Persoonlijk Advies over Dzogchen Kyabjé Dudjom Rinpoche
Er is niets in samsara en nirvana dat niet omarmt wordt door non-dualistisch gewaarzijn. Vanaf het beginloze begin is non-dualistisch gewaarzijn altijd aanwezig. Het is ingeboren in ons, en tegelijkertijd totaal voorbij het bereik van referentie, inspanning en voorstellingsvermogen.’ — Waarderende Instemming van mijn Lama. Betreffende Dzogchen zei Padmasambhava: ‘Onderzoek fenomenen niet — onderzoek de aard van de Geest. Wanneer de natuur van de Geest ontdekt is, dan weet je een ding, waarmee alles zelf-bevrijd wordt. Als je de natuur van de Geest niet vindt, dan kun je alles onderscheiden, maar dan weet je niets.’ Wanneer je begint te mediteren op de natuur van de Geest, zit rechtop terwijl je natuurlijk in- en uitademt. Tuur in de ruimte met je oogleden niet slaperig hangend noch onnodig wijd gespreid. Observeer het gezicht van Kuntuzangpo (Samantabhadra, de oorspronkelijke Boeddha) met gewaarzijn en met de kennis dat alle wezens je moeder geweest zijn. Terwijl je de aanwezigheid van je Bron Lama sterk oproept – als ondeel- baar van Padmasambhava — vermeng je je geest en komt tot rust in meditatief evenwicht. Eenmaal tot rust gekomen, kan het zijn dat je niet lang gewaar blijft. De conceptuele geest kan in beweging komen en je kunt geprikkeld raken. De conceptuele geest kan onrustig draaien, dartelend als een aap — hier, daar en overal. Wat op dit punt ervaren wordt is niet de natuur van de Geest maar slechts dat wat opkomt in de natuur van de Geest. Als je dat wat opkomt in de natuur van de Geest volgt, dan zul je jezelf voorbije gebeurtenissen zien oproepen, speculeren over diverse behoeften en het plannen van verschillende activiteiten. Het is precies deze conceptuele activiteit die ons in het verleden in de naargeestige oceaan van samsara slingerde. Er is geen twijfel dat referentialiteit dezelfde resultaten zal produceren in de toekomst. Zou het niet beter zijn als men de verspreiding van referentialiteit kon verbreken?
vertaling ramodeboer ©2013