Dwarsverbanden leggen

Page 1

Dwarsverbanden leggen Een onderzoek naar crisisopvang in het informele steunnetwerk

Aanleiding In het kader van haar afstudeerthesis van de Master Social Work onderzocht Dorcas Pool, intaker in de regio Kop van Drenthe Groningen West, de crisisopvang in het informele steunnetwerk. Aanleiding vond zij in twee gesignaleerde ontwikkelingen: • de hoge druk op de voordeur van de crisisopvang; • de hervormingen in het sociaal domein. Uit gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt dat het aantal daklozen in Nederland de afgelopen jaren is toegenomen. De Federatie Opvang (de brancheorganisatie voor de maatschappelijke opvang) constateert bovendien een toename van het aantal mensen dat hulp vroeg en kreeg. Ook Zienn heeft te maken met meer aanmeldingen. In 2013 lag het aantal aanmeldingen voor de crisisopvang 85 procent hoger dan het aantal plaatsingen. En dat terwijl een capaciteitsvergroting van de crisisopvang niet mogelijk is binnen de huidige financiële randvoorwaarden. Zienn beweegt zich in een zorgstelsel waar ingrijpende hervormingen gaande zijn. Van burgers wordt steeds meer eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid gevraagd. Dit betekent dat zij meer dan voorheen terug moeten vallen op hun eigen kracht en hun informele netwerk. Oftewel: eerst hulp en zorg vanuit het eigen netwerk, dan pas van professionals. Deze tendens is ook zichtbaar in de maatschappelijke opvang. Steeds meer initiatieven richten zich dan ook op het versterken van de eigen kracht en het sociale netwerk.

Vraagstelling onderzoek Dorcas formuleerde op basis van de bovengenoemde ontwikkelingen de volgende vraagstelling: ‘Wat zijn bevorderende en belemmerende elementen voor opvang binnen het informele steunnetwerk van de personen die zich aanmelden bij de crisisopvangcentra van Zienn in Leek en Burgum? En hoe kan opvang binnen het informele steunnetwerk optimaal worden gefaciliteerd?’

Literatuurstudie en praktijkonderzoek Om de onderzoeksvraag te beantwoorden, deed Dorcas een literatuuronderzoek naar bestaande theorieën- en een praktijkonderzoek. Het praktijkonderzoek bestond uit twee fasen. In de eerste interviewde zij 36 personen die zich aanmeldden bij de crisisopvang. Na afloop van de reguliere procedure werd aan hen een aantal vragen gesteld over opvang binnen het informele netwerk. In de tweede fase interviewde Dorcas een focusgroep, bestaande uit verwijzers van MEE, AMW, VNN en Lentis. Deze verwijzers zijn betrokken zijn de opvang van cliënten.


Conclusies en beantwoording onderzoeksvraag Uit het onderzoek blijkt dat opvang in het informele netwerk al vaak wordt geboden. In de periode voorafgaand aan het onderzoek kreeg 84% van de mannelijke deelnemers een tijdlang opvang in het informele netwerk. Bij 41% van de vrouwelijke deelnemers was dit het geval. De mogelijkheden hiervoor worden echter mede bepaald door: • individuele kenmerken van de persoon (of personen) die opvang nodig heeft; • de situatie van het netwerk; • de relatie met het netwerk • de benodigde duur van opvang in combinatie met mogelijkheden voor vervolghuisvesting en wet- en regelgeving. Er blijkt een duidelijke samenhang tussen bovenstaande factoren; ze versterken elkaar zowel in positieve als in negatieve zin. Dit gegeven vormt een pleidooi voor individuele en integrale benadering, oftewel maatwerk waarbij naar de gehele situatie van de cliënt wordt gekeken. Opvang in het netwerk kan mogelijk worden gemaakt door in te spelen op de belemmerende factoren die informele opvang bemoeilijken. Door: vroegtijdig signaleren en kennisdelen, systeemgericht werken, ondersteuning bieden op maat, verbindingen leggen tussen formele en informele zorg en het hanteren van flexibele wet- en regelgeving. (gevolgen voor uitkering, caravan stallen, huurtoeslaggrens). De toenemende focus op eigen kracht en informele zorg lijkt uit te gaan van gebrek aan onderlinge betrokkenheid van burgers. De aanname van de overheid dat er nog voldoende rek zit in opvang in het informele circuit snijdt lang niet altijd hout; er wordt immers al veelvuldig opvang in het informele circuit geboden. Het vormt een kans om aan te sluiten bij mogelijkheden die netwerken zelf creëren. Eigen kracht, in de vorm van oplossingen geboden vanuit het netwerk, worden ingeperkt door wet- en regelgeving. Het netwerk is tot veel in staat, maar de mogelijkheden zijn niet onbeperkt. Een samenleving, waarin de persoon en het steunsysteem er om heen wordt aangesproken op de eigen kracht en verantwoordelijkheid, vraagt om een systeemwereld (wet- en regelgeving en werkwijzen) die zo goed mogelijk aansluit bij de leefwereld (dagelijkse realiteit van de hulpvrager). Nu bestaat er tussen deze werelden nog veelal een mis match. Oplossingen zijn onnodig duur doordat voldaan moet worden aan protocollen en richtlijnen. Er is noodzaak voor het ondersteunen van informele zorg. Het is van belang dat alle personen die in direct contact staan met de cliënt bereid zijn in de leefwereld van burgers te stappen om te kijken wat er werkelijk leeft en instaat zijn om verbindingen te leggen. Door vroegtijdig te signaleren en te delen kan zwaardere, en hiermee veelal duurdere, zorg worden voorkomen.

Belangrijkste aanbevelingen Het onderzoek omvat een eerste verkenning naar opvang in het informele netwerk en heeft veel kennis opgeleverd. Het is echter zeker aan te bevelen om die kennis verder uit te breiden. Door nieuwe actoren erbij te betrekken, zoals het informele netwerk zelf, woningbouwverenigingen, beleidsmedewerkers van gemeenten, et cetera. Om de ingezette koers van eigenkracht écht succesvol te laten zijn, pleiten zowel verwijzers als de personen die opvang behoeven voor regelruimte. Door een pilot te starten, waarin ruimte is om van regels af te wijken. Zo kan nader onderzocht worden


of en hoe opvang in het informele netwerk mogelijk gemaakt kan worden. Dat blijkt dan uit de praktijk. Een belangrijke factor die van invloed is op de mogelijkheid tot opvang in het netwerk, is het perspectief op vervolghuisvesting (of het gebrek hieraan). Om de mogelijkheden van het netwerk te benutten, maar niet uit te putten, is het belangrijk dat de duur van opvang zo kort mogelijk is. Een belangrijke aanbeveling is het aangaan van de dialoog met betrokken actoren (deurwaarders, woningbouwverenigingen, gemeenten, etc.) over andere manieren van omgaan met het vraagstuk over huisuitzettingen en de mogelijkheid tot opnieuw huren. Kant en klare oplossingen zijn er nauwelijks. De complexe problemen, waar de personen die een beroep doen op de maatschappelijke opvang veelal mee kampen. De oplossing moet vooral gezicht worden in maatwerk. Dit vraagt om een nadere verbinding tussen de systeemwereld en de leefwereld.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.