Phillip Cocu: "Grootste winst is dat er dit seizoen een echt team stond"

Page 1

interview

interview

2

-

Phillip Cocu loodst PSV naar eerste landstitel sinds 2008

‘Grootste winst was dat er dit seizoen een hecht téam stond” In zijn tweede seizoen als hoofdcoach werd Phillip Cocu landskampioen met PSV. En kozen zijn collega-trainers hem tot Coach van het Jaar. Dus maakt de PSV-trainer terecht deel uit van het selectie gezelschap invloedrijke Eindhovenaren in de FRITS Top 50. Individuele loftuitingen vindt Cocu leuk, maar niet meer dan dat. Het gaat niet om hem, het gaat om het téam. Dat woord is ook de sleutel van het succes. Phillip Cocu over het managen van de selectie van PSV. tekst: Eddy Jansen | foto’s: Gijs Spierings

058

059


interview

PSV pakte 29 punten méér dan vorig seizoen, Ajax haalde er met 71 evenveel als vorig jaar. Wat een enorm verschil! „Dat wij van de 34 wedstrijden maar liefst 29 wedstrijden winnen, dat zegt eigenlijk alles. Dit seizoen wonnen wij wedstrijden die wij vorig seizoen niet gewonnen zouden hebben. Nu speelden wij één keer gelijk, vorig seizoen vijf keer. En verloren wij elf keer tegen vier keer nu.” Wat is het grote verschil tussen het vorige voetbaljaar en dit seizoen? „Het grootste verschil is dat wij nu een eenheid waren, een echt team. We zijn gaan accepteren dat iedereen op een andere manier in elkaar zit, andere kwaliteiten heeft en op basis van die kwaliteiten bijdraagt aan het team. Deze groep heeft geleerd om fouten van elkaar te accepteren en die op het veld te compenseren. Natuurlijk zijn wij ook technisch en tactisch gegroeid, maar op het gebied van teamgeest hebben wij de grootste stappen gemaakt.” Vorig seizoen had je te maken met langdurige blessures (Wijnaldum, Narsingh), een nieuw verdedigingscentrum (Bruma, Rekik) en spelers die zichtbaar ontevreden waren met hun rol (Zanka, Matavz). Wat voor invloed had dat op de groep? „Spelers moeten ontevreden zijn als ze niet spelen, maar het mag geen storend effect hebben op het groepsproces, en zeker niet op je collega’s. Dat spelers soms teleurgesteld kunnen reageren op de technische staf, dat mag. Maar het mag de sfeer in een spelersgroep nooit negatief beïnvloeden. Dit seizoen hebben ze allemaal hun waarde gehad. Dat voelde iedereen ook zo. Voetballers willen graag alle wedstrijden spelen, maar dat kan nu eenmaal niet. Maar als spelers zich realiseren dat je op die manier wel succes kunt hebben samen, dan kun je daar een gezonde balans in vinden. Dan ontstaat er ook een echt team. Met spelers die niet diezelfde kant op willen, is het een stuk moeilijker om dat te bereiken.” Wat is uw rol daar in? Niet als trainer of coach, maar als people’s manager? „Het begint ermee dat je als staf een band hebt met je spelers. Soms sta ik er boven, soms ernaast. Met iedere speler moet ik een band opbouwen en onderhouden. Soms is de benadering kritisch, dan weer complimenteus

060

interview

en ik hoop dan maar dat ze begrijpen dat het allemaal goed is voor de ontwikkeling van het team. Dat traject is vorig jaar al begonnen. Maar de spelers van vorig seizoen zijn ook weer een jaar ouder, hebben veel geleerd en zijn door het missen van de titel vorig jaar ook een ervaring rijker.” Sommige spelers hebben vrijwel alle wedstrijden gespeeld. Anderen stonden er soms wel, soms niet in: Jurgen Locadia, Joshua Brenet, Jorrit Hendrix. Hoe houdt u hen toch zo gemotiveerd dat ze geen storende factor binnen het team worden? „Ik leg dat niet altijd uit, maar soms kan het nodig zijn om een speler te vertellen waarom hij er de volgende wedstrijd niet in staat. Ik ga niet elke wedstrijd tien spelers uitleggen waarom ze op de bank zitten. Soms maken we een keuze voor een bepaald tactische aanpak, terwijl ik over de bewuste speler wel heel tevreden ben. Dan past-ie die keer net niet in ons tactisch plan. Als ik vind dat een speler een bepaalde week niet goed getraind heeft, dan kan dat een reden zijn om hem even te zeggen dat hij er om die reden niet in staat. Dan kan hij het er niet mee eens zijn, maar hij gaat er in elk geval over nadenken. En als het goed is, komt dat er de volgende trainingen uit.” Is dat ook bepalend voor het succes van een groep? De nummers 12 t/m 23 laten voelen dat ze er ook echt bij horen? „Maar ze hóren er ook bij. Ze hebben allemaal hun bijdrage geleverd: met een goal, met een goede invalbeurt, met een basisplaats bij een blessure van een ander. Deze spelersgroep had dit seizoen één gezamenlijk doel: kampioen worden. En daar moest álles voor wijken. Onvoorwaardelijk. Ook individuele belangen moesten aan de kant worden gezet. PSV was dit seizoen een eenheid. En daarvoor hoef je niet meteen elkaars beste vrienden te zijn, maar je moet het vermogen hebben om samen als team dat doel na te streven. Neem alleen al de vreugde van iedereen op de bank na de winnende treffer in de laatste competitiewedstrijd tegen ADO Den Haag. Een wedstrijd die nergens meer om ging, maar de groep wilde die wedstrijd per se winnen.” Zelfs sterspeler Memphis Depay, die even daarvoor niet zo blij was met zijn wissel, zette die knop meteen weer om!

„Ja. Iedereen stond bij wijze van spreken in het veld om dat doelpunt te vieren. Dat is tekenend voor deze groep. Vorig seizoen was deze groep nog volop in ontwikkeling. Veel jonge spelers die vooral met zichzelf bezig waren. Met de ontwikkeling van hun eigen spel. Ik weet dat nog uit de tijd dat ik zelf een jonge voetballer was. Je moet dat niet onderschatten. Het vraagt veel van een jonge voetballer om niet alleen met zichzelf bezig te zijn, maar ook met zijn teamgenoten en dus het team. Dat is een proces en dat kost tijd. Maar zelfs spelers die niet zoveel gespeeld hebben, zijn het afgelopen seizoen toch betere voetballers geworden. Omdat er een ècht team stond.” Heeft u om die reden ook Remco Pasveer een aantal Europa League- en bekerwedstrijden laten keepen in plaats van Jeroen Zoet? „Je eigen trainingsniveau laat zien of je een kans krijgt. Ik was tevreden over de wijze waarop Remco zich op het trainingsveld en in de groep manifesteerde. Dat daar vervolgens kritisch op gereageerd wordt, vind ik niet zo belangrijk. Ik vind het wel belangrijk dat mensen intern weten waarom ik bepaalde keuzes maak. En met Jeroen Zoet en Remco Pasveer is het allemaal goed gecommuniceerd. Dus zijn zij op de hoogte van het hoe en waarom. Journalisten die verhalen proberen te halen bij teleurgestelde spelers vangen ook bot. Ook in die zin blijven de rijen gesloten Jeroen is er ook weer sterker van geworden.” Is dat de grote valkuil? Dat externe invloeden het groepsproces zouden kunnen verstoren? „Wij benadrukken als staf dat het een kracht is om als één geheel, als team over te komen. Dat heeft ook te maken met de wijze van communiceren met elkaar. Er zijn korte lijnen. Ik heb in de kleedkamer wel eens een voorbeeld aangehaald na een perspublicatie. Hoe een reactie van een speler zou kunnen doorwerken in negatieve zin. Wij hebben er dagelijks mee te maken. De media horen bij de voetballerij en als je daar onderdeel van bent, sta je in de belangstelling van die media. Dat moet je je wèl realiseren en daar samen op een bepaalde manier mee omgaan.” Vorig seizoen was uw eerste jaar als hoofdcoach. Bent u tegen dingen aangelopen die u niet had verwacht? (Stilte..., denkt even na) „Nee..., nee. Er waren

in die zin geen verrassingen. Er zijn wel dingen die ik dit seizoen bewust anders heb gedaan dan in het vorige seizoen. En volgend jaar zullen er ook weer dingen anders zijn dan in het afgelopen seizoen. In onze evaluatie komen onze keuzes altijd ter sprake. Maar omstandigheden kunnen er toe leiden dat je de volgende keer in een zelfde situatie toch een andere keuze maakt.” Kunt u hier een voorbeeld van geven? „Vorig seizoen ben ik in een mindere fase tijdens de trainingen méér nadruk gaan leggen op de inhoud en de tactiek. Achteraf gezien had ik misschien – in een periode dat het vertrouwen in het spel wat minder is – wat andere accenten moeten leggen. Omdat ik de spelers niet bereikte op de manier waarop ik dat graag had gewild. Dit jaar hebben we zo’n dip niet meegemaakt. Maar die ervaring van vorig seizoen neem je wel mee. Vooral in fasen waarin het tegen zit en de druk groter wordt. Daar leer je het meeste van.” Heeft u in dit seizoen dingen significant anders gedaan dan in het vorige? „Nee. Het gaat om details. Vorig seizoen begonnen we met een vrijwel nieuwe groep. Er waren veel spelers verkocht, en maakten we bewust de keuze om met jonge jongens aan de slag te gaan. Eigenlijk is het tegen ons gaan werken dat we zo’n geweldige seizoenstart hadden: het niveau lag heel hoog, maar ik weet dat het spel van jonge spelers met golfbewegingen gaat. De groep is aan het begin van dit seizoen aangevuld met spelers die meer ervaring hebben. Tel dat op bij de ervaring die wij uit het seizoen daarvóór meenamen en het succes van dit seizoen is al deels verklaard. Kijk alleen maar eens hoever wij nu tactisch zijn ten opzichte van een jaar eerder. Dat verschil is groot.” Twee nieuwelingen sprongen er bovenuit: Luuk de Jong en Andres Guardado. U moet in gesprekken met die twee hebben geproefd dat ze nog barsten van ambitie. „Dat soort type spelers miste het team. Ook dát kwam in de evaluatie naar voren. Dan gaat het niet alleen om het type speler, maar ook om zijn karakter. Guardado is eigenlijk geen verdedigende middenvelder, maar is wel een type speler dat altijd een oplossing vóóruit vindt, heel goed kan anticiperen op situaties. En een geweldig karakter heeft. Datzelfde geldt voor Luuk, die zeker

061


interview

in zijn tijd bij FC Twente bewezen heeft een goede spits te zijn. Beiden pasten gewoon erg goed in deze groep. Daar hebben wij in het voortraject goed op gelet.” Aan beiden zat ook een zeker risico? Luuk had een minder overtuigende periode bij Borussia Mönchengladbach en Newcastle United achter de rug, Guardado was verhuurd aan Bayer Leverkusen maar speelde daar door blessures maar vier wedstrijden. „Ik kende Luuk al wat langer en heb hem ook bij het Nederlands elftal meegemaakt. Ik wist dus wat voor type speler hij was. Bij Twente, Gladbach en Newcastle speelde hij niet altijd op zijn favoriete positie. Ik heb in hem altijd een echte nummer 9 gezien. En Guardado kende ik ook al langer, en ik wist dat hij in de eerste fase van de opbouw een belangrijke schakel kon zijn.” U moet bij beiden ook een haast grenzeloze ambitie hebben geproefd. „Absoluut! Die twee waren zó ambitieus. Wilden beiden met deze groep een prijs winnen, landskampioen worden. Luuk had het met FC Twente al eens meegemaakt, maar Andres nog nooit. De honger om een titel te pakken, was bij beiden heel groot.” Qua spelwijze heeft Andres Guardado wel wat weg van de wijze waarop u vroeger zelf speelde. Speelt strategisch, zet lijnen uit. „Ik ben ook aanvallende middenvelder geweest. En bij Barcelona uiteindelijk ook controlerende middenvelder geworden. Ik zie inderdaad een aantal overeenkomsten. Guardado speelt met passie, heeft een enorme winnaarsmentaliteit en straalt daarbij ook nog veel plezier uit. Hij staat middenin de groep en houdt zich vaak met andere spelers bezig. En daarom zag ik ook dat hij het na een gewenningsperiode best zou kunnen als verdedigende middenvelder. Hij heeft het geweldig gedaan.” Memphis Depay verdiende dit seizoen zijn transfer: als topscorer van Nederland met de hoofdprijs door de voordeur vertrokken. Hij heeft de naam een moeilijke jongen te zijn, maar hij was erg gemotiveerd. Was-ie gemakkelijk te managen? „Dat hangt er vanaf: wat vind je gemakkelijk en wat vind je moeilijk? Als je te gemakkelijk bent, is het ook niet goed. Ik heb uitstekend met hem kunnen werken. Memphis is een

062

jongen die uitgedaagd moet worden en die prikkels zoekt. Maar wel één die heel coachbaar is. En dat is ook weer voor iedereen anders. Bij de één werkt een heel directe benadering, zo’n speler kun je heel direct aanspreken en die reageert meteen. Een ander kun je beter één op één spreken, denkt dan na en gaat ermee aan de slag. Memphis is heel goed te bereiken en gaat daar dan vervolgens zelf mee aan de slag. Hij is zó gedreven om de beste te willen worden, dat-ie goed coachbaar is. Memphis heeft een extreem grote drive en dat bepaalt ook dat hij op deze leeftijd al deze stap kan zetten.” Afgelopen seizoen was zijn topjaar: Memphis werd topscorer en dat is opmerkelijk voor een linkerspits. Hij manifesteerde zich bovenal als een meer complete speler. „Zijn grootste plus was dat Memphis goed in de teamtaken heeft leren spelen. Heel gedisciplineerd dus en daarin ook zijn rendement heeft gevonden. Het raamwerk is onze manier van spelen en daarin moet iedereen zijn taken uitvoeren. Memphis heeft

daarin het verschil kunnen maken met goals, assists en acties. Vorig seizoen wilde hij nog wel eens risicovolle acties rond het eigen strafschopgebied maken. Dat is dit seizoen bijna niet meer voorgekomen. Memphis leidt wel eens balverlies, maar dat komt omdat hij zoveel risico in zijn spel legt. Maar dat risico werkt ook meermalen positief. Memphis was bijna altijd bij goals betrokken. Wij eisten die creativiteit van hem.” Hij is twintig jaar en gaat naar Manchester United; u was al 27 toen u naar Barcelona vertrok. Hebben jullie het daar samen over gehad? „Ja. Natuurlijk had ik liever gehad dat hij hier nog een jaar gespeeld had. Maar hij krijgt nu deze kans. De een kan het op z’n 21e, voor de ander is het beter om nog te wachten tot z’n 25e. Vergelijkingen maken is moeilijk: het gaat over personen, karakters en posities. Ik ben ervan overtuigd dat Memphis nu die stap kan zetten.” Nu is het vakantietijd, de druk is er af. Heeft u het nodig om ook even níet met voetballen bezig te zijn? „Ja. Nu is het even tijd voor andere dingen. Het voetballen houdt je het hele seizoen dagelijks bezig. Geen 24 uur per dag, dat gaat te ver. Daar wil ik ook voor waken, want als je 24 uur per dag met voetbal bezig ben dan is het in mijn ogen moeilijk om die scherpte en focus vast te houden. Als ik thuis ben, wil het op een gegeven moment wel loslaten. Op dagen dat de spelers vrij zijn, is de staf toch ook weer met allerlei wedstrijd-gerelateerde zaken bezig, daarom is het gezond om na het seizoen even twee tot drie weken niet alle dagen met voetbal bezig te zijn.” Kún je het ook loslaten? „Steeds beter. Ik zie ook echt niet alle wedstrijden op televisie. Belangrijke wedstrijden, zoals in de Champions League, kijk ik vanzelfsprekend. Of een wedstrijd van een ploeg waar een speler in speelt die wij in het vizier hebben. Maar als AA Gent op een donderdagavond kampioen van België kan worden, ga ik niet kijken.” Hoe ontspan jij jezelf? „Ik vind het wel eens lekker om een balletje te slaan. Tennissen dus. Of ik ga eens een keer golfen. En ik maak tijd vrij voor de kinderen, ook dat is een heerlijke afleiding.”

063


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.