5 minute read

Karavaan in Afrika

De bakermat van de mensheid, die adembenemende natuur, de levenslust van de bewoners, het grote contrast tussen arm en rijk … Dit continent maakt een onvergetelijke indruk. Heel wat Karavaners verloren er hun hart.

Tanzania: Anton Van Assche over reizen vroeger en nu

Advertisement

Anton: “Een reis begeleiden vroeger, zonder internet, was toch anders dan vandaag. Toen ik in 1996 mijn eerste Tanzaniareis zou gaan begeleiden, gaf ik aan de reisbegeleider die eerder vertrok vijf enveloppen mee. Die moest hij afgeven aan de lokale gidsen om daar al de afspraken in te maken voor de volgende groep, mijn groep dus. Telefoneren was een dure affaire en werd dus beperkt. Bovendien waren de mensen meestal toch niet thuis; ze waren aan het werk buitenshuis. Je begrijpt dat een reis organiseren dus meer handwerk was, maar tegelijkertijd rekende je ook echt op die lokale gidsen. Het belangrijkste was dat ze er stonden op het moment dat ze er moesten staan. Al de rest moest ter plaatse georganiseerd worden, want dat kon je toch niet op voorhand doen. Er is een nieuwe, maar ook wel toffe uitdaging. Vroeger had je als begeleider het monopolie op informatie. De deelnemers hadden wel een Lonely Planet, maar jij had de reisvoorbereiding, de verslagen van de vorige begeleiders, de contacten met lokale gidsen … Vandaag weten de deelnemers ook welk het beste restaurant in de stad is, en ze vragen zich af waarom zij in dit hotel zitten en niet in dat andere. Als reisbegeleider stond je vroeger in een ‘sterkere’ positie, maar die overvloed aan informatie vandaag is bevorderlijk voor de inspraak en het participatief traject tijdens de reis. Dat heeft dus ook een voordeel.”

- Anton Van Assche, selectiejaar 1994

Tanzania: Ruud Buyl over zijn passie voor Afrika en één brommer

Ruud: “Ze waren nog op zoek naar een reisbegeleider voor Tanzania. ‘Er is zo weinig cultuur in Afrika’, dacht ik toen. ‘Je kan er alleen beestjes zien. Is dat wel iets voor mij?’ Maar na een week bedenktijd zei ik toch ja. We reisden er naartoe in september, maar hadden vertraging met de vlucht en met de jeeps. Dus pas om 4 uur ‘s nachts kwamen we op de kampplaats aan. Ik heb de deelnemers in hun tent gestopt en ben om 6 uur weer opgestaan. Na een koffie ben ik in de ochtend gaan rondrijden. Een half uur later zag ik mijn eerste giraffen en verloor ik mijn hart. Uit mijn groepsdynamische vorming had ik onthouden dat je pas écht weet of je groep aan elkaar hangt als ze elkaar cadeautjes kunnen geven, zonder daarvoor iets terug te verwachten. Na anderhalve week in Tanzania vond ik het tijd om die theorie eens in de praktijk te testen. De derde dag van de trekking kwamen we toe in een weeshuis. Terwijl mijn groep het weeshuis bezocht samen met de tante nonnekes, regelde ik voor de laatste zeven kilometer naar huis een taxi. Dus toen de groep uit het weeshuis kwam, stond er tegen een boom een brommertaxi. “Er wacht jullie nog een onvergetelijke, mooie tocht, maar een van jullie mag nu met de brommer door de heuvels naar huis. Jullie krijgen een kwartier om te beslissen wie met de brommer gaat, maar je mag niet stemmen.” In het begin deden ze wat lacherig, en na tien minuten begon ik me te verheugen op een fantastische brommerervaring, maar dan hadden ze toch beslist, zonder te stemmen. Alhoewel sommige deelnemers er toch ook al bijna door zaten, kozen ze voor Mathias, een aimabele kerel die al een dag liep te hinken met een zere voet.”

- Ruud Buyl, geselecteerd in 2012, begeleidde 6 reizen

Benin & vredeseilanden: Anton Van Assche en een mooie definitie van duurzaam reizen

Anton: “Ik heb ook een reis begeleid samen met Vredeseilanden (nu Rikolto) naar Benin. Dat is niet zo’n toeristische bestemming, maar dat is precies een van de troeven van het land. Je komt er direct tot de essentie: de dorpen en heel intense ontmoetingen. We bezochten ook projecten van Vredeseilanden. Ik herinner me dat mensen me vroegen: ‘Is dat wel een duurzame reis?’ Ja natuurlijk, antwoordde ik. Duurzaam wil zeggen dat ze lang duurt en dat je ze lang meeneemt in je hart of in je gedachten na die reis.”

- Anton Van Assche, selectiejaar 1994

Senegal: Andreas De Kerpel over ‘teranga’ tijdens een inclusiereis

Andreas: “Senegal ademt ‘teranga’ of gastvrijheid uit en wij hebben er intens van mogen genieten. Tien dagen lang werden we op sleeptouw genomen door onze gids Tcherno. Hij leidde ons naar statige plekken, zoals het paleis van president Macky Sall en de Nationale Assemblée, maar ook naar plekken om stil van te worden, zoals Île de Gorée. Meer dan twintig miljoen Afrikanen werden tussen de vijftiende en negentiende eeuw vanuit dit eiland naar Amerika getransporteerd om er in de slavernij te belanden. Hier buig je als blanke nederig het hoofd. Na de stilte klonk telkens vrolijk gejoel, wanneer we meedansten met Senegalezen, opgingen in de drukte van immense markten, of al drijvend in het Roze Meer zout mochten proeven. Op het ritme van de djembé is onze tijd in Senegal voorbijgevlogen, maar de herinneringen blijven. Ba beneen yoon!”