17 minute read

levelling-sPecial

Gerectificeerde tegels (links) hebben scherpe voegranden (90°) en exacte tegelafmetingen, © Fliesenrabatte

poRCellAnAto - mAteRIAAl VooR De pRoDuCtIe VAn RelAtIef Dunne, mAAR wel GRote teGels

Advertisement

aangezien bijna alle grootformaattegels ofwel slabs van porcellanato zijn gemaakt, is het de moeite waard dit materiaal eens nader te bekijken. de grondstoffen voor de productie van porcellanato tegels (iso 13006) zijn klei, veldspaat en kwarts. de fijngemalen grondstoffen worden onder hoge druk in een tegelvorm geperst en gebakken bij ca. 1300°c. Het veldspaat heeft een betrekkelijk laag smeltpunt. en daardoor treedt tijdens het proces sintering (‚verglazing‘) van de grondstoffen op, wat resulteert in een sterk verdicht eindproduct met een waterabsorptie van gewoonlijk minder dan 0,1 %.

door de hoge temperatuur kan het bakproces niet tot in het kleinste detail worden gecontroleerd, wat betekent dat porcellanato tegels na het bakken niet altijd precies dezelfde vorm en afmetingen hebben. en zelfs kleine afwijkingen zijn ongewenst, omdat zij leiden tot een ongelijkmatige vorm en een wisselende voegbreedte. Zo zou het verwachte strakke rostrum van voegen verstoord raken, en ontstaat het risico dat de klant zich over de grootformaat tegels gaat beklagen.

Grootformaat, dunnelaagtegels - wat wordt daarmee bedoeld?

grootformaat tegels vereisen ook speciale aandacht bij de verwerking aangezien er een verhoogd risico op beschadiging bestaat: zowel tijdens het transport als tijdens de verwerking zelf. er is geen normatieve definitie voor grootformaattegels. in de folder “grootformaat tegels en platen” van de Zdbbranchevereniging “Fliesen und Naturstein” (FFN) wordt gesproken over grootformaat met een formaat van 60 centimeter of meer, hetgeen overeen zou moeten komen met wat de tegelindustrie en de bouwbedrijven er onder verstaan. anderzijds bestaan er tegels met een dikte van zes millimeter of minder en een afmeting van 120 x 260 cm. Met name tijdens het vervoer, de verwerking en de plaatsing van zulke immers dunnere en veel grotere porcellanato tegels moeten passende voorzorgsmaatregelen worden genomen om beschadiging te voorkomen.

Gerectificeerde tegels - exacte afmetingen en rechthoekige voegranden door op maat snijden

Na het bakken en spanningsvrij maken worden de gerectificeerde tegels met behulp van diamantzagen of waterjets onder ultrahoge druk precies op dezelfde breedte en lengte gezaagd. bovendien hebben de tegelranden een precieze hoek van 90 graden.

rectificatie betekent dat zelfs grootformaat tegels probleemloos kunnen worden gelegd met zeer fijne voegbreedtes van slechts twee millimeter en een uniform rostrum. grootformaat gepolijste porcellanato tegels in combinatie met een smal, homogeen voegpatroon zorgen voor de moderne uitstraling waar veel gebouweigenaren en architecten naar vragen.

er moet bovendien bijzondere aandacht worden besteed aan een gelijkmatige plaatsing van de gerectificeerde tegels, aangezien zelfs de kleinste oneffenheden van de scherpe randen meteen opvallen of zelfs tot verwondingen kunnen leiden.

daarom worden bij het leggen van grootformaat tegels nivelleersystemen (zie hieronder) gebruikt om oneffenheden te voorkomen.

Gekalibreerde tegels – tegels sorteren op grootte

gekalibreerde tegels hebben hetzelfde kaliber (zie kader - tegelafmetingen), ofwel dezelfde grootte. Na het bakproces worden de tegels nauwkeurig gemeten en op grond van hun afwijking van de fabrieksmaten in zogenaamde kalibers verdeeld en vervolgens gesorteerd. de tegelranden van gekalibreerde tegels zijn enigszins afgerond als gevolg van het sinterproces en zijn daarom niet zo scherp als die van gerectificeerde tegels. tegels van hetzelfde kaliber hebben dus dezelfde afmetingen (gekalibreerde tegels). om een visueel perfect resultaat te bereiken, moeten alleen tegels van hetzelfde kaliber worden gelegd.

gerectificeerde tegels hebben een “scherpere” tegelrand dan gekalibreerde tegels en hoeven niet in kalibers te worden verdeeld; alle gerectificeerde tegels worden immers op precies dezelfde maat gesneden en hebben dus een kaliber nul (zie kader hiernaast).

tegelafmetIngen

Nominale afmeting

De nominale afmeting, b.v. 60 x 60 cm, geeft de randlengte aan van de tegelformaten waaronder de tegels worden verkocht. De nominale afmeting wordt met name door bouwers en architecten gebruikt ter oriëntatie in de ontwerp- en planningsfase.

