19 minute read

De top vergt assimilatie’ Interview met hoogleraar Gowricharn

De top vergt assimilatie

Een nieuwe elite staat op, een elite die gekleurd is. Hoe verloopt de elitevorming binnen de verschillende migrantengemeenschappen in Nederland, de Turkse in het bijzonder? Welke wegen leiden tot de top? En volgen migranten dezelfde weg als autochtonen? Is onderwijs het ultieme antwoord? Volgens Ruben Gowricharn heeft de polarisering in Nederland de elitevorming bij de migranten bevorderd. DOOR MERCITA CoRoNEL

Advertisement

wanneer iemand een hbo- of universitaire studie heeft afgerond, behoort hij of zij niet automatisch tot de elite. Het is een misverstand dat vaak bij migranten heerst, vertelt Ruben Gowricharn, hoogleraar multiculturele samenleving aan de Universiteit van Tilburg. Hij begrijpt het misverstand wel: “Migranten halen een diploma om ‘respect’ te krijgen. Om te laten zien: ‘Kijk, ik ben geen wandelend sociaal probleem.’ We denken dat we er zijn, als we een diploma behaald hebben, maar dan begint het spel pas.” Elite is gewoon een ander woord voor leiderschap, zegt Gowricharn. “De middenklasse is de grote de kweekvijver waaruit de elite moet voortkomen.”

Ruben Gowricharn behoort tot de eerste migranten in Nederland die zich tot de wetenschappelijke elite mogen rekenen. Hij studeerde sociologie en economie, promoveerde aan de Universiteit Utrecht en bekleedde in 2002 de FORUM/Verwey-Jonker leerstoel voor multiculturele en transnationale vraagstukken.

Elke etnische groep volgt zijn eigen route naar een social niveau, aldus de hoogleraar. Het raject die gekozen wordt, is afhankelijk van de hulpbronnen en de centrale waarden

in de gemeenschap. Bij de Turkse gemeenschap bijvoorbeeld is ondernemerschap de drijvende kracht. Elitevorming levert geen eenduidig beeld op. Ze vindt namelijk plaats op verschillende niveaus; binnen de eigen gemeenschap, binnen de sector, op nationaal of internationaal niveau et cetera. Tegelijkertijd zijn het processen die bij de verschillende migrantengroepen gefragmenteerd verlopen.

Tien jaar geleden constateerde Gowricharn dat het in de ambtenarij, wetenschap en het bedrijfsleven ontbrak aan een allochtone elite. “Het zijn sectoren waar extra eisen worden gesteld. Als je hoog in de ambtenarij, wetenschap wilt komen, heb je politieke connecties nodig. Je wordt niet zomaar secretaris-generaal. Het zijn meestal politieke benoemingen.” In het algemeen geldt nog de uitspraak, zegt Gowricharn, dat allochtonen zich niet weten te handhaven in de politieke elite. Hij denkt dat ze het ambacht van de politiek nog niet genoeg in de vingers hebben.

Het bedrijfsleven is weer een ander circuit met contacten. Hier is men sterk afhankelijk van de rijken. Als arme migrant heb je geen contacten in de kringen, maar je kunt er bijvoorbeeld in door dringen door een huwelijk.”

In de wetenschap is de concurrentie volgens de hoogleraar erg groot. “Als men moet kiezen voor een witte vrouw of zwarte man als collega, dan kiest men de witte vrouw. Gewoon omdat de witte vrouwenbeweging politiek veel sterker is. Maar witte vrouwen staan ook emotioneel en cultureel veel dichter bij die witte man. Voor die witte man is het natuurlijker om een blanke vrouw te kiezen, wanneer er posities verdeeld worden .”

