Raphael Buedts

Page 60

80

bij middel van intimistische handelingen, vertrekkende vanuit de bewegingen van het lichaam en de natuur. Heyvaerts grillige takken lopen door naar Meubels voor een vogel met hun poëtische instrumentele duiding. Over de experimenten met assemblages van wilgentak­ ken schrijft Lieve Laporte : ‘Deze prothese [Zonder titel, 1976] probeert het ontwerp van de natuur te verbeteren en tegelijkertijd te assimileren. (…) Deze “supertak” bevat de sleutel tot het vocabularium van René Heyvaert, en kan worden geïnterpreteerd als metafoor van de opsplitsing van leven en gestileerd leven, van emoties en taal, van werkelijkheid en voorstelling. Enerzijds is er de vorm van de tak met al haar sub­ tiliteiten, en anderzijds de voorstelling van de tak in een stilering waarin eigenschappen tot het essentiële herleid zijn.’ 5 Het werk van Buedts en Heyvaert bezit een contemplatieve dimensie. Het ingetogen en fragiele karakter van hun werk laat hen toe de wortels van het bestaan in onbehouwen fragmenten zichtbaar te maken. Bernd Lohaus is een verwante ziel en spitsbroeder. ‘Ik hou van hout. Het rustieke aspect is inherent, net zoals mijn Duits-zijn en mijn enigszins romantische aanleg. Hout bezit een bepaalde warmte en bij het

Wim Van Mulders

bewerken ervan bezeer ik me bijna nooit. De anderen krijgen splinters in de vingers, ik niet ’, aldus Lohaus.6 Dit toont een organische, harmonische en quasi mystieke verhouding tussen kunstenaar en materiaal. Lohaus’ monumentale werk met balken is gericht op een ruimte die opengevouwen en aangeboden wordt. De aan de bodem en ruimte gerelateerde sculptuur structureert de omgeving. De zwaarte en massa intro­ duceren associaties met psychische druk en fysieke last. Totem Buedts laat de ruimte binnendringen in de tektonische geaardheid van het resultaat. Hij graaft in hout terwijl Lohaus de ruimte orkestreert. De buitenwereld is er voor Buedts om zijn beeld als totem bestaansrecht 5. Nico Dockx, Lieve Laporte, Jan Mast, red., René Heyvaert, Ludion, Gent, 2006, p. 182. Daniel Vander Gucht schrijft in ‘Iedereen op scène ’, catalogus Un-Scene, Wiels, Brussel, 2008, p. 91 : ‘Het label hedendaagse kunst is zelf het resultaat van een bijzonder competitief systeem van selectie, uitsluiting en classificatie van de betrokkenen en van kunstwerken die aanspraak maken op de benaming “hedendaagse kunst ”.’ Buedts identificeert zich met René Heyvaert in de negatie en afstoting van hun werk door het ‘artistieke veld’ in een bepaalde periode. 6. Bernd Lohaus, MuHKA, Antwerpen, 1996, p. 73.

Twee tekeningen met meubels voor een vogel [Two drawings for Furniture for a Bird], 1985 Houtskool op papier / Charcoal on paper, 42,5 x 32 cm Privécollectie / Private collection

Ladder, 2006 Eik, krijt / Oak, chalk, 152 cm (h) Privécollectie / Private collection


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.