces heel lastig te kopiëren is, gebeurt dat allengs vaker. ‘Om de concurrentie voor te blijven, zetten we sterk in op versnelling van het hele traject, vanaf eerste klantcontact tot en met uitlevering.’ Daartussen zitten stappen als engineering, prototyping en (serie)productie. ‘Een prachtproduct alleen is niet meer genoeg. Je moet ook alert en adequaat kunnen reageren: quick response manufacturing. Met als vervolgstap – omdat wij klantspecifieke producten maken – quick response development.’

AF VAN EILAND Dat vereist nauwe samenwerking tussen engineering en anderen: downstream (met sales, inkoop), upstream (met prototypebouw, productie) en cross (engineering onderling). En een itinfrastructuur die faciliteert dat alle partijen real time over alle actuele informatie kunnen beschikken én informatie kunnen inbrengen. ‘Zodat engineering niet meer op een eiland zit met z’n CAD-systeem, maar kan delen wat zij doet – in 3D. Een stap verder is dat onze salesmensen in de diverse landen kunnen deelnemen aan het 3Dproces. Dan kunnen we echt versnellen.’ ConTeyor had dat onvoldoende op orde, zegt Vermeulen. ‘Voor ons groeiplan moesten we daar slagen maken. Ons CAD-systeem was lang niet onderhouden en file-based; in plaats daarvan wilden we een kluissysteem, waarin je safer met gegevens kunt omgaan. Bovendien kwam een PLM-pakket, met zijn vele extra mogelijkheden, al snel in beeld.’ Of dat niet genoeg was, stond ook een nieuwe productconfigurator hoog op de


gemakkelijk LASERGESNEDEN BUIS & PLAAT ONLINE snijden is eenvoudig, Kwaliteit & betrouwbaarheid een kunst.

verlanglijst. Vooral om sales in die nieuwe (3D-) rol te faciliteren. ‘Uit onze configurator kwam op het laatst een lijst van 2.000 parameters; onwerkbaar, dat ding barstte uit zijn voegen. Hoog tijd voor een state-of-the-art vervanger, eentje die ons in staat stelt tussen configureren en engineeren te switchen.’

en middelgrote bedrijven via distributeurs. Een goede zaak, vind ik; die staan dichter bij ons type bedrijven. Goed was ook dat Siemens vanaf dag één mee in de discussies is gaan zitten.’ Koen

WISSELWERKING

‘We kunnen niet knippen tussen configureren en engineeren; er moet een wisselwerking zijn’

Dat switchen is essentieel, beklemtoont Bart Vermeulen. ‘Omdat we tailormade ontwerpen, kunnen we, zeg, tachtig procent configureren. De rest engineeren we – om daarna terug te configureren en engineeren, soms meer dan eens. Op het laatst een configuratie bijstellen die in het begin is gemaakt, is geen uitzondering. Bijvoorbeeld omdat de klant de container-size toch nog anders wil. We kunnen dus niet knippen tussen configureren en engineeren; er moet een wisselwerking zijn.’ Na een marktverkenning koos conTeyor voor Siemens: NX (CAD), Teamcenter (PDM) en Rulestream (configurator). Met als implementatiepartner cards PLM Solutions in Best (met ook vestigingen in Genk (B) en Stuttgart (D)). ‘Siemens had een matching aanbod en zeker die combinatie met Rulestream maakte het interessant. Daarmee vangen we tachtig procent van de ontwerpkeuzes af.’ ConTeyor kende cards PLM Solutions – platinum partner voor de Benelux van Siemens PLM Software – al wel, via wat oem’ers die beiden als klant hebben. Vermeulen: ‘Siemens partnert met kleine

Valkenburg, accountmanager van cards PLM Solutions (vanuit Genk verantwoordelijk voor België): ‘Er is echt een drieluik ontstaan van conTeyor, Siemens en cards PLM Solutions.’

MILESTONE Het implementatietraject startte ruim twee jaar geleden. Maart 2015 ging het eerste deel van engineering (ontwikkeling van handling units) live met NX en Teamcenter, meldt Vermeulen: ‘Onlangs hadden die de switch-off. Een belangrijke milestone, vind ik; dan is er geen weg terug meer en moet iedereen ermee aan de slag.’ Begin dit jaar volgde de ‘go live’ voor textielontwikkeling. ‘Behoorlijk complex, dat had echt wel voeten in de aarde. Het unplug-moment daar moet nog komen, maar tachtig procent van het textielontwerpen gebeurt nu op het nieuwe systeem.’ Hij

spreekt van ‘een enorme krachttoer, voor ons en cards PLM Solutions’. ‘Wij zijn heel ambitieus en, om het echt goed te krijgen, soms best koppig. Bij cards PLM Solutions zullen ze vast ooit gedacht

hebben: hoe moeten we dat beest temmen?’ Valkenburg prijst conTeyor voor die drive. ‘Zij hebben een sterke visie op waar ze naartoe willen en durfden het aan niet de makkelijkste weg te kiezen. Dat maakt hen een interessante, prettige klant.’ Bart Vermeulen: ‘De drie trajecten tegelijk doen, was geen optie. Dat moet je getrapt doen, gewoon de tijd nemen; en aan af en toe een dip ontkom je niet. Achteraf kijkend zeg ik: het is pas echt gaan lopen toen we intern mensen volledig, 100 procent vrijgemaakt hebben van andere taken. Maar ik zou het zeker weer doen.’