Werkelijke afmeting

Werkelijke afmetingen (lengte, breedte, dikte) van een tegel.

Werkafmeting (W) en de voegbreedte (V) resulteren in de coördinatieafmeting (K), © Felixberger

Fabrieksafmeting (W)

De fabrieksafmeting is de door de fabrikant beoogde produktiemaat en wordt gespecificeerd in millimeters, b.v. 597 x 597 mm. De werkelijke afmeting, d.w.z. de werkelijke grootte van de tegel, moet overeenkomen met de fabrieksafmeting binnen een vastgestelde tolerantie (kaliber).

Kaliber

De afwijking van de werkelijke afmeting ten opzichte van de fabrieksafmeting van de tegel wordt uitgedrukt door het zogenaamde kaliber. Kaliber 0 geeft tegels aan die precies de fabrieksafmeting hebben, kalibers 1 tot en met 3 worden steeds groter en kalibers 9 tot en met 5 worden steeds kleiner dan de fabrieksafmeting. het verschil tussen kaliber 5 en kaliber 3 van een tegel kan tot één centimeter bedragen, afhankelijk van de tegelgrootte (nominale afmeting).

Coördinatenmaat (K)

De coördinatenmaat bestaat uit de fabrieksmaat (W) en de voegbreedte (F). Bijvoorbeeld, de coördinerende afmeting voor een tegel met een fabrieksafmeting van 597 x 597 mm en een voegbreedte van 3 mm is 600 x 600 mm. De coördinerende maat wordt door de architect en de tegelzetter gebruikt om de tegelbekleding te verdelen.

AuTEuR Prof. Dr. Josef Felixberger, technisch directeur van de PCI-groep, kan terugblikken op tientallen jaren ervaring op het gebied van bouwchemie. Hij is de auteur van talrijke publicaties over bouwfysica en het leerboek “Chemie voor beginners”. Daarnaast is hij bestuurslid van de branchevereniging “Deutsche Bauchemie” en universitair docent voor de opleiding van jonge academici op het gebied van civiele techniek. Met name het overbruggen van theorie en praktijk ligt hem na aan het hart.

teGellIjmen en het leGGen/stellen zonDeR holtes

bij grootformaat tegels moet er zeer zorgvuldig op worden toegezien dat zij vrijwel zonder holle ruimtes worden gelegd/gesteld. er bestaat geen normatieve numerieke waarde die hiervoor in acht moet worden genomen, maar in de praktijk is in vakkringen een hechtingsgraad van ten minste 80 % van de achterkant van de tegel ingeburgerd geraakt.

Hoe kan zo’n hoge graad van hechting worden bereikt met grootformaattegels, vooral omdat grootformaattegels niet in zijn geheel in de lijm kunnen worden gedrukt maar alleen kunnen worden aaNgedrukt?

in de praktijk is gebleken dat de buttering-floatinglegmethode de beste resultaten oplevert. aangezien herhaaldelijk vragen rijzen over deze methode, zullen de basiskenmerken ervan kort worden toegelicht. de gecombineerde methode combineert (nomen est omen) de butteringmethode met de floatingmethode (diN 18157 - deel 1). Zo wordt bij het leggen van grootformaat tegels de legmortel enerzijds met een geschikte getande spaan op de rugzijde van de te leggen tegel gekamd (buttering-methode) en anderzijds op de te leggen ondergrond (floating-methode). om onnodige luchtinsluiting bij het leggen van de grootformaattegels te voorkomen, zo is uit laboratoriumproeven gebleken, werkt het parallel aan de korte zijde aanbrengen van de lijmrillen op de tegel en de ondergrond beter: zo kan de tijdens het plaatsen aanvankelijk opgesloten lucht de kortste weg naar de vrijheid vinden… Nog betere resultaten worden bereikt als de kamvertandingen verschillend worden gekozen voor tegel en substraat, zodat de banen elkaar niet overlappen. de kleinere vertanding wordt daarbij gebruikt op de achterkant van de tegel (buttering). de keuze van de vertanding hangt af van de aard van de ondergrond, de structuur van de rugzijde van de tegel en de grootte van de tegel. de keuze valt onder de verantwoordelijkheid van de tegelzetter. als uitgangspunt voor de plaatsing van grootformaat tegels kan een kam met een rechthoekige vertanding van 12 mm voor de rugzijde van de tegel en een gebogen middenbedkam voor de ondergrond (floating) worden gebruikt.

