Zz 2003 3

Page 1

ZEEZEILEN Schipper en Schip

Jaargang 22 nummer 3, oktober 2003 www.pzv-zeezeilen.nl

Avontuur op Pampus

Jong PZV

Naar de Kanaaleilanden


Inhoud

3 Redactioneel Hans van Reenen 3 In memoriam: Henny Jurgens Hans van Reenen 4 Van de voorzitter Philip Beekman 4 Sunshine's dilemma Cisca Goedhart 6 Schipper en schip Aite en Pieter de Jong 10 Opstappers en schippers Aaldert van der Vlies 11 Masttrim Ab Pasman 14 De Chirurgijn Louis Richard 14 Captain Cook en Co 16 Schipper en haven Hans van Reenen 19 Sunshine's dilemma: de antwoorden Cisca Goedhart 20 Tholen - La Rochelle, met de Cadans Bauke Sijtsma 22 Aanbrengtocht Kanaaleilanden Martin Droogh 23 Weekend Burghsluis voor herhaling vatbaar Paul Horstman en Philip Beekman 24 Jeugdige wegbrengtocht Kanaaleilanden Ewout de Koning 25 Kanaal 77 26 24-uurs tocht IJsselmeer Yvon Holdrinet 28 Tachtig mijl met zevenmijls laarzen Haye van der Werf 32 Avontuur op Pampus Frans Jansen 34 Monsterrol 34 Colofon 35 PZV in kleur

Kalender Informele clubborrel in de Trafalgar Pub: Elke eerste woensdagavond van de maand, 20.00 uur wo 7 okt za 25 okt za 25 okt wo 10 dec

Verschijnen Zeezeilen nr. 3 sluiting kopy Zeezeilen nr. 4 ALV, 13.30 uur, Vestzak theater Son, Kerkstraat 2 Rob Bonte (Zeezeilers van Marken) over "Aanlopen van Nederlandse en Belgische zeehavens" Verschijnen Zeezeilen nr. 4

24-uurs

Tachtig mijl met zevenmijls laarzen

2

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003


REDACTIONEEL

W

at een daverende zomer hebben we dit jaar. Geschapen voor de watersport, denk ik, dat kan haast niet anders . Ik kan me het jaar niet heugen dat we avond aan avond met een goed glas wijn of een biertje in de kuip of op een terrasje tot in de kleine uurtjes konden blijven zitten zonder nat te worden of het koud te krijgen. Eindeloos toch!.

zen te verleggen. Zie wat dat betreft bijvoorbeeld de artikelen in dit nummer over de tocht naar de Kanaaleilanden . Dat wil niet zeggen dat we niet hoeven te veranderen. Onze ambitie is om als vereniging vitaal te blijven. Dat betekent

Zo enthousiast als over deze zomer ben ik ook over onze vereniging. Wat een zomer, wat een activiteiten, wat een deelname. U leest er meer over in dit nummer. Het is goed om nog eens vast te stellen dat we als vereniging ,een kleine vijfentwintig jaar na de oprichting, nog springlevend zijn. Dat we geen tekort hebben aan energie en dat we nog steeds bezig zijn met één van onze basisdoelstellingen, dat wil zeggen ervaring opbouwen en overdragen, elkaar helpen je gren-

Hans van Reenen dat we het oog gericht willen houden op de toekomst en hoe we in die toekomst nog steeds attractief kunnen zijn voor onze leden. Hoe we de spanning

erin kunnen houden. Tegen die achtergrond vinden er momenteel gesprekken plaats met een vertegenwoordiging uit onze nieuwe generatie leden. Om van hen te horen wat hun ambities zijn als het gaat om zeezeilen en wat zij wat dat betreft verwachten van hun vereniging. Dit alles tegen de achtergrond van de leus : vitaal zijn is één, maar vitaal blijven dat is de kunst. In de komende nummers van Zeezeilen zult U er ongetwijfeld meer van horen, want de vitaliteit van onze vereniging is een zaak van ons allen. Gelukkig is het seizoen nog niet ten einde. We hebben zojuist het Kommer en Kwel weekend overleefd (daarover meer in het volgende nummer) en hopelijk kunnen we nog lekker wat mijlen maken voordat koning winter zich weer meldt. Aan de vereniging zal het overigens niet liggen, met het eindejaarsweekend nog voor de boeg. Ik zou zeggen geniet er van.

Henny Jurgens Hans van Reenen

O

p 6 September jl., kort na zijn 60ste verjaardag, overleed

Henny Jurgens. Henny was sinds 1987 lid van onze vereniging. Hij was een liefhebber van de watersport en een enthousiast Centaur zeiler, die vanuit de thuishaven Balk, menig weekend met gezin of vrienden doorbracht op de Friese wateren. Daarnaast zeilde hij ook regelmatig met vrienden mee. De PZV opende voor hem de mogelijkheid om af en toe ook eens wat langer het zoute water op te gaan en vooral de eerste jaren van zijn lidmaatschap heeft hij daarvan actief gebruik

gemaakt. Eind tachtiger- en begin negentiger jaren zeilde hij een aantal jaren achtereen onder verschillende schippers de Ramsgate tocht mee. Henny was al een aantal jaren ongeneeslijk ziek. Het bericht van zijn overlijden kwam derhalve niet geheel onverwacht, desalniettemin heeft het ons diep getroffen. Wederom hebben we een goede zeilvriend verloren. Onze gedachten zijn bij zijn echtgenote Tjitske en zijn kinderen Albert en Rinske, die behalve een zeilvriend in hem veel meer verloren hebben. Wij wensen hen veel sterkte toe.

Henny Jurgens, overleden op 6 september 2003. Hij was lid sinds 1987.

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

3


VAN DE VOORZITTER

V

Van de voorzitter

olgens het KNMI kan deze zomer in Nederland zich meten met 1976 en 1947. Vier à vijf maal per eeuw hebben we zulk mooi weer. De wind heeft het niet laten afweten en we kunnen dus nu al terugblikken op een prachtig zeilseizoen. Ook in PZV-verband hebben we volop kunnen genieten, dankzij een stevig zomerprogramma, waarin voor alle soorten zeilers en op diverse locaties wat te vinden was. Over veel van deze activiteiten is elders in dit nummer te lezen. Helaas heeft Alfons Drübers bij een van onze activiteiten een knieband gescheurd. We wensen hem een voorspoedig herstel toe. Een nieuw initiatief was de aanbrengtocht naar de Kanaaleilanden. Ook over dit initiatief van Martin Droogh elders in dit nummer meer. Juist door de wat beperkte grootte van de groep was er een heel speciale en plezierige sfeer. Bij deze tocht is zichtbaar geworden dat zeilen in PZV-verband ook aantrekkelijk is voor zeilers die nog niet op middelbare leeftijd zijn!

Dit brengt ons bij een belangrijk thema voor de PZV. Zoals al meermalen onderkend, zijn we op weg naar een nieuwe fase in de levensloop van de vereniging. De leden van het eerste uur beginnen de vereniging te verlaten en jongeren nemen hun plaats in. Vraag daarbij is of de vereniging daarbij biedt wat juist voor deze groep belangrijk is. Als eerste stap

combineren met de inzichten die we elders in de vereniging tegenkomen. In de afgelopen maanden zijn we al door diverse mensen benaderd met suggesties voor nieuwe initiatieven of een andere aanpak. Juist omdat wij nu plannen aan het smeden zijn, zijn dit soort ideeën meer dan welkom. Graag een e-mailtje naar pzv@pbeekman.com. In de komende ALV hopen we de eerste conclusies al te kunnen trekken en concreet te kunnen maken.

Philip Beekman heeft het bestuur een aantal gespreksavonden georganiseerd met de jongere leden om een beter inzicht te krijgen in de mogelijkheden en verwachtingen van juist deze groep. Daarbij zal het natuurlijk niet blijven. We zullen deze ideeën

Zonder vooruit te willen lopen op de uitkomst van onze discussie, is het duidelijk dat er in de PZV heel veel mogelijkheden zijn. Daarbij zullen we ons ook moeten beperken, omdat met 250 leden niet alles aangepakt kan worden en een overladen programma ook niet zal werken. Wat wel duidelijk is, is dat we hechten aan het bijzondere karakter van PZV, waarbij een passie voor sportief zeilen op zee gepaard gaat aan een duidelijk clubgevoel.

Sunshine’s dilemma: Gebruik van krimpende wind bij de kust Zeiltechnisch vraagstuk nr. 12

veel zal verschillen. We gaan er vanuit dat de baan Noord-Zuid ligt.

D

eze keer behandelt Sunshine’s dilemma een vraagstuk over welke koers het beste kan worden gevaren bij te verwachten draaiing van wind bij de kust of een oever. Er wordt een upwind-downwind wedstrijdje gevaren met een baanlengte van circa 2,5 mijl. De wind bij de start is pal zuid. De bovenwindse ton ligt niet ver van land af, waardoor zich in de laatste mijl van de baan het land-/watereffect in verband met wrijvingsverschillen voordoet. Het is bovendien in het najaar en bewolkt, zodat gedurende de wedstrijd de temperatuur boven zee en land niet

4

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

DE VRAGEN Vraag 1: Wat zal de wind in de buurt van het land doen? Vraag 2: Wat betekent dat voor de tactiek naar de bovenboei? Vraag 3: Welke slagen kiezen we hierdoor naar de benedenboei (er wordt afgekruist om niet plat voor de wind te hoeven varen)?

Cisca Goedhart

DE OPLOSSING OP PAGINA 19


ADVERTENTIE

Ertveldweg 5, (tussen Trintella Shipyard en jachthaven de Viking) 5231 XA, ‘s-Hertogenbosch, Telefoon: 073-6426114, Fax: 073-6414239. U kunt ook telefonisch of per fax prijs opvragen en bestellen. Wij zenden ‘t dan snel naar u toe.

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

5


SCHIPPER EN SCHIP

Schipper en schip Aite en Pieter de Jong varen al bijna 20 jaar met een Annies maar alleen de naam bleef dezelfde.

Aite en Pieter de Jong

D

e naam Annies is in 1984 ontstaan toen wij onze eerste kajuitzeilboot kochten. Varend in Friesland, indertijd nog zonder mobieltjes, moest je een duidelijke herkenbare naam hebben op je schip. De AN komt van de moeder van Aite, n.l. Annetje, en Pieter zijn moeder heette Niesje. Ziedaar, de naam Annies ontstond. In onze achtertuin liggen nog de Annieske en de Nieske te wachten op mogelijk hergebruik door kleinkinderen. EEN STACARAVAN BIJ TERHORNE Pieter en ik varen sinds onze jeugd en zijn beiden begonnen met een 16m². Toen wij elkaar 27 jaar geleden leerden kennen, beiden als zeilinstructeur op Krekt oer’t Wetter in Uitwellingerga, had Pieter zijn boot op het Nieuwe Meer bij Amsterdam liggen. Mijn 16m² lag in Grou, Friesland. Twee boten ver weg van Valkenswaard werkt dus echt niet. We stortten ons op een nieuwe uitdaging, het windsurfen. Na veel wedstrijden meldde zich een baby aan en moesten we de toekomstige vaarplannen aanpassen. Anderhalf jaar na Femke kwam Sjoerd en met twee kinderen in de luiers besloten we voor enig comfort te kiezen; een stacaravan bij Terhorne. Drie jaar aan de wal in een stacaravan met zicht op het Sneekermeer met een zeilbootje, een roeibootje en surfplanken erbij was genoeg. DAARNA EEN TORNADO De caravan verdween en we kochten

6

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

onze eerste Annies. Dat was een Tornado, een 25 voets kajuitzeiljacht, dat ons veel ervaring heeft bijgebracht. De eerste Annies was uitgerust met een Vire benzinemotor. Om te voorkomen dat je een benzinedampexplosie bij het starten kreeg moest voor het starten eerst de motorruimte geventileerd worden. Verder had de motor wat kuren. Als we een eind op de motor gevaren hadden en we minderden gas als we bij een

brug of sluis kwamen, dan sloeg hij vaak af. We moesten dan eerst weer starten voordat we achteruit konden slaan. Gelukkig wilde de motor dan wel weer starten. Verder was deze boot slecht geïsoleerd, waardoor bij een regenbui de condensdruppen aan het plafond en de wanden van de kajuit hingen. Er waren ook wat kleine lekkages maar we hebben met deze eerste Annies alle hoeken van de Friese meren gezien.


SCHIPPER EN SCHIP

DE BOOT GROEIDE MEE De boot groeide met de kinderen mee (of andersom) en de tweede Annies, een Fellowship 28, werd gekocht. Een Fellowship heeft niet te veel tuig, 1.20 m diepgang en is solide en zwaar. Het ondertuigde karakter was een goede keus, want de nog kleine kinderen hadden niet veel houvast in vlagerig weer. Met een optimist erbij werden de vakanties alleen maar leuker. De eerste keer dat je een kind alleen ziet wegvaren is een moment om nooit te vergeten. Trots en tegelijkertijd ook bezorgd. Met onze Fellowship zijn we voor het eerst de Wadden opgegaan. Zout water en stroom. Hoe zou dat zijn. Onze eerste tocht naar Vlieland verliep anders dan het advies dat we van ervaringsdeskundigen hadden gekregen. We zouden met stroom mee moeten varen, maar het was mooi weer en wij vonden dat het ook wel anders kon. Voldoende water onder de kiel en lekker zeilend met een goede wind - maar stroom tegen - liepen we Vlieland aan. OP HET ZOUTE WATER Deze eerste kennismaking met het zoute water heeft ons veel geleerd over hoe we om willen gaan met de zee. Ogen en oren de kost geven en goed luisteren naar anderen zijn prima zaken. Vervolgens maken we onze plannen en varen zoals wij vinden dat we het verantwoord kunnen doen. Dit leidt de ene keer tot uitvaren op een geheel aanvaardbare tijd, maar soms ook tot een wat eigenzinnig gedrag. Het feit dat wij beiden kunnen zeilen en elkaar kunnen vertrouwen onder elke omstandigheid heeft een groot voordeel.. Twee zeilers - niet persé twee schippers - op een schip is voor ons een voorwaarde om veilig te kunnen zeilen. We zijn het lang niet altijd eens, maar elke (soms heftige) discussie geeft ons meer inzicht in onze mogelijkheden. Overigens, Pieter en ik hebben redelijk wat zeilervaring, maar een flinke storm op zee hebben we gelukkig nog nooit hoeven te doorstaan. GROOT IS WAT ANDERS DAN VEILIG Na een aantal jaren werd de Annies steeds kleiner. Of was het zo dat de andere boten steeds groter werden? Met onze Fellowship werden we in de havens naar de hoek van ‘de kleine bootjes’ gedirigeerd. De vloot op de Nederlandse wateren vertoonde een sterke groei, geholpen door de aantrekkende economie.Daarbij liepen we steeds meer aan tegen het verschijnsel dat mensen onvoldoende voorbereid

