Transfer 6, jaargang 18

Page 1

t ransfer

vakblad over internationalisering in het hoger onderwijs

Nederlandse taalcursussen:

wat hebben we in de aanbieding?

l e e d r o vo

N EDER

6

neigh

L AN D

路dur路l

a n ce

S

jaargang 18 | maart 2011

james kennedy over meertaligheid in het hoger onderwijs | titulatuurstrijd lijkt ten einde | nijmeegse docenten stappen af van engels | grootste internationale hbo-opleiding onder druk | cijfersysteem zet nederland op achterstand


6 Transfer is een onafhankelijk vakblad voor internationale samenwerking in het hoger onderwijs en onderzoek. Transfer is ook online: www.transfermagazine.nl. Transfer is een uitgave van de Nuffic, de Nederlandse organisatie voor internationale samenwerking in het hoger onderwijs. Verschijnt negen keer per jaar. Redactie Els Heuts (hoofdredacteur), Annelieke Slappendel en Elleke Bal Aan dit nummer werkten mee Annemieke Bosman, Rob Burkhard, Han van der Horst, Hans-Georg van Liempd, Marjolein Marchal, Yvonne van de Meent, Martine Postma, Robert Visscher, Martine Zeijlstra, Dirk-Jan Zom Beeld Archief Centraalbureau Schimmelcultures, Amber Beckers/Hollandse Hoogte, Freek van den Bergh/ANP, Niels Bongers, Philip Driessen, Henriëtte Guest, Philip Hall/WpN/HH, Rob Huibers/HH, Dodo Meijer, Bart van Overbeeke, Richard Risemberg 2010/Bicycle Fixation, David Rozing/HH, Daniel Suy, UPI Photo/eyevine/HH, Verbeeld, Herman Wouters/HH, Inge Yspeert/HH Redactieraad Riekele Bijleveld (Universiteit Twente), David Bohmert, Patrick Cramers (Codarts), Madeleine Gardeur (Rijksuniversiteit Groningen), Frans Godfroy, Joep Huiskamp (TU Eindhoven) Redactieadres Nuffic, Postbus 29777, 2502 LT Den Haag, tel.: 070 – 426 0126 / 426 0144/426 0122 fax: 070 – 426 0399 e-mail: eheuts@nuffic.nl, aslappendel@nuffic.nl, ebal@nuffic.nl website: www.transfermagazine.nl Abonnementen Transfer is gratis verkrijgbaar. Geïnteresseerden kunnen zich voor een gratis abonnement aanmelden via www.ikabonneermij.nl/transfer. Abonnementenadministratie DUO-tijdschriftenservice Postbus 681 3500 AR Utrecht tel.: 030 – 263 1089 Vormgeving en lay-out Sabrina Luthjens BNO en Christina Schürmann (www.makingwaves.nl) Druk Drukkerij Deltahage, Den Haag Overname artikelen Het overnemen en vermenigvuldigen van artikelen uit Transfer is slechts geoorloofd na schriftelijke toestemming van de hoofdredactie. Foto omslag Buitenlandse studenten bij een introductieprogramma van de TU Eindhoven. Foto: Bart van Overbeeke Transfer 7, jaargang 18, verschijnt op 14 april 2011

transfer

Lingua franca Het gebruik van Engels in het hoger onderwijs is al jaren een dankbaar onderwerp van discussie. Voorstanders wijzen op de internationale concurrentiepositie van Nederland, tegenstanders vrezen voor kwaliteitsverlies. Ondertussen rukt het Engels steeds verder op. Reden voor de Nuffic om het thema de meerwaarde van meertaligheid voor het hoger onderwijs op haar jaarcongres op 15 maart van een aantal kanten te belichten. Transfer wijdt er in dit nummer een aantal artikelen aan. De Amerikaans-Nederlandse hoogleraar James Kennedy, die meertaligheid met de paplepel kreeg ingegoten, is keynote spreker op het jaarcongres. “Het heeft lang geduurd voordat mijn colleges in het Nederlands net zo goed, of bijna net zo goed, waren als in mijn moedertaal”, vertelt hij in deze Transfer . “Lesgeven in het Engels is soms gewoon te veel gevraagd van docenten”, vindt hij. Hij pleit er daarom voor om per opleiding te bekijken of het gebruik van Engels zinvol is of niet. Docenten bestuurskunde aan de Radboud Universiteit vonden het niet zinvol om een aantal Engelstalige bachelorcolleges te handhaven. Dit studiejaar geven zij weer les in het Nederlands. De reden is vooral van organisatorische aard. Omdat bestuurskunde een van de weinige Nijmeegse studies was die bachelorcolleges in het Engels verzorgde, kwamen hier veel buitenlandse studenten op af. Maar over veel kennis van bestuurskunde beschikten zij doorgaans niet. “Daardoor zaten wij bijvoorbeeld met studenten mijnbouw die nog nooit een bestuurskundevak hadden gevolgd. Zij stelden de meest basale vragen over zaken die Nederlandse studenten allang wisten”, aldus een van de docenten. “Het niveau werd daardoor lager.” Voor volgend jaar staan er weer Engelstalige colleges gepland, onder de voorwaarde dat de ingangseisen worden verhoogd. Bij deze Transfer is een uitgave van HO Management, vakblad voor management en bestuur van hogescholen en universiteiten, ingesloten. De reden daarvoor is dat in de bijgesloten editie veel aandacht wordt besteed aan het thema internationalisering. En ook hier komt de tweetaligheid in het hoger onderwijs aan bod. Lees bijvoorbeeld hoe het Engels als voertaal bij de Universiteit Maastricht in praktijk uitpakt en welke prijs daarvoor wordt betaald. els heuts eheuts@nuffic.nl


r

i n hou d

8

24-42

12

‘Bij Nederlands recht heb je het Nederlands gewoon nodig’ Voor de ene opleiding vindt hij Engelstalig onderwijs uitermate zinvol, voor de andere helemaal niet. Wat James Kennedy betreft, zouden Nederlandse instellingen per opleiding moeten bepalen in welke taal zij hun onderwijs aanbieden. Transfer besprak de kwestie ‘Engels, ja of nee’ met de AmerikaansNederlandse historicus, die keynote-spreker is op het Nuffic-jaarcongres.

Buitenlandse student wil graag Nederlands leren

16 20

Buitenlandse studenten zullen na hun afstuderen eerder in Nederland blijven als ze de taal spreken, wordt wel beweerd. Steeds meer buitenlandse studenten willen de taal ook graag leren. Maar hoewel Nederland buitenlands talent graag wil behouden, worden taalcursussen niet overal even aantrekkelijk gemaakt. Hoge kosten houden studenten in veel steden tegen.

Nijmeegse docenten stappen af van Engels Engelstalig onderwijs – op papier klinkt het prachtig. Maar de praktijk in de collegezaal wil nog wel eens tegenvallen. Docenten bij bestuurskunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen deden vorig jaar zulke slechte ervaringen op, dat ze dit jaar zijn teruggegaan naar het Nederlands. Vóórdat de Engelse colleges terugkomen, moet er nog het nodige veranderen, vinden de bestuurskundigen.

Paradepaardje van internationaal onderwijs onder druk De Engelstalige hbo-opleiding International Business and Management Studies is met bijna 10.000 studenten de grootste internationale opleiding in het Nederlandse hoger onderwijs. Maar hoe internationaal is IBMS nu werkelijk? “Door de vele Nederlandse studenten doe je de cruciale internationale competenties niet op.”

En verder 2 Colofon en redactioneel  4 Nieuwsberichten  11 Titulatuurstrijd lijkt ten einde  15 Column Hans-Georg van Liempd  18 Vliegende Hollander  19 Promoveren met een beurs  24 HvA-studenten schrijven Engelstalige boekjes  26 Alumnus  27 Cijfersysteem zet Nederland op achterstand  28 Internetbedrijfjes ontdekken tijdelijke kamermarkt  30 Pioniers in internationalisering  31 Agenda


n i euwsb er ic hten

Primeur UM: buitenlandse

Foto: Philip Driessen

CvB-voorzitter

Martin Paul, de nieuwe CvB-voorzitter van Maastricht.

De Duitser Martin Paul is benoemd tot collegevoorzitter van de Universiteit Maastricht (UM).

De huidige decaan van de faculteit Health, Medicine and Life Sciences is daarmee de eerste buitenlandse collegevoorzitter in Nederland. Paul (52) kwam drie jaar geleden als hoogleraar klinische farmacologie en toxicologie uit Berlijn. Daar was hij decaan en bestuurslid van het Charité Universitätsmedizin, een van Europa’s grootste universitaire medische centra. In Maastricht heeft hij zich veel beziggehouden met de fusie tussen het ziekenhuis en zijn faculteit. De Duitser heeft in Maastricht Nederlands geleerd. In universiteits­ krant Observant zegt hij alleen nog van zijn “afschuwelijk zware Duitse accent” af te willen. Paul ziet de

universiteit volgens de krant als een Nederlandse instelling met een internationaal karakter. Zijn adagium is: tweetalig waar nodig, en het Nederlands zeker niet afschaffen. De nieuwe voorzitter wil zich inzetten voor internationalisering “met meer aandacht voor andere nationaliteiten dan de nog overwe­ gend Duitse instroom”. Paul volgt Jo Ritzen op. Hij was acht jaar collegevoorzitter van de UM, die onder zijn leiding een zeer internationaal profiel kreeg. De raad van toezicht meldde vorig jaar dat Ritzens opvolger breed werd gezocht, in binnen- én buitenland. Dat het toch een interne kandidaat is geworden, is daarom verrassend.  (EB)

Directeur European University vervolgd Het Openbaar Ministerie gaat de directeur van de European University for Professional Education (EUPE) vervolgen. In dezelfde zaak moeten ook drie andere Hagenaars voor de rechter verschijnen. Wat hun ten laste wordt gelegd, is nog niet bekend. De nu 64-jarige Amerikaanse directeur van EUPE werd in oktober 2009 aangehouden op verdenking van onder meer mensensmokkel, mensenhandel en oplichting. Hij zou in het buitenland onder valse voorwendselen jongeren hebben benaderd om bij EUPE te komen studeren. Volgens het OM moesten de jongeren een aanzienlijk bedrag vooruit betalen. Toen ze eenmaal in Nederland waren, bleek er geen onderwijs te zijn.

4 | maart 2011 | transfer

De studenten restte volgens het OM niets anders dan voor weinig salaris banen te nemen die werden aangedragen door de andere verdachten. Ook zij werden begin oktober 2009 aangehouden. Deze Hagenaars waren volgens het OM niet bij EUPE in dienst, maar verrichtten hand- en spandiensten voor de hbo-instelling. Over de vierde man die wordt vervolgd wil het OM niets kwijt, behalve dat het een 56-jarige Hagenaar is. EUPE moest vorige zomer dicht na een vernietigend inspectierapport.  (EB) Lees alles over deze zaak in het dossier over de European University op www.transfermagazine.nl.


Studenten terug naar Midden-Oosten

Foto: UPI Photo / eyevine

Het merendeel van de veertig studenten die begin februari noodgedwongen terugkeerden uit Egypte, is inmiddels terug naar het Midden­Oosten. De bachelorstudenten zouden een semester Arabisch aan het Nederlands Vlaams Instituut Caïro (NVIC) volgen. Door de volksopstand in Egypte moest het instituut zijn deuren sluiten. Een aantal studenten, van de univer­ siteiten in Amsterdam (UvA), Leiden, Utrecht en Nijmegen, volgt nu een vervangend programma aan de Nederlandse Instituten in Syrië (NIASD) en Marokko (NIMAR). Arwen van der Burg, tweedejaars Arabische taal en cultuur, studeert nu samen met acht andere UvA­studenten en zes Leidse studenten in Damascus. “De docenten en het instituut in Caïro hebben zich heel hard gemaakt om een vervangend studieprogramma voor ons in Syrië te regelen”, vertelt ze. “Ik ben daar heel blij mee.” De kosten voor weer een vliegticket neemt ze voor lief. Rachel Croonen, studente Islam en Arabisch aan de Radboud Universiteit, vloog met drie studiegenoten op 12 februari al weer naar Rabat. “Ik wilde absoluut niet in Nederland blijven”, vertelt ze. Het studieprogramma in Marokko is nagenoeg hetzelfde als in Caïro. De Egyptegangers hoeven niet bang te zijn voor studievertraging. Degenen die niet naar Rabat of Damascus zijn vertrokken, kunnen het bestaande schaduwprogramma volgen. (EH)

Top vijf positie na 2014 De regering mikt er niet op deze kabinetsperiode al in de top vijf van kenniseconomieën te komen. Maar het is wel de bedoeling een belangrijke stap in die richting te zetten, schrijft Onderwijsminister Van Bijsterveldt. De positie van Nederland in de Global Competitiveness Index (momenteel nr. 8) is daarbij leidend. De oppositie had de minister gevraagd om concrete doelstellingen en een tijdpad wat betreft de ambitie uit het regeerakkoord om Nederland in de top vijf van kenniseconomieën te krijgen. Het kabinet kijkt volgens Van Bijsterveldt niet alleen naar de Global Competitiveness Index. Voor onder­ wijs, wetenschap en innovatie worden subdoelstellingen geformuleerd in de begrotingen. Zo moeten de gemiddelde reken­ en leesvaardigheid van kinderen in groep zes internationaal tot de top vijf behoren. Intussen werkt de Onderwijsraad aan een advies over hoe het onderwijs kan bijdragen aan het bereiken van de top vijf. Daarbij wordt bekeken aan welke landen Nederland zich kan en wil spie­ gelen. Ook komt de vraag aan de orde hoe het Nederlandse onderwijs het beste kan reageren op ontwikkelingen in het buitenland. Het advies moet eind dit jaar klaar zijn. (AS)

Vanwege de volksopstand keerden Nederlandse studenten terug uit Egypte.

transfer | maart 2011 | 5


ac htergron d

Denen willen buitenlanders niet financieren De Deense overheid wil de grote toestroom van uitwisselingsstudenten naar Denemarken afremmen. Vanaf komend studiejaar worden instellingen financieel gekort als zij meer inkomende dan uitgaande uitwisselingsstudenten hebben. Vorig studiejaar kwamen 6.100 studenten tijdelijk naar Denemarken, terwijl slechts 4.500 Denen op uitwisseling gingen. Om aan die wanverhouding een eind te maken, werd al in 2003 bepaald dat instellingen wel meer inkomende dan uitgaande uitwisselingsstudenten mogen toelaten, maar daarvoor dan geen financiering ontvangen. Tot nu toe werd die regel niet strikt nageleefd. Deense instellingen reageren verbolgen. Ze menen dat de minister hun internationaliseringsbeleid kapot maakt. Ook waarschuwen ze dat sommige instellingen nu misschien nog snel nieuwe uitwisselingsverdragen zullen sluiten met partners waarvan de kwaliteit twijfelachtig is. De studentenvakbond vreest dat bestaande uitwisselingsverdragen zullen worden opgezegd, als de buitenlandse studenten niet langer in Denemarken worden toegelaten.  (RV) Vlaanderen vreest Nederlandse studenten Vlaanderen zit niet te wachten op een massale toeloop van Nederlandse studenten, nu studeren in Nederland steeds duurder wordt. Volgens Kristiaan Versluys, onderwijs­directeur van de Universiteit Gent, scoren Nederlandse studenten in Vlaanderen ‘dramatisch slecht’. In De Standaard zegt hij: “In principe zijn wij voorstander van buitenlandse studenten aan onze universiteit, maar het mag niet zo zijn dat we worden overspoeld door Nederlandse studenten die binnen hun eigen systeem zeer slechte resultaten hebben behaald en dan naar hier komen.” In De Telegraaf zegt een woordvoerder van de Vlaamse onderwijsminister: “Van het Europese Hof mogen we geen onderscheid maken tussen Europese studenten. Maar we gaan in mei kijken of het aantal inschrijvingen flink is ­opgelopen en ons dan beraden op maatregelen.”  (EB) Veel minder studenten naar Zweden Internationale studenten laten Zweden massaal links liggen nu ze daar collegegeld moeten gaan betalen. Het aantal aanmeldingen voor volgend studiejaar is fors lager dan voor eerdere jaren. Voor masterprogramma’s daalde het aantal inschrijvingen met 73 procent. Het Zweedse parlement besloot vorig jaar om het hoger onderwijs voor Zweden en EU-burgers gratis te houden, maar vanaf najaar 2011 collegegeld te vragen aan nieuwe studenten uit andere landen. Instellingen mogen zelf bepalen hoe hoog het collegegeld wordt, gebaseerd op kostendekkendheid. Voor de meeste opleidingen variëren de bedragen van ongeveer 8.500 euro tot ruim 14.500 euro, aldus Study in Sweden. Bij studies als geneeskunde kan dat fors hoger zijn. Niet-EU-studenten lijken nu hun heil te zoeken in Noorwegen, waar studeren nog wel gratis is, meldt University World News.  (AS)

6 | maart 2011 | transfer

Foto: Inge Yspeert/HH

Buitenlands nieuws

Inschrijving bij de GBA wordt een voorwaarde voor bekostiging.

GBA-inschrijving blijft nog probleem Er is nog geen oplossing voor de problemen die ontstaan als studenten vanaf 1 september ingeschreven moeten zijn in de gemeentelijke basisadministratie (GBA) om bekostigd te worden. Dat bleek afgelopen maand op de door de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) georgani­ seerde HO-conferentie. Verontwaardigde instellingen noemen de voorwaarde een belemmering voor inter­ nationalisering. Tijdens de conferentie kwamen verschillende ­scenario’s aan de orde, waarbij instellingen bekostiging voor studenten in of uit het buitenland mislopen. Wie bijvoorbeeld voor stage langer dan acht maanden de grens over gaat, moet zich bij de GBA laten uitschrijven. Enkele jaren geleden werd een uitzondering opge­ nomen in de wet, om te voorkomen dat Nederlandse studenten in dat geval niet meetelden voor bekostiging. Maar bij de aanscherping van de bekostigingsregels afge­ lopen jaar is die uitzondering geschrapt, vertelde een OCW-medewerker. Bij buitenlandse studenten is het probleem, dat instel­ lingen hen niet kunnen dwingen zich in te schrijven in het GBA. Soms kost de registratie veel tijd, waardoor in de tussentijd de teldatum verstrijkt. En als de student binnen vier maanden weer naar het buitenland vertrekt voor stage, weigert de gemeente hem of haar in te schrijven. De ongeruste aanwezigen kregen de toezegging dat het punt nog zal worden besproken met het ministerie en het Uitvoeringsoverleg Bekostiging.  (AS)

Meer nieuws dagelijks op www.transfermagazine.nl


Saxion discussieert over Duitse studenten Wat zou een aanvaardbaar percentage Duitse studenten zijn? Die vraag is bij Saxion onderwerp van discussie. Het streven voor 2012 is een beper­ king tot 10 procent, schrijft hogeschoolblad Sax. De instelling zelf spreekt dat tegen en benadrukt dat alle Duitsers welkom zijn. In het jaarplan 2012 staat dat Saxion zich moet afvragen of het wenselijk is de huidige hoeveelheid Duitse studenten (circa 12 procent) te handhaven, zegt woordvoerder Rob Admiraal. Volgens hem is de uitkomst van de discussie dat de hogeschool dat per opleiding moet bekijken. “Bij een Engelstalige

opleiding is 30 procent Duitse studenten niet te veel”, vindt hij. “Maar bij een juridische opleiding is een goede kennis van het Nederlands bijvoorbeeld belangrijk.” Momenteel zijn er geen problemen met de aantallen Duitsers, stelt Admiraal. Toch schreef de Twentsche Courant/Tubantia even­ eens over grenzen aan het aantal Duitsers bij Saxion, al wijst bestuursvoorzitter Wim Boomkamp er in dat artikel op dat de hogeschool een Duitse student niet kan weigeren als die aan alle voorwaarden voldoet. Wel kan Saxion intakegesprekken houden en proberen meer andere nationaliteiten te werven.  (AS)

‘‘Gemengde introductieweek

werkt niet’’

Foto: Philip Driessen

De introductieweek in Maastricht, Inkom.

Maastrichtse studentenorganisaties willen geen gemengde Engelstalige mentorgroepen meer tijdens de introductieweek. De afgelopen twee jaar doorliepen Nederlandse en buitenlandse eerste­ jaars gemengd de zogeheten Inkom. Dat was geen succes, zeggen de organisaties in universiteitskrant Observant.

“De gemengde Inkomgroepen vielen voortijdig uit elkaar, mede doordat de buitenlanders zelf afhaakten”, aldus Joshua de Kroes, universiteits­ raadslid en voorzitter van de grote studenten­ vereniging Tragos. “We merkten ook dat niet alle mentoren zin hadden om de buitenlanders er echt bij te betrekken.” Tot 2009 kende de Universiteit Maastricht tijdens de introductie aparte mentorgroepen voor Nederlandse en buitenlandse eerstejaars. De gemengde groepen zijn er gekomen op sterk aandringen van het college van bestuur, dat de integratie tussen de verschillende nationaliteiten wilde bevorderen. Maar zelfs internationale studentenvereniging Aegee vindt dat de groepen beter weer gesplitst kunnen worden. Volgens Aegee helpen Nederlandse bege­ leiders de buitenlanders niet met de integratie in de groep en willen ze niet altijd Engels spreken. Ook Nederlandse eerstejaars zouden liever Nederlands spreken tijdens de introductie. De voorzitter van het team dat de Inkom 2011 voor­ bereidt, Anne van Tetering, is niet van plan het beleid te wijzigen. Wel wil ze met de universiteitsraad en de studentenverenigingen over het onderwerp praten.  (EB)

transfer | maart 2011 | 7


i ntervi ew

james

ken n edy

,

keynote

-s

p r e k e r

o p

n u f f i c

-ja

a rco n g r e s

:

Foto: HenriĂŤtte Guest

‘Beslis per opleiding over

Dat Engelstalig onderwijs voor Nederlandse instellingen een meerwaarde heeft, is evident, vindt James Kennedy, keynote-spreker op het Nuffic-jaarcongres. Toch ziet de Amerikaans-Nederlandse hoogleraar geschiedenis genoeg opleidingen waar juist Nederlands onmisbaar is. Zijn ideaal? Volledig tweetalige opleidingen, waarbij studenten zelf kiezen wat ze in welke taal volgen.

8 | maart 2011 | transfer


gebruik van Engels’ In het leven van James Kennedy is meertaligheid een In de discussie over het gebruik van Engels aan vast gegeven. “Sinds het moment dat ik kinderen Nederlandse hogeronderwijsinstellingen is dit een heb met mijn Nederlandse vrouw, bestaat er bij ons veelgehoord kritiekpunt. Nuances, verdieping, thuis een papataal en een mamataal. Daar zijn we heel maar ook grappige anekdotes zouden verloren consequent in”, vertelt de Amerikaanse historicus, die gaan, simpelweg omdat dat alles voor docenten sinds 2003 in Nederland woont. te vermoeiend of te moeilijk is in een andere taal. Maar ook in zijn eigen jeugd, in de Verenigde Staten, Studenten zouden ook minder kennis opnemen als ze speelden meer talen al een rol. Ook zijn vader trouwde colleges volgen in een andere taal. met een Nederlandse vrouw. In vakanties verbleef het Wereldwijd wetenschappelijk publiek gezin vaak in Nederland, en op 8-jarige leeftijd bracht Ook dat herkent Kennedy. “Voor studenten is James zelfs een jaar door op een Nederlandse basis­ college volgen in een andere taal een totaal andere school. Vanaf dat moment probeerden zijn ouders de onderwijservaring. Ik heb dat in de praktijk voor belangstelling voor het Nederlands bij hem verder het eerst ervaren toen ik, door de komst van twee aan te wakkeren. Dat lukte goed, niet in de laatste buitenlandse studenten, mijn plaats door abonnementen op Nederlandse colleges ineens in het Nederlandstalige strips. Ook later, “Overschakelen op het Engels moest gaan doen. Wat je tijdens zijn studie aan Georgetown dan merkt, is dat ongeveer de helft University in Washington, bleef Engels is voor de ene van de Nederlandse studenten goed Kennedy belangstelling houden voor meedraait in de discussies en dat de het Nederlands. opleiding heel nuttig en voor andere helft min of meer afhaakt.” Makkelijke spreker Bedoelt Kennedy dat het beter is James Kennedy is sinds 2007 hoog­ de andere gewoon niet” om aan Nederlandse instellingen leraar Nederlandse geschiedenis geen Engelstalige colleges te geven? aan de Universiteit van Amsterdam Nee, daarvoor zijn er volgens de (UvA). Hij vestigde zich vier jaar daarvoor al in historicus weer te veel argumenten vóór. Hij somt Nederland, om hoogleraar contemporaine geschie­ om: “Het gebruik van Engels bevordert de mobiliteit. denis te worden aan de Vrije Universiteit (VU). Vanaf Door in het Engels te werken, kunnen studenten hun dat moment was het Nederlands ook in zijn werk een eigen onderzoek veel beter inbedden in wat andere vaste factor. Sprak hij de taal meteen vanaf het begin studenten en wetenschappers buiten Nederland aan goed genoeg om er college in te geven? “Dat moet je het doen zijn. Maar ook voor de verspreiding van aan mijn studenten van toen vragen”, lacht Kennedy. je eigen ideeën is het gebruik van Engels belang­ Om er meteen in alle ernst aan toe te voegen: “Ik rijk. Wie weet anders wat je aan het doen bent? ben van nature een makkelijke spreker en ik sprak al Academisch Engels biedt de mogelijkheid om een Nederlands toen ik begon. Maar ik moet heel eerlijk wereldwijd wetenschappelijk publiek te bereiken.” zeggen dat het lang heeft geduurd voordat mijn De man die normaliter niet terugdeinst voor uitge­ colleges in het Nederlands net zo goed, of bijna net zo sproken opinies – onder meer in zijn tweewekelijkse goed, waren als in mijn moedertaal.” column in dagblad Trouw – laat zich in de kwestie Bij Nederlandse collega’s die in het Engels doceren, ‘Engels, ja of nee?’ niet verleiden tot een zwart­ neemt Kennedy hetzelfde waar. “Soms zijn we witantwoord. “Het hangt er écht van af”, zegt hij. geneigd te denken dat we gewoon de knop kunnen “Neem een opleiding als archeologie. Archeologen omzetten en dat we dan moeiteloos in een andere taal vormen wereldwijd een redelijk kleine gemeenschap verder praten. Maar dat is niet zo. Zelfs in Nederland, in een veld waar de lingua franca onmiskenbaar waar mensen zeer goed Engels spreken, is lesgeven Engels is. Engelstalige literatuur en onderzoeken in het Engels soms gewoon te veel gevraagd van domineren dit vakgebied. Bij zo’n opleiding zou ik docenten. Het kan dan ten koste gaan van de kennis­ resoluut de knop omzetten en al het onderwijs in het overdracht.” Engels aanbieden.”

transfer | maart 2011 | 9


Na een korte denkpauze vervolgt hij: “Maar wat doe je met een opleiding als Nederlands recht? Of mijn eigen vak, Nederlandse geschiedenis? Natuurlijk wil je het vak internationaal op de kaart zetten en aantrekkelijk maken voor buitenlandse studenten. Maar als zij gedegen onderzoek willen doen in hun vakgebied, dan hebben zij het Nederlands hard nodig. Is het dan in hun voordeel om alle cursussen in het Engels te volgen?” Dat een instelling zoals de Universiteit Maastricht volledig op Engels wil overschakelen, begrijpt hij wel. “Maar vergeet niet dat Maastricht alleen al door haar ligging een kritische massa aan buiten­ landse studenten heeft, waardoor overschakelen op het Engels meer voor de hand ligt.” Voor andere Nederlandse instellingen, zoals ook zijn eigen UvA, vindt hij een dergelijke totaalkeuze minder zinnig. Een keuze op opleidingsniveau lijkt hem beter. “Als je er goed over nadenkt in termen van doelmatigheid, kom je al snel tot de conclusie dat overschakelen op het Engels voor de ene opleiding heel nuttig is en voor de andere opleiding gewoon niet.”

Twee sporen Resteert het argument dat een opleiding in het Engels meer buitenlandse studenten aantrekt dan een opleiding in het Nederlands. Nog mooier zou Kennedy het daarom vinden als er per opleiding een tweetalig aanbod zou zijn, dat wil zeggen: een volledig Engelstalig én een volledig Nederlandstalig programma. “Die twee sporen kun je apart houden, of je kunt combinatiemogelijkheden aanbieden”, denkt hij. Nederlandse studenten zouden zelf kunnen bepalen hoeveel van de opleiding ze in het Engels willen volgen. En voor buitenlandse studenten blijven de opleidingen aantrekkelijk, zonder dat hun de mogelijkheid wordt ontnomen om lessen in het Nederlands te volgen. “Docenten worden minder belast, studenten hebben de keuze”, filosofeert Kennedy. Hij realiseert zich dat een dergelijke oplossing niet overal administratief en financieel haalbaar zal zijn. “Maar voor sommige opleidingen zou het zeker een aantrekkelijke uitkomst zijn. Ook hier geldt: maat­ werk per opleiding. En heel goed kijken of het de investering waard is.”

Als Amerikaanse hoogleraar op een Nederlandse universiteit is Kennedy een goed voorbeeld van wat het resultaat kan zijn van internationalisering. Ook ziet hij, ondanks zijn specifiek Nederlandse studie­ richting, de nodige buitenlandse studenten op zijn colleges. Betekent dit dat Nederland al een aantrek­ kelijke studiebestemming is voor buitenlanders? Kennedy vindt van wel. “Aan de kwaliteit ligt het zeker niet. Als er een probleem is met Nederland als internationale studiebestemming, dan is het vooral het feit dat Nederland onzichtbaar blijft. Voor veel buitenlanders, en zeker voor Amerikanen, is het vaak niet duidelijk waarom ze in Nederland moeten gaan studeren.”

Gateway to Europe Het maakt ook domweg verschil of je uit een klein of uit een groot land komt, licht de Amerikaan toe. “Nederlanders zullen andere plekken altijd interes­ santer vinden dan hun eigen land. In een groot land als de VS is dat anders. Maar als je Nederland kunt presenteren als de plek waar je toegang krijgt tot héél Europa, dan denk ik dat er goede kansen zijn om het land meer als internationale studiebestemming te profileren. Noem het maar de gateway to Europe.” Nederland als toegangspoort tot Europa. Het is een slogan die vertrouwd in de oren klinkt. Het is ook een doelstelling die goed past bij de ambities van de huidige regering om Nederland in de topvijf van wereldwijde kenniseconomieën te krijgen. Wat vindt Kennedy daarvan? “Ambitie is een goede Nederlandse eigenschap. En ik zie geen reden waarom Nederland niet in die topvijf terecht zou kunnen komen. Maar met de huidige bezuinigingen in het hoger onderwijs komt ook een andere kenmer­ kende eigenschap van Nederland naar voren: dat we voor een dubbeltje op de eerste rang willen zitten.”

rob burkhard

n u f f i c

ja a rco n g r e s

Het Nuffic Jaarcongres vindt plaats op 15 maart in Amsterdam, in de Beurs van Berlage. Thema is de meerwaarde van meertaligheid voor het hoger onderwijs. Meer info via www.nuffic.nl/jaarcongres

10 | maart 2011 | transfer


actu eel

VSNU staakt verzet tegen gelijke titulatuur

De kogel lijkt door de kerk. Staatssecretaris Zijlstra heeft besloten dat afgestudeerden in het hbo dezelfde titels mogen gaan voeren als die in het wo. De VSNU, die zich jarenlang tegen deze wens van hogescholen verzette, legt zich hier nu bij neer.

Halbe Zijlstra, staatssecretaris

Foto: Freek van den Bergh/ANP

van Onderwijs.

De discussie over titulatuur laaide weer hoog op in 2009. Toenmalig minister Plasterk wilde hbo-afge­ studeerden de mogelijkheid geven zich Bachelor of Applied Arts/Sciences te noemen. “De minister maakt ons blij met een dooie mus”, reageerde de HBO-raad toen. Halbe Zijlstra, destijds Kamerlid en woord­ voerder hoger onderwijs voor de VVD, sprak van ‘het vervangen van de ene niet begrepen titel door de andere’. “Wij zijn kennelijk niet bereid onze hbo’ers in het buitenland te helpen”, concludeerde hij, om het plan vervolgens toch te steunen. Maar Plasterk schoof de hete aardappel door naar de commissie-Veerman, die van hem de opdracht kreeg de toekomstbestendigheid van het hogeronderwijs­ systeem te beoordelen. De overheid zou zo snel moge­ lijk de ‘huidige onderwaardering van (een deel van) de hbo-opleidingen’ moeten aanpakken, adviseerde de commissie, met ‘vergelijkbare titulatuur als bij de universiteiten’. Gesteund door dit advies hakt Zijlstra nu de knoop door in de kabinetsreactie op het rapport van Veerman: het wettelijk onderscheid vervalt, zodat er een voor het buitenland transparante titulatuur komt die studenten kan helpen door te stromen naar internationale vervolgopleidingen en banen.

Bas Kortmann, rector van de Radboud Universiteit Nijmegen, heeft daar bedenkingen tegen. “Het is belangrijk om te weten wat er aan een titel ten grond­ slag ligt”, zegt hij in een artikel op de website van zijn universiteit. “Als je het verschil in titels wegneemt, zijn titels minder zeggend.” Kortmann mag kritisch zijn, zegt VSNUwoordvoerder Aly Oldersma. Maar het is geven en nemen. “We zien het belang van de volledige implementatie van de adviezen van Veerman voor de toekomst van het hoger onderwijs. De ene maat­ regel komt ons natuurlijk beter uit dan de andere, en we hadden deze liever als sluitstuk gezien. Maar we gaan niet ‘cherry picken’.” Oldersma benadrukt dat het diploma duidelijk moet maken welke opleiding iemand heeft genoten. Om die reden wil Zijlstra ook dat hogescholen zich university of applied sciences noemen, en niet slechts university.

Type opleiding In de kabinetsreactie geeft de staatssecretaris niet aan hoe de hbo’ers zich in de toekomst precies kunnen gaan noemen, en of dat ook geldt voor mensen die nu al afgestudeerd zijn. Die voeren de titel Bachelor, eventueel aangevuld met een vakgebied. Het zou voor de hand liggen dat dat Bachelor of Arts of Bachelor of Science wordt. Zijlstra schrijft wel dat de toevoeging moet passen bij het type opleiding. Een woordvoerder van OCW kan niet uitleggen wat de staatssecretaris daarmee bedoelt. “Hoe dit precies vorm krijgt, wordt uitgewerkt in de Strategische Agenda, die voor de zomer verschijnt.”

annelieke slappendel

transfer | maart 2011 | 11


ac htergron d

ta alcu rsussen

wor den

va a k

te

d u u r

g evo n d e n

Buitenlandse studenten willen graag PINDA

FI ETS

pin·du

h·cars

Foto: Amber Beckers/HH

Foto: ©Richard Risemberg 2010/Bicycle Fixation

feets

K A AS

gratis op=op Steeds meer buitenlandse studenten willen tijdens hun studieperiode in ons land graag Nederlands leren. Maar de kosten die veel instellingen voor hun cursussen rekenen, maken dat niet altijd even aantrekkelijk. Wordt de Nederlandse kenniseconomie de dupe van dat prijsbeleid?

Aan de Universiteit Twente (UT) speelt een kwalijke zaak, vertelt Katja Hunfeld, coördinator Nederlands als buitenlandse taal bij het talencentrum. Ze doelt op de situatie rond de cursus Nederlands voor buiten­ landse studenten, die het talencentrum al jaren aanbiedt. Die cursus was voorheen altijd gratis en trok ongeveer driehonderd studenten per jaar. Dit jaar zijn er geen inschrijvingen. Hunfeld weet wel hoe dat komt. “We moesten bezuinigen. Studenten moeten dit jaar daarom voor het eerst betalen voor een cursus.” De tarieven, die afhangen van de lengte van de cursus, variëren van 50 tot 150 euro. En dat vinden de studenten te duur. “Ze komen niet meer”, zegt Hunfeld. Ze vindt de kwestie kwalijk omdat de UT, mede door de gratis cursussen Nederlands, jarenlang een sterke aantrekkingskracht op buitenlandse studenten heeft gehad. “De studenten die hier komen, weten er

12 | maart 2011 | transfer

vrijwel allemaal van af. Een deel van hen is veront­ waardigd dat ze plotseling moeten betalen, terwijl dat nog niet zo was toen ze hier aankwamen.”

Wachtlijst Volgens Hunfeld willen alle buitenlandse studenten op een bepaald moment wel Nederlands leren. Dat merken meer instellingen. Nu steeds meer buiten­ landers in Nederland komen studeren, neemt ook de belangstelling voor de taalcursussen toe. Bij de Universiteit van Amsterdam (UvA) is de vraag zelfs zo groot, dat het Instituut voor Nederlands als Tweede Taal een wachtlijst heeft aangelegd. En ook medewerkers van talencentra van andere instel­ lingen merken steeds meer belangstelling voor hun cursussen. Wat betreft de mogelijkheden zijn de instellingen aan elkaar gewaagd. Vrijwel allemaal hebben ze een

hee


nieuw

Nederlands leren LIG L E Z E G ll·ug g

erlijk

Foto: David Rozing/HH

Foto: Inge Yspeert/HH

kh·se

EN PINiN n·in p

talencentrum waar ze cursussen Nederlands voor Vijftig aanmeldingen extra Dat de kosten een belangrijke overweging zijn voor buitenlandse studenten aanbieden. Er zijn cursussen studenten om zich wel of niet te verdiepen in de op allerlei niveaus: van het eenvoudigste basisniveau Nederlandse taal, merkte niet alleen het talencen­ tot bijna vloeiend Nederlands leren. Verder is er een trum van de Universiteit Twente. ruime keuze aan summerschools, Bij Fontys Hogescholen steeg de intensieve en avondcursussen. “Buitenlandse talenten vraag naar een beginnerscursus Maar de prijzen die daarvoor Nederlands ineens explosief worden gevraagd, lopen sterk zullen eerder overwegen in toen die, dankzij een bijzondere uiteen. In Leiden kost een avond­ constructie, ineens 50 euro kostte cursus van 55 uur bijvoorbeeld Nederland te blijven als ze in plaats van de gebruikelijke 180. bijna vijfhonderd euro. De UvA zit, Saskia O’Neill, coördinator van met 210 euro voor 36 uur, op een de taal spreken” het minor-programma Nederlands vrij gemiddeld niveau. Maar aan de bij Fontys, legt uit hoe dat zit. Universiteit van Tilburg hebben “Behalve een minor-programma studenten een jaar lang recht op Nederlands, dat buitenlandse studenten als onderdeel gratis cursussen van het talencentrum. Buitenlandse van hun curriculum kunnen volgen, bieden wij een studenten van de toerismeopleidingen van de NHTV minder intensieve cursus ‘Survival Dutch’ aan. Die Breda krijgen zelfs een jaar verplicht Nederlands als cursus is geen onderdeel van het curriculum en kost onderdeel van het curriculum. Na dat jaar mogen gewoonlijk 180 euro. Vorig jaar boden we de cursus ze – ook gratis – vervolgcursussen volgen; ongeveer voor 50 euro aan, in het kader van een samenwer­ 50 procent maakt van die mogelijkheid gebruik. king met de opleidingen International Business and Een buitenlandse student die Nederlands wil leren, Management Studies en ICT. In een keer kregen we betaalt in Tilburg en Breda dus geen cent voor iets via die samenwerking vijftig aanmeldingen extra!” wat hem of haar in Leiden vele euro’s zou kosten. Dat is nogal een verschil.

transfer | maart 2011 | 13


r e k k le O’Neill constateert dat de interesse om Nederlands te leren er dus overduidelijk is bij buitenlandse studenten, en dat geld een zeer grote rol speelt. Toch is het volgens haar bij Fontys niet mogelijk om de cursussen structureel goedkoper te maken. “Wij moeten onszelf bedruipen. Dat lukt niet met 50 euro per student.”

Kostprijs En zo is de situatie bij meer instellingen Taal­ cursussen kosten geld en in tijden van bezuinigingen hebben veel instellingen dat er niet voor over. Ook al realiseren zij zich best dat een gewilde service zoals gratis Nederlandse les, een mooi gebaar zou zijn tegenover de buitenlandse studenten. “Wij vragen de kostprijs”, zegt Gabriël Hoezen, hoofd van het talencentrum van de Universiteit Leiden. Dat moet wel, legt hij uit. “Het college van bestuur kiest ervoor om aanvullende taalcursussen niet structureel te subsidiëren. De prioriteit is niet hoog genoeg. Voor buitenlandse studenten is de Engelstalige master het allerbelangrijkste. Ze moeten in een à twee jaar een diploma halen en dat is al een flinke opgave. Mede daarom hameren wij niet op Nederlands leren.” Toch geven de meeste instellingen aan dat ze Nederlands leren wel degelijk belangrijk vinden. Omdat studenten op die manier beter integreren, zichzelf kunnen redden bij eenvoudige dingen als boodschappen doen, maar ook bij het regelen van gemeentezaken. Buitenlandse studenten die de taal spreken, komen over het algemeen ook veel makke­ lijker in contact met Nederlandse studenten.

Guus Meeuwis Dat ondervond Veronika Brantová, studente international relations aan het University College Maastricht. “Nederlandse studenten waarderen het dat ik moeite doe om hun taal te leren”, vertelt de Tsjechische. “Ze helpen door mij te laten luisteren naar liedjes als ‘Het is een nacht’ van Guus Meeuwis en ze lenen mij Jip en Janneke-boeken. Ik leer de Nederlandse cultuur op deze manier ook beter kennen.” Brantová heeft het Nederlands nodig, omdat ze in de universiteits­ raad zit. “Anders kan ik veel stukken niet lezen.” Ze volgde in Maastricht een avondcursus van 56 uur voor Duitstalige studenten. Kosten: 215 euro. “Dat is veel geld voor studenten”, zegt ze. In Maastricht staan de prijzen voor de cursussen ook ter discussie. Universiteitsraadpartij DOPE

14 | maart 2011 | transfer

(een andere partij dan die van Brantová) pleit al jaren voor gratis lessen. “Door lessen Nederlands vinden buitenlanders aansluiting bij de stad”, vertelt voorzitter Karel van Eechoud. “Zo wordt de veelbe­ sproken kloof tussen hen en Nederlandse studenten verkleind. Dat mag best financieel worden onder­ steund. Maar ik weet ook dat het economisch zware tijden zijn.” De Universiteit Maastricht kwam al wel met een creatieve oplossing: een online cursus Basic Dutch voor 25 euro. “Maar heel veel meer dan een brood bestellen en simpele zinnen begrijpen, leer je daarmee niet”, aldus Van Eechoud.

Carrièrekansen Veel buitenlandse studenten willen de taal leren om hun kans op een baan in Nederland te vergroten. “Met mijn voltooide economiestudie op Harvard en werkervaring bij financiële instellingen in New York en Polen, heb ik weliswaar al veel ervaring. Maar je kunt niet goed in een land functioneren als je de taal niet spreekt”, zegt UvA-student economie Marek Troszczynski van Genderen, die in Polen opgroeide. Hij heeft een Nederlandse vader, die hem echter geen Nederlands leerde. Pal Buoy uit Cambodja sluit zich daarbij aan. “Als ik in Nederland blijf, is het heel handig om de taal te spreken”, zegt Buoy, die international tourism and travel industry studeert aan de NHTV Breda. De Cambodjaanse student heeft een jaar verplicht Nederlands gevolgd. “En ik ga ermee door omdat het mijn carrièrekansen vergroot. Ik denk dat Nederlands leren het voor veel buitenlandse talenten aanne­ melijker maakt dat ze na hun studie in Nederland blijven. Ze zullen een verblijf hier eerder overwegen en meer Nederlandse vrienden maken.” Wellicht kan dat argument instellingen toch over­ tuigen om cursussen Nederlands ook in economisch zware tijden goedkoop te houden. Buitenlands toptalent, zo wordt altijd beweerd, is hard nodig om de Nederlandse economie gezond te maken en te houden. Het zou in dat licht van wel erg weinig visie getuigen als de kosten voor een cursus Nederlands het struikelblok zouden zijn.

robert visscher

aanbied

ing


C

O

L

U

M

N

Kuifje in

honderd talen

Foto: Verbeeld

In januari van dit jaar was ik aanwezig bij de Expertmeeting van het Netwerk Academische Communicatieve Vaardigheden, die dit keer toevallig op Tilburg University werd gehouden. Ik woonde interessante brain­ stormsessies en discussies bij over het gebruik van Engels in het hedendaags acade­ misch onderwijs. Hoe gaan instellingen om met Engels als instructietaal, als sociale taal en als productietaal? We zien dat veel instellingen in prachtig Engels wervingsbrochures – de productie­ taal ­ maken, vervolgens verwachten internationale studenten en medewerkers eenzelfde niveau Engels in de international classroom – de instructietaal – en vervolgens wordt in de dagelijkse omgang met mede­ student en collega het Engels als sociale taal gebruikt. Als internationaliseerders pleiten we er natuurlijk voor dat dezelfde internationale student en mede­ werker bereid is, zeker als men langer dan een jaar blijft, het Nederlands machtig te worden. Daarmee komen we tevens de politiek tegemoet. Tijdens de Expertmeeting viel het op dat het aanbieden van taalcursussen an sich, betiteld werd als ‘we hebben een taalbeleid’. Taaldocenten van universiteiten en hogescholen beklaagden zich erover dat veel energie en geld gestoken wordt in de werving van studenten en in onderwijs­ en onderzoeksamenwerking met hoogaangeschreven instellingen in het buitenland. Maar dat het nadenken over wat dat betekent voor de ‘taligheid’ van de instelling en hoe je daarin stra­ tegisch zou moeten opereren helemaal niet op het netvlies staat van de bestuurders. Op taalgebied moet je als instelling keuzes durven maken. Zo heeft mijn eigen instelling ervoor gekozen voortaan Tilburg University te heten, ook in Nederland, en om standaard het Amerikaans Engels te hanteren. Je kunt hier van alles van vinden maar het is een duidelijke keuze. En een met vergaande consequenties. Daarom neemt de instelling tot

september 2012 de tijd dit beleid om te zetten in productie­ en instructie­uitingen. Sociaal zal iedereen een mengelmoes blijven gebruiken, het Global English. Immers, het Engels is in het hoger onderwijs de lingua franca geworden. Tegelijkertijd bestaan er vele pleitbezorgers van kleine talen en dialecten. Dat merk ik als fan van Kuifje. Kuifje is in honderd talen en dialecten beschikbaar. Vele streektaalliefhebbers brengen een Kuifjeboek in hun streektaal uit, waardoor mijn verzameling jaarlijks met enkele exemplaren groeit. Liefde voor taal is belangrijk. Wij, internationaliseerders, weten dat meertaligheid verrijkt. Voor employability van hoger opgeleiden is het raadzaam dat de student meer talen dan alleen het Nederlands en Engels goed beheerst. Voor een goed verblijf als exchange student, als masterstudent in den vreemde, voor een beter begrip van andere culturen en ‘just for the fun of it’. Ik vraag me sterk af of hogeronderwijsinstellingen de internationali­ seringsstrategie weten te vertalen in een goed door­ dacht taalbeleid. Tot nu toe lijkt het een laissez-faire­ taalbeleid. De Onderwijsraad bereidt een advies voor over het gebruik van vreemde talen, in het bijzonder het Engels, in het hoger onderwijs. Hopelijk leidt het advies bij instellingen voor hoger onderwijs tot een stevige herbezinning en adequaat taalbeleid. Vanwege het volgen van een cursus Spaans ligt ‘Tintin en el Tibet’ ongeopend op mijn nachtkastje. Nu ben ik met zangles bezig, of toch maar een cursus Italiaans? Of dolce far niente?

hans-georg van liempd Hans-Georg van Liempd is senior programme manager, verantwoordelijk voor het programma ‘international campus’ aan Tilburg University. Sinds september 2010 is hij vice-president van de European Association for International Education.

transfer | maart 2011 | 15


ac htergron d

engelse

bac h elorcolleges

kom e n

vo lg e n d

ja a r

te r u g

Bestuurskundigen willen even

geen Engels meer

Beleidsmakers in het hoger onderwijs zijn er gek op: Engelstalig onderwijs. Maar in de collegezaal pakt het – om uiteenlopende redenen – niet altijd goed uit. Docenten bij bestuurskunde aan de Radboud

Illustratie: Niels Bongers

Universiteit Nijmegen besloten dit jaar daarom terug te gaan naar het Nederlands.

De meeste mastervakken aan Nederlandse univer­ siteiten kunnen sinds een paar jaar alleen nog in het Engels worden gevolgd. En ook in de bachelorfase is het een trend om steeds meer vakken in het Engels aan te bieden. Door het gebruik van Engels worden Nederlandse instellingen interessant voor inter­ nationale kenniswerkers, schrijft de Nuffic op de webpagina waarop ze het thema van haar jaarcongres introduceert. Dat gaat dit jaar over de meerwaarde

16 | maart 2011 | transfer

van meertaligheid voor het hoger onderwijs. “Meer buitenlanders in de les is fantastisch leuk”, benadrukt Michiel de Vries, hoogleraar bestuurs­ kunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen (RU). “Door hun andere kijk op onderwerpen en hun andere cultuur voegen ze veel toe aan de lessen. Maar hun deelname aan de colleges heeft ook veel nadelen.”


De opleiding bestuurskunde gaf vorig jaar een aantal Hester Poelman (21) volgde vorig jaar het vak Policy bachelorcolleges in het Engels: cycle in het Engels. “Ik vond dat interessant, omdat ik National European institution, Policy cycle en Key het bestuurskundejargon vooral in het Nederlands ken. figures in public administration. Dat is veel hoogle­ Het was spannend om de Engelse termen te horen. Als raren zo slecht bevallen dat ze de colleges dit studie­ je naar het buitenland wilt, is het een goede oefening jaar weer in het Nederlands geven. om een vak in het Engels te volgen.” “Als je lesgeeft in het Engels, vallen de nuances in je Toch is de studente achteraf niet onverdeeld enthou­ verhaal weg”, zegt De Vries. “Niet omdat het Engels siast. “Bestuurskunde is een nationaal georiënteerde van de docenten nu zo beroerd is. Veel docenten studie. Er komen veel typisch Nederlandse onder­ hebben cursusen Engels gevolgd en nemen deel aan werpen aan bod, zoals hoe het Nederlandse zorgstelsel buitenlandse studiereizen en semi­ is geregeld. Buitenlandse studenten nars. Maar in je moedertaal is het snappen daar niets van. De docent “Door al die onnodige uitleg was minstens een halfuur per les nu eenmaal makkelijker om je zeer genuanceerd uit te drukken.” bezig om dat soort zaken uit te konden we niet diep op de Een ander struikelblok was het leggen.” Engels van de studenten. “Voor Ook de andere kijk die de buiten­ werkelijke inhoud ingaan” sommige Nederlandse studenten landse studenten op bepaalde dingen was het Engels een brug te ver.” bleken te hebben, vond Poelman Maar het grootste probleem waren maar deels een toevoeging. “Het is de buitenlandse studenten zelf, zegt De Vries. interessant om te horen dat het zorgstelsel in Spanje Bij sommige colleges zaten twintig studenten, heel anders in elkaar steekt doordat de zorg veel meer bij andere maar vier, op dertig Nederlandse op familieleden wordt afgewenteld, maar in de lesstof studenten. “Veel van deze studenten wisten niets kwam dat verder niet terug. Op het tentamen kregen van bestuurskunde af.” we alleen vragen over de Nederlandse situatie. Door al Dat laatste was het voornaamste probleem – niet die onnodige uitleg konden we niet diep op de werke­ zozeer een taalkwestie dus, als wel een zaak van lijke inhoud ingaan.” organisatorische aard. Het onderwijscentrum van Hogere eisen de RU had buitenlandse studenten met verschil­ De bedrijfskundestudent vindt het dan ook prettig lende vooropleidingen doorverwezen naar bestuurs­ dat de colleges dit studiejaar weer in het Nederlands kunde, omdat die opleiding als een van de weinige worden gegeven. Maar voor komend jaar staan er toch Nijmeegse studies, bachelorcolleges in het Engels weer Engelse lessen gepland; de faculteit wil dat nu verzorgde. “Economen doen vergeleken met andere eenmaal. De docenten staan er volgens De Vries posi­ vakgebieden redelijk veel in het Engels”, vertelt tief tegenover, maar ze vinden wel dat de studenten dan De Vries. aan hogere eisen moeten voldoen. “De buitenlandse Veel vertraging studenten moeten goed Engels spreken en in hun eigen Hij vond het dus niet vreemd dat veel buitenlandse land al bestuurskundevakken hebben gevolgd. Ook studenten bij bestuurskunde uitkwamen. “Maar willen we geen voormalige hbo-studenten meer in deze daardoor zaten wij bijvoorbeeld met studenten mijn­ colleges; het niveau moet gelijkwaardig zijn.” Poelman zit in de opleidingscommissie van bestuurs­ bouw die nog nooit een bestuurskundevak hadden kunde en bekijkt nu welke vakken in aanmerking gevolgd. Tijdens colleges stelden ze de meest basale komen om volgend jaar weer in het Engels te worden vragen, over dingen die de Nederlandse studenten gegeven. “Om te voorkomen dat er weer te veel vragen allemaal allang wisten. Dat zorgde voor veel worden gesteld over de onbekende Nederlandse ­vertraging.” ­situatie, willen we vooral vakken voordragen die De Vries moest continu schipperen tussen buiten­ gericht zijn op Europa”, vertelt ze. landse studenten die niets van (Nederlandse) Poelman is verder positief over de aanwezigheid bestuurskunde wisten, oud-hbo’ers die ook veel van buitenlandse studenten. “Het kan een heel goed aandacht nodig hadden en de reguliere studenten, effect hebben om meer buitenlandse studenten bij die de stof al snapten. “Die laatste groep waardeerde de colleges te hebben. Want Nederland wordt steeds die vertraging door de buitenlandse studenten totaal kleiner en we krijgen vaker te maken met andere niet. Het niveau werd lager. Al zaten er maar twee culturen. Maar dan moeten we al die organisatorische buitenlandse studenten bij een college, dan nog problemen wel oplossen.” was ik de halve les bezig om de simpelste vragen te ­beantwoorden.” martine zeijlstra

transfer | maart 2011 | 17


vl i egen de

holl an der

‘India is een heftig land’ Jessy Severins (20) is derdejaars Media en Entertainment aan de NHT V Internationale Hogeschool in Breda. In Bollywood, zoals de filmindustrie van het Indiase Mumbai ook wel wordt genoemd, leerde zij het afgelopen jaar een hoop bij over het maken van films.

ligt, heb ik in India weinig meegekregen. Van het echte filmen daarentegen des te meer. Ik heb geleerd met een camera te werken, ook eentje op rails, zoals in actiescènes wordt gebruikt. En samen met onze Indiase studiegenoten hebben we een film gemaakt in de beste Bollywood-traditie: een dikke, vette, cheesy lovestory. Daaraan heb ik echt plezier beleefd.

Foto: Daniel Suy

Aalmoezen

“Ik behoorde tot de eerste lichting studenten van de NHTV Internationale Hogeschool die naar India vertrok. Voorheen had onze opleiding geen uitwisse­ lingscontract met dat land, en daardoor bestond er onder mijn jaargenoten enige reserve tegen die moge­ lijkheid. “Ga jij eerst maar, dan volgen wij wel als het in orde blijkt te zijn”, kreeg ik te horen. Ik kon daar wel in komen. India is een heftig land, veel heftiger dan je je hier in Nederland kunt voor­ stellen. Tijdens mijn aanmeldingsgesprek werd ik daar wel enigszins op voorbereid, maar er is natuur­ lijk een groot verschil tussen praten over de kans dat je mensen op straat ziet sterven en dat inderdaad zelf meemaken. Ik heb de cultuurschok doorstaan door bij mijn vertrek naar Mumbai mijn westerse vooringenomenheid thuis te laten. Desalniettemin ben ik van sommige dingen echt geschrokken. Van de agressie van bepaalde bedelkinderen, om maar iets te noemen. Aan de armoede, de rauwheid van het bestaan in India kun je je nergens onttrekken. Ook de betere buurten van Mumbai liggen altijd om de hoek van de immense sloppenwijken. Ik kwam terecht op een particuliere school met de poëtische naam Whistling Woods. Daar heb ik het geweldig naar mijn zin gehad. Van management, een vak waarop op mijn eigen opleiding de nadruk

18 | maart 2011 | transfer

Ik vind het heerlijk om in een team een gezamen­ lijk doel te verwezenlijken. Dat ging prima met die Indiase jongelui, ook al kon ik ze niet altijd door­ gronden. Ik heb geleerd wat Indiaas hoofdschudden is, in antwoord op een lastige vraag: ergens tussen ja en nee in met je hoofd bewegen. Zo ben ik héél bedreven geraakt in het interpreteren van gezichts­ uitdrukkingen. Huisvesting was nog niet zo gemakkelijk te vinden in Mumbai, tenminste, niet als je stromend water wilde. Huisbazen stellen eisen: ze willen dat je getrouwd bent, of vegetariër. Via onze opleiding is het uitein­ delijk gelukt. Door ergens te wonen en diensten af te nemen van de lokale bevolking draag je bij aan de Indiase economie en dat vond ik prettig. Het is zinvoller een poetsvrouw uit de sloppenwijken in dienst te hebben dan links en rechts aalmoezen uit te delen. Ik zou zelf graag een tijd in India willen wonen en werken, maar ik krijg helaas mijn vriend niet mee. Hij vindt het er te chaotisch. Een lange rondreis is voor hem de limiet. Die gaan we dan ook zeker samen maken.”

annemieke bosman


actu eel

Bursalenstelsel voor promovendi op komst Universiteiten willen meer talentvolle promovendi uit het buitenland aantrekken. Maar zij voelen zich daarin belemmerd omdat zij hen als werknemer moeten aanstellen en niet als bursaal. Nu staat de deur ineens open. Staatssecretaris Zijlstra staat positief tegenover het invoeren van een bursalenstelsel voor promovendi, blijkt uit de kabinetsreactie op het rapport Veerman.

Foto: Rob Huibers/HH

Universiteiten wringen zich al jaren in allerlei bochten om promovendi een beurs te geven, in plaats van een salaris. Bursalen zijn voor universiteiten goedkoper dan werknemers. De universiteit draagt geen werkgeversbelasting af, de promovendi zijn niet verzekerd in het geval van ziekte of zwangerschap en bouwen geen pensioen op. Voor iedere promo­ vendus­werknemer zou een universiteit wel twee of drie bursalen kunnen aannemen, is de redenering. Universiteiten die in de afgelopen jaren hun promo­ vendi een beurs gaven, werden steeds teruggefloten door de rechter. Met als argumentatie dat promovendi een arbeidsrelatie met de universiteit hebben en dus als werknemer behandeld moeten worden. Nederland is een van de weinige landen ter wereld waar promo­ vendi een werknemerstatus hebben. Zijlstra wil de universiteiten nu een handje helpen. “Zij vragen ruimte om te kiezen voor een systeem van bursalen”, schrijft hij. “Daarvoor is wetswij­ ziging nodig. Het kabinet wil instellingen onder­ steunen om de doelmatigheid te vergroten en tegelijker tijd een kwaliteitsimpuls te realiseren.” Het Promovendi Netwerk Nederland vindt dat het kabinet de plank totaal misslaat. Voorzitter Malou Willemars maakt zich zorgen over de arbeidsvoor­

waarden van promovendi en de kwaliteit van een promotieopleiding. “Professoren hebben nu al steeds minder tijd om promovendi te begeleiden.” Willemars ziet dat universiteiten soms alleen maar meer promovendi willen omdat ze er geld aan kunnen verdienen. Universiteiten krijgen een zak geld voor iedere afgeronde promotie.

Niet genoeg Het is nog niet duidelijk hoe het kabinet de bursalen­ status van promovendi in de wet wil weven en wat voor consequenties dit voor promovendi zou hebben. Maar er zijn voorbeelden genoeg van universiteiten die nu al proberen meer bursalen te werven via ingewikkelde juridische constructies. Vlak voordat bekend werd dat Zijlstra bereid is de wet op dit punt aan te passen, bleek de Universiteit Maastricht bijvoorbeeld een nieuw PhD-beleid in te voeren. De universiteit wil het aantal promoties verhogen en daarin speelt het aantrekken van ‘promotiestudenten’ een belangrijke rol. Zij betalen collegegeld en krijgen een beurs van een externe partij (bijvoorbeeld een buitenlandse overheid) om in Maastricht te promo­ veren. Maastricht stelt daaraan de voorwaarde dat de beurs minimaal 934 euro bedraagt. Het Maastrichtse promovendinetwerk Provum maakt zich over de arbeidsvoorwaarden van deze nieuwe groep promovendi grote zorgen. “934 euro is ver onder het minimumloon. En het is niet duidelijk wat voor rechten ze hebben. Het staat niet eens zwart op wit dat ze een werkplek krijgen op de universiteit. ”

elleke bal Lees op www.transfermagazine.nl/nieuws/onderwijs/promoveOnderzoek in het Mesa Nano Lab van de Universiteit Twente.

ren_maastricht meer over het nieuwe Maastrichtse beleid.

transfer | maart 2011 | 19


ac htergron d

kwaliteit

gro otste

i nter n ati o n a l e

stu d i e

o n d e r

d r u k

‘Tienduizend IBMS-stude De wereld van internationale handel, marketing en finance heeft een grote aantrekkingskracht op jongeren. De Engelstalige hbo-opleiding International Business and Management Studies (IBMS) groeit dan ook ontstuiming. Maar daardoor dreigt het internationale karakter – essentieel onderdeel van

Moet Philips de Chinese lampenproducent hoger onderwijs, maar ook een van de tien popu­ EverBright overnemen om de gewenste groei in lairste hbo-bachelors. China te realiseren? In een 25 pagina’s tellend Onderwijs in het Engels, werken voor multinatio­ Engelstalig rapport schetsen Adam Li en Ewoud nals, zakendoen in China: het klinkt internationaal. Jansen van Philips Lighting China de achtergronden Maar is IBMS dat ook echt? De studie komt voort van deze real life business case. Het was een van uit Engelstalige varianten van de opleiding commer­ de vier praktijkcases die studenten International ciële economie die hogescholen in de jaren negentig Business and Management Studies (IBMS) van Fontys gingen aanbieden. Dat waren in het Engels vertaalde Hogeschool Eindhoven in januari kregen voorgelegd. Nederlandse onderwijsprogramma’s. Sinds 1999 is De opleiding organiseert ieder jaar een Internationale er een landelijk opleidingsprofiel dat voldoet aan de Projectweek voor eerste- en twee­ eisen van internationale bedrijven. dejaars om ze al vroeg in hun studie De inhoud van het programma is “Door de vele Nederlanders dus internationaal. Verder doen te laten kennismaken met het inter­ nationale bedrijfsleven. studenten internationale ervaring doen de studenten de Projectgroepen krijgen drie op via een buitenlandse stage of een dagen de tijd om een oplossing te studieperiode bij een partneruni­ cruciale internationale bedenken. Een pittige opgave, maar versiteit. aan het eind van de week leggen Maar de IBMS-opleidingen competenties niet op” Rob Demandt en Li Chen in vlot pretenderen meer. Ze willen hun Engels aan hun medestudenten uit studenten niet een half of heel jaar, waarom Philips deze overname­ maar vier jaar lang onderdompelen kans beter kan laten schieten. EverBright produceert in een internationale omgeving. Het leren moet vooral goedkope verlichting. Daar is lokaal veel vraag plaatsvinden in een international classroom. Daarom naar, maar dat past niet in Philips’ innovatieve stra­ streven de opleidingen naar een internationaal tegie. Het bedrijf kan volgens de studenten beter samengestelde studentenpopulatie, die voor hooguit een belang nemen in EverBright. Op die manier kan de helft uit Nederlanders bestaat. Philips invloed uitoefenen op bedrijfsbeslissingen, Minder divers maar loopt het minder risico. Uit voorlopige gegevens van de DUO-IB-groep die Onderdompelen alle inschrijvingen registreert, blijkt dat de meeste IBMS is booming business. De wereld van interna­ opleidingen dat niet halen: nog geen 30 procent van tionale handel, marketing en finance werkt als een alle IBMS-studenten komt uit het buitenland (zie magneet. Landelijk is de instroom de afgelopen tabel). Omdat van 18 procent van de ingeschrevenen vijf jaar met 50 procent gegroeid. Bij de veertien de nationaliteit onbekend is, moet bij het inter­ hogescholen die de Engelstalige businessopleiding preteren van de cijfers een slag om de arm worden aanbieden, staan dit jaar bijna 10.000 studenten inge­ gehouden. Maar navraag leert dat de DUO-cijfers een schreven. Daarmee is IBMS niet alleen verreweg de redelijk goed beeld geven. Alleen in de grensstreek grootste internationale opleiding in het Nederlandse komt het aandeel internationale studenten volgens

20 | maart 2011 | transfer

Foto: Philip Hall/WpN/HH

de studie – te verwateren. Critici trekken aan de bel.


nten is gewoon te veel’ woordvoerders boven de 50 procent uit, maar dat komt dan vooral door de grote toestroom van Duitse studenten. Door de snelle groei van de instroom wordt ook de studentenpopulatie bij de grote opleidingen in de Randstad minder divers. “Bij de Amsterdamse HES kwam vóór de fusie met de Hogeschool van Amsterdam 60 procent van de studenten uit het buitenland”, weet Hans de Wit, lector internatio­ nalisering bij de HvA. “Nu is 80 tot 85 procent van de studenten Nederlands.” Ook bij de Hogeschool Rotterdam veranderen de verhoudingen. “We hebben jaren gehad dat de helft van de instroom

internationaal was. Dat is door de economische crisis gedaald naar 40 procent”, zegt opleidingsmanager Leo Klienbannink. Bij Fontys Eindhoven komt ongeveer de helft van de studenten uit het buitenland en daar is coördi­ nator internationalisering Gidy Lanen tevreden mee. “Amsterdam heeft maar 20 procent internationale studenten, terwijl die stad natuurlijk een veel grotere aantrekkingskracht heeft dan Eindhoven.” Maar echt trots is ze op de internationale diversiteit. “De eerste jaren zijn we bezig geweest met het ontwikkelen van het programma. Daarna zijn we op de interna­ tionale markt gaan werven. Net als de andere IBMS­

De onthulling van de beroemde New Year's Eve Ball in New York. Multinational Philips verzorgde de verlichting.

transfer | maart 2011 | 21


Het zal moeilijk worden om de studentenpopulatie zo divers te houden, vreest Lanen. Fontys hield het collegegeld voor niet-EU-studenten tot nu toe laag. “Ze betaalden 3.700 euro, maar dat wordt 5.500 euro en in 2012 waarschijnlijk 7.200 euro.” Bij de concurrentie betalen niet-EU-studenten al een verge­

lijkbaar bedrag. Maar Lanen vreest dat het door de prijs­verhoging lastiger zal worden studenten van buiten de EU te werven. “Voor de meeste Aziatische studenten zal die verhoging geen probleem zijn, voor de Afrikaanse studenten wel. Maar we willen ons niet op de EU-studenten storten, zoals de concur­ renten doen. We blijven zoeken naar manieren om minder welvarende studenten van buiten de EU een opleidingskans te geven.” Terwijl de instroom groeit, neemt de uitval bij IBMS schrikbarende proporties aan. Leo Klienbannink, voorzitter van het landelijke IBMS-overleg, schat dat 30 tot 40 procent van de studenten het binnen een jaar voor gezien houdt. Een conservatieve schat­ ting. Bij Avans Hogeschool, volgens de Keuzegids de beste IBMS-opleiding, valt volgens directeur Nies Rijnders 40 tot 45 procent van de eerstejaars uit. “Op 1 oktober ben je al 10 procent kwijt.” Ook bij de Hanzehogeschool ligt de uitval in het eerste jaar op 40 tot 45 procent. Bij de Engelstalige versie van IBMS althans. De hogeschool heeft, vanwege de grote instroom uit Duitsland, ook een Duitstalige variant: Internationale Betriebswirtschaft. Daar blijft de uitval beperkt tot 25 procent. Saxion Hogeschool Deventer meldt de hoogste

tota al

stu d e nte n

China is een belangrijk land

Foto: Herman Wouters/HH

voor IBMS-studenten.

opleidingen zijn we begonnen in China en Vietnam. Dat leidde tot een eenzijdige populatie. Maar nu hebben we veertig verschillende nationaliteiten.”

Schrikbarende uitval

a antal

i ngesc h r eve n

Instelling

b i j

i b ms

2010–2011

Aantal ingeschreven studenten

Percentage internationale studenten

1125

47,6 %

Hanzehogeschool Groningen Fontys Hogescholen Eindhoven

447

46,8 %

Haagse Hogeschool

989

44,9 %

Hogeschool Zeeland

168

44,6 %

Stenden Hogeschool

270

42,2 %

Saxion Hogeschool Deventer

176

36,4 %

NHL Hogeschool

63

33,3 %

1256

32,2 %

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

510

30,2 %

Hogeschool Inholland

675

27,6 %

Hogeschool Rotterdam

Avans Hogeschool

699

26,2 %

Saxion Hogeschool Enschede*

642

16,8 %*

Hogeschool van Amsterdam

1293

16,3 %

Hogeschool Utrecht

523

14,5 %

Hogeschool Zuyd

473

11,4 %

Fontys Hogescholen Venlo*

447

4,5 %*

Totaal/gemiddeld

9756

29,3 %

Bron: DUO-IB-Groep * Van 60 tot 90 procent van de ingeschreven studenten is de nationaliteit onbekend bij DUO

22 | maart 2011 | transfer


uitval. “Bij ons stopt 50 procent binnen een jaar”, stelt opleidingscoördinator Roel Rietberg. Een belangrijke oorzaak zijn de taalproblemen die Aziatische studenten, ondanks de hogere taaleisen, nog steeds hebben. “Een IELTS-score van 6.0 is echt het absolute minimum”, vindt Rietberg. Maar ook Nederlandse studenten vallen massaal uit. “Ze komen voor het internationale karakter, maar ontdekken snel dat intercultureel samenwerken niet meevalt.”

Exotisch en spannend IBMS is gewoon een lastige opleiding, concludeert Rietberg. “Je moet een brede belangstelling hebben, talig zijn en goed kunnen rekenen.” Nies Rijnders van Avans heeft een vergelijkbare verklaring voor de hoge uitval. “International business klinkt exotisch en spannend, maar er staan stevige economische vakken op het programma en er wordt in het Engels gedoceerd. Dat maakt de opleiding moeilijker dan gedacht.” Hoewel de opleidingen stuk voor stuk aangeven de uitval te willen aanpakken, hebben ze nog geen oplossing voorhanden. De IBMS-opleidingen zouden selectiever moeten worden, vindt lector Hans de Wit. “Het aantal Nederlandse studenten groeit, waardoor het aantal internationale studenten relatief klein wordt. Daardoor doen de studenten de internationale competenties waar het allemaal om gaat, niet op.” Als IBMS op de huidige voet doorgaat, verwatert het internationale karakter helemaal, waarschuwt hij. “De internationale studenten zitten in de klas met grote groepen Nederlandse studenten die niet zo gemotiveerd zijn en ook niet zo goed Engels spreken. Die gaan zich afvragen waarom ze zo veel moeten betalen voor hun opleiding.” Opleidingsmanagers stellen dat ze Nederlandse studenten met de vereiste vooropleiding niet kunnen weigeren. Onzin, vindt De Wit. “De universitaire international business-opleidingen in Maastricht en Rotterdam hebben wel een manier gevonden om te selecteren. Daardoor hebben ze een veel beter samengestelde studentenpopulatie. Er zijn gewoon te veel opleidingen, 10.000 IBMS’ers opleiden is niet gezond. Daar is helemaal geen plaats voor op de arbeidsmarkt. IBMS zou zich meer moeten richten op kwaliteit.”

yvonne van de meent

i nte rc u ltu r e l e com p e te nti e s o ntsta a n n i e t va n z e l f “Wij zijn gewoon internationaal. Waarom zouden we dan meedoen aan een nationaal accreditatieproject dat een special feature internationalisering oplevert?” De Hogeschool Rotterdam heeft niet meegedaan aan de pilot die de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) vorig jaar uitvoerde, waarbij de kwaliteit van de internationalisering werd beoordeeld. IBMS-opleidingsmanager Leo Klienbannink wil liever een internationaal keurmerk behalen waarmee de opleiding zich in het buitenland kan profileren. Nies Rijnders van Avans Hogeschool heeft zo’n internationale accreditatieprocedure lopen bij het Network of International Business Schools (NIBS). De IBMS-opleidingen van de Hanzehogeschool, de Hogeschool van Amsterdam (HvA) en Hogeschool Zuyd hebben al een NIBS-accreditatie op zak. Rijnders laat trots de zelfbeoordeling zie waarin een opleiding bijvoorbeeld moet aangeven hoe internationaal de studentenpopulatie, het docententeam en de lesstof zijn. “Wij komen uit op 76 punten terwijl je er maximaal 100 kunt halen.” In april komt een internationale commissie naar Breda om de onderbouwing van de zelfanalyse te onderzoeken. De IMBS-opleidingen van de HvA en Fontys Eindhoven deden wel mee aan de NVAO-pilot. HvA-lector Hans de Wit was een van de panelleden, maar om belangenverstrengeling te voorkomen, was hij niet betrokken bij de IBMS-beoordelingen. De Wit vindt dat de ­business schools te instrumenteel met internationalisering omgaan. “Het instrument moet niet het doel worden. Je kunt ook internationaal zijn zonder Engels als voertaal te hanteren en zonder internationale studenten. Onderwijs in het Engels, een internationaal onderwerp of een international classroom is niet voldoende. Je internationaliseert om studenten voor te bereiden op een steeds internationaler wordende arbeidsmarkt. Daar moet je je vooral op richten.” De 21 opleidingen die meededen aan de NVAO-pilot hebben meestal niet expliciet geformuleerd welk leerresultaat ze verwachten, constateert het panel. “Ze gaan ervan uit dat studenten vanzelf internationale competenties opdoen als ze met internationale studenten in de klas zitten. Of dat ze hun Engelse taalvaardigheid ontwikkelen als de docent een native speaker is.” Een misverstand, vindt De Wit. “Je moet die leerdoelen expliciet maken en toetsen of studenten ze bereikt hebben. Bedrijven hebben daarvoor allerlei tests ontwikkeld. Ze vinden die competenties dus uiterst belangrijk.” Deelname aan de NVAO-pilot heeft bij Fontys Eindhoven geleid tot meer introspectie. “We vragen ons meer af welke internationale en interculturele ervaring onze studenten echt opdoen”, stelt coördinator internationalisering Gidy Lanen. “Docenten moeten niet alleen het eindproduct van een projectgroep beoordelen, maar ook de manier waarop in zo’n internationaal samengestelde groep is samengewerkt.” Dat vraagt docenten die zulke complexe processen kunnen begeleiden. “Dat hebben nog niet alle docenten in de ­vingers”, stelt Lanen. “Daarom beginnen we binnenkort met ­trainingen intercultureel coachen.”  (YvdM)

transfer | maart 2011 | 23


Foto: Henriëtte Guest

ac htergron d

Studenten Sieto Bloemkolk (m), Phan Wadee Seetanet (r) en Estefania Zambrano Gonzalez werkten mee aan de buitenlandse studiegids.

hva

li et

stu denten

al

vi e r

u itgave n

ma k e n

Studenten schrijven boekjes over buitenlandstudie De Hogeschool van Amsterdam heeft een nieuwe invulling gevonden voor het vak cross-cultural management. Tweedejaarsstudenten International Business and Languages schrijven in het kader van dat vak boekjes over studeren in het buitenland. Binnenkort verschijnen twee nieuwe titels: over de Verenigde Staten en over Spanje.

“Alle studenten van onze International Business School verblijven in het derde en vierde jaar verplicht een tijd in het buitenland. Nu moeten ze ieder voor zich op internet de informatie zoeken om zich daarop voor te bereiden. Ik dacht: waarom bieden we die informatie niet in boekvorm aan?” Docent Sander Schroevers besloot in het tweede semester van vorig studiejaar om het vak cross-cultural management eens op een andere manier in te vullen. Dat beviel zo goed, dat hij er dit jaar mee is doorgegaan.

24 | maart 2011 | transfer

Schroevers verdeelde de studenten in verschillende teams, zoals een managementteam, inhoudelijke specialisten, onderzoekers, beeld- en ontwerpteams en een taal- en plagiaatcontroleteam. Veertien weken lang functioneerden de studenten als miniuitgeverij. De docent zelf redigeerde de voorlopige versies op beeld- en tekstniveau en begeleidde het druk- en bindproces. Het eindresultaat zijn netjes opgemaakte A5-pockets van een pagina of vijftig, geschreven in het Engels.


Ze bevatten basisinformatie over het land en het plagiaat en bracht er een uniforme schrijfstijl in. “Ik studiesysteem, maar ook over omgangsvormen. heb door het maken van dit boek een beter idee van In de VS wordt het bijvoorbeeld gewaardeerd als je hoe andere culturen werken”, vertelt ze. “Inhoudelijk tijdens een college flink je mening ben ik wijzer geworden, aange­ laat horen, zo staat in Studying zien de teksten beschrijven hoe de “Ik ben erg trots dat mijn in the USA. Verder krijgt de lezer omgangsvormen in Spanje en de VS informatie over onderdak vinden, zijn. Maar van het proces zelf heb naam straks op platforms financiële regelingen en eventuele ik ook veel geleerd. Onder meer dat vereisten zoals een visum. elke schrijver door zijn eigen cultu­ als Amazon zal verschijnen” rele achtergrond een andere aanpak Relevant van werken en schrijven heeft.” Maar de boekjes, die straks voor Vanuit de HvA zijn de reacties een tientje bij Amazon kunnen worden besteld, ook positief. Schroevers bepaalt samen met het bevatten ook interviews met studenten die al in het International Office over welke landen het best kan betreffende land zijn geweest. Zij vertellen over hun worden geschreven, de afdeling marketing finan­ ervaringen. Ook stafleden komen aan het woord. cierde het kaftsjabloon. Het project sluit volgens alle Zoals Jodie Tielbeke, landencoördinator van het partners prima aan bij de ambitie van de International International Office van de HvA. Zij zet een reeks Business School om een internationale school te zijn praktische tips op een rij. Tielbeke waarschuwt en studenten uit de hele wereld aan te trekken. “Je bijvoorbeeld dat een student die naar de VS gaat, bij moet dan interessante en onderscheidende projecten de keuze voor een bepaalde stad moet opletten hoe hebben die prikkelen. Dit project is er daar een van”, duur die stad is. Ook wijst ze erop dat het in de VS denkt Schroevers. erg lastig is om een bijbaan te vinden. marjolein marchal Dat de boekjes in de praktijk goed van pas komen, lijdt dus geen twijfel. Maar in hoeverre leren de studenten, door het werk aan de boekjes, iets over cross-cultureel management? “Inhoudelijk is het h o g e s c h o o l we r kt a a n werk relevant, omdat de studenten in aanraking ‘een hele reeks boekjes’ komen met conventies, gewoontes en regels in het land waarover ze schrijven”, legt Schroevers uit. Studenten van de HvA maken sinds begin 2010 boekjes Het werk draagt volgens hem bij aan cross-cultural in het kader van het vak cross-cultural management. ­awareness. “Terwijl ze vaardigheden als samen­ De eerste twee edities, over verschillen in eetcultuur werken, onderzoeken en schrijven ontwikkelen, (Cross-cultural bites) en over internationale tijdbesteding besteden we ook aandacht aan cultuurverschillen.” (Business breaks), verschenen vorige zomer. Ze waren Schroevers benadrukt dat het project maar een alleen via de campusboekhandel te koop en waren onderdeel is van het vak: “Ze krijgen ook theoreti­ ­binnen een halfjaar uitverkocht. Eind maart volgen de sche colleges en een tentamen.” edities over Spanje en de Verenigde Staten. Door steun Ook de studenten zijn enthousiast over het boekjes­ van externen, zoals fotografen die kosteloos foto’s project. “Ik heb geleerd dat je als goed samenwerkend afstonden en een grafisch vormgeefster die het binnenteam een mooi eindresultaat kunt behalen. En ik werk ontwierp, zijn het professioneel ogende uitgaven. ben erg trots dat mijn naam straks op platforms als Via Amazon zijn ze voor tien euro te koop, en in de boekAmazon zal verschijnen”, vertelt de Duitse student handel voor enkele euro’s meer. De werken zullen ook als Jakob Freyer (22). Hij schreef in het boekje over de VS e-book beschikbaar komen. Docent Sander Schroevers het hoofdstuk over hoe je je kunt voorbereiden op hoopt over een tijd een hele reeks boekjes te hebben een studieverblijf in Amerika. “Als Duitse student staan. “Als we zo doorgaan komen er elk jaar vier titels in Nederland wist ik al dat een goede voorbereiding bij. In de etalage van de studentenboekhandel en in de belangrijk is.”

Andere aanpak

mediatheek krijgen ze een opvallende plek. Dat is alvast een leuke bevestiging!”  (MM)

Freyer vond het erg prettig om als klas zelfstandig te werken, met de docent als mentor. Medestudent Melisa van der Werff (20) is het daar helemaal mee eens. Van der Werff controleerde de teksten op

transfer | maart 2011 | 25


alumn us

‘Nederland is dé plek voor

deze studie ’

Een studie in het buitenland kan je leven en loopbaan een nieuwe impuls geven. Dat merken veel buitenlanders die hier langere of kortere tijd hebben gestudeerd. Hoe vergaat het ze nu? Transfer praat bij met negen alumni. De Bulgaarse Antoaneta Todorova (25) studeerde International Business and Management Studies aan Hogeschool Inholland in Amsterdam en werkt in Nederland als senior fund accountant.

Foto: Henriëtte Guest

Wie meer wil leren over internationale handel denkt aan Nederland, vindt Antoaneta Todorova. “Nederland staat al eeuwen bekend om zakendoen, zo word het gepromoot in Bulgarije. Een bedrijf dat gespecialiseerd is in studeren in het buiten­ land informeerde mij op die manier over studeren in Nederland. De meeste Bulgaren die ik ken gaan naar zo’n bedrijf. Ik hoorde daar uitstekende verhalen over Inholland. Het sprak me aan dat de cursussen in het Engels waren en ik verzekerd was van woonruimte.” In 2005 vertrok ze naar Nederland. Van die keuze heeft ze geen moment spijt gehad. Ze waardeerde het vooral dat IBMS gebruik maakte van de meerwaarde van verschillende benaderingen bij een onderwerp. “Ik heb heel veel gehad aan het vak creative problem solving. Daarvoor speelden we vaak rollenspellen en leerden we als team samenwerken. Een student keek bijvoor­ beeld heel kritisch naar een probleem, een ander naar de meest kosteneffectieve manier en een derde bena­ derde het probleem op een kinderlijke, naïeve manier. Doordat zeven mensen met een verschillende focus naar hetzelfde probleem kijken, levert dat oplossingen op die iemand alleen niet bedenkt.” Van die kennis maakt Todorova gebruik in haar dage­ lijkse werk als senior fund accountant bij CITCO in Amsterdam. “Ik werk in een team met 22 personen

26 | maart 2011 | transfer

die tien verschillende nationaliteiten hebben. Die verschillende achtergronden gebruik ik bij het nemen van beslissingen. Vanuit zijn eigen achtergrond bedenkt iedereen andere oplossingen. Vooral bij brain­ stormsessies is dat heel belangrijk.”

Thuis in Nederland CITCO zit in 37 landen. Het bedrijf levert financiële diensten aan vermogende individuen, hedgefondsen en vastgoedbedrijven. Todorova doet evaluaties van de hedgefondsen. Dat zijn fondsen waar een beperkt aantal investeerders aan deelneemt en die er naar streven er naar om met behulp van scenario’s risico’s af te schermen. “CITCO is mijn eerste werkgever. In 2008 liep ik hier stage, in 2009 ging ik aan de slag. Ik heb het hier naar mijn zin. Er zijn veel doorgroeimoge­ lijkheden, ik werk in een internationale omgeving en heb veel verantwoordelijkheden.” In Nederland voelt ze zich thuis. “Dit is een open land en tolerant richting buitenlanders. Ik heb nooit de taal geleerd, maar dat is hier geen probleem. Het spreekt me ook aan dat er in Nederland een goede verdeling is tussen werk en privé. Men werkt hard, maar houdt ook vrije tijd over. Dat is in Amerika bijvoorbeeld wel anders. Ik houd van reizen, dus ik sluit niet uit dat ik ooit weer uit Nederland vertrek. Maar voorlopig zit ik hier helemaal goed.”

robert visscher Kijk voor meer informatie over internationale alumni op www.hollandalumni.nl


actu eel

Cijfersysteem zet

Nederland op achterstand het in het buitenland niet duidelijk wat Nederlandse cijfers waard zijn, zegt Ripmeester. “Dat is zonde, het beïnvloedt de mening van studenten. Zij zijn toch degenen die vrienden kunnen aanraden om in Nederland te gaan studeren.”

Goede graadmeter

Buitenlandse studenten vinden de goede sfeer in Nederland belangrijk.

Dat Chinese studenten thuis vaak moeilijk kunnen uitleggen waarom ze geen tien op hun examen halen is bekend. Maar voor het eerst staat nu in de Internationale Studentenbarometer zwart op wit dat internationale studenten Nederland veel slechter beoordelen op haar cijfersysteem dan buitenlandse

Foto: Henriëtte Guest

studenten in andere landen.

Nannette Ripmeester van I-Graduate, het bureau dat de Internationale Studentenbarometer (ISB) uitvoert vindt dat Nederland “echt moet nadenken” over de kritiek op het cijfersysteem. De best scorende Nederlandse instelling op dit onderdeel staat inter­ nationaal op de 119e plek. Nederland loopt op dit onderdeel substantieel achter op de gemiddelde score. Dat komt volgens Ripmeester omdat instel­ lingen niet uitleggen aan studenten dat bijvoorbeeld een acht in Nederland een hoog cijfer is. Ook doen ze volgens haar te weinig moeite om studenten een toelichting te geven op hun examenresultaten. “In Engeland staat standaard onderaan iedere toets een paragraaf met verbeterpunten. Hier is het studenten niet duidelijk hoe ze een hoger cijfer kunnen halen, en daar zijn ze juist erg op gebrand.” Bovendien is

De ISB is een halfjaarlijks onderzoek naar de tevredenheid van buitenlandse studenten bij zo’n zevenhonderd onderwijsinstellingen wereldwijd. In Nederland doen bijna alle universiteiten en een aantal hogescholen aan dit onderzoek mee. Het is daarom een goede graadmeter voor hoe buitenlandse studenten over Nederland als studieland denken Omdat instellingen betalen voor het onderzoek en de onderzoeksresultaten anoniem moeten blijven heeft Transfer geen inzage in alle onderzoeksgege­ vens, maar Ripmeester kan wel een algemeen beeld schetsen. Uit de laatste onderzoeksronde van de ISB blijkt dat onderwijskwaliteit in Nederland voor 97 procent van de internationale studenten een doorslaggevende reden was om hier te komen studeren. De reputatie van de onderwijsinstelling was dat voor 93 procent van de studenten. Dit zijn ook aspecten waar de Study in Holland campagne van de Nuffic zich op richt. Studenten kiezen juist niet voor Nederland omdat ze verwachten hier een baan te vinden op lange termijn. Als sterke punten van Nederland noemden internationale studenten het Engels van docenten en de goede sfeer in het land. Als zwakke punten de begeleiding bij het vinden van een baan, huisvesting, de mogelijkheid om een bijbaan te vinden en het Nederlandse cijfersysteem inclusief het gebrek aan terugkoppeling van studieresultaten. Opvallend is dat in de laatste ISB Nederland veel beter scoort op het onderdeel ‘welkom’. Steeds vaker wordt alles uit de kast gehaald om studenten te begeleiden bij aankomst in Nederland. Op het Nuffic Jaarcongres zal de Orange Carpet Award weer worden uitgereikt aan de instelling die de internationale student op een bijzondere manier welkom heet. Al jaren is het advies van Ripmeester aan instellingen dat ze meer moeite moeten doen om hun studenten uitgebreid te verwelkomen. Zou dat nu zijn vruchten hebben afgeworpen?

elleke bal transfer | maart 2011 | 27


ac htergron d

w e

b sites

storten

zic h

op

kam e rs

u it wi s s e l i n g s stu d e nte n

Eenvoudig zoeken in intern Studenten die tijdelijk naar het buitenland gaan, hebben vaak moeite om ter plaatse een betaalbare kamer te vinden. Terwijl overal waar studenten voor een paar maanden vertrekken, kamers voor diezelfde periode vrijkomen. Internetbedrijfjes – veelal van oud-studenten die het probleem zelf hebben ondervonden – brengen zoekers en aanbieders bij elkaar.

Foto: Dodo Meijer

Toen Jorn Spiertz in 2007 voor een Erasmusuitwisseling naar Barcelona ging, wist hij op de dag van vertrek nog niet waar hij de komende drie maanden zou wonen. Zijn hogeschool had geen huis­ vestingsregeling, en gebruikmaken van een kamerbe­ middelingsbureau vond hij te duur. “Ik dacht: ik regel het daar wel”, vertelt Spiertz. Uiteindelijk zat hij tweeënhalve week in een hostel, voordat hij alsnog naar een bemiddelingsbureau stapte, en een hele dure kamer vond, die ook nog ver weg was van de instel­ ling waar hij onderwijs ging volgen. Dat moest anders kunnen, voelde Spiertz. En toen hij in 2009, inmiddels voor zijn master International Business aan de Universiteit Maastricht, een eigen bedrijf moest opzetten, voegde hij de daad bij het

28 | maart 2011 | transfer

woord. Samen met zijn groepje – waarin twee mede­ studenten eveneens problemen hadden gehad om in het buitenland een kamer te vinden – bedacht hij Erasmate.com, een website waarop Erasmusstudenten gratis hun kamer tijdelijk te huur kunnen aanbieden en zelf een kamer op hun Erasmusbestemming kunnen zoeken. Sinds vorig jaar is Erasmate.com geen project binnen de studie meer, maar het zelfstandige bedrijf van Spiertz en een partner.

Een stuk eenvoudiger “Alle Erasmus-studenten gaan op hetzelfde moment verhuizen”, vertelt Spiertz. “Je moet die mensen bij elkaar brengen. Dan wordt het vinden van een kamer voor iedereen een stuk eenvou­ diger.” Erasmus-studenten gaan voor drie maanden, een half of een heel jaar naar partneruniver­ siteiten of -hogescholen binnen Europa. Door de structuur van het collegejaar vertrekken ze steeds op dezelfde tijdstippen, namelijk bij het begin van een nieuwe collegeperiode. Overal in Europa komen op dat moment tijdelijke kamers vrij, en worden tijdelijke kamers gezocht. Of en in welke mate Erasmusstudenten ondersteuning krijgen bij het vinden van een kamer, verschilt per land en per onder­ wijsinstelling. In Nederland bieden veel instellingen zelf kamers aan. De Universiteit Utrecht biedt bijvoorbeeld altijd short stay-kamer aan, vertelt Lenn Lamkin, beleidsadviseur


ationaal kamerbestand studentenzaken van het international office. “Maar die zijn gemeubileerd en daardoor prijzig. Ook zitten ze niet altijd op de gewenste locaties.” Volgens Lamkin willen vooral Europese studenten het liefst zelf een kamer zoeken. De beleidsadviseur schat dat ongeveer de helft van de studenten die naar Utrecht komen, zelf een kamer zoekt. Met wisselend succes, overigens. “Sommigen trekken hun reservering voor een kamer bij ons in. Maar anderen staan in de eerste week van het college­ jaar toch aan de balie van de short stay-kamers.” In het buitenland bieden sommige universiteiten woonruimte aan, andere geven slechts informatie over verhuurders. Volgens Spiertz zijn de zaken in Noordwest-Europa over het algemeen beter gere­ geld dan in Zuid-Europa. Vooral Spanje wordt vaak genoemd als probleemland.

nale studentenavond willen, kunnen dat via de site bekendmaken.” Verder wil Erasmate.com zakendoen met bedrijven die een bepaalde groep studenten willen bereiken, of die een stagiair uit een bepaald land zoeken. Ook universiteiten kunnen tegen beta­ ling informatie op de site kwijt.

Steun van instellingen

Erasmate.com is trouwens niet de enige website waar studenten een tijdelijke kamer kunnen zoeken en hun eigen kamer tijdelijk kunnen aanbieden. Rotterdamse studenten begonnen – eveneens na slechte eigen ervaringen – in 2009 HousingAnywhere.com. Onderwijsinstellingen betalen daar een soort abonnementsgeld, studenten kunnen de site gratis gebruiken. Zeven Nederlandse universiteiten en een aantal hogescholen zijn al lid, evenals een aantal buitenlandse instellingen. Om Gratis studenten mee te krijgen, is de steun van de instel­ Studenten kunnen op Erasmate.com een zoekpro­ lingen belangrijk, zegt oprichter Niels van Deuren. fiel aanmaken met hun wensen. Ook kunnen ze per In eerste instantie richtte het bedrijf zich vooral Erasmus-land in het kameraanbod zoeken. Vinden op Rotterdam. Daar werden via de site vorig jaar ze iets, dan kunnen ze direct contact leggen met de meer dan vijfhonderd kamers gevonden. Nu werkt aanbieder of zoeker. Op dit moment worden op de HousingAnywhere ook samen met instellingen in site ongeveer 350 kamers aangeboden, Duitsland, Spanje en Brazilië. Een circa 450 mensen hebben een zoekop­ website die het ruilsysteem wereld­ “Alle Erasmusdracht uitstaan. Het aantal pageviews wijd toepast, is CasaSwap.com. Ook ligt volgens Spiertz tussen de 3.500 en die site is voor studenten gratis, studenten verhuizen 4.500 per dag. en heeft enkele universiteiten als Dat Erasmate.com voor studenten partner. Bij CasaSwap kunnen ook op hetzelfde moment: gratis is, is een bewuste keuze. huisbazen terecht. “Studenten hebben een beperkt Van de bezoekers op Erasmate.com aan het begin van een budget”, weet de oprichter. “Je betaalt komt 40 procent via instellingen aan bemiddelingsbureaus veel geld, die de website aanraden, dus ook nieuwe collegeperiode” Spiertz heeft hen nodig. In Nederland terwijl je eigenlijk andere mooie dingen in wilt doen in het land waar je raden de Universiteit Twente en de naartoe gaat.” Dat betekent wel dat hij Rijksuniversiteit Groningen de site ergens anders geld mee moet verdienen. aan. Maar sommige instellingen zien Erasmate als Spiertz kan nog niet van de website leven. Maar hij een bedreiging voor hun eigen campus, zegt Spiertz: heeft wel ideeën over hoe hij dat in de toekomst “Terwijl je ook je uitgaande studenten erop kunt voor elkaar kan krijgen. Erasmate.com moet een plek wijzen dat ze zo hun kamer kunnen verhuren.” worden waar studenten, universiteiten en bedrijven dirk-jan zom elkaar vinden. De inkomsten moeten vooral van de laatste twee komen. “Bedrijven kunnen internatio­ nale studenten bepaalde deals aanbieden. Denk aan tijdelijke bankrekeningen, talencursussen, telefoon­ aanbiedingen. Maar ook kroegen die een internatio­

transfer | maart 2011 | 29


p ion i ers

i n

i nter national i s e r i n g

De madame

plantkunde

Curie van de

Al lang voordat internationalisering in het hoger onderwijs werd wat het nu is, waren er personen die zich sterk maakten voor meer internationale samenwerking in onderwijs en wetenschap. Historicus en Nuffic-medewerker Han van der Horst portretteert negen pioniers in internationalisering. Deze keer Johanna Westerdijk, die in de eerste helft van de vorige eeuw grote internationale studiereizen maakte.

Foto: Archief Centraalbureau Schimmelcultures

Johanna Westerdijk (midden)

Dr. Johanna (Hans) Westerdijk (1883–1961) was de eerste vrouwelijke hoogleraar in Nederland. Zij moest het doen met een buitengewoon hoogleraarschap aan de Universiteit van Utrecht, waar zij in 1917 haar oratie hield. In 1930 kwam er nog een buitengewone leer­ stoel aan de Gemeente Universiteit van Amsterdam bij. Pas op haar oude dag liet de Koninklijke Nederlandsche Akademie van Wetenschappen haar toe als lid. Westerdijks naam had toen bij biologen in de hele wereld al een bekende klank. Zij was de madame Curie van de plantenziekte­k unde geworden. Toen Hans Westerdijk in 1903 een onderwijsbevoegd­ heid plant- en dierkunde haalde bij de beroemde Hugo de Vries, zei haar vader, gerenommeerd huisarts in Amsterdam: “Ben je nog niet weg?” Hans begreep hem onmiddellijk. Zij vertrok naar München, waar zij bij professor Von Göbel mossen bestudeerde. Na haar afstuderen reisde ze naar Zürich, waar zij promo­ veerde. Hugo de Vries hielp de jonge doctor directrice te worden van het Phytopathologisch Laboratorium

30 | maart 2011 | transfer

Willie Commelin Scholten. In 1907 kreeg ze boven­ dien de leiding over het Centraal Bureau voor de Schimmelcultures, een functie die zij pas in 1957 zou neerleggen. De oprichter van dat bureau, de bioloog Went, schreef later over haar: “Zij is de eerste op haar gebied, niet alleen van Nederland, maar van de geheele wereld.” Hans Westerdijk was zich er zeer van bewust dat de wetenschap een internationaal bedrijf is: zij maakte grote studiereizen naar Japan, de Verenigde Staten, Ceylon en Nederlands-Indië. Op latere leeftijd nam zij regelmatig de boot om gastcolleges te geven, zoals in Portugal en Zuid-Afrika. Ook was zij lang voorzitster van de International Federation of University Women.

Walskoningin Een vrouwelijke nerd avant la lettre? Als een probleem met haar elleboog het niet had ­verhinderd, was Hans Westerdijk waarschijnlijk concertpianiste geworden. Muziek en dans speelden een belang­ rijke rol in haar leven en zij gold in haar omge­ ving als walskoningin. Op het gebouw van haar Phytopathologisch Laboratorium in Baarn liet zij zetten: “Werken en feesten maakt schone geesten.” Het was dan ook vaak feest, maar er werd tegelijker­ tijd keihard gewerkt. Hans Westerdijk begeleidde 56 promoties en het viel op dat onder haar wetenschap­ pelijke staf mannen en vrouwen elkaar in evenwicht hielden. Allen onderwierpen zich graag aan de leiding van professor Westerdijk die grote ­organisatorische gaven bezat en bovendien steeds weer fondsen binnenhaalde voor onderzoek. Johanna Westerdijk was geniaal, internationaal, maar misschien bovenal een leuk mens.

han van der horst


A G E N D A

De meerwaarde van meertaligheid is het thema van het zesde Nuffic Jaarcongres op 15 maart in de Beurs van Berlage te Amsterdam. In de plenaire sessies en de kleinere, inhoudelijke sessies komen verschillende aspecten van dit onderwerp aan bod. Keynote speaker is historicus James Kennedy. Verder wordt de Orange Carpet Award 2011 uitgereikt. Meer informatie op www.nuffic.nl/jaarcongres

Wie betrokken is bij de toelating van studenten met een buitenlands diploma, kan de landenmodules op de Nuffic-website raadplegen voor eenvoudige diplomawaarderingen. Op 14 april organiseert de Nuffic een cursus, waarbij deelnemers leren de informatie te interpreteren en in de praktijk toe te passen. Meer informatie en aanmelden via www.nuffic.nl/cursussen

maart

2011 april

2011

Leden van Cospa (Coordinating Office for Student Placement Abroad), het netwerk van stagecoördinatoren en andere medewerkers van hogeronderwijsinstellingen die zich bezighouden met internationale stages, komen bijeen op 14 april in Utrecht. Meer informatie over de Cospadag en aanmelden voor lidmaatschap van het netwerk op www.nuffic.nl/cospa Het jaarcongres van de HBO-raad op 19 april in Amersfoort heeft als titel Gekozen... en dan? De sprekers zijn Paul Schnabel, Pieter Broertjes en Femke Halsema. Internationalisering is een van de beoogde congrestracks. Meer informatie en aanmelden op www.hbo-raad.nl/jaarcongres-2011 De tweedaagse Nuffic-cursus Immigratieprocedures buitenlandse onderzoekers en gastdocenten vindt plaats op 19 en 20 mei. Medewerkers personeelszaken of international offices kunnen hier basiskennis opdoen over de procedures die van toepassing zijn. Meer informatie en aanmelden via www.nuffic.nl/cursussen

mei

2011

Dirk van Damme (OESO) en Marijk van der Wende (Amsterdam University College, CHEPS) zijn enkele van de sprekers op de jaarlijkse ACA-conferentie, van 22 tot 24 mei in Wenen. Het thema is The ­excellence imperative. World-class aspirations and real-world needs. Meer informatie en aanmelden via www.aca-secretariat.be De EUA presenteert haar Review of international higher education rankings tijdens een seminar getiteld Getting to grips with rankings op 17 juni in Brussel. Meer informatie via www.eua.be/events

juni

2011

Fairs CIEET Beijing Dalian Xián Shanghai Nanjing Wuhan Guanghzou www.cieet.com

12–13 mrt 15 mrt 17 mrt 19–20 mrt 22 mrt 24 mrt 26–27 mrt

Expo Belta Sao Paulo Bella Horizonte www.belta.org.br

19–20 mrt 22 mrt

FPP EduMedia Expo Roadshow Rio de Janeiro 15–16 mrt Brasilia 22 mrt www.fppmedia.com

Korea Study Abroad fair (KSF) Seoul 26–27 mrt Busan 24 mrt www.yuhak2min.com

EuroPosgrados Buenos Aires 13–14 apr www.EuroPosgrados.com.ar

Meer informatie via fairs@nuffic.nl

Expo EuroPosgrados Becas Chile Santiago de Chile 9–10 apr

transfer | maart 2011 | 31


t ransfer

al zeventien jaar dé bron van informatie over internationalisering in het hoger onderwijs

Neem nu een gratis abonnement op hét vakblad over internationale samenwerking in hoger onderwijs en onderzoek

transfer

transfer

transfer

vakblad over internationalisering in het hoger onderwijs

vakblad over internationalisering in het hoger onderwijs

vakblad over internationalisering in het hoger onderwijs

transfer

transfer

vakblad over internationalisering in het hoger onderwijs

vakblad over internationalisering in het hoger onderwijs

Op welke brains kan Nederland in de toekomst bouwen?

Vangnet voor internationale studenten

2

jaargang 17 | oktober 2009

3

jaargang 17 | november 2009

Zuid-Afrika?

in Nederlandse

ontbreekt

Studeren in

little Germany

Wat brengt het WK

Toekomst Afghaans landbouwonderwijs

6

jaargang 17 | maart 2010

7

handen jaargang 17 | april 2010

8

jaargang 17 | mei 2010

yvonne van rooy luidt noodklok | succesvol beurzenprogramma ifp nadert

ontsporingen in australische onderwijsindustrie | mensensmokkel in den haag |

annette nijs stelt china als voorbeeld | nieuw marketinginstrument: gratis

wotro-voorzitter over toponderzoek in ontwikkelingslanden | in het rood door

ton nijhuis verwacht verdubbeling aantal duitse studenten | universiteiten kwets-

internationaal | twinning stimuleert capaciteitsopbouw in suriname

huisvestingsbeleid nekt instellingen | neso’s hebben meer in hun mars

degrees | nuffic reageert op wrr-rapport | hippe internationalisering in maleisië

kritisch beschouwd | britse universiteiten gaan voor nog meer chinezen

pleit voor opwaardering hbo | studenten veroveren europese studiekeuzemarkt

einde | eerste lector internationale samenwerking | helft studenten codarts is

internationale kenniswerkers onder dak | topdrukte op eaie-congres | gebrekkig

colleges via internet | academisch jaar in haïti voorbij | scepsis over joint

erasmusbeurzen | status promovendi verdeelt universitaire wereld | bologna

baar voor spionage | ideale international office bestaat niet | commissie veerman

VO OR WI E?

• Beslissers, beleidsmakers en uitvoerders van internationaliseringsbeleid bij hogescholen, universiteiten, ministeries en aanverwante organisaties • Docenten, onderzoekers en studenten die betrokken of geïnteresseerd zijn in internationale samenwerking Transfer is een uitgave van de Nuffic, de Nederlandse organisatie voor internationale samenwerking in het hoger onderwijs en verschijnt negen keer per jaar.

Interesse in een gratis abonnement, surf dan naar www.transfermagazine.nl/transfer


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.