Er is in principe weinig verschil in social climbing tussen migranten en autochtonen, maar het beetje verschil is vaak beslissend, vertelt Gowricharn. Het gaat om prestaties, contacten en acceptatie. Maar juist die contacten en acceptatie liggen bij veel autochtonen ‘natuurlijker’ dan bij allochtonen. Autochtonen hoeven zich ook minder te bewijzen. “Een allochtone hoogleraar bijvoorbeeld wiens taal net niet vloeiend en gepolijst is zoals bij zijn collega’s heeft al een vlekje. Hij moet dus iets gaan compenseren, wil hij als volwaardig worden gezien, want constant wordt je gewogen.”

we hebben toch twee allochtone staatssecretarissen: nebahat albayrak en ahmed aboutaleb? “De Turken en Marokkanen vertonen een sterke toename in mobiliteit, mede onder invloed van het ‘islamitische gevaar’. Als men in Europa niet zo bang was geweest voor moslimterrorisme, dan weet ik niet of Aboutaleb en Albayrak zo snel naar boven zouden zijn geschoten. Ze hebben een hoge politieke marktwaarde. De gedachte is dat moslims een potentieel gevaarlijke gemeenschap vormen, omdat het een ‘broeinest is van terrorisme’. Dat gevaar moet je bedwingen door de voormannen in je eigen gemeenschap op te nemen, ze als rolmodellen te adverteren en hen bepaalde verantwoordelijkheden te geven. Je gaat dus naar deze ‘allochtone’ gemeenschappen kijken met de vraag: ‘Wie zijn daar betrouwbare bondgenoten. Wie kan ik als bestuurder gebruiken om mijn orde, mijn samenleving te beschermen, wie spreekt mijn taal?’ Als die onderliggende angst niet bestond, zouden die mensen veel

minder interessant zijn voor de blanke elite. De politieke context gaat meebepalen hoe graag men je wil hebben.”

zijn er sectoren waarin migranten wél uitblinken? “In de geneeskunde. Als je nu ziekenhuizen binnenwandelt, dan struikel je over tweede generatie specialisten. Maar je ziet ze nog niet in de top van de piramide, dat wil zeggen in het bestuur van ziekenhuizen. Dat is misschien een kwestie van tijd. Kijk naar voetbalclubs. Je ziet allochtonen actief als speler, als trainer, maar niet in de bestuurskamer van de club, de plek waar de macht ligt. Het geld wil men delen, de status ook wel, maar niet de macht, zo lijkt het. In Nederland wordt de bestuurswereld mede gekenmerkt door een regentencultuur. Het is het circuit van ons kent ons. Je moet bij de incrowd horen of er ingetrouwd zijn. Met andere woorden, je prestaties brengen je heel ver, maar als je niet tot de incrowd behoort dan kom je er niet.”

welke weg leidt verder tot de elite? “In Nederland denkt men dat er maar één weg is die naar het Paradijs van Oranje leidt, maar elke migrantengroep volgt wat de integratie betreft zijn eigen traject. Bij Turken ligt de kracht in hun ondernemerschap. De zwarte Surinamers en Indische Nederlanders hebben de huwelijksmarkt als motor. Je hebt de diplomamarkt voor Hindoestanen. Het zijn verschillende kanalen langs welke de integratie zich voltrekt en men in maatschappelijk opzicht naar een hoger niveau kan stijgen. Opvallend is bovendien dat Turken, in tegenstelling tot Surinamers, als groep integreren. In het Turkse ondernemerschap gaan bedrijven van generatie op generatie. We hebben het dan over de groeiende middenstand, maar daarbinnen heb je een groep die excelleert en die een grote omzet draait. Dat is de elite. Deze Turken hebben bedrijven in Nederland, in Duitsland en in Turkije. Ze onderhouden immers internationale contacten. Vooral de tweede generatie ontwikkelt een ander ondernemerschap: toerisme, het bankwezen, ict en zakelijke dienstverlening. Turken zijn de beste ondernemers onder de migranten. Neem bijvoorbeeld Den Haag, dat wordt de Hindoestanenstad van Nederland genoemd. Toch zie je dat Turken het daar beter doen. De Hindoestaan blijft vaak steken op het niveua van het afhaalrestaurant. De Turk maakt daar dan een gelegenheid van met glamour en allure, waardoor hij ander publiek trekt. De ambities en de stijl zijn anders. De Turk hier heeft Turkije als voorbeeld

wIe Is prof.dr. ruben gowrICHarn?