en toegerust op groot water gaan varen. Bij grotere schepen met slechts vaak één goede zeiler aan boord (meestal de man) vragen we ons vaak af wat er gebeurt indien de schipper ziek wordt of in het ergste geval overboord valt. De regel: een schip is net zo zeewaardig als haar bemanning gaat nog steeds op. DE DERDE ANNIES Nu naar ons huidige schip: ook wij groeiden wat mee en kochten voorjaar 2000 onze huidige Annies, een Feeling 1040. L.o.a. 10.65, breedte 3,60 en diepgang 1,80. We varen er nu voor het vierde seizoen mee. Een zeer goede zeilster die zich gemakkelijk laat leiden, maar met een eigen karakter. Zij voldoet aan de meeste eisen die wij stellen, n.l. een stuurwiel (langere tijd sturen in zware omstandigheden), een negatieve spiegel met een klein platform (om iemand bij zijn kraag te kunnen pakken wanneer hij/zij in het water ligt), een ruime achterkajuit met een goed instap (maakt naar het toilet gaan ‘s nachts mogelijk zonder de ander wakker te maken. Dat er daarnaast een goede boiler is, een hetelucht kachel en een zeer ruime kajuit is mooi meegenomen. Voor het eerste vaarseizoen hebben we bijna al het lopend want vervangen. Vallen, reeflijnen etc. waren te dik en stug en liepen slecht. Na het vervangen van de leuvers van het grootzeil ging dat ook weer sneller omhoog en omlaag. Ook hebben we direct een high aspect fok laten maken. Voor ons allemaal zaken die vooral met veiligheid te maken hebben. KWETSBAAR IN DE SHIPPING LANE In de winter van 2001-2002 hebben we ons geamuseerd met het verwijderen van schroefas en lagers, waarbij het lager onder het schip de meeste weerstand gaf. Het aanbrengen van de nieuwe lagers en de schroefas was relatief gemakkelijk. In 2002 kwam de gennaker van 80 vierkante meter en dit jaar hebben we een nieuwe genua 3 gekocht omdat onze 16 jaar oude fok zwakke plekken begon te vertonen. In 2001 kochten we na een zeer mistige tocht van Eastbourne naar Boulogne een radar. Midden in de shipping lane en zo’n 50 meter zicht maakt dat je je heel klein en kwetsbaar voelt. Gelukkig werden we Boulogne binnengeloodst door een ander schip met radar. Onze JRC 1000 heeft op de mistige Ramsgatetocht van 2002 duidelijk zijn dienst bewezen. Ook bij het oversteken naar Engeland met helder weer geeft hij precies aan hoever de verschillende sche-

pen van ons af zijn en of ze voor of achter ons langs gaan. Veiligheid staat bij ons nummer 1, 2 en 3 en elk jaar proberen we de Annies te verbeteren op dat punt.

HEEN EN WEER Onze Annies ligt ‘s winters in Eindhoven op de wal. Dit jaar gezellig naast de Maran van Martin Droogh. We voeren haar vroeg in het seizoen, via Rotterdam - IJmuiden, naar Enkhuizen, onze vaste ligplaats in de Buijshaven. Bij het pas in gebruik genomen Naviduct voeren we bijna op een onverlichte betonnen meerstoel die ze daar als golfbreker neergelegd hadden. In mei ondernam de Annies binnendoor de tocht van Enkhuizen naar de Roompot, om zich aan te sluiten bij de Ramsgatevloot. De staande-mast-route bracht ons samen met de Amadeus net op tijd bij de Roompot Marina om de inwijdingsborrel van de vlootvoogd mee te pakken. Het kostte ons twee dagen en een nacht met regen en ZW-wind tegen. Wat wij al niet voor een borrel over hebben! Op 1 juli vertrokken we voor de tweede keer uit Enkhuizen richting Roompot. Het IJsselmeer kleurde zo nu en dan zwart van de dikke buien. Een enkele onweersklap liet zich horen. De wind was zuid west en varieerde tussen 3 en 7 Bft. Met genua 3 probeerden we de Annies in toom te houden door steeds zeil te meerderen en te minderen. Een tweede rif in het grootzeil. De beruchte IJsselmeergolven stoppen PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

7


SCHIPPER EN SCHIP

onze vaart zo af, dat we net na vieren bij de Schellingwouderbrug aankomen. De brug draait niet tussen 16.00 en 18.00 dus mooi de tijd om te koken. Met een volle buik door de brug en Oranjesluizen verder richting IJmuiden. We duiken bij de Watersportvereniging IJmond de haven in (scheelt 10 euro met Seaport IJmuiden) en gaan de volgende ochtend door naar IJmuiden. Het weerbericht voorspelt west 6 voor de volgende dag met veel buien. We besluiten de genua te vervangen door de high aspect fok. Wanneer we de volgende ochtend uitvaren ziet alles grijs. De wind blaast behoorlijk door en we hebben flink wat motorvermogen nodig om tussen de pieren van IJmuiden door te komen. Een groot zeeschip vaart tegelijkertijd naar binnen, zodat we de golven recht op de kop moeten nemen. De Annies houdt zich voorbeeldig. Met een vrij rechte voorkant snijdt zij de golven even aan en vaart er dan goed tegen op. Natuurlijk komt er wel eens een golf over, maar wij zeiltoeristen hebben een buiskap en deze bewijst goede diensten. Buiten de pieren vallen we af richting Scheveningen en met een gemiddelde van 7,5 knoop vaart de Annies in ruim 3 uur naar Scheveningen. In Scheveningen blijken velen te zijn blijven liggen. Ook de volgende dag blijft de westenwind behoorlijk doorzetten en we varen met west 6 Bft. naar de Roompot. Stroom mee naar het zuiden en ook nog naar binnen. Weer zien we op de hele weg, net als de vorige dag, slechts drie andere boten. DE KANAALEILANDEN V.V. Dit jaar met de PZV naar de Kanaaleilanden leek ons een goed plan. Met vier boten snel doorvaren naar Cherbourg en dan direct door naar Guernsey. In drie dagen ben je op je vakantiebestemming. Ook het idee van een aanbrengtocht is erg goed. Aangetrokken door de wat langere tocht waren de jongeren (onder de 40) dit keer duidelijk in de meerderheid. Gezelligheid aan boord en doorzeilen en dan doorzakken tot in de late uurtjes op de plaats van bestemming lijkt de toekomst van de PZV. Na een schitterend vuurwerk in St. Malo op de 14 juli ging iedereen met een gewijzigde bemanning zijns weegs. Wij vervolgden via Guernsey, Sark en Alderney onze weg naar Plymouth. In deze mooie zomer hebben we daar toch nog wat regendagen gescoord. Coasthoppend langs de zuidkust van Engeland hebben we onze vakantie in Texel afgesloten met een hittegolf. 8

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

Pieter en ik beschouwen ons schip als een ruime tweepersoonsboot. Een beetje extra ruimte is welkom en je moet in de voorpunt ook nog wat zeilen kwijt. De dinghy ligt bovenop achter het want en is snel gebruiksklaar te maken. We hadden met de Ramsgate, de Kanaaleilanden aanbrengtocht, de 24 uurs en het IJsselmeerweekend steeds PZV-opstappers aan boord. Op 24 juli horen we op weg van Plymouth naar Torquay een may-day van een zeiljacht in de buurt, dat snel water maakte. Reddingsboot en helikopter werden gealarmeerd en een rescue-operatie werd gestart. Dit doet elke schipper weer even stilstaan bij de gevaren die hij kan tegenkomen. We hebben een vlot, 2 x GPS, radar, marifoon, drijvende reddingsmiddelen, navtex, extra marifoonnoodantenne, stroboscoopflitslicht, noodvoorraad water en allerlei pijlen en rooksignalen aan boord. Bij de SARoperatie werd er gevraagd of het schip in nood, naast een vlot en noodsignalen, ook een handheld marifoon had. Die hebben wij dus niet. DIT JAAR ZO’N 2500 MIJL GEVAREN Aan boord van de Annies kwam het gesprek natuurlijk weer op veiligheid en

over de noodzaak van een handheld marifoon (in Nederland slechts toegestaan met een marcom B diploma) en een handheld GPS, te gebruiken voor in het reddingsvlot. Hoe ver gaan we met onze veiligheid en wat kunnen al deze middelen daartoe bijdragen? De meeste van bovenstaande zaken hopen we nooit te gebruiken en we doen er alles aan om goed en verantwoord te zeilen. Vaak betekent dat reven of de motor gebruiken om snelheid te maken. De Annies is een snelle zeilster en op de tocht van Alderney naar Brixham liep zij als een lammetje over de swell van


SCHIPPER EN SCHIP

10 voet. Haar vrij steile voorsteven snijdt de golven goed aan en het hele schip wordt rustig over de golven heengezet. Met halve wind schiet zij er als een jong veulen vandoor, waarbij je haar teugels soms een beetje de ruimte moet geven. Eerst aanvoelen waar zijn heen wil en dan laten merken dat jij uiteindelijk de baas bent maakt dat voor ons de Annies geen levenloze plastic bak is, maar een raspaardje dat je met gevoel moet leiden. Eind augustus varen we voor de tweede keer de ‘24 uurs’ van het IJsselmeer. Een uitdaging voor iedere zeiler met als doel je eigen prestatie te meten met die van anderen. De Annies, gewapend met goede adviezen van Ab Pasman over het onderlangs inhalen, heeft ook dit jaar weer haar uiterste best gedaan om zo veel mogelijk mijlen te maken. Met een gemiddelde snelheid van 6.25 knoop in 24 uur haalden wij op de GPS 150 mijl. Dat wij zelf het niet perfect deden geven de toegewezen mijlen aan, n.l. 145. Door een minder goede planning en een wat vroeg draaiende wind hebben we ongeveer 5 mijl verspeeld. Volgend jaar beter. Aan het eind van het seizoen halen we de Annies naar huis omdat anders

het onderhoud te veel reistijd vergt. Dat betekent via zee naar Stellendam, in Strijensas de mast eraf en dan via het Wilhelminakanaal naar de Beatrixhaven in Eindhoven. Zoals het er nu uitziet hebben we dan dit jaar (aan het eind van dit seizoen) zo’n 2.500 mijl gevaren. Het gegeven dat we beiden de

boot even goed kunnen varen maakt dat we langzamerhand onze grenzen wat verleggen. We moeten echter rekening houden met het feit dat wij, net als de PZV, steeds ouder worden. We hopen nog jaren in staat te zijn met onze Annies veel mooie tochten te maken.

I.M.S. Industry and Marine Supplies Importeur onderdelen scheeps- en camperbouw Blankensteijn 18 5321 GN Hedel Telefoon 073-5994703 Fax 073-5994604

KORTING 15-40% bij een minimaal aankoopbedrag van fl. 120,PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

9


OPSTAPPPERS EN SCHIPPERS

Opstappers en schippers Het kon niet uitblijven, na een artikel over schippers en opstappers verschijnt nu een reactie van een opstapper. Over mensen met prachtige verwachtingen, die iedere keer weer ervaren dat een vooruitzicht iets anders is dan een uitgestelde verwachting.

Aaldert van der Vlies

I

edereen kent het stereotype beeld van de schipper: die rust uitstralende glimlach van je eerste kleuterjuf (maar dan gestoken in een door ervaring versleten zeilpak) op de allereerste dag van binnenkomst.; uitgerust met een eigen schip, marifoon, GPS, al dan niet werkende radar en vooral veel kennis. Een dubbele bodem vol flessen voor de een en de ander, een gemariniseerde autoradio en een recent gekeurd reddingsvlot op het kajuitdak maken het beeld compleet. En dat alles met een naar timing strevend gemoed, want niets is mooier dan het moment waarop “de vijf in de klok” staat. Daarnaast is er natuurlijk ook zo’n beeld van de opstapper: kalm antichambrerend in afwachting van het door diverse artikelen in ‘Zeezeilen’ opgeroepen beeld, de nieuwe GPS aan een veiligheidskoordje om de hals en beschaamd beseffend dat het grote weten nog moet beginnen. Vanzelfsprekend klopt dat beeld of is het vrijwel volledig juist. Als opstapper heb je niet of slechts zelden als schipper gevaren. Aan jouw tochten heb je dus slechts vage herinneringen overgehouden betreffende schippers, her-

10

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

inneringen die zeker geen voer voor psychologen vormen. HET WENSENPAKKET Om het gezamenlijke project van een meerdaagse zeiltocht tot een goed einde te brengen dienen de bemanningsleden over een paar kwaliteiten te beschikken. Kwaliteiten, die afhankelijk zijn van het uit te voeren plan. Het maakt nogal wat uit of je met vrienden een weekend in de passantenhaven van St.Nikolaasga denkt door te brengen of dat je in het late voorjaar een week op elkaars lip zit tijdens een tocht op zout water die hoge eisen stelt aan alle deelnemers. Van de opstapper wordt verwacht dat hij met een zekere terughoudendheid voortdurend overal en altijd in de kuip aanwezig is. Hij dient echter vooral door zijn aanwezigheid de schipper de kans te geven zijn kennen en kunnen te tonen. Hij is gast, wordt niet geacht over een probleemoplossend vermogen te beschikken, weet de schipper te vermaken en dit niet in de laatste plaats door voortdurend alles schoon te houden. De schipper daarentegen is nooit debet aan een mindere sfeer en is een deskundige in participerend onderzoek. Omdat het altijd goed weer is weet je vooraf hoe zo’n tocht zal verlopen. Je treft een sterke schipper, ongevoelig voor zeeziekte of andere het humeur beïnvloedende kwalen. Omdat het gezegde “wie verre reizen doet kan veel verhalen” zijn eigen waarheid kent, is de uitwisseling van ervaringen een nuttige gedachtewisseling. De schipper is dankzij het frequente gebruik van zijn schip geheel vrij van elke vorm van stress en is derhalve de katalysator in een overigens homogene bemanning. Wanneer ik met een onbekende enkele dagen uit varen ga ben ik in het geheel niet verbaasd als hij mij de ruimte laat om eerst mijn eigen kennen en kunnen te tonen. Omgekeerd kan ik mij de frustratie van een schipper voorstellen als zo’n opstapper niet onmiddellijk handelt, zoals hij als schipper altijd doet. Dat de opstapper daarbij handelt volgens een gemiddelde van handelingen, in de geest van zoals een dozijn voorgaande schippers hem geleerd heeft, doet immers niet ter zake?