Flexibele tegellijmen van klasse c2e s1, zoals pci Flexmörtel s1 Flott (zie afbeelding linksboven), zijn geschikt voor dit werk. vooral de verlengde open tijd (e) ondersteunt het gebruik van nivelleersystemen. er is dus geen risico wat betreft huidvorming of overschrijding van de verwerkingstijd van deze tegellijm.

Een flexibele C2E S1 tegellijm, bestemd voor de verwerking van grootformaat tegels, © PCI Augsburg GmbH

Druksysteem: boog met plaat ofwel de clip (links), aanbrengen van klemwiggen ofwel keggen (boven), © Raimondi

eGAlIsAtIesystemen mAken VlAkke keRAmIsChe BekleDInGen moGelIjk

de trend richting grootformaat en gerectificeerde porcellanato tegels stelt hoge eisen aan de tegelzetter. de door de klant verwachte elegantie en de geschiktheid van de bekleding voor dagelijks gebruik vereisen dat de tegels vlak en zonder overstekken worden gelegd, met behoud van een exact voegraster met constante voegbreedten.

oneffenheden in de vloer zelf en verschillend aangebrachte hoeveelheden legmortel kunnen gemakkelijk leiden tot een ongelijkmatige tegelvloer. om ervoor te zorgen dat de tegelhoogte over het gehele oppervlak gelijkmatig en vlak is, hebben nivelleersystemen hun waarde tijdens de installatie ruim bewezen. plus: egalisatiesystemen dragen ook als afstandhouders bij aan een homogeen voegpatroon.

egalisatiesystemen - marktoverzicht

in principe wordt een onderscheid gemaakt tussen druk- en spanningssystemen. Uiteindelijk zorgen de systemen ervoor dat de tegels gelijkmatig liggen en de voegbreedtes uniform zijn.

Druksystemen - de hogerliggende tegel in het lijmbed drukken

Het druksysteem bestaat uit clips met een boogvorm (zie linkerafbeelding hierboven) met vooraf bepaalde breekpunten, gemonteerd op een kunststofplaat, die tijdens het leggen tussen de tegels worden aangebracht (zie rechterafbeelding hierboven). Na het leggen wordt een plastic keg tussen de hogere tegel en de boog geplaatst en met een speciale spantang op de vereiste spanning gebracht. bij het druksysteem wordt de bovenste tegel in het mortelbed gedrukt tot hij op hetzelfde niveau ligt als de onderste tegel (zie afbeelding rechts). druksystemen zijn bijzonder geschikt voor grootformaattegels.

tractiesystemen - optillen van de onderste tegel

Het tractiesysteem bestaat eveneens uit een plaat, maar daarop is dan een nok in de vorm van een pen met schroefdraad en een vooraf bepaald breekpunt bevestigd. ook deze clip wordt met zijn grondplaat onder de tegels geplaatst, zodat alleen de draadstift tussen de tegels uitsteekt (zie afbeelding op de volgende pagina, rechtsboven). op deze draadstift wordt een ‚spindop‘ geplaatst, die afhankelijk van de uitvoering van het treksysteem met een tang of met een boormachine wordt gespannen. in het treksysteem trekt de spindop de onderste tegel op de aangrenzende hogere tegel. Het treksysteem is bij voorkeur geschikt voor kleine tegelformaten.

