MET ZORG #5

Page 1

met Zorg Magazine dat bijdraagt aan een integrale visie op (AWBZ-)zorg, wonen en leven • nummer 5 • november 2011

“Ik draai niet om dingen heen” Casemanager FACT-team in gesprek met klant

Volmaakt tevreden in eigen huis Thuis de zorg als in het verzorgingshuis

Dagje uit voor speciale doelgroep De Belevenis prikkelt de zintuigen

Zeggenschap in zorg Onderzoek naar inspraak en invloed van klant


inhoud < kort nieuws

04

AZR 3.0, declareren op klantniveau (AW319), doelgroeponderzoek, pgb actueel, bezuinigingen in ggz, Woonzorgnet, symposium voor indiceerders van rolstoelen.

p

06

p

thuis bij de klant > Volmaakt tevreden in eigen huis Met het Zorgservicearrangement woont mevrouw Koning nog steeds waar ze het liefst is.

wetenschap > p10

< innovatie

Zeggenschap in zorg Onderzoek naar inspraak en invloed van klanten op hun langdurige zorg.

09

p

in gesprek >

12

p   met andere ogen

>

De Belevenis Een bijzonder dagje uit voor mensen met een ernstige meervoudige handicap en diep dementerende ouderen.

16

p

innovatie

met zorg geregeld > p20

Initiatieven vanuit de Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren

klant aan het roer > Als ik het in de zorg voor het zeggen had, dan...

Wil een collega van u dit magazine ook ontvangen? Stuur dan een mail naar metzorg@unive.nl Het magazine is ook digitaal beschikbaar op www.issuu.com/metzorg of op onze website www.uvitzorgkantoren.nl.

02 met ZORG

15

p >

“Een muurtje om je heen, zodat je niet omvalt” Casemanager van FACT-team ondersteunt psychiatrische patiënt in zelfstandigheid.

22

p


voorwoord Klantparticipatie: groot goed. De langdurige zorg is al tijden in beweging. Er is veel gedaan om de kosten te verlagen en de kwaliteit van de zorg te verbeteren. Toch zal het daar niet bij blijven. De zorgvraag neemt alleen maar toe en dat kost geld. Volgens een recent OESO-rapport wordt Nederland zelfs koploper als het gaat om uitgaven aan langdurige zorg. Bij ongewijzigd beleid stijgen de kosten in 2050 naar 8% van ons bruto nationaal product (nu nog geen 4%). Dat is moeilijk op te brengen. Meer dan ooit hebben we met zijn allen de plicht om de beschikbare gelden zo effectief mogelijk te benutten. Dat kan op vele manieren. Wat ons betreft staat daarbij klantparticipatie centraal. Inspraak van de klant is onontbeerlijk als het gaat om zinvolle en kostenbewuste zorg. Wij raadplegen daarom klanten, vragen advies, ontwikkelen samen met hen projecten en laten de klant medebeslisser zijn. Klantparticipatie en eigen regie zijn een groot goed waar Coöperatie VGZ en de Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren zich hard voor maken. We laten wetenschappelijk onderzoek uitvoeren naar de kwaliteit van de inspraak en invloed (zeggenschap) van de klant met betrekking tot zijn AWBZ-zorg. En in de Nationale Zorgbarometer worden zorgwensen geïnventariseerd. Daaruit komt onder meer het project met de copatiënt voort: een vrijwilliger gaat met een ernstig zieke mee naar het gesprek met zijn of haar arts. Dit project en het wetenschappelijk onderzoek zijn twee voorbeelden waarin wij de klant echt centraal zetten en ondersteunen. En zo zijn er nog vele andere voorbeelden. Goede zorg, daarvoor zorg je immers samen! Met vriendelijke groeten, ir. Hans van Noorden Directeur Zorgkantoren Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren

colofon Wat gebeurt er allemaal in de AWBZ? De AWBZ is als volksverzekering van groot belang voor de langdurige zorg. En… hoe kunnen we deze zorg op de meest efficiënte manier voor onze klanten regelen? Die vragen brengen de Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren onder de aandacht in het relatiemagazine ‘Met ZORG’. Daarmee willen de Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren vanuit hun huidige rol in de uitvoering van de AWBZ een bijdrage leveren aan verdere visievorming: hoe past langdurige zorg in het leven van de klant (en niet andersom)? In dit magazine wordt vanuit het perspectief van de klant geschreven over innovaties en ontwikkelingen op het gebied van wonen, welzijn en zorg. We tonen praktijkvoorbeelden en -ervaringen die wat ons betreft richtinggevend zijn voor ontwikkelingen in de zorg. Zorg waarbij het belang van de klant vooropstaat en die een integraal onderdeel is van wonen en leven. Dit magazine is bestemd voor iedereen die open staat voor een positieve impuls in het denken over de ontwikkelingen in de AWBZ. Redactie Greta Kaag, Hans van Noorden, Paul Saelman, Martine Puhl, Jessica Diepenhorst Redactieassistentie Tineke Groels Concept, ontwerp en tekst hollandse meesters, Hoofdruimte Fotografie Michel Boulogne, Marianne Kalkman, Jan van der Waal Dit magazine is ook digitaal beschikbaar op www.issuu.com/metzorg Redactieadres Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren Postbus 676 5600 AR Eindhoven metzorg@unive.nl

met ZORG 03


kort nieuws Declareren op klantniveau via AW319-bericht Vanaf 1 juli 2011 is het declareren op klantniveau voor alle geleverde intra- en extramurale AWBZ-zorg voor alle zorgaanbieders verplicht, via het AW319-bericht versie 1.3. Inmiddels heeft 90,2% van de AWBZ-zorgaanbieders zijn declaraties bij de Univé-VGZ-IZA-Trais Zorgkantoren aangeboden via het Elektronisch Declaratieportaal van VECOZO. Een prestatie om trots op te zijn. Wie vragen heeft over wat wel en niet declarabel is en over de beste manier van declareren, kan voor meer informatie terecht op www.declarerenAWBZzorg.nl. Ook op www.uvitzorgkantoren.nl is veel informatie te vinden, onder meer de lijst met meest gestelde vragen over het declareren op klantniveau. Mocht u aanvullende vragen hebben, dan kunt u terecht bij de helpdesk AWBZ Declareren. Deze is telefonisch bereikbaar op werkdagen van 9.00 tot 17.00 uur, telefoonnummer 040 - 297 57 29, of via mail AWBZDeclaratie@uvit.nl.