SCHETS VAN EEN SCHIPPER Diverse organisaties in de watersport bieden een breed scala aan educatief cursusmateriaal aan waarmee een potentiële schipper zoveel kennis kan vergaren dat hij na het behalen van de nodige diploma’s het liefst meteen als Hoofd der School zijn vermogen tot kennisoverdracht in praktijk wil brengen. En dat hij als hij dat niet kan toch minstens enige faam wil verwerven als de Dr. Spock van zeilminnend Nederland. Hij stelt zijn kennis vanaf dat moment om niet ter beschikking van schip en bemanning en is daarmee verzekerd van het welslagen van iedere tocht. Naast ervaring is er ook nog zoiets als kennis en dat zit, tenminste in theorie, wel goed. Jaren ervaring ligt hij voor op een willekeurige opstapper, waarbij een grootmoeder wiens overgrootvader nog op de rede van Vlissingen Michiel de Ruyter heeft uitgezwaaid garant staat voor een succesvolle schippersrol. Een aardig voorbeeld van een succesvolle mix tussen praktijk en theorie deed zich enkele jaren geleden voor. Een bemanning van opstappers kreeg aan dek ieder zich voordoende taak toegewezen. Omdat enige vertrouwdheid met het hen onbekende schip werd vóórondersteld, kon aan het eind van de korte reis worden vastgesteld dat een ieder overal bij betrokken was geweest maar nergens mee vertrouwd was geraakt. DE VAARTOCHT, EEN GROEPSGEBEUREN Alhoewel de schipper uit ervaring weet hoeveel proviand voor vijf personen gedurende twee weken nodig is, betekent dat niet dat hij ook geacht wordt de boodschappen te doen, te betalen en aan boord te brengen. Iedere zichzelf respecterende opstapper zou daar enigszins rekening mee dienen te houden. Datzelfde geldt voor het uitzetten van de tocht en de daarmee gemoeide waypoints. Er is niets op tegen om als betrekkelijke nieuwkomer te zeggen dat je iets niet snapt en te vragen of de kortste route van A naar B nog eens kan worden uitgezet. En als een dergelijke participatie niet (b)lijkt te kloppen met het verwachtingspatroon dat je als opstapper meende te mogen hebben, dan is de schipper daarop aanspreekbaar. En soms niet. Het doet me denken aan


MASTTRIM

die ervaren zeerot die aan zijn onervaren bemanning toonde hoe hij het schip solo zeilde en bestuurde. Met zijn lengte van 2.10 meter kon hij, zittend in de kuip, met zijn voetzool het stuurwiel moeiteloos bedienen. Dat zou dus

iedere opstapper aan het eind van de reis ook moeten kunnen. Dat een bedeesde opstapper met een lengte van 1,75 meter aan het eind van de reis het zweet onder zijn voeten en op het hoofd had staan laat zich raden.

Bepalend is de bereidheid van een ieder om oude gewoonten zonodig in te ruilen voor nieuwe. Dit alles onder het Olympische motto: “Begrijpen is belangrijker dan lezen!”

Masttrim

Ab Pasman INLEIDING Het resultaat van een goede masttrim is een in zijwaartse richting kaarsrechte mast en een strak voorstag zonder doorbuiging. Een goed getrimde mast staat recht op de boot. De top staat, in zijdelingse richting, recht boven de mastvoet. Onder de top staat een rechte mast en onder zeil blijft deze recht. Hoe we de tuigage daarvoor moeten trimmen staat vermeld in de inhoud van dit artikel. Afhankelijk van het type tuigage zijn er verschillen in de werkwijze. De basisprincipes zijn echter gelijk. Ik beperk me hier tot twee veel voorkomende tuigages: ‘masttop’ en ‘fractioneel’ met gepijlde zalingen. Langsscheeps staat een mast één tot drie graden achterover. Deze zogenaamde valling beïnvloedt de loef- of lijgierigheid van het schip. Grotere valling betekent afnemende lijgierigheid c.q. toenemende loefgierigheid. Mastbuiging is een derde aandachtspunt. Vooral op wedstrijdschepen willen we in langsscheepse richting liefst een flexibele mastbuiging om de vorm van het grootzeil aan te kunnen passen aan wind en koers. STAAT DE MAST RECHT? Hoe meet ik of de mast recht staat, en andere trucjes. Om te checken of de mast verticaal op

de boot staat meten we met de grootzeilval de afstand tot een vast punt dwars van de mastvoet. Als de top in het midden staat is de afstand aan bakboord en stuurboord gelijk. Ook de valling van de mast meten we met de grootzeilval. De valling is het aantal centimeters dat de top naar achteren staat. Verzwaar de val met bijvoorbeeld een puts water en laat deze recht naar beneden hangen. Meet de afstand tussen het punt waar de val de giek raakt en de mast. Dit is de maat die we nodig hebben. Valling (in cm) = 0,0175 *valling (in graden) * mastlengte (in cm) De spanning op de wanten kan gemeten worden met een stagspanningsmeter maar we kunnen ook zonder de absolute waarde. Wat we wel nodig hebben is een middel om een eenmaal ingestelde trim te kunnen reproduceren. Daarvoor bestaan verschillende methoden. Zelf meet ik met een stalen meetlint de afstand van de bovenkant van de wantspanner tot de putting op het dek. Een andere mogelijkheid is het merken of tellen van het aantal vrije slagen op de spanner. Noteer wel de stand op beide schroeven. Het spannerhuis zit de volgende keer vast niet op dezelfde

plaats. Mastbuiging meten we ook weer met de grootzeilval. Bevestig daarvoor de val op de lummel en zet strak door. De maximale afstand tussen deze strak doorgezette val en de mastgroef is de mastbuiging uitgedrukt in centimeters. TRIMPROCEDURES De trimprocedures voor het masttopen het fractionele tuig zijn verschillend. Het grote verschil tussen beide is dat bij de masttop, langsscheeps, de mast door voorstag en achterstag geschraagd wordt. Bij fractioneel is dit niet zo. Daar hebben de zijwanten een dubbelfunctie. Zij zorgen ook voor de achterwaartse schraging. Daartoe ligt het aangrijpingspunt op dek wat achter de mast. Bij een fractioneel tuig is het achterstag er voor de zeiltrim en niet voor de schraging. Voordat we aan het trimmen zelf beginnen nog iets over de naamgeving van de verstaging. Bij het eenvoudigste tuig met één stel zalingen spreken we over topwanten en onderwanten. Bij meerdere zalingen is een meer generieke omschrijving nodig. We spreken dan van verticalen en diagonalen. In dit artikel beperken we ons tot maximaal twee stel zalingen en gaan we hier niet verder op in. Bij twee stel zalingen noemen we de bovenste diagonaal het middenwant. We zijn nu klaar voor het trimmen van de mast. Uitgangspunt is, dat de mast, al of niet eerder getrimd, op de boot staat. Alle wanten hebben we maximaal los gezet. We beginnen met een schone lei. Eerst bespreken we het masttoptuig en dan het fractionele tuig. MASTTOP TUIGAGE Stap 1. Top in het midden Zet op het oog het stuurboord en bakboord topwant op gelijke lengte. Zet het spannerhuis zo dat er op de bovenste en onderste schroef evenveel instelruimte is. Onderwant en eventuele andere diagonalen geheel los. Draai de spanners PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

11


MASTTRIM

met de hand aan. Als de top niet in het midden staat (meten zie boven) verstellen we de spanners net zo lang totdat de top wel in het midden staat. Houdt daarbij de spanning in de wanten constant. Werk bijvoorbeeld met 2 slagen tegelijk. Wat je er aan één kant bij doet doe je er aan de andere kant af, net zolang totdat de top in het midden staat. Voer nu verder de spanning tot handvast op. LET OP. Vanaf nu aan beide zijden steeds evenveel, dan blijft de top in het midden. Stap 2. Voor en achterstag Vervolgens brengen we het voor- en achterstag op spanning. Maak deze gelijk aan het topwant. Met de lengte van het voorstag bepalen we de valling van de mast. De meeste schepen zijn ontworpen voor één graad valling. Dat is voor een 12 meter lange mast (lengte bovendeks) 21 centimeter. Begin daar dus altijd mee. De lengte van het voorstag kunnen we instellen door de voorstagspanner meer of minder in te draaien. Er kan ook een plaatspanner gemonteerd zijn met een aantal instelgaten. Bij de mast van 12 meter komt 5 cm voorstaglengte overeen met ongeveer één graad valling. Na het instellen van het voorstag kunnen we het achterstag spannen. Pas de valling alleen aan als daar uitdrukkelijke redenen van lij- of loefgierigheid voor zijn. De trim-procedure moet dan in z’n geheel opnieuw doorlopen worden. Stap 3. Wanten op spanning De derde stap is het op spanning brengen van de wanten. Eerst het topwant. Werk met 2 tot 3 slagen per keer en boord voor boord. Gebruik gereedschap. Stop wanneer het echt zwaar begint te

gaan. De rest zullen we onder zeil moeten doen. Vervolgens zetten we vooren achterstag op dezelfde spanning als het topwant. Als laatste komen de diagonalen aan de beurt. Deze moeten niet alleen gespannen worden, maar er ook voor zorgen dat de mast onder belasting recht onder de top blijft staan en geen bochten gaat vertonen. Als een mast twee stel zalingen heeft, trimmen we eerst het middenwant. Bij de diagonalen werken we altijd van boven naar beneden. Zet de bovenste diagonaal handvast. Dat is voorlopig voldoende. Er kan nu een bocht in de mast gekomen zijn omdat de twee diagonalen niet even lang zijn. Daarom controleren we tijdens het aandraaien de rechtheid van de mast door langs de mastgroef omhoog te kijken. Een bocht trimmen we er uit door in gelijke mate de ene kant losser en de andere kant vaster te zetten. Doe dit in kleine stapjes van één of een halve slag per keer. Vervolgens gaan we met het onderwant aan de slag. Breng ook dit op spanning. Het onderwant behoeft meer spanning dan het middenwant, maar minder (80%) dan het topwant. Dit om wat mastbuiging toe te staan en als compensatie voor de rek in het topwant. Ook nu weer checken we regelmatig of de mast recht blijft. Indien dit niet zo is corrigeren we weer door eerst het want aan de bolle kant een slag losser te zetten en gelijktijdig de andere kant een slag vaster, net zolang totdat de bocht eruit is. Vervolgens voeren we de spanning verder op tot het vereiste niveau, waarbij we de rechtheid van de mast in de gaten blijven houden. Indien nodig voeren we verdere correcties uit. Bij een steekmast sluiten we deze stap af met het fixeren van de mast in de dekdoorlaat. Met rubberen of houten keggen zetten we de mast zowel in langsals dwarsrichting vast in het mastgat. Stap 4. Op spanning onder zeil Nu zijn we klaar voor de ‘fine tuning’ op het water. Er staan ons twee dingen te doen. We moeten de wanten verder op spanning brengen en ervoor zorgen dat de mast ook onder zeil recht blijft. De beste condities zijn vlak water bij windkracht 3. Handig is om voldoende bemanning mee te nemen, zodat één persoon zich volledig op de afregelingen kan concentreren. Criterium voor de juiste spanning is dat bij 20 tot 25 graden helling de lijwanten juist niet loskomen. Daarvoor gaan we aan de wind varen.

12

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

Windkracht 3 zal ongeveer de gewenste helling opleveren. Vaar eerst over bakboord en verhoog de spanning in het lij-topwant met 2 slagen. Dit gaat gemakkelijk, omdat er op het lijwant weinig spanning staat. Ga overstag en geef het stuurboord lij-topwant hetzelfde aantal slagen. Herhaal deze procedure totdat het lij-topwant nog net onder spanning blijft. LET OP. Met evenveel slagen aan beide zijden, blijft de top in het midden. Het topwant staat nu goed.

Vervolgens zijn de diagonalen aan de beurt. Begin weer met de bovenste. Voer op dezelfde manier als bij de topwanten de spanning op. Eén slag per keer werkt waarschijnlijk het beste. Ga door tot de lij-diagonalen ook geen slack meer vertonen. Het zal blijken dat de diagonalen minder spanning nodig hebben dan het topwant. Stap 5. Onder zeil ook nog recht? Staat de mast onder zeil ook nog recht onder de top? Als de spanning op de diagonalen niet juist is, zal de mast onder belasting bochten vertonen. Bij te weinig spanning buigt de mast weg naar lij, bij teveel spanning naar loef. Bij een dubbel stel zalingen kunnen we soms zelfs een S bocht zien. Het ene stel wanten heeft dan teveel spanning en het andere te weinig. Laatste kleine correcties zijn nodig om ook deze problemen op te lossen. Afhankelijk van de bocht moeten we daarvoor de spanning in de diagonalen aanpassen. LET OP: aan beide zijden evenveel vaster of losser. De onderlinge lengte is goed. Daar hebben we bij stap 3 al voor gezorgd. Nu gaat het uitsluitend om de juiste spanning. Buigt bijvoorbeeld het midden van de


MASTTRIM

mast iets naar lij (mast met één zaling) dan moet het onderwant wat meer spanning hebben. Buigt de mast naar loef dan is er te veel spanning. Deze laatste correcties kunnen tijd kosten, vooral in het geval van dubbele zalingen. Het middenwant kunnen we alleen aanpassen voor de wal. Dus misschien moeten we een paar keer heen en weer, voordat de mast echt goed staat. Bij masten met meer zalingen kan het moeilijk zijn om te zien waar de bocht precies zit. Zeker in het geval van een S-bocht. Concentreer dan zoveel mogelijk op de hartpunten van de zalingen. Probeer deze recht onder de top te krijgen. Voor de wal is er een truc. Je zet de grootzeilval strak door op het lummelbeslag. Zo krijg je een strakke rechte lijn waarlangs je gemakkelijker kunt zien waar de bocht zit. Stap 6 Voorstag en achterstag Hoeveel spanning zet ik op het voorstag? We bepalen dit proefondervindelijk, varend in eerder genoemde condities. Eerst geven we drie tot vier cm loos op het achterstag. We zien het voorstag doorzakken. Laat nu iemand het achterstag aandraaien en kijk hoe de doorzakking vermindert. Eerst zien we de doorzakking afnemen evenredig met het doorzetten van het achterstag, vervolgens minder en bij nog meer spanning niet meer. Op het moment dat de doorzakking niet meer afneemt is de juiste en maximaal zinvolle spanning bereikt. Meer spanning buigt de boot, terwijl de doorzakking niet vermindert. Markeer dit punt zorgvuldig en check enkele malen per jaar op veranderingen, want boten worden op den duur slapper. Dit sluit de trimprocedure voor een masttop tuigage af. De tweede procedure die ik hier wil bespreken is het fractionele tuig met gepijlde zalingen. Dit tuig komt veel voor op moderne snelle toerzeiljachten. FRACTIONEEL TUIG Stap 1. Top in het midden Als bij de masttop. Stap 2. Voor en achterstag Bij dit tuig is de functie van de achterstag niet om de mast te schragen, maar dient deze uitsluitend voor de zeiltrim. De mast wordt achterwaarts geschraagd door de topwanten die daarvoor achter de mast aangrijpen en voorzien zijn van gepijlde zalingen. In deze stap stellen we de lengte van het voorstag in voor

de gewenste valling. In het algemeen heeft het dekbeslag daarvoor een plaatspanner met een aantal posities. Begin met één graad valling. Stap 3. Wanten op spanning Voordat we de wanten gaan spannen zetten we het achterstag flink door. Met het achterstag trek je namelijk het aangrijpingspunt van voorstag en zijwanten niet alleen naar achteren, maar ook

derwant. De mast wordt weer rechter. Verhoog de spanning totdat de buiging terug is naar het gewenste aantal centimeters. Als we nu het achterstag los gooien, strekt de mast zich, wat een aanzienlijke verhoging van de spanning in de wanten tot gevolg heeft. We zijn nu klaar voor de finale test onder zeil. Voordat we gaan zeilen, checken we nog wel even of de mast dwarsscheeps recht onder de top staat. Indien niet, dan trimmen we de bochten er uit op de wijze die bij masttop-stap-5 beschreven is. Fixeer tenslotte de mast in de dekopening. Stap 4 Op spanning onder zeil Het opvoeren van de spanning in het topwant en de diagonalen verloopt als bij de masttop-tuigage. Bij een fractioneel tuig vereist het topwant meer spanning om slap hangende wanten en/of voorstag onder zeil te voorkomen. Daarentegen zal het onderwant wat losser mogen staan om de gewenste permanente mastbuiging mogelijk te maken. Denk er wel om dat het achterstag bij het trimmen flink op spanning dient te staan.

naar beneden. Dit heeft een averechts effect op de spanning van het topwant, die afneemt. Daarom moeten we het zijwant trimmen met maximale spanning op het achterstag. Dus allereerst het achterstag aanspannen. Door de gepijlde zalingen ondersteunt het topwant de mast zowel zijwaarts als achterwaarts. Als de spanning toeneemt drukken de zalingen het midden van de mast naar voren. Het effect van de diagonalen is andersom. Zij trekken de mast naar achteren. Door de juiste verhouding van spanningen in het topwant en de diagonalen kunnen we de mastbuiging regelen. De gewenste mastbuiging is afhankelijk van de snit (en leeftijd) van het grootzeil. 6 tot 7 cm mastbuiging is een goed uitgangspunt. Hoe brengen we nu de wanten op spanning? Allereerst dus het achterstag flink doorzetten. Dan de hoofdwanten spannen met 2 of 3 slagen tegelijkertijd, aan beide kanten evenveel. De mast zal nu buigen. Dan flink doorzetten totdat het met gereedschap zwaar begint te gaan. Vervolgens zetten we spanning op de diagonalen. Begin met de bovenste en zet deze handvast. Vervolgens het on-

Stap 5. Onder zeil ook recht? Staat de mast onder zeil ook nog recht onder de top? Check de rechtheid van de mast en corrigeer als bij het masttop-tuig.

