Mill Hill Contactblad

Page 1

HERFST 2021


Monniken zijn het ingewand van de kerk. Ze verteren alles Bernard van Clairvaux 2


IN DIT NUMMER 4

7

10

12

Van west naar oost en terug, en nog eens (II) Jubilaris Frans Baartmans mhm vertelt in deze tweede aflevering hoe zijn missionaire droom hem uiteindelijk naar India voerde waar hij aan de oever van de Ganges zijn persoonlijk ‘Jerusalem’ vond. “Mijn besluit was genomen. Met mijn Nijmeegse papieren mocht ik India binnen als student. Ben je trouwens als missionaris niet steeds student?”

Tjeu Cuijpers. Het jubileum van een blinkende ‘old-timer’ Hij jubileert dit jaar: 65 jaar broedermissionaris! Fons Eppink mhm zocht hem op in Missiehuis Vrijland en ging met hem in gesprek. “Ik ben tevreden”, klinkt het zonder aarzelen. “Het was natuurlijk jammer dat ik niet in de missie heb kunnen blijven, maar ik heb me erbij neergelegd. De opleiding was ook belangrijk”. Missie in bonte kleuren. Toos Beentjes mhm Op zondag 15 augustus hebben lekenmissionaris Toos Beentjes en Corry van den Bosch hun contract van associatie met vijf jaar verlengd. Toos vertelt over haar huidige missionaire betrokkenheid.“Maar naar mijn persoonlijke overtuiging is er meer nodig dan alleen een gevoel van verbondenheid om een nieuw contract te ondertekenen. Daarom vraag ik me af: heb ik nog wel een missionaire kijk op het leven en wat is mijn eigenlijke missionaire uitdaging?” Missie in bonte kleuren. Corry van den Bosch mhm Op zondag 15 augustus hebben lekenmissionaris Toos Beentjes en Corry van den Bosch hun contract van associatie met vijf jaar verlengd. Corry geeft in dit nummer een inkijkje in haar rijke missionaire ervaringen. ”Naar aanleiding van het verlengen van het Mill Hill contract van associatie werd me de vraag gesteld wat mijn activiteiten in verband met Mill Hill zoal zijn geweest. Nu ik daar even over nadenk kom ik tot de conclusie dat ik terug naar mijn kindertijd en jeugd moet gaan”.

VERDER NOG Jacinta van Luijk: Toegenomen noden – maar werken met de rem erop............................. 15 Fons Eppink: Afsluiting............................................................................................................. 17 Fons Eppink: Broeder Piet Vos – een van de ‘vergeten martelaren van Congo’.................. 19 Theo Geurtsen: In memoriam Gerard van de Laar................................................................ 22 Foto omslag: Tony Amort mhm - Braziliaanse uitbundigheid.

3


VAN WEST NAAR OOST EN TERUG, EN NOG EENS (II) In dit tweede gedeelte van zijn missionaire levensverhaal vertelt jubilaris Frans Baartmans mhm van zijn fascinatie voor India.

Ontspannen concentratie Weer van west naar oost. Ik was nog niet klaar met mijn studies in Nijmegen of het bericht kwam dat missionarissen vanaf 1977 niet langer onder die titel India binnen mochten. Het gerucht ging, of was het een officieel bericht dat het hoofdbestuur van Mill Hill overwoog India van de Mill Hill missionaire agenda te halen. Ik dacht dat ik door een bij gestoken werd! India laten vallen zou een blunder zijn. Ik had intense jaren beleefd met het Promotion Team, voettochten gelopen met Hans Burgman, een spetterende studentenkerk in Nijmegen beleefd, het was de tijd van verzet tegen Pinochet in Chili. Ik had jongeren leren kennen die Europa vaarwel zegden en naar India vertrokken. De faculteit ‘Derde Wereld’ kwam tot stand, en ook de leerstoel ‘Feministische Theologie’. 4

Last but not least, tijdens het Vaticaans Concilie bleek de katholieke kerk gevoelig te zijn voor de golf van democratisering in Europa. Bisschoppen en pastores – dus ook in de missie – dienden raadplegingsorganen op te zetten. Zo zou het contact met de gelovigen verbeteren. Het Concilie verkondigde ook luid dat de tijd was gekomen voor een dialoog tussen de grote wereldgodsdiensten. “Religieuze overleveringen, openbaringen”, hoorde ik mensen al zeggen. In India had je die allemaal bij elkaar. India samen met Rusland maakten zich op toe te treden tot de vrijemarkteconomie, het einde van het socialisme à la Nehru. Het toerisme in India nam toe. De economie groeide. Het land was op weg het ‘computerland’ te worden. Dui-


zenden westerse jongeren gingen naar India. Vooral Benares aan de Ganges, de heilige plaats bij uitstek in de Hindoe traditie, trok hen aan. De Boeddha had er onderwezen. Maar er was ook de niet aflatende schrijnende armoede van miljoenen. Het taaie kastenstelsel was nog steeds verantwoordelijk voor eeuwen van vernedering van de lage kasten en kastelozen. Meisjes en vrouwen hadden vaak met geweld te maken. De kerken in India bloeiden, waren met hun ziekenhuizen, klinieken en scholen een toeverlaat van de armen. Maar er was nog veel werk te doen. De razendsnelle urbanisatie in het land zou verkrotting veroorzaken in het hele land. Je kon een tsunami van verandering verwachten. Zouden wij, Mill Hill missionarissen, bij dat alles en nog meer, als je er goed over las en nadacht, India verlaten terwijl het land steeds meer in trek bleek en wij, Mill Hill, er al woonden en werkten in het zuiden sinds 1874? Bovendien