gowricharn werd in 1952 in paramaribo (Suriname) geboren. Zijn kleurrijke en veelzijdige arbeidsverleden begon hij tijdens zijn muloschool als goud- en zilversmid. later werd hij sportinstructeur en assistentbibliothecaris van de universiteit van Suriname. Op 21-jarige leeftijd kwam hij naar nederland. Hier behaalde hij in 1980 zijn doctoraal niet-westerse sociologie en in 1984 zijn doctoraal economie. in 1991 promoveerde hij tot doctor aan de rijksuniversiteit utrecht op een proefschrift over de landbouweconomische modernisering in ontwikkelingslanden. Sinds 2002 is ruben gowricharn bijzonder hoogleraar op de FOruM/Verwey-jonker leerstoel. als senior onderzoeker aan de amsterdamse School voor sociaal wetenschappelijk onderzoek van de universiteit van amsterdam heeft hij onderzoek gedaan naar onder meer de werking van het sociale zekerheidsstelsel, de arbeidsmarkt, ondernemerschap, elitevorming, sociale cohesie in cultureel plurale samenlevingen, de modernisering van etnische minderheden. in 1999 ontving hij voor zijn publicaties en deelname aan het maatschappelijke debat over de multiculturele samenleving de aSn-aDO Mediaprijs.

met zijn grote welvaart. Wat bij Turken ook meer speelt dan bijvoorbeeld bij Hindoestanen, is het element van trots. Liever een kleine baas, dan een grote knecht. Vrijheid, zelfstandigheid dat hoort per definitie bij een ondernemer, maar Turken koppelen dit ook aan trots, respect en eer. Andere randvoorwaarden voor het beklimmen van de maatschappelijke ladder, zijn ondersteuning door de familie, de aanwezigheid van rolmodellen en huiswerkbegeleiding.”

Hoe verloopt het elitevormingsproces van migranten in nederland in vergelijking met andere landen? “Als je een vergelijking trekt met de autochtone Nederlanders of de zwarte Amerikanen dan is het bij de migranten in Nederland heel snel gegaan. De ontwikkeling van onderklasse naar middenklase, getuigt van een grote veerkracht. Voor een deel zijn de autochtone Nederlanders overigens zelf verantwoordelijk voor die snelle sociale stijging. De stigmatisering van allochtonen heeft namelijk ‘averechts’ gewerkt. Ze heeft ambitie gekweekt. Ik neem altijd als voorbeeld het Marokkaanse of Turkse meisje dat op vierjarige leeftijd van het platteland naar Nederland komt en in een postindustriële samenleving belandt. Op haar negentiende werkt ze al als officemanager. Begrijp je wat voor sprong ze heeft gemaakt! Moslims horen veel negatieve dingen over zichzelf en van de weeromstuit gaan ze dat compenseren. Ze gaan laten zien dat ze studeren, goed Nederlands spreken, diploma’s halen. Ze worden bijna braver dan de Hollanders.

