5 minute read

Partners in crime?

Nooit eerder duurde het langer dan vijf minuten om een lift te krijgen. Tot ik in Zapala stond, afgezet door een bergbeklimmer die op weg was naar dezelfde bestemming als ik. Na een rit van 200 km haalden we zijn vrouw op aan het busstation in Zapala. Jammer genoeg sputterde ze tegen bij het idee deze mochilera nog 253 km verder te vervoeren tot de eindbestemming, San Martin de Los Andes. Ik was via noord-Argentinië naar Patagonië gelift. Daar stond ik, begroet door de regen en de vroege schemering die te snel haar intrede deed.

Auto’s die stopten reden niet naar mijn bestemming. Het was vrijdagavond en ik moest pas op maandag paraat staan voor El Cruce, een vierdaagse loop- en trektocht door de Andes. Ik had mijn tijd ruim geschat. Na wat miezerige regenminuten, stopte een witte Toyota Hylux met twee jonge mannen: “We need to go the same way, but we want to pick up something at home first”. Vol enthousiasme stapte ik vanachter in de laadbak. We reden de Ruta 40 af tot we op een gegeven moment een zandpaadje links insloegen.

Advertisement

Mijn hart sloeg over, angst overmeesterde me. Ik realiseerde me dat de schemering zich stilaan vertaalde in duisternis, dat ik nog geen lokale simkaart had gekocht en dat ik sinds Zapala geen bereik meer had. En last but not least: wie is er nu zo stom om bij 2 onbekende jonge mannen in te stappen? Had ik alleen maar pragmatisch geluisterd en mijn kritische zesde zintuig afgezet? Ik wilde dezelfde kant op, maar niet langs een zanderig pad, de Argentijnse brousse in. Ik voelde me een naïeve gringa. We arriveerden op een gegeven moment in een bos waar drie huizen stonden. Ik zag geen enkel licht branden en geen teken van leven. Toen ik uitstapte was ik lijkbleek. De jonge mannen nodigden me uit om naar binnen te gaan. Ik aarzelde, maar stemde toch in.

Ik ging door een hal, waar de jongens me aanmaanden mijn schoenen uit te doen. Het was vrij donker in het huis. Ik werd naar de living geloodst. Een oude sjamaanachtige vrouw zat aan de haard. Ze gebaarde mijn natte kleren uit te doen en smeerde een boterham met jam. Ze vroeg argwanend waar ik vandaan kwam. Ze begon langzaam te praten over haar familiegeschiedenis, een intrigerend verhaal dat drie generaties eerder ontkiemde in Engeland. Een avonturier kocht een domein in Patagonië en bouwde het uit tot een range met duizenden koeien en schapen. Ze hadden generatie op generatie, sporadisch Engelse gewoonten als cultuur en taal doorgegeven.

De broers en ik

De broers en ik

Ik had ondertussen terug wat kleur gekregen. Ik keek naar de schemering buiten en zag paarden voorbij lopen. De vrouw zag mijn ogen glinsteren. “Wil je paardrijden?” “Ja”, antwoordde ik, “daar kijk ik al naar uit sinds ik vanuit zuid-Bolivia de grens overstak.” Ze gebaarde naar één van haar zoons: “Zadel de paarden en laat haar de boerderij zien.”

En van het ene verhaal galoppeerde ik in het ander… Ik was die vrijdagavond meegevraagd op een nevenweekend dat zou plaatsvinden aan de voet van een vulkaan, bij een idyllisch meer. Ik ging mee, aangezien ik pas de volgende maandag op mijn bestemming moest arriveren. Na een week had ik één van de broers gestuurd om terug af te spreken. De vonk was overgeslagen. Tijdens het daar op volgende half jaar zijn we blijven afspreken en heb ik een tijdje op de boerderij gewoond.

Toen ik terug thuis was, en we elkaar niet konden missen, nam hij een maand later het vliegtuig naar België. Zijn verblijfsvergunning regelden we dankzij een gastgezin in Provincie Antwerpen. Hij werd daar een jaar lang aangenomen als au pair. Naast het leren van Nederlands, zorgde hij voor de kindjes van het gastgezin en deed hij huishoudelijke taken. Aangezien hij heel goed overeenkwam met de kindjes en een goede klik had met de ouders van het gastgezin, liep de praktische kant van de zaak als gesmeerd. De bureaucratische kant was een ander paar mouwen. Er stond tot tweemaal toe een inspecteur aan de deur bij het gastgezin om te controleren of hij er wel degelijk woonde, of hij (voldoende) betaald werd, of hij genoeg te eten kreeg... om van de papiermolen nog maar te zwijgen. Dit was een erg stresserende periode. Het leek soms of we iets crimineels aan het doen waren, terwijl de interculturele uitwisseling in de familie een grote meerwaarde was en we tegelijkertijd samen aan ons geluk aan het bouwen waren. We zijn het gastgezin dan ook eeuwig dankbaar!