www.conteyor.com www.storeganizer.com www.cardsplmsolutions.com

april 2016

63


KORT AWARDS

DIGITALISERING VAAK BREEKPUNT IN WBM’S ZOEKTOCHT NAAR PARTNER WBM Staalservice Centrum in Stramproy, specialist in 3D-lasersnijden en het zetten van dik en lang plaatmateriaal, is op zoek naar strategische partners. Naar samenwerkingsverbanden die de marktpositie van de partners versterken, doordat ze samen onderdelen met meer toegevoegde waarde kunnen toeleveren. Op de lange termijn blijken deze partnerships echter vaak niet houdbaar, is de ervaring van directeur Hermen Bos. ‘Ik heb al vaker meegemaakt dat de opdrachthouder, zodra de volumes gaan stijgen, toch maar zelf die bewerkingsmachine aanschaft en het werk zelf gaat doen.’ Dat is niet het type partnership waar Bos naar op zoek is, net zo min als samenwerkingsvormen waarin de machtsbalans sterk doorslaat naar de uitbestedende partners. ‘Dat type partnership, waarin de afhankelijke partij weinig ruimte heeft om te

ondernemen, zie je in de automotive nogal eens.’ Wel zoekt hij complementaire metaalbewerkers die goed zijn in frezen, draaien, lassen en behandelen van oppervlaktes, die in staat zijn snel en kosteneffectief hoge kwaliteit te leveren en nabij Stramproy gevestigd zijn. ‘Die net als wij goed zijn ingericht op het bewerken van werkstukken van drie meter of meer, van plaatmateriaal dikker dan vier millimeter. Die ISO-gecertificeerd zijn en die ook qua omvang goed bij ons passen, zodat er een evenwichtige relatie ontstaat.’ En het moeten ondernemingen zijn die hun processen gedigitaliseerd hebben of bereid zijn daarin te investeren. ‘Ideaal zou zijn als je online in elkaars shopfloorplanningssysteem kunt kijken, of minstens in elkaars capaciteitsplanning. Daarnaast zou het mogelijk moeten zijn dat de afdelin-

gen werkvoorbereiding digitaal 3Dtekeningen kunnen uitwisselen, dat de een die bij de ander kan downloaden, of ten minste op verzoek kan uploaden, zodat beide afdelingen altijd over de laatste versie beschikken.’ Vooral die digitalisering blijkt voor veel potentiële partners vooralsnog iets teveel gevraagd, maar is voor Bos wel een essentieel onderdeel van de samenwerking. ‘Per saldo wil ik dat partnership aangaan om de gezamenlijke concurrentiepositie te verstevigen, om samen sneller te groeien, ook op de lange termijn. Want zelfstandig overleven wordt steeds lastiger, omdat de markt steeds hogere eisen stelt aan flexibiliteit en snelheid. Behalve onze kennis van het bewerken van dik en lang plaatmateriaal, zijn juist flexibiliteit en heel korte doorlooptijden factoren die steeds belangrijker worden. Maar dat vergt wel dat je je processen

YASKAWA TOTAL SYSTEM SOLUTIONS MASTERS OF ROBOTICS, MOTION AND CONTROL

De ESEF Awards 2016 zijn vorige maand toegekend aan Machinefabriek Boessenkool (Engineering & Design), Ceratec Technical Ceramics (Innovatieve Materiaaltoepassingen) en PillenGroup (Publieksprijs). De TechniShow Innovatie Awards 2016 gingen naar Romias (Platina), Tuwi (Goud), Exner Ingenieurstechniek (Zilver) en Fanuc (Publieksprijs). Exner Ingenieurstechniek heeft

de Made in Holland Award 2016 gewonnen.

goed digitaliseert. Ik merk echter dat veel bedrijven van de voordelen van smart industry nog niet overtuigd zijn.’ Aldus Hermen Bos, sinds vorig jaar zomer directeur van WBM, als opvolger van de gepensioneerde Adrie Kodde. www.wbm.eu

With innovative solutions for Robotics, Motion Control and Controls systems, YASKAWA is your ideal partner for complete automation solutions from one single source. Through our broad experience in the realization of custom solutions in many different industrial sectors we can give you expert advice for your specific objectives.

Masters of Robotics, Motion and Control YASKAWA Benelux B.V. Science Park Eindhoven 5031, 5692 EB Son (NL) Tel +31 (0)40 289 5500 info.nl@yaskawa.eu.com www.yaskawa.eu.com

64

april 2016


COLUMN KAMAL RIFAI ZELFSTUREND ERP OP DE TESLA-MANIER Kamal Rifai - Sales executive, Unit4 esla is voor de auto-industrie wat Apple is voor smartphones. Dankzij de software van Tesla zullen zelfrijdende auto’s binnenkort technisch gezien de norm zijn. Is er binnen de bedrijfssoftware ook een dergelijke evolutie gaande? ERP-systemen veranderen constant, maar er is nog ruimte voor verbetering. Bedrijven moeten vandaag betere beslissingen nemen, betere service bieden en nieuwe business opportunities uit hun data halen. De overstap naar de cloud is cruciaal om klanten beter te kunnen bedienen. Zo kun je met ERP: • gegevens op voorhand instellen, waardoor de gebruiker minder manuele taken hoeft uit te voeren; • potentiële problemen aanvoelen en gebruikers waarschuwen wanneer er iets fout dreigt te gaan of iets de aandacht vraagt; • intelligente aanbevelingen doen en traditionele en complexe taken zoals planning uitvoeren; • de drempel voor interactie tussen gebruikers wegnemen en overstappen op smart analytics, zodat processen zelfsturend zijn. Het juist gebruiken en toepassen van data zal ERP uiteindelijk meer automatisch en meer zelfsturend maken. Dat leidt tot een totaal nieuwe gebruikservaring, in vier stappen: 1. Standaardiseer Het standaardiseren/structureren van procedures en het integreren van operationele en financiële systemen geeft alle stakeholders snel en duidelijk een beeld van de organisatie. 2. Optimaliseer Door met gebruiksvriendelijke software op een intelligente