In de Verenigde Staten daarentegen wordt er minder gezeurd, dus bestaat er ook minder behoefte aan compenseren. Wat je overkomt, is je eigen schuld, vindt men in Amerika. De prikkel in de VS is vrijheid en eigen verantwoordelijkheid en dat werkt bij migranten.”

nederland bemoeit zich dus te veel met migranten. Is dat in tegenspraak met de veel besproken ‘vermijdingscultuur’ die in nederland zou heersen ten aanzien van migranten? “Ik heb nooit in die vermijdingscultuur geloofd. Daarvoor is men in Nederland te bemoeizuchtig. In de verzuilde maatschappij heeft die cultuur in zekere mate bestaan. Anderzijds was dat ook schijn, want protestanten en katholieken hielden elkaar goed in de gaten. Binnen deze groepen bestond er veel onderdrukking met name van vrouwen en van andersdenkenden. De macht was immers afhankelijk van de grootte van je ach-

terban. Die moest je dus in bedwang en in het gareel houden. ‘Als je je niet conformeert aan de regels en de cultuur van mijn zuil, moet je je eigen zuil maar opbouwen.’ Tegenwoordig is deze mentalitiet niet meer beperkt tot ‘zuilen’, maar heeft ze zich ontwikkeld tot een nationale reflex. ‘Opdonderen’, zoals de nationalistische politici zeggen.

Na de ontzuiling en de periode van individualisering kreeg de huidige generatie autochtone Nederlanders last van ‘zuileneczeem’. De komst van groepen migranten met een sterke collectieve identiteit riep bij de individualisten echter de herinnering wakker aan het systeem, waarvan ze dachten dat het afgeschaft was. Het is waar: de verzuilde maatschappij is ter ziele, maar in cultureel opzicht bestaat ze desondanks voort in de vorm van emoties en de reflexen.”

Hoe doet nederland het in vergelijking met andere landen? “Nederland doet het slechter dan Engeland. De Engelse democratie is veel liberaler. Engelsen zijn altijd gewend geweest aan een multiculturele situatie. Ze hadden te maken met Schotland, Wales en Ierland. Migranten zijn tot in de hoogste politieke elite te vinden, ze zijn zelfs lord. Engelsen hebben namelijk altijd veel breder gekeken, want de wereld was van hen. Engelsen zijn een elitegericht volkje. Elites uit andere culturen, een sjeik of maharadja, konden ze respecteren. De universiteiten Oxford en Cambridge zijn op die basis georganiseerd. De elite uit de hele wereld komt daar studeren. Nederland is veel te provinciaal. We stellen heel veel voorwaarden voordat we een klein beetje ruimte maken voor de ander. Die voorwaarden zijn zo beperkend, dat de meesten afhaken.

Frankrijk doet het weer minder dan Nederland, waarschijnlijk doordat het een veel nationalistischer en universalistische ideologie heeft. Iedereen is een neutrale burger en een kloon van de andere burger. Formeel telt je afkomst niet: ‘We zijn gewoon burgers van de republiek Frankrijk’. Dat is assimilatiepolitiek. Als gevolg hiervan raken grote groepen mensen buitengesloten, zie de Parijse opstanden. Zij vormen een bewijs dat opgelegde assimilatie niet werkt.”

zal de allochtoon ooit het elite-niveau van de autochtoon bereiken? “Elitevorming is nooit voltooid. De elite wisselt en rouleert, maar ik denk dat allochtonen nooit zullen kunnen opklimmen tot het niveau van autochtonen. Kijk, elite dwingt assimilatie af. In 1950 onderzocht een Amerikaanse socioloog de militaire, economische en politieke elite van zijn land en ontdekte dat het overgrote deel van die elite bestond uit blanke, protestante mannen. Vijftig jaar later verrichtten twee onderzoekers precies hetzelfde onderzoek. Wat ontdekten ze? De samenstelling van de elite was sterk veranderd: er was sprake van een sterke toename in het aantal vrouwen, zwarten, aziaten en Hispanics. Joden waren naar verhouding sterk oververtegenwoordigd. De elite bleek veel meer divers dan voorheen. De leden van deze elite waren allemaal geassimileerd aan de blanke cultuur. Die vrouwen zaten bijvoorbeeld sigaren te roken in de board of directors en kregen samen met die mannen golfles. De zwarten hadden allemaal Princeton en Cambridge gevolgd. Is dat culturele diversiteit of witwasserij?

