BRUZZ - editie 1538

Page 1

van 15 tot 21 SEPTEMBER 2016

N° 1538 WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VLAAMS-BRUSSELSE MEDIA VZW, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153

HUIS VAN EUROPA

GLOEDNIEUW MUSEUM WACHT OP COLLECTIE p3

© BART DEWAELE

DENKERS OVER DEMOCRATIE (2) Tinneke Beeckman

“ Wij springen heel slordig om met de idealen van de verlichting” p8-9

STEDENBOUWKUNDIGE Jan Gehl

Vlaams minister-president Geert Bourgeois (N-VA)

“Integratie begint na het inburgeringstraject” p 12 - 13

“De auto is op weg naar de uitgang” p 20 - 21


2 I BRUZZ 1538 I Donderdag 15 SEPTEMBER 2016

EDITO Lamme eend

STEVEN VAN GARSSE, Chef weekblad ”Gemeenten zouden in de hiërarchie een trapje lager moeten staan”

COLOFON BRUZZ

Flageyplein 18, 1050 Brussel 02-650.10.65 ABONNEMENTEN Josiane De Troyer (abo@bruzz.be), 02-650.10.80, Gratis binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Rest van België 20 euro per jaar; IBAN: BE98 3631 6044 3393, BIC: BBRU BE BB van Vlaams Brusselse Media vzw. Buiten België 30 euro per jaar. OPLAGE 62.609 exemplaren. ADVERTEREN? Barbara Hartert 0478-84.01.93 ALGEMENE DIRECTIE Jo Mariëns ALGEMENE HOOFDREDACTIE Jeroen Roppe WEEKBLAD & MAGAZINE Steven Van Garsse (chef ) EINDREDACTIE Elien Haentjens ART DIRECTOR Heleen Rodiers VORMGEVING Ruth Plaizier. REDACTIE Jean-Marie Binst, Laurent Vermeersch, Bettina Hubo, Danny Vileyn. MEDEWERKERS Michaël Bellon, An Devroe, Elien Haentjens, Wauter Mannaert, Tim Schoonjans, Benjamin Tollet, Georges Tonla Briquet, Nick Trachet. FOTOGRAFEN Bart Dewaele, Ivan Put, Saskia Vanderstichele, Jo Voets. DISTRIBUTIE Ute Otten VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Steven Van Garsse, Flageyplein 18, 1050 Elsene. Bruzz is een uitgave van de Vlaams Brusselse Media vzw, wordt gedrukt op de persen van de nv Roularta en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie.

ONS MAILEN? Al onze mailadressen zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: voornaam.naam@bruzz.be

Zondag is er weer autoloze zondag. Het is een mooi voorbeeld van samenwerking tussen de negentien gemeenten en het Brussels Gewest, dat al bijna vijftien jaar standhoudt. Maar het is tegelijk een van de enige voorbeelden. Een doekje voor het bloeden. Voor de rest is het in Brussel nog steeds elke gemeente voor zich. Een concreet voorbeeld. Het Brussels Gewest wil graag fietspaden op de Kleine Ring. Het is een speerpunt van het beleid van mobiliteitsminister Pascal Smet (SP.A). Maar voor elke aanpassing aan de weg, als er bomen verdwijnen, parkeerplaatsen of rijvakken, moet het gewest de toestemming krijgen van de gemeente. Dat tart elke logica. Het gaat hier om een regionaal project op wegen waar het Brussels Gewest wegbeheerder is. De gemeenten zijn hier helemaal niet voor bevoegd. Die regel, gemeente en gewest proberen in consensus de stad te besturen, is een herenakkoord dat al decennia bestaat. Dat is op zich toe te juichen. Maar in Brussel komt het neer op een absoluut vetorecht door de lokale besturen. En dan is het niet werkbaar. De regel strookt ook niet met de akkoorden die gesloten zijn in het kader van

WAUTER MANNAERT

de zesde staatshervorming. Mobiliteit is een gewestbevoegdheid. Het gewest heeft het laatste woord. Van een gewestelijk parkeerbeleid, zeven jaar geleden in een wet gegoten, is nauwelijks iets te merken. Een nieuw gewestelijk vervoersplan (Iris III). Iets van gehoord? Laten we wel wezen: het Brusselse Gewest is op vlak van mobiliteitsbeleid een lame duck. Gelukkig is er nog de MIVB. Wie zich vroeger mateloos ergerde aan de blokkering door de lokale besturen was Pascal Smet. Een stad, één bestuur. Vandaag horen we het hem niet meer zeggen. De Franstaligen zouden moeten beseffen dat een sterk gewest (en ondergeschikte lokale besturen) ook hun belang dient. Het Brussels Gewest zou dan misschien de minister-president krijgen die het verdient. Want zeg nu zelf. Wie is het bekendst? Yvan Mayeur (stad Brussel) of Rudi Vervoort (Brussels Gewest)? Die interne concurrentie doet de stad geen goed. Gemeenten moeten niet op de schop. Dat zou een foute keuze zijn. Maar ze zouden wel in de hiërarchie een trapje lager moeten staan. Het is waar. Dit zal nooit gebeuren in dit ingewikkelde land. Maar het zal ons niet verhinderen om het te herhalen. Keer op keer.

Concerten in kleinere steden? Dat moeten we steunen” GILLES LEDURE Directeur van Flagey over de democratisering van muziek (op ‘Klara’).

Men zegt weleens dat de stad eenzaam is. Toen ik in de Westhoek zat, ontdekte ik dat het platteland nog veel eenzamer kan zijn” DAVID VAN REYBROUCK, Schrijver (in ‘Knack’).


Donderdag 15 SEPTEMBER 2016 I BRUZZ 1538 I 3

MOBILITEIT Ongevalrisico in cijfers

Meer fietsers, minder ongevallen fietsers

Voorlopig staat het Eastmangebouw met zijn glazen uitbouw wat doelloos te blinken in het opgeknapte Leopoldpark.

225 150 slachtoffers

75

‘08

‘10

‘12

risico

>

‘14

‘16

BRON BIVV / PRO VÉLO

blinken

BRUSSEL – Het is wet van Meden en Perzen. Als het fietsgebruik stijgt, daalt het riscio op een fietsongeval. In Brussel is dat niet anders.

© BART DEWAELE

CULTUUR Diverse problemen houden Huis Europese Geschiedenis voorlopig dicht

Europa stelt opening museum opnieuw uit Het nieuwe Huis van de Europese Geschiedenis in het Leopoldpark zou op 18 november opengaan met een groots feest. Maar het Europees parlement besliste maandagavond om de opening voor onbepaalde tijd uit te stellen. Om diverse redenen. “Het is een samenloop van omstandigheden,” zegt Marjory van den Broeke, woordvoerster van het Europees Parlement vanuit Straatsburg. “Na 22 maart waren er plots strengere veiligheidsvoorschriften voor het gebouw. De ramen moesten bijvoorbeeld worden versterkt. Bovendien bleken enkele glazen panelen voor de gevel niet te voldoen. De fabrikant moest ze dus vervangen. Gevolg is dat er nog voortdurend gewerkt werd aan het gebouw en het klimaatregelingssysteem niet kon worden getest. Want daarvoor is het nodig dat het gebouw gedurende een bepaalde periode helemaal dicht is.”

Maar het is niet alleen het gebouw dat voor uitstel zorgt. Het nieuwe museum heeft geen eigen basiscollectie en moet, voor haar eerste tentoonstelling, veel stukken lenen bij andere musea. Van den Broeke: “Het leenproces is bijzonder ingewikkeld. Er moeten zowel stukken uit Europese als uit niet-Europese landen komen. Voor uitleningen hebben die allemaal hun eigen procedures en voorwaarden.” Ook dit heeft gevolgen: doordat alle objecten er nog niet zijn en het niet duidelijk is wat waar komt te staan, kan ook de tablet, die de bezoekers wegwijs moet maken, niet geprogrammeerd worden. Van den Broeke: “Je ziet, het is allemaal niet dramatisch. Maar het is geen goed idee om op 18 november open te gaan.”

Vierde uitstel Het is het zoveelste uitstel voor het Huis van de Europese Geschiedenis, een project

STEDENBOUW Voorstel voor invulling kazernes

Koten, cinema, fuifzaal en misschien ook museum ETTERBEEK – Het Brussels gewest en de universiteiten willen de vroegere rijkswachtkazernes langs de Generaal Jacqueslaan omvormen tot een internationale studentensite. Een werkgroep heeft zopas een concreet voorstel voor de invulling geformuleerd. Behalve studentenkamers en appartementen zou er een fuif- en cultuurzaal komen, een cinema en misschien ook een museum.

In de kazernes, die eigendom zijn van de federale overheid, zit momenteel alleen nog een kleine afdeling van de federale politie. Ook die vertrekt binnenkort uit de gebouwen. Naar verwachting zullen de kazernes nog deze maand overgedragen

worden aan het Brussels gewest. De bedoeling is dat het gewest samen met de Brusselse universiteiten de concrete invulling van de site uittekent. Daarom werd een werkgroep samengesteld waarin naast VUB en ULB ook de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting (MSI) zit, het

dat in 2007 gelanceerd werd door het Europees parlement, bijna tien jaar geleden dus. Beslist werd om het Eastmangebouw, een voormalige tandkliniek in art-decostijl, te verbouwen en uit te breiden tot museum. In 2011 won het Franse bureau Chaix & Morel de architectuurwedstrijd met een plan voor een glazen uitbreiding op het dak en op de binnenkoer. In 2014 zou het museum opengaan. Die datum werd al vlug verschoven naar maart 2016. Vervolgens werd het september, daarna november. Maandagavond besliste het bureau van het Europees parlement om half november te kijken of er een nieuwe datum kan vastgelegd worden voor de opening. Ondertussen staat het Eastmangebouw met zijn glazen uitbouw een beetje doelloos te blinken in het Leopoldpark, dat met het oog op de opening een flinke opknapbeurt kreeg.

nieuwe gewestelijke vehikel dat strategische terreinen moet ontwikkelen. De werkgroep heeft intussen een nota klaar voor minister-president Rudi Vervoort (PS). “Daarin staat ons voorstel voor de inrichting,” zegt Paul De Knop, nog even rector van de VUB, die in de werkgroep zit. De site is 44.000 vierkante meter groot en is bestemd voor gemengd gebruik. Er komen koop- of huurappartementen, voor onderzoekers maar ook voor een breder publiek, en een achthonderdtal studentenkamers. “Die zijn in eerste instantie bedoeld voor internationale studenten van de VUB en ULB,” zegt De Knop. “Wij hebben nu al 21 procent buitenlandse studenten. Bij de Chinese studenten bijvoorbeeld stellen we vast dat ze een totaalpakket willen: onthaal, huisvesting, onderwijs, cultuur.

Bettina Hubo

Er was vorige week verwarring in de media. Volgens cijfers van het Belgisch Instituut Voor de Verkeersveiligheid (BIVV) is het aantal fietsongevallen fors gestegen. Met dertig procent in één jaar tijd. In de eerste helft van het jaar zelfs met 75 procent. Zowel minister van Mobiliteit Pascal Smet (SP.A) als staatssecretaris voor Verkeersveiligheid Bianca Debaets (CD&V) haastten zich om te zeggen dat de verklaring ligt bij de toename van het aantal fietsers. Wie beide statistieken naast elkaar legt, ziet dat dit inderdaad klopt. Het aantal fietsongevallen met letsels is tussen 2008 en 2015 fors gestegen: van 355 tot 590. Als de tendens van het eerste halfjaar zich verderzet, breekt Brussel in 2016 het trieste record met 642 fietsongevallen. In dezelfde periode is echter het aantal fietsers ook gestegen. Met 1 à 2 procent per jaar. Alleen in 2013 was er een lichte daling. Het volstaat om beide cijfers naast elkaar te plaatsen om te zien dat het relatieve risico op een ongeval met de fiets in diezelfde periode gedaald is (rode lijn). De verklaring is simpel: hoe meer fietsers, hoe alerter de andere weggebruikers ervoor zijn. Met de aan- of afwezigheid van fietsinfrastructuur heeft dit weinig te maken. Om naar een nulrisico te gaan, en nog meer mensen te overtuigen om te fietsen, moeten er natuurlijk wél fietspaden bijkomen.

Dat kan allemaal in de kazerne.” In de gebouwen is dan ook een restaurant gepland, alsook terrassen en een crèche. De reeds aanwezige cinema zou blijven en van de overdekte manege wil de werkgroep een zaal voor fuiven en culturele evenementen maken. Voorts is er plek voor spin-offbedrijfjes. In het geklasseerde gebouw voor-

Steven Van Garsse

aan, aan de Generaal Jacqueslaan, komt het onthaal van internationale studenten en is er ruimte voor winkeltjes. De Knop: “Voorts denken we aan een tweetalige school en eventueel een museum. We willen in elk geval iets dat mensen van buitenaf aantrekt. Het mag geen studentengetto worden.”

Bettina Hubo

“ Het mag geen studentengetto worden” Paul De Knop afzwaaiend rector VUB Interview met Paul De Knop zie pagina 6-7


4 I BRUZZ 1538 I Donderdag 15 september 2016

DE WEEK

IN BEELD Vorige donderdag organiseerde de Memorial Van Damme de finale kogelstoten bij de vrouwen op de Grote Markt. De Amerikaanse Michelle Carter won. Ook Brussels burgemeester Yvan Mayeur (PS) mocht een balletje stoten - voor één keer niet op de politieke man.

in het NIEUWS UITSTROOM BEDRIJVEN UIT BRUSSEL De Brussele Kamer van Koophandel (Beci) en het onderzoeksbureau Bisnode melden dat bijna 14.000 bedrijven en zelfstandigen (13.765 om precies te zijn) sinds 2011 het Brussels Gewest hebben verlaten. In dezelfde periode kwamen 10.422 bedrijven naar de hoofdstad. Zestig procent van de vertrekkers verdelen zich netjes in twee voor vestiging in Vlaams-Brabant en Waals-Brabant. De verhuisgolf heeft niet meteen een impact op de werkgelegenheid, want het merendeel van de bedrijven hebben maar enkele werknemers of zijn eenmanszaken. Brussels minis-

ter van Economie Didier Gosuin (DéFI) is niet onder de indruk van de cijfers.

GROEN DREIGT MET RECHTSZAAK OVER EUROSTADION Brussels parlementslid Arnaud Verstraete (Groen) eist inzage in financiële documenten rond het Eurostadion. Als burgemeester Yvan Mayeur (PS) en minister Guy Vanhengel (Open VLD) diverse

financiële overeenkomsten niet binnen de week afleveren, stapt Verstraete naar de rechter. Het Eurostadionproject wordt hoe langer hoe meer een dossier met lastige obstakels en ondoorzichtige communicatie. De verantwoordelijken, de stad Brussel en het Brussels Gewest, handelen misleidend, vindt Verstraete.

opzichte van vorig jaar. Zwartwerk zit ingebakken in onze economie, stelt ORCA. “335 mensen geven zich aan, maar in totaal zijn het er tussen de 80.000 en 100.000 in heel België. Daarvan zit de grootste groep in Brussel.”

Jean-Marie Binst

WERKEN TEGEN 5 EURO PER DAG Vorig jaar klaagden 227 Brusselse sans-papiers hun abominabele werkomstandigheden aan bij de Organisatie Voor Clandestiene Arbeidsmigranten (ORCA). Dat is het merendeel van alle Belgische klachten en een lichte stijging ten

gemiddele minimumtemperatuur van 18° en maximumtemperatuur van 30° Celsius. De combinatie van luchtvervuiling en warm weer zorgt voor hoge ozonconcentraties, stelt de Intergewestelijke Cel voor het Leefmilieu (IRCEL). “Geen levend mens heeft deze temperaturen ooit meegemaakt in september,” zei weerman Frank Deboosere.

HITTEPLAN NIVEAU 1 VAN KRACHT Sinds dinsdag is waarschuwingsfase 1 van het ozon- en hitteplan geactiveerd, een gevolg van de

MEER NIEUWS DE HELE WEEK ROND OP


© IVAN PUT

Donderdag 15 SEPTEMBER 2016 I BRUZZ 1538 I 5

UITGELICHT Toekomstige stations van metrolijn 3 voorgesteld

‘Bordet-Albert in 20 minuten’ BRUSSEL - De plannen voor zeven nieuwe metrostations in Schaarbeek en Evere zijn klaar. Enkele buurtbewoners hangt een (gedeeltelijke) onteigening boven het hoofd. Beliris belooft een snelle en frequente verbinding met het centrum tegen 2025. Met glimmende simulatiebeelden van de nieuwe stations hebben Didier Reynders (MR), federaal minister bevoegd voor Beliris, Brussels minister-president Rudi Vervoort (PS) en mobiliteitsminister Pascal Smet (SP.A) dinsdag het project voor een nieuwe metrotunnel door Schaarbeek en Evere voorgesteld. De nieuwe lijn tussen Bordet en het Noordstation moet in 2025 de overvolle en trage tram 55 vervangen, en aansluiten op de bestaande tunnel tussen Noord en Albert. Die laatste moet tegen dan zijn omgebouwd tot een volwaardige metrolijn. De werf voor het nieuwe tracé tussen Bordet en het Noordstation zal zeker zes jaar duren. De eerste twee jaar dient voor het graven van de tunnel. Buurtbewoners zouden daar geen last mogen van ondervinden want alles speelt zich dan af op ongeveer 30 meter onder de grond. Een grote boormachine zal ter hoogte van Bordet beginnen aan de tocht richting Aarschotstraat. De laatste meters onder het Noordstation zullen met meer traditionele technieken worden uitgegraven. Daarna volgt de bouw van zeven nieuwe stations: Liedts, Colignon, Verboekhoven, Riga, Linde, Vrede en Bordet. Deze fase zal ongetwijfeld wel voor serieuze hinder zorgen. Enkele eigenaars kunnen zich bovendien aan slecht nieuws verwachten. “We contacteren

een twintigtal eigenaars voor onteigening,” zegt Marianne Hiernaux van Beliris. “In enkele gevallen gaat het om een volledig huis, maar meestal zijn het delen van een huis of een tuin.” Honderden andere eigenaars zullen een brief krijgen over de passage van de metro onder hun huis. Na de werf zullen bewoners beschikken over een snelle verbinding met het hypercentrum en de grote stations. Beliris belooft een metro om de drie minuten en een reistijd van tien minuten tussen Bordet en het Noordstation, en nog eens tien minuten tot Albert in Vorst. “In functie van de vraag kan de frequentie worden verhoogd tot een metro om de 90 seconden.” De nieuwe lijn zorgt ook voor nieuwe overstapmogelijkheden met de trein. Niet alleen aan Noord en Zuid, maar ook aan Bordet, waar heel wat S-lijnen en treinen naar de luchthaven stoppen. Ook aan Verboekhoven moet er een treinstation komen, maar of en wanneer dit er komt, hangt af van het langverwachte investeringsplan van de spoorwegen.

miljoen euro, komt via Beliris van de federale regering. De rest is voor rekening van het Brussels Gewest. De eerdere twijfel of Brussel dit wel kan dragen, lijkt van tafel. “De financiering is rond,” klinkt het. Het genoemde bedrag dient wel enkel voor de bouw van het nieuwe tracé. Daarnaast zijn er de kosten voor ombouwing van de premetro tussen Noord en Albert. Die kosten zijn volledig voor rekening van het Gewest. Dat moet ook betalen voor nieuwe metrostellen en de

Prijskaartje

exploitatie achteraf. Op dat vlak wordt wel gerekend op een terugverdieneffect. Bij succes kan een metro immers winst maken. Bij een tram ligt dat veel moeilijker, zeker als die vaststaat in het verkeer. Laurent Vermeersch

Het project omvat ook een nieuwe metrostelplaats op de terreinen van de MIVB in Haren. Het totale prijskaartje loopt op tot ruim 850 miljoen euro. Iets meer dan de helft, 450

“We contacteren een twintigtal eigenaars voor onteigening” Marianne Hiernaux Beliris

De spraakmaker Yves Goldstein stapt op als kabinetschef van minister-president Rudi Vervoort (PS). Daarmee verliest het kabinet, en bij uitbreiding de hele Brusselse regering, een van zijn sterkhouders. Goldstein wordt half oktober opgevolgd door Sylvie Lahy. Naar de precieze reden van de machtswissel is het gissen. Goldstein zou het moeilijk kunnen verkroppen dat hij geen lijsttrekker kan worden voor de gemeenteraadsverkiezingen in Schaarbeek in 2018. PS-coryfee Laurette Onkelinx heeft al laten weten dat zij hier niet langer kandidaat voor is. Goldstein is voorzitter van de afdeling en dus de logische nummer één. Wie lijsttrekker wordt, is nog niet beslist. Maar Goldstein lijkt inder-

daad moeilijk te liggen en daar heeft zijn Joodse achtergrond mee te maken. Al in 2012 doken er antisemitische pamfletten op die waarschuwden voor een Joodse PS-burgemeester. Iets waar de hele PS-afdeling zich toen met klem heeft van gedistantieerd. In mei dit jaar kwam Goldstein zwaar onder vuur tijdens een debat in de gemeenteraad, waar hij zelf niet aanwezig was. Ook daar was de antisemitische ondertoon niet uit de lucht. Dat debat kwam er na uitspraken tijdens het German Marshall Fund Brussels Forum. Goldstein had daar beweerd dat 90 procent van de moslimjongeren de

Yves Goldstein

terroristen van de Parijse aanslagen als helden zag. Goldstein had tijdens die lezing veel meer genu-

anceerde uitspraken gedaan over de integratie van moslims, en heeft ook nadien proberen temperen. Maar hij kreeg zijn boodschap na de heisa niet meer juist verpakt. Goldstein kwam de voorbije dagen ook in het nieuws omwille van vermeende belangenvermenging. De website Cumuleo en de antifraudevzw Anticor beschuldigen hem zelfs van valsheid in geschrifte. Goldstein heeft een van zijn mandaten, het voorzitterschap van een lokaal vzw’tje in Schaarbeek dat zich bezighoudt met huiswerkklassen, inderdaad niet aangegegeven, maar echte be-

wijzen van belangenvermenging lijken er toch niet te zijn. Sinds hij voorzitter is van die vzw, heeft die geen geld meer gekregen van het Brussels Gewest. En dan is er nog het Citroënmuseum waarvan hij volgens de zakenkrant L’Echo directeur zou worden. Het project ligt Goldstein, gepokt en gemazeld in de citymarketing, inderdaad na aan het hart. Het gebouw is aangekocht, de haalbaarheidsstudie is klaar en er zijn contacten met buitenlandse musea. Dat hij ook echt directeur wordt van het toekomstige museum aan het kanaal is niet bevestigd.

Steven Van Garsse


6 I BRUZZ 1538 I Donderdag 15 september 2016

D

e Knop heeft zich al helemaal geïnstalleerd in zijn nieuwe kantoortje. Aan de ene muur hangt een kleurenfoto waarop hij naast Nobelprijswinnaar François Englert poseert, aan de andere een reeks zwart-witfoto’s van wielrenners: tourwinnaars maar ook de amateurwielrenner De Knop. Het bureau op de vijfde verdieping heeft een mooi uitzicht, maar is een flink stuk kleiner dan zijn vorige. De Knop vindt het prima. “Je functioneren hangt niet af van je bureau.” Al erkent hij openhartig dat het, voor iemand die zich acht jaar lang met hart en ziel en een tomeloze energie gewijd heeft aan het runnen van de universiteit, een rare overgang is. “Plots komen ze je bureau opmeten omdat het gerenoveerd moet worden voor je opvolger. Je raakt je auto met chauffeur kwijt, en je secretaresse. Ook je salaris gaat naar beneden.” Maar De Knop wil niet klagen en wil vooral niet in de weg lopen van zijn opvolgster. “Ik kan perfect ten dienste van iemand werken.” Dus is hij niet ingegaan op aanbiedingen van buitenaf, maar heeft hij het voorstel van de nieuwe rector aanvaard om zich te blijven ontfermen over het ambitieuze bouwprogramma van de VUB: het XY-project met 650 studentenkamers, het nieuwe zwembad, het Learning and Innovation Center, de kazernes aan de overkant, het zorghotel in Jette. “Waarom niet afmaken wat ik begonnen was? Ze noemen mij Paul De Bouwer.”

PAUL DE KNOP 1954: geboren in Antwerpen, waar hij nog steeds woont Studie: licentiaat Lichamelijke Opvoeding en Vrijetijdsagogiek (VUB) Sinds 1978: werkzaam aan de VUB 2000: wordt gewoon hoogleraar sportsociologie, sportbeleid en sportmanagement 2008-2016: rector VUB

Paul De Bouwer, zegt u. U staat ook bekend als een echte manager. Vindt u dat het belangrijkste? U had er bijvoorbeeld ook voor kunnen kiezen om voortdurend te wegen op het maatschappelijk debat, zoals uw collega uit Leuven. Paul De Knop: Ten eerste: ik ben geen groot in-

tellectueel. Ten tweede: ik vond het belangrijker de universiteit klaar te stomen om in een competitief model haar mannetje te staan. Ten derde: ik ben iemand die graag resultaat heeft. Met bouwprojecten heb je dat, met financiën ook. Je staat in het rood of in het groen.

U hebt het rendementsdenken en de strategische planning binnengebracht. Ook aan de VUB gelden nu kpi’s of kritieke prestatieindicatoren. De Knop: Ik moest wel. Net voor ik acht jaar

© SASKIA VANDERSTICHELE

Gaat dit niet ten koste van de academische onafhankelijkheid?

geleden aantrad, kwam er een nieuw financieringsdecreet, een systeem op maat van de groten. De VUB zou hierdoor minder geld krijgen. Om de pil te verzachten werd ons budget voor drie jaar bevroren. Als onze prestaties daarna niet beter waren, zouden we veel minder geld krijgen. Ik heb toen voor elke opleiding een analyse gemaakt: dit kost jullie zoveel, dit brengt zoveel op. Daarbij heb ik aangegeven wat elke faculteit moest bereiken. Die strategische planning is een van mijn grootste successen. Hierdoor doet de VUB het momenteel zeer goed: we hebben 5.000 studenten meer, er is meer internationalisering, er zijn meer publicaties, meer spin-offs. En doordat ons marktaandeel is gegroeid, krijgen we van de overheid meer geld.

De Knop: Vorig jaar hebben we 61,5 miljoen euro opgehaald door beursgenoteerde obliga-

U krijgt meer geld, maar nog altijd niet genoeg.

ties uit te geven. Vele media hebben dit verkeerd begrepen. ‘VUB op de beurs’, stond er. We hadden evengoed kunnen lenen bij de banken, maar dan waren de kosten hoger geweest. Bedrijven investeren in de universiteit omdat dit meer opbrengt dan bij de bank. Hun return on investment is de intrest, die ligt contractueel vast. Wat is het probleem zolang je je zeggenschap niet afstaat? Dit gebouw, het rectoraat, is

De Knop: Neen, ik krijg van de overheid niet voldoende geld om al mijn vastbenoemde medewerkers te betalen. Voor de gebouwen krijg ik jaarlijks amper drie miljoen euro. Terwijl we een bouwplan hebben van 800 miljoen euro. Dus ben ik naar alternatieve financiering gaan zoeken. Fundraising en meer samenwerken met de bedrijven.

“Ik denk dat men er te gemakkelijk van uit gaat dat het bij de overheid altijd een free lunch is” Paul De Knop afzwaaiend rector VUB

dringend aan renovatie toe maar we hebben te weinig geld. De luifel staat vol met symbolen van de vrijmetselarij. U weet dat ik behoor tot de loge. Ik ben in de werkplaatsen rondgegaan en heb uiteindelijk 50.000 euro gekregen. Daar is toch geen probleem mee? Ook voor het zwembad hebben we privésponsors gezocht. Die kopen dan één of meerdere tegels aan 50 euro en krijgen een naamsvermelding.

Anders is het als u met privégeld een leerstoel opricht. De Knop: Klopt. Dat zijn professoren die

je aantrekt voor thema’s waarvoor geen regulier geld is, ethisch financieren bijvoorbeeld. Maar we blijven onaf hankelijk. Geen enkele sponsor zal zeggen wat er uit de bus moet komen. Hoogstens mag hij in de stuurgroep toezien op de evolutie van het onderzoek.

Maar de keuze van de onderwerpen wordt wel beïnvloed. Toch? De Knop: Dat is juist. Maar is dat bij de overheid

zo anders? In het Europese wetenschappelijk programma Horizon 2020 liggen de thema’s ook vast. Ik denk dat men er te gemakkelijk van uitgaat dat het bij de overheid altijd een free lunch is. Soms eist de financierende over-

heid dat een bepaald onderzoek niet wordt gepubliceerd. Daar doen we natuurlijk niet aan mee. En als de overheid een gebouw subsidieert, is contractueel bepaald dat je vermeldt: ‘dit gebouw kwam tot stand met de steun van minister...’.

Met de invoering van de strategische planning moesten alle faculteiten zelf op zoek naar extra middelen. Resultaat is dat de faculteit Letteren en Wijsbegeerte in de verdrukking kwam. Latijn is ondertussen geschrapt. De Knop: Ik heb Latijn niet afgeschaft. Dat

heeft de faculteit zelf beslist. Voor mij hoefden ze die richting niet te schrappen. Ik heb hen wel gevraagd om creatief te zijn en oplossingen te zoeken. Dat heeft die faculteit te weinig gedaan. Waarom hebben ze samen met de ULB geen programma gemaakt? Dan hadden ze maar de helft van de kosten. Mijn boodschap is: doe meer met minder. Waarom nog apart een taalles Frans geven, als er op honderd meter een Franstalige universiteit is? Bij moraalwetenschappen en filosofie kan je perfect samenwerken met Gent en Antwerpen. Ik zie ook niet in waarom een dergelijke faculteit niet kan zorgen voor extra inkomsten. Ik heb nu wat meer tijd en ga Italiaans leren. Bij het CVO kost dat 180 euro. De fa-


Donderdag 15 september 2016 I BRUZZ 1538 I 7

INTERVIEW Rector Paul De Knop (VUB) zwaait af

‘Ik ben meer een academicusondernemer’ BRUSSEL – Op 27 september geeft rector Paul De Knop na twee ambtstermijnen de fakkel door aan Caroline Pauwels. Acht jaar stond hij aan het roer van de VUB. Waar hij het meest trots op is? Dat hij het rendementsdenken geïntroduceerd heeft aan de universiteit. “Daardoor verkeert de VUB nu in zeer goede doen.”

Paul DE KNOP Ik ben iemand die graag resultaat heeft. Met bouwprojecten heb je dat, met financiën ook.

culteit zou die lessen toch ook kunnen geven? Maar het geldt voor iedereen. Ik word dagelijks geconfronteerd met juridische kwesties. Nu moet ik telkens een beroep doen op een extern advocatenkantoor. Waarom zou de rechtsfaculteit geen spin-off kunnen maken voor adviesverstrekking? Wij zouden dat dan intern vergoeden. Dat vergt natuurlijk een andere mindset.

Vorige week moest u zich, helemaal aan het eind van uw mandaat, nog verweren tegen de beschuldiging dat de VUB een kritische doorlichting van de rechtenopleiding zou hebben ‘begraven’ door naar de rechter te stappen.

siteit door mensen zonder papieren. Ik heb toen huizen aan de overkant ter beschikking gesteld maar dat leidde tot rellen met krakers. Recentelijk was er de terreurdreiging. Tussendoor moest Willem Elias, decaan en een vriend van mij, opstappen nadat hij, na de zelfmoord van Steve Stevaert, een Facebookbericht had gepost dat absoluut niet kon. Amper enkele maanden later moest Jurgen Tack aftreden als secretaris-generaal van het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek. Ik was toen voorzitter van het FWO. Ik vind nog altijd dat die man is afgeslacht in de media nog voor hij de kans kreeg zich te verdedigen voor de raad van bestuur.

De Knop: We kregen een heel positieve be-

oordeling behalve over één aspect, de evaluatietechniek. Wij vonden het geen objectief oordeel, wilden dat het rechtgezet werd en gingen in beroep. Dat werd echter onzorgvuldig behandeld. Daarom zijn we naar de rechter gestapt. Als je vindt dat je onheus behandeld wordt, kan je je daarbij neerleggen of ertegenin gaan. Wij zijn ertegenin gegaan. Met open vizier wachten we de beoordeling door een nieuwe commissie af.

Er waren ongetwijfeld nog moeilijke momenten in de afgelopen acht jaar. De Knop: Zeker, het begon al meteen na mijn

aanstelling met een bezetting van de univer-

Ook over het nieuwe blauwe logo was een en ander te doen omdat de studenten inspraak misten. Intussen is het goedgekeurd. Het lijkt erg op dat van de ULB. Nauwere samenwerking met de ULB was één van de speerpunten van uw beleid. De Knop: Mijn standpunt is: autonomie be-

houden, maar maximaal samenwerken. In het nieuwe Learning and Innovation Center, dat gebouwd wordt op de grens tussen VUB en ULB, komt een gezamenlijke wetenschappelijke bibliotheek. De kazerne gaan we samen uitbouwen tot internationale studentensite. Voorts gaan we ons restaurant openstellen voor ULB-studenten. Dat van de

ULB kan dan dicht. We denken zelfs na over een gezamenlijk pand in het centrum van Brussel, dat zou fungeren als een soort Faculty Club.

“Waarom nog apart een taalles Frans geven, als er op honderd meter een Franstalige universiteit is” Paul De Knop afzwaaiend rector VUB

Brussel is een troef, maar ook een handicap. Vele Vlaamse studenten worden er nog altijd door afgeschrikt. Waarom wordt Brussel maar geen studentenstad? De Knop: Het is deels onze eigen fout. Deze

campus werd destijds met de rug naar de stad gebouwd. We hebben ook nog altijd onze eigen cultuurdienst in plaats van gebruik te maken van het cultuuraanbod van de stad. Maar de fout ligt ook bij de politiek. Al mijn collega’s,

in Leuven, Gent en Antwerpen, zitten op de schoot bij hun burgemeester. Hier is dat niet zo. Wij vallen onder zes burgemeesters, maar die van de Stad-Brussel zit daar niet bij. Er zijn inmiddels wel twee Brusselse ministers voor studentenzaken. Het is ook niet eenvoudig om een stad die altijd negatief voorgesteld wordt te promoten bij studenten. Antwerpen, waar ik woon, is niet veiliger, maar dat wordt niet zo benadrukt. Ik denk dat mijn opvolgster de juiste persoon op het juiste ogenblik is met de juiste kwalificaties.

Waarom denkt u dat? De Knop: Zelf

ben ik meer een academicus-ondernemer. Zij zal als vrouw wellicht meer aandacht hebben voor het menselijke, het welbevinden, de werkomgeving. Ook heeft ze meer met Brussel dan ikzelf want ze woont er. Bovendien komt ze uit de communicatiewetenschappen. De troeven van Brussel moeten beter in de verf gezet worden. Zij heeft een breed netwerk in de wereld van politiek, cultuur en media. Ik zal haar bijstaan voor die zaken die nog wat management vergen. Bettina Hubo


8 I BRUZZ 1538 I Donderdag 15 september 2016

SERIE

DENKERS & democratie

D

e democratie is in crisis. De aanslagen, maar ook de reactie op de coup in Turkije hebben ons met de neus op de feiten gedrukt: niet iedereen in ons land houdt er dezelfde mening op na over hoe de democratie er fundamenteel zou moeten uitzien. In een

superdiverse stad zijn de tegenstellingen duidelijker dan ooit. Het debat wordt steeds ruiger gevoerd. Weg van de waan van de dag trokken we naar drie politieke filosofen met prangende kwesties waar iedereen vragen zou bij moeten stellen. Thomas Decreus legde

vorige week uit waarom de parlementaire democratie ziek is. Tinneke Beeckman onderstreept in deze krant hoezeer we onze liberale democratische verworvenheden dreigen te vergeten en Helder De Schutter legt volgende week uit waarom Brussel het model van de toekomst is.

INTERVIEW Tinneke Beeckman over godsdienst, vrijheid en gelijkheid

‘Vrouwen niet verantwoordelijk voor wat mannen denken’ BRUSSEL - Het probleem met de boerka is dat het kledingstuk de dresscode is van een theocratie en niet van een democratie. Dat zegt politiek filosofe Tinneke Beeckman. Ze vindt dat we slordig zijn omgesprongen met de idealen van verlichting en democratie. Een gesprek over democratie, gelijkheid en godsdienstvrijheid.

T

inneke Beeckman (40) is een vurige verdedigster van de menselijke vrijheid en van het autonome individu dat een levensproject uittekent zonder dwang van godsdienst en traditie. Migratie, globalisering en de alomtegenwoordige sociale media hebben ons wereldbeeld door elkaar geschud. En vooral: met de komst van moslims is godsdienst weer prominent aanwezig.

Volgens Thomas Jefferson is democratie een politiek systeem ‘voor het volk, door het volk en van het volk’. Akkoord? Tinneke Beeckman: Voor veel burgers is de

liberale democratie waarin we leven gemeengoed geworden. Mensen denken er nog zelden bewust over na, en dat is spijtig. De legitimiteit van de macht is in een liberale democratie verbonden met wat het volk wil en welk levensproject ieder mens heeft. Wij aanvaarden niet meer dat een heerser een andere autoriteit dan het volk, God bijvoorbeeld, inroept om zijn politieke macht op te baseren. Maar dat betekent allerminst dat het principe van de volkssoevereiniteit voor eeuwig verworven is. In een democratie is civic virtue, burgerdeugd, belangrijk. Dat vraagt een zekere inspanning van elk mens. Individuele mensen moeten hun taak als burger willen opnemen. Dat betekent dat ze een visie hebben op wat goed is voor het algemeen belang en verbondenheid voelen met andere burgers om dat politieke project waar te maken.

In Brussel, onder meer in Molenbeek, leeft een groep kansarme jongeren die gevoelig is voor radicalisering. Waar zijn wij tekortgeschoten? Worden de idealen van de verlichting te weinig gepromoot of is de oorzaak toch sociaal-economisch? Beeckman: De overheid probeert wel om hun

sociaal-economische situatie te verbeteren. De Molenbekenaars die betrokken waren bij de aanslagen in Parijs bijvoorbeeld hadden

een sociale woning en ze kregen ondersteuning vanuit de samenleving. Ik denk dat het al misloopt bij de vraag ‘wat doen wij fout?’. Als je zegt dat wij fout zijn, dan neem je die jongeren niet ernstig als mens. Zij kunnen nochtans net zo goed als wij hun lot in eigen handen nemen.

Hoe komt het dan dat die jongeren niet gecharmeerd raken door de verlichtingsidealen? Beeckman: De vraag die we ons moeten dur-

ven stellen is of iemand die jongeren de idealen van verlichting en democratie ooit heeft uitgelegd. Wij zijn zelf trouwens heel slordig omgegaan met de idealen van de verlichting. In de jaren negentig, na de val van de Muur, heerste de idee: de liberale democratie blijft altijd bestaan, als een soort basso continuo. Maar die baseline is helemaal niet vanzelfsprekend. Dat is wat we vandaag ervaren.

Je zou kunnen opperen dat vrouwen die een boerka dragen zich buiten de maatschappij plaatsen. Dat zij niet langer van de voordelen van diezelfde maatschappij moeten kunnen genieten. Beeckman: De liberale democratie vertrekt vanuit het autonome individu dat vrijheden krijgt. Het moet ook zijn eigen voorkeuren kunnen beleven. Dat impliceert de vrijheid van vereniging en vergadering, de vrijheid van meningsuiting en ook de vrijheid van godsdienst. De boerka is de uitdrukking van een logica die haaks staat op de liberale democratie. De boerka behoort tot een logica waarin niet het autonome individu centraal staat, maar waarin de morele code gedeclameerd wordt door een god, Allah. Een theocratie dus waarin het liberale individu geen rechten heeft.

Zijn we in een democratie dan niet vrij om voor de onvrijheid te kiezen? Beeckman: Theoretisch zijn we vrij om voor de

onvrijheid te kiezen. Maar in een democratie is die keuze wel problematisch. De code waar die boerka voor staat, miskent niet alleen de vrijheid maar ook de gelijkheid tussen man en vrouw.

TINNEKE BEECKMAN 1976: geboren 1994: master moraalfilosofie en wijsbegeerte aan de VUB 1998: voortgezette opleiding filosofie aan de ULB 1999: doctoraat aan de VUB 2003-2012: postdoctoraal onderzoeker aan de VUB 2006-2012: docent aan de VUB 2012: schrijft ‘Door Spinoza’s lens’ 2015: publiceert ‘Macht en onmacht’ 2016: schrijft mee aan ‘De verlichting uit evenwicht’ sinds 2010: opiniemaker voor De Morgen, De Standaard en De Tijd © BART DEWAELE


Donderdag 15 september 2016 I BRUZZ 1538 I 9

1 THOMAS DECREUS

Er duiken nieuwe vormen van solidariteit op”

Danny Vileyn en Ken Lambeets

Zoals ik al zei, is burgerdeugd belangrijk. De democratie leeft van debat. Je geeft je mening, je neemt deel aan het publieke leven. Als de vrije ontmoeting tussen burgers in de publieke ruimte beperkt wordt door gezichtsbedekking, dan is dat een probleem. Sommige vrouwen mogen niet deelnemen aan het publieke leven. Ze mogen de straat niet op. Ze hebben buiten hun beperkte kring van de familie en een paar vriendinnen geen enkel contact. Dat staat haaks op de verlichtingsideeën en de idee van de democratie.

Misschien kan de vrouw in boerka die geen werkloosheidsuitkering meer krijgt, dan wel terecht bij een islamitisch liefdadigheidsfonds. Beeckman: We moeten ons goed bewust zijn

van het verschil tussen sociale zekerheid en liefdadigheid. Sociale zekerheid is te verkiezen omdat ze structureel de positie van de zwakkeren verbetert. Het hele systeem van herverdeling veronderstelt een minimale seculiere staat. Dat wil zeggen: je betaalt belastingen en de staat herverdeelt ongeacht je geloof. In landen waar heel weinig sociale zekerheid is, bestaat vaak wel liefdadigheid. Je zag dat onder George

2 TINNEKE BEECKMAN

Wij springen heel slordig om met de idealen van de verlichting”

Danny Vileyn en Bettina Hubo

Bush in de Verenigde Staten. Hij heeft allerlei programma’s doorgevoerd die de sociale zekerheid beperken maar de liefdadigheid op basis van geloof versterken met belastingvoordelen voor kerken. Je hebt dan wel een solidariteit, maar een heel voorwaardelijke: als je ook evangelisch bent, naar de kerk komt en bijdraagt voor die kerk, dan is er de mogelijkheid dat als je ziek wordt, er voor je gezorgd wordt.

Hoeveel cohesie moet er in een superdiverse samenleving zijn om de boel leefbaar te houden? Beeckman: Er moet een gedeelde overtuiging zijn dat de democratie het beste systeem is om zoveel mogelijk vrijheid én gelijkheid te garanderen. Wat niet betekent dat alle burgers over elk thema hetzelfde moeten denken. Ze mogen het oneens zijn maar wel binnen een democratisch kader.

Sommige Turken en Belgen van Turkse origine genieten hier, net zoals wij, van de Westerse vrijheden, maar steunen ondertussen het beleid van Recep Erdogan in Turkije. Beeckman: Er is een loyauteit ten aanzien

van Turkije omdat Erdogan een nationalis-

3 HELDER DE SCHUTTER

Europa moet een groot België worden”

tische politiek voorstaat. Die is nationalistischer dan eender welke nationalistische partij in Europa. Volgens de Britse historicus Tony Judt heeft de Europese identiteit te maken met een kritische blik op het eigen verleden. Het heeft lang geduurd voor West-Europa komaf heeft gemaakt met het oorlogsverleden en de Jodenvervolging. Eerst was het allemaal alleen de schuld van de Duitsers. Maar de Duitsers hadden de holocaust nooit op zo’n schaal kunnen organiseren als er niet nog mensen uit andere landen aan hadden meegewerkt. Elk verhaal van een bezetting is ook een beetje het verhaal van een collaboratie. Het heeft lang geduurd voor dat pijnlijke historische beeld werd bijgesteld. In Turkije gebeurt zo’n bijstelling nooit. Er is niet alleen geen enkel monument voor de herdenking van de Armeense genocide, er is tout court een ontkenning. Als een journalist schrijft dat er een Armeense genocide heeft plaatsgevonden, riskeert hij een gevangenisstraf.

Danny Vileyn en Steven Van Garsse

wetten. Als een meerderheid van de bevolking zegt dat godsdienstige redenen om onverdoofd te slachten of dierenleed te berokkenen onaanvaardbaar zijn - zoals in Denemarken gebeurd is - dan moet iedereen die wetten naleven. Natuurlijk schiet ook het Westen tekort. Aan vele vormen van dierenleed wordt amper iets gedaan. Ik denk aan massaproductie, het snel vetmesten van kippen of varkens.

Moet de godsdienstvrijheid wel in de grondwet staan? Volstaat de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van vereniging niet om godsdienstvrijheid te garanderen? Beeckman: Ik denk dat dat een interessante

suggestie is. Het zou in elk geval heel veel problemen oplossen omdat je het principe dan ook niet meer kan inroepen.

U bedoelt dat de godsdienstvrijheid dan niet meer kan ingeroepen worden om bijvoorbeeld het dragen van een boerkini, hét onderwerp van deze zomer, te verdedigen. Beeckman: Voor het recht op een boerkini

De SP.A heeft onlangs een Belg van Turkse origine uit de partij gezet omdat hij iets te hard supportert voor Erdogan. En ook van een aan-

“Als linkse politici hier het beleid van Erdogan steunen, maken ze een enorme spagaat” Tinneke Beeckman, filosofe

tal PS’ers wordt gezegd dat ze dicht bij Erdogan aanleunen. Beeckman: Als linkse politici hier zijn beleid

steunen, maken ze een enorme spagaat. Ik denk dat er weinig zo haaks staat op links-progressieve ideeën als de religieus-fundamentalistische, imperialistische aspiraties van Erdogan. Ik vergelijk zijn recente beleid met dat van Lodewijk XIV, die eind zeventiende eeuw het edict van Nantes opblies. Daardoor hadden de protestanten geen rechten meer en waren ze verplicht zich te conformeren aan het katholicisme. Het gevolg was een enorme braindrain. Wat Erdogan doet, is een beetje hetzelfde. Hij maakt de intellectuele elite van zijn land het leven onmogelijk. Dat wordt voor Turkije een enorme intellectuele verarming. Zelfs al ben je voor een sterke leider, zelfs al voel je je Turks nationalist, dan nog moet je inzien hoe nefast en onmenselijk deze heksenjacht op denkbeeldige tegenstanders is.

In Brussel en in Vlaanderen stond het onverdoofd slachten de jongste tijd weer op de politieke agenda. Valt dat onder godsdienstvrijheid, of heeft het parlement het laatste woord? Beeckman: Godsdienstvrijheid impliceert niet dat je mag zeggen: het fundament van de wet is voor mij het woord van God. Je hebt je in de samenleving te houden aan de heersende

wordt geen godsdienstvrijheid ingeroepen maar wel een liberaal principe om nota bene een antiliberale code ingang te doen vinden. Als de boerkini ons voorhoudt dat de vrouw alleen eervol is als ze zich bedekt, dan zijn alle vrouwen die zich niet bedekken oneervol. En dan zit je als samenleving met een probleem. Dan zijn er onvermijdelijk plekken waar vrouwen onder druk worden gezet of uitgescholden omdat ze niet zedig zijn. Die vrouwen hebben recht op bescherming. Vrijheid betekent ook dat je vrij bent van het oordeel van een ander. Ik ben verantwoordelijk voor mijn eigen opvattingen maar ik ben als vrouw niet verantwoordelijk voor wat in het hoofd van mannen omgaat. Als die een probleem hebben, moeten ze dat zelf oplossen.

In Brussel, net als in sommige andere steden, houden militairen tegenwoordig de wacht. Zullen we zo de strijd tegen de IS-ideologie winnen? Beeckman: Dat is een moeilijke kwestie. De staat moet natuurlijk wel de veiligheid garanderen, maar de inzet van geweld door de staat moet ook beperkt zijn. De militarisering van de politie vind ik problematisch. Je ziet dat in Amerika waar een enorm militair apparaat is en waar de politie steeds zwaardere militaire wapens krijgt. Je ziet hoeveel onschuldige burgers daar worden neergeschoten. Ik denk niet dat we zo de strijd tegen IS en hun ideologie kunnen winnen. Ik denk dat je om die strijd te winnen met positieve, wervende verhalen moet komen om jongeren die dreigen te radicaliseren voor ons samenlevingsmodel en de democratie te winnen. Danny Vileyn en Bettina Hubo

VOLGENDE WEEK Helder De Schutter


10 I BRUZZ 1538 I Donderdag 15 september 2016

40 JAAR METRO Komst van ‘moltrein’ had heel wat voeten in de aarde

‘Expo 58 was gemiste kans 101 Postkaart die de MIVB maakte om de komst van de metro te promoten in 1976. De figuranten stappen hier op het allereerste metrostel (101) in station Delta.

© MIVB

BRUSSEL - Op 20 september 1976 werd de eerste volwaardige Brusselse metrolijn in gebruik genomen. De oranje ondergrondse had toen echter al een lange voorgeschiedenis van onuitgevoerde plannen en obstakels van technische en politieke aard.

B

russel kreeg pas laat zijn metro als je weet dat de eerste plannen voor ondergronds openbaar vervoer al opdoken rond het einde van de negentiende eeuw. Koning-bouwer Leopold II wilde toen niet onderdoen voor andere Europese hoofdsteden die rond de eeuwwisseling allemaal op de metrokar sprongen. De plannen werden langzaam concreter na de Eerste Wereldoorlog, maar het bleef bij studies. De complexe ondergrond vormde al die tijd een serieuze uitdaging. Er zijn niet alleen de drassige valleien van de Zenne, de Maalbeek en de Woluwe, maar ook verschillende grondlagen: zand en leem. “Brussel is echt een geologische soep,” vertelt Christian Dochy, ingenieur op rust die in 1970 was aangeworven door de MIVB voor de uitbouw

van de metro. “De techniek om te werken met diepwanden werd bijvoorbeeld pas op punt gesteld begin jaren 1960. Dat liet toe om onder het niveau van het grondwater te werken zonder alles te moeten wegpompen.” Naast technische obstakels was er de aanslepende werf van de Noord-Zuidverbinding die Brussel in de ban hield van 1911 tot de voltooiing in 1952. Vervolgens kwam de Wereldtentoonstelling van 1958. “Dat was een gemiste kans,” zegt Dochy. “Het geld was er, maar men heeft toen gekozen om vooral te investeren in infrastructuur voor de auto.” Enkele trams kregen een eigen bedding en er kwam een stukje tunnel aan het Zuidstation, maar op andere plaatsen verdween de tram om plaats te maken voor de auto. Die kreeg tunnels op de Louizalaan en de Kleine Ring. “Nochtans zou het

veel goedkoper geweest zijn om de tunnels voor auto en tram of metro samen aan te leggen.” De snellere toegangswegen zorgden in combinatie met de stadsvlucht voor steeds meer verkeer in de stad. Begin jaren 1960 werd de situatie al onhoudbaar geacht. “We klagen nu over het verkeer, maar op de Kleine Ring en sommige zijstraten was de chaos toen nog groter,” aldus Dochy. En zo werd toch werk gemaakt van een ondergronds net. Eerst was er wel nog een serieus debat over de te volgen strategie. “Openbare Werken wilde meteen een metro bouwen. Hun achterliggende agenda bestond erin om tegelijk bovengronds stadsautostrades te realiseren zoals op de Wetstraat. Het ministerie van Verkeer pleitte dan weer voor het gedeeltelijk ondergronds brengen van verschillende tramlijnen.” Het compromis bestond erin om stukken tunnel te bouwen voor een metro, maar die in eerste instantie te laten gebruiken door trams. De fameuze premetro. Vanaf 1965 werd de ondergrond omgewoeld, te beginnen aan Schuman, waar toen de Berlaymont in aanbouw was. Ook aan De Brouckère ging de aanleg van de metro gepaard met grote bouwwerven. Het oude postgebouw ruimde er plaats voor het Muntcentrum (momenteel in renovatie), en aan de overkant van de Anspachlaan verrees de Philipstoren. De infrastructuur

voor de metro werd ingebed in de funderingen van de gebouwen. De werf zorgde voor een probleem met een van de gevels van de aanpalende Anspachgalerij. “Die bleek zo instabiel dat het eenvoudiger was om hem stuk voor stuk af te breken en na de werf opnieuw op te bouwen,” herinnert Dochy zich. De metro passeert ook als het ware in de kelder van de zetel van de Société Générale langs de Koningsstraat, ook in die periode herbouwd. “Dat liet ons toe om de scherpe bocht van de Koloniënstraat naar de Loxumstraat weg te werken en zo de snelheid te verhogen.” Naast de eerder vermelde moeilijkheden door de Brusselse bodem, moest het tracé rekening houden met door de mens gemaakte obstakels. Om onder de autotunnel op de Kleine Ring te passeren, moest de metrokoker bijvoorbeeld dieper gaan onder Wetstraat. De ruimte die overbleef tussen de metro en de straat werd daarna ingericht als parkeergarage. Tussen het Centraal Station en de kathedraal moest de metro dan weer boven de Noord-Zuidverbinding passeren. Om dat mogelijk te maken werd het kruispunt tussen de Keizerinlaan en de Schildknaapstraat met een meter verhoogd.

Zennekoker Eind 1969 reden dan de eerste trams ondergronds tussen de Vis-

markt en het Jubelpark. De oude stadstrams konden overigens niet zomaar de tunnel in. Ze moesten worden uitgerust met automatische remsystemen en een pantograaf. De sleepbeugels die tot dan als stroomafnemer dienden, waren niet bruikbaar in de tunnels. Ook moesten de bestuurders een speciale opleiding volgen. “De eerste weken van de premetro reden nog niet alle voorziene tramlijnen door de tunnel omdat nog niet genoeg bestuurders de opleiding hadden gekregen,” aldus Dochy. Ondertussen ging de uitbouw van het ondergrondse net gestaag verder. Het Jubelpark was het volgende obstakel voor de toekomstige lijn 1. “Er waren geen plannen en er bleek geen fundering onder de triomfboog te zijn. Die hebben we voorzien met de bouw van de tunnel.” Tegelijk lag een deel van de Kleine Ring open voor de toekomstige lijn 2, en werd onder de centrumlanen gewerkt aan de geplande lijn 3. Bijzonderheid daar was dat men een deel van de oude Zennekoker gebruikte. De riool/rivier werd naar een nieuwe betonbedding langs het kanaal verlegd. “Omdat de oude koker ook diende om overtollig regenwater op te vangen, werd gevreesd voor overstromingen,” herinnert Dochy zich. “Daarom bouwden we onder de stations Beurs en Anneessens twee enorme stormbekkens. Die zijn bij mijn weten maar één keer bijna vol geweest: tijdens een groot onweer in juni 1978.”

Kopzorgen De ombouw van tram- tot metrotunnel bezorgde de ingenieurs on-

JubelPARK Bij de bouw van de metro bleek er geen fundering lag onder de triomfboog.


ADVERTENTIE

Donderdag 15 september 2016 I BRUZZ 1538 I 11

Investeer in een exclusief project in de Europese wijk, inclusief privépark.

voor metro’

“De Brusselse ondergrond is een geologische soep” Christian Dochy ingenieur Uiteindelijk werd de metro ingehuldigd op 20 september 1976. “Niet toevallig een maand voor de gemeenteraadsverkiezingen,” zegt Dochy. “De uitbreidingen vielen wel vaker samen met de electorale kalender. Dat was ook zo met de verlengingen naar Sint-Guido en Bockstael en speelt tot op vandaag.” De komende jaren zal opnieuw gegraven worden aan een nieuwe tunnel door Schaarbeek en Evere. Die zal aansluiten op de premetro tussen Noord en Zuid die al in dienst is sinds 1976. “Dat de lijn niet eerder werd omgebouwd, komt door

Exclusieve appartementen tussen de Europese wijk en de

het verzet van Schaarbeek. Onder burgemeester Roger Nols wilde de gemeente niet weten van de metro.” Na de uitbouw van lijn 3 zal volgens Dochy opnieuw de bediening van Elsene en de Louizalaan op tafel komen. “Ik maakte destijds mijn eindwerk over de geplande lijn 4, die onder de Elsensesteenweg zou lopen en de ULB moest ontsluiten,” aldus nog de ingenieur. “Die werd als prioritair beschouwd, en de gemeenteraad van Elsene had zich in 1971 akkoord verklaard. Later kwam er echter protest omdat we in een eerste fase zouden beginnen met een premetro tussen Naamsepoort en Flagey. Daar zou het autoverkeer moeten worden omgeleid om plaats te maken voor de tijdelijke toegangshelling voor trams naast de Vijvers van Elsene. Omwille van die kleine omweg voor autombilisten en het zicht voor de vijvers is het plan gekelderd. Uiteindelijk staan of vallen de plannen altijd met politieke wil.” Laurent Vermeersch

Brusselse Louizalaan.

AG ZOND MBER PTE 18 SE AG

RD U E D OPEN u tot 17u

33 van 13 TRAAT BERTS ENE L A S PRIN 1050 ELS

Niet contractueel beeld

dertussen nieuwe kopzorgen. Het ging immers om meer dan de perrons aanpassen. “De stellen waren langer en zwaarder dan aanvankelijk voorzien, dus moesten we onder meer de bochten herbekijken. De grootste moeilijkheid was echter de passage over de Noord-Zuidverbinding bij het Centraal Station. Die brug hebben we stap voor stap herbouwd. De werken duurden van de lente 1974 tot het einde van 1975 en gebeurden enkel ’s nachts om het trein- en premetroverkeer niet te verstoren.”

Ernest The Park.

© MIVB

Lintje

Koning Boudewijn, minister Jos Chabert en MIVBvoorzitter Guy Cudell nemen de eerste metro.

40 JAAR METRO 1976 Metro rijdt tussen De Brouckère en Tomberg/ Beaulieu 1981 Verlenging onder kanaal en oud-Molenbeek tot Beekkant 1982 Uitbreidingen naar Alma, Sint-Guido en Bockstael

• prestigieus project op voormalige Solvay site

1985 Verlenging tot Herrmann-Debroux en Heizel

• eigen verhuurdienst gespecialiseerd in verhuur aan expats

• op maat van kapitaalkrachtige expats

• moderne architectuur, hoogwaardige afwerking

1988 Opening lijn 2 tussen Simonis en Zuidstation

• tussen de Europese wijk en de Louizalaan • meer info op www.ernest-the-park.be of 02/201 00 01

2003 Uitbreiding naar Erasmus © MIVB

2007 Eerste BOA-stellen 2009 Herschikking van het net na voltooiing ringlijn 2

made by


12 I BRUZZ 1538 I Donderdag 15 september 2016

INTERVIEW Vlaams minister-president geert bourgeois OVER BRUSSEL

‘Onze scholen zijn ons visitekaartje’

GEERT BOURGEOIS Ik heb euforische berichten gelezen van werkgeversorganisaties die stelden dat we nieuwkomers als arbeidskracht nodig hebben voor onze economie. © IVAN PUT

BRUSSEL - Met alle kritiek gericht op het Veiligheidsplan Niveau V van N-VA om sneller een noodtoestand te kunnen inroepen, blijft het spotlicht op de aanmodderende problemen in Brussel gedoofd. Tijd om de Vlaamse ministerpresident te bevragen over immigratie, onderwijskansen en de mobiliteitsdruk in de hoofdstad.

D

e fractiedagen van zijn partij N-VA woonde Geert Bourgeois vorige week maar ten dele bij. “Door omstandigheden kon ik er niet steeds bij zijn, maar ik vermoed dat Brussel aan bod kwam in de vooruitblik.” Dus hebben wij het met hem over de (geactualiseerde) prioriteiten van Vlaanderen voor Brussel. Bourgeois hoopt dat de verplichte integratie- en inburgeringsregel voor Brussel er eindelijk komt.

Jarenlang trok u aan de kar voor een verplicht integratie- en inburgeringstraject voor nieuwkomers, maar in Brussel sleept het aan. Geert Bourgeois: De regering heeft de ordon-

nantie (Brusselse wet, JMB) in een eerste lezing

goedgekeurd. Daarop werden langs Vlaamse zijde opmerkingen geformuleerd. Als het verplichtend karakter eindelijk kan worden gerealiseerd, zal dit voor Brussel, met zijn diverse bevolking, een grote stap voorwaarts betekenen. We bereikten in 2015 in Brussel 3.353 mensen die op vrijwillige basis een inburgeringstraject zijn gestart. Dat is 17 procent van het totaal aantal inburgeringstrajecten dat Vlaanderen aanbiedt. Naar aanleiding van de vluchtelingencrisis heeft collega Liesbeth Homans, minister van Inburgering, nog eens 2.400 bijkomende trajecten voor Brussel gecreëerd. De Franse Gemeenschap heeft er in 2015 voor Brussel nog geen enkele. Al heeft de Cocof (Franse Gemeenschapscommissie, JMB) nu ook de ambitie om naar 4.000 te gaan. Van zodra er een basis komt voor verplichte integratie- en inburgering moet er wel veel meer

kunnen worden gerealiseerd. Anderzijds, van onze kant, betekent ‘integratie’ altijd standvastig op de grote basisprincipes van onze verlichting staan. Er altijd op wijzen welke onze verworvenheden, rechten en vrijheden zijn; en hier geen millimeter op toegeven.

Ziet u het inburgeringstraject als dé heiligmakende oplossing voor de Brusselse samenleving? Bourgeois: Zoveel hoort u mij niet zeggen. In een hoogtechnologische, geïndustrialiseerde samenleving en diensteneconomie hebben nieuwkomers meer dan één kloof te overwinnen. Stel dat je bijvoorbeeld een Berber bent en uit Marokko komt. Als boutade zeg ik vaak: integratie begint na het inburgeringstraject. Inburgering is een contract overheid-nieuwkomer, waarbij veel wordt aangeboden: taalopleiding, maatschappelijke oriëntatie, het toeleiden naar werk, vertrouwd maken met

onze normen en waarden. Pas als dit voorbij is, begint het. Mensen gaan ergens wonen in een wijk. Het is dan zaak om ze te betrekken in het gemeenschapsleven, ook in een stad. Ze moeten kennismaken met buurtcomités, sportverenigingen, oudercomités van scholen. In Vlaanderen nodigen sommige gemeenten de mensen die een inburgeringstraject aflegden uit voor die contactlegging. Als nieuwkomers zich nestelen in een gesloten gemeenschap, zal er weinig integratie uit voortvloeien. Vandaar het succes van de inburgeringscoaches die ik lanceerde. Het gaat om vrijwilligers die een- of tweemaal per week met de nieuwkomer op stap gaan, gewoon een praatje slaan of hen voor de eerste keer meenemen naar De Post, het cultuurcentrum of een sportactiviteit. Het zijn modellen van vrijwilligerswerk die succes boeken in onder meer Catalonië, Denemarken, Canada en Nieuw-Zeeland.

Gelooft u dat zij het zullen zijn die uw pensioen gaan betalen? Bourgeois: Ik heb met de vluch-

“Laten we niet te euforisch zijn en zeggen dat de vluchtelingen ons pensioen zullen betalen” Geert Bourgeois, Vlaams minister-president

telingencrisis de bijna euforische berichten gelezen van werkgeversorganisaties zoals Voka (Vlaams netwerk van ondernemingen) en het VBO (Verbond van Belgische Ondernemingen). Ze stelden: we hebben die mensen als nieuwe arbeidskrachten


Donderdag 15 september 2016 I BRUZZ 1538 I 13

nodig voor onze economie. De realiteit is anders. Die mensen komen niet binnen ten gevolge van een economisch migratiebeleid, zoals in landen als Canada, Australië, Nieuw-Zeeland en de VS. Die landen berekenen tekorten aan mensen met bepaalde beroepskwalificaties en laten dan zoveel gekwalificeerde mensen toe. Bij ons gaat het om asiel, regularisaties (vooral vroeger), gezinshereniging en huwelijken. Uit de eerste staalkaart blijkt dat 17 procent van hen analfabeet of zwak gealfabetiseerd is. 47 procent is laaggeschoold. Voor dergelijke mensen bestaan amper jobs in onze hooggeïndustrialiseerde samenleving.

anderstalige nieuwkomers (OKAN) en vervolgcoaches. In het kleuteronderwijs hebben we extra middelen uitgetrokken voor alle nieuwe nietNederlandstaligen. We geven overal – dus ook in Brussel - per anderstalige kleuter in het Nederlandstalig onderwijs 900 euro. Er wordt dus extra ingezet op elk kind van vreemde origine. Daarnaast hebben we het aantal leerkrachten in het basis en secundair versterkt. We investeren meer dan ooit in Brussel. In 2015 werd meer dan 635 miljoen euro geïnvesteerd. Dat is een stijging van 45 miljoen euro tegenover 2014.

Kunnen we daar dan iets aan doen? Bourgeois: Vlaanderen telt al 108.000 laag-

geschoolde werklozen. Als daar nog enkele duizenden bijkomen, zullen dat geen mensen zijn die snel actief aan de slag kunnen gaan. Er is een samenwerkingsakkoord met Fedasil om de opleidingsdiensten van de VDAB aan te bieden in de opvangcentra. Amper 3,4 procent in die centra heeft nu een job. Ik wil daar dus niet euforisch over doen en zeggen dat zij ooit ons pensioen gaan betalen. Zelfs in de tweede en derde generatie van die nieuwkomers blijft er een grote werkloosheid. Voor Brussel is dat zeker niet anders.

Ziet u een oplossing via het onderwijs in de hoofdstad?

“Voor de nieuwe onthaalklasjes in Brussel geven we aan elke kleuter van vreemde origine 900 euro extra” Geert Bourgeois, Vlaams minister-president

Bourgeois: We zijn vanuit Vlaanderen gestart

Kinderen worden wel zwakke tweetaligen, als Nederlands enkel het klastaaltje is.

met iets heel belangrijk: duaal leren, deels op school, deels op de werkvloer. Het is een oplossing voor jongeren die schoolmoe zijn of wat moeilijker studeren. Het leidt ertoe dat zij vanuit praktijkervaring in een bedrijf een stiel kunnen leren. Brussel is niet de enige regio met een grote opleidingsachterstand. In de voormalige Limburgse mijngemeenten en op de as Brussel-Mechelen-Antwerpen is de schoolachterstand ook groot. Dat heeft te maken met de vreemde origine van de bewoners daar, tot de derde generatie toe. We zijn na de vluchtelingencrisis gestart met het geven van bijkomende middelen voor onthaalklassen voor

Bourgeois: Het aantal tweetalige Brusselaars zoals we die gekend hebben, gaat achteruit. Minder dan veertig procent is thuis eentalig Frans- of Nederlandstalig. Zowel het Frans als het Nederlands boert dus achteruit in het Brusselse gezin. Wat wel positief is voor het Nederlands in Brussel, is dat het meer en meer een van de talen is die gesproken wordt. Maar Brussel is op enkele decennia totaal veranderd: het Engels werd de tweede taal, het Arabisch rukt op. Laat ons in die moeilijke omgeving niet de handen in de schoot leggen. Ik geloof ook in de vele positieve resultaten: zowel het kleuter, basis als secundair Nederlandstalig onderwijs groeit in de hoofdstad.

Sinds het begin van deze regeerperiode zijn er in het Nederlandstalig kleuteronderwijs in Brussel 3 procent meer kinderen (10% meer sinds 2009). In het lager 9 procent meer (21% meer dan in 2009) en in het secundair 4 procent meer (7% meer dan in 2009). Dus ons onderwijs heeft een grote aantrekkingskracht, het is het visitekaartje van Vlaanderen in Brussel. Met een curriculum in het Nederlandstalig onderwijs blijken leerlingen beter af te zijn dan in het Franstalig onderwijs. In hun totaliteit scoren de resultaten van de Franse Gemeenschap in alle rankings minder goed dan het Nederlandstalig onderwijs. Het probleem dat overeind blijft, is dat veel Brusselse kinderen van thuis uit niet verrijkt worden met de Nederlandse taal.

Iets anders. De druk van de Ring en de nieuwe megashoppingcentra op de stad. Minister De Croo zegt dat mobiliteit beter terug naar het federale niveau zou worden overgeheveld. Bourgeois: Ik weet niet of het fe-

derale niveau zoveel geblokkeerde dossiers oplost. Denk aan de vliegwet, het spoor... collega Ben Weyts heeft net voor het zomerreces het ambitieuze plan van ruim twee miljard euro bekendgemaakt. Het gaat om alternatieven voor de auto, zoals 41 kilometer fietsinfrastructuur, met fietssnelwegen op steenwegen, fietsbruggen en fietstunnels onder de Ring. Meer groen met ecoducten (Laarbeekbos). Drie nieuwe lijnen voor het Brabantnet (Brussel-Willebroek, Brussel-luchthaven en Jette-Zaventem-luchthaven). Een tramcapaciteit die per dag 20.000 auto’s van de Ring haalt. Er komt een nv van publiek recht die de procedures zal opstarten. De timing is 2019, met de bedoeling om een ontwerpovereenkomst te maken tussen de gewesten, want er liggen enkele kilometers Ring op Brussels grondgebied. Docks Bruxsel (kanaalzone) en Neo zullen voor een bijkomende druk zorgen op de

Ring. Uplace gaat wél gepaard met een grote mobiliteitsherstructurering vooraf. Zelfs als Uplace er niet zou komen, worden die werken uitgevoerd. Want er komen bedrijven en woongelegenheden bij op die site.

Welke impact heeft de uitbreiding van de stad op de Rand? Bourgeois: De uitdeining van Brussel in de

Rand begon heel lang terug. De ontnederlandsing van de Rand werd helaas een fenomeen. Minder dan de helft van alle moeders in heel Halle-Vilvoorde is nog Nederlandstalig.

Verder kijkend naar de volgende verkiezingen. Vindt u dat er een Vlaamse eenheidslijst moet komen in Brussel? Bourgeois: Voor de gewestverkiezingen is dat niet aan de orde. In het Vlaams parlement rijst dit probleem niet: er zetelen zes verkozenen uit Brussel. Ook voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is er geen probleem: er zijn zeventien Nederlandstalige parlementsleden. Wat de Kamer betreft, zou je dit kunnen overwegen. Al is dat de facto tot mislukken gedoemd. Dan zou elke Nederlandstalige partij een beurtrol moeten inlassen, beginnend met de grootste partij voor vijf jaar. Dan is de cirkel pas rond na dertig jaar (Lacht). Op gemeentelijk vlak daarentegen zou het wel zinvol zijn, maar ik laat dat uiteraard over aan de mensen daar om hierover te beslissen. Je ziet de laatste tijd in Brussel dat traditionele partijen als de PS, MR en CDH Nederlandstaligen op hun lijsten zetten. Om de woorden van Brussels minister-president Rudi Vervoort te herhalen: ‘Als de Vlamingen willen dat de politiezones fusioneren, dan moeten ze er maar aan denken om niet meer op onze PS-lijsten te staan’. Ik denk dat Vlaamse eenheidslijsten lokaal nog een goed idee zouden zijn. De N-VA heeft daar op een aantal plaatsen in het verleden al pogingen toe gedaan. Het water bleek echter te diep. De tendens is veeleer het omgekeerde in Brusselse gemeenten: de traditionele partijen leunen aan bij hun Franstalige zusterpartijen. Jean-Marie Binst

ADVERTENTIE

WELKE WEG SLAAN WE IN? Onder de noemer RE:MAKE doorweeft een reeks lezingen en debatten het Kaaitheaterseizoen 2016–2017. Op zoek naar een nieuwe samenleving, plaatsen dé denkers van het moment concrete praktijken en nieuwe ideeën voor het voetlicht.

SUSAN NEIMAN NICK SRNICEK & ALEX WILLIAMS MICHEL BAUWENS ALICJA GESCINSKA SRECKO HORVAT TIM JACKSON & DIRK HOLEMANS en vele anderen… Stippel jouw RE:MAKE-programma uit op www.kaaitheater.be/remake /KAAITHEATER


14 I BRUZZ 1538 I Donderdag 15 september 2016

© SASKIA VANDERSTICHELE

© SASKIA VANDERSTICHELE

stijging Onderzoek toont aan dat de Belgen in 2015 18 procent meer biovoeding consumeerden. Daarom opent Bio-Planet de komende drie jaar vijftien nieuwe winkels.

reportage Bioketens Origin’O, Bio-Planet en Bio c’Bon palmen stad in sneltempo in

Strijd om bioklant barst los BRUSSEL - De zelfstandige biowinkels krijgen stevige concurrentie van gespecialiseerde ketens, die lekker, gezond en betaalbaar als verkoopargumenten hanteren. Origin’O opent in september een nieuwe vestiging bij Brussel-Centraal, Bio-Planet landt eind november in Ukkel en het Franse Bio c’Bon heeft sinds mei een adres in Sint-Gillis.

C

olruyt, het moederhuis van Bio-Planet, maakt er in zijn jaarverslag geen geheim van. Bio is een groeimarkt en de eigen biosupermarkt speelt daarop in. De totale verkoop van biologische voedingsproducten in België steeg volgens cijfers van het marktonderzoeksbu-

“We hebben zelfs prijzen opnieuw moeten verhogen” Mahaut de Lesquen, Bio c’Bon

reau Gf K in 2015 met 18 procent. De Belgische gezinnen besteedden vorig jaar in totaal 514 miljoen euro aan bio. Bij verse voeding ligt het aandeel van bio intussen op 2,7 procent. Een bioproduct kost gemiddeld een derde meer dan een conventioneel product. Geen wonder dat Bio-Planet meegroeit. De keten, die in 2001 in Kortrijk van start ging en nu 21 filialen telt, krijgt er de komende drie jaar nog 15 bij. Een ervan opent dit najaar in Ukkel in de Egide Van Ophemstraat en zal een oppervlakte hebben van ongeveer 700 vierkante meter. Het Brussels Gewest biedt perspectieven, want tussen 2008 en 2015 verdrievoudigden de biobestedingen er.

Bio-Planet bediende tot nu toe enkel de rand van Brussel met vestigingen in Dilbeek, Grimbergen, Nossegem, Groot-Bijgaarden en Halle. Bij de winkelketen uit Halle is te horen dat Colruyt uitgaat van zijn eigen sterkte en een duurzame langetermijnstrategie volgt. Bio-Planet biedt “een ander concept en een andere beleving dan Colruyt”. Klanten kunnen in de winkel en de webshop terecht voor “een uitgebreid assortiment betaalbare biologische en ecologische producten”. ”Bewust genieten” staat voorop.

Stationswinkel Origin’O is niet aan zijn proefstuk toe in de hoofdstad. Van de veer-

tien filialen zijn er vier in Brussel: in het Zuidstation, in Ukkel, Watermaal-Bosvoorde en Sint-Lambrechts-Woluwe. Het gaat om winkels in eigen beheer, maar ook om zuivere franchises. Vroeger nam de keten vooral bestaande winkels over, maar vandaag kiest hij voor nieuwe winkels op plaatsen waar er behoefte is aan bio. De vestiging naast de Ravensteingalerij tegenover Brussel-Centraal kan in de voetsporen treden van de druk bezochte winkel in het Zuidstation. Veel reizigers en pendelaars kopen er een kleinigheid om te eten of te drinken. De franchisenemer van de beide stationswinkels is optimistisch: “Er is vraag naar bio, want mensen gaan meer en meer gezond eten. De tijd van de malbouffe is voorbij. We gaan mee met de markt.” Het nieuwe filiaal zal niet open zijn tijdens het weekend zoals dat in Brussel-Zuid, omdat vooral gemikt wordt op pendelaars. “We hopen in een jaar tijd ons cliënteel op te bouwen met een aantrekkelijk gamma aan producten met een goede prijs-kwaliteitsverhouding.”

Eigen kweek Nieuwkomer Bio c’Bon gaat prat op een prima start in Brussel. “De Brusselaars staan open voor bio en


Donderdag 15 september 2016 I BRUZZ 1538 I 15

JOUW GEMEENTE

Jozef Devillé, bioshop Den Teepot

‘De opmars van Bio moet sneller’

alternatieve levensstijl De flyers bij de ingang maken duidelijk dat Den Teepot meer is dan louter een biowinkel.

In het snel veranderende biolandschap lijkt bioshop Den Teepot in de Kartuizersstraat een fossiel uit vroegere tijden. Eigenaar Jozef Devillé, die er al 30 jaar werkt, situeert het ontstaan van het huis van vertrouwen in het post-hippietijdperk. De zogenaamd progressieve spelling – zonder h – is geen toeval en de flyers aan de ingang van de winkel over ‘opleidingen in energiebewustzijn en transformatie’ getuigen van interesse in een alternatieve levensstijl. “We wilden anders consumeren.” Devillé (61) schudt het hoofd als ik hem een pionier van bio in Brussel noem. Hij nam, samen met zijn broer Pascal, in het midden van de jaren tachtig het restaurant over en tien jaar later de winkel. Grondlegger Mia Polet, die in 1976 de zaak opstartte, hield het toen voor bekeken en werd actief in de sociale beweging. Ideologische overwegingen speelden een grote rol in de toenmalige biobeweging. “Heel wat jonge mensen voelden zich aangesproken door de oosterse cultuur en filosofie. Dat uitte zich niet alleen in een belangstelling voor yoga en meditatie, maar ook in de keuze voor een ander, meer vegetarisch eetpatroon. Bovendien gingen ze zich afzetten tegen de grootschalige, industriële landbouw die na de oorlog ontstaan was dankzij het massale gebruik van pesticides en kunstmest.” Devillé liet de Indiase theorieën voor wat ze waren, maar was gecharmeerd door het Chinees-Japanse principe van evenwicht tussen yin en yang. Om dat in de praktijk toe te passen begon hij macrobiotisch te koken met granen, peulvruchten, zeewier en groenten.

schaarbeek. Op zaterdagochtend rond 5 uur vond een gevecht met geweerschoten plaats in de Helmetwijk in Schaarbeek. Niemand raakte gewond, alle betrokkenen zijn opgepakt. De man die de schoten afvuurde is door de onderzoeksrechter onder aanhoudingsbevel geplaatst. +++ sint-gillis. Vijf leerlingen van de gemeentelijke basisschool Peter Pan in SintGillis liepen brandwonden op na een incident met bijtend zuur. Eén van de leidingen die boven een klas loopt, scheurde plots, waardoor ontstoppingsmiddel op de armen van enkele leerlingen drupte. De leerlingen in kwestie werden met lichte verwondingen naar het ziekenhuis gebracht. De brandweer besloot de overige 500 leerlingen te evacueren. +++ JETTE. Van maandag tot zondag is de rotonde Pannenhuis in Jette omgevormd tot een halve voetgangerszone. Naar aanleiding van de Week van de Mobiliteit wordt de rotonde omgebouwd tot een plein waar tal van activiteiten zullen plaatsvinden. “We hopen hiermee

te visualiseren hoe de stad aangenamer kan worden indien we een stukje teruggeven aan voetgangers en buurtbewoners,” aldus schepen van Mobiliteit Nathalie De Swaef (Groen). +++ MOLEnbeek. 150 mensen zonder papieren reageren geschokt, omdat de gemeente

Molenbeek beslist hen uit het pand te zetten waar ze al twee jaar verblijven. Volgens de gemeente verkeert het gebouw in slechte staat. Ze voorziet geen alternatieve verblijfplaats. +++ MOLEnbeek. De Molenbeekse Myriam Sahili is verkozen tot Miss Brussel 2017. De negentienjarige Molenbeekse haalde het van Selin Yuruk (18) uit Schaarbeek en Anaïs Chaouat (19) uit Sint-Pieters-Woluwe. De winnares zal wel de preselecties moeten overleven om kans te maken op de nationale titel van Miss België 2017. +++ Brussel-stad. De Stad Brussel heeft drie nieuwe appartementsgebouwen gekocht in de Alhambrawijk. Zo wil ze de verspreiding van prostitutiebars tegengaan. De actie kadert in een breder beleidsplan om de hinder door prostitutie aan banden te leggen. +++ anderlecht. De Lucernaschool in Anderlecht is de eerste school die een “slim” verkeersbord heeft gekregen. Dat elektronisch bord zal tijdens de schooluren en tijdens naschoolse activiteiten aangeven dat er een zone 30 van kracht is voor automobilisten. Op rustige momenten staat het bord niet aan en mag er dus 50 kilometer per uur gereden worden. Tegen het einde van 2017 moeten alle Brusselse scholen die aan een gewestweg liggen over zo’n bord beschikken.+++ anderlecht. RSC Anderlecht heeft het terrein van skipiste Yeti Ski in Neerpede gekocht. “De aankoop kadert in de uitbreiding van de jeugdopleiding van de club,” klinkt het bij RSCA. Maar de grootte van het terrein en de vaagheid van de plannen doet eerder vermoeden dat de club met het terrein een plan B achter de hand wil houden indien een verhuizing naar het Eurostadion niet zou doorgaan.

Samengesteld door Mathias Declercq

ADVERTENTIE

Liever lokaal

Tom Van Bogaert

01:26

100%

brusselbazaar.be NIEUWS U

ADVERTENTIE

Nieuws

Kinderen

Ondersteuning

Fuiven

À Fonds

Inclusie

Ouders

Jeugdcentrum

Vrije tijd

Brussel

Jongeren

Brusselbazaar.be

02 563 05 79

info@brusselbazaar.be

VGC Jeugddienst

De boer op Of hij de concurrentie aankan met de bioketens, die duidelijk een commerciëlere logica volgen? “Het wordt er wellicht moeilijker op. We doen verder in ons eigen ritme en blijven kwaliteitsvol basisvoedsel aanbieden. De bioketens zetten meer in op marketing en proberen, net zoals het grootwarenhuis, de consument te verleiden om producten te kopen die hij niet nodig heeft.” Den Teepot maakt zelf deel uit van een los samenwerkingsverband van winkels, die samen reclame maken en een huismerk hebben. “Soms droom ik ervan om de winkel te verkopen en naar het platteland te verhuizen om groenten te telen in een kleinschalig permacultuurproject,” verzucht Devillé.

TVB

v.u.: Eric Verrept, leidend ambtenaar, Emile Jacqmainlaan 135, 1000 Brussel

we tellen al veel trouwe klanten,” zegt Mahaut de Lesquen, die verantwoordelijk is voor België. De Franse keten heeft in acht jaar tijd een netwerk van 100 franchisezaken opgericht en deed zijn intrede al in Italië en Spanje. Nieuwe filialen in Brussel zijn volgens de directrice “zeer waarschijnlijk, af hankelijk van de opportuniteiten”. In vergelijking met Origin’O is het aanbod uitgebreider, zodat je er je dagelijkse boodschappen kunt doen. Bovendien heeft Bio c’Bon een stedelijker profiel dan Bio-Planet. “We willen bio toegankelijk maken voor iedereen en richten ons als buurtwinkel in de stad op bioliefhebbers, nieuwe bioklanten en gezondheidsbewuste consumenten.” Op de website Yelp zijn er naast lovende commentaren ook kritische opmerkingen te lezen over de winkel: de producten zouden niet van eigen bodem zijn en de prijzen zouden de pan uitswingen. De Lesquen pareert: “Het is niet waar dat alle producten uit Frankrijk komen. We bieden heel wat lokale merken aan. En de prijzen zijn bij ons democratischer dan bij veel van onze concurrenten. We hebben zelfs prijzen opnieuw moeten verhogen omdat de producenten wilden dat we ons aan de Belgische markt aanpasten.”

Toen de broers Devillé de zaak overnamen, was er in het centrum van Brussel weinig te beleven op biologisch vlak. De natuurvoedingswinkels aan de Wolvengracht en in de Lombardstraat concentreerden zich vooral op dieetvoeding. “We wilden van in het begin basisvoeding aanbieden.” Tofu, linzen en kikkererwten waren nog niet ingeburgerd bij de gemiddelde Belgische consument. Het restaurant toonde de klanten hoe ze die konden klaarmaken. De beperkte winkelruimte noopte de uitbaters tot keuzes. Vlees kwam er niet in, andere dierlijke producten zoals zuivel en eieren wel. De tijden zijn veranderd, erkent ook Devillé. Het segment van de biokopers is sterk gegroeid en het aanbod aan producten ook. Hij juicht de vele nieuwe duurzame initiatieven toe: de opleving van de boerenmarkten en de korte keten, een verpakkingsvrije winkel en een zaak met enkel Belgische producten in Elsene of een coöperatieve winkel in Schaarbeek. “Het is een dringende noodzaak, want de onevenwichten in het landbouw- en voedingssysteem zijn groot en de impact ervan op natuur en klimaat is catastrofaal. De consument moet zo veel mogelijk lokale seizoensproducten eten. De opmars van bio zou nog sneller moeten gaan.”


16 I BRUZZ 1538 I Donderdag 15 september 2016

Stel zelf je vraag EN STEM op BRUZZ.BE

sean uit etterbeek:

Waarom heeft de Europese wijk de Etterbeekse postcode 1040 en niet gewoon die van Brussel-Stad? Even beginnen bij het begin. In Brussel hebben alle negentien gemeenten hun eigen postcode. Dat is zo sinds 1969, toen de postcodes werden ingevoerd. In 1967 was in sorteercentrum Brussel X een eerste vorm van optische postsortering mogelijk gemaakt, maar voor die geautomatiseerde lezing waren ook ondubbelzinnige adressen met postcode nodig. De Brusselse postcodes bleven ook na de gewestvorming behouden. Wie een brief stuurt naar één van de Brusselse gemeenten kan wel kiezen of hij daarop bijvoorbeeld ‘1030 Brussel’, of ‘1030 Schaarbeek’ schrijft - in beide gevallen zal de brief bezorgd worden. In principe valt het gebied waar een bepaalde postcode aan toegekend is, dus samen met het territorium van de betreffende gemeente. Een uitzondering is inderdaad Brussel-Stad, waar postcodegewijs een en ander mee aan de hand is. Brussel-Stad bestaat administratief gezien uit het centrum in de Vijfhoek, de deelgemeenten Laken, Haren en Neder-over-Heembeek, de Europese wijk - die territoriaal gezien binnen de gemeente Etterbeek ligt - en het gebied rond de Louizalaan - dat van het Louizaplein tot voorbij het Ter Kamerenbos reikt, en territoriaal gezien in Elsene ligt. Brussel-Stad heeft uiteraard postcode 1000, deelgemeente Laken kreeg de aparte postcode 1020, Haren 1130 en Neder-over-Heembeek 1120. Tot zover is alles duidelijk en vrij logisch. Maar hoe zit het dan met die twee Brusselse enclaves in Etterbeek en Elsene? Daar heeft Barbara Van Speybroeck, woordvoerder van Bpost, een woordje uitleg bij. “Als ‘eigenaar’ van de postcodes is het Bpost die de toekenning van de postnummers bepaalt.

“De postcode 1040 bleek gewoon operationeel handiger, want afgestemd op het verdeelkantoor 4” Barbara Van Speybroeck

Bpost

ADVERTENTIE

Sociale Verhuurkantoren (SVK)

LOUIZA Voor de Louizalaan gebruik je best 1050, want het zijn de postbodes van Elsene die er de brieven brengen. Soms kunnen om praktische, operationele redenen uitzonderingen worden gemaakt op de algemene regel dat postcodegebieden overeenstemmen met gemeentegrenzen. Dat is het geval voor de Europawijk en de wijk rond de Louizalaan.” De onbebouwde gronden van wat toen nog de Leopoldwijk heette, werden al kort na de Belgische onafhankelijkheid aan Brussel-Stad toegevoegd. De gemeenten Schaarbeek, Etterbeek en Sint-Joost-Ten-Node moesten toen nog wel meer grond afstaan, want ook de wijk van de Squares werd toen bij Brussel gevoegd. “Maar wat de Leopoldwijk betrof, waar de Europese wijk zich ontwikkelde, bleef het voor de post altijd interessanter om de bediening via het bestaande uitreikingskantoor Brussel 4 in de Stevinstraat te laten verlopen in plaats van vanuit Brussel 1 in het Muntcenter.” Brussel 4 verwees naar postcode 1040, en omdat voor de Europawijk het uitreikingskantoor niet wijzigde, bleef ook de postcode behouden. Hetzelfde geldt voor de Louizalaan, die werd aangelegd op een stuk grond waarvoor Elsene werd onteigend, en die dus van bij het begin van haar bestaan bij de stad Brussel hoort. “Ook deze laan en de aanpalende straten worden nog steeds bedeeld door de postbodes van Elsene, waardoor Bpost aanraadt voor dit gebied de postcode 1050 te gebruiken,” aldus Van Speybroeck. “Bij twijfel

omtrent de juiste postcode van bepaalde straten kunnen briefschrijvers trouwens altijd de adresvalidatietool op onze webstek raadplegen.” Tot slot zijn in Brussel nog een aantal organisaties en instellingen gevestigd die in het verleden een speciale postcode toegewezen kregen. Omwille van de volumes die op die plaatsen bezorgd moesten worden, of op aanvraag van de instelling zelf. Een bekend voorbeeld is dat van de openbare omroepen VRT (1043) en RTBF (1044). Maar ook de Europese instellingen die een permanente residentie kregen in de hoofdstad hebben een eigen code, zoals het Europees Parlement (1047), de Europese Raad (1048) en de Europese Commissie (1049). Hetzelfde geldt onder meer voor de Kamer (1008), de Senaat (1009), het Vlaams Parlement (1011), het Brussels Parlement (1005) en de Navo (1110). Toch is aan dit soort privileges een einde gesteld. Van Speybroeck: “Nieuwe aparte postcodes zullen niet meer worden toegekend, omdat de automatische verwerking de noodzaak eraan bijna volledig heeft weggenomen. De laatste speciale postcode die door Bpost werd aangemaakt is 0612. Maar dat was op vraag van Sinterklaas en konden we dus uiteraard niet weigeren.” Michaël Bellon VOLGENDE WEEK: Wat is het oudste gebouw/bouwwerk in Brussel?

JOUW MENING

lezersbrieven@bruzz.be

WARANDEPARK Verhuur uw woning zonder risico en zonder zorgen

a Gegarandeerde huur elke maand a

Verzekerd verhuurbeheer

a

Onderhoud van uw woning

a Hulp bij renovatie a Fiscale voordelen

www.fedsvk.be 02 412 72 44

Door de massale evenementen is het Warandepark een grote puinhoop geworden. In grote delen van het park is het gras verdwenen. Nu staan er tenten en containers, en ligt er heel veel rotzooi. Bovendien duurde de laatste grote schoonmaak, zondagavond na het Stripfestival, tot twee uur ‘s nachts. Dat was echt onverantwoord. Als omwonenden zitten we al maanden in de stank, ondervinden we geluidsoverlast en kunnen we nergens meer parkeren - sinds mei is er bijna permanent een parkeerverbod terwijl alle organisatoren een gratis pas krijgen. Ook de veiligheid is een groot probleem. Langs de Hertogsstraat en de Koningsstraat is op een klunzige manier een muur van stalen hekken gebouwd, die bij

het minste zuchtje wind omligt. Ik vrees dat er ongelukken gebeuren als zo’n hek op een voetganger, fietser of auto valt. Ook is de ingehuurde beveiliging aan de ingangen niet professioneel - meestal zie ik de bewakingsagenten in hun gsm’s kletsen. De Stad Brussel en het Hoofdstedelijk Gewest doen geen enkele moeite om de omwonenden en bedrijven te informeren. Ik denk dat ik namens heel veel Brusselaars spreek als ik zeg dat we ons Warandepark terug willen uit de greep van commerciële belangen. We hebben

de rust en het groen nodig. Bovendien moet het park nodig worden opgeknapt, en daar is kennelijk geen geld voor. Als meneer Rudi Vervoort eens uit het raam van zijn residentie aan de Hertogsstraat kijkt, dan moet hij dit toch zien? Voor de medewerkers van de groendienst heb ik grote bewondering, want ze werken ongelooflijk hard in het park. Maar ook zij staan machteloos. Tegen deze bestuurlijke onkunde is geen kruid gewassen. Henriette van Eijl, Brussel

SPELREGELS VOOR LEZERSBRIEVEN: Mail uw bijdrage naar lezersbrieven@bdw.be. Schrijven kan naar BRUZZ-Brieven van Lezers, Flageyplein 18, 1050 Elsene; faxen naar 02-226.45.69. Vergeet niet uw adres te vermelden, ook in e-mails: zonder het adres van de afzender beschouwen we een brief als anoniem, en wordt hij niet gepubliceerd. De maximumlengte van een bijdrage is 2.500 tekens, inclusief spaties. Wilt u graag een langere, meer uitgewerkte opiniebijdrage schrijven (max. 5.000 tekens)? Neem dan eerst contact met ons op voor overleg via lezersbrieven@bruzz.be. De redactie mag lezersbrieven redigeren of weigeren. Moties, manifesten of omzendbrieven worden niet (in deze rubriek) opgenomen.


ADVERTENTIE

16

SEP

25

SEP


ADVERTENTIE

ADVERTENTIE

zaterdag

24 SEP 14u -21u OSB

TUINFEEST VUB Gratis toegang deelname barbecue €20 inschrijven: info@osb.be

ACTIVITEITEN

V UB ca mp u s E t te r b ee k

KINDER ANIMATIE

L IV E M US IC


MIJN GEDACHT

Donderdag 15 SEPTEMBER 2016 I BRUZZ 1538 I 19

FORSITI’A Mensen uit alle sociale lagen maakten bij Forsiti’A een ronduit fantastische voorstelling.

© IVAN PUT

‘ Straathoekwerkers zijn de voelsprieten van de stad’ Het verhaal van de eenzame Jordy, de kansarme jongen die door ontbering dood werd aangetroffen in een tentje aan de Gentse Blaarmeersen, hield de voorbije weken het hele land in zijn greep. Daarbij werden sociale organisaties en straathoekwerkers vaak in het vizier genomen. Maar in Brussel vallen er ook heel wat positieve verhalen te rapen. Dat mocht Hans Moyson (32), overdag actief bij De Standaard en ’s avonds huisbewaarder van Gemeenschapscentrum De Markten, een jaar lang van op de eerste rij ervaren. “Zeker in Brussel nemen straathoekwerkers de polsslag van de stad. Zonder hen is er geen correcte diagnose van de problematieken.” “Als je een jaar lang in een gemeenschapscentrum in het midden van de stad woont, kom je in aanraking met de diversiteit van de stad in al haar facetten,” vertelt Moyson. Als huisbewaarder van GC De Markten gingen alle deuren – letterlijk - voor hem open. Ook die van de toiletten van het centrum, waar hij keer op keer dezelfde vrouw aantrof die de sanitaire voorzieningen als uitvalsbasis gebruikte. “Ze kwam zich wassen en ging hier naar het toilet, maar vaak waren er ook minder prettige taferelen. Ze rookte in de toiletten en gebruikte drugs. Vaak vond ik verbrande aluminiumfolie, die ze kwaad achterliet toen ik haar bij het afsluiten naar buiten begeleidde. Soms sloot ze zich op in de toiletten om er te kunnen overnachten,” herinnert Moyson zich. Toen de vrouw enkele maanden later niet meer kwam, was Moyson aanvankelijk ongerust. Tot hij van straathoekwerkers te horen kreeg dat ze de vrouw aan een opvangplaats hadden kunnen helpen. “Enkele maanden later zag ik

de vrouw in kwestie opnieuw. Ze zag er gezond uit, was voor rede vatbaar en kon een gesprek aangaan. Ze vertelde dat ze in een appartement woonde. Ze leek in geen enkel opzicht meer op de vrouw die ik elke avond vreesde dood aan te treffen.”

HANS MOYSON

© SVB

Eindredacteur bij De Standaard en huisbewaarder van Gemeenschapscentrum De Markten in het hartje van de stad.

“Brussel is het laboratorium van de wereld” Hans Moyson

Verloren schoonheid Voor Moyson is het niet het enige verhaal dat het belang van straathoekwerkers illustreert. “Ik heb hier een fantastisch persoon leren kennen. Pas later kwam ik er achter dat hij acht jaar op straat had geleefd met een alcoholverslaving. Ik vraag me af hoeveel schoonheid verloren gegaan zou zijn als hij niet van de straat was geplukt door straathoekwerkers.” Ook het sociaal-artistieke theaterproject Forsiti’A ligt Moyson nauw aan het hart. De groep bestaat uit mensen van alle sociale lagen en achtergronden en herbergt ook een aantal kwetsbare mensen. “Bijgestaan door sociale werkers en professionele muzikanten hebben zij een ronduit fantastische voorstelling op poten gezet. Wat volgde was een aantal volle zalen, een cd, aandacht in alle kranten en op tv en staande ovaties op het grote Theaterfestival in Antwerpen.” Drie verhalen en een geprivilegieerd zicht op de sociale structuur van de binnenstad hebben Moyson van het belang van straathoekwerkers overtuigd. “Zij zijn de voelsprieten van onze samenleving. Zij nemen de polsslag en de temperatuur van de stad en gaan daarmee aan de slag. Daar mag gerust wat meer appreciatie voor komen,” besluit hij. “Zeker in een stad als Brussel. Deze stad is het laboratorium van de wereld. Er schuilt zo’n enorm potentieel in de diversiteit die hier aanwezig is, maar dan moeten we er wel mee aan de slag.” Mathias Declercq


20 I BRUZZ 1538 I Donderdag 15 september 2016

VADROUILLE

M

et zijn ontspannen houding, zijn rustige, maar zelfzekere babbel en zwarte kleding heeft Gehl iets van een oude priester, en dat is hij ook een beetje voor talloze planners overal ter wereld. In Brussel behoort Pascal Smet (SP.A) tot zijn gelovigen. Als de minister van Mobiliteit en Openbare Werken ijvert voor pleinen als ontmoetingsplekken in plaats van parkings, dan haalt hij de mosterd bij Jan Gehl. Smet vernoemde zelfs een vergaderzaal op zijn kabinet naar de Deense professor. Het bijzondere aan Gehl is dat hij een hoop kennis over de mens in de architectuur en de stedenbouw heeft gebracht, mede dankzij zijn vrouw die psychologe is. Zo is hij plekken en gebouwen gaan bekijken vanuit het standpunt van de mens. “Wij zijn gemaakt om te wandelen,” vertelt Gehl. “Oude steden zijn daarrond gebouwd, maar het modernisme en de auto hebben onze schaal in de war gestuurd. Tot op vandaag blijven de architectuuropleidingen de nadruk leggen op vorm, en beschouwen velen architectuur als een kunst. Hoe artistieker een gebouw, hoe beter, denken ze, maar dat klopt helemaal niet.” In Brussel hebben we sinds een jaar een grote voetgangerszone, maar die blijft omstreden. Veel mensen vinden dat je beter kleinere straten autovrij maakt in plaats van een grote boulevard. Akkoord? JAN GEHL: De vraag is of je het doet om wat gezellige straten te maken om de plaatselijke handel te stimuleren, of binnen een bredere visie om een stad voor mensen te maken. In dat laatste geval is het zinvol om het groter aan te pakken om te tonen dat je consistent bent in je beleid. Dat je een stad vol lachende gezichten wil in plaats van een stad voor blikken dozen.

Volgens veel tegenstanders ontbreekt net die visie. Kan een goed idee tenietgedaan worden door een slechte aanpak? GEHL: Ik ken de situatie niet goed genoeg om mij uit te spreken over de zone in Brussel. Je

STEDENBOUW Voor Jan Gehl is de mens de maat van de stad

‘De auto is op weg naar de uitgang’ MECHELEN - De auto weren uit de stad om plaats te maken voor voetgangers en fietsers? Iedereen die akkoord gaat, is schatplichtig aan Jan Gehl. De atypische architect uit Kopenhagen wordt deze maand 80 en ijvert al decennia voor een stedenbouw die de mens centraal stelt. Zijn toonaangevende boek ‘Cities for people’ is nu ook beschikbaar in het Nederlands.

moet overal in de stad kijken naar hoe het is om er te wandelen. Kun je makkelijk de straat oversteken? Is het eenvoudig om de weg te vinden? Je moet stelselmatig de zwakke plekken opsporen en aanpakken tot de stad beter is. Het probleem is dat we te veel en te goeie verkeerskundigen hebben die heel hard bezig zijn met het blij maken van auto’s. Je moet net mensen blij maken, en dan vooral kinderen, ouderen en mensen met een handicap. Iedereen droomt ervan om zijn kinderen te voet naar school te kunnen sturen. Steeds meer ouderen krijgen van hun dokter de raad om meer te wandelen. Dus moeten we een omgeving creëren waar dat op een aangename manier kan. De hoofdstad van Europa zou ook de meest leefbare moeten zijn, om het goede voorbeeld te geven. Als hoofdsteden inspanningen doen, kan dat andere steden inspireren. In veel steden zien we dat autovrije centra voor een concentratie van rijken zorgen. Brussel heeft nog echte volkswijken in het centrum. Is

het risico dat we die gaan wegduwen niet erg groot? GEHL: (Met uitgestreken gezicht) Zorg ervoor dat de situatie niet verbetert. Dan zullen de rijke mensen niet komen, en zij die er nog zitten naar de voorsteden trekken. (Lacht) Als ik eerlijk ben: als Brussel met die unieke situatie zit, is het net omdat de stad het zo lang heel slecht heeft gedaan. In New York woonden nieuwkomers vroeger ook dicht bij het centrum, in de oudste en meest vervallen gebouwen. In de meeste steden is dat veranderd omdat het opnieuw populair werd om in de stad te wonen. Ik denk dat we alles zo goed moeten maken als we kunnen. Door ons marktsysteem krijg je dan inderdaad een problematische herverdeling: de rijken gaan waar de kwaliteit het hoogst is. In Kopenhagen vragen we ons ook af waar de verpleegsters en politiemannen moeten wonen. Die zijn ook nodig in de samenleving. Maar als stadsplanners kunnen we daar niets aan doen, tenzij met de bulldozer goeie dingen vernietigen.

TIMES SQUARE

Wereldwijd doen steden een beroep op de expertise van Jan Gehl, zo ook New York bij het weren van de auto van Times Square in 2009.

Het is een probleem voor politici? GEHL: Ja, via het sociaal beleid of het huisvestingsbeleid kan er iets aan gedaan worden. Huurprijzen kunnen begrensd worden, en je kan opleggen dat nieuwe projecten een percentage betaalbare woningen moeten voorzien. We moeten iets doen want het is heel ongezond om getto’s van rijken en armen te hebben. Dat zorgt voor onveiligheid en criminaliteit. Een ander risico is een overdaad aan toeristen. Vraag maar aan bewoners van succesvolle steden als Amsterdam en Barcelona. GEHL: (Cynisch) Dat hebben ze goed opgelost in Egypte door er 20 of 30 te vermoorden… Mensen reizen nu eenmaal naar leuke plekken. Als sommige plekken te populair worden, is dat een heel sterk argument om nog meer leuke plekken te maken. Venetië of Barcelona in de zomer zijn inderdaad niet erg aangenaam, ook niet voor plaatselijke bewoners. Als er daar te veel mensen zijn, is het omdat we niet genoeg goeie plekken hebben. Of te goedkope vliegtuigtickets. Als dat probleem zich voordoet, moeten we de voetgangerszone dus gewoon groter maken? GEHL: Natuurlijk. Als een snelweg overbezet is, leggen we extra baanvakken. Daar stelt niemand zich vragen bij, we doen het gewoon. Of je kan ervoor zorgen dat andere straten of plekken in de stad aantrekkelijk worden. Brussel pompt de komende jaren miljoenen in de renovatie van verschillende tunnels. Is dat een zinvolle investering? GEHL: Uit onderzoek van de Australische professor Peter Newman blijkt dat het gebruik van de auto wereldwijd heeft gepiekt in 2009. Sindsdien is het beginnen dalen. Nieuwe generaties halen later hun rijbewijs, stellen de aankoop van een auto uit. Ik voorspel dat de auto op weg is naar de uitgang. Het is geen


Donderdag 15 september 2016 I BRUZZ 1538 I 21

> Steden voor mensen Uitgeverij Vandenbroele 49,90 euro

Jan GEHL

in de straten van Mechelen, waar hij zijn boek ‘Steden voor mensen’ kwam voorstellen. “Het is makkelijker om mijn principes toe te passen in oude steden en centra, gebouwd voor de komst van de auto. Je haalt de auto weg, en klaar. Maar we passen de principes nog altijd niet toe in nieuwe buitenwijken, of snelgroeiende steden in de derde wereld.”

© SASKIA VANDERSTICHELE

slimme mobiliteitsoplossing in grote steden. Zelfs niet in middelgrote steden. Mensen zijn veel beter af met de fiets of het openbaar vervoer. Dus lijkt het mij niet slim om te investeren in tunnels. Het is beter om auto’s bovengronds te brengen. Als er dan te veel zijn, moet je maatregelen nemen. Ik heb begrepen dat jullie wetten het autogebruik nogal aanmoedigen, met veel bedrijfswagens. De regelgeving zou autogebruik net moeten ontmoedigen. Zullen elektrische en zelfrijdende auto’s de zaken niet veranderen? GEHL: Naar mijn mening niet, neen. Elektrische auto’s zullen natuurlijk minder vervuilen, maar ze moeten nog altijd hun energie van ergens halen en je hebt nog altijd grondstoffen nodig om ze te bouwen. Het is gewoon een uitvinding van de auto-industrie om nog eens 3 miljard gimmicks te verkopen. Iedereen wil grote hoeveelheden gimmicks verkopen. Hetzelfde met de smart cities. Het is een eindeloze reeks gimmicks, die het leven niet veel beter maken voor iedereen, enkel voor de mensen die gimmicks verkopen. Met zelfrijdende auto’s wordt het mogelijk om dichter bij elkaar te rijden. Dan krijg je dus 200 in plaats van 100 auto’s in een straat. Dat zal veel verkeersproblemen oplossen, nietwaar?

Wat is voor u de ultieme stad op mensenmaat? GEHL: Ik hou erg van Venetië. Je kan er zoveel leren over menselijke waardigheid. Het transportsysteem is er ook erg slim: je verandert van snelle naar trage middelen aan de rand van de stad. De laatste 300 meter leg je te voet af. Zo heb je weinig vervuiling en

“Door wandelen en fietsen te promoten maak je ook armen mobiel” Jan Gehl stedenbouwkundige

veel beweging. Het is ook goed voor de veiligheid en de sociale contacten. Mensen praten veel makkelijker met elkaar omdat er geen lawaai is en mensen elkaar voortdurend tegenkomen. Er zijn ook andere steden: Kopenhagen, waar ik indirect veel invloed heb gehad.

En ik heb veel bewondering voor Australische steden zoals Melbourne en Perth. Die zijn op 25 jaar helemaal omgegooid, waardoor ze nu steevast opduiken in de top van meest leefbare steden. Uw denken ging lang in tegen wat gangbaar was. Hebt u het gevoel dat het nu doorbreekt? GEHL: De interesse is groter, dat merk ik aan mijn boeken. Dat heeft te maken met de groeiende bekommernis rond het klimaat en onze gezondheid. Ook zien meer en meer mensen de negatieve gevolgen van de automobiliteit. Vervuiling, ongevallen… De euforie is voorbij. We kunnen niet meer ademen. We moeten iets doen. Het is wel makkelijker om mijn principes toe te passen in oude steden en centra, gebouwd voor de komst van de auto. Je haalt de auto weg, en klaar. Maar we passen de principes nog altijd niet toe in nieuwe buitenwijken, of snelgroeiende steden in de derde wereld. Daar is het nochtans het meest nodig. Het is bovendien de goedkoopste en meest efficiënte oplossing. Door wandelen en fietsen te promoten maak je ook armen mobiel en het kost een fractie in vergelijking met het bouwen van snelwegen en metro’s. Laurent Vermeersch en Kris Hendrickx

JAN GEHL 1936: geboren in Kopenhagen 1960: studeert architectuur aan de Koninklijke Deense Academie voor Schone Kunsten vanaf 1966: professor en onderzoeker aan diezelfde academie 1971: schrijft ‘Life between buildings’ 2000: richt Gehl Architects op, waarmee hij steden als New York, Moskou en Melbourne adviseert 2010: schrijft ‘Cities for people’


22 I BRUZZ 1538 I DONDERDAG 15 SEPTEMBER 2016

ENFANT TERRIBLE SERGEJ CULUMAREVIC KUNSTENAAR EN VINTAGEVERKOPER Voor mij is een uitgedoste militair in het straatbeeld heel vertrouwd”

© SASKIA VANDERSTICHELE

“Ik ben opgegroeid op de Hooikaai in het centrum van Brussel. Mijn ouders hebben er altijd een restaurant uitgebaat. Je kan zeggen dat mijn zus en ik deels op straat zijn groot geworden. Ook al was de buurt veel onveiliger dan nu, voor kinderen was het er een paradijs. Met een basketbalterrein, een groot houten fort met een glijbaan en klimpalen en oranje paddenstoelen waar je onder kon zitten. Ik denk dat ze van expo ‘58 afstamden. Mijn vader komt uit het voormalige Joegoslavië. Mijn mama is een Nederlandse. Thuis spraken we Nederlands, Frans en Servo-Kroatisch. De wijk was overwegend Franstalig terwijl het nu dé Vlaamse buurt is. Ik heb Brussel op verschillende vlakken sterk zien veranderen.” “Ook al heb ik zelf nooit in ex-Joegoslavië gewoond, mijn roots zitten wel diep in me verankerd. 25 jaar lang trokken we iedere zomer terug naar de familie. Toen in 1991 de oorlog uitbrak, organiseerden wij het eerste hulpkonvooi. De eerste Bosnische regering zat hier in het restaurant van mijn ouders te vergaderen,

mijn vader was een soort referentiepunt in Brussel. Nog altijd zijn mensen hem dankbaar en schieten ze hem te hulp.” “Misschien ligt daarin de kiem van mijn interesse voor alles wat met defensie te maken heeft. Aangezien er nog een verplichte legerdienst was, zag ik als jonge gast op straat uniformen, wapens en marcherende pelotons. Een uitgedoste militair in het straatbeeld is voor mij dus heel vertrouwd. Ook het eindwerk van mijn studie Master in de Beeldhouwkunst heb ik volledig aan dat thema gewijd. Onder de titel ‘Brusselse onafhankelijke strijdkrachten’ zette ik een fictief leger op met alles wat erbij hoort. Het was bijna visionair als ik er nu op terugblik. Mijn fascinatie ging zo ver dat ik er sterk over heb gedacht om zelf in het leger te stappen.” “Na alles wat ik thuis heb gezien, heb ik nooit de ambititie gekoesterd om zelf een horecazaak te starten. Je werk is nooit klaar. Maar ik kan niet ontkennen dat er een commerçant in mij schuilt. Mijn eerste handeltje was in ‘van

“Mensen beseffen niet welk werk ik achter de schermen doe”

de camion gevallen Levis-jeansbroeken’ die ik via via op de kop kon tikken. Ik verpatste die aan mijn hele basketbalploeg, en ontdekte snel dat cash geld belangrijk is. Zo verstopte ik als kind jarenlang mijn geld in een kussen. Maandelijks vind je mij op de Brussels Vintage Market in de Sint-Gorikshallen. In het begin had ik helemaal niet door dat je met vintage geld kon verdienen. Ik vond het gewoon leuk om op brocantes dingen op de kop te tikken.”

SERGEJ CULUMAREVIC Sergej ĆulumareviĆ is 35 jaar, is een Brusselaar pur sang met roots in ex-Joegoslavië, behaalde een Master in de Beeldhouwkunst en heeft een handel in vintagekledij.

“Die hobby is ondertussen een beetje uit de hand gelopen. Mijn atelier lijkt meer op een grot van Ali Baba dan op wat anders. Daar doe ik mijn zin, het is mijn speeltuin. Mensen denken soms ‘dat is gemakkelijk verdiend, tweedehands verkopen’. Maar ze zien het werk dat ik achter de schermen doe niet. Wassen, herstellingen, ik doe het allemaal zelf. Wanneer een klant echt tevreden is met een aankoop, geeft dat me veel voldoening. Dat wil zeggen dat ik niet zot ben geweest om iets te kopen, dat ik goed aanvoelde dat iemand anders dat ook mooi zou vinden.” “Ik moet met mijn handen kunnen werken. Daarom koos ik voor de richting beeldhouwkunst. Ik maak assemblages van verschillende objecten. Vandaag bouw ik in verschillende musea tentoonstellingen op maar morgen kan dat weer iets anders zijn. Ik ben een typische touche-à-tout. Door mijn groot netwerk dat ik hier heb opgebouwd, weet iedereen me altijd te vinden.” Hilke Andries


DONDERDAG 15 SEPTEMBER 2016 I BRUZZ 1538 I 23

NICK TRACHET BRUSSEL EN DE WERELD CULINAIR ONTDEKT Ergens begin juli werd er aan de deur gebeld. Geen controleur van water of elektra, of genootschap dat een goede boodschap komt verkondigen. Het waren Fransen. Of we soms interesse hadden in producten uit Normandië? Ik heb altijd een gevoelige snaar die trilt wanneer een boer of tuinder uit het land der Boerkozen zelf zijn waar komt verkopen. We weten allemaal dat patatten, aardbeien of tomaten waardeloos worden wanneer het eens een “goed jaar” is. Dan komt de boer zelf naar de consument, om toch nog iéts te verdienen. Ook heb je de kans rijper fruit te krijgen dan in de supermarkt. Voor de veilingen wordt fruit systematisch te vroeg geplukt. Dat is beter voor het transport en de distributie. Bij de teler zelf speelt dat minder, op voorwaarde dat die een paar bomen of planten verder laat rijpen. Ik ben door mijn studies geraakt dankzij een aardbeienverkoper uit Roosdaal die wekelijks langskwam in het blokseizoen. Wij aten dan zo veel aardbeien dat ik deze vrucht jarenlang ben blijven associëren met blokken: uren naar de Algemene Gaswet staren, het bewijs van de Stelling van Green memoriseren en ondertussen aardbeien eten.

Normandiërs

Ik ben altijd geïnteresseerd wanneer er één langskomt. Maar soms vraag je je toch af: is dit wel een boer? Of is dit gewoon een verkoper ‘in het zwart’? De leurders zien er de laatste jaren steeds meer afgeborsteld uit. De bestelwagens zijn gehuurd. Ik ontdekte in de buurt al een illegale vishandel. Niet moeilijk, ik moest enkel op de geur afgaan. De camionette ging open en dicht en een man stapte uit met een plastic zak vol vis. Binnen stond een weegschaal. Maar nergens een vermelding dat het om ambulante handel ging. Geen btw-nummer, geen adres, niets. Ik ging naar de witte bestelwagen en één ding is zeker, het waren Fransen. Ze waren gehaast, praatten snel en door elkaar en hadden het over quatre-vingt-dix-huit in plaats van nonante-huit. “Kijk, wij hebben appelen, ajuinen uit Roscoff, cider, aardappelen van Noirmoutier...” Om te beginnen: Roscoff ligt in Bretagne, niet in Normandië. Ten tweede worden die in strengen verkocht en zijn ze

een reddingsoperatie opzetten. Eerst heb ik de harde bollen uitgesorteerd, want die konden nog een tijd voort. Dan de ergste gevallen naar de composthoop verwezen, en vervolgens de beschadigde verder gepeld. Ajuinen bestaan uit rokken, zo leerde ik al op de lagere school. Eigenlijk zijn die rokken aangepaste bladeren, ooit vormden ze een rozet. Dat is gaan sluiten en heeft zwavelige componenten ontwikkeld zoals alliine, dat wordt omgezet in allicine, een antibioticum, wanneer de plant gesneden, gebeten of gekneusd wordt. Antibiotica vernietigen bacteriën, dus waarom liggen die ajuinen hier te rotten als een Brusselse kaas in de zomer? Misschien omdat moderne variëteiten van ajuin minder stinkende componenten bevatten dan de oerlook? Supermarktajuinen doen mij al jaren niet meer huilen wanneer ik ze fijn hak. Maar dat kan ook te maken hebben met het feit dat ik ondertussen heb geleerd om messen te slijpen, en scherpe messen kneuzen de ajuin minder.

“Misschien bevatten moderne variëteiten van ajuin minder stinkende componenten?” roos van kleur. Deze waren geel en in anonieme netzakken verpakt. Ze konden net zo goed uit Kruiningen komen. Nu kon ik wel een grote hoeveelheid ajuin gebruiken. Die bollen bewaren ook lang als je ze koel en droog stockeert. Ik kocht dus een zak van vijf kilogram en een paar flessen cider “om te proberen”. Hebt u ooit rotte ajuinen in uw handen gehad? Dat is niet aangenaam en je handen stinken de komende week naar ajuin. Mijn zak vol Allium cepa (van de Alliaceae, lookfamilie) begon te schrompelen in de kelder. Ik moest dus

Wat doe je nu met een paar kilo half gepelde ajuin? En liefst snel, want ze worden er niet beter op. Ajuinsoep maken, bijvoorbeeld. Ooit was dat een topper in het Brusselse uitgaansleven, maar de mode is jaren geleden voorbijgewaaid. Het is de laatste dagen ook nogal warm voor gegratineerde ajuinsoep uit de oven. Of ajuinconfituur? Mijn vader was zeer enthousiast over dit receptje dat hij begin jaren 1980 uit een damesblad knipte: laat 160 gram boter schuimen in een pan. Doe daar een kilogram in wieltjes gesneden ajuinen bij. Drie koffielepels zout toevoegen, twee koffielepels vers gemalen peper en 220 gram suiker. Dit alles laten aanstoven tot de ajuin licht gekleurd en zacht is. Doe er dan tien eetlepels azijn en twee lepels cassissiroop bij. Overgiet met een derde liter rode wijn. Laat zonder deksel inkoken tot het eruitziet als jam. In potten doen en koel bewaren. Serveren met koude paté. Oh, en die Normandiërs? Als ik ze terugzie, gaan ze van mij horen. Smakelijk.

De hele reeks nalezen? > BRUZZ.be/trachet

ADVERTENTIE

NEDERLANDSTALIG DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS IN BRUSSEL SCHRIJF JE IN VOOR 30 SEPTEMBER! Wil je graag leren tekenen, aquarellen maken, beeldhouwen of etsen? Een opleiding fotografie volgen? Of liever leren zingen, een muziekinstrument bespelen of noten lezen? Hou je van dansen of acteren? Schrijf je dan snel in aan een van de Brusselse Nederlandstalige academies voor BEELDENDE KUNSTEN of voor MUZIEK, WOORD EN DANS. Dat kan nog tot 30 september. ij je Vraag b g in in v ij r insch ook ie m e de acad ecifieke sp naar de den voor ar a w r o o v derd v e r m in . t a r ie f

*

1

20 bibliotheken. 1 lidkaart!

Je vindt het volledige aanbod en contactinfo van de academies op

www.onderwijsinbrussel.be. Liever een brochure met het aanbod? Bel naar 02 563 04 50 of kom langs bij: Vlaamse Gemeenschapscommissie, Emile Jacqmainlaan 135, 1000 Brussel.

www.brusselsebibliotheken.be


ADVERTENTIE

De Grote Brussel

QUIZ La Madeleine - Duquesnoystraat 14 - Brussel vrijdag

21.10

Inschrijven: brusselquiz.be


ADVERTENTIE

KIES NU VOOR JE NIEUWE TOEKOMST. VOOR ELKE PASSIE EEN OPLEIDING.

DONDERDAG 15 SEPTEMBER 2016 I BRUZZ 1538 I 25

Laptopia Elke week scant Michaël Bellon met zijn laptop een plek in Brussel die tot de verbeelding spreekt, en geeft hij aan wat er eventueel nog aan kan verbeteren.

FILE TER HOOGTE VAN WEMMEL dinsdag 6 september, 8.50 uur

E SCHRIJF J . NU NOG IN

www.syntrabrussel.be

ADVERTENTIE

Natuurlijk sta ik zelf niet in de file. Ik sta erboven en kijk er op neer. Op een gammele valbrug die stad en rand met elkaar moet verbinden, en daarbij af en toe vervaarlijk rammelt. Het is al wat laat op de morgen voor een echt forse ochtendfile, maar de doorstroming op de verkeersader wordt nog altijd afgeknepen door de omknelling van de ring. Ik zie de verkeersslang onder mijn ogen aangroeien en weer afnemen. Gescheiden door een schaamstrookje gras schuren binnenen buitenring tegen elkaar aan. Links op de stippellijntjes witte koplampen richting Gent, Bergen en Charleroi. Rechts rode achterlichten richting Antwerpen, Luik en Leuven. De witte lichtjes branden nog omdat de elektronica in de wagens beweert dat het buiten nog niet licht genoeg is. De rode toch vooral omdat er druk geremd wordt. Je kan de zoveelste teleurstelling van de automobilisten er zo bijdenken. Hadden ze ter hoogte van Asse eindelijk kunnen versnellen, moeten ze vijfhonderd meter verder toch weer op het andere pedaal. Gelukkig gaat remmen tegenwoordig efficiënt. Je kan rustig honderd kilometer per uur rijden tot vlak voor je stilstaande voorligger om pas dan te vertragen. Het doet de vraag rijzen of met het afnemen van de remafstand de lengte van de files niet is toegenomen. Want zoals iedereen weet, maar niemand nog kan schelen, is snel optrekken en bruusk remmen de oorzaak van menige harmonicafile. Om dat te voorkomen is blokrijden tegen een lagere maar constantere snelheid een alternatief. Maar blokrijden is een illusie die nog stamt uit een tijd waarin het gemeenschapsbelang werd verkozen boven het snelle eigenbelang. Er wordt ook nog maar weinig gebruikgemaakt van de vier pinkers om achterliggers te waarschuwen. Deze rout(in)

iers herkennen een file wel als ze er één tegenkomen. Zelfs het weven tussen rij-, pech-, invoeg- en andere stroken gebeurt veelal zonder richtingaanwijzers. Deze routiniers herkennen namelijk ook de wever als die hen de pas afsnijdt. De hogesnelheidsauto’s zijn bijna allemaal grijs, wit of zwart. Want al schuiven ze dan enthousiast aan in de koolstofpolonaise, verder valt er weinig te vieren, en al zeker geen tijdswinst. Terwijl aan de kant de wegenwacht wacht op een takelwagen voor een van die beruchte ‘defecte vrachtwagens’ passeren langzaam de andere verkeersslachtoffers van onze mobiele maatschappij: een reisbus van Jempi Reizen, een transporteur van Ierse boter, een glazenier, de Rode Duivels met hun bakken bier, de cabriolet van een weernegationist, een leeggelopen schoolbus, nog een glazenier, de vehikels van de pakjesdiensten en supermarkten, de vertrouwde vrachtwagens met ‘Logistics’ op de buik geschreven. Een hooiwagen en een camion vol varkens zorgen voor de bucolische noot, een kleine Smart voor de komische. Als die laatste door twee wegreuzen wordt gesandwicht, heeft niemand er ooit wat van gemerkt. Gelukkig passeert ook nog het leger, dat zo wel wat te laat dreigt te komen voor zijn dagelijkse antiterreuropdracht. Wanneer de poppenstoet wat hypnotisch begint te werken en ik een klein beetje hoofdpijn krijg door de combinatie van asfaltgefluister en dioxide die uit deze slotgracht oprijst, wordt het tijd om de brug terug op te halen en me achter de stadswallen terug te trekken.

“Is met het afnemen van de remafstand de lengte van de files toegenomen?” Michaël Bellon

CURSUSBROCHURE VAN DE GEMEENSCHAPSCENTRA

Zin in een nieuwe uitdaging? Schrijf je dit seizoen in voor een leuke cursus of workshop in één van de 22 Brusselse gemeenschapscentra! Ontdek het volledige aanbod in de gloednieuwe gratis cursusbrochure* of neem een kijkje op de website

www.cultuurcentrumbrussel.be

* Vanaf nu verkrijgbaar in het gemeenschapscentrum in jouw buurt en in Muntpunt.

De hele reeks nalezen? > BRUZZ.be/laptopia


26 I BRUZZ 1538 I Donderdag 15 september 2016

basketbalJonas Foerts wil bevestigen bij en met Basic-Fit Brussels

‘Ik wil een goede wissel zijn’ jonas foerts “Bij Basic-Fit Brussels voel je dat iedereen achter je staat, van de vrijwilligers tot de staf.”

© WWW.FACEBOOK.COM/BRUSSELSBASKET

NEDER-OVER-HEEMBEEK – Jonas Foerts (20) maakt rustig maar gedecideerd zijn weg bij Basic-Fit Brussels. Hij heeft nog steeds een dubbele affiliatie, waardoor hij ook bij Red Vic Wilrijk speelt, maar zijn prioriteit ligt dit seizoen bij Brussels. De talentvolle Foerts wil meer speelminuten vergaren, zodat hij de club kan helpen om het uitstekende vorige seizoen te bevestigen.

“T

oen ik klein was, had ik eigenlijk niet zoveel zin in trainingen en w e d s t r i j d e n ,” vertelt Foerts. “Mijn ouders speelden basketbal in Hoboken en ik ging al van kleins af aan mee. Op een bepaald moment heb ik zelf meegespeeld, en zo heb ik stilaan de smaak te pakken gekregen.” De talentvolle basketballer zette zijn vooruitgang rustig aan verder in regio Antwerpen. Na drie jaar Hoboken zette hij bij Red Vic Wilrijk een stapje hogerop. Nog vier jaar later zocht hij een hoger niveau bij Gembo. Daar kwam Basic-Fit Brussels hem halen. Al was dat vooral te danken aan een trainer die hem op de Beverse sportschool had opgemerkt. “Hij werkte als derde assistent-coach voor Brussels en moest in die rol talentvolle jongeren aantrekken. Aanvankelijk hapte ik niet toe omdat ik goed zat bij Gembo, maar het jaar daarop ben ik toch eens komen meetrainen met de jeugd. Aangezien ik die dag vroeger was, ging ik naar de training van de eerste ploeg kijken. Omdat er iemand ziek was, mocht ik meteen meedoen. Het was best indrukwekkend om als zeventienjarige

met mannen als Alexander Lichodzijewski en Domien Loubry te spelen.” “De training verliep goed, de coach was blij en ik had een goed gevoel bij de club. Dus besloot ik de overstap te maken. Basic-Fit Brussels is een zeer familiale en gezellige club. Je voelt dat iedereen achter je staat, van de vrijwilligers tot de staf.”

20 kilogram minder Het spelinzicht en het shot, dat zijn de voornaamste troeven van Jonas Foerts. Maar de grootste vooruitgang heeft hij de afgelopen jaren op fysiek vlak gemaakt. Toen hij in Brussel toekwam, woog hij 120 kilogram. Dat was veel te zwaar. “Daardoor zag de coach me aanvankelijk eerder als een speler om met de groep te trainen, niet voor de eerste ploeg. Maar ik heb hard gewerkt en mijn gewicht zit nu rond de honderd kilogram. Dat is een immens verschil. De coach ziet dat ik er echt mee bezig ben. Hoe fitter je bent, hoe explosiever je kan zijn en hoe beter je aanval en verdediging is. Het heeft alleen maar voordelen.” Zijn verbeterde fitheid toonde Foerts de afgelopen seizoenen zowel in Brussel als bij lager geklasseerde clubs, dankzij een dubbele affiliatie. Eerst speelde hij bij Panters Baasrode, vorig jaar bij Sint-Niklaas en komend seizoen bij Red Vic Wilrijk. Maar zijn prioriteit ligt in Brussel. “Sinds ik hier ben, krijg ik af en

toe speelminuten. Meestal op het einde van de wedstrijd. Vorig jaar is dat aantal stelselmatig toegenomen, vooral tijdens de tweede ronde. Gezien het zware programma moesten de andere spelers wat rust krijgen. Aan de wedstrijden tegen Leuven en Bergen houd ik goede herinneringen over. Ook de coach was toen positief. Dat doet deugd. Hij is een goede motivator. Hij vindt altijd een manier om ervoor te zorgen dat je je belangrijk voelt.” Dat Foerts een belangrijke speler aan het

“We zullen boeiend basketbal brengen, met heel wat agressiviteit en harde verdediging” Jonas Foerts Basic-Fit Brussels

worden is, bewijst zijn deelname aan het Europees kampioenschap U20 afgelopen zomer. Het was zijn eerste selectie ooit voor de Belgische ploeg. Het werd een mooie er-

varing, zelfs al degradeerden de Belgen door hun veertiende plek uit de A-divisie. Hij wil het Belgische truitje graag opnieuw dragen. Al zal hij zijn opties altijd goed afwegen. “Het is leuk voor je bekendheid en naam, en je wordt ook beter door met goede teamgenoten te spelen. Maar je moet zorgen dat je genoeg fysieke en mentale rust hebt. Ik voel dat ik nu iets minder fris ben.” “Mijn ambitie is om dit seizoen meer speelminuten te krijgen en daarin constanter te zijn. Als jonge gast is het belangrijk om ervoor te zorgen dat je in de aanval niet te veel fouten maakt en er in de verdediging staat, zodat de coach je kan inzetten zonder dat het een verzwakking is. Ik wil een goede wissel zijn.”

Trainerstekort Een goede Foerts zal dit seizoen nodig zijn om te bevestigen. Basic-Fit Brussels verbaasde velen door vorig seizoen de halve finales van de play-offs te halen, en dat wil de club uiteraard herhalen. “Het enige dat we kunnen doen, is hard werken op training en zien dat de ploegsfeer goed blijft. Het wordt niet gemakkelijk, omdat onze tegenstanders anders naar ons zullen kijken. Er zal meer druk zijn, maar daar kunnen we mee om.” “De spelers die erbij zijn gekomen, zijn harde werkers. Het zit goed qua attitude. Het zijn meer defensieve spelers, want de verdediging was een van onze zwakkere punten. We hebben alvast een goede flow in ons spel. We zullen basketbal brengen dat leuk is om te zien, met heel wat agressiviteit en harde verdediging. Het potentieel om ver te geraken is aanwezig.” Het trainerstekort bij Brusselse sportclubs treft vooral de jeugdploegen,” vertelt Jonas Vanhelmont, sportmedewerker bij de VGC. “Dat tekort is er altijd geweest, maar door de goede resultaten van de Rode Duivels willen meer jongeren nu beginnen met voetbal. Niet alle clubs kunnen aan die vraag voldoen.” Tim Schoonjans


Donderdag 15 september 2016 I BRUZZ 1538 I 27

SPORTagenda

ESTAFETTE

Donderdag 15 september Logis trapt af

FILIP VAN DER ELST “Rentrez dans la leJEANnde” stond er op een spandoek van de RWDMsupporters te lezen tijdens de eerste competitiewedstrijd tegen Ganshoren. De woordspeling was een knipoog naar Jean Haeck. Jean was een van de oudste supporters van RWDM en overleed vorige week. Een geweldige foto van hem met een iconische bolhoed op, in de oude tribune van het Edmond Machtensstadion, staat in het geheugen van iedere supporter gegrift. Het overlijden van een voetbalsupporter is in wezen niet anders dan het heengaan van een gewone sterveling die zijn vrije tijd niet aan een voetbalclub spendeert. Maar heel af en toe duikt er een fenomeen op dat binnen clubs wel eens clichématig als “een familiegevoel” wordt omschreven. Jongens die de man van haar noch pluim kenden, staken plots uren in het maken van een spandoek te zijner ere. Online liepen honderden rouwbetuigingen binnen. Eén RWDM-supportersclub ging zelfs een bloemenkrans afgeven op de begrafenis. Nochtans hebben die mensen niet zo heel veel gemeen. Behalve dan één ding: het bloed in hun aders kleurt rood, zwart en wit. Als supporter van een kleine club leer je heel snel de mensen rondom je kennen, omwille van de eenvoudige reden dat er nu eenmaal niet zoveel mensen te zien zijn. Een mop uit mijn kindertijd luidde: “Bij Anderlecht kennen de supporters de namen van de spelers. Bij RWDM kennen de spelers de namen van de supporters.” Als kind met een bizarre en matig onderbouwde voorliefde voor de club uit Molenbeek moest ik dan altijd eens groen lachen, maar eigenlijk slaat de mop de nagel op de kop. Het is zelfs één van de redenen waarom ik nog altijd graag naar RWDM ga en waarom een bestaan als Anderlechtsupporter niets voor mij zou zijn. Bij een kleine club, zoals ook Union, is het DNA van de vereniging beter voelbaar. De folklore blijft er wat meer hangen dan in de loges van het Constant Vanden Stockstadion. Als ik de hoofden in een voetbaltribune overloop, blijf ik doorgaans iets langer stilstaan bij de erg jonge én de oudere supporters. Bij de ene is het verhaal nog maar pas begonnen: wie weet krijgt de zesjarige die voor het eerst met papa meekomt een snertwedstrijd voorgeschoteld en zet hij nooit nog een voet in het stadion. Of misschien krijgt hij op één of andere manier wel de microbe mee, en bouwt hij eigen herinneringen op. Herinneringen, dat is net waar de bejaarde

voetbalsupporter het doorgaans mee moet doen. Ik heb Jean Haeck nooit persoonlijk gekend, maar ik kan me onmogelijk voorstellen dat hij tijdens een wedstrijd van zijn club in de kelders van het Belgische voetbal niet moest terugdenken aan de glorieuze jaren zeventig, toen RWDM een landstitel pakte. De oudere fans zijn altijd de fans met de beste verhalen. Soms vult hun fantasie de gaten in die hun geheugen heeft achtergelaten. De verhalen zijn bijna zonder uitzondering spectaculairder dan de realiteit, maar ze zijn zo mooi. Zo’n man heeft tijdens zijn hele levensloop misschien geregeld gewisseld van job, van vriendin of vrouw, of van huis. Maar nooit van voetbalstadion. De constante factor in een continu veranderend bestaan. Jean was niet zomaar een RWDMsupporter. De man is ooit voorzitter geweest van de jeugdschool van de club. Op die manier ontstond een jarenlange hechte vriendschap met het Nederlandse voetbalicoon Johan Boskamp, ex-speler van RWDM. “Ze hebben maar een keer ruzie gemaakt, en dat was toen Boskamp trainer werd van RSC Anderlecht, in die tijd onze aartsvijand. Maar dat is niet lang blijven hangen,” zei een bestuurslid van RWDM deze week in Het Nieuwsblad. Boskamp kwam ook regelmatig over de vloer in de biljartclub R.B.C., waar Jean voorzitter was. Zes jaar geleden stond er in deze krant nog een interview met hem, over een club vol biljartaficionado’s die toen meer en meer op een seniorenclub begon te lijken. “Jonge mensen zijn altijd welkom, maar we kunnen hen gewoon niet bereiken,” klonk het. Jean vertelde dat hij hoopte dat de club, die toen zijn zeventigjarig bestaan vierde, de kaap van de 100 zou kunnen ronden. Jean zelf zal het jammer genoeg niet meer meemaken. In de eerste wedstrijd van RWDM zonder Jean veegde zijn club de vloer aan met de buren uit Ganshoren: 5-1. De tribune waar Jean al die jaren zijn vaste zitje had, zat voller dan ooit tevoren en juichte uit volle borst. Het spandoek te zijner ere blonk fier toen de spelers de spionkop kwamen groeten. Als RWDM aan het einde van dit seizoen de verhoopte titel binnenhaalt, verdient Jean Haeck een speciale vermelding. Hij heeft er tijdens al die decennia wellicht meer bloed, zweet en tranen voor gelaten dan de voltallige spelerskern.

Constante factor

Journalist Filip Van der Elst kijkt bij het betreden van een voetbalstadion eerder naar de tribunes dan naar de grasmat

bike polo Achttien Europese ploegen strijden tegen elkaar in Sint-Gillis

Stevig duel op de fiets SINT-GILLIS – De bevestiging liet even op zich wachten, maar de kogel is door de kerk: het Moricharplein wordt zondag opnieuw omgevormd tot een bike polo-arena. Voor de vijfde editie van Le Grand Royal krijgt Brussels Bike Polo ploegen uit heel Europa over de vloer. Twee ploegen van drie polospelers, allen op een fiets, op een veld van veertig meter bij

twintig. Concentratie en fietsbeheersing zijn absolute vereisten, want de grond raken met de voeten is verboden. De balbeheersing met de polosticks vraagt de nodige techniek, en er moet uiteraard ook gescoord worden. Om daarin te slagen gaan de spelers soms stevig in duel. Als u nieuwsgierig bent naar de realiteit achter deze beschrijving, dan kan u komend weekend op het Louis Moricharplein terecht. Tijdens Le Grand Royal gaan achttien ploegen

uit verschillende Europese landen de strijd met elkaar aan, zowel spelers als speelsters, en dat met namen als Les Pigeons en The Flowery Twats. Soms bestaan de ploegen volledig uit Duitse spelers, soms uit drie spelers met verschillende nationaliteiten. Plezier maken, daar draait het om. Op zaterdag staan vanaf 9 uur ‘s ochtends de poulewedstrijden op het programma, tijdens de autoloze zondag worden de beslissende partijen gespeeld. Omstreeks 18 uur zullen de winnaars bekendgemaakt worden. Le Grand Royal is gratis voor toeschouwers en biedt gegarandeerd spektakel. Voor het laatste nieuws rond het evenement kunt u op de Facebookpagina van Le Grand Royal terecht. Indien u de sport zelf wil proberen, dan moet u doorklikken naar de pagina van organisator Tim Schoonjans Brussels Bike Polo.

Tafeltennisclub Logis Oudergem begint thuis aan het seizoen 2016-2017, en krijgt meteen een stevige brok voorgeschoteld. De Belgische kampioen van het afgelopen seizoen neemt het namelijk op tegen Sud Telecom Virton, de vicekampioen. De wedstrijd gaat om 20 uur van start, toeschouwers betalen vijf euro inkom. De volledige kalender vindt u op www.logis-auderghem.be.

vrijdag 16 september BAV-MEETING De Brusselse Atletiek Vereniging organiseert op de atletiekpiste van de Vrije Universiteit Brussel in Elsene zijn BAV-meeting. Geïnteresseerden kunnen er kennismaken met de Nederlandstalige club. Tussen 18.30 en 20 uur ’s avonds kan iedereen er zowel aan sprinten, verspringen, balwerpen, afstandlopen als aflossing doen. Deelname is gratis. Voor meer informatie kunt u terecht op www.brusselseav.be.

zaterdag 17 september ZOT DAY De tweede editie van deze Extreme Sport Experience zal twee dagen lang plaatsvinden in de Brusselse voetgangerszone. Op zaterdag is er de Extreme Sport Movie Night in zaal Grand Eldorado van bioscoop UGC. Films over onder meer speleologie en skaten staan op het programma. Op zondag kunt u allerhande spectaculaire sporten zoals BMX-demonstraties, initiaties extreme unicycle en parkour aan den lijve meemaken. Alle informatie over tijdstippen en dergelijke leest u op www.zotday.be.

Preselectie Battle Battle of the Year is een evenement voor breakdancers dat over heel de wereld wordt georganiseerd, van Senegal tot Taiwan. Zaterdag gaat in gemeenschapscentrum De Maalbeek tussen 10 en 18 uur een preselectie voor de grote finale door. Het wordt ongetwijfeld een indrukwekkend dansfeest waarbij de spectaculaire moves elkaar in snel tempo zullen afwisselen. Voor meer informatie kunt u op www.demaalbeek.be terecht.

zondag 18 september kidz on wheelz Tijdens autoloze zondag worden in heel Brussel allerhande activiteiten georganiseerd, zoals deze Kidz on Wheelz. Van 10 tot 18 uur kunt u terecht op het 2,5 kilometer lange traject dat van het Saincteletteplein, langs het kanaal, tot aan de Ninoofsepoort loopt. Behalve een fietsparcours zijn er onder meer een behendigheidsparcours aan metrostation Graaf van Vlaanderen en een BMX Pump Track aan de Ninoofsepoort. Deelnemen is gratis. Een volledig overzicht van de activiteiten vindt u op www.kidzonwheelz.be.

sportfeest Ook in het Jubelpark wordt zondag gesport. Van 10 tot 18 uur kan men er proeven van vijftig verschillende sporten tijdens de tiende editie van dit Sportfeest. Op het programma staan bijvoorbeeld diverse onbekende vechtsporten, maar ook gewichtheffen, duiken in een tank of muurklimmen. Ook worden er allerlei wedstrijden georganiseerd. Het volledige overzicht vind je op www.eventsport.be.

Tim Schoonjans


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.