BDW - editie 1505

Page 1

FACEBOOK LIEGT NIET BRUNO VANDEN BROECKE EN FRANÇAIS IN SCHITZ En ook: Stoomboot, Radio Oorwoud en Vandal X.

14 01 16

Herkomst vluchtelingen achterhaald met behulp van sociale media LEES PAGINA 10-11

AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153

STAD TREURT OM BOWIE

ERIC CORIJN: DICHTERES ELS MOORS: ‘Vanwaar die fantasie dat je stad een geliefde is?’ LEES P. 16-17

‘Veiligheid is een illusie die we moeten koesteren’ LEES P. 6-7

BRUSSEL – Het gebeurt niet vaak dat het verdriet om de dood van een muzikant zo voelbaar is in de stad. Maandag was er ter ere van David Bowie een klank- en lichtspel op de Grote Markt en in de Guldenvliesgalerij (foto) werd een recent Bowieportret een plek met bloemen. Zelfs minister-president Rudi Vervoort (PS) outte zich als fan: hij vertelde aan FM Brussel hoe hij als zeventienjarige in Vorst naar het eerste Bowieconcert in België ging. David Bowie stond de afgelopen weken volop in de aandacht met zijn nieuwe cd en zijn musical in New York, geregisseerd door de Belg Ivo Van Hove. SVG

FOTO: © SASKIA VANDERSTICHELE

N° 1505 VAN 14 TOT 21 JANUARI 2016 ¦ WEEK 2: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VLAAMS-BRUSSELSE MEDIA VZW, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, REDACTIE: 02-650.10.96, ABONNEMENTEN: 02-650.10.80, E-MAIL: INFO@BDW.BE, WWW.BDW.BE


BDW 1505 PAGINA 2 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

VAN DE REDACTIE

WERK > EINDE DREIGT VOOR VERZENDATELIER ETIKET door Christophe Degreef

Zegt de rebel... We zouden gemakkelijk de stelling van Walter Vandenbossche, de ere-ondervoorzitter van het Brussels parlement, kritiekloos kunnen onderschrijven. Vandenbossche, de rebel binnen de Brusselse CD&V, zit niet om een straffe uitspraak verlegen, en doorgaans is hij een van de weinige Vlaams-Brusselse politici die niet mee stapt in de mantra dat meer Brussel de oplossing is voor alles. Wat Vandenbossche in De Standaard schrijft over het (ontbrekende) Brusselse veiligheidsbeleid, is gespierd maar maakt een punt. De ere-ondervoorzitter van het Brusselse parlement stelt dat Brussel zijn onbestuurbaarheid nadert, te meer omdat de PS en de N-VA zich te veel bezighouden met politieke spelletjes. Door het Belgische institutionele kluwen is er in dit land geen veiligheidsbeleid, behalve een dat stoelt op de goodwill van N-VA en PS en de toevalligheden van de dag. Niemand kan zeggen dat daar niets van aan is: de N-VA is nog altijd bezig met op het federale niveau het momentum te missen om de Brusselse politiezones te fuseren, ondanks alle retoriek. En de Brusselse PS verschuilt zich achter de onbegrijpelijkheid van de zesde staatshervorming om geen veiligheidsbeleid te voeren. Eerst moet er een federaal veiligheidsbeleid komen, zegt Brussels minister-president Rudi Vervoort. De zesde staatshervorming lijkt zo gemaakt dat er van geen beleid sprake kan zijn. Brussel is dan wel bevoegd geworden voor de coördinatie van de politie-

WAUTER MANNAERT

zones en kan zo eigen accenten leggen, insiders weten dat die constructie vooral een doorgeefluik wordt voor subsidies aan het lokale veiligheidsbeleid van de Brusselse gemeenten. De zogenaamde Brusselse ‘Hoge Ambtenaar’ die verantwoordelijk zal zijn voor de coördinatie van noodplannen, houdt zich bezig met burgerlijke veiligheid, wat vooreerst een federale bevoegdheid is. Dus: er is een niveau gecreëerd, compleet met een administratie van 50 mensen, en dat niveau wordt verschillend politiek vertaald door de twee uitersten die N-VA en PS zijn. Tot daar klopt alles wat Vandenbossche zegt. Maar: beide partijen, en ook Vandenbossches CD&V, hebben zich geschaard achter de zesde staatshervorming. De partij van minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon, de N-VA, deed dat zelfs uit een soort staatsraison. Iedereen had kunnen weten tot wat de zesde staatshervorming zou leiden: onduidelijkheid. De kiemen van de volgende staatshervorming zijn daarbij al gelegd. De zesde staatshervorming mocht niet werken, en ze zal dat ook zeker niet doen voor veiligheid, dat als communautair thema wordt uitgespeeld. Maar iets zegt ons dat, ook al zijn de Vlaamse argumenten voor een beter Brussels veiligheidsbeleid terecht, het een schouwspel is dat artificieel is. We kunnen Rudi Vervoort veel kwalijk nemen, maar niet dat hij zijn rol speelt in de institutionele vorm die hem is opgelegd door zijn eigen partij, met instemming van de N-VA. Ook Vandenbossche weet dat, en met hem de christendemocratie. Op welk momentum wacht men eigenlijk om aan dit institutionele gedrocht een einde te maken?

DONKERE WOLKEN BOVEN GROOT EILAND SINT-JANS-MOLENBEEK – Na het integratiecentrum Foyer dreigt ook het Molenbeekse tewerkstellingsinitiatief Groot Eiland zijn subsidies uit Vlaanderen kwijt te spelen. “Dat zou het einde betekenen van ons verzendatelier Etiket,” zegt coördinator Tom Dedeurwaerder.

Muyters wil niet langer Brusselse organisaties steunen als het gaat om een gewestmaterie

Atelier Groot Eiland aan de Henegouwenkaai bestaat zo’n dertig jaar. De vzw fungeert deels als sociale werkplaats, deels als opleidingscentrum voor kansarme, langdurig werklozen. Het begon destijds met het verzendingsatelier Etiket. Nu is er ook een winkeltje met artisanale producten en tearoom, een schrijnwerkerij en het opleidingsrestaurant Heksenketel, dat dit jaar verhuist naar de vroegere brouwerij Bellevue. Groot Eiland leeft voor de ene helft van eigen inkomsten uit de ateliers, en voor de andere helft van subsidies. De subsidies – jaarlijk 500.000 à 600.000 euro – komen grosso modo van het Brussels Gewest, de VGC en van het Vlaamse departement Werk en Sociale Economie. Die Vlaamse subsidie – 150.000 euro oftewel een goed kwart – dreigt nu weg te vallen. Het gaat om de subsidiëring van de lonen van vier personeelsleden - samen goed voor drie voltijdse equivalenten - die vroeger een DAC (Derde Arbeidscircuit)-statuut hadden. DAC was een federaal tewerkstellingsprogramma dat in 2012 geschrapt werd. Sommige DAC-projecten, zoals Groot Eiland, werden echter geregulariseerd. “De subsidiëring werd overgenomen door Vlaanderen. De middelen daarvoor verhuisden mee,” zegt Dedeurwaerder. Groot Eiland kreeg de toezegging dat de subsidies voor drie jaar gegarandeerd waren. In juni 2015 kwam er een verlenging met een half jaar. Dedeurwaarder was beloofd dat hij in december zou weten hoe het verder moest, maar vandaag is hij nog altijd in het ongewisse over een

verdere subsidiëring vanuit Vlaanderen. “Ik begreep al wel dat de Vlaamse N-VA-minister van Werk, Philippe Muyters, niet langer Brusselse organisaties wil ondersteunen als het gaat om een gewestmaterie.” De vier betrokken personeelsleden kregen ondertussen hun vooropzeg. Groot Eiland staat immers zelf in voor de ontslagregeling. Het gaat onder meer over de twee begeleiders van het verzendatelier Etiket. Dedeurwaerder: “Zonder deze twee spilfiguren kan Etiket niet openblijven. Maar als het atelier verdwijnt, raken ook twintig mensen hun dagactiviteit kwijt. Het zijn mensen die wellicht nooit op de reguliere arbeidsmarkt aan de bak kunnen. Bovendien doen heel wat Nederlandstalige socio-culturele organisaties een beroep op Etiket. Het atelier maakt jaarlijks dertig ton mailings postklaar. Ook dat valt allemaal weg.” Vorige week kwam de kwestie ter sprake in de commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand van het Vlaamse parlement. Vlaams minister voor Brussel Sven Gatz (Open VLD) zei, op vraag van Groen-parlementslid Elke Van den Brandt, dat hij de zaak had aangekaart bij Muyters. Die heeft beloofd hierover snel overleg te hebben met de Brusselse minister van Werk Didier Gosuin (DéFI). Dedeurwaerder betwijfelt of Gosuin de subsidie zomaar zal overnemen, maar blijft hopen op een oplossing. “Het maakt ons niet uit van waar het geld komt, als we maar kunnen HUB blijven doorwerken.” © SASKIA VANDERSTICHELE

Twintig mensen dreigen hun dagactiviteit te verliezen.


© SASKIA VANDERSTICHELE

BDW 1505 PAGINA 3 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

PUBLIEKE HUISVESTING > ‘MEER TRANSPARANTIE NODIG BIJ TOEWIJZING’

Eindeloos wachten op woning van de stad BRUSSEL – “De publieke woningen van Brussel-Stad – sociale en andere – worden niet op een transparante manier toegewezen. Die indruk hebben de – vaak kansarme – mensen die bij ons over de vloer komen,” zegt Bart Van de Ven van wijkcentrum Buurtwinkel. Samen met bewonerscomité Change Anneessens en Convivence organiseerde hij dinsdag een actie op het Anneessensplein. Een reuzejackpot en een lange rij gemaskerde wachtenden symboliseerden de loterij die de toewijzing nu is. Van de Ven: “Rond de verdeling hangt een zweem van partijdigheid. De mensen staan jarenlang op wachtlijsten en zien dat ze links en rechts gepasseerd worden.” De verenigingen willen dat Brussel-Stad een toewijzingscommissie opricht, naar het voorbeeld van Molenbeek, waarin behalve ambtenaren en politici ook middenveldorganisaties zetelen. HUB

WELZIJN > TERRANOVA NAAR DE VUB, HUISARTSENKRING NAAR PACHECO

SCHISMA BIJ VLAAMSE HUISARTSEN BRUSSEL – De Brusselse Huisartsenkring (BHAK) gaat op 1 april van start met de nieuwe tweetalige wachtdienst. Intussen sloot de Vlaamse huisartsenwachtpost Terranova een akkoord met de VUB. De vzw, die zich verzet tegen de plannen van de BHAK, werkt voortaan in het huisartsencentrum voor studenten in de Schoofslaan.

H

et initiatief voor de tweetalige wachtdienst kwam enkele jaren geleden van de Franstalige huisartsenkring FAMGB. Die wilde haar wachtdienst vernieuwen, maar kon daarvoor alleen de financiële steun van het Riziv krijgen als het meteen een tweetalige wachtdienst zou worden. Dus vroeg de FAMGB de (Nederlandstalige) Brusselse Huisartsenkring erbij. Een flink deel van de amper honderd Nederlandstalige huisartsen in

Brussel zag het voorstel wel zitten, onder meer omdat ze dan minder vaak van wacht zouden zijn. Andere, vaak oudere artsen, twijfelden of de tweetaligheid wel gegarandeerd zou zijn. Door de onenigheid duurde het een hele tijd voor het project goedgekeurd raakte binnen de BHAK. Vorig jaar besliste de Huisartsenkring om in de loop van 2016 toe te treden tot de Garde Bruxelloise Brusselse Wacht, de nieuwe wacht-

dienst die de Franstaligen ondertussen opgericht hadden vlakbij de Pachecolaan. De BHAK wilde wel nog enkele punten uitgeklaard hebben voor er een exacte toetredingsdatum vastgelegd zou worden. “Die bijkomende garanties zijn er nu. Afgelopen vrijdag heeft de meerderheid van de BHAK beslist om te beginnen op 1 april,” zegt dokter Anne Marie De Leenheer, voorzitster van de BHAK. “Er is nu een taaltest om de tweetaligheid van de artsen te meten, de coordinatrice van de wachtdienst heeft een intensieve cursus Nederlands gevolgd en er is nu de duidelijke afspraak dat op alle officiële wachtmomenten, dat zijn de weekends en

feestdagen, er altijd minstens een tweetalige arts van wacht is. Voor de avond en nacht is die verplichting er niet. Maar dat is geen officiële wacht. ‘s Avonds moet je terechtkunnen bij je eigen huisarts.”

Informele toezegging Voor de tegenstanders biedt het model nog steeds onvoldoende garanties dat de Nederlandstalige patiënt in zijn eigen taal geholpen zal worden. “Wij twijfelen ook aan de financiële stabiliteit van de Franstalige huisartsenkring en hebben er moeite mee dat de Nederlandstaligen in de bestuursorganen van de nieuwe wachtdienst wel een soort blokkeringsminderheid krijgen, maar geen

beslissingsmeerderheid. De Franstaligen kunnen zaken doordrukken, wij niet,” zegt dokter Joost Rampelberg. “We gaan de beslissing van de BHAK dan ook aanvechten, bij de provinciale geneeskundige commissie, bij de orde van artsen, bij het Riziv en ook bij Maggie De Block, minister van Volksgezondheid.” Ook blijft de Nederlandstalige huisartsenpost Terranova, die negen jaar geleden door Rampelberg en enkele andere Vlaamse artsen werd opgericht, verderwerken. De wachtpost moest deze zomer haar stek in de Asstraat verlaten, maar kon eind november een akkoord sluiten met de raad van bestuur van de VUB. Sinds vorige maand zit Terranova ‘s avonds en in het weekend in de lokalen van het huisartsencentrum voor studenten in de Schoofslaan, vlakbij de Etterbeekse campus. Het bestuur kreeg de informele toezegging dat het Riziv de wachtpost voorlopig nog zou subsidiëren.

ADVERTENTIE

nieuwjaarsreceptie

— De Gulden Boot —

Grote Markt, 1000 Brussel

Verplicht inschrijven bij aster.vandevelde@n-va.be of op 0473/88.02.49

Bettina Hubo


BDW 1505 PAGINA 4 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

UITGELICHT > OPPOSITIE WIL NEDERLANDSTALIG ONDERWIJS BIJ VLAAMSE SCHEPEN

TOEKOMST GEZOCHT VOOR ANNEESSENS-FUNCK BRUSSEL – De malaise in het instituut AnneessensFunck leidt tot politiek gewoel in de Stad Brussel. De oppositie pleit ervoor om het Nederlandstalig onderwijs weg te halen bij de Nederlandsonkundige schepen Faouzia Hariche (PS). “Wie in de politiek een domein claimt, moet er zich wel mee bezighouden.”

Z

eggen dat Anneessens-Funck de laatste tijd met een imagocrisis kampt, is een understatement. Een negatief advies van de inspectie, een geschorste directeur en een leerling-zelfmoordterrorist. Bovendien is het gebouw al jaren in slechte staat.

Volledige aandacht Genoeg materiaal om op de gemeenteraad van afgelopen maandag voor een pittige discussie te zorgen. CD&V-gemeenteraadslid Bianca Debaets bond de kat de bel aan door ervoor te pleiten het Nederlandstalig stedelijk onderwijs onder te brengen bij de schepen voor Nederlandstalige Zaken. “De administratie bekommert zich nauwelijks om de Nederlandstalige scholen,” zei ze. “De schepen heeft bewezen dat ze onvoldoende kennis en interesse heeft.” Die schepen is Faouzia Hari-

che (PS), die al sinds 2000 de plak zwaait over het stedelijk onderwijs. De N-VA haalde nog zwaarder geschut boven. “Hariche gedraagt zich als een neokolonialiste ten aanzien van het Nederlandstalig onderwijs,” klonk het bij gemeenteraadslid Johan Van den Driessche. Dat Hariche geen woord Nederlands spreekt terwijl ze toch al 15 jaar bevoegd is voor het onderwijs in die taal, helpt haar zaak niet vooruit. “Zelfs al zou ze in dialoog willen gaan met het personeel en de school, ze kan het niet eens,” aldus Debaets. De Stad Brussel is op dit gebied een uitzondering. In de meeste andere gemeenten zit het Nederlandstalig onderwijs ook bij de Nederlandstalige schepen. Hariche zelf ontkent dat ze niet begaan is met Anneessens-Funck en het Nederlandstalig onderwijs in het algemeen. “Al onze scholen krij-

MARC BORREMANS (ACOD):

“Misschien is een nieuwe locatie en gebouw op de lange termijn wel de beste oplossing”

gen onze volledige aandacht,” zei ze daarover op de gemeenteraad. Ze wijst er ook op dat de Stad de laatste twee jaar 850.000 euro investeerde in Anneessens-Funck.

Leren uit fouten Dat Anneessens-Funck ondanks die som lijdt onder jarenlange verwaarlozing, is geen geheim. “Zowel voor het gebouw als het pedagogisch materiaal vragen wij al jaren aandacht,“ zegt Marc Borremans, ACOD-regiosecretaris voor het Brussels on-

derwijs. “Probleem is dat Hariche bijzonder weinig betrokkenheid toonde.” Een lichtpunt is dat er de laatste weken wat lijkt te bewegen bij de Stad. Zo werd er nieuw informaticamateriaal voorzien. “Als al de heisa van de laatste dagen ertoe leidt dat de school zijn werk kan doen, is dat een goede zaak,” zegt Borremans. Borremans toont zich toch voorstander van het voorstel om het Nederlandstalig onderwijs bij de Nederlandstalige schepen te parkeren. “Ik heb er geen probleem mee dat een Franstalige het Nederlandstalig onderwijs beheert,” zegt hij. “Maar dan moet je er ook de nodige aandacht aan besteden.” Een andere piste is om het stedelijk onderwijs onder te brengen in het net van het Gemeenschapsonderwijs. Dat gebeurde eerder al onder meer met het atheneum van Anderlecht en delen van de school Elishout. Dat is echter geen eenvoudige zaak, zeker niet als het gebouw in slechte staat is. “In deze staat zal het GO het niet willen overnemen,” zegt Borremans. “En als de stad de renovatiekosten toch moet dragen, waarom zou ze dan de zeggenschap

afstaan? Het probleem zit trouwens nog dieper. Het huidige gebouw is niet voldoende aangepast om er les te geven. Misschien is een nieuwe locatie en gebouw op de lange termijn wel de beste oplossing.”

