Centrum Voor Nascholing

Page 1

P ro g r a m m a g i d s

2014 | 2015 Opleidingen, trainingen en maatwerk voor docenten en managers

“ E r i s e e n le re n d e c u l t u u r o n t s t a a n �


Nascholing MBO 2014 / 15 Inhoud pagina Voorwoord

1

Welkom bij het Centrum voor Nascholing

2

Uit de praktijk: klanten aan het woord

4

1. Opleidingen: van startbekwaam tot master

6

Instructeur in het onderwijs

8

Pedagogisch Didactisch Getuigschrift

9

Post-HBO leergangen

10

Masteropleidingen

12

2. Didactiek en pedagogiek

14

3. Begeleiden van deelnemers

18

4. Beoordelen en assessments

20

5. Ontwerpen

24

6. Praktijkonderzoek

26

7. ICT en sociale media

28

8. Personeelsontwikkeling, coaching en supervisie 30

leren in verbinding

Opleiders/adviseurs

32

Totaaloverzicht opleidingen en maatwerk

33

Colofon

33

‘Verder met onderwijs’ Onderwijs brengt verder. Daarvan bent u overtuigd, want dat brengt u elke dag in de praktijk. En daarvan zijn wij overtuigd, als Centrum voor Nascholing (CNA), want ook wij werken daar elke dag aan. En we boeken resultaat, samen met u. Wij bieden een kleurrijk palet aan professionaliseringsmogelijkheden aan docenten en leidinggevenden, in alle sectoren van het onderwijs en in het bijzonder in het mbo. In deze gids stellen we onze mogelijkheden aan u voor, van de PDG-opleiding voor startende docenten tot leergangen en masteropleidingen voor ervaren docenten en leidinggevenden. Ons aanbod sluit aan bij actuele inzichten uit het onderzoek van de Hogeschool van Amsterdam en de Universiteit van Amsterdam. Heeft u al een uitgesproken idee over een bepaalde opleiding die u wilt volgen? Of wilt u zich eerst oriënteren op wat er zoal mogelijk is om u verder te bekwamen of een nieuwe weg in te slaan in uw loopbaan? U krijgt een voorproefje in deze brochure, maar bezoekt u vooral ook onze website www.centrumvoornascholing.nl Wij staan voor u klaar om uw vragen en wensen te bespreken. We geven niet alleen individueel advies, maar praten ook graag met uw team of uw directie om de nascholingsactiviteiten nauw te laten aansluiten bij het personeels- en professionaliseringsbeleid van uw ROC of vakcollege. Want persoonlijke ontwikkeling en organisatieontwikkeling gaan bij CNA hand in hand. Namens al onze trainers, opleiders en adviseurs wens ik u veel succes met het kiezen van een leerzaam traject! drs. Liduine Bremer Algemeen directeur CNA


primair onderwijs - maart 2011 -

Welkom bij het Centrum voor Nascholing Nascholing MBO - 2014 / 2015

Het Centrum voor Nascholing (CNA) is een zelfstandig instituut van de Universiteit van Amsterdam en de Hogeschool van Amsterdam. Al bijna 20 jaar verzorgen we opleidingen, trainingen en advies voor alle sectoren van het onderwijs. Onze zeventig medewerkers, aangevuld met zorgvuldig geselecteerde freelancers en gastdocenten, dragen bij aan de professionalisering van leraren, leidinggevenden, directies, besturen en onderwijsondersteunend personeel.

Duurzame onderwijsontwikkeling In een ROC of vakschool gaat het niet alleen om het leren van deelnemers, maar ook om het leren van docenten en leidinggevenden. De kwaliteit van het onderwijs valt of staat bij de continue professionalisering van docenten en management. CNA wil graag een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van onderwijsinstellingen tot lerende organisaties. We zijn ervan overtuigd dat het leren van docenten en leidinggevenden vooral op de ROC’s zelf moet plaatsvinden, zodat het leren van individuele docenten, van teams en van de gehele onderwijsgemeenschap samen tot een krachtige ontwikkeling leidt. Dat is wat wij verstaan onder duurzame onderwijsontwikkeling.

we altijd met u op zoek naar de vragen die echt belangrijk zijn. Opleiding en advisering moeten bijdragen aan individuele wensen en aan de schoolontwikkeling. Een goede verkenning van de vraag verhoogt de opbrengst van de opleiding of het adviestraject.

Maatwerk en advies

Onze klanten

CNA werkt zowel proces- als resultaatgericht, vanuit een directe betrokkenheid bij de vragen van de school. Uitgangspunt is altijd de eigen onderwijspraktijk en de eigen visie op verandering.

Onderzoeksmatig werken

1. Met u in gesprek

CNA heeft een brede klantenkring binnen en buiten Amsterdam. Voor een aantal grote ROC’s in de Randstad zijn we ‘hofleverancier’ van de didactische scholing voor docenten en instructeurs, post-HBO leergangen voor LC-docenten en masteropleidingen voor LD-docenten en managers.

Eén van de onderscheidende kenmerken van het aanbod van CNA is het stimuleren van een onderzoeksmatige houding bij u als cursist. De vaardigheden die daarbij horen maken deel uit van de opleidingen en trainingen. U kunt met uw onderzoeksvaardigheden een belangrijke bijdrage leveren aan de verdere ontwikkeling van het onderwijs of het leiderschap bij uw ROC of vakschool. Het verzamelen en interpreteren van data zijn belangrijke vaardigheden voor de kwaliteitszorg.

U hebt een leervraag. In het team is bijvoorbeeld besloten dat er meer expertise nodig is om competentiegericht te kunnen beoordelen. Wij komen graag bij u langs voor een persoonlijk gesprek, om een beter beeld te krijgen van uw precieze leervraag.

Kwaliteit

Praktijkgericht en maatwerk Een belangrijk uitgangspunt bij de scholingsactiviteiten van CNA is dat uw praktijk centraal staat bij de trainingen en opleidingen. Duaal leren betekent niet af en toe een opdracht in de eigen onderwijspraktijk, maar het continu inbrengen van die praktijk in de opleiding. Zowel bij de intakes van de opleidingen als bij aanvragen voor maatwerk en advies gaan

Leercirkel voor Professionele Leerteams 2

Deltion College Graafschap College Horizon College Hout- en meubileringscollege Mediacollege Nova College Regio College ROC Aventus ROC Flevoland ROC Kop van Noord-Holland ROC Leiden ROC Midden-Nederland ROC Mondriaan ROC Tilburg ROC TOP ROC Twente ROC van Amsterdam TIO hogeschool Wellantcollege

2. Ons voorstel In onze offerte doen wij u een concreet trainingsvoorstel. Daarin wordt meteen duidelijk welke investering het van de school vraagt.

De kwaliteit van CNA hangt samen met de deskundigheid van de opleiders, trainers en adviseurs en met de unieke samenwerking met de Universiteit van Amsterdam en Hogeschool van Amsterdam. Onze trainers en adviseurs werken in opleidingen en onderzoek samen met docenten en onderzoekers van deze instellingen. Daarmee is gegarandeerd dat de nieuwste onderwijskundige inzichten doorklinken in trainingen en opleidingen. CNA betrekt cursisten en opdrachtgevers intensief bij het borgen van de kwaliteit van het aanbod. Daarnaast zijn er ook externe instanties die de kwaliteit periodiek meten. CNA heeft het CEDEO keurmerk voor klanttevredenheid bij zowel de opleidingen als bij het maatwerk. Een aantal opleidingen is door CPION geregistreerd als post-hbo registeropleiding en onze masteropleidingen zijn geaccrediteerd door de NVAO. Onze opleidingen en trainingen zijn gevalideerd door Registerleraar.nl.

3. Een voortraject op maat

Internationalisering

5. Evaluatie en nazorg

CNA vindt het belangrijk om kennis te delen, ook over de landsgrenzen heen. Zo maken we met onze masterstudenten internationale studiereizen naar landen als Finland, Schotland en Canada om te leren van elkaars onderwijs. Ook investeert CNA in duurzame onderwijsontwikkeling in ontwikkelingslanden. Zo heeft CNA in samenwerking met Edukans Werelddocenten een train-de-trainersprogramma opgezet in Malawi. Twee keer per jaar gaan CNA-trainers naar Malawi om lerarenopleiders te trainen, bijvoorbeeld op het gebied van activerende didactiek.

Na afloop van de training komt het erop aan: brengen de deelnemers het geleerde ook in de praktijk? Om dit proces te begeleiden, bieden we u verschillende vormen van nazorg. Te denken valt aan individuele coaching, projectmanagement bij de implementatie, een terugkomdag of een effectmeting.

Om het effect van de training te vergroten, brengen we samen met u in kaart hoe uw huidige situatie is, en waar u precies naartoe wilt. In sommige gevallen spelen er nog andere zaken die eerst opgelost moeten worden, voordat we aan de slag kunnen.

4. Trainen en begeleiden De trainingen zijn altijd praktijkgericht: deelnemers reflecteren op de dagelijkse werkpraktijk en krijgen inzicht en vaardigheden om in de praktijk mee aan de slag te gaan. De trainers en adviseurs zijn erop gericht het lerend vermogen van de deelnemers te vergroten. Reflectie en een onderzoeksmatige houding zijn daarbij onmisbaar. De werkvormen zijn interactief en soms maken we gebruik van rollenspellen.

3


Uit de praktijk: klanten aan het woord Nascholing MBO - 2014 / 2015

ROCvA en CNA: partners in professionalisering

Manager en docent samen aan de slag via gecombineerd masterprogramma voegde docenten en ondersteuning van curriculumontwikkelingen van onze eigen opleidingen, als we daar behoefte aan hebben.”