‘Jezelf zijn’ bij Woonzorgnet, een nieuwe gecontracteerde zorgaanbieder

AZR 3.0 is een feit Op 1 augustus jl. is AZR 3.0 succesvol in productie gegaan. De eerste weken was het vooral wennen, voor zowel de zorgaanbieders als voor de zorgkantoren. De berichtenstroom is gelukkig goed op gang gekomen. Voor een juiste en tijdige oplegging van de eigen bijdrage aan onze klant is het belangrijk dat de mel­dingen tijdig en correct doorgegeven worden. De 1 oktobermeting van het registratie­ gedrag beschouwen onze zorgkantoren als informatief. Bij de meting op 1 januari 2012 kijken ze weer serieus of uw registratie voldoende op orde is. Het is dus zaak om met elkaar de AZR-registratie dit najaar op orde te maken.

Ggz-klanten de dupe van bezuinigingen De bezuinigingen van bijna € 600 miljoen in de ggz zullen grote consequenties hebben voor de kwaliteit van leven van de klant en zijn of haar directe omgeving. Doordat de klanten vanwege de kosten minder snel in zorg gaan, komen zij in een (te) laat stadium met veel ernstigere klachten weer bij de ggz terecht. En dat maakt de zorg juist veel duurder. Ook kan het mijden van psychiatrische zorg bij sommige klanten leiden tot meer overlast en gevaar voor de samenleving en dus ook tot meer kosten voor gemeenten en politie. Voor de ggz-aanbieders nemen de risico’s toe, waardoor het beleid van extramuralisering onder druk komt te staan. Univé-VGZ-IZA-Trias zal hoe dan ook proberen de extramura­ lisering te bevorderen en waar mogelijk afspraken te maken om zorgmijding zoveel mogelijk te voorkomen.

04 met ZORG

Sinds september 2011 hebben de Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren, regio Nijmegen, Woonzorgnet gecontracteerd. Dit is een AWBZ-erkende private zorgaanbieder, bedoeld voor mensen met algemene psychiatrische problemen en/of ASS. In kleinschalige intramurale woonvoorzieningen bege­ leiden zij klanten bij het creëren van een prettige leef- en woonsituatie. Dit doen zij door 24 uur per dag ondersteuning te bieden, zoals bij de huishouding, het boodschappen doen en financiële zaken of bij het vinden van een geschikte plek voor werk of dagbesteding. Elke klant heeft een Persoonlijk Begeleider bij wie de klant terechtkan met vragen of voor een luisterend oor. ‘Jezelf zijn’ is belangrijk bij Woonzorgnet, omdat elke klant zijn eigen verhaal heeft en dat ook kwijt moet kunnen. Meer informatie op www.woonzorgnet.nl

Doelgroeponderzoek De Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren willen dat doelgroepen met een speci­ fieke vraag de zorg krijgen die aansluit op hun vraag en behoefte. In 2012 is het streven dan ook om zorg in te


kopen die daaraan voldoet en aantoonbare meerwaarde biedt voor de klant. De (zorg)organisaties kunnen zich daarbij ontwikkelen tot expertisecentra voor de regio. Het gaat om een aanbod waarbij ‘best-practice’protocollen gebruikt worden. Belangrijk is dat hierbij wordt samengewerkt in zorgpaden waarbij ook de gemeenten (Wmo) en de zorg­ verzekeraar betrokken zijn. Inzicht daarin is dus al belangrijk bij het inkopen van zorg. Daarom hebben de Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren in de regio Noord-Holland Noord samen met Zorgbelang in 2010 onderzoek gedaan onder mensen met parkinson, een CVA en korsakov. Dit onderzoek bestond uit een analyse van de beschikbare zorg in de regio en groepsgesprekken met klanten en mantelzorgers. Klanten konden tijdens deze gesprekken aangeven hoe zij de zorg in de regio ervaren en verbeterpunten noemen. De resultaten van deze onderzoeken zijn vervolgens besproken met zorgaanbieders in de regio. Ook is hen gevraagd plannen in te dienen om de zorg voor deze klanten te verbeteren. De resultaten van deze onderzoeken zijn gepubliceerd op www.uvitzorgkantoren.nl. De conclusies zijn onderdeel van het inkoopbeleid 2012.

Pgb actueel In zijn ‘programmabrief langdurige zorg’ van 1 juni kondigde het ministerie van VWS een pakket maatregelen aan. De brief is geschreven met als eind­ perspectief betere en betaalbare langdurige zorg. Eén belangrijke maatregel is dat vanaf 1 januari 2012 mensen met een nieuwe AWBZ-indicatie voor zorg thuis geen beroep meer kunnen doen op een pgb. In plaats daarvan kunnen zij de indicatie bij het ‘zorg in natura’-

aanbod (ZIN) verzilveren. Vanaf 1 januari 2014 vervalt het pgb als leveringsvorm voor mensen die zorg thuis krijgen via een pgb. Ook zij worden naar ZIN verwezen. Deze veranderingen brengen maatschappelijke onrust met zich mee. Complex zorgmaatwerk in de AWBZ blijft echter mogelijk, zodat mensen niet opgenomen hoeven te worden in een zorginstelling. Er wordt een aparte vergoedingsregeling ingesteld die alleen geldt voor mensen met een substantiële zorgvraag voor meer dan tien uur per week. Als blijkt dat een AWBZ-zorgaanbieder deze zorg niet kan leveren, dan kan de klant, onder voorwaarden, een zelfgekozen zorgarrangement vergoed krijgen door het zorgkantoor. UVIT is voorstander van meer regie in de zorg, onder het motto: van persoonsgebonden budget (pgb) naar persoonsgebonden regie (PGR). Pijlers hierbij zijn: • Eerst ZIN, dan PGR. • Klant maakt zelf keuzes over omvang, kwaliteit en tijdigheid van de zorg. • Klant bezit PGR-vaardigheden. Kan zelf een zorgplan opstellen. Is PGR-vaardig. • Zorgkantoor neemt administratie over. Zorgkantoor beheert budget en betaalt facturen. Wordt ook wel trekkingsrechten genoemd. • Voorkomen fraude, misbruik en oneigenlijk gebruik. • Meer input aan de voorkant van het proces door meer voorlichting en serviceverlening door het zorgkantoor. Budgethouders maken veel gebruik van zzp'ers om zorg thuis in te kopen. Met het wegvallen van het pgb extra­­ muraal (in 2012 voor nieuwe AWBZ-

instroom en in 2014 voor huidige pgbgebruikers) is er een grote behoefte bij zorginkoop om alternatieve zorgvormen in te kopen. Daarom gaat UVIT in 2012 als eerste en enige zorgverzekeraar zzp'ers (zelfstandigen zonder personeel) contracteren. In Noordoost-Brabant wordt een pilot gestart.

Zittend bestaan

De Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren organiseerden in oktober 2011 drie symposia ‘Ik zit dus ik besta’ voor indiceerders van rolstoelen - fysio­ therapeuten en ergotherapeuten van AWBZ-instellingen. Centraal stonden de kwaliteit van zitten voor rolstoelgebruikers en hun sociale en maatschappelijke positie. Met de symposia wilden de zorgkantoren duidelijk maken dat het goed is bij een aanvraag voor een rolstoel ook de maatschappelijke positie van de klant mee te nemen. Een betere beoor­deling daarvan leidt tot een kwalitatief betere aanvraag (en m ­ inder aanpassingen achteraf). Bij veel indiceerders zijn de ogen opengegaan. Zij beseffen dat overleg met de klant van groot belang is en dat dit uiteindelijk leidt tot een tevreden klant.

met ZORG 05


thuis bij de klant

06 met ZORG


“Volmaakt tevreden in eigen huis” Mevrouw Koning woont in een pittoresk straatje in de binnenstad van Alkmaar. Al 66 jaar. Ze betrok het huisje als twintiger met haar man. Hier woonde ze met haar vijf kinderen, en uiteindelijk alleen. “Het mooiste straatje van Alkmaar. Als ik hier weg zou moeten, zou ik wel een traantje laten.”

Toch diende zich vorig jaar het gevreesde moment aan: mevrouw Koning kreeg te horen dat ze bovenaan op de wacht­ lijst stond voor het verzorgingshuis. Ze zou spoedig haar geliefde huisje moeten verlaten. “Ik had er écht geen zin in, maar mijn vier dochters en zoon wilden het graag. Ik begreep het wel een beetje: ze wilden goede zorg voor mij, dat wilde ik vroeger ook voor hen.” Om haar kinderen een plezier te doen, ging ze een kijkje nemen in haar toekomstige huis. “Zo'n klein kamertje! Het zag er keurig netjes uit hoor, dat was het probleem niet. Maar toen we weer buiten stonden zei ik: denk maar niet dat ik dáárin ga!” Als ze eerlijk is: was het een grotere kamer geweest, had ze het ook niet gedaan. “Maar nu had ik een goed excuus.” Ze liet zich inschrijven voor een ander verzorgingshuis. "Dan komt u weer helemaal onderaan op de wachtlijst', zei men verontschuldigend. Met een scheef glimlachje: “Dat hinderde niet!”

jaar hoeft mevrouw Koning daarom niet meer bang te zijn dat ze haar huis moet verlaten. Mevrouw Koning somt het even op: “Ik heb iemand die op woensdagmorgen huishoudelijk werk komt doen, ik heb een klein groepje mensen die alle dagen mijn kousen aan- en uittrekken, ik krijg eten van de traiteur én ik heb Annelies.” Annelies is mevrouw Konings vaste begeleider. Ze helpt met boodschappen doen, gaat mee naar een ziekenhuisafspraak en met haar Eveanauto brengt ze mevrouw Koning naar verjaardagen of afspraken met vrienden. “Je kunt beter vragen wat we niet allemaal samen ondernemen! Op dinsdagmiddag mag ik altijd bepalen wat we gaan doen. Als ik het niet weet, verzint Annelies wel iets voor me. We gaan naar het strand, naar een museum of naar de dierentuin. We snoeien de tuin, maken bloemenkransen of knutselen postkaarten.”

“Weer buiten zei ik: denk maar niet dat ik dáárin ga!” Voor mensen als mevrouw Koning heeft zorginstelling Evean Thuiszorg het zogenaamde Zorgservicearrangement bedacht, vertelt Sandra Timmermans, regiodirecteur van Evean Thuiszorg. “We geven hen dezelfde zorg en diensten als in een verzorgingshuis, maar dan in hun eigen huis. Dit betekent dat ze niet alleen zorg thuis krijgen, maar ook diensten zoals warme maaltijden aan huis, vervoer, begeleiding bij activiteiten, een klusdienst.” Sinds april vorig met ZORG 07


“In een verzorgingshuis krijgen de bewoners immers ook activiteitenbegeleiding”, zegt Timmermans. “Daar is bijvoorbeeld iedere woensdagmiddag bingo. Maar wat nu als je niet van bingo houdt? Dan heb je mooi pech. Het mooie van ons systeem is dat wij uitgaan van wat de klant zélf wil. Dat betekent overigens niet dat de begeleider per se zelf hoeft mee te doen. Als iemand graag wil schaken, kan zijn begeleider bijvoorbeeld proberen een schaakclubje voor hem te vinden.” Evean Thuiszorg liet de effecten van het Zorgservicearrangement in een pilotstudie onderzoeken. De resultaten waren veelbelovend. “In een jaar tijd werden de klanten minder kwetsbaar en hun zorgvraag nam af. Bovendien kregen ze een positievere kijk op de toekomst en meer plezier in het leven”, vertelt Timmermans.

“Dezelfde behandeling als in een verzorgingshuis, maar dan in hun eigen huis.” Sinds Annelies er is, voelt ook mevrouw Koning zich een stuk beter. “Voordat zij kwam, moest ik mijn kinderen overal voor inschakelen. Ik had toen nog huid­ kanker en moest vaak naar het ziekenhuis. Dat was soms best moeilijk te organiseren, want mijn kinderen werken allemaal. 'Moet je nu alweer?' vroegen ze soms. Ik ben blij dat ik dat nu niet meer van ze hoef te vragen. Ik hoef maar een kik te geven of Annelies brengt me overal heen.” Niet alleen de herwonnen mobiliteit, ook Annelies' gezelschap doet haar goed. “Ik was ook een beetje down. Ik had allemaal wonden op mijn benen en kon daardoor zelf de deur niet uit. De buurman met wie ik altijd koffie drink was verhuisd, ik kon hem niet op­zoeken. Ik voelde me een beetje eenzaam worden. Annelies kwam dus precies op het goede moment! Het klikt heel goed tussen ons. Ze is als een dochter voor me. Mensen denken ook altijd dat ik haar moeder ben, als ze ons zien. Dan lachen we samen heel hard.” “Het klinkt misschien raar,” zegt mevrouw Konings voorzichtig, “maar ik heb het in mijn hele leven nog nooit zo goed gehad als nu. Ik heb met vijf kinderen gewoond, armoede gekend, problemen met mijn man. Ik kan nu doen wat ik wil, ondanks lichamelijke kwalen. Ik ben volmaakt tevreden.” //

08 met ZORG

Zorgzwaarte Het Zorgservicearrangement van Evean Thuiszorg is geschikt voor klanten met zorgzwaartepakket (ZZP) 1 of 2, dit komt neer op een behoefte aan begeleiding of verzorging en eventueel een lichte vorm van zorg. Het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) kent de ZZP's toe en bepaalt zo hoeveel geld een zorginstelling voor een bepaalde klant ontvangt. Mensen met ZZP 1 of 2 kunnen prima thuis verzorgd worden, verzekert Timmermans. “De zorgbehoefte op zich is namelijk niet de reden waarom deze mensen naar een verzorgingshuis zouden gaan. Het gaat bij hen eerder om problemen als afgenomen mobiliteit, niet meer in staat zijn klusjes in huis op te knappen, zich minder veilig voelen thuis en een toenemende eenzaamheid. Die problemen kunnen in een verzorgingshuis worden opgelost, maar er zijn ook heel goede andere manieren.” Volgens Timmermans kan Evean Thuiszorg bovendien garanderen dat de zorg even veilig is als in een ver­ pleeghuis. "Stel dat er 's nachts iets gebeurt, dan moet er snel iemand ter plekke zijn. Daarom dragen alle klanten van het Zorgservicearrangement een alarm op zich. Met één druk op de knop wordt er meteen iemand opgeroepen.” Puntensysteem Evean Thuiszorg krijgt een bepaald tarief van onze zorgkantoren om de zorg van een klant te bekostigen. Dat tarief wordt omgezet in punten. “Een aantal punten gaat altijd naar het zorgstuk, dat staat vast. De rest kunnen de klanten zelf invullen”, zegt Timmermans. “Zo kunnen ze zelf be­slis­sen welke diensten ze ontvangen.”


fit

Jong en oud ontmoet elkaar bij de fitnessapparaten in de wijk De Staart in Dordrecht; “op De Staart”, zeggen ze daar. Er zijn acht toestellen geplaatst bij Woon- en Zorgcentrum De Merwelanden, buiten op het fitnesscircuit. In de openlucht kan iedereen die wat meer wil bewegen er gebruik van maken. Ook geven sportinstructeurs er les, zowel aan jongeren als aan ouderen. De fitnessapparatuur voor buiten staat overigens op meer locaties in Nederland. In Dordrecht zijn ze gefinancierd met een bijdrage van RVVZ, het innovatiefonds van verzekeraars (zie rvvz.nl). Meer informatie: www.dordrecht.nl/staart, klik op ‘buitenfitness’. met ZORG 09

Fotografie Jan van der Waal

innovatie


wetenschap

Zeggenschap in zorg Onderzoek naar inspraak en invloed van klanten op hun langdurige zorg. Door Jeroen van Andel en Lineke Verkooijen.

Wat zijn volgens klanten de relevante aspecten van ‘zeggenschap in zorg’ en welke invloed en inspraak (zeggenschap) hebben zij feitelijk met betrekking tot hun zorg binnen de AWBZ? Deze vragen stonden centraal in het kwalitatieve onderzoek ‘Zeggenschap in Zorg’, dat het Lectoraat Klantenperspectief in Ondersteuning en Zorg van hogeschool Windesheim Flevoland heeft uitgevoerd. Hierbij is specifiek gekeken naar de informatievoorziening, het zorgleefplan, veiligheid en dagbesteding. Opdrachtgever voor het onderzoek zijn de Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren (regio’s Noord-Holland Noord, Waardenland, Midden-Holland, Midden-Brabant, Noordoost-Brabant, Nijmegen en Noord- en Midden-Limburg). Bij zeggenschap gaat het zowel om inspraak als om invloed. Inspraak wordt daarbij gezien als: de gelegenheid om een mening of wens kenbaar te maken in een aangelegenheid waarbij men betrokken is. De uiteindelijke beslissing, bijvoorbeeld over de zorg die men ontvangt, wordt genomen door een bevoegde gezagdrager, in dit geval de zorgverlener. Onder invloed wordt verstaan: het vermogen om ergens op in te werken met als doel om iets gedaan te krijgen. Invloed gaat verder dan inspraak omdat het een garantie biedt dat een mening of wens, bijvoorbeeld over de zorg die men zou willen ontvangen, wordt overgenomen.

In de informatievoorziening blijft vaak onduidelijk welke zeggenschap een klant heeft over zijn directe zorg. 10 met ZORG

Om inzicht te krijgen in de aspecten van zeggenschap zijn diepte-interviews afgenomen onder twintig klanten van de Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren uit de categorieën V&V, GZ en ggz, zowel mannen als vrouwen, van alle leeftijden. Daarnaast is klantinformatiemateriaal geanalyseerd dat de betrokken zorginstellingen aanbieden aan hun klanten. Bevindingen Uit de interviews wordt duidelijk dat de zeggenschap die klanten in zorg willen hebben betrekking heeft op: 1. Moment (tijdstip/dag) waarop de zorg, ondersteuning, begeleiding en/of dienst geleverd wordt. 2. Vorm en inhoud van de zorg, ondersteuning, begeleiding en/of dienst die de organisatie biedt. 3. Plaats waar de zorg, ondersteuning, begeleiding en/of dienst geleverd wordt. 4. Persoon die de zorg, ondersteuning, begeleiding en/of dienst levert. 5. Indien van toepassing: de samenstelling van de groep klanten die de zorg, ondersteuning, begeleiding en/of dienst ontvangt. In de mondelinge en schriftelijke informatie die klanten krijgen van zorgorganisaties blijft veelal onduidelijk hoe klanten zeggenschap in deze aspecten kunnen hebben. Tussen de regels door valt soms wel op te merken dat er zoiets als zeggenschap bedoeld wordt, maar een concrete uitnodiging daartoe ontbreekt. Met name omdat geen informatie gegeven wordt over ‘wie doet wat, op welk moment, waar en met welke betekenis’. Het zorgleefplan komt tot stand in samenspraak met de klant of zijn vertegenwoordiger op basis van (1) consensus of (2) geen (streven naar) consensus. Bij consensus is ‘overleg’ een sleutelwoord en is sprake van een evenwaardige afstemming. In het andere geval is een duidelijk minder evenwaardige afstemming te herkennen. In beide gevallen wordt veelal niet expliciet naar wensen gevraagd ten aanzien


van hoe, wat, waar, wanneer en door wie. Wel wordt toe­stemming gevraagd om iets te veranderen of wordt naar een mening gevraagd. Aspecten die klanten belangrijk lijken te vinden in het gedrag van de professional bij de totstand­koming van het zorgleefplan zijn: luisteren naar de klant, reageren op wensen van klanten (er iets mee doen), afspraken met de klant nakomen. Risicoafspraken met de klant hebben veelal te maken met het voorkomen van risico voor de klant en/of het voorkomen van risico voor de medewerker en/of organisatie. Bij het voorkomen van risico bij de medewerker en/of organisatie lijkt er minder zeggenschap van de klant mogelijk te zijn dan bij het voorkomen van risico voor de klant. Klanten lijken in relatie tot veiligheid veelal enige inspraak te hebben in de groepssamenstelling als de zorg, begeleiding, ondersteuning, behandeling et cetera in een groep wordt geboden. Andere belangrijke aspecten in relatie tot veiligheid zijn: voldoende, bekwame en klantgerichte medewerkers en goede communicatiemogelijkheden. Uit het onderzoek blijkt verder dat de doelen van dagactiviteiten soms niet overeenstemmen met de wensen van de klanten. Dit lijkt vooral van toepassing op activiteiten die een relatie hebben met het (weer gaan) functioneren in de maatschappij en veel minder op activiteiten gericht op ontspanning. Ook lijkt er weinig samenwerking met andere partners in zorg te zijn ten aanzien van zorg, ondersteuning, begeleiding en/of dienstverlening. Ten behoeve van behandeling ligt dit anders, hier wordt meer samenwerking gecon­ stateerd. Samenwerking met andere zorgaanbieders wordt door klanten wel belangrijk gevonden. Klanten lijken weinig inzicht te hebben in hoe het financieel geregeld is met de dagbesteding. Zij weten niet waarom er voor de ene activiteit wel een bijbetaling wordt gevraagd en voor de andere activiteit niet. Implicaties Voor de informatievoorziening, het zorgleefplan, veiligheid en dagbesteding wil een klant zeggenschap in de vorm van invloed uitoefenen op hoe, wat, waar, wanneer en door wie zorg, ondersteuning, begeleiding en/of een specifieke dienst wordt geleverd. Bij dagbesteding kan nog een aspect worden toegevoegd, namelijk zeggenschap ten aanzien van de groepssamenstelling. In dit geval gaat het meer om inspraak. In de praktijk lijkt er, als er sprake is van zeggenschap, in alle gevallen eerder sprake te zijn van inspraak dan van

invloed. Opvallend is verder dat klanten meestal wel worden opgeroepen om klachten kenbaar te maken, maar veel minder om suggesties te geven voor het beleid van de organisatie en/of de kwaliteit van zorg. Tot slot lijkt de mate van keuzevrijheid van de klanten in hun eigen zorg erg te verschillen en samen te hangen met de flexibiliteit van de zorgorganisatie. De mate van keuzevrijheid voor de klant lijkt daarmee een goede indicator voor de mate van flexibiliteit van een organisatie en de mate van levering van maatwerk.

Keuzevrijheid voor de klant lijkt een goede indicator voor hoe flexibel een organisatie is. Vervolg In het gehouden onderzoek is een checklist ontwikkeld waarmee de mate van zeggenschap van klanten in een zorgorganisatie kan worden getoetst. In het kwantitatieve vervolgonderzoek, dat eind september is gestart, wordt deze checklist onder 1100 klanten, leden van 15 cliëntenraden en medewerkers van 10 zorgaanbieders getoetst en gevalideerd. De resultaten worden verwacht in maart 2012. ‘We gaan de uitkomsten vervolgens inbrengen bij het maken van afspraken met zorgaanbieders en klantenorganisaties’, aldus Hans van Noorden, directeur van de Univé-VGZ-IZATrias Zorgkantoren. ‘Zo kunnen we de inspraak en invloed van onze klanten nog verder verbeteren.’ //

De klantenorganisaties Zorgbelang, LOC Zeggenschap in Zorg en Huis voor de Zorg zijn betrokken bij het onderzoek. De uitkomsten van het kwalitatieve onderzoek zijn te vinden op www.uvitzorgkantoren.nl.

met ZORG 11


in gesprek

12 met ZORG


“Een muurtje om je heen, zodat je niet omvalt.” Henriëtte Staleman (61) krijgt twee keer in de week bezoek van haar casemanager Martien Snelten (43), die deel uitmaakt van het zogenaamde FACT-team. “We willen voorkomen dat het zo uit de hand loopt dat iemand moet worden opgenomen.” In de hal van haar huis ligt een schilderij te drogen. “Dit wordt het universum”, zegt Henriëtte Staleman. “Maar de kat is erop gaan zitten.” In een lange paarse fluwelen fladderrok loopt ze door haar huis. Ze schenkt thee, deelt bonbons uit. Aan de wanden eigen werk, tegen de muur staan nog meer schilderijen te wachten. “Deze verbeelden mijn manieën”, zegt ze bij twee kleine schilderijtjes boven de tafel. De een is donkerbruin, zwart, grijs, voor de ander heeft ze felle kleuren gebruikt. “Je kunt wel zien welke de depressieve periode voorstelt.”

“Ik heb het sterke vermoeden dat je altijd eerlijk tegen me bent.” Staleman woont in de duinen, de zee op twee minuten lopen bij haar vandaan. Samen met tien andere kunstenaars beheert zij een charmant oud gebouw dat honderd jaar geleden werd gebruikt als kuuroord voor 'bleke stadsneusjes met astma en bronchitis'. Twee keer in de week komt Martien Snelten haar daar opzoeken. Snelten is Stalemans 'casemanager', een persoonlijke begeleider die deel uitmaakt van een van de zogenaamde FACT-teams van GGZ NoordHolland-Noord. FACT-teams bestaan uit verschillende hulpverleners, zoals psychiaters, verslavingsdeskundigen, sociaal-psychiatrisch verpleegkundigen, werkbegeleiders en ervaringsdeskundigen, die samenwerken om psychiatrisch patiënten te ondersteunen in hun dagelijks leven. Ongeveer twintig jaar geleden werd Staleman opgenomen in 'Willibrord'. “Het klinkt vervelend, maar dat is dus het gekkengesticht”, verduidelijkt ze. Hoe het allemaal precies

ging, heeft ze niet meer helder voor ogen, maar het duurde ongeveer een jaar. Daarna ging ze nog iedere dag naar de dagbehandeling, maar dat was door de lange reistijd eigenlijk geen doen. Eind jaren negentig kreeg ze een casemanager toegewezen. “Hij zorgde dat ik mijn huis schoonhield, dat ik mezelf verzorgde – daar wil ik nog wel eens niet zo goed in zijn, dan loop ik er wat slonzig bij – hij zorgde dat er eten in huis was, hij keek of ik contact met andere mensen had, of mijn administratie op orde was.” Sinds een jaar is Snelten Stalemans casemanager.

Heeft u veel steun aan Martien? Staleman: “Jazeker. Ze komt twee keer per week. Toch, Martien?” Snelten: “Ja hoor, Henriëtte.” Staleman: “Nee, Martien, nou geen grapjes maken. We zouden serieus doen. We zijn heel serieus. Ze komt langs om te kijken hoe het met mij gaat en ze brengt medicijnen. Kijk, dit is het doosje voor de hele week. Pillen tegen trek in alcohol, pillen tegen de bipolaire stoornis, pillen tegen psychosen. Ik ben weinig psychotisch hoor, maar ik slik ze tegen nachtelijke angsten. En dan heb ik nog een slaapmiddel. Weet je, medicijnen zijn ook een soort candy, een snoepje. Soms vind ik het moeilijk ermee om te gaan. Als ik het niet zie zitten, wil ik nog wel eens een paar slaappillen tegelijk nemen. Daarom komt Martien twee keer per week, zodat ik de pillen verdeeld over de week krijg.” Snelten: “Ik breng de medicijnen en we houden gesprekken.”

Waarover? Staleman, met een ernstig gezicht: “Over de kwaliteit van de thee, bijvoorbeeld.” Snelten, al even serieus: “En of je nog wat lekkers in huis hebt.” Ze lachen. met ZORG 13


Snelten: “We praten over hoe de week verloopt, of je genoeg te doen hebt overdag, hoe het contact met de buren is.” Staleman: “We hebben het ook over triviale dingen. Welke lamp er boven deze tafel moet, bijvoorbeeld. Het is namelijk óók heel gezellig als Martien er is. We drinken thee en kletsen. Soms heb ik niets te vertellen. Dan zeg ik: 'Martien, vertrek maar weer!' Dan loopt de week heel goed, kan ze beter ergens anders heen.”

“We hebben gelukkig korte lijntjes met de kliniek, je kon er meteen terecht.” Snelten: “Tegenwoordig is er wel meer lichamelijke zorg die geregeld moet worden.” Staleman: “Ja, we gaan ook samen naar het ziekenhuis. Door een vreemd ongeluk in huis heb ik mijn arm verbrijzeld. Het klinkt belachelijk, maar ik ben over een ei gevallen. Twee dagen voor kerst kwam ik met mijn handen vol boodschappen de kamer in, ik zag de doos met eieren niet. Ik gleed de hele kamer door. Daarna moest ik geope­­ reerd worden en regelmatig naar de orthopeed.” Snelten: “De dingen die vorig jaar speelden, komen nu minder aan de orde. Het drinken is bijvoorbeeld veel meer naar de achtergrond verschoven.” Staleman: “Ja. Ik heb namelijk ook behoorlijk lang gedronken. Dat speelde trouwens nog niet bij mijn eerste opname in Willibrord. Maar door een vervelende gebeurtenis – laten we het een crimineel incident noemen – ben ik gaan drinken. Om te vergeten. Daarom ben ik sinds 2008 een paar keer opgenomen in de DD-kliniek. Dat staat voor Dubbele Diagnose, want ik heb een bipolaire stoornis én een drankprobleem.”

te betrekken. Popke heeft ook ons telefoonnummer. Zo bouwen we een muurtje van mensen om iemand heen, zodat hij of zij niet omvalt. We willen voorkomen dat het zo uit de hand loopt dat iemand moet worden opgenomen.”

Het ziet eruit alsof jullie goed met elkaar kunnen opschieten. Snelten: “Henriëtte is een verstandige...” Staleman trekt haar wenkbrauwen op. Snelten gaat onverstoorbaar verder: “... intelligente, creatieve vrouw met veel humor. Ik vind je ook heel sterk.” Staleman: “Sterk?” Snelten: “Ja, hoe jij dat het afgelopen jaar hebt gedaan, dat bewonder ik.” Staleman: “Martien is een sprankelende vrouw, dat vind ik echt. Vrolijk en dartel. En ik heb ook het sterke vermoeden dat je altijd eerlijk tegen me bent.” Snelten: “Ik draai niet om de dingen heen, nee.”

Zijn jullie het ook wel eens oneens?

Snelten: “Dat heb ik maar een keer meegemaakt. Dat was een van de laatste keren dat je werd opgenomen in de DD-kliniek. Toen wilde je niet, maar ik vond echt dat je erheen moest. Toen heb ik je echt moeten overtuigen: denk nou aan jezelf, neem dit advies nou aan.” Staleman: “Ja, dat was een heel moeilijk moment. Popke zat hier ook, hij had denk ik gebeld dat ik weer aan het hijsen was.” Snelten: “...en buiten liep op blote voeten.” Maar nu is het drankprobleem minder? Staleman: “Terwijl het winter was, ja. Ik was total loss, Snelten: “De laatste keer dat je in de DD-kliniek zat, is al maar ik wilde echt niet naar die kliniek. Ik denk dat we bijna een jaar geleden. Sindsdien gaat het heel goed.” hier wel een dik uur hebben zitten bakkeleien. Ineens zei Staleman: “Soms heb ik wel een terugval, hoor. Als ik heel ik: 'Oké, maar dan gaan we ook nu meteen.' Ik heb mijn jas veel dorst heb, ga ik naar buurman Popke. Hij geeft me dan aangetrokken en we zijn in de auto gestapt.” twee pilsjes. Kleintjes, van 33 centiliter. 'Proost hè', zegt Snelten: “Hup, daar ging je. We hebben gelukkig korte ie dan, zelfs al is het tien uur 's ochtends. Zelf haal ik geen lijntjes met de kliniek, je kon er meteen terecht.” alcohol in huis, dat doe ik niet meer. Ik heb nog wel een Staleman: “Het is goed dat ik ben gegaan.” // fles wijn, die heeft mijn buurvrouw in beheer. Ik heb heel goede buren.” Kijk voor meer informatie over het FACT-team op Snelten: “We proberen zoveel mogelijk mensen bij de zorg www.fact.nl. 14 met ZORG


innovatie

WEGWIJS Wie hersenletsel oploopt, komt in een nieuwe wereld terecht. Na de medische revalidatie komen allerlei vragen op. Hoe moet het nu verder met mijn leven, wie ben ik nu, wat kan ik nog? Er is ook behoefte aan maatschappelijke revalidatie. Daarom startte Pluryn in april 2011 met het NAH Servicecentrum in Nijmegen. Iemand die recent NAH (niet-aangeboren hersenletsel) heeft opgelopen, kan er terecht voor trainingen en ondersteuning. Zoals hulp bij het zoeken naar nieuwe mogelijkheden voor wonen en dagbesteding, er is tijd voor rouwverwerking en er zijn allerlei activiteiten, aanvullend op het aanbod van de activiteitencentra. Tot het voorjaar van 2014 gaat het om een pilot. Meer weten? Bel 088 777 30 20 of mail naar nahservicecentrum@pluryn.nl.

met ZORG 15


met andere ogen

Voelen, ruiken, zien, proeven, horen. De Belevenis biedt een dagje uit voor een speciale doelgroep: kinderen en volwassenen met een ernstige meervoudige handicap. Sep (4 jaar) is er met zijn ouders en twee broertjes op de gezinsdag.

16 met ZORG


“Er zijn hier best veel kinderen zoals Sep”, zegt zijn oudere broer Len. Het valt hem op dat er meer kinderen rondlopen die extra zorg en aandacht nodig hebben of in een rolstoel rondrijden. Maar verder staat hij er niet bij stil dat De Belevenis een evenement voor een speciale doelgroep is. Hij heeft het gewoon prima naar z’n zin, net als jongere broer Emil. Met z’n drieën klimmen ze door een soort tunnel over grote kussens in de grottenwereld. De Belevenis is gemaakt voor kinderen en volwassenen met een ernstige meervoudige handicap (en hun begeleiders) en voor dementerende ouderen. Alle faciliteiten zijn aanwezig en belangrijker nog: alles is ingericht op de beleving van de doelgroep. In een grote tent van zestienhonderd vierkante meter zijn acht werelden ingericht. Elk met een eigen sfeer, onder meer oosters, tropisch en winters. Er is een wolkenwereld en een onderwaterwereld. Overal worden de zintuigen geprikkeld. Op sommige momenten kun je iets laten gebeuren door op grote knoppen te drukken. Veelal is het aangenaam rustig. Bezoekers kunnen zelf bepalen hoeveel indrukken en prikkels bij hen passen. Er zijn geuren en geluiden (onder meer van hartslag, ademhaling, soms zachte muziek). Gedempte, gekleurde verlichting. Grote bewegende bedden, knuffelbeesten en zitelementen van zachte materialen. Er is van alles te ontdekken. Twee keer per dag Belevingstheater, een ruimte voor massage. En in het restaurant de Lekkernis staat de lunch klaar.

met ZORG 17


“Er is heel goed over nagedacht door deskundigen uit de zorg, samen met de kunstenaars die alles gemaakt hebben”, vertelt Catelijne van der Meer, communicatieadviseur van De Belevenis. “De oprichters ondervonden dat er weinig uitgaansgelegenheden zijn voor de doelgroep. Daarom zijn ze De Belevenis begonnen.” Sep van vier jaar hoort bij die ‘doelgroep’. Hij is samen met ouders Mariske en Bas en zijn broers een dagje uit. “Ja, hij heeft het hier naar z’n zin”, zegt Mariske. “Het ziet er ook mooi uit.” En met een glimlach voegt ze eraan toe: “Niet zo zorgachtig.” In een blad had ze gelezen over het speciale uitje voor zorgintensieve gezinnen zoals dat van hun. Naast speciale gezinsdagen organiseerde De Belevenis ook dagen voor bewoners van zorginstellingen of voor diep dementerende ouderen. Catelijne van der Meer: “Laatst was hier een man die met zijn dementerende vrouw samen op het vliegende tapijt lag in de Oosterse wereld. Voor het eerst sinds tijden zag hij weer een glimlach op haar gezicht.”

“Bezoekers kunnen zelf bepalen hoeveel indrukken en prikkels bij hen passen.”

18 met ZORG


De Belevenis doet duidelijk dankbaar werk. “Je kunt er jezelf zijn. Het is op een bepaalde manier intiem. Er kunnen maar dertig mensen plus begeleiders op een dag tegelijk aanwezig zijn. En alles mag en kan”, vertelt Catelijne van der Meer. “Een meisje lag eens drie uur te slapen in de grote levensboom die in het midden van De Belevenis staat. Je hoort er het geluid van een rustige ademhaling. Daarvan hebben we na afloop nog een cd'tje gebrand voor de ouders, want het meisje bleek thuis juist grote problemen met slapen te hebben.” Soms leren ouders hier meer over hoe hun kind iets ervaart. “Er is in iedere wereld zoveel te beleven, dat er altijd wel iets is wat aanspreekt.” Tot slot spreekt Catelijne van der Meer de hoop uit De Belevenis te kunnen behouden op een vaste locatie. “We onderzoeken nu de mogelijkheden daarvoor.” Het was tot nu toe een rondreizend evenement, dat in diverse grote steden gestaan heeft. In totaal hebben per evenement zo’n 2500 gasten (kinderen, volwassenen, begeleiders en vrijwilligers) er een mooie dag gehad. Sep heeft het helemaal warm gekregen van het spelen in De Verkoelenis, waar grote spiegelende blokken en blauw licht voor een winterse sfeer zorgen. “Het is leuk om dit een dag met het hele gezin te kunnen doen”, zegt zijn moeder Mariske. En wat vond Sep het mooist? Waarschijnlijk toch wel de grottenwereld. // Kijk voor meer informatie op www.debelevenis.nl.

Met dank aan ouders Bas en Mariske en hun zonen Len (8), Sep (4) en Emil (2) voor hun medewerking aan de fotoreportage.

met ZORG 19


met zorg geregeld De Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren zijn actief in de regio’s Midden-Brabant, Midden-Holland, Nijmegen, Noordoost-Brabant, Noord- en Midden-Limburg, Waardenland en Noord-Holland Noord. Op deze pagina’s vindt u een paar voorbeelden van wat hun inzet bijdraagt aan betere zorg.

Rustig met een beperking naar de tandarts Voor mensen met een ernstige handicap is het lastig om goede tandheelkundige zorg te krijgen. Daarom nam tandarts Hans van den Berg in april 2010 het initiatief tot een gespecialiseerde praktijk op locatie De Winckelsteegh van Pluryn in Nijmegen. Ook behandelingen onder narcose zijn mogelijk. Hiervoor werkt de praktijk samen met anesthesiologen Huub Jessen en René Tillmans van het Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis te Nijmegen. De wachttijd voor een behandeling onder narcose in het Centrum voor Bijzondere Tandheelkunde in Nijmegen bedraagt zo’n negen maanden, bij prak­tijk De Winckelsteegh is dat twee tot vier weken. Een ander voordeel is dat klanten met hun begeleiders worden ontvangen in een vertrouwde omgeving die volledig is ingesteld op mensen met een verstandelijke en/of lichamelijke handicap. Dat geeft minder stress. Zowel professionele begeleiders als klanten (en hun familie) zijn dan ook positief. Naast tandheelkundige behandelingen vinden in de praktijk tijdens de narcose ook eenvoudige medische handelingen plaats, zoals bloed prikken, nagels knippen en controle van ogen en oren. De praktijk werkt volgens de criteria van de Nederlands Vereniging voor Anesthesiologie (NVA). De Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren, regio Nijmegen, ondersteunden het idee voor de tandartspraktijk. Artsen Verstandelijk Gehandicapten en tandartsen kunnen hun klanten met een handicap naar de praktijk in ‘De Winckelsteegh’ doorverwijzen. Meer info: www.tandartspraktijk-jamvandenberg.nl of bel 088-7794753.

20 met ZORG

Dicht bij kwetsbare ouderen Binnenkort start het Programma Kwetsbare Ouderen van Zorggroep Zuid-Gelderland. Het past in de beleidslijn van geïntegreerde zorg in de wijk. Doel: ouderen tijdig ondersteunen bij het vinden van oplossingen voor problemen die zij ervaren.

“Ouderen helpen de juiste zorg te vinden.” Hierbij is het ook belangrijk de juiste zorg te krijgen. Wie ouder wordt, ervaart immers toenemende beperkingen en zorgproblemen. In het programma is de samenwerking tussen de huisarts en de wijkverpleegkundige georganiseerd. De laatste staat dicht bij de klant en kan proactief diens behoefte signaleren. In samenspraak leiden de huisarts en de wijkverpleegkundige de klant naar de juiste oplossingen. Deze aanpak voorkomt ook dat de klant zelf met zijn of haar klachten ongericht een zoektocht langs meerdere zorgverleners maakt voordat de juiste aanpak gevonden is. Bovendien krijgen ouderen hulp bij het orga­niseren van mantelzorg in hun omgeving. Het Programma Kwetsbare Ouderen gaat nu twee jaar draaien om veel ervaringen te verzamelen: wanneer wordt zorg gevraagd, welke zorg, is de klant inderdaad sneller naar tevredenheid geholpen? De Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren, regio Nijmegen, zijn een van de trekkers van het project. Vanuit Coöperatie VGZ is Henri Holtus de contactpersoon voor wie er meer over wil weten: henri.holtus@vgziza.nl.


Zingeving in de laatste levensfase Hospice Dignitas in Hoorn is een kleinschalig huis dat palliatieve terminale zorg biedt aan mensen die een levensverwachting hebben van minder dan drie maanden. De zorg wordt 7 x 24 uur geboden door verpleegkundigen en ge­‑ schoolde vrijwilligers. Behalve voor pijnbestrijding en aanpak van psychologische en sociale problemen heeft het hospice ook aandacht voor zingevingsaspecten als onderdeel van het zorgaanbod. Sinds anderhalf jaar kunnen gasten (en hun naasten) er daarom geregeld contact hebben met een vast aanspreekpunt, een zogenaamde vrijwilliger geestelijk welzijn (VWG'er). De VGW'ers zijn door het management geselecteerd uit de vrijwilligers die al bij het hospice werken. Ze staan open voor de ander, luisteren naar wat de gast (en/of diens naasten) bezighoudt gedurende de laatste fase in het leven en vergezellen hen daarin. Niet zozeer als professional, maar als medemens. Wel hebben ze scholing gevolgd en nemen deel aan supervisie en intervisie.

“De meeste gasten maken gebruik van de mogelijkheid om zingevingsvragen te delen.” Het merendeel van de gasten (en naasten) maakt gebruik van de mogelijkheid om zingevingsvragen te kunnen delen met een vaste vertrouwenspersoon. In een recente evaluatie oordeelden zij positief over de VWG'er. Het hospice gaat naast de vijf huidige VWG'ers nog drie vrijwilligers scholen voor deze bijzondere rol. De Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren financieren Hospice Dignitas en staan achter het unieke en zinvolle initiatief. Kijk voor meer informatie op www.hospicehoorn.nl. Directeur mevrouw Chris Lenssen is bereikbaar op 0229 - 28 40 60 of c.lenssen@hospicehoorn.nl. //

met zorgen Druk op AWBZ-zorg levert ook verrassende nieuwe oplossingen op.

met ZORG 21


klant aan het roer

‌ zou ik mensen met een blindengeleidehond nog beter begeleiden. Ook na de training en de proefperiode. Het is belangrijk dat hond en eigenaar goed met elkaar kunnen opschieten. Lichamelijk en emotioneel moet je zo’n dier ook aankunnen. Julia van der Schoot (33) en Hilco (6)

22 met ZORG


“Als ik het in de zorg voor het zeggen had, dan…” Wat zou jij doen als jij het in de zorg voor het zeggen had? Bewoners en cliënten van de Robert Coppes Stichting in Vught, een zorg- en wooninstelling voor visueel gehandicapten, krijgen letterlijk het roer in handen.

...zou ik een plan maken om ervoor te zorgen dat hulpverlenende instanties beter met elkaar overleggen. Geen misverstanden meer of cliënten die verkeerd worden doorverwezen. Dan worden mensen ook niet meer ‘in hokjes gestopt’. Co Cupedo (53)

...zou ik mensen die een baan hebben en meer verdienen, ook meer laten meebetalen aan de zorg. Door mijn handicap ben ik afhankelijk van een uitkering. Maar de hulpmiddelen worden steeds duurder. En mijn bril wordt helemaal niet vergoed, terwijl ik écht niet zonder kan. Bregje van Iersel (34)

...zou ik beter in beeld brengen wie er thuis is, bijvoorbeeld bij de ingang van de wooninstelling. Vorige maand lag een vriendin urenlang op de grond na een epileptische aanval, terwijl anderen dachten dat ze aan het werk was. Daar ben ik erg van geschrokken. Ferenc Hannewijk (25)

...zou ik de AWBZ-premie afschaffen: in plaats daarvan betaalt iedereen een vast, lager bedrag. De premie en eigen bijdrage zijn inmiddels zo hoog dat er voor hobby’s of vervoer weinig geld meer overblijft. Joep Satijn (32)

...zou ik meer mensen in de zorg vrij maken om bewoners te begeleiden als zij ergens naartoe moeten. Het afgelopen jaar moest ik een aantal keer naar het ziekenhuis. Daarbij moest ik een beroep doen op mijn familie, terwijl die van ver moet komen. Margot Lagerwerf (44)

De klant aan het roer Keuzevrijheid en zeggenschap voor klanten, daar hechten de Univé-VGZ-IZA-Trias Zorgkantoren grote waarde aan. Concreet betekent dat onder meer: de klant helpen zijn weg te vinden binnen de AWBZ, keuze bieden uit zorg in natura of een eigen pgb en begrijpelijke informatie over de zorg geven. Kortom, de rol vervullen van vraagbaak, adviseur of gids. Maar ook leggen we vast wat klanten van ons kunnen verwachten. met ZORG 23


het laatste woord

“Een deel van onze cliënten vindt dat de maatschappij gek is, niet zijzelf.” Mirjam van Dongen, Hoofd Preventie van Yulius, over bezuinigingen in ggz en de gevaren zorguitval door eigen bijdrage, nieuwsbrief MOVISIE oktober 2011

024 met ZORG


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.