waren we ook werkzaam in Kashmir. Zouden wij, Mill Hill, India vaarwel zeggen? Was er dan over en van India niets meer te leren? Millhillers in India leerden de taal, ook het schrift, en nu…. goodbye India? Mijn besluit was genomen. Met mijn Nijmeegse papieren mocht ik India binnen als student. Ben je trouwens als missionaris niet steeds student? Met de wijze raad en ervaring van Hans Wijngaards die lang in India werkte liet ik me inschrijven aan de Benares Hindu University in Benares voor een volledige studie Hindu Theology and Philosophy. Daar kreeg ik zes jaar voor. Tegelijkertijd nam ik mijn intrek in een veronachtzaamde sloppenwijk aan de Ganges, waar uitsluitend kastelozen wonen. Ik woonde en werkte met de mensen mee om het leven dragelijker te maken, krotten op te ruimen, een toilet voor vrouwen en een eerste school te bouwen en zo verder. Niet zonder slag of stoot vanwege toch plotse visa peri-

Aan de voeten van de meester 5


kelen sprokkelde ik 38 jaar in Benares bij elkaar, voedzame vruchtbare jaren. Na mij kwamen om wat heette tekort aan leraren in het land Tom O’Brien, Thaddeus de Deckere, Ben Jorna en Paul Hien naar India en, warempel, ook Andrew Mukulu en Ephraim Odhiambo als Mill HIll stage studenten. De dreiging India te verlaten was bezworen. Nu hebben we Mill Hill India! De politie in Benares, heel aardige correcte mannen, kwam af en toe eens kijken hoe ik het maakte in die sloppenwijk Nagwa in Benares en wat ik daar deed. Wat doet een buitenlandse student in zo’n wijk, dat hadden ze nog niet gezien en ze waren natuurlijk op de hoogte van wie ik was via de inlichtingendienst. De mensen in de wijk waren er meteen bij wanneer de politie kwam. Het bloed

Buren onderonsje 6

kruipt waar het niet gaan kan, ook dat van een Mill Hill missionaris. Sinds mijn terugkomst van oost naar west in 2015 draag ik met me mee uit de Indiase godservaring en de schriften van een paar duizend jaar geleden: “OM In het hart van het universum gebouw van Brahman, de oneindige, ons eigen lichaam, is een kleine spelonk in de vorm van een lotusbloem. Zoek naar wie daar woont. Als je het wilt weten, die spelonk in ons hart is zo wijd als het universum. De hemelen, en de aarde zijn er, de zon, de maan, de sterren. Vuur is er en wind, alles wat nu is en alles wat nog niet nu is. Het hele universum woont in Brahman, de oneindige. Die woont in ons hart” Frans Baartmans mhm


TJEU CUIJPERS. HET JUBILEUM VAN EEN BLINKENDE ‘OLD-TIMER’

Op de tafel in zijn kamer-met-riantuitzicht op Missiehuis Vrijland ligt nog een foto van het 60-jarig jubileum dat hij dit jaar heeft gevierd. Een heugelijke gebeurtenis die in deze coronatijd noodzakelijkerwijs wat stilletjes is gevierd. Of hem dat deert? De vraag alleen al zou een krenking zijn van de ontwapenende eenvoud waarmee hij in het leven staat. Zijn ogen glinsteren en er verschijnt een stralende glimlach op zijn gezicht wanneer hij me vertelt dat hij, ondanks zijn gevorderde leeftijd – hij is 90! – nog pas één pilletje hoeft te slikken. Voor zijn voeten, ja. Die laten hem in de steek – hij kan moeilijk lang staan. Maar voor de rest – blakend gezond! Zo nu en dan zie ik hem een minder mobiele medebewoner in een rolstoel langs het pad naar Maria-inhet-bos duwen. Toegewijde mantelzorg gedragen door een gedeelde devotie voor Maria en een hang naar stil gebed. Hij haalt er een klein notitieboekje bij wanneer ik hem vraag naar de grote lijnen van zijn levensloop als broedermissionaris bij Mill Hill– er is niks mis met zijn geheugen, merk ik, maar namen en data willen hem wel eens ontschieten. Zo komt hem de watersnood van 1953 weer voor de geest. Hij was toen dienstplichtig en werd door de leger-

leiding ingezet om noodhulp te bieden aan de vele slachtoffers. Bivakkeren in een school in Willemstad, zandzakken vullen, hij ziet het nog voor zich als de dag van gisteren. Maar hij vertrok vervroegd uit het leger, met vrijstelling, omdat hij broeder wilde worden. Hij had al eens een kijkje genomen bij de opleiding van Mill Hill in het Limburgse Haelen, niet ver van zijn eigen ‘heimat’. “Ik trof de rector op het veld druk bezig met aardappels rapen samen met de studenten”. Dat maakte indruk. En zo begon hij zijn opleiding in Oosterbeek net na de watersnood in 1953. Acht jaar later, in 1961 – hij was intussen een vaardig monteur – vertrok hij naar wat toen nog Belgisch Congo heette. Maar, het klinkt bijna bijbels, na de watersnood kwam de volksopstand! Congo raakte verwikkeld in een uiterst woelige overgang onmiddellijk volgend op de onafhankelijkheidsverklaring van juni 1960. Tjeu zou er maar twee jaar blijven, ‘een beroerde tijd’, en kwam ziek terug naar Nederland. Al gauw vond hij zijn plek in de opleiding in Oosterbeek waar hij zich met hart en ziel inzette als monteur-instructeur van kandidaat broedermissionarissen. Samen met medebroeders Pius 7


en Fidelis vormde hij er een hecht trio. Het genoegen bij de herinnering daaraan klinkt nu nog door in zijn stem en straalt van zijn gezicht. Maar het aantal kandidaten dat zich meldde liep gestaag terug, tot de stroom uiteindelijk helemaal stokte. Tjeu werd benoemd naar Roosendaal midden jaren ‘80 met als taak om ach-

Jubilaris in het zonnetje 8

terstallig onderhoud ter hand te nemen. Specialist in onderhoud, van gebouwen vooral, dat stond hem ondertussen op het lijf geschreven. Hij zou er zich jaren later ook voor inzetten in Jozefhuis, Oosterbeek, en, na 2000, in het bezinningscentrum Emmaus te Helvoirt. Het zou te ver voeren om in detail weer te geven wat hij allemaal tegenkwam op zijn dagelijkse werk in al die jaren.


Holy Joe De kale data staan netjes op een rijtje opgetekend in zijn notitieboekje. Het zijn de verhalen die hij erbij vertelt – hij is een aangenaam causeur – die kleur geven aan de onderdelen van dit kader. Een enkele greep uit zijn arsenaal van opmerkelijke ‘wapenfeiten’: Midden jaren ’70 van de vorige eeuw werd Tjeu naar Mill Hill, Londen, geroepen. Het iconische beeld van Sint Jozef boven op de toren van het gelijknamige College was urgent aan onderhoud toe. Vele jaren hadden duiven zich binnen in de holle structuur van het meer dan drie meter hoge beeld genesteld, daarbij gebruik makend van de ruime openingen in de mouwen van het beeld. Het ijzeren frame dat het geheel ondersteunde was zwaar verroest. De grootste toen bestaande kraan kwam eraan

te pas om het beeld van de toren te hijsen. Tjeu vertelt het verhaal in geur en kleur: “Ze deden het gratis, als demonstratie en vanwege de reclame, want dit was de eerste keer dat de kraan gebruikt werd”. De hele operatie trok veel bekijks van omwonenden. Allemaal benieuwd te zien hoe ‘Holy Joe’, zoals het beeld in de wijde omgeving bekend stond, van zijn sokkel werd gehaald. Hoe kijkt hij nu terug op zijn leven als broedermissionaris, wil ik weten? “Ik ben tevreden”, klinkt het zonder aarzelen. “Het was natuurlijk jammer dat ik niet in de missie heb kunnen blijven, maar ik heb me erbij neergelegd. De opleiding was ook belangrijk”. Fons Eppink mhm

9


MISSIE IN BONTE KLEUREN. TOOS BEENTJES MHM. Op zondag 15 augustus hebben Mill Hill lekenmissionarissen Toos Beentjes en Corry van den Bosch hun contract van associatie met 5 jaar verlengd. In dit nummer vertellen beiden iets over hun visie en ervaringen. intercultureel. Ik ben de oudste van de gemeenschap en de jongste is net een maand oud. Er zijn alleenstaanden en echtparen. Samen zijn we een groep van 12 volwassenen en 6 kinderen. Het geeft ons de mogelijkheid om onze christelijke inzet in de plaats waar we wonen en werken te bevragen, overtuigd dat er meer in het leven is dan louter “huisje, beestje, boompje”, en om de tekenen van onze tijd te lezen. Ik ervaar dit als een nieuwe impuls voor mijn missionaire inzet en het houdt me alert om mijn persoonlijke motto in praktijk te brengen: ‘blijf niet stilstaan waar je bent maar kijk om je heen om te zien wat er gebeurt’.

Levendig betoog Het einde van de recente contractperiode van vijf jaar is een goede gelegenheid om terug te kijken en ook om vooruit te kijken. Na 48 jaar maak ik ongetwijfeld deel uit van de Mill Hill-familie. Maar naar mijn persoonlijke overtuiging is er meer nodig dan alleen een gevoel van verbondenheid om een nieuw contract te ondertekenen. Daarom vraag ik me af: heb ik nog wel een missionaire kijk op het leven en wat is mijn eigenlijke missionaire uitdaging? Op verschillende niveaus ben ik nog steeds betrokken bij missionaire activiteiten. Ze hebben ook invloed op mijn manier van leven. Een paar jaar geleden heb ik ervoor gekozen om in een christelijke gemeenschap te gaan wonen. Momenteel is deze oecumenische gemeenschap zowel internationaal als 10

Als lid van de Nederlandse Regionale Raad woon ik de vergaderingen van BEMIN (Beraad Missionarissen in Nederland) bij. Dit bestuur is ontstaan om ideeën en informatie over de rol van missionarissen uit Afrika, Azië en Latijns-Amerika in Nederland te evalueren en te delen. Een aantal missionaire con-


Moment van afscheid gregaties doet mee. Onlangs heeft het bestuur een document gepubliceerd waarin hun missie wordt beschreven. Ik nam deel aan de commissie om het document voor te bereiden. Op dit moment ben ik nog steeds betrokken bij Casa Migrante en de LatijnsAmerikaanse parochies in Amsterdam en Utrecht. Ik ben in gesprek met de directie van Casa Migrante over mijn rol in de komende jaren en ook met het parochiebestuur, zodat andere personen een deel van mijn verantwoordelijkheden kunnen overnemen. De komende jaren zullen dus een tijd zijn om minder

actief te zijn en een tijd om anderen voor te bereiden. Ik ben dus van plan mijn actieve missionarisleven voort te zetten, en teken daarom een nieuw contract van vijf jaar. En zoals de titel van een boek van Erik Borgman, theoloog en lekenlid van de Dominicanen, “Leven van wat komt”, laat zien, blijf ik gewoon doen wat ik voel en graag doe als medewerker van de Mill Hill Missionarissen en vertrouw op wat komen zal. Toos Beentjes mhm 11


MISSIE IN BONTE KLEUREN. CORRY VAN DEN BOSCH MHM. Op zondag 15 augustus hebben Mill Hill lekenmissionarissen Toos Beentjes en Corry van den Bosch hun contract van associatie met 5 jaar verlengd. In dit nummer vertellen beiden iets over hun visie en ervaringen. Eens per jaar kwamen we in Roosendaal samen met alle zelatrices voor een gezellig onderonsje. Missiekalenders verkopen hoorde er ook elk jaar bij. En een beetje ongewone activiteit was om geoogste aardappelen op een wagen te laden die dan naar Mill Hill Roosendaal en/of Tilburg gebracht werden. Gewoon zo van die klusjes (onder andere natuurlijk) om het Mill Hill mogelijk te maken de opleidingen draaiende te houden. Dan was er elk jaar de MITO in Roosendaal, waar we steevast naar toe gingen. Dat was echt een uitje! Het had allemaal niets met “associate zijn” te maken!

Wie had het over lenig? Naar aanleiding van het verlengen van het Mill Hill contract van associatie werd me de vraag gesteld wat mijn activiteiten in verband met Mill Hill zoal zijn geweest. Nu ik daar even over nadenk kom ik tot de conclusie dat ik terug naar mijn kindertijd en jeugd moet gaan. Al van kleins af aan gingen wij in de polder de boeren langs om de Mill Hill busjes op te halen of te legen. We werden zelatrices genoemd. Aanvankelijk waren dat die rechthoekige metalen busjes, later werden het kunststof wereldbolletjes in rood en zwart. En weer veel later werden het conservenblikken, die we in Kenia en Oeganda voor dit doel gebruikten. 12

Toen ik in 1999 besloot naar Kenia te gaan, kwam ik in het Pandipieri (Mill Hill) project terecht om daar een helpende hand te bieden bij het straatkinderen programma. Ik ondersteunde de onderwijzers en kreeg een groepje kinderen die extra aandacht nodig hadden, vooral bij rekenen. Maar de meeste tijd besteedde ik aan kinderen: een potje kaarten of voetballen, een wandeling naar het antilopenpark of het Victoriameer om te vissen of te zwemmen, gezelschapsspelletjes spelen, enz. Zo nu en dan ging ik mee met de sociaal werker om kinderen terug thuis te plaatsen. Dat lukte maar zelden voor lange tijd. Zo lang de thuissituatie niet verbeterde, vonden de kinderen er geen thuis dat hen verder kon helpen. In de avonduren ging ik geregeld mee met Mill Hillers, die huisbezoeken bij zieken en oude mensen aflegden. Dat


Even rustig overleggen heeft altijd diepe indruk op me gemaakt. De levensblijheid van de mensen in hun armoedige huisjes vond ik bewonderenswaardig. Op advies van enkele Mill Hillers heb ik na een paar jaar het verzoek ingediend bij Mill Hill Londen om associate te mogen worden. Zodoende ondertekende ik in 2003 mijn eerste 3-jarig contract met Mill Hill. Wat klinkt dat zakelijk en technisch: een contract van associatie tekenen! Maar ja, er moest toch een naam worden bedacht voor de lekenmissionaris binnen Mill Hill. Of het te maken had met de associatie weet ik niet, maar spoedig daarna kreeg ik een benoeming in het managementteam van het Pandipieri project. Het werd mijn taak om alles wat met onderwijs te maken had onder mijn hoede te nemen: kleuterschool, lagere school, huishoudschool, timmerwerkplaats, metselwerkplaats, de kunstschool, de computeropleiding, enz.

De jaarplannen bespreken, lesroosters opstellen samen met de leerkrachten, de salarissen berekenen en uitbetalen, onderhoud van de scholen proberen op orde te houden, stageplaatsen voor de huishoudschool opzoeken, de bouw van een nieuwe huishoudschool begeleiden, het hoorde er allemaal bij. Ik had geen klagen over mezelf vervelen, want er was volop te doen. Begin 2007 ben ik in Oeganda benoemd bij een ander Mill Hill getint project: Huis Link Community Initiative (Huyslinci) in Abaitababiri, Entebbe. Ook daar werden kansarme kinderen en jeugd geholpen in soortgelijke programmaonderdelen, met als muzikale uitzondering: het fanfarecorps. Het project stond nog in de kinderschoenen en had op diverse fronten veel hulp nodig. Ook hier heb ik ondersteunend werk verricht, voornamelijk in de administratie, fondsenwerving en boekhouding. Omdat het project in een (te) klein huurhuis gevestigd was, hebben 13


we er hard aan gewerkt om een nieuw onderkomen te vinden en te bekostigen. We konden een braakliggend stuk grond kopen en hebben daar een mooi gebouw kunnen neerzetten met ruimte voor alle programmaonderdelen inclusief een grote hal, die in de toekomst voor bruiloften en partijen verhuurd kan worden om de huishoudschoolleerlingen daar de kost te laten verdienen. In 2012 was er in de parochie Mbikko assistentie nodig, dus werd ik benoemd naar Mbikko. Ook daar heb ik veelal administratief werk gedaan. Na een paar jaar ben ik ten slotte verhuisd naar Panyangara in Karamoja. Door allerlei omstandigheden was men daar ver achter met het bijwerken van de doopboeken en er werd veel gedoopt. Duizenden namen heb ik ingevoerd, en tevens op de computer

Twee gedreven missionarissen 14

geregistreerd. Een voorganger had een handig en goed systeem opgezet, waarbij je heel simpel gevraagde namen en data van dopelingen met hun ouders, peter en meter kon vinden indien ze dit nodig hadden. Bij mijn vertrek in 2016 was het hele systeem bijgewerkt. En vanaf 2016 ben ik associate met pensioen. Ik heb geen vastomlijnde taken, maar daar waar nodig kan ik een helpende hand bieden, hier rondom huis of bij Mill Hill Oosterbeek. En zondag 15 augustus jl. (op een stralende, zonnige feestdag) heb ik mijn contract met 5 jaar verlengd. Het was een ongedwongen, gezellig samenzijn, waarbij ik, tegelijk met Toos Beentjes, mijn contract heb ondertekend. En over 5 jaar, bij leven en welzijn, zien we wel weer. Corry van den Bosch mhm


TOEGENOMEN NODEN MAAR WERKEN MET DE REM EROP. In een rondschrijfbrief aan de Vrienden van het Kitale Community Advancement Programme (KAP) schrijft Mill Hill Associate, Jacinta van Luijk mhm vanuit Kenia: vaccinaties arriveren, de bevolking klaar is om ze te ontvangen. Het verhaal van Lucy, deelneemster aan de training voor ‘onbereikbare’ jongeren in Sabata

Sinds corona begon zijn er zichtbaar meer zieken en doden, tienermoeders, schoolverlaters, alcohol- en drugsmisbruikers, zelfmoorden en huiselijk geweld. De voorbereidingen voor de verkiezingen eind 2022 zijn in een hoge versnelling gekomen. Eind mei arriveerde de Indiase corona-variant in Kenia en heeft zich inmiddels flink verspreid. De avondklok (vanaf 19:00 uur) betekent voor veel mensen minder inkomsten, zelfs honger! Bovendien gaan de prijzen sterk omhoog. De lang aanhoudende droogte heeft veel gewassen vernield. Dit alles zorgt duidelijk voor toegenomen spanningen. Ook onze stafleden hebben het thuis vaak niet gemakkelijk. Er is daarom voor ons erg veel te doen. Helaas is onze county momenteel in een lockdown, en mogen ook wij alleen in kleine groepen werken en voor korte duur. Dat vraagt extra creativiteit in de uitvoering van onze activiteiten. Corona-preventie, vooral het belang van vaccinatie, krijgt hierin veel aandacht. De vaccins zijn in Kenia nog schaars en veel mensen zijn niet bereid om gevaccineerd te worden ten gevolge van praatjes. Er is nauwelijks voorlichting hieromtrent. Nog meer werk dus voor ons om te helpen ervoor te zorgen dat zo gauw de covid-

“Ik ben een alleenstaande moeder, 21 jaar oud. Mijn problemen begonnen 6 jaar geleden toen mijn ouders uit elkaar gingen. Met moeite voltooide ik mijn middelbare schoolopleiding en begon ik aan een nieuw hoofdstuk in mijn leven. Ik kreeg een vriend en na drie maanden ontdekte ik dat ik zwanger was. Gelukkig beloofde mijn vriend om me te steunen. Mijn moeder was echter erg bitter over de situatie en probeerde me te dwingen om een abortus te ondergaan. Dat weigerde ik en schonk het leven aan een tweeling. Mijn moeder wilde nog steeds niets van mijn vriend weten, ook mocht ze mijn kinderen niet. Ze haatte mijn vriend, schold hem uit en dreigde hem te vervloeken, hoewel hij me steunde zoals hij had beloofd. Mij bedreigde ze met hetzelfde als ik de relatie zou voort-

Lastig, die mondkapjes 15


In de frisse lucht gaat het beter zetten. Ik besloot daarom de communicatie met mijn vriend te verbreken en naar mijn grootmoeder te verhuizen. Dit bracht echter de vader van mijn kinderen ertoe om onze relatie te verbreken, zijn kinderen niet meer te ondersteunen en na drie maanden met een ander meisje te trouwen. Ik was geschokt, depressief, voelde me gehaat en wist niet wat ik moest doen. De enige optie die in mijn gedachten rondtolde, was om mijn leven en dat van mijn kinderen te beëindigen. Ik kocht landbouwgif. Onverwacht kregen wij echter bezoek van mijn neef. Hij had problemen en zou een weekje blijven. Maar helaas vond hij de pesticiden die ik op het erf had verstopt. Na twee dagen pleegde hij zelfmoord. Wat een tragedie! Ik was heel erg geschokt en getraumatiseerd. Ik voelde me ontzettend schuldig, was boos en had enorm spijt. Natuurlijk kon ik niemand vertellen dat ik het gif in huis had gehaald om mezelf en mijn kinderen te doden. Uit frustratie luchtte ik mijn woede op mijn kinderen. Het was in deze verwarrende tijd dat

16

KAP bij ons in de buurt kwam werken. Ik mocht meedoen en door de training en begeleiding werd ik me bewust van mezelf en de gevaren waaraan ik mijzelf en mijn gezin blootstelde. Ik begon mezelf beter te begrijpen en leerde over allerlei belangrijke feiten, ontwikkelingen en waarden in het leven. Ik begon te begrijpen dat ook mijn moeder haar eigen woede en frustraties over haar gebroken huwelijk en alleenstaand ouderschap op ons overdroeg. De training heeft een zwaargewicht van mijn schouders genomen. Ik voel me genezen. Ik ben keuzes gaan maken en heb voor mezelf doelen in mijn leven kunnen stellen. Ook heb ik nu een betere communicatie met mijn vader. Hij is bereid om me te ondersteunen om mijn doelen te bereiken. Ik kende de aard en diepte van mijn problemen niet voordat ik in april 2021 de jongeren- workshop van KAP bijwoonde. Heel veel dank aan de KAPfamilie voor dit lichtpunt in mijn leven. Jacinta van Luijk mhm


AFSLUITING. Toen René Graat MHM stierf op 11 april 2020, een slachtoffer van de eerste golf van de Covid-19-pandemie in Nederland, was de parochiegemeenschap van Banholt, Noorbeek en Reijmerstok, waar hij de voorbije 12 jaar had gediend, diep getraumatiseerd. Ze hadden vurig gebeden voor zijn herstel, elke vrijdag een wake bij kaarslicht gehouden in de portieken van hun huizen gedurende de drie weken van zijn wanhopige strijd met het virus in het ziekenhuis in Maastricht. Maar tevergeefs. vid-19-pandemie, toen de ernst van de situatie geleidelijk aan begon door te dringen. Ook de Nederlandse regio van de Mill Hill Missionarissen rouwde om het verlies van een zeer gewaardeerde collega en inspirerende metgezel, de rechterhand van de regionale overste. Maar niemand mocht de begrafenis bijwonen vanwege een landelijke lockdown die op dat moment van kracht was.

Reijmerstok Het leven van hun geliefde en immens populaire pastor werd op 74-jarige leeftijd afgebroken. Ze bleven verweesd achter en konden tot overmaat van ramp hun verdriet door de strenge coronamaatregelen niet verwerken in een gemeenschappelijk rouwritueel. De jongeren van de parochie trokken met een door paarden getrokken lijkwagen over een traject van 15 km door het heuvelland van zijn pastorale ‘wijngaard’. Een pagina vullende foto van deze ongebruikelijke stoet verscheen zelfs in de landelijke pers. Het was de beginperiode van de Co-

Voordat René besloot terug te keren naar zijn geboortestreek in de Nederlandse provincie Limburg, had hij jarenlang als missionaris gediend in het bisdom Basankusu in DR Congo. Hij had ervoor gekozen om bij de mensen te blijven van wie hij was gaan houden en waarderen toen het land verzonk in wat later de eerste ‘Pan-Afrikaanse’ oorlog werd genoemd. Hij had een aantal zeer goede persoonlijke vrienden gemaakt onder de plaatselijke geestelijken en religieuzen. Ook zij waren geschokt door zijn heengaan. Maar een rituele afsluiting van het rouwproces van dit pijnlijke persoonlijke en collectieve verlies bleef uit… tot zaterdag, 3 juli 2021, de dag dat René zijn gouden jubileum zou hebben gevierd. De parochiegemeenschap besloot in nauw overleg met de familie deze dag te markeren met een speciale herdenkingsdienst en herdenkingsplechtigheid. De geleidelijke versoepeling van de coronamaatregelen maakte nu grotere bijeenkomsten weer mogelijk. Een zevenkoppige delegatie van voornamelijk mede-Mill Hill missionarissen van Congo, onder leiding van de 17


Op het Pastoor Graatplein regionaal overste, begaf zich naar Reijmerstok waar de ceremonies zouden plaatsvinden.

noeming van het centrale dorpsplein naar hun geliefde missionarispastor: Pastoor Graatplein MHM.

Een herdenkingseucharistieviering, opgeluisterd met enkele liederen in Lingala, opende een middag van liefdevolle herinnering. Daarna volgde de inzegening van een gedenkplaat op de plaatselijke begraafplaats en de ver-

Al met al voelde deze licht emotionele herdenkingsmiddag als een passende afsluiting van een uitzonderlijk lange rouwperiode van een bijzonder mens.

Thuis bij de Heer 18

Fons Eppink mhm


BROEDER PIET VOS MHM - EEN VAN DE ‘VERGETEN MARTELAREN VAN CONGO’. ‘Ook onze Piet (Vos) zou op 15 augustus dit jaar zijn 65-jarig jubileum gevierd hebben’. Dat schreef zus Ria Calis-Vos onlangs in een brief aan de dit jaar jubilerende broeder Marinus de Groot mhm. ‘Als…. ja, als ook hij in gezelschap van jullie beiden, Marinus en Theo (Beemster), in Oosterbeek zijn oude dag had kunnen slijten’…. Ik ben nog niet zo lang geleden in het bezit gekomen van de brieven die onze Piet naar ons ouderlijk huis stuurde. Eerst vanaf de boot en dan vanuit Congo’. Missionarissen in het oog van de Simba-opstand in Congo 1964 – 1966’ heeft meegekregen.

Martelaren van Basankusu Traditiegetrouw gedenken we bij de viering van onze jubilarissen elk jaar ook de groeiende groep behorende tot de ‘gemeenschap van de heiligen’. Ze allemaal opnoemen, dat zou te ver voeren. Maar die brief van Mevr. Ria CalisVos raakte een gevoelige snaar. Daarom hieronder het relaas van broeder Piet Vos die samen met Fathers Bart Santbergen en Jan Groenewegen de dood vonden in Congo tijdens de woelige jaren na de onafhankelijkheidsverklaring van Congo in juni 1960. Dries Vanysacker heeft het opgetekend in een boek dat de titel ‘Vergeten martelaars.

Twee Nederlandse missionarissen van Mill Hill van de missiepost Yamboyo, pater Jan Groenewegen en broeder Piet Vos waren op 8 november in hun missie overvallen op het moment dat pater Groenewegen in de aanwezigheid van broeder Vos de mis opdroeg. De rebellen uit Djolu, 25 kilometer verderop, zegden dat hun chef elke vorm van religieuze ceremonie had verboden en eisten onmiddellijk voedsel, zo niet zouden ze de priester doden. Toen Groenewegen kalm antwoordde dat ze dat het best buiten zouden doen, boeiden de rebellen beide Mill Hillers om hen te executeren. Net op dat moment kwam pater Bertus Santbergen hen tegemoet en eiste dat de Simba’s hem als langst aanwezige op de missie doodden. Nadat een eerste schot enkel zijn bril trof, werd een tweede schot door het hoofd hem fataal. De zieltogende pater werd meteen daarna met een kogelregen doorzeefd. Zijn confraters bleven verbijsterd achter. Twee dagen daarna namen de rebellen hen mee naar Djolu. Tussen 12 en 19 november 1964 werd de hele groep gijzelaars naar de missie van Simba op de weg tussen Djolu en Yahuma gebracht. De bedoeling hiervan was hen naar Stanleystad (huidig Kisangani) te sturen en bij de andere gijzelaars onder te brengen. 19



Gedachteniskapel in Gentinnes, België Wellicht moeten andere motieven, gebeurtenissen of persoonlijke redenen dit verhinderd hebben. Feit is dat enkel de twee dokters in Stanleystad aangekomen zijn. Van de overigen, onder wie dus ook de Mill Hillers, is geen spoor meer teruggevonden. Volgens Congolese ooggetuigen zouden ze nog voor de verovering van Stanleystad op 24

november 1964 in de richting van Elisabetha getransporteerd zijn en nadien aan de bevolking van verschillende dorpen (Yabongengo, Yaboseo en LigasaMangala) uitgeleverd zijn. Wellicht zijn ze door de stammen vermoord. Fons Eppink mh

21


EEN MET DE MENSEN Gerard van de Laar Geboren 24 december 1921 te Boxtel Tot priester gewijd op 24 augustus 1945 Missionaris in Kenia Gestorven op 24 juli 2021 Vorig jaar vierde Gerard zijn 75ste priesterjubileum als missionaris van Mill Hill. Of liever: 73! Want na zijn wijding ging hij – vanwege de oorlog – eerst voor 2 jaar naar de St. Victor parochie te Noordwijkerhout. Zelf schrijft hij: ‘Ik was wel priester, maar geen missionaris. Dat kwam pas met mijn benoeming naar Kenia in 1947’. 62 jaar heeft hij daar mogen werken in het uitgestrekte gebied van wat toen het Apostolisch Vicariaat Kisumu heette. Tussen de zeer weinige spulletjes op zijn kamer vond ik enkele boekjes die naar deze periode verwijzen. Allereerst de aankondiging van zijn wijding. Een vers van de profeet Jeremias: ‘Ge moet overal heengaan waar ik u zend en alles verkondigen wat ik u opleg’. Gevolgd door een gebed van Gerard: ‘Nederig vraag ik om een hartelijk gebed, opdat ik wat God mij toevertrouwt met zijn hulp mag volbrengen.’ Als je zolang in een groot gebied werkt dat volop in ontwikkeling is dan ontkom je er niet aan dat je veel benoemingen krijgt en bij bouwactiviteiten betrokken raakt. Zeker als zoon van een aannemer uit Boxtel. De lijst van plaatsen en gebouwen zouden in de vorm van een litanie niet misstaan. De jaren 1960 waren de jaren van het 2de Vaticaans Concilie. Gerard zette zich volledig in bij het vormen van lekenapostolaat, jongerenbewegingen en het legioen van Maria. Deze laatste groep beschreef hij als ‘geestelijk sociaal werkers’. Een drijvende kracht in de dorpen. 22

Gerard was één met de mensen. Hij was een van hen. Hij sprak de talen. Met de hulp van catechisten publiceerde hij het altaar missaal en een gebedenboek in het Luhyia. Tot op de dag van vandaag worden deze nog gebruikt. De laatste jaren hield Gerard zich bezig met het verkrijgen van ‘eigendomscertificaten’ van diocesane percelen. Een hele klus die hij met volle inzet aanpakte. Hij was immers nog lang niet van plan om naar Nederland te komen, ofschoon daar wel sprake van was. Uiteindelijk kwam dan toch het moment dat Gerard naar Nederland kwam en zijn intrek nam in Missiehuis Vrijland. Vele kilometers heeft hij daar wandelend afgelegd. Met grote stevige passen. Geleidelijk aan werden deze tot sloffen en kortte het padje zich steeds meer in. Het wonderlijke was dat bij een val hij nooit iets brak. Tot slot het belangrijkste: Gerard was een man van gebed. Getuigen hiervan zijn o.a. het totaal stukgebeden brevier, en als je hem zocht dan vond je hem in de kapel. Altijd achterin, 2de stoel. Theo Geurtsen mhm


ONZE OVERLEDEN VRIENDEN Breda Uden Klazienaveen Nijmegen Boxtel

Dhr Wim Snoeren, vader van Paul, broer van Kees† en Ben†, allen Millhillers Dhr Alfons Rutten, voormalig lid van de Mill Hill Congregatie Mw Maria Helena Anna Alberts – Wehkamp, zus van Hennie Wehkamp mhm Mw Annie Mol-Schamp, schoonzus van Frans Mol mhm en Wim Mol mhm † Dhr Henk Schuurs, vriend van Milll Hill.

CONTACTBLAD NEDERLANDSE REGIO VAN DE MILL HILL MISSIONARISSEN Hoofdredacteur: Fons Eppink Redactieraad: Hans Boerakker, Huub de Bij, Frans Baartmans, Ger Mooij, Piet Korse Correctie: Piet Korse, Hans Boerakker. Administratie: Theo Geurtsen, e-mail: procuur@mhmobk.nl Verzending: Harry Reusen, Otto Perfler 4 nummers per jaar Tel. 026 339 7552 E-mail: mhmcorrespondent@gmail.com Internet: www.millhillmissionaries.co.uk

FOTOGRAFIE Antony Amort, Toos Beentjes, Corry v.d.Bosch, Jacinta van Luijk, Fons Eppink, Huub de Bij

UW TESTAMENT IS NOG BETER WANNEER DE MISSIE DAARIN BEDACHT IS Maak uw legaat voor Mill Hill aldus: “Ik legateer, vrij van rechten, aan De Nederlandse Regio van de Mill Hill Missionarissen Johannahoeve 4, 6861 WJ Oosterbeek”

WAARHEEN MET UW BIJDRAGEN? Persoonlijke giften voor missionarissen NL52 INGB 0001 0669 57 t.n.v. Missieprocuur van Mill Hill Oosterbeek. NL 39 ABNA 0400 2363 11 t.n.v. Nederlandse Regio van Mill Hill, Oosterbeek. Giften voor opleiding van Missionarissen in Afrika en Azië: NL 52 INGB 0001 0669 57 t.n.v. Missieprocuur Mill Hill Oosterbeek. De Nederlandse Regio van Mill Hill is een ANBI instelling vallend onder de groepsbeschikking van de Bisschoppenconferentie van de Rooms Katholieke Kerkprovincie te Utrecht. Uw giften zijn dus fiscaal aftrekbaar en over uw bedragen hoeft geen schenkings- of successierecht betaald te worden. Ons fiscaal RSIN nummer 006583489 Bij voorbaat hartelijk dank.

23


Retouradres: Contactblad van Mill Hill Johannahoeve 4 6861 WJ Oosterbeek

Herfst 2021 Jaargang 55 – nummer 3 Verschijnt 4 keer per jaar Verzorgd door: J.J. voor de Poorte – Oosterbeek


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.