Stap 6. Voorstag Het voorstag heeft geen spanner, want het topwant levert de basisspanning. Meer spanning kunnen we creëren door het aansjorren of aandraaien van het achterstag. Deze dynamische mogelijkheid van trimmen is één van de voordelen van een fractioneel tuig. Test en markeer ook hier de maximaal zinvolle achterstagspanning. PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

13


DE CHIRURGIJN

De Chirurgijn

D

van ons vaarwater een grotere vervuiling dan we denken. En wat te denken van onze eigen uitwerpselen, zoals dat zo plastisch heet. Stelt U zich maar eens het onderwaterleven voor van het havenkommetje van Goes of Middelharnis. Daar word ik niet vrolijk van om het maar eens in prietpraattaal van 2003 te zeggen. Ik had ze in een ‘capitainerie’ (Frans havenkantoortje) al eens zien hangen. Een soort posters met schematisch de afbraaktijden voor die verschillende ‘onbruikbare’ spullen aan boord, waar we het liefst zo snel mogelijk vanaf willen. Het schijnt een soort actie te zijn van de Franse overheid, want ik kwam ze daarna vaker tegen. De tekst stond zelfs in de Bloc Marine, ‘votre livre de bord’, 2003 Atlantique, op pagina 706 tegenover de pagina met de beschrijving van Port Bourgenay waar de Cadans dit jaar op 3 augustus lag en ik dit stukje schreef.

Wat ik bedoel, is de kleine vervuiling waar wij ons, in alle onschuld, allemaal wel eens aan schuldig hebben gemaakt, of wellicht nog maken. Dat klokhuisje kan toch wel over de kant? Ach, daar ging per ongeluk het lege blikje bier. Volle blikjes gaan nooit over boord! Dat lege bierblikje is toch binnen een jaar wel geheel verteerd? Het geeft aan de kust en op de bodem

Het duurt 2 tot 4 weken voordat Uw bioscoopkaartje, dat overboord woei, is verteerd. Het sigarettenpeukje (rookt U nog?) verteert in zes maanden. 100 tot 1000 jaar voor een plastic fles. Een ijzeren mes doet er maar 100 jaar over. Men schat dat er per dag 6 miljoen voorwerpen in de Middellandse zee worden gegooid waarvan 60 tot 90 % van plastic is. Hoelang de visnetten, geheel synthetisch, van de Bretonse vissers erover doen is niet eens bekend, maar het kan goed meer dan 2000 jaar duren voordat ze verdwenen zijn en als je eens hebt staan kijken hoeveel netten er in zo’n vrolijke blauwwitte vissersboot gaan, slaat je de schrik om het hart. De verversing van de Middellandse Zee vanuit de Atlantische oceaan is maar heel gering. Het water wordt elke 70 – 100 jaar totaal ververst. En al die rom-

Niet over onze gezondheid deze keer, maar over die van de zee.

Louis Richard e vraag is: ‘is de Franse kust schoon?’ Het antwoord zou kunnen zijn: ‘niet veel meer vervuild dan de Nederlandse kust’. We spreken nu niet over de enorme vervuiling die wordt veroorzaakt door de olietanker welke een bepaalde regering noodgedwongen op een strategisch punt ten Noordwesten van het Iberisch schiereiland heeft laten zinken. In ons deel van Europa weet men daar ook wat van, gezien de vervuiling die de Tricolor -eveneens op een strategisch positie- op de Noordzee geeft; hier wordt overigens heel weinig publiciteit aan gegeven. Belangen van autoproducenten?

Captain Cook & Co FONDUE- OF BBQ-SAUSJE Deze saus warm serveren en gebruiken bij gebraden of gegrild vlees en bij kip. Lang, heel lang geleden, tijdens een vakantie in Zuid Frankrijk heeft Co dit recept gekregen en sindsdien is deze saus onze speciale scheepssaus: Maak in een pannetje de mayonaise en de ketchup warm; niet echt laten koken. Snipper de knoflook fijn. Voeg het ci-

14

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

troensap, de suiker en de knoflook bij het warme mayonaise-knoflook-mengsel. Snij de bieslook fijn en voeg deze toe. Maak de saus op smaak met een weinig peper en zout en eventueel nog wat suiker indien het nog te zuur is. Een klein scheutje cognac en voor de afwerking peterselie erover strooien. Deze saus warm serveren. Eet smakelijk namens C&C.

mel hoopt zich op tussen al het andere plastic, ijzer en hout op de bodem. De aarde wordt voor 70 % met zee bedekt, maar de 200 kilometer kuststrook van het continentaal plateau herbergt 80 % van de hier nog levende zeewezens. Een ton petroleum kan een oppervlak van zo’n 1700 voetbalvelden (12 km²) vervuilen. Een literblikje met motorolie maakt een miljoen liter drinkwater onbruikbaar. Op Belle Île staan waarschuwingsborden met wat te doen bij contact met stookolie (‘mazout’). Over massavernietigingswapens gesproken! Gaan we nu opeens allemaal netjes aan de kant douchen en gebruiken we het onderwater-toilet alleen op zee? Ik denk van niet. Al is het wc-papier binnen een dag verdwenen. Eerst zal de overheid samen met de watersportverenigingen een goede voorlichtingscampagne op stapel moeten zetten, zoals dat in ‘la douce France’ gebeurt. Bovendien zal met name de overheid het goede voorbeeld moeten gaan geven. Veelal heeft deze overheid haar eigen maatstaven, welke zij gemakshalve de ‘politieke haalbaarheid’ noemt. De marine kalkt haar schepen vol met verboden anti-fouling. Zo ook onze handelsvloot, althans wat er nog van rest. Locale overheden slaan een slaatje uit het onderhoud van toiletgebouwen via havengelden en douchemunten en verkopen schoon water en elektra tegen woekerprijzen, terwijl we daarbovenop nog toeristenbelasting moeten betalen. Misschien kunnen wij er toch alvast mee beginnen, zoals door het afval gescheiden in te leveren, wat in Frankrijk echter vaak een probleem is. En maar niets meer over de kant, ook niet per ongeluk. Het blikje is dan wel niet meer van aluminium maar van ijzer, toch duurt het nog heel lang voordat het verteerd is.

Ingrediënten voor 6 personen, bereidingstijd: 10 minuten. 4 eetlepels mayonaise 4 eetlepels ketchup of tomatenpuree sap van een halve citroen 3 teentjes knoflook 10 sprietjes fijn gesneden bieslook 1 theelepel grof gesneden peterselie 1 eetlepel suiker peper en zout


ADVERTENTIE

PZV-ers, ze kwamen weer bijna overal

Dartmouth, Engeland

La Rochelle, Frankrijk

St Petersburg, Rusland

Cala Pi, Mallorca

dus veel sterke verhalen te vertellen en daarom tot spoedig ziens in de

Trafalgar Pub PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

15


SCHIPPER EN HAVEN

Schipper en haven Het is aangenaam liggen in de dorpshaven van het historische Numansdorp.

Hans van Reenen

N

umansdorp, gelegen in de Hoeksche Waard en aan het Hollands Diep, recht tegenover Willemstad, is al zo’n twintig jaar de thuishaven van onze achtereenvolgende Lady Five’s. Het dorp telt twee havens. Wie in de dorpshaven aanlegt, in de thuishaven van de watersportvereniging Numansdorp, stapt vanaf het dek bijna direct het centrum van het dorp in. Het dorp kent een gevarieerd winkelaanbod en diverse goede horeca-gelegenheden. Wie echter de voorkeur geeft aan een modern ingerichte commerciële haven, met technische ondersteuning en voorzieningen binnen handbereik, kan terecht in de iets meer westelijk gelegen marina Numansdorp. De dorpshaven biedt ‘s zomers plaats aan onze Lady Five. De marina is de plek waar diverse Ladies vele winters op de wal hebben doorgebracht Numansdorp -van oorsprong zelfstandig- vormt thans een deel van de grotere gemeente Cromstrijen, en Cromstrijen is puur natuur. De fraaie dijkenstructuur en het open polderlandschap nodigen uit tot wandelen, fietsen en skeeleren. Hollandsch Diep en Haringvliet en de kreken die het achterlandland doorsnijden voegen daar nog watersport, vissen en kanoën aan toe. AMBACHTSHEERLIJKHEID Numansdorp is ontstaan in 1642 als deel van de Ambachtsheerlijkheid Cromstrijen. Een ambachtsheerlijkheid was een zogenaamde middel- en lage heerlijkheid, die ambachtsrechten omvatte 16

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

met betrekking tot: ‘malerei, visscherij, vogelarij, jaarschot, veren, giften van kerken en kosterijen en andere beneficiën’ . Uitgifte en leenverheffing van de Ambachtsheerlijkheid Cromstrijen vond ooit plaats door Maximiliaan van Oostenrijk, het leen werd later nog door Philips de Goede bevestigd en door keizer Karel V uitgebreid. Numansdorp is gebouwd in de Numanspolder. In de volksmond werd het plaatsje oorspronkelijk Buitensluis genoemd, een officiële naam was er toen nog niet. Daarna werd officieel besloten dat het dorp de naam ‘Dorp van Cromstrijen’ zou gaan dragen, maar uiteindelijk is het genoemd naar de allereerste ambachtsheer Mr. Gerard Numan. Hij was het die op 16 juli 1492 Cromstrijen van Maximiliaan van Oostenrijk in erfleen verkreeg. GESCHIEDENIS De eerste bebouwing van Numansdorp ontstond in 1642 rondom een uitwateringssluis van de Numanspolder, op een

plaats die Schuring heette. Schuring is als zodanig vandaag nog steeds herkenbaar. In 1687 bestond Schuring uit twintig huizen en drie boerderijen. De boerderijen lagen ten noorden van de dijk in de polder. De huizen lagen langs de flauwere helling aan de zeezijde van de dijk. In de periode tot het midden van de vorige eeuw werd de bebouwing langs de zuidelijke kant van de dijk verdicht. Toen op 1 februari 1953 het water de inwoners van Numansdorp verraste werden met name de inwoners van Schuring zwaar getroffen. De huizen aan de zeezijde van de dijk kwamen allemaal onder water te staan. Het water sloeg een groot gat in de dijk. De mensen verloren veel dierbare bezittingen en in totaal verloren 56 inwoners van Numansdorp als gevolg van de watersnoodramp het leven. In de jaren 1944 en 1945 werd de bevolking van Numansdorp door de Duitsers geëvacueerd. Als verdediging tegen de geallieerden wilden de Duitsers delen van Numansdorp onder water zetten.


SCHIPPER EN HAVEN

Na 1945 werd Numansdorp uitgebreid met nieuwe wijken ten westen en ten oosten van de binnenhaven. Inmiddels heeft Numansdorp zo’n 13.000 inwoners. WAPEN Bij Koninklijk Besluit van 4 mei 1984 is aan de gemeente Cromstrijen een wapen toegekend. De beschrijving van het wapen luidt alsvolgt: Ín azuur een golvende dwarsbalk, boven vergezeld van twee schuinkruisjes en beneden van één schuinkruisje, alles van zilver. Het schild gedekt met een gouden kroon van drie bladeren en twee parels.’ Het wapen is afgeleid van dat van de Ambachtsheerlijkheid Cromstrijen, dat gouden kruisjes vertoonde. Dat wapen is al bekend sinds 1492. Over de herkomst van dit wapen wordt het volgende vermeld : ‘Het wapen der heerlijkheid was oorspronkelijk de symbolische voorstelling van een kronkelend water, De Kromme Strijne, aan weerszijden begroeid met riet, dat aangeduid werd door drie gele rietpluimen, die in de achttiende eeuw al tot drie kruisjes geworden waren, misschien omdat men het zinnebeeld op de oude stempels niet meer goed had kunnen onderscheiden ……’ De drie kruisjes vindt men overigens ook terug in de gemeentevlag en in de verenigingswimpel van de watersportvereniging Numansdorp.

WATER In de loop der eeuwen zijn er diverse verbindingen tussen dorp en Hollands Diep (vroeger Wijvekeen geheten) geweest. De toegang tot het water is door de jaren heen steeds van vitaal belang geweest, met name voor beurtvaart en

veren. Het water ‘voor de deur’ van Numansdorp mocht er overigens zijn. Met het Hellegat en het Vuile Gat in de onmiddellijke omgeving moest je van wanten weten. De huidige dorpshaven van Numansdorp dateert uit het begin van de 20ste

eeuw. De jachthaven van WSV Numansdorp, gelegen in de verbinding tussen havenkom en Hollands Diep, is zo’n veertig

jaar geleden aangelegd. In die tijd werden de boxen nog op maat gemaakt, vandaar dat vooral in het eerste deel van de haven, dat het dichtst bij het dorp gelegen is, je soms behoorlijk verschillende boxmaten naast elkaar aantreft. Het dorp kent een kleine eigen bruine vloot. Die bestaat uit twee schepen, t.w. De Hoop op Zegen en De Hollandsch Diep, twee fraaie klipperstevens, die zeer regelmatig op de Zeeuwse- en Zuid Hollandse wateren te vinden zijn. De recent geopende moderne Marina Numansdorp is gelegen in de zogenaamde Tramhaven of Veerhaven. Vanuit deze haven vertrokken destijds, vóór de voltooiing van de Deltawerken de veren naar omliggende plaatsen als Willemstad, Den Bommel, Ooltgensplaat etc. De golfbrekers die onlangs bij de ombouw van deze haven tot jachthaven zijn aangebracht maken het vertoeven daar aanmerkelijk aangenamer dan in de periode daarvoor, toen de haven nog geheel open lag naar het zuiden/ zuidwesten en zeer ‘gevoelig’ was voor wind uit die richtingen. MARKANTE OBJECTEN Numansdorp kent enkele markante gebouwen. De Kerk is van 1648, de bijbehorende toren dateert van 1781. Markant is ook het Hoge Huys, gelegen aan het begin van de Schuringse Dijk en lange tijd zetel van het waterschap. Aan de kop van de haven, als het ware in

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

17


SCHIPPER EN HAVEN

het Hollands Diep gelegen, ligt het fort ‘Buitensluis’, een eerste oriëntatiepunt vanaf het water. Dit fort heeft ooit deel uitgemaakt van de Hollandse waterlinie. Tenslotte moet zeker ook genoemd worden het Schippershuis, vandaag de dag een gezellig restaurant met een goede keuken, gelegen op een opvallende plek direct aan de havenkom en aan de rand van het dorp. Dat schippershuis bestaat in min of meer de huidige vorm, ook reeds een kleine eeuw. Foto’s van de aanleg van de huidige dorpshaven in het begin van de vorige eeuw laten het reeds zien. Zeker is dat, ook voordat het huidige Schippershuis werd gebouwd, op die plek eerdere ‘schippershuizen’ hebben gestaan. TWINTIG JAAR Wij zijn de afgelopen twintig jaar met onze Lady Five graag te gast geweest in Numansdorp en we hopen dat ook nog een flink aantal jaartjes te mogen blijven. Vanaf Nuenen is Numansdorp een kleine vijf kwartier rijden. We liggen er enerzijds echt ‘buiten’ en zijn anderzijds in een paar stappen in het dorp om boodschappen te doen of om een hapje te eten. Hollands Diep en Haringvliet bieden ruime mogelijkheden om te varen. De dichtstbijzijnde toegang tot de zee ligt bij Stellendam, op een uurtje of drie

varen vanaf Numansdorp. Ook niet onoverkomelijk dus! En met het Volkerak op een half uurtje varen ligt ook de weg naar Zeeland open. Sinds de aanleg van de Philipsdam moeten we op het eerste stuk van die weg helaas het getij missen. Dat was vroeger wel anders! Toen ging je makkelijk voor een weekendje naar Zierikzee vice versa. Je had toen allen nog maar de Volkeraksluis en pikte direct daarna het tij op.