T

manier data te beheren en integreren, kunnen bedrijven zich real time voorzien van updates en zo nodig meteen reageren. 3. Wees slim Met goede en betrouwbare data zijn slimme analyses mogelijk. Cloud-applicaties zorgen ervoor dat werknemers toegang hebben tot informatie, die bewerken en op basis daarvan beslissingen nemen, kansen ontdekken en aanbevelingen doen. 4. Laat applicaties zichzelf besturen Big data-analyses gecombineerd met in-memory-technologie en voorspellende patroonherkenningstools kunnen een potentiële correlatie tussen gedrag en voorspellingen blootleggen en maken ERP zo compleet zelfsturend. Deze voordelen halen gebruikers: • Niet meer elke keer alles regel per regel hoeven in te vullen, maar via een simpele ja/nee-pop-up de actie afronden. • Periodieke taken zoals onkostenaangiften laten voorspellen en vooraf invullen, gevolgd door een simpel ‘OK’. • Het systeem enkel laten attenderen op de uitzonderingen. • Presentatie van potentiële problemen, om de juiste actie te kunnen ondernemen. • Ondersteuning met intelligente aanbevelingen, waarna het systeem complexe acties zoals planning verder kan afwerken. Kortom, waar de software van Tesla ervoor zorgt dat we binnenkort zelfrijdende taxi’s nemen en met auto’s zonder uitstoot rijden, zorgt ERP-software voor een gelijkaardig effect op de business. De mogelijkheden zijn dankzij de cloud zelfs eindeloos. www.unit4.com

Development and Engineering of Mechatronic systems Would you enjoy developing ground-breaking new technologies in a multidisciplinary team? A great opportunity is waiting for you at DEMCON! We are a high-end technology supplier of products and systems in the areas of hightech systems, industrial

systems and medical devices. We support our clients along the entire system development chain, from proof of principle, prototyping and pre-production to series production. Join us at DEMCON and experience how your own capabilities grow in a team of technology professionals!

www.demcon.nl

februari 2016

65


/

GELEVERD GEINVESTEERD

Link Magazine bericht over de toegevoegde waarde van leveranties en investeringen in de industrie. Voor meer informatie: www.linkmagazine.nl

METAALBEWERKING

Hurco bewerkingscentrum voor Bruins Precisie Metaal Bruins Precisie Metaal in Zuidwolde breidt zijn machinepark uit met de VMX 42 HSRTi van Hurco, een high-speed vijf-assig bewerkingscentrum dat wordt ingezet voor universele bewerkingen. Het Drentse

bedrijf produceert stempels, matrijzen en speciale tools en machineonderdelen in enkelstuks tot series van honderden stuks. www.bruins-tooling.nl www.hurco.nl

AEROSPACE

Chinees ruimtevaartbedrijf kiest voor Noordwijk Het Chinese HEAD Aerospace Technology heeft op het Space Business Innovation Centre (SBIC) in Noordwijk een marketing & saleskantoor geopend. Het ruimtevaartbedrijf heeft serieuze plannen om in Noordwijk ook andere faciliteiten, waaronder r&d, te realiseren. Het

kantoor werd opgezet met hulp van SBIC, InnovationQuarter (ontwikkelingsmaatschappij Zuid-Holland) en het Netherlands Foreign Investment Agency (NFIA). www.head-aerospace.com www.innovationquarter.nl

MACHINEBOUW

VDL in Uden robotiseert rvs-lassen VDL Systems in Uden heeft een tweede lasrobotcel, de MA2010 Yaskawa, in bedrijf genomen. De ontwikkelaar/producent van hoogwaardige machines voor de voedingsmiddelenindustrie zet die in

voor het lassen van ingewikkelde en veelal grote rvs-samenstellingen met constante kwaliteit en maatvoering. Dat komt ook de esthetica en hygiëne ten goede. ProduLAS in Oosterhout verzorgde de opbouw

Betaalt u nog voor een Historian? Niet bij MAPS (Mitsubishi Adroit Process Suite) Een moderne SCADA oplossing kan niet zonder deze en meer geavanceerde functionaliteiten. MAPS is één van de meest moderne, open, geavanceerde en schaalbare SCADA oplossingen. Nieuwsgierig naar de vele mogelijkheden? Neem contact met ons op en laat u informeren wat Mitsubishi Electric voor u kan betekenen.

Meer informatie nl3a.mitsubishielectric.com Telefoon +31 297 250 350

66

april 2016

en het bedrijfsklaar maken. www.yaskawa.eu.com

www.produlas.nl www.vdlsystems.nl

LOGISTIEK

Nieuwe agv-assemblage- en testfaciliteit bij Movexx Movexx International in Veenendaal heeft een nieuwe faciliteit voor het ontwerpen, testen en assembleren van automatisch geleide voertuigen (agv’s) in gebruik genomen. Het betreft twee assemblagestations, een voorraadlocatie met

speciale agv-spare parts en een testbaan waarop praktijksituaties kunnen worden nagebootst. Rfid-tags zorgen dat de agv’s reageren op commando’s zoals ‘stoppen’. www.movexx.nl

3D-PRINTING

Haarlem heeft primeur van 3D-printfabriek In Haarlem is op initiatief van 3D Makers Zone een 3D-printfabriek geopend die scan-, print- en tekenfaciliteiten beschikbaar stelt aan bedrijven, overheden en onderwijsinstellingen. Die kunnen zo, zonder fors in 3D-printtechnologie te hoeven investeren, kennismaken met

de mogelijkheden. 3D Makers Zone wil daarmee innovatie bij bedrijven in de regio Amsterdam-Haarlem stimuleren en het mbo- en hboonderwijs daarbij betrekken. De printfabriek beschikt over zes printers voor diverse applicaties. www.3dmakerszone.com

ICT

Sofon sluit mondiale deal met Philips Healthcare Philips Healthcare gaat wereldwijd gebruikmaken van de cloud-based

offerte- en configuratiesoftware van Sofon. Sofon-ceo Paul Kimmel: ‘Het


bewijs dat we ons kunnen en durven meten met veel grotere system integrators, voorheen de enigen die een cloud-oplossing in deze orde van

grootte konden aanbieden.’ www.sofon.com/nl www.philips.nl/healthcare

grote lassamenstellingen (tot twaalf meter lengte). Het stelt Schuitemaker in staat alle grote delen door elkaar heen te produceren, waardoor de doorlooptijd van voorheen zes

weken tot minder dan een week wordt verkort. www.yaskawa.eu.com www.sr-schuitemaker.nl