Het ROC van Amsterdam (ROCvA) werkt al jaren samen met CNA aan professionalisering van docenten. “Dat is een dynamisch samenspel”, stelt beleidsmedewerker Nelleke Valk. “We trekken echt als partners op.” Over hoe deze samenwerking begon. En een blik in de toekomst.

Toekomst “Ik verwacht dat er in de toekomst nog meer aandacht komt voor de kwaliteit van docenten. En terecht, want de docent maakt het verschil. Was vroeger een papiertje halen voldoende, nu is veel meer de vraag: wat betekent dat certificaat dan? Wij zien dat terug in de cursus die we o.a. met CNA doorontwikkelen voor zij-instromers. Daar zit in toenemende mate meer diepgang in. Zo hebben we samen met CNA de toelatingseisen aangescherpt en doen wij meer aan begeleiding op de werkvloer. Ook zorgen we er samen voor dat er voortdurend afstemming met de praktijk is: sluit wat we in de professionaliseringstrajecten aanbieden aan bij wat het MBO vraagt? We zoeken graag de samenwerking op. Maar we blijven ook kritisch ten aanzien van de kwaliteit daarvan, door reflectie op - en evaluatie van de trainer en de trajecten.”

Verleden “Rond 2001 heeft ROCvA het eerste professionaliseringstraject met CNA ingezet. Doel was om zij-instromers een goede basis mee te geven om bij onze organisatie als bevoegd docent aan de slag gaan. Daarvoor hebben we incompany met CNA een pedagogisch-didactisch getuigschrift ontwikkeld. Het is een optelsom van de behoeften die wij als organisatie hebben en de kwaliteitseisen die CNA stelt.” Heden “Inmiddels doet CNA verschillende professionaliseringstrajecten met ons. Behalve het pedagogisch-didactisch getuigschrift voor onbevoegde docenten verzorgt CNA een training voor assessoren, voor coaches in het onderwijs en voor werkbegeleiders, de instructeursopleiding en de opleiding voor onderwijsassistent. De rode draad is maatwerk. Daar is CNA erg goed in. Ook ten aanzien van de kwaliteitsborging hebben we samen stappen gezet. In het verleden werd het eindassessment afgenomen door de begeleidende trainer van CNA en de begeleidende coach van het ROC. Sinds een paar jaar laten we dat doen door een collega-docent/trainer en een veldassessor die de cursist allebei niet kennen. Hierdoor is de beoordeling objectiever dan voorheen. Immers: in de ogen van een begeleidende docent kan iemand die een enorme ontwikkeling heeft doorgemaakt glansrijk geslaagd zijn, maar dat wil nog niet zeggen dat die persoon ook aan alle eindtermen voldoet. Door deze nieuwe manier van toetsen borgen we de kwaliteit van het eindniveau.” Daarnaast denkt CNA actief mee met de organisatieontwikkelingen en komt met oplossingen waar wij iets aan hebben. Zo wilden we onlangs een groep docenten uit de volwasseneneducatie versneld geschikt maken voor ons beroepsonderwijs via een overstapcursus. Dat heeft geresulteerd in een maatwerktraject dat CNA voor ons ontwikkeld en uitgevoerd heeft. Ook kunnen we een beroep doen op de kennis van CNA bij de professionele ontwikkeling van be-

Karin Hol, opleidingsmanager bij het Deltion College in Zwolle, en docent Frank Schaafsma volgen samen een gecombineerd masterprogramma. Doel: op strategisch en operationeel niveau samenwerken aan onderwijsvernieuwing. “Door met elkaars bril naar dezelfde context te kijken kunnen we betere oplossingen bedenken.” Veel onderwijsmanagers en docenten komen na een afgeronde (master)opleiding vol ideeën en ambities terug op ‘de basis’. Maar dan volgt de teleurstelling: de ‘omgeving’ is niet meegegroeid. Docenten stuiten op onwil bij het management en managers krijgen hun docententeam niet mee. Het Centrum voor Nascholing Amsterdam (CNA) heeft daar, samen met de Academie voor Onderwijsleiderschap, iets op bedacht: een gecombineerd masterprogramma voor zowel leidinggevenden en docenten van dezelfde MBOonderwijsinstelling, bestaande uit de master Integraal Leiderschap voor leidinggevenden en de master Professioneel Meesterschap voor docenten. “Dat levert een belangrijke perspectiefwisseling op”, stelt André Koffeman, opleider en adviseur bij CNA. “In managementteams denk je vaak na op strategisch of conceptueel niveau. Als docent zit je vaak veel meer op operationeel niveau. Het mooie van deze master is dat deelnemers en-en doen.” Gedeelde diagnose Karin Hol en Frank Schaafsma zijn enthousiast over de combimaster. Karin Hol: “Als manager sta ik toch wat verder af van de dagelijkse praktijk in de klas. Frank maakt me daar bewust van, waardoor ik betere afwegingen maak.” En Schaafsma: “Ik ervaar dat ik meer inzicht krijg in zaken, nu ik ze vanuit verschillende perspectieven bekijk. Op deze manier maak ik een stap die verder gaat dan mijn klas. Ik ga veel meer kijken naar het belang van de hele school.” Om die perspectiefuitwisseling te stimuleren doen zowel de manager als de docent tijdens de combimaster interventieonderzoek. Dat begint met een analyse, bijvoorbeeld over voortijdig schoolverlaten (VSV). De deelnemers lezen zich in, en vervolgens gaan ze naar de praktijk kijken. Hoe verhoudt mijn context zich tot de literatuur? Dat levert een gedeelde diagnose op. Vervolgens ontwikkelen ze samen een oplossing voor het probleem, voeren die elk in hun eigen praktijk uit, en meten of de interventie effect heeft gehad.” Zo zijn Hol en Schaafsma met het onderwerp gedeeld leiderschap aan de gang gegaan. Hol: “Daarbij ging het om

4

5

vragen als: hoe kunnen we masterstudenten meer inzetten in het team? Mijn perspectief is dan: ‘Hoe kan ik straks optimaal van deze student profiteren?’ Frank benadert dat veel meer vanuit de vraag: ‘Hoe kan een afgestudeerde master van waarde zijn voor het team?’ Meer gewicht Ook operationeel levert de gezamenlijke scholing winst op. Zo weten Hol en Schaafsma elkaar regelmatig strategisch te versterken zodat zij zaken in de organisatie sneller voor elkaar krijgen. Hol: “Frank kan mij helpen om het draagvlak voor mijn ideeën te vergroten.” Schaafsma: “Als ik enthousiast ben voor een idee en ik zoek daarvoor steun bij mijn team, dan kan de inbreng van Karin het voorstel meer gewicht geven. Het maakt meer kans om het tot beleid te maken, waardoor het ook sneller geïmplementeerd kan worden. Het gaat er om voorstellen goed te onderbouwen. Door samen een master te volgen zitten we veelal op een lijn.”


1. O pleidingen: van startbekwaam tot master Nascholing MBO - 2014 / 2015

Doorgaande leerlijn opleidingen voor mbo-docenten en leidinggevenden Van startbekwaam tot masterniveau Deze opleidingen worden zowel met open inschrijving als incompany verzorgd.

LD-niveau

LC-niveau > LB-niveau >

Instructeur in het onderwijs Eenjarige opleiding voor instructeurs Studiebelasting: 300 uur, waarvan 14 opleidingsdagen

CNA biedt opleidingen voor zowel xxxxxxx startende als ervaren docenten, van startbekwaam tot masterniveau. Hiermee komt CNA tegemoet aan de wens van ROC’s en Vakscholen om docenten op een gedifferentieerde manier op te leiden en te ondersteunen. Dit maakt een HRM-beleid mogelijk waarin de instellingen hun docenten belonen op basis van onderscheiden verantwoordelijkheden. CNA wil met zijn aanbod aansluiten op de verschillende leerwensen en leerbehoeften van onderwijsgevenden in elke fase van de lerende professional.

Instroomeis: havo-diploma of MBO-diploma niveau 4 en aanstelling van tenminste 0,4 fte Certificaat: Verklaring van bekwaamheid als instructeur in het (v)mbo

Pedagogisch Didactisch Getuigschrift (PDG) Eenjarige opleiding voor mbo-docenten (zij-instromers) Studiebelasting: 1680 uur Instroomeis: HBO-diploma (of aantoonbaar HBOniveau) en aanstelling van tenminste 0,4 fte Certificaat: Pedagogisch Didactisch Getuigschrift

Post-HBO opleiding Brede Bekwaamheid Beroepsonderwijs Tweejarige opleiding voor ervaren docenten bestaande uit vier thematische leergangen Studiebelasting: 348 uur (6 tot 8 dagdelen per leergang) Instroomeis: HBO-diploma en aanstelling als LBof LC-docent Certificaat: Post-HBO registerdiploma

zie pag. 9 zie pag. 8

NB: Keuze uit 8 leergangen; de leergangen zijn ook als losse modules te volgen. zie pag. 10

6

7

Master Professioneel Meesterschap Tweejarige master voor docenten Studiebelasting: 1680 uur (20 uur per week) Instroomeis: HBO- of WO-diploma en aanstelling als LCdocent; aantoonbaar onderzoekende, ondernemende en inspirerende kwaliteiten

Master Integraal Leiderschap Tweejarige master voor managers Studiebelasting: 1680 uur (20 uur per week) Instroomeis:HBOof WO-diploma en aantoonbaar leidinggevende functie en managementervaring Getuigschrift: Master in Educational Leadership zie pag. 12