‘Geen onderscheid’ In eerste instantie zou het volgens het ACOD wel al een goede zaak zijn om een gemeenschappelijke koepel

DE WEEK IN BEELD DOOR SASKIA VANDERSTICHELE Dertig jaar na hun laatste derby namen de Brusselse traditieclubs Union Saint-Gilloise en het Molenbeekse RWDM het nog eens tegen elkaar op. Alle staanplaatsen aan de Unionzijde waren uitverkocht, en ook op de tribunes waren vrije plekjes schaars. RWDM haalde het met het kleinste verschil. Deze man kon met een gerust hart terug naar Molenbeek.


WEEKOVERZICHT

BDW 1505 PAGINA 5 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

© SASKIA VANDERSTICHELEF

WOENSDAG 6 JANUARI MAGISTRATE IN ELKAAR GESLAGEN. Drie onbekenden slaan dinsdagavond magistrate Karin Gérard in elkaar in de buurt van het Poelaertplein. Gérard is voorzitter van het Brusselse Hof van Assisen. Enkele dagen later zal zij politiebescherming krijgen. Of er een link is met het Assisenproces dat Gérard moest voorzitten, is niet zeker. In het verleden was zij al voorzitter in de processen tegen de moordenaars van politieagente Kitty Van Nieuwenhuysen en tegen de Brusselse zuurgooier Richard Remes.

DONDERDAG 7 JANUARI POTEMKINE SLUIT DE DEUREN. Het bekende café ‘Potemkine’ aan de Hallepoort in Sint-Gillis gaat onherroepelijk dicht. In de plaats komt er in april een restaurant dat vegetarische Aziatische gerechten zal serveren. Potemkine is één van de creaties van de bekende Brusselse cafébaas Frédéric Nicolay. Het café zou te weinig kapitaalkrachtige klanten trekken voor de buurt waarin het zich bevindt. bezwaren van uplace tegen neo verworpen. De promotoren van het winkelproject Uplace in Machelen zien vijf verschillende beroepen tegen concurrent Neo op de Heizel verworpen door de Raad van State. Uplace verteerde vooral de overheidsopdracht achter Neo moeilijk, maar krijgt dus ongelijk. vooral hinder tussen brussel en leuven. Op de tweede dag van de spoorstaking rijden in Vlaanderen zeven op de tien treinen uit, in Wallonië één op de tien. De meeste hinder situeert zich tussen Brussel en Leuven, omdat op die lijn veel treinen uit Luik komen. De staking van de spoorvakbonden begon op dinsdagavond om 22 uur.

VRIJDAG 8 JANUARI ‘bommengordels parijs in schaarbeek gemaakt’. De bommengordels die in Parijs zijn gebruikt tijdens de aanslagen van 13 november zijn waarschijnlijk in een appartement in Schaarbeek gemaakt. Dat melden diverse nationale media. Ook de voortvluchtige verdachte Salah Abdeslam zou in dat appartement gelogeerd hebben, al blijft het wel onduidelijk hoe lang. De huiszoeking dateert al van begin december, maar lekt nu pas uit.

Anneessens-Funck kampt al een tijdje met een imagocrisis.

te creëren voor het Nederlandstalig onderwijs in Brussel. Of er beweging komt in het dossier is nog maar de vraag. Burgemeester Yvan Mayeur (PS) gaf op de gemeenteraad al aan dat het bevoegd maken van de Nederlandstalige schepen een no-gozone is. Ook schepen voor Nederlandstalige Aangelegenheden Ans Persoons (SP.A) ketste het voorstel van de oppositie af. “Wij kiezen

“ “

er voor om de bevoegdheid onderwijs niet op te splitsen over twee schepenen, want we willen geen onderscheid maken tussen Nederlandstalige en Franstalige ketjes,” zegt ze. “Er zijn een aantal problemen geweest in één school en er wordt hard gewerkt om die op te lossen. Hieruit afleiden dat alle Nederlandstalige scholen verwaarloosd zouden worden, is nergens op gebaseerd.”

Persoons wijst er ook op dat er volgend jaar 23 miljoen euro naar het Nederlandstalig onderwijs gaat, tegen 6 miljoen voor het Franstalig onderwijs. “Dat is natuurlijk niet elk jaar zo, maar het toont aan dat de Stad duidelijk wél investeert in het Nederlandstalig onderwijs,” besluit ze. Jelle Couder

Er zaten slechts vier mensen in het publiek” De Jetse schepen van Stedenbouw Paul Leroy (LB) blikt terug op de overlegronde met burgers over de vernieuwing van het Spiegelplein (in La Dernière Heure).

theatermaker ismaËl saidi trekt zich terug. De Brusselse theatermaker Ismaël Saidi trekt zich terug uit deradicaliseringsfilmpjes die Brussels minister-president Rudi Vervoort (PS) wilde maken. Naar eigen zeggen zou Saïdi het verwijt hebben gekregen dat hij de PS te veel ter wille is, en dat hij bedreigd werd omdat hij in naam van moslims spreekt en de islam wil hervormen. Vanuit coalitiepartner Défi, de opvolger van het FDF, komt ook kritiek op het bedrag van 275.000 euro dat is uitgetrokken voor het project dat te hoog is en ontransparant besteed wordt.

ZATERDAG 9 JANUARI ‘regering creëert nieuwe terroristen’. ‘Door strenge nieuwe veiligheidsmaatregelen goed te keuren evolueren we in de richting van een politiestaat en dreigt de federale regering een nieuwe generatie terroristen te creëren.’ Dat zegt voorzitter van de Brusselse rechtbank van eerste aanleg Luc Hennart aan RTBF. Hennart heeft het niet begrepen op het 24 uur op 24 uur huiszoekingen mogen houden en op verdachten drie dagen in voorhechtenis houden. Parlementslid Hans Bonte (SP.A), tevens burgemeester van Vilvoorde, schaart zich achter Hennarts kritiek.

MAANDAG 11 JANUARI

Die gasten zijn bijna allemaal streng gelovig, maar dat wil niet zeggen dat ze iets radicaals doen” Een anonieme Kamikaze Rider neemt het op voor de twee leiders van zijn motorbende die in de gevangenis zitten (in De Standaard).

‘HARICHE IS NEOKOLONIALISTE’. Tijdens de gemeenteraad van Brussel-Stad halen oppositiepartijen CD&V en N-VA hard uit naar de schepen van Onderwijs Faouzia Hariche (PS). Die kwam in opspraak nadat de directeur van het Nederlandstalige Instituut Anneessens-Funck vorige maand ontslagen werd. De oppositiepartijen roepen op om haar bevoegdheid voor het Nederlandstalig onderwijs over te dragen aan de Vlaamse schepen. Hariche zelf spreekt geen Nederlands.

DINSDAG 12 JANUARI

HET WOORD

Deradicaliseringsattest

Een vals deradicaliseringsattest. Dat is de reden waarom Knack-medewerker Montasser Alde’emeh maandagochtend gearresteerd werd in zijn huis in Sint-Jans-Molenbeek. De onderzoeker, verbonden aan de Nederlandse Radboud-universiteit, zou namelijk op vraag van een broer van een op vertrekken staande Syriëstrijder een attest hebben gemaakt waaruit blijkt dat de verdachte Syriëganger bij Alde’emeh een cursus volgde om min-

der radicaal te worden. Alde’emeh biedt zo’n cursussen namelijk aan. Het attest zou de zaak van de verdachte hebben moeten verlichten voor de raadkamer. De Molenbekenaar werd nadien vrijgelaten onder voorwaarden. Eind december kwam Alde’emeh al eens in aanraking met de politie toen hij in Brussel vanuit zijn geseinde wagen agenten filmde. CD

hotel mÉtropole krijgt opnieuw verkeer. Vanaf 1 maart is het opnieuw mogelijk om tot voor de deur van Hotel Métropole op het De Brouckèreplein te rijden. Aan de andere kant van het plein blijft de voetganger koning. Dat zijn tezamen met enkele ingrepen in de Sint-Gorikswijk, op de Lemmonierlaan en in de Zuidstraat aanpassingen die het Brusselse stadsbestuur doorvoert op het nieuwe circulatieplan. Samengesteld door Christophe Degreef

MEER NIEUWS DE HELE WEEK ROND OP


Professor-emeritus Eric Corijn: “Nu moeten we met Molenbeek het kosmopolitische Brussel laten zien.”

© BART DEWAELE


BDW 1505 PAGINA 7 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

SAMENLEVING > ERIC CORIJN OVER DE TERREURDREIGING IN BRUSSEL

‘VEILIGHEID IS EEN ILLUSIE DIE WE MOETEN KOESTEREN’ BRUSSEL – Een stad is als een gezin, zegt stads– geograaf en VUB-emeritus Eric Corijn. Er is veel familiaal geweld, maar toch blijven we gezinnen stichten. Heeft de terreurdreiging Brussel veranderd?

P

rofessor Eric Corijn mag dan met emeritaat zijn, hij komt nog dagelijks naar de VUB. “Ik heb geen huis in Zuid-Frankrijk,” lacht hij. En ook niet in Toscane? “Ook niet in Toscane. Ik moet wel in Elsene blijven,” zegt hij ironisch. Corijn woont in Matonge. Hij ademt stedelijkheid. Hij heeft duidelijke ideeën over Brussel, de stad en de wereld. Een gesprek over de toestand van de stad na de terreurdreiging en de massale aanwezigheid van soldaten en pantserwagens in de straten van Brussel.

Brussel is Parijs niet Corijn: “Je kan er niet omheen: 2015 is gekend door terreurdaden in Parijs met een dubbele band met Brussel. Een aantal daders kwamen uit Brussel. Daarbovenop is er de terreurdreiging met het stilleggen van het leven op een veel grotere schaal dan in Parijs. Ik heb bijvoorbeeld lessen voor veertig studenten moeten afgelasten terwijl in Parijs de universiteiten nooit gesloten zijn. Ook de theaters hebben onder de lockdown geleden. Uitverkochte zalen zagen tientallen theaterliefhebbers afhaken en konden hun wachtlijsten leegmaken.” “We moeten ons de vraag stellen of dat grote verschil tussen Parijs, waar een terreuraanslag met meer dan honderd dodelijke slachtoffers plaatsvond en Brussel, waar alleen sprake was een terreurdreiging, gerechtvaardigd is. Maar daar kan ik als burger noch als wetenschapper een afdoend antwoord op geven. De informatie over de concrete dreiging is noch transparant noch publiek. We moeten de minister van Binnenlandse Zaken (Jan Jambon, N-VA, red.) op zijn woord geloven. Ook burgemeester Yvan Mayeur moest het vuurwerk afgelasten zonder informatie. En daar heb ik het als kritische burger moeilijk mee. Maar ik wacht met mijn ultiem oordeel tot ik alle details ken die geleid hebben tot het instellen van het dreigingsniveau en de erg radicale interpretatie ervan.” “Nogmaals: met het nodige voorbehoud kan ik me niet van de indruk ontdoen dat er naast de reële dreigingen ook politiek-ideologische motieven hebben meegespeeld.

Sinds de rechtse regering Michel aan de macht kwam, is het algemeen beleidskader van de federale regering ingrijpend gewijzigd. De federale regering werkt aan een regimeshift. We evolueren van een overlegsamenleving naar een meerderheidssamenleving, we evolueren richting sterke staat met de nadruk op de uitvoerende macht in plaats van op het parlement, van een sociaal-culturele integratie naar meer repressieve aanpak.”

Uitzonderingstoestand Corijn: “De democratie staat onder druk, de druk op de politie en het leger is groot. We leven in een uitzonderingstoestand. Als democraten mogen we niet tolereren dat de politici de uitzonderingstoestand normaal gaan vinden. De discussie over het leger in de straten van Brussel is al meer dan een jaar bezig, lang voor de aanslagen in Parijs en de terreurdreiging in Brussel. De grootste partij in de federale regering is een nationalistische partij die haar hoofdstad niet liefheeft. In dat communautair klimaat rijst de vraag: waarom blijft het dreigingsniveau 4 beperkt tot Brussel? Waarom Sint-Pieters-Woluwe wel en Vilvoorde niet? Er is toch geen reden om Molenbeek op de lijst te zetten en Vilvoorde niet? Als de federale regering Brussel als een eenheid naar voor schuift, betekent dat dat Brussel voor haar een mentale kaart is.”

De illusie van veiligheid Corijn: “Het gebrek aan transparentie heeft een kleur. Ik verwijs in dat verband ook naar de brief van één van de twee kamikazerijders. Het testament werd onmiddellijk door de minister van Binnenlandse Zaken openbaar gemaakt en geïnterpreteerd als een martelaarsbrief. Ik vind dat problematisch in een rechtsstaat: het gaat over feiten die niet gebeurd zijn en het onderzoek loopt nog. Ik herhaal dat er eindelijk meer transparantie moet komen en dat de echte daders nu maar eens moeten opgepakt worden. De huiszoekingen leveren een vreemde sfeer op – Molenbeek als wereldhoofdstad van het jihadisme – maar met bitter weinig resultaten. Wie opge-

“Ik wacht met mijn ultieme oordeel tot ik alle details ken die geleid hebben tot het instellen van het dreigingsniveau”

“Het leger heeft geen preventieve en geen repressieve functie, het is een decor dat ons is opgedrongen”

pakt werd, is alweer vrijgelaten.” “De prijs van le tout sécuritaire is zeer hoog: zowel economisch als wat de onveiligheidsgevoelens betreft. Winterpret bijvoorbeeld heeft een kwart minder bezoekers gekregen en het aantal citytrips is serieus gedaald, wat voor de toeristische sector – een steunpilaar van de economie – een zware klap is. Maar misschien nog erger is dat de onveiligheidsgevoelens, de irrationele angst voor de stad die in onze contreien, met een van oudsher suburbane, antistedelijke cultuur ingebakken zit, in de verbeelding van de mensen nu door feiten bevestigd is. De angst voor terrorisme wordt de angst voor de stad.” “De stad is geen land, de stad is geen homogene gemeenschap, de stad is samenleven in verscheidenheid, vandaag zelfs in superdiversiteit. Iedere vergelijking loopt mank, maar een stedelijke samenleving is als een huishouden. We weten dat er veel huishoudelijk geweld is, we weten dat geweld het meest voorkomt in de onmiddellijke omgeving en toch blijven we geloven in de liefde. We stichten gezinnen en we houden de illusie in stand dat het in ons gezin niet zal gebeuren. We weten dat

de kans op geweld in het gezin reëel is, maar we moeten de illusie dat het bij ons niet gaat gebeuren levendig houden. Dat geldt bij uitbreiding voor de stad: we gaan ervan uit dat het verschil niet zal leiden tot gewelddadig gedrag.” “Als je dat omkeert – xenofobie, nationalisme, islamofobie – en zegt dat de stad één gemeenschap moet vormen, dat samenleven in verscheidenheid niet kan, als je de macht van politie en procureurs uitbreidt en die van onderzoeksrechters afbouwt en als je daarbovenop investeringen in cultuur en onderwijs afbouwt, maak je de stad kapot. Een machtsontplooiing zoals we die meemaken is contraproductief. De politie kan maar optreden als het te laat is, tenzij politie en leger moeten dienen als afschrikking. Als het verhaal klopt dat de kamikazerijders een aanslag op het politiekantoor aan de Grote Markt wilden plegen, en dus ons systeem willen ontwrichten, zien ze de massale aanwezigheid van politie en leger niet als afschrikking maar als een uitdaging. Het leger heeft geen preventieve en geen repressieve functie, het is een decor dat ons opgedrongen is. Het leger in de straten van Brussel is er niet gekomen na een democratische discussie, het is er gewoon.”

Meer integratie Corijn: “In vergelijking met Parijs heeft Brussel het voordeel dat de banlieues zich in het hart van de stad bevinden. Molenbeek is geen eiland van het jihadisme zoals gezegd en geschreven wordt. Molenbeek is een uitbreiding van de Vijfhoek met regionale functies. De Brussels Academy is er bijvoorbeeld gevestigd, en het Meininger Hotel. Molenbeek is de jongste tien jaar ontsloten, OudMolenbeek is niet langer de gesloten migrantenbuurt. Er is meer integratie dan tien jaar geleden. Molenbeek is veel multicultureler geworden, maar de mixiteit lost de sociale problemen niet op.” “Ik wil dienaangaande een hypothese lanceren: radicalisering is een reactie op uitsluiting. In Oud-Molenbeek op de verstedelijking van die buurten, op ons consumptiepatroon en op onze kunst en cultuur waar ook hoogopgeleide allochtonen zich van uitgesloten voelen. Maar de nieuwe allochtone middenklasse laat zich niet langer culpabiliseren. De ronselaars-jihadisten zijn kleine criminelen, maar de jihadisten zijn religieuze fanaten geworden. Via

het internet zijn ze afgesloten van het sociaal-culturele leven. Ze gaan zelfs niet naar de moskee.”

Stedelijkheid wordt de norm Corijn: “Stedelijkheid wordt in 2020 de norm. Dan gaat de helft van de wereldbevolking – goed voor vijf miljard mensen – in steden wonen. Een eeuw geleden waren dat 240 miljoen mensen en maar tien procent van de wereldbevolking. Multiculturen waren er niet om te blijven duren. Assimilatie was in een natie de norm. Maar assimilatie is een slecht model voor de stad. In Brussel hebben we twee gemeenschappen met ieder haar scholen, maar ondertussen zijn er ook al moslimscholen. We moeten naar een intergemeenschappenmodel. De berbers moeten geen Franstaligen of Vlamingen worden, maar Brusselaars. De Vlamingen en de Franstaligen van de hoofdstad moeten wel zelf eerst Brusselaars worden.” “Duitsland heeft afgerekend met zijn verleden, Frankrijk en België niet. Angela Merkel, toch niet de meest progressieve politica, heeft dat met haar houding in de vluchtelingencrisis nog eens aangetoond. Wij zijn nog altijd niet in het reine met ons koloniale verleden. Onze bestuurders hebben nog altijd niet door dat Leopold II niet alleen stedenbouwkundig zijn stempel op Brussel heeft gedrukt, maar dat hij ook een tiran was in Congo. Dat onze bestuurders het nog altijd niet begrijpen, is onlangs nog gebleken toen de Stad Brussel aan het standbeeld van Leopold II en in het stadhuis hulde wou brengen aan Leopold. Onder druk hebben ze die afgelast, maar je mag niet Leopold II vieren en Matonge een monument voor Lumumba ontzeggen.” “Sinds de terreurdreiging is Molenbeek wereldwijd bekend, daar moeten we gebruik van maken. Terug naar het Molenbeek van voor de aanslagen in Parijs met de link naar Molenbeek kunnen we niet. De uitspraak van Jambon ‘we kuisen de boel op’ lost niets op. We moeten net de brusselitude duidelijker formuleren. Nu moeten we het echte Molenbeek aan heel de wereld laten zien, het Mediterrane Brussel. Ook Harlem en Brooklyn waren ooit no-gozones, nu wil iedereen naar gospels gaan luisteren in Harlem. Het moment is aangebroken om met Molenbeek het kosmopolitische Brussel te laten zien.“ Danny Vileyn


BDW 1505 PAGINA 8 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

Pieter-Jan Van Den Troost van Willow herwerkte zijn springerige poprock voor de gelegenheid tot akoestische parels vol melancholie.

© JO VOETS

MUZIEK > INDIES KEEPING SECRETS: MAANDELIJKSE POP-UPCONCERTEN

‘ACHTER ELK HOEKJE IN BRUSSEL ZIT EEN LOCATIE’ BRUSSEL – Al een jaar lang organiseert Indies Keeping Secrets akoestische optredens op unieke plekken in de stad. Denk niet aan huiskamerconcerten, “want dat is al zo vaak gedaan. Een concert in een badkamer daarentegen, dat willen we wél eens proberen,” aldus organisator Silke Quateau.

Z

aterdag 21 december was het de twaalfde editie van Indies Keeping Secrets, de laatste van 2015. Iedereen die zich had ingeschreven, kreeg per mail te horen dat hij zich naar de Bondgenotenstraat 54 in Vorst moest begeven. Google leert je dan dat je in CC Ten Weyngaert in Vorst moet zijn, maar het is leuker om zonder voorkennis naar het adres te gaan. De theaterzaal van een cultureel centrum lijkt een standaard locatie voor een optreden, maar het is verbazingwekkend wat je allemaal kan doen met kerstlichtjes en een sanseveria.

Bovendien was deze locatie atypisch voor een editie van Indies Keeping Secrets: de organisatoren wilden geld inzamelen voor Chez Nous (dagonthaal voor thuislozen, red.), en dus hadden ze een grotere plek nodig. Meestal houdt Indies Keeping Secrets halt op plekken waar je niet meteen een optreden verwacht. Een oud kabinet van Laurette Onkelinx, een centrum voor mentaal gehandicapten of een hoedenwinkel vlakbij de Lombardstraat. “De leukste plek was een dakterras in Molenbeek. We leerden de bewoners bij toeval

kennen, en plots stelden ze voor om eens een concert op hun dak te houden,” zegt organisator Silke Quateau. De locaties zoeken en vastleggen is het moeilijkste: “Vooral omdat we geen budget hebben. De mensen moeten ons dus gratis een locatie aanbieden. En dan zijn we daarnaast ook nog eens zo moeilijk dat we echt een unieke locatie willen,” aldus Quateau. Schrik om ooit zonder locaties te vallen, heeft ze niet. “Achter elk hoekje in Brussel zit een locatie, elk gebouw kan een mogelijke locatie

“Mensen kunnen na een optreden vrijwillig een bijdrage leveren, en daarmee komen we meestal toe. Soms ook niet” zijn. We lopen echt met een andere bril door Brussel: ‘Ah, tof winkeltje, zouden we het hier eens niet kunnen doen?’” De lat voor nieuwe plekken ligt best hoog volgens Quateau: “We zouden

graag eens in de tuin van de koning een optreden organiseren (lacht). De hoogste bol van het Atomium staat ook op de lijst. Maar ik denk niet dat dat te doen is, laat staan gratis.”

‘Elk foutje is hoorbaar’ De focus van de concerten ligt op indiemuziek, wat overeenkomt met alternatieve pop- en rockmuziek. Er passeerden al enkele mooie namen in het genre zoals Douglas Firs, Faces On TV en I Will, I Swear. Die zaterdag is het aan Willow, een groep uit de Brusselse noordrand, om het publiek muisstil te krijgen. Normaal maken zij springerige poprock, nu hebben ze hun liedjes voor de gelegenheid herwerkt tot akoestische parels vol melancholie. Een optreden als dit is ook voor hen wennen, zegt zanger Pieter-Jan


BDW 1505 PAGINA 9 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

Van  Den  Troost:  “Meestal  spelen  we op festivals, waar het draait om  het  amusement  en  de  goede  sfeer.  In een setting als deze zijn mensen  stil, elk foutje is hoorbaar. Dat zorgt  voor extra stress, maar als het goed  gaat is de beloning des te groter.”  Die stress merken ze bij Indies Keeping  Secrets  bij  de  meeste  artiesten  die  langskomen:  “In  september  hadden  we  Johannes  Verschaeve,  frontman  van  The  Van  Jets,  op  bezoek. Die band heeft al op heel wat  grote  podia  gespeeld,  en  toch  zei  hij me achteraf dat hij nog nooit zo  nerveus is geweest voor een concert.  Wij beschouwen dat als een compliment”, zegt Quateau. Ook  de  bezoekers  zijn  enthousiast.  Bert  uit  Molenbeek  (25)  maakte  al  vijf  edities  mee  en  ziet  Indies  Keeping Secrets als een dubbele ontdekkingsreis: “Je ontdekt zowel nieuwe  muziek als een plek in de stad. Die  dubbele  verrassing  maakt  het  elke  keer  speciaal.  Er  heerst  een  andere  sfeer  en  een  andere  interactie  met  het  publiek.“  Dat  laatste  bevestigt  Pieter-Jan Van Den Troost: “Op een  festival moet je overdreven enthousiast  zijn  en  het  publiek  opjutten,  vandaag kon ik gewoon een babbeltje slaan met de mensen in de zaal.”

Fan van Brussel Indies  Keeping  Secrets  is  kleinschalig: op de meeste locaties kunnen  er  nauwelijks  honderd  mensen  binnen.  De  recente  edities  waren  daarmee op nog geen uur tijd volzet.  “Dat  maakt  het  moeilijker,  maar  ook  fi jner.  We  willen  er  zeker  geen  exclusief clubje van maken. Het publiek is ook heel divers: mensen van  alle  generaties  en  culturen,”  aldus  Quateau. De  initiatiefnemers  zijn  allemaal  Vlaamse  Brusselaars,  maar  daar  hebben  ze  verder  niet  veel  mee.  “We  willen  niet  ‘het  Vlaamse  hipsterclubje van Brussel’ worden. Het  is  niet  de  bedoeling  om  hier  met  Vlaamse leeuwen te gaan zwaaien,”  zegt  Quateau.  “Daarom  communiceren we ook in het Engels. We willen  vooral  een  nieuwe  dynamiek  in  Brussel  creëren.  We  zijn  allemaal  ongelofelijk fan van Brussel. Brussel  heeft zoveel meer te bieden dan wat  de  nieuwsbulletins  tonen.  Er  gebeuren  fantastische  dingen  in  deze  stad.” De keuze om het concept kleinschalig  en  gratis  (met  uitzondering  van  de  editie  in  Ten  Weyngaert,  waar  5  euro  werd  gevraagd  voor  Chez  Nous,  red.)  te  houden,  is  bewust.  “Je  hoeft  er  geen  groot  bedrijf  voor  te zijn, en je hoeft Facebook niet te  betalen  om  je  evenementen  te  promoten.  We  willen  dat  mensen  ons  ontdekken, omdat ze het willen ontdekken,” zegt Quateau. Werken  zonder  budget  is  niet  eenvoudig,  zeker  omdat  de  artiesten  wel een (kleine) gage krijgen. “Mensen kunnen na een optreden vrijwillig een bijdrage leveren, en daarmee  komen  we  meestal  toe.  Soms  ook  niet,  want  lang  niet  iedereen  geeft  geld. Ik denk dat we er meer zouden  uithalen als we een vaste prijs zouden vastleggen. Je kan dat de mensen niet kwalijk nemen: ze beseffen  niet  altijd  hoeveel  tijd  wij  daarin  steken,” aldus Quateau. Filip Van der Elst

P-PRAAT

ADVERTENTIE

3

stappen om talen te leren

Uw commentator tikt weer, en zo schoppen we  2016 op gang! Na een lange en deugddoende  vakantie hebben we kunnen constateren dat  er in Brussel nog altijd een veiligheidsniveau  heerst, dat CD&V en N-VA elkaar nog altijd  om niets in de haren vliegen en dat we in onze  vertrouwde stek op het Eugène Flageyplein al  twee keer van plaats zijn moeten veranderen.  Dat laatste is trouwens niet erg hoor, want  we hebben tapis-plein gekregen, waardoor we  onze kranten nog geruislozer kunnen maken.  Uw commentator loopt dan ook graag op kousenvoeten rond. Mais bon, au boulot. De nieuwjaarswensen van  Ecolo werden dit jaar symbolisch in Sint-JansMolenbeek gehouden, een feestje waarop wij  tot onze grote vreugde niet op uitgenodigd  waren, want dat neigt toch wel erg veel naar  symboliek. Kwam het op die vredevolle plek  toch bijna tot een open gevecht tussen de twee  voorzitters van die partij, toen het mannetje  (Patrick Dupriez) tegen het vrouwtje (Zakia  Khattabi) zei: ‘ Attends, Zakia, Je n’ai pas encore fini’. Zegt  La Libre Belgique, want wij waren er  dus niet bij. Dat dus binnen één partij van voorts erg  vredelievende mensen – hebt u onlangs nog  kernraketten in Molenbeek gezien? – maar  animositeit bestaat zeker ook tussen twee  verschillende volkspartijen, CD&V en N-VA.  Die kunnen elkaar zoals we al schreven niet  luchten, maar in Brussel zijn de geesten ietsje  kalmer, wat misschien te danken zal zijn aan  de iets fl amingantere houding van de Brusselse  CD&V en aan de iets Belgicistischere houding  van de Brusselse N-VA. Zodat zij elkaar in het  midden treffen. Wat wel duidelijk is, en het  wordt nu bijna een vaste regel, is dat wij als wij  een persbericht van de Brusselse N-VA-krijgen,  nauwelijks tijd hebben om onze chronometer  te nemen vooraleer er een volgt van Brussels  Staatssecretaris Bianca Debaets (CD&V). Onze  cloud raakt stilaan vol, aan dat tempo.

CHIEN ÉCRASÉ

1. Surf

naar www.cvomj.be

2. Kies

je cursus

3. Start

in februari

13 talen • informatica • fotografie • beroepsopleidingen: personenzorg & industrieel elektrotechnisch installateur campussen in Meise, Jette, Laken, Asse, Wemmel, Londerzeel en Vilvoorde

inschrijven vanaf nu

WacWachhtteennopopGodoGodo WacSamuelhteBeckett n op Godo

Nadat een poosje geleden een militair was  gespot in het Brusselse straatbeeld die naar een  cosmeticawinkel was geweest, en daarna eentje  die een koffi etje aan het drinken was, plaatste  het Belgische Leger onlangs zelf een foto van een  militair die een man in een rolstoel over straat  hielp. Op het internet, want daar circuleren die  dingen zo snel dat de militair op het matje wordt  geroepen alvorens hij weet waarvoor. Wij hebben trouwens stellig de indruk dat er tegenwoordig minder militairen zijn, of dat er meer op de  middag gaan shoppen/drinken/naar de cinema  zijn dan pakweg een maand geleden. Ook staan  ze tegenwoordig ook nogal op plaatsen waar je  ze niet verwacht, zoals niet meer aan het parlement, maar overal elders.

Stationsstraat 35 • 1861 Meise • 02 892 24 00 • www.cvomj.be

ADVERTENTIE

met: Gordon Wilson, Karel Creemers Jonas Van Thielen, Geert Vermeulen

v e rta l i n g & r e g i e : Dirk Opstaele met: Gordon Wilson, Karel Creemers www.leporello.brussels Jonas Van Thielen, Geert Vermeulen

v e rta l i n g Wilson, & r e g i e :Karel DirkCreemers Opstaele met: Gordon Jonas Vanwww.leporello.brussels Thielen, Geert Vermeulen

Samuel Beckett Samuel Beckett

Mocht het internet nu nog een foto opleveren  van Salah Abdeslam die een cosmeticazaak binnenstapt, dat zou eens heerlijk concreet zijn.

Soit, dankzij al die herrie rond Salah en zijn  vrienden was het tijdens de voorbije kerstmarkt  nogal rustig op straat en kon uw commentator  zichzelf nog eens trakteren op een braadworst  met ajuin en mosterd zonder dat de inhoud  daarvan de voetgangerszone bezoedelde. Het  was een erg rustige Winterpret. En, mocht u  er niet geweest zijn: het gastland dit jaar was  Tunesië, parel der Arabische lente. Bij de Stad  Brussel weten ze de moed er in te houden.

v e rta l i n g & r e g i e : Dirk Opstaele www.leporello.brussels

met de steun van


© WAUTER MANNAERT

BDW 1505 PAGINA 10 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

SAMENLEVING > HERKOMST VLUCHTELINGEN ACHTERHAALD MET BEHULP VAN SOCIALE MEDIA

FACEBOOK LIEGT NIET BRUSSEL – Sociale media worden in sommige gevallen ingezet om het land van herkomst van vluchtelingen te controleren. Dat heeft voor- en nadelen. “Als ze mijn Facebook-profiel niet hadden bekeken, zou het misschien wel maanden langer hebben geduurd voor ze zeker wisten dat ik uit Syrië kom.”

D

rie mensen in een kamer: twee medewerkers van het Com m i ssa r i aat-generaa l voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS) en Ayham Salloum. Ayham komt uit Syrië, maar woonde acht jaar in Oekraïne, waar hij studeerde voor technisch ingenieur. Inmiddels woont hij in de Brusselse Rand bij een gastgezin. Ayham is niet nerveus. Hij heeft zijn toekomst in België al uitgestippeld: eerst gaat hij Nederlands leren, daarna geld verdienen in de horeca en op den duur hoopt hij zijn eigen zaak te openen. Hoewel er veel van

MICHAEL OPGENHAFFEN, ONDERZOEKER SOCIALE MEDIA:

dit gesprek afhangt antwoordt hij nuchter op de vragen, en af en toe maakt hij een grapje. Het is zijn tweede interview bij het CGVS en vijf dagen later zal hij horen dat hij de status van subsidiair beschermde krijgt. Met die status is hij voor een jaar geregistreerd en verlenging zal daarna in principe gemakkelijk gaan. Hij vertelt aan de protection officers van het CGVS: “Ik heb al vijf jaar geen contact met de Syrische overheid. Ik ben hierheen gekomen omdat mijn documenten zijn verlopen. In Oekraïne is het voor vluchtelingen heel moeilijk om aan

documenten te komen, dus ik kon daar heel weinig beginnen.”

Google Maps Het interview duurt drie uur, waarvan ze ongeveer een half uur spreken over de foto’s op zijn Facebookprofiel. “Log eens in op Facebook,” vraagt één van de protection officers. “En laat me foto’s zien uit 2010 die je hebt genomen in Syrië en Oekraïne.” Ayham verblijft dat jaar twee maanden in Syrië. “Ik liet een foto uit Damascus zien en een foto van een christelijke kerk in Tjernobil. De data van die foto’s komen

“Onderzoekers moeten kennis hebben van online zoektechnieken, en moeten zichzelf daarin bijscholen”

overeen met de data van de visa in mijn paspoort. Zo zagen ze dat mijn paspoort origineel is. Op een andere foto zie je mij tussen mijn Oekraïnse vrienden terwijl ik mijn diploma omhooghoud. Zo controleerden ze ook dat document.” Naast zijn studie in Oekraïne, bespreken ze Ayhams geboorteplaats in Syrië. “Ik kom uit Shahba, en heb op mijn profiel een foto uit 2009. Het is een kleine stad, gelegen tussen vier bergen. De foto is genomen vanaf één van de bergen; je hebt een uitzicht over de hele stad.” Door die foto naast een afbeelding van Google Maps te leggen, valt makkelijk na te gaan of het inderdaad om Shahba gaat. Daarnaast kan een onderzoeker kijken of Ayham andere Facebook-connecties heeft uit die stad.

FBI-technieken “Mijn profiel zegt niet alles over mij,” verklaart Ayham achteraf. “Mijn profiel zegt misschien dertig procent. Maar ik denk toch dat ze aan de hand van mijn foto’s een beeld hebben kunnen scheppen van wie ik ben. De uitgaansfoto waarop ik iets aan het drinken ben met een meisje, beviel ze denk ik goed. Ze dachten misschien: hij zal hier snel integreren.” Sociale media onderzoeker Michaël Opgenhaffen (KU Leuven) duidt het verhaal van Ayham: “Stel: een vluchteling vertelt een verhaal over waar hij is opgegroeid. Hij legt uit waar hij woonde, dat hij in die stad een winkel had, dat rebellen hem hebben verdreven vanwege zijn huidskleur, godsdienst of politieke voorkeur. Het verhaal van die vluchteling kun je op verschillende manieren controleren. Je kunt gebruik maken van FBI-technieken, waarbij je let op


BDW 1505 PAGINA 11 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

zaken als oogcontact en non-verbale communicatie, maar je kunt ook online tools inzetten en kijken naar informatie die op sociale media verschijnt.” Sociale media op deze manier inzetten is een relatief nieuwe tool, zegt Opgenhaffen. “Maar men ziet er zeker het belang van in. Dat blijkt uit het feit dat het European Asylum Support Office (EASO) op Malta symposia organiseert over dit onderwerp. Ik was daar uitgenodigd om te spreken over online zoektechnieken en sociale media.”

Nieuwe verificatiemethode Het is niet altijd gemakkelijk om te controleren of iemand echt uit Syrië komt. Sinds de paspoortmachines in Raqqa niet meer in bezit zijn van de Syrische overheid, zijn er valse ‘authentieke’ Syrische paspoorten op de markt. Ook een gedegen kennis van Syrië hebben is niet voldoende, legt Ayham uit: “Tussen 2003 en 2011 kwam er een miljoen Irakezen naar Syrië (er is geen consensus over het exacte aantal, maar volgens de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR kwamen er in deze periode tussen 1,2 en 1,4 miljoen Irakezen naar Syrië, red.). Het is voor hen gemakkelijk om te doen alsof ze uit Syrië komen: ze weten alles van Syrië en spreken met een Syrisch accent.” Een Facebook-profiel is redelijk betrouwbaar, omdat je de datum waarop je een foto uploadt niet kunt veranderen. “Misschien kan ik dingen manipuleren op mijn profiel,” zegt Ayham. “Maar dan had ik daar zes jaar geleden al mee moeten beginnen. Niemand bedenkt zoiets zes jaar van tevoren. Het is bovendien bijna onmogelijk om te liegen over de profielen van vrienden en fami-

lie. Duizend vriendenconnecties zijn moeilijk te faken. Het is makkelijker om een vals paspoort te krijgen, dan om je profiel te vervalsen.” Opgenhaffen bevestigt dit. “Het is niet voldoende om alleen je eigen profiel op te schonen. Er zijn altijd wel sporen die vrienden en vrienden van vrienden hebben achtergelaten.” Hij vertelt hoe Russische soldaten op Instagram foto’s plaatsten van hun missie in Oost-Oekraïne, toen nog niet officieel bekend was dat ze daar zaten. “Als je op Instagram zocht, dan kon je op Instagram Russische soldaten traceren op basis van hun geolocatie. Om maar te zeggen dat niet iedereen beseft hoe je zoiets uit moet zetten. Ik denk dat je al wel een behoorlijke expert moet zijn voor het je lukt om die zaken te manipuleren.” Toch zijn er op sociale media ook zaken die wél gemakkelijk te manipuleren zijn, vertelt Opgenhaffen. “Je kunt je bijvoorbeeld inchecken op plaatsen waar je helemaal niet geweest bent. Kijk, dat inchecken (neemt smartphone) gaat zo: je gaat naar Facebook en klikt rechts op ‘inchecken’. Ik kan nu heel makkelijk zeggen dat ik in New York ben. Of ik kan, door iemand te taggen, zeggen dat ik met iemand ben, terwijl dat niet zo is. Ook kun je een oorlogssfeer creëren op je profiel, door bijvoorbeeld filmpjes te posten van ontploffingen. Daar zijn wel gevallen van bekend. Het bleek dan, na grondig onderzoek, om een filmpje te gaan dat drie jaar geleden in Afghanistan of Irak is gemaakt. Onderzoekers moeten kennis hebben van online zoektechnieken, en moeten zichzelf daarin bijscholen. Ik ben daarom ook heel blij dat dat gebeurt.” Sociale media inzetten bij het verifi-

ëren van verhalen van vluchtelingen heeft voor- en nadelen.

Gegronde beslissing “Sociale media hebben me erg geholpen,” vindt Ayham. “Maar ik moet er ook vrijheid voor inleveren. Want iedereen weet nu van mijn privéleven.” Het gevaar is dat één verkeerde Facebook-post je blijft achtervolgen. Opgenhaffen licht toe: “Het zou heel cru zijn als een asielaanvraag op basis van één tweet of één Facebook-bericht wordt gewei-

gerd. Gelukkig is dat niet de manier van werken.” Het CGVS heeft (nog) geen systematisch beleid over sociale media, meldt woordvoerder Lea Claes. Ook zij benadrukt: “Een onderzoek naar het gebruik van sociale media is slechts één van de vele mogelijke manieren waarop de protection officer tot een gegronde beslissing zal komen.” De protection officer spreekt indien nodig met onderzoeksteam Cedoca, waar Country of Origin-

experts zich over de zaak buigen. Opgenhaffen besluit: “Een COIexpert moet echt ongelooflijk veel weten: wat er in dat land gebeurt wat betreft aanslagen en politieke vervolgingen. De kranten en het journaal volgen is echt niet genoeg. Een expert graaft in websites, publicaties en tweets. Hij gaat niet over één nacht ijs.”

Jasmijn Post

ADVERTENTIE

vzw Voor een team van 30 medewerkers zijn wDe e op zoek FnE.BI aar e en directeur met sterke leidinggevende, (Vereniging vean e federale en bicommunautaire organisatorische n cdommunicatieve vaardigheden. sociale fondsen van de social profitsector) verschillende paritair beheerde fondsen die evrvaring ooral aactief zijn op het vlak van Je coördineert hebt relevante ervaring isn ociale, de social profit en bij voorkeur ook ls leidinggevende. Zoekt een Ervaring met vormings-­‐ vorming tewerkstelling in de sectoren van d ezondheidszorg. of etn ewerkstellingsprojecten en –acties is e egen pluspunt. gecombineerd met een kritische en directeur Dankzij je sterke analytische en synthetiserende vaardigheden proactieve i nstelling k an j e v erschillende p rojecten u itwerken, c oördineren en tot een goed eind (m/v) brengen. Je bent een peoplemanager met een luisterend oor. Voor een van 30 zijn we op zoek naar directeur in mhet terke leidinggevende, Gezien je tzeam al werken in meedewerkers en tweetalige omgeving moet je jee en uitstekend et sN ederlands en het organisatorische en communicatieve vaardigheden. Frans kunnen uitdrukken, zowel mondeling als schriftelijk. Je bent in staat je team dagelijks te Je hebt relevante een rvaring in de esn ocial profit en bm ij vet oorkeur ook financieel ervaring abls leidinggevende. enthousiasmeren motiveren hebt ervaring algemeen eheer. Je kan Zoekt een Ervaring met vormings-­‐ f tewerkstellingsprojecten onderhandelen in een poaritair beheerde structuur. en –acties is een pluspunt. je sterke analytische en synthetiserende vaardigheden gecombineerd met een kritische en directeur Dankzij proactieve instelling kan je verschillende projecten uitwerken, coördineren en tot een goed eind (m/v) brengen. Je bent een peoplemanager met een luisterend oor. We bieden een gevarieerde ob in een booeiende ector. Een oltijds contract onbepaalde uur. je zal werken in een tjweetalige mgeving sm oet je je uvitstekend in het vNan ederlands en hdet Interesse? Gezien Een aantrekkelijk loon gebaseerd p de barema’s van het p Jaritair 330, aangevuld met Frans kunnen uitdrukken, zowel moondeling als schriftelijk. e bent comité in staat je team dagelijks te extralegale voordelen. enthousiasmeren en m otiveren en hebt ervaring met algemeen financieel beheer. Je kan onderhandelen in een paritair beheerde structuur. Meer info over de functie en het gezochte profiel op www.fe-­‐bi.org Mail voor 31/01/2016 je cv en motivatiebrief naar info@fe-­‐bi.org Contactpersoon: Cathy Dee Smet, adjunct-­‐directeur – Sb ainctelettesquare 1000 Bcrussel *v can ds@fe-­‐bi.org We bieden en gevarieerde job in een oeiende sector. 1E3/15 en v–oltijds ontract onbepaalde duur. Interesse? Een a antrekkelijk l oon g ebaseerd o p d e b arema’s v an h et p aritair c omité 3 30, a angevuld met extralegale voordelen.

De vzw FE.BI De vzw FE.BI

(Vereniging van d e federale (Vereniging en bvicommunautaire an de federale en sociale bicommunautaire fondsen van sdociale e social fondsen profitsector) van de social profitsector) Meer info voerschillende de bfunctie en hpet gezochte profiel ozp coördineert verschillende coördineert sociale, pver aritair eheerde sociale, fondsen aritair die beheerde vooral afctief ondsen ijn w doww.fe-­‐bi.org ie p hvooral et vlak actief van zijn op het vlak van voor vorming 31/01/2016 je cv en vman otivatiebrief naar vinfo@fe-­‐bi.org vorming en Mail tewerkstelling in edn e tsewerkstelling ectoren die n gdezondheidszorg. e sectoren an de gezondheidszorg. Contactpersoon: Cathy De Smet, adjunct-­‐directeur – Sainctelettesquare 13/15 – 1000 Brussel * cds@fe-­‐bi.org


BDW REGIO

BDW 1505 PAGINA 12 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

DEZE WEEK IN HET EMIRDAG VAN BRUSSEL > BRUKSELBINNENSTEBUITEN GIDST DOOR TURKSE WIJK

TURKEN NEMEN HUN ZAAK

Stadsgids Eric Nobels in een Turks café: “Van alle lagen van de Turkse sociale ladder zie je sporen in Brussel.”

SINT-JOOST / SCHAARBEEK – De contrasten worden groot tussen de riante eetsalons van de Haachtsesteenweg, de kleine kruideniers in de Josaphatstraat en de mediterrane winkels in de Haachtsesteenweg. Eric Nobels, gids bij Brukselbinnenstebuiten, licht een tip van de sluier van zijn tour ‘De erfenis van Emirdag’ als afsluiter van Europalia Turkije.

B

russel blijft een lappendeken van cultuurgemeenschappen, die door de jaren heen verschuiven of nog meer vermengen. Dat geldt ook voor de Turkse wijk, op de grens van Schaarbeek en SintADVERTENTIE

Puzzel Deze dienst wil u de nodige informatie bezorgen om u wegwijs te maken in uw zoektocht naar mogelijkheden, voorzieningen voor personen met een handicap

✆ 0800-15045

alle werkdagen van 9 tot 12u30, maandag, dinsdag en donderdag van 13 tot 15u30

Bezoeken enkel op afspraak

puzzel@resonansvzw.be

Joost. Autodidact Eric Nobels bekijkt de populaties in die wijk vanuit de biotopenleer van de natuur. “Kijk omhoog, overal zie je de exotische halsbandparkiet,“ zegt hij in de openluchtbazaar van de Brabantstraat. “Dit is het Blankenberge voor alledaagse aankopen; men komt van ver om de sfeer van het thuisland te snuiven.” De wijk heeft zich tot het Mediterrane UPlace ontwikkeld en voelt al veel minder Turks aan dan in 2000. Wel blijkt dat de assimilatie van de Turkse en Balkangemeenschappen goed is gevorderd, vindt Nobels. Artikels als besnijdeniskleren liggen niet meer in de etalage. Een soeksgevoel met alle huishoudbenodigdheden en etenswaren die aan Centraal-Europa doen denken, zet veeleer de toon. “Turken hebben een groot zelforganisatievermogen en berusten op drie

identiteiten: een Ottomaanse, een voetbalidentiteit – kijk maar naar de vlaggen tijdens de matchen – en een islamitische identiteit. Marokkanen moeten het enkel maar hebben van

© MARC GYSENS

bevolking met veel ondernemers,” vergelijkt Nobels het herkomstkarakter.

Bulgaarse moslims “In de Haachtsesteenweg zie je in verkiezingstijd, zoals in de herfst van 2015, dat Erdogan zeer aanwezig is. Hier huizen nog zeer nationalistische Turken. Rond het Sint-Joostplein daarentegen wonen eerder de Aramezen en Koerden.

“Vandaag is de Turkse gemeenschap zich economisch aan het verbeteren en wijken ze uit. Maar ze komen wel in de Brabantstraat om de authentieke sfeer op te snuiven” die laatste identiteit, waardoor de integratie wat moeilijker verloopt.” Het is bekend dat de grootste groep van Turkse inwijkelingen uit Emirdag komt. “Die stad heeft net zoals de Kempen een eerder conservatieve

Waarom zij hier zitten? Toen na de Wereldoorlog de Italianen werden aangetrokken op onze arbeidsmarkt, kwamen de Albanezen in hun kielzog mee – Albanië is een kolonie geweest van Italië. De eer-

ste moskee in Brussel werd door de Albanezen opgericht. De Turken delen met Albanië een verleden in het Ottomaanse rijk. Vandaar dat ze dezelfde fruit en groenten eten. De eerste generatie Albanezen kwamen aan het Noordstation toe en vestigden zich hier. Later verhuisden ze naar het Sint-Joostplein. Het is dus logisch dat wanneer de Turken later toekwamen, zij zich vestigden in een wijk waarvan ze de tradities kennen. Ook de Griekse producten zijn bijna identiek aan de Turkse. Er zijn dus heel wat overlappingen. Vergeet niet dat in het Osmaanse denken de nationaliteit de godsdienst is, de islam dus. En niet de herkomst: of het nu Turken of Bulgaarse sprekende moslims zijn, doet er niet toe.” Tijdens zijn gidstochten met groepen schetst Nobels het politieke kader nog ruimer, maar wij willen visuele getuigenissen zien. “Vandaag is de Turkse gemeenschap zich economisch aan het verbeteren en wijken ze uit. Maar ze komen wel in de Brabantstraat om de authentieke sfeer op te snuiven. Maar de plaatsen die de Turken achterlieten worden nu massaal ingenomen door Bulgaarse moslims, zoals rond de Groenstraat. Ze gaan ook gerust naar het Nederlandstalig onderwijs. Dat doen ze bijvoorbeeld in basisschool De Buurt, waar een systeem werd uitgewerkt van beeldtaal, zoals panelen met een verhuiswagen en een kindje met een thermometer, om met de nieuwe leerlingen te communiceren. Hoe gevarieerder het schoolpubliek is en hoe minder Nederlandstalige grootouders de kinderen hebben, hoe meer de schooltaal uitgesproken Nederlands blijkt te zijn.”

Dienstencheques Via de trappenpartijen van het Koningin Groenpark – een aangename visuele beleving – komen we bij de Sint-Mariakerk en het Koninginneplein. Destijds betreurden docenten en de Vlaamse verkavelingsjeugd dat de hogescholen, die hier gevestigd waren, naar het centrum verhuisden. De Turkse studenten, die nog in kostuum naar de les gingen, waren daar heel gelukkig mee. Ze hadden geen sociale promotie gemaakt om in hun eigen wijk te blijven studeren. Als een Turkse trouwstoet passeert, valt op dat de mannen in klassieke ceremoniekostuums en de vrouwen met veel sterallures gekleed zijn. Goud en glitter zijn de kleuren van de Mediterraanse tradities. Laten zien dat je geslaagd bent in het leven is heel belangrijk.


BDW 1505 PAGINA 13 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

IN EIGEN HANDEN De  Koningsstraat  is  een  wat  kale  grensoverpost.  De  Ultieme  Hallucinatie, eertijds een VRT-bastion, is  nu in handen van een Turk. De Turkse jazzclub aan de overzijde staat te  koop.  Nobels:  “De  Marokkaanse  migratie  was  sociaal  minder  gevarieerd:  ze  bestond  voornamelijk  uit  bergberbers.  Bij  de  Turken  zijn  alle  lagen  van de sociale ladder naar hier gekomen. Van bedienden tot poetsvrouwen.  Zowel  de  dorpszot  als  de  ondernemende  directeur  reisden  van  Emirdag naar hier. Dat zie je ook aan  het winkelapparaat. Tussen het Koninginneplein en de Haachtsesteenweg  we  inmiddels  dat  de  ‘nationalistische’  Turks-Belgische  vlagjes  op  de  winkelramen  vervangen  zijn  door Bulgaars-Belgische vlagjes, zoals bij café Varga. In het kielzog van  de Italianen kwamen de Albanezen,

de  Turken  en  nu  de  Bulgaren.  Bulgaren  zijn  massaal  toegestroomd  sinds  hun  toetreding  tot  de  EU.  In  het  begin  mochten  zij  zich  hier  enkel  vestigen  als  zelfstandigen,  niet  als  arbeiders  en  werkzoekenden.  Eigenlijk  kwamen  ze  naar  hier  om  geprogrammeerd failliet te gaan. Ze  mochten  een  winkel  opstarten  en  hun vrouw kon via dienstencheques  een carrière verwerven. Tegen de tijd  dat de winkel failliet ging, waren ze  al beroepsmatig verankerd. Vandaar  dat  de  Bulgaren  zeer  snel  veel  winkels hebben ingepalmd: het was een  breekijzer om binnen te geraken.”

Verouderd huizenbestand Op  de  Haachtsesteenweg,  in  Klein  Anatolië  –  zoals  ook  de  kerstlichtversiering  aangeeft  boven  de  straat  –  valt  meteen  op  hoe  een  hogere  klasse  van  winkels  meer  standing

geeft aan de wijk. Hier komt de Turk  om  uitgebreid  te  dineren  en  vieren,  niet echt om alledaags te gaan shoppen.  Wel  voor  wie  de  authentieke  gerechten  zoekt  zoals  met  ingewanden  klaargemaakte  soep.  Hier  ook  geen  slagertje  met  rundsvleesklompen, zoals lager in de Josaphatstraat,  maar  luxetraiteurzaken  als  Abdel  met  voorbereide  brochettes.  Vooral de moderne look, doorgaans  zwart  en  rood,  zoals  bij  Day  Shop  Akdeniz,  is  bon  ton.  Een  luxecafé-  en  restaurantzaak,  Tekince  Kebap,  hoort tot een winkelketen die sinds  de tweede helft van de negentiende  eeuw bestaat in Turkije.  Hier valt op dat chique uit eten gaan  voor een bepaalde klasse bij een geslaagde  levenswijze  hoort.  Vandaar  de juwelierszaak, patisserie, traiteur  en  eetsalons.  Boven  deze  winkels  woont  doorgaans  familie,  zoals  het

neefje  aan  wie  werk  wordt  gegund.  De eigenaars zelf wonen in nog betere wijken zoals Ukkel, Woluwe of  de Rand. Iets verderop komen we in  de laaggelegen Josaphatstraat, vlakbij de offi ciële moskeeën die door de  Turkse  staat  worden  gecontroleerd.  De klasseverschillen zijn dus op enkele  straten  van  elkaar  goed  zichtbaar. Nobels:  “Na  de  jaren  1980  van  burgemeester  Guy  Cudell  kon  je  goed  het  verschil  zien  tussen  SintJoost  en  Schaarbeek.  Als  het  voetpad  versmalde  en  er  geen  bomen  meer  stonden  in  de  straat,  was  je  in  Schaarbeek.  Door  een  beter  groenbeleid  in  Schaarbeek  valt

het  verschil  vandaag  minder  op.”  Inmiddels  komen  we  bij  de  armere  migrantenwijk in de Josaphatstraat.  “In  het  verouderde  huizenbestand,  zoals  in  de  L’Olivierstraat,  wonen  Aramezen,  Armeniërs  en  Koerden,  met om de hoek hun eigen cultuurcentra. Iets verderop wonen de laatste  zusters  die  in  Libanon  geleefd  hebben. Zij stimuleerden de dialoog  tussen  christenen  en  moslims  en  beheersten  erg  goed  de  nuances  in  de  verschillende  denkscholen.”  Net  als enkele panden die tot lofts werden  omgebouwd,  zijn  het  de  solitaire getuigen van een mixitude die  eigen is aan vreedzame wijken. Jean-Marie Binst

Geleide wandeling ‘De erfenis van Emirdag’, zaterdag 23 januari van 14 tot 17u30, 10 euro. Inschrijving: 02-218.38.78, www.brukselbinnenstebuiten.be

ADVERTENTIE

SECUNDAIR ONDERWIJS SCHOOLJAAR 2016 - 2017

Je kind inschrijven in een Nederlandstalige secundaire school in Brussel? Je vindt alle informatie op inschrijveninbrussel.be.


BDW 1505 PAGINA 14 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

BDWOPINIE MOBILITEIT > PAUL DELVA (CD&V) PLEIT VOOR FIETS- EN VOETGANGERSBRUGGEN

LAAT BRUSSEL EEN BRUGGENBOUWER ZIJN BRUSSEL – Net als Venetië is Brussel niet meer dan een verzameling stadseilandjes, schrijft CD&V-fractieleider in het Brussels parlement Paul Delva. In de oude Dogestad verplaatst men zich op het water of te voet, in Brussel voornamelijk met de auto. Er zijn immers geen fiets- of voetgangersbruggen tussen de verschillende ‘eilanden’.

O

m je te voet of met de fiets door Brussel te bewegen, moet je je mengen in de onafgebroken slinger gemotoriseerd verkeer. En net zo min als toeristen in Venetië zin hebben in natte voeten en dus een boot nemen als ze over de kanalen varen, hebben heel wat Brusselaars geen zin in van angstzweet doordrenkte kleren en kiest men voor de auto als men naar de andere kant van de stad wil. Fiets- en voetgangersbruggen, die op enkele strategische plaatsen het fiets- en voetgangersverkeer scheiden van het gemotoriseerd verkeer, zouden nochtans heel wat drempels kunnen wegnemen en zo promotie maken voor de alternatieven voor de wagen. Onder meer in Denemarken en Nederland vind je pareltjes van voorbeelden. Dichterbij werden in Kortrijk meerdere prachtige fiets- en voetgangersbruggen gebouwd. Ook in Brugge en Wetteren worden bruggen gepland om twee oevers te verbinden. De twee tijdelijke fiets- en voetgangersbruggen over het Brusselse kanaal sluiten hier mooi bij aan. Maar waarom in Brussel geen fiets- en voetgangersbruggen over drukke autostromen bouwen en zo de gescheiden oevers met elkaar verbinden? Fiets- en voetgangersbruggen hebben alvast enkele grote voordelen.

Manoeuvreren Een gouden wortel om autobestuurders naar een ander vervoersmiddel te laten overstappen, is zorgen voor zo weinig mogelijk drempels, zoals verplichte overstappen. Hoe meer een traject kan afgelegd worden met één vervoersmodus, hoe groter het succes. Fietsers botsen in Brussel onophoudelijk op hindernissen. Vaak gaat het om niet aaneengeslo-

“Een architecturaal pareltje kan onze stad op de kaart van de moderne stadsontwikkeling zetten”

ten fietspaden. Fietsersbruggen kunnen missing links letterlijk overbruggen en op die manier aaneengesloten fietstrajecten aanbieden. De stad moet niet volgebouwd worden met fietsviaducten, maar op strategische plaatsen, zoals grote kruispunten, kunnen ze een grote meerwaarde bieden. Aan het station van Antwerpen-Berchem, met een brug over De Singel, wordt deze filosofie alvast gevolgd. Dat er recent enkele ‘onderbruggingen’ aan het kanaal aangekondigd werden, past in dezelfde lijn. Al te vaak moeten fietsers van het fietspad en op de weg. Tussen het autoverkeer moeten manoeuvreren is niet zonder gevaar. Ik hoef hier niet te verwijzen naar de dode-hoek-ongevallen, of de discussie rond het al dan niet verplicht maken van een fietshelm.

Fietsers en voetgangers naar een hoger niveau tillen, zoals New York deed met de High Line, kan voor een heel nieuwe stadsbeleving zorgen, meent Paul Delva (CD&V).


High Line Fiets- en voetgangersbruggen zijn in essentie ook een erkenning van fietsers en voetgangers. De autodruk in onze stad is hoog, te hoog, en een gezonde realiteitszin dwingt ons te erkennen dat dit helaas nog een tijd zo zal zijn. Beleidsmakers moeten in tussentijd wel blijven werken aan een stad die fiets- en voetgangersvriendelijk is. Ze moeten duidelijk maken dat Brussel er ook voor hen is. Fiets- en voetgangersbruggen zijn dan ook geen erkenning van de wagen als het belangrijkste vervoersmiddel dat zo veel mogelijk vrij spel moet krijgen in de Brusselse straten. Net zoals de fietswegmarkeringen zorgen bruggen voor een verhoogde zichtbaarheid van een alternatief vervoersmiddel. Naar de tijd waarin Brussel doorkliefd werd met autoviaducten moeten we natuurlijk in geen geval terug. Afgrijselijke automuren, zoals het Reyersviaduct, die twee wijken van elkaar afsnijden, terwijl een viaduct zou moeten verbinden, worden terecht afgebroken. Maar fietsers en voetgangers naar een hoger niveau tillen, kan voor een heel nieuwe stadsbeleving zorgen. In New York werd enkele jaren geleden een in onbruik geraakte, verhoogde metrolijn, de High Line, omgeturnd tot een stadspark voor voetgangers. Je vindt er een combinatie van groen en zitbanken, en hier en daar werd de High Line gebouwd als een tribune om uit te kijken over het niet aflatende theater van de stad. Fietsen voetgangersbruggen kunnen dus zorgen voor een nieuwe kijk op de stad, zoals ook een kabelbaan dat zou kunnen doen.

Landmark Tot slot, fiets- en voetgangersbruggen kunnen een toeristische landmark zijn voor onze stad. Een architecturaal pareltje kan onze stad op de kaart van de moderne stadsontwikkeling zetten. Een beetje zoals een skytrain, maar vermoedelijk een pak goedkoper. We moeten onze stad natuurlijk niet volbouwen met fiets- en voetgangersbruggen, alsof het om een parallel circuit zou gaan, zoveel meter boven de begane grond, zodat fietsers en auto’s elkaar nooit meer kruisen. Over het Canal Grande liggen ook maar vier bruggen. Maar op strategisch gekozen plaatsen kunnen ze een bijzondere meerwaarde bieden. Laat Brussel meer zijn dan een verzameling eilandjes. Laat onze stad een bruggenbouwer zijn. In de Europese wijk gebeurt dit al tussen de 28 lidstaten, nu nog tussen onze eigen eilandjes.

Paul Delva Fractieleider CD&V Brussels Hoofdstedelijk Parlement

lezersbrieven@bdw.be

Op strategische, ongevalgevoelige plaatsen een alternatief bieden aan fietsers en voetgangers kan alleen maar helpen om het aantal verkeersslachtoffers te laten dalen.

BRIEVEN VAN LEZERS

BDW 1505 PAGINA 15 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

Vorst verdient veilig fietsbeleid

Lachen met de treinstaking

De partij MR vindt dat de fietser in Vorst te veel ruimte krijgt, in vergelijking met de automobilist. Dat konden we eind 2015 lezen in het gemeentelijk infoblad. Daar gaan we niet mee akkoord: er gebeurt net te weinig om de veiligheid van fietsers te garanderen. Uiteraard moeten er voldoende parkeerplaatsen overblijven voor de Vorstenaars zelf. Maar dat doet niets af aan het door CD&V gehuldigde STOP-principe: eerst aandacht voor stappers, dan trappers, openbaar vervoer en tot slot de personenwagen. Dat de fiets te weinig aandacht krijgt, blijkt bijvoorbeeld uit de verkeerssituatie rond metrostation Albert. Daar werd de verkeersstructuur onlangs gewijzigd. Het oorspronkelijke plan was om er een vrijliggend fietspad aan te leggen. Daar blijft nu weinig van over: fietsers moeten zich nu samen met bussen en taxi’s op een busstrook begeven. Dat is niet de meest veilige oplossing. Ook voor voetgangers is Vorst niet de hemel op aarde. De locatie en de staat van de zebrapaden zorgen er voor ronduit gevaarlijke situaties. De MR haalt als belangrijkste argument tegen fietsinfrastructuur aan dat de geografie van de gemeente Vorst niet geschikt is voor fietsers. Dat is de wereld op zijn kop. Het zou net een reden moeten zijn om net in Vorst extra te investeren in veilige fietspaden. Daarbij wordt de elektrische fiets steeds populairder. Dan zijn de hellingen in Vorst geen obstakel meer. Maud Vanwalleghem, Marlot Maas, Emmanuel Boodts (CD&V Vorst)

Graag wil ik jullie van harte feliciteren voor de boeiende eindejaarsinterviews met zes zeer verschillende persoonlijkheden (BDW 1503, p.6-17). Ik heb veel opgedaan bij het lezen van ieder van deze stukken. Uitstekende journalistiek; een les voor de redactie en voor de eigenaar van een welbepaalde, zelfverklaarde ‘kwaliteitskrant’ vermeld in het interview met mevrouw Sabbe.

Op de tweede stakingsdag, donderdag 7 januari, moest ik van Brussel naar Antwerpen sporen om er in het filmmuseum Cinema Zuid een avondlezing te geven over de ‘master of suspense’ Alfred Hitchcock. In Brussel hield de NMBS er de suspense in met afgeschafte en voor onbepaalde tijd vertraagde treinen. Dat viel te verwachten en was geen verrassing. In station Brussel-Noord werden vijf opeenvolgende treinen richting Antwerpen aangekondigd en kort voor hun geraamde aankomst weer afgekondigd. Na meer dan een uur gespannen wachten kwam dan toch een aangekondigde trein richting Antwerpen en Amsterdam daadwerkelijk aanzetten, weliswaar met een kleine vertraging. Maar daar maalde ik niet om. De trein vertrok en hield plots te lang halt in station Brussel-Luchthaven. De vriendelijke treinbegeleider deelde op bloedserieuze toon en in drie talen mee dat een pickpocket overmeesterd was door andere treinreizigers, en vervolgens door militairen was ingerekend (wellicht te danken aan terreurniveau 3). De suspense steeg. Niet alleen in de fictionele treinen van Hitchcock, maar ook in reële treinen kan de spanning te snijden zijn. De treinbegeleider excuseerde zich voor de tien minuten extra vertraging. Communicatie en verontschuldigingen zijn er niet altijd bij, maar deze keer wel, waarvoor oprechte dank. Na een kwartier rijden stopte de trein alweer. U gelooft het of niet. De treinbegeleider communiceerde en verontschuldigde zich alweer zeer professioneel en meertalig. Bijkomende vertraging dus en de treinbegeleider nu in een onbewust komische rol. De driedubbele tragiek van een staking, een pickpocket en een technische panne resulteerde in een hilarische treinrit naar Antwerpen. Lachen geblazen en toch ook enig medeleven met een werkwillige treinbegeleider die het zo goed meende op die verdomde, doch ook ludieke stakingsdag. Na mijn Hitchcocklezing in Antwerpen en een vlotte busverbinding naar het treinstation kon ik trouwens onmiddellijk op een vertrekkensklare trein naar Brussel springen. Nog nooit ben ik zo snel en goedgezind terug in Brussel geraakt.

Jean-Jacques Amy, Elsene

Wouter Hessels, docent filmgeschiedenis RITCS Brussel

Kwaliteitskrant

SPELREGELS VOOR LEZERSBRIEVEN: Mail uw bijdrage naar lezersbrieven@bdw.be. Schrijven kan naar BDW-Brieven van Lezers, Flageyplein 18, 1050 Elsene; faxen naar 02-226.45.69. Vergeet niet uw adres te vermelden, ook in e-mails: zonder het adres van de afzender beschouwen we een brief als anoniem, en wordt hij niet gepubliceerd. De maximumlengte van een bijdrage is 2.500 tekens, inclusief spaties. Wilt u graag een langere, meer uitgewerkte opiniebijdrage schrijven (max. 5.000 tekens)? Neem dan eerst contact met ons op voor overleg via lezersbrieven@ bdw.be. De redactie mag lezersbrieven redigeren of weigeren. Moties, manifesten of omzendbrieven worden niet (in deze rubriek) opgenomen.

ADVERTENTIE

ADVERTENTIE

TE KOOP: DE BEN-WONING

7 EENGEZINSWONINGEN

(E-PEIL 30 OF LAGER)

KARENBERG

VAN VERMEERSCH CONSTRUCT

GEN TE GRIMBER LOT 5 N E 1 T O L , T AA RUBENSSTR

TE SINT-STEVENS-WOLUWE

EE IS WHAT YOU S ET WHAT YOU G Wonen tegen de Europese hoofdstad Brussel in een landelijke omgeving

LAGE-ENERGIEWONING SLEUTEL OP DE DEUR info@vermeerschconstruct.be www.vermeerschconstruct.be ASSESTEENWEG 25-29 1740 TERNAT TEL: 02-582.75.09 FAX: 02-582.79.24

info@vermeerschconstruct.be www.vermeerschconstruct.be ASSESTEENWEG 25-29 1740 TERNAT TEL: 02-582.75.09 FAX: 02-582.79.24


BDW 1505 PAGINA 16 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

VADROUILLE DE CULTUUR- EN VRIJETIJDSBIJLAGE VAN BRUSSEL DEZE WEEK

‘Vanwaar die fantasie dat je stad een BRUSSEL – Het gebeurt niet elke week dat een Nederlands literair tijdschrift integraal aan Brussel en het stadsleven is gewijd, maar het negende nummer van het tijdschrift Terras is dat wel. Bijna veertig kunstenaars leveren bijdragen waarin ze schrijven en nadenken over Brussel en de stad. Ook de Brusselse schrijfster Els Moors doet mee.

H

et is niet helemaal zeker of u Erik Lindner, Martin Reints, Rokus Hofstede, Ton Naaijkens, of Daniël Rovers kent, maar de Brusselse schrijfster en dichter Els Moors kent hen wel. Het zijn allemaal Nederlanders die iets hebben met literatuur, literaire tijdschriften én met Brussel. Ongeveer hetzelfde geldt voor Moors zelf. Nederlands is ze niet, maar ze leerde Amsterdam en de Nederlandse schrijversgilde wel goed kennen toen ze er op de Rietveld Academie zat, voor ze in 2007 naar Brussel kwam. Moors is de auteur van de bekroonde dichtbundels er hangt een hoge lucht boven ons en Liederen van een kapseizend paard, de roman Het verlangen naar een eiland en de verhalenbundel Vliegtijd. Ze is ook redacteur bij het literaire tijdschrift nY, maar leverde nu dus samen met de reeds genoemde en nog een pak andere Nederlanders – maar ook met onder meer Pascal Verbeken en Geert van Istendael – een tekst voor het Brusselnummer van Terras, dat dinsdag wordt voorgesteld bij deBuren. Vanwaar die interesse van Nederlanders voor Brussel? Els Moors: “Ik heb geleerd dat je Nederlanders hebt die van Gent en Antwerpen houden en Nederlanders die van Brussel houden. Voor veel Nederlanders is Brussel een plek waar ze niet naartoe willen omdat het er vuil is en ze er verdwalen, maar anderen komen juist graag in een poging om aan de Hollandse kneuterigheid te ontsnappen. Bij nY zitten ook Nederlanders die voor elke redactievergadering naar België komen, en ik zou hun energie en enthousiasme niet kunnen missen. Nederlanders kunnen heel oprecht voor iets gaan en ook samen vieren als ze hun doel bereikt hebben. Dan zijn wij toch vaak geborneerde Vlamingen. Wij kunnen ons nooit inzetten voor een hoger doel – al is dat misschien ook weer niet echt een minpunt.” Stel dat Brussel zo’n hoger doel was. Moors: “Van mensen die te vuur en te zwaard ten strijde trekken voor Brussel word ik ook onnozel. Toen ik als puber voor het eerst

geliefde

een keertje naar Brussel kwam, vond ik de chaos en de versnippering hier ook fantastisch en avontuurlijk. Ik betrap er me nu ook nog op dat ik het stoer vind dat iemand in Brussel geboren is. Alsof dat een verdienste is. Waarom moet je je toch zo expliciet tot de stad verhouden in plaats van er gewoon te zijn en er iets van te maken? Vanwaar die fantasie dat je stad een of andere geliefde is?” Misschien willen de mensen die in Brussel wonen de investering die daarmee gepaard gaan aan zichzelf verkocht krijgen door de stad op te hemelen? Moors: “Hoe meer stress hoe meer liefde dus? Het probleem is dat de stad op die manier niet verandert, want van idealiseren wordt ze niet mooier. Ik vind het vooral belangrijk dat mensen op een natuurlijke manier voor Brussel kiezen. Dat ze het niet voor een paar jaartjes komen ophemelen om dan als ze het beu zijn of een paar kinderen op de wereld hebben gezet weer te vertrekken. En dan hebben we het nog niet over de pendelaars die ‘s avonds ongeïnteresseerd hun schup afkuisen. De stad heeft wat mij betreft dus nood aan initiatieven om mensen hier te houden die vervolgens de stad kunnen dragen.” Je woont hier zelf nu zeven jaar. Is het dan geen inspirerende stad om in te werken? Moors: “Nee, want als de zon begint te schijnen wil ik in het groen zitten, en buiten werken op een terras onder een oude boom. Maar wat dat betreft is dit vrees ik niet mijn favoriete stad. Je hoort soms zeggen dat Brussel het nieuwe Berlijn zou zijn, maar dat is het voor mij echt niet. Ik ga heel vaak naar Berlijn in de zomer, omdat ik het hier niet uithou. Ik hoor dat Brussel veel mooie tuinen heeft, maar wat heb je eraan als je ze verstopt zitten en als er geen boom op straat staat? De openbare ruimte biedt ook nergens iets wat je van een moderne stad mag verwachten, bijvoorbeeld geïntegreerd groen of plaats om te fietsen.” “Het verkeersvrij maken van de centrale lanen is fantastisch, maar er zijn nog zoveel lelijke gebouwen en er is nog zoveel slecht georganiseerd. Er ligt ook te veel nadruk op het pittoreske van het centrum maar ook daar gaat het nog altijd fout. Het Beursgebouw en De Brouckère mogen ze van mij afbreken. Ik denk dat we echt hardcore maatregelen moeten durven nemen om andere stedelijke uitzichten te creëren.” Maar je overweegt niet om op de buiten te gaan wonen? Moors: “Daar heb je dan weer te maken met lintbebouwing en ben je afhankelijk van de auto. Ik investeer mijn tijd liever in het uitzoeken van routes die mij snel in het Zoniënwoud brengen. Ik probeer daar minstens een keer per week een paar uur rond te lopen.”

is?’

Brussels terrasje bij DeBuren Tijdschrift voor internationale literatuur en kunst Terras presenteert zijn negende nummer Brussel deze week bij DeBuren. In de dikke bundel hebben schrijvers, dichters en beeldende kunstenaars het niet alleen over Brussel, maar ook over andere steden en over het stadsleven in het algemeen. Erik Lindner omschrijft Brussel in zijn inleiding onder meer als ‘de meest logische stad voor mijn Franse vrouw en mij om op een vreedzame manier uit elkaar te gaan’. Verderop mijmert Rokus Hofstede bij een foto van een naamloze zwarte bediende bij een witte auto, die van Belgisch Congo op het Vossenplein belandde, en ook over zijn Brusselse verleden bij Madame Odette en Monsieur Albert. Jan Baeke en Oliver Kerkdijk doorkruisen op een poëtische manier hun Brussel. Pascal Verbeken laat patroonheilige Sint-Michaël spreken en Marcel Broodthaers doet in een oud document hetzelfde met de Brusselse standbeelden. Geert Van Istendael mag afsluiten met een tekst waarin hij vaststelt dat er meer Noord-Nederlandse auteurs zijn te vinden die Brussel een plaats hebben gegeven dan Vlaamse. Tijdens de presentatie van Terras bij deBuren tekenen Jan Baeke, Rokus Hofstede, Pascal Verbeken, de Nederlandse Dichter des Vaderlands Anne Vegter en Els Moors present. Literatuurwetenschapper Daan Wesselman geeft een inleiding over stadsliteratuur. Terras 09 ‘Brussel’, 192 blz., www. tijdschriftterras.nl, €15. Presentatie bij deBuren op 19 januari om 19u30, gratis (reserveren), www.deburen.eu.


BDW 1505 PAGINA 17 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

“Ik hou natuurlijk ook van Brussel. In Etterbeek is een Italiaans cafeetje dat al heel lang bestaat en waar Italianen en buurtbewoners samenleven. Dat is voor mij Brussel op zijn best, het Brussel van actieve minderheden die de stad van binnenuit kennen en van onderuit vorm geven.”

“We moeten opnieuw snappen wat liefde is en wat je ermee kan doen in je leven. Inspiratie is wat dat betreft voor mij het sleutelwoord”

De paradox is dat geslaagde stadsplanning de gentrificatie met zich meebrengt die een uniforme middenklasse installeert. Moors: “De vraag is of dat zo moet zijn. Armere wijken hoeven toch niet per se ook onleefbaar te zijn? Een half uur na de aanslagen in Parijs was ik aan de praat met een taxichauffeur. Hij behoort tot de klasse van Brusselaars die weinig verdienen maar wel overbelast zijn op heel veel manieren. Hij was totaal van slag omdat hij vreesde dat alle jonge werkloze moslims weer de schuld zouden krijgen.” In je gedicht in het Brusselnummer van Terras voer je ook een taxichauffeur op, met zijn ‘postkoets infotainment’. Moors: “Dat was er een in Leipzig. Taxichauffeurs zijn de ambassadeurs van een stad. Ze kennen de stad en zijn bewoners het best, en behoren dikwijls tot een gemeenschap die je anders niet te spreken krijgt. Daarom stel ik hen ook altijd veel vragen. Want het is vooral het niet-weten dat de grootste wrijvingen veroorzaakt. Het is misschien een utopische gedachte, maar als mensen als hij zich ook zouden kunnen laten horen, dan is er misschien wel een meer vooruitstrevende stad mogelijk. Maar het is moeilijk om mensen die lang in de verdrukking hebben gezeten te laten praten. Brussel is ook een stad waar veel mensen zich gestigmatiseerd voelen: werklozen, migranten, pendelaars (lacht).” Het gedicht gaat dus niet integraal over Brussel. Moors: “Het gaat over Leipzig en Berlijn en ook een beetje over Brussel, maar dat maakt niet zoveel uit. Een gedicht is voor mij meer sowieso meer een intuïtieve dan een reële plek. Het gaat over een stad. Ik ben het gedicht begonnen in Leipzig. Daar komt het beeld van de tram en de ‘suïcidale voorbijgangers’ vandaan. Als je in een vreemde stad het station uitkomt, loop je altijd het gevaar om meteen onder een bus of tram te lopen omdat je niet weet vanwaar ze komen. Ik heb het gedicht afgemaakt op de dag dat ik het vluchtelingenkamp in het Maximiliaanpark zag.” Het is voor literaire tijdschriften niet vanzelfsprekend om het hoofd boven water te houden. Is het dan een soort statement om voor nY te werken? Moors: “Het is juist een cadeau, een voorrecht. Omdat je als schrijver met andere schrijvers kan samenwerken, ze kan uitnodigen om iets te maken en ze daar ook voor kan betalen. Een tijdschrift is ook de plek om jonge schrijvers te publiceren en een beleid te voeren: welke literatuur vinden we interessant? Welke onderwerpen willen we aansnijden?” Mogen we binnenkort nog een nieuwe roman of dichtbundel van je verwachten? Moors: “Ik ben klaar met een prozaverhaal dat eerstdaags zou moeten uitkomen bij Het Balanseer. Het is een verhaal waar ik lang aan heb gewerkt, maar dat toch niet zo heel lang is geworden. Wat ik heb geschreven heeft de vorm gekregen van een leerboekje, mijn minibijbeltje over de liefde. Ik heb het gevoel dat de samenlevingsstructuren waar iedereen mee leeft dringend aan verandering toe zijn. Gombrowicz schreef al dat mannen en vrouwen zozeer in hun rol zijn opgegaan dat hun karikaturen schade veroorzaken. Dat moeten we in vraag durven stellen zonder de mislukte experimenten van de jaren 1960 en 1970 over te doen. We moeten opnieuw snappen wat liefde is en wat je ermee kan doen in je leven. Inspiratie is wat dat betreft voor mij het sleutelwoord.”

Dichteres Els Moors: “Het Beursgebouw en De Brouckère mogen ze wat mij betreft afbreken.”

© IVAN PUT

Michaël Bellon


BDW 1505 PAGINA 18 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

JAZZ > BRAM DE LOOZE & LABTRIO STELLEN NIEUWE CD VOOR

‘WE BLIJVEN EXPERIMENTEREN’ BRUSSEL – Jazz is aan de zoveelste (r)evolutie toe. Jonge muzikanten laven zich aan de meest uiteenlopende bronnen en verwerken dit elk op eigen manier met de traditie. Onder de beeldenstormers vinden we LABtrio dat deze maand een nieuwe cd voorstelt, ‘The Howls Are Not What They Seem’.

E

r beweegt wat in de jazzwereld. Swing geraakt op de achtergrond, improvisatie blijft weliswaar een essentiële factor maar experiment en beats primeren en de rockattitude haalt de bovenhand. Of toch niet? Bram De Looze (1991) kijkt zowel achteruit als vooruit. De nieuwe cd van LABtrio is daar een sterk voorbeeld van. LABtrio lijkt wel het verhaal van de juiste groep op het juiste moment. De drie groepsleden (drummer Lander Gyselinck, bassiste Anneleen Boehme, pianist Bram De Looze) gingen samen van start in 2007. Het jaar nadien rijfden ze al meteen een eerste overwinning binnen gevolgd door een eerste prijs annex cd-opname tijdens het festival Tremplin Jazz d’Avignon. Het resultaat was de debuut-cd Fluxus. Ondertussen zijn we vier jaar later. Hun internationale renommee reikt verder en verder terwijl de groepsleden ook elk apart nog eens in de kijker staan met onder andere Stuff en Bram De Looze Septych. Hierdoor is het haast onmogelijk om de drie samen voor de micro te krijgen. Bram De Looze woont al geruime tijd in Brussel en een interview met hem was de meest

voor de hand liggende oplossing. Voor de nieuwe cd ‘The Howls Are Not What They Seem’ haalden jullie er twee gastmuzikanten uit de New Yorkse scene bij, cellist Christopher Hoffman en saxofonist Michaël Attias. Bram De Looze: “Lander en ik leerden Michaël kennen tijdens ons verblijf van een jaar in New York. Toen het idee ontstond om LABtrio uit te breiden tot een kwintet, dachten we onmiddellijk aan hem. We wilden er tevens een cello bij en de enige die we op het oog hadden in deze context was Hoffman. Hij kende Attias van vorige samenwerkingen, zodat we al snel de groep bij elkaar hadden.” “Dan kwam het grote werk: componeren voor deze bezetting. Lander, Anneleen en ik hebben ons echt afgesloten om nummers te schrijven. Van ‘s morgens tot ’s avonds vuurden we ideeën op elkaar af die we daarna verwerkten tot bruikbare stukken. Het resultaat konden we begin 2015 met zijn vijven uitproberen tijdens de festivals Storm! in Oostende en Brand! In Mechelen. Een tijdje later hadden de opnamen

Bram De Looze: “Als reactie of als vervolg op dit groot collectief wil ik het contrast opzoeken en me onder andere verdiepen in de pianoklank.”

plaats in studio Kaleidoscope in New York.”

uit naar de volgende periode waarin we terug met z’n drieën spelen.”

Zijn jullie tevreden over het eindresultaat? De Looze: “Zeer zeker, die ervaring leerde ons hoe plezierig we het vinden om uitgedaagd te worden als trio door de twee gastmuzikanten. Hierdoor kwamen we ook tot een bijzondere volgende stap in ons samenspelen als trio. We kijken dan ook met volle verwachting

Na de debuut-titel ‘Fluxus’, opteerden jullie dit maal voor een meer intrigerende titel. De Looze: “The Howls Are Not What They Seem verwijst naar Twin Peaks, de cultreeks van David Lynch. We brachten ooit in Zweden een nummer uit die soundtrack en dat bleef hangen. We behielden het op onze setlist. Met die titel willen

we tevens een link leggen naar Ornette Coleman zijn dynamiek van kreten en uitschreeuwen. Ornette, the Western Screech is trouwens aan hem opgedragen.” Daar waar ‘Fluxus’ toch wel eerder een staaltje van experimenteren was en een sterker hedendaags geluid liet horen, lijkt de nieuwe cd korter aan te sluiten bij de traditie. De Looze: “Dat zou ik niet direct

ADVERTENTIE

VERLIES JEZELF TIJDENS DIT VOORJAAR VOL THEATER VIND JEZELF TIJDENS DIT VOORJAAR VOL THEATER DE KOE | IVO DIMCHEV | MESUT ARSLAN | KOEN DE SUTTER | ANT HAMPTON CHRISTOPHE MEIERHANS | GISÈLE VIENNE | ANNIE DORSEN | ORION MAXTED DE WARME WINKEL | TG STAN | LAURA VAN DOLRON | ANGÉLICA LIDDELL SCHWALBE | RACHID BENZINE & RUUD GIELENS | IVO VAN HOVE & RAMSEY NASR LUCAS VANDERVORST | GUY CASSIERS | FC BERGMAN RESERVEER 24/7 VIA KAAITHEATER.BE


BDW 1505 PAGINA 19 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

stelling tot veel generatiegenoten. Met deze twee muzikanten behoud ik die connectie op een heel sterke manier. Het geeft mij ook de kans om de vraag te stellen wat je vandaag als pianist kan doen met het idee van swing. Het is een grote uitdaging want je zit met een vaste structuur en de dynamiek is minder groot dan bij vrije improvisatie of bij een groep als LABtrio. Ik wil vermijden swing te combineren met een meer moderne en experimentele aanpak want dan blijf je schipperen tussen beide werelden. Het is net alsof je één voet binnen hebt in een vrij strak idioom en je de andere voet ergens in het ongewisse te laat hangen. Ik ga liever compleet op in het idioom of in het ongewisse.”

© SASKIA VANDERSTICHELE

zeggen, het experimenteren hebben we net verdergezet, alhoewel de traditie hier af en toe wel eens om de hoek loert. De composities zelf en onze attitude daartegenover staan centraal.” Met het trio De Looze/Machtel/De Waele en de cd ‘Foster Treasures’ keer je wel helemaal terug naar classic jazz. De Looze: “Ik heb daar nooit afstand van willen nemen, in tegen-

Daarnaast begon je met Septych nog een heel ander avontuur. In december gaf je bij pianobouwer Chris Maene een concert op pianomodellen uit de achttiende en negentiende eeuw. De Looze: “Door diep te duiken in de wereld van improvisatie ben ik mij uiterst bewust geworden van een aantal essentiële zaken zoals het aanwenden en manipuleren van ideeën of het hanteren van uitgestippelde methodes. Ik heb enorm veel inspiratie opgedaan door muziek te ontwikkelen voor mijn groep Septych. In december 2014 was er een tournee. In de aanloop naar deze toer probeerde ik een vrij lange periode ideeën uit binnenin de improvisatiecontext met de groepsleden van Septych: Robin Verheyen, Bo Van der Werf, Gebhard Ullmann, Flin van Hemmen, Daniel Levin en Lester St.louis. Als reactie of als vervolg op dit groot collectief wil ik het contrast opzoeken en me onder andere verdiepen in de pianoklank.” Georges Tonla Briquet LABtrio, 20/01, 20.30 uur, Jazzstation

ADVERTENTIE

Sociale Verhuurkantoren (SVK)

Verhuur uw woning zonder risico en zonder zorgen

a Gegarandeerde huur elke maand a

Verzekerd verhuurbeheer

a

Onderhoud van uw woning

a Hulp bij renovatie a Fiscale voordelen

www.fedsvk.be 02 412 72 44

Nick Trachet BRUSSEL EN DE WERELD CULINAIR ONTDEKT

Bonenjaar De algemene vergadering van de Verenigde Naties heeft 2016 uitgeroepen tot internationaal bonenjaar (International Year of Pulses). Met pulses bedoelen ze bonen, maar niet zomaar bonen, droge (of drogende) bonen. Het is dus niet het jaar van de sperzie of de prinses, ook niet van de soja en pinda. De eerste twee omdat ze groen worden gegeten, rijp zijn ze gewoon een witte boon en dan horen ze er wel bij. De twee laatste worden beschouwd als oliegewassen. De soja is oneetbaar, zoals iedereen weet, en de hoeveelheid pinda die niet eindigt als keukenolie (arachide) is verwaarloosbaar op wereldschaal. Soja en pinda worden zelfs specifiek uitgesloten van het bonenjaar. Bonen: iedereen kent ze, maar uit de Belgische keuken zijn ze doorheen de geschiedenis bijna verdwenen. Het zijn leden van de familie der Fabaceae, een groep die we vroeger poëtisch de Vlinderbloemigen noemden. Het is een heel diverse familie gaande van de acacia in Afrika, tot de klavertjes in onze weiden, de lupinen in de tuin en de stekelbrem (furze) van de Ieren. Ze hebben allemaal gemeen dat ze hun zaden voortbrengen in peulen. In de Romaanse talen heten ze légumes / legumbres (in het Italiaans civaie). Het woord dat in het Frans vandaag groente betekent in het algemeen, was vroeger voorbehouden voor de peulvruchten. Om het onderscheid te maken duiden ze nu bonen aan met légumes secs. Bonen waren ernstige kost. Al die moderne groene groenten werden vroeger beschouwd als geiten- of konijnenvoer, onwaardig voor hardwerkende ambachtslieden of boeren. In soep waren ze nog welkom. De groentetuin heet daarom ook potager, ‘soeptuin’. Er is nog meer aan bonen om enthousiast over te worden. Om te beginnen groeien ze erg makkelijk. Zelf ik ben erin geslaagd om in mijn tuin een drietal kilogram borlottibonen te oogsten, die ik geplant had van één enkele peul, gekocht op de markt. Ik werd daarbij aangemoedigd door Adnan, mijn Turkse buurman, die elk jaar witte bonen plant aan de voet van zijn sierboompjes. In september heeft hij dan tweemaal plezier, zijn boompjes en struiken (zelfs de rozenstruik is dan behangen met bonenranken), en de smakelijk bonen. Eenmaal geoogst, bewaren ze zonder koeling of zorg wel een jaar lang als het moet. En dan is er dat wonder der natuur, de rhizobium.

Ergens in de lange evolutie hebben de bonen een partnerschap gesloten met bacteriën die in knolletjes aan de bonenwortels wonen. Die rhizobia halen stikstof uit de lucht en zetten die om in meststof (nitraat) voor de plant. Bonen zijn dus de enige gewassen die geen stikstofbemesting nodig hebben! Niet alleen dat, de bacteriën laten zoveel meststof achter wanneer de plant geoogst wordt, dat andere gewassen er het volgende teeltjaar van kunnen profiteren. Daarenboven zijn ze bijzonder voedzaam. Rijk aan eiwitten en vezels zijn bonen lekker, vullend, goed tegen moderne kwalen en beschavingsziekten. En er zijn honderden en honderden soorten bonen, in alle kleuren van de regenboog: witte, zwarte, paarse en roze, groene, bruine en rode, gespikkelde en gemarmerde. Bij de linzen zijn er roze, gele witte en groene, en dan zijn er nog de wikke, de Lathyrus, de keker. Waarom eten we er dan niet meer van? Bonen waren volksvoedsel bij uitstek, maar om de een of andere reden zijn ze verdwenen uit de Belgische burgerlijke keuken. Via studentencafés en Franse vakanties kwamen ze even weer binnen: chili con carne, cassoulet, petit salé aux lentilles... Maar die bereidingen dragen een zeker exotisme met zich mee. Het is niet “onze” keuken. Groene peulboontjes en erwtjes des te meer. Wij zijn de bonen jong gaan eten, net zoals ons vlees trouwens. Dat komt tegenwoordig ook allemaal van onvolwassen dieren. Ga eens kijken in een Turkse winkel, of bij de Pakistaanse supermarkt aan de Gentsesteenweg: tientallen soorten en verpakkingen liggen er naast elkaar, klein, groot, dubbel gedopt of voorgekookt in blik. Kies een sierlijke soort droge bonen en leg ze een nacht te weken op een koele en veilige plek. “Daar kunt ge uw boontjes op te week zetten,” is een oude Brusselse uitdrukking die betekent dat je ergens op mag rekenen, zeker van kan zijn. Ik vond nog een Belgisch recept van Gaston Clément, het is een (Luikse?) hutsepot. Snijd lamsvlees uit borst- of schouder in gelijke stukken. Kruid en laat in een pot aanbraden met wat vet, doe er in stukken gesneden ajuin bij en laat ook

“Wij zijn de bonen jong gaan eten, net zoals ons vlees trouwens. Dat komt tegenwoordig ook allemaal van onvolwassen dieren”

die wat kleuren. Giet dan het vet af en bestrooi de inhoud met wat bloem, laat nog wat bakken en giet dan water ter hoogte van het vlees. Doe er wat stukken wortel en een bouquet garni bij van tijm, laurier en peterseliewortel, laat minstens anderhalf uur zachtjes pruttelen. Ondertussen kook je de bonen even lang in zuiver water gaar. Wanneer de ragout klaar is, doe je de uitgelekte bonen erbij, en kruid bij waar nodig. Nog een kwartiertje samen laten verder garen. Dat is dan de Cassoulet van de boorden van de Ourthe! Heerlijk en goed voor de wereld. De persoonlijke uitstoot van broeikasgassen moet je er dan wel bij nemen. Niets in deze wereld is ideaal. Smakelijk. nick.trachet@bdw.be De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/trachet


BDW 1505 PAGINA 20 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

© THOMAS DE BOEVER

© ALAIN GILLES

DESIGN > HENRY VAN DE VELDE LABEL VOOR STRUCTURE SOFA

‘SPELEN MET NORMALITEIT’ SCHAARBEEK – Is een designer ook een beetje een mensenvriend? Dat lijkt alleszins wel op te gaan voor Alain Gilles wiens Structure Sofa woensdag in Bozar het prestigieuze Henry Van de Velde Label kreeg. Gilles zoekt niet alleen oplossingen voor ongemakken van alledag, ook moet iets van zijn plezier bij het ontwerpen de eindgebruiker bereiken.

‘S

Inspelen In zijn Studio in Schaarbeek zakken we even weg in het prijsbeest: “Ideaal toch om tv te kijken? Vroeger waren de zetelruggen rechter om fatsoenlijk aan een kopje thee of koffie te nippen.” Gilles neemt dat verleden af en toe mee naar vandaag. Het keukengerei dat hij ontwierp voor het nieuwe Franse merk Evolution is daar een voorbeeld van: “De Madam is served-taartstolp ontstond omdat mijn vrouw er een wou, maar ik vond die stolpen van Ikea zwaar en te veel plaats innemen. Deze taartstolp kan je achteraf terug in elkaar laten zakken. Ze bestaat uit lichtere en zachte materialen zoals SAN, silicone, ABS soft touch, en nog een laagje keramiek, met inkepingen om de taart gemakkelijker te verdelen.” Omdat het merk nog niet bestond, was het extra moeilijk:

ONTWERPER ALAIN GILLES:

“Voor huisgerei kan je vele kanten uit, maar een stoel of een sofa moet wel ergonomisch blijven. Wat nog niet wil zeggen dat het saai moet zijn”

“Ik moest het DNA van dat merk nog creëren.” Hij ontwierp eveneens karaffen die u bij de hals vasthoudt in oudblauw en oudgrijs die Gilles associeert met het platteland van vroeger en een citroenpers met geïntegreerd snijplankje. Hij speelt ook in op grotere noden zoals met de Nomad zonnelamp voor gebieden zonder elektriciteit, en op veranderende tijden met zijn compacte bijzettafels in draadjesstructuur en met de producten voor de Belgische firma BuzziSpace zoals de veelvuldig gelauwerde BuzziPicnic tafel die in bedrijven als Google en Facebook een plaats vonden: “Het zijn nicheproducten die daarom aanvankelijk enkel grote bedrijven zich kunnen veroorloven, maar dat zijn wel de voortrekkers. Een bedrijf als Google zoekt steeds nieuwe manieren om te creëren.”

Generatiewissel Hij zou wat meer door Brussel willen dwalen omdat de stad hem ideeën geeft: “Een in-between city, net zoals Londen, New York en Berlijn, in tegenstelling tot bijvoorbeeld Parijs met grotendeels dezelfde architectuur. Wat perfect is, vraagt geen reactie. Als vijftienjarige maakte ik

Alain Gilles: “Het spel van de structuur laten zien.” © ALAIN GILLES

aaie dozen!” Dat was wat Alain Gilles (1970) opviel wanneer hij rondkeek voor hij voor het eerst een zitbank ontwierp. “De eerste logica is natuurlijk het comfort, een evenwicht zoeken tussen de harde onderdelen van de structuur en het zachte van de kussens. Voor huisgerei kan je vele kanten uit, tot groot jolijt, maar een stoel of een sofa moet wel ergonomisch blijven. Wat nog niet wil zeggen dat het saai moet zijn. Daarom heb ik de traditionele ‘doos’ zo gekanteld dat het behaaglijk voelt en dat er tegelijk een dynamiek ontstaat tussen de rugleuning en de zitkussens. Omdat ook de zijkanten geopend zijn, nodigen de zitkussens ook van opzij uit. Eigenlijk was het spelen met normaliteit.” De Structure Sofa van het Italiaanse bedrijf Bonaldo is verkrijgbaar met contrasterende poten of opvallende bekleding, maar Gilles zelf vindt dat de vorm met een ton sur ton uitvoering al genoeg voor zich spreekt. Voor de fauteuil is er wel een catalogusmodel in groen fluweel. Die transparante structuur komt ook terug bij zijn Box Sofa (voor het Belgische Design is Wolf ) en de niets meer verhullende X-Ray-Sofa (voor het Franse La Chanche).

Het concept achter de Structure Sofa: een gekantelde doos.

al dia’s van afgebladderde verf en architectuurelementen, maar dankzij Instagram is het allemaal gemakkelijk weer op te snorren.” Zoals het grafi sch spel van de tegels in het Noordstation. Gilles studeerde eerst Politieke Wetenschappen en Marketing Management in Brussel en daarna Industrieel Design in Frankrijk. Niet in La Cambre omdat hij daar geen verkort programma kon doen, en omdat ze op technologisch gebied toen nog achterliepen. Zijn eerdere studies en zijn leeftijd zijn troeven gebleken: “Voor mijn geloofwaardigheid. Als ik iets gecreëerd had dat wel iets had, kon ik

gemakkelijker naar de art director van een bedrijf vragen. Ook was er op dat moment in veel Italiaanse bedrijven een generatiewissel bezig, en die nieuwe generatie had mijn leeftijd. We komen samen om het model te bespreken en er komen afspraken rond prototypes en voorraden. Wanneer het tot een etentje komt, gaat het allang niet meer over dat ontwerp, het is een relatie geworden.” An Devroe www.designvlaanderen.be www.alaingilles.com


BDW 1505 PAGINA 21 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

GEMEENTEPLEIN MOLENBEEK DONDERDAG 31 JANUARI, 14.50 UUR klein zijn, en potentieel staatsgevaarlijk daar ergens tussenin. De kunst van het ethnic profilen is dus voorwaar complexer dan je denkt: binnen de schuldige etnie moet je er ook nog eens de te culpabiliseren leeftijdscategorie uithalen. En voorts maar hopen dat niemand zijn loden jas als dekmantel gebruikt. Ik sla links de lange Schoolstraat in en kom zo op het Sint-Jan Baptistplein, waarvoor de ziener-architect Joseph Diongre in de jaren 1930 al een kerktoren ontwierp die ook dienst kan doen als minaret, en een windhaan waar je van ver evengoed een maansikkel in kan zien. Zijn oecumenisch concept heeft in de praktijk wel niet helemaal gewerkt, maar dat heb je nu eenmaal met architecten. Op het plein heerst grote drukte door de aanwezigheid van het leger. Niet het van de winkelstraten bekende leger in camouflagekleuren (want dat zie je hier niet om een of andere reden – misschien omdat de camouflage hier wel werkt) – wél een leger Molenbeekse Minions: poetsmannen in oranjerode fluojassen die met een artillerie van bezemwagens, blazers en grijparmen, en de ondersteuning van pimpelpaarse stadswachten de sporen van de wekelijkse markt komen uitwissen. Gedekt door het snelle en efficiënte bataljon dat in mijn voetsporen verder trekt, bereik ik het Gemeenteplein, waar de laatste marktkramers nog aan het opkramen en opruimen zijn. Vanop een koude stenen schijf onverwoest-

ELKE WEEK SCANT MICHAËL BELLON MET ZIJN LAPTOP EEN PLEK IN BRUSSEL DIE TOT DE VERBEELDING SPREEKT, EN GEEFT HIJ AAN WAT ER EVENTUEEL NOG AAN KAN VERBETEREN

LAPTOPIA

De tocht begint aan de oevers van de Zwarte Vijvers, die – zonder dat het water over het randje loopt – afhellen naar de Gentsesteenweg. In de nasleep van de aanslagen had ik gelezen dat de Steenweg op Gent de laatste tijd wat meer allure zou gekregen hebben. Ik weet niet wat daar juist mee bedoeld wordt, maar ik heb wel een idee. Hier en daar zie je inderdaad een zaak die anders oogt dan het gros: wat minder bazaar en wat meer bon genre. Maar die transformatie gaat dan toch in hele kleine stapjes. En als ze zich zou doorzetten, kan je er donder op zeggen dat we binnen een paar jaar zullen betreuren dat de grote Gentrificator al wat hier pittoresk was zal hebben gepimpt, en dat we voortaan moeten spreken van een wijk die niet alleen formerly known was als laag Molenbeek of klein Manchester, maar eveneens en onherroepelijk formerly als klein Marrakesh. Net voor mij loopt een oude Belg die, in theorie in ieder geval, nog in het grote Marrakesh zou kunnen geboren zijn. Hij ziet eruit zoals oudere Belgen van Marokkaanse origine er altijd uitzien in de wintertijd. Met op het hoofd een grijze gebreide muts met een omslag van zeven centimeter, een tijdloze zware bril, en om de gelaten afhangende schouders een sobere, grijze, halflange loden jas. Terwijl ik hem zijn gangetje zie gaan, realiseer ik me dat we Maghrebijnse Molenbekenaren er waardig vinden uitzien als ze oud zijn, schattig als ze

baar stadsmeubilair, sla ik vervolgens gade hoe de bonte tornado ook hier huishoudt. De gevels op het plein zetten een stapje achteruit om de poetsploeg zijn ding te laten doen, en zelfs de kerstboom is de trappen van het gemeentehuis op gevlucht om de voeten droog te houden. De donderdagmarkt in Molenbeek heeft al decennialang elke week plaats, en geldt als symbool van het dagelijkse leven dat zijn gang gaat. En toch is het verleidelijk om deze grondige poetsbeurt, aan het begin van het nieuwe jaar, als een metafoor te zien. Hoewel Jan Jambon nu even nergens te bespeuren is, wordt Molenbeek schoongemaakt, en spoelt het een bewogen jaar van zich af. Voorbijgangers verdwijnen in de trechter van de Pradostraat. De hemel boven het Gemeenteplein is ook letterlijk opgeklaard. Op borden en achter vitrines lees ik woorden als délice, tradition, fête en mutualité, maar verder is hier niets speciaals te zien. Al voel je misschien nog een bepaalde aanwezigheid. De leegte verbergt ook een zwaarte, en plots herinner ik me hoe dat komt. Het is de steen. Onder het Molenbeekse Gemeenteplein ligt een enorme rotsblok die ooit uit een ver oord per schip naar Molenbeek werd gebracht en daar is begraven. De hachelijke onderneming kon rekenen op massale belangstelling, en toch moet je de mensen die beweren dat deze gebeurtenis echt heeft plaatsgehad niet geloven. Het is beter om uit te gaan van een stadslegende, en als je halt houdt op het lege plein te gissen naar die zware steen die daar op het hart van Molenbeek rust. Michaël Bellon

De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/laptopia

ADVERTENTIE

VERKEN DE STAD

Schrijf je in voor een WOONTOUR en ontdek de 118 wijken van BRUSSEL. WWW.WONENINBRUSSEL.BE

WAAR WIL JE WONEN? IN BRUSSEL. Op zoek naar een plek in Brussel om te huren of te kopen? Alleen, met z’n tweeën of met je gezin en de hond? Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bestaat uit 19 gemeenten en 118 wijken. Van rustige buitenwijken tot het levendige centrum. Ontdek jouw stad.


BDW 1505 PAGINA 22 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

HOCKEY > LAURINE DELFORGE EN RENAUD PANGRAZIO WILLEN SCHITTEREN OP EK ZAALHOCKEY

BDWSPORT

‘IK HOUD VAN UITDAGINGEN’ BRUSSEL – Laurine Delforge (25) gaat een spannend jaar tegemoet. Volgende week neemt ze met de dames indoor hockey ploeg deel aan het Europees A-kampioenschap in Minsk en komende zomer zal ze arbitreren op de Olympische Spelen in Rio de Janeiro. “Ik zal ervoor zorgen dat het een mooi jaar wordt.”

“Als speelster verkies ik de zaal boven veldhockey,” vertelt Delforge. “Je moet er veel op de kleine ruimte spelen en het is technischer. Ik hou er van om snel te dribbelen. In de zaal komen mijn kwaliteiten beter tot uiting. Indoor- en veldhockey zijn eigenlijk twee verschillende sporten.” Delforge beoefent beide disciplines bij Antwerp Hockey Club. Terwijl heel wat speelsters indoorhockey links laten liggen om tijdens de winterstop te rusten, trekt zij nu al jarenlang de zaal in. Toen de bond een viertal jaar geleden besliste om onze nationale indoor hockey ploeg nieuw leven in te blazen, was ze meteen enthousiast. “Ik heb op geen enkel moment getwijfeld om mee in dit project te stappen. Ik vond het een leuke uitdaging.”

Understatement “Vandaag zijn er nog twee speelsters uit die periode: Perrine Motte en ikzelf. De samenstelling van de ploeg wisselt dus wel, maar het blijft moeilijk om speelsters te vinden. Het vraagt een grote investering wat betreft tijd en inspanningen. Gelukkig hebben we altijd een competitieve ploeg weten samen te stellen.” Dat laatste is een understatement. In de korte periode dat de vrouwelijke indoorploeg bestaat, hebben ze het Europees C-kampioenschap gewonnen, hebben ze de finale gehaald van het Europees B-kampioenschap en werden ze elfde op het wereldkampioenschap. En volgende week nemen ze voor het eerst deel aan het Europees A-kampioenschap. “We hebben het tot nu toe zeer goed gedaan, een beetje tot onze verrassing eigenlijk. De hockeyvrouwen mogen het toch ook eens beter doen dan de mannen, hé (lacht).” “Het A-kampioenschap wordt een grote uitdaging. De gekwalificeerde ploegen zijn stuk voor stuk sterke tegenstanders. We weten dat we het niveau van Nederland of Duitsland nog niet halen en dat we de underdog zijn. Maar dat wil niet zeggen dat we er niet vol voor zullen gaan. Ons voornaamste doel is in de Agroep te blijven (de twee laatste ploegen zakken, red.).”

key, en hoe. Ze is nu al zeker dat ze mag arbitreren op de komende Olympische Spelen en zal daar opnieuw de jongste geselecteerde scheidsrechter zijn. Dat heeft ze te danken aan puike prestaties, onder meer op het wereldkampioenschap. “Je moet op het juiste moment goed presteren en wat geluk hebben. Het is natuurlijk fantastisch dat ik naar de Spelen mag. Mijn prestaties ter plaatse zullen bepalen hoeveel wedstrijden ik mag fluiten.” “Ik ben nu een plan aan het opmaken om mij zo goed mogelijk voor te bereiden. Met Antwerp zal ik bijvoorbeeld niet aan de Euro Hockey League deelnemen omdat ik op dat moment een ander tornooi moet fluiten. Soms moet ik kiezen tussen fluiten en spelen. Gelukkig laat mijn club mij daarin vrij. Ze weten ook wel hoe belangrijk de Olympische Spelen zijn voor mij. Of 2016 een mooi jaar wordt, hangt van mij af. Ik zal daar voor zorgen.” Laurine Delforge: speelster en arbiter.

Tim Schoonjans

© PHILIPPE DE PUTTER

‘DE TEGENSTAND IS TE PAKKEN’ BRUSSEL – Een plaats bij de top twee, dat is dit weekend de ambitie van Renaud Pangrazio (27) en onze mannelijke indoor hockey ploeg op het Europees B-kampioenschap. Ze willen naar de A-groep promoveren en de hockeyreputatie van België ook in de zaal bevestigen. De Brusselaar heeft in het veldhockey al heel wat bereikt, nu wil hij ook iets in de zaal neerzetten. “Mijn landstitel met Leuven en twee titels met Dragons zie ik uiteraard als hoogtepunten in mijn carrière,” vertelt Pangrazio. “En tel daar de derde plaats met Dragons in de Euro Hockey League ook maar bij. Daar hou ik nog steeds een super gevoel aan over. Hopelijk kan ik die emoties in de zaal terug beleven.” Het is bij Amicale Anderlecht dat de Brusselaar de sport ontdekte die vrij snel een belangrijk deel van zijn leven werd. Hij speelde er tot bij de junioren, alvorens hogerop te mikken bij Leuven en later Dragons. Ondertussen speelt hij terug in Leuven en heeft hij een knap palmares verzameld. Selecties voor de Red Lions incluis.

Spelen of fluiten

Keuzes maken

Ondanks haar jonge leeftijd is Delforge wel een van de oudste speelsters van de ploeg en een voortrekker. De trainersstaf, die na het WK werd vernieuwd, heeft met haar een belangrijke pion op het veld. Ze geeft haar ervaring graag door en kan haar ploegmaats ook iets bijbrengen qua doorzettingsvermogen. Ze combineert haar spelerscarrière namelijk met die van scheidsrechter. “Ik hou van uitdagingen. Als ik de kans heb om een Europees kampioenschap te spelen, dan doe ik er al de moeite voor om erbij te zijn. Daarbij, ik fluit niet in de zaal. Dat komt dus goed uit.” Fluiten doet de Brusselse wel in het veldhoc-

“Ik heb iets meer dan twee jaar deel uitgemaakt van de nationale veldhockeyploeg. Ik heb maar één groot tornooi meegemaakt, maar wel een dat kan tellen: het Europees kampioenschap in Mönchengladbach, waar we ons hebben gekwalificeerd voor de Olympische Spelen van Londen. Dat was echt wel een topperiode voor mij.” “De redenen waarom ik uiteindelijk niet naar Londen ben gegaan, zijn divers. Er kwamen langs de ene kant steeds meer goede spelers aankloppen, die ook nog eens jonger en technisch sterker waren dan mij. Ik moet het vooral van mijn kracht en snelheid hebben.

Renaud Pangrazio.

Daarnaast werd de combinatie van de nationale ploeg met mijn werk zeer moeilijk. Ze trainen ook tijdens de werkuren, je moet dus keuzes maken. Ik heb uiteindelijk voor mijn werk gekozen.”

Snel automatismen kweken Vandaag, jaren na die keuze, mag Pangrazio terug onze nationale driekleur op zijn borst dragen. De smaak van indoor hockey kreeg hij bij Dragons te pakken en hij is ondertussen al vier jaar actief bij de zaalploeg van Amicale Anderlecht, waarmee hij de promotie naar de eredivisie afdwong. Zijn prestaties vielen op, want in september kreeg hij een mailtje waarin zijn preselectie voor het Europees

B-kampioenschap bekend werd gemaakt. “Vorig jaar was ik al eens opgeroepen voor de nationale ploeg, voor een oefenwedstrijd tegen Australië. Toen ik vernam dat ik in de preselectie zat, ben ik daar uiteraard op ingegaan. Het is een project dat me aanspreekt. Men heeft beslist om de ploeg te verjongen en met een nieuwe basis te beginnen. Dat er ook nog eens drie coaches werden aangesteld, bewijst dat het de bond menens is om met de ploeg iets te bereiken. Hier wordt in geïnvesteerd.” “Het eerste deel van het veldhockeyseizoen liep tot 30 november, waarna we met de indoorploeg zijn beginnen trainen. Twee keer per week. Dat is nog niet zo lang, maar doordat we in de zaal met minder spelers op het veld staan, geraak je sneller op elkaar ingespeeld. Daarbij, heel wat spelers kennen elkaar van bij hun clubs. We hebben nog werk voor de boeg, maar het komt wel goed.” Echt veel concrete informatie heeft Pangrazio nog niet over de tegenstanders. De Belgen focussen nu vooral op het kweken van automatismen. In het Portugese Espinho, waar het EK dit weekend wordt gespeeld, zal er tijd genoeg zijn om de tegenstand te bestuderen. “Als we het goed aanpakken, kunnen we de finale bereiken en promoveren naar het A-kampioenschap. De tegenstand is te pakken.” “Het is mijn ambitie om met deze ploeg te groeien. Eerst naar het A-kampioenschap, en later misschien naar het wereldkampioenschap. Waarom niet? Onze indoorploeg wordt steeds professioneler, je voelt dat men stilaan wil groeien naar wat onze veldploeg heeft bereikt. Ik wil graag deel uitmaken van dat verhaal.” Tim Schoonjans


BDW 1505 PAGINA 23 - DONDERDAG 14 JANUARI 2016

@kempie20 Man man man, eerste kippenvelmoment is een feit... “C’mon Molenbeek” van de ene naar de andere tribune!! #Topsfeer #TopFans #RUSGRWDM

© LES LENDEMAINS DE LA VEILLE

Het Brusselse voetbal beleefde afgelopen zondag een hoogdag. Het Joseph Mariënstadion liep vol voor de vriendschappelijke derby tussen Union Sint-Gillis en RWDM, en beide supportersclans maakten er een groot feest van. Dat stelde ook Kevin Kempeneer vast, die in het Molenbeekse doel werd vervangen door Diaz. De bezoekers wonnen de wedstrijd uiteindelijk met 0-1, maar dé grote winnaar was het Brusselse voetbal. TS

29STE EDITIE RELAIS GIVRÉS

ALS HET MAAR GEZELLIG IS BRUSSEL – Het is ondertussen een traditie: het jaar inlopen met de Relais Givrés. De aflossingswedstrijd staat voor plezier en gezelligheid, kenmerken die ook de organisatoren van Les Lendemains De La Veille typeren. “Vier vrienden kwamen de dag na een beschonken avond op het idee de club op te richten. Vandaar de naam,” vertelt Sébastien Muls, die onder meer verantwoordelijk is voor de Relais Givrés. “Dat was in 1983. Sindsdien zijn sfeer en gezelligheid het belangrijkste gebleven. We zijn eerder een groep vrienden die samenkomt dan een team dat focust op prestaties. Al zijn er natuurlijk ook wel goede atleten bij.” Les Lendemains De La Veille is een jogging- en triatlonclub die ondertussen vooral focust op lopen. Elke woensdag komen de leden samen voor een gestructureerde training en daarnaast spreken sommige van hen regelmatig af om bijvoorbeeld te zwemmen of te fietsen. “Grote kampioenen zouden niet lang bij ons blijven. Daarvoor gaat het er wellicht wat te feestelijk aan toe. Na onze wekelijkse training blijven we regelmatig hangen om samen iets te eten en te drinken. De dag daarna wordt soms nog eens duidelijk vanwaar onze clubnaam komt (lacht).” “Iedereen kent elkaar wel binnen de club, al is er de afgelopen vijf jaar een verjongings-

SPORT   KORT

De start van een nieuw jaar betekent dat er bij de Brusselse gemeenschapscentra heel wat NIEUWE LESSENREEKSEN van start gaan. In Wabo (Watermaal-Bosvoorde) begint komende zaterdag DANCE MIX KIDS. Kinderen tussen 6 en 9 jaar die niet voor één bepaalde dansstijl kunnen kiezen, krijgen er de kans om elke week te proeven van verschillende stijlen. De lessenreeks kost 45 euro. Aansluitend is er ook DANCE MIX TEENS, voor jongeren tussen 10 en 15 jaar. Die lessenreeks is 10 euro Kleuters tussen 4 en 6 jaar die duurder. CAPOEIRA willen ontdekken, kunnen vanaf nu elke woensdag (vanaf 13.30 uur) terecht in GC Den Dam in Oudergem. Voor 78 euro ontdekken ze deze combinatie van dans, gevechtsport en acrobatie. Een uur later is het de beurt aan kinderen tussen 6 en 10 jaar. Volwassenen kunnen elke woensdag (van 20.10 tot 21.10 uur) terecht in Op-Weule

golf binnen de club. Dat was nodig omdat de club aan het verouderen was. Maar groeien doen we niet echt. We blijven rond de negentig leden hangen.”

Amper 45 euro Zaterdag staat het hoogtepunt van de club op het programma: de negenentwintigste editie van de Relais Givrés. De aflossingswedstrijd waarbij de ploegen zijn samengesteld uit vijf lopers, waaronder verplicht een dame en een veteraan, is een groot succes. “Er zullen opnieuw zowat 1.600 lopers deelnemen, waaronder heel wat bedrijven die aan teambuilding komen doen. Daarmee zijn we volledig uitverkocht. Maar het is zeker ook leuk om eens te komen kijken en de gezellige sfeer op te snuiven.” “De Relais Givrés doet onze club ook leven. De winst die we maken, wordt in de club geïnvesteerd. Zo bedraagt ons lidgeld amper 45 euro en de club komt ook tussen indien leden bijvoorbeeld aan een triatlon deelnemen. Daarom vragen we aan al onze leden om te helpen bij de wedstrijd. We betrekken hen en dat draagt dan weer bij tot de gezellige sfeer. En daar draait het voor ons toch om.” Tim Schoonjans

Meer info op www.relaisgivres.be

(Sint-Lambrechts-Woluwe) voor BBB, een low impact fitnesstraining. De spieren van de buik, de billen en de benen worden hierbij geoefend. De lessen kosten 3 euro per keer of 20 euro voor tien lessen. Vanaf maandag 18 januari biedt GC Essegem elke week (van 19.15 tot 20.15 uur) lessen PILATES aan. Daarvoor betaalt u 85 euro. Aansluitend is er een lessenreeks YOGA (van 20.30 tot 21.30 uur). Hier betaalt u 75 voor. Beide lessenreeksen zijn goedkoper voor mensen met de vrijetijdspas Paspartoe. Een volledig overzicht vindt u op www.cultuurcentrumbrussel.be. Om te zien wat de sportdienst van de VGC allemaal organiseert tijdens de KROKUS- EN PAASVAKANTIE, moet u op www. sportinbrussel.be zijn. Daar kunt u vanaf maandag 18 januari, om 17 uur, ook meteen INSCHRIJVEN. Vanaf dinsdag 19 januari kunt u elke dag (van 9 tot 16 uur) terecht op de VGC-sportdienst zelf (E. Jacqmainlaan TS 135 in 1000 Brussel).

ESTAFETTE > KEN LAMBEETS

De echte opium voor het volk Trouwe lezers van deze column weten dat ik geïntrigeerd ben door de Wereldtentoonstellingen die eertijds op Brusselse bodem plaatsvonden, maar over de meest recente heb ik het in deze kolommen nog niet gehad. Hoog tijd om daar 58 jaar na dato verandering in te brengen. Expo ‘58 is de eerste echt grote Wereldtentoonstelling na de Tweede Wereldoorlog; alleen al daarom wordt ze exemplarisch voor de vrijheid en vooruitgang die de tijdsgeest kenmerken. Voor België is het een uitgelezen kans om zich aan de wereld te tonen en daarvoor worden kosten noch moeite gespaard. Met succes: meer dan 42 miljoen mensen brengen een bezoek aan de Heizel. In de marge van de Wereldtentoonstelling vinden er heel wat sportieve activiteiten plaats. Net als bij de Olympische Spelen hebben ze in eerste instantie een verbroederende functie. Met het Heizelstadion is er al een heuse sporttempel aanwezig op de plaats van de Expo. Daar organiseert Léopold Club Brussel voor haar vijfenzestigste verjaardag een internationale atletiekmeeting: een verre voorloper van de Memorial Van Damme. Aan het jubileum van Léopold is ook een klein maar prestigieus voetbaltornooi verbonden, met Wolverhampton, Juventus, Beerschot en Anderlecht op de affiche. De buitenlandse vedetten zijn echter enkel in de Expo geïnteresseerd. In de ene halve finale verslaat Beerschot het grote Wolverhampton met 2-1, in de andere hakt Anderlecht Juventus met 4-1 in de pan. Naar de volledig Belgische finale, waarin Anderlecht Beerschot het nakijken geeft met 2-0, komt geen kat meer kijken. Het levert Léopold een grote berg schulden op. Het is allemaal slechts een prelude op de finale van de Europabeker, de voorloper van de Champions League. Die vindt twee weken later plaats tussen Real Madrid en AC Milaan, in hetzelfde Heizelstadion. Maar liefst 67.000 toeschouwers wonen de wedstrijd bij. De volgelopen tribunes waar op de achtergrond het Atomium bovenuit troont, leveren prachtige beelden op. De Italianen komen twee keer op voorsprong, maar Madrid weet telkens terug te komen,

onder andere dankzij een goal van de legendarische Alfrédo Di Stefano. Voor het eerst in de geschiedenis van de Europabeker zijn er verlengingen. In het begin van de tweede verlenging bezorgt Francisco Gento de meegereisde Madrileense fans een delirium. Alsof de Brusselse sportliefhebbers daarmee nog niet genoeg aan hun trekken komen, slaagt de Stad Brussel erin om de start van de Ronde Van Frankrijk naar Brussel te halen. Een ware stunt als je weet dat niet enkel alle renners en hun gevolg, maar ook honderden journalisten en fotografen in de hoofdstad moeten overnachten op een moment dat alle hotels al maandenlang volgeboekt zijn. Dat probleem wordt verholpen door de bouw van twee motels in het noordwesten van de Heizelvlakte. En zo brengen wielergrootheden als Louison Bobet, Jacques Anquetil, Federico Bahamontes en de Belg Jef Planckaert een bezoek aan de Wereldtentoonstelling alvorens van het Atomium naar Gent te fietsen. De ‘vliegende Bask’ André Darrigade schrijft de eerste etappe op zijn naam. Op de Wereldtentoonstelling zelf is er ook plaats voor sport. Zo maakt het Sovjetpaviljoen propaganda voor de prestaties van de Russische atleten, die net als religie een soort opium voor het volk vormen in het dan nog totalitaire Sovjet-Unie. Zelfs kunstenaars mogen zich over thema ’kunst en sport’ buigen: een kunstwedstrijd in de marge van de Expo wordt gewonnen door een zekere E. De Backer. Wie 58 jaar na dato op de Heizelvlakte rondloopt, kan zich nauwelijks inbeelden dat het eertijds het middelpunt van de wereld was – ook op sportief vlak. Een nieuwe Brusselse Tourstart lijkt niet meteen voor morgen: de Brusselse bobo’s lobbyen liever voor voetbal. Een finale van de Champions League behoort dus wel tot de mogelijkheden, op voorwaarde dat het Eurostadion er op een dag daadwerkelijk staat. Allemaal prima, zolang het maar niet ten koste gaat van echte sporten.

Eindredacteur Ken Lambeets houdt van literatuur en van echte sporten

REDACTIE BRUSSEL DEZE WEEK Flageyplein 18, 1050 Brussel, 02-650.10.65, fax 02-650.10.38, info@bdw.be, www.bdw.be. ABONNEMENTEN Josiane De Troyer (abo@bdw.be), 02-650.10.80, 02-650.10.38. Gratis binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Rest van België 20 euro per jaar; IBAN: BE73 7340 3974 6060, BIC: KREDBEBB van Vlaams Brusselse Media vzw. Buiten België 30 euro per jaar. OPLAGE 62.609 exemplaren. PROMOTIE EN DISTRIBUTIE Ute Otten, Maurice Droogh. MARKETING & SALES Frederik Welslau: 0474-52.02.84. ADVERTEREN? Melissa Giardina, 0479-30.60.62, melissa. giardina@brusselmedia.be. ALGEMENE HOOFDREDACTIE Jeroen Roppe. CHEF PRINT Steven Van Garsse. EIND­REDACTIE Ken Lambeets (eindredactie@bdw.be). VORMGEVING Peter Dhondt. REDACTIE Jean-Marie Binst, Christophe Degreef, Bettina Hubo, Danny Vileyn. ZAZIE Kim Verthé. MEDEWERKERS Michaël Bellon, An Devroe, Elien Haentjens, Wauter Mannaert, Bruno Schols, Tim Schoonjans, Benjamin Tollet, Georges Tonla Briquet, Nick Trachet. FOTOGRAFEN Bart Dewaele, Ivan Put, Saskia Vanderstichele, Jo Voets. FINANCIËLE ADMINISTRATIE Manu De Hertogh. VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Steven Van Garsse, BDW, Flageyplein 18, 1050 Elsene. ALGEMENE DIRECTIE Jo Mariëns. Brussel Deze Week en Agenda worden uitgegeven door de Vlaams Brusselse Media vzw en worden gedrukt op de persen van de nv Roularta, Meiboomlaan 33, 8800 Roeselare en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie.

ONS MAILEN? Al onze mailadressen zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: voornaam.naam@bdw.be (losse bestanddelen van voornaam of naam aan elkaar, en zonder trema’s, verbindingsstrepen en andere tekens).


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.