METAALBEWERKING

Scheuter koopt laserponsmachine van Trumpf Scheuter Metaal in Barneveld breidt zijn machinepark uit met een gecombineerde laserponsmachine van Trumpf. Deze TruMatic 7000 staat garant voor krasvrije pons- en laserbewerkingen en biedt – bij zeer korte cyclustijden – unieke ver-

vormmogelijkheden. In het project werken Scheuter en Trumpf samen met Radan (voor de programmering) en Remmert (magazijnbouw). www.nl.trumpf.com www.scheuter.nl

METAALBEWERKING

Grote order voor Schut PrecisionParts Schut PrecisionParts uit Alblasserdam heeft een Europese aanbesteding van wielbanden voor het openbaar vervoer binnengehaald. Daarmee is over een periode van twee jaar, met een optie voor nog twee jaar, 2,5 miljoen euro

gemoeid. Schut heeft een goede reputatie op het gebied van wielbanden en assen voor het openbaar vervoer. Onder meer HTM, RET en GVB hebben die al door Schut laten produceren. www.schutprecisionparts.nl

MACHINEBOUW

Schuitemaker verkort doorlooptijd met Yaskawa Schuitemaker in Rijssen, producent van landbouw- en gladheidsbestrijdingsmachines, heeft een grote

COMPOSIETEN

Airborne: groeien dankzij kapitaalinjectie Airborne International, producent van hoogwaardige composieten, heeft een kapitaalinjectie van twaalf miljoen euro gekregen van de regionale ontwikkelingsmaatschappijen InnovationQuarter (Zuid-Holland) en BOM (Noord-Brabant) en de investeerders Pangaea Ventures en HPE Growth Capital. Het Haagse

bedrijf investeert in efficiëntere productietechnologieën voor die vezelversterkte kunststoffen en in uitbreiding van de onderhoudsdiensten op vliegbasis Woensdrecht. www.airborne-international.com www.innovationquarter.nl www.bom.nl

SOLAR

VDL ETG bouwt zonnecelproductiemachine VDL ETG bouwt voor het Australische Dyesol een productiemachine voor een nieuw type flexibele zonnecel, gebaseerd op perovskiet. Dat materiaal stof kan in potentie het rendement van zonnecellen sterk vergroten. Dyesol is sinds vorig jaar partner van consortium Solliance

op de High Tech Campus Eindhoven. Ook VDL ETG is een partner. Volgens Dyesol heeft VDL ETG de beste technologieën in huis voor een rol-op-rol productieproces. www.vdletg.com www.dyesol.com

Yaskawa robotinstallatie in gebruik genomen. Die wordt gebruikt voor het aflassen van onderstellen en

april 2016

67


Bron: Aristoteles


KORT

PERSONALIA IHP-Group heeft Anton van der Lubbe, sinds 2013 product marketing directeur bij dochter Biesheuvel Techniek, benoemd tot European Group category director.

BIJZONDER SUCCESVOLLE TECHNISHOW VOOR RADAN

Menko Eisma (Trumpf) is de nieuwe Jeroen Tuik (foto) wordt per 1 mei

de nieuwe ceo van Connect Group. Flor Peersman, een jaar ceo ad inte-

rim, richt zich vanaf dan weer op zijn taken als coo.

vice-voorzitter van branchevereniging FPT Vimag. Hij volgt André Gaalman (Leering Hengelo) op, die de voorzittershamer heeft overgenomen van Richard Boske (Klein Tooling). Martien Merks is toegetreden tot de

Oud-Philips-topman Gerard Kleisterlee volgt Arthur van der Poel eind deze maand op als voorzitter van de raad van commissarissen van ASML.

raad van bestuur van bedrijfssoftwareleverancier Unit4 Global. Harald Overwater is benoemd tot

managing director van Pirtek Benelux in Rotterdam.

Jacques Stevens, directeur van

Stevens idé partner, wordt per 1 mei tevens design director van IDkon GmbH.

SLB Group heeft René van der Putten aangetrokken als operationeel

Elgar van der Bij is benoemd tot

directeur. Samen met algemeen directeur en eigenaar Egbèr Smits vormt hij de directie.

sales director bij Masévon Technology Group.

Mark Gerritsen is bij Koning & Hart-

man aangetreden als salesdirecteur. De Twentse hoogleraar Boudewijn Haverkort is benoemd tot voorzitter van het nationaal onderzoeks- en innovatieprogramma Commit2data.

KORT De haven van Rotterdam krijgt een eigen Fieldlab Additive Manufacturing in het Innovation Dock op RDM Rotterdam. Het Fieldlab biedt havengerelateerde bedrijven een plek om de ontwikkelingen in 3D-printen gebied te versnellen en samen te werken aan toepassingen voor de (maritieme) industrie. www.portofrotterdam.com

Voor Radan is de TechniShow bijzonder succesvol verlopen, vertelt directeur Ton Derksen. ‘Veel machines die daar getoond werden, zullen na de beurs met onze CAD/CAMsoftware aangestuurd gaan worden.’ Zo breidt Revicon zijn productiecapaciteit uit met een fiberlaser van Trumpf, en heeft Decona een Bystronic fiberlaser gekocht. ‘Beide toeleveranciers werken al langere tijd succesvol met Radan.’ Voor Amisel is de Nukon fiberlaser de eerste lasersnijmachine. ‘Naast het nesten en nc-programmeren gaat Amisel ook direct gebruik maken van onze 2D/3D-dataverwerking en het automatisch genereren van aanbiedingen met Radan SomaCALC. Calculatie en orderbeheer worden met Radan Logistics gekoppeld aan hun MKG ERP-systeem.’ Voorts heeft Tuwi een

Durma fiberlaser verkocht aan VSMI (voorheen Nijman-Arentsen), dat daarnaast geïnvesteerd heeft in een SafanDarley E-Brake met automatische gereedschapswisselaar. ‘VSMI toonde op de ESEF zijn nieuwe WebQuote-offerteportaal, ook geheel door Radan geleverd.’ Addit heeft eveneens geïnvesteerd in de SafanDarley met gereedschapswisselaar. ‘Daar worden alle Safan kantbanken al met ons programmeersysteem Radbend aangestuurd’, aldus een trotse Derksen. Hij wijst ten slotte op De Bruyn Metaal, dat Radan op de beurs de opdracht gaf een systeem te leveren voor het aansturen van drie lasersnijmachines en twee nieuwe SafanDarley kantbanken. ‘Inclusief de koppeling met het MKG ERPsysteem.’ www.radan.nl

Tim van der Hagen volgt Dirk Jan van den Berg per 1 mei op als

bestuursvoorzitter van de TU Delft.

