Dzogchen Terminologie

Page 1

Tulku Urgyen Rinpoche

As It Is (vol. II) Hfdst 12: Dzogchen Terminologie

Vertaling Ramo de Boer Š 2016


Dzogchen Terminologie

(201)

Er is geen echte dualiteit. Gezien vanuit het perspectief van de Boeddha zijn samsara, nirvana en het pad allen de enkele ruimte van dharmakaya. Eenmaal gerealiseerd is alles niet-geconstrueerd oorspronkelijke alertheid. Echter, als eenheid door onwetendheid opgevat wordt als twee, dan wordt het mogelijk een schijnbare plek te ervaren waarin een schijnbaar ‘mij’ geboorte krijgt. Vanuit het perspectief van het individuele bewuste wezen is er zeker een samsarisch leven en iemand die erin ronddraait. De eenheid van de enkele ruimte van dharmakaya is echter geen soort entiteit. Haar ongeconstrueerde natuur gaat zelfs aan het concept van eenheid vooraf. Wanneer de enkele ruimte van dharmakaya gerealiseerd is, is het onmogelijk om dualistische ideeën te onderhouden. Daarom is er niet langer ‘iemand’ die hergeboorte neemt op een bepaalde plaats. Voor geboorte om mogelijk te zijn, moet er zowel het concept van een plaats als van iemand die geboren wordt zijn. Hergeboorte nemen is voor Boeddhas onmogelijk omdat dualiteit opgelost is. De vergissing van dualiteit komt door het niet-realiseren van onze natuurlijke, nondualistische staat. In de ervaring van de boeddhanatuur is er geen werkelijk bestaan van subject en object. Echter, door fixatie op datgene wat ervaren wordt als het object, en datgene wat ervaart als het subject, ontstaat de ogenschijnlijke dualiteit van subject en object. Dit wordt regelmatig bevestigd, keer op keer, totdat het solide en echt lijkt. In algemene Dzogchen terminologie wordt deze tweeheid ‘ervaring en leegte’ (202) of ‘verschijning en leegte’1 genoemd. In werkelijkheid zijn ze een eenheid. Er is gezegd, ‘Zolang als dualiteit geen eenheid is geworden, is er geen verlichting.’ De twee moeten een worden. Het ene is vrij van constructen. Maar onthoudt, het is een eenheid waarin er niets te grijpen valt. In de allesdoordringende ruimte van dharmakaya, Manifesteert onmiskenbaar het sambhogakaya, zoals het licht van de zon, Terwijl het nirmanakaya, manifesterend als een regenboog, handelt voor het welzijn van wezens. Trekchö, de beoefening van de ‘grondige snede’ of ‘doorsnijden’, is om je eigen natuur te herkennen als oorspronkelijke zuiverheid, het allesdoordringende, ruimte gelijkende dharmakaya. Tögal, het ‘direct oversteken’, is om te herkennen dat de natuurlijke manifestatie van oorspronkelijke zuiverheid spontaan aanwezig is. Het herkennen dat de spontane aanwezigheid verschijnt zonder zelf-natuur ― dat het voorbij iedere substantialiteit of onafhankelijke en teit dan ook is ― ís de eenheid van oorspronkelijke zuiverheid en spontane aanwezigheid. In andere woorden, dit is de nondualiteit van Trekchö en Tögal. Dit realiserend is er noch iemand die geboren is, noch een geboorteplaats. Er is geen ‘ander’ ― er is geen samsara ― alleen de staat van boeddhaschap. Wij, bewuste wezens, hebben echter gefaald in het kennen van onze natuur. We kennen

1 De eerste betekenis van leegte wordt genoemd "de leegte van de essentie," wat betekent dat verschijnselen [die we ervaren] in zichzelf geen inherente natuur hebben. De tweede betekenis wordt "leegte in de context van Boeddhanatuur" genoemd, wat leegte ziet als begiftigt met kwaliteiten van de ontwaakte geest als wijsheid, geluk, medeleven, duidelijkheid, en moed. Ultimate werkelijkheid is de vereniging van beide leegten. http://bit.ly/emptinessmeaning As It Is Vol. I – hfdst 12 Dzogchen Terminology, vertaling Ramo de Boer © 2016

2


de natuurlijke eenheid van verschijnen en leegte niet. Door misleid te zijn door de manifestatie van verschijningen vervallen we in grijpen en gefixeerdheid op dualiteit, de waarnemer en het waargenomene. Als we niet fixeren op dualiteit wordt samsara bevrijd in de oorspronkelijke grond. We hoeven niet langer in samsara rond te dwalen. In de specifieke terminologie van de Grote Perfectie, Dzogchen, wordt dit ‘realiseren van de natuurlijke eenheid van oorspronkelijke zuiverheid en spontane aanwezigheid’ genoemd. Dit is precies wat bedoeld wordt met ‘de eenheidsstaat van een vajra houder’. Eenheid betekent volledig verstaan van de ondeelbaarheid van verschijning en leegte. Bewuste wezens weten dit niet. Ze splitsen alles in object en subject. Door het niet kennen van verschijning en leegte als een eenheid, doen de zes categorieën van samsara zich voor door het begrijpen van een als twee. (203) Dit is waar meditatie erbij komt. Om deze natuurlijke eenheid van ervaring en leegte in onze actualiteit te brengen introduceerde Boeddha meditatie. De Tibetaanse term nyamshak (‘kalmte’ of ‘gelijkmoedigheid’) betekent letterlijk ‘plaatsen in gelijkmatigheid’. In de ware staat van gelijkmatigheid of gelijkheid van nyamshak moet dualiteit oplossen. Het is niet dat we een dualiteit behouden, een ding dat we proberen te behouden en in ervaring brengen en een ander ding dat we trachten eruit te duwen. Dat leidt niet tot gelijkheid. Daarom, ‘Zolang dualiteit geen eenzijn is geworden, is er geen verlichting.’ Hoe doen we eigenlijk ‘laten zijn in grote gelijkheid’? Niet door te proberen te adopteren of vermijden door acceptatie en afwijzing, bevestiging en ontkenning. Dit type training wordt alleen maar een oefening in hoop en angst. Dat is niet wat bedoeld wordt met de uitdrukking ‘de natuurlijke eenheid van ervaring en leegte in de actualiteit brengen.’ Dit is alleen mogelijk wanneer we waarlijk meditatie beoefenen. Je wordt tot de staat van meditatie geïntroduceerd door de aanwijzende instructie. De meditatieve staat begint pas op het moment dat je je natuurlijke gezicht herkent. Daarvoor is er altijd een poging om in gelijkmoedigheid te zijn, trachtend, bijvoorbeeld, om in rigpa te zijn en conceptueel denken te vermijden. Dat aannemen en vermijden is beslist niet de staat van gelijkmoedigheid van de ontwaakten, van alle boeddha’s. De gelijkmoedigheid van de ware meditatie is nog niet begonnen. Om te herhalen: om de staat van gelijkmoedigheid in onze training te initiëren moeten we eerst de staat van non duaal gewaarzijn herkennen, waarin er niets is om te accepteren of af te wijzen. In dat moment is conceptueel denken al opgelost, dus is er geen behoefte aan hoop en angst. Het zicht is simpel dit herkennen als zijnde wat het is, het nemend als het beginpunt, eerder dan wachten of zoeken naar iets dat langzaam tot ons doordringt na veel training. Als het zicht herkend wordt is de training simpel het voortzetten van de herkenning van het zicht. Dit wordt meditatie genoemd. Ook al gebruiken we de uitdrukking ‘plaatsen in gelijkmoedigheid’ voor training, het is niet dat je een soort van ding ‘plaatst’. Ik wil dit graag opnieuw herformuleren naar ‘gelijkmoedigheid voorbij plaatsen of niet plaatsen’. Deze gelijkmoedigheid voorbij plaatsen of niet plaatsen, is waar we in trainen. Bovendien is de houding waarmee we in dagelijkse situaties leven, niets anders (204) dan het zicht. Als laatste, de vervulling die verwezenlijkt wordt is niets anders dan stabiliteit van dit zicht. De grote meester Jamgön Mipham Rinpoche schreef een stuk poëzie genaamd de Aspiratie van de Grote Perfectie van Manjushri, waarin hij zegt dat de grond, pad en resultaat van de Grote Perfectie, net als het zicht, meditatie en houding zijn als drie in de lucht getekende lijnen, geschetst midden in de lucht. Het zicht is als dit, dit is de meditatie, en dit is de houding. Als je naderhand kijkt, waar zijn dan die drie lijnen? Er is geen scheiding, er is geen onderscheid tussen hen. As It Is Vol. I – hfdst 12 Dzogchen Terminology, vertaling Ramo de Boer © 2016

3


Rigpa yeshe is geen object van denken. Zelf-bestaande alertheid, in essentie leeg en van nature kennend, hoeft helemaal niet gemaakt te worden. Dit is hoe het werkelijk is, en dit is de uitmuntende actualiteit van de Grote Perfectie. Ze is nooit zo duidelijk overgedragen noch zichtbaar gemaakt in ieder van de lagere voertuigen. Ik heb het niet slechts over de woorden. De werkelijke demonstratie van de enkele ruimte van dharmakaya is een enorme zegen. Het wordt direct in onze ervaring gebracht, niet als concept van iets wat we wel of niet kunnen realiseren in de toekomst, maar als iets van enorme waarde in de hier-en-nu ervaring van de persoon die de transmissie ontvangt. In het verleden in India werd deze transmissie erg geheim gehouden ― zo geheim dat als een uitdrukking als ‘enkele ruimte van dharmakaya’ aan een discipel werd gegeven, de meester het fluisterde door een koperen buis, direct in het oor van de student. Niemand anders was in staat het te horen. Op dat moment in de geschiedenis konden de geesten en elementaire krachten niet verdragen om zo’n term met zo’n diepzinnige invloed te horen. Ze vielen gewoon flauw. Tegenwoordig is, door de activiteiten van de boeddha’s en bodhisattvas, de situatie anders. De menselijke samenleving is bijna verzadigd met het Dzogchen onderricht. Het is niet langer een grote schok om woorden als ‘enkele ruimte van dharmakaya’ te horen. Je kunt het zicht, zoals het is, vaststellen zodra dualiteit ingestort is, als er geen enkele vorm van maken is. De ware zelf-bestaande alertheid betekent niet dat er een externe godheid in jou binnentreedt. Het is wanneer je eigen subtiele gedachtenpatronen uiteenvallen, oplossen (205), vernietigd worden. Iedere andere staat buiten deze is een door de geest gemaakt zicht. Een door de geest gemaakt zicht is bijvoorbeeld denken ‘Ik vraag me af, is dit de ontwaakte staat? Dit moet het zijn.’ Doe dat niet! Wanneer je traint in de medita e staat, beves g wat er al is ― dat de natuur van je geest leeg is, kennend, ondeelbaar. Het is niets anders dan dat. Er is geen reden een staat van leegte voor te stellen en te denken ‘Ik hoop dat dit het is. Wel, ik denk dat dit het is. Dit moet de natuur van de geest zijn.’ Er is geen noodzaak te speculeren, omdat je al ziet wat er in werkelijkheid is. Om Jamgön Mipham Rinpoche aan te halen: Binnen de essentie – natuurlijke alertheid die oorspronkelijk zuiver is Manifesteert de natuur - een straling die spontaan aanwezig is. Deze alertheid, van oorsprong zuiver, is de leegte kwaliteit van de natuur van onze geest. Op het moment dat we deze natuur herkennen, zien we hoe dan ook geen ‘ding.’ Het is al totaal puur en perfect. Dat is precies waarom we het oorspronkelijk puur noemen. Onscheidbaar hiervan is de kwaliteit van weten: we zijn op hetzelfde moment kennend. Dit is de spontane aanwezigheid. Deze twee aspecten zijn onscheidbaar. Op deze manier hoeven we niet te zoeken en proberen de drie kayas te ontdekken als iets in de toekomst, of op enigerlei wijze los van dit ongedeelde lege kennen dat we onmiddellijk kunnen herkennen. Het is op geen enkele wijze verborgen. Dit, de essentie zelf van de Grote Perfectie, is waar we in moeten trainen. Dit is precies wat bewuste wezens niet zien. Omdat ze niet zien wat hun natuur is grijpen ze naar ogenschijnlijke dualiteit en creëren oorzaken voor eindeloze samsarische ervaringen. Aan de andere kant, als de essentie van de geest eenvoudig herkend wordt, wordt samsara tot een stop gebracht, daar en dan. Het moment van het zien van de eenheid van de drie kayas is ons basale ‘werkkapitaal.’ We hebben iets van enorme waarde, en het hoeft niet met veel woorden gezegd te worden. Hoewel we woorden

As It Is Vol. I – hfdst 12 Dzogchen Terminology, vertaling Ramo de Boer © 2016

4


nodig hebben om verstaan, verwar alsjeblieft de woorden niet met de betekenis. Als we woorden horen verbinden we er een betekenis aan. Abhidharma (206) noemt het ‘gedachte die de vemenging van geluid en betekenis verstaat.’ Maar die daad van begrijpen is niet de betekenis zelf. Aan de andere kant, we moeten vertrouwen op woorden om de betekenis te realiseren. Begrijp alsjeblieft dat de woorden kadag en lhündub, oorspronkelijke zuiverheid en spontane aanwezigheid, extreem belangrijk zijn. Begrijp alsjeblieft hoe kostbaar het is om te realiseren wat zelfs zulke korte woorden eigenlijk inhouden. Ik ging eens naar de grote meester Dzongsar Khyentse Chökyi Lodrö in Gangtok, en stelde hem een paar vragen over de Dzogchen Desum, de Drie Onderdelen van de Grote Perfectie. Hoewel het geen lange tekst is, is ze ongelofelijk diepzinnig. Het is maar een boek, het past tussen je hand en je ellenboog. Ik vroeg, ‘Excuseer mij, Rinpoche, maar is de hele terma ontdekt? Mist er niets? Khyentse Chökyi Lodrö glimlachte en zei: ‘Als ik er naar kijk dan zie ik helemaal niets wat mist. Waarom denk je dat er iets mist? Weet je precies wat er mist? Ik zie: ‘Nee, ik ben slechts een hardnekkige intellectueel, Ik weet niets.’ Dzongsar Khyentse vervolgde, ‘Ik zie dat het op geen enkele wijze incompleet is. Alleen omdat het kort en beknopt is, betekent niet dat er iets mist of uitgelaten is.’ Sommige van de instructiehandleidingen in de drie onderdelen van de Grote Perfectie zijn maar een paar pagina’s. En toch zijn ze allesomvattend en zeer diepzinnig. Het is dus niet zo dat we meer woorden nodig hebben om de essentiële betekenis te ontdekken. Alles valt en staat met het moment van herkenning van de essentie van de geest. Op dat moment ontmoet je onmiddellijk de drie kayas. Het systeem van Vajrayana gebruikt ongelofelijke vaardige middelen om de realiteit van wat is te introduceren. Deze methode van introductie staat bekend als de vier bekrachtingen. De vier bekrachtingen zijn symbolisch. Je gebruikt instrumenten en rituelen om de realiteit van onze actuele situatie aan te wijzen. De eerste bekrachtiging is de vaas bekrachtiging. De meester visualiseert de vaas als zijnde het paleis van de goden; het water erin wordt gezegend als nectar. Met de vaas wordt de kruin van het hoofd van de leerling aangeraakt, waarna hij of zij er een slok van krijgt. Dit is het oppervlakkige deel van het ritueel. Wat hier eigenlijk geïntroduceerd wordt is dat onze vijf skandhas, onze elementen en de zintuigen en hun objecten, al een goddelijke natuur hebben. Dit is de betekenis van het ‘vajra lichaam is de mandala van goden’. Met andere (207) woorden, waartoe we bekrachtigd worden om te realiseren is niets anders dan wat we van begin af aan al zijn. Dit is de ware betekenis van de vaasbekrachtiging. De tweede, de geheime bekrachtiging, wordt overgedragen door middel van het sacrament dat je krijgt vanuit de schedel kop. De derde bekrachtiging dient om het feit te introduceren, dat de sensatie van plezier, het moment van gelukzaligheid, van nature leeg is. Om deze nondualiteit van gelukzaligheid en leegte aan te wijzen, ontvang je de wijsheid-kennis bekrachtiging. De belangrijkste bekrachtiging is de vierde, ook genoemd de kostbare woord bekrachtiging. De eerste drie mogen veel details en woorden hebben, maar hier kan alles gevat worden in één woord. Dat is waarom het de kostbare woord bekrachtiging genoemd wordt. Het woord kan geconstrueerd worden uit twee lettergrepen: PA en TA. De TA wordt uitgesproken zonder klinker, dan wordt de combinatie PHAT. Dit geluid wordt uitgeroepen door de meester op een wijze waardoor de leerling de essentie van As It Is Vol. I – hfdst 12 Dzogchen Terminology, vertaling Ramo de Boer © 2016

5


de geest kan herkennen bij het horen ervan. Het snijdt door de stroom van conceptueel denken om de ingeboren staat van oorspronkelijke geest die leeg kennen is, te introduceren. Dit was nooit echt verborgen; het is alleen ogenschijnlijk verborgen voor bewuste wezens omdat hun aandacht bezet is met andere zaken. Als dat het geval is, kan je wel horen over de natuur van de geest, maar het voelt als verborgen voor je; het is geen actualiteit. Op het moment van herkenning van de essentie van de geest, wordt het onmiddellijk gezien. Niet langer verborgen of ver weg, is het in de actuele ervaring gebracht, wat precies de bedoeling is van de vierde bekrachtiging. Dit wordt beschreven in al de tantras van de Grote Perfectie. Er zijn ook de acht uitroepen van verwondering en de twaalf-vajra grappen die precies beschrijven hoe deze staat is. In de Mahamudra traditie kan het ook aangewezen worden met dit simpele vers: Oorspronkelijke alertheid is uitzonderlijk subtiel. Het is het vajra-gelijke centrum van ruimte. Je ben je eigen vader. Ontspan in de basale ruimte voorbij begin en einde. (208)

Oorspronkelijke alertheid betekent onze basale staat. ‘Uitzonderlijk subtiel’ betekent dat het niet bestaat uit ideeën. Gedachten houden doorgaans de geest van bewuste wezens bezet, ofwel als een groffe emotie of als subtiel denken. Er is aanvullend een erg subtiele staat van geest die cognitieve verduistering wordt genoemd, wat de laatste verduistering is die achtergelaten dient te worden op het pad naar verlichting. Oorspronkelijke alertheid is nog subtieler dan dit, omdat ‘t het onverdeelde lege kennen is dat aan de basis ligt van iedere staat van geest. Het is hoe dan ook van niets gemaakt. Dat was de eerste zin “Oorspronkelijke alertheid is uitzonderlijk subtiel.” De tweede zin is, “Het is het vajra-gelijke centrum van de ruimte.” ‘Vajra’ betekent hier ’onverwoestbaar.’ Net als het centrum van de ruimte, de totaal wijdopen hemel, onveranderlijk en onwrikbaar, is je originele alertheid niet gemaakt door enige oorzaken en omstandigheden. De derde zin. “Je bent je eigen vader,” betekent dat je zelf je eigen natuur bent. De vierde zin, “Ontspan in de basale ruimte voorbij begin en einde,” introduceert de natuur van de geest. Wanneer je deze herkent is er geen reden te wachten op een ander moment in de toekomst. Basale ruimte begint of eindigt hoe dan ook op geen enkele wijze. Rigpa is nooit begonnen en eindigt niet. Het is totaal eindeloos, volkomen beginloos. Geest komt niet tot zijn; het is nooit begonnen. Het houdt niet op op een bepaald punt, dus heeft het geen eind. Het verblijft op geen enkele wijze ertussen, en daarom heeft het geen midden. Er is nergens een huidig moment (nu) dat vastgesteld kan worden. Jouw basale staat heeft een natuurlijke stabiliteit, een ingeboren soort van oprechtheid, maar het is niet een soort concreet ‘ding’ dat op enigerlei wijze geïdentificeerd kan worden. Natuurlijk kunnen we het idee formuleren, “Dit is hoe Rigpa is.” Maar dat is simpelweg ons idee. De staat van kennen is in zichzelf zoals het is. De natuurlijke stabiliteit is aanwezig wanneer je deze niet vergeet, als je niet afgeleid wordt. Wanneer je vergeet, als je afdwaalt, lijkt deze natuurlijke stabiliteit verloren. Ingeboren stabiliteit is als een naald, niet als een haar. Als je een haar in de wind houdt buigt ze, maar een naald buigt niet, ongeacht hoe hard de wind is. (209) Een haar heeft geen natuurlijke stabiliteit. Rigpa wordt niet besmet door fixatie op uiterlijke objecten, en wordt niet bedorven door focussen op As It Is Vol. I – hfdst 12 Dzogchen Terminology, vertaling Ramo de Boer © 2016

6


de kennende van binnen. Het is totaal open. Dat is natuurlijke stabiliteit. Ongeacht hoe dik een haar is ze zal nog steeds wapperen in de wind. Het denken van bewuste wezens heeft geen stabiliteit. De natuur van de geest heeft een natuurlijke stabiliteit. Deze natuurlijke stabiliteit is evident wanneer ze niet betrokken is in subject en object, niet focussend op iets als buiten, niet concentrerend op iets van binnen. In dit moment, als eerdere gedachten verdwenen zijn en toekomstige gedachten nog niet gekomen, verbind je niet opnieuw aan enige gedachte. Om Dzogchen terminologie te gebruiken, het is alertheid, vibrerend kristalhelder, volledig aanwezig. Deze ongelofelijke woorden hebben onze fabricatie, ons maken, niet nodig. Ze wijzen op wat van nature zo is, niet op wat gecultiveerd is door training. De natuurlijke staat van Boeddha Samantabhadra manifesteert zich als de Dzogchen tantras, waar deze wonderbaarlijke woorden vandaan komen: Verbazingwekkend, natuurlijk gewaarzijn is voorbij gedachten. Levendig helder, is er geen verduistering. Naakt manifest, is er geen dwaling. Klaarwakker, is er geen subject en object.

De gedachtenvrije ingeboren staat wordt ervaren als levendigheid. We hoeven er niet aan te denken om het te ontdekken. De natuurlijke eigenschappen van rigpa zijn niet conceptueel. Dit is hoe het beschreven wordt in Dzogchen. Wie onderwees de Dzogchen lessen? Samantabhadra deed dat. Samantabhadra is oorspronkelijke alertheid voorbij concepten. Sommige mensen dat Samantabhadra een oude, oude man was die lang geleden leefde. Denk dat niet. Wanneer je je geest essentie herkent, welk woord kun je gebruiken om te beschrijven hoe het werkelijk is?

Student: Wakker. Rinpoche: Is het verborgen, of is het actueel? S: Het is een actualiteit. R: Is het in dat moment mogelijk voor een gedachte om te blijven hangen, vast te houden? S: Nee R: Het is totaal vrij van fouten; de fout is het denken. Het is ook vol van alle kwaliteiten, omdat het in zichzelf het smetteloze dharmakaya is. Als dat gedurende dag en nacht voortduurt, is het dan mogelijk voor samsara om te blijven? S: Nee R: Dat klopt. Samsara lost op. Samsara heeft jouw gedachten nodig om veroorzaakt (recreated) te worden. Omdat samsara al niet-substantieel is, is er niets om te houden. Het oplossen van samsara is geen totale lege staat van onbewustzijn. Er is geen reden om samsara te onderhouden als we dat eenmaal weten, dus waarom zou je? Om samsara te veroorzaken heb je geboorte en dood nodig, en daarvoor heb je gedachten nodig waarin de natuur niet wordt gezien. Je hebt betrokkenheid nodig in denken dat de herkenning van onze natuur mist: je hebt een her-verstoring van je essentie nodig. Dit is het type van denken waar alle bewuste wezens mee bezig zijn. Er is een groot verschil tussen denken en rigpa!

As It Is Vol. I – hfdst 12 Dzogchen Terminology, vertaling Ramo de Boer Š 2016

7


As It Is Vol. I – hfdst 12 Dzogchen Terminology, vertaling Ramo de Boer © 2016

8


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.