De praktijk van het regionale beleid:
Het regionaal beleid wordt gefinancierd vanuit
de periode 2007–2013
de structuurfondsen die moeten bijdragen aan
De hierboven geschetste aanpassingen aan het
de verdere sociaal-economische ontwikke-
regionale beleid vanaf het begin van deze eeuw
ling van Europese regio’s. De structuurfondsen
zijn uiteraard van invloed geweest op de aard,
bestaan uit het Europees Sociaal Fonds dat pro-
aanpak en allocatie van middelen binnen de
gramma’s ondersteunt die werkgelegenheid en
gehonoreerde programma’s voor de afgelopen
onderwijs stimuleren en armoede bestrijden, het
periode 2007–2013. In totaal is er in deze peri-
Cohesiefonds dat speciaal is ingericht voor de
ode ongeveer 347 miljard euro4 – meer dan een
vijftien landen die economisch minder productief
derde van de totale EU-begroting – besteed aan
zijn binnen de EU, en ten slotte het Europees
het regionale beleid. In het publieke en politieke
Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). De
debat worden de impact en relatieve omvang van de Europese subsidies soms overschat. Natuurlijk, 347 miljard is een aanzienlijk bedrag, maar wanneer we ons beseffen dat dat uiteindelijk moet worden verdeeld over 28 lidstaten, dan ontstaat een veel genuanceerder beeld. Indien de ontvangen Europese subsidies (dus niet alleen voor het regionale beleid) van de lidstaten worden uitgedrukt in een percentage van het Bruto Nationaal Product (BNP) dan blijkt dat de invloed van Europese subsidies op de nationale economie beperkt is. Zelfs voor kleine economieën die veel steun ontvangen zoals Griekenland is dit percentage lager dan twee procent5. Dit laat overigens onverlet dat ook deze middelen – belastinggeld van de Europese burgers – effectief en zorgvuldig moeten worden besteed. 4
20
http://europa.eu/pol/reg/index_nl.htm.