KORT Braakhuis Metaaltechniek heeft het AS9100-certificaat behaald. AS9100 omvat, naast alle eisen van ISO 9001, een tachtigtal aanvullende veiligheids- en kwaliteitseisen voor toelevering aan de luchtvaartindustrie. Het bedrijf uit Borne levert al onderdelen voor satellieten en voor Airbus. www.braakhuis.com

Uw partner op gebied van AANDRIJFTECHNIEK

BESTURINGSTECHNIEK

VERBINDINGSTECHNIEK

Govers Accountants/Adviseurs Onze klanten behoren tot de top in hun sector, of wij ondersteunen hun ontwikkeling daar naar toe. Dat doen we door een hoge kennis van de waardeketens, door focus op performanceverbetering, en door actieve oriëntatie op de ontwikkeling van nieuwe businessmodellen met aantrekkelijke verdienmodellen. Beemdstraat 25

T 040 2 504 504

5653 MA Eindhoven

F 040 2 504 599

Postbus 657

E mencke@govers.nl

5600 AR Eindhoven

I www.govers.nl

Veiligheidskoppelingen • Askoppelingen • Elektro magnetische koppelingen Veiligheids remmen • Hefschroef spindels • Actuatoren • Cardanassen Kogel- en kruiskoppelingen Lineaire servomotoren • Servomotoren • Positioneersystemen Nanometer aandrijvingen • Besturingen • Tandwielkasten Zelftappende draadbusssen • Schroefdraadborging • Lijmen Afdichtingspasta’s • Gietharsen • Stiften

www.groneman.nl • 074 - 255 11 55

april 2016

69


SAMENONDERNEMEN Link Magazine signaleert fusies, allianties en overnames in de industrie. Voor meer informatie: www.linkmagazine.nl

OVERNAMES TOELEVERING

Machinepark failliet Melamo naar VDL VDL Groep neemt het machinepark van het failliete Melamo (lasen montagetechniek) in Helmond over. De machines worden verplaatst naar twee VDL-bedrijven in die plaats: VDL Industrial Modules en VDL HMI. VDL bekijkt de

mogelijkheid om ook een deel van de betrokken 55 medewerkers daar onderdak te brengen. Melamo moest na enkele verliesgevende jaren faillissement aanvragen. www.vdlgroep.com

Royal IHC en DIHAG nemen samen Allard Europe over hout legt zich toe op eenstuks- en kleinseriefabricage van hoogwaardige stalen en gietijzeren componenten voor onder meer de bagger-, offshore- en scheepsbouwmarkt. DIHAG (twintig gieterijen, 2.000 medewerkers) opereert nog niet in dit segment. www.ihcmerwede.com

ENERGIE- EN WATERBEHEER

I-Real door overname Alectryon in energiemonitoring Technologiebedrijf I-Real in Terborg heeft door de overname van

70

april 2016

Things en machine-to-machine technologieën. Alectryon levert energiemeetsystemen, zoals kWhmeters, energy analyzers, sensoren en geavanceerde dataloggers. www.i-real.nl

ALLIANTIES HIGHTECH

Imec en iMinds fuseren

GIETERIJEN

Royal IHC en de Duitse DIHAG Holding hebben samen de Belgische gieterij Allard Europe overgenomen. IHC (veertig procent eigenaar) verzekert zich daarmee van een betrouwbare toevoer van strategisch belangrijke gietstukken, van hoge kwaliteit en voor een competitieve prijs. Allard in Turn-

ring)markt verder versterkt. I-Real levert klanten in waterbeheer, energie- en verkeersmanagement totaaloplossingen voor het op afstand beheren, monitoren en besturen van installaties en machines, met behulp van Internet of

energiemonitoringbedrijf Alectryon zijn positie in de energie(mete-

In België gaan het Leuvense onderzoekscentrum imec (micro-elektronica en nanotechnologie) en iMinds in Gent (onderzoeks- en incubatiecentrum voor software en ict-toepassingen) fuseren. Samen vormen zij een hightech onder-

zoekscentrum dat in de wereld vooroploopt in innovatieve oplossingen voor de digitale economie. Bij imec werken meer dan 2.500 onderzoekers, bij iMinds ongeveer duizend. www2.imec.be, www.iminds.be

SMART INDUSTRY

Iconics en Koning & Hartman partneren Ter aanvulling van zijn smart industry-portfolio heeft technologiebedrijf Koning & Hartman een samenwerkingsovereenkomst gesloten met software-ontwikkelaar Iconics. Diens expertise van real-time visualisatie, big data, advanced

analytics en machine learning stelt Koning & Hartman in staat om klanten efficiëntere en duurzame smart automation-oplossingen aan te bieden. www.hartmanenkoning.nl www.iconics.com


SEMICON

VERMOGENSELEKTRONICA

Technologische samenwerking Eindhoven en Dresden

PBF gaat voor WhisperPower produceren

Eindhoven en Dresden hebben een overeenkomst gesloten die het voor Nederlandse en Duitse bedrijven makkelijker moet maken om samen onderzoeksprojecten op te zetten op het gebied van micro- en nanoelektronica/semicon. High Tech NL

Het Almelose PBF, onderdeel van het Duitse SFC Energy, gaat voor WhisperPower uit Drachten de AC PowerCube inverters produceren. De productie zal plaatsvinden in de Roemeense site van SFC Energy,

en Cool Silicon/Silicon Saxony voeren de afspraken uit. Beide regio’s werken al langer samen, onder meer in de Silicon Europe Alliance. Voorts zit het Duitse hoofdkantoor van ASML in Dresden. www.eindhoven.nl

die ook al voor PBF produceert. De bedoeling is de samenwerking uit te breiden richting ontwikkeling en marketing. www.pbfgroup.nl www.whisperpower.com