Egaliseren van tegels met een tractiesysteem, © Raimondi

Het onderscheid tussen druk- en spanningssystemen lijkt de auteur willekeurig. immers, volgens de 3e wet van Newton werken krachten altijd wederzijds (actio est reactio). overgebracht op nivelleersystemen met keggen betekent dit dat de kracht die door de keg op de hoger gelegen tegel wordt uitgeoefend, in dezelfde grootte maar in tegengestelde richting via de boognok wordt overgebracht op de grondplaat van de clip (zie hieronder). Zo wordt de bovenste tegel door de wig in de legmortel gedrukt en wordt de onderste liggende tegel met dezelfde kracht via de kunststofplaat opgetild. tenslotte bewegen de tegels naar elkaar toe totdat ze op dezelfde hoogte komen te liggen.

toepassing van nivelleersystemen voor tegels

• Het leggen van de tegels volgens de buttering-floatingmethode, zonder dat de tegellijm in de voegruimte wordt gedrukt • inbrengen van de clips tussen de tegels op een afstand van gemiddeld ca. 5 cm van de tegelhoeken, afhankelijk van de afmeting van de tegel en het type ondergrond • de clip meteen op de gewenste plaats aanbrengen, dus niet door een schuivende beweging naar de gewenste plaats toe brengen. dit laatste kan namelijk tot holtes onder de tegels leiden. • Het plaatsen van de spinclip (treksysteem) op de draadstift of het plaatsen van een keg in de boogopening van de clip (druksysteem) • Zorgvuldig spannen van de doppen of wiggen met een systeemconforme spantanghouder, zodat de tegels vlak komen te liggen. • Wacht tot de tegellijm is uitgehard: twee dagen • Zijdelings afkloppen van de nokken samen met wig/deksel op het vooraf bepaalde breekpunt van de grondplaat met een rubberen hamer nadat de tegellijm is uitgehard. Wiggen en doppen kunnen worden hergebruikt, lipjes en grondplaatjes gaan verloren. • Het plaatdeel van de clip blijft onder de tegel, maar er zijn al nieuwe systemen in ontwikkeling die in zijn geheel verwijderd kunnen worden (zie foto op pagina 29; dit betreffende systeem is voor kleinere wandtegels ontwikkeld. Maar het ontwikkelen van een dergelijk systeem voor grootformaten is absoluut een aanrader, red.).

Wat kunnen nivelleersystemen doen?

Moet de ondergrond worden geëgaliseerd voordat egalisatiesystemen worden gebruikt?

Hoe dik moet het lijmbed zijn?

Welk soort lijm moet worden gebruikt?

Aan welke nivelleersystemen moet de voorkeur worden gegeven?

Welke krachten treden op bij het gebruik van nivelleersystemen?

Kunnen kromgetrokken tegels worden geëgaliseerd met een egalisatiesysteem.

Drukt het gebruik van nivelleersystemen tegellijm in de voegruimte?

Binnen welk tijdsbestek mogen nivelleersystemen worden geactiveerd/opgespannen?

Hoe ziet het lijmbed eruit bij correct/incorrect gebruik van nivelleersystemen?

Kunnen trilsystemen worden gebruikt nadat een nivelleersysteem is geactiveerd?

Wanneer mag een geëgaliseerde ondergrond ten vroegste betreden worden?

Met nivelleersystemen kan het niveau van verticaal verschoven tegels met maximaal twee millimeter worden aangepast en op dezelfde hoogte worden gehouden, zodat een vlak keramisch oppervlak ontstaat. Egalisatiesystemen zijn niet geschikt voor het egaliseren van oneffen vloeren of kromgetrokken tegels.

De ondergrond moet zodanig worden geprepareerd dat het plaatsen van grootformaat tegels mogelijk is. Dit kan de eisen van DIN 18202 “Toleranties in de bouw” voor grote tegelformaten overschrijden. Egalisatiesystemen zijn niet bedoeld en geschikt voor het egaliseren van ondervloeren.

Het lijmbed moet zo dik zijn dat de tegels voldoende diep worden ingebed, zodat een niveauverandering van de tegels van ± 2 mm mogelijk is zonder dat de tegels bij het optillen uit het lijmbed worden getild of bij het indrukken de ondergrond raken. Om een voldoende dikke lijmlaag op te bouwen, moet de gecombineerde methode (butteringfloating methode) worden gebruikt. De onderplaat van de clip van het nivelleersysteem moet volledig in de mortel worden ingebed om holtes tot een minimum te beperken.

Er moeten flexibele, met kunststof gemodificeerde lijmen worden gebruikt. Porcellanato heeft immers vrijwel geen poriën en dus ook geen vochtopname, zodat een lijmkverbinding via polymeerafdichtingen (zuignap-effect) van doorslaggevend belang is. Lijmen die te snel uitharden worden niet aanbevolen. Vooral op warmere dagen is voldoende opentijd nodig voor het toepassen van het nivelleersysteem - dus voordat de lijm uithardt. Indien het nivelleersysteem te laat wordt opgespannen, zal onherstelbare schade ontstaan aan de reeds uitgeharde lijmverbinding.