Tijdens dat eerste jaar, probeerden we zijn verblijfsvergunning te verlengen. Verschillende opties deden de revue. Foto’s, audio- en tekstberichten, contracten, documenten enz. dienden als bewijs voor “wettelijk samenwonen”. We moesten bewijzen dat we elkaar gedurende twee jaar minstens drie keer hadden gezien ofwel dienden we te bewijzen dat we een jaar in hetzelfde huis hadden gewoond. Ofwel moesten we trouwen. “Trouwen? Djeezus! We kenden elkaar net”.

Ondanks de digitale high way, kregen we de legal documents niet voor mekaar. Mijn lief moest terug naar Argentinië, om verschillende handtekeningen te verzamelen van ambtenaren in de hoofdstad Buenos Aires én het 1500 km verder liggende dorp Zapala. Hij zou vertrekken in augustus 2017 en terugkomen in september. Zo zou voor de deadline van oktober zijn aansluitende verblijfsvergunning rond zijn. Er zat echter een administratief addertje onder het gras. Toen ik ging dubbelchecken bij de gemeente, vertelde men dat, wanneer mijn lief het land verlaat als au pair, zijn visum als au pair vervalt. Hij moest niet alleen drie maanden buiten België blijven, maar eveneens zijn vlucht annuleren en een nieuw ticket kopen, zijn Nederlandse lessen onderbreken en zijn opleiding bij de VDAB uitstellen.

Bewijsstukken verzamelen om onze relatie te bewijzen...

Bewijsstukken verzamelen om onze relatie te bewijzen...

Toen hij na drie maanden terug wilde komen, belde hij me in paniek op vanuit de luchthaven van Buenos Aires. De stewards wilden hem niet laten boarden. Hij mocht Europa wel binnen, maar enkel als hij met een ticket kon aantonen dat hij Europa binnen de drie maanden terug buiten zou vliegen. Ik boekte in allerijl een vliegtuigticket van België naar Marokko. Dit volstond niet voor de stewards. Ze wilden niets anders aanvaarden dan een nieuw vliegtuigticket terug naar Buenos Aires. Zo gezegd zo gedaan. Ik kocht last minute een vliegticket om op 21 januari terug naar Buenos Aires te vliegen, wetende dat mijn lief dit ticket niet zou gebruiken.

Toen hij landde in Amsterdam waren we eindelijk bijna terug samen. Bijna… Op amper 500 meter van elkaar verwijderd, werd hem de toegang tot de Europese Unie ontzegd. Een douanier nam hem mee en zei dat hij te kort was weggeweest. “Say what?!” Hij stamelde in zijn beste Nederlands dat hij drie maanden en 5 dagen buiten Europa was geweest, zoals de regel voorschreef. Maar, omdat hij al een jaar aan een stuk door in Europa had verbleven, gold de regel dat hij zes maanden had moeten wegblijven.

Als voorbereiding op zijn terugkomst had ik een hele boel papieren bij elkaar gezocht met certificaten, getuigenissen, verslagen van de weg die we hebben afgelegd, allemaal met stempel van de gemeente, om het geheel wat meer leverage te geven.

Alsof mijn vriend het zwaard van Damocles voelde hangen, had hij die bundel afgedrukt en meegenomen voor hij vertrok naar Europa. De douanier in Amsterdam bestudeerde zorgvuldig onze laatste reddingspoging… “nouw jochie, je ben ni in orde, maar als je belowft om je papieren in orde te brengen, laten we je door naar je meisje.” Tegen alle verwachtingen in, gingen na 1,5 uur de poorten van Fort Europa open met deze boodschap.

Twee factoren gaven mijn inziens de doorslag voor dit groene licht. Mijn lief kon zich in het Nederlands uitdrukken. De douaniers hadden hem in het Spaans sowieso weggewuifd. Daarnaast boden de officiële papieren van het diensthoofd de douaniers een concreet verhaal. Als er een les is die ik uit dit verhaal heb getrokken is: the more papers, the more bureaucratic joy.

De Belgische bureaucratie zorgde de afgelopen twee jaar voor veel kopzorgen en stress We moesten telkens weer bewijzen dat het hier over echte liefde ging, alsof we iets crimineels aan het doen waren. Een periode waar we eigenlijk als verliefde tortelduifjes zouden moeten genieten, slorpte heel veel energie. We zochten en vonden achterpoorten, zijpoorten en toegangspoorten om te bereiken wat we wilden: samenzijn. Twee paden kruisten, ze bewandelen sinds 2016 hetzelfde pad.