Getuigschrift: Master of Education zie pag. 12


Instructeur in het onderwijs

Pedagogisch Didactisch Getuigschrift Opleidingsschema

Nascholing MBO - 2014 / 2015

Instructeurs zijn onmisbare ondersteuners in het mbo. Veel instructeurs komen uit de beroepspraktijk en hebben nog geen passende opleiding voor het onderwijs genoten. In de Instructeursopleiding leren zij de pedagogisch-didactische kneepjes van het vak en verkrijgen zij een startbekwaamheid als instructeur in het onderwijs. De opleiding is duaal. Dat betekent dat de deelnemers al werkzaam zijn op een ROC of vakcollege en daarnaast de opleiding volgen. In de opleiding komen drie centrale thema’s aan bod:

Suzanne Slegers is als instructeur werkzaam bij de kappersopleiding van een aantal ROC’s. Zij verzorgt er praktijklessen en begeleidt deelnemers naar het examen toe. “In de Instructeursopleiding heb ik geleerd het leef- en leerklimaat in de klas te verbeteren en structuur aan te brengen in mijn lessen. Het belangrijkste wat ik heb opgestoken is reflecteren op mijn handelen: hoe ga ik om met de deelnemers, hoe kan ik dingen beter uitleggen, hoe kom ik over op leerlingen? Wat ik nu anders doe is dat ik mijn lessen beter opbouw in fasen en mijn leerlingen meer structuur kan bieden. Ook kan ik beter coachend lesgeven, zodat de deelnemers zelf oplossingen bedenken voor problemen in de praktijk. In de opleiding hebben we geleerd hoe je activerend kunt lesgeven, bijvoorbeeld door beter aan te sluiten bij de voorkennis van deelnemers. Het assessment aan het einde van de opleiding was best spannend. Gelukkig waren de leerlingen enthousiast over de les die ik gaf over haarkleuring met chemische stoffen. De assessoren waren erg te spreken over mijn assessment en vroegen aan het eind geïnteresseerd naar het resultaat. Tot slot vond ik het een meerwaarde dat de cursusgroep gevarieerd was; ik heb veel geleerd van de andere deelnemers.”

didactiek en vaardigheidsonderwijs; begeleiding en coachen van deelnemers; werken in een organisatie. Het eerste deel van de opleiding is gericht is op de competentieontwikkeling van de instructeur. In deze periode bouwt de instructeur het portfolio op dat begeleid wordt door de opleider en coach van de eigen ROC/Vakschool. Het tweede deel staat in het teken van het beoordelen van competenties. De beoordeling vindt plaats in een kwalificerend assessment. Hierbij worden twee verschillende vormen van assessment gehanteerd. Voor het performance assessment moet de school van de cursist een veldassessor aanleveren. De opleiding wordt zowel met open inschrijving als incompany aangeboden. Data: 13 bijeenkomsten, van september t/m juni Locatie: Centrum voor Nascholing in Amsterdam of incompany Kosten: zie website (voor incompany op aanvraag) Contactpersoon: Petra Overmars, povermars@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/mbo De uitgebreide programmagids van deze opleiding is te downloaden of te bestellen via de website.

Er zijn nieuwe kaders vastgesteld voor het opleiden van docenten in het MBO. Een van de opleidingsvarianten is de Opleiding Pedagogisch Didactisch Getuigschrift (PDG). Deze opleiding gaat in september 2014 van start en vervangt de Didactische Opleiding Educatie en Beroepsonderwijs (doorgaans de BVE-cursus genoemd). De Opleiding Pedagogisch Didactisch Getuigschrift is een algemeen pedagogisch-didactische opleiding voor docenten die onbevoegd als zij-instromer werkzaam zijn in het MBO. De zij-instromer moet zich in principe binnen twee jaar na indiensttreding kwalificeren voor het beroep van docent conform de WEB. Bent u vanuit de beroepspraktijk overgestapt naar het MBO en daar als docent werkzaam? Dan brengt u veel praktijkervaring de school binnen, maar mist u de papieren om als docent een vaste aanstelling te krijgen. Een afgeronde PDGopleiding is een kwalificatie die daar in voorziet.

Mieke Noordermeer, docent Wet- en regelgeving, ROC Nova College “Ik ben mijn loopbaan begonnen als personeelsfunctionaris, maar wilde na enige tijd graag de overstap maken naar het onderwijs. Bij het Nova College werd de BVE-opleiding van CNA aangeboden, waarin de pedagogisch-didactische basis van het leraarsvak wordt gelegd. In de opleiding heb ik geleerd om veel nieuwe werkvormen te gebruiken in mijn lessen en de les goed in te delen met een opening, een middenstuk en het terugblikken op de les met de leerlingen. De opleiding heeft mij erg geholpen om mij verder te ontwikkelen als docent. Ik heb diverse werkvormen geleerd die ik direct kon uitproberen in de lessen. Na de BVE-opleiding ben ik begonnen aan de leergangen voor LC-docenten, waarbij ik mij ga verdiepen in didactiek, begeleiden van deelnemers en ICT. Mijn deelnemers zijn enthousiast over mijn manier van lesgeven en de verschillende werkvormen die ik gebruik om het vak wet- en regelgeving over te brengen. Zo enthousiast, dat ze mij in 2013 hebben genomineerd voor Leraar van het jaar!”

De opleiding wordt zowel met open inschrijving als incompany aangeboden. Meer informatie? Wilt u op de hoogte gehouden worden over de nieuwe Opleiding Pedagogisch Didactisch Getuigschrift (PDG), dan kunt u uw naam en adres doorgeven aan ons secretariaat: Winifred Andrée Wiltens, wandreewiltens@cna.uva.nl U kunt ook steeds actuele informatie vinden op onze website. Locatie: C entrum voor Nascholing in Amsterdam of incompany Kosten: zie website (voor incompany op aanvraag) Contactpersoon: Frouke Visser, fvisser@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/mbo

Petra Overmars,

Frouke Visser,

“Veel instructeurs vinden het erg inspirerend om hun vakkennis te kunnen overdragen. In de Instructeursopleiding leren zij de didactische kneepjes van het vak.”

“Docenten in het MBO zijn enthousiast over hun vak, dat is een mooi startpunt voor deze opleiding. In een jaar krijgen ze ook de bagage om hun onderwijs vorm te geven en te werken aan een positief leer- en leefklimaat.”

Opleider/adviseur

8

opleider/adviseur

9


Post-HBO leergangen

Opleidingsschema

Nascholing MBO - 2014 / 2015

Post-HBO opleiding Brede Bekwaamheid Beroepsonderwijs (B3) Leergangen voor mbo-docenten

“ Door de leergangen ben ik mij bewuster van mijn handelen” Pepijn Hermeling is docent Maritieme Elektrotechniek aan de Maritieme Academie in IJmuiden, onderdeel van het NOVA college. Hij verzorgt daar het vakgebied elektrotechniek. In het kader van de professionaliseringsslag binnen het ROC heeft Hermeling een aantal post-HBO leergangen gevolgd bij CNA op het gebied van taal, beoordelen en curriculumontwerp.

Voor ervaren docenten in het mbo die zich willen professionaliseren tot LC niveau heeft CNA in samenwerking met ROC’s een aantal leergangen ontwikkeld rondom negen belangrijke thema’s in het mbo. Bij het met goed gevolg doorlopen van vier leergangen wordt een Post-hbo registerdiploma uitgereikt. Voor het diploma zijn leergang 1 en 2 verplicht en twee leergangen naar keuze. U kunt dus uw eigen maatwerkopleiding samenstellen. De leergangen zijn ook los van elkaar te volgen.

“Ik ben begonnen met de leergang ‘Taal werkt, ook in de vaklessen’. Dat was heel erg nuttig. Ik heb bijvoorbeeld geleerd hoe ik lesmateriaal kan uitkiezen op de verschillende taalniveaus. Hierdoor sluit het beter aan bij mijn leerlingen. Ik ben mij bewuster geworden van het onderdeel taal en communicatie in mijn lessen en in het beroep.” De tweede leergang was ‘Beoordelen’, waarbij docenten onder andere leren een proeve van bekwaamheid opnieuw vorm te geven. “Bij onze opleiding bestaat de PvB uit verschillende vakgebieden zoals elektrotechniek maar bijvoorbeeld ook meet- en regeltechniek. Tijdens de proeve wordt er een reis gesimuleerd en ik beoordeel dan bijvoorbeeld hoe adequaat een technische storing wordt opgelost. Het document om vaardigheden te beoordelen heb ik tijdens de leergang aangepast.”

De leergangen worden elders in deze gids uitgebreider beschreven. 1. Iedere docent een pedagoog-didacticus! 2. Iedere docent een kritische professional! 3. Iedere docent een begeleider! 4. Taal werkt, ook in de vaklessen! 5. Iedere docent toetsdeskundig! 6. Iedere docent een assessor! 7. Iedere docent een ontwerper! 8. Iedere docent ICT-competent! 9. Iedere docent een organisator!

Pagina 15 Pagina 27 Pagina 19 Pagina 15 Pagina 21 Pagina 21 Pagina 29 Pagina 25 Pagina 25

De opleiding wordt zowel met open inschrijving als incompany aangeboden. Omvang: 6 tot 8 bijeenkomsten per leergang Data: zes bijeenkomsten per leergang Locatie: Centrum voor Nascholing in Amsterdam of incompany Kosten: zie website (voor incompany op aanvraag) Contactpersoon: Trudy Moerkamp, tmoerkamp@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/mbo

Trudy Moerkamp, opleider/adviseur

De uitgebreide programmagids van deze opleiding is te downloaden of te bestellen via de website.

“De leergangen zijn ontwikkeld in nauwe samenwerking met drie ROC’s en bieden docenten een ideale mogelijkheid om zich te specialiseren in actuele thema’s in het mbo.”

10

heb ik het meeste gehad aan de leergang Taal, omdat dat in alle onderdelen van de opleiding terugkomt en ik daar als exact-docent veel van heb opgestoken.” Na de leergangen kreeg Hermeling via de unitdirecteur de mogelijkheid om de master Professioneel Meesterschap te gaan volgen. Die kans heeft hij met beide handen aangenomen. “Na het afronden van mijn lerarenopleiding wilde ik altijd al een keer een praktijkgerichte (onderwijs)master gaan volgen, en deze master past daar perfect in.” Hoewel hij nog maar net begonnen is, heeft hij al wel een idee over het onderzoek dat hij gaat uitvoeren. “Ik wil mijn onderzoek gaan richten op het diplomarendement van de Maritieme Academie en de daarmee gepaard gaande studievertraging. Welke factoren zijn van invloed op het succesvol afronden van de opleiding? Het zou mooi zijn als ik een interventie in het onderwijsprogramma kan gaan uitvoeren, waardoor meer deelnemers hun diploma in de drie of vier jaar die ervoor staat, gaan halen.”

Practicumopdrachten Bij de leergang ‘Curriculumontwerp’ stonden drie leermodellen centraal, het 4C/ID leermodel, de hybride leeromgeving en de leerlijnen van de Bie. Hermeling: “Voor mijn eindopdracht heb ik gekozen voor het 4C/ID model omdat ik de mogelijkheid zag om er meer praktisch mee aan de slag te kunnen gaan, dit in tegenstelling tot de veelal theoretische benadering die ik tijdens mijn lerarenopleiding heb mogen ervaren. Uiteindelijk heeft dit geresulteerd in het vertalen van de reeds ontwikkelde en bestaande practicumopdrachten voor de deelnemers naar practicumopdrachten waarin het 4C/ID model is geïntegreerd. Deelnemers gingen daardoor veel beter presteren en gaven zelf aan minder vragen te hoeven stellen tijdens het uitvoeren van de practicumopdrachten. Sterk punt van de leergangen vind ik de eindopdracht, die altijd een relatie heeft met de onderwijspraktijk. Uiteindelijk

11


Masteropleidingen

Opleidingsschema Nascholing MBO - 2014 / 2015

Master Professioneel Meesterschap Masteropleiding voor docenten

Master Integraal Leiderschap Masteropleiding voor managers

Om de kwaliteit van het mbo ook in de toekomst te waarborgen is er behoefte aan ambitieuze en hoogopgeleide docenten. Docenten die goed zijn in hun vak en zich blijven professionaliseren om hun vak én het onderwijs op een hoger niveau te brengen. Voor deze docenten is er nu een uniek masterprogramma: Professioneel Meesterschap. De master is NVAO geaccrediteerd en leidt op tot LD niveau.

Het beleid van de overheid is er op gericht dat leidinggevenden in het onderwijs een masteropleiding hebben gevolgd. De NVAO-geaccrediteerde Master Integraal Leiderschap is al sinds het eerste uur (2004) gericht op leiders die in staat zijn vanuit helikopterview naar het onderwijs en hun rol daarin te kijken. In de opleiding komen alle relevante leiderschapscompetenties aan de orde: Het creëren van een gezamenlijke visie en richting Het realiseren van een coherente organisatie ten behoeve van het primaire proces Bevorderen van samenwerking, leren en onderzoeken Strategisch omgaan met de omgeving Analyseren en probleemoplossen

Tijdens de opleiding raakt u op de hoogte van de nieuwste inzichten op het gebied van leren, pedagogiek en didactiek van beroepsvorming, competentiegericht beroepsonderwijs, organisatie en maatschappij. Ook leert u bestaand vakmanschap te verbinden met onderliggende theorieën en maatschappelijke ontwikkelingen, uw eigen praktijk te onderzoeken en initiatieven te ontplooien voor onderwijsvernieuwing. De competenties ondernemen, onderzoeken en inspireren staan centraal tijdens de opleiding. Na succesvolle afronding ontvangt u het diploma Master of Education.

De master onderscheidt zich door de sterke nadruk op onderzoeksmatig leidinggeven en leidinggeven aan de onderwijsorganisatie als professionele organisatie. De afgestudeerde Master of Educational Leadership (MEL) kan leiding geven aan verbetering van leerprocessen op alle niveaus van de organisatie.

Data: twee jaar, start september 2014 Locatie: Amsterdam Kosten: zie website (de opleiding komt in aanmerking voor de Lerarenbeurs) Contactpersoon: Rika Schut, rschut@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/ema

Data: twee jaar, start september 2014 Waar: Amsterdam of in company Kosten: zie website (de opleiding komt in aanmerking voor de lerarenbeurs) Contactpersoon: Henny Molenaar, hmolenaar@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/ leiderschap

De uitgebreide programmagids van deze opleiding is te downloaden of te bestellen via de website.

“Er is een lerende cultuur ontstaan” Arjan van der Hoorn is docent Sport en bewegen aan het ROC Leiden. Hij heeft de master Professioneel Meesterschap gedaan bij het Centrum voor Nascholing.

Olievlek Het interpersoonlijk leraarsgedrag begon rond te zoemen binnen de opleiding, en mijn collega’s koppelden terug dat ze er veel baat bij hebben gehad. De enquête heeft docenten een spiegel gegeven; ze hebben nu een sturingsmechanisme in handen waardoor ze hun gedrag effectiever in kunnen zetten. Het onderzoek heeft een olievlekwerking gehad, want ook andere teams doen nu mee aan het onderzoek en kunnen zo hun professionaliteit verbeteren. Er is een sfeer ontstaan waarbij collega’s elkaar inspireren en elkaar naar een hoger plan tillen. En het is bekend dat als je als team beter presteert, dat dan de hele opleiding beter presteert.

“ROC Leiden bood medewerkers de kans om deel te nemen aan een professionaliseringstraject middels de master van CNA. Wat mij heel erg interesseert is hoe je vanuit je eigen cirkel van invloed het beste onderwijs en de beste begeleiding kunt geven aan studenten. Het was voor mij al snel duidelijk dat mijn onderzoek verband zou gaan houden met de rol van de docent. Ik wilde tijdens de master onderzoeken hoe docenten de verbondenheid en de betrokkenheid van studenten kunnen vergroten.

De master rondde ik af met een integrerende groepsopdracht met mijn studiemaatjes. Op de website www.delenisvermenigvuldigen.org publiceren we onze onderzoeksproducten om niet alleen onze eigen onderwijsomgeving te kunnen versterken maar ook elders professionaliteit een impuls te kunnen geven. Het heeft ertoe geleid dat we door verschillende instanties uitgenodigd worden om workshops te verzorgen.”

Het eerste jaar van de master bestond uit een analyseonderzoek, waarbij ik bepaalde knelpunten in kaart heb gebracht. Het tweede jaar was ingericht om een interventie te plegen. Dat betekent dat je het geanalyseerde probleem in de praktijk gaat aanpakken middels een maatregel. Ik heb mijn onderzoek uitgevoerd onder mijn 20 collega’s van Sport en bewegen. Het onderzoek spitste zich toe op interpersoonlijk leraarsgedrag. Ik wilde mijn collega’s bewust maken van hoe bepaald gedrag de betrokkenheid van leerlingen kan stimuleren.

Bekijk ook de video over Arjan ‘De docent als onderzoeker’ op Leraar24.nl

Onderwijsleiderschap

Rika Schut,

Samen met de Academie voor Onderwijsleiderschap heeft CNA een uniek programma ontwikkeld, waarbij studenten van de Master Integraal Leiderschap (voor leidinggevenden) en de Master Professioneel Meesterschap (voor docenten) van dezelfde onderwijsinstelling deels dezelfde colleges volgen. Door samen te werken aan onderwijskundige thema’s ontstaat een lerende cultuur in de onderwijsorganisatie en kan op verschillende niveaus de kwaliteitsdiscussie op gang worden gebracht. Zo ontstaat een krachtige impuls voor duurzame kwaliteitsverbetering op alle niveaus.

opleider/adviseur “De master wordt verzorgd door deskundige opleiders van de UvA, VU, HvA en CNA. Daarnaast worden er regelmatig gastdocenten uitgenodigd om een hoorcollege te geven over een specifiek deskundigheidsgebied.”

Meer informatie: André Koffeman, akoffeman@cna.uva.nl 12

13


2. Didactiek en pedagogiek Nascholing MBO - 2014 / 2015

Iedere docent een pedagoog-didacticus! Pedagogisch-didactische leergang

Taal werkt, ook in de vaklessen! Leergang Taal

Mbo-docenten beschikken doorgaans over een breed repertoire aan didactische werkvormen en passen deze ook toe. Ondertussen vragen zij zich vaak af waarom iets werkt of waarom iets juist niet effectief lijkt. De vraag die hierachter ligt is: ‘wat is leren eigenlijk’? In deze leergang bieden verschillende leertheorieën stukjes van antwoorden op deze vraag en geven een perspectief van waaruit over deze vraag verder kan worden nagedacht.

Het blijkt niet gemakkelijk om goed taalbeleid te ontwikkelen in een ROC. Generieke taaleisen worden centraal geëxamineerd en beroepsgerelateerde taaleisen maken deel uit van de kwalificatiedossiers. In de leergang Taal wordt in zes dagdelen duidelijk welke keuzes gemaakt kunnen worden als het gaat om taal in het beroepsonderwijs en welke consequenties die hebben voor de praktijk van u en uw team. In overleg met de opleider kunnen taaldocenten zich ook inschrijven. Bij een werkbare verdeling van vak- en taaldocenten wordt de leergang anders van opzet en wordt de aandacht ook gericht op de samenwerking tussen taalen vakdocenten en op taaldidactiek.

Tijdens de leergang leert u uw eigen aanpak theoretisch te onderbouwen. U breidt uw handelingsrepertoire uit met adequate aanpakken voor complexe leer/lessituaties en u wordt zich bewust van eigen mentale modellen. In zes bijeenkomsten passeren de belangrijkste leertheorieën de revue, zoals de cognitieve leertheorie en het (sociaal) constructivisme. Ook de thema’s “hersenen en leren”, differentiëren, werkplekleren en de pedagogische opdracht komen aan de orde. Er wordt stilgestaan bij de visie op leren van het eigen ROC. Met behulp van eigen praktijkvoorbeelden, collegiale observaties en eigen didactisch repertoire wordt de verbinding gemaakt met de theorie. Vervolgens oefent u met nieuw gedrag in de praktijk.

Centraal in de leergang staat de rol van vakdocenten in de taalontwikkeling van hun studenten. U brengt het taalbeleid binnen uw ROC in kaart, praat met collega’s en onderzoekt welke eisen er aan de taalbeheersing worden gesteld in de bestaande kwalificatiedossiers en lesmethoden. U leert hoe u studenten kunt ondersteunen in het lezen van vakteksten, hoe u hun woordenschat kunt vergroten, de spreek- en schrijfvaardigheid kunt stimuleren en schrijfproducten kunt beoordelen. U gaat tijdens de leergang aan de slag met deze nieuwe inzichten en vaardigheden. Deze praktijkervaringen vormen een basis om uw eigen rol ten opzichte van taaldocenten en loopbaanbegeleiders te verhelderen en met deze collega’s het taalbeleid binnen de opleidingen verder vorm te geven.

Data: zes bijeenkomsten, start maart en september 2014 Locatie: Centrum voor Nascholing in Amsterdam of incompany Kosten: zie website (voor incompany op aanvraag) Contactpersoon: Irene Meertens, imeertens@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/mbo

Het onderwijs is in beweging. Docenten worden uitgedaagd deelnemers voor te bereiden op de snel veranderende maatschappij en tegelijkertijd te focussen op zichtbare resultaten. Daarnaast zijn er de uitdagingen van het beroepsgerichte onderwijs en de nieuwe manier van beoordelen van deelnemers. Van docenten vraagt dit om reflectie op het pedagogisch-didactisch handelen en het verwerven van nieuwe competenties.

Data: zes bijeenkomsten, start maart en september 2014 Locatie: Centrum voor Nascholing in Amsterdam of incompany Kosten: zie website (voor incompany op aanvraag) Contactpersoon: Emke Wang, ewang@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/mbo

De leergang wordt zowel met open inschrijving als incompany aangeboden.

De leergang wordt zowel met open inschrijving als incompany aangeboden.

14

15


2. Didactiek en pedagogiek Nascholing MBO - 2014 / 2015

Training activerende didactiek Maatwerk

Taal in het mbo Maatwerk

Docenten zijn vaak op zoek naar activerende werkvormen. In deze training van 4 tot 6 dagdelen frissen zij hun kennis op en breiden zij hun bagage uit. De training is een voorbeeld van activerende didactiek: er worden diverse activerende werkvormen toegepast, zodat de docenten zelf ervaren hoe deze vormen ingezet kunnen worden. In de training wordt gewerkt volgens het principe van werkend leren: theorie, praktijk en oefenen gaan hand in hand. Tussen de trainingsbijeenkomsten zit telkens een aantal weken, zodat de docenten de tijd en gelegenheid hebben het geleerde in de praktijk te brengen en met collega’s te bespreken. Hiervoor worden praktijkopdrachten meegegeven. De experimenten in de eigen praktijk kunnen eventueel op video worden opgenomen en in de bijeenkomst worden besproken. De training kan uitgebreid worden met lesbezoeken door de trainer.

Door de nieuwe exameneisen voor taal verandert het opleiden, begeleiden en toetsen van deelnemers. Voor docenten die hun repertoire op het gebied van taalonderwijs willen uitbreiden, zijn in overleg de volgende trainingen denkbaar: Gesprekken voeren binnen het vak Het lezen van teksten Het geven van instructie Consequenties van nieuwe exameneisen voor jou als docent De rol van taal in de BPV Proeven van Bekwaamheid Video-Interactietraining Meer informatie: www.centrumvoornascholing.nl/mbo Contactpersoon: Emke Wang, ewang@cna.uva.nl en Charlotte Cannegieter, ccannegieter@cna.uva.nl

In de training komen de volgende onderwerpen aan de orde:

Rekenen in het mbo Maatwerk Door de nieuwe exameneisen voor rekenen verandert het opleiden, begeleiden en toetsen van deelnemers. Voor docenten die hun repertoire op het gebied van rekenonderwijs willen uitbreiden, zijn in overleg de volgende trainingen denkbaar:

Lesgeven in de entree-opleiding of niveau-2-opleiding Maatwerk Lesgeven aan studenten uit de entree-opleiding of niveau2-opleidingen is een hele uitdaging. De achtergronden en de (school)ervaringen van deze studenten maakt dat ze zich vaak niet soepel voegen in een onderwijscultuur. Dat vraagt dus veel van de docenten op pedagogisch en didactisch gebied. De komende jaren gaat er het nodige veranderen in de opleidingen als gevolg van Focus op Vakmanschap: o.a. bindend studieadvies in de entree-opleiding, intensivering van alle opleidingen, andere toelatingsvoorwaarden, nieuwe kwalificatiedossiers. Dit vraagt van de docenten dat ze de curricula aanpassen.

Het geven van instructie Maatwerk en Remediërende ondersteuning De rol van rekenen in de BPV Consequenties van nieuwe exameneisen voor jou als docent Proeven van bekwaamheid Video-interactietraining Talige ondersteuning in de rekenles

CNA ontwikkelt samen met ROC’s een gevarieerd aanbod om docenten te ondersteunen bij de nieuwe ontwikkelingen en bij het lesgeven aan deze pittige doelgroep. Thema’s kunnen zijn:

Meer informatie: www.centrumvoornascholing.nl/mbo Contactpersoon: Liesbeth van der Weide, lvanderweide@cna.uva.nl

Wat is activerende didactiek en hoe past dat binnen competentiegericht onderwijs Het inzetten van passende werkvormen bij de verschillende lesfasen die aansluiten bij de vooraf vastgestelde lesdoelen Bewustwording van de eigen rol bij de uitvoering van de werkvormen Het ondersteunen van de zelfsturing van deelnemers Rekening houden met de verschillen tussen deelnemers (bijv. leerstijlen, meervoudige intelligenties, niveaus).

Pedagogisch-didactische aanpak voor deze doelgroep Klassenmanagement Differentiatie (Loopbaan)begeleiding Taal- en rekendidactiek Leren op de werkplek en de verbinding met school Ondersteuning kan bijvoorbeeld in de vorm van trainingen, coaching on the job, begeleide intervisie, advies bij curriculumontwikkeling. Meer informatie: Irene Meertens, imeertens@cna.uva.nl en Jozien Kreulen, jkreulen@cna.uva.nl

Meer informatie: www.centrumvoornascholing.nl/mbo Contactpersoon: Petra Overmars, povermars@cna.uva.nl

16

17


3. Begeleiden van deelnemers Nascholing MBO - 2014 / 2015

Iedere docent een begeleider! Leergang Begeleiden

Training coachende vaardigheden voor docenten Maatwerk Competentiegericht onderwijs vraagt een grotere mate van zelfsturing van studenten. Daar hoort een coachende houding van docenten bij die dat ondersteunt. In een training van vijf dagdelen leren docenten wat een coachende houding betekent in de praktijk. Er wordt gewerkt volgens het principe van werkend leren: theorie, praktijk en oefenen gaan hand in hand. Er is veel ruimte voor eigen casu誰stiek. Tussen de trainingsbijeenkomsten zit telkens vier weken, zodat de docenten de tijd en gelegenheid hebben het geleerde in de eigen praktijk te oefenen en daar op te reflecteren. Hiervoor worden praktijkopdrachten meegegeven. De experimenten in de eigen praktijk kunnen eventueel op video worden opgenomen en in de bijeenkomst worden besproken.

Iedere docent begeleidt studenten: in de les, bij het doen van praktijkopdrachten en in de BPV. Begeleiden hoort daarmee tot de kerntaken van een docent, sterker nog er wordt steeds meer aan begeleidingsvaardigheden gevraagd. Veel docenten hebben in hun opleiding beperkt kennisgenomen van en geoefend met begeleidingsvaardigheden. In deze leergang bouwt u verder aan het verstevigen en versterken van uw begeleidingsvaardigheden. Tijdens de leergang van zes dagdelen komen verschillende begeleidingsmodellen aan de orde: o.a. het feedbackmodel van Hattie en Temperley, de dramadriehoek uit de Transactionele Analyse en de Roos van Leary. Ook is er ruimte voor verdieping in zelfgekozen begeleidingspraktijken en -modellen. De eigen begeleidingspraktijk staat centraal in de bijeenkomsten. Dat betreft zowel een-op-een begeleidingssituaties als het begeleiden van de groep. Vanuit die eigen praktijk wordt ook de koppeling gemaakt met literatuur over o.a. jeugdcultuur, feedback geven en groepsdynamica.