TOOLING BUSSENBOUW

Integratie HPMT Nederland in TCB Komeetstaal

Alliantie geeft elektrische bus impuls Om de overgang op elektrische bussen in Europa een duw in de rug te geven, gaan de bussenbouwers VDL Bus & Coach, Irizar (Spanje), Solaris (Polen) en Volvo (Zweden) samen met de infrastructuurbouwers ABB/Epyon, Heliox in Best

en Siemens een gestandaardiseerd open laadplatform ontwikkelen. Compatibel met alle busmerken en laadsystemen, betrouwbaar en geschikt voor het opladen bij haltes. Meer partijen zijn welkom in de alliantie.www.vdlbuscoach.com

Gouda/Schiedam, eveneens behorend tot Biesheuvel Groep. HPMT heeft een sterke klantenbasis in West-Nederland. Een derde steunpunt voor tooling is in Son gevestigd. www.biesheuveltechniek.nl

SEMICON

Partnership TNO-Ushio voor euv-lithografie

INKOOP

Jaarbeurs en Techpilot: online portaal maakindustrie.nl Jaarbeurs start binnenkort het online portaal maakindustrie.nl, waarin het samenwerkt met Techpilot, Europa’s grootste marktplaats voor inkopers en leveranciers van op maat gemaakte technische onderdelen. Techpilot, met hoofdkantoor in München, nam onlangs het online platform Quel van Jaarbeurs deels

TCB Komeetstaal in Doetinchem, binnen Biesheuvel Groep adviserend toolingspecialist voor de Nederlandse industrie, breidt zijn distributieactiviteiten uit door integratie van HPMT Nederland in

over. De krachtenbundeling geeft de Nederlandse maakindustrie toegang tot technische onderdelen en een groot netwerk van inkopers en leveranciers in meer dan 280 productietechnologieën. Dat vergroot de kans op opdrachten uit met name Duitsland. www.jaarbeurs.nl, www.techpilot.nl, www.quel.nl

TNO en de Japanse lichtbronspecialist Ushio gaan samen extreme ultraviolet (euv)-lithografie ontwikkelen voor de productie van de volgende generatie halfgeleiders. Zij bouwen in Delft een belichtings- en analysefaciliteit voor experimenteel onderzoek naar het effect van euv-

licht op de optica en componenten en materialen voor de verwerking van halfgeleiders. Uiteindelijk doel is de ontwikkeling van systemen, maskers en membranen (‘pellicles’) te versnellen. www.tno.nl www.ushio.co.jp/en/

april 2016

71


Industry 4.0. Since 1947. Are you, perhaps, not too interested in Industry 4.0, but really enthusiastic about batch size 1? We all know about the demands that are made on production, quality and resource efficiency when products have to be as individual as possible and machines have to run with maximum flexibility. Everyone is talking about giving each customer their own individual product, each manufacturer their own individual machine. Sounds difficult, right? That’s precisely why we are making things easy in the machine-building industry: And have been doing so for 69 years. Come and see for yourself how we are driving Industry 4.0 forward: at the Hannover Messe 2016 – Hall 14, Stand H20 or Hall 4 at Brainport Industries. We are looking forward to talking with you. Find out more at www.Lenze.com

As easy as that. 11:38

On time On budget To specification In co-creation From start to finish

Make complex easy

Our customers and business partners choose to do business

Masévon Group makes complex projects easy

activities, while we help them develop and optimize their

with us, because we enable them to focus on their core manufacturing processes and products. Masévon Group lives high technology and quality. Every day.

www.masevongroup.com


KORT NA ADDLAB INVESTEERT FMI IN EIGEN 3D-METAALPRINTING Sinds begin maart heeft FMI Instrumed een splinternieuwe Concept Laser-metaalprinter in huis. Het apparaat kan werkstukken printen van 250 bij 250 millimeter, maar onderscheidt zich – dankzij de twee lasers – vooral met zijn snelheid. Belangrijk voor de keuze was dat de Duitse fabrikant inmiddels meer dan honderd machines in de markt heeft staan. ‘Het is bewezen technologie waar de meeste kinderziektes wel uit zijn’, vertelt directeur Henk Jansen van FMI Instrumed. FMI was een van de partners in AddLab. Een van de belangrijkste lessen die FMI daar heeft geleerd, is dat er tijdens het 3Dmetaalprintproces heel wat mis kan gaan. ‘We konden soms maanden niet verder.’ Dat is ook de reden dat hij niet gekozen heeft voor de nieuwe printer van Additive Industries. Die machine heeft zich nog niet bewezen, kinderziektes zijn niet uit te sluiten. Met de nieuwe printer van Concept Laser wil FMI vooral de medische

markt gaan bedienen, voor het printen van series titanium implantaten. ‘Want de poreuze structuur die een implantaat moet hebben om botaangroei binnenin mogelijk te maken, is alleen te produceren met 3D-printing.’ Momenteel richt FMI een productieruimte in voor gecontroleerd printen, zodanig dat de producten op CE- en FDA-approval kunnen rekenen. ‘Daarom gaan wij in september niet verder in AddLab 2.0. Dat is een lab, een ontwikkelruimte waar vandaag de een en morgen de ander aan het experimenteren is. Dan kun je nooit garanderen dat er bijvoorbeeld geen zuurstofinsluitingen zijn of dat het smeltproces niet te snel gaat waardoor de eigenschappen van het titanium veranderen. Om die medische markt te kunnen bedienen, hebben we dus een eigen fab nodig waar we de voor ons optimale procesomstandigheden kunnen creëren’, aldus Jansen. Voorts telt dat FMI met het aanstellen van Ruben Wauthle, afkomstig van het Belgisch

LayerWise, ruim zeven jaar ervaring met 3D-metaalprinten in huis heeft gehaald. Een meer op productie gerichte omgeving is overigens wel de bedoeling van het vervolg op AddLab, door Edward Voncken van KMWE geduid met AddFab. KMWE gaat daarin in eerste instantie samenwerken met NTS en Machinefabriek De Valk.

Voncken: ‘KMWE zal daarin de trekkersrol spelen die nu Additive Industries vervult binnen AddLab. Zodra de Brainport Industries Campus gereed is, vestigt AddFab zich in het Atrium. Met als doel 3D-metaalprinters en productiekennis ter beschikking te stellen aan bedrijven, instituten en scholen.’ www.fmi.nl, www.addlab.com

KORT In de nieuwe vestiging van Tata Steel op Amsterdam Science Park werken onderzoekers van het staalbedrijf samen met hightech start-ups aan digitale technieken als kunstmatige intelligentie, die nog hogere kwaliteiten staal mogelijk

moeten maken. Inmiddels is met Scyfer, spin-off van de Universiteit van Amsterdam, de ontwikkeling gestart van verbeterde inspectietechnieken voor de oppervlaktekwaliteit van staal. www.tatasteeleurope.com

KORT In Limburg hebben de zeven grootste gemeenten, Industriebank LIOF en de provincie Limburg het convenant ‘Acquisitie in Limburg’ gesloten. Doel is meer (buitenlandse) investeerders en onder-

nemers aan te trekken door het delen van informatie en afstemming van strategische acquisitiedoelen. www.liof.nl

Trusting in experience. Benefitting from innovation. Advancing sensor technology.

Optimal solutions to suit your requirements: Experience state-of-the-art technologies and pioneering innovations with industrial sensors and systems from Pepperl+Fuchs – paving the way towards fully networked production processes for the applications of the future. www.pepperl-fuchs.com

april 2016

73


ADVERTORIAL

OREEL METAL COMPONENTS & ASSEMBLIES BIEDT ONE-STOP SHOP

SAMENWERKING AWETA EN OREEL WERPT VRUCHTEN AF One-stop shop zijn voor de klanten, zoals machinebouwer Aweta, daar zet het Friese metaalbewerkingsbedrijf Oreel Metal Components & Assemblies op in. ‘Onze strategie is een zo compleet mogelijke toelevering, met kleine tot grote machines voor plaaten constructiewerk. Zo kunnen we alles snel in eigen huis organiseren en de doorlooptijd kort houden’, aldus directeur Sytse Oreel. HIGH-MIX, LOW VOLUME Oreel in Hallum focust op kleine series (highmix, low-volume) met een uitgebreid machinepark dat uniek is voor Nederlandse begrippen. ‘Niet alleen ultramodern maar ook extreem divers, net als onze klanten. Daardoor hoeven zij niet voor iedere bewerking naar een andere leverancier. Compleet toeleveren is dan ook ons specialisme: van lasersnijden en kanten met een bereik van 12 meter tot de snelste fiberlasers voor snijden en laserlassen. Maar ook het lasersnijden van profielen, verspanen, walsen en lassen. Alles is erop gericht de klant te ontzorgen.’ Voor de nabewerking werkt het bedrijf samen met een aantal vaste partners. Oreel telt momenteel 90 medewerkers, die gezamenlijk een omzet van 15 miljoen euro realiseren. Een van de klanten waar Oreel deze strategie sinds een jaar of zes in praktijk brengt, is Aweta in Nootdorp. Dit bedrijf in groente- en fruitsorteermachines besloot zijn onderdelen niet langer zelf te fabriceren, maar deze in te kopen bij Oreel en in eigen fabriek te assembleren. Sytse Oreel: ‘Uitbesteding van het plaatwerk betekende voor Aweta een belangrijke kostenbesparing. Voor ons ligt de uitdaging in het in de juiste kwaliteit, op tijd en in de juiste aantallen leveren van onderdelen.’

DOORLOOPTIJDVERKORTING De planning is strak, heldere communicatie cruciaal. ‘Aweta werkt met een taktplanning, waarbij elke drie dagen een machine in elkaar gezet wordt. Wij moeten elke keer een bestelling op maat aan machineonderdelen aanleveren. Inclusief uitbesteding – twee derde van de onderdelen moet gepoedercoat of verzinkt worden – hebben we 15 dagen voor de productie’, zegt Sytse Oreel. ‘Dat vergt een efficiënte samenwerking met onze partners. Met name omdat de producten zodanig gesorteerd geleverd worden dat ze rechtstreeks naar de assemblagelijn kunnen gaan. Door de intensieve samenwerking zijn ingangscontrole, wegleggen in magazijnen en andere niet-waardetoevoegende activiteiten minder relevant geworden en kan de assemblage meteen beginnen.’ Intern streeft Oreel op alle fronten naar doorlooptijdverkorting. ‘Zo is de orderverwerking op de afdeling werkvoorbereiding geautomatiseerd, wat betekent dat een order binnen een halve dag gereed is voor productie’, vertelt Sytse Oreel. ‘Ook op softwaregebied proberen we eruit te halen wat erin zit met als doel snel en foutloos leveren.’

Van links naar rechts August Heij (operations director) en Peter Vermaat (purchasing & logistics manager) van Aweta en Sytse Oreel: ‘Je houdt elkaar scherp en legt de lat steeds een stukje hoger. Veel zaken die we voorheen als onmogelijk inschatten, hebben we dankzij dit partnerschap toch weten te realiseren.’ Foto: Sam Rentmeester

VERBETERDE WERKPROCESSEN Oreel en Aweta plukken beiden de vruchten van de samenwerking. ‘Je houdt elkaar scherp en legt de lat steeds een stukje hoger. Veel zaken die we voorheen als onmogelijk inschatten, hebben we dankzij dit partnerschap toch weten te realiseren’, aldus Sytse Oreel. ‘Aweta is nu in staat snel op- en af te schalen en met de planning te schuiven. We hebben allebei ons werkproces kunnen verbeteren en dat heeft ons ook commercieel geen windeieren gelegd.’ Hij benadrukt dan ook de meerwaarde van samenwerking tussen oem’er en toeleverancier. ‘Als je samen de ontwerpspecificaties doorspreekt en kennis deelt, valt er in de ontwerpfase veel geld te besparen. De uren die je daar in steekt, betalen zich later in harde euro’s uit.’

Oreel Postbus 1 9074 ZL Hallum Meekmawei 4 9074 TJ Hallum T 0518 43 11 41 info@oreel.nl www.oreel.nl


AGENDA 20-21 APRIL 2016

13 MEI / 10 JUNI / 8 JULI 2016

16 JUNI 2016

4-7 OKTOBER 2016

MATERIALS 2016 (VAKBEURS EN CONGRES) VELDHOVEN Expositie en congres over het kiezen, ontwerpen, toepassen en (na)bewerken van (nieuwe) materialen. Met focus op oppervlakte-, analyse-, verbindings- en omvormtechnieken, testen, meten, warmtebehandelingen, schade-onderzoek en specialistische materiaalbewerkingen. Zie: www.materials.nl

SMART INDUSTRY (SEMINAR) AMERSFOORT / EINDHOVEN / ROTTERDAM In aantal plaatsen organiseert ingenieursbureau Enginia seminar over smart industry, gericht op hoofden engineering en directeuren van bedrijven in de maakindustrie. Zie: www.enginia.nl/smart-industry

TECHCONN (VAKBEURS) - HENGELO (OV) Vakbeurs gericht op commercie, techniek, export, milieu en smart industry. Zie: www.techconn.nl

INDUSTRIAL PROCESSING / WORLD OF TECHNOLOGY & SCIENCE (BEURS EN CONFERENTIE) - UTRECHT Twee beurzen, op dezelfde dagen in dezelfde hallen. Gezamenlijk initiatief van Machevo & Bulk, FEDA en FHI. WOTS legt nadruk op World of Laboratory, World of Motion & Drives, World of Electronics en World of Automation. Zie: wots.nl

25-29 APRIL 2016 HANNOVER MESSE (VAKBEURZEN) HANNOVER (D) ’s Werelds grootste industriële beursevenement, in het teken van ‘Integrated Industry’ en met als partnerland de VS. Lees ook elders in deze Link. Zie: www.hannovermesse.de

28 APRIL 2016 IMINDS THE CONFERENCE – BRUSSEL (B) Netwerkbijeenkomst waar de researchcommunity van iMinds en leidende industriespelers elkaar ontmoeten over thema’s als smart cities, Internet of Things, manufacturing, media en startups. Zie: www.iminds.be

1-2 JUNI 2016 VISION, ROBOTICS & MECHATRONICS / PHOTONICS EVENT - VELDHOVEN Gelijktijdige events over de mogelijkheden die vision, robotica, mechatronica en fotonica te bieden hebben. Lees ook elders in deze Link. Zie: www.vision-robotics.nl, www.photonics-event.nl

7-8 JUNI 2016 IOT EVENT (CONFERENTIE EN EXPOSITIE) EINDHOVEN Vijfde editie van event over de laatste ontwikkelingen op het gebied van Internet of Things en big data. Zie: iotevent.eu

22-24 JUNI 2016 INDUSTRIAL TECHNOLOGIES CONFERENCE AMSTERDAM Vierde editie van Europese netwerkconferentie over nieuwe productietechnologie, materialen, nanotechnologie, biotechnologie en digitalisering in Europa. Er worden meer dan 1.250 deelnemers verwacht. Zie: www.industrialtechnologies2016.eu

4-5 OKTOBER 2016 DSPE CONFERENCE - SINT MICHIELSGESTEL Derde editie van dit event van de Dutch Society for Precision Engineering (DSPE). Zie: www.dspe-conference.nl

30 NOVEMBER 2016 DISCA’16 (EVENT) - UTRECHT Vijftiende editie van Dutch Industrial Suppliers & Customer Awards, met talkshow en prijzen voor de best knowledge supplier, best logistics supplier en best customer. Zie: www.linkmagazine.nl

14-15 DECEMBER 2016

4-6 OKTOBER 2016 SURFACE (VAKBEURS) - ’S-HERTOGENBOSCH Vierde editie van vakbeurs voor oppervlaktetechniek. Gelijktijdig met vakbeurs Energie. Zie: www.surfacevakbeurs.nl

AGRIFOODTECH - ’S HERTOGENBOSCH Nieuwe vakbeurs met congres over technologische ontwikkeling, expertise en samenwerking voor innovatie binnen de waardenketens van de agrifoodsector. Lees ook elders in deze Link. Zie: www.agrifoodtech.nl

K Komt omt u ook?

Photonics,, Vision, Robotics & Mechatronics Photonics Mechatronics Aandacht voor: Smart Industryy,, industriële automatisering, intelligente camerasystemen, Integrated Photonics, veiligheid in de robotica • Ruim 100 exposanten uit binnen- en buitenland • Met wervelende drone show Uitgebreid congresprogramma met onder andere: • Woensdag 1 juni: RoboNed Conference • Donderdag 2 juni: PhotonicsNL Conference

Vakbeurs Vakbeurs & Congr Congres es W oensdag 1 en donderdag 2 juni 2016 Woensdag NH Conference Centre K oningshoff, V eldhoven Koningshof, Veldhoven

ang! atis toeg Grra itiie Jubileum Ed

www .photonics-event.nl www.photonics-event.nl www .vision-robotics.nl www.vision-robotics.nl

april 2016

75


Maakbedrijven renderen met Isah Business So ware Isah Business Software vormt de spil van alle bedrijfsprocessen en biedt volledig inzicht en overzicht. De so ware is toegespitst op de maakindustrie en wordt wereldwijd in vele branches toegepast. Wij investeren continu in Research & Development om vandaag, maar ook over 10 jaar te voldoen aan de wensen en eisen van het maakbedrijf. Daarbij hebben we een duidelijk

Kennismaken? Kijk op isah.nl of bel 088 4724 000

doel voor ogen: het maakbedrijf beter laten renderen. Dat is de inzet van onze mensen, organisatie en business so ware.

DE NUMMER

SOFTWARE VOOR DE MAAKINDUSTRIE.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.