Levelingsystemen die de bovenste tegel door middel van wiggen in het mortelbed duwen en treksystemen die het omhoog trekken van de onderste tegel bevorderen, zijn even geschikt.

Uit laboratoriumproeven blijkt dat voor het indrukken van tegels in een lijmbed (of het verwijderen van een tegel uit het lijmbed) waar een kunstofverrijkte lijm is gebruikt, een kracht van 0,015 N/mm² nodig is. Dit betekent dat indien een tegelhoek van de afmeting 20 x 20 cm² met een nivelleersysteem wordt geëgaliseerd, een kracht van ca. 600 N (60 kg) moet worden uitgeoefend.

De kracht om een tegel te buigen wordt berekend als: F: buigkracht, N ß: Buigsterkte, N/mm² ßDSC ≈60 N/mm² b: paneelbreedte, mm d: paneeldikte, mm l: paneellengte, mm Voor een FSZ paneel van 60 x 60 cm met een dikte van 8 mm, resulteert dit in een kracht van: Voor een DSC-paneel van 120 x 60 cm met een dikte van 3 mm, resulteert dit in een kracht van: Zoals uit de berekeningen blijkt, kunnen met name zeer dunne platen (< 5 mm) met nivelleersystemen worden geëgaliseerd. Voor normale DSC-platen zouden veel te hoge krachten nodig zijn, vooral omdat de noodzakelijke tegenkracht (reactio) ook niet in het lijmbed aanwezig is.

F= 2 ∙β∙b∙d) 3∙l

F=

)∙,-∙,--∙./ 0∙,--F= =22560N∙β∙b∙ . d) 3∙l

F=

)∙,-∙,--∙./ .∙0)-=180N.

Dit kan gebeuren, en in dat geval moet de mortel worden verwijderd terwijl hij nog in plastische toestand is.

De hoogtecompensatie moet binnen de verwerkingstijd van de tegellijm worden geactiveerd, omdat anders de uithardende legmortel en daarmee de lijm-tegelverbinding onherstelbaar kan worden verstoord.

Als egalisatiesystemen correct worden gebruikt, zijn er na het opbreken van de tegels geen of nauwelijks uitgesproken lijmruggen zichtbaar, omdat er geen holle ruimten zijn. Als panelen uit het lijmbed worden getrokken als gevolg van te intensief nivelleren, zijn in de hoek meestal duidelijke lijmribbels zichtbaar.

Nee, liever niet, aangezien het spannen van de nivelleerwiggen betekent dat het gehele plaatoppervlak onder spanning staat. Bij gebruik van trilmachines kan het risico bestaan dat de bekleding uit het lijmbed wordt getrild. Naar de mening van de auteur is het zinvol om voor grote platen trilmachines te gebruiken alvorens het nivelleersysteem in werking te stellen, teneinde holtes/lucht onder de tegels tegen te gaan . Om bindende uitspraken te kunnen doen, zouden laboratorium- en veldproeven moeten worden uitgevoerd.

In geen geval mag de bekleding te vroeg worden betreden. De tijd is afhankelijk van de klimatologische omstandigheden ter plaatse, de gebruikte lijm, enz. De aanbeveling is twee dagen na de overdracht.

Welke tegels zijn geschikt voor het gebruik van nivelleersystemen?

Wat is de maximaal toegestane hoogteverschil van tegels bij gebruik van nivelleersystemen?

Tegels van porcellanato van elk formaat, maar vooral van groot formaat. Bijzonder goede resultaten worden bereikt met gekalibreerde of, nog beter, gerectificeerde tegels.

Nivelleersystemen mogen worden gebruikt om hoogteafwijkingen van maximaal 2 mm te nivelleren. Voorwaarde is dat het lijmbed voldoende dik is, zodat de tegel goed inbedding heeft en de hoogte nivellering van de tegel vrijwel zwevend in het speciebed kan plaatsvinden.

Welke legpatronen zijn voordelig? Het is voordelig om de tegels in kruisverband te leggen. Alleen als alle tegels volledig vlak zijn (check!) kunnen ze in verband worden gelegd?

De meest voorkomende fouten bij het gebruik van nivelleersystemen voor tegels?

• Onvoldoende egalisatie van de ondergrond • Lijmbeddikte te gering • Buttering-floating niet toegepast • Teveel schuiven met de clips tussen de tegels • Te grote hoogtecorrectie van de tegels • De lijm in de voegruimte drukken en deze vervolgens niet, voorafgaand aan het voegen, verwijderen. • Te vroeg op de pas gelegde tegels lopen

Waar moet extra aandacht aan besteed worden?

Tegels met een krasgevoelig oppervlak kunnen worden bekrast door spindoppen en vergelijkbaar. Er zijn speciale systemen die de draaibeweging van de trekkap ontkoppelen van het tegeloppervlak met behulp van een kunststof ring, ter voorkoming van krassen.

kRItIsCh oVeRzICht en DIsCussIe

tijdsbesteding

tegelzetters die nog nooit met nivelleersystemen hebben gewerkt, verwachten meestal dat de nieuwe werkwijze arbeidsintensiever zal zijn. Maar de ervaring leert dat in de meeste gevallen zelfs tijdwinst wordt geboekt. enerzijds verloopt het aanbrengen van de tegels gemakkelijker en sneller, aangezien men zich niet al te veel zorgen hoeft te maken over de gelijkmatige inbedding van de tegels, en anderzijds is het niet meer nodig om tijdrovende correcties van overstekken uit te voeren met het bijbehorende hinderlijke optillen van de tegels, het aanbrengen van extra lijm en het opnieuw stellen van de tegel.

holtes

bij grootformaattegels moet erop worden gelet dat zij met zo min mogelijk holtes/lucht onder de tegels, en dus met een maximale hechting worden gelegd. door het gebruik van nivelleersystemen bestaat het risico dat juist holtes onder de tegels ‚veroorzaakt‘ worden. om dit te voorkomen zijn in de onderstaande tabel antwoorden/stellingen op vragen geformuleerd, die bedoeld zijn om in vakkringen een discussie op gang te brengen om een best practice, of, nog beter, een erkende regel van techniek af te dwingen.

Best pRACtICe

alleen de bijzonderheden van het nivelleringssysteem werden hier behandeld. de in ieder geval volgens diN 18157 (of onze Url 35-101, red.) vereiste randvoorwaarden, zoals bijvoorbeeld conditie/voorbereiding van de ondergrond of grootformaat-specifieke werkmethoden (transport, opslag, montage, ...) worden als bekend verondersteld, dan wel kunnen in handleidingen, aanbevelingen en overige literatuur worden gevonden. • egaliseer de ondergrond met egalisatiemiddel voor het leggen van grootformaat tegels • controleer de tegels op kromming, gebruik alleen vlakke, gekalibreerde of gerectificeerde tegels • breng een vervormbare flexibele mortel (c2e s1) aan volgens de buttering-floating methode • gebruik een grote vertanding, zodat er voldoende lijmbeddikte is om te nivelleren, en om de clips goed in te bedden • de lijmrillen van de tegel en lijmrillen van de ondergrond lopen idealiter parallel aan de korte zijde van de tegel • plaats de tegel en duw de platen van de nivelleersystemen meteen op de gewenste plaats in het lijmbed. dus Niet, zoals met kleinere tegels gebruikelijk is, door ze met een schuivende beweging aan te brengen! • terwijl de lijm nog inwerkt, draait of trekt u het nivelleersysteem voorzichtig vast/aan. • ga bij nivellering uit van een hoogteverschil van niet meer dan twee millimeter. • Het betegelde oppervlak mag pas na twee dagen worden betreden, anders bestaat het gevaar dat de lijmverbinding onherroepelijk wordt beschadigd. • klop nivelleersystemen in de richting van de voeg af met een liefst wit-rubberen hamer.

Nivelleersystemen doen hun werk goed als je je bewust bent van hun beperkingen. de essentiële voorwaarden voor een succesvol gebruik zijn een vlakke ondergrond, voldoende inbedding (buttering-floating methode) van de tegels en gevoel voor verhoudingen en ervaring bij het toepassen van de levellingsystemen. de egalisatie moet worden uitgevoerd tijdens de verwerkingstijd van de legmortel en mag niet meer dan twee millimeter bedragen om de lijmverbinding tussen de lijm en de rugzijde van de tegels niet blijvend te verstoren. ■

Duurzaam! Miniaturisatie van de trekstang tot een smal metalen T-stuk (Foto: Hengda Tile Levellers) maakt het mogelijk het systeem volledig te verwijderen via de voegruimte en opnieuw te gebruiken.

This article is from: