SCN 1-2017

Page 1

THEMA

1 | 2017

www.scn.today

SHOPPING  CENTRE

NEWS

winkelcentra, winkelgebieden en retail

Beleving

creëer je niet zomaar

Masterclass Joe Pine

Family Entertainment Centres

Eduard Plate over Zwolle

De evolutie van McDonald's


Samenwerken: met elkaar voor elkaar

Winkelen.

Waar gaan we heen? TOM BROEKMAN: “Jorine is een gepassioneerde veelzijdige retail vastgoed deskundige”

Binnensteden & centrummanagement Concept- & herontwikkeling winkelvastgoed

FRITS TONNAER:

“To the point, actiegericht met behoud van de relatie”

drs. Jorine de Soet MRICS

Visievorming & samenwerking

www . kordaatinruimte . nl

Govert Flinckhage 25 3438 JC Nieuwegein T 030 666 86 16 M 06 400 393 49 E info@kordaatinruimte.nl

DECORATIE VOOR ALLE SEIZOENEN

Nico de Vries Projectdecoraties is al ruim 25 jaar gespecialiseerd in decoratie en illuminatie. Voor winkelcentra in alle maten, dus ook het wijk- en buurtcentrum.

Nico de Vries Projectdecoraties Televisieweg 91 | 1322 AK Almere www.projectdecoraties.nl info@projectdecoraties.nl Tel: 036-536 83 65


INHOUD

2017 | 1

in deze editie

www.scn.today NIEUWS EN REVIEWS #WatNouEindeVanWinkels deel 2 De rode jurk in retail Masterclass Joe Pine Finalisten NRW Marketing Award Marius Rob wint Scriptieprijs De levenscyclus van een centrum Duurzaamheid van winkelvastgoed De Nieuwe Winkelstraat

4 5 17 22 23 24 45 50

BELEVING Your competion? The world MK-Illumination Holland Decoratie volgens De Vries Decoratie én illuminatie Nieuwe visie op vastgoed en leisure M&M World: retail of attractie?

18 30 33 34 36 40

PROJECTEN De Meent in Papendrecht Op en rond Hoog Catharijne

11 48

BINNENSTEDEN EN RETAIL RUBRIEKEN EN COLUMNS Personalia 4 Beurs en congres 23 Anneloes de Fouw 27 John Nijsten 28 Verwaaijen 35 In the pipeline 51 B2B-pagina's 55

De evolutie van McDonald’s Nieuwe strategie voor Zwolle De retail is er voor de consument De Retailagenda: een goed idee?

6 14 28 42

ONZE PARTNERS Naast de bedrijven die deze publicatie met advertenties en redactionele bijdragen mogelijk maken, kent Shopping Centre NEWS sinds 2010 ook de mogelijkheid een uitgebreid partnership aan te gaan. De ondernemingen hiernaast ondersteunen ons met raad en daad, onder meer door zitting te nemen in de redactie­raad. Daarnaast biedt het partnership de deelnemende­bedrijven natuurlijk ook bepaalde voordelen. Wilt u meer weten? Vraag dan de informatie aan bij media-advies@scnews.nl.

scn 2017 | 1 3


#WatNouEindeVanWinkels continued ingen hans van tell

hans van telling

#watnou eindevan winkels

en #watnoueinde

vanwinkels

ige tot den

NIEUWS

lang nkels or de

e toeebunnu als d in de s heeft den om

de kracht tstek. En .’

rd vooraf met een Woo tcher van trendWa adjiedj Bakas

e toekomst over de zonnig nkelcentr a , Wi van Winkels eden en Winkelgebi

personalia

winkels’. efileerd. nctione-

‘B

ekend van radio en tv’. En dat allemaal vanwege een duidelijke –  en op feiten gestoelde  – stellingname tegen het volgens sommigen vermeende einde van de ‘stenen’ retail. Naar aanleiding van zijn vorig jaar verschenen boek #WatNouEindeVanWinkels trok Hans van Tellingen de aandacht van ook onze landelijke media en mocht hij zijn standpunt uiteenzetten aan tafel van menig bekende news-host. Onlangs heeft Van Tellingen tijdens een lunch met zijn co-auteurs besloten het boek een vervolg

Voormalig a.s.r. directeur Jeroen Messemaeckers van de Graaff en investeerder Han de Groot starten samen vastgoedontwikkelaar Stadswaarde. Het nieuwe vastgoedbedrijf richt zich op ontwikkeling van duurzame, intelligente en aantrekkelijke gebouwen voor wonen, werken en winkelen in de binnenstad. De dagelijkse leiding van Stadswaarde is in handen van Jeroen Messemaeckers van de Graaff. Wereldhave benoemde Richard Braun tot directeur finance and investments. In Nederland zijn nu drie van de vier business unit managers benoemd: Doris Slegtenhorst, momenteel senior leasing manager, Jeroen Verwolf, momenteel regional manager operations en Michiel Biermans, momenteel senior leasing manager. Albert Heijn Real Estate & Construction heeft Alica van der Duin benoemd als senior director real estate management. Zij is verantwoordelijk voor het portfolio- en assetmanagement van de vastgoedportefeuille van Albert Heijn in Nederland, België en Duitsland. Van der Duijn heeft jarenlange ervaring in de vastgoedsector. Eerder werkte zij bij Vastned en als director retail voor NSI. Daarvoor was zij senior vastgoedontwikkelaar bij Provast en ING Real Estate Development.

heeft vervuld. Het NRW Bestuur wordt verder vertegenwoordigd door voorzitter Albert Hoogland (Bright!), Hans de Jong (Provast) en Maarten van Lit (Cushman & Wakefield). Friso Veenstra (Colliers International) treedt aan als nieuwe voorzitter van de NRW NewGen commissie. Hij volgt Paul van der Eng (Wereldhave) op. Rachelle Vingerhoeds (HB Capital) zal NRW vertegenwoordigen in het Platform Duurzaam Winkelvastgoed, dat op initiatief van de NRW-commissie Duurzaamheid is opgericht. Het doel van het nieuwe platform is de uitwisseling van kennis en ervaring op het gebied van het verduurzamen van winkelvastgoed. ←

Opinie peilen: is meten weten? Alicia van der Duijn

NRW heeft tijdens de Algemene Ledenvergadering Belinde Bakker (Wereldhave Management Holding) benoemd tot bestuurssecretaris. Zij zal de functie overnemen van Caroline Kievit (NSI), die deze rol vier jaar met enthousiasme 4 scn 2017 | 1

te geven. Dit dan volgens de beproefde formule, waarbij de losse artikelen eerst in Shopping Centre NEWS zullen verschijnen. Het is nog niet helemaal zeker wanneer we daarmee starten, maar houdt u het in de gaten. En de naam van het nieuwe boek? Dat wordt #WatNouEindeVanWinkels Deel 2. Ondertitel: De Gouden Eeuw van de stenen winkel. Deel 1 van #WatNouEindeVanWinkels is overigens nog steeds te bestellen via www.strabo.nl voor € 24,95 (incl. btw, excl. verzendkosten). ←

In de pels DENKEN, PRATEN, DOEN


BROOD@SPELEN

Op 14 juni 2017 wordt in ‘Het Huis’ in Utrecht De rode jurk in retail georganiseerd. Deze door Brood@Spelen georganiseerde middag is dit keer geheel gewijd aan de rol die vrouwen spelen in de wereld van retail, retailvastgoed en centrumgebieden.

T

ijdens de Brood@Spelen middag van vorig jaar presenteerde Hans van Tellingen zijn boek #WatNouEindeVanWinkels. Dit boek heeft hij samen met elf medeauteurs geschreven. Shoppen zit in onze genen werd er gesteld, maar is dat ook zo? Of beter: hebben mannen en vrouwen verschillende shopgenen? In het boek en gedurende de Brood@Spelenmiddag kwam namelijk duidelijk naar voren dat vrouwen 85 procent van de aankoopbeslissingen nemen, terwijl er op die middag er welgeteld één vrouwelijke medeauteur op het podium stond. MANNEN BESLISSEN OVER VROUWENZAKEN Deze situatie werd door enkele aanwezigen bestempeld als exemplarisch voor de markt van retail, retailvastgoed en centrummanagement. Terwijl vrouwen voor bijna alle aankoopbeslissingen op de winkelvloer nemen, zijn het vooral mannen die we als eindbeslissers terugvinden in de top van retail en retailvastgoedbedrijven. Ook de meeste centrummanagers zijn mannen. Eigenlijk alleen bij overheden zien we steeds vaker vrouwen actief met opzet en uitvoering van retailbeleid. VROUWEN VOOR VROUWENZAKEN Zou de belangrijke rol die vrouwen in het algemeen hebben in het aankoopgedrag niet een belangrijkere rol in de besluitvorming in de markt van retail, retailvastgoed en centrumgebieden rechtvaardigen? Zou het

winkel- en voorzieningenaanbod daardoor misschien beter gaan voldoen aan de marktvraag? ZOEK DE VERSCHILLEN De vraag is nu ‘zouden vrouwen de markt anders aanpakken dan hun mannelijk collega’s? En zo ja, hoe dan? Is er sprake van een specifieke vrouwelijke aanpak? En waarin verschilt deze dan van een mannelijke aanpak?’ Tijdens de bijeenkomst De rode jurk in retail hopen wij deze vragen te kunnen beantwoorden. En dat willen we graag samen met u doen! Wij laten u dan ook zien waar vrouwen (letterlijk) tegenaan lopen als zij boodschappen doen of winkelen in een ‘vrouwonvriendelijke’ omgeving. EVEN VOORSTELLEN Een aantal dames heeft ons al toegezegd een rol te willen spelen tijdens onze bijeenkomst. MarieAnne Simons, evolutiepsychologe en mede verantwoordelijk voor het onderzoek van Mindlogyx, dat de NRW en de IVBN vorig jaar hebben laten uitvoeren, verzorgt een inleiding over haar onderzoek waaruit blijkt dat het vooral de sociale toegevoegde waarde is, die winkelcentra en centrumgebieden aantrekkelijk maakt voor bezoekers.

Brigit Gerritse, directeur NRW neemt ons mee in de wijze waarop zij als vrouw vormgeeft aan haar functie in een mannenwereld. Tanja Schell gaat in op het belang en de invloed van geuren bij menselijk gedrag en (aankoop)beslissingen. De andere dames en het volledige programma wordt bekendgemaakt in de volgende editie van Shopping Centre news. Deze bijeenkomst wordt georganiseerd door Paul Rodenburg van Brood@Spelen (een man? moet kunnen!) en Annemiek Verstappen en Jorine de Soet (beiden vrouw en actief in onderzoek, ontwikkeling en organisatie van retail en retailvastgoed). Samen werken zij aan een gevarieerd programma van plenaire sessies en workshops/ inspiratiesessies. De rode jurk in retail wordt daarmee een boeiende middag met nieuwe en vernieuwende inzichten. De inleiders en deelnemers worden uitgedaagd om samen te zoeken naar antwoorden op de vraag of, en zo ja waarin mannen en vrouwen verschillen en/of overeenkomen als het gaat om het shoppen zelf en of mannen en vrouwen anders kijken en werken in het plannen en ontwikkelen en realiseren van winkels en winkelcentra. Hiermee wordt De rode jurk in retail een bijeenkomst die interessant en toegankelijk is voor vrouwen én voor mannen! ←

DE RODE JURK IN RETAIL Dus save the date: De rode jurk in retail op 14 juni 2017 van 12.00 tot 18.00 uur in ‘Het Huis’ in Utrecht. scn 2017 | 1 5


DE VINKEN VAN DARWIN

TEKST JORINE DE SOET KIR KORDAAT IN RUIMTE Jorine de Soet is procesmanager. Zij adviseert en begeleidt bij complexe herstructureringsprocessen. Daarnaast schrijft zij series en losse bijdragen voor SCN.

I’m lovin’ it

McDonald’s en de vinken van Darwin

I

n 1940 openden Richard en Maurice McDonald, twee broers uit Manchester het eerste McDonald’srestaurant in San Bernardino (Californië). In 1948 introduceerden ze het ‘Speedee Service System’, waarmee de eerste fastfoodvestiging geboren werd. In de jaren daarna openden zij nog een gering aantal restaurants in dezelfde stijl als de eerste vestiging. Ray Kroc, een verkoper van milkshakemachines, maakte kennis met de broers McDonald en was onder de indruk van hun restaurants en de wijze waarop er gewerkt werd. Ze besloten samen te gaan werken. In 1955 werd de McDonald’s Corporation opgericht. Omdat de broers de omvang van het aantal bedrijven beperkt wilden houden om de kwaliteit te kunnen blijven controleren, kocht Ray Kroc hen in 1961 uit voor 2,7 miljoen dollar. THE AMERICAN DREAM Kroc had enorme ambities en is echt de founder van McDonald’s. Hij maakte ‘the American Dream’ waar toen hij het bedrijf deed groeien tot de omvang die het nu heeft, een wereldwijde succesvolle gigant, die iedereen kent. Hoewel het bedrijf in hoog tempo een bijna ongelooflijke groei doormaakte, zijn de leidende principes grotendeels onveranderd gebleven ten opzichte van die waarmee de broers McDonald in 1948 waren gestart. Zij hechtten grote waarde aan kwaliteit, service, een 6 scn 2017 | 1

Wie kent ’m niet? De grote gele M die ons vanaf grote afstand toelacht en verleidt tot een snel hapje. McDonald’s is zo’n groot, succesvol en opvallend bedrijf, daar kan je niet omheen. Hoe en wanneer is dit bedrijf ontstaan? En hoe is het gelukt om door de jaren heen altijd zo succesvol te blijven? In dit artikel beschouwen we McDonald’s langs de lat van Darwins evolutieleer.

kraakheldere zaak en waar voor je geld (ksk&w). En dat zien we nog steeds dagelijks terug in alle vestigingen. MCDONALDS’S WERELDWIJD Op dit moment vinden we ongeveer 36 duizend McDonald’s vestigingen in ruim honderd verschillende landen. De organisatie biedt werk aan twee miljoen werknemers. Wereldwijd is de markt verdeeld in Amerika, waar 90 procent van de vestigingen in franchise uitgegeven zijn; de international lead markets (Canada, Australië, Duitsland, Frankrijk en UK, waarvan 80 procent in franchise uitgegeven is) en de high growth markets, waaronder Nederland. Op elke plek in de wereld wil het bedrijf betrokken zijn bij de lokale maatschappij. ‘Think global, act local’ is het motto. NEDERLAND Het eerste restaurant van McDonald’s in Europa was de vestiging in Zaandam die in 1971 haar deuren opende. Albert Heijn haalde de keten naar ons land. Naast de hamburger staan er in die tijd ook appelmoes, de McKroket, kip superbout en zelfs erwtensoep op het menu. De aardappelen voor de Franse frietjes worden nog met de hand geschild. Op dit moment (begin 2017) kent Nederland 246 vestigingen van McDonald’s, waarvan 163 gecombineerd met McDrive. Ruim 90 procent is in franchise uitgegeven. Het fastfoodbedrijf biedt in ons land werk aan


DE VINKEN VAN DARWIN

18 duizend medewerkers, die ongeveer drie miljoen gasten per week voorzien van de maaltijd van hun keuze. MCDONALD’S AAN DE TURFMARKT Om meer te weten te komen van McDonald’s­Nederland en de evolutie van deze organisatie tot en met vandaag, spreek ik af met Bas Klaassen, director development, real estate & construction. We ontmoeten elkaar in de McDonald’s vestiging aan de Turfmarkt in Den Haag. Deze vestiging is de pilot van een nieuw aangeklede formule. Als ik binnenkom, is Bas er al. Hij vraagt of ik koffie wil en komt terug met een echte cappuccino. De koffie is van goede kwali­ teit en de melk is ruim opgeschuimd. Ik kijk even waar de koffie vandaan komt. Die komt van McCafé. MCCAFÉ Hier in Den Haag treffen we de eerste binnenstedelijke vestiging van McCafé. Bij in totaal elf Nederlandse vestigingen is er naast de ‘traditionele’ McDonald’s zo’n McCafé waarbij gasten in een speciale coffee corner allerlei koffievarianten van deze tijd kunnen bestellen, aangevuld met een

In 1971 stond er in de eerste Europese vestiging appelmoes en erwtensoep op de kaart brownie, een macaron of cookie die vers afgebakken wordt. McCafé zit in Nederland in een fase waarin nog ruimte is voor ontwikkeling van de formule en er gekeken wordt welke verbeteringen er mogelijk zijn en welke soorten koffie en lekker­ nijen gasten het meest aanspreken. In 2017 wil de organisatie groeien naar meer vestigingen van McCafé in de ‘traditionele’ McDonald’s vestigingen. CARRIÈRE VOOR IEDEREEN Bas Klaassen werkt inmiddels zeventien jaar bij McDonald’s en nog

altijd met evenveel plezier, vertelt hij. ‘Ik heb mijn afstudeerscriptie geschreven bij McDonald’s. Toen ik mijn studie afgerond had, ging ik bij een ingenieursbureau werken. Daar ben ik zo’n drie jaar gebleven en toen weer terug op het nest gekomen. Ik had niet verwacht dat ik hier zeventien jaar zou blijven werken, maar het is zo’n leuk bedrijf met zo veel kansen voor mensen die dat willen. En ik heb verschillende opleidingen mogen volgen aan de Hamburger University in Oak Brook, Illinois.’ Nu staat McDonald’s bekend als bedrijf waar je onderaan de carrière-ladder kunt beginnen en bovenaan kunt eindigen. Het maakt niet uit waar je wieg gestaan heeft. Iedereen met talent, die zich inzet en zich wil ontwikkelen in een omgeving waar teamspirit en service aan gasten centraal staat, is welkom. MAATSCHAPPELIJK VERANTWOORD McDonald’s heeft maatschappelijk ondernemen hoog in het vaandel. Dit zien we bijvoorbeeld wanneer het bedrijf in 1981 partner wordt van het Ronald McDonald Kinderscn 2017 | 1 7


DE VINKEN VAN DARWIN

fonds. Dit fonds zorgt ervoor dat ouders en hun zieke kinderen dichtbij elkaar kunnen zijn als dat nodig is. In de Ronald McDonald Huizen logeren ouders, broertjes en zusjes van kinderen die langdurig in een ziekenhuis verblijven. We zien dat ook terug in bijvoorbeeld het gebruik van groene energie in alle vestigingen en het feit dat het bedrijf al 25 jaar koploper is in ‘reuse, reduce and recycle’ van afvalstromen. Bewustzijn van de kwaliteit en herkomst van de producten is in toenemende mate van belang. Zo komen bijvoorbeeld de aardappelen die verwerkt worden tot frietjes voor ruim 40 procent uit Nederland en bestaan de rundvleesburgers voor 100 procent uit rundvlees, voornamelijk van melkkoeien uit Nederland en Duitsland. BETROKKEN BIJ DE OMGEVING McDonald’s is ervan overtuigd dat maatschappelijke betrokkenheid bijdraagt aan het zakelijk succes van de onderneming en selecteert daar zijn personeel mede op. Franchisenemers van McDonald’s zijn mensen die direct betrokken zijn bij hun omgeving. Zij leveren een actieve bijdrage aan het Ronald McDonald Kinderfonds, zijn lid van de lokale ondernemersvereniging en kennen de lokale gemeente en politiek. Vaak sponsoren zij ook lokale (sport)evenementen en clubs. McDonald’s vindt het van groot belang dat haar franchisenemers verankerd zijn in de lokale samenleving en stimuleert dit ook. Daar manifesteert zich zeker een stuk van de kracht van de formule. EUROPESE DESIGNSTUDIO In 2004 is de Europese Designstudio opge­richt. Deze studio ontwikkelde zo’n twaalf verschillende inrichtingen, waar-

8 scn 2017 | 1

uit franchise­nemers konden kiezen. Vanaf 2005 werd gestart met verbouwingen. Inmiddels zijn we zo’n tien tot twaalf jaar verder en zijn er opnieuw verschillende ontwerpen voor inrichtingen ontwikkeld, waaruit franchisenemers kunnen kiezen. In deze vestiging aan de Haagse Turfmarkt treffen we de eerste ‘McDonald’s nieuwe stijl’ in ons land. NATUURLIJKE INRICHTING In deze vestiging zien we dat er natuurlijke materialen gebruikt zijn voor de inrich-

ting. Er is veel hout verwerkt in het meubilair en aan de wanden treffen we verticaal groen, een supermoderne wandbekleding­ van natuurlijke mos-soorten. Dit is vernieuwend­en het ziet er fraai uit. ROND EN LICHT Verder is gekozen voor lichte warme kleurstellingen. De basiskleur is gebroken wit afgewisseld met cognackleurig oranje en een combinatie van olijf- en mintgroen. Deze kleuren combineren fraai met het hout en geven het geheel een luchtig karakter. Er is een voorkeur voor ronde vormen. Dat is echt iets van deze tijd. Het lijkt wel of de crisis en de maatschappelijke turbulentie bij ons de behoefte aan ronde vormen en lichte kleuren hebben doen toenemen; rond en licht als symbool voor warmte en veiligheid.

Behalve stoelen en tafels is hier ook een trapachtige houten tribune gebouwd, waar je op kunt zitten of hangen terwijl je eet. Het doet nog het meest denken aan een deel van een hoge trap, zoals die in City Plaza in Nieuwegein voor het Stadskantoor gerealiseerd is. Daar gaan ook altijd allerlei bezoekers op zitten. DIGITAAL SPELEN Omdat deze binnenstedelijke locatie met ca 130 zitplaatsen relatief gering van oppervlak is en deze omgeving wat minder

De wanden zijn bekleed met natuurlijke mossoorten gericht lijkt op jonge kinderen, is de kinderspeeltuin vervangen door ronde tafels waarop digitale spelletjes gespeeld kunnen worden. EIGENTIJDS EVOLUTIE De wereld om ons heen verandert continu en de behoeften van consumenten ook. McDonald’s speelt daar consequent op in met meer service, meer beleving en in toe-


DE VINKEN VAN DARWIN

niet zo bewust mee omgingen als nu. Dat was het moment waarop ik besefte dat ik graag een keer een artikel aan McDonald’s zou wijden, omdat het bedrijf zijn tijd toen al ver vooruit was. Nu treffen we opnieuw zo’n overzicht achterop de placemats, waar per gerecht inmiddels ook alle allergene stoffen aangegeven worden naast informatie over voedingswaarden. Op de website en de app treffen we deze informatie ook. SERVICE Die toegenomen service zien we bij ruim 75 McDonald’s vestigingen terug waar table

Er is waarschijnlijk niemand die de grote gele M niet kent

nemende mate de mogelijkheid voor gasten om hun individuele wensen ten aanzien van hun bestelling te honoreren. Zo heeft het bedrijf nu bijvoorbeeld de Maestroburger met angusbeef op het menu staan, zijn de openingstijden verruimd en zien we een toenemende kwaliteit in het ontbijtsegment met vers bereide eieren. Een aantal jaar geleden al verscheen er meer variatie op het menu met salades en wraps of verantwoorde keuzes als fruit en groente in het kindermenu Happy Meal. VOEDINGSSTOFFENSCHEMA Ik kan me herinneren dat ik ongeveer tien jaar geleden op de achterzijde van de placemats al een voedingsstoffenschema aantrof waarin per product de voedingsstoffen en het aantal calorieën vermeld werden. Dit was in een tijd waarin we daar nog lang

service is toegevoegd aan de gastvrijheid. In deze restaurants wordt het eten aan de tafel gebracht. Vanzelfsprekend is er een McDonald’s app waarmee het bedrijf zijn gasten op de hoogte houdt van acties, speciale en persoonlijke aanbiedingen en alles wat je wilt weten over McDonald’s. Daarnaast zijn veel van de McDrive vestigingen inmiddels voorzien van twee aanrijstroken, zodat gasten sneller en efficiënter kunnen bestellen en geholpen worden. Dit komt vooral op de traditionele drukke avonden van pas. MEE MET DE TIJD De McDonald’s organisatie is continu in ontwikkeling. Zo kun je bijvoorbeeld op dit moment je eten niet alleen aan de counter bestellen, maar ook bij een soort informatie­zuil, die ‘kiosk’ genoemd wordt. Er zijn er verschillende gezonde varianten van fastfood aan het assortiment toegevoegd en je kunt alles wat je wilt weten van de organisatie terugvinden op de McDonald’s app. De organisatie bouwt voortdurend aan het merkvertrouwen door transparant te zijn over kwaliteit en herkomst van zijn pro-

ducten en door gasten doorlopend in vele restaurants een kijkje in de keuken te geven. MISSION STATEMENT McDonald’s heeft een wereldwijd mission­ statement: ‘McDonald’s wants to be a modern and progressive burger company for its customers and crew’. In ons land wil het bedrijf van een succesvol wereldmerk het meest geliefde merk in Nederland worden. Bovendien is McDonald’s een trendsetter als het gaat om het bouwen van een merk. Er is waarschijnlijk niemand die de grote goudgele ‘M’ niet kent en herkent. En er zijn waarschijnlijk ook niet veel andere organisaties van zo’n enorme omvang, die voortdurend zo vernieuwend weten te blijven. STEVIGE BASIS Het menu is door de jaren heen steeds aangepast aan de wensen van de gasten, maar de formule is steeds hetzelfde gebleven: een vriendelijke en snelle bediening, kwaliteit, service, een kraakheldere zaak en waar voor je geld. De gasten en hun wensen staan altijd centraal. BIG MAC INDEX Omdat McDonald’s wereldwijd dezelfde Big Mac serveert kon The Economist in 1986 de ‘Big Mac index’ presenteren. Deze index maakt een vergelijking tussen de verschillende valuta’s ten opzichte van de Amerikaanse dollar. De lokale prijs van een Big Mac wordt grofweg bepaald aan de hand van de prijs van de grondstoffen en de hoogte van het arbeidsloon. Op deze manier geeft de prijs van de lokale Big Mac wereldwijd informatie over de economische gezondheid en koopkracht van een land. Deze informele maatstaf kan alleen van waarde zijn als McDonald’s inderdaad­ wereldwijd dezelfde kwaliteit weet te leveren. DARWIN Kijken we naar de ontwikkeling van McDonald’s wereldwijd, maar ook dichtbij, dan zou Darwin trots geweest zijn. Het bedrijf timmert al jaren aan de weg en doet dit succesvol door enerzijds te behouden wat goed is en anderzijds voortdurend in te spelen op actuele ontwikkelingen in de markt en daarbij zelfs voorop te lopen. ← scn 2017 | 1 9


RETAILAGENDA

D

e komende maanden gaan honderd tweedejaarsstudenten Small business & retail management aan de slag met de socialmediastrategie van 25 Haagse retailondernemers en winkelgebieden. Om het project te realiseren slaat Smart Shopping Den Haag de handen ineen met de Haagse Hogeschool. “We zien dat veel retailondernemers graag actiever willen zijn met social media, maar niet zo goed weten hoe. Met dit project bieden we ze daar handvatten voor. De animo was groot en zeer divers; we ontvingen aanmeldingen van zowel winkelgebieden en boetieks als van conceptstores en zelfs strandtenten”,­ aldus Hester Bunnik van Smart Shopping Den Haag.

SOCIALMEDIASTRATEGIE Na de aftrap van vandaag, begint het project met fase  1. In groepjes van vier leren de studenten de betreffende ondernemer of het winkelgebied kennen en doen zij onderzoek om een socialmediastrategie te (her) ontwikkelen. Deze wordt tijdens een pitchavond aan de ondernemer of het winkelgebied gepresenteerd en na akkoord geïmplementeerd in fase 2. In totaal zullen de studenten en ondernemers een kleine vier maanden samenwerken. Wethouder Karsten Klein is enthousiast over het project: “Socialmediavaardigheden zijn onmisbaar, voor ondernemers én voor studenten die straks het werkveld ingaan. Dit project is dus voor alle partijen een win-winsituatie. De retailondernemers van nu leren zich online nog beter profileren en de

retailondernemers van de toekomst doen belangrijke ervaring op.” OVER SMART SHOPPING Smart Shopping is een werkveld van het Haags Retailpunt en richt zich op het versterken van winkelgebieden aan de hand van innovatie en het omarmen van nieuwe technieken. Hierbij staat smart niet alleen voor ‘slim’, maar ook voor Service, Makkelijk, Aantrekkelijk, Relevant en Toegankelijk. Oftewel, samen met (collectieve) retailers en professionals aan de hand van slimme en praktische tools optimaal inspelen op de veranderende wensen en behoeften van de consument. ←

MEER INFORMATIE: WWW.HAAGSRETAILPUNT.NL

Studenten helpen Haagse retailers met social media Op 8 februari gaf wethouder Karsten Klein van de gemeente Den Haag op de Haagse Hogeschool het startschot voor het project ‘Haal meer uit uw social media’, bedoeld voor de lokale retailondernemers.

V.l.n.r.: Michiel Ingen Hoesz (retailondernemer), Ronald Visser (Haagse Hogeschool), Karsten Klein, Hester Bunnik (Smart Shopping Den Haag) en Marvin Bakker (retailondernemer). Fotograaf: Richard Mulder 10 scn 2017 | 1


THEMA

Alle hens aan dek De Meent: voor Papendrecht en regio

Winkelcentrum De Meent in Papendrecht staat in het NRW-register uit 2006 (dat wij er regelmatig nog bij pakken als naslagwerk) te boek als een ‘kernverzorgend centrum’ van 19.700 m2 bvo met 62 verkooppunten. Door het samenvallen van aflopende huurcontracten bij het begin van de economische crisis en ook een aantal faillissementen van landelijke ketens die tevens in De Meent te vinden waren, is het voor eigenaren en ondernemers de laatste jaren ‘alle hens aan dek’ geweest. Met resultaat. Sander van Welie, assetmanager bij Syntrus Achmea Real Estate & Finance en Johan Weeber, portefeuillemanager bij Next Real Estate, vertellen hun verhaal.

FOTO: SCN

D

oor z’n ligging neemt Papendrecht qua kooporiëntatie van de eigen inwoners, maar ook van de inwoners van een aantal omliggende plaatsen, een bijzondere plaats in. De consument uit deze gebieden is trouw aan de eigen winkel­voorzieningen en gaat niet snel ‘vreemd’ naar Rotterdam of Dordrecht. Winkelcentrum De Meent profiteert daarvan en neemt qua winkelen een centrale positie in. Zeker nadat de oude winkelcluster door Vorm Ontwikkeling herontwikkeld en uitgebreid werd met winkel­ meters, appartementen en een onder­grondse garage met 400 plaatsen. Next Real Estate en Syntrus Achmea zijn elk voor de helft eigenaar, de laatste namens een van de pensioenfondsen waarvoor de beleggingen behartigd worden. → scn 2017 | 1 11


DE MEENT

CRISIS Johan Weeber: ‘De Meent was bij opening na de herontwikkeling in 2007 volledig verhuurd. Met haar twee supermarkten, een aanvullend versaanbod en een mooie mix aan mode- en andere winkels werd het winkelcentrum de basisvoorziening voor ruim 35 duizend consumenten­ uit onder meer Papendrecht, Albrandswaard, Alblas, Alblasserdam en Nieuwlekkerland.’ Sander van Welie: ‘ De Meent heropende net voor het begin van de crisis. Vanwege de huurdersmix met veel landelijke ketens werd het winkelcentrum tijdens de crisis geconfronteerd met het faillissement van verschillende van die ketens. Daarbij besloten ook een aantal huurders het huurcontract niet te verlengen. Voor een deel zijn we deze beweging­ voor geweest door als eigenaren samen met de beheerder en een aantal make­laars actief te sturen op het verlengen van contracten met zittende huurders en het aantrekken van nieuwe huurders. De Meent is binnen­onze portefeuilles duidelijk een voorbeeld van waar deze proactieve inzet echt gelukt is. Voor de lege units die nu nog te zien zijn, zijn óf al nieuwe huurders aangetrokken, óf lopen er gesprekken.’

12 scn 2017 | 1

PAPENDRECHT FAVORIET BIJ LANDELIJKE RETAILERS Vanwege de ligging aan de rivierdijk heeft De Meent een nogal bijzondere opbouw. Johan Weeber: ‘Dat heeft te maken met het dijklichaam dat er ligt. In het ontwerp van De Meent wordt van dit natuurlijke hoogteverschil optimaal gebruik gemaakt, zodat de bezoeker het in feite niet eens merkt. Dat neemt niet weg dat in Nederland retailers traditioneel een voorkeur hebben voor het onderste niveau. De leegstand biedt daarin kansen en we zijn dan ook actief bezig geweest met het optimaliseren van ruimtes en locaties. Zowel op het onderste als het bovenste niveau van het winkelcentrum.’ ‘We hebben dit ook gedaan voor de formules van het Blokkerconcern’, vult Sander van Welie aan. ‘Deze retailer zat hier met vier formules (Xenos, Big Bazar, Bart Smit en Marskramer). Hiervoor is een integraal traject doorlopen, dat resulteerde in optimaliseren van een drietal winkels waarbij de Marskramer een Blokker is geworden en de Big Bazar zal verdwijnen. Het is duidelijk dat Blokker in deze markt ook haar overwegingen moet maken, maar voor ons is het belangrijk dat de keten met meerdere van haar formules heeft

Johan Weeber (l) en Sander van Welie

‘Ondernemers, gemeente en eigenaar zitten nu op één lijn’ aangegeven dat Papendrecht een plaats is waar men gevestigd wil zijn, waar een goede boterham verdiend kan worden.’ NIEUWE FORMULES Zoals gezegd was in De Meent een aantal ketens gevestigd die landelijk failliet zijn gegaan. Zoals Esprit, Foto Klein en Halfords. Maar ook enkele ‘local heroes’ zijn gesneuveld. Sander van Welie: ‘Het is natuurlijk vervelend dat dit gebeurd is. Maar het is daarentegen goed om te kunnen constateren dat De Meent stevig op de radar staat van de landelijke retail. Dat blijkt uit het toetreden van prachtige formules als ICI Paris en Only.’ ‘Bijzonder is ook dat er interesse is vanuit online formules. Daarbij kijkt men blijkbaar niet als eerste naar Dordrecht of Rotterdam, maar naar Papendrecht vanwege de goede bereikbaarheid en de centrale ligging in het gebied.’ Johan Weeber: ‘Daarnaast heeft onderzoek uitgewezen dat er in dit marktgebied nog ruimte is voor een discount supermarkt en wij zijn dit traject dan inmiddels ook ingegaan. De gesprekken hiervoor lopen.’


DE MEENT

SAMENWERKING De crisisperiode was ook voor de winkeliersvereniging het moment om veranderingen door te voeren. Johan Weeber: ‘Er is een bestuurswisseling geweest en daarover zijn de winkeliers zeer enthousiast. Je merkt zoiets meteen aan de toename van het draagvlak bij de leden. Er is een nieuw positivisme, ook richting eigenaren. Zo werden wij tijdens de nieuwjaarsreceptie op applaus getrakteerd vanwege de verlenging van de huurcontracten van maar liefst acht filiaalbedrijven. (Inmiddels zijn dat veertien verlengingen: red.) Dat is toch iets waar de kleine zelfstandige winkeliers zich op richten en wat natuurlijk een belangrijke succesfactor is voor het winkelcentrum. Het geeft de winkeliers gewoon veel vertrouwen in De Meent.’ DOORLICHTING ‘De winkeliers hadden in het verleden toch wel een moeizame relatie met de gemeente. Een beetje zo van ‘wij tegen zij’. Met de wisseling in het bestuur, maar ook met wisselingen aan de zijde van de gemeente, is er een nieuwe start geweest. Ondernemers, gemeente en eigenaar zitten nu op één lijn en begrijpen dat een goed functionerend winkelcentrum in het belang van allemaal is. We zijn dan ook blij dat het gratis parkeren voor consumenten weer op de agenda staat. En we zitten in het proces van een doorlichting van het win-

kelcentrum vanuit het initiatief De Nieuwe Winkelstraat. Ook dit wordt door alle stakeholders gedragen. Dit traject zit nog in de beginfase, maar de verwachting is dat hieruit een aantal concrete aanbevelingen zal komen, die we met z’n allen graag zullen oppakken.’ Maar niet dat jullie vanuit de gedachte van de Retailagenda 20% gaan afstoten? ‘Nee, zeker niet. Wel is het zo dat de gemeente nog een paar oude plannen voor uitbreidingen in de winkelsfeer op de plank heeft liggen. Wij denken dat dit in deze tijd niet verstandig is en dat die 20 procent reductie van winkelmeters daarin gezocht moet worden.’ OUDE VEER (HEEFT HET WEER) Een stukje winkelgebied dat aan De Meent gelegen is, is lokaal bekend onder de naam Oude Veer. In het

‘De winkeliers hebben weer volop vertrouwen in De Meent’ kader van de verbeteringen en versterkingen die de vastgoedeigenaren wilden doorvoeren, is ook hier nog eens goed naar gekeken.

Start-up: chocolaterie Arthur Tuytel

Sander van Welie: ‘De Oude Veer oogt als een traditioneel en mooi historisch gebouw. Qua fysieke basis is het een heel leuk winkelstraatje, dat echter niet optimaal in de loop ligt. Om het straatje nieuw elan te geven, is met name vanuit Next Real Estate een initiatief gestart waarbij een aantal zorgvuldig gescreende startende ondernemers met weinig liquide middelen gedurende een bepaalde periode en zonder huur te betalen laten zien wat ze kunnen. We hebben die start-ups tevens de mogelijkheid gegeven in de winkel te investeren en in elk geval twee jaar te kunnen blijven. Die aanpak is echt een succes geworden. Zo zit er nu de chocoladewinkel Tuytel en een biologische bakker met de naam Loes. Het zijn winkels met een prachtige uitstraling die echt wat toevoegen.’ De ‘Oude Veer’ wordt als onderdeel van De Meent ook actief gepromoot onder de slogan ‘De Oude Veer heeft het weer’. Sander van Welie: ‘Met name de online profilering levert een flink aantal likes op.’ BUDGET Johan Weeber: ‘Alle winkeliers brengen met elkaar een budget op en ook de eigenaren leveren een financiële bijdrage. De winkeliersvereniging is prima in staat op basis van hun kennis van de lokale markt de marketing uit te voeren, maar beheerder CBRE controleert wel het plan en de uitgaven. Daarnaast kan CBRE helpen vanuit haar landelijke ervaring met de marketing van dit soort winkelcentra, bijvoorbeeld door het aanreiken van het ‘Late Night Shopping’concept, wat ook op De Meent met succes geïntroduceerd is.’ Wat is nu voor De Meent de ‘stip op de horizon’? Sander van Welie en Johan Weeber zijn het daar wel over eens: eerst nog even hard werken aan het laatste stuk leegstand en op die manier van De Meent een gezonde belegging met een stevige cashflow maken. De nieuw toegetreden winkels, de optimalisering met verschuivingen en de constructieve samenwerking met winkeliers en gemeente zijn hiervoor tevens een prima basis. De Meent kan er weer tegen! ← scn 2017 | 1 13


BINNENSTEDEN

Eduard Plate is centrum­manager in Hardenberg en adviseur bij Extenzio.  nl,­ expertisecentrum voor economie en ruimte. Hij studeerde economische geografie en marketing, werkte bij Wehkamp, Experian/Mosaic, Sanoma en was directeur van de AKO boekenwinkels, incl Schiphol, NS Stations en AKO.nl.

Diezerstraat, zwaartepunt traffic

Het gaat goed in de Zwolse binnenstad. Er is een toename van bezoekers, er zijn nieuwe initiatieven, er komt een grote Primark, Zara XL en Hudson’s Bay Company. Er zijn ook uitdagingen.

Nieuwe strategie voor Zwolle

O

nlangs bespraken de gemeente Zwolle, ondernemers, vastgoedpartijen en andere betrokkenen de plannen die ze samen hebben gemaakt. Een impressie van een binnenstad die aan een nieuwe strategie werkt. Met een bredere retailopvatting, die vooral ook samenhangende gebiedsprofielen met wonen en andere activiteiten omvat. Dit vraagt om een gerichte samenwerking met ruimte voor initiatief. Ambitie: de meest aantrekkelijke binnenstad van NoordoostNederland worden. PROFIEL VAN DE STAD Zwolle telt 125.000 inwoners, de regio 600.000. In 2015 waren er 1.2 miljoen toeristen, met een groei naar 1.5 miljoen in 2016. Kijken we naar samenstelling van de bevolking dan zien we in onze database drie dominante leefstijlen. De jonge groep ‘hoogopgeleide singles en studenten’ domineert met een aandeel van 16,5% van de bevolking. Opvallend is het hoge aandeel ‘welvarende huishoudens met kinderen’ (13,9%). 14 scn 2017 | 1

De derde dominante groep zijn de typisch stedelijke ‘intellectuele doorgroeiers en city professionals’ (9,5%). Een groep die extra impulsen aan de stedelijke economie kan geven. Daarmee krijgen we het beeld van een welvarende stad met zowel de stedelijke als de suburbane leefstijl. Bij die laatste groep, die bijvoorbeeld grote druk op vrije tijd kent, is mobiliteit en bereikbaarheid belangrijk. Hun zaterdag is vaak erg druk, kinderen spelen een belangrijke rol. Voor de drie dominante leefstijlen geldt een toenemend belang van aansprekende horeca, onderscheidende winkels en sfeer. Dat is een belangrijk gegeven voor het binnenstad management en vraagt bijvoorbeeld om heldere gebiedsprofielen en gerichte samen-

werking. De uitdaging is ook om gebieden als Sassenstraat, Nieuwe Markt, Broerenkwartier en Diezerstraat beter op elkaar aan te laten sluiten. Er is een sterke toename van wonen in de binnenstad. Hoe meer wonen samenhangt met andere functies, hoe succesvoller gebieden en verbindingen. Startup ondernemers wonen en ondernemen bijvoorbeeld graag in en rond de binnenstad, en zoeken aansprekende horeca, cultuur en winkels. LEEGSTAND Locatus ziet de leegstand in Nederland voorzichtig teruglopen. De grootste binnensteden zitten rond 6,4%, maar hoofdwinkelgebieden (200–400 winkels) rond 12,27%. Voor Zwolle wordt 7,84% gemeten.

DOMINANTE LEEFSTIJLEN ZWOLLE % Zwolle

%NL

Index

Hoog opgeleide singles en studenten

16,5

8,0

207

Drukke welvarende gezinnen

13,9

10,9

205

9,5

8,4

112

Intellectuele doorgroeiers ,city professionals Bron: Extenzio/Cendris


BINNENSTEDEN

Veel hangt hier af van de positionering van Hudson’s Bay. Er ontstaan voorzichtig nieuwe initiatieven, zoals ZuiverGeluk.nl of food-horeca de Gillende Keukenmeiden aan het Meerminnenplein. Het biedt perspectief! Qua profiel biedt de achter Waanders gelegen Thorbeckegracht zone een kans. De vanuit toeristisch oogpunt sterke Thorbeckegracht biedt ook de kans stad en water te verbinden. Er is een speels stedelijk woonprofiel met onderscheidende ondernemers, uitmondend in het wat meer formele Spinhuisplein bij de hotspot rond de Librije en theater De Spiegel. Hier zijn ook classic chique winkels als Old Vic en Duedonna.

Thorbeckegracht, stedelijke professionals, stedelijke ondernemers

De leegstand verschilt er sterk per gebied in de binnenstad. STRATEGISCHE AGENDA BINNENSTAD Op de informatiemarkt Binnenstad werden de resultaten van het Zwolse expertteam besproken. Dit is een brede groep ondernemers, bewoners­ en andere betrokkenen. Dit ZET team nam ook deel aan rondetafel­ gesprekken voor de Strategische agenda en het uitwerken van ideeën voor de visie Binnenstad 2030. De wethouders Filip van As (Binnenstad) en René de Heer (EZ) waren duidelijk in hun richting. Schoon, heel en veilig is gerealiseerd. Er moeten nu concrete keuzes worden gemaakt. René de Heer wil daarbij vooral aansluiten bij initiatieven en eventuele blokkades opheffen. Inzichten zijn veranderd: “Het traditionele achtje is verdwenen, het gaat nu om aantrekkelijke gebieden met een eigen identiteit”, lichtte hij toe, “Die gebieden moeten we met elkaar verbinden”. Collega wethouder Filip van As noemde het belang van een bredere retail opvatting. “De huidige opvatting is te beperkt.” Het gaat om het realiseren van aantrekkelijke gebieden. Met ook andere functies dan alleen retail. We nemen een kijkje.

BROERENKWARTIER & THORBECKEGRACHT Het Broerenkwartier is een gebied van uitersten. In de Broerenkerk bevindt zich de prachtige boekenwinkel annex grand café Waanders In De Broeren. Boeken kopen, vergapen, eten en verblijven vallen hier samen. De tegenstelling met de omgeving is groot. Buiten is er een verouderde passage met veel leegstand en goedkope formules.

LUTTEKESTRAAT & NIEUWEMARKT De Luttekestraat en de Nieuwe Markt vormen samen met Sassenstraat een meer kleinschalig, historisch en aantrekkelijk stukje stad. →

Luttekestraat, vriendelijke modestraat

LEEGSTAND ZWOLLE, VERKOOPPUNTEN % NL

% NL Binnensteden

% NL Hoofdwinkelgebieden

% Zwolle Centrum

Januari 2015

7,51

7,17

11,55

7,86

Januari 2016

7,43

6,88

11,94

7,81

februari 2017

7,23

6,43

12,27

7,84

Bron: Locatus, aantallen verkooppunten

scn 2017 | 1 15


BINNENSTEDEN

Drie aandachtspunten GEBIEDEN De binnenstad telt een aantal markante gebieden. Wat gebeurt er, wat het is het profiel, waar liggen de kansen, welken initiatieven zijn er? Maar ook kan de relatie tussen retail, wonen, werken en andere functies versterkt kan worden? Welke verbindingen kunnen worden verbeterd, bijvoorbeeld via schakelpunten? Zo blijft de stad een geheel.

Sassenstraat, nieuwe ondernemers, niet alleen retail

De Luttekestraat is de charmante entree vanaf het station, dat geleide­ lijk een modestraat met verblijfswaarde is geworden. De Sassenstraat biedt vernieuwing met kleinschaligheid. Ondernemers in horeca, mode en cultuur ruiken hier een kans. Het Grote Kerkplein, met Grote Kerk en voormalige Stadshuis, zou een goede schakel tussen beide mooie stadsstraten kunnen zijn. BlueSakura vormt een verbinding van Sassenstraat naar de gezellige Nieuwe Markt. Voorheen een parkeerplein bij het vroegere postkantoor, nu een sfeervol groen plein met terrassen, horeca en wonen. “Ontstaan vanuit initiatief van ondernemers”, zegt Filip van As,“Waarop de gemeente investeringen in dit plein naar voren heeft getrokken.” Een voorbeeld van een effectieve ik-doedit-als-jij-dat-doet-aanpak waar ik in de praktijk ook graag mee werk. MELKMARKT & DIEZERSTRAAT De Diezerstraat is de traffickampioen van Zwolle. Hier zijn de grote mainstreamformules. Er zal een nieuw trafficzwaartepunt ontstaan nadat de Primark aan de gerenoveerde Melkmarkt en de nieuwe Zara XL in de voormalige bibliotheek aan de Diezerstraat is geopend. Twee zeer populaire formules in het jonge mainstream segment. Andere delen van de stad – het uiteinde van de Diezerstraat, Hudson’s Bay, Melkmarkt 16 scn 2017 | 1

richting Mediamarkt – zullen goed moeten bedenken welke positie ze willen innemen. Aanknopingspunten zijn er. CONCLUSIE Zwolle groeit, ondernemers vernieu­ wen, behoeften veranderen. De Strategische Agenda Binnenstad geeft richting aan veranderende behoeften. De ambitie daarbij is om de meest aantrekkelijke binnenstad van Noordoost-Nederland te worden. Gericht op aantrekkelijke stadsgebieden met een eigen identiteit en de

De Nieuwe Markt is nu een sfeervol plein met terrassen verbindingen daartussen. Dat vraagt keuzes, en een gerichte, professionele samenwerking. Op die manier kan de wens om aan te sluiten bij initiatieven om een duurzame stedelijke kwaliteit te realiseren bij continu veranderende behoeften stap voor stap worden gerealiseerd. De grote succesfactor daarbij is het verleiden van kiezende consumenten en ondernemers. ←

DOELGROEPEN Er is terecht veel aandacht voor de grote groep jongeren. Tegelijkertijd moet het belang van de ‘empty nest’ professionals niet vergeten worden. Beide groepen kunnen elkaar versterken. Een voorbeeld is de Amsterdamse Pijp. Belangrijk is ook aandacht voor behoeften van de mobiele en kiezende gezinnen en huishoudens uit de regio. Parkeertarieven, P&R aanbod en bereikbaarheid zijn belangrijk voor hun bezoekfrequentie. SAMENWERKING De Zwolse binnenstad leeft, er is ook behoefte om de relatie met omliggende wijken te versterken en vorm te geven aan de samenhang tussen wonen, winkelen, ontmoeten en werken. Vanuit een visie bottom up initiatieven ruimte geven. Prachtige uitdaging voor samenwerking met inhoud, met oog voor kiezende consumenten en ondernemers en een steeds veranderende realiteit.


MASTERCLASS

B. Joseph Pine II (kortweg Joe Pine) is auteur van bestsellers als The Experience Economy (1999), Authenticity (2007) en Infinite Possibility (2011) en een inspirerend spreker (masterclass in het Engels).

I

n de masterclass op 31 maart laat Joe Pine zien hoe waardevol het creëren van belevenis, authenticiteit en het gebruik van technologie is voor transformatie en het goed functioneren van winkels, horeca en vermaak, winkelcentra en binnensteden. Met koffie als leidraad schetst Pine de weg van grondstof (koffieboon) via product en dienstverlening naar experience (kopje koffie bij Caffé Florian op het San Marcoplein in Venetie). Om authenticiteit te verduidelijken vergelijkt hij Nederland met Disneyland en concludeert dat authenticiteit meer kan zijn dan alleen maar echt. ‘Beyond goods and services there are experiences’ en nog een stap verder gaat het om transforming retail & transformative retail. Door toepassing van de nieuwste technologieën en het verbinden van de fysieke en de virtuele wereld ontstaan er ondeindige mogelijkheden van steeds weer nieuwe vormen van belevenis en beleving. En dat biedt retailers en retailcentra talloze aanknopingspunten om (nieuwe) klanten te vinden en te binden en het economisch functioneren te verbeteren. INTERACTIE In de masterclass geeft Joe Pine veel ruimte aan interactie met de deelnemers. Een van de vragen die Joe Pine de deelnemers stelt is: “What is your most remarkable paid-for experience?” (als consument) en “What is your most rewardable paid-for experience?” (als producent, verkoper, dienstverlener of belevenissenregisseur). En als u als deelnemer een vraag voor Joe Pine heeft, dan kunt u die gewoon stellen. De masterclass belooft leuk en leerzaam te worden en voor de deelnemers een #belevingmetbetekenis.

Op 31 maart 2017 verzorgt Joe Pine de Brood@Spelen Masterclass over beleveniseconomie, authenticiteit en transformatie in retail en retailcentra. PLAATS & TIJD De Brood@Spelen Masterclass door Joe Pine vindt plaats op 31 maart 2017 in Seats2meet (Hoog Catharijne, Utrecht). Bij binnenkomst (vanaf 12.30 uur) is er een inlooplunch met broodjes, koffie en thee. De masterclass begint om 13.30 uur en duurt tot 16.30 uur met tussendoor een korte pauze. Aansluitend is er de netwerkborrel tot ongeveer 17.30 uur. DEELNEMERS Wij verwachten deelnemers uit de fysieke en de internet retailwereld, gemeenten (economische zaken, citymarketing, centrummanagement), detailhandel, horeca en toeristischrecreatief bedrijfsleven, ontwikkelaars, eigenaren en beheerders retailvastgoed, researchers, consultants, marketeers etc. KOSTEN & AANMELDEN De kosten voor deze Brood@Spelen Masterclass met Joe Pine bedragen € 349,- (excl. btw). Meldt u zich aan met minimaal drie mensen tegelijk

(collega’s en/of relaties) dan bedragen de kosten € 299,- per persoon (excl. btw). Facturatie vindt plaats na aanmelding. U kunt tot drie weken voor de bijeenkomst kosteloos annuleren. In het geval van verhindering mag een collega of een relatie van uw aanmelding gebruik maken. U kunt zich aanmelden door uw naam en adresgegevens (en die van eventuele collega’s/relaties) te mailen aan broodenspelen@basconsultants.nl. Deelname is op volgorde van aanmelding. BROOD@SPELEN Deze Brood@Spelen Masterclass wordt georganiseerd door Paul Rodenburg, Paul is organisator van de jaarlijkse Brood@Spelen en met B@S Retail Consultants actief in onderzoek, ontwikkeling­ en organisatie van winkels, horeca en vermaak, winkelcentra en binnensteden. Volg Brood@Spelen op LinkedIn en op Twitter. ← scn 2017 | 1 17


BELEVING

BY B. JOSEPH (JOE) PINE II ILLUSTRATIONS BY KEVIN DULLE

G

oods and services are no longer enough. What people want today are experiences – memorable events that engage each individual in an inherently personal way. So just as the Service Economy supplanted the Industrial Economy last century (as it too superseded the Agrarian Economy in time past), today we are shifting into the Experience Economy. Think of the rise of theme restaurants, boutique hotels, interactive gaming, and of course experiential retail, among many more developments that could be cited, as we see a constant drumbeat of new and wondrous experiences across the economic landscape and around the world. This history of economic progress can be encapsulated in a coffee bean – a true commodity. The amount of beans that go into a standard cup of coffee in fact cost only 2 or 3 European cents. But take those beans and roast, grind, and package them for a grocery store shelf and now you get 10-20 cents per cup. Perform the service of brewing those beans in a vending machine, kiosk, or

Your Competition? brown cafe and you get 50 cents to a euro or two for your cup of coffee. But surround the brewing of that coffee with the ambience and theatre of a Starbucks – which innovated a coffee-drinking experience in places where people value the time they spend there – and watch them get 4€, 5€, and even 6€ or more per cup of coffee. So it is within every industry – and especially in retail – where we can see four distinct levels of economic value, totally depending on what business the company thinks it is in. COMPETING AGAINST THE WORLD But no matter what business you think you are in, recognize that because of the rise of today’s Experience Economy you now compete against the world. You may think your competition is only with other retailers, or only with other companies in your geographic area, but in fact you compete with every other company in the world for the time, attention, and money of individual consumers. There is a reason we use the word “spend” in front of each of these three nouns, for they are the currencies of the Experience Economy. And time is limited. We can only experience twentyfour hours a day, seven days a week – and we have to fit 18 scn 2017 | 1

sleep in there at some point. So if some other company captures my time and gets me to spend time with it, what am I not doing? Spending time with you, in your store. Similarly, attention is scarce. In today’s media-fragmented world it is increasingly hard to capture consumers’ attention with normal advertising. If an advertisement comes on the TV, they may step out of the room to get something to drink – or more likely, just skip over it on their DVR. If they come to an ad of yours in their newspaper or magazine, they may just flip the page

‘In fact you compete with every other company in the world for the time, attention, and money of individual consumers’


BELEVING

and then buy your merchandise as a result. You must then create­and stage marketing experiences – experiences that do the job of marketing by generating demand for your merchandise.

‘The best way to generate demand for your retail stores is to create an engaging experience’

The World and give it no mind. And who doesn’t hate pop-up ads as well as videos blaring out at you, getting in the way of what you are trying to accomplish online? But when some company does capture my attention because they created an engaging experience – whether online or off – then what am I not doing? Giving that attention to you and your business. And finally, money is consumable, meaning if a consumer has a euro to spend and he purchases some economic offering (whether a commodity, good, service, experience, or transformation) from some other company in some other geographic area, then that is money he is not spending with you, on your merchandise. Everyone has finite resources; if your offerings do not provide more value to consumers than their other options, you will not get their business. Therefore, you need to understand a fundamental principle of the Experience Economy: the experience is the marketing! The best way to generate demand for your retail stores – the mission of marketing – is to create an experience that is so engaging that consumers cannot help but spend time with you, give you their attention,

MARKETING EXPERIENCES Interestingly, manufacturers have come to embrace this principle more readily than retailers. That is why you see such “brandlands” dotting the landscape as the Guinness Storehouse in Dublin, Volkswagen’s Autostadt in Wolfsburg, Ferrari World in Abu Dhabi, a growing number of LEGOLands around the world, and of course the Heineken Experience right there in Amsterdam. But manufacturers do not have to create such spectacular flagship locations; you find them increasingly in normal retail locations. Nike was one of the first to go this route with its Niketown format, but I would argue that they have degenerated over time from truly exciting experiences into mere merchandising. Inarguably the most successful, of course, is Apple. I can still remember back in 2002 when Steve Jobs announced he was going into retail, and he got lambasted in the business press. Commentators said he did not know what he was doing, that Apple was going to tick off their business partners, that the company would fail. But Jobs proved them wrong by creating not just a normal retail store, but the Apple Store experience. Every product not inside of clamshell packaging is live, ready to be touched, fondled, used, and experienced. The store personnel are incredibly knowledgeable and fall over themselves to help. Consumers can get any question they have answered, can take classes and workshops in-store, and interact with geniuses by appointment. Today, Apple is the most productive retailer in the entire world, getting on the order of US$ 6,000 per square foot across almost 500 stores around the world – over an order of magnitude greater than the average retailer. Now obviously that is predicated on great products. If Apple did not have such wonderful (and wonderfully engaging) products, then the store experience would not matter as much. But when you have both great products and a great experience, then magic can happen. AMERICAN GIRL PLACE The best retail experience I have ever seen, though, is the American Girl Place, from a manufacturer (now owned by Mattel) of very high-end (over US$100) dolls. The Places (not stores!) are paragons of merchandising, but it is all of the experiences – places within the Place – that are the most engaging. There is the Cafe where you can eat lunch, tea, or dinner, including having a special seat and place setting for your girl’s own doll (and she can borrow one if she didn’t bring her own!). There is a doll salon to get your doll’s hair done, a photo shoot to see her picture on the cover of American Girl Magazine, a doll hospital, and in the original Places even a 150-seat theatre with a live staged production! → scn 2017 | 1 19


BELEVING

Think about it: you can go to an American Girl Place and spend hundreds of dollars without buying a thing – just for the admission-feed experiences. But then of course you leave with a bag or two with another doll, clothing, books, and other merchandise all serving as memorabilia for the engaging experiences you just had. No wonder the average family going into an American Girl Place doesn’t leave for over two hours! CHARGING ADMISSION And that’s the key. Perhaps paradoxically, the best way to get consumers to spend their money, give you their attention, and get them to spend time with you is to charge for that time via an admission or membership fee. More and more companies are charging for time in retail, including the Mall of America (near where I live in Minnesota) with

ces. But other cafes have, most notably Ziferblat, a small chain of cafes in the UK that charge 6 pence per minute – and the coffee is free! It is subsumed within the admission fee people pay to spend time in the place. And remember each of the brandlands mentioned earlier? Every single one of them charges admission, and you may recall that when Heineken redesigned the Experience a few years ago it even upped the fee from 5€ to 15€ – and attendance actually went up, as well, I’m sure, with beer sales. HAJENIUS But my favorite Dutch example is what I think is the best cigar store experience in the world: P.G.C. Hajenius on Rokin in Amsterdam. The place first of all exudes authenticity (a subject for another time). Second, it lets

‘Perhaps paradoxically, the best way to get consumers to spend their money and to spend time with you is to charge for that time’

its central amusement park; Recreational Equipment Inc., which charges to climb a 60-foot mountain it has placed in its larger stores to get consumers to experience the mountain-climbing gear it sells; the flagship Lush store in London with its day spa; Eataly with its Italian cooking classes; and on the list could go. In each case the retailer understands that if they can get you to experience its products before you buy them, the chances you will buy them go up. Starbucks has always been one of my favorite exemplars of the Experience Economy, for Howard Schultz recognized the value of going beyond the selling coffee goods to creating coffee-drinking experiences, places where people enjoyed the time they spent there. For what consumers seek in their experiences are time well spent. Focusing solely on price and convenience – time well saved – is a sure route to commoditization. Starbucks has yet, however, to take the next logical step of charging people for the time they spend in its pla20 scn 2017 | 1

you experience its products right in the store, with its own cafe. And third, twice a week it stages an admission-feed experience in its back boardroom, where people pay 35€ for an educational cigar class, with a cigar itself subsumed within the experience for free. And I remember being in London a number of years ago with my wife and asking the hotel concierge if there were any experiences I should check out. He asked, “Have you ever been to Vinopolis?” Inquiring as to what exactly it was, he responded, “Well, it’s a wine store that charges admission.” “Oh,” I replied, “we have to go!” On arriving, however, I discovered it was really a wine museum, with “City of Wine” as its theme. After paying the £15 admission fee, we spent over two hours in the well-executed experience, learning where grapes are grown, how they are turned into wine, the different varieties, and every once in a while using one of the five coupons that we each received as part of our admission fee to taste a small glass of wine.


BELEVING

The last part of the experience was a wine-tasting hall for those who had not yet used up their coupons – or who wanted to purchase more – and then, being a museum, we were pushed through to the gift shop. But this was no ordinary gift shop! In fact it was a cavernous wine store where we could purchase any variety of wine that could be tasted in Vinopolis, which could be shipped home. So we went there thinking it was a wine store, discovered it was a museum, but upon leaving we realized, yes, it really was a wine store that placed a museum out front as a marketing experience to get people to walk through the store! And of course it charged admission for that experience. IT’S ABOUT TIME For what does charging for the time customers spend with you do? It sends a signal that this is a place worth experiencing. And if you do not charge admission, then not only will your customers not value it, but you are unlikely to have the wherewithal to stage a worthwhile experience, one that truly gives time well spent. Of course, not every retailer will be able to charge admission for its place or places within the place. But even if you are not sure how to do it or even whether to do it or not, ask yourself, “What would we do differently if we charged admission?” Ami Arad – founder of Wingtip, a men’s store in San Francisco he calls “Solutions for the Modern Gentleman” – asked himself that very question as he was designing the store. So he decided to create a members club on several floors above the store, charging US$200 per month for an amazing membership

‘Shift into the Experience Economy and create places in which people want to spend their time, and then pay you for the merchandise that they experienced’ experience. So the men’s store creates demand for the club while the club creates demand for the men’s store! In doing so, Arad induced current and potential customers to give Wingtip their time, attention, and money. He embraced the principle that the experience is the marketing, and then created an engaging and memorable marketing experience that generates demand for his store. So whether you are a mall developer or retailer, recog­ nize that you face a stark choice. You can either keep doing the same things that your industry has always done and slide down the slippery slope of commoditization, or you too can shift into the Experience Economy and create places in which people want to spend their time, give you their attention, and then pay you for the merchandise that they experienced themselves – and perhaps even pay for an admission or membership fee into your engaging, memorable experience. The choice is yours. ← B. Joseph Pine II is the co-author of the best-selling book The Experience Economy as well as Authenticity: What Consumers Really Want and Infinite Possibility: Creating Customer Value on the Digital Frontier. He can be reached at bjp2@StrategicHorizons.com, +1 651-653-6850, or @joepine. scn 2017 | 1 21


NIEUWS

De finalisten voor de NRW Marketing Awards 2017 zijn bekend. Van de inzendingen zijn zeven campagnes en events genomineerd

Finalisten NRW Marketing Award 2017 bekend

D

e NRW Marketing Award wordt sinds 2010 uitgereikt­. Het is een jaarlijkse bekroning voor de meest innovatieve, inspirerende en effectieve marketinginspanning voor een winkelgebied. Tijdens het NRW Marketingcongres op 13 april 2017 in Het Klokgebouw in Eindhoven wordt per categorie de winnaar bekend gemaakt door de vakjury. De winnaars worden onderscheiden met een bijzondere sculptuur. Tevens maken alle genomineerden kans op het winnen van de NRW Marketing Publieksprijs.

JURY Kitty Koelemeijer, juryvoorzitter, hoogleraar marketing & retailing, Nyenrode Business Universiteit Robèrt Dackus, 3W real estate Bram Hulsbosch, MK Illumination Marcel Jansen, Strøm Michel Jonkheer, LookFeel Consultancy Chantal Riedeman, Shopology Carlo Verhart, Rabobank Amsterdam

acties en events

campagnes

met de focus op brand activation

gericht op brand awareness & repositioning

Unexpected Adventure: The LEGO Experience • Stadshart Amstelveen • Unibail Rodamco | Vereniging Centrum Promotie Amstelveen

Herpositionering Restaurantplein Belfort • Citymall Almere • Unibail Rodamco | Ondernemersvereniging Almere Centrum | Almere City Marketing

AnOther City Trip • Eindhoven, binnenstad en Strijp S • Gemeente Eindhoven | Eindhoven365

Eersteklas shoppen op het station • Amsterdam Centraal • NS Stations

“Ik wil hier...” • Winkelcentrum Lunetten in Utrecht • HISA | Ondernemersver. winkelcentrum Lunetten

Oersoep: herpositionering Beurspassage • Nowadays Amsterdam • Urban Solutions | Bouwinvest

Halloween Dog Parade • Stadshart Zoetermeer • Unibail Rodamco | DN Leisure Management

Inschrijving NRW Award 2017

D

e inschrijving voor de NRW Award 2017 – voorheen de Jaarprijs – is geopend. Tot en met 1 mei 2017 kunnen partijen hun retailontwikkeling indienen voor deze prestigieuze prijs. Elk jaar kent een deskundige jury de NRW Award toe aan de meest inspire22 scn 2017 | 1

rende en vernieuwende retail(her)ontwikkeling. De winnende inzending heeft een aantoonbare voorbeeldfunctie voor de sector. In 2016 won Kroonenberg Groep met de inzending Gelderlandplein in Amsterdam de award. Op de Provada 2017 worden de finalisten bekendgemaakt. Tijdens het NRW

jaarcongres op donderdag 7 september hoort u wie dit jaar de winnaar is van de NRW Award. In de aanloop naar het Jaarcongres besteedt NRW veel aandacht via (sociale) media aan alle finalisten. Alle informatie en voorwaarden kunt u vinden op nrw.nl/awards/nrw-award.


Marius Rob wint NRW Scriptieprijs 2017

beurs & congres

Op 24 januari is de NRW Scriptieprijs uitgereikt aan DONDERDAG 16 MAART Basiscursus vastgoedrekenen

Marius Rob voor zijn masterthesis Product availability as an omni channel coordination strategy. Marius Rob

START WOENSDAG 22 MAART Integraal vastgoedrekenen DONDERDAG 23 MAART Omgevingsvergunning Nederland DINSDAG 25 APRIL Duurzaam vastgoed België

Koen Janssen

DONDERDAG 4 MEI Provincie Antwerpen vastgoed DONDERDAG 11 MEI Brabant vastgoed

Mitchel Voss

DINSDAG 13 JUNI Transformatie in vastgoed Alle info op: www.spryg.com

U

it handen van juryvoorzitter Jeroen Kreijkamp, wethouder van de gemeente Utrecht, ontving masterstudent Marius Rob een cheque met een totale waarde van 2500 euro. Ook de TU Eindhoven mocht als begeleidende universiteit een cheque van 2500 euro in ontvangst nemen. In zijn winnende scriptie geeft Marius nieuwe inzichten in omnichannel-mogelijkheden voor de fysieke winkel. Het onderzoek bestaat uit een uitgebreid ‘stated choice’-experiment waarmee functionaliteiten zoals online productbeschikbaarheid in winkels onderzocht kunnen worden. De uitkomsten van het onderzoek bewijzen dat omnichannel retailing voor een offline traffic- en salesboost zorgt, een zeer belangrijk inzicht in de huidige tijd. In een filmpje lichtte Marius op enthousiaste wijze de belangrijkste uitkomsten van zijn onderzoek toe. GENOMINEERDEN De andere twee genomineerde studenten ontvingen ieder een NRW New Gen

jaarlidmaatschap. Ook hun onderzoeken­ leveren een belangrijke bijdrage aan de verdere professionalisering van de winkelsector. Koen Janssen (De toekomst van het wijkwinkelcentrum) en Mitchel Voss (Retailing in tough economic times: the impact of recessionary shocks on discounters’ success) vertellen op inspirerende wijze in korte video’s (zie de QR-codes bij dit artikel) de belangrijkste conclusies van hun onderzoeken. SCRIPTIEPRIJS De NRW Scriptieprijs biedt jong talent een platform om zich te presenteren aan de markt. De prijs heeft tot doel om universitaire scripties die relevant zijn voor de gehele winkelsector voor het voetlicht te brengen en op deze manier kennis binnen de sector te delen. De jury van de NRW Scriptieprijs bestond dit jaar uit Michiel Boonen (JLL), Jan Meerman (INretail), Paul Tankink (TVC Real Estate), Jeroen Verwaaijen (Strabo). De jury stond onder voorzitterschap van Jeroen Kreijkamp, wethouder van de gemeente Utrecht. ←

31 MAART Brood@Spelen Masterclass Joe Pine Seats2meet, Hoog Catharijne, Utrecht zie artikel in deze editie op pagina 17 6 APRIL Sociëteit Vastgoed Leiderschap en teambuilding Watergoed Valburg (Gld.) www.societeitvastgoed.nl 13 APRIL NRW Marketingcongres Eindhoven | www.nrw.nl 24 EN 25 APRIL 2017 ICSC European Conference Warschau (PL) | www.icsc.org 30-31 MEI EN 1 JUNI Provada RAI Amsterdam | www.provada.nl 14 JUNI Brood@Spelen: De rode jurk in retail ‘Het Huis’, Utrecht zie artikel in deze editie op pagina 5 scn 2017 | 1 23


VISIE

1 Lente

In de lente, bij de geboorte is er een groot feest. Alles is fris, nieuw opgepoetst en vooral ‘bedacht’. De eerste jaren functioneert het winkelcentrum goed, omdat het zo goed afgestemd is op de omgeving.

5 Nieuwe lente

Waar bepaalde winkelformules hun panden verlaten hebben, is plek voor andere en nieuwe functies waaraan lokaal wél behoefte bestaat. Deze wedergeboorte vraagt een deskundige, flexibele maatwerk-aanpak. Want élke plek vraagt haar eigen passende nieuwe concept. Die kun je niet van tevoren bedenken, zoals dat 30 tot 40 jaar geleden nog wél kon. Het bedachte winkelcentrum waaraan in de tweede regel van dit verhaal gerefereerd wordt, heeft niet langer kans van slagen. Elke plek kan alleen zo ingevuld worden zoals dat precies past bij het lokale DNA. En het lokale DNA is niet statisch, maar dynamisch. De fysieke omgeving moet daarom ook dynamisch inzetbaar en alternatief aanwendbaar zijn.

24 scn 2017 | 1

4 Winter

Als gevolg van deze ontwikkelingen neemt de vraag naar bepaalde winkelcentra en centrumgebieden af. Een veelvoorkomend gevolg is leegstand. Leegstand willen we niet. Leegstand is besmettelijk, leidt tot verloedering en is uitnodigend voor criminaliteit. Hoewel het winkelcentrum zich inmiddels in de winter van haar bestaan bevindt, is de sociale behoefte van haar (potentiele) bezoekers ongewijzigd. Het centrum kan daardoor wedergeboren worden als aantrekkelijke sociale en sociaal-maatschappelijke omgeving.


VISIE

2 Zomer

Het inmiddels zomerse winkelcentrum bevindt zich in zijn jeugd en ontwikkelt zich tot wasdom. Vooral bewoners uit de omgeving en mensen die er in de buurt werken, komen er winkelen en doen hun boodschappen. Daarnaast komt er een groot aantal bezoekers wat minder doelgericht, maar meer voor de gezelligheid, om elkaar te treffen en om een beetje rond te neuzen.

De levenscyclus van een winkelcentrum

3 Herfst Dan begint de omgeving te veranderen. De infrastructuur wordt aangepast waardoor het centrum minder goed per auto bereikbaar is. Dat kost klanten. Bovendien vinden er grootschalige verhuisbewegingen plaats en vaste klanten die het winkelcentrum de eerste 15 jaar van haar leven bezochten, vertrekken. Het winkelcentrum bevindt zich in een overgangsperiode van wasdom naar middelbare leeftijd. Het is herfst. Bovendien was daar ‘de crisis’ of is het eigenlijk niet meer een transformatieperiode? Deze periode valt voor een belangrijk deel samen met de toenemende beschikbaarheid van mobiele telefonie. Internet is dan inmiddels al jaren beschikbaar voor iedereen. Dit tijdperk kenmerkt zich door een toenemende digitalisering, toenemende mobiliteit, afnemende bestedingsruimte, afnemende hebberigheid en minder waardetoekenning aan status. We treffen hier de rukwinden die de herfst zo kenmerken

Peter Koet, Jorine de Soet en Anneke van Dijk

A

nneke van Dijk, Jorine de Soet en Peter Koet hebben besloten om zich samen hard te maken voor de ontwikkeling van deze nieuwe sociale plekken, waar ruimte is voor winkels, cultuur en horeca, precies naar behoefte, maar ook voor bijvoorbeeld een stilteplek, een HOED (Huisartsen onder één dak), zakelijke en sociale dienstverlening, (bijzondere) woningen en woonvormen. Plekken waar opnieuw de zomer kan bloeien. En niet alleen de functionele invulling is maatwerk per plek, ook de contractvorming die hieraan ten grondslag ligt. Het gaat niet langer

om 5 + 5 jaar huurovereenkomsten of 10 + 5 jaar huurovereenkomsten. De aard van de overeenkomst is eveneens per plek maatwerk. VRAGEN OF INTERESSE? Heeft u vragen of opmerkingen naar aanleiding van dit artikel? Weet u een plek of een centrum waar behoefte bestaat aan deze specifieke kijk op ons huidige voorzieningenapparaat en het bijbehorend onroerend goed? Aarzelt u dan niet contact met ons op te nemen via info@japinfo.nl. U ontvangt dan ons magazine waarin we onze aanpak uitgebreid toelichten­in een toegankelijke verhalende stijl en we maken direct een afspraak als u dat wilt. ←

scn 2017 | 1 25


INNOVATIE

DOOR DICK VAN DOLEWEERD, SCORE

O

ndanks de aantrekkende economie en de toename van het bestedingspatroon is de retail niet op orde. Er is veel onrust in de retailwereld. Na Het einde van winkels door Cor Molenaar in 2011, voorspelt de directeur van thuiswinkel.org Wijnand Jongen het einde van online winkelen zoals we dat nu kennen. Hij voorspelt een nieuwe retailrevolutie waarin meer en meer kansen liggen voor hybride modellen. Voor zowel online als offline. Door een continu proces van veranderingen gedragen door de technologische invloeden onder andere van internet lijkt de retail een complex proces. STATISCH DENKEN Ondernemers in de retail leveren goederen en diensten in het verzorgingsgebied aan consumenten. Om het businessmodel te optimaliseren is er een goede consumentenverbinding nodig, waarbij ingespeeld wordt op de veranderingen in de retail. De ontwikkelingen in de retail vergen een continue afstemming in de bedrijfsvoering. Daarvoor is anders denken noodzakelijk. Statisch denken past daar niet bij. Het vermijdt uitdagingen, want dan kun je fouten maken. Men zoekt naar bevestiging van intelligentie, persoonlijkheid of karakter. Het draait om succes hebben, slim overkomen en geaccepteerd voelen. De grote angst is falen en afgewezen worden. Gedragingen zijn defensief bij belemmeringen en er wordt gauw opgegeven. KOOPZONDAGEN Voorbeeld van statisch denken is het moeizame proces van de koopzondagen. In de 24 uurseconomie past de koopzondag bij de belevingswaarden van de consument, maar bij te veel retailers past dit niet. Groeigericht denken is het DNA van de retailer! Iemand die groeigericht denkt, is 26 scn 2017 | 1

De retail is er voor de consument blij met uitdagingen en geeft niet op bij tegenslag. Inspanning is de weg tot meesterschap. De liefde om jezelf volledig in te zetten en vol te houden, stelt mensen in staat om zich door de moeilijke perioden heen te slaan. Iemand met een op groei gericht denkpatroon leert van kritiek en laat zich inspireren door het succes van anderen. Het resultaat van deze denkwijze is dat als je een consumentenverbinding wilt realiseren, je

Collectief ondernemen in het winkelgebied heeft de toekomst die ook daadwerkelijk zal bereiken. Dit vernieuwend denken, anders denken, zou ook moeten gelden voor winkelgebieden (gebiedsontwikkeling en gebiedsmanagement). Hoe verwerven we nieuwe kennis, inzichten en vaardigheden? En hoe kunnen we dit als praktijkbagage toepassen

om onze winkellocaties kwalitatief beter te maken? Hoe zorgen we dat er economisch ‘hernieuwde continuïteit’ ontstaat? ECONOMISCHE GROEI DOOR GRENZEN TE VERLEGGEN Door wetenschappelijke kennis en praktijkervaringen samen te smelten, ontstaan er vernieuwende inzichten over hoe consumententrekkracht gegenereerd kan blijven. In de consumentenbeleving verschillen producten net een beetje van elkaar door de ambiance en sfeer waarin ze zich bevinden. Joseph Stiglitz, de Nobelprijswinnende Amerikaanse econoom, heeft dit geconcludeerd in zijn economische theorievorming. Op basis van het zogenaamde Dixit-Stiglitz-model van monopolistische concurrentie concurreren ondernemingen niet alleen met elkaar via prijzen, maar vooral door producten aan te bieden die net een beetje van elkaar verschillen. Retailers kunnen dus door hier goed op in te spelen een meerwaarde creëren. Doordat ondernemingen niet meer met elkaar concurreren, ontstaat de mogelijkheid met elkaar samen te werken om een grotere


COLUMN

de fouw Bent u nog open?

K consumentenbinding te realiseren. Dit is op lokaal niveau een must! Het collectief ondernemen in het winkelgebied heeft toekomst en wordt in sterke mate bepaald door ‘gebieds-ondernemen’. Dit nieuwe specialisme in opkomst vraagt om stimulerende impulsen op het vlak van nieuwe praktijkgerichte, toepasbare kennis en vernieuwende vaardigheden voor het managen van veranderingsprocessen. BLIJVEND VERANDERD Door de permanente invloed van economische, politieke, sociaalculturele, demografische en technologische ontwikkelingen staat het winkelgebiedsmanagement voor bijzondere uitdagingen. De collectieve waarde van ons traditioneel en conventioneel denken is afgenomen. Het verdienmodel in winkelgebieden­is blijvend veranderd. Als we ons richten op online of offline missen we de kansen in het hybride model. Het verdienmodel in de retail dient te passen bij de beleving van de consument. Hiervoor zullen bestaande denkpatronen geïnnoveerd moeten worden. Dit vraagt om veel verbeeldingskracht en inlevingsvermogen. Het gaat hier immers om mensen. Op een aantal vlakken veranderen of vervagen de grenzen in de retail. Sommige grenzen bestaan daadwerkelijk, andere zitten vooral in het hoofd van de ondernemer. Als u uw grenzen weet te verleggen en er echt bent voor de consument, dan pas gaat u profiteren van de economische groei. ←

ort geleden bezocht ik een winkelcentrum in de buurt. Het was een vrijdagavond en vrijdagavond betekent in mijn gemeente koopavond. De betreffende avond moest ik gauw nog even een cadeau halen. Kwart over acht stapte ik het winkelcentrum binnen om er helaas achter te komen dat de winkel, eerder dan op de openingstijden stond vermeld, was gesloten. Enigszins teleurgesteld moest ik mijn plannen wijzigen en in een andere winkel een cadeau halen. Deze gebeurtenis zette mij aan het denken. Ik kan mij namelijk zo voorstellen dat indien er week na week weinig klanten zijn in het winkelcentrum, een kleine ondernemer liever een uurtje eerder naar huis gaat. Het eerder sluiten van een winkel op rustige dagen bespaart, zeker voor kleine ondernemers, flink wat kosten.

Z

o moeten een aantal huurders van winkelruimtes in winkelcentrum De Paddepoel in Groningen ook hebben gedacht. In een zaak voorgelegd aan de kantonrechter hanteerden de huurders niet de volledige openingstijden. Een aantal huurders sloten hun winkels op de koopavonden eerder dan 21:00 uur, hielden er op zaterdag vaak ook een uur eerder mee op en lieten de winkels op zondag gesloten. Dit terwijl bij een vergadering van de winkeliersvereniging een meerderheid had ingestemd voor de invoering van koopzondagen en verruiming van de openingstijden op zaterdag. Verder was in artikel 6.4 van de algemene bepalingen overeengekomen dat de huurders hun winkelruimte, omdat deze deel uitmaakt van het winkelcentrum, geopend zouden houden gedurende de door de verhuurder, na overleg met de huurder(s) of na overleg met de winkeliersvereniging, te bepalen reguliere openingstijden. De huurder stelt dat een dergelijk beding onredelijk bezwarend is en de vraag die voorligt is of huurder zijn winkel zomaar mag sluiten omdat het openhouden van de winkels tijdens het laatste uur op de koopavond, de zaterdag en de koopzondag verliesgevend zou zijn.

D

e rechtbank oordeelt in dit geval van niet en overweegt dat indien de verhuurder na overleg met de winkeliersvereniging gewijzigde openingstijden heeft vastgesteld, de huurder zich hieraan dient te houden. Ook vindt de rechter dat bij het ontbreken van een uniform beleid van openingstijden in een winkelcentrum de aantrekkelijkheid van een winkelcentrum vermindert en daarmee tevens de mogelijkheden van verhuur en exploitatie. Daartegenover overweegt de kantonrechter dat het voorstelbaar is dat de belangen van de verschillende eigenaren respectievelijk exploitanten bij de openingstijden niet gelijk zijn en mede afhangen van de aard en omvang van een bedrijf en de (on-) mogelijkheden in de sfeer van de personele bezetting. De rechtbank concludeert dat gelet op de wederzijdse professionele positie van partijen, de wederzijdse belangen en de mogelijkheden van overleg voor huurders waar het gaat om de openingstijden, de bezwaren van de huurders weliswaar voorstelbaar zijn, maar niet van dien aard dat artikel 6.4 van de algemene bepalingen als onredelijk bezwarend moet worden aangemerkt.

O

p grond van deze uitspraak waren de huurders derhalve gehouden hun winkels gedurende de vastgestelde openingstijden open te houden. De betreffende winkel waar ik in de inleiding over schreef, was de avond van mijn bezoek overigens, naar later bleek, wegens persoonlijke omstandigheden gesloten. Dat kan natuurlijk een keer voorkomen. Het is voor de huurder in normale gevallen wel van belang dat hij zich aan de door de verhuurder vastgestelde reguliere openingstijden houdt om boetes en procedures te voorkomen. Indien meerdere winkels last hebben van tegenvallende bezoekersaantallen in de latere uren is het aan te raden in overleg te treden met de verhuurder om naar oplossingen te zoeken in plaats van zelf te besluiten de winkel structureel een uur eerder te sluiten. ←

ANNELOES DE FOUW, BRICKS ADVOCATEN, AMSTERDAM

scn 2017 | 1 27


JURIDISCH

Twee interessante rechterlijke uitspraken

DOOR JOHN NIJSTEN

Huurprijsherziening winkelruimte

D

e artikelen 7: 303 en 7: 304 van het Burgerlijk Wetboek regelen de huurprijsherziening van zogenaamde 290-bedrijfsruimte, winkel- en horecapanden. Daarnaast bevatten ook de algemene bepalingen bij de roz-huurcontracten uit 2003, 2008 en 2012 onderdelen die hierop betrekking hebben. Dit zijn vooral procedurevoorschriften. Betwist is of deze in het nadeel van de huurder zijn en als gevolg daarvan door deze op basis van artikel 7:291 bw vernietigd kunnen worden. De basis voor de wettelijke regeling werd in 1979 gelegd met opname in het Burgerlijk Wetboek van artikel 1632a van Boek 7A. Begin jaren negentig werd erover gesproken om dit artikel te schrappen. In de vorige editie van SCN is terzijde aan de orde gekomen dat het wijzigingsartikel voor de huurprijs van geliberaliseerde woonruimte in 1994 daadwerkelijk is geschrapt. De juridische commissie van de roz, waarvan ik toen deel uitmaakte, vond het wenselijk dat bij het vervallen van de wettelijke regeling voor huurprijsherziening van winkel- en horecapanden een contractuele regeling bestond die dan toch deze herziening mogelijk zou maken. Ook voor overige bedrijfsruimte zoals kantoorruimte werd een contractuele regeling ontworpen. NIEUW MODEL In 1994 werd een nieuw model huurcontract uitgebracht waarvan de algemene bepalingen op 28 januari 1994 werden gedeponeerd en op basis waarvan nog vele huurcontracten lopen. Het relevante onderdeel van dit huurcontract luidt: “4.4 Onverminderd een huurprijsaanpassing op grond van 4.3 [indexering, JN] is elk der partijen bevoegd om met inachtneming 28 scn 2017 | 1

van het in de wet of het in 4.2 van de algemene bepalingen gestelde - voor het eerst op […] en vervolgens steeds na een periode van tenminste […] jaar nadat de laatste huurprijsaanpassing aan de markthuurwaarde heeft plaatsgevonden aanpassing van de huurprijs te verlangen.” Artikel 4.2 van de bijbehorende algemene bepalingen werkte vervolgens de te volgen procedure verder uit. Er werd een aanzegtermijn opgenomen, de benoeming van drie deskundigen en de kostenverdeling werden geregeld. In dit kader is de eerste zin belangrijk. Deze luidt: “Indien een partij bij het vervallen/ontbreken van een dwingendrechtelijke regeling daaromtrent gebruik wil maken van de bevoegdheid om wijziging van de huurprijs aan de markthuurwaarde te verlangen, dan stelt hij de andere partij daarvan bij aangetekend schrijven met bericht van ontvangst in kennis uiterlijk zes maanden voor de datum waarop de herziene huurprijs zal moeten ingaan.” Achteraf kan gesteld worden dat het woord ‘dwingendrechtelijk’ overbodig was, sterker nog het beter was geweest dit woord niet op te nemen. Het ging er juist om een regeling te ontwerpen voor het geval de wet de mogelijkheid tot huurprijsherziening niet kende; dwingendrechtelijk of niet. DE PRAKTIJK Bijzonder is hoe in de praktijk vervolgens met deze regeling werd omgegaan. De dwingendrechtelijke regeling, artikel 1632A, verviel namelijk niet en bleef zelfs voortbestaan tot 1 augustus 2003. Toen werd zij vervangen door het huidige artikel 303 aangevuld met de deskundigenregeling uit artikel 304. Deze artikelen zijn van semidwingend recht. Alleen de huurder kan een afwijkende contractuele regeling op basis

van artikel 7:291 BW vernietigen indien deze in zijn nadeel is. Toch werd voor 1 augustus 2003 uitgebreid geprocedeerd over de vraag of de huurder en/of verhuurder niet de weg hadden moeten volgen als bedoeld in artikel 4.2 van voornoemde algemene bepalingen. Zo werd een verhuurder niet-ontvankelijk verklaard omdat hij die weg niet had gevolgd en de huurder geen vernietiging van die bepaling had ingeroepen. Simpele lezing van deze bepaling en de wetenschap dat, zeker voor 1 augustus 2003, de dwingendrechtelijke regeling niet was vervallen noch ontbrak zou toch tot de conclusie moeten

Eindelijk juiste beslissing Hof Den Haag over ROZ 1994 leiden dat artikel 4.2 niet van toepassing was. Dat is ook af te leiden uit het gebruik van het woord “of” in artikel 4.4 van de huurovereenkomst. Ook waren rechterlijke colleges na 1 augustus 2003 van mening dat de regeling in de artikelen 7: 303 en 304 niet meer dwingendrechtelijk is, maar semi-dwingend en daarom in beginsel artikel 4.2 uit 1994 wel van toepassing was nu een dwingendrechtelijke regeling ontbreekt. Het moge duidelijk zijn dat ik hiermee volstrekt niet kon instemmen gezien de bedoeling van dit artikel door de roz.


JURIDISCH

BESCHIKKING Gelukkig is er nu een beschikking van het hof te Den Haag die volledig recht doet aan de bedoeling van de juridische commissie van de roz in 1994.1 In een verzoekschriftprocedure heeft Watson als huurder de kantonrechter verzocht een deskundige te benoemen als bedoeld in artikel 7:304 bw. De kantonrechter heeft dit verzoek toegewezen. Daarbij heeft de kantonrechter het verweer van verhuurder Interdact verworpen, inhoudende dat de bindend adviesregeling van artikel 4.2 van de algemene bepalingen exclusief van toepassing is, zodat niet-ontvankelijkheid moet volgen. In hoger beroep vindt het hof dat het huidige huurrecht – uitgaande van de letterlijke tekst van artikel 4.2 algemene bepalingen – nog steeds ‘een dwingendrechtelijke regeling’ tot wijziging van de huurprijs heeft. De omstandigheid dat de regeling niet voor beide partijen dwingendrechtelijk van aard is, maakt deze uitleg volgens het hof niet anders. Steun hiervoor werd mede gevonden in de wetsgeschiedenis, waarin de dwingende aard van de regeling van artikel 7:291 bw expliciet wordt genoemd. Voorts werd gewezen op de betreffende handleiding van de roz, waarin werd gesteld dat in 4.4 van de huurovereenkomst en in 4.2 van de algemene bepalingen voorzien wordt in een vervangende regeling omdat het er naar uitzag dat de wettelijke regeling kwam te vervallen. Uit het voorgaande vloeide voort dat Watson terecht ontvankelijk is geacht in haar verzoek. GOEDKEURING ACHTERAF VAN CONTRACTSBEDING Een tweede interessante uitspraak deed de rechtbank van Amsterdam. Met ingang van 1 januari 2006 heeft WE een pand gehuurd aan de Kalverstraat te Amsterdam van het kerkgenootschap Protestantse Gemeente te Amsterdam, zijnde de rechtsvoorganger van de Stichting Behoud van Monumenten Laurentius en Petronella. De Stichting is sinds 2007 eigenaar van het pand. De Stichting verzocht de kantonrechter primair te verklaren voor recht dat WE geen beroep meer heeft kunnen doen op vernie-

tiging van de speciale regeling voor huurprijsherziening opgenomen in artikel 9.7 van het huurcontract. Deze regeling hield volgens de Stichting in een aanpassing aan de markthuur. Subsidiair verzocht zij artikel 9.7 op grond van artikel 7:291 lid 3 BW goed te keuren. M.b.t. het primaire verzoek oordeelt de kantonrechter dat vaststelling van de inhoud van de huurovereenkomst buiten het bestek van een verzoekschriftprocedure als bedoeld in artikel 7:291 lid 3 bw valt. Dit betreft evenmin een voorvraag die beantwoord moet worden voordat toepassing kan worden gegeven aan laatstgenoemde wetsbepaling. Het primaire verzoek wordt afgewezen. Het verzoek om goedkeuring van artikel 9.7 van de huurovereenkomst werd wel gehonoreerd.2 Reeds eerder besliste de Hoge Raad dat dit mogelijk is. Interessant is dat de kantonrechter overwoog dat de toetsing ex tunc dient plaats te vinden, dat wil zeggen aan de hand van de positie van partijen en de omstandigheden ten tijde van het aangaan van de huurovereenkomst. “Of de huurder ten opzichte van de verhuurder een maatschappelijke positie (en dus een onderhandelingspositie) heeft, die zodanig is dat hij de wettelijke bescherming niet behoeft, is immers slechts relevant op het moment dat het betreffende beding tot stand komt. Wanneer de positie van een der partijen naderhand wijzigt (de verhuurder gaat deel uitmaken van een groot concern, of de huurder treedt uit het concern waartoe hij behoorde op het moment van aangaan van de huurovereenkomst) brengt dat geen enkele verandering in de onderhandelingspositie van partijen bij de totstandkoming van de huurovereenkomst.” “Toetsing ex nunc zoals door WE voorgestaan kan tot gevolg hebben dat een beding

uiteindelijk kan worden vernietigd (omdat goedkeuring niet langer – zonodig achteraf  – kan worden verleend) door het enkele feit dat een opvolgend verhuurder een grotere partij is dan de verhuurder met wie is gecontracteerd. Dat zou geen redelijke of logische uitkomst zijn. Uit het voorgaande volgt dat in dit geval de maatschappelijke positie­ van WE moet worden vergeleken met die van het kerkgenootschap Protestantse Gemeente te Amsterdam.” OORDEEL Naar het oordeel van de kantonrechter was de maatschappelijke positie van WE in vergelijking met die van het kerkgenootschap zodanig dat de huurster de bescherming van de wettelijke bepalingen betreffende de huur van bedrijfsruimte in redelijkheid niet behoefde. Voorts is er naar het oordeel van de kantonrechter als gevolg van artikel 9.7 van de huurovereenkomst geen sprake van een zodanige aantasting van de rechten van de huurder dat, hoewel WE de hiervoor bedoelde sterke maatschappelijke positie had, de gevraagde goedkeuring niet zou kunnen worden verleend. “De feitelijke gevolgen van artikel 9.7 van de huurovereenkomst hangen af van marktontwikkelingen die bij het aangaan van de huurovereenkomst niet konden worden voorzien. Bij dalende markthuurprijzen zal het niet toepassen van de referentieperiode van vijf jaar gunstig zijn voor de huurder. Dat voor een A1 locatie een uitzondering zou gelden op de regel dat een markt die omhoog kan ook omlaag kan gaan, heeft WE niet voldoende onderbouwd.” ← 1 Gerechtshof Den Haag 19-07-2016, ECLI:NL: GHDHA:2016:1995 inzake Interdact IV bv tegen A.S. Watson (Property Continental Europe) bv 2 Rechtbank Amsterdam, kantonrechter Amsterdam, 9 juni 2016, ECLI: NL: RBAMS: 2016: 3939, Stichting Behoud van Monumenten Laurentius en Petronella/ WE Real Estate Management. scn 2016 | 5 29


BELEVING

Van links af: Willy Marsman, Bram Hulsbosch, Jo van Gemert en Ton Wesseling

Het (veranderende) team van MK-Illumination Holland Op Christmasworld is traditiegetrouw een van de meest in het oog springende stands die van de Oostenrijkse producent van decoratie en illuminatie, MK-Illumination. Met dit jaar weer een flink vernieuwde collectie zullen onze winkelcentra en binnensteden het nog moeilijk krijgen om een keuze te maken. Geen probleem, want daar helpen de mensen van het Nederlandse team u graag bij.

30 scn 2017 | 1


BELEVING

V

oor een update (en een foto) neemt Shopping Centre news even directeur Willy Marsman en zijn team apart. Willy zelf is al sinds 1990 verbonden aan het in 1980 opgerichte bedrijf Starlight in Heino en in 2011 is het bedrijf samengegaan met MK-Illumination onder de naam MK-Illumination Holland. Willy Marsman: ‘Vanwege de naamsbekendheid hebben we al die jaren ook de naam Starlight erin gehouden, maar op termijn zullen we waarschijnlijk wel uitkomen op alleen MK-Illumination Holland. Voorheen voerden we ook twee verschillende assortimenten, maar inmiddels alleen nog de producten van MK.’ In Heino lopen het hele jaar 17 mensen in vaste dienst rond. In het hoogseizoen komen daar nog 30 à 35 man bij voor de levering en montage. De mensen die de contacten met de winkelcentra en binnensteden leggen zijn naast Willy Marsman zelf, Jo van Gemert, Bram Hulsbosch en sinds 1 maart Ton Wesseling. Ze zijn allemaal op de beurs aanwezig en verheugen zich op een toenemende interesse voor Christmasworld vanuit de Nederlandse winkelcentrumprofessionals.

Jo van Gemert heeft in feite de basis voor de verkoop van de producten van MK-Illumination in de Benelux gelegd. ‘Via via ben ik destijds in contact gekomen met de oprichters van dat bedrijf, de tweelingbroers Thomas en Klaus Mark. Van het begin af aan is het een hele goede klik geweest en dat was de start van mijn inzet voor MK in de Benelux. Ik ben zeven jaar in Oostenrijkse dienst geweest en dat was flink pionieren in mijn lederhosen’, grapt Jo. ‘Sinds zes jaar zijn de klompen weer uit het schap en is het weer een Hollands bedrijf.’ EXPERTISE Een aantal jaren geleden kwam Bram Hulsbosch het team versterken. Hij had ervaring als shopping center manager (De Heuvel te Eindhoven) en bracht zodoende expertise op winkelcentrumgebied in. Dat wordt nog eens versterkt met de komst (per

1 maart) van Ton Wesseling, die achttien jaar bij CBRE vooral het opstarten van nieuwe winkelcentrumprojecten voor zijn rekening nam. ‘Vanaf die tijd ken ik Willy Marsman eigenlijk al’, zegt Ton. ‘Een van mijn eerste projecten was de Mariekenstraat in Nijmegen. Daar stonden twee prachtige oude bomen die schreeuwden om een mooie illuminatie. Het toeval wilde dat ik elke dag langs het huis van Willy reed en in zijn tuin →

‘Zes jaar geleden verruilden we de lederhosen voor de klompen; we zijn weer een Nederlands bedrijf’

Ornamenten die hier de stand van MK-Illumination op Christmasworld sieren, passen ook in uw winkelcentrum

DRIEMANSCHAP Het bedrijf staat nu aan de vooravond van een belangrijke verandering in de leiding. Willy Marsman is nu 27 jaar bij het bedrijf betrokken en wil het stokje gaan doorgeven aan zijn zoon. ‘De toekomstige leiding wordt een driemanschap met mijn zoon Ruud Marsman als directeur voor de algemene organisatie, Bram Hulsbosch als commercieel directeur en Marco Grootkoerkamp als technisch directeur. Zelf zal ik vanaf een afstandje de zaak blijven volgen.’ DE MENSEN De nestor binnen dit team is Jo van Gemert. Willy Marsman: ‘Jo is als MK-man niet alleen de senior, maar heeft ook de langste ervaring binnen onze organisatie. Hij heeft zich in de loop der jaren –  zonder Bram of mijzelf tekort te doen  – als echte ambassadeur van het merk MK-Illumination opgewerkt. En ik weet zeker dat zijn klanten dat zo ook ervaren.’ scn 2017 | 1 31


BELEVING

stond ook zo’n boom, natuurlijk prachtig in het licht gezet. Ik heb toen Willy gebeld en gezegd ‘zo wil ik het ook’ en dat is toen ook gebeurd.’ ‘Daar is het contact begonnen, maar nadien hebben we vele projecten samen gedaan. Je moet je realiseren dat het zeker voor een winkelcentrum belangrijk is dat je kwalitatief het beste in huis haalt dat er is. Je wilt immers geen gedoe door mankementen of storingen. Die kwaliteit vond ik bij Starlight en later ook bij MK-Illumination.’

‘De kern blijft onze expertise op het gebied van winkelcentra en binnensteden’ Naast zwevende decoratiegroepen worden staande groepen steeds belangrijker om de bezoeker het juiste gevoel bij het seizoen te geven

32 scn 2017 | 1

ONTZORGEN Met deze mensen heeft het bedrijf een duidelijke link naar de Nederlandse winkelcentra en binnensteden. Hadden de mensen van MKIllumination in Innsbruck dat ook al? Bram Hulsbosch: ‘In het begin nog niet zo. Maar inmiddels is met name Thomas Mark zeer goed ingevoerd in de wereld van de winkelcentra. Daar heeft hij zich echt voor ingespannen, onder andere via de ICSC. Hij is nu een echte kenner en bezoekt wereldwijd winkelcentra en binnensteden. Hij doet overal inspiratie op en brengt dat in in het bedrijf.’ ‘Ton en ik zijn zoals gezegd vanuit het werkgebied in de illuminatie en decoratie terecht gekomen en dat heeft weer andere voordelen. Wij zijn altijd zeer direct bij dit soort projecten betrokken geweest, vooral ook in de uitvoering. Wij weten zodoende precies wat belangrijk is voor een winkelcentrum of winkelgebied. Dat is niet alleen de creatieve vormgeving en een optimale beleving, maar zeker ook het netjes en zonder

overlast werken in de montage en demontage.’ ‘We moeten natuurlijk zo min mogelijk de winkeliers en de consument hinderen. Dat gaat zelfs zo ver dat we dit aspect meenemen in ons advies naar de winkelcentra. Wij brengen dus niet alleen een offerte voor de producten uit, maar ook voor de ontzorging daar omheen.’ IMPULS Willy Marsman spreekt de verwachting uit dat het bedrijf in Nederland nog een mooie toekomst wacht. ‘Sinds 1990 heb ik het bedrijf van jaar tot jaar mogen zien groeien, met een extra sterke impuls sinds de samenwerking met MK-Illumination. Die groei willen we doorzetten, wellicht ook door strategische overnames van kleinere illuminatiebedrijven. De kern blijft echter onze expertise op het gebied van winkelcentra en binnensteden. En die is in meer dan goede handen van ons adviesteam.’ ← WWW.MK-ILLUMINATION.NL


BELEVING

Het is altijd een wat gek gevoel om als we hier eigenlijk nog maar net kerst 2016 achter de rug hebben, alweer te kijken voor ideeën voor kerst 2017. Maar dat is beslist noodzakelijk, want de ontwikkelingen volgen elkaar snel op. En er gaan maanden heen over het opvragen en vergelijken van offertes en de productie van de decoratie en illuminatie.

Nieuwe trend: decoratiegroepen die aanleiding geven tot een ‘fotomomentje’

O

p de beurs Christmasworld kwamen we ook Rutger de Vries van Nico de Vries Projectdecoratie uit Almere tegen. Rutger is de laatste tijd vooral op zoek naar nieuwe wegen om winkelcentrumdecoratie een rol te geven in het contact en de interactie met de bezoeker: ‘Ik noem dat ook wel het ‘fotomomentje’. De decoratie moet de bezoeker zó aanspreken en uitdagen, dat men de smartphone pakt om even een leuke foto te maken van bijvoorbeeld de kinderen. Of een selfie maakt, alleen of met partner.’ En Rutger zegt dat niet zomaar. Natuurlijk, zo’n fotoo tje is leuk voor de bezoeker, maar in deze tijd van Instagram, Pinterest en Facebook wordt zo’n fotootje meteen gedeeld en wordt daarmee een (gratis) reclamedrager voor het winkelcentrum. Om dat te bereiken, moet de decorateur wel afstappen van oude, gebaande paden. VAN BOVEN NAAR BENEDEN Rutger de Vries: ‘In tegenstelling tot wat gebruikelijk was in winkelcentra, wil ik de decoratie van boven naar beneden halen. Niet alles natuurlijk, maar bepaalde objecten. Door zo’n object op de begane grond te plaatsen en door het natuurlijk ook in creatieve zin heel aansprekend te maken, kun je die interactie met de bezoeker, en dan met name de kinderen, bereiken. We zijn druk bezig om voor de centrale ontmoetingsplekken creaties te ontwikkelen om dit te bewerkstelligen. Zo’n ontwerp trekken we dan in een kleinere vorm door naar de passages, waar het in de lucht komt te hangen. Zo komt het concept door het hele winkelcentrum terug en zal de bezoeker overal de beleving ervaren.’ Deze aanpak heeft natuurlijk niet alleen betrekking op de sint- en kerstperiode. Rutger de Vries bedacht ook al concepten voor Valentijn en Moederdag. Vorig jaar maakte hij een spectaculaire apenrots voor winkelcentrum De Weiert in Emmen. En zo is er nog veel meer mogelijk.

‘Decoratie moet een grotere rol spelen in de interactie met de bezoeker’

De apenrots, een decoratiegroep waar kinderen én ouders gek op zijn!

REUZENCADEAU De nieuwe decoratiegroep in de vorm van een reuzen­ cadeau die Rutger deze winter in Haarlem Schalkwijk heeft geplaatst, is daar ook een voorbeeld van. ‘Schalk­ wijk heeft absoluut mogen ervaren dat het op deze manier contacten leggen met de consument wérkt. Maar er is wel een voorwaarde: om de aandacht te vangen en om de juiste beleving te creëren en interactie te krijgen, moet zo’n object wel groot zijn. Als je dat goed doet, dan bereik je echt die lach op het gezicht van de consument. En dat is toch het magische moment waarvoor de winkeliers en ook ik het allemaal doen!’ ← WWW.PROJECTDECORATIES.NL

scn 2017 | 1 33


BELEVING

Voor de donkere en de zonnige dagen Toen Bert de Kruijk met zijn bedrijf Flower and Shower in 2005 de Nederlandse binnensteden en winkelcentra ging opfleuren, ging het vooral om voorjaar en zomer. Zijn ‘hanging baskets’ en staande beplanting kunt u inmiddels overal tegenkomen. Dat Bert de Kruijk op Christmasworld rondloopt, heeft een andere reden.

34 scn 2017 | 1

‘W

ij zijn een tijdje geleden gaan onderzoeken of we onze winterbeplanting ook kunnen combineren met illuminatie’ zegt Bert de Kruijk. ‘Dat gaat prima en zodoende leveren onze producten ook als het donker is een echte bijdrage aan de sfeer en beleving van winkelgebieden.’ Bert komt daarom elk jaar naar Frankfurt om op de Christmasworld te kijken of er nog nieuwe ontwikkelingen zijn waarmee hij zijn bloemendecoraties kan verfraaien. Inmiddels zijn er steeds meer klanten die naast het zomerseizoen ook kiezen voor doorzetten naar het winterseizoen. ‘Wij plaatsen onze producten nu in zo’n honderd binnensteden en winkelcentra en zijn daarmee weer een stukje gegroeid ten opzichte van vorig jaar. Ook voor het komende voorjaar is er weer veel interesse van-

uit de markt. Daarbij slaat ons concept ook goed aan in Duitsland, waar we sinds een aantal jaar een eigen verkoopapparaat hebben.’ HANGING BASKETS De kracht van Flower and Shower zit niet alleen in de bijdrage die echte bloemen aan het straatbeeld leveren (vrolijk, welkom, veilig gevoel), maar ook in de manier waarop het product geplaatst en bijgehouden wordt. ‘Onze hanging baskets zijn voorzien van een waterreservoir dat wij periodiek bijvullen. De staande groepen hebben ook een eigen reservoir en zijn bovendien dusdanig verzwaard, dat ze niet gemakkelijk door vandalen omgegooid kunnen worden. Daarbij zorgt de decoratie op zich al voor een afname van vandalisme. Investeren in de kwaliteit van de omgeving loont dus en dat op verschillende manieren!’ ← WWW.FLOWERANDSHOWER.NL


THEMA

verwaaijen Hellingproeven

L

aatst moest ik bij mijn financieel adviseur zijn in Haarlem. Het kantoor heeft een parkeerterrein op +1-niveau, te bereiken via een extreem steile en krappe helling. En de praatpaal van het parkeersysteem bevindt zich ook net voorbij de voet van de helling. Niet erg comfortabel, maar ik kom daar 1 x per jaar dus een kniesoor….

Dat geldt echter niet voor honderden, misschien duizenden parkeergarages van winkelcentra in Nederland, die of te steil, te krap, te donker zijn of een combinatie van dit alles weten te verenigen. Maar daar kom je vaak pas achter op het moment dat je er voor het eerst in rijdt. En je de lakresten op de muur ziet. Of wanneer je bumper de opstaande rand toucheert. Of je weer nerveuzig en te veel gasgevend de helling probeert te nemen. Waar het aan ontbreekt is een rating systeem voor alle parkeergarages in Nederland. Niet alleen die prijzen voor de mooiste, schoonste of aangenaamste garage. Nee, ook een oordeel voor die smerige, gevaarlijke, lak-beschadigende, doodsangsten uitstaande parkeerbakken. En laten we dan ook meteen de liften en tapis roulants meenemen die ons van de garage het winkelcentrum in moeten brengen. Want ook daar kan je soms Dick Maas achtige horror-effecten tegenkomen. Onzekerheid of de lift ooit komt, of hij het haalt en of jij de rit wel overleeft met bepaalde medegebruikers.

D

e rating van een garage kan door middel van sterren of een cijfer. Ik ben zelf meer van de cijfers, waarbij een keiharde 1 meer zegt dan een 1-stersgarage. De score wordt gebaseerd op voldoen aan een aantal basics, zoals breedte van de inrit, hellingshoek, plaatsing van de automaten, omvang van de parkeervakken en mate van verlichting. Vervolgens kunnen er bonuspunten behaald worden, bijvoorbeeld door zoiets simpels als wifi-bereik, kwaliteit van de muziek, vol/vrij signalering etc. Dan ga ik nog een onderscheid maken tussen betaalde en onbetaalde garages, zodat je ook de betalingsafhandeling mee kan nemen. Uiteindelijk toch een flink complex verhaal. Maar menig adviseur op het gebied van gebouwde parkeervoorzieningen zal al zo’n checklist hebben gemaakt. En zijn eigen set van parkeergarages. En ieder met zijn eigen criteria en beoordelingssysteem. En goed opgeborgen in laden en op harde schijven. Daarom wil ik mijn eigen Jeroens Parking-app lanceren. Met alle 1000 parkeergarages van winkelgebieden in Nederland. Voor € 2,99 verkrijgbaar in de Apple-store en Google Play store. Kan je zien of je met je Hummer zonder kleerscheuren de garage in en uit kan komen. Ik vertrouw de beoordeling natuurlijk alleen maar aan mezelf toe. Ook om alle subjectiviteit uit te sluiten. En om de kosten een beetje in de hand te houden. Ik vrees echter dat meer dan twee garages beoordelen per week er voorlopig niet in zit. De lancering van de app laat dus nog even op zich wachten… ←

jeroen verwaaijen Directeur onderzoek Strabo @jpverwaaijen

scn 2017 | 1 35


LEREN VAN LEISURE

Nieuwe visie

op vastgoedontwikkelingen

in leisure DOOR HANS VAN LEEUWEN, TRENDWATCHER & ADVISEUR IN LEISURE

D

e traditionele vastgoedsector heeft vastgoed in de leisure sector lange tijd genegeerd. Huuropbrengsten en rendementen zouden ontoereikend zijn, of het althans op grote afstand verliezen van de revenuen uit kantoren-, industrie- en woningbouw. Toch zien wij een kentering en lijkt er momenteel juist een tegenovergestelde ontwikkeling gaande. In toenemende mate maakt de component leisure het verschil: het voorziet de traditionele vastgoedsector van een nieuwe dimensie, die meer inspeelt op het consumentengedrag en daardoor de aantrekkelijkheid in zijn totaliteit vergroot. Kijk maar naar de opkomst van de leisureboulevard (niet te verwarren met de meubelboulevard). Grootwinkelbedrijf Intratuin Duiven heeft bijvoorbeeld plannen om de capaciteit te verdubbelen. Een plan dat volledig wordt ingevuld met horeca en recreatieve voorzieningen. Is het succes van de outlet in Roermond ook niet toe te schrijven aan het veranderende gedrag van de consuHet beste bier van Nederland, gebrouwen in een Haarlemse kerk

36 scn 2017 | 1

ment, waarvoor funshoppen een dagje uit moet zijn? En wil daarom Leisure Stad Zoetermeer ook zo graag een factory outlet binnen haar gemeentegrenzen ontwikkelen? In diezelfde gemeente heeft lokale ondernemer Marty Kreft, van de keten De Ballebak, plannen om een Family Entertainment Center te ontwikkelen met een oppervlakte van wel 10.000 m2. Terwijl we allemaal ook het initiatief kennen van Koos Hendriks, genaamd SnowWorld. En neem ontwikkelingen bij de traditionele campings. Wie had ooit gedacht aan een viersterrenhotel op een camping? Inmiddels zijn er al vijf van deze campings in Nederland, en zullen er nog meer bij komen. Verbreding, blurring en het veranderende consumentengedrag zorgen ervoor dat leisure steeds vaker onderdeel wordt van succesvolle vastgoedontwikkeling. Uiteraard moet men hierbij wel rekening houden met verschillende opbrengsten en rendementen, maar bij de juiste mix is de leisurecomponent de schakel voor een succesvolle belegging. DE VRIJETIJDSINDUSTRIE WORDT VOLWASSEN Het ontstaan van ketens is een bewijs van een volwassen bedrijfstak waar iets te halen valt voor investeerders. Basic Fit, Fit For Free, Ballorig en Monkey Town zijn bekende namen in respectievelijk de fitnessbranche en indoorspeeltuinen. Een nieuwe ontwikkeling is de opkomst van family entertainment centers. Wat eerder stand-alonebedrijven waren, opereert nu gezamenlijk onder een dak. Denk aan al die fabriekshallen en oude tennishallen met een kartbaan of indoorspeeltuin. Deze activiteiten kruipen steeds vaker bij elkaar, en een family entertainment center is geboren. Er lijkt momenteel wel een revival gaande van bowlingcentra en megabioscopen. Kinepolis bij de Jaarbeurs en CineMec in Utrecht zijn slechts twee voorbeelden. Op dit moment wordt in dezelfde regio de laatste hand gelegd aan een miljoeneninvestering: twee indoor skidive torens. In Arnhem heeft PathĂŠ onlangs een nieuwe bioscoop geopend met daarnaast een Happy Italy, Beren-


LEREN VAN LEISURE

1 2 3 4

LeisureDome Kerkrade: clustering van vrijetijdsactiviteiten Wellnessfort Beemster: industrieel erfgoed krijgt leisurebestemming FOC Roermond: met vijf miljoen bezoekers de grootste attractie van Nederland Museum Beeld & Geluid in Hilversum

� 2

3 4

restaurant en McDonald’s, alles op loopafstand van het treinstation en de binnenstad. VASTGOED, RETAIL OF LEISURE? Wie de markt in de gaten houdt, ziet dat er heel veel van deze grootschalige vastgoedontwikkelingen zijn in het hele land. Breepark in Breda is volop in uitvoering, terwijl het onder de noemer Bavelse Berg maar niet van de grond kwam. ING Real Estate heeft met dit plan van voor de crisis jarenlang onder de arm gelopen. Nu is een indoorspeeltuin onderdeel van de nieuwe ontwikkeling en de hele financiering is op creatieve wijze tot stand gekomen, waarbij de leverancier van de toestellen ook participeert in het verhaal. Ook Meet Inn op Business Park Amsterdam Osdorp en De Scheg in Deventer zijn grootschalige leisure-ontwikkelingen. Die laatste bestaat uit een overdekte schaatsbaan, tropisch zwembad, sportaccommodatie, vergaderzalen en horeca in de nabijheid van een scholencomplex. Overdag gebruikt door studenten; ’s avonds en in het weekend door de inwoners van Deventer en omgeving. Het is van een sportaccommodatie tot een dagje uit geworden, met honderdduizenden bezoekers op jaarbasis. Hier zwaait Aschwin Lankwarden al meerdere jaren de scepter. Het is in een soort pps-constructie met de gemeente verworden

tot een zelfstandig commercieel bedrijf. Moet ik de Zuidas nog noemen, met als klap op de vuurpijl de Ziggo Dome? Hebben wij het hier over vastgoed, retail of leisure? NIET DOORDACHT Dat het niet altijd goed gaat, bewijst het fiasco van Yumble bij Roermond. We hebben het hier toch over een domper van zo’n twintig miljoen euro vanwege een niet doordacht vrijetijdsconcept en initiatiefnemers met te weinig ervaring in de leisureindustrie. Het is door dit soort gevallen dat investeringen in leisure vaak met argusogen worden bekeken. Niet alleen door beleggers en ontwikkelaars, maar ook door banken. Toch zijn er nog in verschillende plaatsen plannen voor grootschalige ontwikkelingen. Gemeente Leusden is in gesprek met diverse lokale ondernemers. Voor de uitgebreide verkenning vinden gesprekken plaats met → scn 2017 | 1 37


LEREN VAN LEISURE

� 2

VAKDAG: HET NIEUWE DAGJE UIT Wilt u de laatste ontwikkelingen volgen op het gebied van de opkomst in leisure boule­ vards dan is de Vakdag Het Nieuwe Dagje Uit de uitgelezen kans voor meer kennis en verbreding van uw netwerk. Aanmelden kan op www.hetnieuwedagjeuit.nl.

Van der Valk, Euroflor, het AFAS Circustheater en The Meijer Sportcentrum. De moeilijkheid bij zo’n grootschalige leisureontwikkeling is te bepalen wie uiteindelijk de regie in handen heeft, aangezien een dergelijke clustering van activiteiten voornamelijk bestaat uit verschillende mkb-bedrijven en een kapitaalsintensieve onderneming. DE VOLTAGE: DRIEHONDERDDUIZEND BEZOEKEN IN HARTJE TILBURG In het voormalige Voltcomplex van Philips werden in Tilburg vanaf 1909 de eerste gloeilampen geproduceerd. In 1995 opende Max Coppes in de destijds verwaarloosde 38 scn 2017 | 1

industriële panden op 4.000 m2 de tweede kartbaan van Nederland. De Voltage is inmiddels uitgegroeid tot het grootste family entertainment center van het land met een totale oppervlakte van 12.000 m2. Samen met tientallen andere kleinere bedrijven bezetten zij het complete oude fabriekscomplex aan de Groenstraat in Tilburg. “Het hele complex heb ik duurzaam gehuurd. In de

‘Wie in de leisuremarkt terugrekent naar opbrengst per vierkante meter, komt bedrogen uit’ constructie is ook meegenomen dat ik de renovatie en het totale onderhoud van dit oude pand voor mijn rekening neem”, vertelt Max Coppes, de eigenaar van de Voltage. “Je zult begrijpen dat wij geen huurverplichting kunnen dragen die vergelijkbaar is met een winkel hier in de buurt. Binnen onze sector hebben we veel onrendabele vierkante meters als je die afzet tegen de maximaal te behalen omzet. Kijk alleen maar eens naar de kartbaan en de paintball zone. Hele grote oppervlaktes waar nooit de huurwaarde wordt gehaald zoals in de traditionele vastgoedsectoren. Maar door de clustering van een groot gevarieerd aanbod van wel veertig verschillende attracties, waaronder bowling, escape rooms, botsauto’s, de rodeostier, lasershooting, paintball en footpool komen wij wel aan het commerciële resultaat dat je kunt vergelijken met andere sectoren in vastgoed.” “In januari hebben we onze nieuwe indoorspeeltuin, Volt Kids Adventure, toegevoegd met een oppervlakte


LEREN VAN LEISURE

1 Gewijzigde aanblik van de Philipsgloeilampenfabriek De Voltage 2 De fabriek is nu een family entertainment centre 3 De vertrouwde flipperkast 4 Glowgolf, golfen in het donker 5 Het aantal megabioscopen groeit gestaag door 6 Karten in Voltage

3

5

4

6

Een stad is geen stad zonder een bioscoop, bowlingcentrum en fitness van 3000 m2. Dankzij deze laatste aanwinst gaan wij waarschijnlijk de grens van zo’n driehonderdduizend bezoeken op jaarbasis passeren. Wie in de leisuremarkt terugrekent naar opbrengsten per vierkante meter komt bedrogen uit. Kijken we echter naar het totale complex, inclusief alle horecavoorzieningen en attracties, dan behoort een meer dan aanvaardbaar rendement tot de mogelijkheden.” HOTELS Een dorp is geen dorp als er geen sportvelden zijn en geen buurthuis. Een stad is geen stad zonder een bio-

scoop, bowlingcentrum en fitness. Vergeet daarnaast niet dat ook de hotelsector steeds meer leunt op de leisureindustrie om het weekend in te vullen, naast de doordeweekse bezetting van de zakelijke markt. Wat is anders de reden dat er zoveel retail en leisureactiviteiten te vinden zijn bij de nieuwere Van der Valk hotels? Op de Dam, wat misschien de drukste toeristenhotspot is van ons land, vinden we Madame Tussauds en Ripley’s Believe It or Not tegenover de Bijenkorf. Hoezo is leisure niet interessant voor de vastgoedsector? ← WWW.PLEISUREWORLD.NL

scn 2017 | 1 39


THEMA

M&M World: retail-tainment of attractie? Kunt u een commerciële bezoekers-attractie noemen die één miljoen gasten per jaar ontvangt zonder daarvoor een entreeprijs te vragen? Het vraagt om een andere manier van denken om een attractie op te zetten die als ‘gratis toegankelijk’ kan opereren.

H

et zou bij zo’n attractie al veel schelen als je de kosten beperkt weet te houden. Dus geen hoge vaste kosten door de aanschaf van achtbanen. …En ook de relatief hoge kosten van seizoenswerk zou zo veel mogelijk beperkt moeten worden. Als je wel eens in London bent geweest dan herken je waarschijnlijk het beeld van het drukke Picadilly Circus. Hier lopen jaarlijks 26 miljoen­mensen te struinen. Op een paar stappen afstand vinden we M&M World. Officieel is dit een winkel: een snoepwinkel. Dankzij de unieke inrichting is het een bijzondere ervaring geworden. We bezochten de ‘winkel’ en keken naar onderdelen de onderdelen die dit concept slim en bijzonder maken: De merkfactor: Een brandstore heeft altijd iets bijzonders, zeker als het een sterk merk betreft zoals M&M. Er is bewust gekozen voor exclusiviteit. Er zijn maar vijf M&M World winkels in de wereld. Het is daarmee een unieke locatie die ‘cool’ is om te bezoeken. 40 scn 2017 | 1

De entreeprijs: Er wordt handig gebruik gemaakt van de ‘gratis entree’ factor. In de psychologie ook wel omschreven als de ‘debt trap’, waarmee de bezoekers worden verleid om in ieder geval even een kijkje binnen te nemen. Het is immers gratis. De etalageramen: Deze zijn om te beginnen bijzonder groot. Daarnaast zijn ze ingevuld met een geanimeer­de kleurrijke en speelse lichtshow. De hypnotiserende gekleurde regenboog trekt zelfs de aandacht van de meest gefocuste toerist. De poort: Een paar stappen na de entree passeren de bezoekers een grote poort, gethematiseerd met een iconische dubbeldekker. Ook hier is over nagedacht. Bezoekers verlaten de werkelijke wereld van de straat en treden een nieuwe dromerige fantasiewereld binnen. Thematisering: De vele grappige etecatchers doen uitstekend hun werk. Er zijn vele symbolische decorstukken en fotomomenten (o.a. Beatles gethematiseerd) die zorgen voor


BELEVING

Believe It Or Not! een unieke beleving. Je hebt in ieder geval niet meer de indruk dat je in een winkel staat. Dat is knap gedaan want daarmee doorbreek je de traditionele argumenten (filters) om iets ‘niet’ te kopen. Visuele merchandising: In een uitnodigende omgeving spelen de leuke M&M chocolaatjes, in combinatie met de de souvenirs, natuurlijk wel een hoofdrol Er is gebruik gemaakt van grote gekleurde blokken aan de muur die corresponderen met de kleuren van de M&M’s, en van de gondels en stands zijn hot spots gemaakt met een aantrekkelijk assortiment aan producten. Dit is een overzicht van trucs die we ook herkennen uit de souvenirwinkels van themaparken. Wellicht is de kennis ook ‘geleend’ uit deze sector? Als we M&M World willen vergelijken met een echte attractie dan zit er een benchmarkvoorbeeld om de hoek op Picadilly Circus; Ripley’s.

M&M heeft geen last van het zogenaamde ‘click-versus-brickvirus’, waarbij online omzet ten koste gaat van omzet in de winkelstraat (waar een ander iconisch merk zoals Toys ‘R’ Us bijvoorbeeld wel veel last van heeft). Het unieke concept van de M&M World experiencewinkel is de basis voor het het succes. Is dit concept ook toe te passen op andere attracties die een combinatie willen/kunnen maken met producten? Daar zal ik zeker verder onderzoek naar doen. ←

Luca Liboa is specialist in branding en retailconcepten in de recreatiesector. Hij werkt voor Amusement hub (‘Creating­emotions that generate value’). Hiervoor was hij o.a. werkzaam voor diverse attractie- en thema­parken in Zuid-Europa. Dit artikel verscheen eerder bij Pretwerk.nl. Walter Jonger van Pretwerk maakte de foto’s.

Ripley’s Believe it or not trekt ongeveer 350 duizend bezoekers per jaar en genereert een omzet van 5,3 miljoen euro. De belangrijkste bron van inkomsten zijn de entreetickets: 14 pond (16,5 euro) bij online booking twee weken tevoren en 28 pond (33 euro) aan de kassa. M&M World, gebouwd met een investering van 10 miljoen pond, ontving op de openingsdag al 28 duizend bezoekers. De ‘winkel’ die in juni 2011 werd geopend, kent een bedrijfsvoering die vergelijkbaar is met een attractie. Op een oppervlakte van 3250 m2, verdeeld over vier verdiepingen komen jaarlijks zo’n 5 miljoen bezoekers over de vloer. Die besteden gezamenlijk zo’n 30 miljoen pond (ruim 35 miljoen euro) aan producten. Indrukwekkend!

WWW.MMSWORLD.COM

scn 2017 | 1 41


RETAILAGENDA

WAAROM DE RETAILAGENDA SOMS GEEN GOED IDEE IS DOOR HANS VAN TELLINGEN*

De Retailagenda. Geïnitieerd in 2015. Qua idee verder uitgewerkt in 2016. En tot uitvoering gebracht in 2017. Aan de slag ermee! Prima. Er is namelijk heel wat aan de hand in winkelland.

D

e gedachte achter de Retailagenda is te prijzen. Deze is geïnitieerd door het Ministerie van Economische Zaken. En wordt gesteund door een aantal marktpartijen. In januari 2017 is een instrumentarium naar buiten gebracht. Mede bedacht door de IVBN, de brancheorganisatie van professionele winkelbeleggers. Een uitstekende club. Door de NRW, de Nederlandse Raad Winkelcentra. Mijn favoriete kennis- en netwerkvereniging. En door INretail. De organisatie wiens voorzitter heeft verkondigd dat er nooit meer een winkelmeter bij mag. En die alleen de belangen van de zittende retailers –  die zeker niet allemaal met hun tijd zijn meegegaan  – lijkt te vertegenwoordigen. Tja. Daar gaat het dus mis. De Retail­agenda ademt namelijk ook deze sfeer uit. Alle mensen die de Retailagenda vertegenwoordigen, inclusief voorzitter Marijke van Hees, noemen telkenmale dat er ‘20% overcapaciteit uit de markt genomen moet worden’. Deze 20% is een eigen leven gaan leiden. Er kan zelfs ‘niets meer ontwikkeld worden als er niet eerst 20% is weggenomen’.

PARDON? Leven we in 1971? Het tijdperk van de Tweede Nota Ruimtelijke Ordening? Het tijdperk van de ‘gebundelde deconcentratie’? Het tijdperk van de ‘maakbaarheid van de samenleving’? Het tijdperk van de DDR-achtige winkelplanning? Het tijdperk van het DPO (DistributiePlanologisch Onderzoek)? En het achter de komma berekenen hoeveel vierkante centimeter winkelruimte per branche in elk verzorgingsgebied erbij mag komen?

NEE, TOCH? Of leven we in 2011? Het jaar waarin menigeen dacht dat de winkels zouden gaan verdwijnen? Ten faveure van het inter42 scn 2017 | 1


RETAILAGENDA

Dus, vertel me eens: waarom moet er een vijfde van de winkelmeters uit de markt genomen worden?

net? Het jaar waarin onheilsprofeten het einde van winkels voorspelden? Die dachten dat 30 tot 50% van de winkelvoorraad in 2016 al zou zijn verdwenen?

OOK NIET. Zelden zaten onheilsprofeten er zo ontzettend naast. Gelukkig maar. Alhoewel? De Retailagenda kiest dezelfde onheilspellende toon. Zo lijkt het althans. Want moet er echt 20% uit de markt worden genomen?

DE FEITEN De totale winkelvoorraad is sinds 2011 gestabiliseerd. Deze is dus niet gekrompen. Maar is ook niet gestegen. De leegstand, volgens Locatus, liep op van zo’n 5% in 2011 naar 8% in 2015. Maar sinds een jaar of anderhalf daalt de leegstand. En begeeft deze zich in 2017 op een procent of 7. Een ‘gezonde leegstand’ bedraagt 3 tot 4%. De frictieleegstand. De ‘overcapaciteit van Marijke van Hees’ bedraagt dus zo’n 3 à 4%. En zeker geen 20%. Maar goed, dit zijn landelijke cijfers. Gemiddelden. Dat zegt niets over lokale en regionale situaties. Zo is de leegstand zeer gering in de sterke winkelgebieden, daar is een tekort aan goede meters. En de leegstand is vaak hoog in krimpgebieden. In de periferie. Vooral als daar in de afgelopen 10 tot 20 jaar wat al te kwistig met nieuwe winkelmeters is gestrooid. Daar is een (structureel) overschot. En verder: is leegstand te wijten aan internet? Nee! Slechts een procent of 5 à 6 van de bestedingen vindt online plaats. En dit percentage groeit veel minder hard dan menigeen denkt. Dit in weerwil van allerlei organisaties als Thuiswinkel.org en I&O die veel te hoge schattingen naar buiten brengen. Krimp,

vergrijzing, ‘suffe Nederlandse winkelketens (zoals de V&D)’ en de economische crisis zijn de belangrijkste oorzaken voor leegstand. Nu ben ik overigens wél van mening dat het aantal winkelunits zal dalen de komende jaren (dat proces is zelfs al jaren aan de gang volgens Locatus). Maar de totale voorraad in metrages zal niet of nauwelijks dalen (**). Dus, vertel me eens: waarom moet er 20% uit de markt genomen worden? Als de gemiddelde leegstand ‘maar 7%’ is? En de overcapaciteit maar een procent of 3 à 4 is? Waar komt die 20% vandaan? Ik heb een aantal mensen gesproken die werkzaam zijn voor de Retailagenda. Maar niemand kon mij vertellen waarom er overal (want dat wordt wél verteld) 20% uit de markt moet worden genomen. Die 20% lijkt wel een ‘uit de lucht geplukt getal’.

DAT KLINKT NIET ZO STERK. OK, eens, hoor. In Geleen moet 20% uit de markt worden genomen. Of misschien wel 30%. Of zelfs 40%. Hetzelfde geldt voor Den Helder. Delfzijl. Schiedam (geef die Hoogstraat een keer op, mensen). En in legio andere plaatsen. In dergelijke gevallen is een denkwijze à la de Retailagenda zeker op zijn plaats. Maar moet er ook winkelruimte worden weggehaald in de binnenstad van Amsterdam? Rotterdam? Den Haag? Eindhoven? Groningen? Of in het Stadshart Amstelveen? Of in The Mall of the Netherlands? En had het uiterst succesvolle Gelderlandplein ooit kunnen uitbreiden als een instrument als de Retailagenda die uitbreiding had tegengehouden?

NEE, TOCH? In succesvolle winkelgebieden is er een tekort aan winkelruimte. Een schreeuwend tekort zelfs. Er is behoefte aan grote winkelunits. Units voor buitenlandse, succesvolle toetreders. → scn 2017 | 1 43


RETAILAGENDA

Maar bovenal: laat de markt zijn werk doen in de sterke winkelgebieden. Breid hier uit. Geef ruimte aan de uiterst noodzakelijke dynamiek. Geef ruimte aan de behoeften van de consument. Dat is goed voor de retail. Dat is goed voor de winkelomzet. En dat is goed voor de maatschappij. Elke stad is namelijk gebaat bij een goed functionerende binnenstad. En niet bij een planningsinstrument dat doet denken aan vervlogen tijden.

NASCHRIFT

In succesvolle winkelgebieden is er een schreeuwend tekort aan winkelruimte Hier moet je het winkelareaal uitbreiden. Soms zelfs met tientallen procenten. Verwen de klant nu eens! Belangrijk is namelijk dat ook kwaliteit wordt toegevoegd. Want veel buiten­ landse toetreders bieden een productrange, serviceniveau en beleving die in Nederland ongekend is. Een instrument als de Retailagenda zet dit soort ontwikkelingen op slot. Ongewenst. Zo blijven we hangen op dat lousy kwaliteitsniveau van 1971. De glorietijd van de DDR. De boodschap van de Retailagenda lijkt soms wat te rigide. En gaat voorbij aan de noodzakelijke vernieuwing. De dynamiek. En de benodigde kwaliteitsimpulsen. Winkelen is en blijft voornamelijk een fysieke aangelegenheid. Winkels, in combinatie met horeca, vormen de drijvende kracht van binnensteden. Winkelgebieden zijn dé ontmoetingsplek bij uitstek. En zullen altijd blijven bestaan. En in die winkels wordt er gewoon geld besteed. Veel geld. Ook in de toekomst. Een ieder die zegt dat winkels slechts showrooms worden met weinig verkooppotentieel heeft weinig begrepen van de menselijke aard en de zogenaamde ‘lange kassabon’ (**), die (alleen) fysieke retailers weten te genereren. Daarom: pas de Retailagenda alleen toe in zwakkere gebieden. Daar moet je inderdaad krimpen in winkelareaal. Maar wees niet al te rigide. Saneren van winkelmeters is altijd maatwerk. Ook in krimpgebieden zijn er immers kansen. 44 scn 2017 | 1

Dit artikel is niet bedoeld om de Retailagenda ‘af te zeiken’. Of de mensen die hier hard aan gewerkt hebben. Of om de goede bedoelingen naar de prullenbak te verwijzen. Integendeel. Een instrumentarium om slechte winkelmeters in krimp­ gebieden te saneren is welkom. Maar dan wel als maatwerkinstrument. Op die specifieke plek. Wat ik echter mis aan de Retailagenda is het benadrukken van de positieve bries die óók door retailland gaat. De bries van buitenlandse winkelketens die wél snappen hoe de klant in elkaar zit. Die meteen grote units willen huren. Of de frisse bries van local heroes die op dit moment zich op veel winkellocaties vestigen. Ik nodig daarom mensen die bij de Retailagenda betrokken zijn te reageren. Doe dat. Heel erg graag zelfs. Want ik ben dol op discussie. Want daarmee komen we uiteindelijk een stuk verder dan nu. En daar doen we de retail een groot plezier mee. En de economie. En de maatschappij. Elke stad floreert bij een goed functionerend winkelbestand. Daar is ieder weldenkend mens het mee eens. Toch? ←

* Hans van Tellingen is algemeen directeur van winkelcentrumonderzoeker Strabo bv. www.strabo.nl. Hij is hoofdauteur van de bestseller #WatNouEindeVanWinkels. Hans van Tellingen werkt momenteel met mede-auteurs aan #WatNouEindeVanWinkels deel 2: De Gouden Eeuw van de Echte Winkel. Reacties?: vantellingen@strabo.nl / 020-6260817 / Twitter: @hansvtellingen ** Dit wordt onderbouwd in grote delen van het boek #WatNouEindevanWinkels (juni 2016). BRONNEN: • Instrumenten voor een succesvolle transitie van de winkelstructuur, 2017 (@NRW, IVBN en INretail) • De publicatie Retailagenda (pdf beschikbaar gesteld op www.rijksoverheid.nl) • Een fors aantal presentaties (waar ik bij aanwezig was) van personen die voor de Retailagenda werkzaam zijn of waren (Marijke van Hees, Roelof de Graaf, Erik Struijlaart).


DUURZAAMHEID

Z

eker, een paar vastgoedeigenaren hebben het stokje van duurzaamheid serieus opgepakt. Maar nog veel meer niet of maar halfbakken. Ontwikkelaars idem dito. En ook de meeste retailers staan niet te springen om duurzaamheid te omarmen. Het Platform Duurzaam Winkelvastgoed is niet weer een denktank of papieren tijger, maar een platform dat het winkelvastgoed informeert over urgentie, middelen en ja, ook sancties. Want die komen er nu ook aan! De kick-off van het Platform Duurzaam Winkelvastgoed op 7 februari in Amersfoort trok ruim honderd bezoekers. Onder de werknaam ‘The Green Retail Expedition’ kwam een aantal experts aan het woord en werden in werkgroepen vragen beantwoord. COMPLEXE UITDAGING Eerst laten wij Brigit Gerritse (directeur NRW) aan het woord over de oprichting van het Platform Duurzaam Winkelvastgoed. Het platform bestaat naast NRW uit nog tien andere organisaties*. Betekende dit dat NRW er

alleen niet uitkwam of dat het gewoon een zeer complexe uitdaging is? ‘Wij willen met dit platform de hele sector benaderen en de circle of blame die toch een beetje aan het ontstaan was doorbreken. We zaten in de situatie dat iedereen wel wist aan te geven waarom duurzaamheid niet kon of waarom het niet lukte. Maar als we nu allemaal samenwerken en dat ene doel (een toekomstbestendig, duurzaam en aantrekkelijk winkellandschap) in het vizier houden, dan moeten we wat kunnen bereiken.’ ‘Natuurlijk blijf je altijd houden dat partijen er niet aan mee willen doen, afwachtend zijn of zich als free rider opstellen. Maar daar gaan we ons niet aan storen. Wij willen het allemaal wél en zullen onze achterban zo goed mogelijk informeren, zodat iedereen z’n eigen keuzes kan maken en z’n eigen verantwoordelijk kan nemen.’ SCHOON, HEEL, VEILIG, GROEN Dus over pakweg tien tot vijftien jaar is dit helemaal geen discussie meer? ‘Nee, dan hebben we het gewoon over de vier-eenheid schoon-heel-veilig-groen. Nu hikken →

De vraag bij duurzaam winkelvastgoed is:

Wat kan ík doen om het verschil te maken? Duurzaamheid in winkelvastgoed. Hype of een blijvertje? Een aantal jaren geleden stond duurzaamheid opeens bovenaan alle lijstjes. Maar – zo lijkt het  – niet voor lang. Tijd voor een wake-up call, vond NRW. Samen met nog elf andere partijen richtte de raad het Platform Duurzaam Winkelvastgoed op.

scn 2017 | 1 45


DUURZAAMHEID

‘Over tien jaar hebben we het gewoon over de vier-eenheid schoon-heel-veilig-groen’

we nog aan tegen technische of financiële problemen. Tegen vragen als wie neemt de beslissing, hoe ga ik om met de huurcontracten versus de investeringen, et cetera. Maar daar zijn allemaal oplossingen voor, die we echter wel met elkaar moeten bedenken.’ Als ik om me heen luister dan wil bijvoorbeeld de retailer nog wel eens zeggen ‘what’s in it for me?’. ‘Dat hoort in die circle of blame. Sommigen denken ‘voor mij is het niet zo belangrijk’. Maar de retailer heeft natuurlijk ook baat bij een duurzaam winkellandschap. Kijk, als het gaat om investeringen in de techniek en in de stenen, dan zegt de retailer ‘dat is voor mij een afgeleide: ik concentreer me liever op mijn core business.’ Maar uiteindelijk wil ook de retailer doen wat goed is. Want ook de consument zal zich beter voelen bij een retailer die daar een goed beleid voor heeft.’ URGENTIE Hoe voorkom je dat we na een dag als deze naar huis gaan en denken: dat was een leuke, interessante dag, maar nu weer business as usual? ‘Deze dag was met name bedoeld om die ‘sense of urgence’ onder de aandacht te brengen. Want het speelt nu. Er is geen ontkomen aan, het waait niet over. En er zijn –  ook al weet niet iedereen dat  – ook sancties ingesteld en er zál binnenhort gehandhaafd worden. Daarom proberen wij zoveel mogelijk informatie te geven over wat er nu bekend is en op ons afkomt. We hebben ook samen met Platform Duurzame Huisvesting een tool ontwikkeld, waarmee je snel kunt zien wat voor de retailer van toepassing is.’ ‘En we gaan alle informatie van deze dag verzamelen en breed verspreiden. Op die manier proberen we de mensen te bewegen dit op te pakken, om hun verantwoordelijkheid te nemen. Men moet niet meer naar de ander kijken, maar denken: wat kan ík doen om het verschil te maken?’ DE AGENDA VAN DE RETAILER Een van de problemen bij de implementatie van een duurzaamheidsaanpak is, dat de retailer dit soort bemoeienis met zijn winkel, zijn bedrijfsproces vanuit de vastgoedeigenaar of beheerder niet wenst. De kunst is dan ook, aldus spreker Lara Muller van het Blue Building Institute, om wat we doen aan te laten sluiten op de agenda van de retailers. Het kan helpen als we duidelijk kunnen maken dat we met duurzaamheid niet zozeer investeren in gebouwen, als wel in ‘health’, in een omgeving waarin mensen optimaal kunnen functioneren. Want investeren in mensen (of het nu de medewerkers of de consumenten zijn) leidt tot substantieel betere functionerende bedrijven. Oftewel: Sustainability = unlock human potential through your building. Retailer Ahold heeft zich bij deze beweging als een der eersten aangesloten. Nu de rest nog … 46 scn 2017 | 1

HANDHAVING Spreker Rachel Vingerhoeds van HB Capital wijst erop dat Nederland qua duurzaamheidsdoelstellingen flink achterloopt op veel andere Europese landen. Zo moet pas in 2030 het gemiddelde energielabel van winkelvastgoed op A uitkomen. Maar ook nu al is een eigenaar, (ver)huurder en/of gebruiker volgens de wet verplicht om energie te besparen. En zoals gezegd, op het niet hieraan voldoen staan sancties. De verwachting is dat handhaving niet lang op zich zal laten wachten. Voorkom dus dat er bij u een fikse boete op de mat valt. Bereid u voor door bijvoorbeeld het Kompas Energiewetgeving Gebouwen te raadplegen. Via kompasenergiewetgeving.platformduurzamehuisvesting.nl komt u bij een interactieve website die u helpt met inzicht in uw gebouwensituatie. CERTIFICERING Joost Vooijs van Colliers is iets positiever over de acceptatie van duurzaamheid in het winkelvastgoed. ‘Het is beslist niet alleen maar een abstract begrip. We zijn er echt mee bezig. Dat is ook een gevolg van het nemen van de verantwoordelijkheid door op dit moment met name de beleggers.’ FOTO’S: SCN


DUURZAAMHEID

Want dat speelt zeker al wel: pensioenfondsen bijvoorbeeld gaan steeds stringentere eisen stellen aan de duurzaamheid van hun vastgoedbeleggingen. Zij vergelijken de prestaties van hun vastgoed steeds vaker met die van ander vastgoed, bijvoorbeeld door gebruik te maken van een platform als gresb (www.gresb.com). Vooijs merkt op dat het voor het inzichtelijkheid maken van prestaties op het gebied van duurzaamheid belangrijk is om data en informatie te delen. Hij roept retailers dan ook op om hierin mee te gaan. In Nederland is verder het instituut breeam bekend voor zijn certificering op duurzaamheid van winkelvastgoed. Vooijs wees erop dat in Nederland nog maar 142 projecten gecertificeerd zijn, waarvan slechts drie projecten met de score ‘outstanding’. Dat is dus niet iets om heel trots op te zijn. Positief daarentegen is de groei van het aantal experts op het gebied van duurzaamheid bij vastgoedadviseurs. ZOEKEN MET EEN LAMPJE: OUTSTANDING PROJECTEN Een van die drie projecten met een ‘outstanding’-score van breeam, is winkelcentrum Heuvel in Eindhoven. Martijn Vlasveld van CBRE Global Investors is er trots op dit bereikt te hebben. ‘Wij geloven dat een duurzaam winkelcentrum op langere termijn aantrekkelijk blijft. Voor de belegger, de huurder en ook de consument’. Hij merkt ook dat zijn bedrijf hiervoor de positieve interesse van beleggers krijgt: ‘Zij vinden ons op dit

moment de meest duurzame belegger. Maar om dat vast te houden, moet je wel boven het gemiddelde performen en bij voorkeur tot de kopgroep behoren.’ CBRE Global Investors voert qua duurzaamheid van haar winkelcentra een actief beleid en vraagt aan al haar beheerders om hieraan te werken. ‘De verduurzaming van de Heuvel heeft samen met de herpositionering concreet tot een hogere huurderstevredenheid geleid, hogere bezoekersaantallen, lagere servicekosten en het op peil kunnen houden van het huurniveau. Daarbij was er sprake van een sneller dan gemiddelde waardestijging op de ipd-index. Kortom: investeren in duurzaamheid werkt!’

Nog maar drie projecten in Nederland kregen de score 'outstanding’ Naast bovenstaande sprekers kwamen aan het woord: taxateur Marcel de Boer van Troostwijk (‘Het juist taxeren van groen vastgoed is lastig, omdat je taxeren altijd doet via het zicht in de achteruitkijkspiegel’), Marcel Ganzeboom van Lidl (‘Lidl en duurzaamheid, dat hoort helemaal bij elkaar’) en wethouder Paulus Jansen van de gemeente Utrecht (‘De wettelijke taken gaan verder met de coalitietaken van de gemeente. Zoals de verduurzamingsoperatie voor gebouwen ter waarde van 1,4 miljard euro’). ← *De organisaties die zich verenigd hebben in het Platform Duurzaam Winkelvastgoed: Platform Duurzame Huisvesting, Vastgoed Belang, Vastgoed Management Nederland, VGO, Dutch Green Building Council, NEPROM, NRW, NEVAP, InRetail, Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. scn 2017 | 1 47


PROJECTEN

D

e stad Utrecht zit volop in de groei. Telde de stad in 1950 nog geen 200 duizend inwoners, in 2016 was dat een kleine 340 duizend en binnen enkele decennia wordt verwacht dat het half miljoen aangetipt wordt. Die groei wordt vooral aan de westzijde van de stad gerealiseerd, maar ook aan de westzijde van het centrum­gebied. Anders gezegd: ook de binnenstad van Utrecht groeit nog flink. Die groei vraagt nogal wat van de gemeente, ook op het gebied van bereikbaarheid. Dat begon –net buiten de stad  – in 1955 op Eerste Pinksterdag met de eerste autofile van Nederland. 50 duizend auto’s waren te veel voor knooppunt Oudenrijn en niet alle dagjesmensen bereikten die dag de bollenvelden (richting westen) of de Veluwe (richting oosten). Ruim een halve eeuw later heeft Utrecht de primeur van de eerste fietsfiles in het centrum, bij het stations­ gebied. Een van de redenen, zo legt Pim Venema van de gemeente Utrecht uit, om het stationsgebied te vergroten en te werken aan capaciteit en kwaliteit. En dat dan

in samenwerking met de partners Klépierre, ProRail, NS Stations en de Jaarbeurs. Het gaat hier om een plan van 15 miljard euro, dat al vijftien jaar loopt en rond 2019 voltooid zal zijn. COMPLEET MAKEN In de binnenstad ligt het accent op woningbouw en retail, ofschoon het nieuwe stadskantoor er ook mag wezen. De uitbreiding aan de westzijde van het centrum ziet de gemeente als ‘het compleet maken van de binnenstad’. Groen en duurzaam zijn daarin leidende thema’s. Een hele prestatie gezien het volume van de groei: 50.000 m2 retail erbij (station, plinten en Hoog Catharijne) en tweeduizend woningen. In een later stadium nog komen er nog drieduizend woningen extra op het Jaarbeursterrein. In het centrum is –  naast de upgrade in kwaliteit van het openbare gebied  – de opnieuw aangelegde stadssingel wellicht de meest in het oog springende verandering. Deze integreert heel mooi met de nieuwe opzet van Hoog Catharijne.

Reizigers nemen vaker de tijd in het station; het nieuwe aanbod sluit daarop aan HET STATION We zoomen even in op het Centraal Station. Michel Hueber van NS Stations heeft qua retail en verhuur te maken met verschillende grote NS-projecten in Nederland, waaronder Utrecht. Hij volgt met aandacht de landelijke ontwikkelingen op retail­gebied en probeert te begrijpen wat dit voor de reizigers op de stations betekent. Als we aan drukke retaillocaties denken, dan schiet wellicht als eerste de Kalverstraat te binnen. Of wellicht ook Schiphol. De Kalverstraat telt dagelijks zo’n 100 duizend

Utrecht: op en rond Hoog Catharijne Artist impression van een deel van winkelcentrum Hoog Catharijne.

Het SSM Retail Platform organiseerde op 8 februari een lunchbijeenkomst rond de herontwikkeling van Hoog Catharijne en omgeving. Een samenvatting van wat de gemeente Utrecht, vastgoedbelegger Klépierre en NS Stations te melden hadden.

48 scn 2017 | 1


PROJECTEN

bezoekers. Maar Amsterdam CS maar liefst 300 duizend. En Utrecht CS 200 duizend. Rotterdam en Den Haag CS zijn elk goed voor 150 duizend. Om die reizigers (en deels retailconsumenten) goed te bedienen, vernieuwt NS op alle fronten. Nieuwe, schone en attractieve treinen, maar ook iconische stations. Bij de vernieuwing van Utrecht CS heeft NS Stations rekening gehouden met de wens van de gemeente dat er een duidelijk zichtbaar verschil moest zijn tussen station en winkelcentrum Hoog Catharijne. Met het ontwerp van architectenbureau Benthem Crouwel kun je wel zeggen dat dit gerealiseerd is. Hueber legt uit: ‘Alles bij ons is erop gericht dat men zo gemakkelijk mogelijk van en naar de trein kan komen. Maar als er tijd over is …’ REIZIGERS VERLEIDEN Ja, dan moet de reiziger verleid (of zo men wil ‘geholpen’) worden met een gevarieerd retail- en foodaanbod. Vanwege de komst van de ‘poortjes’ is binnenkort het station alleen nog maar toegankelijk voor mensen met een geldig kaartje of pas. Niet iedereen zal dus voor een snelle snack of kop koffie even de stationshal meer binnen kunnen lopen. Het stationsgebouw heeft dus nu ook een retail- en horeca-invulling aan de buitenzijde. Via deze zogenaamde ‘plintbebouwing’ komt men dan langs het station ook weer in Hoog Catharijne en uiteindelijk de binnenstad uit. Of vanuit de andere richting, bij het Stadskantoor of Jaarbeurs. Bij de invulling van de winkelunits (veelal opgetrokken als een soort paviljoens) is ook gedacht aan een vaste ruimte voor pop-up

stores. Inmiddels hebben Arla, Lego en de Harry Potter Experience daar al ervaring mee opgedaan. Dat sluit mooi aan op het veranderende reizigersgedrag. Die neemt inderdaad vaak extra de tijd om wat langer op het station te verblijven. Het aanbod sluit naadloos aan op deze verandering. Het is –  aldus Michel Hueber  – wel iets anders dan ‘gewone retail’: ‘Je moet hier echt verstand van hebben. Wij hebben die ervaring en willen kandidaat huurders hier graag mee helpen.’

‘Het is geen gewone retail, je moet hier echt verstand van hebben’ NS Stations heeft overigens jarenlang zelf de exploitatie van verschillende winkels gedaan, maar gaat hiermee stoppen omdat NS terug wil naar de kernactiviteiten. WINKELCENTRUM HOOG CATHARIJNE Utrecht CS zal in de toekomst groeien tot circa 90 miljoen bezoekers per jaar. Buurman Hoog Catharijne is daar blij mee, want veel van die reizigers passeren het winkelcentrum (op dit moment telt men zo’n 26 miljoen bezoekers per jaar). Op weg naar, of terug van werk, binnenstad of gewoon met als doel Hoog Catharijne te bezoeken. Menno Overtoom (directeur Hoog Catharijne) vertelt dat het winkelcentrum eigen-

Foto van de retail in de vernieuwde stationshal Utrecht CS.

lijk al van het begin af aan (1973) een enorm succes was: de vestiging op Hoog Catharijne van veel landelijke retailers stond vaak in de top drie van Nederland. Maar er veranderde veel: in de stad, het station, het consumentengedrag en de retail. De herontwikkeling van Hoog Catharijne is dan ook groots en ongekend. Zowel in volume als in kwaliteit. Menno Overtoom: ‘We willen licht, ruimte, hoogte en een duidelijke verbinding met buiten. De structuur wordt ook beter met twee ontsluitingen naar het station. Het winkelmetrage groeit en we pakken de branchering aan. Daarbij wordt de horeca uitgebreid en maken we ook daarin een kwaliteitsslag.’ NORTH MILE De herontwikkeling werd in 2001 ingezet en nadert inmiddels het einde. Het plan omvat twee niveaus. Menno Overtoom: ‘We kunnen A1-retailers die deze ruimtebehoefte hebben over twee niveaus faciliteren. Soms zelfs op drie niveaus.’ Binnenkort volgt de oplevering van fase 1 van het binnenstadsdeel, de zogenaamde ‘North Mile’ of de linkerpoot van de stemvorkachtige route die nu aangelegd wordt. Eind 2018 volgt de rechterpoot en in 20192020 de rest (Gildenkwartier/Godebald). Volgens Overtoom verloopt de verhuur voorspoedig: ‘We hebben onlangs nog vier formules van Inditex en een Nike flagshipstore gecontracteerd. Daarnaast zijn we druk bezig met de acquisitie voor onze nieuwe aanpak van food & beverage. Dit aanbod wordt geclusterd op drie pleinen. Een van de trekkers wordt het concept van Vapiano.’ ← Foto: Tycho Muller

scn 2017 | 1 49


DWNS

gaan. Ook fijn: overal is men gaan beseffen dat het op samenwerken aan komt. En dan zie je echt bijzondere dingen ontstaan.’, aldus Rob Weiss, accountmanager Ik-Onderneem.

P

latform De nieuwe winkelstraat (DNWS) is een (onafhankelijk) kennis-­­ en netwerkcentrum gericht op de toekomst van winkelgebieden in Nederland. DNWS is sterk gericht op het realiseren van succesvolle kruisbestuivingen tussen de fysieke wereld en de online wereld, aangezien de grenzen tussen deze werelden steeds meer vervagen. Door het faciliteren van kennis, beschikbare oplossingen, good and bad practices, content (data) en infrastructuur voor lokale initiatieven, geeft het platform winkelgebieden de juiste handvatten om zelf aan de slag te gaan.

David Lansen, accountmanager van DNWS

die hun winkelgebieden willen verbeteren weten DNWS dan ook te vinden. Dat heeft dit jaar geresulteerd in het honderdste DNWS-in-actie-traject sinds de start van het platform.

De Meent in Papendrecht participeert ook in het initiatief DNWS.

DE NIEUWE WINKELSTRAAT DRIE SUCCESSEN UIT 2016 Het is doorgedrongen dat er iets moet gebeuren om winkelgebieden aantrekkelijk te maken of te houden. Men beseft dat samenwerken essentieel is om vooruitgang te boeken. Steeds meer mensen

50 scn 2017 | 1

De eer viel in september 2016 Terneu­ zen te beurt, dat behoefte had aan een onafhankelijke externe partij om te helpen bij het opstellen van de plannen en acties. Het betrokkenen gingen vervolgens zelf aan de slag met het opzetten van een goede organisatiestructuur, inregelen van het ondernemersfonds, goede communicatiestrategie en de juiste online strategie bepalen. ‘Alle analisten van DNWS hebben de instelling om vanuit hun expertise snel, adequaat en ondernemend te werk te

CONGRES INNOVATIE IN DE BINNENSTAD In maart 2016 organiseerde DNWS in Den Haag een goed bezocht congres over collectieve marketing in winkelgebieden. Het congres richtte zich op alle partijen die met binnensteden te maken hebben, zoals overheden, vastgoedpartijen, ondernemers, brancheorganisaties, centrummanagers, ondernemersverenigingen en adviseurs. Deelnemers kregen een korte introductie van DNWS en woonden vervolgens een reeks –  interactieve  – deelsessies bij. Acht steden presenteerden hun werkwijze en de resultaten zoals hogere bezoekersaantallen, betere samenwerking en online vindbaarheid. START MASTERCLASSES Winkelgebieden lopen dikwijls tegen dezelfde (lastige) thema’s aan. Het uitwerken van alle acties om het gebied te verbeteren is een moetje, maar sommige acties vergen net iets meer kennis of expertise. Daarom is DNWS gestart met het geven van masterclasses, waarbij veel voorkomende thema’s worden uitgediept en deelnemers ter plekke aan de slag gaan. De masterclasses zijn pas geslaagd als de deelnemers de dag erna direct praktisch aan de slag kunnen. In november is de eerste pilot in de Drechtsteden gehouden om de inhoud van de masterclasses te bepalen. Deze pilot is afgerond. Dit jaar worden de masterclasses verder uitgerold met de volgende onderwerpen: stadsregie,­ gezamenlijk online, de kracht van het digitale collectief en compact winkelgebied. PARTNERS VAN DNWS Platform DNWS is een onafhankelijke­ onpartijdige stichting, die wordt gevormd door o.a. NRW, Vakcentrum ClickNL, Inretail en Platform Binnenstadsmanagement. Bij DNWS zijn vele partners betrokken, waaronder de Rabobank om alle successen te realiseren. ←

PLATFORMDENIEUWEWINKELSTRAAT.NL


IN THE PIPELINE

ALMERE

Olympiakwartier O in ontwikkeling M 25.000 m2 P AM Real Estate Development I T 030 281 7300 ▼

AMERSFOORT

Retailpark Amersfoort O 2017 M 10.228 m2 P Kwadraat Invest I Robin v. Westbroek, T 071 8876600

AMSTERDAM

Mosveld O 2017 I 7000 m2 (1500 m2 vervanging) P Bouwinvest I T 020 6771600 ▼

AMSTERDAM

Osdorpplein O 2017 (eerste fase) –2019 M 17.000 m2 (5500 m2 eerste fase) P a.s.r. vastgoed ontwikkeling I Chris Weijman T 030 22572648 APELDOORN

Anklaar O 2018 M 16.500 m2 P MAB Development Nederland I T 033 4534111 ▼ AMSTELVEEN ALPHEN A/D RIJN

Thorbeckeplein/Lage Zijde O 2017 M 1100 m2 P VORM I J. Weeber, T 078 642 13 00 ▼

Westwijkplein O 2017 M 8600 m2 P Colliers Int. Real Estate/ Did Vastgoedontwikkeling I Ger Dings, T 073 649 1564

Gelderlandplein O 2017 M 35.000 m2 (8000 m2 uitbreiding) P Kroonenberg Groep, Multi Netherlands I T 020 258 81 00 ▼

ARNHEM

Schuytgraaf

AMERSFOORT

AMSTERDAM

Vathorst fase 2A

De Banne

O opgeleverd M nog 600 m2 te huur P MAB Development Nederland I Simone Kramers, T 033 2531701

Vathorst fase 2B

O 2017 M 7300 m2 P AM Real Estate Development I T 030 281 7301 ▼

Amstelstation

O 2017 M 8700 m2 P Multi Netherlands I T 020 258 81 00 ▼

O in ontwikkeling M 4500 m2 P AM Real Estate Development I T 030 281 7302 ▼

O 2016-2017 M 4.500 m2 P MAB Development Nederland I Simone Kramers, T 033 2531701 ▼

BK40

IJburg Blok 49B O 2017 M 1750 m2 P Synchroon I Coen v. Oudheusden, T 088 0105 700 ▼

Waterlandplein

O 2017 M 3.300 m2 P Synchroon I Casper Grondel, T 088 0105 700 ▼

O 2017 M 9000 m2 P AM Real Estate Development I T 030 281 7303 ▼

LEGENDA O opleveringsdatum M metrage P projectontwikkelaar I informatie

scn 2017 | 1 51


IN THE PIPELINE

ASSEN

De Citadel O 2017 M 12.500 m2 P Bemog Projectontwikkeling I Koos Pols, T 06 13505457 ▼

BILTHOVEN

Vinkenplein O in ontwikkeling M 1400 m2 P Synchroon I Arjan de Vries, T 088 010 5700 ▼

DEDEMSVAART

Hof van Dedem O 2017 M 3200 m2 P Leyten I T 010 436 4033

DREUMEL

Dorpshart Dreumel O 2017 M 1200 m2 P Leyten I T 010 436 4033 ▼

DELFT

Hovenpassage O 2017 M 9000 m2 P Van der Vorm Vastgoed I D. Hoek, T 010 2092723 ▼ BOSKOOP BERLICUM

Schoolstraat O in ontwikkeling M 1000 m2 P Vorm Ontwikkeling I A. v. Houwelingen, T 078 6421555

Centrum Zuid O 2017 M 2250 m2 P Leyten I T 010 436 4033 ▼

EINDHOVEN

Meerrijk Meerhoven

DE LIER BEVERWIJK

De Winkelier

Wijkerbaan O in ontwikkeling M 8000 m2 en overig P Webscom I T 030 600 42 00 ▼

BREDA

De Barones O 2017 M herontwikkeling bestaand P Kroonenberg Groep en 3W New Development I Olaf Nieuwenhuis, T 020 578 8788 ▼

Meerplein O 2018 M 10.000 m2 P Synchroon I Casper Grondel T 088 0105 700

BRUNSSUM

O 2017 M 2500 m2 P MAB Development Nederland en Waaijer Project Realisatie I Simone Kramers, T 033 253 1701 DEN BOSCH

Boschveld O 2017 M 1200 m2 P 3W New Development I T 043 763 0300 DRACHTEN

ENSCHEDE

Raadhuisplein

Stokhorst

O in ontwikkeling M 20.000 m2 P Webscom I T 030 600 42 00 ▼

Centrumplan Brunssum

O in ontwikkeling M 6000 m2 P Green Real Estate I T 0172 448383

Hofpassage O ntb M 5000 m2 P 3W New Development I 043 7630300 ▼

O 2017 M 6500 m2 P 3W New Development, Bouwontwikkeling Jongen I T 043 7630300 ▼

LEGENDA O opleveringsdatum M metrage P projectontwikkelaar I informatie

52 scn 2017 | 1

O 2012–2016 gefaseerd M 10.000 m2 P a.s.r. vastgoed ontwikkeling I Mark van Empelen, T 030 2786865 ▼


IN THE PIPELINE

’S-GRAVENZANDE

Hart van ’s-Gravenzande O 2017 M 9000 m2 P BPD Creating living environments I Anja Bakker, T 06 4721 2101 ▼

KAMPEN

Hanzewijk O 2017 M 6500 m2 (2000 m2 vervanging) P Multi Netherlands I T 020 258 81 00 ▼

MAASTRICHT

RIDDERKERK

Brusselse Poort

Kuyperhof

O 2017 M 19.000 m2 renovatie, 7500 m2 nieuwbouw P 3W New Development I T 043 763 0300 ▼

O 2017 M 600 m2 P Leyten I T 010 436 40 33 ▼

HARDERWIJK NIJMEGEN

Waterfront O 2017 M 20.000 m2 P Synchroon I Coen v Oudheusden, T 088 0105714 ▼

Handelskade

LEENS

De Marren O 2017 M 4300 m2 P Leyten I 010 4364033

O 2016–2018 M 60.000 m2 (2500 m2 commercieel) P BPD creating living environments I Arjen Kleijer, T 033 453 4147 ▼ PAPENDRECHT

ROSMALEN

Centrumplan O in ontwikkeling M 12.000 m2 P Foruminvest bv I T 035 6956060 ▼

LEIDEN

Aalmarkt, Catharinasteeg ’S-HERTOGENBOSCH

GZG O in ontwikkeling M 28.000 m2 P AM Real Estate Development, Heijmans I T 030 281 7300 ▼

O 2017 M 6000 m2 P a.s.r. vastgoed ontwikkeling I Maarten Stam, T 030 257 2030 ▼

PAPENDRECHT

Land van Matena O 2017 M 3500 m2 P MKB Vastgoedplan en BPD Ontwikkeling I Simone Kramers, T 033 2531701 ▼

ROTTERDAM

Forum Rotterdam O 2018 M 31.000 m2 retail, 7000 m2 kantoren en 103 appartementen P Multi Netherlands I T 020 258 81 00 ▼

Aalmarkt, Waagblok

HILVERSUM

Hilvertshof O 2017 M 20.000 m2 P Kroonenberg Groep met Centrum Projecten I T 035 642 2325 ▼

O 2017 M 25.000 m2 P Provast I T 070 308 10 30

Stationsgebied O 2017 M 1097 m2 horeca P Synchroon I Coen v Oudheusden, T 088 0105714 ▼

REEUWIJK

Centrumplan O 2017 M 4.500 m2 P Top Vastgoed I Patrick van Lammeren, T 06 5530 1334 ▼

Cool 63 O 2015 M 14.000 m2 P MAB Development Group I Gilijam Molsbergen, 010 261 4040

LEGENDA O opleveringsdatum M metrage P projectontwikkelaar I informatie

scn 2017 | 1 53


COLOFON

ROTTERDAM

Boston en Seattle O 2017 M 1439 m2 P Synchroon en Bouwfonds Ontwikkeling I René de Wit, T 088 0105 700

UITHOORN

UTRECHT

Zijdelwaard O 2017 M 13.000 m2 P Colliers Int. Real Estate I Frans Merks, T 073 649 1577 ▼

Neude O zomer 2017 M ca. 5475 m2 P a.s.r. vastgoed ontwikkeling I Anne Ophoff, T 030 2574092 ▼

ZEIST

Allegro O 2017 M 600 m2 P MAB Development Nederland I Simone Kramers, T 033 253 1701

VEENENDAAL

Brouwerspoort Centrée O 2017 M 3500 m2 P Leyten I 010 436 4033 ▼

UTRECHT

Leidsche Rijn Centrum

O 2017 M 14.000 m2 P AM Real Estate Development I T 030 281 7300 ▼

O 2017 M 28.000 m2 retail P a.s.r. vastgoed ontwikkeling I Rogier Hendriks, T 06 5399 9140 ▼

De Clomp O 2017 M 9000 m2 P Rialto Zeist bv I T 073 7511788 ZOETERMEER

Cadenza O 2017 M 5200 m2 P Synchroon I Casper Grondel, T 088 0105 700 VLISSINGEN

De Bestevaer

SCHEVENINGEN

O 2017 M 500 m2 P AM I Jasper Mandigers, T 030 6097385 ▼

Norfolk (De Zuid) O 2016–2022, gefaseerd M 5700 m2 commerciële ruimte P a.s.r. vastgoed ontwikkeling I Anne Ophoff, T 030 2574092

Terwijde

ZWOLLE

O opgeleverd M nog 3000 m2 te huur P MAB Development Nederland I Simone Kramers, T 033 453 4147 ▼

Ritmeesterhof O 2017 M 450 m2 P Bemog Projektontwikkeling I Koos Pols, T 06 13 505457

STEIN

ZWOLLE WOGNUM

Winkelcentrum Stein

De Boogerd

O 2017 M 13.800 m2 P 3W New Development, Bouwontwikkeling Jongen I T 043 763 0300 ▼

O 2017 M 5600 m2 P Colliers Int. Real Estate I Sjaak Soldaat, T 073 6491569 ▼

LEGENDA O opleveringsdatum M metrage P projectontwikkelaar I informatie

54 scn 2017 | 1

Katwolderplein O 2017 M 200 m2 winkels, bioscoop, parkeergarage en supermarkt P Multi Netherlands I T 020 258 81 00 ▼


B2B

B2B-pagina’s ONTWIKKELING

Stable International Arnhemsestraatweg 19 6881 NB Velp T 033 450 40 30 E info@stable.nl I www.stable.nl

BELEGGER/ONTWIKKELAAR

Kroonenberg Groep Real estate investment & development WTC Schiphol Airport, Schiphol Blvd. 181, 1118 BG Schiphol T 020 5788 788 F 020 6750 430 E info@kroonenberg.nl I www.kroonenberg.nl

ILLUMINATIE EN DECORATIE

PBB City Lights

ONTWIKKELING

Synchroon

Multi Netherlands Postbus 7073 2701 AB Zoetermeer Zilverstraat 39 2718 RP Zoetermeer

T 036 537 21 81 F 084 7510 275 E verkoop@pbbcitylights.nl I www.pbbcitylights.nl

Postbus 74120, 1070 BC Amsterdam T 020 258 8100 E office-nl@multi.eu I www.multi.eu

T 088 0105700 I www.synchroon.nl

BELEGGER

Syntrus Achmea Real estate & finance

DECORATIE

Nico de Vries Decoratie

Postbus 59347 1040 KH Amsterdam

Televisieweg 91 1322 AK Almere

T 020 606 5600 I www.achmeavastgoed.nl

T 036 5368365 E info@projectdecoraties.nl I www.projectdecoraties.nl

ILLUMINATIE

MK Illumination Holland J. Huydecoperweg 11 1331 GC Almere

BELEGGER/ONTWIKKELAAR

ILLUMINATIE

Rako Groep bv

Postbus 19 8140 AA Heino

Gildestraat 111 2671 BV Naaldwijk

T 0572 760008 E b.hulsbosch@mk-illumination.nl

T 0174 624077 I www.groupe-leblanc.nl E info@groupe-leblanc.nl

scn 2017 | 1 55


B2B

BEPLANTING

Oase Lease beplantingen

BEPLANTING

Flower and Shower

T 055 843 26 63 M 06 5316 3771 E info@flowerandshower.nl I www.flowerandshower.nl

T 0343 473 777 E info@oase-lease.nl I www.oase-lease.nl

RECLAME

PROMOTIE

Promotions by Maureen

E info@starlightholland.nl I www.starlightholland.nl

BEWEGENDE ANIMATIEFIGUREN

ELRA 2000 Bewegende animatiefiguren

Prinses Marijkehof 52 1411 CN Naarden

Regentesselaan 7 7316 AA Apeldoorn

Zalmweg 36H 4941 VX Raamsdonksveer

T 06 2440 4721 E info@studiohyperion.nl I www.studiohyperion.nl

T 055 5767988 E maureen@promotionsbymaureen.nl I  www.promotionsbymaureen.nl

T 0162 515 000 E info@elra2000.nl I www.elra2000.nl

BRANDING

LookFeel Consultancy formaat visitekaartje 90 x 52 mm versie engels 2013.1

Branding en beleving: merkenbouwer winkelgebieden

COMMUNICATIE OPENBARE RUIMTE

RECLAME

Buro Toob Reclame en media

Ngage Media

Postbus 1278 1500 AG Zaandam

Mediacentrum 3111, Rijk de Gooyersteeg 2 1217 GP Hilversum

Prins Bernhardlaan 6 2405 VZ Alphen aan den Rijn

T 06 52617967 E info@lookfeelconsultancy.com I  www.lookfeelconsultancy.com

Tel: 035 744 01 40 E info@ngagemedia.nl I www.ngagemedia.nl

T 0172 236161 I www.burotoob.nl

COMMUNICATIE/ICT

Chainels

COMMUNICATIE

Voutje.nl Tekstcorrectie en -redactie Stationsplein 45, unit E1, 174 3513 AK Rotterdam T 015 364 26 67 E info@chainels.com I www.chainels.com

56 scn 2017 | 1

Starlight Illumination for shopping areas

Konijnenkamp 41 7361 DD Beekbergen

Broekweg 3 3956 NE Leersum

Hyperion Helder en creatief in tekst en beeld

ILLUMINATIE

CONGRES & EVENEMENT

Spryg Real Estate Academy

Uw tekst gegarandeerd foutloos en vlot leesbaar!

Scheepmakerij 12A 2828 AA Delft

I  www.voutje.nl E info@voutje.nl

T 015 303 0670 E info@spryg.com I www.spryg.com


B2B

FACILITAIR

PNNL Relatienetwerk parkeerprofessionals

PARKEREN

Interparking Nederland

Postbus 134 6880 AC Velp

Kruisplein 25 3014 DB Rotterdam

T 06 8191 3315 E info@pnnl.nl I www.pnnl.nl

T 010 2170970 E info@interparking.nl I www.interparking.nl

FACILITAIR

BUKO Bouw & winkels

MAKELAARDIJ

adhoc horecamakelaars

JURIDISCH

Bricks Advocaten Kantoorgebouw Edge offices Van Heenvlietlaan 198 1083 CM Amsterdam T 020 6704040 E info@bricksadvocaten.nl I www.bricksadvocaten.nl

CONSULTANCY

KIR Kordaat In Ruimte

Postbus 39 5300 AA Zaltbommel

Thorbeckelaan 11 2805 CA Gouda

Govert Flinckhage 25 3438 JC Nieuwegein

T 0418-573333 F 0418-573334 E winkels@buko.nl I www.bukohuisvesting.nl

T 0182 533 355 F 0182 533 311 E info@adhoc-hm.nl I www.adhoc-hm.nl

T 030 6668616 F 030 6668617 E info@kordaatinruimte.nl I www.kordaatinruimte.nl

KENNIS & INFORMATIE

KENNIS & INFORMATIE

s t r a b o) PFM Passantentellingsystemen

M A R K TO N D E R Z O E K E N VA S TG O E D I N FO R M AT I E

Strabo Marktonderzoek en vastgoedinformatie

De Schans 23 2405 XX Alphen a/d Rijn

Postbus 15710 1001 NE Amsterdam

T 0172 435901 F 0172 422271 E info@pfm-intelligence.com I www.pfm-intelligence.com

T 020 6260817 E strabo@strabo.nl I www.strabo.nl

ADVIES EN RESEARCH

Q&A Research & Consultancy

ALGEMEEN

NIEUWS

Pretwerk Recreatief ondernemersnieuws

Nederlandse Raad Winkelcentra Hoog Catharijne Cluetinckborch Godebaldkwartier 64 3511 DZ Utrecht T 030 2313754 E info@nrw.nl I www.nrw.nl

ARCHITECTUUR

K3H Architecten

Printerweg 22 3821 AD Amersfoort T 033 2454637 F 033 2457690 E info@qanda.nl I www.qanda.nl

T 030 244 53 15 E redactie@pretwerk.nl I www.pretwerk.nl

T 0529 485888 E info@k3h.nl I www.k3h.nl

scn 2017 | 1 57


B2B

Hyperion verfrist Communicatiebureau Hyperion staat niet stil. Recent verfristen we al de NRW-Updates en Shopping Centre NEWS. En we blijven met heel veel plezier werken voor vastgoedpartijen, marketingbureaus en winkelcentra. Ook voor u!

TEKSTCORRECTIE EN -REDACTIE

En dat tegen crisisbestendige prijzen. Ook interesse? Bel zonder dralen 06 2440 4721 of stuur een mailtje aan info@studiohyperion.nl.

Laat je nakijken! Ons team van correctoren en redacteurs verbetert jouw tekst. Snel, foutloos en met behoud van jouw stijl.

6 | 2013

a brand is what you feel, 15 a n d saythink N SC tjes it is Lichtpun NEWS

RE NG CENT SHOPPI retail ebieden en ra, winkelg winkelcent

G CENTRE

SHOPPIN NEWS 15 (2013) #6

1

Kies correctie of redactie.

2

3

Neem een kop koffie of werk even lekker door.

4

JAAR

OM MAB.C W W W.

en SCN naar

orld Christmasw

Jorine de

Soet bij HEMA

wat nu? Lelystad,

Open je mail en gebruik je verbeterde tekst.

Solingen Tophof in

09-12-13

10:20

15:22

colofon

01-10-13

Met NRW

Upload je tekst en geef je e-mailadres.

Shopping Centre NEWS

Shopping Centre news is het Nederlandse vakblad voor iedereen die beroepsmatig met winkelcentra te maken heeft. Ontwikkelaars, beleggers, managers, consultants, researchers, gemeenten, retailers, makelaars, toeleveranciers en anderen blijven met scn geïnformeerd over alle ontwikkelingen in winkelcentrumland. REDACTIE Postbus 3032, 1270 ea Huizen t 035 523 31 82 | redactie@scnews.nl VOOR UW PUBLICITEIT Mirjam van der Veer t 035 523 98 32 | media-advies@scnews.nl ABONNEMENTEN Shopping Centre news verschijnt zes keer per jaar. Een abonnement kost slechts € 83,50 per kalenderjaar, exclusief btw (voor Europa € 95 en rest van de wereld € 105). Voor bepaalde doelgroepen bestaat de mogelijkheid een gratis

58 scn 2017 | 1

jaargang 19 (2017), 1 • 60 pp.

cc-abonnement aan te vragen. Zie voor de voorwaarden: www.scnews.nl > abonnementen. Met een abonnement mist u niets van wat er speelt in winkelcentrumland. U geeft u op als abonnee met een e-mail aan abonnementen@ scnews.nl. U kunt ook gebruikmaken van het formulier op onze website. UITGEVER/HOOFDREDACTEUR Edwin Brugman GEDRUKTE/VERSPREIDE OPLAGE 2500/2400 ex. VORMGEVING EN PREPRESS Jeroen van Heemskerck Düker, Hyperion, Naarden DRUK Indrukwerk, Huizen Ben Hagen issn 1571 9243


10jarig jubileum met nog meer uitdagende opdrachten. Stay tuned!

promotionsbymaureen.nl

MARKETING SPECIAL 2017 Op het NRW Marketingcongres van 13 april komt de SCN Marketing Special uit. Iets voor uw communicatie? Mirjam van der Veer van Shopping Centre NEWS helpt u graag verder. Bel 035 523 98 32 of e-mail naar media-advies@scnews.nl.


THE WINNER TAKES THE MALL

WINNAARS IN RETAIL SHOPPEN BIJ STRABO Is er nog toekomst voor winkels en winkelcentra? Nemen webshops de plaats in van fysieke winkels? Gaat de winkelmarkt veranderen? Dat laatste is zeker het geval. Maar ook vaak ten goede. Fysieke winkels blijven bestaan. En webshops openen zelfs steeds vaker ‘echte’ winkels. Er ontstaat een landschap van winnaars en verliezers. Er zijn dus óók winkels en winkelcentra die het alleen maar beter gaan doen. Wilt u ook een winnaar zijn? Laat onderzoek verrichten. Door dé specialist van Nederland. In meer dan 30 jaar hebben we de belangrijkste ups en downs in retailland meegemaakt. Op basis van passantentellingen, passantenenquêtes, koopstromenonderzoek en consumentensegmentaties hebben wij een onderzoeksmodel ontwikkeld. Een model dat u inzicht geeft in de marktpotentie van uw winkelcentrum.

s t r a b o)

Strabo levert een glasheldere analyse en marketingvisie. Op basis van harde cijfers. Zodat uw winkelcentrum óók een winnaar wordt. M A R K TO N D E R Z O E K E N VA S TG O E D I N FO R M AT I E

Ook winnen in retail? Bel Hans van Tellingen of Jeroen Verwaaijen: 020 - 626 08 17. Of kijk op strabo.nl Strabo heeft een partnership met FootFall, wereldmarktleider in automatische passantentellingen.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.