Los van de ligging en de genoemde voordelen, is ook de watersportvereniging een bindende factor. Het is een vereniging van zelfdoeners. Het merendeel van aanleg en onderhoud van de haven gebeurt door de leden zelf, dan wel onder hun supervisie. Dat vraagt om een mentaliteit van handen-uit-de-mouwen, die ons nog steeds aanspreekt.

Scheepsdieselmotoren Via Rolf ® Yachtservice in goed overleg naar oplossingen op maat Wij meten de conditie van uw dieselmotor, geven objectief advies over herstel, revisie of vervanging, leveren onderdelen of complete installaties, voeren reparaties uit Wij leveren alle merken en typen scheepsdieselmotoren en aanverwante artikelen en geven indien nodig inbouwinstructie Contactpersoon: C.R. Ruijter jr Den Haag Tel 070-4275786 / Fax 070-3455365 Gsm 06-28336380 E-mail rolfruijter@hetnet.nl

Via Rolf is niet merkgebonden en is mobiel……………… 18

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003


SUNSHINE’S DILEMMA

Sunshine’s dilemma De antwoorden Cisca Goedhart

voor de ton nog een ongunstige BB-slag maken. Het juiste moment kiezen vereist ervaring en goed opletten op alles wat een indicatie kan geven over de draaiing van de wind zo dicht bij de kust. Zorg er in ieder geval voor dat in de tweede helft van de baan goed aan de BB-kant wordt gevaren, zodat een lange gunstige SB-slag gemaakt kan worden. Een vuistregel is: vaar de kant van de baan op, waar de te verwachten wind vandaan gaat komen (zie figuur).

ANTWOORD VRAAG 1 Bij het varen dicht bij land krijgen we te maken met de effecten van wrijvingsverschillen boven land en zee. Boven land is de wind minder sterk en vooral meer gekrompen dan boven water. In dit geval is de wind ZO boven land. Zodra de wind boven water komt ruimt deze ANTWOORD VRAAG 3 geleidelijk, totdat het nieuwe evenwicht Bij de bovenboei is de spinnaker gehebij minder wrijving boven het water is sen en wordt de baan naar de benebereikt. In dit geval is de wind daar Z. denwindse ton bij voorkeur afgekruist. Vanaf het water komend, zal een zeiler Start Start A naar bovenwindse B dezelfde kant blijven opnieuwton aan waarnemen dat de wind richting land vanWe van A naar bovenwindse ton B van de baan. Nu we omgedraaid zijn, meer en meer krimpt. Deze hoek van is dit de SB-kant van de baan. We be45 graden (tussen Z en ZO) is in werkelijkheid kleiner, maar wordt hier voor de duidelijkheid gebruikt. ANTWOORD VRAAG 2 Deze land- en zee-invloed is over ongeveer 1 tot 2 mijl uit de kust waar te nemen. Op de wedstrijdbaan is de invloed op ongeveer de laatste mijl nog voelbaar. In die laatste mijl naar de bovenwindse ton, zal de wind krimpen en iets afnemen. De afname zal over de hele breedte van de baan hetzelfde zijn. De draaiing van de wind zal echter een van de kanten van de baan sterk bevoordelen. De laatste slag over bakboord (BB) varend, is uiterst ongunstig. Met de draaiing van de wind moeten we onze koers steeds oostelijker leggen. Daarmee varen we steeds verder weg van onze rechte lijn naar de boei toe. Het is dan ook duidelijk dat de stuurboord(SB)slag aan het eind de meeste gunstige is. Bij het naderen van de ton kunnen we er steeds directer naar toe. Dat betekent dat we onze tactiek zo moeten kiezen dat we de laatste lange slag over SB kunnen varen. Na de start varen we daarom naar de BB-kant van de baan. Meestal is de baan niet met maar 1 keer overstag gaan te bevaren. We zullen dus een paar slagen moeten maken, maar we blijven aan de BB-kant van de baan. De laatste lange slag varen we over SB. Het moeilijkst blijft om te pijlen wanneer overstag gegaan moet worden: gebeurt dit te laat, dan wordt de ton overvaren; de sterkte van de draaiing van de wind is moeilijk in te schatten. Gaan we te vroeg overstag, dan moeten we vlak

A

A

B

B

Start van A naar bovenwindse ton B

ginnen met bijna recht naar A te varen. Verder van het land afvarend ruimt de wind echter geleidelijk. Hierdoor komen we meer op de koers te liggen die we zouden hebben bij een zuidenwind; minder in een rechte lijn naar A. In de tweede helft van de baan is de wind opnieuw zuid. Er is geen voordeel meer te behalen, maar we kunnen met één keer gijpen recht op de ton A af gaan. Waarschijnlijk varen we de baan nog een paar keer rond voor we finishen. De ervaring van de eerste ronde helpt dan bij het bepalen hoe sterk de krimping bij de boventon is. Zo kunnen we de gunstige SB-slag richting de boventon zo Van bovenwindse ton B naar lang mogelijk maken. Van bovenwindse ton B naar benedenwindste ton A. benedenwindste ton A.

A

A

B

B

Van bovenwindse ton B naar benedenwindse ton A

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

19


NAAR LA ROCHELLE MET DE CADANS

Tholen - La Rochelle, met de Cadans

Wat was het vaarplan en wat is ervan geworden? De schroef had het zwaarder dan het zeil.

Bauke Sijtsma DE START EN HET PLAN Na donderdag 3 juli vertrokken te zijn uit Tholen, liggen we vrijdagavond 5 juli in Nieuwpoort om de volgende morgen te vertrekken naar Cherbourg. ‘We’ zijn Pieter Stoelinga, Tom Kipperman, Ron van Dootingh en ik. We zijn via de Oosterschelde en het Kanaal door Walcheren gevaren en hebben in Vlissingen overnacht. De wind hadden we recht van voren en van zeilen kwam het niet. De Brighid vaart ook naar La Rochelle en Klaas Rooijens en Jan Statius Muller hebben we al ontmoet. Voor de navigatie is er de electronische kaartplotter NavCenter met kaarten van het hele route-gebied en Imray-kaarten die niet zo nieuw meer zijn. Tom heeft de Berichten Aan Zeevarenden voor deze kaarten geprint en die lopen we per kaart langs om de relevante zaken eruit te halen. De Reed/McMillan en de Bloc Marine zijn aan boord. Weerkaarten laadt Pieter via de hf-ontvanger in de pc. De radar is operationeel. Niet minder belangrijk voor een betrouwbare beoordeling van situaties is ervaring. Ik schat dat mijn drie reisgenoten tezamen toch wel zo’n 50.000 mijlen op de teller hebben. Zo begon de tocht van 650 mijlen met een niet zo gunstige wind, maar de volgende morgen zouden we weg kunnen met NW-3/4 en dat kon nog meer

20

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

worden. Alhoewel, daarna weer minder, krimpen en ook nog variabel.

Ons plan was, om in vier meerdaagse étappes door de Seine-baai te gaan en dan langs ‘de eilanden’. Aldus: Oostende/Nieuwpoort -> St. Peter Port (Guernsey) -> Île d’Ouessant of Camaret -> Belle Île -. La Rochelle. Île d’Ouessant is alleen te doen met rustig en stabiel weer, omdat je daar in een baai op het Westen aan de boei ligt en onbeschut bent naar de oceaan. De vertrekdag was donderdag 3 juli en de wisseldag met Louis en Josje in La Rochelle zaterdag 19 juli. Ruim de tijd dus voor een toeristisch dagje en voor wat reserve. Tijdens de voorbereidingsperiode zijn de verschillende alternatieven besproken voor de route die je kunt kiezen, afhankelijk van de wind. Langs de Engelse zuidkust? Of na Calais en Cap Gris Nez, tussen de shipping lanes door de middenberm? Of de Seine-baai? Wat betreft de reisduur: het is goed mogelijk om met een enkele tijstop, in een week naar La Rochelle te varen. Op de voorbereidingsavond van de aanbrengtocht naar de Kanaaleilanden, door Martin Droogh georganiseerd, zijn de vele ideeën om het kanaal te bedwingen uitvoerig met ander PZV-leden besproken. De argumentatie van Pieter voor ons plan is als volgt: De Engelse zuidkust is mooi, er zijn voldoende vluchtmogelijkheden, maar ook

veel vissers en kapen met sterke stromingen. De Seine-baai is rustig, weinig vissers en andere scheepvaart, maar de vluchthavens zijn verder weg en aan lager wal. Zeilers van naam, en met jarenlange ervaring in Het Kanaal, geven uiteindelijk de voorkeur aan de Seine-baai. Wij maken de tocht in meerdere étappes, omdat we ruim de tijd hebben, maar ook voor het geval dat er geen wind is, de actieradius op de motor met 100 liter in de tank en 3 liter per uur, beperkt is tot zo’n 35 à 40 uur varen. ACHTERAF Het is zaterdag 19 juli, we liggen nu al enkele puf-warme dagen in de oude haven in het centrum van La Rochelle, aan de Boulevard des Dames. Dinsdag de 15de zijn we aangekomen op de dertiende reisdag. De Brighid met Klaas en Ankie ligt al enkele dagen naast ons. De route door de middenberm van Het Kanaal ging prima. Nauwelijks een visser te zien. We maken schoon schip en verwachten Louis en Josje aan het eind van de middag. Ron is al met de TGV terug naar Nederland. Hij moet op tijd zijn voor een roei-vakantie! We kijken terug op een tocht van 650 mijl met overwegend veel te zwakke wind, die dan ook nog tegen was. Daardoor is het overgrote deel ‘al schroevend’ afgelegd. Slechts ongeveer 20% van de mijlen hebben we kunnen zeilen.


NAAR LA ROCHELLE MET DE CADANS

In Het Kanaal is ZW de meest voorkomende windrichting, dus tegenwind is te verwachten. In ons geval was er sprake van een configuratie van hogedrukgebieden die lang bleef bestaan, met zwakke en variabele winden, wat ook na het ronden van Finisterre aanhield. Telkens als we dachten te kunnen zeilen, konden we dat na een paar uur opgeven. Achterom kijkend lag het vertrekpunt dan nog vlakbij en op de plotter was dan een troosteloze zigzag zonder voortgang te zien. Karel met de houten poot Deze dagen wordt ook Scheveningen La Rochelle gevaren. De eerste racedeelnemers komen op woensdag 26 juli binnen. Het jacht ‘Karel met de houten poot’ komt langs, wachtend op de sluis. Wij konden vervolgens hun jachten bewonderen in de treilerhaven. Ze hebben hun 700 mijl in vier dagen afgelegd, kwamen via Eddystone Rock en hadden op het laatste stuk afwisselend te maken met depressies, windstilte, mist en vervolgens harde wind. Dat was ook de dag met het zware onweer met dodelijke slachtoffers bij Arcachon, zo’n dikke honderd kilometer zuidelijker. Al varende wordt een plan natuurlijk voortdurend aangepast. Het is geworden: Nieuwpoort -> Cherbourg -> Ouessant -> Concarneau -> Île de Groix -> Les Sables d’Olonne -> La Rochelle. Op Île d’Ouessant en in Concarneau namen we een toeristische dag. Naar Île d’Ouessant? Ouessant is vooral een kwestie van weersvooruitzichten. Onze veilige keuze was aanvankelijk Camaret, maar na ampele overwegingen concluderen we dat het weer ongehoord stabiel is en dat Ouessant prima te doen is. De waypoints worden toegevoegd. Als je Ouessant aan wilt doen, is daar slecht aan diesel te komen. Je zou dan met jerrycans in de bijboot heen en weer moeten varen, wat wij niet zo zien zitten. We hebben al aardig wat brandstof verbruikt en daarom gaan we eerst naar Cherbourg. St. Peter Port slaan we over.

maken met draaiende wind en 6 Bf. Het wordt: niet aanlopen, maar doorvaren naar Les Sables d’Olonne. In Les Sables maken we ‘s avonds het vuurwerk van de 14de juli mee. WEETJES Tot slot van dit relaas nog enige wetenswaardigheden: - De Fransen gebruiken de zogenaamde Coëfficiënt om de waterhoogte te bepalen. Dit is een percentage dat de verhouding aangeeft tussen de momentele waterhoogte en de gemiddelde equinox-waterhoogte van de haven in kwestie. In La Rochelle stond in het VVV-kantoor op een bord: 88% en 86% voor 16 juli. De methode is niet al te nauwkeurig, en alleen leuk voor Fransen in Franse wateren. Voor ons is het een curiosum dat de studie van de getijden stimuleert.

- In Port Tudy op Île de Groix hebben wij verrukkellijk gegeten in de tuin van Auberge de la Pêche, 50 meter omhoog. - In de jachthaven van Les Sables d’Olonne krijg je bij binnenkomst een plaats toegewezen door de capitainerie. In de haven verderop mondt een riviertje uit en daar wordt tevens een stinkend riool geloosd. Advies: mijdt de eerste helft vanaf de kade bij de belendende steigers. - Aan de Franse kust kun je midden juli ‘s nachts in de verte schepen zien met rode boord-, top- en stoomlichten die dan weer in de mist of achter een kaap verdwijnen. Dat is niet erg. Het is alleen van 13 op 14 juli als men alvast vuurwerk begint af te steken.

Wat de route na Ouessant betreft, op Belle Île is iedereen al eens geweest. Het plan wordt: Concarneau -> Île de Groix -> Île d’Yeu _> La Rochelle. Leuk, een dagje in Concarneau. Lekker gegeten in Port Tudy. Later varen we ‘s nachts bij Ile d’Yeu. Het is vier uur en we hebben ineens te PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

21


KANAALEILANDEN MET DE MARAN

Aanbrengtocht Kanaaleilanden Verslag van een nieuwe zomeractiviteit, mogelijk een nieuwe PZV-traditie.

Martin Droogh

H

et doel van dit project was het vergroten van de actieradius van de PZV-vloot. Ondanks dat in het verleden er al veel PZV-schepen langs de Engelse en Franse kust naar het zuidwesten zijn afgezakt, bestaat er voor anderen nog steeds een drempel om een tocht over zee te maken, verder dan de traditionele Ramsgate-tocht naar de Engelse oostkust. Voor deze tocht was gekozen voor de route langs de Franse kust met als eerste doel het gezamenlijk bezoeken van de Kanaaleilanden en na een week een bemanningswissel in St.Malo. Door aan de Franse kant van Het Kanaal te blijven bestond de mogelijkheid, bij ongunstig weer, te kiezen voor een bemanningswissel in een andere Franse haven. Na de bemanningswissel kon op individuele basis een zeilvakantie gepland worden in het mooie vaargebied rond de Kanaaleilanden en de kust van NoordBretagne. Naast de Maran hebben de Powair met Ewout de Koning (zie separaat verslag), de Annies met Aite en Pieter de Jong en de Vega met Philip Beekman aan deze tocht deelgenomen. Op de vier schepen waren in totaal zestien bemanningsleden. Het vaarplan bestond uit een individuele tocht van de thuishaven naar Nieuwpoort, een gezamenlijke 36-48uurs oversteek naar Cherbourg, een dagtocht naar St. Peter Port op Guernsey en na het eventueel gezamenlijk bezoeken van andere Kanaaleilanden, de afsluitende tocht naar St. Malo. Bij de voorbereiding diende zich als eerste probleem het verschil in scheepslengte, en dus scheepssnelheid, aan. Voor de oversteek naar Cherbourg werd 22

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

verwacht dat de Powair er een tijd van 12 uur meer voor nodig zou hebben. In overleg is toen gekozen voor een tij eerder vertrekken van de Powair, zodat we mogelijk gelijk in Cherbourg aan zouden komen. Op zaterdagochtend 5 juli vertrokken de Powair vanuit Breskens en de overige drie schepen rond kentering vanuit de Roompotsluis. Het was gunstig zeilweer en de route naar Nieuwpoort was bezeild. De tocht verliep zo voorspoedig dat bij ĂŠĂŠn van de positiemeldingen het voorstel is gelanceerd om door te varen naar Duinkerken en Nieuwpoort niet aan te lopen. Na ook via de GSM overlegd te hebben met de Powair (deze was door problemen met de marifoon slecht te bereiken) werd besloten te overnachten in Duinkerken. De Powair was inmiddels al in Nieuwpoort voor een bemanningswissel en is daarna direct aan zijn oversteek naar Cherbourg begonnen. De overnachting in Duinkerken gaf ons de mogelijkheid om nog iets voor de kentering uit Duinkerken te vertrekken en met het tij mee Cap Griz Nez te ronden. Voor Klaas Rooijens met de Brighid was dit achteraf minder gelukkig. Hij lag in Nieuwpoort en had zich verheugd op het binnenlopen van een aantal PZVschepen. Na een mooie zeildag, met overwegend westenwind, viel bij het invallen van de duisternis de wind weg en moest helaas op de motor teruggevallen worden. Ook de volgende dag, maandag, liet de wind het grotendeels

afweten. Pas in het zicht van Cherbourg kwam er weer wind en hebben we de laatste uren nog kunnen zeilen. Inmiddels hadden we aan het eind van de middag de Powair ingelopen. Kort na elkaar liepen alle schepen Cherbourg binnen. Daar de marina mudvol was moesten we afmeren aan de wachtponton. Onder het genot van wat scheepsdrank ontstond het plan om niet, zoals gepland, woensdag naar St. Peter Port over te steken, maar dinsdagmorgen rond 6 uur maar weer te vertrekken en in Cherbourg niet aan wal te gaan. Achteraf was dit een zeer gelukkig besluit. Woensdagmorgen zat de zee rond Guernsey potdicht van de mist, zelfs het havenhoofd zat al in de mistflarden. Wegens ongunstig weer moesten we afzien van het plan om op Sark in een baai voor anker te gaan en op het strandje te gaan barbecuen. Op donderdag zijn we naar St. Helier op Jersey gevaren. Op vrijdag hadden we een zeer mooie zeil- en vooral spinnakertocht naar St. Malo. Ook hier zijn we weer van ons oorspronkelijke plan afgeweken. Na een kort marifoon overleg is besloten om de marina in de oude binnenhaven aan te doen. Dank zij het goede weer zijn we in staat geweest ons einddoel op een plezierige manier te bereiken. De kleine vloot van vier schepen gaf de mogelijkheid om op een soepele wijze van de oorspronkelijke plannen af te wijken en aan boord te palaveren.


WEEKEND BURGHSLUIS

Daar de helft van de deelnemers uit ‘jongeren’ van beneden de 40 bestond ontstond snel, met name na een gezamenlijk pub bezoek, een groep die in ieder geval de Maran noodzaakte om al in St. Peter Port de drankvoorraad aan te vullen. Voor het gedrag en de bele-

venissen van deze groep verwijs ik naar een verslag elders in dit blad. Voor de jongeren aan boord van de Maran was het in ieder geval niet alleen een fantastische zeilweek, maar ook een perfecte feestweek.

Mijn eindconclusie: een geslaagde tocht, met een concept dat in de vorm van een aanbrengtocht naar een haven aan de Franse kust voor herhaling vatbaar is. Een redelijk percentage jongeren onder de bemanning is daarbij aan te bevelen.

Weekend Burghsluis voor herhaling vatbaar boeien en vlagvoering, was na SW-correctie de Trinity de snelste, met de Lady Five op de tweede, en de Rosa en Vega op de gedeelde derde plaats. Op de steiger, die havenmeester Michiel Overbeeke had gereserveerd, konden we plezierig napraten, waarna een korte wandeling naar Burgh-Haamstede de eetlust verhoogde voor het zeer geanimeerde diner.

Paul Horstman en Philip Beekman

M

et nog een drietal last-minute aanmeldingen, waren we met 8 jachten en 26 deelnemers. Coen van Thiel was met 6 jaar de jongste. Op de Medway Oyster na (als gevolg van vervoer- en planningproblemen) was iedereen op tijd bij de start: tussen 15:10 en 15:20 voor de haven van Zierikzee. De wind was matig 2-3 Bf, net iets Noordelijker dan West, zodat baan 1 gezeild werd. Dit betekende rechtstreeks, de boeien respecterend, naar Burghsluis. De vaartijden liepen uiteen van anderhalf tot twee uur. Afgezien van enkele protesten over gemiste

Zondagmorgen was het heerlijk weer. Helaas gleed Alphons Drübers, kort na het begin van de geplande rondleiding, uit op de dijk. Hij kwam zeer ongelukkig terecht en hield er een van zijn knieschijf afgescheurde pees aan over. Per ambulance is hij naar het ziekenhuis vervoerd. Dankzij het initiatief van vele bezorgde tochtgenoten, was begeleiding en hulp bij het terugbrengen van de Mariken snel geregeld. Uiteraard waren we

daarna niet meer echt in de stemming voor afronding van het programma. De wind liet het wat afweten, dus het werd een rustige motortocht naar huis. Wel weer heerlijk genoten van de Zeeuwse vergezichten. Ondanks deze ongelukkige afloop was iedereen van mening dat dit weekend volgend jaar voor herhaling vatbaar is. Gelukkig is Alphons al weer ‘op de weg terug’. We wensen hem met zijn allen een spoedig verder herstel toe.

VRIENDEN VOOR VRIENDEN Op zoek naar een eerlijke partner om samen door het leven te zeilen?

VRIENDEN VOOR VRIENDEN bemiddelt met veel succes in Nederland, Duitsland en Belgie. Inge Kutschera verwacht uw telefoon of e-mail; 0495.651816 of www.vriendenvoorvrienden.nl/zeilers PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

23


KANAALEILANDEN MET DE POWAIR

Jeugdige wegbrengtocht Kanaaleilanden

Ewout heeft met zijn zeilvrienden Karel en Erik de Powair weggebracht.

Ewout de Koning ZO IS HET GEKOMEN De Powair en schipper Gert de Koning zijn voor de meeste PZV-ers oudgedienden. Ondergetekende, een jonge PZV-er, is voor velen minder bekend. In het verleden heb ik enkele Ramsgate tochten meegevaren. Sinds 6 jaar heb ik mij echter volledig in het open catamarancircuit gestort. Wel heb ik in de afgelopen jaren met verschillende bemanningen de Powair voor mijn ouders op weg geholpen. De Kanaaleilanden stonden altijd hoog op mijn verlanglijstje genoteerd. Echter, afstand, reistijd en andere bezigheden hebben mij altijd van deze tocht weerhouden. Het plan van Martin Droogh was voor mijn vader aanleiding om voorzichtig te polsen of ik interesse had om met de Powair deel te nemen. Eigenlijk zat ik al op dat verzoek te hopen. Kortom: mijn catamaran zeilmaatje Karel Ronday heb ik in twee minuten overtuigd, gevolgd door het in 30 seconden overhalen van aanstormend cat-zeil talent Erik Schrader. De bemanning (22, 33 en 42 jaar oud) was geregeld. Op zich een mooie combinatie van 3 catamaranwedstrijdzeilers die gewend zijn aan hoge snelheden, spinnakers, mastrotaties, vele trimmogelijkheden, een bootgewicht van 125 kg en branding. Deze combinatie zou aan de slag gaan op de Powair met een mast als een lantarenpaal, een kajuit, weinig trimmogelijkheden en een paar ton gewicht. Om deze kant van de zeilsport weer

24

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

eens te kunnen ervaren, dat was ronduit onweerstaanbaar. DE TOCHT Enkele weken voor de start was ik met Martin al overeengekomen om de eerste nacht door te varen, om zodoende de rest van de vloot achter ons te houden. Op voorhand wisten we namelijk al dat de Powair verreweg de langzaamste boot zou zijn. Het vooruitzicht om in één ruk van Breskens naar Cherbourg te varen zou voor mij ook een goede voorbereiding zijn op mijn geplande oceaanoversteek in november. Karel had al eerder meerdaagse zeereizen gemaakt, een geruststellende gedachte. Voor Erik was het de eerste ervaring met jachtzeilen. Ik kan nog in de lach schieten om zijn gezicht bij het verlaten van Breskens. Bij een prachtige windkracht 5 uit het zuidwesten riep Erik direct na het stopzetten van de motor “hij loopt niet”, hij was mij net voor! Echter, het log stond keurig op 5 knopen, de rompsnelheid van de Powair. Hoog aan de wind zijn we langs de Belgische kust naar Nieuwpoort gevaren. In Nieuwpoort hebben we kort binnen gelegen om Ester, de (zeezieke) vriendin van Erik, in te ruilen voor Karel. Via de marifoon hoorden we de rest van de vloot voorbij komen op weg naar

Duinkerken. De eerste nacht waarin wij voorsprong op zouden bouwen was regelrecht genieten. Het besluit om pas de motor bij te zetten onder de 2 knopen was snel genomen. We kwamen om te zeilen. Gevolg was dat de vuurtoren voor Cap Griz Nez om 22:00 uur dwars lag, om vervolgens gedurende 6 uur nagenoeg niet van plaats te veranderen. Een prachtige dag en nacht in de Seinebaai volgden. We hebben stiekem nog even een slag door de shipping lane gemaakt om toch een korte blik op de kust bij Beachy Head te kunnen werpen. Op maandagochtend hoorden we over de marifoon de rest van de vloot achterop komen. Het bleek dat onze marifoon een storing had, met beperkt zendvermogen tot gevolg. Gelukkig kon de Brighid van Klaas Rooijens, die op weg was naar La Rochelle, fungeren als tussenstation. In de loop van de dag hebben we op een spiegelvlakke zee uiteindelijk de motor bijgezet. Door de rest van de vloot, de Maran, Vega en Annies, werden we achterop gelopen, om vervolgens gezamenlijk door te kachelen naar Cherbourg. Hier vond eigenlijk de eerste ontmoeting met de bemanning van ‘de rest van de vloot’ plaats. Binnen een


KANAALEILANDEN MET DE POWAIR

paar minuten waren we als ‘drie jongelingen’ volledig geïntegreerd in de vloot, met de biervoorraad van de Maran als handig smeermiddel. Ik had Karel en Erik voorbereid: “PZV-ers zijn een stelletje grijzende zeiltechneuten uit Lampenland”. Wat bleek gedurende de tocht: circa de helft van de vloot was ‘jong PZV’ en de rest gedroeg zich zo! Dit werd de eerste avond in St Peter Port bewezen door een kroegentocht die met acht man rumoerig eindigde toen de dag zich reeds aandiende. Een absolute topper was de laatste zeildag van Jersey naar St. Malo. Een prachtig ruim-winds rak en dito golfslag. Daar we geen spinnaker aan boord hadden en we eerder dan de rest vertrokken, werd onze doelstelling de anderen voor te blijven. De Cat-mentaliteit kwam weer naar voren: één man golven afsturend, één man, meestal Erik de onvermoeibare trimmer, aan de fok. De derde man: navigatie en algemene trim. In St. Malo hebben we met de hele groep genoten van de heerlijke franse keuken. Daarna hebben de jongelingen, overigens varieerde de leeftijd van jongelingen van 22 tot circa 45 jaar, de drankvoorraad van de Powair soldaat gemaaktgeledigd. De uiterste houdbaarheidsdatum mocht eens verstrijken! JONG PZV De gezelligheid, de sportiviteit en de natuurlijke integratie van jong en oud tijdens deze trip waren een goede ondergrond voor spontane discussies over ‘Jong PZV’. Daarbij bleek Philip deze discussie in zijn rol als voorzitter aan te

wakkeren. Als ik voor mijzelf een conclusie mag trekken, die ik overigens ook sterk herkende bij de familie Droogh, dan komt deze neer op het volgende: jonge PZV-ers komen voor een aanzienlijk percentage voort uit de kinderen van de oudere garde. Ouders hebben dus een grote rol. Al op jonge leeftijd, circa 16 jaar, kregen, zowel mij broer Peter-Jan als ik, van Gert de Powair mee in het vertrouwen hier goed mee om te gaan. Als Gert op onze jeugd terug kijkt komt hij vaak met de opmerking: “degene die het meeste weet van wat jullie vroeger uitspookten is de Powair, die kan gelukkig niet praten!”.

Het gestelde vertrouwen is ook nooit geschaad. Wel heeft dit ertoe geleid dat zowel Peter-Jan als ik ieder op onze manier verslingerd zijn aan zeilen. We kregen snel verantwoordelijkheid en hebben geleerd daarmee om te gaan. We hebben een heilig ontzag voor het water en de gevaren. Kortom: Gert heeft ons enorm gemotiveerd te zeilen door ons te laten zeilen! We vormen daarmee wellicht een nieuwe generatie PZVers en trekken daarmee ook potentiële leden (lees Karel en Erik) aan. Tot slot: Martin bedankt voor het initiatief!

KANAAL 77 • Gehoord van de schipper van de Mariken zelf : De één zijn poot is de ander zijn boot • De Isis van Carel en Fiet, een zeer bevaren kustvaarder met diverse oversteken op haar naam, veranderde binnen de vereniging van eigenaar. Adriaan en Josa zijn de nieuwe eigenaars • Bretagne kende dit jaar een kleine invasie van PZV schepen en ook de Russen weten er nu van mee te praten • Xi Xi wat jij niet ziet :van twee boten één, Xinia, de huwelijksboot van Jacqueline en Wim

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

25


24-UURS TOCHT IJSSELMEER

24-uurs tocht IJsselmeer De uitdaging: 24 uur aan één stuk zo veel mogelijk mijlen varen.

Yvon Holdrinet

O

p vrijdag 22 augustus heb ik de laatste paar uur vrij genomen om op tijd in Enkhuizen te zijn. Als ik bij de haven aankom zijn Pieter, Aite en Sjoerd de Jong al aan boord. Ook Ruud Hezemans is net aangekomen. We hebben achter elkaar aan gereden, want het blijkt dat we vlak bij elkaar in de buurt wonen. Na een voedzame maaltijd gooien we de trossen los en gaan op weg naar de start om in een etmaal zoveel mogelijk mijlen te varen. Samen met ons (tour a t/m k) starten er nog zo’n twintig andere boten en de rest ligt rondjes te draaien totdat het hun beurt is. Het startschot is niet duidelijk en we kijken elkaar aan of we al mogen. Uiteindelijk besluiten we om 19.05 uur het voorbeeld van de andere boten te

26

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

volgen en de startlijn over te varen. De Sunshine 4 vaart een stukje met ons mee om foto’s te maken terwijl wij onder spinaker weg stuiven. We laten de andere boten al snel achter ons. Omdat iedereen een andere route kiest, valt het veld toch uit elkaar na de eerste boei gerond te hebben. Vanaf nu moeten we het zelf doen. Hoewel er geen directe tegenstanders zijn moeten we vierentwintig uur scherp blijven, zo hard mogelijk varen en het weerbericht en de tijd in de gaten houden om te bepalen welke rakken we nog kunnen varen. Het is prachtig weer en de boot loopt optimaal met windkracht 4 à 5 bf. We kiezen zoveel mogelijk half windse rakken zodat we tegen de 7 knopen blijven lopen. Als het donker wordt kruip ik mijn slaapzak in met de mededeling dat men mij wakker kan maken als ik nodig ben aan dek. Ik hoop op een paar uur slaap in het klotsende vooronder en dat lukt vrij redelijk. Het is natuurlijk anders dan een Ramsgate tocht, want we gaan gemiddeld elk half uur over stag. Daardoor moet ik steeds weer een nieuw plekje zoeken met de spinnakerzak tussen mij en de harde wand. Niemand komt mij wekken en om 03.30 uur ga ik maar eens buiten kijken. De wind is wat afgenomen naar 3 à 4 bf en overal om ons heen zijn witte, groene en rode lampjes. We ronden net een boei in de buurt van de Afsluitdijk en iedereen staat op de uitkijk, zodat de andere boten goed in de gaten gehouden worden. Het is don-

ker, want het is bewolkt en er is bijna geen maan. Aite, Ruud en Pieter zitten buiten te genieten van het zeilen en het spektakel. Ik besluit dat ik dit toch ook niet wil missen en met warme kleren en een mueslireep schuif ik erbij in de kuip. We zoeken de juiste rakken, vermelden in drievoud hoe laat we welke boei hebben gerond en aan welke kant we hem gehouden hebben. Dit moet heel precies gebeuren want als er iets niet klopt in de administratie wordt je meteen gediskwalificeerd. Als het licht wordt zakken we weer wat af naar het zuiden, omdat we horen dat daar meer wind moet zijn. We varen een aantal rakken met spinnaker. Dit zijn heerlijk rustige rakken, goed om nog een uurtje slaap mee te pikken als je het niet erg vindt om vanuit je slaapzak mee te helpen om de spi te hijsen en even later weer terug in de zak te doen. In het begin van de middag, de zon schijnt intussen volop, is het alweer tijd om terug naar het noorden te gaan, want we moeten in Medemblik finishen. Ook de anderen proberen nu een paar uurtjes te slapen, want zo’n hele nacht doorvaren is toch wel vermoeiend. De wind is net wat eerder naar het noorden gedraaid dan we hadden verwacht, waardoor we een aantal rakken hoog aan de wind moeten varen. Soms moeten we zelfs een extra slag maken om een boei te kunnen halen. Dit gaat ten koste van heel wat extra mijlen en haalt de snelheid behoorlijk uit de boot. We proberen de laatste rakken zo gunstig mogelijk te varen om dit verlies goed te maken. Het belangrijkste is dat we niet te laat over de finish gaan, want dat kost strafmijlen. Het is een prachtig gezicht als bijna 800 boten zich samenvoegen op een paar vierkante kilometer vaarwater. Iedereen probeert nog een paar korte rakken te varen en boeien worden van verschillende kanten aangelopen, waarna iedereen weer een eigen koers kiest. Als je goed kijkt zie je orde in de chaos en herken je de rakken van de kaart. Het blijft tot het laatst spannend of we de finish op tijd halen, maar om 18.59 uur klinkt voor ons de toeter. Samen met de American Lady schuiven we tussen de finishschepen door en volbrengen we onze 24-uurs. Dan gaan snel de zeilen naar beneden en sluiten we aan in de rij boten die Medemblik in willen. Er is een trechter


24-UURS TOCHT IJSSELMEER

gemaakt van boeien en politieboten begeleiden de deelnemers de haven in. Hier en daar wordt onder luid protest van andere boten ingehaald, of klinkt er plotseling geroep en een harde bons als twee schepen met elkaar in aanraking komen. Dankzij het rustige weer en de uitstekende begeleiding loopt alles toch

eigenlijk heel soepel en een half uur na de finish liggen we als nummer 7 in een rij, die uiteindelijk uit zal groeien tot 17 boten. Zo snel heb ik het nog nooit meegemaakt en de toeschouwers op de kant zullen teleurgesteld zijn dat het binnenvaren geen groot spektakel gaf. Wij zijn blij dat we vast liggen en dat we

in alle rust de stickers kunnen plakken en op tijd het formulier naar de wedstrijdleiding kunnen brengen. Met een drankje en een heerlijke maaltijd komen we bij van een vermoeiende maar heerlijke zeiltocht.

JACHTZEIL MAKERIJ Veerhaven 4485 PL Kats ZldV 0113 - 600291 fax 0113 - 600249

Lion Sails

Ton Leeuwestein Tel. privĂŠ 0113 - 227028

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

27


TACHTIG MIJLEN

Tachtig mijl met zevenmijls laarzen

Voorheen de ‘48-uurstocht’, nu de ‘80-mijl’.

Haye van der Werf

HISTORIE VAN DE 48-UURS Zolang ik lid ben van PZV (vanaf 1994) bestaat er een 48-uurs zeilweekend, meestal aan het begin van de zomer, rond de langste dag, gehouden. Met bijna alle tochten ben ik mee geweest. Voor mij was het DE mogelijkheid, evenals bij de Ramsgate tocht, om zeezeilervaring op te doen en nachtelijke tochten te maken. Ook wachtlopen was in die tijd een nieuwe ervaring voor mij en dat was ook zeker nodig bij een tocht met twee nachten erin. De laatste drie keer heb ik het georganiseerd. De belangstelling liep terug. Niet meer dan drie boten deden nog mee. Uit de vereniging kreeg ik signalen dat alleen maar zeilen voor de meeste leden te weinig is. Het wedstrijdelement en het sociale gebeuren, lees: drinken en eten, moesten meer in de 48-uurs komen. Vorig jaar heb ik een opzet gemaakt waar die elementen in zitten, een 24-uurs wedstrijd als die op het IJsselmeer, met als eindpunt Scheveningen. Slechts drie boten deden mee, maar allemaal waren ze enthousiast. Dit jaar is de formule iets aangepast; de 24-uurs wordt tachtig mijl wedstrijdzeilen, maar het wedstrijdelement en Scheveningen zijn nog de vaste punten. Dit jaar deden vijf schepen mee en iedereen was zeer enthousiast. DE 48-UURS NIEUWE VORM Tachtig mijl zeilen is dus het hart van het 48-uurs weekend geworden. Twee dingen zijn belangrijk: de gemiddelde snelheid per uur zo hoog mogelijk krijgen 28

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

en het nauwgezet bijhouden van een logboek. De 80-mijl bestaat uit maximaal 20 deeltrajecten van minimaal vier mijl. Een nieuw deeltraject begint als er een duidelijke koerswijziging wordt uitgevoerd met een bepaalde reden. Het startpunt bepaalt de schipper zelf, en wordt op tactische gronden gekozen. Belangrijk is dus een goede tochtplanning, rekening houdend met wind, windrichting, stroming, getij, snelheid van het schip, etc.

DE 80-MIJL MET DE TRINITY Startpunt bepalen. De laatste weersverwachting, een dag voor de 48-uurs, geeft een windverwachting tussen west en noordwest, kracht 3 tot 4, later in het weekend draaiend naar zuidoost. Hoogwater in het Slijkgat is vrijdagavond om 20:00 uur. Om optimaal van de stroom te profiteren moet je om 20:00 uur in het Slijkgat zijn. Dit is tevens het vroegste moment dat je mag beginnen aan de 80 mijl. Praktisch was dit niet haalbaar, dus werd gepland uiterlijk om 22:00 uur in het Slijkgat te zijn. Voldoende stroom mee, maar bijna geen wind en recht op kop. Wanneer moeten we starten? Laveren is inefficiënt voor de 80 mijl, dus werd het startmoment uitgesteld tot bij ton

SG4 om 23:17uur. Dit was het eerste moment dat een traject van minimaal vier mijl te zeilen was, met stroom mee in noordelijke richting, en weinig wind: kracht 2. Rekening houden met stroom en wind Stroom mee en hoog aan de wind geeft 8 knopen schijnbare wind. Dit is genoeg. Ruim een uur later is de kentering, net voor de Eurogeul. Tegen de stroom in zeilen is nu desastreus voor je snelheid, zeker met een windkracht 2-3. Dus in zuidwestelijke richting naar de Oosterboei, ongeveer halve wind en stroom mee, maar steeds verder van Scheveningen. De Banjaard willen we niet in. Dus bij de Ooster aangekomen, stroom dwars in west-noordwestelijke richting, hoog aan de wind. De zuidgaande stroom zal nog 4 uur blijven staan, dus 2 uur westnoordwestelijk en daarna 2 uur terug. De wind is toegenomen tot 16 knopen schijnbaar, richting WZW. Perfect. Na 2 uur hetzelfde traject terug, een ramp, ruime wind, flinke deining, geen snelheid en veel geschommel. Na een klein uur de koers iets verlegd naar halve wind, richting stroom-mee. Nog een uur later zijn we weer terug, iets zuidelijk van de Oosterboei.


TACHTIG MIJLEN

rechte lijnen in de deeltrajecten te trekken en de lengte met de passer uit te meten. Het laatste traject, de ruime 1.5 mijl, is omcirkeld in de kaart en toen we deze lijn passeerden hebben we de eindtijd geklokt. De 80 mijl bestond uit 8 deeltrajecten.

Halverwege Bijna 40 mijl is nu afgelegd, ’s ochtends om 6:30 uur, na ongeveer zeven uur zeilen. Dan kentering, de stroom wordt weer noordgaand, richting Scheveningen. Perfect, alles klopt. Het startmoment blijkt goed gekozen. 50 graden schijnbare wind van 15 knopen, stroom mee, continue rond de zeven knopen over de grond. Eurogeul gepasseerd richting REM eiland bij

Noordwijk. Na het REM eiland moest nog ruim 1.5 mijl worden afgelegd, dus met stroom mee doorgegaan. Om precies 12:18 uur zat de 80 mijl erop, totale tijd 13:01 uur. De kentering was nabij en de boeg richting Scheveningen, waar we rond 15:30 uur aankwamen. De lengte van het traject is bepaald door

DE ANDERE SCHEPEN Het aantal deelnemende schepen is vijf. Dit zijn: Jonathan, Sepia, Trinity, Ondine en Vega. In totaal deden 16 personen mee aan de tocht. Sepia en Vega zijn via de Roompot en alle anderen via het Slijkgat naar buiten gegaan. Alle schepen zijn voor 18:00 uur, de uiterste tijd, gefinisht in Scheveningen. De Roompot-boten zijn veel later gestart wegens gebrek aan wind. Jonathan en Trinity hebben onafhankelijk van elkaar ongeveer dezelfde tactiek gevolgd. Zij zijn een uur na elkaar de Eurogeul gepasseerd en net na elkaar in Scheveningen aangekomen. De 80 mijl van de Jonathan bestaat uit 12 deeltrajecten. De Vega heeft wat problemen met het bepalen van het startmoment. Winnen met zo weinig wind, wat moeten ze doen? Zij hebben zich uitstekend terug gevochten. De tactiek van de Vega is mij niet bekend. Het aantal deeltrajecten is 15.

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

29


TACHTIG MIJLEN

De Sepia heeft duidelijk minder wind gehad dan de Trinity. Bovendien hebben zij te maken met een stroomstoring (draadbreuk), maar die is onderweg opgelost. De 80 mijl is opgesplitst in 11 deeltrajecten. De Ondine is het meest noordelijk geweest (Camperduin) en heeft daardoor de meeste wind gehad. Zij hebben niet zo op stroom gelet en hebben een heerlijk zeilweekend gehad. Het is jammer dat er een fout (8.2 mijl in 20 minuten?) in het logboek zat. NA DE 80 MIJL Alle boten konden dicht bij elkaar in de Scheveningse haven liggen, dus was er volop gelegenheid om even met een aantal mensen na te praten over de tocht. Tevens hebben we een tafel geregeld voor 16 personen in de Dukdalf, waar we om 19:30 uur een driegangen vismenu hebben genuttigd. Heel gezellig allemaal. De eindstand kwam daar

Uitslag totale gemiddelde snelheid voor 80 mijl Schip Trinity Jonathan Vega Sepia

Aankomst 13h01 13h07 13h54 14h20

mijl/uur 6.15 6.10 5.80 5.58

mijl/uur gecorrigeerd voor sw 6.49 5.94 5.92* 5.69 sw gesteld op 102

Ondine onbekend door een fout in het logboek. * Deeltrajecten korter dan 4 mijl zijn niet vectorieel opgeteld. nog niet geheel uit de verf en die is pas op dinsdag via de website bekend geworden. De terugweg naar de thuishaven was niet zonder hindernissen, omdat ’s morgens de stroom tegen kwam te staan. Om dit te voorkomen moest al vroeg worden vertrokken. Vega plant 2:30 uur, ik heb ze niet gehoord, maar tegen 3:00 uur waren ze in ieder geval vertrokken,

en rond 05:00 uur vertrok de Jonathan. Toen was ik toch wakker, dus de Trinity was om 06:00 uur weg uit Scheveningen met een krachtige oostenwind. De kentering was precies bij Maasmond. De rest was tegenstrooms richting Slijkgat. Al weer een prachtige zeildag op zee en daarna op het Haringvliet. Om 19:00 uur zijn we in Dintelsas aangekomen.

ZEILKLEDING …te kust en te keur!

Geopend: dinsdag t/m vrijdag vanaf 10:00 uur, zaterdag vanaf 9.00 uur, koopavond donderdag

HERMAN LIEVEN ZEILKLEDING Oostwal 6 5211 RC ’s-Hertogenbosch Tel: 073-6131763 Fax: 073-6130786

info@lieven.nl 30

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003


ADVERTENTIE adPietrerZZ

14-04-2002

21:53

Pagina 1

SPES-JACHTELECTRO advies- en ontwerpbureau • • • • • • •

Tailormade electrical systems

Installatie- en systeemadviezen Energiesystemen Ontwerpen, tekenen en budgetteren Installatiebegeleiding Materiaallevering Navigatiesystemen Aankoopkeuringen

Voor een compleet concept in jachtelektro Leverancier van o.a. - Energiesystemen en accu’s - Navigatiesystemen - Communicatie- en antennesystemen

- Beveiligingssystemen - Verlichting- en installatiematerialen

Partner Jachtelektro

[T/F] 0416 - 697 066 [M] 06-520 75 724 [E] p.w.stoelinga@spes-jachtelectro.nl Bennex Holland - Holland Nautic - Sim Holland - Mastervolt - Victron - Proosten Electronics - ASA - VDO Kortjacht - Exalto - Alpha - Belship - Technautic - Optima - Varta - Sonnenschein - Technische Unie

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

31


AVONTUUR OP PAMPUS

Avontuur op Pampus Frans doet verslag van een zeer geslaagd IJsselmeerweekend met een bezoek aan Pampus.

Frans Jansen

H

et wordt een jaarlijks terugkerend evenement: het IJsselmeerweekend. Dit jaar deden niet minder dan 11 schepen met 39 opvarenden mee. Het geheel stond onder de inspirerende leiding van Pieterjan van Dongen, ondersteund door Aite de Jong. Ook Peter Slikkerveer zorgde voor inspiratie. De weersvoorspelling voor 28 en 29 augustus stak buitengewoon ongunstig af bij het algemene weerbeeld van deze zomer: een temperatuur vanl 18 tot 20 graden en felle buien met mogelijk onweer en harde windvlagen.In de praktijk viel het voor onze min of meer geharde zeezeil(st)ers gelukkig erg mee. In de thuishavens langs het IJsselmeer werd vrijdagavond en zaterdagochtend ingescheept. Opmerkelijk was dat de organisatie er in was geslaagd ook een flink aantal niet IJsselmeer-PZV-ers te interesseren. Ze hadden het eigen bootje in Zeeland achtergelaten om de IJsselmeerschepen te helpen bemannen! Wat bleek : een weekendje varen op een ander schip, met clubgenoten, bleek een nuttige en aangename ervaring. Menige tip werd gegeven of opgedaan.

Rats, kuch en bonen Een hoogtepunt van het weekend was een goed georganiseerde rondleiding (op zaterdagmiddag) op het oude forteiland Pampus. Het eilandje wordt beheerd door een stichting bemand met 32

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

vele tientallen enthousiaste vrijwilligers en enkele fulltime ‘bannelingen’ die de bouwval hebben helpen uitgraven en er rondleidingen en evenementen organiseren. Alles, met de bedoeling een zo compleet mogelijk historisch deel van Fort Pampus voor het nageslacht te behouden en mogelijk te restaureren. Onze rondleider wist met veel enthousiasme de toch wat kille, holle ruimten van het oude fort met levendige verhalen ‘te vullen’. Bij wijze van spreken zagen we het 160 man grote garnizoen in een benauwde ondergrondse gaarkeuken zitten. Om hen heen de ketels vol met ‘rats, kuch en bonen’. Tunnels, gangen en verdedigingsgrachten met schietgaten, latrines en slaapvertrekken; alles is er nog of wordt met oude foto’s aangevuld. Op de plaats van grote kratervormige gaten in het ongelooflijk dikke plafond zaten ooit vier gigantische Duitse Krupp kanonnen. Die kanonnen werden geladen met granaten van wel 200 kilo per stuk. Het geheel schoot van onder twee draaibare, zwaar gepantserde koepels. Deze koepels werden aangedreven door ondergrondse stoommachines, met bijbehorende ketels, stokers en kolenopslagplaatsen. Een kruitfabriek in Muiden voorzag alles van het noodzakelijke ‘vuurwerk’. In 1827 is met de bouw begonnen en toen het fort in 1895 klaar was hebben ze zo’n grote granaat een

keertje afgeschoten. Het effect was verschrikkelijk. Overal scheuren en muren ontzet. Tot in Muiden en omstreken waren alle ruiten gebroken. De bonensoep zat tegen het plafond. Onze rondleider wees daarbij op enkele enorme schimmelvlekken. Overal dode vissen. Een garnizoenssoldaat met een manke poot is nooit meer terug gevonden. Zijn geest waart nu door de kazematten, aldus onze voorlichter. Dit kon natuurlijk niet en daarom heeft het militair gezag kordaat besloten vier dikke ijzeren pijpen in de kanonslopen te laten zetten. Daarna konden er alleen nog kleine oefengranaatjes met een bescheiden ‘plofje’ door. Maar dat was geheim en het geheel zag er heel afschrikwekkend uit. Fort Pampus maakte deel uit van een ring van 42 forten rond Amsterdam. Voorwaar geen kleinigheid. Toch heeft het fort nooit dienst gedaan. Met de afsluiting van de Zuiderzee verdween de noodzaak van een verdedigende functie, die het bij een aanval overzee ooit gehad zou kunnen hebben. Het garnizoen werd, op enkele moeilijke gevallen na, teruggetrokken en het fort verviel tot een prachtig nest voor eenden en andere watervogels. Tijdens de tweede wereldoorlog kwamen de leveranciers van de kanonnen nog terug om ze ‘terug te halen’. Wellicht uit teleurstelling over de in de lopen


AVONTUUR OP PAMPUS

aangetroffen ijzeren pijpen bliezen ze de resten van het fort op. Althans, dat was de bedoeling. Het fort bleek echter zo stevig, dat er toch nog opmerkelijk veel van over is gebleven. Tijdens de hongerwinter van 1944 is door de wanhopige bevolking van Amsterdam en omstreken alles wat als brandstof kon dienen uit het fort gesloopt, zodat slechts gedeeltelijk ingezakte ruimten en zware brokstukken overbleven. Door fantastisch vrijwilligerswerk is alles nu weer uitgegraven en gedeeltelijk hersteld. Voor zover uw verslaggever het begrepen heeft ‘dromen’ de huidige beheerders van iets wat het midden houdt tussen een pretpark voor o.a. ‘Hells Angels’ en volledig herstel van het fort. De droge ringvormige betonnen slotgracht biedt mogelijkheden als racebaan met schietgaten. Met glazen koepels en een volledig uitgerust garnizoen van vrijwilligers is volledig herstel echter ook mogelijk. U kunt zich aanmelden.

PZV-aanlegmethoden In de avondzon, na nogmaals het schitterend uitzicht vanaf het oude fort bewonderd te hebben, ging ons gehele gezelschap weer scheep richting Muiden. Naar de prachtig gelegen kleine verenigingshaven direct naast het Muiderslot. Onder leiding van de al gewaarschuwde charmante havenmeester werden de meest gecompliceerde PZVaanlegmethoden geoefend. Daarna was het tijd voor een wel zeer verdiende borrel op de PZV-schepen. Enkele ‘vreemde’ schepen waren inmiddels in

verwarring gevlucht. Het tweede hoogtepunt van dit gedenkwaardige weekend was het diner ‘Ronde van Pampus’ in een speciale historische ruimte van restaurant ‘Graaf Floris’ aan de Muidersluis. Tijdens een tafelrede memoreerde Aite nogmaals de goede traditie, dat de organisator van de ene IJsselmeertocht (deze keer Pieterjan) adviseur wordt van de organisator van de volgende. Ook werd natuurlijk onze hartelijke steun betuigd aan Dirk de Graaf, die wegens ziekte helaas niet mee kon. Vele Pampus(vis)potten, stoverijen en witte Wyfke’s later hebben enkele dappere opstapsters nog geprobeerd om het bekende Muider etablissement ‘Ome Ko’ binnen te komen. De meesten von-

den het welletjes en bereidden zich, in stilte genietend, voor op de volgende stralende ochtend. Een ochtend die overigens werd opgefrist door enkele fikse buitjes. Die ochtend is ieder, zoals te doen gebruikelijk bij de PZV, weer op eigen kiel en -tijd vertrokken. Wij,Frans en Cora Jansen,hebben na de koffie nog heerlijk gezeild met de Elixer van schippers Pieter en Ellis van Dongen.

’Avontuur op Pampus’ is een herdruk uit de avonturen van Kapitein Rob, van het Parool uit 1955; verkrijgbaar op... Pampus!

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

33


MONSTERROL EN COLOFON

MONSTERROL OVERLEDEN Henny Jurgens NIEUWE LEDEN Sjors Janssen Annemarieke van der Mey Ivo van Mierlo Gerard Schonck Dennis van Thiel

Burg. van Nispenstraat 3, 5741 GN Beek en Donk Kasteellaan 37 4116 DK Buren Dorpsbeekstraat 70, 2040 Antwerpen (BE) Duyvekotstraat 13, 5066 BP Moergestel President Rooseveltlaan 21, 5707 GA Helmond

0492-462191 0344-571107 #3235681729 013-5136422 0492-590877

ADRESWIJZIGINGEN Piet Frerichs Peter Jan de Vin

Dommel 30, 5751 WX Deurne Steegoversloot 26-28, 3311 PP Dordrecht

06-53114344

janssenleurs@hetnet.nl meijanne@wanadoo.nl ivo.vanmierlo@planetinternet.be g.schonck@planet.nl dioq@planet.nl

NIEUWE EIGENAREN EN NIEUWE SCHEPEN Eigenaar Naam boot Thuishaven Opmerkingen Sjors Janssen Maeva Herkingen Marina Nordship 35 Albert Riedstra Deenix Marina Port Zélande Contest 31 HT/AC Gerard Schonck Free Bird Bruinisse WSV Bru Najad 331 Een ieder die van boot of ligplaats wisselt, graag een adreswijziging naar de ledenadministratie!

ZEEZEILEN, het verenigingsblad van de Zeezeilvereniging van Philipsmedewerkers PZV (verschijnt 4x per jaar)

BESTUUR Philip Beekman, voorzitter Aite de Jong-Ruben, secretaris Martin Droogh, wnd penningmeester Yvon Holdrinet, voorzitter winteractiviteiten Peter Slikkerveer, voorzitter zomeractiviteiten Hans van Reenen, hoofdredacteur Zeezeilen COMMISSIE ZOMERACTIVITEITEN Peter Slikkerveer, voorzitter Ramsgate tocht: Lidia Roesink Arie van der Padt, penn.m. Henri Boetzkes Paul van der Kamp Zomeractiviteiten: Johan Kortas Haye van der Werf zac@pzv-zeezeilen.nl

Floralaan West 304 Het Laar 31 Stationsstraat 62 Bredestraat 160 De Vetbergen 30 Mauritsgaarde 16

5644 BP Eindhoven 5551 ZC Dommelen 5461 JW Veghel 6543 ZX Nijmegen 5581 TZ Waalre 5671 XM Nuenen

040-2122792 040-2070884 0413-352929 024-3776467 040-2218040 040-2834837

bestuur@pzv-zeezeilen.nl

COMMISSIE WINTERACTIVITEITEN Yvon Holdrinet, voorzitter Arie van der Hoek, secretaris Jan Vermeulen, penn.m. Maarten van Herk Wim van Roode Emile van Thiel

REDACTIE ZEEZEILEN Hans van Reenen, hoofdredacteur Bep Delissen, penn.m. Willy Delissen, redacteur Boudewijn Lacroix, redacteur Bauke Sijtsma, redacteur Vormgeving: Johan Cranendonk Jan Statius Muller

WEBSITE COMMISSIE Ab Pasman, voorzitter Peter Veger, webmaster Ernst-Jan Huijbers Gerard Jorna Marja Snoeyen.

wac@pzv-zeezeilen.nl

zeezeilen@pzv-zeezeilen.nl

wsc@pzv-zeezeilen.nl

INFORMATIE LIDMAATSCHAP, LEDENADMINISTRATIE en BOOTADMINISTRATIE Peter Veger, Prins Hendriklaan 18, 5684 GP Best. Tel 0499-373994, e-mail: ledenadmie@pzv-zeezeilen.nl Zijn er wijzigingen in Uw adres of in de gegevens van Uw boot, geeft U die dan door. Ze worden dan ook opgenomen in de Monstorrol. BETALINGEN Contributies en betalingen voor cursussen, oefenweekenden en advertenties in Zeezeilen moeten worden gedaan aan de respectievelijke rekeningnummens. Gelieve bij betalingen steeds de aard van de betaling te vermelden. Voor betaling van de contributie wordt een acceptgirokaart toegezonden. De redactie van Zeezeilen verstrekt advertentietarieven op aanvraag. Girorekeningen: Bestuur postgiro 1621722 t.n.v. PZV te Veghel Administratie: postgiro 3222325 t.n.v. PZV Contributie te Best Commissie Zomeractiviteiten postgiro 4103394 t.n.v. PZV Zomeractiviteiten te Roosendaal Commisie Winteractiviteiten postgiro 2939005 t.n.v. PZV Winteractiviteiten te Best Redactie Zeezeilen postgiro 5116862 t.n.v. PZV Zeezeilen te Best KOPIJ ZEEZEILEN zeezeilen@pzv-zeezeilen.nl Kopij (in Word, Arial 10 pt) inleveren bij Hans van Reenen, Mauritsgaarde 16, 5671 XM Nuenen, tel. 040-2834837, vanreenen@wxs.nl of zeezeilen@pzv-zeezeilen.nl. Illustraties identificeren met naam en de titel van het bijbehorende artikel. Digitale illustraties weergeven met hoge resolutie in TIF, JPG, PDF, PNG, PSD, BMP, EPS, GIF of desnoods DOC (Word) formaat en bij Hans van Reenen aanleveren, bij voorkeur op floppy of CD. De redactie stelt het op prijs dat u de aanwijzingen in “Enkele richtlijnen voor het schrijven van een stukje voor Zeezeilen” volgt, welk document is op te vragen bij de redactie. Ook kunt u het vinden op de PZV website, onder Zeezeilen. De redactie van Zeezeilen kan aanpassingen aanbrengen vanwege de leesbaarheid of de omvang. Bij grote veranderingen wordt met de auteur contact opgenomen. De redactie behoudt zich tevens het recht voor om een artikel naar een volgend nummer door te schuiven. WEBSITE: www.pzv-zeezeilen.nl Nu ook met een listserver voor directe berichtgeving tussen leden onderling.

34

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003


PZV IN KLEUR

Avonduur na Pampus

Een zonnige zomer

80-mijls

24-uurs

vol PZV activiteiten

Kanaaleilanden

Burghsluis

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003

35


36

PZV ZEEZEILEN 3 - OKTOBER 2003


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.