Wanneer je over de elite spreekt, dan heb je het over economische belangen en over macht. In Nederland wordt men onrustig bij evidente culturele verschillen; dat was ook zo in de verzuilde maatschappij. Daarentegen stellen overeenkomsten de mensen gerust. Vandaar dat ze hier altijd zoeken naar het gemeenschappelijke. In een liberale democratie zou je tot de elite moeten kunnen behoren zonder dat je assimileert. Zo liberaal democratisch is Nederland dus niet.”

u behoort tot de wetenschappelijke elite. u bent dus geassimileerd? “Ik voel mij niet geassimileerd, maar ik ben het wel, onbedoeld en onbewust. Dat blijkt bijvoorbeeld uit mijn taalgebruik. Ik spreek over ‘spruitjeslucht’ en ken gezegdes. Assimilatie kun je ook aflezen aan de overeenkomsten in humor, mimiek, smaak en emoties. Ik merk pas in Suriname hoezeer ik geassimileerd ben. Het beklimmen van de maatschappelijke ladder gaat met dilemma’s gepaard. Elke groep moet voor zichzelf uitmaken of ze tot de elite wil behoren en onder welke voorwaarde: verkoop je je ziel, trouw je in? Ik heb geluk gehad, ik heb niets hoeven te verkopen. Ik heb wel een prijs moeten betalen: mijn sociale leven. Bij de een is de prijs hoger dan bij de ander. Bijvoorbeeld de verplichting om je moeder te ontvangen weegt in andere culturen zwaarder dan bijvoorbeeld in de Nederlandse. Stel dat je een artikel moet schrijven en je broer staat voor de deur en morgen moet het artikel klaar zijn. Wat doe je? Als je hem twee of drie keer de deur wijst, dan komt die broer niet meer langs en vindt hij je aanstellerig. Aan de ene kant is hij trots op je, aan de andere kant voelt hij zich gekwetst dat je hem niet naar behoren kunt ontvangen.”

opklimmende migranten kunnen niet van twee wallen eten? “Als je op de maatschappleijke ladder stijgt, leidt dat tot sterke individualisering. Daardoor raak je los van je eigen sociale milieu en vereenzaamt. Je raakt je oude vrienden kwijt, maar je Hollandse collega’s omarmen je ook niet van harte. Je bent dus nergens meer echt thuis.”

ADA ACCOUNTANCY is een groeiend en dynamisch bedrijf dat zijn expertise inzet om de fi nanciële administratie van uw bedrijf tiptop in orde te maken en zo te houden. Onze fi nanciële adviseurs bieden uw onderneming hiervoor advies op maat. Zij kunnen bijvoorbeeld de omzet en winst van uw bedrijf snel voor u berekenen en overzichtelijk presenteren. ADA ACCOUNTANCY biedt u verschillende diensten tegen concurrerende prijzen en verzorgt uw gehele administratie tegen een all-intarief, zoals:

 Bijhouden van de fi nanciële administratie (sorteren en coderen van de boekstukken, inboeken in boekhoudsysteem, controles, crediteuren, etc.)  Debiteurenbeheer  Opstellen van de jaarrekening  Exploitatie-overzicht (omzet-, kosten- en winstoverzicht)  Verzorgen aangifte omzet- en loonbelasting  Begeleiding van startende ondernemers  Verzorgen van uw salarisadministratie  Verzorgen van uw belastingaangifte  Snelle en effectieve uitvoering van notariële zaken  Bv’s oprichten  Eenmanszaken omzetten naar B.V.  Taxeren/waarde bepalen van bedrijven  Lid maken van brancheorganisaties zoals: ABU, NBBU, SVU, VRO

Ada Accountancy

T.T. Vasumweg 18 1033 SC Amsterdam Vestiging in Arnhem Broekstraat 32 6828 PZ Arnhem