In de training kan aan de volgende onderwerpen worden gewerkt: wat is coachen? geven van feedback het methodisch voeren van coachende begeleidingsgesprekken situationeel begeleiden: welke begeleiding past in welke situaties? verschillen tussen individuele- en groepsbegeleiding reflectie op de eigen kwaliteiten en valkuilen

In de leergang gaan achtergrondliteratuur en de eigen begeleidingspraktijk hand in hand. U gaat aan de slag met het toepassen van de modellen in de begeleidingspraktijk en oefent in de leergang aan de hand van ervaringen en casussen. U leert van en met elkaar door elkaar feedback te geven op de begeleidingspraktijk. De leergang wordt afgesloten met een reflectie op een casus uit uw eigen begeleidingspraktijk en het formuleren van een nieuwe aanpak.

18

Beroepsgericht onderwijs vraagt een grote mate van zelfsturing van deelnemers. Daar hoort een basishouding van docenten bij die dit ondersteunt. We noemen dat een coachende houding. Bij CNA kunnen docenten hun coachende en begeleidende vaardigheden verder ontwikkelen.

Meer informatie: www.centrumvoornascholing.nl/mbo Contactpersoon: Jozien Kreulen, jkreulen@cna.uva.nl

Data: zes bijeenkomsten, start maart en september 2013 Locatie: Centrum voor Nascholing in Amsterdam of incompany Kosten: zie website (voor incompany op aanvraag) Contactpersoon: Jozien Kreulen, jkreulen@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/mbo De leergang wordt zowel met open inschrijving als incompany aangeboden.

19


4. Beoordelen en assessments Nascholing MBO - 2014 / 2015

Iedere docent toetsdeskundig! Iedere docent een assessor! Leergang Examineren en Beoordelen in Leergang Assessor beroepsgericht onderwijs Het beoordelen van competenties van studenten in het mbo betekent voor docenten een nieuwe rol, namelijk die van assessor bij de beoordeling van proeven van bekwaamheid en portfolio’s. Dit betekent vaak een uitbreiding van taken met specifieke deskundigheid op het gebied van beoordelen. In deze leergang komen alle voor het afnemen van assessments benodigde competenties aan bod, waarbij het profiel van assessor het uitgangspunt is.

Het ontwikkelingsgericht en kwalificerend beoordelen van deelnemers in het MBO is een complexe zaak. Hoe zorgt u voor een goede vertaalslag van het kwalificatiedossier? Welke mix van beoordelingsinstrumenten levert een zo valide en betrouwbaar mogelijke beoordeling op? Wat zijn goede beoordelingscriteria, waar legt u de cesuur en hoe transparant zijn de procedures? Met uw eigen praktijk als vertrekpunt geeft de leergang antwoord op deze vragen. Na afloop van de leergang bent u in staat om de kwaliteit van beoordelingsinstrumenten te beoordelen en kwaliteitseisen toe te passen bij de constructie van toetsen.

Beoordelen in het mbo is een complexe zaak geworden. Van docenten wordt verwacht dat zij bij het beoordelen van deelnemers een vertaalslag kunnen maken van het kwalificatiedossier naar geschikte beoordelingsinstrumenten. Docenten krijgen daarbij een nieuwe rol, namelijk die van assessor bij proeven van bekwaamheid. CNA biedt trainingen voor docenten die zich willen scholen in competentiegericht beoordelen en voor docenten die zich willen ontwikkelen tot (gecertificeerd) assessor. Bovendien biedt CNA individuele assessments aan voor docenten om hun kwalificatieniveau vast te stellen.

Deze leergang kent vooral een praktische invalshoek, alhoewel er wel verdiepende literatuur gebruikt wordt. Aan de hand van eigen beoordelings- of assessmentprocedures wordt zes dagdelen getraind op het beoordelen van werkprocessen en beroepsvaardigheden aan de hand van een vastgestelde standaard (kwalificatiedossier). De verschillende beoordelingsvormen die langskomen zijn: observeren van een praktijkopdracht, beoordelen van een portfolio, criteriumgericht interviewen, reflectiegesprek en eindgesprek. Tijdens de eerste bijeenkomst wordt een totale assessmentprocedure gesimuleerd. Deze simulatie levert relevante dilemma’s op en maakt dat u zich nog meer bewust wordt van wat u te leren heeft. Vervolgens oefent u de verschillende assessorvaardigheden. Bij voorkeur vindt de laatste bijeenkomst plaats nadat u gelegenheid heeft gehad om in uw praktijk assessments uit te voeren en op video op te nemen. In de laatste bijeenkomst worden die opnames met elkaar besproken en van feedback voorzien.

De kaders van examineren en beoordelen worden gevormd door het kwalificatiedossier en het examenprofiel. Daarnaast zijn er kwaliteitseisen waarmee bij het ontwerpen en toepassen van kwalificerende beoordelingsinstrumenten rekening moet worden gehouden. Door praktische opdrachten, behulpzame literatuur en inbreng van praktijkvoorbeelden leert u in zes dagdelen wat de basisprincipes zijn van toetsconstructie en aan welke kwaliteitseisen een PvB, theorietoets of ander beoordelingsinstrument moet voldoen. U werkt aan het verbeteren van de kwaliteit van ontwikkelingsgerichte of kwalificerende beoordelingsinstrumenten uit uw eigen praktijk. Data: zes bijeenkomsten, start maart en september 2014 Locatie: Centrum voor Nascholing in Amsterdam of incompany Kosten: zie website (voor incompany op aanvraag) Contactpersoon: Jacqueline Brobbel, jbrobbel@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/mbo

Na afloop van de leergang kan de cursist kiezen voor certificering tot Assessor mbo. Hier zijn extra kosten aan verbonden.

De leergang wordt zowel met open inschrijving als incompany aangeboden.

Data: zes bijeenkomsten, start maart en september 2014 Locatie: Centrum voor Nascholing in Amsterdam of incompany Kosten: zie website (voor incompany op aanvraag) Contactpersoon: Irene Meertens, imeertens@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/mbo De leergang wordt zowel met open inschrijving als incompany aangeboden.

20

21


4. Beoordelen en assessments Nascholing MBO - 2014 / 2015

Assessorentraining Basistraining

Cursist over de Assessorentraining

Nu studenten in het beroepsonderwijs steeds vaker leren in een reële omgeving, ligt het voor de hand dat hun prestaties ook beroepsgericht worden beoordeeld. Dat vraagt van docenten specifieke deskundigheid op het gebied van beoordelen. Met de assessorentraining en het certificeringstraject worden docenten en praktijkbegeleiders opgeleid tot volwaardig assessor in het mbo.

“Ik heb geleerd hoe je gestructureerd een assessment moet afnemen. Vooral het zelf oefenen was erg leerzaam. Dingen die ik gevoelsmatig deed, kan ik nu benoemen, analyseren en verhelderen.”

De training wordt op maat gemaakt op basis van de intake en bestaat uit een aantal vaste elementen. Zo is de training opgezet volgens het principe van werkend leren: theorie, praktijk en oefenen gaan hand in hand. De deelnemers werken met voorbeelden uit hun eigen vakgebied. De volgende competenties komen aan bod:

Certificering Assessor in het mbo Maatwerk

Assessment didactische bekwaamheid Maatwerk

Docenten die een basis-assessorentraining hebben gevolgd kunnen zich laten certificeren tot assessor. Het certificeringstraject start met een instructiebijeenkomst. Met behulp van de richtlijnen in een handleiding ontwikkelt de kandidaat-assessor een portfolio, met een diversiteit aan bewijsmaterialen, waaronder beeldopnames van afgenomen assessments. De kandidaat-assessor wordt in een criterium gericht interview bevraagd over het portfolio en zijn competenties. Indien de competenties voldoende zijn aangetoond ontvangt de kandidaat-assessor een certificaat. Ook ontvangt hij een schriftelijke rapportage.

Heeft u ervaring als docent in het mbo, maar beschikt u niet over een lesbevoegdheid of verklaring van didactische bekwaamheid? En wilt u weten waar u staat wat betreft de docentcompetenties? Door middel van een assessmentinstrument, speciaal voor de functie van BVE-docent, brengen wij uw eerder verworven competenties (EVC) op een professionele manier in kaart. In een portfolio laat u zien welke competenties u met betrekking tot het docentschap heeft ontwikkeld. Twee ervaren assessoren beoordelen uw portfolio en observeren u in een praktijksituatie. U ontvangt een bewijs van didactische bekwaamheid, wanneer u alle docentcompetenties door middel van de assessmentprocedure kunt aantonen. Beheerst u nog niet alle benodigde competenties, dan ontvangt u een advies op maat voor een vervolgopleiding of begeleiding.

De certificering wordt verzorgd door ervaren assessoren van CNA. De kwaliteit van de beoordeling en van de procedure wordt getoetst door het EVC-centrum van de Hogeschool van Amsterdam.

observeren van deelnemers bij de uitvoering van een assessment; relateren van geobserveerd gedrag aan de vastgestelde werkprocessen; voeren van een Criterium Gericht Interview aan de hand van het STAR(R)-principe; beoordelen van een reflectieverslag; voeren van een reflectiegesprek en eindgesprek met een deelnemer; bewustwording eigen valkuilen en blinde vlekken tijdens het beoordelingsproces.

Meer informatie: www.centrumvoornascholing.nl/mbo Contactpersoon: Jacqueline Brobbel, jbrobbel@cna.uva.nl

Meer informatie: www.centrumvoornascholing.nl/mbo Contactpersoon: Irene Meertens@cna.uva.nl

Na afloop van de training kan de cursist kiezen voor certificering tot Assessor mbo. Hier zijn extra kosten aan verbonden. Meer informatie: www.centrumvoornascholing.nl/mbo Contactpersoon: Irene Meertens, imeertens@cna.uva.nl

22

23


5. Ontwerpen Nascholing MBO - 2014 / 2015

Iedere docent een ontwerper! Leergang Curriculumontwerp

In het mbo worden de kaders voor een onderwijsprogramma gevormd door het kwalificatiedossier. Het vertalen van het KD naar een verantwoord en leerbaar programma is een onderbelicht element in de opleiding van docenten. Veel docenten hebben zich puur vanuit hun ervaring in de beroepspraktijk bekwaamd in het ontwerpen van een leerprogramma, maar missen nog de verbinding met onderwijskundige concepten. CNA begeleidt docenten bij het ontwerpen van een leerlijn en een leerprogramma dat aansluit bij de voor- en vervolgopleiding van deelnemers.

Iedere docent een organisator! Leergang Onderwijslogistiek

In het mbo worden de kaders voor een onderwijsprogramma gevormd door het kwalificatiedossier. Het vertalen van het KD naar een verantwoord en leerbaar programma is een onderbelicht element in de opleiding van docenten. Veel docenten hebben zich puur vanuit hun ervaring in de beroepspraktijk bekwaamd in het ontwerpen van een leerprogramma. Dat heeft goede curricula opgeleverd, maar het kan beter, of liever fundamenteler, door het kwalificatiedossier met onderwijskundig instrumentarium te benaderen, vertalen en bewerken.

Meer en meer zullen onderwijsteams het onderwijs afstemmen op de specifieke leer- en begeleidingsbehoefte van individuele leerlingen. Daarin wordt samengewerkt met externe betrokkenen, bijvoorbeeld stagebieders, die vanzelfsprekend ook eisen stellen aan de ‘organiseerbaarheid’ van hun dienstverlening. Met het individueler worden van de onderwijsvraag van onze leerlingen en de vergrote noodzaak tot het leveren van maatwerk vraagt de onderwijslogistiek meer specialistische kennis en vaardigheden in een team.

Het kwalificatiedossier van uw eigen opleiding en literatuur over curriculumontwikkeling vormen de basis van deze leergang. In zes dagdelen neemt u de volgende elementen onder de loep: het analyseren van doelstellingen in een kwalificatiedossier; het toepassen van ontwerpregels; het ontwerpen van een leerlijn en een leerprogramma; het didactiseren van een leerprogramma, rekening houdend met randvoorwaarden als (leer)tijd, geld en beschikbare leermiddelen.

De leergang Onderwijslogistiek heeft als doel om docenten een stevig fundament mee te geven op het gebied van het onderwijskundig organiseren van onderwijs. Hiertoe behoren onderwijstaken als plannen, organiseren, coördineren, controleren en het verzorgen van de communicatie. Einddoel van alle leeractiviteiten binnen de leergang Onderwijslogistiek is het afleveren van professionele LC docenten die een voortrekkersrol binnen hun team kunnen spelen op de onderscheiden gebieden en die in staat zijn om hun leeropbrengst te expliciteren en over te brengen naar de teamleden.

Dit vraagt van u een brede blik, d.w.z. het kunnen denken in leerlijnen en daarna pas in programma’s.

De leergang bestaat uit 6 dagdelen. De laatste bijeenkomst geven de deelnemers een presentatie van hun onderzoek (casus OWL).

Data: zes bijeenkomsten, start maart en september 2014 Locatie: Centrum voor Nascholing in Amsterdam of incompany Kosten: zie website (voor incompany op aanvraag) Contactpersoon: Trudy Moerkamp, tmoerkamp@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/mbo

Data: zes bijeenkomsten, start september 2014 Locatie: Centrum voor Nascholing in Amsterdam of incompany Kosten: zie website (voor incompany op aanvraag) Contactpersoon: Petra Overmars, povermars@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/mbo

De leergang wordt zowel met open inschrijving als incompany aangeboden.

24

25


6. Praktijkonderzoek Nascholing MBO - 2014 / 2015

Iedere docent een kritische professional! Onderzoek uw eigen lespraktijk Leergang systematisch reflecteren op Maatwerk de eigen lespraktijk Verbetering en vernieuwing van het onderwijs vragen veel tijd en aandacht. In deze cursus leert u hoe u de resultaten van uw inspanningen onderzoekt. Verbeteren de prestaties van de leerlingen? Gaan zij met meer plezier naar school? Wat werkt wel en wat werkt niet in de lessen en hóe werkt het dan? In de cursus staan deze vragen centraal. Deelnemers maken kennis met het opzetten en uitvoeren van onderzoek en met de betekenis ervan voor leraren en leerlingen. Gezamenlijk worden de stappen van onderzoek doorlopen: onderwerpkeuze, probleemstelling, vraagstelling, data-analyse, interpretatie en conclusies en presentatie. Het programma omvat zes bijeenkomsten met voldoende tussentijd om het eigen onderzoek stapsgewijs uit te voeren.

U kunt op allerlei manieren bezig zijn met de verbetering en vernieuwing van uw lessen, bijvoorbeeld door een nieuwe methode uit te proberen of een nieuwe werkvorm te ontwikkelen. Verbetering en vernieuwing vragen veel tijd en aandacht. Niet altijd is duidelijk wat die inspanningen precies opleveren. In deze leergang gaat het om de vraag “wat werkt wel en wat werkt niet in mijn lessen en hóe werkt het dan?” U leert hoe u uw lespraktijk kritisch kunt beschouwen, door het stellen en beantwoorden van een aantal vragen:

Investeringen in onderwijsvernieuwingen vragen om onderzoek naar de opbrengst: wat werkt wel en wat werkt niet? Er zijn gegevens nodig, niet alleen voor de verantwoording naar buiten, maar ook om de kwaliteit te kunnen monitoren. In de Werkplaats Praktijkgericht Onderzoek van CNA werken deskundige onderzoekers samen om docenten te scholen in het doen van praktijkgericht onderzoek en het management te ondersteunen bij het vestigen van een onderzoeksmatige cultuur in hun school.

Wat wil ik precies bereiken met mijn lessen? Welk gedrag wil ik bij mijn studenten zien na afloop van mijn lessenserie? Welke onderdelen in mijn lessen dragen bij aan het leren van dit gedrag? Hoe kan ik nagaan of deze onderdelen de benodigde aandacht hebben gekregen tijdens de uitvoering van mijn lessen? Hoe kan ik het gewenste gedrag van mijn leerlingen systematisch in kaart brengen, vooraf en na afloop van een lessenserie? Zie ik een verschil? Wat is de betekenis van dit verschil voor mijn lessen? Welke onderdelen blijven erin? Wat moet anders?

Meer informatie: www.centrumvoornascholing.nl/mbo Contactpersoon: Eline Raaphorst, eraaphorst@cna.uva.nl

Data: zes bijeenkomsten,start maart en september 2014 Locatie: Centrum voor Nascholing in Amsterdam of incompany Kosten: zie website (voor incompany op aanvraag) Contactpersoon: Eline Raaphorst, eraaphorst@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/mbo De leergang wordt zowel met open inschrijving als incompany aangeboden.

26

27


7. ICT en sociale media Nascholing MBO - 2014 / 2015

Iedere docent ICT-competent! Leergang Leren in een digitale wereld

De wereld waarin jongeren leven wordt sterk bepaald door de nieuwe media. Jongeren leven in een multimediale beeldcultuur. Het gemak waarmee je tegenwoordig foto’s of filmpjes kunt maken, heeft er aan bijgedragen dat een boodschap steeds meer via beelden wordt gecommuniceerd. Wat betekent dit voor het onderwijs? Bij CNA kunt u zich verder professionaliseren op gebied van ICT en nieuwe media. Hierbij is uw eigen praktijk leidend bij de keuzes die gemaakt worden om te experimenteren.

Hoe ‘blended’ is uw ‘learning’? Maatwerk

Was het tot voor kort nog noodzaak om over het computerlokaal te beschikken, tegenwoordig heeft bijna elke student een telefoon waarmee hij doorlopend toegang heeft tot het web. Vaak zijn docenten geneigd om deze media tijdens de lessen te verbieden. Onbegonnen werk waar veel energie in gaat zitten. En een gemiste kans! Als je als docent serieus wilt werken aan een leerklimaat waarbij de student inbreng heeft, eigen keuzes mag maken en verantwoordelijkheid krijgt, dan is er veel voor te zeggen om ict en sociale media een georganiseerde plaats te geven in het onderwijs. In deze leergang onderzoeken we hoe je ze op verantwoorde wijze kunt inzetten om leerprocessen vorm te geven. Aandacht wordt o.a. besteed aan het TPACK-model, Mediawijsheid, het concept van Flipping the classroom en de ICT-bekwaamheden van leraren. Deelnemers doen op experimentele wijze ervaring op met ICT-tools en sociale media. Daarbij wordt telkens een verbinding gemaakt tussen de theorie van digitale didactiek en de eigen lespraktijk.

Scholen en teams gaan steeds meer over tot de integratie van ICT en sociale media in hun onderwijs. De route naar goed doordachte implementatie is niet altijd een makkelijke, wel een inspirerende voor alle betrokkenen. CNA begeleidt de school bij het maken van keuzes, met aandacht voor de eigen context (waar staan we nu), de gewenste situatie (waar willen we heen) en de weg erheen. En ook met zicht op de consequenties voor docenten (wat vraagt dit aan ICT-bekwaamheden) en advies voor professionaliseringstrajecten die aansluiten bij de huidige situatie. Centraal bij elke stap staat de vraag: wat is de meerwaarde? Voor de instelling, voor de onderwijsgevende en bovenal: voor de leerlingen? Wanneer kiezen we voor distance learing, e-learing, digital learning, enz. om tot de juiste ‘blend’ te komen? Kortom: een maatwerktraject waarmee u verder wordt geholpen om uw visie te formuleren en vorm te geven aan uw eigen vorm van Blended Learning.

Data: zes bijeenkomsten, start maart en september 2014 Locatie: Centrum voor Nascholing in Amsterdam of incompany Kosten: zie website (voor incompany op aanvraag) Contactpersoon: Frouke Visser, fvisser@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/mbo

Meer informatie: www.centrumvoornascholing.nl/mbo Contactpersoon: Frouke Visser, fvisser@cna.uva.nl

ICT in het mbo Maatwerk

De leergang wordt zowel met open inschrijving als incompany aangeboden.

Wilt u voor uw team een training organiseren rondom het thema ICT in het onderwijs? Of zoekt u een activerende workshop voor een interne studiedag? Wij kunnen op maat een activerend programma organiseren op diverse thema’s, zoals: Flipping the classroom Didactische digitale keuzes maken op basis van meerwaarde TPACK in relatie tot leerdoelen Wijs met media ≠ mediawijsheid De webtoolcarrousel Werken met video in het onderwijs De invloed van sociale media op het leef-en leerklimaat Contactpersoon: Frouke Visser, fvisser@cna.uva.nl

28

29


8. P ersoneelsontwikkeling, coaching en supervisie Nascholing MBO - 2014 / 2015

Coach in het onderwijs Post-hbo opleiding

Supervisor in het onderwijs Post-hbo opleiding

De Coachopleiding is een eenjarige opleiding voor docenten die collega’s en lio’s in de school begeleiden en zich willen ontwikkelen tot geregistreerd coach in het onderwijs. Tijdens de opleiding raken deelnemers vertrouwd met de competenties om te functioneren als integrale coach in de schoolorganisatie. U leert coachgesprekken te voeren en collegiale consultatie te organiseren en te begeleiden. Per bijeenkomst wordt een casus, een eigen werkervaring van een van de deelnemers, besproken. Daarnaast zijn er verwerkingsopdrachten bij de verplicht te lezen literatuur. Gedurende de opleiding is er vier keer een collegiale consultatie. In kleine groepjes van maximaal vier personen werken de deelnemers dan aan hun persoonlijke leervragen en doelen uit hun opgestelde Persoonlijk Ontwikkelings Plan. Tevens ontvangen de deelnemers supervisie over hun eigen coachpraktijk. De opleiding wordt afgesloten met een eindwerkstuk.

Supervisie past in het streven van mbo-scholen om hun beleid op het gebied van personeelsontwikkeling te professionaliseren. De supervisor beweegt zich op het snijvlak van scholing en begeleiding. Supervisie is gericht op integratie van kennis in het concrete, actuele handelen. De tweejarige opleiding bestaat uit verschillende modules. In het eerste jaar leert u de grondbeginselen van de methodiek supervisie. In het tweede jaar ontwikkelt u uw methodisch handelen en is er veel tijd voor de context waarin supervisie binnen het onderwijsveld wordt gebruikt. Onderdeel van de opleiding zijn twee leersupervisies. Dat houdt in dat u supervisie ontvangt over de supervisie die u geeft. Daarnaast schrijft u drie werkstukken en een eindwerkstuk. Na afronding ontvangt u het post-hbo registerdiploma Supervisor in het onderwijs en kunt u zich inschrijven in het register van de Landelijke Vereniging voor Supervisie en Coaching (LVSC).

Data: 18 bijeenkomsten op dinsdagmiddag Locatie: Centrum voor Nascholing in Amsterdam of incompany Kosten: zie website Contactpersoon: Mieke de Leeuw, mdeleeuw@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/mbo

Data: 11 plenaire bijeenkomsten en 6 intervisiebijeenkomsten op woensdagen van 14.00 - 20.30 uur Locatie: Centrum voor Nascholing in Amsterdam Kosten: zie website Contactpersoon: Adrie Beljaars, abeljaars@cna.uva.nl Info en aanmelden: www.centrumvoornascholing.nl/mbo

Deze opleiding kan ook incompany worden verzorgd

De uitgebreide programmagids van deze opleiding is te downloaden of te bestellen via de website.

De uitgebreide programmagids van deze opleiding is te downloaden of te bestellen via de website.

De school is een rijke leeromgeving. Niet alleen voor de leerlingen, maar ook voor de docenten en instructeurs. Denk bijvoorbeeld aan het coachen van lio’s en nieuwe docenten, het leren van en met elkaar in teamverband, of het deelnemen aan cursussen en studiedagen. CNA ondersteunt ROC’s bij het vormgeven van personeels- en teamontwikkeling en helpt scholen om lerende organisaties te zijn.

Eenjarige Supervisoropleiding voor coaches

Personeelontwikkeling Maatwerk

Bent u in het bezit van een erkend Coach-diploma, dan kunt u deelnemen aan de verkorte eenjarige Supervisoropleiding, speciaal voor opgeleide coaches.

Een positief leerklimaat valt of staat met docenten die zich prettig voelen binnen het team. Bovendien kunnen docenten veel van elkaar leren. CNA biedt maatwerkbegeleiding voor teams en individuele professionals op de volgende terreinen: Teamcoaching Collegiale consultatie en intervisie Video Interactie Begeleiding Individuele coaching of supervisie Loopbaanbegeleiding

Kijk voor meer informatie op de website.

Meer informatie: Mieke de Leeuw, mdeleeuw@cna.uva.nl

30

31


Opleiders / adviseurs

Totaaloverzicht opleidingen, trainingen en maatwerk Nascholing MBO - 2014 / 2015

Programma

Bent u op zoek naar een scholingstraject op maat?

Neem voor een vrijblijvend gesprek contact op met onze opleiders/adviseurs. Bel 020 525 1241.

Jacqueline Brobbel jbrobbel@cna.uva.nl

jkreulen@cna.uva.nl

Charlotte Cannegieter

6 8 9 10 12 12 12

Mieke de Leeuw

2. Didactiek en Pedagogiek - Leergang Iedere docent een pedagoog-didacticus Leergang - Leergang Taal werkt, ook in de vaklessen Leergang - Training Activerende didactiek Maatwerktraining - Taal in het mbo Maatwerk - Rekenen in het mbo Maatwerk - Lesgeven in de entree-opleiding en niveau-2-opleiding Maatwerktraining

14 15 15 16 16 16 17

3. Begeleiden van deelnemers - Leergang Iedere docent een begeleider! Leergang - Training Coachende vaardigheden voor docenten Maatwerktraining

18 19 19

4. Beoordelen en assessments - Leergang Iedere docent toetsdeskundig! Leergang - Leergang Iedere docent een assessor! Leergang - Assessorentraining Maatwerktraining - Certificering Assessor in het mbo Maatwerk - EVC-assessment Didactische bekwaamheid Maatwerk assessment

20 21 21 22 23 23

5. Ontwerpen - Leergang Iedere docent een ontwerper! Leergang - Leergang Iedere docent een organisator! Leergang

24 25 25

6. Praktijkonderzoek - Leergang Iedere docent een kritische professional! Leergang - Onderzoek je eigen lespraktijk Maatwerktraining

26 27 27

7. ICT en sociale media - Leergang Iedere docent ICT-competent! Leergang - Hoe ‘blended’ is uw ‘learning’? Maatwerktraining - ICT in het mbo Maatwerk

28 29 29 29

8. Personeelsontwikkeling, coaching en supervisie - Coach in het onderwijs Post-HBO opleiding - Supervisor in het onderwijs Post-HBO opleiding - Personeelsontwikkeling Maatwerk

30 31 31 31

mdeleeuw@cna.uva.nl

Irene Meertens

Trudy Moerkamp

Henny Molenaar

Petra Overmars

meertens@cna.uva.nl

tmoerkamp@cna.uva.nl

hmolenaar@cna.uva.nl

povermars@cna.uva.nl

Eline Raaphorst

Rika Schut

eraaphorst@cna.uva.nl

rschut@cna.uva.nl

Frouke Visser

Emke Wang

fvisser@cna.uva.nl

ewang@cna.uva.nl

Colofon: Uitgave: Centrum voor Nascholing, maart 2014 Productie en redactie: Noortje Bakker, afdeling Communicatie Foto’s: Carel Richel, Shutterstock, Hans Langstraat Vormgeving: Hans Langstraat, Ph-ontwerp Druk: Graficiënt Printmedia, Almere Oplage: 500 Deze brochure is gedrukt op papier met het FSC-keurmerk © Centrum voor Nascholing Wijzigingen voorbehouden. Kijk voor actuele informatie op www.centrumvoornascholing.nl

32

Pagina

1. Opleidingen: van startbekwaam tot master - Instructeur in het onderwijs Opleiding - Pedagogisch Didactisch Getuigschrift Opleiding - Post-HBO leergangen Post-HBO opleiding - Masteropleiding Professioneel Meesterschap Masteropleiding - Masteropleiding Integraal Leiderschap Masteropleiding - Onderwijsleiderschap Masteropleiding

ccannegieter@cna.uva.nl

Jozien Kreulen

Type scholing

33


Centrum voor Nascholing Postbus 2009 1000 CA Amsterdam

Bezoekadres Hogeschool van Amsterdam Theo Thijssenhuis Wibautstraat 2-4 1091 GM Amsterdam Tel. 020 525 12 41

nascholing@cna.uva.nl www.centrumvoornascholing.nl


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.