Zz 2013 3

Page 1

ZEEZEILEN Jaargang 32 nummer 3 oktober 2013

Ramsgate 2014 St. Petersburg Staandemastroute Naar Antwerpen Ramsgateverhalen 2013 Het land van Moin Eindejaarsweekend Ja ik wil

zonsondergang op de Eider

PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

1


KALENDER - INHOUD KALENDER

9 november

ALV

INHOUD 3 ALV uitnodiging Bestuur 4 In Memoriam Piet Dijkema 5 PZV vlag in Tokyobay Mariëtte Roozeveld Scheepsuitdrukkingen Joep Vermeulen 6 Belevenissen Subdancer Henne Pauli 10 Ramsgate met een spectaculair slot Joep Vermeulen 13 Pech met de Boester Willem Triki en Ruud Heezemans 16 Ramsgate met De Visser Ron Visser 18 RAMSGATE 2014 Ramsgatecommissie 19 Terugtocht van de Cyrano Leo van Leeuwen 22 Eindejaarsweekend Anet van den Berk 24 Houwelyck Herman Van den Broeck 26 Alles anders Maria Grijpma 28 Van een Handje helpen naar Handwerpen Jacqueline Flink 31 Pech met de mast op Den Rode Bad Sander en Sandra 32 Land van Moin Marja Snoeijen 35 Staandemastroute Joop Bakker 38 Rondje Kanaal met de Maenkind Chiel de Jong 40 St. Petersburg en rondje Oostzee Philip Beekman 45 Van de Eindejaarscommissie 47 Colofon

KANAAL 77

ALV Op zaterdag 9 november is de ALV van de PZV in de Trafalgar Pub. 14.00 tot 17.00 uur De agenda voor de Najaars ALV is als volgt:

1. Opening en Mededelingen 2. Verslag vorige vergadering 3. Stand van zaken Activiteiten 4. Communicatie (stand van zaken website en zeezeilen 5. Plan van Aanpak: Tochtplan PZV a. Presentatie door bestuur b. Discussie olv Hans van Reenen c. Conclusie 6. Financiën: begroting 2014 7. Rondvraag en sluiting Natuurlijk is de ALV ook een uitstekend moment om na een schitterende zomer elkaar de sterke verhalen te vertellen.

Komt allen! Het bestuur.. Na afloop van de vergadering is er volop ruimte voor een napraat en borrel in de Pub.

Lang leve de social media: Maenkind verkiest Facebook boven dee Marifoon. Jan zet zijn VHF doorgaans uit, maar voor een borrel in de haven is hij via Facebook prima bereikbaar.

De Rosa is de overwinning misgelopen tijdens het EindeJaarsWeekend door te finishen over de startlijn.Een tactische zet? AJ en Lidia behouden nu wel hun fenomenale SW factor.

Hoe kon de Vrije Vogel bij 6 kn wind zijn genua scheuren? Een verhaal dat wij graag teruglezen in de volgende Zeezeilen.

We hebben veel lof gehoord over het Walking Dinner tijdens de vierdaagse waddentocht. Maar de PZV is geen wandelclub! Volgend jaar een sailing dinner?

Het Waddenweekend verleidde veel PZV’ers om hun weekend een paar dagen te verlengen. Voortaan een waddenweek?

Met een gescheurd grootzeil bij ZW 7 Bf maakt de ZW7 een goede kans op prolongatie van de Kommer en Kwel trofee.

Dankzij Wifi moorings kon Westervaart tot op de Scillys wordfeud spelen (en windfinder binnenhalen)

De Pub opent op 9 november haar deuren eerder voor de NajaarsALV van de PZV. Noblesse oblige! Het belooft een gezellige borrel te worden.

2 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013


Van het bestuur Herman, Aaldert, Manfred, Maarten en Annemieke

Herman Van den Broeck

Meer dan de som der leden

D

e laatste jaren hebben we veel gesprekken gevoerd binnen de PZV over vergrijzing (en dan niet zozeer van onze eigen haren, als wel over het ledenbestand als geheel), over trends in de watersport die enerzijds een bedreiging kunnen vormen, maar anderzijds ook kansen bieden. Onder de noemer PZV: Quo Vadis? hebben we intensieve gesprekken gevoerd met groepjes leden tijdens de discussie-ALV’s. En bovendien hebben we van veel betrokken leden input ontvangen. Per mail, per telefoon, en soms ook tijdens een goed gesprek in de kuip.

De PZV leeft Wat zijn we als bestuur blij met al die tekenen van betrokkenheid! Want dat betekent dat de vereniging leeft. Natuurlijk is er gesomber, niet alles loopt altijd als we hoopten en soms hebben we terecht kritiek op elkaar, maar dan blijkt ineens weer dat de club meer is dan de som der leden. We weten elkaar op de gekste plaatsen te vinden, oude tradities worden in ere hersteld, nieuwe vrijwilligers nemen het stokje over en er ontstaan allerlei leuke nieuwe initiatieven.

Welke activiteiten er waren Trouwens, dat hoeven we u niet te vertellen! Het Trimweekend was een nieuwe, drukbezochte knaller, u schreef zich en masse in voor het Waddenweekend, we hebben er sinds de Ramsgate weer een aantal jonge enthousiaste leden bij, het Stoere Verhalenweekend was weer top, de dames van het Vrouwenweekend hebben hun rondje buitenom gedaan en het Eindejaarsweekend ziet er nu al veelbelovend uit. De PZV bloeit, groeit, verandert, leeft. Terwijl de vele projectleiders hard bezig waren met het voorbereiden van de komende activiteiten en het webteam een groot aantal verbeteringen op de site doorvoerde, heeft het bestuur de afgelopen zomer benut om alle input, die we de afgelopen 2,5 jaar kregen, te verwerken. Want tijdens de laatste ALV was de opdracht van de leden duidelijk: bestuur, kom met een Plan van Aanpak. Toegegeven, het voelde af en toe een beetje als ‘Tom Poes, verzin een list’. Het was een hele klus om tussen alle genoemde kansen en bedreigingen een coherente, rode lijn te vinden. We denken dat we die gevonden hebben. We willen investeren in ledenbinding en ledenbehoud, en in ons ‘unique selling point’ als actieve vereniging waar je ZEEmijlen maakt en van elkaar leert in een prettige sfeer. Waar je niet altijd aan alles mee hoeft te doen, maar waar iedereen met een passie voor het zeilen en de zee iets van zijn gading vindt. Door de leden, voor de leden, met elkaar.

We hebben u nodig Een dezer dagen vindt u in uw mailbox ons plan van aanpak. En we hopen u allen te zien tijdens de komende ALV op 9 november (in de pub, op veler verzoek). Want we hebben u nodig. Niet alleen voor een goede discussie, maar vooral ook om samen belangrijke beslissingen te nemen en samen de toekomst in te gaan. Wij, als bestuur, zijn slechts dienend. We proberen, met een aantal fanatieke vrijwilligers, enkel de juiste randvoorwaarden te scheppen. De PZV, dat bent u!

Tot 9 november. PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

3


In memoriam Baukje van den Berg

Rob Sterenburg

Na een kort ziekbed is Baukje van den Berg in Sneek overleden op 21 augustus j.l., 83 jaar oud. Ze is bij Dirk begraven op Stratum. Baukje zeilde samen met Dirk vele (Ramsgate-) tochten met hun Markol, een Jaguar 27. Daarnaast maakten ze mooie tochten over het Kanaal en langs de Engelse zuidkust. Als éérste in de PZV hadden ze een rolfok, waar toen nog sceptisch tegenaan werd gekeken (moet je nu zien…). Ook met een AP waren ze bij de eersten in de club. De kinderen zeilden mee met de Ramsgatetochten, maar dan op een andere boot: ga maar bijleren… Toen het zeilen op eigen boot voor Dirk en Baukje lastiger werd, zeilden ze mee op andere boten van de PZV.

Dinsdag 3 september jl. is Rob Sterenburg overleden op de Mary-Eliza die voor anker lag bij Isla Margarita, ten noorden van Venezuela.  Bij een roofoverval op de Mary-Eliza is Rob doodgeschoten en zijn vriendin gewond geraakt. Rob en zijn toenmalige partner Jacqueline zijn in hun PZV-tijd voor het millennium vaak bij mij aan boord geweest. Vele geslaagde tochten, maar ook een Collin Archer race die we wegens zeeziekte van de hele bemanning voortijdig hebben moeten beëindigen. Ondanks zeeziekte was Rob toen al niet meer van de avonturen op zee af te houden. Zo rond het jaar 2000 werd huis en haard verkocht, baan opgezegd en de Mary-Eliza, een Malo 42, aangeschaft. Het was voor mij een bijzondere ervaring om de doop van het schip op de werf in Henan in Zweden mee te maken en vervolgens als opstapper, onder Engelse vlag, naar België mee te varen. Tijdens deze reis bleek al dat Rob één was met zijn schip. Op het einde van de reis vertrokken we uit Borkum richting Vlieland. Het papier van de navtex was op, maar op basis van een landweerbericht vertrokken we toch maar. Het weer viel vies tegen. Een dikke 7 op kop, nauwelijks voortgang. Rob zeeziek, maar hij bleef gewoon zijn wachtjes draaien om daarna weer in zijn kooi te rollen. Onversaagd in pikkedonker Vlieland aangelopen, nog geen plotter aan boord, boeien slecht te zien, je hoorde de branding op het strand denderen, maar Rob ‘zat er bovenop’ en we kwamen gewoon aan in de veilige haven. Naast de zee was Rob een uiterst plezierige man met veel mensenkennis. Hij kon zich altijd goed aanpassen aan zijn omgeving, waar hij ook graag deelnam aan alle activiteiten. Op veel plaatsen waar muziek werd gemaakt, nam hij zijn trompet mee en was meespelen met de locals meestal geen enkel probleem. Rob had een onstuitbare passie voor de zee, verre landen en verre volken. Ik denk dat hij hieraan verslaafd is geraakt en eenvoudigweg niet meer terug kon. Helaas heeft het noodlot deze passie wreed verstoord. Dat hij ruste in vrede.

Dirk overleed in 1996 en na een tijdje verhuisde Baukje naar Sneek. Daar had ze uitzicht over het water en alle scheepjes. Van dochter Rudie, nog steeds lid van PZV, kreeg ze ‘Zeezeilen’ toegestuurd dat ze uitspelde. Eenmaal per jaar huurde ze een tjalk voor de hele familie. Op dek gezeten in een goed vastgesjorde stoel genoot ze van het water, de wind, de zon en alle kinderen en kleinkinderen die zonder uitzondering zeilers zijn. Ze zullen mem missen.

Piet Dijkema 4 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013


Scheepsuitdrukkingen Joep Vermeulen

D

e Nederlandse taal is doorspekt met scheepstermen en/of uitdrukkingen die met de scheepvaart te maken hebben. Het lijkt me boeiend en leerzaam wanneer wij daar als “echte” zeelieden iets vanaf weten. Als leidraad gebruik ik daarvoor het boekje van F.Kerdijk met de titel: ”Alles wel aan boord” Let wel: voor hij kan natuurlijk in voorkomende gevallen ook zij worden gelezen.

PZV-vlag in Tokyobay Mariëtte Roozeveld-Beekman

I

n april brachten wij een bezoek aan onze oudste zoon Aron, die sinds een jaar in Tokyo woont. Met hem en zijn (nieuwe) Japanse vriendin hebben we een prachtige rondreis door Japan gemaakt en veel kunnen opsnuiven van de boeiende oude en nieuwe cultuur en het prachtige landschap. Maar daarnaast maakten we ook kennis met haar ouders. Dat zij het ons naar de zin wilden maken, blijkt wel uit de uitnodiging om een dag mee te zeilen op het zeiljacht van Akagawa-san, een goede vriend van Pa. Aldus scheepten wij op zaterdagmorgen in op de Wild Rover, een mooie Salona 34. Fijn zonnig weer met een licht briesje over de Tokyo Bay met op de voorgrond Tokyo en omliggende steden en op de verre achtergrond de majesteitelijk besneeuwde Mount Fuji. Dat is weer eens wat anders dan de bekende Zeeuwse wateren. Natuurlijk brachten wij wat geschenken mee voor de schipper, in dit geval een goede kruik Bols korenwijn en ook een PZV-vaantje, dat prompt in de achterstag bevestigd werd. Een mooie zeildag in april 2013, maar of het zou voldoen aan de strikte criteria die door Annet zijn gesteld aan de inslinger-competitie? Mag Tokyo ook meetellen als thuishaven? ...

Omdat de PZV-er van een stevige borrel houdt, kan het zijn dat hij stijf staat onder het zeil, of zelfs dat hij zeilt met een rif. Wanneer hij dronken thuiskomt, dan komt hij met een vol zeil thuis, of hij heeft zijn bramzeil gehesen. Erger wordt het wanneer zijn schip geen roer meer heeft. Wanneer hij zeven voet diep gaat, dan is hij niet meer geheel helder en heeft hij kolen aan boord en gaan de bonen scheep. Maar ja dat krijg je wanneer je je schuitje vol hebt laten lopen. Het is dronkemansgetij en wanneer je dan ook nog in de wind bent, dan wordt zelfs een goed zeeman ook nat en heeft hij een nat zeil en bovendien is hij dan te zwaar geballast.

PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

5


Belevenissen van He

n n e P a ul

i

Ramsgate 2013 4 en 5 mei - Vlissingen / Blankenberge

K

un je in 72 uur draadpalen, paaldraden en paaldansen met elkaar combineren? Ja, dat kan aan boord van de SunDancer,een Jeanneau SO 37, waar mijn reis op vrijdagavond 3 mei in Vlissingen begon. Het is de PZV-Ramsgatereis 2013 met 20 zeiljachten tussen de 7 en 12 meter en 77 bemanningsleden. De bestemming is het Saint Katherines Dock in Londen. Het merendeel van de schepen komt uit Zuid-Nederland (zeezeilvereniging PZV heeft zijn clubhuis in Eindhoven), enkele schepen horen tot de zogenaamde ‘Noordelijke vloot’. De SunDancer heeft Lelystad als thuishaven en is, na de kroningsviering in de hoofdstad, op 1 mei uit de Sixhaven in Amsterdam vertrokken. De draadpalen kwamen af en toe tevoorschijn tussen de bonusaanbieding van Appie Heijn: vier wellustige pakketten asperges aangeschaft in Vlissingen, die door schippersmaatje Marja, dochter van aspergeteler Snoeyen, kritisch gekeurd werden. Wij leerden hiervan dat ten huize van de familie Snoeyen de asperges rücksichtslos op achttien centimeter werden afgesneden, waarbij de gezinsleden zelf de draderige ‘draadpalen’ uit de oogst verwijderden. De ware opbrengst van de speciale rassen die door vader teder waren opgekweekt, werden vervolgens door de keurmeester in hun bestemde kistje gelegd onder de uitroep: ‘Dat is er een van Snoeyen!’. Marja stapte de volgende ochtend af, richting wellnessresort.

Paaldraden De reis ging verder met schipper Michel Sijmonsma , navigator Louis Visser en opstappers Chiel de Jong en Henne Pauli. De paaldraden kwamen op 4 mei uit de broek van Michel. De interessante striemen in zijn dijen waren het resultaat van een mastbeklimming om het analoge driekleurenlicht te upgraden naar zo`n modern ledgeval. Jammer dat er geen epibreerstreepjes op de fitting staan, dan was waarschijnlijk

6 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

voorkomen dat de rode zone en de helder-licht-zone werden omgewisseld. Zelfs voor de Belgische kust zou dat niet gewaardeerd zijn. Michel moest daarom ten tweede male de mast in, nu met een rustgevende handdoek in zijn kruis, om rood en wit weer op de goeie plek te krijgen. Voor straf kregen we de volgende dag op weg naar Blankenberge een windkracht 6 tot 7 over het dek, waarmee het dansen een aanvang nam. De tocht was voorzien als een rustig trajectje waarbij het visrestaurant in drie uur binnen bereik zou komen. Het werd zes uur balanceren tussen hoog aan de wind en geforceerd over-stag gaan met een golfhoogte van anderhalve meter. Het werd stuurman Chiel uiteindelijk teveel en zelfs naviga-tor Louis kwam regelmatig bleek om de neus de kajuit uit om achter het roer weer wat stabiliteit te vinden. Blankenberge aanlopen was dus een uitdaging, maar de haven binnenvaren werd precisiewerk. Niet omdat we zo kort na eb over de drempel moesten, een korte kiel wil dan helpen, maar omdat de haveningang praktisch was afgesloten door een baggeraar met wegversperrende modderschuit. De pladijs en de tongetjes smaakten er des te beter om.

Zondag 5 mei - Ramsgate Het paaldansen was daarmee niet afgelopen, want op zaterdag 5 mei zetten we om half acht koers naar Ramsgate, met een windje drie uit ZW en een koers van 266 graden. Als echte zeiler vind je dan dat dit bezeild moet zijn. Maar dat liep dus uit op twee uur paaldansen met een lap grootzeil om je lenden. De rest van de dag heeft de motor het werk weer opgeknapt. Mooi niet waar, over dat motoren op 5 mei. Zodra we uit de ‘shopping’ lane kwamen stak er een straf windje op, dat ons met af en toe acht knopen snelheid naar Ramsgate blies. Onderweg troffen wij de Gudrun, daardoor werd een wedstrijdje onvermijdelijk.


een "Subdancer" Natuurlijk was het aan de stuurmanskunst op de SunDancer te danken dat deze competitie voor ons voordelig verliep. De boot van schipper Roelof Kleppe , met Floris Boele en Hans Brevé als bemanning, bood knap tegenspel, maar met zijn negen en een halve meter had de Gudrun geen kans tegen een 37-voeter. Vlootvoogd(es) Rolien Lucassen die ons op de mobiel en de marifoon goed in de peiling hield, bestempelde de SunDancer een keer als ‘Sub-Dancer’ , een geuzennaam die wij de rest van de reis in ere hebben gehouden. Per saldo meerden wij twee uur voor schema aan bij de F-steiger in Ramsgate en begon het schudden van vele PZV-handen. De snelheid van onze reis bleek extra gelukkig omdat schepen die later binnenkwamen behoorlijk last hadden gehad van mist op zee. Voor iedereen beangstigend, zelfs met radar of AIS aan boord.

Maandag 6 mei - Queenborough ‘HOIST THE BUCKET’ Mist hing er ook op ons geplande vertrekuur op 6 mei naar Queenborough. Met een wat opgerekt ontbijt brak om 9 uur de zon door, niet de wind helaas. Margate dus op de motor gerond. Door radiocontact werden wij geanimeerd om niet buitenom te varen, maar de binnenroute via de bochtige getijdenrivier de Swale te kiezen. Prachtig varen met een mediterraan temperatuurtje nu de zeekou op afstand bleef. Voor de Kingfisherbridge, een spoorbrug over de Swale, was de Lyra al rondjes aan het draaien. Ook wij waren veroordeeld tot pirouettes, niet wetend of er op Bankholiday wel brugbediening zou zijn. Maar na een tijdje kwam de Cyrano met een lekker vaartje aanvaren, en verdomd, prompt rinkelden de bellen en ging de brug omhoog. Leo stond triomfantelijk achter het stuurwiel wijzend naar de puts die op de Cyrano in de mast was gehesen: ‘Hoist the bucket and the bridge will open. Kijk maar in de Reeds .’ We hebben het niet nagekeken. De moorings in Queenborough zorgen voor de nodige verwarring maar als we liggen, liggen we en houdt niemand ons af van de tagliatelle met zalm. Zelfs geen voorspelling dat we op de terugreis windkracht 9 kunnen verwachten. Maar eerst naar Londen: 42 mijl.

Dinsdag 7 mei - Systemen, systemen De vlootvoogdborrel op een winderige ponton voor Queenborough bleek een hele originele plek om er liters Beerenburg en Schipperbitter doorheen te jagen. Ook de opstapper van de watertaxi profiteerde ervan. Zijn baas trok zich tegen de afspraken in geruime tijd terug voor zijn ‘tea’, waardoor het een nogal langdurig gedwongen verblijf op de steiger werd. Toen het zover was, waren

verscheidene PZV-ers zo aangeschoten dat zij vanzelf de boot in vielen. Klik, foto! De volgende ochtend de hoek om, de Theems op. De meesten zijn om 7 uur vertrokken, wij een uurtje later, maar we krijgen de groep al snel in zicht en trekken verder gezamenlijk op. Van het uitzicht moet je het gedurende vele mijlen niet hebben, veel bedrijvigheid, lompen en oude metalen. Voorbij de ‘barrier’ (wel even in je deftigste Engels toestemming vragen) komt al snel de metropool in zicht. En passant overschrijden (overvaren) wij de grens van Oost naar West bij het passeren van de nulmeridiaan bij Greenwich. Dan volgen de Millennium Dôme met de enorme kabelbaan, de prestigekantoren van de City, het glazen condoom (the Big Dig red.) van een bronstige bankier en jawel... daar is de Tower Bridge, ons eindpunt.

Even tanken Maar eerst ‘even’ diesel tanken. Vlak voor het Saint Katharines Dock ligt een bunkerschip waarop acht man onnaspeurlijke bezigheden verrichten en een enkeling ook wel diesel wil leveren. Kortom, traag, traag, traag. Heel wat PZV-schepen draaien er rondjes en ieder loert op zijn beurt. Als wij einde-lijk mogen, wordt de lijn zo stom aangenomen dat Michel tijdens zijn duik naar de lijn, z’n fototoestel in het water ziet verdwijnen. Zijn gezicht spreekt boekdelen over zijn gevoelens van sympathie voor de pompbediende. Bij het hele pompgebeuren blijkt ook weer een de Britse voorliefde voor tradities: eerst moet je op je eigen schip een formulier invullen met je scheepsgegevens en je bestelling (rode diesel voor ‘de verwarming’, gewone diesel voor de motor, jaja) dat wordt vervolgens door een functionaris bestudeerd en weer overgeschreven, dan pas wordt de pomp aangezet. Het afrekenen gebeurt cash, maar niet dan nadat er wederom allerlei papieren zijn ingevuld en ondertekend en door een paar mannen zijn bekeken. De computer is in Londen nog niet uitgevonden. Ook het Saint Katharines Dock is handwerk. De schuif gaat alleen tijdens slack omlaag (begrijpelijk, want de stroming in getijdenrivier de Theems verloopt heftig), maar het systeem om boten te administreren en een plek toe te wijzen (ook al zijn alle scheepsgegevens weken van tevoren digitaal aangeleverd) verloopt allemaal zo achterlijk dat het aantal schepen dat in dit korte tijdvenster afgehandeld kan worden, heel beperkt is. De faciliteiten blijken ook verre van feilloos. Maar dan

PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

7


lig je wel midden in de City en naast de Towerbridge zij aan zij met de Visser, de Zuidwest 7 en de Cher. We eten aan boord, bewonderen de nieuwe Dartsailer van Ben Visser en besluiten het langgerekte borreluur aan boord van de Cher van Piet Dijkema. Daar worden we ingewijd in de geheimen van de vier flesjes waarmee Cher-opstapper Paul van Nunen zijn relatie in topconditie houdt.

Woensdag 8 mei - Londen Onder leiding van Joep Vermeulen van de Kia Kaha zullen wij een cultuurwandeling in de omgeving maken. Maar eerst moet er een bos lijn uit zijn schroef verwijderd worden. Met acht man op de punt van de Kia Kaha-boeg lukt het niet om de schroefas ver genoeg uit het water te verheffen. Paul van Nunen brengt verlossing met zijn duikuitrusting en bewijst zijn puike conditie. Niet alleen gaat hij zonder een kik te geven het koude water in, maar hij blijkt immuun voor het zwaar besmette havennat. Want juist als hij klaar is en een stevige bos lijn uit de schroef heeft geplukt, komen bezorgde officials de steiger afspeuren en verschijnt er ook een man met een

motorboot. Iemand heeft alarm geslagen omdat het bassin van het dok het giftigste water van het westelijk halfrond schijnt te bevatten. Maar die eigenwijze Nederlanders hebben het karwei al geklaard en de havenmanagers druipen af. De wandeling met Joep voert langs de verschillende architectuurstijlen die het Britse imperium heeft opgeleverd. Zo leren we dat de Towerbridge geen oude kasteelbrug is naast de schrikburcht van de Tower (waar vele Britse vorsten hun tegenstanders onthoofd hebben of zelf deze behandeling hebben ondergaan), maar de sprookjesachtige brugtorens vormen de omhulling van de 19e-eeuwse staalconstructie en stoommachines waarmee de brugdelen open en dicht gaan. We brengen een bezoek aan de imposante hal van het nieuwe Tate Modern museum (een ontruimde elektriciteitscentrale) en drinken op de hoogste verdieping een kop koffie terwijl wij het uitzicht over Londen bewonderen. Jammer genoeg is St Pauls Cathedral gesloten als wij er verschijnen, vanwege een bijzondere dienst ter herdenking van de slag om de Atlantic 70 jaar geleden. Londen zit goed in de benen als we ons snel moeten omkleden voor het befaamde PZVCaptainsdinner, in een restaurant aan de andere kant van de Theems recht tegenover onze ligplaats. Het terras biedt 8 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

een schitterend uitzicht op de nachtelijke skyline. Na de speeches en pa-zever-beschouwingen (term van Michel), kunnen we lekker bijkletsen met oude kennissen, vermaakt worden met het knappe Zeuntjeslied en tandakken naar de hapjes die langskomen. De bruine bonen van het captainsdinner zijn ditmaal gemoderniseerd tot tapasjes, maar die kunnen de trek van een zeeman niet stillen. Daar vinden de verschillende bemanningen van onze aanliggende schepen wel wat op, als ze - terug op honk met kaas, worst, wijn en sterke drank bij ons binnen vallen om het feestje nog even af te ronden.

Donderdag 9 mei -Voor ‘top en takel’ terug De meest palaverbijdragen kwamen uit op ‘een dagje langer Londen’, want in de windvoorspelling zaten achten en negens. Wij kwamen aanvankelijk uit op een nachtje verkassen naar een ander dock met ruimere schuttingstijden. Maar als we om half twaalf losgooien en vaststellen dat de wind ons de goede kant uit voert, besluiten we snel om toch maar door te varen naar Queenborough. Het wordt een ruige tocht met alleen de fok gehesen. We varen gelijk op met een Belgisch schip dat voor ons geregeld uit het roer loopt. Van Michel krijgen we balanceerles om de SunDancer op het juiste moment met de neus de wind in te sturen zodat de high aspect z’n lucht kan lozen en de boot niet plat slaat. Dat lukt alleen hem maar, behalve op de momenten dat ook Michel de boot niet kan houden. Regelmatig meten we windsnelheden van meer dan 40 knopen op het log, met als record 49.2 kn. We doen een riskant wedstrijdje met de Belgen en lopen op een gegeven moment motorsailer Visser op, die een schutting eerder uit het St Katherines Dock is vertrokken. De gezellige babbel langszij wordt ruw verstoord door een vlaag die ons veel te dicht voor de Visser duwt en die Ben met een noodsprong naar de achteruit-handle brengt. Ben was ‘not amused’ Rond acht uur bereiken we Queenborough en vinden een ligplaats op stroom langszij een roestbak die gebruikt wordt bij het baggeren. Maar, lekker in de luwte. Al snel arriveert ook de Visser langszij een andere roestbak en de Lyra - op een eigen mooring- en later op de avond de Cyrano die bij ons vastmaakt. Zij zullen de volgende ochtend om vijf uur weer vertrekken, dus verdwijnen ze snel onder de wol (hun verdere terugtocht zal - in de shippinglane- onderbroken worden door een gebroken roerkabel, waardoor ze een noodroer moeten construeren). Wat slapen we lekker!

Vrijdag 10 mei - Naar Harwich Het vaarplan van Louis was: een paar korte tochten om ons op een goede plek te brengen voor de oversteek naar IJmuiden, en dan een dag en een nacht doorvaren om in de ochtend voor de pieren van IJmuiden te verschijnen. Dus varen we vandaag zo’n dikke 60 mijl naar Harwich, weer met alleen de genua want de wind is WSW 6. Buien, zon en kou. We eten brood met pindakaas voor de maagvulling. Chiel blieft het alleen met sambal oelek, een echte lekkerbek! We mochten van Louis weer rond een uur of twaalf vertrekken en arriveerden zo’ n zeven uren later voor Harwich waar we


wilden overnachten in de Halfpenny Harbour. Het bleek de oude en nauwe vissershaven van Harwich, waar we met zeer creatieve manoeuvres uiteindelijk langszij een ander jacht konden afmeren. De man was aardig, maar de schipperse vond het duidelijk maar niks. Toen Michel hoorde dat er in deze haven geen water en geen elektra voorhanden was, vond hij het ook niks. We eisen comfort! Dus zijn we snel overgestoken naar de goed geoutilleerde marina van Shotley Point (achter een supersnelle sluis). Lekker warm douchen en lekker barfood eten in de Ship-Wreck-Bar. Voor een fractie van de prijzen in het Katherines Dock.

Zaterdag 11 mei en zondag 12 mei- De oversteek Met een tij tegen en twee tijen mee, plus een naar west draaiende zuidwestenwind wil de navigator ons in zo’n 20 uur de 120 mijl over de Noordzee naar IJmuiden brengen. We vertrekken, met nog twee uur tegenstroom voor de boeg, wederom tegen twaalven. Op de elektronische kaart staat een rechte koerslijn van Harwich naar IJmuiden. Zou kunnen lukken met deze wind. Er zit blauw tussen de wolken. Maar al snel zien we de buien samenpakken tot een stevig regengordijn en dan mag de stuurman het alleen opknappen. De overige bemanningsleden zoeken dekking onder de buiskap. En de navigator komt überhaupt nooit in de frisse lucht. We zetten het grootzeil met één rif en hijsen de high aspect . We sturen wat de wind ons gebiedt en dat is geen rechte lijn, want hij blaast steeds meer westelijk. In duo’s draaien we wachten van drie uur, maar met de wind op de kont giert de boot er lustig op los. Ook wie van wacht af is krijgt amper slaap. Ik weet niet hoe het de anderen is vergaan, maar mijn maag voelde zwakjes. En zag ik bij Chiel ook al zweetdruppels op zijn voorhoofd parelen? Niettemin heb je aan het eind van zo’n wacht rond etenstijd best trek. Louis wist het kunststuk uit te halen om op een wild rollend schip het gasfornuis aan te steken en rijst te koken, plus pindasaus en ‘on top of all’ gehaktballen. Per diep bordje met lepel de kuip in. ‘Heel smakelijk’, vond iedereen. Ik ook. Maar toen ik een paar minuten later onderdeks ging, op zoek naar mijn kooi, besloot mijn maag toch anders. Half ontkleed nam ik een spurt naar de lage kant en offerde vers gekookte rijst met pindasaus en..gehaktballen aan de vissen. Met de complimenten van Louis. Zoals gezegd, slapen kwam er niet van en op wacht blies de koude wind alle warmte uit je pak. Af en toe actie om een schip te ontwijken, het zeil goed op de wind te zetten of te gijpen. Daar put je nog wel enige warmte uit. Maar die twintig uur uitzitten doe je puur op karakter. Overigens werden het met die veranderlijke wind geen 120 mijl, maar zo’n 19 mijl meer en dus dik twee uur langer. Kijk op de track en je ziet onze artistieke koerslijn.

loefde hij scherp op. We passeerden elkaar op veilige afstand, maar ik kreeg niet de indruk dat iemand in het stuurhuis van die ander een vinger uitgestoken zou hebben om ons te waarschuwen of te ontwijken. Weer zo’n aha-moment waarbij je inziet dat je hersens een plaatje tekenen dat je graag wilt zien, terwijl alleen ervaring je kan leren om dat wensplaatje te corrigeren. Op 12 mei lagen we om 10 uur voor de sluis van IJmuiden. Als noordelijke vloot heb je dan nog een dag varen voor de boeg. Die is op het IJ en het IJsselmeer nuttig besteed met het lappen van het kombuis en het ship shape maken van de SunDancer. Thuishaven Lelystad was om half vijf in zicht en een uur later zaten we voor de restanten van de Schipperbitter en de Ketel 1. Mannen!

Vrachtvaarder Tijdens onze laatste wacht moest ik nog even slikken omdat ik de koers van een tegemoetkomend schip volkomen verkeerd beoordeelde. Ik meende in het vage ochtendlicht zeker te zien dat die vrachtvaarder met zijn rode licht naar ons toegewend (correct) en met de boeg van opzij (niet correct) een koers parallel aan die van ons voer. Michel oordeelde beter en met de uitroep ‘die komt op ons af’ PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

9


Ramsgate met een spectaculair slot Het kan je zomaar overkomen wanneer iemand met de beste bedoelingen denkt dat je in gevaar bent en de Reddingsdienst belt.

A

l is het erg vroeg in het jaar, eind april, dit jaar lijkt het of we de kerstboom weer moeten gaan opzetten, de traditionele Ramsgatetocht van de Philips Zeezeilvereniging gaat naar Londen. Het vaarplan is vanuit de Roompot naar Ramsgate, dan naar Queenborough om aan de moorings het vroege tij af te wachten en dan naar Londen te spoelen. Omdat gepensioneerden over veel tijd beschikken besluiten Joop Bakker -een dorpsgenoot- en ik ieder met onze eigen boot de oversteek te wagen via de Belgische kust. De rest van de ingeschreven boten, negentien in totaal, gaat in één keer van de Roompot of IJmuiden naar Ramsgate. Maandag 29 april vertrek ik vanuit Drimmelen alleen op de motor omdat de wind pal tegen is. Onder de Moerdijkbruggen kan ik dat goed merken bij het strijken van de mast. De golven bouwen zich daar op en mijn boot, de Kia Kaha doet haar best me het zo moeilijk mogelijk te maken. Zij slingert zo dat de stuurautomaat losschiet van de helmstok. De boot giert en ik moet de giek loslaten om niet te vallen. De lummel schiet los en de boel de boel latend herstel ik de koers door de automaat weer te bevestigen. Gelukkig geen schade, maar het scheelt niet veel. Willemstad is de eerste stop. Jammer dat de Chinees ooit is afgebrand; ik had zo’n trek in dat eten, maar er zijn meer restaurants. De volgende morgen, eerst nadat ik op een groot scherm aan de oude haven de balkonscène van de nieuwe koning en koningin heb bewonderd, vertrek ik naar de Volkeraksluis. Ook de Krammer geeft geen sores en is helemaal bezeild. Tegen de avond kom ik in Zierikzee en ben getuige van een groot feest. Woensdag, een stralende dag en alleen met de genua vaar ik lui liggend in twee uur naar de Roompot. Wat is een stuurautomaat toch een fijn stuk gereedschap. Het wordt zowaar warm. De donderdag gebruik ik om allerlei kleine klussen aan de boot te verrichten. Joep Vermeulen

Nu begint het echt ’s Avonds komt mijn opstapper Allan Schober met het reddingsvlot, een verplicht attribuut tijdens deze tocht. Ook de Ribaldus van Joop arriveert vanuit Stellendam. Vrijdag 3 mei gaan we samen door de sluis en varen langs de kust van Walcheren naar Oostende. Een heerlijke wind en terwijl de Kia Kaha wacht bij het binnenlopen van de haven, denkt Joop dat hij nog voor de sleep binnen kan glippen. Fout. Eenmaal aangemeerd in de jachthaven om de hoek, komt de politie en slingert hem op de bon. Zaterdag heel vroeg voordat de havenmeester aanwezig 10 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

is, vertrek ik om vijf uur en verwacht op grond van het weerbericht een matige wind, hooguit 5 Bft. Dat is ook zo de eerste uren, maar allengs trekt de wind aan en net voorbij de shipping lane krijgen we uitschieters tot 7 Bft. Met alleen een kleine fok en de motor komen we tegen de hoge golven toch nog redelijk vooruit. Een aandewindse koers met hoge golven is voor een kleine boot eigenlijk niet te doen, maar eenmaal over de helft is teruggaan geen optie. Joop vertrekt een uur later en treft de havenmeester en een nog sterkere wind en besluit zijn koers te verleggen naar Nieuwpoort. Stoer houden we vol. Een vreemd geluid vanonder de boot.’Wat is dat?’, vragen we ons af. Iets in de schroef want de motor komt niet meer op toeren. Vooruit, achteruit. “Komt er wat los?’ Op halve kracht varen we verder in de steeds onstuimiger wordende zee. Golven tot drie meter is onze schatting. We kunnen net langs het nieuwe windmolenpark in de Thamesmonding. Er tussendoor is minder gewenst. Bakken water krijgen we over ons heen. De kust blijft tergend lang ver weg. Tegen 19.00 uur Engelse tijd tuffen we de haven van Ramsgate binnen, door en door nat. Zeilpakken van tegenwoordig halen het niet bij de oude oliepakken. Een bijna nieuw oliepak gekocht bij Compass 24 laat het volkomen afweten. Compass 24 ook; geen garantie meer. We vieren onze behouden aankomst met een lekker maal in the Churchill Inn boven de haven. Zondag spelen we echt toeristje. We gaan met de trein naar Canterbury en komen in een stad vol blije mensen. Zowaar is het lekker warm. De grasperken worden door picknickende groepjes mensen, vrijende stelletjes en spelende kinderen in beslag genomen. Overal langs de Stour schitterende bloeiende bloemen, bomen vol met bloesem. De Stour. Een riviertje dat door Kent loopt en bij Sandwich de zee in stroomt. In de 16e eeuw was de Stour de thuishaven van de Engelse vloot. Nu zie je daar het indrukwekkende fabriekscomplex van Pfizer met hoge schoorstenen. Even groots als de uitwerking van zijn viagra-pil.

Morrisdancers In de stad de Morris dancers die in hun kenmerkende klederdracht de lente vieren ondertussen twee aan twee met zwaarden dansen en al door elkaar bewegend de mooiste vlechtpatronen maken op de klanken van een harmonica, een pennywhistle en een zangeres. En dat vlak voor onze neus. De kathedraal is voor mij elke keer weer het hoogtepunt van een bezoek. De evensong om half vijf het doel, maar helaas deze dag al om drie uur. Dus te laat. Wanneer je iets van de Engelse ziel wilt begrijpen dan moet je een kerkdienst zoals de evensong meemaken. De schitterende koren die Groot Brittannië heeft, onthullen


de diepgewortelde religiositeit met haar klinkende muziek gezongen door gewone jochies in misgewaden. Gewone jochies die eenmaal zingend iets van de hemel vertegenwoordigen. In Nederlands schijnt zingen iets engs te zijn, tenminste als leerkracht heb ik steeds tegen de stroom in moeten zwemmen. Een land dat niet meer kan zingen dan Olee, olee, oleeolee, olee, is een arm land. Toen we terugkwamen in de haven

the Prospect of Whitby een schitterend oud café en dan de Towerbridge, het doel van onze tocht. Wat een schitterende en tegelijkertijd lelijke brug. Kitsch van het zuiverste soort. Oud lijkend maar qua functionaliteit modern. En vlak voor de brug aan stuurboordzijde St. Katharines Dock. Wat is die duur geworden. Voor 7 meter betaal je 45 pond per nacht. Limehouse is dan toch echt goedkoper, maar ja, de sfeer valt daar niet te vergelijken met St. Katharines midden in de stad.

Obesitas

waren de andere boten al gearriveerd. De vloot is bijna compleet.

Naar Queenborough Maandag geen wind, maar schitterend fris weer. Rode diesel getankt, wel met een uitgebreide bon. Ze zullen je in België maar controleren. Het schijnt dat de douane daar maling heeft aan de onmogelijkheid gewone diesel te tanken. Vijfhonderd euri is de boete. Belletje trekken is ook al goed voor 350 euri. Rare mensen die Belgen. Op de motor naar Queenborough. Hij loopt nog steeds niet voluit. Wel in de vrije loop. Luchtfilter, oliefilter, of toch de weerstand van de schroef? Het aanpikken van een mooring kun je het best achteruit varend doen, is mijn eigen ervaring. Leuke taferelen bij de verschillende boten. Uiteindelijk ligt iedereen goed vast. De watertaxi haalt ons op omdat we op de pier onze captainsborrel drinken. Een rustige doch koude nacht. Om vijf uur vertrek ik veel eerder dan de andere boten. Onze gemiddelde snelheid is niet zo hoog. Rustig op een spiegelgladde Thames brengt de stuurautomaat ons stroomopwaarts. Tilbury met zijn containeroverslag en dan na vijf uur de skyline van Londen. Elke keer is er weer wat nieuws gebouwd. Zeker m.b.t. de olympische spelen. Greenwich als basis van de oude maritieme geschiedenis. De Millennium Dome is alweer vuil geworden. Rechts Limehouse dock,

’s Morgens een grote tegenstelling wanneer wij in onze nachtkleding naar het washok strompelen en de gladde Londense zakenwereld in hun saaie uniformen over het voetpad langs de haven spoedt. Flitsende jongens en meisjes. Geen spoor van armoede. In de havenstadjes zie je de verloedering toeslaan. Jonge zwangere meisjes, jonge echtparen in campingsmoking lusteloos een kinderwagen voortduwend. Dikke volgevreten mannen en vrouwen. Mac Shit is overal waar armoede heerst nadrukkelijk aanwezig, druk

doende obesitas te bevorderen. Londen is anders, althans in the City. Drie dagen blijven wij er. Wat zit er nu in mijn schroef? De methode PZV is met veel man op het voordek gaan staan zodat de schroef boven water komt. Een groen net zit verward. Paul van Nunen is duiker en hoe koud het water ook is, hij gaat het vieze water van de haven in en klaart de klus. Alles weer in orde. De havenmeester komt toch even kijken wat we aan het doen zijn. Het water kan besmet zijn met de ziekte van Weil omdat er ratten zijn gesignaleerd. Toch attent. Gaan we donderdag, Hemelvaart, of wachten we de gale

warnings nog even af? Ik wacht tot vrijdag en met mij zijn de meeste schippers even wijs. Toch nog naar de St Paul’s voor een mooie dienst, dat pik ik dan toch nog maar mee. Vrijdag met de eerste schut kunnen we vertrekken. Het is nog niet helemaal hoogwater, maar dat betekent wel dat je langer de stroom mee hebt het laatste stuk. Krachtige westelijke wind en alleen met de genua jagen we in uitbundig zonlicht de Thames af. Nu heb ik toch weer profijt van mijn geringe diepgang: Ik snijd zeker een uur varen af en kom gelijktijdig met de snelle jongens en meisjes bij Queenborough aan. Daar wachten de meeste boten aan de mooring het volgende tij af. De Ribaldus en de Kia Kaha gaan niet rechtstreeks naar de Roompot, maar houden Ramsgate aan voor een tussenstop. In de Royal Yacht Club drinken we ten afscheid een lekkere pint. Om vijf uur in de morgen vaar ik weg na eerst mijn opstapper te hebben gepord. We zullen proberen in een keer naar de Roompot te gaan. Harde westelijke wind, maar mooi zonnig weer. Alleen met een dubbel gereefd grootzeil maken we goede voortgang. De shipping lane haaks gekruist. Dit keer vrij veel schepen, maar met een beetje bijsturen vormen die geen gevaar. Tegen de avond is Westkapelle in zicht. De golven zwellen aan bij lagerwal. Net voordat we de vaargeul willen oversteken om de zuidelijke aanloop van de Roompotsluis aan te varen, moeten we uitwijken voor twee kruisende vrachtschepen.

Wat gebeurt ons nu? De wind is nu bijna 7 Bft. Tijd om het grootzeil helemaal te bergen. We staan op ons kop. Onder de wal wordt het weer wat rustiger en tegelijkertijd donkerder. Mijn GPS met plotter heeft het laten afweten en ik vaar op mijn ‘kennis’ van de situatie. Het gaat goed totdat ik een vergissing maak en de verkeerde kardinaal peil. Allan duikt de kajuit in om met zijn GPS de coördinaten te controleren. ‘Terug!’. Ik draai 180 graden en kom weer uit bij de vaargeul langs de kust. ‘Je moet PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

11


nog verder door. Waar is die kardinaal? Zie je een rode boei?’ Geen rode boei te zien wel een flikkerende kardinaal. Verwarring. De meeste boeien zijn daar onverlicht en wanneer een verlichte boei dan niet werkt, word je aardig in verwarring gebracht. Een helikopter vliegt laag over, zijn zoeklichten verblinden ons. ‘Dan moet er iets aan de hand zijn.’ Wanneer even later ook de reddingsboot ons passeert en met zijn zoeklichten de watervlakte afspeurt, denken wij dat het menens is. De reddingsboot paait ons en vraag of we een zeiljacht hebben gezien. We moeten negatief antwoorden. Er zou een jachtje in nood zijn. We weten van niets. Ze varen verder, wij ook. Voor de sluis komen ze nogmaals langszij en vragen of wij problemen hebben gehad. Niet echt. Van de wal hadden zij een melding gekregen van een strandpaviljoenhouder dat er een zeiljacht in nood zou zijn. Ik voel me haast schuldig. Zij begeleiden ons naar de sluis. In het pikkedonker varen is toch niet zo mijn ding. Maar goed, we hebben het gered. De jachthaven van de marina heeft in het donker een moeilijke invaart, maar met een kielmidzwaard is vastlopen geen probleem. Na een goede nacht vertrekt mijn opstapper Allan weer en ik vaar met het tij mee en een krachtige wind alleen met de genua in zeven uur naar de Volkeraksluis, maar niet voor ik de KNRM heb gebeld met de vraag wat er nu precies aan de hand was gisterenavond. In hun dagrapport lees ik later dat er groot alarm is geslagen. De melding van een zinkend schip deed alle alarmbellen rinkelen. Groot alarm: helikopter,

reddingboot, brandweer, politie en ambulance, zij waren allen aanwezig. Loos alarm!! Wanneer ik de volgende dag het laatste stuk afleg, ben ik blij weer thuis te zijn. Mijn motor kan nog steeds niet op vol vermogen draaien. Toch een brandstofprobleem? Dat blijkt later wanneer ineens de kracht terug is. Ondanks het schoonmaken van de hele tank, is er toch vuil achtergebleven. Althans dat is mijn conclusie. Zeezeilen met ruig weer heeft toch niet zo mijn voorkeur. Maar een wonder is wel geschied. Ben ik altijd kotsmisselijk ook met de beroemde Belgische reiscapsules:.....

deze keer geen centje pijn.

Reddingrapporten

Zoekactie naar zeiljacht voor de kust bij Domburg Westkapelle, 12 mei 2013 Grote zoekactie naar zeiljacht blijkt loos alarm. Om 21.26 uur gaat de pieper met de melding: ‘Vaartuig maakt water’. Ook station Neeltje Jans en een helikopter van de Belgische luchtmacht uit Koksijde wordt gealarmeerd. Om 21.25 uur meldt een strandtenthouder aan het Kustwachtcentrum Den Helder dat een jacht op ongeveer 200 meter uit de kust van Domburg in problemen zou zijn. Twee mensen zouden zich aan de mast vast-klampen en het vaartuig zou vrij diep in het water liggen. Vermoed werd dus dat het bootje zinkende was Direct worden door het Kustwachtcentrum de KNRM-reddingboten van de stations Westkapelle en Neeltje Jans ingezet en wordt een helikopter van de Belgische basis in Koksijde gealarmeerd. Het kusthulpverleningsvoertuig van station Westkapelle wordt eveneens ingezet om vanaf het strand mee te zoeken. Het bootje kan niet direct worden gelokaliseerd, en daarom worden ook de brandweer, de politie en de strandwacht ingezet. Voor de zekerheid staat een ambulanceteam stand-by. Om 23.05 uur meldt één van de reddingboten een boot te hebben aangetroffen nabij de de Roompotsluis in Neeltje Jans. Het blijkt het gezochte jacht te zijn, maar er is niets aan de hand. Rond de tijd van de melding aan het Kustwachtcentrum voer het inderdaad ter hoogte van Domburg. De zoekactie wordt vervolgens afgeblazen en alle eenheden gaan terug naar huis.

12 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013


PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

13


Ramsgate 2013 aan boord van de Boester

Wat kon ons nu nog gebeuren?

maakte me klaar voor de wacht tot middernacht. Opeens ging mijn roer raar doen. Wat is dat toch? Om de 5 tot 6 seconden een klap tegen het roer. Ruud kwam in actie en ging op onderzoek uit wat het wezen kon. Mijn aandacht ging nu ook meer uit naar het roer dan naar onze koers en snelheid. Na ongeveer 10 -15 minuten was het over en was het weer terug naar de orde van de dag. Hé, de stroming is gedraaid we lopen nog maar 2 knoop, dat is wel erg weinig. Zal wel golven en stroom tegen zijn, nog even doorvaren en dan net voor de shipping lane een slag maken dan komen we ook wat beter uit. Ook Ruud begon zich af te vragen waarom we niet harder gingen. Ik heel stoer ‘mijn bootje loopt altijd slecht aan de wind’. Met dit soort rot smoesjes heb je een slechte aan Ruud want die wist mij toch haar fijn te vertellen dat we toch echt meer dan 5 knopen liepen aan de wind. Maar goed, oorzaak onbekend en opgeven wilde we zeker niet dus maar overstag en kijken wat er dan zou gebeuren. Oeps, dat was niet overstag dat was 180 graden draaien. Nu ben ik niet altijd even scherp maar dit was toch wel uitzonderlijk. De bedenkingen werden groter en we gingen maar eens overleggen wat de mogelijke oorzaken konden zijn. Over een ding waren we het meteen eens: het roer deugt niet. Een net, het moest een net zijn. Toch of niet? Een klein netje dan, want we konden niets zien slepen. Wat nu? Eerst maar eens kijken wat we nog aan koers konden varen en wat de afgelegde afstand na een uur was. Opgeven echt niet. Tja, na twee uur konden we geen koers meer varen die ons ook maar in de richting van de

Voor zaterdag was zuidwest tot west 5-6 Bft voorspeld en we hadden geen discussie, gaan met die banaan. Lekker raggen naar de overkant. We waren voorbereid op een tocht van 24 uur waarin we eerst met de stroom mee naar het zuiden af zouden zakken (laverend) en dan in twee of drie grote slagen wederom met de stroom mee over zouden steken. Om 11.00 uur waren we op de Westerschelde en gingen we met 6 knopen naar buiten. De Boester en de bemanning hadden het goed naar de zin en alles verliep volgens plan. Rond 16.00 uur zaten we onder Blankenberge en zouden we de eerste grote slag gaan maken. De wind nam echter toe met windstoten ruim boven de 30 knopen. De voorspelling was dat de wind in de avond tot begin van de nacht nog verder zou toenemen. Als schipper startte ik de discussie op of we met deze wind en bijbehorende golven wel wilden verdergaan. Alternatief was nu naar Oostende, overnachten en ’s morgens weer vertrekken naar Ramsgate. Ruud was vrij helder: van hem konden we door, de boot hield zich prima, we waren nog fit en een korte berekening gaf aan dat we er rond de vroege ochtend zouden zijn. Hierna nog een slag gemaakt en koers gezet naar de shipping lane. Het ging eigenlijk erg goed: we liepen tussen de 5 en 6 knoop af en toe een plens water over maar absoluut niet vaak, het bootje danste op de golven en de wind was weer gezakt onder de 30 knoop. Kortom, ‘Ramsgate here we come’. Voor de shipping lane was het wisseling van de wacht. Ik nam het roer over en

Engelse kust zou brengen, laat staan Ramsgate. Afgelegde afstand na een uur ‘one fucking mile’. Snel rekenen wat dat betekent. Grapjas: zegt Kerst in London jou iets? Dan moet je zo door gaan. Opnieuw overleg. Dit midden in de

Auteur: Willem Triki en Ruud Heezemans

Over een Ramsgate die niet doorging. Vette pech

E

indelijk ging het dan gebeuren, de Boester en bemanning (Willem Triki en Ruud Heezemans) waren klaar voor de Ramsgate. In 2012 zou de Boester al meegaan, maar moest op het laatste nippertje afhaken omdat mijn opstapper door familieomstandigheden verhinderd was. Nu ging het er dan toch echt van komen en de Boester lag op vrijdagavond in Vlissingen helemaal klaar voor de overtocht. Aan alles was gedacht, genoeg diesel voor een wereldreis, voldoende eten en drinken om de week ruimschoots door te komen en natuurlijk voldoende sterke drank aan boord om gezellig te borrelen.

14 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013


shipping lane is geen prettig vooruitzicht, komen we er wel? Misschien wel maar zeker niet binnen 36 uur na vertrek. Kunnen we de motor wel starten of hangt er nog iets aan de schroef????????? (dit i.v.m. scheepvaart in de shipping lane) Kortom het besef groeide dat doorgaan geen zin had. Wat dan wel? Eerst maar eens kijken welke koers terug we nog konden varen. Terwijl ik dat uitzocht, was Ruud aan

ondanks alles erg stabiel lag, zelfs met wat meer wind. Jammer dat je die ladder op moest klimmen om aan boord te komen. (foto invoegen van Boester op de kar) Tevens gingen we eens nadenken of London met de ferry en de trein een optie was. Op de werf mochten wij echt alles, maar dan ook alles vragen op twee korte vragen na dan. De eerste vraag die je niet mocht stellen was: ‘wat gaat het kosten’? En de tweede vraag die absoluut niet kon: ‘wanneer is de boot klaar’? Gezien de ‘planning’ van de reparatie waar wij geen echt uitsluitsel over kregen, besloten we bij de Boester in Oostende te blijven. Dit was een juiste beslissing, want woensdagmiddag om 16.00 uur hadden wij weer water onder de kiel en was de Boester weer professioneel gerepareerd. Nieuwe scheg gemaakt, in gelamineerd en in de antifouling. En intussen hadden we alle andere kleine klusjes aan boord gereed.

Plaatjes als zout in de wonde

het navigeren naar de Belgische kust. We kwamen beiden tot dezelfde conclusie: Oostende moest het worden. Rif eruit en gas erop. Rif was eruit maar de snelheid werd niet hoger. Motor aan????? En wat als er een net in de schroef zit en we het hele zaakje vastdraaien? Nou daar ben ik dan weer zo klaar mee, beter op volle zee tot de conclusie komen dat er iets in zit dan tussen de pieren van Oostende met windkracht zes. Dus de motor gestart. Hé, geen enkel probleem. Opluchting alom. Zo, met vol zeil en een motor op volle toeren, dat zou ons zo in Oostende aan de steiger brengen. Toch? Of niet. Nee dus. Nog steeds maar 2,5 maximaal 3 knoop. Nu wisten we het zeker: dit was foute boel. Nou ja geen probleem, met de wisseling van de bestemming en de wetenschap dat de Boester toch echt wel schade aan het roer moest hebben, hadden we ineens de hele week de tijd om terug te komen in Oostende. Het verliep verder voorspoedig en ’s nachts om 2.00 uur legden we in de haven aan. Voor dag en dauw was Ruud opgestaan om met Robert de havenmeester te overleggen. Ouwe rot in het vak als hij is, was het al geregeld voor ik mijn ogen open had. Er zou een duiker komen en wat wij nog niet wisten maar Robert natuurlijk al wel: dit wordt uitkranen. Voordat de duiker er was, had Robert de werf al geregeld en zijn maatregelen genomen.’s Morgens om 9.00 uur was de duiker zeggen en schrijven twee seconden onder water en kwam met de conclusie ‘het schegje staat er dwars onder’.

Einde Ramsgate Voor de Boester en haar bemanning is het einde verhaal. Wat rest je als bemanning dan nog? Je overgeven aan de vakmensen en een alternatief voor de verkregen tijd zoeken. Ons alternatief plan was ‘kwaliteitscontrole van de horeca in Oostende’. Laten we zeggen dat dit een bijzondere beleving is geworden waarop ik in een later nummer van Zeezeilen graag een keer terug kom. Als we de aantekeningen nog kunnen lezen tenminste. Wat ons na het stappen wel opviel, was dat de Boester PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

15


Ramsgate met de Visser Auteur: Ron Visser

H

et is al een tijd een droom van ons, mijn vader (Ben Visser) en ik (Ron Visser) willen ooit een lange zeilreis maken. Een aantal maanden Nederland gedag zeggen en de kusten afzakken naar verre bestemmingen. Daarvoor is natuurlijk eerst een boot nodig. Na jaren lang geen zeilboot meer te hebben gehad en heel gericht zoeken heeft Ben de ideale boot gevonden om deze droom na te streven. Een Dartsailer 38 en daar zijn we trots op. De ‘Visser’ was net op tijd klaar om deel te nemen aan de Ramsgatetocht. Voor mij was dit ook de ideale manier om te kijken of dat zeezeilen wel echt iets voor mij zal zijn. Ramsgate 2013, de ultieme test: kan ik het aan en kan de Visser zich bewijzen als zeilschip met wat we van hem verwachten?

De nieuwe Visser uitgeprobeerd Twee weken van tevoren hebben we een geslaagde oefenrondje in het Sluikgat gemaakt met de bemanning: Harrie Olie, Robert Olie, Ruud Volger, Ben Visser en ik Ron Visser. Dat ging al snel goed en dus waren we er klaar voor. Zaterdag 4 mei was het dan zo ver. Wind was er genoeg, maar hij kwam precies uit de verkeerde hoek. Zuidwest! Blijven liggen was geen optie, dus we gingen ervoor. Vanuit Middelharnis voeren we naar de sluis bij Stellendam en even later zaten we op zee. Het eerste stukje richting de uiterton en daarna kon het opkruisen beginnen. De zee en de wind waren nog niet zo heftig als we eerst dachten, maar daar kwam al spoedig verandering in. Verder van de kust af wakkerde de wind ook langzaam aan. Windkracht 6 zuidwest. Dat was het moment waarop ik dacht: okay, dit is dus zeezeilen. En prachtig dat ik het vond. Ik stond aan het roer te genieten hoe we door de hoge golven heen sneden en flink op en neer klotsten. Binnen vlogen de lampen door de lucht, die waren dit weer dus ook niet gewend. Het zeilen ging steeds heftiger, het roer houden werd wat moeilijker, maar ook lekker uitdagend. Terwijl ik stond te genieten, kwamen Harrie en Ben boven met het besluit om te reven. Ik, als onervaren zeuntje, was daar niet opgekomen. Hoe spannender hoe beter denk ik altijd. Gelukkig was ik omringd door ervaren zeilers die wel op

16 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

tijd zien wanneer het te gek wordt. Met minder zeil lag de Visser weer een stuk stabieler. Als zeuntje meedoen aan de overtocht heeft ook als doel: zoveel mogelijk leren van de ervaren zeilers. Situaties inschatten is moeilijk en daar heb ik deze week flink over bijgeleerd. Het was tijd om in de punt te gaan liggen en mijn rust te nemen. Met de hoge golven half van voren was dat niet echt comfortabel te noemen, maar met mijn ogen dicht vond ik het ook wel lekker zweverig. Vier uur later mocht ik weer. De zee was nog steeds vrij wild. We hadden al redelijk wat uren gemaakt, maar hemelsbreed waren we nog niet heel erg ver opgeschoten. We gingen kiezen tussen naar een volgende haven zeilen of doorgaan. We gingen door want volgens de weerberichten zou de wind later wat afzakken.

Nachtzeilen De zon ging onder en het nachtzeilen kon beginnen. Ik vond het wel iets spannends hebben om in het pikkedonker tussen de voor anker liggende containerschepen heen te varen. Pure stilte, maar wel overal lichten. Ondertussen was de wind nog steeds ongunstig; we besloten om de motor bij te zetten. Non-stop opkruisen naar Engeland zou een

eeuwigheid duren. Na een volgende poging om iets van slaap te pakken, was het alleen nog maar kijken of er schepen aankwamen, meer niet. We gingen 100% op de motor en de stuurautomaat stond aan. Genoten van een mooie zonsopgang. Na mijn volgende rust was het dan zo ver: de kust was in zicht. Zelfs de wind ging nog even meewerken en we konden zeilend Ramsgate binnenvaren. Het was gelukt! Zondagmiddag rond 16.00 uur waren we binnen. de sixpacks Bavaria konden erbij gehaald worden, heerlijk in het zonnetje. Even later zijn we een stukje cultuur wezen ‘proeven’. Gezellig avondje gehad, de volgende ochtend verder naar Queenborough. Heerlijk weer, maar niet echt om te zeilen. Er was maar weinig wind. Dus het was half zeilen en half motoren. Harrie had van zijn Yes de spinnaker meegenomen. Er ontstond een mooi moment om deze aan de Visser te hangen. Hij heeft slechts een kwartiertje


mogen uithangen, daarna viel de wind helaas weer weg. Het was wel even goed om wat mooie plaatjes te schieten. Verder op de motor en aangehaakt aan de moorings in Queenborough kwam langzaam de PZV-vloot bij elkaar. Toen was het tijd voor het palaver op de steiger. Tijd om elkaar de verhalen van de overtocht te vertellen onder het genot van meerdere borrels. De volgende ochtend was het tijd om aan de etappe richting het einddoel te beginnen: de Theems op en Londen binnenvaren. Een bijzondere ervaring, dat mag wel gezegd worden. Voor het eerst in je leven naar Engeland overzeilen en dan ook nog Londen aandoen. Slingerend over de Theems kom je langzamerhand steeds meer in het zicht van de stad. Door de Thames Barrier en een paar bochten later cirkel je om de Millennium Dome heen en zie je de GPS aflopen naar 0 en weer oplopen. Welkom op de westerlengte van de aarde. Even later was het dan zover. Nog één bocht om en daar was hij dan: de Towerbridge! In St. Katharine Docks aangekomen was het heerlijk vertoeven in de windstille zon. Overal om ons heen gingen de zaken bij de locals verder maar op de Visser was het open huis. Zou de motorsailer in de smaak vallen bij de mede-PZV’ers? (en wat dan nog: red.) Dat antwoord lag bij jullie, maar gezellig was het zeker. De volgende dag was het dan tijd voor The Captain’s Buffet, maar natuurlijk niet voordat we alle bezienswaardigheden van London in een razend tempo bezocht hadden. Die ene dag dat je er bent, mag je die natuurlijk niet laten liggen. Het Captain’s Buffet vond plaats op een prachtige locatie aan de Theems met vol uitzicht op de Towerbridge die steeds meer in het donker werd omgetoverd tot een mooi verlicht kunstwerk. Het buffet was geslaagd (zeker door onze ‘fantastisch’ mooi gezongen zeuntjes-versie van Piet Hein), al was het wel opletten waar de hapjes bleven. Voor je het wist, was de schaal met vullende hapjes al leeggeroofd.

Wel of niet De meningen waren verdeeld over het wel of niet vertrekken naar Queenborough de volgende dag omdat de

vooruitzichten nogal dreigend waren. Wij zijn toch gegaan en hebben een ruige tocht gehad. Windkracht 8 op de Theems is wel spectaculair te noemen. Een klein zeiltje op en de vaart zat er goed in. ‘s Avonds moesten we het plan maken voor de overtocht. Het zag er niet ideaal uit, het zou zwaar worden, maar uiteindelijk moet je toch weer thuis zien te komen. Zaterdagochtend rond 11.00 uur verlieten we Queenborough en begonnen aan de oversteek. Deze ging heel goed naar mijn gevoel, de wind was toch minder dreigend dan verwacht. Alles verliep wel volgens plan en

de motor is bijna niet aan geweest. Zondag om 14.00 uur kwamen we aan in Stellendam. Vervolgens nog een mooie wind meegepakt op het Haringvliet tot aan de haven in Middelharnis. Mijn eerste Ramsgatetocht was een feit! Om terug te komen op de eerdere vragen: zeezeilen, ja ik kan het aan (geen seconde ziek geweest en ik ben een super ervaring rijker) en de Visser heeft zich zeker bewezen als het zeilschip waar we nog vele en lange tochten mee gaan maken. Ik wil Harrie, Robert, Ruud en Ben bedanken voor alles wat ik van hen heb geleerd en natuurlijk voor alle gezelligheid!

PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

17


Aankondiging Ramsgate 2014 Auteur: Annemieke Stallaert Ramsgate (zelfstandig naamwoord)

Met andere woorden: editie 36 van de Ramsgate komt eraan! Noteer alvast in uw agenda:

1) een kustplaats in Zuidwest Engeland 2) het koningsnummer van PZV-Zeezeilvereniging

Ramsgate 2014 24 mei tot en met 1 juni

1) Ramsgate is een havenplaats in het bestuurlijke gebied Thanet, in het Engelse graafschap Kent. De plaats telt 39.600 inwoners. De belangrijkste economische activiteiten van Ramsgate zijn de visserij en het toerisme. Daarnaast is er een roro haventerminal ten behoeve van de veerbootdienst op Oostende in België. Ramsgate is de dichtstbijzijnde aanloophaven voor overstekende jachten vanuit Vlissingen of andere plaatsen in Zeeland of België. De jachthaven trekt ongeveer 800 passanten per jaar. Zijn nautische faam is mede te danken aan het feit dat deze haven naamgever is van..

Als nieuwe voorzitter van de Ramsgatecommissie heb ik afgelopen voorjaar het stokje over mogen nemen van Leo van Leeuwen. Dat betekent dat we naast Peter Peeters (financiën) en Marja Snoeijen (administratie) ook hard op zoek zijn naar versterking. Want een koningsnummer vereist nu eenmaal een gedegen voorbereiding! Als lid van de Ramsgatecommissie heb je meer voorpret, zit je in het hart van deze verenigingstraditie en praat je mee over het tochtplan en de indeling. Natuurlijk, het vraagt ook enige inzet (ca. 4 avonden + enig werk vanuit huis), maar het is erg gezellig en je helpt ons om deze traditie in stand te houden.

2) De Ramsgaterally (in de volksmond ‘De Ramsgate’ ) is een traditionele tocht, georganiseerd door PZV Zeezeilvereniging, die in 2013 haar 35ste editie beleefde. Sinds 1978 zeilt PZV Zeezeilvereniging jaarlijks met Hemelvaart, onder leiding van een vlootvoogd, een uitdagende tocht, bestaande uit de volgende elementen: • Een kanaaloversteek en nautisch uitdagende tocht langs diverse buitenlandse havens • Een vlootvoogdborrel bij aankomst • Meerdere palavers om de tocht optimaal te laten verlopen en inzichten uit te wisselen • Een Captains Dinner, met daarbij traditioneel de uitreiking van de PZV Navigators Trophy en de Kommer en Kwel en de opvoering van de zogenaamde ‘Zeuntjes-act’ als initiatierite voor nieuwe Ramsgategangers • Een terugkomavond, waar ervaringen worden gedeeld en stoere praat wordt verkocht De naam ‘Ramsgate’ is ontleend aan de eerste PZV-oversteek, die Ramsgate als einddoel had. Alhoewel deze plaats in de loop der jaren de PZV vloot meermalen heeft mogen verwelkomen, zijn er vele havens langs de Engelse, Belgische en Noord-Franse kust die na het bezoek van deze roemruchte zeezeilvereniging met haar onverschrokken leden nooit meer het zelfde zullen zijn.

Zo zou het eigenlijk in Wikipedia moeten staan, toch?

18 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

En daarnaast hopen we natuurlijk ook op uw input voor de volgende Ramsgate. Heeft u wensen? Mag het allemaal wat spannender? Welke haven zou u dit keer graag aan doen? We horen het graag. Dus: • • •

Geef u op als vrijwilliger voor de Ramsgatecommissie Blokkeer alvast 24 mei t/m 1 juni in uw agenda Meld ons z.s.m. al uw ideeën over Ramsgate 2014!

Wij hebben er bij voorbaat zin in….. Namens de Ramsgatecommissie,


De terugtocht van de Cyrano Auteur: Leo van Leeuwen

D

e Ramsgatetocht was weer onvergetelijk. Voor mij de eerste keer om met de boot Londen te bezoeken. Het zal zeker niet de laatste keer zijn. Het vertrek vanuit Londen was wat onstuimig. We moesten op donderdag de eerste sluis overslaan omdat het in de sluis te hard waaide. Ons plan was om naar Queenborough te varen en aan een boei te overnachten. De voorspellingen liepen van 6 tot 8 Bft maar wel vanuit het zuidwesten. Dat betekende dat we tot aan de Medway onder de hoge wal konden varen met beperkte golfslag. Dat kan de Cyrano wel aan. De tocht liep voorspoedig, wel met de voorspelde toenemende wind van zo’n 30 kn. De Medway op was wat taaier met de wind van intussen 35 kn op kop en de stroom nog wat tegen. De motor moest flink werken maar we hadden geluk dat we aan de SunDancer konden liggen die aan een baggerbak was afgemeerd. Het plan was om de volgende

Het noodlot slaat toe Midden in de shipping lanes sloeg het noodlot toe. Duidelijk hoorbaar knapte er iets en spontaan bleek er geen roer meer te zijn. Ergens in de overbrenging van stuurwiel naar het roer moest het gebeurd zijn. De enige oplossing die wij hadden was het nood helmstokje van zo’n 40 cm. Maar bij een wind van 25 kn en een zee van golven van bijna 3 m is dat geen feest. De bewegingen door het surfen vanaf de golven leveren toch aardige krachten op. Zoveel mogelijk zeil weg helpt wat. Het op de motor varen maakte de boel alleen vanwege het directe effect van de schroef op het roer. Ondanks het weinige zeil liepen we nog steeds 5 kn in een soort slingerbaan met 30 graden uitslag beide kanten op. De 60 NM die we nog te gaan hadden, zouden zo eindeloos duren en de vraag was of we dat wel zouden kunnen uithouden. Er moest iets gebeuren. Het stuurwiel verwijderen leverde wat meer ruimte op om te sturen maar de krachten bleven dezelfde. Marijke kwam op het lumineuze idee om iets met de vlaggenstok te proberen. Ik heb er een punt aangezaagd en daarna de vlaggenstok op een derde van de hoogte aan het helmstokje geknoopt. Dit leverde een betere zithouding op en vergde iets minder kracht. Natuurlijk ging de stok van onderen regelmatig alle kanten op, liet het lijntje los en schoot de helmstok regelmatig uit de houder omdat hij niet gefixeerd kon worden. De vlaggenstok boog regelmatig flink door, maar heeft het gelukkig gehouden.

De Lyra als vertrouwenwekkende standby

dag om zeven uur te vertrekken indien de wind wat zou zijn afgenomen. Voorspelling was 20-25 kn. Dat bleek ‘s morgens te kloppen en met de bakstag wind moest de overtocht van zo’n 110 NM prima te doen zijn. In eerste instantie zakte de wind zelfs wat in, wat de Lyra deed overwegen om de spinaker te zetten. Op onze melding dat de wind plotseling bij ons alweer naar 25 kn opliep deed hen van dat plan afzien. De golven hadden zich aardig opgebouwd door de wind van de laatste dagen, maar met een zonnetje erbij ging de reis voortreffelijk. Het beloofde een snelle overtocht te worden zodat we aan de overkant nog voldoende nachtrust zouden krijgen. Dat laatste is niet erg gelukt.

We hadden intussen contact met de Lyra van Philip en Mariëtte die meldden dat zij bij ons in de buurt zouden blijven. Dat geeft toch een heel goed gevoel want we waren er echt niet zo zeker van dat we zo de kant zouden halen door de fysieke inspanningen die we moesten leveren. Johan Kortas en ikzelf wisselden elkaar af totdat we redelijk uitgeput waren. Slepen was geen optie door de zeegang. De ondersteuning op navigatiegebied en de morele ondersteuning door Mariëtte leverden een stimulans om het karwei toch af te maken. Met Marijke als navigator aan de marifoon en aan de AIS kropen we dichter en dichter naar de Nederlandse kust. Wat is AIS toch onontbeerlijk!! We hebben een aantal schepen kunnen laten omvaren door ze tijdig op te roepen en uit te leggen dat we slecht manoeuvreerbaar waren. Ook de verkeersleiding van de Steenbanken gaf de nodige ondersteuning! De vuurtoren van Westkapelle gaf de nodige energie om het karwei af te maken. Met de mededeling van de Lyra dat het water achter de kop van Walcheren wat rustiger werd, moesten de laatste uren te overbruggen zijn. De wind zwakte af in de Oude Roompot waardoor het allemaal wat beter te hanteren werd. De Lyra meldde dat zij op zouden blijven om de lijntjes bij de sluis aan te pakken. Een zekere PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

19


The place to be!

The place to !be! eb ot ecalp e

Trafalgar Pub Dommelstraat, Eindhoven

20 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013


ontlading ging door ons heen dat we het gehaald hadden zonder de KNRM uit bed te hebben hoeven halen. Precies twaalf uur na de breuk lagen we om half zes ‘s morgens aan de kant en hebben drie uur lang kunnen slapen aan de steiger wat formeel intussen verboden is. Daarna door de sluis en onder zeil weer naar Wemeldinge. Op de Oosterschelde was het allemaal niet zo ingewikkeld. Geen golven en met 15 kn wind is een noodhelmstok wel te doen. Op zee is alles anders , maar door team-work, ondersteuning en een behoorlijke portie doorzettingsvermogen kun je heel veel aan! Er komt een verlengde helmstok met uithouder aan boord die ook te fixeren zal zijn. Het stuurwiel gaat er direct af zodat er enigszins normaal te sturen valt. Ga ook eens na op je eigen schip hoe je dat klaarspeelt indien de nood echt aan de man is!

Nogmaals bedankt Johan, Marijke, Philip en MariĂŤtte!

PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

21


Eindejaarsweekend Auteur: Anet van den Berk

K

omt er voldoende wind? Toch maar eens ingeschreven voor het eindejaarsweekend. Ik begreep dat er vorig jaar sprake was van een heel klein deelnemersveld. Ik weet van mezelf dat als je Anet van den Berk iets organiseert en de opkomst minimaal is, dat een domper is op de vele inspanningen en de tijd die jij met meestal enkele clubleden erin hebt ingestoken. Het was voor ons sowieso al een race tegen de klok. Vrijdagavond, na weer een drukke zware werkweek, zaten Max en ik aan de keukentafel na ons avondeten met een glas rode wijn bij te komen en begonnen het door Mariëtte gemailde door te nemen: ‘Oei, we hebben een nogal oude kaart van de Oosterschelde en het is érgens op de Oosterschelde. Toch maar even Mariëtte bellen.’ Philip praatte ons bij over de mogelijke wijzigingen met onze versie van 2010 en toen begrepen we ook dat we in de buurt van Yerseke moesten zijn. We waren te moe om die avond nog te vertrekken, dus zaterdagochtend om 7.00 uur richting Scharendijke. Al met al om 9.30 uur de box uit en gas erop. Nee, er was geen wind. De tijd tot de sluis bij Bruinisse hebben we benut om onze fok te vervangen door een genua. Bij de aankoop van onze boot vier jaar geleden is dat zeil meteen naar de zolder verdwenen; we waren helemaal enthousiast van de highaspectfok. Toch maar goed dat Max suggereerde, gezien de windverwachting om nu maar eens de genua te gaan gebruiken. Verder onderweg onder het genot van een espresso de boeien op de kaart opgezocht en de te varen wedstrijdbaan bekeken. Neen, Max en ik hebben ieder in het hele verre verleden wel eens een wedstrijdje gezeild, maar daar stond ons niets meer van bij. Ben wel zo eerlijk om te bekennen dat ik op elke zeiltocht wel een wedstrijdje begin met een andere zeilboot en dat die ander dat snel in de gaten heeft en er meestal volop aan mee gaat doen. Om 12.00 uur waren we uit de sluis. Ja, we zouden net wel of net niet de start halen; de gashendel nog maar wat verder open gezet. Misschien is al die haast wel niet nodig, en gaat de wedstrijd niet door vanwege te weinig wind. In het Brabants Vaarwater hijsen we de zeilen. Net als we het Brabants Vaarwater uit varen horen we dat de wedstrijd met 10 minuten is uitgesteld. Ook begrijpen we dat we baan 2 (12 mijlen) gaan varen. We

22 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

zien de schepen (9 deelnemers) liggen en ergens in de verte het startschip Sea Cloud. Intussen begint er toch wat wind op te komen en gaat voorbij de 7 knopen, dus dan zal er toch gestart gaan worden. Wat een mazzel voor iedereen. Net op tijd dus; we zetten onze motor uit. Kijken even wie we zien en ja hoor, de start blijkt al ingezet. Check dat nog even bij de Rosa die langs ons vaart, maar ook zij heffen hun handen omhoog het niet te weten. Dan maar de rest achterna. Bij de eerste boei roepen we wat tegen de Nautilus, die we net voor zijn bij het ronden van de boei, de Rosa zit daar vlak achter. In eerste aanleg varen we achter de Gudrun. We varen een halfwindse koers en Roelof, Petra en Harrie gniffelen; ze gaan steeds hoger varen zodat we ze niet kunnen inhalen. Ik zie dat even aan (en na de nodige discussie met Max) besluiten we flink af te vallen en op die manier ze te omzeilen. Voor ons vaart de Lady Five, waar de vierkoppige bemanning uiterst geconcentreerd ons ook wenst voor te blijven. Voorlopig zien ze ons niet als een bedreiging. We ronden de boei en slaan dan onze slag; we varen voor de wind en halen geleidelijk de Gudrun en de Lady Five in. Heerlijk, dat kabbelende geluid achter je van boten en stemmen die overleggen hoe nog meer vaart te krijgen. We lopen uit en in de verte zien we de Vrije Vogel, Joint Venture en de Lyra. We zijn maar met zijn tweetjes en dan is én navigeren én trimmen én sturen toch wel pittig. We besluiten ons niet teveel met de baanbeschrijving bezig te houden, maar ons te concentreren op het deelnemersveld voor ons; zorgen dat we zo kort mogelijk varen en proberen optimaal te trimmen. En wat genieten we van onze genua. De wind is intussen aangetrokken en we zien 11 knopen op de meter. De genua was nog maar beperkt gebruikt, dus nog prachtig in vorm. Ja, met deze wind dé uitkomst om de vaart erin te houden. Het wordt voor ons nu werken om zo dicht mogelijk de Lyra te benaderen of heééél misschien nog in te halen? We worden onderweg na het ronden van boei PK3 door de Nautilus aangemoedigd. Hé, daar vaart Piet Dijkema met de Cher, maar die moet nog heel wat meer boeien ronden. Ook achter ons wordt flink gestreden. Na het ronden van de PK 3 wordt het een aan de windse koers en dan is onze Scylla op haar best. Als ik schipper, is ze ‘n ze en als Max schippert is het een hij. Bij het ronden van de boei moeten we overstag en dan blijft de schoot achter een leioog hangen. Verdorie, Max naar voren, maar we verliezen toch te veel tijd en vaart. Het voordeel van een paar boten voor je is dat je weet waar je naar toe moet varen en daarmee de koers wellicht beter kunt inzetten. Het wordt best spannend. We naderen heel gestaag de Lyra. We zijn al aan het denken hoe we overstag moeten zonder dat probleem van het vasthaken van de schoot weer mee te maken. De Lyra gaat overstag


en vaart op een gegeven moment voor ons langs. Wij gaan overstag, en verdorie weer die ....fokkeschoot. Verdorie, want daarmee kan de Lyra toch weer uitlopen. En niet te geloven, het gebeurt ons nog een keer. Nu zijn onze kansen om de Lyra in te halen verkeken, maar we blijven gestaag doorzetten. Voor ons vindt een spannende wedstrijd plaats tussen de Vrije Vogel en de Joint Venture. We zien plots dat de Vrije Vogel langzamer gaat varen en daar maakt Joint Venture gebruik van. Later blijkt dat de op de Vrije Vogel lichtweer genua is gescheurd en er snel van zeil gewisseld moet worden. De Joint Venture ligt voorop, maar de Vrije Vogel laat zich niet kennen en vecht zich terug en ligt dan weer voor de Joint Venture. Hun slot maken we niet mee, want we moeten de laatste boei ronden en zetten alles in om heel dichtbij de Lyra te kunnen geraken. De Lyra gaat overstag, ik besluit om net iets eerder te gaan, omdat we weten dat we hoger kunnen varen en snelheid kunnen maken. Niet te geloven, de fokkeschoot zit verkeerd om de lier en we moeten zelfs in de wind blijven dobberen om de boei voorbij te komen en te kunnen ronden. Brrrrr. Te veel gegokt. We kijken zekerheidshalve nog in de papieren hoe we moeten finishen. We moeten in ieder geval tussen boei SvY 6 en de Sea Cloud de finish over. We zien de Lyra richting de boei varen, maar wij begrijpen dat niet helemaal, en besluiten over de denkbeeldige finishlijn te varen. Later blijkt dit ook nog de nodige discussie te geven. Moest die nu nog wel of niet gerond worden en dan over de finishlijn? We finishen 2 minuten na de Lyra. Och, we zijn niet ontevreden, maar het had beter gekund. Als Jan de Vin dan nog langszij komt varen en ons complimenteert met onze opgang zijn we toch wel tevree. We zijn stiekem toch wel benieuwd naar de uitslag. Immers met die rating (waar ik me nu toch maar eens in moet gaan verdiepen) zou en hoop ik dat, de uitslag wel een anders zou kunnen zijn. We zetten koers richting Wemeldinge en komen daar bij elkaar op de steiger om daar met heerlijke taart de verjaardag te vieren van Herman en Carla, en Angse te feliciteren met de koop van de Bliss. Het is weer echt gezellig. Bij praten over de vakanties, over de wedstrijd, en het wel en wee van elkaar. In het restaurant zitten we verdeeld over enkele tafels en is het gezellig buurten en goed eten en drinken.

over verdeeld. In ieder geval heeft de Rosa de startlijn als finishlijn gebruikt en daarmee zijn ze gediskwalificeerd. Maar goed, is de Joint Venture iedereen dan toch echt weer voorbij gestreden? Ja hoor, dan krijgen we de uitslag; de Lyra wordt 1e, de Joint Venture 2e en wij 3e. Dat is toch wel leuk als je voor de eerste keer meedoet en ontzettend jammer voor de Rosa, zonder diskwalificatie hadden ze een topklassering gehad. Chapeau! Wim mailde later dat zij na tijdcorrectie tweede zouden zijn geworden. In ieder geval hebben de Rosa en ook wij volgend jaar uitdaging genoeg om wederom en vooral met de Lyra de strijd aan te gaan. De volgende keer toch maar zorgen dat we met meer zijn, en de kaarten mee naar huis om ons beter te kunnen voorbereiden, althans dat is nu het voornemen. Het was een gezellige en sportieve wedstrijd met toch wat discussie (maar wanneer is dat niet bij de PZV). De wedstrijdcommissie krijgt een compliment met de mooie en goede wedstrijdbaan. In ieder geval heel veel dank aan de organisatoren MariĂŤtte, Wim en Hans en ook aan de Sea Cloud die weer als start/finishschip wilde fungeren. Zeker ook dank aan Jan en Tits de Vin, die met de Joint Venture wederom de strijdlust aanwakkerden bij deze en gene. En ook aan alle deelnemers omdat daarmee de activiteit kon slagen. Ja, we hadden mazzel met het weer en met onze eerste keer. Tot volgend jaar.

De uitslag Dan komt de prijsuitreiking. Wim Braun vertelt over de wedstrijd en zoals dat hoort laat hij zich niet van de wijs brengen door deze en gene. Ja, er is getoeterd en ja er is gevlagd, alleen het deelnemersveld startte merendeels in de buurt van de startboei en niet van het startschip. Nou, daar wil ik dan toch wel van zeggen dat die afstand wel (te) groot was bij een deelnemersveld van 9 boten. De Sea Cloud heeft met de kijker alles in de gaten gehouden. Later wordt aan de hand van foto’s nog eens alles bewezen. En dan de finish, ook daar zijn de meningen toch wel PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

23


Schipper en schipp

A

nno Domini tweeduizend en dertien op de vijfde dag van de julimaand , ben ik Herman Van den Broeck , voorzitter van PZV Zeezeilvereniging, gevaren naar eenenvijftig graden , tweeëndertig minuten en veertien seconden noord en drie graden , vijfenvijftig minuten en tweeëndertig seconden oost, de sluis tussen de Oosterschelde en het Kanaal van Goes, beter bekend als Goesse Sas, waar ik een uur voor de wisseling van voor- en achtermiddagwacht bij 3 Beaufort noord-noordoost onder een bewolkte hemel en drie uur voor hoog water Yerseke , samen met gewezen voorzitter Rolien Lucassen en verscheidene leden van onze vereniging getuige ben geweest van het volgende . In de sluiskolk , aan bakboordzijde afgemeerd , bevond zich de Avontuur, een tweemast zeilklipper met thuishaven Goes, waarop zich een deftig geklede groep landrotten had verzameld . Twee PZV-verenigingsschepen , zeiljacht Westervaart en zeiljacht Nautilus, beide gepavoiseerd , hadden zich eveneens in de sluis afgemeerd naast en achter de Avontuur. Op de sluiskade bevond zich een groep toeschouwers. Tijdens de neerwaartse schutting naar de Oosterscheldestroom vond op het achterdek van de Avontuur een plechtigheid plaats waarvan wij, door de afstand van enkele voeten tussen de schepen , niet elk woord verstaan hebben , maar waarbij veel gelachen werd . Deze ongewone gebeurtenis was ons vooraf aangekondigd als huwelijk tussen de PZV-leden Juffrouw Annemieke Stallaert enerzijds en de Heer Willem Triki anderzijds, en wij waren bijgevolg getuige van de huwelijksceremonie die onder leiding van een ambtenaar van de gemeente Goes aan boord van de Avontuur werd voltrokken . Na afloop stelden we vast dat er in hoge glazen rum met bubbels werd geschonken en dat die ook daadwerkelijk werd opgedronken door alle aanwezigen in en naast de sluiskolk . Na de schutting voeren Avontuur, Westervaart en Nautilus in admiraal formatie en onder een stralende zon en een blauwe hemel naar de Stadshaven in Veere waar nog enkele verenigingsschepen afgemeerd lagen , te weten den Røde Bäd , Zuidwest 7, Cyrano en Scylla en waar zich nog andere verenigingsleden hadden verzameld voor het avondfeest. Met genoegen heb ik kunnen vaststellen dat alle aanwezige leden van onze zeezeilvereniging, waaronder ondergetekende , zich tijdens dat feest hebben laten verwennen met diverse dranken en een uitgebreid barbecuebuffet en dat ze , ondanks de beperkte motoriek van hun zeebenen en het gebrek aan zeemansliederen , de hele avond uitbundig gedanst hebben op opzwepende landmuziek . Uit een korte rondvraag bij de aanwezige leden van onze vereniging bleek dat er geen bezwaren tegen dit huwelijk waren en dat er zelfs sprake leek te zijn van algemene instemming. Het weze wel duidelijk dat opmerkzame PZV-

24 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013


perse op Avontuur! leden al hadden vastgesteld dat de voorliggende koersen van de jonggehuwden elkaar begonnen te kruisen tijdens de Ramsgatetocht van tweeduizend en elf, waardoor dit huwelijk niet als een verrassing kwam. Opnieuw blijkt dat PZV Zeezeilvereniging een vruchtbare ontmoetingsplek is voor gelijkgestemden . Velen zijn hun daarin al voorgegaan , velen zullen nog volgen . Daarom stel ik , Herman Van den Broeck , in mijn hoedanigheid van voorzitter van de vereniging en bijgestaan en gesteund door ex-voorzitter Rolien Lucassen en vele andere leden van de vereniging, met genoegen vast dat PZV-leden Annemieke Stallaert met lidmaatschapsnummer 0716 en Willem Triki met lidmaatschapsnummer 0314, niet alleen een burgerlijk huwelijk zijn aangegaan , maar dat zij voortaan ook op nautisch vlak door het leven mogen gaan als schipper en schipperse en vanaf nu hun scheepsjournaal , kommaliewant en kooi mogen delen . In naam van PZV Zeezeilvereniging wens ik de jonggehuwden behouden vaart en hun hele leven lang wind uit de goeie hoek . Waarvan akte , te Stadshaven Veere , den vijfden juli tweeduizend en dertien

Herman Van den Broeck

in naam van PZV Zeezeilvereniging

PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

25


ALLES ANDERS Terschelling, te hoge golven in de Elbemonding. Het kwam altijd onverwacht, dat was het ergst, die dreiging: wanneer gebeurt het? Zelfs een vuilniszak in de motor werd eng door het niet te voorspellen tijdstip. Grenzen aangeven kwam toen niet bij me op, dat zie ik nu pas. Dat heeft veel ellende veroorzaakt.

Mooie herinneringen

Auteur: Maria Grijpma / echtgenote van Joop de Smit (lid PZV)

Waarin de schrijfster van dit artikel terugblikt op enerverende zeilavonturen; waarin ze na veertig jaar zeilen met angst, heeft ontdekt hoe ze uiteindelijk onbevangen blij is op een zeilboot; waarin ze een inspiratie uit haar zelf geschreven ‘Handboek voor klein geluk’ in praktijk brengt en waarin ze tot slot (echt)paren die worstelen met het samen zeilen, een aantal vragen aanreikt om alternatieven te onderzoeken.

M

ijn naam is Maria en ik ben 53, zeil al veertig jaar en heb een haatliefde verhouding met het varen. Ooit leerde ik zeilen in zeilkampen, waar vooral het volksdansen en de leuke jongens mij erg bevielen. Elk jaar kwam ik terug, ik ging toen ik 18 was zelfs koken op die zeilkampen. De sfeer van de groep, het plezier onderling, de geur van Friesland, de dorpjes en de windstille dagen... geweldig. Het zeilen nam ik voor lief, al kon ik het wel, maar na een gebroken mast bij een onervaren schipper, zat de latent aanwezige angst er goed in. Mijn eerste man hield erg van zeilen, we waren 21 toen we ons eerste bootje kochten, een oude Compromis 620. Hier hebben we veel mee gedaan. Ik genoot van het buiten zijn, het samen rommelen op die boot, van ankeren op een veilige plek, van aankomen in havens, van het zwerven, maar zeilen... ik werd banger na spanten die braken in de haveningang van IJmuiden, een gescheurde fok op het Wad, vastzitten in een zeegat tussen Vlieland en

26 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

Na de Compromis kwam er een Drascombe Lugger, waarmee we op de Waddenzee en in de Limfjord voeren. De mooiste herinneringen! Schitterende zonsondergangen, met het midzwaard omhoog over de banken en de wantijen, koffie met whisky op de drooggevallen platen, dineren met Hans v.d. Smissen in Vlieland, die waarderend bromde toen hij met zijn zwarte labrador Bouterse in zijn luxe Drascombe mét kajuitje verdween en wij onder ons tentzeil kropen. Ik was toen ook nog zwanger. Maar weer angst, want windkracht 4 was wel genoeg in die open boot. En het was niet altijd windkracht 4... De volgende jaren meer olie op het vuur: zeilen rond Corsica bijvoorbeeld, dat mooie eiland dat geurt naar wilde tijm en maquis. Het ene uur zing je in de hemel onder een strakblauwe lucht, met windkracht drie, een half uur later bonk je in de hel met windkracht 6 of 7. Dit duurt een uur en dan gaat de wind weer liggen. Geen peil op te trekken, ik werd er wantrouwig en nog banger van. Het zeilen met kleine kinderen was voor mijn angst de laatste trigger en na onze scheiding dacht ik nooit meer op een boot te komen, hetgeen ik ook erg vond, want ik genoot wel van het zwerven en buiten zijn. Acht jaar geleden kwam ik mijn huidige man tegen. Hij had een zeilboot, een Hurley 700. Dapper ging ik mee en duwde mijn angsten de diepte in. Hij zeilde goed, was ook nog een ordelijke techneut en alles was tiptop voor elkaar. Maar op de een of andere manier bleef ik bang en was nog steeds onduidelijk met grenzen aangeven. Ik leed onder de dreiging van onweersbuien, harde wind, ondieptes, het donker van de nacht en aan de wind varen. Windkracht 5 was eigenlijk al te veel, ik hield mijn mond. De zee was voor mij te groot en ik joeg ons die zee op. Ik stimuleerde zelfs de aanschaf van een grotere boot, want je man zal maar een passie hebben. Er kwam een Optima 32, Sister Moon. Hij kreeg de smaak van het zeezeilen te pakken en ik werd banger en hij meer verliefd op het varen op zee. Ik mompelde weleens: ‘Lag ik maar weken aan dezelfde steiger, in de buurt van het strand’, maar ik zette het niet duidelijk neer en trok me steeds meer terug, wat jammer was voor allebei, want leven samen aan boord, dat konden we goed. Maar waarom moest die boot toch altijd varen?! Ik wilde een caravan, veilig aan de kant, een caravan in het groene gras met uitzicht op zee.


Handboek voor klein geluk Ik schreef de afgelopen twee jaar ‘Handboek voor klein geluk’. Dit boek bevat meer dan tachtig recepten voor hart en ziel, inspiraties om je weer in korte tijd beter te voelen. Een van de recepten heet ‘Alles anders’, in dit recept staat onder andere: Ga bijvoorbeeld met een andere route en/of vervoermiddel naar je werk rijden, een uur eerder opstaan, iets eten dat je nooit at, tv kijken als je dat nooit doet en dat ding uitzetten als hij altijd aan staat (of zet hem buiten en ga onder een boom tv kijken), zwijgen in plaats van praten, ergens anders in huis slapen, huur een brommer en verdwaal eens een keer expres, of een pyjamadag, met een pruik op de stad in, eten als je honger hebt in plaats van eten op vaste tijden. Niets is goed of fout, maar doe alles gewoon anders. Laat het kind in jezelf kiezen, spelen, experimenteren en censureer zo min mogelijk. En kijk eens hoeveel bergen, bakken, kilo’s vrijheid dat oplevert. (‘Handboek voor klein geluk’, blz.25) Ik zie sinds kort dat er drie partijen zijn in ons bootverhaal. Dat ‘mijn man en de boot’ echt anders is dan ‘Maria en de boot’. En dat er een derde partij is: ‘mijn man en Maria en de boot’. En deze drie verschillende combinaties hebben zeer verschillende wensen en mogelijkheden. En of het door dit inzicht komt, of door het schrijven van het boek of door het feit dat ik in deze relatie met mijn man eindelijk geleerd heb om te zeggen wat ik wel of niet wil... Ik kan en durf nu duidelijk grenzen aan te geven! En door al die ontwikkelingen zijn we vorig jaar opnieuw gaan experimenteren, met verrassende resultaten. Mijn man vaart het liefst op zee. Hij had vorig jaar twee maanden onbetaald verlof en zeilde zielstevreden heen en weer tussen Engeland en Frankrijk en weer terug naar huis. De eerste week met een vriend en daarna alleen. Hij leerde dat hij dat kon en ook nog leuk vond. De naam ‘zeezigeuner’ past hem wel. Wij samen varen graag in Zeeland. We zeilen niet meer als ik bang ben, dat is verleden tijd. We ankeren en genieten

van een zeehondenfamilie. Wij liggen aan steigers waar de uilen overvliegen als de avond valt en we gehuld in een slaapzak op het voordek zitten. We komen in kleine vissershavens waar we gerookte paling eten. We lummelen en zijn drive om almaar verder te gaan is er niet meer omdat hij weet dat hij later alleen de zee weer op gaat en aan zijn trekken komt. Ik sjoemel niet meer met grenzen aangeven. En Maria op de boot... ik ben geen zeezigeuner maar een kluizenaar en ik gedraag me deze zomer voor het eerst op die manier op het water. De boot is voor mij alleen een hut waar ik precies doe wat ik wil. Ik heb mijn caravan aan zee! Netjes in een box, blijf liggen waar je ligt, de zee op loopafstand. Ik schreef in juli jl. in mijn dagboek: ‘Intens tevreden lig ik al vier dagen in de storm en de regen, de wind en de zon, in een rustige box in de jachthaven van Scharendijke. Alleen. Ik ben hier een week alleen. Joop zeilde de boot in twee dagen van Noordschans hier naartoe. Hij is nu aan het werk en komt aanstaand weekend weer bij mij. Deze eerste vakantieweek is de boot van mij en langzamerhand dringt de ongelofelijke luxe tot me door: Ik hoef niks, ik ben niet bang, ik zit hier in mijn stille hut. Ik slaap negen uur per nacht, eet een makkelijke salade, ga naar het strand om uren te lopen en schelpen te zoeken, mijmer en zing in een duinpan, schrijf in mijn dagboek en lees mijn boeken uit. Ruimte om me heen, de boot rukt aan de landvasten, de stagen rammelen en ratelen, ik doe eindeloos niets in de kuip onder prachtige luchten in 100 kleuren grijs en wit. Ik ben de kluizenaar van Sister Moon.’ Voor (echt)paren die worstelen met een zeilvorm die prettig is voor allebei, een aantal vragen: a. jij en de boot; b. je partner en de boot; c. jullie samen en de boot Klopt het dat er drie verschillende partijen met verschillende wensen/mogelijkheden zijn? Inventariseer voor a-b-c:

Waar ben ik tevreden over? Wat zou ik anders willen? Zijn we bereid om te experimenteren?

PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

27


Via een Handje helpen naar Hand werpen naam. Behalve de schipper en zijn partner Diana is er nog ruimte voor twee opstappers, staat er op de lijst. Het is dus geen klein bootje. Waar ligt Noordschans in ‘s hemelsnaam? Als randstedeling zit dat niet in mijn pakketje parate kennis. Vrijdagmiddag moet ik inschepen. Mooi, dan kan ik op mijn gemak naar het zuiden afzakken. Jacqueline Flink

Herman plant een stedentrip naar Antwerpen

Barbe, zoals Wil en Diana de boot liefkozend noemen, is een oude 28 ft Dufour die pas kortgeleden was ontdaan van een geheel ecologisch verantwoorde groene laag na enkele jaren in het water te hebben gelegen zonder ooit uitgelaten te worden. Arme boot. Maar nu kon ie in volle vaart naar Antwerpen stuiven. Zij het dat er niet zo veel wind was….en de motor last kreeg van een piep.

Een oud bootje weer tot leven gewekt Barbe de Rodshild blijkt een samenvoegsel te zijn van de kinderna-

Reparatie zo gepiept? Het koelwater kwam nog maar heel

men van de vorige eigenaar. Dus niks niet chic. De huidige eigenaar -Wil Zengers- wilde eigenlijk helemaal geen eigenaar worden en noemde een belachelijk lage prijs om de verkoper af te schepen. Die ging akkoord, dus ineens had hij er nog een boot bij (de andere ligt in de Carieb, hé ik ben opstapper op de verkeerde boot ). Wel gedeeld met vrienden, maar toch een tweede boot. Wat is het met die PZV leden die twee en soms drie boten hebben? Hoe is ooit een bootloze zoals ik door de ballotage gekomen?

mondjesmaat naar buiten gesputterd, de piep was dus van de koeling. Na wat eenvoudige checks was de volgende stap natuurlijk de impeller. Het duurde even voordat er een nieuwe impeller was gevonden. Inmiddels was het gaan miezeren. Om bij de oude impeller te kunnen komen, moest de bakskist helemaal worden leeggehaald, waarna de aangewezen monteur –Wil duszich in de lege bakskist moest zien te proppen in een soort permanente limbo. Er stond geen wind, we lagen niet in de weg voor de grote

H

é, Herman heeft een weekeind Antwerpen georganiseerd. Leuk. Zo te zien wordt het niet alleen nautisch maar ook gastronomisch. En voor de Nederlanders heeft hij er ook nog een scheutje (of liever slokje) economisch bij gedaan. We hebben een winnaar! Ik schrijf me in. Drie dagen maar, dat is wel kort om heen en terug te varen en de stad ook nog te verkennen. Ik hoop op een snelle heenreis, zodat er nog wat tijd overblijft om Belgisch bier te proeven op de wal. Die P van PZV kan toch net zo goed voor Passagieren staan? Hoe anders zou het lopen. Opstapper op een chique boot Eindelijk komt de verlossende mail met de indeling. Vijftien deelnemers, ik had er meer verwacht maar dat mag de pret niet drukken. Ik moet mij inschepen op de Barbe de Rodshild. Wow, dat klinkt voornaam. Even kijken op de site naar de schipper en de boot. Jammer de boot staat niet op de lijst, de schipper wel. Zal dan wel een nieuwe boot zijn, met zo’n chique

28 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013


scheepvaart, dus die boot kon ook ronddobberen zonder dat er iemand aan het roer bleef staan nat te worden. Binnen was er thee. Buiten was er helaas geen victorie want de oude impeller bleek prima in orde. Goed schoonmaken van het geheel zorgde voor een fractie meer koelwater, maar nog niet genoeg om van die piep af te raken. Dan maar weer zeilen. De miezer was zowaar opgehouden en we dreven langzaam de ondergaande zon tegemoet, op de achtergrond de Zeelandbrug. Plan B was dan maar drijven tot vluchthaven de Val. Het was stil, het licht was mooi, het gevoel sereen: het was goed zo. Met een goed excuus mag je overal aanleggen, toch? aar toch niet goed genoeg. Want de motor was inmiddels afgekoeld dus we konden weer een tijdje sputteren. De piep was weer terug net voor het Kanaal door Zuid-Beveland. Wil wist nog wel een mooi aanlegplekje, even voorbij Wemeldinge. Er stond weliswaar aangegeven dat het alleen voor de beroepsvaart was, maar wij hadden een goed excuus: motorpech. Een groep nieuwsgierige kampeerders keek toe terwijl dat kleine bootje langs die grote -en hoge- kade met bolders die mijlenver uit elkaar stonden aan het aanleggen was. De volgende ochtend zou er een motorcross gehouden worden. Vandaar de kampeerders. Mooie motoren trouwens.

M

Een escorte van Rijkswaterstaat Het werd donker en ineens was daar onverbiddelijk Rijkswaterstaat. ‘U mag hier niet liggen’. ‘Ja maar, wij hebben motorpech’. ‘Niets mee te maken, straks komen hier vrachtschepen te liggen, jullie moeten naar de jachthaven’. ‘Ja maar, wij hebben motorpech’. … etc. Zij waren groot en wij waren klein, dus Calimero droop af. Maar wel geëscorteerd door RWS die klaar stond om hulp te bieden zodra onze motor er helemaal mee op zou houden. De motorpech was natuurlijk flink aangedikt door Wil dus konden we de escorte niet weigeren. RWS was beleefd maar wel chagrijnig en maande ons via de marifoon tot twee keer toe beter stuurboordwal te houden. Wat eigenlijk wel klopte maar we moesten het spelletje toch mee blijven spelen; we wilden niet onverhoeds tegen de kant aan drijven als de motor het zou begeven. In de jachthaven van Wemeldinge maakten ze pas rechtsomkeert. Ze waren zeker bang dat we weer stiekem terug zouden gaan. Wanneer de Schelde blinkt in zuidelijke zon … De volgende ochtend was het vroeg vertrekken. Er was wel wind, meer dan genoeg zelfs, maar pal tegen, dus motor aan en vingers gekruist houden. Wachtend voor de Postbrug ontmoetten we de Zuidwest 7. Joepie, hulp voor

het geval de motor het zou begeven. Moniek bleef bij ons in de buurt tot we de sluis van Hansweert uitkwamen en er gezeild kon worden. Met een dubbel rif het geklots in, lekker die wind tegen stroom. Grote wasjes, kleine wasjes, laat maar lekker draaien, allemaal in de wasmachien. Gelukkig duurde dat maar even. Een blinkende Schelde strekte zich voor ons uit. … dan juicht (?!) mijn land, mijn vlakke land Barbe is niet alleen een koosnaam, het is ook de baard van aangroeisels onder de boot. De Zuidwest 7 spurtte van ons weg (ja, ja), wij ploeterden dapper door. Wat maakte het uit, we waren lekker aan het zeilen. In Antwerpen werden we ook nog ingehaald door de Boester. Maar dat leverde Willem geen voordeel op, want beide boten waren veroordeeld tot wachten bij de sluis. Het bleek dat er rond hoogwater niet geschut kon worden omdat er dan een kelder of zo iets zou onderlopen. Met knorrende maag hebben we wat rondgevaren. Er was nergens een plekje om rustig aan te leggen. Zowel voor de sluis als bij het ponton aan de andere kant van de rivier was het water zo onrustig, dat hier liggen wachten zonder schade op te lopen

niet mogelijk was. Na een uur dralen konden we eindelijk schutten. Helaas moesten we ook weer onverklaarbaar lang op de brug wachten maar rond 20:00 uur konden we eindelijk gastheer Herman juichend begroeten. Antwerpen in vogelvlucht Zo lang als de heenreis duurde, zo kort was ons verblijf in Antwerpen. We hebben heerlijk gegeten en gedronken (goed uitgekozen Herman!). Na het eten heeft Nicole ons nog meegenomen naar het dak van het MAS (museum aan de stroom). Een prachtig uitzicht over de stad. Eind goed, al goed. Twee jaar geleden was ik in Antwerpen en wilde graag het MAS bezoeken, een prachtig intrigerend gebouw. In België zijn de musea bijna altijd open behalve op Hemelvaartsdag, de dag dat ik voor een dichte deur stond. Nu leek het er weer op dat ik de expositie van het MAS zou missen want PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

29


het was vroeg wegvaren geblazen om de stroom mee te pakken. Beslissing, beslissing, wat te doen. De Barbe zou sowieso niet weggaan want Wil en Diana wilden nog een paar dagen blijven. Ik kon wel met een andere boot mee, maar vond het zonde om zo lang onderweg geweest te zijn naar Antwerpen en alweer ‘naast het MAS te grijpen’. Uiteindelijk ben ik gebleven, heb het MAS bezocht en ben ’s middags per trein naar Amsterdam teruggereisd. Dat gaat tenminste snel. Een geweldig weekeind. De volgende keer moeten we minimaal vier dagen de tijd nemen. Antwerpen is het meer dan waard. PS: voor zover bekend heeft er geen reus langs de Schelde gewoond O ja, die ‘verklaring’ voor de naam Antwerpen die Herman gaf, werd in het MAS natuurlijk faliekant onderuit gehaald. Volgens de legende woonde er lang geleden een reus op een burcht aan de Schelde. Elk schip dat voorbijvoer, moest een fikse tol betalen. Van degene die niet wilde betalen, werd een hand afgehakt die vervolgens in de Schelde werd geworpen. Tot een Romeinse soldaat de reus overwon. Hij hakte op zijn beurt de hand van de reus af en wierp deze in de Schelde. Antwerpen komt volgens dit verhaal van ‘hand werpen’. De wetenschappelijke verklaring is veel saaier. Volgens één van de theorieën zou de naam zijn afgeleid van ‘anda verpus’. Dit werd vertaald als een naar voren geworpen (kunstmatig) stuk land. In eerste instantie kon men dit niet verbinden met Antwerpen, maar relatief recent werd ontdekt dat de Schelde tot in de 8ste eeuw langs villae Thurnini (Deurne) stroomde. In het midden van de jaren 700 verlegde de Schelde zijn loop en lag Deurne niet langer aan de Schelde. De benedictijnen van Deurne bouwden een nieuwe naar voren geschoven (= anda verpus) nederzetting aan de nieuwe Scheldeoever. Et voilà, anda verpus werd andverpus- andverpia – antverpia – anvers. Zowel de Nederlandse als Franse naam van één en dezelfde ‘stam’ afgeleid. Alles is mogelijk in België. Als geoloog zie ik bij dit verhaal meteen een horde studenten voor me die eindeloos met een grondboor bezig zijn om de oude rivierloop te karteren. En een hoogleraar die natuurlijk met de resultaten gaat pronken. Aldus zijn mijn passie (zeilen) en mijn beroep (geoloog, maar dan wel gericht op grondwater) in één tripje verenigd. Alsof het voorbestemd was.

30 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013


Pech met de mast op Den Rode Bäd Auteur: Sander van Eijkern en Sandra Kalmijn

N

a twee zeer geslaagde weken op de Solent, waar we overigens in Northney Marina in Chichester Harbour gezellig hebben geborreld en gegeten met Anke en Rolien die op de terugreis waren van de Scillies, werd onze vakantie ruw onderbroken door het totaal onverwachte overlijden op jonge leeftijd van een goede vriendin van Sandra. Wij zijn toen geholpen door een flinke bakstagwind met gezwinde spoed teruggezeild van Lymington naar Eastbourne en de daaropvolgende dag van Eastbourne naar Duinkerken. Wederom met een bakstagwind van zo抧 6 beaufort en flinke golven. We waren in verband met het tij niet zo vroeg vertrokken uit Eastbourne en kwamen pas in het donker aan in Duinkerken. We moesten de zeilen buiten de haven strijken omdat er net een wel heel erg groot zeeschip tussen de pieren uit kwam schuiven. In de golven lukte het niet om het grootzeil mooi te strijken. De laatste tien centimeter bleef de onderste kar van het grootzeil steken. Toen we goed en wel in de overvollle haven van de Yachtclub Mer du Nord lagen hebben we even in het donker gekeken naar de bewuste kar maar kregen er geen beweging in en hebben we de huik dicht geritst, een borrel genomen en zijn we gaan slapen. De volgende ochtend met frisse moed en een schroevendraaier paraat zijn we de karren van het grootzeil gaan inspecteren. Groot was onze verbazing toen we constateerden dat er helemaal niets mis was met de karren maar dat er een fikse knik in de mast zat. Verbazing, teleurstelling, boosheid en opluchting dat de mast niet op zee overboord was gegaan streden vervolgens om voorrang. Hulptroepen arriveerden gelukkig al de volgende ochtend en met vereende krachten is de mast van boord getild en hebben wij de terugreis op de motor voortgezet. Een paar dagen Middelburg sloten onze vakantie af waar we overigens een uur voor Piet Snot voor de Spijkerburg hebben liggen wachten omdat we vergeten waren dat we geen mast meer hadden. Wat is er misgegaan? Op het moment dat we dit schrijven moet de expert van de verzekeraar nog komen kijken en andere deskundigen komen tot nu toe niet verder dan de constatering dat dit niet mag gebeuren maar toch wel eens voorkomt. Er was helemaal niets mis met de verstaging en we hebben ook geen klapgijp gemaakt; wel hadden we een forse wind van achteren en stond er een flinke zee. Is een vrij dun mastprofiel met drie zalingen zonder zogenaamde checkstays misschien gevoeliger voor pompen van de mast? De volgende mast wordt in ieder geval wat zwaarder uitgevoerd, is mogelijk minder goed te trimmen maar blijft hopelijk dit keer langer dan tien jaar staan.

PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

31


Het land van ‘Moin’: Marja Snoeijen

Met de SunDancer naar het Oost- en Noord-Friese Wad. Een prachtige zomerse tocht met veel zonnige dagen en noordelijke winden. Een mooie maand juli om lang niet te vergeten!!

D

e keuze voor de zomerbestemming 2013 van de SunDancer was gauw gemaakt. We waren al een tijd niet richting Oostzee geweest, dus dat zou het worden. Het Duitse Wad heeft veel te bieden, vooral als het weer mee zit en je de tijd hebt! Op zaterdagavond 15 juni zijn Michel en bemanning, bestaande uit Louis Visser, Paul de Leeuw en Sjaak Homan, ingescheept om op zondag 16 juni te vertrekken richting het Noorden. Bestemming: Oostzee onbekend, waar weer en wind ons brengen. Van daaruit zouden Michel en ik wel zien en de SunDancer in vier weken terug varen naar Nederland. Op zondag 29 juni heb ik de mannen afgelost in Rostock (voormalig Oost-Duitsland). Vandaar zijn we, via Kühlungsborn (prachtige haven en leuke plaats), Fehmarn (leuk eiland),

De reis er naar toe vanuit de Oostzee Vanuit Kiel zijn er een paar mogelijkheden. Je gaat:  om Denemarken heen of door het Lymfjord (Denemarken) naar de Noordzee. Een eind varen!  door het Kielerkanaal en via Brunsbüttel naar buiten de Elbe op.  door het Kielerkanaal en vervolgt halverwege de route (na Rendsburg) via de Eider naar het Eider-Sperrwerk (grote zeesluis) die toegang geeft tot het wad. Wij hebben dat laatste gedaan. Van de Eider had ik een ‘Friese Staande Mast Route’ voorstelling. Niets is minder waar. De koeien zijn er ook, het is diep genoeg, maar er zijn heel weinig geschikte aanleg- en overnachtingsplaatsen en ook nauwelijks leuke plaatsjes. Het is vooral stil en groen. Wij hebben op aanraden van de sluiswachter van Nordfeld voor de sluis bij Friedrichstadt aangelegd voor de nacht om de volgende ochtend vroeg verjaagd te worden door een scheldende en met politie dreigende sluiswachter. Na de sluis bij Nordfeld is de Eider een getijderivier met zeer ondiepe stukken waar zichtnavigatie vrij kritisch is. Een paar mijl na het plaatsjes Tönning verleent het Eider-Sperrwerk 24 / 7 toegang tot de Noordzee. Maar voordat je daarna het Wad over bent en enigszins op open water bent, moet je wel een ‘navigatienoot’ kraken. Pas op met laagwater, en misschien nog wel meer met hoogwater als de zandplaten net onder water staan. En als dan zowel nieuwe papieren als elektronische kaarten niet meer kloppen met de werkelijkheid, worden je ogen wel heel belangrijk….. Het schijnt daar nogal vaak en snel te veranderen. Ook geschut worden is vrij kostbaar: als je alleen vaart, betaal je voor twee boten: 2 maal €4,50 per schutting x 3 schuttingen. Je krijgt dan wel twee betaalbewijsjes!!! P.S.: het Eider-Sperrwerk is gratis!!

Het Noord-Friese Wad

Heiligenhafen (mega marina) en Laboe (aan Kielerfjord, veel bootjes, erg leuk) rustig aan terug richting NoordOostzeekanaal, oftewel Kielerkanaal, gevaren. Dat gaf ons nog ruim twee weken om op het Noord- en Oost-Duitse Wad rond te varen. Dit bestrijkt een gebied van Borkum in het Oost-Friese deel tot en met Sylt in Schleswig-Holstein, dichtbij Denemarken. Een groot en uitgestrekt gebied, veel groter dan het Nederlandse wad. Maar is de reis er naar toe eigenlijk wel alle moeite waard?? 32 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

Het Noord-Friese Wad is erg mooi en zeer de moeite waard. Dit zijn de Waddeneilanden die horen bij Schleswig-Holstein en zich bevinden tussen Helgoland en Denemarken. Het bestaat uit grotere en kleinere eilanden. De meeste met stranden, duinen en dijken, en pittoreske dorpjes en stadjes. Maar ook een aantal ‘Halligen’, kleine eilandjes, die geen duinen en dijken hebben, waar huizen op terpen zijn gebouwd, die met een enkelspoorlijntje aan elkaar geregen zijn en verbonden met het vaste land. Hier kun je met een wat dieper stekend jacht nauwelijks komen. Vanuit de haven van Wyck op Föhr heb je wel prachtig uitzicht op de ‘Halligen’. En je kunt altijd nog een excursie maken. Sowieso zijn er in dit gebied maar enkele havens goed bereikbaar en toegankelijk voor diepstekende jachten met een gewone kiel en een diepgang van tussen de 1.50 en 1.70 m. Alleen de havens op de eilanden Sylt, Amrum ,


: doen of niet doen? Föhr en een paar op het vaste land zijn diep genoeg zijn om een groot deel van de dag aan te lopen, maar evengoed vallen de meeste droog tot ca. een meter water en zak je weg in de zachte blubber. Let op dus! Alleen aan de noordkant van de langssteiger van het haventje van Amrum blijft een meter water staan. De rest valt hartstikke droog. Wyck op Föhr en Sylt gaan wat beter. De havens zijn klein en wat watersport betreft niet te vergelijken met een druk en vol Vlieland en Terschelling: lekker rustig, gezellig, heel prijsvriendelijk en met voldoende voorzieningen. Er is geen IJsselmeer dat boten uitspuugt! De mensen zijn erg aardig en gastvrij, de hele dag door word je vriendelijk begroet met ‘moin’ (spreek uit ‘meun’ zoals ‘neun’ of ‘9‘ op zijn Duits). De eilanden kenmerken zich als volgt:  Amrum: klein, gezellig en heel authentiek met prachtige dorpjes. Leuk om te fietsen.  Föhr: wat groter, best toeristisch maar ook nog authentiek. De haven ligt tegen Wyck, een leuk plaatsje waar genoeg te beleven valt. Nieblum is een dorp 5 km verderop dat jaren achtereen is uitgeroepen tot mooiste dorp van Duitsland (het Laren van Duitsland). Zij mogen intussen niet meer meedoen met deze verkiezing!!

Er is een prima busverbinding die het hele eiland rondgaat.  Sylt: heel toeristisch, maar erg leuk en een beetje decadent. In de hoofdstad Westerland worden bijv. ‘wijnfeesten’ op de strandboulevard georganiseerd (heel gezellig) en er zijn hele luxueuze hotels en restaurants. De haven is wat ver weg, maar er rijdt doorlopend een bus. Allemaal kenmerken ze zich door de aanwezigheid van immense witte stranden en ‘kuuroorden’. Die Duitsers hebben het zo gek niet bedacht om in de 19de eeuw allerlei strandplaatsen en eilanden tot ‘kuuroord’ te bombarderen. Dit geeft in ieder geval een hele bijzondere sfeer aan het Duitse strand-en kustleven.

Het Oost-Friese Wad Helgoland is een logische tussenstop op de route van het Noord-Friese Wad naar het Oost-Friese Wad. Helgoland is naast belastingparadijs ook gewoon nog eens een leuk en mooi ruig eiland. De haven kan erg druk zijn (bijna geen boxen, stapelen tot 20 boten), maar het is zeer de moeite waard om er een dagje te blijven. Afstanden zijn flink: ca. 60 mijl zowel van Sylt naar Helgoland als van Helgoland naar Nordeney. Het Oost-Friese Wad loopt van de eilanden Wangerooge

tot Borkum. Deze eilanden lijken op de Noord-Friese Waddeneilanden maar zijn op een of andere manier toch minder authentiek. Ze zijn ook niet echt te vergelijken met de Nederlandse wadden. Duitsland is toch wat kneuteriger of misschien gewoon nostalgisch (paard en wagen, stoomtreintjes, strandkorven etc.) en ‘kuurt’ wat af aan zijn stranden. Als je nog een ‘Klinikum’ ( oftewel ‘rustoord’) zoekt ben je daar aan het goede adres. Maar ook moderne ‘wellness’ is zeer ingeburgerd. Veel zeilers varen deze eilanden gauw voorbij of doen nog net Nordeney en Borkum aan om vervolgens naar Nederland of de Oostzee door te steken. Ook deze eilanden kenmerken zich door een bijzonder strand- en kustleven. Er is genoeg te doen en te zien, je kunt er lekker fietsen en wandelen. Vooral de haven van Nordeney is erg druk en vol. Dat begint al wat op Vlieland te lijken.Borkum is wat minder druk en vol, maar de Burkana Haven is wel een beetje een gribus. De jachthaven valt deels droog en is rond laagwater lastig aanvaren.

Van het Oost-Friese Wad naar huis PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

33


Er zijn een paar mogelijkheden om vanuit het Oost-Friese Wad in Nederland te komen:  Bij Delfzijl naar binnen en via de Staande Mast Route in Friesland er ergens weer uit (≤ 2 m diepgang).  Bij Lauwersoog naar binnen en via de Staande Mast Route in Friesland er ergens weer uit (≤ 2 m diepgang).  Naar Vlieland of Terschelling (75 nm vanuit Borkum). Omdat we eigenlijk een dag te lang zijn blijven liggen in Borkum, er flink wat zware regen en onweer (code oranje) was voorspeld en de haven van Vlieland doorlopend vol was, hebben we besloten bij Lauwersoog naar binnen te gaan en de Staande Mastroute naar Harlingen te varen. Dat laatste argument is eigenlijk geen goed argument omdat Vlieland een vluchthaven is en boten komend van zee binnen moet laten. Omdat we het erg leuk vonden hebben we zowel in Dokkum als Leeuwarden, waar je mooi midden in de stad kunt liggen, een stop gemaakt om uiteindelijk in Harlingen te belanden. Maar vanuit Borkum kun je ook prima binnen 2 dagen naar Harlingen varen. Je moet wel een beetje rekening houden met de draaitijden van de bruggen!

Naar het Noord-Friese Wad: doen of niet doen? Doen als:  De windvoorspellingen goed zijn (vooral niet bij Zuidwesten wind).  Je niet al te diep steekt. Een diepgang van 1.50 à 1.70 m is goed te doen.  Je houdt van de combinatie van rust en gezelligheid.  Je tijd hebt: trek minstens twee weken uit voor de terugtocht vanuit de Oostzee.  Van wat langere afstanden houdt. Een groot aantal tochten beslaat al gauw ca. 60 nm.  Weinig Nederlanders wilt tegenkomen (vooral NoordFriese Wad).  Je van lekkere champagne en goed eten houdt. Koop van die heerlijke ‘Rötkappchen’. Rosé, wit, allemaal goed en kost niets. Maar:  Ga bij voorkeur niet via de Eider of bereid je terdege voor. Via het Kielerkanaal/Brunsbüttel kost niet echt meer tijd, je moet alleen weer een eind omhoog.  Zorg dat je voldoende contant geld bij je hebt. Pinnen is niet overal gemeengoed!! Maar overal zijn geldautomaten te vinden.  WIFI is zeer schaars! Dat los je op met een 3G-apparaat en een WIFI-kaart.  Oefen op ‘Moin’. Dat kweekt een hoop goodwill!! Het is ons heel goed bevallen. Wij doen het zeker nog een keer als de weersomstandigheden goed zijn en er voldoende tijd is.

34 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

Nuttige kaarten en boeken Kaarten:  BSH 3015, Ost-Friese Wad.  Imray C26 IJmuiden to Die Elbe Passage Chart.  Navionics 46 XG. Boeken:  De Reeds: onovertroffen, compleet en nuttig voor de Noordzee.  Vaarwijzer Waddenzee: nuttige informatie van het hele Wad.  Vaarwijzer Scandinavië en de Oostzee: nuttige informatie ook van Borkum tot de Elbe. En hier staat de route via de Eider in beschreven, evenwel niet al te uitgebreid!  43 Waddeneilanden: mooi geschreven, veel geschiedenis en prachtige foto’s. Je wilt er meteen heen als het leest.

Borkum, treintje en haven


Staandemastroute Auteur: Joop Bakker

N

a de Ramsgatetocht was ik van plan om ons mooie Nederland eens goed te verkennen. Met wat vrienden wilde ik binnendoor naar de Wadden zeilen om daar wat rond te dolen, maar helaas vonden zij het als naturisten hier veel te koud en gingen liever met hun blote bast op het strand in Turkije liggen! Mijn kleindochter Kim had nog een paar dagen vrij en wilde wel een stukje mee tot aan Gouda. Ik had haar al verteld dat zij niet mocht helpen omdat ik daarna solo verder wilde gaan en dat vak nog niet onder de knie had! Van Joep had ik gehoord dat hij ook binnendoor die richting uit wilde, waarop wij besloten om samen op te zeilen, ieder met zijn eigen boot.

Hoe dichter bij Dordt‌. Via het Spui en de Oude Maas zijn Kim en ik vanuit de thuishaven Hellevoetsluis naar Dordrecht gevaren om net achter de spoorhefbrug in de haven WV Maartensgat te overnachten. Daar zou Joep ook heen varen vanuit zijn thuishaven Drimmelen. Een uur later kwam hij binnen. Met zijn drietjes hebben we de bezienswaardigheden van Dordrecht bezocht en als slot, net voor ons vertrek de toren beklommen die als het ware oprijst vanuit de haven voor een mooi uitzicht over Dordrecht en de vijf grote rivieren. Een uniek punt. Wat is Dordrecht toch een mooi stadje. Het negatieve imago ontvouwt zich niet wanneer je als toerist door de oude straatjes loopt, de havens bezoekt en tot slot de kerk ingaat om ondergedompeld te worden in die prachtige laatgotiek. Het orgel speelde voluit. Gelukkig heeft de reformatie niet alles overboord gegooid dat herinnert aan de schoonheid van de Katholieke traditie. Het uitzicht vanaf de toren is spectaculair. Vijf grote stromen komen daar samen, de stad aan je voeten en je eigen bootje heel klein in het kleine haventje. Dat is genieten. De vriendelijke havenmeesteres opende de draaibrug al voor ons. Over het woelige water van de Merwede vertrokken we naar Gouda na eerst de verkeersbrug bij Alblasserdam gepasseerd te hebben die kwart voor en kwart over het hele uur draait en dan via de nieuwe Maas, Hollandse IJssel, de Stormvloedkering en de Algerabrug, (bediening 20 minuten over het hele uur), de Julianasluis en dan nog een paar bruggen te varen om redelijk dichtbij bij het station van Gouda in de haven van WV Gouda aan te leggen. De andere morgen hebben we Kim op de trein gezet en zijn we na opening van de spoorbrug van Gouda ( bediening 06/10.27/12.27/14.27/20.27 en 22/27) naar

Haarlem vertrokken. Via de Coenecoopbrug, Waddinxveen, Boskoop, Alphen aan de Rijn, het Braasemermeer en Sassenheim met als slot de Cruquiusbrug vonden we een fijn plekje in het kleine haventje links net voor de eerste brug in Haarlem. Haarlem is een mooie stad met gezellige terrasjes en mooie musea waar Joep van alles over kon vertellen! Het Teylers museum kreeg mijn speciale aandacht vanwege de schitterende technische apparaten uit de achttiende en negentiende eeuw. De volgende morgen wachtten we met een flink aantal boten op de korte spoorbrugopening. Je moet daar echt doorvaren, want na een paar minuten sluit hij onherroepelijk om dan pas tegen de avond weer eens open te gaan. Nederland is vanaf het water toch wel verschrikkelijk mooi. De bruggen waren ons vriendelijk gezind; zij openden zonder dat wij vaart hoeven te minderen. Het is dan wel zaak in het konvooi te blijven meevaren. Waar tank je genoeg brandstof is niet zo’n punt wanneer je weet dat er voor de Cruquius een tankstation bijna aan het water ligt. Je moet wel oppassen voor de ondiepe zijkant van de vaart. In Haarlem maken we een langere stop. In het kleine haventje vlak voor de eerste stadsbrug vinden we nog een plaatsje.

PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

35


we steeds stevige noordelijke wind, vandaag laat die het helemaal afweten. Nagenoeg windstil. We proberen desondanks toch te zeilen, maar het vooruitzicht om pas volgend jaar aan te komen doet ons besluiten om dan maar op de motor te varen. Koers vastgelegd om vlak langs het Paard van Marken te gaan en dan Hoorn aan te lopen. Hoe je op een leeg IJsselmeer zonder wind toch een aanvaring kunt hebben, moet je aan Joep vragen. Waar zou je anders moeten aanleggen?, de bruggen worden na 20.00 uur niet meer bediend. Al met al hebben we heel wat bruggen en sluizen gehad, bijna twintig stuks voor mij allemaal mooie leermomenten solo! Vervolgens zijn we vertrokken via het Spaarne, nog bezongen door Boudewijn de Groot in het liedje ‘Het Spaarne’ , Het Spaarne stroomt het Spaarne stroomt het Spaarne stroomt voorbij. Voorbij de brug, voorbij de laatste huizen, voorbij de werven en het stoomgemaal. Het Spaarne stroomt, maar niet voorbij de sluizen, het eindigt naamloos in het zijkanaal.

De Sixhaven is nooit vol Tegen vier uur vertrekken we noordwaarts. Het is zonnig, maar koud en veel wind op kop. De Sixhaven is ook zo´n plek waar je moet zijn geweest. Die haven is nooit vol. Hij lijkt op een Indonesische Bemo, een busje waar altijd nog iemand bij kan. ´s Morgens om 10 uur moet iedereen verkassen. Wanneer je vroeger weg wilt, heb je pech wanneer je niet helemaal aan de buitenkant ligt. Maar… je ligt midden in Amsterdam, de pont voor de deur. De Sixhaven in Amsterdam, een beetje te vergelijken met St. Katharinesdock, waar we met passen en meten en de zeer behulpzame havenmeester naast elkaar kunnen afmeren! Nadat we ook het centrum van Amsterdam hebben verkend, het Amsterdams Historisch Museum bezocht en gegeten bij het Chinees/Surinaams/Indisch restaurant Kam Fa in de Warmoesstraat dat Joep nog kent uit zijn studententijd -voor nog geen tien euri eet je daar vorstelijk-, vertrekken we de volgende dag via de Oranjesluizen, langs Durgerdam het IJmeer op. Hadden 36 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

Hij vertelt het zo: “We houden elkaar goed in de gaten. Joep vaart iets boven mij. Mijn stuurautomaat houdt de juiste koers aan, tijd om een plasje te maken en iets te eten. Goed kijken…niets te zien. Geplast…. niets te zien. Soep warm gemaakt….. niets te zien. Lekker half in de ingang van de kajuit zittend..Bang.. een daverende dreun. De boot siddert. Wat is dat? Een container in het water? Tenslotte heeft Henk de Velde ook zoiets meegemaakt. Een boei? Nee, dan had ik die moeten zien.. ‘Klootzak’ hoor ik een vrouw gillen.. Een witte romp schuift langs mijn boot. Een grote Elan. Hoe kan dan nu? Tijdens de afhandeling van de verzekeringspapieren blijkt dat zij mij ook niet hebben gezien. Ook zij hadden een dode hoek. Alleen zij zeilen en ik niet. Er lijken diepe krassen op hun boot te zitten, maar wanneer ik erover strijk, blijken die mee te vallen. De waslaag heeft de grootste klap opgevangen. Ik heb niets, alleen een deuk in mijn ego, maar ja ik heb tenslotte een Feeling 720: een stabiel, zeewaardig, maar langzaam jachtje.” Twee dagen zijn we gebleven in dit mooie stadje omdat de terrasjes gezellig druk waren, het bier koel en het appelgebak met echte slagroom heerlijk!!! Daarna zijn we met veel wind vertrokken naar Enkhuizen,


ook daar volop activiteiten voor het hoge bezoek! Omdat wij als gepensioneerden tijd genoeg hebben, zijn we gebleven totdat Alexander en Maxima geweest waren! De harde noordelijke wind houdt ons vijf dagen gevangen. We hoeven ons niet meer te bewijzen en zijn tenslotte op vakantie. Dan toch een vermindering en draaiing van de wind naar vijf Bft. en NW. We kunnen zeilen. Alleen met de genua is het een fijne tocht naar Makkum. We blijven dicht bij elkaar in de buurt. Voor Makkum liggen we comfortabel aan de steigers. Het is wat wisselvallig weer met soms hevige buien, maar de zon vergoedt veel.

In de Buyshaven van Enkhuizen Het lekkerste appelgebak In de Sluiskom van Wokumr Avondrust in de Gemeentehaven van Makkum

De tocht naar de Wadden kunnen we vergeten, er is harde wind voorspeld. We varen daarom heel ontspannen met nog minder wind zij aan zij naar Workum. Heel gebroederlijk naast elkaar varend met de zwakke wind, houd ik de giek van Joep’s boot vast en we verzuchten dat dit toch echt samen varen is waar de PZV nog iets van kan leren. We doen er vier uur over, maar wat een heerlijk weer. Weerberichten kun je eigenlijk nooit vertrouwen. In de kom voor het sluisje van Workum leggen we aan en

wachten op beter weer. De sluiswachter van Workum is de grootste dierenvriend die ik ken. Wie anders schut alleen voor een familie futen? Helaas moet ik, niet eerder dan dat wij het stadje goed hebben verkend en o.a. het Jopie Huismanmuseum met een bezoek hebben vereerd, afscheid nemen van Joep omdat ik wegens enige verplichtingen thuis word verwacht.

Tweede termijn Tien dagen later ben ik weer terug op de boot en nadat ik Truus heb opgehaald van het station in Workum zijn we naar Terschelling gezeild. Gedurende de dagen die we daar verblijven, hebben wij samen met de fiets het hele eiland verkend. Weer terug naar Makkum gevaren om vervolgens via Medenblik en Enkhuizen naar Muiden te zeilen. Overal zijn we een paar dagen gebleven en hadden wij tijd genoeg om al die mooie plaatsen eens goed te bekijken en vooral niet te haasten!! De havens zijn lang niet vol en tot onze verbazing is het stil op het water. Via IJmuiden en Scheveningen zijn we weer in Hellevoetsluis beland en is deze zonnige en mooie binnenlandse trip van ruim vier weken ten einde! Vergeleken met Denemarken voorgaande jaren is dit ook heel leuk en zeker voor herhaling vatbaar!! Wordt vervolgd in het volgende nummer

PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

37


Rondje Kanaal op de Maenk Auteur: Chiel de Jong

O

p maandag 15 juli is onze reis met schipper Jan Otten en opstappers Arjen de Bruin en Chiel de Jong begonnen in Stellendam. Na inschepen en boodschappen doen, hebben we in de kuip bedacht wat we dinsdag zouden gaan doen omdat er windstilte voorspeld was voor de komende dagen. Wachten in Stellendam tot er wind staat is niet onze keuze. Dan maar op de motor gewoon aan de vakantie beginnen. We hebben dertig uur op de motor gevaren en zijn Eastbourne binnen gelopen. Eastbourne is een gezapig oud stadje waar onder andere het enerverende spel Bowles wordt gespeeld. Kijken naar groeiend gras is net zo enerverend. Met een tussenstop in Brighton zijn we doorgevaren naar het Isle of Wight waar we de haven van Cowes bezocht hebben. Cowes is onder andere bekend van de Koninklijke meerpaal. Naar omstandigheden is het er rustig, want er is deze week geen zeilwedstrijd. Desondanks moeten we in de haven toch dubbel aanleggen en worden we door de havenmeester gewezen om “next to a Dutchman on a similar ship” aan te leggen. Dat blijkt een Trintella 4 te zijn die net door een Engelsman in Zeeland gekocht is. Omdat het weer al enige tijd zeer warm is, treedt er algenbloei op. Al die dode algen geven de geur van het water een zeer onaangenaam karakter. In het boek over de plaatsen aan de Zuid Engelse kust worden we gewezen op het feit dat verderop op het Isle of Wight het schattige plaatsje Newport ligt. Omdat we vandaag alleen maar verder willen naar Lymington, is dat een aangename aanvulling op het dagprogramma. Rekening houdend met het tij en de ondiepte van de geul, zullen we toch zeker twee uur de tijd hebben voor Newport. Dat blijkt ruim voldoende, zodat we ook nog uitgebreid de tijd genomen hebben om op een zonnig terras van een kop koffie met vruchtengebak te genieten. Onderweg komt Jan erachter dat Annemiek en Willem ook in de buurt aan het zeilen zijn en het plan hebben opgevat ook naar Lymington te varen. In de omgeving van Lymington werd vroeger zout gewonnen door zeewater in te laten dampen. Daar is nu een natuurreservaat. In Lymington blijkt dat er meerdere havens zijn en natuurlijk liggen wij in een andere haven dan Annemiek en Willem. Voor de volgende etappe naar Poole met hen afgesproken om in dezelfde haven te gaan liggen. Daar hebben we gezellig met elkaar geborreld en alle trouwverhalen aangehoord. ‘Driemaal in de sluis is scheepsrecht’ was de rode draad.

38 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013


kind Veel van de plaatsen in deze regio zijn bekend uit de tijd van ‘Brittannia rules the waves’, maar Poole heeft ook een recentere historische achtergrond. Verder is Poole bekend van de oprichting van de padvinderij door Baden Powell Voor 24 juli staat de tocht naar Weymouth op het programma. Een tochtje van slechts 29 mijl, maar dit is het meest enerverende reisje geworden. We zouden een tij van een knoop of 4 meekrijgen en een stevige wind tegen. Onderweg zien we midden op zee een soort heftige branding. Wij zijn er rustig op de motor naar toe gevaren. Tussen al die branding werd de Maenkind van 8.5 ton als een notendopje heen en weer geslingerd. Rollen, gieren en stampen dat het een lieve lust was. Alleen door extra motorvermogen te geven kwamen we vooruit. Dit kan echter niet verhinderen dat we op een gegeven moment een flinke golf over dek krijgen. De deurtjes van achterkajuit staan helaas open …… en het binnenkomende water weet ook de overdekte stuurkolom en de kajuit te bereiken. Naderhand eens extra goed op de kaart gekeken. We hadden het kunnen weten. Kijk uit bij St Alban’s Head, die ribbeltjes staan er niet voor niets (maar er staat geen legenda op de kaart…..) Van Weymouth zijn we met stralend weer en een mooie wind naar ons verste punt Torquay gezeild. Tijd voor de oversteek naar de Franse kant van het kanaal. Als eerste reisdoel hebben we Guernsey. Volgens de weersverwachting zullen we een rustige tocht krijgen; startend met het tij van 03.45 zullen we met hoogwater bij Guernsey aankomen om de drempel in de haven van St. Peters Port meteen te kunnen passeren. Er is heel weinig wind voorspeld slechts 2-3 knopen dus helaas weer op de motor gestart. In het begin van de middag steekt de wind even op en hebben we toch wat gezeild. Deze wind blijkt echter te horen bij opkomend slecht weer. Wat kan dat snel omslaan! Regenpakken aan en een kleine bui over ons heen gehad. Het tij blijkt over de hele tocht erg mee te zitten waardoor we nog een uurtje aan het ponton hebben mogen wachten voor we de haven in konden. De volgende dag bezoeken we het subtropische Herm. Op weg naar het oosten krijgen we steeds vaker een mooie westenwind. Vanuit St Peter’s Port naar Cherbourg moeten we vanwege de stroming en de ondieptes rond Guernsey eerst nog een stuk op de motor. Ook eerst nog even het lage tij voorbij laten gaan voordat we de haven uit kunnen. Het is maar een korte tocht en omdat we in een ruk van Cherbourg naar Duinkerken willen, nemen we een rustig avondje aan boord. Als we dinsdags willen vertrekken met het tij van elf uur staat er in de haven 20 tot 25 knopen wind.

wacht. Op weg naar Duinkerken hebben we het gemakkelijk. Het eerste rak is ruim honderd mijl en we hoeven alleen maar ons wachtschema van vier uur op en vijf uur af uit te voeren. Het zeil en de stuurautomaat doen de rest. Voor Jan is dit rak van 108 mijl weer een nieuw record. Je bent dus nooit te oud voor nieuwe records. Onderweg passeert de Maenkind de 10.000 mijl op het log. Bij Duinkerken aangekomen blijkt het dat het daar al lang

mooi weer is. Het is barstens druk op het strand. Aangelokt door het mooie weer en de drukte op het strand besluit ik een middagje te gaan zwemmen. Jan en Arjen blijven aan boord. Het water is heerlijk, de zon brandt fel en het ijs toe smaakt me heerlijk. Vanaf Duinkerken maken we nog twee dagtochten met veel wind in de rug. Via Blankenberge vliegen we bijna naar Stellendam. Alleen op de fok halen we met gemak zeven knopen over de grond. We moeten wel voortdurend aan het roer staan, want de stuurautomaat trekt het niet als er golven van drie meter hoog van achter in komen rollen. Maar daar doen we het allemaal voor. Lekker zeilen. Na een drieweekse tocht van 755 mijl over water zijn we weer thuis. Een afsluitend dinertje waarbij we toevallig allemaal voor de mosselen kiezen, wat Arjen de opmerking ontlokt: ‘Je groeit wel erg naar elkaar toe in drie weken’. In de haven de Maenkind een uitgebreide poetsbeurt gegeven waarmee deze reis wordt beëindigd.

We besluiten maar om ‘s avonds te vertrekken en hebben een regenachtige dag in Cherbourg. Elk stad ziet er troosteloos uit in de regen. Gelukkig houdt Napoleon de PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

39


Sint Petersburg en rondje Oostzee

Auteur: Philip Beekman

Als kind was ik eens met een ver-jaarspartijtje in het Tsaar Peterhuisje in Zaandam. Samen met het verhaal van deze grote Russische heerser moet daar toen een zaadje geplant zijn, dat jaren later uitbloeide tot het plan om eens met de zeilboot naar Sint Petersburg te varen.

B

innen de PZV zijn diverse schepen met hun schippers en opstappers ons voorgegaan. Voor zover mij bekend: Docus Heringa met de Suzanne, Alphons Drübers met de Marieken, Adri en Joke Visser met de Vanadjo en Piet Dijkema met de Cher. Al deze tochten zijn alweer geruime tijd geleden, en het werd nu tijd om deze lijst aan te vullen. We hebben een heerlijke tocht gemaakt, die eigenlijk probleemloos is verlopen mede dankzij het prachtige weer deze zomer met zeer gunstige zeilomstandigheden. In dit artikel wil ik graag de ervaringen van deze bijzondere reis met jullie delen en ik hoop daarmee ook andere PZV leden te inspireren om eens wat verdere tochten te maken naar de Oostzee.

De voorbereiding Zoals op alle zeilvakanties is de voorbereiding een onmisbaar en ook wel prettig deel van de reis. Voor Sint Petersburg komt daar de noodzaak bij om een visum te verkrijgen en te begrijpen hoe je daar binnen kunt varen. In wezen is het allemaal 40 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

niet zo moeilijk, maar in Rusland is het wel lastig om de juiste informatie te achterhalen. Je hebt een officiële uitnodiging nodig en voor zeilers zijn er twee personen in Sint Petersburg die dat verzorgen: Vladimir Ivankov en Tatiana Bykova. Beiden hebben een uitstekende reputatie. Op de website van de Russische ambassade vind je de verdere instructies voor het verkrijgen van een visum. Die moet je zeer nauwgezet volgen, anders sta je er voor niets. Tegenwoordig kun je per internet een time-slot boeken, en dat werkte voor ons prima. Na een week kun je je paspoort(en) weer ophalen. Daarmee is de belangrijkste eerste stap gezet. Verder moet je een beslissing nemen over de kaarten en boekwerken aan boord. Wij besluiten papieren kaarten te kopen van de Finse zuidkust, als aanvulling op onze electronische kaarten; verder de

kaartenset van NV Verlag tot Polen en tenslotte een paar overzeilers. Als ook de vaarwijzers van Hollandia. Daarmee ben je gedekt tot aan Helsinki. Voor het meest Oostelijke deel van de Finse Golf moet je zelf de informatie bij elkaar sprokkelen. Vergeet verder niet de gastlandvlaggetjes te kopen: Duitsland, Polen, Litouwen, Letland, Estland, Rusland, Finland, Zweden en Denemarken! Voor ons bezoek aan Sint Petersburg vroegen we een bevriende buurtgenoot om advies over de belangrijkste te bezoeken trekpleisters en ook diverse PZV-leden en andere vrienden vertelden over hun bezoek aan Sint Petersburg. Onderweg praat je natuurlijk met schippers van andere boten en van een Zweedse schipper kregen we veel handige tips en een tijdschrift met een heel handig overzicht van alle marifoniekanalen voor de weerberichten, dat de hele verdere tocht bovenop de kaartentafel dienst heeft gedaan. In Finland vonden we nog een havengidsje dat zeer bruikbaar was en ook in Zweden pikten we ergens zo’n gidsje op. Dat is geen overbodige luxe, want naast de vele mogelijkheden om zelf ergens een ankerplaatsje te zoeken, zijn er honderden kleine jachthaventjes en het is handig daar iets over te weten voor je ernaar toe vaart.

Tochtplan in hoofdlijnen Omdat we wel begrepen dat we niet zo vaak zo ver naar


het oosten zouden varen hebben we ons plan erop gericht daar de meeste tijd door te brengen. De westelijke Oostzee wilden we dus in een betrekkelijk snel tempo door. Een andere natuurlijke leidraad voor het tochtplan zijn de Hanzesteden die de ruggengraat vormen van de ontwikkeling van dit gebied. Veder leek het ons handig om voor de terugreis langs de Zweedse kust te varen, zodat we bij westenwinden wat beschut zouden varen en zo werd dus een rondje tegen de klok in een logische keus. Het hoofdschema werd daarmee:

en waarvan de haven in de DDR-tijd ontoegankelijk was voor de burgerbevolking. Gdansk (Polen) is in de tweede wereldoorlog herhaaldelijk gebombardeerd, maar prachtig gerestaureerd. Vele eeuwen was het een Duitse handelsstad te midden van de Poolse boerenbevolking. Het is er levendig en er komen veel toeristen. De sfeer is aangenaam vriendelijk. Riga (Litouwen) bezochten we per bus vanuit Liepaja aan de Letse westkust. Een prachtige stad die na de onafhankelijkheid een enorme opbloei doormaakt. Er is een indrukwekkend oorlogsmuseum dat een afgrijzenwekkend beeld geeft van de diverse massadeportaties uit de eerste helft van de vorige eeuw.

week

etappe

NM

1 2 3 4 5 6/7 8 9 10/11 12

Vanuit Zeeland naar Kiel Kiel tot Gdansk Gdansk tot Estland De Zuidoostkust van Finland Sint Petersburg Tallinn en de Zuidwestkust van Finland Stockholm en de Zweedse Scherenkust Zuidoost Zweden Terug naar Kiel Kielerkanaal en terug naar Zeeland

370 393 427 177 240 295 334 90 322 446

Lokaal, naar omstandigheden invullend hebben we dit plan ook zo uitgevoerd en daarbij ruim 3000 mijl gevaren, 228 motoruren gemaakt en 60 havens in 9 landen aangedaan. In dit schema hielden we rekening met een aantal nachtelijke etappes. Dat zijn er zes geworden: heen en terug langs de Waddenkust, heen en terug van Haapasaari naar Sint Petersburg, en de etappes náár en ván Gdansk. Noodzakelijk is dit niet, maar het helpt wel om wat voortgang te maken. Omdat je zo noordelijk zit, vaar je overigens ook ‘s nachts maar kort in het donker; eigenlijk wordt het nauwelijks donker en is avondschemering en ochtendgloren rond een uur of twee samen te zien! De twee weken speling in dit schema hebben we niet nodig gehad en dus kunnen invullen met wat mooie wandelingen en extra toeristische uitstapjes. Van zoveel havens en zeemijlen kunnen we natuurlijk geen gedetailleerd verslag opnemen. Hieronder dus een aantal impressies met als leidraad: de Hanzesteden, Sint Petersburg, de Scheren en enkele andere mooie plekken.

De Hanze Het Hanzeverbond wordt voor het eerst genoemd in 1267 en vind zijn basis in Lübeck. Het was een flexibel verbond van overeenkomsten tussen stedelijke handelsgilden, dat uiteindelijk ruim vijftig steden omspande, waarvan de helft in de Oostzee. Veel aandacht werd besteed aan het verminderen van handelsbeperkingen. Lübeck, dat wij overigens nu niet hebben bezocht, vormde het centrum van dit verbond. Daar werden regelmatig bijeenkomsten gehouden om onderling afspraken te maken, waarbij in het algemeen bij consensus besluiten werden genomen. Veel van deze steden hebben nog herkenbare sporen uit deze tijd, en sommige zijn na oorlogsverwoestingen prachtig gerestaureerd. Ieder van deze steden heeft zijn eigen verhaal. Op de heenweg stopten we in Stralsund (Duitsland), waar een leuk havenfeest aan de gang was

Overigens heeft iedere Baltische staat dergelijke verhalen en musea. We lezen over de honderden jaren van verschillende overheersing in het prachtige boek Baltische zielen van Jan Brokken. Tallinn (Estland) is een prachtig gelegen heerlijke stad met een ommuurd centrum, dat bruist van toeristen en studenten. Op de terugreis doen we Visby (op Gotland, Zweden) aan, dat al voor de Hanzebond een belangrijke handelsstad was en een indrukwekkende middeleeuwse stadsmuur heeft die nog grotendeels intact is. Op de terugweg bekijken we nog Wismar (Duitsland), dat eveneens een mooi gerestaureerd centrum heeft met op het grote stadhuisplein een fontein, die aan het eind van de 16e eeuw gebouwd is naar een ontwerp van Phillip Brandin, een Utrechtse architect.

Sint Petersburg Ons reisdoel was Sint Petersburg en alleen al om die reden mogen enkele opmerkingen hier niet achterwege blijven. De Russen zijn niet gewend aan het vrije scheepvaartverkeer en willen eigenlijk dat je netjes de scheepvaartroutes volgt. Je vertrekt vanuit Haapasaari (Finland), een klein groepje eilanden dat een piepklein natuurlijk haventje vormt met daarop een grenspost

PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

41


waar je uitklaart. Dan volgt de 80 NM lange overtocht naar Krohnstad, waar je moet inklaren. Onderweg worden we één keer opgeroepen door de kust-wacht die vraagt naar ons routeplan. Na Kronstad is het nog 20 NM naar Sint Petersburg. Het handigst is om ‘s nachts te varen, zodat je ‘s ochtends kunt inklaren en dan in het midden van de dag in Sint Petersburg aankomt. Het inklaren kost wat tijd, maar verloopt verder probleemloos dankzij het goede contact met de via Tatiana geregelde inklaringsagent. Je kunt deze kosten ook uitsparen, maar dan moet je zelf iets meer zorgen dat je de juiste papieren hebt ingevuld. Door gunstige wind waren we al om vier uur in Kronstad, maar de agent had ons horen oproepen (roepnaam GRANIT) en stond klaar om de touwtjes aan te nemen. De immigratie werkt daar dag en nacht en na een uur mochten we het land in, zij het dat de douane een ander tijdschema heeft. Uiteindelijk konden we om 10 uur verder varen. Het uitklaren op de terugweg duurde bij elkaar twee uur. Het is dan wel weer even een verfrissende ervaring als je in Haapasaari je paspoorten laat zien in en direct door kan varen.

de Grote hebben zich uitgesloofd om indruk te maken door het stichten van grote paleizen en kerken die vol hangen met massaal geïmporteerde kunst. Meest treffend was het verhaal van onze gids over de corrupte maar effectieve rechterhand van Peter de Grote, prins Menshikov. Peter zei over hem: ‘beter een slimme man die iets voor elkaar kan krijgen, dan een eerlijke dommerik’. Onze gids voegde daar aan toe: ‘.. and nothing has changed since ...’ Je zou hier wel een half jaar kunnen doorbrengen met het bezoeken van al dat moois, maar wij beperken ons tot een intensief vierdaags verblijf en werken een lijst van hoogtepunten af, waaronder natuurlijk de Hermitage en de Isaac kathedraal. Ook een bezoek aan een gezongen Orthodoxe mis en aan het Yusopov paleis staan op het programma evenals een bezoek aan het eiland met het Peter en Paul fort, waar de stichting van de stad begon.

De scheren

Tsaar Peter stichtte Sint Petersburg na zijn rondreis door Europa naar het voorbeeld van Amsterdam. Hij wilde daarmee vooral de handel op het achterland van Rusland ontsluiten. De ontwikkeling van de stad in de moerassige delta van de Neva heeft vele mensenlevens gekost en je realiseert je dat alleen een machtig heerser zo’n onderneming tot stand kon brengen. De opvolgers van Peter

De natuur van de scheren is van ongekende schoonheid. De veelal kleine eilandjes vullen je blikveld, soms met betrekkelijk nauwe doorvaarten ertussen, dan weer wijds uit elkaar liggend. Gemeen hebben ze de vrij platte afgesleten rotsen van misschien 20 meter hoog, de mooie groene bebossing met een ondergroei van aangenaam mos. Het varen tussen de scheren is een genot: het water is vlak en steeds weer krijg je nieuwe doorkijkjes en soms bredere vergezichten. Er staan veel kleine vakantiehuisjes die meestal traditioneel roodbruin zijn geschilderd en

L i o n S a i l s H o l l a n d b . v.

Kwaliteitszeilen uit eigen werkplaats Veerhaven 1b 4485 PL Kats (Zld.) Tel: 0113 - 600291 Fax: 0113 - 600249

Lion Sails

Internet: www.lionsails.nl E-mail: info@lionsails.nl Handelsregister Middelburgno. 22026358

Openingstijden: maandag t/m vrijdag 8.00 - 17.00 uur, zaterdag van 10.00 - 13.00 uur 42 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013


harmoniëren met de omgeving. Je kunt op veel plaatsen ankeren of aan een rots aanleggen. Er zijn ook veel vaak kleine jachthavens. De meeste jachten die door de scheren varen (de Zweden en de Finnen) volgen de vaarroutes die aangegeven staan op de kaart. Daarbij staat de minimale diepte aangegeven. Als de wind niet gunstig staat gaan ze op de motor. Maar het is ook mogelijk om daarbuiten te varen, waarbij je een goede veiligheidsmarge in acht moet nemen. Dat maakt het veel leuker en wij vinden zeilen wel erg te verkiezen boven motoren. Prachtige plekjes die we zo bezoeken zijn Bredholmen, een klein en mooi beschut baaitje met drie boeien waar je met je hek aan vastmaakt en met de boeg aan een rots. Verder beviel ons Rödhamn, het zuidelijkste haventje van de prachtige Åland archipel, erg goed. In Zweden overnachten we ook in een baaitje en gaan vervolgens naar Stockholm, met prachtig NW 6-7 naar het zuiden door de Furusundsfjord. Een heerlijke zeildag brengt ons zo in de Wasa haven in het centrum van Stockholm, waar we ons weer overgeven aan het steedse toerisme.

vastloopt is er niet het opkomend tij dat je helpt loskomen. Dat hebben we twee keer aan den lijve ondervonden, gelukkig in grof zand. In beide gevallen kregen we gelukkig hulp van een andere jacht en na een uurtje ploeteren kwamen we weer los. Dus nog meer opletten dan je gewend bent. Uiteraard helemaal bij de scherenkusten, waar je kunt vastlopen op de rotsen. Dat is ons gelukkig niet gebeurd. De kaarten van Finland en Zweden zijn gedetailleerd, maar je kunt nooit weten of er niet ergens een rots niet gekarteerd is. De meeste mensen nemen daarom alleen de als vaarroute aangegeven trajecten. Soms is dat niet praktisch. Wij hanteerden dan als stelregel om

Ander moois Onderweg hebben we nog een aantal andere plaatsen aangedaan die we bijzonder vonden. We noemden al Visby op Gotland, en we maakten twintig kilometer ten noorden daarvan ook een prachtige wandeling langs de rotskust. Meer naar het zuiden verblijven we nog een nacht in Kalmar waar we het kasteel bezoeken. Nooit geweten dat koningin Margaretha van Denemarken hier in 1397 de Unie van Kalmar tussen Zweden, Noorwegen en Denemarken wist te smeden als tegenwicht tegen de Hanzebond die meer dan 100 jaar stand hield, zij het met beperkt succes. Een volgende stop was Utklippan, opnieuw een klein groepje eilanden in zee gelegen die samen weer een heel klein natuurlijk haventje vormen. Via het exotische Hanö zeilen we naar Bornholm, waar we bij rustige zee en zachte oostenwind op anker overnachten onder de 80 meter hoger gelegen imposante kasteelruïne Hammershüs. We maken er ook een mooie fietstocht. Ten slotte doen we nog Rügen aan. Het kleine haventje Lohme op de noordkust ligt naast het grootste oorspronkelijke beukenbos van Europa dat met de prachtige krijtrotsenkust op de werelderfgoedlijst staat. Rügen is van oudsher een Duits vakantieoord en zeker de moeite waard als bestemming voor een volgende vakantie.

Het varen op de Oostzee

buiten de vaarroutes in principe alleen te varen op water dat gekarteerd is dan meer dan 10 meter diep. De Oostzee is in het algemeen niet erg diep. Daardoor kunnen de golven op de kust wat hoger oplopen. In het bijzonder de westkust van Litouwen staat hierom bekend. Ook de aanloop van de weinige zeehavens daar kan hierdoor moeilijk zo niet gevaarlijk worden. Verder worden de golven snel steil bij wat meer wind. Dat maakt het varen dan wat onaangenamer en minder snel. Dit merkten wij tijdens de terugtocht op het traject van Rügen via Kühlungsborn, Wismar, Fehmarn naar Kiel. Vier dagen lang stevige westelijke winden. De locals kiezen er dan vaak voor om een iets andere oversteek te plannen en niet een haven aan te doen tegen de wind in. Maar in ons tochtplan paste die strategie niet.

Besluit We hebben een heerlijke tocht gehad. Dankzij het benutten van geschikte weervensters was de aanloop over de Noordzee binnen een week geklaard. Idem voor de terugtocht. De mogelijkheden en het vriendelijke zeilwater in de Oostzee maken die lange aanloop de moeite waard, en

Over de aanloop naar Sint Petersburg spraken we al. Maar hoe is nu de zeilervaring op de Oostzee. Anders dan de Noordzee, het kanaal of de Golf van Biskaje? Ja zeker: het water is minder zout, je boot heeft minder te leiden van corrosie en een overslaande golf is niet zo hinderlijk. En het belangrijkste: er is geen getij. Er is enige door de wind veroorzaakte stroming, en dit kan ook leiden tot wat verhoging of verlaging van de waterstand. Is dat nu allemaal gemakkelijk? Positief is dat je niet zo op de klok hoeft te kijken. Je gaat en komt wanneer je zin hebt. Maar, als je PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

43


het hoogtepunt Sint Petersburg was een prachtig reisdoel. We gaan zeker nog eens terug en hebben nog bestemmingen te over die we dan willen aanlopen: de scheren, de Duitse Noordkust en Denemarken staan daarbij hoog op het lijstje.

Nuttige links

Tatiana Bykowa: http://segelnnachrussland.info Vladimir Ivankiv: http://ivankiv.com NV kaarten: http://nvcharts.com Zeekaarten Finland - John Nurminen Marine: http://www.merikartat.fi Finse marina’s en aanlegplaatsen: http://finncoast.com Zweedse marina’s en aanlegplaatsen: http://gasthamnsguiden.se (lag ook als gratis boekje in Wasa Marina): Overzichtskaart weerberichten Oostzee en Skandinavië:http://www.stockholmradio.se/kartor-ochkanalplan-vhf Vaarwijzer Scandinavie en de Oostzee; René Vleut ISBN 9789064105050 Vaarwijzer de oostelijke Oostzee; René Vleut ISBN 9789064104749 Baltische Zielen; Jan Brokken ISBN 9789045023595 Petersburg, Paradijs in het Moeras; Peter d’Hamecourt ISBN 9789054292630

44 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

Bredholmen Ruegen


Van de EJW organisatiecommissie Met z’n drieën organiseren we nu alweer een aantal jaren het eindejaarsweekend. Dat weekend was van oudsher één van de hoogtepunten van het verenigingsjaar. Traditioneel was er bij dit evenement, evenals bij de Ramsgate, een relatief hoge deelname van schepen en leden. Zoals de Ramsgateweek het begin van het vaarseizoen inluidde, markeerde het Einde Jaars Weekend min of meer het einde van het vaarseizoen. Als een soort toegift voor de echte ‘diehards’ is er later nog het snertweekend bijgekomen. Maar naar het eindejaarsweekend werd door velen uitgekeken, vooral om elkaar nog een keer op het water te ontmoeten, voordat het grootste deel van de schepen aan z’n winterslaap zou beginnen. De eindejaarswedstrijd, traditioneel één van de hoogtepunten van dit weekend, hield de gemoederen al lang van te voren bezig, zorgde naast gezelligheid voor een gezonde competitieve sfeer en was goed voor veel mooie verhalen na afloop. De laatste jaren was de belangstelling voor het EJW minder, waarbij het EJW van 2012, met slechts zes deelnemende schepen (waarvan drie van de organisatoren) en een twintigtal deelnemende leden, wel heel schril afstak tegen de enthousiaste weekenden van veel voorgaande jaren. Niet dat het niet gezellig was en dat we niet lekker gegeten hebben, maar daarvoor alleen organiseer je zo’n weekend niet. De deelname aan het EJW 2013 was beter maar zeker nog niet op het oude niveau.

EJW in het Noorden plaats vindt een Zeeuwse variant van het Waddenweekend te organiseren. Ook zou, als niet voor deze suggestie zou worden gekozen, overwogen kunnen worden om zeker gelet op de toegenomen belangstelling voor het Waddenweekend, dit weekend eens in de twee jaar tot Eindejaarsweekend te benoemen. Het andere jaar zou het EJW dan, zoals in het verleden, in de Zeeuwse Delta georganiseerd kunnen worden. We zijn benieuwd naar jullie reacties en hopen op een stel enthousiaste opvolgers. Met zeilgroeten Wim Braun Mariëtte Roozeveld van der Ven Hans van het Reenen

Mooi of lelijk weer, het EJW gaat altijd door.

Als organisatieclubje hebben we ons zelf bij de voorbereidingen voor het eindejaarsweekend 2013, een aantal vragen gesteld met betrekking tot de magere deelname van de laatste paar jaar. Hierbij die vragen en onze antwoorden daarop. Bijvoorbeeld: • Sluit de formule van het weekend nog wel aan bij de huidige wensen? Ons antwoord is ja! • Is er niet een te groot aanbod aan activiteiten? Ons antwoord is neen! • Hebben we met z’n allen nog wel behoefte aan een gezamenlijke afsluiting van het vaarseizoen? Ons antwoord is : wij denken van wel! • Durven we de competitie ( van de EJW-wedstrijd) nog wel aan? Ons antwoord is, jazeker! Onze conclusie is dus vooralsnog, dat de wat mindere deelname van de laatste jaren aan toeval is toe te schrijven en aan onvoldoende bekendheid bij heel veel (nieuwe) leden. De weg omhoog is ingezet en bijgaand verslag van Anet van den Berk zal u zeker inspireren om volgend jaar mee te doen. En dan nog het volgende: Voor ons, als EJW-organisatiecommissie, zal dit eindejaarsweekend ook een afsluiting zijn. Ons lijkt het moment aangebroken om de organisatie van dit feestelijke weekend voor 2014 en volgende jaren over te dragen aan een nieuw clubje van jonge enthousiaste leden. Daarbij willen we ook nog een overweging mee geven. We hebben inmiddels binnen PZV een aanzienlijke Noordelijke vloot. Tegen die achtergrond zou het te overwegen zijn het EJW afwisselend in het Noorden en in het Zuiden te laten plaats vinden. En om niet in herhalingen te vervallen zou je dan bijvoorbeeld kunnen bedenken, om in de jaren dat het PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

45


46 PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013


MONSTERROL NIEUWE LEDEN

Voor informatie over nieuwe leden verwijzen wij ook naar onze website. Tot en met 1 oktober hebben zich zeven nieuwe leden aangemeld: 1308 Lean Nelis Lisse info@loodgietersbedrijfnelis.nl 1309 Riewing van Eerden Den Hout riewing1969@gmail.com 1310 Madelon Simons Capelle aan den IJssel madelonsimons@gmail.com 1311 Fred Faber Zeist fred.faber@tiscali.nl 1312 Henriette van den Heuvel-Renema Waalre henriettejeannette@gmail.com 1313 Harrie van den Heuvel Waalre henriettejeannette@gmail.com 1314 Jan Bos Veldhoven jan@janbos.nl

www.pzv-zeezeilen.nl

BESTUUR Herman Van den Broek Martien Oerlemans Manfred Paradiek Maarten Roks Aaldert van der Vlies

voorzitter secretaris / secretaris@pzv-zeezeilen.nl penningmeester / penningmeester@pzv-zeezeilen.nl voorzitter activiteiten voorzitter communicatie

ZEEZEILEN / verenigingsblad van PZV Zeezeilvereniging (verschijnt minstens drie keer per jaar) Paul de Leeuw redacteur Joep Vermeulen redacteur Website / pzv-zeezeilen.nl Chiel de Jong webredacteur Bauke Sijtsma webredacteur INFORMATIE LIDMAATSCHAP, LEDENADMINISTRATIE en BOOTADMINISTRATIE Wij verzoeken U wijzigingen in Uw contact- en/of bootgegevens door te geven aan de Webmaster; deze worden dan opgenomen in adresbestanden en op de website: webmaster@pzv-zeezeilen.nl BETALINGEN Contributies, betalingen voor cursussen, oefenweekenden en advertenties in Zeezeilen gaarne overmaken naar ING 3222325, ten name van PZV-Zeezeilvereniging, met vermelding van de aard van de betaling. KOPIJ U kunt kopij voor blad en web aanleveren per e-mail aan: redactie@pzv-zeezeilen.nl. U kunt kopij en foto’s ook aanleveren per CD en opsturen aan: Joep Vermeulen, Veluwepad 27, 5691 LP, Son. Vriendelijk verzoek teksten aan te leveren in WORD, ZONDER OPMAAK, ZONDER ILLUSTRATIES en/of TABELLEN. Digitale illustraties identificeren met de titel van het bijbehorende artikel en aanleveren in hoge resolutie: minimaal 250 kB. De redactie van Zeezeilen heeft het recht de ingezonden artikelen te wijzigen, in te korten en zelfs te weigeren. De auteur is verantwoordelijk voor de inhoud van het artikel en voor de mening die er in wordt weergegeven. Die mening komt niet noodzakelijk overeen met de mening van de redactie en het bestuur van PZV. Ingezonden bijdragen, foto’s en illustraties dienen vrij te zijn van auteursrechten en PZV zal in geen enkel geval auteursrechten vergoeden. Het is niet toegestaan artikelen en beeldmateriaal uit deze uitgave over te nemen. Overname kan alleen met schriftelijke toestemming van de redactie en met vermelding van de bron. ADVERTENTIES Advertentietarieven worden op aanvraag verstrekt door de redactie van Zeezeilen.

PZV ZEEZEILEN, NUMMER 3 OKTOBER 2013

47


- RANGE CRUISER-SERIE -

STYLE IN STEEL: MEER DAN 60 JAAR PASSIE VOOR UW VAARPLEZIER

430

450 sedan variotop Jonkers Yachts, Haven Kloosternol 1, NL-4322 AK Scharendijke T: +31 (0)111 673 330 | F: +31 (0)111 673 339 | M: +31 (0)622 662 540NUMMER 3 OKTOBER 2013 PZV ZEEZEILEN, info@jonkers.org | www.jonkers.org Linssen Yachts-vertegenwoordiger in Zeeland | www.linssenyachts.com

48


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.