Telefoon: 020-694 6600 Telefoon: 026-3895377 Fax: 020-694 1800 Fax: 026-4437152 www.ada-accountancy.nl E-mail: info@ada-accountancy.nl

Vestiging in Den Haag Hoefkade 875 2525 HC Den Haag

Telefoon: 070-4274357 Fax: 070-3638097

Column SüLEYMAN VAN DEN BROEK • Levenskunstenaar

Topje van de ijsberg

Ukent vast wel de ‘piramide van het kapitalistische systeem’. Deze bestaat uit zes niveaus. Onderaan draagt de arme onderklasse de feestvierende middenklasse. in de laag erboven bevindt zich het leger en een niveau hoger staan de geestelijken. aan de top van de piramide staat tenslotte de elite, bestaande uit het koningshuis, de kapitalist en de adel. Samen dragen zij het heilige kapitaal.

Sommigen van u hoor ik nu al zeggen dat die piramide, tezamen met Marx, allang verdwenen is, maar niets is minder waar. De mensen op de verschillende niveaus ervan zullen inmiddels wel plaats hebben gemaakt voor anderen en misschien zijn er wel één of twee lagen bijgekomen of verdwenen, maar de essentie van elk van de verschillende lagen binnen de piramide is nog altijd intact gebleven. Elke poging om hun afzonderlijke functies op te heffen is op niets uitgelopen. Zelfs in het door Marx voorspelde paradijs van arbeiders en boeren maakt(e) een getalsmatig kleine elite de dienst uit. De leden van deze elite waren allesbehalve boeren en arbeiders.

Elke samenleving creëert zijn eigen elite. Weliswaar is er een trage beweging van komen en gaan en verschuiven de accenten daarbinnen, maar een samenleving zonder elite is ondenkbaar. Het is nu eenmaal een natuurwet: elke kudde behoeft een herder, ieder bedrijf een directeur, elke politieke partij een leider en iedere samenleving een elite. in het boek “gaat de elite ons redden”, samengesteld door Krijn van Beek en Marcel Ham, zetten diverse auteurs uiteen hoe het ‘elitelandschap’ in nederland sinds de jaren zestig veranderd is en hoe de elite bezig is met een stoelendans.

Een ding maakt het boek duidelijk. De piramide vertoont barsten door de druk vanuit de onderlaag van de samenleving. De aartsconservatieve elite is in het geheel niet van plan om de deur van zijn goed bewaakte bastion op een kiertje te zetten voor nieuwe leden, en al helemaal niet voor leden van een vreemde, niet-westerse cultuur. juist door deze starre houding is er een ander soort elite ontstaan die een deel van de macht naar zich toe heeft getrokken: de media-elite. Daarin zijn wel allochtone sterren opgenomen zoals nilgün Yerli, ali B. en jörgen raymann.

Dit idee van alternatieve elitevorming lijkt goed aan te slaan bij onze allochtonen. Zij zijn dan ook bezig om hun eigen piramide te bouwen, maar tegelijkertijd blijven zij op de deur van de autochtone elite bonken. uit het eerder genoemde boek blijkt dat de ‘polderelite’ het erg moeilijk heeft met het veranderende maatschappelijke klimaat in in nederland en daarbuiten. Zij zoekt een balans tussen de duizelingwekkende gevolgen van de economische globalisering, verdere democratisering van de samenlevingen, enorme toename van communicatiemiddelen en een nieuw type individualisme dat zich niet de les laat lezen door een handjevol aristocraten. in het afgelopen decennium probeert de elite dan ook met ijzeren hand de neoconservatieve normen en waarden op te leggen aan onze multiculturele samenleving. Dit heeft alleen maar een polariserend effect gehad en vergrootte ook nog de kloof tussen allochtonen en autochtonen. De huidige individuen richten hun leven niet in volgens een religieus of ideologisch model, maar zoeken wereldwijd op het internet naar bruikbare ideeën en kopiëren deze. aansluitend bij deze trend zijn er moslimjongeren, die hoogleraar paul Cliteur in dit boek de “Kopieer-en-plak”-moslims noemt. Zij richten hun leven wel in volgens de islam, maar stellen hun eigen heilige boek samen door teksten uit de Koran of van elders te kopiëren en deze daarin te plakken. Deze jongeren onttrekken zich aan de normen en waarden van de nederlandse elite en rechtvaardigen hun intolerante houding door te spieken in hun plakboekje. Zoiets beangstigt de nederlandse elite. De overgrote meerderheid van de nieuwe nederlanders moet echter ook niets hebben van deze fanaten. Van de andere kant kunnen zij zich niet herkennen in de top van de nederlandse piramide. Toch blijven ze aan de weg timmeren. Om hun doel te bereiken leveren de nakomelingen van de gastarbeiders steeds betere managers, ondernemers, politici, intellectuelen, kunstenaars en schrijvers. Tegelijkertijd zijn allochtone bevolkingsgroepen hard bezig om een eigen elite te vormen als een soort bufferzone tussen hun eigen fanaten en de ‘poldertop’. in dit nummer lezen we hoe de Turkse nederlanders dit aanpakken. Of dit wenselijk is, is een punt van discussie, maar naar mijn mening is dit een logisch gevolg van opklimmen van gastarbeider tot prominent lid van deze samenleving. En daar is niets mis mee.

De piramide van Marx is in mijn beleving in gewijzigde vorm nog altijd intact gebleven. De nieuwe onderklasse wordt nu merendeels gevormd door migranten en allochtonen. Deze levert op haar beurt leden aan de middenklasse. De pastoor, de priester en de rabbijn schuiven een stukje op om plaats te maken voor de imam. nog altijd is de top van de ijsberg wit. Het gevaar hiervan is dat er meerkoppige elites in nederland zullen ontstaan die elkaar kunnen dwarsbomen. Dat kan nooit voor veel cohesie zorgen tussen de oude en de nieuwe nederlanders. Het is de hoogste tijd voor meer kleur aan de top.

Abdullah kutlu (24)

Nederlands recht Erasmus Universiteit

Rotterdam De opleiding maakt het mogelijk om als jurist, advocaat, officier van justitie of rechter werken.

waarom deze opleiding? “Hiervoor deed ik Sociaal juridische Dienstverlening, een hbo-opleiding. Vooral de juridische vakken vond ik interessant. Tevens heb ik stage gelopen bij een advocatenkantoor. rechten is voor mij de passend studie. Veel mensen denken dat je de wetten uit je hoofd moet kennen, dat is onzin. je moet de wetten kunnen hanteren.”

wat zijn je drijfveren? “Van jongs af aan wist ik al dat ik advocaat wilde worden, dus ik ga ervoor. Bovendien wil ik later gewoon een goed beroep hebben en mensen helpen die juridische bijstand nodig hebben. rechten is mijn ambitie en passie.”

Heb je een rolmodel? “nee. ik kijk wel naar bepaalde mensen en probeer me hun positieve karaktertrekken eigen te maken, maar ik hoef geen evenbeeld van iemand te zijn.”

Heb je meer turkse of nederlandse vrienden? “Beide. Voordat ik op de universiteit zat, ging ik voornamelijk met nederlanders om omdat ik weinig Turken tegenkwam. nu ga ik met beide groepen om. ik kijk wel wie er op mijn pad komt.”

wat wil je later bereiken? “ik wil advocaat of rechter worden. Daar ben ik nog niet helemaal uit. We zijn een keer met een studiereis naar istanbul geweest en ik had een gesprek met een professor. Hij vertelde mij dat ik ook in Turkije advocaat kan worden. ik zou dan eerst een cursus Turkse juridische taal moeten volgen en één jaar exacte vakken in Turkije moeten doen. Dat zie ik wel zitten.”

This article is from: